Rondom bestand van 2005 22-3 dd 4-1-11 - Atlantis
Rondom bestand van 2005 22-3 dd 4-1-11 - Atlantis
Rondom bestand van 2005 22-3 dd 4-1-11 - Atlantis
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>2005</strong> <strong>22</strong>/3 RONDOM DEN HERDENBERGH<br />
Tijdschrift <strong>van</strong> de Historische Vereniging Hardenberg en Omgeving<br />
Lidmaatschap € 15,00 per kalenderjaar<br />
Ledenadministratie en contributie: G. Wolbink, Alb. Risaeusstraat 8c, 7772 AV Hardenberg,<br />
tel.: 0523-267036<br />
Secretariaat:<br />
Verenigingscentrum, bezoek- en informatieadres:<br />
Voorstraat 34, 7772 AD Hardenberg, tel.: 0523-265624<br />
Openingstijden: ma-di-do-vr.: 09.00-12.00 uur Internet:<br />
www.historiekamer.nl E-mail: info@historiekamer.nl<br />
Bestuur:<br />
H. Hoving, voorzitter, Boslaan 34, 7771 DR Hardenberg, tel.: 0523-262048<br />
F. Hamhuis, secretaris, Esweg 32a, 7771 CR Hardenberg, tel.: 0523-261433<br />
Mevr. G. Bakker-Altena, penningmeester, Berlinerstrasse 61, 49824 Emlichheim,<br />
tel.: 0049-5943984544<br />
Mevr. A. v.d. Kamp-Wildeboer, algemeen adjunct, Polberg 59, 7772 EW Hardenberg,<br />
tel.:0523-260093<br />
Mevr. H. Reinders, A. Risaeusstraat 16, 7772 AV Hardenberg, tel.: 0523-266515<br />
J.G.E. Sierink, Dennenkamp 8, 7772 MA Hardenberg, tel.: 0523-260443<br />
Mevr. F.G. Mulder-Scholtens, Van Raesfeltallee 14, 7773 AB Hardenberg, tel.: 0523-271050<br />
Mevr. D. Reefman, Hoornblad 15, 7772 MG Hardenberg, tel.: 0523-266241<br />
L. Odink, Zwartedijk 29a, 7775 PA Lutten, tel.: 0523-681850<br />
Redactiecommissie:<br />
Redactieadres:<br />
Mevr. D. Hesselink-Zweers<br />
Mevr. J. Luisman-de Jonge<br />
K. Oosterkamp, eindredacteur, tel.: 0523-263104<br />
A. de Roo<br />
E. Wolbink<br />
Voorstraat 34, 7772 AD Hardenberg<br />
Bankrelatie:<br />
Rek.nr. 3849.47.824 bij Rabobank Hardenberg (Postrek.nr.v.d.Bank: 81<strong>22</strong>63)<br />
POSTBANK rekeningnr. 2985515<br />
ISSN: 1380-3921<br />
Inhoud<br />
pag.<br />
Van de redactie 1<br />
De Beeldengroep en Begraafplaats De Larikshof K. Oosterkamp 2<br />
De Jong geleerd ...... oud gedaan E. Wolbink 6<br />
De Arendshoeve (huizen <strong>van</strong> naam 32) K. Oosterkamp 14<br />
Plat Ni-js J. Luisman-de Jonge 17<br />
Dichter en lezer in Hardenberg (5) K. Oosterkamp <strong>22</strong><br />
Pastores in Heemse (3) A. de Roo 27<br />
Sallands Volksblad, derde kwartaal 1905 D. Hesselink-Zweers en E. Wolbink 30<br />
Bijdragen voor het volgende nummer uiterlijk op 19 november <strong>2005</strong> inleveren.<br />
Het overnemen <strong>van</strong> artikelen of gedeelten daar<strong>van</strong> uit dit tijdschrift mag alleen na daartoe verkregen<br />
toestemming <strong>van</strong> de redactie.
Van de redactie<br />
De inhoud <strong>van</strong> dit derde nummer is, zoals u kunt zien, weer gevarieerd <strong>van</strong> samenstelling, terwijl<br />
ook een aantal artikelen wordt vervolgd.<br />
We pakken de draad <strong>van</strong> de bespreking <strong>van</strong> beelden in de publieke ruimte op op de Larikshof met<br />
de beeldengroep <strong>van</strong> de heer Mensink, vol symboliek, maar nog niet voltooid en het huis <strong>van</strong> naam<br />
(Arendshoeve) staat dit keer in Collendoorn.<br />
De bespreking <strong>van</strong> de Hardenbergse gedichten <strong>van</strong> Guillaume <strong>van</strong> der Graft wordt in dit nummer<br />
met het laatste vijftal afgerond.<br />
De Brink in Heemse wordt binnen afzienbare tijd opnieuw ingericht. We hebben al enige aandacht<br />
besteed aan het voormalige notariskantoor en enkele huizen. Deze keer is garage De Jong aan de<br />
orde.<br />
Ook de herders <strong>van</strong> Heemse beleven een nieuwe aflevering, in Plat Ni-js is het dialectisch herfst en we<br />
lezen een eeuw terug in Salland's Volksblad.<br />
Het stadhuis <strong>van</strong> Hardenberg werd<br />
200 jaar geleden in gebruik<br />
genomen. Op 28 oktober 1805<br />
vergaderen de burgemeesters voor<br />
het eerst in het nieuwe raadhuis,<br />
gelegen aan de Voorstraat. In 1912<br />
werd het naastgelegen huis<br />
gesloopt, zodat het stadhuis aan de<br />
oostkant <strong>van</strong> ramen kon worden<br />
voorzien. Uitbreiding vond pas<br />
plaats in 1938, het aan te bouwen<br />
gedeelte moest architectonisch<br />
passen bij het reeds bestaande.<br />
egens geldgebrek is dit niet<br />
helemaal gelukt zoals te zien is aan<br />
de ramen. De muren werden<br />
gepleisterd, zodat het verschil<br />
minder opviel. Vandaag de dag is<br />
aan de barst in de muur rechts<br />
naast de ingang nog te zien welk<br />
gedeelte werd aangebouwd. De<br />
oude raadhuisstoep, waar men de<br />
afkondigingen placht te doen,<br />
verdween. In plaats daar<strong>van</strong> werd,<br />
in 't belang <strong>van</strong> het verkeer in deze<br />
betrekkelijk nauwe straat, een<br />
trottoir gelegd. Het stadhuis<br />
verloor haar functie in 1941 toen<br />
Stad- en Ambt Hardenberg werden<br />
samengevoegd en de nieuw<br />
gevormde gemeente het raadhuis <strong>van</strong> Ambt Hardenberg te Heemse betrok. Thans is in het voormalige<br />
stadhuis het museum Oudheidkamer gevestigd en tevens onderkomen <strong>van</strong> de Historische ~<br />
Hardenberg en omgeving.<br />
1
De beeldengroep op begraafplaats De Larikshof<br />
(Beelden <strong>van</strong> ons 10)<br />
Sinds 1997 staat centraal in het oude gedeelte een markant beeld <strong>van</strong> beeldend kunstenaar T. A. J.<br />
Mensink uit Hardenberg. Het is de bedoeling dat er nog een tweede beeldengroep geplaatst wordt<br />
om zo ook visueel een verbinding te maken met de jonge uitbreiding. Het lijkt nu al interessant om<br />
aan het beeld en het gehele concept aandacht te besteden in onze reeks 'Beelden <strong>van</strong> ons'.<br />
K. Oosterkamp<br />
De begraafplaats De Larikshof<br />
De begraafplaats was in 1996 met een nieuw<br />
gedeelte uitgebreid. Om ertoe bij te dragen dat<br />
het oude en het nieuwe gedeelte ook visueel<br />
een eenheid zou worden, werd gedacht aan een<br />
beeldengroep om dat uit te drukken. Na een<br />
bepaalde selectieprocedure werd de opdracht<br />
verleend aan beeldend kunstenaar T. A. J.<br />
Mensink te Hardenberg. In 1997 werd het<br />
eerste beeld geplaatst, maar problemen met<br />
grondwater en fundering maakten realisatie<br />
<strong>van</strong> de overige vooralsnog niet mogelijk.<br />
