Instellingsplan 2013 - 2016 - Technische Universiteit Eindhoven
Instellingsplan 2013 - 2016 - Technische Universiteit Eindhoven
Instellingsplan 2013 - 2016 - Technische Universiteit Eindhoven
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Instellingsplan</strong><br />
<strong>2013</strong> - <strong>2016</strong><br />
April 2012
Inhoud<br />
1 Missie en profiel 6<br />
------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
2 Strategisch Plan TU/e 2020 en recente ontwikkelingen 10<br />
------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
3 Maatschappelijk profiel 14<br />
3.1 Strategic Area Energy 16<br />
3.2 Strategic Area Health 18<br />
3.3 Strategic Area Smart Mobility 20<br />
------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
4 Onderwijs 22<br />
4.1 Bachelor College 24<br />
4.2 Graduate School 25<br />
4.3 Postgraduate onderwijs 27<br />
4.4 Kwaliteitszorg onderwijs 27<br />
4.5 Internationaliseren van studentenpopulatie en onderwijs 28<br />
------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
5 Onderzoek en kennisvalorisatie 30<br />
5.1 Versterking onderzoeksexcellentie 32<br />
5.2 Talent 33<br />
5.3 Onderzoeksinfrastructuur 34<br />
5.4 Kennisvalorisatie 35<br />
------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
6 <strong>Universiteit</strong> en campus 38<br />
6.1 Universitaire samenwerking 40<br />
6.2 Ontwikkeling TU/e Science Park 41<br />
6.3 Duurzaamheid 42<br />
6.4 Digitale universiteit 43<br />
------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
7 Randvoorwaarden 46<br />
------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
Bijlage 48<br />
------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
| 3
Woord vooraf<br />
In dit instellingsplan geeft de <strong>Technische</strong> <strong>Universiteit</strong> <strong>Eindhoven</strong> een concretisering<br />
van haar Strategisch Plan 2020 voor de periode <strong>2013</strong> – <strong>2016</strong>. Voor elk onderdeel van<br />
de stra tegie zijn projecten gestart, trekkers aangewezen en doelen voor de komende<br />
jaren gesteld. Het instellingsplan beschrijft de concrete activiteiten en de beoogde<br />
resultaten.<br />
4 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
De wereld staat voor grote uitdagingen op gebieden als energie, gezondheid en mobi liteit.<br />
Nieuwe technologische concepten zijn nodig om deze uitdagingen het hoofd te<br />
kunnen bieden. Bedrijven, kennisinstellingen en overheden spannen zich via regionale<br />
en thematische netwerken samen in om deze concepten tot stand te brengen. Ingebed<br />
in internationale, nationale en regionale netwerken van onderwijs, onderzoek en innovatie,<br />
draagt de TU/e substantieel bij aan het oplossen van deze grote maatschappelijke<br />
uitdagingen. Dit doet de TU/e door kwalitatief goede ingenieurs af te leveren en door<br />
technische concepten te vinden, te ontwikkelen en benutbaar te maken via haar onderzoek<br />
en valorisatie. In dit instellingsplan staat beschreven wat de TU/e hiervoor de<br />
komende vier jaar zal doen en wat zij wil bereiken.<br />
Het instellingsplan maakt onderdeel uit van de besturingscyclus van de universiteit. Om<br />
de acht jaar legt de TU/e een langetermijnvisie neer in een strategisch plan. Dit wordt<br />
vertaald in een doorlopend strategisch programma, waarvan de belangrijkste tussentijdse<br />
doelen en mijlpalen worden vastgelegd in opeenvolgende instellingsplannen (telkens<br />
voor vier jaar) en bestuurlijke agenda’s (voor een jaar). De financiële vertaling vindt plaats<br />
in de jaarlijkse begrotingen. Met jaarverslagen legt de TU/e achteraf verantwoor ding af<br />
over het gevoerde beleid, de geleverde prestaties en de gerealiseerde financiële resultaten.<br />
Het College van Bestuur,<br />
Dr. ir. A.J.H.M. Peels, voorzitter<br />
Prof. dr. ir. C.J. van Duijn, rector magnificus<br />
Mr. J.P. van Ham, lid<br />
Ir. H.P.J.M. Roumen, secretaris van de universiteit<br />
<strong>Eindhoven</strong>, april 2012<br />
| 5
1. Missie en profiel<br />
De <strong>Technische</strong> <strong>Universiteit</strong> <strong>Eindhoven</strong> (TU/e) is een onderzoeksgedreven en ontwerpgerichte<br />
technologie-universiteit van internationale allure, die zich op het terrein<br />
van de engineering science & technology samen hangend bezighoudt met onderwijs,<br />
onderzoek en kennis valorisatie.<br />
6 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
Op onderwijsgebied leidt de TU/e ingenieurs (Master of<br />
Science/Ir.) op die beschikken over een stevige weten schappelijke<br />
basis en diepgang én over de nodige compe tenties<br />
om zich succesvol in uiteenlopende maatschappelijke<br />
sectoren en functies te kunnen ontplooien. Daarnaast leidt<br />
zij ontwerpers (Professional Doctorate in Engineering/<br />
PDEng), onderzoekers (Doctor of Philosophy/Dr.) en academisch<br />
geschoolde leraren in de exacte vakken (Master of<br />
Science/Drs) op.<br />
Op onderzoeksgebied richt de TU/e zich bij voorkeur op<br />
die deelterreinen van de engineering science & technology<br />
waarop zij in de internationale wetenschappelijke wereld<br />
een rol van betekenis speelt of kan gaan spelen (science for<br />
science) én waarop zij betekenisvolle impulsen kan geven<br />
aan het oplossen van grote maatschappelijke vraagstukken<br />
(science for society) en aan het versterken van de kennisintensieve<br />
industrie (science for industry).<br />
Nieuwsgierigheidgedreven fundamenteel onderzoek vormt<br />
de noodzakelijke basis voor en is veelal verweven met meer<br />
op toepassing gericht onderzoek.<br />
Op het gebied van de kennisvalorisatie zet de TU/e zich<br />
ervoor in dat haar onderzoeksresultaten worden vertaald<br />
in succesvolle innovaties en tot nieuwe bedrijven leiden.<br />
Zij stimuleert studenten, promovendi en medewerkers te<br />
kiezen voor het ondernemerschap.<br />
De kwaliteit van het onderwijs en onderzoek voldoet aan<br />
hoge internationale standaarden.<br />
De TU/e biedt haar studenten en medewerkers een internationaal<br />
en academisch, dat wil zeggen intellectueel<br />
prikkelend, studie- en werkklimaat, dat inspireert tot een<br />
brede persoonlijke ontwikkeling, maatschappelijk<br />
en cultureel engagement en een ondernemende houding.<br />
Op haar campus stimuleert de TU/e de vestiging van en<br />
samenwerking met en tussen hoger onderwijsinstellingen,<br />
onderzoeksinstituten en (startende) hightech ondernemingen.<br />
De campus ontwikkelt zich tot een TU/e Science<br />
Park van nationaal belang en met internationale allure.<br />
De TU/e maakt samen met de <strong>Technische</strong> <strong>Universiteit</strong> Delft<br />
en de <strong>Universiteit</strong> Twente deel uit van de 3TU.Federatie.<br />
De onderlinge afstemming en samenwerking beogen de<br />
con currentiepositie en reputatie van de Nederlandse TU’s<br />
en van het Nederlandse technologiedomein in de wereld<br />
te versterken. Binnen de federatie heeft de TU/e net als<br />
Delft en Twente een eigen identiteit en profiel.<br />
Op basis van onderlinge complementariteit versterken de<br />
<strong>Universiteit</strong> Utrecht, het Universitair Medisch Centrum<br />
Utrecht en de TU/e elkaars positie door samenwerking als<br />
preferred partners in een strategische alliantie. Daarbij<br />
richten zij zich op wetenschappelijk én tevens maatschappelijk<br />
belangrijke gebieden waarop zij elkaar aanvullen.<br />
De TU/e profileert zich als een internationaal vooraanstaande,<br />
in science & technology gespecialiseerde universiteit,<br />
die met kwalitatief hoogwaardig onderwijs en<br />
onderzoek bijdraagt aan:<br />
• de vooruitgang van de technische wetenschappen;<br />
• de ontwikkeling van technologische innovaties; en daarmee<br />
aan<br />
• de oplossing van grote maatschappelijke vraagstukken<br />
en de groei van welvaart en welzijn.<br />
Als zodanig is zij dé motor van de regionale kennis economie.<br />
De TU/e profileert zich als de universiteit waar innovatie<br />
begint: Where innovation starts.<br />
| 7
Profile TU/e<br />
/ Where innovation starts<br />
Research University in Engineering Science & Technology<br />
Research<br />
Education<br />
Valorisation<br />
For the benefit of<br />
Society - Industry - Science<br />
Strategic Areas<br />
Energy - Health - Smart Mobility<br />
Leading in<br />
High Tech Systems & Materials<br />
Chemistry & Chemical Engineering<br />
Anchored in High Tech Eco System<br />
Brainport <strong>Eindhoven</strong> (ICF Intelligent<br />
Community of the Year 2011)<br />
Contributing to Dutch Economic Topsectors<br />
High Tech Systems & Materials – Chemistry – Energy – Life Sciences & Health – Logistics – Creative<br />
Industry – ICT (through all sectors)<br />
Institutional Partner of<br />
3TU. Federation - Delft University of Technology, University of Twente<br />
Preferred partners - Utrecht University, University Medical Center Utrecht<br />
National partners - Maastricht University, Radboud University Nijmegen, Tilburg University<br />
EuroTech Universities - Danmarks Tekniske Universitet, <strong>Technische</strong> Universität München,<br />
École Polytechnique Féderale de Lausanne<br />
Global Partner - Zhejiang University<br />
8 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
Distinctive Research Areas<br />
• Automotive Systems<br />
• Building Physics<br />
• Broadband Telecommunication Technologies<br />
• Complex Molecular Systems (ICMS)<br />
• Human Behavior and Intelligent Systems (ILI)<br />
• Information and Communication Systems<br />
(EIRICT)<br />
• Logistics and Operations Management<br />
• Multiscale Mechanics (EMI)<br />
• Nano-Engineering of Functional Materials and<br />
Devices<br />
• Plasmas<br />
• Polymers<br />
• Process Engineering and Control<br />
• Tissue Engineering and Imaging<br />
Bachelor College - BSc<br />
Undergraduate programs<br />
• Applied Physics<br />
• Architecture, Building and Planning<br />
• Biomedical Engineering<br />
• Chemical Engineering<br />
• Computer Science & Engineering<br />
• Electrical Engineering<br />
• Industrial and Applied Mathematics<br />
• Industrial Design<br />
• Industrial Engineering and Management Science<br />
• Innovation Sciences<br />
• Mechanical Engineering<br />
New majors<br />
• Automotive<br />
• Medical Sciences and Engineering<br />
• Psychology & Technology<br />
• Software Science<br />
• Sustainable Innovation<br />
• Web Science<br />
Graduate School - MSc - PDEng - PhD<br />
Master’s programs<br />
• Applied Physics<br />
• Architecture, Building and Planning<br />
• Automotive Technology<br />
• Biomedical Engineering<br />
• Building Services<br />
• Business Information Systems<br />
• Chemical Engineering<br />
• Computer Science and Engineering<br />
• Construction Management and Engineering<br />
• Electrical Engineering<br />
• Embedded Systems<br />
• Human-Technology Interaction<br />
• Industrial and Applied Mathematics<br />
• Industrial Design<br />
• Innovation Management<br />
• Innovation Sciences<br />
• Mechanical Engineering<br />
• Medical Engineering<br />
• Operations Management & Logistics<br />
• Science Education and Communication<br />
• Sustainable Energy Technology<br />
• Systems and Control<br />
Special master tracks<br />
• Broadband Telecommunication Technology<br />
• Care and Cure<br />
• EIT Embedded Systems<br />
• EIT Service Design and Engineering<br />
• Fluid and Solid Mechanics<br />
• Information Security Technology<br />
• Nano-Engineering<br />
• Regenerative Medicine and Technology<br />
• Science and Technology of Nuclear Fusion<br />
Research track<br />
• Complex Molecular Systems graduate program<br />
Designer programs<br />
• Architectural Design Management Systems<br />
• Automotive Systems Design<br />
• Design and Technology of Instrumentation<br />
• Healthcare Systems Design (in formation)<br />
• Information and Communication Technology<br />
• Logistics Management Systems<br />
• Mathematics for Industry<br />
• Process and Product Design<br />
• Smart Energy Buildings and Cities<br />
• Software Technology<br />
• User-System Interaction<br />
TU/e in figures 2011<br />
Students<br />
• BSc – 4750<br />
• MSc – 2950<br />
• PDEng – 250<br />
• PhD – 1200<br />
Scientific staff<br />
• Tenured – 550<br />
• Non-tenured – 1450<br />
Publications<br />
• Web of Science – 1400<br />
• Cit.impact score – 1.71<br />
• Co-publications with<br />
Industry – 14%<br />
• International<br />
co-publications – 53%<br />
Budget<br />
• Total – 300 mln<br />
| 9
2. Strategisch Plan TU/e 2020<br />
en recente ontwikkelingen<br />
Begin 2011 heeft de TU/e haar Strategisch Plan 2020 gepresenteerd. Hierin is voor<br />
de komende 10 jaar een groeitraject uitgezet naar een grotere en meer gevarieerde<br />
uitstroom van ingenieurs, een intensievere R&D-samenwerking met de hightech<br />
industrie en andere hightech sectoren en een TU/e Science Park van nationale<br />
betekenis en internationale allure.<br />
10 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
De TU/e kiest om meerdere redenen voor een groeistra tegie.<br />
Allereerst vragen grote maatschappelijke uitdagingen<br />
om nieuwe technologische concepten. Daarnaast vraagt<br />
de hightech industrie in de Brainportregio en de rest van<br />
ons land veel meer ingenieurs dan er nu opgeleid worden.<br />
Tot slot nemen de internationale competitie om goede<br />
studenten en onderzoekers en de competitie binnen de<br />
wetenschap sterk toe. Naast kwaliteit is ook omvang van<br />
belang om een rol van betekenis te kunnen spelen, om te<br />
kunnen investeren, om aantrekkelijk voor bedrijven te<br />
zijn en om voldoende zichtbaar te zijn voor internationaal<br />
talent. Groei in onderwijs en onderzoek is nodig om als<br />
universiteit de eigen maatschappelijke rol waar te maken.<br />
Strategie in notendop<br />
De TU/e heeft in 2020 in de wereld een vooraanstaande<br />
positie als internationale researchuniversiteit in engi neering<br />
science & technology. Ze staat bekend om haar grote<br />
wetenschappelijke én maatschappelijke impact en haar<br />
substantiële betekenis voor de concurrentie positie van<br />
Brainport Zuidoost-Nederland en de Nederlandse kenniseconomie.<br />
Om dat te bereiken zijn in het Strategisch Plan TU/e 2020<br />
de volgende doelen gesteld:<br />
Onderwijs<br />
• Bundelen bacheloropleidingen in het Bachelor College en<br />
compleet herontwerp van het bachelor-onderwijs<br />
• Bundelen graduate onderwijs in de Graduate School<br />
• Realiseren hogere rendementen en ambitieus studieklimaat<br />
• Internationaliseren van studentenpopulatie en onderwijs<br />
• Vergroten studenteninstroom via adequate marketing van<br />
vernieuwd onderwijsaanbod<br />
• Bezinning op postgraduate onderwijs<br />
Onderzoek<br />
• Gericht versterken excellentie in de disciplines<br />
• Realiseren TU/e Strategic Areas rond belangrijke maatschappelijke<br />
vraagstukken (Energy, Health, Smart Mobility)<br />
• Stimuleren vernieuwende multidisciplinaire onderzoeksinitiatieven<br />
• Ontwikkelen kansrijke R&D-instituten in belangrijke niches<br />
• Versterken internationale onderzoekspositie<br />
Kennisvalorisatie<br />
• Realiseren meer planmatige R&D-samenwerking met<br />
hightech industrie<br />
• Vergroten effectiviteit van kennis- en technologietransfer<br />
naar mkb<br />
• Vergroten deelname aan ondernemerschapsgericht<br />
onderwijs<br />
• Vergroten aantal succesvolle starters<br />
Campus<br />
• Ontwikkelen campus tot TU/e Science Park van nationaal<br />
belang en internationale allure<br />
Randvoorwaarden<br />
• Zorgen voor benodigde investeringen (600-700 miljoen<br />
euro)<br />
• Ruim baan bieden aan toptalent, meer vrouwen en buiten -<br />
landers in vaste wetenschappelijke staf<br />
• Afstemmen organisatie op strategie, indien nodig clus te ren<br />
van faculteiten<br />
• Benchmarken centrale ondersteunende diensten<br />
• Stappen zetten op weg naar ‘digitale universiteit’<br />
• Ontwikkelen internationale universiteitscultuur<br />
