Klik hier voor de scriptie van Mounia Saidi. - Flitspanel.nl

Rijksdienst belangrijk om na te gaan of het gebruik van gezinsvriendelijk beleid door
Rijksambtenaren overeenkomt met het aanbod en de behoefte. Ook wordt er gekeken
of de organisatiecultuur en goede informatievoorziening het gebruik stimuleert. Zo kan
de Rijksdienst inspelen op de behoefte door er mogelijkheden voor te creëren. Tot slot
behoort het Rijk vanuit haar voorbeeldfunctie ondersteunend te zijn voor het gebruik
van gezinsvriendelijk beleid door Rijksambtenaren. Het uitkomen van de LOF-lijst 5 vormt
één van de aanleidingen om na te gaan in hoeverre het gebruik van gezinsvriendelijk
beleid overeenkomt met het aanbod en de behoefte van Rijksambtenaren. De tweede
aanleiding voor dit onderzoek was een motie. Het publiek en politiek belang van het Rijk
als gezinsvriendelijk werkgever komt terug in de motie die is ingediend door twee
kamerleden met het verzoek aan de regering om voor 1 juli 2010 na te gaan hoe ze zelf
haar eigen werkgeverschap gezinsvriendelijker kan maken, aangezien het kabinet zich
inzet voor gezinsvriendelijk werkgeverschap (Bouchibti & Van Gent, 2009). Deze motie
geeft aanzet om te onderzoeken hoe Rijksambtenaren het gezinsvriendelijk beleid
ervaren en derhalve de Rijksdienst een goede werkgever vinden. Om de status van het
Rijk als gezinsvriendelijk werkgever te peilen, is het cruciaal na te gaan welk
gezinsvriendelijk beleid aangeboden wordt, welke behoefte Rijksambtenaren hebben en
het gebruik in kaart te brengen.
1.3 Mogelijke invloed op gebruik van gezinsvriendelijk beleid
Iedere Rijksambtenaar heeft andere behoeftes en wensen ten opzichte van de
gezinsvriendelijke regelingen waarvan hij gebruik kan maken. Deze zijn afhankelijk van
individuele factoren, zoals de leeftijd en de samenstelling van het huishouden (Peper,
2009; Den Dulk, 2001; Eaton, 2003; Lewis & Lewis 1996; Kirby & Krone, 2002). De
Rijksdienst kan deze individuele factoren niet reguleren, aanpassen of verbeteren. Deze
individuele factoren zijn echter wel interessant voor het bewustzijn en -wording van de
Rijksdienst als werkgever ten aanzien van haar personeel. Op deze manier kan zij de
wederzijdse relatie tussen haarzelf en haar personeel te verbeteren. Het rekening
houden met deze factoren is goed voor een inclusieve organisatie, die haar
medewerkers tevreden wil houden. Ook werkgerelateerde factoren kunnen van invloed
zijn op het gebruik van gezinsvriendelijk beleid (Peper, 2009; Den Dulk, 2001; Blair-Loy &
Wharton: 2002; Kirby & Krone, 2002). De organisatiecultuur kan bepalend zijn voor een
werknemer om al dan niet gebruik te maken van gezinsvriendelijk beleid. Hij kan
namelijk ervaren dat het gebruik een negatieve invloed heeft op de heersende sfeer of
op zijn loopbaanmogelijkheden (Blair-Loy & Wharton, 2002; Lewis, 1997). De
organisatiecultuur (ondersteuning en aanwezigheidscultuur) en informatievoorziening
over gezinsvriendelijk beleid zullen als werkgerelateerde factoren meegenomen worden
in dit onderzoek. De Rijksdienst kan deze werkgerelateerde factoren beter beïnvloeden
dan de individuele factoren. Toch is ook deze beïnvloeding ten dele, omdat de
combinatie werk-gezin te bespreken en tot slot het oordeel van degene die de enquête heeft ingevuld
(Lof, 2010).
5 Op basis hiervan heeft de minister voor Jeugd en Gezin, Andre Rouvoet, toegezegd om in 2010 het Rijk
de beste werkgever voor werkende ouders te laten zijn
Rijk aan Gezinsvriendelijk Beleid? Mounia Saïdi
17