Zowel opdrachtgever als kunstenaar hebben de<br />
intentie dat dit binnen afzienbare tijd zal<br />
gebeuren<br />
... Een markant beeld ....<br />
Beeldend kunstenaar T. A. J. Mensink<br />
Ton Mensink werd in 1956 in het Limburgse<br />
Sittard geboren. Daar heeft hij nog een herinnering<br />
aan het rijke Roomse leven meegekregen:<br />
vooral de processies maakten indruk en<br />
ook de nabijheid <strong>van</strong> een klooster. Op zijn<br />
zesde levensjaar verhuisde het gezin Mensink<br />
naar een klein dorpje, Dorst, iets ten noordoosten<br />
<strong>van</strong> Breda. Hij herinnert zich de lagere<br />
schooljaren in dat Brabantse dorp, als had de<br />
tijd daar stilgestaan. Een <strong>van</strong> de leerkrachten<br />
kon zo bezielend geschiedenis geven, dat Ton<br />
voor dat vak steeds een zwak is blijven houden.<br />
Nadat de familie opnieuw verhuisd was<br />
naar Kampen, volgde hij daar de mi<strong>dd</strong>elbare<br />
school om in 1975 te slagen. Als kind was hij<br />
vaak aan het knutselen, op de lagere en mi<strong>dd</strong>elbare<br />
school tekende hij graag en zeker niet<br />
onverdienstelijk: in 1975 mocht hij in Kampen<br />
exposeren. Hoewel studie geschiedenis zeker<br />
een optie was, gezien de nog steeds aanwezige<br />
interesse, werd het toch de lerarenopleiding in<br />
Tilburg, waar een geheel nieuwe opleiding<br />
'Handvaardigheid en Tekenen' <strong>van</strong> start gegaan<br />
was. Daar ontdekte Ton dat toegeving aan de<br />
creatieve drang niet alleen hoorde bij een<br />
opleiding, maar dat het veel meer te maken had<br />
met een intense manier <strong>van</strong> leven. Nadat hij in<br />
1980 daar was geslaagd, studeerde hij verder<br />
voor de eerstegraads bevoegdheid aan de<br />
Academie voor Beeldende Vorming, ook in<br />
Tilburg. Hoewel het vrije kunstenaarschap<br />
zeker lokte, koos hij zekerheidshalve voor de<br />
eerstegraadsopleiding, ook al omdat toen een<br />
hogere bevoegdheid ook een hogere beloning<br />
impliceerde. Na anderhalf jaar slaagde hij met<br />
als specialisatie Keramische vormgeving en<br />
Plastische vorm-<br />
2
geving in hout en steen en snakte ernaar om<br />
zonder goedbedoelde, maar als steeds hinderlijker<br />
ervaren, aanwijzingen <strong>van</strong> docenten<br />
bezig te gaan.<br />
Een opleidingsmodule solliciteren had hem<br />
ertoe verleid om een soort proefsollicitatiebrief<br />
te schrijven aan de scholengemeenschap<br />
Jan <strong>van</strong> Arkel te Hardenberg. Tot zijn verbazing<br />
werd hij opgeroepen en voordat het een en<br />
ander goed en wel doordrong, kreeg hij de<br />
benoeming en werd dus toch leraar! In zijn hart<br />
bleef hij zich kunstenaar voelen, waardoor<br />
beide kwaliteiten die op zich heel goed zouden<br />
moeten kunnen samengaan, ook wel eens<br />
zouden botsen. Het kunstenaarschap ontwikkelde<br />
hij verder door experimenterend<br />
bezig te zijn met 'waardeloos materiaal': wegwerpdingen,<br />
takken, lappen textiel. Daar<strong>van</strong><br />
ontstonden 'installaties' waarin gezocht werd<br />
naar soorten en vormen <strong>van</strong> (menselijke) figuren.<br />
Er was geen docent meer en nog geen<br />
galeriehouder die aanwijzingen gaf omtrent de<br />
meest wenselijke vorm: Ton werkte alleen voor<br />
zichzelf, zijn leraarschap vormde de<br />
noodzakelijke financiële basis. Naast deze<br />
experimentele installaties uitte hij zich graag<br />
schilderend. In zijn mi<strong>dd</strong>elbare schoolperiode<br />
geïnspireerd door o.a. Oscar Schlemmer<br />
(Bauhaus) was hij er toen <strong>van</strong> overtuigd dat<br />
een schilderij tweedimensionaal, dus plat is:<br />
een schilderij bestond daarmee uit kleurvlakken<br />
die zo veel mogelijk de suggestie <strong>van</strong><br />
ruimtelijkheid moest vermijden. Ook ging hij,<br />
toen er wat meer en beter gereedschap kon<br />
worden aangeschaft, zich weer meer<br />
bezighouden met de materialen waarin hij was<br />
afgestudeerd: hout en keramiek. Complete<br />
boomstammen leverden het materiaal voor<br />
gla<strong>dd</strong>e en gestileerde houtsculpturen, met zo<br />
weinig mogelijke detaillering. De belangrijkste<br />
beeldhouwer in de 20ste eeuw was in Mensinks<br />
ogen de Roemeen Brancusi geweest en deze<br />
bewondering motiveerde zijn houtsculpturen.<br />
Bovendien kreeg hij de beschikking over een<br />
keramiekoven, waardoor ook op dat gebied<br />
opnieuw deuren opengingen. Een reis naar<br />
Griekenland, Athene, halverwege<br />
Ton Mensink in zijn atelier de jaren '80 zou<br />
voor Ton Mensink cruciaal worden: daar kwam<br />
hij lijfelijk in aanraking met brokstukken <strong>van</strong><br />
de klassieke beschaving: het begin <strong>van</strong> onze<br />
beschaving. Daar kwamen een heleboel dingen<br />
samen: zijn fascinatie voor (kunst)geschiedenis<br />
en archeologie, het zoeken naar<br />
(vorm)schoonheid, uiting geven aan de<br />
essentie. Wat men daar echter aantreft, zijn de<br />
restanten, de brokstukken, de scherven. Het<br />
zou gerestaureerd moeten worden door de<br />
kunstenaar, misschien wel met eigentijdse toevoegingen<br />
en betekenissen. Geïnspireerd door<br />
de klassiek-christelijke beschaving die in Italië<br />
tijdens de Renaissance opnieuw schitterend<br />
werd uitgevonden, en eigentijdse kunstenaars<br />
ontwikkelde Mensink zijn vormtaal: beelden en<br />
figuren <strong>van</strong> hout beklee<strong>dd</strong>e hij met een 'huid'<br />
<strong>van</strong> keramisch mozaïek, waarmee hij als het<br />
ware <strong>van</strong>uit een rijke traditie restauratief bezig<br />
is. Daarmee manifesteert Mensink zich<br />
duidelijk als een postmodern kunstenaar. Ook<br />
praktisch leverde deze werkwijze voordeel op:<br />
om grote monumentale beelden te maken was<br />
het noodzakelijk - ruimte <strong>van</strong> de oven! - om<br />
delen naderhand samen te voegen. De<br />
mozaïektechniek heft het aanhechtingsprobleem<br />
op.<br />
3
Niet alleen de kunstenaar zelf was enthousiast<br />
over deze vormtaal, op exposities werd er<br />
waarderend op gereageerd. Een galeriehouder<br />
wilde graag met hem verder, totdat zijn verzoeken<br />
om meer op bestellingen gingen lijken.<br />
Opnieuw schu<strong>dd</strong>e Mensink dit harnas <strong>van</strong> zich<br />
af: het leraarschap betekende al genoeg binding,<br />