• Bevorderen krachtenbundeling in Nederlandse technologie<br />
sector<br />
| 11
Kernwaarden<br />
Bij de uitvoering van de strategie houdt de TU/e vast aan<br />
de volgende kernwaarden:<br />
• Het academisch karakter van de universiteit en de weten -<br />
schappelijke onafhankelijkheid en integriteit van de<br />
wetenschappelijke staf staan hoog in het vaandel. Onderzoekers<br />
krijgen ruimte om op basis van nieuws gierig heid<br />
in academische vrijheid fundamenteel onder zoek te doen.<br />
• Internationaal excelleren in de verschillende disciplines<br />
is een eerste vereiste om succesvol aan inter- en multidisciplinaire<br />
uitdagingen te kunnen werken.<br />
• Een sterke verwevenheid van de kerntaken onderwijs,<br />
onderzoek en kennisvalorisatie geldt als een vanzelfsprekendheid.<br />
De universiteit stelt zich nadrukkelijk open op naar haar<br />
maatschappelijke omgeving. Zij onderscheidt zich door<br />
nauwe banden met de hightech industrie in haar omge ving<br />
en door een uitstekende relatie met lokale, provinciale en<br />
nationale overheden.<br />
Nieuwe ontwikkelingen<br />
Sinds de publicatie van het Strategisch Plan TU/e 2020 in<br />
januari 2011 hebben zich enkele nieuwe ontwikkelingen<br />
voorgedaan op regionaal, nationaal en internationaal niveau<br />
waarmee bij de implementatie van de strategie rekening<br />
moet worden gehouden.<br />
Brainport 2020<br />
Begin 2011 heeft de Brainportregio Zuidoost-Nederland<br />
haar Strategie 2020 gepresenteerd. De doelstelling en<br />
ambitie van Brainport 2020 is te behoren tot de top 3 van<br />
economieën in Europa en de top 10 van de wereld, door<br />
de bestaande topclusters te versterken en met elkaar te<br />
verbinden, door samen te werken met alle regionale netwerken<br />
en door het doorontwikkelen van nieuwe clusters,<br />
zoals slimme mobiliteit, energie en slimme zorg. De TU/e<br />
heeft bijgedragen aan de ontwikkeling van de Brainportstrategie<br />
en participeert vanzelfsprekend in het aan de<br />
strategie gekoppelde uitvoeringsprogramma.<br />
Kwaliteit in verscheidenheid<br />
In zijn Strategische Agenda Hoger Onderwijs ‘Kwaliteit in<br />
verscheidenheid’ heeft de staatssecretaris van Onderwijs,<br />
Cultuur en Wetenschap in 2011 aangegeven een sterker<br />
profiel van hoger onderwijs- instellingen, een ambitieuzer<br />
studieklimaat en zwaartepuntvorming in het onderzoek te<br />
willen stimuleren.<br />
Topsectoren<br />
Met de Topsectoren heeft de Minister van Economie, Land -<br />
bouw & Innovatie in 2011 een nieuw bedrijfsleven beleid<br />
ingezet. Via generieke fiscale maatregelen en een revol verend<br />
innovatiefonds streeft de overheid ernaar om innovatiegericht<br />
onderzoek en nieuwe bedrijvigheid in negen<br />
economische topsectoren te stimuleren. Het bedrijfs leven<br />
krijgt in het geheel een leidende rol. Tegelijkertijd beëindigt<br />
de regering specifieke innovatie subsidies en de inzet van<br />
middelen uit het Fonds Economische Structuur versterking<br />
(FES) voor onderzoek en innovatie. De TU/e is betrokken<br />
geweest bij de opstelling van onderzoeksroad maps en de<br />
ontwikkeling van plannen voor topconsortia voor kennis<br />
en innovatie (van bedrijven en kennisinstel lingen) door de<br />
topteams van de topsectoren High Tech Systemen en Materialen,<br />
Chemie, Life sciences & Health, Energie, Logistiek<br />
en Creatieve Industrie en het doorsnij den de thema ICT.<br />
Horizon 2020<br />
De Europese Unie heeft eind 2011 Horizon 2020 gepresenteerd<br />
als een nieuw en overkoepelend strategisch kader<br />
voor de financiering van onderzoek en innovatie. Het plan<br />
omvat drie hoofdlijnen van beleid: het stimuleren van<br />
wetenschap van topkwaliteit, het bevorderen van industrieel<br />
leiderschap en innovatie en het aanpakken van grote maatschappelijke<br />
uitdagingen. Het gaat daarbij om de besteding<br />
van in totaal ruim 86 miljard euro voor 7 jaar, waarvan ruim<br />
13 miljard via de ERC en 3 miljard via het European Institute<br />
of Innovation and Technology (EIT). Er komen dus meer<br />
middelen voor onderzoek en innovatie vanuit Brussel beschik<br />
baar.<br />
12 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
Gezamenlijke doelen<br />
Deze ontwikkelingen betekenen voor de TU/e een ondersteuning<br />
van de uitgezette strategie. Zo sluiten de prioritaire<br />
thema’s van Brainport 2020 naadloos aan op de Strategic<br />
Areas van de TU/e en geeft de triple helix-benadering ruimte<br />
aan de TU/e om haar rol als publiek gefinancierde onderzoeks<br />
partner van het bedrijfsleven én de samenleving<br />
verder te ontwikkelen. Ook de doelen van de strategische<br />
agenda van OCW passen uitstekend in de activiteiten van<br />
de TU/e van de afgelopen en de komende jaren: een heldere<br />
profilering ten opzichte van en krachtenbundeling met<br />
nationale én internationale partners, sterke focus op verbetering<br />
van de rendementen van het onderwijs en het<br />
versterken en vernieuwen van onderzoekszwaartepunten.<br />
Het Sectorplan Technologie Uitvoering 2011-2015 van de<br />
3TU.Federatie kent eveneens deze prioriteiten.<br />
Het topsectorenbeleid en Horizon 2020 zullen de komende<br />
jaren de belangrijkste programmatische kaders voor publiekprivate<br />
samenwerking zijn. De opgebouwde ervaring en<br />
netwerken in Technologische Topinstituten (TTI’s), de succes<br />
volle participatie in de verschillende onderdelen van<br />
het Zevende Kaderprogramma, waaronder de Joint Technology<br />
Initiatives (JTI’s), de programma’s van de European<br />
Research Council (ERC) en de deelname aan de Knowledge<br />
& Innovation Communities InnoEnergy en ICT Labs van het<br />
European Institute for Innovation & Technology vormen<br />
een solide basis voor een belangrijke rol in de topsectoren<br />
en Horizon 2020.<br />
Actielijnen voor R&D<br />
Naast het feit dat de recente ontwikkelingen inhoudelijk<br />
goed aansluiten op de ambities van de TU/e, moet ook<br />
ge constateerd worden dat de basisfinanciering verder afneemt<br />
en de mogelijkheden om externe fondsen te<br />
werven ronduit onzeker zijn, nu de R&D-middelen vanuit<br />
de overheid sterk afnemen en onzeker is in welke mate<br />
mid de len beschikbaar komen in de topsectoren. Dit zal<br />
zich vertalen in een afname van onderzoeksmiddelen en<br />
aantallen promovendi.<br />
De TU/e zet in op vier lijnen om deze afname tegen te gaan:<br />
het aangaan van consortia met bedrijven via de Strategic<br />
Areas Energy, Health en Smart Mobility, een sterke deelname<br />
in Horizon 2020, een gerichte deelname in de topsectoren<br />
en een intensivering van kennisvalorisatie aan<br />
de TU/e. De perspectieven hiervoor zijn goed. Voorwaarde<br />
is evenwel dat de universiteit over voldoende basisfinanciering<br />
kan beschikken: deze programma’s werken<br />
als ‘multiplier’, waarbij op basis van eigen inzet externe<br />
fondsen worden verworven. Zonder eigen inzet kan echter<br />
geen sprake zijn van een dergelijk multipliereffect.<br />
TU/e in startblokken<br />
De TU/e kiest in haar strategie voor vernieuwing van het<br />
onderwijs, voor onderzoekszwaartepunten en voor een<br />
effectieve aanpak van kennisvalorisatie. Het één kan niet<br />
zonder het ander: de groei van studentenaantallen is alleen<br />
te realiseren als ook het aantal onderzoekers kan stijgen.<br />
Gezien het grote tekort aan hoogwaardige arbeids krachten<br />
in de hightech sector en de behoefte aan internationaal<br />
competitieve kennis, kan de TU/e de rol als motor van de<br />
hightech sector en het innovatieve bedrijfsleven slechts<br />
vervullen als deze groei ook daadwerkelijk wordt gerealiseerd.<br />
Duidelijk is dat de groeiambitie voor <strong>2016</strong> en 2020 een forse<br />
uitdaging inhoudt. De TU/e staat hiervoor in de start blokken.<br />
Samenwerking met overheden, bedrijven en collega-kennisinstellingen<br />
in Nederland en internationaal is essentieel<br />
om de doelen van het Strategisch Plan 2020 te bereiken<br />
en een maximaal effect te sorteren met de beschikbare<br />
mid de len voor onderwijs, onderzoek en kennisvalorisatie.<br />
Eind 2014, halverwege de looptijd van dit instellingsplan,<br />
zal een evaluatie plaatsvinden van de doel-stellingen<br />
richting <strong>2016</strong> en 2020. Op dat moment liggen de eerste<br />
jaren van de implementatie van het Strategisch Plan 2020<br />
achter ons en zal meer duidelijkheid bestaan over de<br />
financiële perspectieven.<br />
| 13
3. Maatschappelijk profiel<br />
“Om op onderzoeksgebied flexibel in te kunnen spelen op dynamische externe ontwikke<br />
lingen en om de maatschappelijke en economische impact van het onderzoek te<br />
versterken, bundelt de TU/e haar onder scheidende disciplinaire onderzoeksterktes<br />
in Strategic Areas rondom een beperkt aantal grote maat schappelijke issues. De<br />
Strategic Areas gaan als interface fungeren tussen enerzijds leerstoelen c.q. capaci<br />
teits groepen binnen de universiteit en anderzijds maatschappelijke instan ties,<br />
bedrijven en andere kennisinstel lingen waarmee de TU/e kennis ontwikkelt en<br />
deelt om deze tot maatschap pe lijke toepassing te brengen. Zij versterken het<br />
maatschappelijk profiel van de universiteit, haar ver dienvermogen in de tweede<br />
en derde geld stroom én haar aantrekkings kracht op potentiële studenten”.<br />
TU/e Strategisch Plan 2020<br />
14 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
In 2011 is gekozen voor drie Strategic Areas: Energy, Health<br />
en Smart Mobility. Binnen deze thema’s zullen consortia<br />
met maatschappelijke instanties, bedrijven en kennis instel -<br />
lingen worden gecreëerd. Vanuit deze consortia ontwikkelt<br />
en realiseert de TU/e gezamenlijke onderzoeks- en valo ri satie-programma´s.<br />
Ook zijn deze thema’s duidelijk zichtbaar<br />
in het opleidingenaanbod en in de externe profilering van<br />
de universiteit: dit zijn bij uitstek de maat schappelijke uitdagingen<br />
waar de TU/e aan werkt.<br />
3.1 Strategic Area Energy<br />
-------------------------------------------------------------------------<br />
“Oplossingen voor de energievoorziening vergen een<br />
lange adem. Maar als mensen echt willen, kunnen ze heel<br />
veel voor elkaar krijgen. In de zeventiende eeuw stookten<br />
we nog hout, daarna zijn we overgegaan op kolen en olie.<br />
Nu is de fase van schonere energiebronnen aangebroken”.<br />
Rick Harwig, directeur van de TU/e Strategic Area Energy<br />
-------------------------------------------------------------------------<br />
De TU/e focust met de Strategic Area Energy op nieuwe<br />
technologische oplossingen voor maatschappelijke<br />
problemen, zoals het opraken van fossiele brandstoffen,<br />
schadelijke effecten van energiegebruik op het milieu,<br />
klimaatverandering en de toenemende energiebehoefte<br />
van opkomende economieën. Uiteindelijk doel is schone<br />
energie die de vraag van morgen kan bedienen.<br />
De bron of mix van bronnen die onze maatschappij in de<br />
toekomst gebruikt, zal per situatie, stad, regio en land verschillen.<br />
De afgelopen vijftien jaar hebben laten zien dat<br />
er meer decentrale energievoorzieningen, zoals zonne cellen<br />
op daken, geïnstalleerd worden en dat consu menten bewuster<br />
met energie omgaan. Gebouwen kunnen in de toekomst<br />
zelf deels of geheel in hun behoefte gaan voor zien. Een<br />
andere belangrijke trend is de opkomst van elektrisch rijden,<br />
waardoor de vraag naar duurzame elektri citeit alleen maar<br />
verder zal toenemen. Ten opzichte van nu betekenen deze<br />
ontwikkelingen een grote verandering. Hoe gebouwen geen<br />
energie meer gaan gebruiken maar toch comfort bieden,<br />
hoe auto’s verder kunnen rijden op 1 batterij, hoe grote<br />
voertuigen schone brandstoffen gaan gebruiken en hoe<br />
kernfusie een onuitputtelijke bron van energie kan<br />
worden: dat zijn belangrijke onderzoeks vragen voor de<br />
TU/e. Energie is bij uitstek een gebied waar op de TU/e<br />
sterk kan bijdragen aan maatschappelijke uitdagingen.<br />
Onderzoeksthema’s<br />
De Strategic Area kent vier onderzoeksthema’s:<br />
• Built Environment<br />
Besparing, opwekking en toepassing van energie in een<br />
gebouw, wijk, stad of regio. Het gaat hierbij onder meer om<br />
smart grids, building management systems, isolatie,<br />
stedelijke planning, batterijen, thermische energieopslag<br />
en technieken voor het regelen van wooncomfort.<br />
• Energy Conversion<br />
De omzetting van duurzame bronnen in energie. Het gaat<br />
hierbij om verschillende soorten zonnecellen voor de<br />
omzetting van zonlicht in elektriciteit en de omzetting van<br />
zonlicht in vloeibare brandstoffen (‘solar fuels’).<br />
• Future Fuels<br />
Nieuwe brandstoffen uit duurzame bronnen in combinatie<br />
met de ontwikkeling van motoren om een zeer schone verbranding<br />
mogelijk te maken.<br />
• Fusion Energy<br />
Het oplossen van verschillende vraagstukken om tot een<br />
grootschalige energieproducerende reactor voor kernfusie<br />
te komen. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan de<br />
ontwikkeling van de ITER-reactor in Cadarache, Frankrijk.<br />
Op deze gebieden zijn circa 400 TU/e-onderzoekers actief.<br />
Het accent ligt hierbij op funderend onderzoek van topkwaliteit<br />
en op innovatie door samenwerking met bedrijven.<br />
Naast het ontwikkelen van technologie gaat het onderzoek<br />
ook in op de acceptatie en het gebruik van energietechnologie<br />
door consumenten.<br />
| 15
KIC InnoEnergy<br />
De TU/e is partner in de KIC InnoEnergy van het European<br />
Institute of Innovation and Technology, dat de ambitie<br />
heeft om uit te groeien tot het belangrijkste energie-innovatienetwerk<br />
van Europa. Daarnaast participeert de TU/e<br />
in Solliance, een alliantie van TNO, TU/e, Holst Centre, ECN,<br />
IMEC en een aantal bedrijven op het gebied van zonneenergie.<br />
Ook is de TU/e mede-initiatiefnemer van ‘Smart<br />
Energy Regions’, een netwerk van bedrijven, maatschappelijke<br />
organisaties en kennisinstellingen gericht op de<br />
ontwikkeling en implementatie van ‘slimme’ energietechno<br />
logie door en in de provincie Noord-Brabant en de<br />
hightech regio Brainport. Het project Smart Energy Regions<br />
Brabant is hier een belangrijke motor in. Daarnaast zal het<br />
Dutch Institute For Fundamental Energy Research (DIFFER)<br />
van FOM zich in 2015 op het TU/e Science Park vestigen.<br />
Ook in het preferred partnership met de <strong>Universiteit</strong> Utrecht<br />
en het UMC Utrecht zijn sinds 2011 samenwerkingsprojecten<br />
op het gebied van energie opgenomen. Het uitbouwen<br />
en benutten van deze netwerken is één van de belangrijke<br />
doelen voor de komende jaren.<br />
Centrum voor energie-onderzoek<br />
Deze netwerken en krachtenbundeling dragen bij aan de<br />
ontwikkeling van <strong>Eindhoven</strong> en de TU/e tot een centrum<br />
voor energieonderzoek met internationale uitstraling. Ook<br />
de studenten zullen hier de vruchten van plukken, onder<br />
meer door het Erasmus Mundus masterprogramma SELECT<br />
en de ontwerpersopleiding Smart Buildings & Cities (allebei<br />
ondersteund door de KIC InnoEnergy), door de 3TU-master<br />
Sustainable Energy Technology en door de in voorbereiding<br />
zijnde masteropleiding Science and Technology of Nuclear<br />
Fusion.<br />
Daarnaast zal in het Bachelor College het thema ‘energie’<br />
duidelijk naar voren komen in veel opleidingen. Ook zal<br />
het TU/e Science Park zelf dienen als testbed voor nieuwe<br />
energietechnologieën en zal de universiteit het eigen<br />
verbruik zo veel mogelijk verminderen.<br />
De hechte relaties in de regio en de grote nationale en<br />
internationale netwerken maken het voor de TU/e mogelijk<br />
om op basis van haar internationale positie een belangrijke<br />
rol voor bedrijven te spelen. De TU/e zal daarom samen<br />
