81-1 - Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren
81-1 - Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren
81-1 - Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
024<br />
tot het gebruik <strong>van</strong> computer en rekenmachine.<br />
Daarnaast wordt er aandacht besteed aan diverse<br />
verbanden en wordt er geproefd aan het rekenen in<br />
een driedimensionaal assenstelsel.<br />
Een aantal formules voor oppervlakte en inhoud<br />
hoeven de kandidaten niet meer uit het hoofd te<br />
kennen. Het tweede boek in klas 4 beperkt zich tot<br />
algemene herhaling en examentraining, wat nu ook<br />
niet direct uitnodigt tot harder werken. Op deze<br />
manier bereiden we onze leerlingen in vier jaar<br />
voor op een examen waarin niet alle stof gevraagd<br />
wordt en waar een logisch denkende leerling met<br />
enige basiskennis en een redelijk redeneervermogen<br />
tamelijk gemakkelijk een voldoende voor kan halen,<br />
zeker nu het zogenoemde ‘breien’ niet meer hoeft<br />
te worden fout gerekend. Omdat onze schooltoetsen<br />
zeker niet té gemakkelijk zijn, gaan leerlingen toch<br />
met wat ‘gezonde angst’ op voor het examen. Daar<br />
was op zich niet veel reden toe, want het gemiddelde<br />
<strong>van</strong> de schoolexamens was een 6,4 en er waren<br />
weliswaar drie onvoldoendes maar niemand stond er<br />
hopeloos voor, de andere vakken meegerekend.<br />
De laatste loodjes<br />
Als de reguliere lessen zijn afgelopen, hebben we nog<br />
een paar weken te overbruggen voordat de examens<br />
beginnen. Deze tijd besteden we aan facultatieve<br />
lessen. Ook kunnen de leerlingen zich inschrijven<br />
voor een oefenexamen <strong>van</strong> een vak naar keuze.<br />
Uit de drie examengroepen TG die wij dit jaar voor<br />
wiskunde hadden, hadden 35 leerlingen zich voor<br />
dit oefenexamen opgegeven. Hier<strong>van</strong> zijn er 30<br />
komen opdagen. Ik had een ‘pittig’ proefexamen<br />
samengesteld uit oude examens, met de nadruk op<br />
meetkunde en goniometrie. Het proefexamen werd<br />
gehouden in een gymzaal die uiteraard al volledig<br />
ingericht was voor de examens. De volgende dag is<br />
het proefexamen besproken.<br />
Het examen<br />
Op donderdag 26 mei was gelukkig iedereen<br />
aanwezig bij het centrale examen. Ik heb er zelf<br />
bijgezeten, omdat ik de volgende dag naar de centrale<br />
examenbespreking in Utrecht moest en dus het werk<br />
direct wilde meenemen. Om het examen serieus en<br />
goed uit te werken had ik zelf ongeveer 50 minuten<br />
nodig. Dit vond ik vrij lang, maar het kwam vooral<br />
omdat veel tijd ging zitten in de vraag over het<br />
bouwwerkje <strong>van</strong> zeven dobbelstenen (Dobbelstenen<br />
stapelen) dat in perspectief getekend moest worden,<br />
met stippellijntjes en al; zie fi guur 1. Het moet voor<br />
de leerlingen erg moeilijk zijn geweest om dit precies<br />
te tekenen. Er waren drie ribben <strong>van</strong> het bouwwerk<br />
gegeven op de bijlage én op een foto. Deze lijnen<br />
kwamen qua lengte en oriëntatie niet helemaal<br />
overeen, waardoor de dobbelstenen meer op balkjes<br />
gingen lijken dan op kubusjes. Daar kwam nog bij dat<br />
je eigenlijk met verdwijnpunten zou moeten werken<br />
om het bouwwerk na te tekenen. Dat hadden enkele<br />
leerlingen dan ook geprobeerd; zie fi guur 2. Ook het<br />
nakijken <strong>van</strong> deze vraag leverde problemen op. Als je<br />
deze vraag met een timmermansoog zou corrigeren,<br />
dan bleven bij veel leerlingen <strong>van</strong> de vijf te vergeven<br />
punten er niet veel over. Dat hier fl inke verschillen<br />
zaten in de manier <strong>van</strong> beoordelen, bleek wel uit het<br />
feit dat ik bij deze vraag gemiddeld ongeveer twee<br />
punten minder heb gegeven dan degene <strong>van</strong> wie<br />
ik de tweede correctie heb uitgevoerd. Bovendien<br />
is deze vraag voor leerlingen met een enigszins<br />
technische achtergrond eenvoudiger dan voor andere<br />
leerlingen. Dat brengt mij bij het probleem <strong>van</strong> het<br />
ene jaar meetkunde examineren en het andere jaar<br />
informatieverwerking en statistiek: het resulteert<br />
direct in verschillende moeilijkheidsgraden <strong>van</strong><br />
examens <strong>van</strong> twee opvolgende jaren. Hopelijk wordt<br />
deze manier <strong>van</strong> examineren snel teruggedraaid.<br />
Voor de rest vond ik dit examen redelijk qua niveau;<br />
wel jammer dat er zo weinig goniometrie in werd<br />
gevraagd.<br />
De leerlingen hadden blijkbaar hun tijd wel nodig,<br />
want ongeveer negentig procent bleef tot het einde<br />
<strong>van</strong> de zitting. Toch waren de reacties gematigd<br />
positief. Ze vonden het veel en er zaten lastige vragen<br />
bij, maar er zaten genoeg gemakkelijke vragen<br />
tussen om een voldoende te halen. Dat bleek ook<br />
wel bij het nakijken. Het gemiddelde puntenaantal<br />
na eerste correctie was bijna 60 <strong>van</strong> de 91. Na de<br />
tweede correctie is dat zelfs nog meer geworden, en<br />
toen de examennorm bekend werd nóg weer meer.<br />
Dat betekent dat bij ons het gemiddelde examencijfer<br />
(zoals tot nu toe elk jaar sinds de vernieuwde<br />
examens) ruim boven dat <strong>van</strong> de schoolexamens<br />
kwam te liggen: het scheelde ongeveer één punt.<br />
Maar dit is voor mij vooralsnog geen reden om het<br />
niveau <strong>van</strong> de schoolexamentoetsen aan te passen.<br />
En gelukkig is de hele klas geslaagd.<br />
Over de auteur<br />
Rob Kronenberg (e-mailadres: rob.kronenberg@home.nl) is docent<br />
wiskunde aan de Thorbecke Scholengemeenschap te Zwolle.