de kunstenaar in hem wilde vrijheid.<br />
De beeldengroep op De Larikshof<br />
In 1997 werd op De Larikshof het eerste beeld<br />
geplaatst, centraal gelegen in het bestaande<br />
gedeelte. Op een hoge gemetselde sokkel ziet<br />
de toeschouwer op iets meer dan ooghoogte<br />
een omhooggerichte, gestileerde kop. Het<br />
totaal is ongeveer 2,20 meter hoog. De vorm<br />
<strong>van</strong> de kop is tot stand gekomen door een houten<br />
mal te vullen met beton. Nadat het was<br />
uitgehard, werd de kop bekleed met een<br />
mozaïek <strong>van</strong> blauw-groene tegelfracturen. De<br />
belendende sokkel vertoont aan de bovenkant<br />
ook een mozaïek <strong>van</strong> tegelstukken in beige en<br />
roze kleuren.<br />
Het is de bedoeling dat er op de uitbreiding nog<br />
een beeldengroep wordt geplaatst.<br />
Dat beeld zal bestaan uit twee liggende koppen<br />
Dat beeld zal bestaan uit twee liggende koppen<br />
die naar en naast elkaar zijn geplaatst en samen<br />
met de eerste kop een driehoek vormen. De<br />
uitvoering zal wat materiaal en kleur betreft<br />
gelijk zijn.<br />
De beelden zullen met z'n drieën een driehoek<br />
vormen: een vorm die evenwicht representeert.<br />
Daarnaast zal de beeldengroep verwijzen naar<br />
de kruisiging op Golgotha, in het bijzonder<br />
naar de voorstelling zoals die op een ets <strong>van</strong><br />
Rembrandt is te zien. Meestal zien we op<br />
kruisigingsvoorstellingen de drie kruisen frontaal<br />
naast elkaar opgesteld. Rembrandt echter<br />
situeert Jezus in het mi<strong>dd</strong>en, terwijl de beide<br />
andere gekruisigden naar elkaar gewend staan<br />
opgesteld, een voorstelling die niet zo vaak<br />
voorkomt. Ook de Italiaanse kunstenaar<br />
Andrea Mantegna (1457-1460) heeft de drie<br />
gekruisigden zo afgebeeld. De liggende koppen<br />
verbeelden het sterven en de behoefte aan<br />
troost (bij elkaar), ze zijn in hun opstelling naar<br />
binnen gericht, introvert. De derde, omhoog<br />
gerichte kop is extravert en beeldt de hoop uit,<br />
waarbij voor de gelovige toeschouwer kan<br />
gelden dat naar Jezus verwezen<br />
wordt als de bron <strong>van</strong> hoop en<br />
leven, ook na de dood. Zo<br />
bieden de beelden ruimte voor<br />
de menselijke emoties verdriet,<br />
troost en hoop, waarbij zowel de<br />
gelovige als de niet-gelovige zijn<br />
eigen inter-pretatievrijheid<br />
behoudt. Ook dit is natuurlijk<br />
voorwaarde voor een<br />
beeldengroep op een algemene<br />
begraafplaats. Het is <strong>van</strong> grote<br />
waarde dat de gemeente<br />
opdracht voor een dergelijk<br />
beeld heeft gegeven. Het is niet<br />
alleen een verfraaiing <strong>van</strong> de<br />
plek, maar tegelijkertijd biedt het<br />
de toeschouwer de mogelijkheid<br />
zijn emoties te benoemen,<br />
bewust te worden en te<br />
herkennen als algemeen<br />
menselijke gevoelens. En is het<br />
gevoel dat je<br />
4
niet de enige bent die verdriet moet ondergaan,<br />
op zich al niet een troost<br />
Toch is plaatsing <strong>van</strong> deze beeldengroep ook<br />
enigszins problematisch. In de eerste plaats zal<br />
er bij verreweg de meeste mensen tijdens de<br />
verdrietige gang naar de begraafplaats niet of<br />
nauwelijks belangstelling bestaan voor de<br />
beelden. Misschien dat later, bij herhaald<br />
bezoek, de beelden hun appellerende kans<br />
krijgen. Maar ook dan zal het voor de meesten<br />
niet duidelijk worden wat zij met deze beelden<br />
moeten en wat deze beelden met hen zouden<br />
kunnen doen. Er is kijkkunst: bedoeld als aangenaam<br />
voor het oog, fraai <strong>van</strong> vorm, decoratief;<br />
en er is kunst die de toeschouwer tot<br />
nadenken stemt en zich soms heel langzaam<br />
aan hem prijsgeeft. Zulke 'denk'kunst heeft<br />
vaak een gebruiksaanwijzing nodig, al zijn het<br />
maar een paar regels die de toeschouwer op<br />
het spoor brengen. Soms is een titel al voldoende,<br />
soms een korte toelichting <strong>van</strong> de<br />
kunstenaar. Daarbij is het slechts een aanwijzing<br />
voor het gebruik, uiteraard staat het een<br />
ieder vrij om het kunstwerk met zijn eigen<br />
interpretatie in te stralen, waardoor het nog des<br />
te duidelijker een beeld <strong>van</strong> hem of haar wordt.<br />
Het is een heel bijzondere kwaliteit <strong>van</strong> een<br />
kunstwerk als het voor ons allemaal die mogelijkheid<br />
biedt. Zo'n werk staat op De<br />
Larikshof, het moet alleen nog wel worden<br />
voltooid.<br />
Met dank aan de heer T. A. J. Mensink<br />
Met een huid <strong>van</strong> keramisch mozaïek<br />
5
De Jong geleerd... oud gedaan<br />
Op bedrijventerrein Haardijk zal eind dit jaar de nieuwe garage en showroom <strong>van</strong> De Jong<br />
Hardenberg in gebruik genomen worden. De bouw is al begonnen. De architectuur maakt dat het<br />
een blik<strong>van</strong>ger langs Rijksweg 34 zal zijn. Het pand wordt drie verdiepingen hoog en voorzien <strong>van</strong><br />
een vier meter hoge glazen toren waarin de mooiste modellen geshowd kunnen worden. De<br />
verhuizing <strong>van</strong> De Brink in Heemse naar de Haardijk is een mooie aanleiding om samen met Jan<br />
Willem de Jong (Jan <strong>van</strong> ome Luut) terug te blikken op de geschiedenis <strong>van</strong> het bedrijf dat zich al<br />
in 1919 in Hardenberg vestigde.<br />
Naar Hardenberg<br />
In Noordbarge, gemeente Emmen, werd op 16<br />
maart 1891 een kindje geboren <strong>van</strong> Jan de Jong<br />
en Froukje Hof. Ze noemden hem Luut. De<br />
jongen groeide op in een redelijk groot gezin.<br />
Hij had twee oudere zusters, twee oudere<br />
broers en één zusje. Luut was nog maar zeven<br />
jaar oud toen zijn vader op vijftigjarige leeftijd<br />
overleed.<br />
Nog in zijn jeugdjaren ging hij aan het werk bij<br />
garage Thedinga aan de Hoofdstraat in<br />
Emmen. Daar leerde hij al doende het vak <strong>van</strong><br />
monteur, want opleidingen waren er nog niet.<br />
Bij Thedinga werden fietsen en bromfietsen<br />
verkocht en gerepareerd, maar ook ha<strong>dd</strong>en ze<br />
al een paar auto's.<br />
Toen in 1914 de Eerste Wereldoorlog uitbrak,<br />
moesten de meeste oudere monteurs opkomen<br />
in de mobilisatie. Hierdoor kon Luut snel carrière<br />
maken. Op vijfentwintigjarige leeftijd<br />