met bedrijven sterk de focus leggen op deelname in Horizon<br />
2020, de KIC InnoEnergy en de Topsector Energie.<br />
Roadmaps<br />
In de periode <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong> zullen op elk van de vier thema’s<br />
onderzoeks- en valorisatieroadmaps ontwikkeld worden<br />
voor de komende 10 jaar en zal de TU/e consortia met maatschappelijke<br />
en private partners inrichten. Ook zullen ten<br />
opzichte van 2010 siginificant meer MSc’s in het domein<br />
energie opgeleid worden en zal ook het aantal PDEng’s<br />
toenemen. De focus bij zowel het vormen van consortia<br />
als het opleiden van studenten is internationaal: energie<br />
is mondiaal en Europees een belangrijk onderzoeks- en<br />
innovatiethema en internationaal is de belangstelling voor<br />
opleidingen in het energiedomein groot.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• Het TU/e Science Park is een gerenommeerd centrum<br />
van energieonderzoek, met activiteiten van onder meer<br />
TU/e, FOM en de EIT KIC InnoEnergy.<br />
• Onderzoekers aan de TU/e behoren inter nationaal tot<br />
de top op de gebieden van kernfusie, zonnecellen, future<br />
fuels, procestechnologie en energie in de gebouwde<br />
omgeving.<br />
• De instroom in masters op het gebied van Energy neemt<br />
toe van 70 in 2011 naar 105 in <strong>2016</strong>.<br />
• De externe financiering van onderzoek op het gebied van<br />
Energy zal in <strong>2016</strong> tenminste het topniveau van 2011<br />
evenaren (15 mln).<br />
• Het netwerk Smart Energy Regions kent 150 partners in<br />
de regio Brainport en werkt hecht samen met innovatieve<br />
regio’s in Europa.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
16 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
3.2 Strategic Area Health<br />
-------------------------------------------------------------------------<br />
“De kosten van de zorg in Nederland en elders in de wereld<br />
lopen op. Bovendien dreigt er een tekort aan verzorgend<br />
personeel. We moeten daarom technologieën realiseren die<br />
de zorg efficiënter maken. In mijn toekomstdroom bevat<br />
een ziekenhuis nauwelijks bedden, omdat kwalen worden<br />
voorkomen en verholpen zonder in het lichaam te snijden”.<br />
Roel Fonville, directeur van de Strategic Area Health<br />
-------------------------------------------------------------------------<br />
Door zorg rond de mens zelf te organiseren maakt technologie<br />
het mogelijk de kosten omlaag te brengen en de<br />
kwaliteit van leven te verhogen. Dit kan door technologie<br />
in te zetten voor zorg in huis via domotica, voor een<br />
sterkere focus op preventie en voor medisch specialisten<br />
zodat zij efficiënter kunnen werken. Bij elkaar genomen<br />
betekenen deze zaken een grote verandering. Daarvoor<br />
zijn nieuwe toepassingen nodig die zich baseren op<br />
nieuwe concepten, die voortkomen uit de interactie tussen<br />
de medische en technologische disciplines.<br />
De TU/e kan een grote bijdrage leveren aan het oplossen<br />
van maatschappelijke vraagstukken in de zorgsector. Meer<br />
dan 250 onderzoekers uit alle faculteiten werken binnen<br />
deze Strategic Area samen om grenzen te verleggen. Werken<br />
op het snijvlak van disciplines brengt nieuwe inzichten om<br />
complexe medische kwesties op te lossen. Door de traditioneel<br />
sterke binding van de TU/e met bedrijven en zorginstellingen<br />
kunnen binnen de universiteit ontwikkelde<br />
nieuwe technologische concepten toepasbaar gemaakt<br />
worden in te ontwikkelen nieuwe producten en diensten.<br />
Thema’s<br />
Centraal staan drie thema’s:<br />
• Smart Environment<br />
Technieken die een langer zelfstandig bestaan mogelijk<br />
maken en zo de belasting van de eerste- en tweedelijnszorg<br />
verminderen. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om<br />
de inrichting van de directe leef-omgeving, in kleding<br />
verwerkte ICT en informatie- en planningssystemen waarbij<br />
de mens centraal staat.<br />
• Smart Diagnosis<br />
Onderzoek naar niet-invasieve diagnostiek, naar technieken<br />
die lichaamsfuncties meten, in het lichaam kijken en<br />
snel een betrouwbaar meetresultaat geven. Deze nieuwe<br />
diagnostische technieken zijn belangrijk voor zowel de<br />
eerstelijnszorg als voor zelfhulp. Ze geven de patiënt zelf<br />
meer invloed en inzicht. Het gaat hierbij onder meer om<br />
imaging en biosensoren.<br />
• Smart Interventions<br />
Onderzoek naar effectieve ingrepen van zeer hoge kwali teit,<br />
die pijnloos en snel zijn, het gewenste resultaat opleveren<br />
bij de eerste keer toepassen en ervoor zorgen dat de patiënt<br />
daarna weer snel naar huis kan. De TU/e heeft kennis<br />
en expertise in huis op tal van terreinen die in dit verband<br />
relevant zijn, zoals image guided non invasive interven tions,<br />
tissue engineering, discharge plasma medicine en<br />
telerobotics.<br />
| 17
Onderzoek van topniveau<br />
Onderzoek en toepassing van technologie in de zorg vragen<br />
om een brede expertise - van thuiszorg tot klinische zorg<br />
in de ziekenhuizen - en om de betrokkenheid van vele disciplines.<br />
Daarvoor is allereerst onderzoek nodig van inter nationaal<br />
topniveau. Met het oog daarop werken onderzoekers<br />
van de TU/e samen met toponderzoekers in Nederland en<br />
daarbuiten. In de komende jaren zal de TU/e de samenwerking<br />
met het UMC Utrecht, het Maxima Medisch Centrum<br />
en het Catherina Ziekenhuis verder uitbouwen. Daarnaast<br />
zijn ook de universitaire medische centra van Nijmegen,<br />
Maastricht en Amsterdam van belang in de samenwer kingsprojecten.<br />
Ook zal met partners in het buitenland gestreefd<br />
worden naar deelname in een KIC Health Technology van<br />
het European Institute for Innovation and Technology (EIT).<br />
Imaging<br />
Het UMC Utrecht, de <strong>Universiteit</strong> Utrecht, de <strong>Technische</strong> <strong>Universiteit</strong><br />
<strong>Eindhoven</strong> en Philips hebben in 2012 het Institute<br />
for Diagnostic and Interventional Imaging (IDII) opgericht.<br />
Dit consortium richt zich op de ontwikkeling van nieuwe<br />
beeldgestuurde minimaal ingrijpende behandelingen voor<br />
kanker, hersenaandoeningen en hart- en vaatziekten.<br />
Door de kennis en kostbare faciliteiten in het UMC Utrecht<br />
en op de High Tech Campus <strong>Eindhoven</strong> te delen, wordt<br />
samenwerking versterkt en innovatie versneld. De resul taten<br />
van het consortium worden vertaald naar industriële<br />
productie van nieuwe systemen die kunnen worden ingezet<br />
in de klinische praktijk. In <strong>2016</strong> zal dit consortium<br />
volledig operationeel zijn.<br />
Gekwalificeerde arbeidskrachten<br />
In deze context zal ook een zwaar accent liggen op het<br />
opleiden en afleveren van voldoende goed gekwalificeerde<br />
arbeidskrachten. Zowel in de hightech sector als in de zorg<br />
is de vraag naar gekwalificeerd technisch-medisch personeel<br />
bijzonder hoog. In samenwerking met de <strong>Universiteit</strong> Utrecht<br />
streeft de TU/e naar een veelzijdig opleidingenaanbod dat<br />
studenten optimaal in staat stelt klinische en/of technologische<br />
richtingen te volgen. In de komende jaren zal een<br />
aantal nieuwe majoren en masteropleidingen van start<br />
gaan, waarbij het voor talentvolle studenten ook mogelijk<br />
wordt om via efficiënte leerwegen zowel ingenieur als arts<br />
te worden.<br />
Transitie<br />
In samenwerking met bedrijven zal de TU/e innovaties<br />
mogelijk maken die de transitie naar een zorg met lagere<br />
kosten en een hogere kwaliteit van leven vormgeven. Met<br />
mkb’s en een aantal grote bedrijven, zoals Philips Healthcare,<br />
zal de samenwerking worden verstevigd. Dit zal de<br />
TU/e doen in een internationale context. ‘Health’ is immers<br />
in heel Europa en daarbuiten een forse maat schap pelijke<br />
uitdaging. In de Strategic Area zullen hiertoe thema tische<br />
roadmaps worden ontwikkeld, die zich richten op focus,<br />
kritische massa en kwaliteit binnen de onderzoeks domeinen.<br />
Op basis van deze roadmaps richt de TU/e zich op<br />
de vorming van consortia met publieke en private part ners,<br />
onder andere in de topsectoren High Tech Systemen en<br />
Materialen en Life sciences & Health en in Europese Horizon<br />
2020-programma’s als Active Living en Healthy Ageing.<br />
Experimenteerplatforms<br />
Binnen de Brainportregio wordt met vele partijen in netwer<br />
ken samengewerkt bij het ontwikkelen van een<br />
hoogwaar dige infrastructuur voor open innovatie op medisch<br />
technologisch gebied, onder andere via de Imaging<br />
Facility en Slimmer Leven 2020. Vanuit deze netwerken<br />
zullen experimenteerplatforms (‘test beds’) en proeftuinen<br />
(‘living labs’) worden gerealiseerd om nieuwe techno logische<br />
concepten in een realistische context te beproeven.<br />
18 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• De TU/e speelt in samenwerking met partners een internationale<br />
rol op de wetenschapsgebieden die relevant<br />
zijn voor de centrale thema’s van de Strategic Area,<br />
zoals Medical Imaging, Regenerative Medicine, Mini mal<br />
Invasive technologies en Remote Sensors.<br />
• De TU/e levert een wezenlijke bijdrage aan de regionale<br />
initiatieven LIFETEC en Slimmer Leven 2020. De TU/e<br />
participeert in thema’s die gere lateerd zijn aan Brainport<br />
Living Labs voor Health.<br />
• De instroom in masters op het gebied van Health neemt<br />
toe van 60 in 2011 naar 90 in <strong>2016</strong>.<br />
• De externe financiering van onderzoek op het gebied van<br />
Health zal in <strong>2016</strong> tenminste het topniveau van 2011<br />
eve naren (13 mln).<br />
• Deelname aan een EIT KIC op het gebied van Health.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
3.3 Strategic Area Smart Mobility<br />
-------------------------------------------------------------------------<br />
“Mobiliteit heeft ons veel welvaart gebracht, maar er zijn<br />
ook nadelen: verkeersongelukken, files, vervuiling en het<br />
verbruik van fossiele brandstoffen. Toch zie ik de toekomst<br />
erg zonnig in. Nieuwe technologieën zullen oplossingen<br />
bieden voor maatschappelijke problemen, zodat we ook in<br />
de toekomst de wereld kunnen blijven bereizen”.<br />
Carlo van de Weijer, directeur van de Strategic Area Smart<br />
Mobility en vice-president business development traffic solutions<br />
bij TomTom<br />
-------------------------------------------------------------------------<br />
De ontwikkelingen op het gebied van verkeer en voer tuigen<br />
gaan bijzonder hard. Nu al zitten er meer dan 60<br />
processoren in een auto, die helpen het voertuig veiliger<br />
en energiezuiniger te maken. Door nieuwe vormen van<br />
cruise-control en car-to-car communicatie zullen voertuigen<br />
kunnen anticiperen op het gedrag van andere voertuigen.<br />
Remmen, versnellen en eventueel invoegen gebeurt automatisch<br />
aan de hand van gegevens die voertuigen<br />
van elkaar krijgen. ‘Krantje lezen achter het stuur’ is geen<br />
onrealis tische gedachte. In het goederenvervoer zullen<br />
nieuwe logistieke- en informatiesystemen slim en efficiënt<br />
plannen en ritten aan elkaar knopen met als resultaat:<br />
minder ‘lege kilometers’ en lagere kosten. Intelligente verkeers-<br />
en navigatiesystemen vertellen iedere wegge bruiker<br />
niet alleen hoe hij de snelste route kan afleggen, maar<br />
bij wijze van spreken ook of hij beter eerst boodschappen<br />
kan gaan doen en pas daarna een pakketje wegbrengen.<br />
De oplossingen die worden aangedragen aan de maatschappij<br />
zijn gericht op twee zaken: het intelligenter en<br />
productiever plannen van mobiliteit en het duurzamer -<br />
schoner, veiliger en zuiniger - transporteren van mensen<br />
en goederen.<br />
| 19
Smart Mobility is een maatschappelijke uitdaging waarvoor<br />
de TU/e veel kennis en expertise in huis heeft, op heel<br />
uiteenlopende terreinen: planning, logistiek, verkeers mana<br />
gement, veiligheid van verkeer en schone voertuigen.<br />
In een voor Nederland unieke combinatie van automotive,<br />
ICT en logistiek gaan circa 250 onderzoekers van de TU/e<br />
deze uitdaging aan.<br />
Thema’s<br />
Daarbij zijn de volgende thema’s leidend:<br />
• Automotive Technology<br />
Het geïntegreerd samenwerken van het groeiend aantal<br />
hightech systemen in een auto, ten behoeve van steeds<br />
schonere, zuinigere en veiligere auto’s.<br />
• Intelligent Transportation Systems<br />
Het concept van de Connected Car, de computergestuurde<br />
auto die communiceert met andere auto’s. Door een<br />
combinatie van sensoren, real time controlemogelijkheden<br />
en communicatie-netwerken interacteren auto’s met elkaar<br />
en hun omgeving.<br />
• ICT/Embedded Systems<br />
Ontwikkeling van embedded systems in voertuigen en<br />
ontwikkeling van intelligente software, waardoor het voertuig<br />
zich aanpast aan de gebruiker en reageert op externe<br />
signalen.<br />
• Mobility & Traffic<br />
Geavanceerde computermodellen die simuleren hoe<br />
mensen zich door de openbare ruimte bewegen, met of<br />
zonder voertuig. Die informatie kan gebruikt worden voor<br />
beleidsvorming op het gebied van ruimtelijke ontwik keling,<br />
verstedelijking, energie, het openbaar vervoer, de<br />
aanleg van netwerken en het voorspelbaar maken, beperken<br />
of zelfs oplossen van files.<br />
• Transport & Logistics<br />
De totale supply chain, een nauwe integratie van transport<br />
en logistiek met behulp van geavanceerde ICT-systemen.<br />
Hiervoor is een conceptuele modellering nodig van supply<br />
chain management en verkeersmanagement.<br />
Opleidingen<br />
Voor studenten is in 2012 een veelzijdig opleidingen aan bod<br />
beschikbaar. Zo kan men Logistics in een master- en ontwerpersopleiding<br />
studeren en zijn er opleidingen op het<br />
gebied van automotive over het gehele spectrum van<br />
bachelor, master en ontwerper - een aanbod dat uniek is<br />
voor Nederland. De TU/e streeft naar een sterke groei van<br />
het aantal studenten in de automotive en logistieke opleidingen<br />
om te kunnen voorzien in de behoefte van bedrijven<br />
naar gekwalificeerde arbeidskrachten. Voor <strong>2016</strong> ligt de<br />
doelstelling op +50%.<br />
Veiliger en duurzamer<br />
De TU/e gaat de maatschappelijke uitdaging aan om mobiliteit<br />
schoner, veiliger en duurzamer te maken - in samenwerking<br />
met partners in de hightech en logistieke sector,<br />
binnen en buiten de regio Brainport Zuidoost-Nederland.<br />
De Dinalog Campus in Breda, AutomotiveNL, Dutch Integrated<br />
Testsite for Cooperative Mobility (DITCM), European<br />
Supply Chain Forum en Green Car Initiative zijn de voornaamste<br />
kennispartners. Ook bedrijven en instanties zoals<br />
DAF, TomTom, NXP, VDL, Bosch Transmissions, Corus,<br />
Nedcar, DTI, TNT, TNO, Prodrive, Unilever en het Ministerie<br />
van Infrastructuur & Milieu zijn bij de Strategic Area<br />
betrokken.<br />
Roadmaps en consortia<br />
De TU/e zal de komende jaren roadmaps en consortia<br />
vormgeven met onder andere deze belangrijke maatschappe<br />
lijke partners en bedrijven. Daarbij ligt de focus op zowel<br />
nationale initiatieven, zoals de topsectoren High Tech<br />
Systemen en Materialen, Energie en Logistiek, als op internationale<br />
ontwikkelingen. Zo zijn er hechte banden met<br />
andere logistieke topregio’s zoals Waterloo in Canada en<br />
het Ruhrgebied en bestaan er sterke banden met de automotive<br />
industrie, met name in Duitsland.<br />
20 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
Start-ups<br />
Een laatste belangrijk doel voor de komende jaren is het<br />
ondersteunen van een substantieel aantal nieuwe startups<br />
in het domein van Smart Mobility: veel automotivecomponenten<br />
en nieuwe logistieke concepten en<br />
toepassingen kunnen bij uitstek door kleine innovatieve<br />
