Bestuursverslag <strong>2009</strong> 19 Financiële indicatoren (bedragen in miljoenen euro’s) 2005 2006 2007 2008 <strong>2009</strong> Rijksbijdrage OCW 171,8 175,9 182,5 186,8 183,6 College- en examengelden 10,5 10,7 11,5 11,9 12,6 Tweede geldstroombaten 14,8 19,2 17,0 18,0 17,8 Derde geldstroombaten 43,6 45,4 49,6 54,4 63,1 Overige baten 10,0 13,1 15,4 16,3 16,6 Personele lasten 154,0 155,6 165,5 176,8 187,2 Afschrijvingen 17,3 18,3 19,1 17,3 16,1 Huisvestingslasten 20,9 20,7 24,7 22,9 23,2 Overige lasten 53,9 63,1 61,1 66,2 62,4 Saldo financiële baten en lasten -3,8 -3,6 -3,2 -2,5 -2,3 Resultaat 0,8 3,0 2,4 1,7 2,5 Eigen vermogen 113,3 116,3 117,0 117,7 120,2 Netto werkkapitaal * -27,0 -52,0 -25,3 -41,7 -12,4 Current ratio ** 0,50 0,45 0,66 0,57 0,85 Solvabiliteitsratio ** 0,45 0,44 0,45 0,46 0,45 * Netto werkkapitaal = Vlottende activa - Kortlopende schulden ** Current ratio = Vlottende activa/Kortlopende schulden *** Solvabiliteitsratio = Eigen vermogen/Totaal vermogen 1.6 Toekomstige ontwikkelingen In het belang van het unieke hightech ecosysteem in de Brainport <strong>Eindhoven</strong>-regio houdt de TU/e in de toekomst vast aan haar streven naar het realiseren van de hoogst mogelijke kwaliteit in haar kerntaken onderwijs, onderzoek en kennisvalorisatie. De omgeving verlangt een verdere versterking van de internationale concurrentiepositie van de TU/e. Daarvoor is naast kwaliteitsversterking ook groei nodig. De positie in internationale rankings wordt immers niet alleen bepaald door kwaliteit maar ook door omvang. In <strong>2009</strong> is een brede discussie met in- en externe stakeholders gestart over de vraag hoe de TU/e haar onderscheidingskracht, concurrentiepositie en reputatie in de wereld verder kan versterken en daarvoor de nodige middelen kan verwerven. Daarvoor is het nodig dat de TU/e optimaal inspeelt op relevante toekomstgerichte maatschappelijke én wetenschappelijke vragen en uitdagingen en excelleert op de gehele kennisketen van fundamenteel onderzoek tot en met ontwikkeling van innovatieve artefacten. De TU/e wil zich daarom niet alleen onderscheiden in de technologische basisdisciplines maar ook in innovatiegerichte thematische programma’s. De TU/e profileert zich niet voor niets als de universiteit ‘Where innovation starts’. Door zich te laten inspireren door de buitenwereld wil de TU/e zelf ook duurzaam een waardevolle inspiratiebron blijven voor haar externe omgeving. De discussie zal in de loop van 2010 uitmonden in een notitie ‘Strategie TU/e 2020’. Aansluitend zal een ‘Instellingsplan 2011-2014’ worden opgeleverd.
Bestuursverslag <strong>2009</strong> 20 De concrete bestuurlijke voornemens voor het jaar 2010 zijn vervat in de eind <strong>2009</strong> vastgestelde ‘Bestuurlijke Agenda 2010’, die als bijlage 7 in dit jaarverslag is opgenomen. De kerncijfers in de begroting 2010 zijn opgenomen in de navolgende paragraaf. Bijzondere aandacht zal in 2010 worden besteed aan correcte uitvoering en verantwoording van projecten in het kader van de zogenaamde ‘Kenniswerkersregeling’ van de rijksoverheid, projecten die bevorderen dat technologische kenniswerkers niet alleen behouden blijven voor de hightech industrie in Zuid-Nederland maar na de economische crisis verrijkt hun werk in de industrie weer op kunnen pakken. De TU/e faciliteert van alle Nederlandse universiteiten ruimschoots de meeste projecten in het kader van de ‘Kenniswerkersregeling’ (zie paragraaf 4.3 onder het kopje ‘Kenniswerkersregeling’). 1.7 Kerncijfers begroting 2010 Kerncijfers begroting 2010 (bedragen in miljoenen euro’s) Rijksbijdrage OCW 186,3 College- en examengelden 14,1 Werk voor derden 83,2 Overige baten 15,7 Totaal baten 299,3 Personele lasten 194,0 Afschrijvingen 16,4 Huisvesting 34,3 Overige lasten 53,5 Totaal lasten 298,2 Saldo baten en lasten 1,1 Rentebaten en -lasten -2,6 Resultaat deelnemingen 1,5 Resultaat 0,0