was hij al opgeklommen tot chefmonteur bij<br />
het bedrijf.<br />
E. Wolbink<br />
Het handelen zat Luut in het bloed. Jan de Jong<br />
vertelt: Tijdens de Eerste Wereldoorlog had<br />
mijn vader bijvoorbeeld veel Duitse coupures<br />
gekocht, in de hoop eraan te kunnen verdienen.<br />
Toen uiteindelijk na de oorlog de Reichsmark<br />
drastisch in waarde daalde, besloot hij de biljetten<br />
niet te verkopen, maar samen met een<br />
kameraad naar Berlijn te reizen en daar het<br />
geld uit te geven. Ze verbrasten het geld<br />
gewoon - gaven bijvoorbeeld honderd mark<br />
fooi bij het afrekenen <strong>van</strong> een kop koffie of een<br />
groot glas bier.<br />
Rechts: Luut de Jong met Kameraad treek<br />
Altena in Berlijn, anno 1919<br />
In 1919 verhuisde Luut de Jong naar<br />
Hardenberg, omdat hij deze stad al een beetje<br />
kende. Hij wilde voor zichzelf beginnen. Zijn<br />
twee oudere zusters - Maria en Jantje - waren<br />
door hun huwelijk in Hardenberg komen<br />
wonen. Luut trok in bij zijn zus Maria en haar<br />
man Hendrik Willem Zweers aan de<br />
Achterstraat. Hij ging aan 't werk als fietsenmaker,<br />
maar vrij snel daarna werden ook<br />
bromfietsen en motoren verkocht en gerepa-<br />
6
Chauffeur Jan Koers bij een 6-persoons Citroen,<br />
ca. 1934/1935<br />
reerd. Een korte tijd later kwam de eerste auto in<br />
het bedrijf, een taxi. Eén <strong>van</strong> de eerste taxichauffeurs<br />
was Jan Koers, later werkzaam als chef<br />
bij busmaatschappij T.E.T. Hij woonde op de Brink<br />
(thans Achterbrink) in Heemse. Koers kwam in<br />
dienst toen hij nog maar 14 jaar oud was (Jan de<br />
Jong was net 14 dagen oud).<br />
Luut woonde bij zijn zwager en zus, totdat hij in<br />
1927 het pand <strong>van</strong> hen overnam. Kuiper Hendrik<br />
Willem Zweers en zijn<br />
vrouw verhuisden naar<br />
de Bruchterweg, waar ze<br />
tegenover de bakkerij<br />
<strong>van</strong> Koop Zweers gingen<br />
wonen. Hendrik Willem<br />
maakte de vaten voor de<br />
boterfabriek Salland.<br />
Een jaar eerder, op 3<br />
september 1926, was<br />
Luut in het huwelijk<br />
getreden met Niesje<br />
Dorgelo uit Lutten,<br />
dochter <strong>van</strong> Willem<br />
Dorgelo en Lambertha<br />
Mastebroek. Het stel<br />
heeft elkaar leren kennen<br />
door een geluk bij een<br />
ongeluk. Niesjes zuster<br />
had verkering met iemand die werkte bij de<br />
Koninklijke Marechaussee in Apeldoorn. De<br />
geliefde was verdronken en <strong>van</strong>daar dat de<br />
familie er zo snel mogelijk heen wilde. Ze<br />
huurden een taxi, en jawel, Luut was de<br />
chauffeur. Ze kregen drie kinderen, alle<br />
geboren aan de Wilhelminastraat (de<br />
Achterstraat is in 1923 gewijzigd in<br />
Wilhelminastraat, bij het 25-jarig jubileum <strong>van</strong><br />
koningin Wilhelmina). Jan (Jan Willem) was<br />
de enige zoon, geboren op 12 juli 1927. Zusje<br />
Lamberta kwam in 1930 ter wereld en zusje<br />
Maria in 1932. Het pand aan de Achterstraat<br />
heeft diverse verbouwingen ondergaan. In<br />
1932 werd aan de achterzijde een autogarage<br />
bijgebouwd voor reparaties en onderhoud. In<br />
1957 werd de werkplaats veranderd en werd de<br />
zijgevel gebouwd die thans nog zichtbaar is als<br />
men tussen het pand en dat <strong>van</strong> het Kunsthuis<br />
doorloopt. De acht typische zijraampjes zijn<br />
nog bewaard gebleven. Thans wordt het pand<br />
gebruikt door vroedvrouw Broekroelofs en<br />
Ca. 1930: Jan als kleine jongen, zittend op een Citroen; hij vertelde:<br />
'Dit was al een auto met airco; je kon de voorruit verstellen, maar dan<br />
moest je de pet wel andersom op je hoofd zetten, anders waaide die af'<br />
7
voorheen was het een vestiging <strong>van</strong> uitzendbureau<br />
Randstad.<br />
Het werk <strong>van</strong> De Jong bestond hoofdzakelijk<br />
uit reparatie en onderhoud <strong>van</strong> fietsen en<br />
bromfietsen. Soms werd nog wel eens een<br />
bromfiets verkocht, maar motoren heel zelden.<br />
Er waren maar weinig motoren in omloop in<br />
Hardenberg. Luut repareerde ze wel, net als<br />
auto's. De automobielen waren in die tijd nog<br />
voorzien <strong>van</strong> kentekenplaten met de letter E<br />
(<strong>van</strong> Overijssel). Zo werd het kenteken E-3<br />
gebruikt door de heer Nijman <strong>van</strong> de<br />
Exportslagerij. Later had De Jong de E-7781 in<br />
gebruik. Het kenteken was alom bekend, al<br />
jaren voor de oorlog. In die tijd was het hebben<br />
<strong>van</strong> een rijbewijs ook verplicht. Je kon het<br />
rijexamen afleggen bij baron Van Ittersum op<br />
Huize Welgelegen in Heemse.<br />
Vervoerder in oorlogstijd<br />
Kort voor de Tweede Wereldoorlog werd de<br />
taxi <strong>van</strong> Luut de Jong regelmatig ingeroepen<br />
door de gemeente om arbeiders te vervoeren<br />
die versperringen moesten opwerpen langs de<br />
rijksgrens. Zo reed hij dan mee naar de<br />
Peckelbrugge in Radewijk, naar het<br />
Ebbenbroek en ook naar het Commiezenhuis<br />
bij Venebrugge. Die versperringen stelden<br />
trouwens bar weinig voor. De overgangen werden<br />
dichtgezet met grote boerenwagens die<br />
volgeladen waren met zakken zand. De wagen<br />
blokkeerde de doorgang en het geheel werd<br />
afgegrendeld met een ketting en een groot<br />
hangslot. Dat was de gehele versperring. Jan<br />
vertelt: Als je er één paard voorzette, dan kon<br />
die alles zonder moeite wegtrekken. Het stelde<br />
dus helemaal niks voor. Luut ging gewoon<br />
mee. De gemeente betaalde en nog goed ook.<br />
Op 9 mei 1940 werd hij andermaal gevraagd<br />
om als chauffeur mee te gaan. De situatie was<br />
toen wel kritiek. Ze waren nog maar net bezig<br />
met de laatste versperring bij Ebbenbroek, rond<br />
een uur of drie 's nachts, toen ze niets anders<br />
hoorden dan het gehinnik <strong>van</strong> paarden. Ze<br />
waren circa tweehonderd meter <strong>van</strong> de<br />
Fragment <strong>van</strong> een oud kasboek <strong>van</strong> Luut de Jong, anno 1924<br />
8
Voor de deur <strong>van</strong> De Jong: neefje Berend Jan en nichtje Froukje<br />
Zweers<br />
grens verwijderd. De versperring was bijna af<br />
toen ze de Duitse troepen zagen naderen. De<br />
gemeentewerkers en Luut hebben zich ijlings<br />
uit de voeten gemaakt - met een snelheid <strong>van</strong><br />