bedrijven tot een product worden gemaakt. Het TU/e<br />
Science Park zal daar als ‘living lab’ en testbed voor nieuwe<br />
toepassingen kunnen fungeren. Door hechte samenwerking<br />
met overheden en grote bedrijven kan dit ertoe leiden dat<br />
de regio Brainport Zuidoost Nederland en de TU/e internationaal<br />
erkend worden als een belangrijk centrum van<br />
kennis en innovatie op het gebied van mobiliteit.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• De instroom in masters op het gebied van Smart Mobility<br />
neemt toe van 110 in 2011 naar 165 in <strong>2016</strong>.<br />
• De externe financiering van onderzoek op het gebied van<br />
Smart Mobility zal in <strong>2016</strong> tenminste het topniveau van<br />
2011 evenaren (9 mln).<br />
• De Strategic Area Smart Mobility wordt door bedrijven<br />
in binnen- en buitenland erkend als een belangrijke<br />
bron van innovatie en kennis.<br />
• De mede aan de TU/e ontwikkelde modellen en technologieën<br />
leveren een belangrijke bijdrage aan de<br />
beleidsvorming op het gebied van verkeer en vervoer.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
| 21
4. Onderwijs<br />
“De TU/e voorziet in 2020 in de behoeften van de samenleving en de kennis industrie<br />
aan verschillende typen academisch gevormde ingenieurs, technolo gisch ontwerpers<br />
en onderzoekers. Via een gedifferentieerd onderwijsaanbod wordt adequaat<br />
ingespeeld op de uiteen lopende studiekeuzemotieven van verschillende groepen<br />
studenten en op de behoefte aan verschillende typen technologische kenniswerkers<br />
op de arbeidsmarkt. Het studieklimaat is uitdagend en motiverend.<br />
Onderwijs en studentenpopulatie zijn in 2020 sterk internationaal”.<br />
TU/e Strategisch Plan 2020<br />
22 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
In de periode <strong>2013</strong> - <strong>2016</strong> realiseert de TU/e een ingrij pende<br />
hervorming van haar bacheloronderwijs en brengt zij<br />
alle bacheloropleidingen onder in het TU/e Bachelor<br />
College. Het masteronderwijs en de technische ontwerpersoplei<br />
dingen en promotietrajecten worden gebundeld in de<br />
TU/e Graduate School en krijgen hierdoor meer samenhang<br />
en inter nationaal profiel. De nodige inspanningen zullen<br />
worden geleverd om de uitval uit opleidingen te verkleinen<br />
en de onderwijsrendementen te verbeteren. Met hoge<br />
kwaliteitsstandaarden borgt de TU/e dat zij hoog waardige<br />
ingenieurs en onderzoekers aflevert. Het aantal buitenlandse<br />
studenten in bachelor- en masteropleidingen zal<br />
de komende periode sterk stijgen en Nederlandse<br />
studenten doen in toenemende mate buiten landervaring<br />
op. Tot slot zal de TU/e een visie ontwikkelen op haar rol<br />
ten aanzien van de toenemende maatschappelijke vraag<br />
naar life long learning.<br />
4.1 Bachelor College<br />
In juni 2011 is de TU/e gestart met een ingrijpende hervorming<br />
van haar bacheloronderwijs. De opleidingen worden<br />
aantrekkelijker, uitdagender en studeerbaarder zowel voor<br />
‘concrete’, vooral technisch georiënteerde bèta’s als voor<br />
mensgerichte, generalistische en carrière gerichte béta studenten.<br />
Het doel is om tegemoet te komen aan de enorme<br />
vraag van het bedrijfsleven, landelijk en in de Brainportregio<br />
<strong>Eindhoven</strong>, naar meer en diversere ingenieurs.<br />
De bacheloropleidingen van de TU/e zijn inhoudelijk van<br />
hoog niveau. Desondanks stromen er al jaren te weinig<br />
studenten in en zijn de rendementen te laag. Daardoor kan<br />
de TU/e niet voldoen aan de maatschappelijke behoefte<br />
aan ingenieurs. Tal van losse maatregelen om dat aan te<br />
pakken hebben onvoldoende resultaat opgeleverd. Daarom<br />
is gekozen voor een meer fundamentele en samenhangende<br />
aanpak. De bacheloropleidingen worden beter gestructureerd,<br />
inhoudelijk vernieuwd en met elkaar onder één<br />
paraplu gebracht in het TU/e Bachelor College.<br />
Aantrekkelijke bachelor<br />
De TU/e trekt tot nu toe vooral studenten aan die van nature<br />
interesse hebben in bètavakken en technologie, de concrete<br />
bèta’s. Met het Bachelor College richt de TU/e zich ook<br />
op zogenaamde carrièregerichte bèta’s en generalistische,<br />
mensgerichte bèta’s, onder wie veel meisjes met bèta talent.<br />
De instroom van bachelorstudenten zal in de periode tot<br />
het jaar 2020 moeten groeien naar minstens 1700 per jaar.<br />
Om die groei te bereiken maakt de TU/e het onderwijs<br />
aantrekkelijker, uitdagender en kansrijker voor alle vwo’ers<br />
met de profielen Natuur & Gezondheid en Natuur &<br />
Techniek. Ook wil de TU/e extra studenten aantrekken door<br />
haar wervingsgebied uit te breiden naar heel Nederland en<br />
het aangrenzende buitenland.<br />
Opzet opleidingen<br />
De hervormde bacheloropleidingen omvatten een major<br />
(90 sp), basiscomponent (30 sp), USE-component (15 sp)<br />
en keuzeruimte (45 sp). In de keuzeruimte worden<br />
aantrekkelijke coherente pakketten van 15 studiepunten,<br />
disciplinair én interdisciplinair, aangeboden rond uitdagende<br />
thema’s als de Strategic Areas. Studenten kunnen<br />
de keuzeruimte gebruiken om zich te verdiepen in de<br />
eigen discipline of juist om zich te verbreden. Ze kunnen<br />
zelf richting geven aan hun opleiding en hun ontwikkeling<br />
tot unieke professional. Om bestaande en nieuwe doelgroepen<br />
meer keuzemogelijkheden te bieden worden in de<br />
bestaande opleidingen ook nieuwe majoren aangeboden.<br />
Docenten bieden adequate coaching zodat er weloverwogen<br />
keuzes en samenhangende studiepaden ontstaan.<br />
Studierendementen<br />
De studierendementen van de bacheloropleidingen zijn nu<br />
te laag: circa 40% van de studenten haakt af in het eerste<br />
studiejaar en slechts 35% van de studenten die zich na het<br />
eerste jaar herinschrijven behaalt binnen vier jaar na de<br />
start van de opleiding een diploma. De TU/e streeft ernaar<br />
dat dit percentage in 2020 verdubbeld zal zijn tot 70%.<br />
| 23
Hiertoe zullen verschillende vernieuwingen worden doorgevoerd.<br />
Een standaardomvang van vakken maakt het<br />
mogelijk horizontaal te programmeren, waardoor studenten<br />
meer flexibiliteit krijgen om een individueel studiepad te<br />
volgen. Een maximum van drie vakken tegelijkertijd voorkomt<br />
piekbelasting voor studenten. Er worden meer studentactiverende<br />
werkvormen gehanteerd. Door per onderwijsonder<br />
deel vaker te toetsen zal een student zijn<br />
inspan ningen beter kunnen verdelen en worden toetsen<br />
betrouwbaarder. Het eindcijfer wordt niet meer volledig<br />
bepaald door de eindtoets. Verder zullen er met alle<br />
stu den ten die zich aanmelden intakegesprekken worden<br />
gevoerd en zullen docenten studenten intensief gaan<br />
coachen bij het maken van keuzes op hun studiepad.<br />
Noodzaak voor maatschappij<br />
Met het Bachelor College speelt de TU/e in op de groei en de<br />
maatschappelijke behoefte aan ingenieurs en aan meer<br />
verschillende ingenieurs. Want de maatschappij wil niet<br />
alleen méér ingenieurs maar ook een grotere verscheidenheid.<br />
Er is dan ook geen sprake van dé ingenieur van<br />
de toekomst maar van allerlei ingenieurs van de toekomst,<br />
ingenieurs met heel verschillende profielen. Juist in de<br />
Brainportregio, het technologische hart van Nederland en<br />
één van de technologische topregio’s binnen Europa, is deze<br />
differentiatie gewenst. Deze noodzaak is ook naar vo ren<br />
gebracht in de Human Capital Agenda’s en het Masterplan<br />
Bèta en Technologie van de topsectoren.<br />
Naast ingenieurs met diepgang in één technologische<br />
discipline zijn er ingenieurs nodig die verbindingen kunnen<br />
slaan tussen verschillende technologische disciplines en/of<br />
tussen technische disciplines en de mens- en maat schappijgerichte<br />
wetenschappen. Er is een dringende behoefte<br />
aan ingenieurs die technologische kennis ondernemend<br />
weten om te zetten in maatschappelijk en economisch aantrekkelijke<br />
innovaties.<br />
Een grotere bachelorinstroom en betere studierendementen<br />
moeten niet alleen leiden tot een forse groei van de instroom<br />
van studenten in de masteropleidingen en een grotere<br />
jaarlijkse uitstroom van hoogwaardige ingenieurs uit de<br />
masteropleidingen, maar ook tot een grotere variatie in<br />
afstudeerprofielen van ingenieurs.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• Succesvolle implementatie van de in het Pro gram ma<br />
Hervorming Bacheloropleidingen ontwikkelde opzet<br />
voor het vernieuwde bachelor onderwijs.<br />
• Handhaving van het hoge niveau van studenten tevreden<br />
heid, onder meer blijkend uit studen ten oordelen<br />
per opleiding in de NSE en vakevaluaties.<br />
• Toename van de instroom in de bacheloroplei din gen<br />
van 1190 in 2011 naar 1540 in <strong>2016</strong>.<br />
• Sterke verbetering van de rendementen: meer dan 55%<br />
van de herinschrijvers na het eerste jaar voltooit de<br />
opleiding binnen vier jaar na aanvang.<br />
• Tenminste 10% van de studenten onderscheidt zich als<br />
excellente student via verschillende uit dagende<br />
program ma’s.<br />
• De Strategic Areas zijn goed verankerd in de bacheloropleidingen<br />
via coherente pakketten, waaronder<br />
certificaat programma’s.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
24 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
4.2 Graduate School<br />
Het onderwijs na de bachelor is in 2011 gebundeld in<br />
de TU/e Graduate School, die zowel facultaire graduate<br />
programma’s als faculteitsoverstijgende, thematische<br />
graduate programma’s omvat. Op deze wijze kunnen de<br />
master- (MSc) en ontwerpersopleidingen (PDEng) en de<br />
trajecten voor promovendi (PhD) internationaal herkenbaar<br />
worden geprofileerd. Bovendien wordt de samenhang<br />
tussen de masteropleidingen, ontwerpersopleidingen en<br />
trajecten voor promovendi door de bundeling in graduate<br />
programs versterkt. Ook kunnen excellente studenten<br />
al tijdens hun masteropleiding stappen zetten richting een<br />
ontwerpersopleiding of promotietraject.<br />
De TU/e gaat hiermee meer studenten uit Nederland en het<br />
buitenland aantrekken. De instroom in de master oplei dingen<br />
is cruciaal voor het opleiden van voldoende ingenieurs<br />
voor het bedrijfsleven. Een belangrijke voorwaarde voor een<br />
grotere instroom is een internationaal herkenbaar en kwalitatief<br />
hoogstaand aanbod van opleidingen, dat boven dien<br />
ruimte biedt aan de persoonlijke wensen van de student.<br />
Samenhang<br />
De Graduate School omvat 15 graduate programs, die ieder<br />
gericht zijn op één discipline of discipline-over stij gend<br />
thema. Elk graduate program bevat één of meerdere masterc.q.<br />
ontwerpersopleiding(en) en diverse promotietrajecten.<br />
Onderwijs en onderzoek zijn binnen de graduate programs<br />
vanzelfsprekend nauw met elkaar verweven. Omdat veel<br />
TU/e-onderzoek in samenwerking met het bedrijfsleven<br />
plaats vindt, kunnen studenten uitstekend worden voor bereid<br />
op een rol als ingenieur, ontwerper of onderzoeker in<br />
het bedrijfsleven dan wel een rol als onderzoeker aan een<br />
kennisinstelling. Ook door korte certificaatprogramma’s,<br />
gericht op bijvoorbeeld ondernemerschap, die gemak ke lijk<br />
kunnen worden ingepast in de opleiding, kunnen studenten<br />
de door hen gewenste competenties verwerven.<br />
Kwaliteit en excellentie<br />
Voor excellente masterstudenten zal het mogelijk worden<br />
om - daar waar zij bewezen hebben extra studielast aan te<br />
kunnen - al tijdens hun masteropleidingen onderdelen van<br />
een ontwerpersopleiding of promotietraject te volbrengen.<br />
Excellente studenten kunnen zich op deze manier voorbereiden<br />
op een PhD- of PDEng-opleiding.<br />
De huidige MSc-, PDEng- en PhD-opleidingen van de TU/e<br />
zijn van hoge kwaliteit. Ook het bedrijfsleven geeft aan dat<br />
afgestudeerden het juiste niveau hebben. Door de Graduate<br />
School een centrale rol te geven in de kwaliteits borging<br />
kan de kwaliteitsborging verder uitgebouwd en efficiënter<br />
uitgevoerd worden. Dit geldt ook voor de kwaliteit zorg<br />
binnen de PDEng- en PhD-opleidingen.<br />
Internationale werving en ervaring<br />
De TU/e Graduate School zal een belangrijke coördi ne ren de<br />
functie gaan vervullen bij het internationaal werven van<br />
potentiële MSc-, PDEng- en PhD-studenten. Daarvoor worden<br />
verschillende middelen ingezet: een intensieve profilering<br />
van het opleidingenaanbod en loopbaankansen in de<br />
regio Brainport, fondsvorming voor MSc- en PhD-beurzen<br />
en afspraken met partneruniversiteiten over gezamenlijke<br />
graduate programs.<br />
De TU/e streeft ernaar dat vrijwel alle studenten internationale<br />
ervaring opdoen tijdens de studie. Dit betekent<br />
dat zij onderwijs volgen samen met studenten van andere<br />
buitenlandse instellingen (op afstand) of zelf een periode<br />
aan een buitenlandse instelling studeren. De Graduate<br />
School zal zich, naast het ontwikkelen van vakken samen<br />
met buitenlandse instellingen, richten op het voorkomen<br />
van studievertraging door studeren in het buitenland.<br />
| 25
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• De graduate programs van de TU/e (MSc, PDEng en<br />
PhD) zijn nationaal en internationaal sterk geprofileerd.<br />
• De instroom in de masteropleidingen neemt toe van<br />
1100 in 2011 naar 1375 in <strong>2016</strong> en in de<br />
ontwerpersopleiding van 120 in 2011 naar 140 in <strong>2016</strong>.<br />
De instroom in de promotietrajecten blijft met 175<br />
constant op het niveau van 2011.<br />
• Het aantal studenten dat in 30 maanden de masteropleiding<br />
voltooit neemt toe van 50% in 2011 naar meer<br />
dan 60% in <strong>2016</strong>.<br />
• Tenminste 25% van de Nederlandse TU/e-stu den ten<br />
haalt studiepunten aan een buitenlandse instelling.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
4.3 Postgraduate onderwijs<br />
Postinitieel onderwijs (postgraduate onderwijs) is van<br />
groot belang voor het hightech bedrijfsleven en daarmee<br />
ook voor de Brainportregio. Het is cruciaal voor bedrijven<br />
en medewerkers om over de meest recente kennis en kunde<br />
in hun vakgebied te beschikken en zich tijdens de loopbaan<br />
verder te blijven ontwikkelen. In het masterplan Bèta &<br />
Techniek is dit onder de noemer ‘binden, boeien en ontwikkelen’<br />
genoemd als één van de vier speerpunten voor het<br />
oplossen van het grote tekort aan arbeidspotentieel voor het<br />
technisch bedrijfsleven. Daarnaast is er een grote behoefte<br />
in het bedrijfsleven aan postinitieel onderwijs op het terrein<br />
van management en bedrijfskunde, onder meer voor<br />
medewerkers met een technische opleiding die zich willen<br />
doorontwikkelen naar leidinggevende functies.<br />
Life long learning<br />
Met het Bachelor College en de Graduate School beantwoordt<br />
de TU/e de vraag van het innovatieve bedrijfsleven<br />
naar hoogwaardige kenniswerkers. Via het verzorgen van<br />
postgraduate onderwijs gaat de TU/e in op de toenemen de<br />
behoefte van deze professionals aan ‘life long learning’ op<br />
academisch niveau.<br />
Postgraduate onderwijs omvat al het onderwijs dat wordt<br />
gevolgd na afronding van de initiële opleiding - doorgaans<br />
met een mastergraad - en het betreden van de arbeidsmarkt.<br />
Op het terrein van postgraduate managementonderwijs<br />
werkt de TU/e sinds jaar en dag samen met de <strong>Universiteit</strong><br />
van Tilburg in de business school TiasNimbas. Het postinitieel<br />
onderwijs in de natuur- en ingenieurswetenschappen<br />
is vanuit de TU/e echter nog zeer bescheiden en weinig<br />
geprofileerd. De TU/e bezint zich daarom op haar rol en<br />
positie op dit terrein en zal begin <strong>2013</strong> een visie en implementatieplan<br />
