Sociale structuurschets en sociale wijkvisie Hoensbroek - Forum ...

langrijk aanknopingspunt. Projecten als ‘Ouderen voor Ouderen’ zijn succesvol
omdat zij twee vliegen in één klap slaan. Bewoners ontmoeten elkaar, maar worden
tegelijk aangesproken (en serieus genomen) op hun rol als interviewer of op
hun specifieke vaardigheden: wat kunnen zij voor anderen in de buurt betekenen
Er liggen kansen in de vertaling van een dergelijk project naar andere doelgroepen
(jongeren voor jongeren ouderen voor jongeren jongeren voor ouderen).
De noodzaak van dergelijke projecten waarbij bewoners worden geactiveerd
is overduidelijk. Er bestaat een cultuur van afhankelijkheid in Hoensbroek
die resulteert in een teruggetrokken en sceptische houding onder bewoners, die
met dergelijke projecten (op een bescheiden manier) doorbroken kan worden.
Sociale netwerkjes en vormen van zelforganisatie moeten worden gekoesterd als
de gemeente zich als doel stelt de sociale samenhang in Hoensbroek te willen
versterken. Leden van dergelijke netwerkjes kunnen door de gemeente of andere
maatschappelijke partijen mogelijk extra worden gefaciliteerd.
Aanknopingspunt 5: verknoop projecten en initiatieven
Daar waar bewoners goed functionerende sociale netwerken vormen (op school,
in het buurthuis) of informele contacten bestaan (op een plein, in de winkels)
kunnen nieuwe initiatieven zich goed ontwikkelen. Voorbeeld: een cursus NT-2
(Nederlands als tweede taal) kan worden benut om met moeders over problemen
in de opvoeding te praten, of als lesmateriaal kan het buurtkrantje worden gebruikt.
Het gaat er om op een slimme manier projecten en initiatieven met elkaar
te verknopen en verschillende groepen gebruikers c.q. consumenten met elkaar
in contact te brengen door bijvoorbeeld verschillende functies onder één dak te
verenigen. Organisaties in de buurt kunnen daarbij een belangrijke rol spelen als
zij in staat zijn hun scope te verbreden.
Belemmering 1: monopolisering van de buurtstichtingen
Een bedreiging voor het succes van buurtgericht werken is het risico van monopolisering
van buurtstichtingen door een selecte groep bewoners, die mogelijk
ook politieke belangen nastreven en die informatiestromen kan blokkeren. Goede
begeleiding door de bewonersondersteuner en mogelijk professionalisering van
een aantal functies (zoals bijv. de communicatie) is noodzakelijk, evenals het
maken van afspraken over de manier waarop meer bewoners uit de buurt worden
betrokken en het draagvlak kan worden vergroot.
Belemmering 2: focus op korte termijn
Een tweede belemmering is een te sterke focus op de korte termijn en op ‘scoren’,
die bij zowel gemeente als politie waarneembaar (en voorstelbaar) is, maar
ten koste kan gaan van verbetering over de lange termijn. Dat geldt ook voor het
procesplan, dat de beleidsmatige basis vormt voor de verbetering van de leefbaarheid
in Hoensbroek en, waarin geen concrete langetermijndoelstellingen zijn
opgenomen. Doelstellingen zouden bovendien sterker betrekking moeten hebben
op verbetering van de sociaal-economische positie van bewoners in Hoensbroek.
Belemmering 3: sectorale scheidingen op gemeentelijk niveau
Terwijl buurtgericht werken (terecht) een integrale aanpak mogelijk maakt, bestaan
er op gemeentelijk niveau nog sectorale scheidingen. Dit maakt het moeilijker
om op de lange termijn aan integrale oplossingen te werken. De bevordering
van de werkgelegenheid door acquisitie van bedrijvigheid naar de regio
Heerlen wordt bijvoorbeeld niet geagendeerd als oplossingsrichting voor de sociale
problemen in Hoensbroek.
Onderzoeksinstituut OTB 13