misschien wel 28 kilometer per uur door de<br />
mulle zandwegen - door het Hardenbergerveld<br />
richting het Overijssels Kanaal. Een Duits<br />
jachtvliegtuig scheerde over hen heen, maar<br />
schoot niet. Net voordat ze bij het kanaal kwamen,<br />
werd de schol bij Sierink opgeblazen.<br />
Vervolgens hebben ze de auto bij Van Laar<br />
(onder een afdak) achtergelaten, waarna de reis<br />
per voet werd vervolgd richting Hardenberg.<br />
Via een aantal balken <strong>van</strong> de schol werd het<br />
kanaal overgestoken. Ondertussen zat de<br />
familie in Hardenberg natuurlijk behoorlijk in<br />
de rats. Jan vertelt: Ik heb de moffen zelf<br />
Hardenberg zien binnenkomen. Ze kwamen<br />
even bij ons aan de benzinepomp. De tien tot<br />
twaalf Duitse vrachtauto's tankten waarna alle<br />
benzine op was. De militairen gaven een<br />
tegoedbon. Maanden later pas werd de bon<br />
verzilverd...<br />
In de bezettingsjaren kwam op een gegeven<br />
moment een blonde jonge man bij De Jong in<br />
de zaak. Hij was een paar jaar ouder dan Jan<br />
en was zogenaamd<br />
volontair (stagiair) bij<br />
boer Weerts op de<br />
Balderhaar. De toen<br />
vijftienjarige Jan was<br />
indertijd al een beetje<br />
koopman. De blonde<br />
jonge man wilde twee<br />
wielen met banden <strong>van</strong> De<br />
Jong kopen. Er werd over<br />
de prijs onderhandeld. Op<br />
een gegeven moment zei<br />
Jan: Iej bint ook een dikke<br />
jeude -dat was een<br />
algemene uitdrukking<br />
toen - in 't bijzijn <strong>van</strong> zijn<br />
vader Luut. Na de<br />
bevrijding had zijn vader<br />
hem gevraagd of hij zich<br />
het voorval nog kon herinneren,<br />
want zo zei Luut: Je kon 't<br />
wel geweten hebben, want dat<br />
was namelijk echt een jodenjongen. Het bleek<br />
achteraf te gaan om de latere cardioloog Meijler<br />
uit Utrecht die ondergedoken was bij Weerts<br />
(zie <strong>Rondom</strong> den Herdenbergh, <strong>2005</strong>/1).<br />
Tijdens de Tweede Wereldoorlog woonden alle<br />
leden <strong>van</strong> het gezin De Jong nog thuis. Oma<br />
Lambertha Dorgelo-Mastebroek overleed in<br />
1943 waarna opa Willem Dorgelo bij hen in<br />
huis kwam wonen.<br />
Jan herinnert zich nog een ander angstig voorval<br />
uit de oorlog: De laatste dag voor de moffen<br />
vertrokken - de dag voor de bevrijding -zagen<br />
we twee Duitse militairen achter het huis, op de<br />
Hoge Doelen. Bij bakker Bakker stonden ze<br />
allemaal met de handen omhoog. Daar waren<br />
de Duitsers naar binnen gegaan. Ik<br />
waarschuwde de familie. Mijn vader was net<br />
naar de slaapkamer gegaan en had daar zijn<br />
overall uitgetrokken. Meteen daarop vloog<br />
9
de achterdeur open en<br />
kwamen de twee Duitse<br />
militairen binnen, voorzien<br />
<strong>van</strong> geweren. De één had een<br />
pistoolmitrailleur en de<br />
ander een revolver. Eén <strong>van</strong><br />
de twee kende ik wel. Hij was<br />
de oppasser <strong>van</strong> de<br />
Hauptmann (kapitein). Af en<br />
toe kwam hij wel eens bij ons<br />
in de werkplaats. Ik denk dat<br />
ze flink aangeschoten waren.<br />
Ik vroeg: 'Simon, wer suchen<br />
sie'. Hij zei: 'Een jong mens<br />
met een blauwe overall aan'.<br />
Ik heb geluk gehad dat ik<br />
hem kende en nog veel meer<br />
geluk gehad dat mijn vader<br />
net naar de slaapkamer was vertrokken, want<br />
die had natuurlijk een blauwe overall aan.<br />
Uiteindelijk bleek dat de Duitsers gezocht<br />
ha<strong>dd</strong>en naar een zoon <strong>van</strong> bakker Bakker, die<br />
thans in Afrika woont. Die had buiten gelopen<br />
terwijl dat niet mocht (spertijd). Hij was binnengevlucht<br />
bij de familie Steunenberg en was<br />
er onder het bed gekropen. De Duitsers hebben<br />
er zelfs nog dwars door de dakpannen<br />
geschoten, maar hem gelukkig niet gevonden.<br />
Er was aan het eind <strong>van</strong> de oorlog geen taxivervoer<br />
meer. De auto <strong>van</strong> De Jong was geheel<br />
gedemonteerd. De wielen, de carrosserie en<br />
andere onderdelen waren her en der ver-<br />
De slagerswinkel <strong>van</strong> Brunink in de Achterstraat werd aan beide<br />
zijden belend door panden <strong>van</strong> garage De Jong<br />
stopt. Na de oorlog deed De Jong nog steeds<br />
de verkoop en reparaties <strong>van</strong> (brom)fietsen en<br />
motoren. Als enige motorzaak in de verre<br />
omgeving verkocht men merken als NSU,<br />
DMF en Vespa. Daarnaast werden auto's zonder<br />
chauffeur verhuurd, maar werden ook<br />
diverse taxiritjes uitgevoerd.<br />
Verhuizing naar De Brink<br />
Jan de Jong huwde rond 1950 met Dina<br />
Johanna Reuvekamp, afkomstig uit Almelo. In<br />
1951 werd hun eerste zoon geboren, genaamd<br />
Lucien. Drie generaties in één relatief klein<br />
huis was blijkbaar teveel <strong>van</strong> het goede. Het<br />
tweede kind, André, is dan ook in 1956 gebo-<br />
10
Amerikanen in de Achterstraat; de Chevrolets en Fords werden als taxi ingezet<br />
ren toen het gezin tijdelijk in de Burgemeester<br />
Bramerstraat woonde. In die tijd liet Jan een<br />
nieuwe woning bouwen op de hoek <strong>van</strong> de<br />
Achterstraat. De oudste generatie, Luut de<br />
Jong en zijn vrouw Niesje gingen daar wonen<br />
en brachten er de laatste jaren <strong>van</strong> hun leven<br />
door. In 1960 werd dochtertje Nita geboren.<br />
Luut overleed op 25 februari 1968 en Niesje<br />
op 2 januari 1974. Het pand, Wilhelminaplein<br />
1, is nog altijd eigendom <strong>van</strong> Jan en wordt<br />
thans bewoond door kleinzoon Sander en zijn<br />
vriendin Jolanda.<br />
Jan heeft het bedrijf <strong>van</strong> zijn vader Luut op 3<br />
juni 1957 overgenomen. In de jaren die daarop<br />
volgden is het bedrijf stevig gegroeid. Een<br />
nieuw onderdeel <strong>van</strong> de activiteiten werd<br />
gevormd door het zittend ziekenvervoer en<br />
later het ambulancevervoer.<br />
Het bedrijf werd uitgebreid door aankoop <strong>van</strong><br />
het pand dat Leen Schuurman voorheen als<br />
smederij in gebruik had. De Jong bleef wonen<br />
in het oude pand, waar ook de showroom bleef.<br />
Op de plek <strong>van</strong> Schuurman kwam de<br />
werkplaats. Het pand <strong>van</strong> slager Brunink zat er<br />
toen tussen (later slager Timmerman). Jan<br />
vertelt: Eigenlijk hebben ze teveel afgebroken<br />