presenteren. Deze zal zich op voorhand<br />
richten op het aanbieden van kortlopende cursussen en<br />
trainingen op het terrein van de natuur- en ingenieurswetenschappen,<br />
die worden afgesloten met een certifi caat.<br />
Deze kortlopende cursussen en trainingen zullen via zowel<br />
open inschrijving aan de TU/e als incompany worden<br />
verzorgd.<br />
26 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
Vraag leidend<br />
De inhoud van dit onderwijs zal worden bepaald in nauwe<br />
samenspraak met beroepsorganisaties, zoals KIVI-NIRIA,<br />
bedrijven in de regio Brainport en koepelorganisaties. De<br />
vraag vanuit bedrijven en hun medewerkers is leidend voor<br />
het postgraduate onderwijsaanbod.<br />
Daarnaast is het van belang dat het aanbod duidelijk en<br />
toegankelijk is voor bedrijven en andere organisaties.<br />
De postgraduate onderwijsactiviteiten op het terrein van<br />
de natuur- en ingenieurs-wetenschappen zullen daarom<br />
op voorhand binnen één universiteitsbreed loket worden<br />
samengebracht en vervolgens worden uitgebouwd.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• Heldere TU/e-propositie begin <strong>2013</strong> voor postgra duate<br />
onderwijs in de natuur- en ingenieurs weten schappen<br />
en ontwikkeling van onderwijsaanbod op basis van deze<br />
propositie in periode <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong><br />
• Groei van het aantal deelnemers aan postgra duate<br />
onderwijs (excl. TiasNimbas), van 100 cursisten per jaar<br />
in <strong>2013</strong> naar minimaal 250 cursisten per jaar in <strong>2016</strong>.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
4.4 Kwaliteitszorg onderwijs<br />
Het TU/e-onderwijs kan zich meten met de beste tech nische<br />
universiteiten in de wereld en voldoet aantoonbaar<br />
aan de hoogste internationale kwaliteitsstandaarden. Dat<br />
vinden collega-onderzoekers en docenten, onafhankelijke<br />
accreditatieorganisaties en - het belangrijkst - de stu -<br />
denten, de alumni en hun werkgevers. Hiervan getuigen de<br />
tevredenheidspeilingen zoals die in Elsevier, de Keuzegids<br />
Hoger Onderwijs en de Times Higher Education-ranking.<br />
Het is een continue uitdaging deze posities tenminste te<br />
handhaven en waar mogelijk te verbeteren.<br />
ACQA<br />
De TU/e leidt haar ingenieurs (MSc), ontwerpers (PDEng) en<br />
onderzoekers (PhD) op voor uiteenlopende functies in<br />
het bedrijfsleven, de maatschappij en de wetenschap. Het<br />
inhoudelijke profiel van de opleidingen is afgestemd op<br />
die behoeften. Voor de bewaking van de kwaliteit van de<br />
opleidingen maakt de TU/e gebruik van de mede in eigen<br />
huis ontwikkelde Academic Competences and Quality<br />
Assu rance (ACQA) systematiek. Deze systematiek zal de<br />
komende jaren samen met partners uit binnen- en buitenland<br />
verder ontwikkeld worden.<br />
BKO<br />
De TU/e kiest ervoor om niet alleen bij gesignaleerde<br />
problemen, maar ook bij alle nieuwe aanstellingen en bij<br />
bevorderingen van docenten het behalen van de Basiskwalificatie<br />
Onderwijs (BKO) als voorwaarde te stellen. Om<br />
de interne kwaliteitszorg, die op de TU/e een sterke basis<br />
in de faculteiten heeft, verder te verankeren in de organisatie,<br />
zullen het Bachelor College en de Graduate School<br />
hier een centrale rol in gaan spelen, ondersteund door de<br />
Centrale Commissie Kwaliteitszorg Onderwijs (CCKO). Dit<br />
heeft tevens tot doel de kwaliteitszorgprocessen efficiënt<br />
vorm te geven.<br />
| 27
Instellingstoets<br />
Op basis van deze interne kwaliteitszorg zal de TU/e in <strong>2013</strong><br />
de instellingstoets van de NVAO doorlopen, een basisvereiste<br />
in het hoger onderwijsstelsel. Daarnaast zal de TU/e<br />
per opleiding bekijken in hoeverre in de accreditatie<br />
gestreefd kan worden naar een bijzonder kenmerk, zoals<br />
‘internationalisering’ of ‘ondernemen’. Zo participeert<br />
de TU/e in de NVAO-pilot ’bijzonder kenmerk ondernemen’.<br />
Rankings<br />
Ook zal de TU/e goed de mogelijkheden bekijken om naast<br />
de huidige deelname aan de Center for Higher Educationranking<br />
de kwaliteit van de opleidingen internationaal te<br />
profileren, bijvoorbeeld door het nog in ontwikkeling<br />
zijnde U-Multirank.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• Verwerven instellingstoets kwaliteitszorg van de NVAO<br />
en bijzonder kenmerk ‘ondernemen’.<br />
• TU/e is de beste technische universiteit van Nederland<br />
en behoort bij de beste 10 technische universiteiten in<br />
Europa in verschillende onder wijsgerichte rankings.<br />
• Aandeel van docenten met BKO stijgt van 12,5% in 2011<br />
naar tenminste 20% in <strong>2016</strong>.<br />
• Bedrijven en andere relevante werkgevers in de regio<br />
Brainport geven aan bijzonder tevreden te zijn met het<br />
opleidingsniveau van TU/e- afge stu deerden.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
4.5 Internationaliseren van<br />
studentenpopulatie en onderwijs<br />
De vraag vanuit bedrijven en de wetenschap naar hooggekwalificeerde,<br />
internationaal georiënteerde ingenieurs is<br />
groot. De TU/e ziet het als haar taak om de arbeidsmarkt<br />
goed te bedienen. Dat betekent dat het aantal studenten en<br />
afgestudeerden fors zal moeten groeien, gezien het nu al<br />
grote tekort aan arbeidskrachten. Vanwege de hogere<br />
drempels voor Nederlandse studenten om Science & Engineering-masterprogramma’s<br />
te volgen zal met name de<br />
instroom van buitenlandse studenten sterk moeten groeien.<br />
Naast meer ingenieurs, vragen bedrijven ook om inge nieurs<br />
die overal ter wereld ingezet kunnen worden. Het is daarom<br />
van belang dat studenten tijdens de opleiding interna tionale<br />
ervaring opdoen. De TU/e streeft ernaar om een truly<br />
international community te worden waarin interactie tussen<br />
nationale en internationale studenten en medewerkers<br />
vanzelfsprekend is.<br />
Internationale studenteninstroom<br />
Om de komende jaren een grotere instroom van inter nationale<br />
studenten te bewerkstelligen, focust de TU/e op een<br />
aantal initiatieven. Zo is het streven het Amandus Lundq vist<br />
Scholarship Program (ALSP) - onder andere - voor<br />
internationale studenten uit te breiden en het aantal ‘joint<br />
degree programs’ onder andere via Erasmus Mundus -<br />
vanaf 2014 Erasmus for All - te laten groeien. Daarnaast<br />
zal de TU/e actief studenten werven in de doellanden<br />
Brazilië, Mexico, India, China, Spanje, Griekenland en het<br />
Verenigd Koninkrijk en zullen internationale studenten<br />
en alumni gevraagd worden zich als ambassadeurs voor de<br />
TU/e in te zetten. Het TU/e ‘Career Center’ zal zich inzetten<br />
om internationale masterafgestudeerden en PhD- en PDEngstudenten<br />
te behouden voor de regio Brainport.<br />
28 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
Internationaliseren onderwijsprogramma’s<br />
De komende jaren investeert de TU/e in het internatio naliseren<br />
van de curricula. Het vakgebied van ingenieurs<br />
wordt steeds meer internationaal. Van TU/e-afgestudeerden<br />
wordt verwacht dat ze over de juiste vaardigheden beschikken<br />
om te functioneren in een internationale werkomgeving.<br />
TU/e-programma’s zullen daarom studenten internationale<br />
‘exposure’ bieden in de vorm van een actieve deelname<br />
aan een internationaal programma of project. Dit kan via een<br />
‘virtual campus’ setting, waarbij studenten op twee locaties<br />
bijvoorbeeld via Skype samenwerken aan een project of<br />
via het volgen van onderwijs bij een buitenlandse partneruniversiteit.<br />
Om dit te ondersteunen zal de TU/e de huidige<br />
structurele partnerschappen met hoog gekwalificeerde<br />
universiteiten in het buitenland uitbreiden. Ook zal meer<br />
internationale wetenschappelijke staf in dienst worden<br />
genomen en zal de TU/e-staf waar nodig bijgeschoold worden<br />
met betrekking tot het werken met internationale<br />
studentengroepen.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• Groei van het aantal internationale studenten in de<br />
master van 560 in 2011 naar 620 in <strong>2016</strong>.<br />
• Tenminste 25 % van de Nederlandse TU/e-stu den ten<br />
haalt studiepunten aan een buiten landse instelling.<br />
• In <strong>2016</strong> kent de TU/e goedlopende en goed<br />
gewaardeerde digitale fora via de social media, gericht<br />
op het betrekken van internationale studenten en<br />
alumni bij activiteiten van de TU/e en de stad <strong>Eindhoven</strong>.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
International community<br />
Om de aantrekkingskracht van de TU/e op toekomstige en<br />
huidige internationale studenten en kennis-werkers te<br />
vergroten, en om de Nederlandse studenten vanzelf sprekend<br />
kennis te laten maken met andere culturen en<br />
groepen studenten, focust de TU/e op de ontwikkeling naar<br />
een truly international community. Dit betekent onder<br />
andere dat taalbarrières zoveel mogelijk worden geslecht,<br />
waardoor ook buitenlandse studenten bijvoorbeeld<br />
kunnen participeren in de medezeggenschap. Ook zullen<br />
internationale TU/e-alumni die werken in de regio Brainport<br />
worden betrokken bij de TU/e international community.<br />
Tot slot zal de TU/e actief participeren in de digitale fora<br />
voor internationale studenten en alumni, om aanstaande<br />
en huidige studenten optimaal te informeren en te betrekken<br />
bij activiteiten aan de TU/e en in de stad <strong>Eindhoven</strong>.<br />
| 29
5. Onderzoek en<br />
kennisvalorisatie<br />
“De kwaliteit van het onderzoek van de TU/e kan zich meten met de interna tio nale top. De TU/e<br />
onderscheidt zich in 2020 door vernieuwende multidisciplinaire onderzoeksprogramma’s van<br />
jonge talentvolle onder zoekers en door succesvol gepositioneerde multidisciplinaire R&Dinstituten<br />
in zorgvuldig geselecteerde niches. Door nieuwsgierigheid gedreven fundamenteel<br />
onderzoek krijgt ruim baan. Dat is nodig om op lange termijn relevant te kunnen blijven voor<br />
de externe omgeving. De TU/e heeft ook in 2020 op het terrein van kennis valo risatie een<br />
leidende positie ten opzichte van de andere Nederlandse uni ver siteiten. Er wordt op R&Dgebied<br />
in de gehele kennisketen samen gewerkt met de industrie en andere relevante<br />
partijen. Hightech middelgrote en kleine onder nemingen maken via proactieve kennisen<br />
technologie trans fer optimaal gebruik van de expertise van de universiteit. Er is onder<br />
studenten en medewerkers grote interesse in het starten van een eigen onder neming.<br />
De TU/e onderscheidt zich door het voortbrengen van succesvolle hightech starters”.<br />
TU/e Strategisch Plan 2020<br />
30 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
Excellentie is noodzakelijk voor hoogwaardig onderwijs,<br />
onderzoek en kennisvalorisatie. De TU/e zet excellentie in<br />
de basisdisciplines daarom voorop. Aansluitend zet zij<br />
in op verdere versterking van focus en massa in het onderzoek<br />
door krachtenbundeling in 13 kenmerkende onderzoeks<br />
gebieden, aansluitend bij wetenschappelijke ontwikkelingen<br />
en maatschappelijke behoeften. Daarnaast wordt<br />
ingezet op continue weten schappelijke vernieuwing,<br />
met name door gerichte ondersteuning van vernieuwende,<br />
multidisciplinaire initiatieven door jonge talentvolle<br />
onderzoekers. Eén en ander biedt een uitstekende basis<br />
voor kennis va lorisatie en maakt het voor de TU/e mogelijk<br />
om haar rol richting bedrijven en maatschappij te vervullen.<br />
De universiteit is een belangrijke motor van de regionale<br />
kenniseconomie en de hightech sector en is traditioneel<br />
sterk in kennisvalorisatie. Die ervaring gebruikt de TU/e<br />
om richting 2020 een aantal verdere stappen te zetten.<br />
5.1 Versterking onderzoeksexcellentie<br />
Op een aantal vakgebieden behoort de TU/e tot de internationale<br />
top. Zij onderscheidt zich met name door sterke<br />
posities in enabling technologies voor hightech systems<br />
and materials, zoals polymer science, mechanics &<br />
control, nano-engineering en embedded systems. Om de<br />
kwaliteit van deze en (potentiële) andere topsterktes te<br />
ondersteunen en te stimuleren zet de TU/e enerzijds in op<br />
een excellente basis in de disciplines en anderzijds op<br />
vernieuwing van het onderzoek in multidisciplinaire initiatieven<br />
en instituten.<br />
Profileringsgebieden<br />
De basis voor onderzoeksexcellentie ligt voor de TU/e in<br />
de diverse onderzoeksdisciplines. In 2004 heeft de<br />
TU/e gekozen voor een negental profileringsgebieden of<br />
distinctive research areas. Het koesteren en in stand houden<br />
van het internationaal hoge niveau van deze gebieden<br />
maakt het mogelijk om onderwijs van hoog niveau aan<br />
te bieden en om wetenschappelijk interessante, nieuwe<br />
richtingen in te slaan. De sterke clusters op de gebieden<br />
Communication Technology (COBRA), Multiphase Reactors<br />
(procestechnologie), Complex Molecular Systems (ICMS)<br />
en Plasma Technology zijn goede voorbeelden van deze<br />
excellentie.<br />
Deze sterktes zijn het resultaat van een gedegen langjarige<br />
inzet van faculteiten en universiteit en hebben in de<br />
afgelopen jaren een groot aantal VICI (NWO) en ERC-grants<br />
kunnen verwerven. Ook is de TU/e erin geslaagd om op<br />
basis van deze inzet talentvolle onderzoekers aan te trekken.<br />
Om het huidige sterke onderzoeksprofiel in de komende<br />
10-15 jaar een gevolg te geven, ondersteunt de TU/e haar<br />
onderzoekssterktes en slaat zij wetenschappelijk interessante<br />
nieuwe richtingen in door multidisciplinaire initia tieven<br />
in niches te ontwikkelen, zoals het recent ingerichte<br />
<strong>Eindhoven</strong> Multiscale Institute (EMI) en het Intelligent<br />
Lighting Institute (ILI). Het High Potential Research Program,<br />
waar bij een select aantal onderzoekers wordt ‘vrijgesteld’<br />
voor onderzoek, wordt eveneens ingezet om deze en andere<br />
nieuwe richtingen te verkennen.<br />
Samenwerking<br />
Meer generiek is samenwerking met andere onderzoekers<br />
en instellingen, die passen bij het internationaal hoge<br />
niveau van het onderzoek, essentieel. De afstemming en<br />
samenwerking binnen de 3TU.Federatie en Centres of<br />
Excellence, het preferred partnership met de <strong>Universiteit</strong><br />
Utrecht en het UMC Utrecht en de samenwerking binnen<br />
EuroTech Universities bieden daarvoor een bewezen uitstekende<br />
basis. Daarnaast is ook de samenwerking met<br />
instituten van TNO en FOM, zoals het op het TU/e Science<br />
Park te vestigen Dutch Institute For Fundamental Energy<br />
Research (DIFFER), van belang voor afstemming en wederzijdse<br />
versterking.<br />
| 31
Aansluiten bij Strategic Areas<br />
De TU/e zal bij het bieden van kansen aan talentvolle<br />
onder zoekers, het creëren van state-of-the-art onder zoeksfaciliteiten<br />
en institutionele samenwerking nadrukkelijk<br />
kijken naar de ontwikkelingen in de Strategic Areas Energy,<br />
Health en Smart Mobility. Zo zullen onderzoekskwaliteit<br />
en maatschappelijke oriëntatie elkaar versterken.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• De TU/e behoort aantoonbaar tot de inter na tio nale top<br />
op tenminste vijf onderzoeksgebieden.<br />
• In <strong>2016</strong> lopen er continu 10 High Potential Research<br />
Programs, die ieder vier jaar duren.<br />
• De TU/e behaalt uitstekende resultaten in de ERC-<br />
Competitie en NWO-Vernieuwingsimpuls.<br />
• De TU/e slaagt er in om de wetenschappelijke sterktes<br />
maatschappelijk te profileren via de Strategic Areas<br />
Energy, Health en Smart Mobility.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
5.2 Talent<br />
Onderzoek en onderwijs zijn primair mensenwerk. Topwetenschappers<br />
zorgen ervoor dat de TU/e op verschillende<br />
wetenschappelijke terreinen een vooraanstaande rol speelt<br />
en dat studenten, ontwerpers en promovendi optimaal<br />
worden opgeleid. Hoge kwaliteit is de basis voor wetenschap<br />
pelijke doorbraken, aansprekende onderzoeks resultaten,<br />
goed onderwijs en een state-of-the-art dienstverlening<br />
aan maatschappij en bedrijven. Om regionaal en nationaal<br />
een rol van betekenis te kunnen blijven spelen moet<br />
het wetenschappelijk werk van excellente kwaliteit zijn en<br />
aan sluiten bij de internationale top. De TU/e zet daarom<br />
stevig in op het aantrekken en koesteren van toptalent. De<br />
TU/e biedt zowel jong talent als de excellente senior<br />
weten schapper de ruimte om hun interesses te volgen en<br />
een stimulerend klimaat voor zowel excellente perfor mance<br />
als persoonlijke ontwikkeling.<br />
Ruimte voor wetenschappelijk talent<br />
Kern van de aanpak is dat de TU/e talent de ruimte geeft.<br />
Dit begint bij het ‘scouten’ van veelbelovend talent en hen<br />
een uitdagende positie bieden die stimulerend is voor de<br />
persoonlijke carrière en die de wetenschappelijke ontwikkeling<br />
op het betreffende wetenschapsterrein versterkt.<br />
Hiertoe worden onderzoeksthema’s van vrijgekomen posities<br />
of nieuwe leerstoelen bewust ruim geformuleerd:<br />
de kwaliteit van een wetenschapper weegt bij de selectie<br />
zwaarder dan de mate waarin het expertisedomein van<br />
een kandidaat aansluit op het omschreven inhoudelijk<br />
functieprofiel.<br />
32 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
Een getalenteerde wetenschapper krijgt van meet af aan<br />
nadrukkelijk de ruimte om te groeien bij de TU/e. Het<br />
‘tenure-track’ zal een vanzelfsprekend onderdeel vormen<br />
van de loopbaan van een wetenschapper aan de TU/e. In<br />
een tenure-track investeren de wetenschapper en universiteit<br />
in de mogelijkheden tot doorgroei naar een vaste en<br />
zwaardere wetenschappelijke functie. Op dit moment<br />
heeft de TU/e al relatief veel onderzoekers op een tenuretrack<br />
aangesteld. Onderzoek is een arbeidsmarkt met<br />
een grote competitie: slechts een klein deel van de instromende<br />
promovendi zal later een vaste positie krijgen of<br />
hoogleraar kunnen worden. Voor die promovendi die hun<br />
carrière buiten de wetenschap zullen gaan voortzetten biedt<br />
de TU/e gerichte faciliteiten voor een goede voorbereiding<br />
van die stap.<br />
Mobiliteit en bij voorkeur internationale ervaring is een<br />
belangrijke voorwaarde voor een wetenschappelijke<br />
carrière. TU/e-wetenschappers gaan regelmatig naar andere<br />
instellingen of vormen daar samenwerkings ver ban den<br />
mee. Een groot deel van de wetenschappelijke staf komt<br />
van buiten de TU/e en een aanzienlijk deel daarvan van<br />
buiten Nederland. De internationale ervaring en diversiteit<br />
in de wetenschappelijke staf heeft nadrukkelijk meerwaarde<br />
voor de te realiseren wetenschappelijke excellentie.<br />
Toptalent in onderzoek<br />
De TU/e biedt momenteel een select aantal onderzoekstalenten<br />
financiële ondersteuning, onder andere via het<br />
High Potential Research Program. Hiermee kunnen zij zich<br />
verder ontwikkelen en worden zij ‘vrijgesteld’ om zelfgekozen<br />
onderzoekthema’s verder uit te diepen. Ook sti muleert<br />
en ondersteunt de TU/e onderzoekers om persoonsgebonden<br />
subsidies te verkrijgen, zoals die van de<br />
Vernieuwingsimpuls en de ERC. Hiermee kunnen zij snel<br />
doorgroeien naar zelfstandige en invloedrijke posities in<br />
de wetenschap.<br />
Vrouwelijk talent<br />
Naast internationale diversiteit streeft de TU/e naar meer<br />
genderdiversiteit. Gerichte inzet om het aantal vrouwelijke<br />
wetenschappers in topposities te doen toenemen blijft<br />
noodzakelijk de komende jaren. In 2011 zijn meer vrouwelijke<br />
hoogleraren en UHD’s benoemd dan in alle jaren<br />
daarvoor.<br />
De TU/e biedt jaarlijks drie tot vijf vrouwelijke weten schappers<br />
de kans om zich binnen een Women in Science Tenure<br />
Track te ontwikkelen tot Universitair Hoofddocent (UHD)<br />
met een vaste aanstelling. De TU/e kent een actief Women<br />
in Science Netwerk (WISE) voor en door vrouwelijke wetenschappers<br />
en een ambassadeursnetwerk van vooraanstaande<br />
wetenschappers uit alle faculteiten die de instroom<br />
en doorstroom van vrouwen naar hogere posities helpen<br />
bevorderen.<br />
De TU/e heeft zich ten doel gesteld dat in 2020 ten minste<br />
20% van de hoogleraar- en UHD-posities bekleed wordt<br />
door een vrouw. Om dit bereiken zal pro-actief vrouwelijk<br />
talent gescout worden, krijgen talentvolle vrouwen<br />
ontwikkeltrajecten aangeboden, bestaan de shortlists van<br />
kandidaten bij wervingsprocedures voor hoogleraar- en<br />
UHD-posities voor ten minste een derde deel uit vrouwen,<br />
wordt het aanstellen van vrouwelijke topwetenschappers<br />
op basis van een persoonlijk hoogleraarschap bevorderd<br />
en zullen tenminste twee vrouwen in elke benoemingsadviescommissie<br />
plaatsnemen. Daarnaast schenken het<br />
College van Bestuur en de faculteitsbesturen in hun<br />
resultaatafspraken aandacht aan het aandeel vacatures<br />
dat vervuld zal gaan worden door vrouwen.<br />
| 33
Ondersteunend personeel<br />
Ook het ondersteunend personeel behoeft en verdient<br />
ge richte stimulering van hun professionalisering en performance.<br />
De set van instrumenten waarmee het ondersteunend<br />
personeel in staat gesteld wordt om gezamenlijk<br />
met de werkgever gericht te werken aan zowel professionalisering<br />
in de huidige functie als aan voorbereiding voor<br />
een volgende loopbaanstap, binnen of buiten de TU/e,<br />
wordt uitgebreid. Zowel professionaliteit als mobiliteit van<br />
ondersteunend personeel zal hiermee beter afgestemd<br />
kunnen worden op de eisen die de organisatie en de medewerker<br />
aan een eigentijdse succesvolle loopbaan stellen.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• Van het nieuw aangetrokken wetenschappelijk personeel<br />
zal het merendeel zijn loopbaan bij TU/e zijn gestart op<br />
basis van een tenure-track.<br />
• In <strong>2016</strong> lopen er continu 10 High Potential Research<br />
Programs, die ieder vier jaar duren.<br />
• In de periode tot <strong>2016</strong> zijn 3 tot 5 WISE Tenure Tracks<br />
per jaar gestart.<br />
• Substantiële toename van het aantal vrouwelijke UD’s,<br />
UHD’s en hoogleraren in <strong>2016</strong> Imple men ta tie en benutting<br />
van (ver-)nieuw(d)e instrumenten voor profes sionalisering<br />
en loopbaan ontwikkeling van het OBP.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
5.3 Onderzoeksinfrastructuur<br />
State-of-the-art onderzoeksfaciliteiten zijn essentieel voor<br />
de kwaliteit van het onderzoek en voor het aantrekken<br />
van internationaal onderzoekstalent. Daarnaast stimuleren<br />
dergelijke faciliteiten ook de vestiging van innovatieve<br />
be drijven in de omgeving. De TU/e onderkent dit belang en<br />
zal met prioriteit een TU/e-roadmap voor onderzoeksfaciliteiten<br />
formuleren.<br />
In deze roadmap gaat het om:<br />
• het clusteren van wensen en behoeften in laboratoria die<br />
qua voorzieningen en schaal internationaal concurrerend<br />
zijn;<br />
• het inrichten van shared facilities die door meerdere<br />
kennis instellingen en bedrijven gedragen worden en een<br />
grote aantrekkingskracht kunnen uitoefenen op andere<br />
kennisinstellingen en bedrijven om zich op de campus of<br />
in de omgeving van de universiteit te vestigen.<br />
Keuzes maken<br />
De TU/e zet de onderzoeksfaciliteiten om meerdere<br />
redenen op de agenda. Allereerst zijn faciliteiten, of het nu<br />
om één apparaat of om een compleet laboratorium gaat,<br />
essentieel voor het onderzoek. Ook zijn faciliteiten, zoals<br />
de Cleanroom, zeer kostbaar en gaan de kosten vaak de<br />
mogelijkheden van één faculteit of zelfs de universiteit te<br />
boven. Binnen de universiteit zullen dus keuzes gemaakt<br />
moeten worden. In een TU/e-roadmap, die begin <strong>2013</strong> zal<br />
verschijnen, zullen de mogelijke keuzes geïdentificeerd<br />
worden. De nationale roadmap grootschalige onderzoeksfaciliteiten<br />
en de roadmap van het European Strategy Forum<br />
for Research Infrastructures (ESFRI) vormen de nationale<br />
en internationale context voor deze keuzes.<br />
34 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
Daarnaast is er een groeiende behoefte bij bedrijven om<br />
bij productontwikkeling geavanceerde faciliteiten te ge bruiken,<br />
zoals het geval is bij de Imaging Facility van de TU/e<br />
en Philips op de High Tech Campus. Door deze krach tenbundeling<br />
is een internationaal concurrerende faciliteit ontstaan.<br />
Ook de Cleanroom op het TU/e Science Park zal zo<br />
worden georganiseerd dat deze voor bedrijven toe gan ke lijk<br />
is.<br />
Regio<br />
Tot slot zal de TU/e, samen met de organisaties en bedrij ven<br />
op de High Tech Campus en de High Tech Auto motive<br />
Campus, Brainport, gemeentes en provincie bekijken hoe in<br />
deze regio onderzoeks- en innovatiefaciliteiten met internationale<br />
uitstraling gerealiseerd kunnen worden. Hier bij<br />
zullen de inhoudelijke focus en financierings stra te gieën<br />
verkend worden. De TU/e heeft de ambitie om in de periode<br />
tot 2020 één of twee van deze faciliteiten samen met partners<br />
te realiseren.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• TU/e-roadmap Onderzoeksfaciliteiten begin <strong>2013</strong>.<br />
• Openstellen Cleanroom voor bedrijven en kennisinstellingen.<br />
• Regionale aanpak voor faciliteiten met Europese<br />
uitstraling.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
5.4 Kennisvalorisatie<br />
De TU/e is in 1956 opgericht omdat het bedrijfsleven in<br />
Zuidoost-Nederland state-of-the-art technologische kennis<br />
en hoogwaardige kenniswerkers nodig had. Sindsdien staat<br />
de TU/e bekend om haar hechte R&D-samenwerking met<br />
bedrijven. Zo kent de TU/e wereldwijd het hoogste aantal<br />
copublicaties met onderzoekers van bedrijven.<br />
Af gestu deerden vinden hun weg naar het innovatieve bedrijfs<br />
leven. Technologische vindingen en knowhow liggen<br />
aan de basis van spin-offs en start-ups. De univer siteit<br />
partici peert samen met bedrijven in vele (inter)nationale<br />
publiek-private samenwerkingsinitiatieven en onder nemerschap<br />
speelt in de TU/e-opleidingen een belangrijke rol.<br />
De rol van de universiteit in kennisvalorisatie en innovatie<br />
is sterk toegenomen: de ruimte voor R&D binnen bedrijven<br />
neemt af, de concurrentiekracht van hightech bedrijven<br />
is grotendeels afhankelijk van het innovatief vermogen en<br />
start-ups zijn belangrijke dragers van banengroei en innovatie,<br />
maar vragen om gerichte ondersteuning. Van de universiteit<br />
wordt dus meer gevraagd en de interactie tussen<br />
kenniswerkers van bedrijven en universiteit neemt in<br />
belang toe, zoals ook de kenniswerkersregeling van 2009<br />
heeft laten zien.<br />
Een belangrijke voorwaarde voor een succesvolle rol van<br />
de universiteit is excellentie: met het oog op de toe nemende<br />
globalisering is alleen een internationale topuniversiteit<br />
interessant voor bedrijven en internationale topweten schappers.<br />
De TU/e zal daarom de komende jaren een stap verder<br />
zetten in valorisatie. De focus op de grand challenges<br />
Energy, Health en Smart Mobility, de deelname in Europese<br />
programma’s (FP7, EIT KIC InnoEnergy en KIC ICT labs) en<br />
de mogelijkheden van het TU/e Science Park vormen samen<br />
met de positie in de hightech regio van Nederland de basis<br />
voor het inzetten van deze nieuwe fase.<br />
| 35
Innovatieve studenten<br />
De meest directe vorm van valorisatie is het opleiden<br />
van innovatieve studenten. De komende jaren worden de<br />
activiteiten en ondersteuning van (ondernemende)<br />
studenten verder uitgebreid met een business incubator<br />
speciaal voor studenten, onderwijsmodules entre pre neurship<br />
en een aparte bv waarin studenten naast de studie<br />
een betaalde deeltijdbaan kunnen krijgen en waarbij<br />
in teamverband opdrachten van bedrijven en onderzoeksgroepen<br />
worden uitgewerkt. Voor de studenten is het een<br />
uitgelezen optie om studie en bijbaan goed samen te<br />
laten gaan en een netwerk binnen een groot aantal bedrijven<br />
op te bouwen.<br />
Starters<br />
Een tweede focus betreft de starters. Het inhoudelijk en<br />
organisatorisch ondersteunen van spin-offs is vaak de meest<br />
effectieve manier om op basis van onderzoek inno vatie te<br />
realiseren, om prototypes van nieuwe producten te<br />
ontwikkelen en naar de markt te brengen. Een belangrijke<br />
rol in de valorisatieaanpak van de TU/e zal worden vervuld<br />
door BrightMove, het begin 2012 opgerichte valorisatiecon<br />
sortium van TU/e, Fontys Hogescholen, Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij<br />
BOM en Brainport.<br />
Dit consortium ondersteunt de belangrijke eerste levensfase<br />
van spin-offs. Met name innovatieve start-ups hebben<br />
deze begeleiding de eerste jaren nodig om duurzaam<br />
succesvol te worden. De TU/e streeft ernaar om in 2020<br />
jaarlijks meer dan 20 start-ups voort te brengen, waarvan<br />
de universiteit mede-eigenaar zal zijn. Het streven is dat<br />
door ‘exits’, het verkopen van het TU/e-aandeel van deze<br />
bedrijven, op termijn een ‘revolving’ financieringsbron voor<br />
het ondersteunen van nieuwe starters ontstaat.<br />
Innovatie is bij uitstek een product van samenwerking.<br />
‘Open innovation’ ligt aan de basis van het succes van<br />
veel bedrijven in de regio Brainport. In de afgelopen jaren<br />
is een groot aantal succesvolle publiek-private initiatieven<br />
genomen zoals Point-One (hightech systems), CTMM<br />
en BMM (medisch), HTAS (automotive) en DPI (polymeren).<br />
Consortia<br />
Vanzelfsprekend ligt de focus van de valorisatieaanpak<br />
ook op het deelnemen in veelbetekenende consortia en<br />
bilaterale samenwerkingsverbanden, onder andere vanuit<br />
het EU-programma Horizon 2020, de topsectoren en de<br />
huidige en nieuwe EIT KIC’s. De TU/e streeft daarbij naar<br />
minder projectgebonden relaties met bedrijven en meer<br />
structurele samenwerking op ‘corporate’ niveau, waarbij<br />
wordt samengewerkt op alle onderdelen van de univer siteit:<br />
onderwijs, onderzoek en valorisatie & innovatie.<br />
Ter verdere ondersteuning van de samenwerking met grote<br />
en kleine bedrijven wordt een ‘Knowledge Transfer BV’<br />
opgericht met voornamelijk ‘principle research ingenieurs’<br />
als medewerkers. Zij werken zowel binnen de universitaire<br />
onderzoeksgroepen als de onderzoeksteams van bedrij ven<br />
met het doel een gedegen praktische uitwisseling van<br />
kennis tussen bedrijven. Daarnaast worden project gebaseerd<br />
coöperatieve samenwerkingsverbanden gestart<br />
met het doel de financiële risico’s in de ontwikkeling van<br />
nieuwe producten, diensten, processen en businesscreatie<br />
te minimaliseren.<br />
TU/e Science Park<br />
Een vierde lijn in de valorisatiestrategie betreft de ontwikkeling<br />
van het TU/e Science Park, waarop universiteit,<br />
onderzoeksinstituten, hogescholen en bedrijven gevestigd<br />
worden. Het nieuwe starterslaboratorium Catalyst wordt<br />
een broeinest voor jonge kenniswerkers en nieuwe bedrijvigheid,<br />
met name op het gebied van scheikunde, natuurkunde,<br />
biomedische technologie, elektrotechniek, werktuigbouwkunde,<br />
industrial engineering en wiskunde. Ook zet<br />
de TU/e in op de ontwikkeling van ‘living labs’, waarbij de<br />
campus en haar gebouwen zelf testbed worden voor<br />
technologieën.<br />
36 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
Mensenwerk<br />
Valorisatie is mensenwerk. Centraal daarin staan de hoogleraren<br />
met de onderzoeksgroepen: zij verzorgen onderwijs,<br />