in Hardenberg. Het plekje waar wij gewoond<br />
hebben met de smederij op de hoek <strong>van</strong> de<br />
Achterstraat werd vaak door kunstschilders<br />
vastgelegd. Zodra het maar goed weer was,<br />
werd er weer geschilderd.<br />
De gemeente zag de vervoerder en garage<br />
echter liever vertrekken uit de Achterstraat. De<br />
nauwe straat stond vol met de drie taxi's en<br />
zeventien verhuurauto's. In 1968 verhuisde De<br />
Jong naar de noordzijde <strong>van</strong> De Brink waar<br />
thans het tankstation nog te vinden is. Daar zat<br />
voorheen de DOAM (de Drents Overijsselse<br />
Automobiel Maatschappij; voorheen garage<br />
Smit). Deze zaak was failliet gegaan en uit het<br />
faillissement kon het pand worden aangekocht.<br />
Het pand <strong>van</strong> De Jong aan de Achterstraat<br />
werd verkocht aan de gemeente, die het op<br />
haar beurt doorverkocht aan mevrouw Diek<br />
<strong>van</strong> de boekhandel. In de klinkerbestrating <strong>van</strong><br />
de parkeerplaats aan de achterzijde <strong>van</strong> het<br />
pand is de naam Diek nog altijd leesbaar.<br />
De verkoop <strong>van</strong> nieuwe auto's begon in 1969<br />
toen het Opel-dealerschap verkregen werd.<br />
Hardenberg en omgeving was een wit gebied<br />
en De Jong kon dat opvullen. De eerste auto<br />
die ik verkocht moet een Opel Kadett geweest<br />
zijn, vertelt Jan. Dat was toen wel zo 'n beetje<br />
Op rij gezette verhuurauto's in de Achterstraat<br />
<strong>11</strong>
de goedkoopste. Voordien was er al enige handel<br />
in tweedehandse auto's geweest. Rond<br />
1970 vond er totale nieuwbouw <strong>van</strong> de garage<br />
plaats.<br />
Het pand <strong>van</strong> kruidenier Makkinga<br />
In de periode die volgde werd de voormalige<br />
kruidenierszaak <strong>van</strong> Makkinga, aan de zuidzijde<br />
<strong>van</strong> De Brink, aangekocht. De winkel werd<br />
intern iets verbouwd zodat er auto's naar binnen<br />
konden. Ongeveer acht auto's konden er in<br />
de showroom staan. Het naastgelegen pand kon<br />
aangekocht worden toen een tandarts verongelukte<br />
die nog maar net een praktijk in de<br />
gemeente begonnen was. In dit pand konden<br />
zes auto's staan, zodat beide panden samen<br />
veertien auto's konden showen. De voormalige<br />
gebouwen <strong>van</strong> Makkinga werden in 1980 ver<strong>van</strong>gen<br />
door nieuwbouw. Het aangrenzende<br />
pand (slagerij Reinink) was ook <strong>van</strong> Makkinga<br />
en is er later uit een faillissement bij<br />
aangekocht.<br />
ambulance was een Amerikaan met hoge<br />
opbouw. De firma heeft dat ambulancevervoer<br />
verricht tot circa 2000 maar is er toen mee<br />
gestopt omdat er elk jaar veel geld bij moest.<br />
Sinds de budgettering - <strong>van</strong>af<br />
beginjaren '90 - was het ambulancevervoer<br />
verlieslijdend. Jan vertelt:<br />
We zijn natuurlijk wel een<br />
commercieel bedrijf en geen filantropische<br />
instelling. De laatste jaren<br />
moest het autobedrijf de verliezen<br />
<strong>van</strong> het ambulancevervoer<br />
op<strong>van</strong>gen.<br />
Al die jaren heeft De Jong met zijn<br />
personeel belangeloos gezorgd voor<br />
goed en adequaat vervoer <strong>van</strong> haar<br />
patiënten. Ze stonden 24 uur per dag klaar om<br />
in spoedgevallen hulp te verlenen. Toen men<br />
begon met het ambulancewerk waren nog geen<br />
papieren vereist. Later moest er natuurlijk wel<br />
gestudeerd worden. Jan vertelt: Eerst in 't begin<br />
zat je alleen op de auto en dan moest je ergens<br />
naar toe en nam je bijvoorbeeld de buurman<br />
mee. Zelfs een slager zei eens tegen mij: 'Dat<br />
nooit weer Ik kan wel bloed zien, maar niet <strong>van</strong><br />
mensen'. Ja, we hebben de vreselijkste ongelukken<br />
meegemaakt waar je liever niet meer<br />
aan denkt. In al die jaren hebben we honderden<br />
doden opgehaald. In veel gevallen waren er<br />
levens verloren bij ongelukken op gevaarlij-<br />
Re<strong>dd</strong>ingswerk<br />
In 1966 is De Jong<br />
begonnen met ambulancevervoer.<br />
De DOAM<br />
stopte er mee omdat de<br />
exploitatie niet meer uit<br />
kon; het leed verlies. De<br />
Jong had te kennen gegeven<br />
het vervoer wel over<br />
te willen nemen en kreeg<br />
het werk. Papieren waren<br />
niet nodig. De eerste<br />
V.l.n.r.: Jan ten Brinke, Willem Meinen, Hans Schuldink Gees<br />
Hakkers, Jan Hakkers, Dick Dijkstra, Jan Martens en Lucien de Jong<br />
12
ke kruisingen als die bij de Witte Paal of het<br />
punt bij Mastebroek Over traumatische<br />
gebeurtenissen werd niet gesproken. Er werd<br />
niet over nagedacht. Je deed het gewoon. Maar<br />
ik heb er nooit spijt <strong>van</strong> gehad.<br />
Het werk werd zeker gewaardeerd. In al die<br />
jaren kreeg De Jong veel bedankjes <strong>van</strong><br />
patiënten die dankzij snel en adequaat ingrijpen<br />
<strong>van</strong> het ambulancepersoneel gered konden<br />
worden. Men reed als het moest bijvoorbeeld<br />
binnen twintig minuten naar het ziekenhuis in<br />
Zwolle. Alle kruispunten werden dan afgezet.<br />
In enkele gevallen werd zelfs bij hoge nood<br />
naar het ziekenhuis in Amsterdam gereden,<br />
destijds nog over de Oude<br />
Zuiderzeestraatweg... een weg die niet tot hard<br />
rijden uitnodigde. Toch wil De Jong ook graag<br />
enige kritiek kwijt. Hij vertelt: Onze firma heeft<br />
in al die jaren nooit één stuiver subsidie gehad<br />
<strong>van</strong> de gemeente. Het heeft ze nooit<br />
geïnteresseerd. Ze hebben ons nooit één<br />
bedankje gegeven, helemaal niets. Ze gaven<br />
zelfs nog geen pluimpje voor het personeel. Dat<br />
mag je gerust in het artikel vermelden.<br />
Je bent nooit te oud...<br />
Met een aantal personeelsleden heeft Jan een<br />
bijzondere band. Zo vertelt hij over Gees<br />
Hakkers: Zij werkt nog niet zo lang bij ons... ik<br />
geloof nog maar 48 jaar. Ze rijdt nog alle<br />
dagen taxi. Ze heeft eerst altijd ambulance<br />
gereden, maar nadat dat te zwaar werd is ze<br />
rijdend ziekenvervoer gaan doen en heeft ze<br />
taxi gereden. In die 48 jaar is ze volgens mij<br />
nog geen 48 dagen ziek geweest. Ze reed elke<br />
week zo 'n tweeduizend kilometer. Toen dat een<br />
beetje te gek werd, zo rond haar 65e, is ze drie<br />
dagen in de week gaan werken. Zelf maakte ze<br />