doen onderzoek, hebben contacten met bedrijven en<br />
beschikken over de creativiteit die nodig is voor innovatie.<br />
Zij zullen voor alle valorisatieactiviteiten worden ondersteund<br />
door het TU/e Innovation Lab, dat hierin een grote<br />
en jarenlange ervaring heeft. Focus van de ondersteuning<br />
ligt vooral op projectverwerving in bijvoorbeeld Horizon<br />
2020, projectmanagement, netwerken in de regio en organisatie<br />
van evenementen. De Strategic Areas vormen, als<br />
het maatschappelijk gezicht van de TU/e, een natuurlijke<br />
basis om valorisatieactiviteiten te intensiveren en effectief<br />
te ondersteunen.<br />
De resultaten van onderzoek en samenwerking leggen de<br />
basis voor innovatie en valorisatie: voor kennis verwerven,<br />
delen, bij commerciële potentie patenteren, licenseren en<br />
via spin-offs en bedrijven naar de markt brengen.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• De TU/e levert 10 spin-off bedrijven per jaar .<br />
• De TU/e verleent op basis van haar patenten portfolio<br />
10 licenties per jaar.<br />
• Het aandeel copublicaties met onderzoekers uit het<br />
bedrijfsleven is hoger dan 15%.<br />
• In de periode tot <strong>2016</strong> zijn tenminste 5 ‘living labs’<br />
gerealiseerd op het TU/e Science Park.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
| 37
6. <strong>Universiteit</strong> en Campus<br />
“De concurrentiepositie van de TU/e in de wereld is gebaat bij afstem ming en<br />
samenwerking”.<br />
“Op haar campus stimuleert de TU/e de vestiging van en samenwerking met en<br />
tussen hoger onderwijsinstellingen, onderzoeksinstituten en (startende) hightech<br />
ondernemingen. De campus ontwikkelt zich tot een TU/e Science Park van<br />
nationaal belang en met internationale allure”.<br />
“De TU/e wil ten opzichte van de overige universiteiten in ons land koploper<br />
blijven op het terrein van de interne ICT-dienstverlening”.<br />
TU/e Strategisch Plan 2020<br />
38 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
Om de kernprocessen van de universiteit te ondersteunen,<br />
kiest de TU/e voor een forse inzet op een aantal ‘rode<br />
draden’ in het beleid: univer sitaire samenwerking, TU/e<br />
Science Park, Duurzaamheid en de Digitale <strong>Universiteit</strong>.<br />
Elk van deze projecten zal richting <strong>2016</strong> en 2020 sterk<br />
bijdragen aan het profiel van de universiteit, zowel<br />
nationaal als inter nationaal. Ook vergen deze projecten de<br />
inzet van vrijwel alle TU/e’ers, of ze nu onderzoeker,<br />
student of ondersteuner zijn: iedereen zal ermee te maken<br />
krijgen en eraan bij kunnen dragen.<br />
6.1 Universitaire samenwerking<br />
De TU/e voert haar onderzoek en onderwijs uit in een<br />
‘global playing field’. Nieuwe initiatieven als het Bachelor<br />
College en de Graduate School beogen niet alleen de<br />
Brainportregio of Nederland aan te spreken, maar worden<br />
ook vanuit dit mondiale perspectief ontwikkeld. Nationale<br />
en internationale krachtenbundeling en afstemming met<br />
andere vooraanstaande (technische) universiteiten is nodig<br />
om enerzijds de eigen internationale positie te versterken<br />
en anderzijds de eigen regio te voorzien van hoogwaardige<br />
arbeidskrachten en grensverleggende vindingen. Het<br />
opbou wen, consolideren en verder intensiveren van samenwerkingsverbanden<br />
met interessante partners in binnenen<br />
buitenland staat daarom onverminderd op de agenda.<br />
Samenwerking binnen Nederland<br />
Bij de samenwerking met Nederlandse universiteiten ligt<br />
de nadruk op krachtenbundeling en afstemming op het<br />
gebied van zowel onderwijs als onderzoek; onder andere<br />
om gezamenlijk meer mogelijkheden voor studenten<br />
te bieden en gezamenlijk de internationale concurrentiekracht<br />
te vergroten. Bij samenwerking met buitenlandse<br />
instellingen ligt de nadruk op het ontwikkelen van gezamenlijke<br />
onderzoeks- en onderwijsprogramma’s, uitwisseling<br />
van staf en beïnvloeding van de Europese innovatie- en<br />
onderzoeksinitiatieven. De basis voor zowel de nationale<br />
en internationale samenwerking ligt bij de onderzoekers:<br />
op het niveau van onderzoeksgroepen en individuele<br />
onderzoekers werkt de TU/e samen met tal van universi teiten<br />
-verspreid over de hele wereld- met als resultaat<br />
gezamenlijke onderzoeksprojecten, publicaties en stu dentenuitwisseling.<br />
UU en UMCU<br />
Een belangrijk doel voor de komende jaren is de intensi vering<br />
van de strategische alliantie van de TU/e, <strong>Universiteit</strong><br />
Utrecht en het Universitair Medische Centrum Utrecht.<br />
Binnen dit preferred partnership lopen op dit moment projecten<br />
op de gebieden Energie en Gezondheid. Het doel<br />
van deze samenwerking is de complementaire kwaliteiten<br />
en expertises van de samenwerkingspartners zo in te zetten<br />
dat daardoor een substantiële versterking van onderwijs,<br />
onderzoek en kennisvalorisatie tot stand wordt gebracht.<br />
Door middel van concrete samenwerkingsprojecten krijgen<br />
de samenwerkingspartners meer toegang tot elkaars science<br />
parken en tot de technologie en toepassing van wetenschap<br />
enerzijds en fundamenteel onderzoek en klinisch<br />
onderzoek en patiëntenzorg anderzijds. De partners investeren<br />
in gezamenlijke onderzoeksprojecten en bieden<br />
studenten toegang tot elkaars onderwijs. Er worden gezamen<br />
lijke masteropleidingen en/of –tracks ontwikkeld. De<br />
samenwerking wordt verder gestalte gegeven door dubbelbenoemingen<br />
van hoogleraren en talentvolle stafleden.<br />
| 39
3TU.Federatie<br />
Binnen de 3TU.Federatie zet de TU/e zich in de periode tot<br />
en met 2015 in om de geformuleerde acties, doelstellingen<br />
en streefwaarden uit het 3TU.Sectorplan Technologie te<br />
realiseren. De focus ligt daarbij op het verbeteren van de<br />
rendementen van het onderwijs en de versterking van het<br />
wiskundeonderwijs. Daarnaast zullen de 3TU’s inzetten op<br />
het verder ontwikkelen van de Centres of Expertise, waaronder<br />
recente initiatieven als 3TU.Bouw, Ethics en AMI<br />
(Wiskunde).<br />
Nijmegen en Maastricht<br />
Naast deze twee samenwerkingsverbanden kent de TU/e<br />
ook kleinere maar niet onbelangrijke samenwerkingsinitiatieven,<br />
zoals het Centre of Excellence met de Radboud<br />
<strong>Universiteit</strong> Nijmegen op het gebied van organische chemie,<br />
de inzet samen met de <strong>Universiteit</strong> Maastricht op het<br />
gebied van de biomedische wetenschappen en met Tilburg<br />
University op het gebied van ondernemerschap.<br />
Internationale samenwerking<br />
EuroTech Universities<br />
Samen met de <strong>Technische</strong> Universität München (TUM) en<br />
Danmarks Tekniske Universitet (DTU) heeft de TU/e in 2010<br />
het samenwerkingsverband EuroTech Universities opgestart.<br />
Inmiddels is deze alliantie uitgebreid met de École<br />
Polytechnique Fédérale de Lausanne. Binnen de alliantie<br />
zal de TU/e bijdragen aan het vinden van technologische<br />
oplossingen voor huidige maatschappelijke problemen<br />
(met name energie, klimaat en mobiliteit). Om de Euro pese<br />
ontwikkelingen nauwgezet te kunnen volgen en beïn vloeden,<br />
zullen de partners een kantoor in Brussel realiseren.<br />
Ook blijven de netwerken CLUSTER en CESAER belangrijk<br />
voor het samenwerken in Europees verband.<br />
Bilaterale partnerschappen<br />
Daarnaast kent de TU/e verschillende bilaterale partnerschap<br />
pen met andere science & technology universiteiten<br />
in de wereld, zoals met de Chinese universiteit van Zeijiang.<br />
Het is de ambitie van de TU/e om het aantal bilaterale<br />
partnerschappen in de komende jaren te vergroten om de<br />
profilering en positionering van de TU/e te versterken.<br />
Hierbij kijkt de TU/e met name naar een beperkt aantal<br />
doellanden op basis van specifieke criteria, zoals landen<br />
met een stijgend BNP, een grote vraag naar (inter natio naal)<br />
hoger onderwijs, een stimuleringsprogramma voor internationalisering,<br />
aanwezigheid van science & technology<br />
universiteiten en een groeiend hightech en innovatief<br />
bedrijfsleven. Ook voor selectie van afzonderlijke instel lingen<br />
zijn enkele criteria ontwikkeld die in de komende jaren<br />
gebruikt zullen worden om strategische partnerschappen<br />
te ontwikkelen. De TU/e zal met deze universiteiten consortia<br />
vormen om activiteiten op het gebied van onderwijs,<br />
onderzoek en innovatie te ontwikkelen.<br />
Europa<br />
De huidige deelname in talrijke EU Kaderprogramma projecten,<br />
vijf Erasmus Mundus-initiatieven en twee van de drie<br />
Knowledge and Innovation Communities van het European<br />
Institute for Innovation and Technology is een uitstekende<br />
basis om ook in de nieuwe Europese programma’s ‘Erasmus<br />
for all’ en ‘Horizon 2020’ internationale consortia te bouwen.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• Succesvolle uitvoering van samenwerkings projecten<br />
met <strong>Universiteit</strong> Utrecht en UMC Utrecht op gebieden<br />
onderzoek, onderzoeksfaciliteiten, business development,<br />
wederzijds onderwijs aanbod en gezamenlijke<br />
ontwikkeling master opleidingen/-tracks.<br />
• 3TU.Centres of Expertise succesvol ingebed en nieuwe<br />
initiatieven gestart.<br />
• 5 nieuwe internationale partnerschappen in uit voering,<br />
met ieder een samenwerkingsprogramma (in<br />
ontwikkeling) op het gebied van onderwijs, onderzoek<br />
en valorisatie.<br />
• Een optimalisering van de deelname aan de programma’s<br />
‘Erasmus for All’ en ‘Horizon2020’.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
40 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
6.2 Ontwikkeling TU/e Science Park<br />
De TU/e richt zich op de toekomst en heeft internationale<br />
ambities op het gebied van onderwijs en onderzoek. Daar<br />
horen eigentijdse studievoorzieningen, moderne laboratoria<br />
en passende huisvesting voor faculteiten en diensten<br />
bij. In afstemming met de High Tech Campus (<strong>Eindhoven</strong>)<br />
en de High Tech Automotive Campus (Helmond) investeert<br />
de TU/e sterk in de ontwikkeling van haar campus tot een<br />
Science Park van nationaal belang en internationale allure.<br />
Cluster van technologische opleidingen<br />
Het TU/e Science Park zal de komende jaren uitgroeien tot<br />
een cluster van technologische opleidingen op mbo-, hboen<br />
w.o.-niveau. Zo zullen de technische opleidingen van<br />
het ROC <strong>Eindhoven</strong> en Fontys <strong>Eindhoven</strong> een plek vinden<br />
op de campus. Daarnaast is een belangrijk deel van de<br />
TU/e-campus gereserveerd voor de vestiging van innovatieve<br />
bedrijven. De TU/e zelf zal zich concentreren rond de<br />
‘Groene Loper’. De clustering van opleidingen maakt<br />
het voor studenten mogelijk om gebruik te maken van de<br />
2015<br />
Studententoren<br />
2014 - 2015<br />
2020<br />
Gemini<br />
2018 - 2020<br />
2017<br />
Herontwikkeling Potentiaal<br />
Corona Studentenhuisvesting en<br />
cultuurverenigingen Skala<br />
2015 - 2017<br />
2017<br />
Renovatie Hoofdgebouw<br />
2015 - 2017<br />
2012<br />
Groene loper fase 1<br />
2012<br />
2012<br />
2012<br />
2015<br />
2014<br />
2015<br />
MetaForum<br />
2012<br />
Ceres tbv ICMS<br />
2012<br />
Groene loper fase 2<br />
2015<br />
Faculteit EE & TN<br />
<strong>2013</strong> - 2014<br />
FOM (DIFFER)<br />
<strong>2013</strong> - 2015<br />
| 41
verschillende niveaus van opleidingen en zal de onderlinge<br />
verbanden tussen de instellingen versterken.<br />
Ontmoetingsplek<br />
De TU/e wil haar studenten en medewerkers niet alleen<br />
moderne onderwijs- en onderzoeksfaciliteiten bieden. Het<br />
TU/e Science Park zal ook een aantrekkelijke werk-, leeren<br />
leefomgeving worden, waar wetenschappers van allerlei<br />
disciplines en studenten uit binnen- en buitenland elkaar<br />
ongedwongen kunnen ontmoeten. Bij een academische<br />
leefgemeenschap horen culturele activiteiten en uitge breide<br />
sportfaciliteiten. De gebouwen op de campus zullen<br />
daarom ook - meer dan nu - ’s avonds open zijn voor studie,<br />
werk of ontspanning.<br />
Innovatieve bedrijvigheid<br />
Door de vestiging van innovatieve bedrijven zal het TU/e<br />
Science Park een plek worden waar studenten, weten schap<br />
en bedrijfsleven elkaar ontmoeten en waar faciliteiten,<br />
zoals laboratoria, gezamenlijk door de universiteit en het<br />
bedrijfsleven worden gebruikt. De huidige en toekomstige<br />
vestiging van TNO-instituten, zoals TNO-DIFFER, speelt hier<br />
eveneens een belangrijke rol in. Bovendien wil de TU/e<br />
haar afgestudeerden aantrekkelijke mogelijkheden bieden<br />
om op het universiteitsterrein hun eigen bedrijf te starten.<br />
Groen en duurzaaam<br />
Bij het nieuw inrichten van het campusterrein zal de TU/e<br />
het groene en duurzame karakter van haar campus ver sterken.<br />
Bij de grootschalige nieuwbouw en renovatie, en<br />
de realisatie van de Groene Loper, is dit een nadrukkelijk<br />
uitgangspunt. De komende jaren zal het TU/e Science Park<br />
vooral een campus in verbouwing zijn. Met vier zeer grote<br />
verbouw-, renovatie- en nieuwbouwprojecten en tal van<br />
kleinere projecten geeft de TU/e uitvoering aan een enorm<br />
investeringsprogramma.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• Realisatie state-of-the-art huisvesting en faciliteiten<br />
met aantrekkelijke uitstraling voor onderwijs en<br />
onderzoek.<br />
• Conform marsroute Masterplan Huisvesting zijn de<br />
verschillende projecten gerealiseerd.<br />
• Sterke clustering van technologische opleidingen<br />
(TU/e, Fontys, ROC) op het TU/e Science Park.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
6.3 Duurzaamheid<br />
Duurzaamheid heeft een belangrijke plek in het onderwijs<br />
en onderzoek van de TU/e. Vele onderzoeksprojecten,<br />
onder meer met bedrijven, zijn gericht op duurzame toepassingen.<br />
Als ingenieurs van morgen leeft bij studenten<br />
het besef dat de toekomst duurzaam moet zijn. Dat betekent<br />
het opwekken en gebruiken van duurzame energie,<br />
grondstoffen en producten hergebruiken zodat de kringloop<br />
gesloten wordt en inzetten op slimme en duurzame<br />
mobiliteit. De TU/e wil (inter)nationaal een baken<br />
van duurzame innovatie zijn door deze zaken niet alleen in<br />
onderwijs, onderzoek en kennisvalorisatie naar voren te<br />
brengen, maar ook op het TU/e Science Park en in de eigen<br />
organisatie toe te passen. Een eerste mijlpaal op weg daarnaartoe<br />
wordt al in 2015 bereikt wanneer de TU/e campus<br />
klimaatneutraal zal zijn.<br />
42 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
Onderwijs - onderzoek - kennisvalorisatie - campus<br />
Recent heeft de TU/e onder de titel ‘City of Tomorrow’ enkele<br />
actielijnen voor de op te stellen duurzaamheids agenda<br />
onderzocht, die in de komende jaren verder vorm gegeven<br />
zullen worden. Hierbij staat de interactie tussen onderwijs,<br />
onderzoek, kennisvalorisatie en de campus centraal: de<br />
universiteit als opleidings- en onder zoeksinstituut en de<br />
universiteit als organisatie en bedrijf pakken samen de<br />
uitdaging op. Kort maar krachtig: de ingenieur van morgen<br />
krijgt de campus als proeftuin.<br />
In het onderwijs en onderzoek komen veel thema’s en<br />
onderwerpen aan bod die op een duurzame toekomst zijn<br />
gericht, zoals duurzame mobiliteit, bouw, energie en<br />
innovatie. Een eerste stap is om deze activiteiten helder te<br />
profileren. Daarbij zal worden gekeken naar de mogelijkheid<br />
om binnen het bacheloronderwijs een samenhangend<br />
pakket onderwijs gericht op duurzaamheid te ontwikkelen,<br />
dat afgesloten wordt met een certificaat. Een tweede stap<br />
is om de onderwijs-, onderzoeks- en kennisvalorisatie activi<br />
teiten te koppelen in projecten die in het kader van<br />
‘living labs’ op het TU/e Science Park door studenten en<br />