daar al snel weer vier dagen <strong>van</strong> en bij hoge<br />
nood vijf<br />
Jan de Jong is zelf nog altijd werkzaam in het<br />
bedrijf als klusjesman. Hij staat, zoals hij zelf<br />
zegt, niet meer op de loonlijst. Zijn klusjes<br />
bestaan uit: auto's halen en brengen, overal<br />
door het land en daarnaast doet hij nog de<br />
financiële administratie. Garage De Jong is een<br />
heel groot bedrijf geworden. Het vervoersgedeelte<br />
is het grootst. Wel zijn ze een groot<br />
deel <strong>van</strong> het vervoer in Hardenberg kwijt<br />
geraakt door een Europese inschrijving. Ze<br />
hebben thans eigen vestigingen in Hoogeveen<br />
(tevens werkzaam in Meppel), in Coevorden<br />
waar het hoofdkantoor is voor alle ritten, en in<br />
Emmen. Zoon Lucien heeft de leiding over de<br />
vervoerstak. André is verantwoordelijk voor het<br />
garagebedrijf in Hardenberg en Ommen. Het<br />
totale personeels<strong>bestand</strong> telt op dit moment zo'n<br />
350 personen.<br />
De panden aan De Brink zijn verkocht aan een<br />
projectontwikkelaar. Wederom mede op verzoek<br />
<strong>van</strong> de gemeente zal De Jong zijn bedrijf<br />
verplaatsen. Ze hopen op het nieuwe bedrijventerrein<br />
Haardijk het bedrijf <strong>van</strong> Luut de<br />
Jong voort te kunnen zetten en over veertien<br />
jaar het honderdjarig bestaan <strong>van</strong> het bedrijf te<br />
kunnen vieren.<br />
Met dank aan: Jan<br />
Willem de Jong<br />
André de Jong<br />
Bronnen:<br />
Bedrijfsarchief firma De Jong bv<br />
Gemeentearchief Hardenberg, archief bouwvergunningen,<br />
1910-2000 HistorieKamer<br />
Hardenberg, collectie Sallands Volksblad 1902-<br />
1960<br />
13
De Arendshoeve<br />
(huizen <strong>van</strong> naam 32)<br />
Aan de Venneweg 17 staan twee witgeverfde gemetselde zuilen met de naam Arendshoeve die de<br />
oprit markeren naar een landinwaarts gelegen boerderij met schuren. Aan de weg staat een stalletje<br />
met biologisch geteelde groente en bloemen. Deze plek heeft een vrij lange geschiedenis; we<br />
zijn in staat om waarschijnlijk de gehele bewoningsgeschiedenis te beschrijven.<br />
K. Oosterkamp<br />
De boerderij met bijgebouwen<br />
De Arendshoeve wordt thans bewoond door de<br />
familie J. Werning. Zij ha<strong>dd</strong>en een boerenbedrijf<br />
in Ambt Delden, maar uitbreidingsproblemen<br />
noodzaakten hen om daar te vertrekken en<br />
in 1999 kon de Arendshoeve met negentien<br />
hectare grond worden overgenomen <strong>van</strong> de<br />
familie J. Altena. Er werd een start gemaakt<br />
met de geitenhouderij. De prognoses voor een<br />
rendabele investering voor ca vijfhonderd<br />
melkgeiten leken gunstig. Helaas kwam de<br />
voorspelling niet uit, waarna het grootste deel<br />
<strong>van</strong> de landbouwgrond werd verkocht en men<br />
verder ging met biologische tuinbouw op ca<br />
1,75 hectare. Hiermee werd aan een eeuwenlange<br />
manier <strong>van</strong> boeren een wending gegeven.<br />
De naam Arendshoeve slaat terug op een ver<br />
verleden. Naar alle waarschijnlijk moet de<br />
naam in verband worden gebracht met Arent<br />
Blanckvoort, Heer tot de Hofstede en<br />
Aarninkhof. Deze nazaat uit het ri<strong>dd</strong>ermatige<br />
geslacht Blanckvoort bleef als een <strong>van</strong> de weinigen<br />
het rooms-katholieke geloof trouw. De<br />
Veneslagen te Collendoornerveen werden na<br />
zijn overlijden door nazaten verkocht aan de<br />
toenmalige Heer <strong>van</strong> Collendoorn. De<br />
Arendshoeve zou ook genoemd kunnen zijn<br />
naar de pachter Arent Assies die uit Manderen<br />
kwam. Van deze Arent Assies is bekend dat hij<br />
zich rond 1680 in Collendoornerveen vestigde.<br />
In 1678 stonden reeds drie huizen in het<br />
Colledoornerveen waar<strong>van</strong> de pachters Jan<br />
Willemsen, Warner Jansen en Hendrik<br />
Willemsen heetten. In 1694 worden deze<br />
erven gepacht door Camer Klaas (de Kamer),<br />
Paap Arent (Paap) en Jan Alberts (Warners).<br />
14
Wanneer deze gesticht zijn, is onbekend. Wel<br />
is het zo dat het met enkele andere erven een<br />
cultuureilandje was temi<strong>dd</strong>en <strong>van</strong> onafzienbare<br />
'woeste' gronden, moerassig veenland.<br />
Waarschijnlijk waren de plekjes waar men<br />
begon te ontginnen relatief het hoogst gelegen,<br />
zodat men daar in elk geval droge voeten hield.<br />
De pachter <strong>van</strong> de Arendshoeve Arent Assies<br />
stond in de omgeving bekend met een bijnaam,<br />
Paap Arent. Het is ook de naam waaronder hij<br />
in diverse documenten geregistreerd staat. Er<br />
woonden wel meer 'paapsen' in Hardenberg en<br />
zo werden ze ook in officiële formulieren<br />
genoemd. Het woord paap is later een wat<br />
negatief equivalent voor katholiek geworden.<br />
Het zou in elk geval kunnen betekenen dat het<br />
eind zeventiende eeuw zo bijzonder was dat<br />
men iemand die katholiek was en zich in<br />
Collendoornerveen vestigde, met een<br />
dergelijke naam markeerde. In Heemse had de<br />
grote omwenteling op religieus terrein zich<br />
omstreeks 1620 voltrokken: in 1623 werd daar<br />
de eerste, protestantse, predikant benoemd.<br />
Paap Arent deed echter zijn best om snel in te<br />
burgeren: in 1684 wordt zijn zoon Hendrick op<br />
28 maart in Heemse gedoopt.<br />
Arent Assies is voor 1728 overleden. Zijn zoon<br />
Asse, geboren circa 1690, volgt zijn vader op<br />
als boer in het Collendoornerveen. Hij trouwt<br />
in 17<strong>11</strong> met Eefse Derksen, maar al in 1723<br />
overlijdt zijn vrouw, waarop Asse in datzelfde<br />
jaar hertrouwt met Jennigje Gerrits. Zoon Jan<br />
Arents, uit Asses eerste huwelijk en geboren in<br />
1712, komt op de boerderij. Hij trouwt met<br />
Jennegien, dochter <strong>van</strong> Gerrit Leferts uit<br />
Hesselink te Beerze. Uit archiefstukken blijkt<br />
dat Jan op een gegeven moment de tweede<br />
naam <strong>van</strong> zijn schoonvader aanneemt: Jan<br />
Lepherts Arends Asses. Misschien een<br />
charmant familiair gebaar in de hoop als<br />
schoonzoon begunstigd te worden Jan Arends<br />
alias Lepherts overlijdt in 1763 op de<br />
Arendshoeve.<br />
Zijn in 1746 in Heemse gedoopte zoon Lefert<br />
Arends Jansen zal hem opvolgen als landbouwer.<br />
Als deze in 18<strong>22</strong> overlijdt op 75-jarige<br />