onderzoekers worden ontwikkeld.<br />
50% energieneutraal in 2030<br />
De derde stap is de ambitie van de TU/e om de campus<br />
in 2030 voor 50% energieneutraal te laten zijn: de TU/e zal<br />
de helft van haar eigen energie zelf duurzaam opwekken.<br />
De universiteit kiest daarbij voor een innovatieve insteek:<br />
de campus zal ingericht worden als een levende proeftuin<br />
of ‘living lab’, waarin studenten, onderzoekers en bedrijven<br />
vernieuwende producten, concepten en ideeën in praktijk<br />
testen en ontwikkelen. De Living Lab-benadering maakt de<br />
TU/e duurzamer, verkort de time-to-market van duurzame<br />
innovaties en geeft studenten, bedrijven en bewoners een<br />
belangrijke rol.<br />
Deze drie stappen zullen de rode lijnen vormen in een<br />
samenhangende duurzaamheidsagenda, die de TU/e in<br />
2012 zal ontwikkelen. Vervolgens worden deze lijnen uitgewerkt<br />
in roadmaps en daarbinnen in concrete projecten.<br />
In de duurzaamheidsagenda spelen de Strategic Areas,<br />
de hervorming van het bacheloronderwijs, de ontwikkeling<br />
van de campus tot Science Park, de intensivering van het<br />
communicatiebeleid en de inspanningen in het kader van<br />
de Brainport 2020-strategie vanzelfsprekend een<br />
belangrijke rol.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• Duurzaamheidsagenda gereed in 2012<br />
• TU/e-campus klimaatneutraal in 2015 en 50%<br />
energieneutraal in 2030<br />
• De TU/e wint de Sustainabul Award: de Nederlandse<br />
prijs voor transparantie over duurzaamheid.<br />
• Projecten in samenhang met Bachelor College, Graduate<br />
School, Strategic Areas en Campus 2020 geïmplementeerd<br />
in <strong>2016</strong>, waaronder tenminste vijf ‘living labs’.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
| 43
6.4 Digitale <strong>Universiteit</strong><br />
De TU/e beschikt over uitstekende en internationaal aansprekende<br />
ICT-voorzieningen, -infrastructuur en -dienstverlening<br />
voor het onderzoek en onderwijs. Ook de<br />
komende jaren zal de TU/e investeren in de integratie van<br />
ICT in de dagelijkse onderzoeks- en onderwijspraktijk. Een<br />
visie en aanpak daartoe zijn momenteel in ontwikkeling.<br />
Op voorhand ligt de ambitie hoog: komende generaties<br />
studenten zijn niet anders gewend dan ‘anytime, anywhere<br />
and with any device’ in contact te staan met organisaties<br />
en elkaar.<br />
Onderwijs<br />
Vanzelfsprekend is de intensivering van de rol van ICT gericht<br />
op het versterken van de effectiviteit en efficiëntie<br />
van het onderwijs. Concreet zet de TU/e in op het ontwikkelen<br />
van onderwijskundig onderbouwde ICT-toepassingen<br />
gericht op het activeren van studenten, het geven van<br />
(peer-) feedback, het diagnostisch en adaptief toetsen en<br />
het ondersteunen van (groeps)leerprocessen bij zelf studie.<br />
Deze toepassingen zullen worden geïntegreerd in de<br />
digitale leer- en werkomgeving OASE van de universiteit.<br />
Hierdoor kan de student een grotere flexibiliteit geboden<br />
worden en kunnen betere rendementen behaald worden.<br />
Daarnaast bieden deze toepassingen ook kansen om het<br />
onderwijsaanbod verder te differentiëren op basis van de<br />
wensen van individuele studenten, door extra content<br />
toegankelijk te maken.<br />
Netwerken met vwo<br />
Bij de ontwikkeling van de ‘digitale universiteit’ zal daarnaast<br />
worden verkend in hoeverre digitale netwerken het<br />
mogelijk maken om de aansluiting tussen het v.o. en w.o.<br />
te versterken, gericht op het voorbereiden van vwo-leerlingen<br />
op een bètatechnische universitaire vervolg studie<br />
en vakinhoudelijke afstemming tussen vwo en universiteit<br />
via het Pre University College. Studenten kiezen hierdoor<br />
vaker direct voor een passende studie. Op eenzelfde wijze<br />
zal worden verkend in hoeverre het volgen van onderwijs<br />
aan andere instellingen digitaal kan worden ondersteund<br />
en hoe studenten van andere instellingen gebruik kunnen<br />
maken van het onderwijsaanbod van de TU/e.<br />
Onderzoek<br />
Naast effectiviteit, efficiëntie, flexibiliteit en differentiatie<br />
in het onderwijs zal de focus van de ‘digitale universiteit’<br />
liggen op het ontwikkelen van nieuwe mogelijkheden voor<br />
onderzoek. Zo is de digitalisering van de bibliotheek een<br />
bekende, omvangrijke en belangrijke ontwikkeling. In de<br />
te ontwikkelen visie zal ook worden gekeken naar het<br />
inzetten van het TU/e Science Park als ‘living lab’, bijvoorbeeld<br />
voor gezondheidsonderzoek waarbij digitale data<br />
over een aanzienlijke populatie worden gegenereerd, of<br />
door nieuwe communicatieconcepten en -toepassingen<br />
experimenteel te testen.<br />
De ICT-infrastructuur en hardware zijn van oudsher belan g-<br />
rijk voor het onderzoek. Zo zal het centraal huis vesten en<br />
beheren van zware computersystemen en het waarborgen<br />
van supersnelle verbindingen met systemen en instellingen<br />
over de gehele wereld zonder meer gewaarborgd<br />
blijven. Daarbij zal via de bibliotheek en het 3TU-datacentrum<br />
gezorgd worden voor het openbaar toegan kelijk<br />
(Open Access) maken van onderzoekspublicaties.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
Beoogde resultaten<br />
• Visie en implementatieplan ‘Digitale <strong>Universiteit</strong>’<br />
gereed medio <strong>2013</strong>.<br />
--------------------------------------------------------------------<br />
44 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
| 45
7. Randvoorwaarden<br />
Bestuurlijke inbedding projecten<br />
In het Strategisch Plan 2020 is aangekondigd: “Om het<br />
Strategisch Plan adequaat te kunnen implementeren<br />
wordt een samenhangend strategisch programma opgezet<br />
onder directe regie van het College van Bestuur. Per<br />
initiatief wordt een project gedefinieerd en een project leider<br />
aangesteld”. Inmiddels zijn de projecten gedefinieerd<br />
en zijn projectleiders aangewezen. Het instellingsplan<br />
geeft voor een periode van vier jaar een vooruitblik op de<br />
lopende projecten in het strategisch projectenprogramma.<br />
De bestuurlijke agenda die het College van Bestuur hanteert,<br />
werkt dat verder uit voor een periode van één jaar. Met<br />
kwartaalrapportages wordt de voortgang gemonitord. De<br />
TU/e kiest voor deze structuur om de langjarige ontwik keling<br />
te ondersteunen en tegelijk flexibel in te kunnen<br />
spelen op nieuwe ontwikkelingen.<br />
Financiering<br />
De implementatie van de strategie vergt forse meerjarige<br />
financiële impulsen en investeringen. In totaal gaat het om<br />
een bedrag in de orde van grootte van 600-700 miljoen,<br />
waarvan 450 miljoen voor de huisvesting van de univer si teit<br />
en de ontwikkeling van het TU/e Science Park. Daar naast<br />
is een bedrag van circa 150-200 miljoen euro nodig voor<br />
de overige strategische initiatieven. Reeds bij de lancering<br />
van het Strategisch Plan is aangegeven dat de TU/e zelf<br />
kan voorzien in maximaal de helft van de totaal benodigde<br />
middelen. De andere helft zal moeten komen uit investeringen,<br />
participaties, bijdragen en subsidies van derden.<br />
Sinds de lancering van het Strategisch Plan heeft de TU/e<br />
te maken gekregen met nieuwe budgettaire kaders<br />
vanuit de Nederlandse en Europese overheid. Belangrijke<br />
elementen hierin zijn de strategische agenda van de<br />
minister van OCW, het topsectorenbeleid van de minister<br />
van EL&I en het Europese programma Horizon 2020,<br />
waarin de onderzoeks- en innovatieprogramma’s van de<br />
EU worden gebundeld. Resultaat van de nieuwe kaders<br />
is dat de basisfinanciering verder onder druk staat en dat<br />
middelen meer op basis van competitie zullen moeten<br />
worden verworven. In dit perspectief heeft de TU/e al in<br />
2011 bezuinigingen ingezet. Daarnaast zal de universiteit<br />
meer direct financiële relaties met bedrijven aan moeten<br />
gaan, daar waar de R&D-samenwerking met bedrijven<br />
eerder sterk werd gestimuleerd vanuit de aardgasbaten<br />
(FES) en innovatiesubsidies van de overheid.<br />
Deze ontwikkelingen betekenen dat de directe budgettaire<br />
kaders voor de uitvoering van het Strategisch Plan krapper<br />
zijn geworden en dat in de uitvoering van de strategie nadrukkelijker<br />
keuzes ‘nieuw voor oud’ gemaakt zullen moeten<br />
worden en op dit moment al genomen worden. Anderzijds<br />
zal de universiteit de zeilen fors bij moeten zetten om<br />
voldoende externe middelen te verwerven. De TU/e zal<br />
daarbij sterk inzetten op de Nederlandse topsectoren en<br />
op het Europese programma Horizon 2020.<br />
46 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
De verschillende partijen in de hightech regio Brainport<br />
Zuidoost-Nederland, overheden, bedrijven en kennis instellingen,<br />
merken allen de gevolgen van de nieuwe budgettaire<br />
kaders. De hechte relaties met deze organisaties maken<br />
het mogelijk om de gevolgen en uitdagingen ervan gezamenlijk<br />
het hoofd te bieden. De TU/e zal daarom met deze<br />
partners in overleg gaan hoe het meeste te halen uit de<br />
beschikbare financiële bronnen en optimaal de samenwerking<br />
aan te gaan.<br />
Personeel en organisatie<br />
Ten aanzien van personeel en organisatie blijven de<br />
randvoorwaarden en uitdagingen in principe ongewijzigd.<br />
Het adagium ‘organisatie volgt strategie’ betekent dat de<br />
TU/e de komende jaren geen grote organisatiewijzigingen<br />
zal implementeren. Ten aanzien van het personeelsbeleid<br />
lagen en liggen er forse uitdagingen in het aantrekken en<br />
behouden van wetenschappelijk talent, het aandeel van<br />
vrouwelijke onderzoekers aan de TU/e en het vergroten van<br />
het aandeel buitenlandse wetenschappelijke staf. De<br />
projecten genoemd in dit instellingsplan geven een goed<br />
beeld van deze uitdagingen.<br />
Daarnaast is de efficiëntie van de interne organisatie een<br />
belangrijk aandachtspunt. In de afgelopen jaren is al veel<br />
aandacht besteed aan een efficiënte ondersteuning van de<br />
processen onderwijs, onderzoek en kennisvalorisatie. Dit<br />
heeft er onder andere toe geleid dat de TU/e een relatief<br />
lage overhead van 15,4% kent. In de komende jaren zal deze<br />
aanpak worden gecontinueerd. Elk jaar zullen twee ondersteunende<br />
diensten worden gebenchmarked op kwaliteit<br />
en effectiviteit. Daarnaast zullen de onderwijsadministraties<br />
en onderwijskundige ondersteuning gestroomlijnd en<br />
gecentraliseerd worden. Ook richt de TU/e zich op het vergroten<br />
van de productiviteit en efficiency van het onderwijs<br />
door inzet van ICT-middelen.<br />
Communicatie<br />
Goed gerichte communicatie speelt een belangrijke<br />
rol in het bereiken van de resultaten van de verschillende<br />
projecten. In de komende jaren ligt de focus op de<br />
Strategic Areas, het Bachelor College, de Graduate School<br />
en het persbeleid van de TU/e.<br />
Communicatie rond de Strategic Areas heeft tot doel de<br />
bekendheid onder het algemeen publiek en studiekiezers<br />
te vergroten, de interne betrokkenheid te versterken<br />
en het in- en externe netwerk rond de Strategic Areas te<br />
ondersteunen.<br />
Ten aanzien van het Bachelor College zal worden gewerkt<br />
aan de verandering van de beeldvorming rondom het<br />
onderwijs van de TU/e en een duidelijke positionering van<br />
het TU/e Bachelor College. Daarbij zal worden benadrukt<br />
dat de TU/e uitdagend bacheloronderwijs aanbiedt<br />
voor alle typen bèta’s en doelbewust verschillende typen<br />
ingenieurs voor de toekomst opleidt, niet alleen technische<br />
specialisten maar ook toepassingsgerichte en breedgeoriën<br />
teerde ingenieurs.<br />
Communicatieactiviteiten rond de Graduate School zijn<br />
gericht op de versterking van de internationale zichtbaarheid,<br />
de vergroting van de instroom in de master- en<br />
ontwerpersopleidingen en op het versterken van het<br />
internationale karakter van de TU/e.<br />
| 47
Bijlage<br />
Kwantitatieve doelstellingen <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong><br />
(doelstelling <strong>2016</strong> per 31 december)<br />
2011 <strong>2016</strong><br />
Instroom in masters op gebied van Energy 70 105<br />
Niveau externe financiering van onderzoek op gebied van Energy €15 mln €15 mln<br />
Aantal partners in netwerk Smart Energy Regions n.v.t. 150<br />
Instroom in masters op gebied van Health 60 90<br />
Niveau externe financiering van onderzoek op gebied van Health €13 mln €13 mln<br />
Instroom in masters op gebied van Smart Mobility 110 165<br />
Niveau externe financiering van onderzoek op gebied van Smart Mobility €9 mln €9 mln<br />
Instroom in bacheloropleidingen 1190 1540<br />
Rendement herinschrijvers bacheloropleidingen (bron 1 cijfer HO) 41% ≥ 55%<br />
Deelname aan honors programma’s (bachelor) 4% ≥ 10%<br />
Instroom in masteropleidingen 1100 1375<br />
Instroom in PDEng-opleiding 120 140<br />
Instroom in promotietrajecten 175 175<br />
Studierendement masteropleidingen binnen 30 maanden 50% 60%<br />
Aandeel docenten met BKO 12,5% 20%<br />
Aantal deelnemers aan postgraduate onderwijs (excl. TiasNimbas) n.v.t. 250<br />
Aantal internationale studenten in masteropleiding 560 620<br />
TU/e-studenten met buitenlandervaring 19% 25%<br />
Aantal continu lopende High Potential Research Programs 7 10<br />
Aantal WISE Tenure Tracks per jaar 3 ≥ 3<br />
Aantal TU/e-spin-offs 5 10<br />
Door TU/e verstrekte nieuwe licenties 12 10<br />
Copublicaties met het bedrijfsleven 15,3% ≥ 15%<br />
Aantal gerealiseerde living labs op het TU/e Science park n.v.t. ≥ 5<br />
Aantal nieuwe internationale partnerschappen in uitvoering n.v.t. ≤ 5<br />
48 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
Verplichte indicatoren in voorstel prestatieafspraak<br />
met de staatssecretaris van OCW<br />
(doelstelling 2015 per 31 december)<br />
2011 2015<br />
Kwaliteit / excellentie (aandeel voltijds bachelorstudenten in Sirius- - ≥ 7%<br />
erkende honors tracks in desbetreffende cohort, bron OWIS)<br />
Kwaliteit / excellentie (studenten tevreden / zeer tevreden, bron NSE) 85,2% ≥ 85%<br />
Uitval eerstejaars (bron 1 cijfer HO) 23% ≤ 20 %<br />
Switch eerstejaars (bron 1 cijfer HO) 5% ≤ 7%<br />
Rendement herinschrijvers bacheloropleidingen (bron 1 cijfer HO) 41% ≥ 55%<br />
Docentkwaliteit (aandeel met BKO, bron WOPI) 12,5% ≥ 25%<br />
Onderwijsintensiteit (minder dan 12 contacturen, bron OER en rooster) 0% 0%<br />
Onderwijsintensiteit (aantal contacturen per week, bron OER en rooster) 12-32 12-24<br />
Indirecte kosten (fte indirect / fte totaal, bron Berenschot) 15,4% ≤ 16%<br />
Overzicht hoofdindicatoren 3TU Sectorplan 2011-2015<br />
(doelstelling 2015 per 31 december)<br />
2011 2015<br />
Gemiddeld aantal behaalde studiepunten per student per jaar 32,6* 50<br />
Maximale studie-uitval in het tweede en derde jaar van de bacheloropleidingen 16%* 10%<br />
Aantal eerstejaars bachelorstudenten 1190 1400<br />
Aantal eerstejaars masterstudenten 420 525<br />
Aantal instromers in de ontwerpersopleidingen 120 140<br />
Gerealiseerde extra capaciteit wiskunde 0* 1,1<br />
Aantal extra wiskunde modules dat online beschikbaar is 0 3<br />
* betreft cijfers over 2010<br />
| 49
Colofon<br />
Correspondentieadres<br />
<strong>Technische</strong> <strong>Universiteit</strong> <strong>Eindhoven</strong><br />
t.a.v. het College van Bestuur<br />
Postbus 513<br />
5600 MB <strong>Eindhoven</strong><br />
Telefoon (040) 247 91 11<br />
bestuurssecretariaat@tue.nl<br />
Redactie<br />
Stafbureau College van Bestuur<br />
Communicatie Expertise Centrum<br />
Productie<br />
Communicatie Expertise Centrum<br />
Vormgeving<br />
Volle-Kracht grafisch ontwerp<br />
Drukwerk<br />
Schrijen-Lippertz, Voerendaal<br />
Fotografie<br />
Bart van Overbeeke<br />
Daan Brand<br />
50 | <strong>Instellingsplan</strong> <strong>2013</strong>-<strong>2016</strong>
Where innovation starts