leeftijd, heeft hij zijn naam officieel laten regi-<br />
streren ais Lefert Veltink. De invoering <strong>van</strong> de<br />
burgerlijke stand tijdens de Franse tijd verplichtte<br />
de mensen om een achternaam aan te<br />
nemen. Blijkbaar heeft Lefert Arends Jansen<br />
de opeenvolging <strong>van</strong> patroniemen (vadersnamen)<br />
willen doorbreken door als achternaam<br />
Veltink te kiezen. Hij was getrouwd met<br />
Geertjen Jansen Heersmink. Uit dit huwelijk<br />
was Jan Leferts Veltink, geboren ca 1768, de<br />
oudste zoon. Hij zou in 1796 te Heemse trouwen<br />
met Aaltjen Hendriks Odink<br />
Hun oudste zoon Lefert wordt op 6 februari<br />
1797 geboren. Op 37-jarige leeftijd trouwt hij<br />
in 1834 met de twaalf jaar jongere bruid<br />
Aaltjen Roelofs uit Wielen op huwelijkse<br />
voorwaarden: Op deze wijze nu is alles overeengekomen<br />
en bepaald tusschen de parthijen,<br />
die om deze tegenswoordige ter executie te<br />
leggen, domicilie zijn verkiezende aan de<br />
woonsteede numero drie op het erve het<br />
Arends te Collendoornerveen meergemeld,<br />
wordende door Aaltjen Odink, weduwe <strong>van</strong><br />
wijlen Jan Veltink, vroeger Lefers, en den aanstaanden<br />
echtgenoot Lefert Veltink, bewoond<br />
en bemeijerd.<br />
Omstreeks deze tijd worden zij instaat gesteld<br />
om het huis en erf te kopen. Jonkheer Jacob<br />
<strong>van</strong> Foreest, eigenaar <strong>van</strong> zeer veel grond, is<br />
overgegaan tot verkoop <strong>van</strong> een deel <strong>van</strong> zijn<br />
bezittingen en ook deze pachtboerderij gaat<br />
onder de hamer.<br />
In een document treffen we de volgende<br />
omschrijving aan <strong>van</strong> het erve Arends, liggende<br />
op het Collendoornerveen, onder Collendoorn<br />
meergemeld, ten oosten <strong>van</strong> en aan het erve<br />
het Warners aldaar, en bestaande:<br />
1. uit deszelfs behuizinge, schuur en schapeschot,<br />
nr. 3<br />
2. uit twee parcelen gemest veenland bij het<br />
huis, (..)<br />
3. uit twee en veertigh vierkante<br />
Nederiandsche roeden (...) groenland,<br />
meede bij het huis<br />
4. uit elf bunder (..) woeste veld- en veengrond,<br />
boven het huis, oplopende tot aan de<br />
Lutter scheiding.<br />
15
De witte zuilen met de naam Arends / hoeve<br />
markeren de inrit<br />
Hun zoon Jan Veltink wordt op 2 december 1835<br />
geboren en zal later als eigenerfde boer het bedrijf<br />
voortzetten. Op 3 mei 1861 trouwt hij met Evertjen<br />
Lenters. Zij komt uit een gezin waar men zich<br />
heeft aangesloten bij de Christelijk<br />
Afgescheidenen. Uit het feit dat hun kinderen<br />
binnen deze geloofsgemeenschap worden gedoopt,<br />
mogen we afleiden dat ook Jan tot deze groepering<br />
is gaan behoren. De hoeve draagt weliswaar nog<br />
steeds de naam <strong>van</strong> voorvader Arend, maar de<br />
toevoeging paap is voor deze bevindelijke nazaten<br />
wel heel erg onbruikbaar geworden. Jan Veltink<br />
overlijdt op 19 oktober 1915 op 79-jarige leeftijd.<br />
De rouwadvertentie luidt: Heden overleed na een<br />
langdurig doch geduldig lijden onze geliefde<br />
vader, behuwd- en grootvader J. VELTINK, in den<br />
ouderdom <strong>van</strong> bijna 80 jaar.<br />
Namens kinderen en kleinkinderen, E. Breukelman<br />
en G. Breukelman-Veltink<br />
Hun tweede dochter Geziena trouwt op <strong>22</strong> mei<br />
1891 met Egbert Breukelman, landbouwer. Hij<br />
overlijdt in 1916 op 56-jarige leeftijd. Opnieuw<br />
moet de familie een rouwadvertentie plaatsen:<br />
Zoo geheel op het onverwachts nam de Heere <strong>van</strong><br />
onze zijde weg onzen innig geliefden man en vader<br />
EGBERT BREUKELMAN, in den ouderdom <strong>van</strong><br />
bijna 57 jaren. Wij ha<strong>dd</strong>en hem allen zeer lief.<br />
Zacht en kalm ging hij heen<br />
16<br />
naar het Vaderhuis. Wij treuren, en<br />
wij danken dat wij mogen gelooven<br />
dat hij nu juicht in eeuwige vreugde.<br />
Mede namens de familie, wed.<br />
Breukelman en kinderen.<br />
Collendoornerveen, 21 juni 1916<br />
In 1925 is er sprake <strong>van</strong> herbouw en<br />
nieuwbouwuitbreiding. Het boerenbedrijf<br />
wordt dan uitgeoefend door<br />
zoon Jan, terwijl Geziena<br />
Breukelman-Veltink dan nog het<br />
vruchtgebruik heeft.<br />
Na de ruilverkaveling in 1948 komt in 1950 erf<br />
en perceel in handen <strong>van</strong> de familie J.<br />
Gerritsen. In 1958 zal deze een onderzoek<br />
laten instellen naar de bouwkundige staat <strong>van</strong><br />
de woning. Het rapport is duidelijk: de<br />
onderhavige woning zou voor een<br />
onbewoonbaarheidsverklaring in aanmerking<br />
komen. Bij nieuwbouw kan Gerritsen een<br />
beroep doen op een krotopruimingtoeslag. Nog<br />
in datzelfde jaar wordt vergunning verleend<br />
voor de bouw <strong>van</strong> een nieuw voorhuis aan het<br />
bestaande pand.<br />
Familie J. Altena die de volgende eigenaar is,<br />
krijgt in 1973 toestemming om het bedrijf uit<br />
te breiden met een slachtkuikenhok en in 1979<br />
met een ligboxenstal: signalen <strong>van</strong> een positieve<br />
bedrijfsverwachting.<br />
In 1999 verkoopt J. Altena de Arendshoeve<br />
aan de familie J. Werning uit Ambt-Delden.<br />
Hun korte geschiedenis op deze plek illustreert<br />
zo kunnen de huidige anno landbouwproblematiek. <strong>2005</strong> onbespoten bloemen En Zij<br />
en verzetten groente de worden bakens gekocht en gaan op biologisch dezelfde tuinieren.<br />
geleden paap Arend uit<br />
plaats<br />
waar ruim drie eeuwen<br />
Manderen, temi<strong>dd</strong>en <strong>van</strong> uitgestrekte veengronden,<br />
met zijn bruid een nieuw bestaan<br />
probeerde op te bouwen.<br />
Met dank voor de archivale ondersteuning<br />
door D. Hesselink-Zweers en E. Wolbink.
Stephanoten<br />
Mededelingen <strong>van</strong> het bestuur en werkgroepen<br />
Bijlage <strong>Rondom</strong> den Herdenbergh 3e kwartaal <strong>2005</strong><br />
Nieuwe aanwinsten<br />
- boekwerkje 'Herinneringen 1940-1945, Na vijfjaar bezetting, zestig jaar bevrijd', schenking <strong>van</strong><br />
F. Luisman<br />
- boek: 'Varen waar geen water is', geschiedenis v/d scheepvaart ten oosten <strong>van</strong> de IJssel 1300-<br />
1930, aanschaf<br />
- boek: 'Dit land <strong>van</strong> hei en hunebe<strong>dd</strong>en', aanschaf<br />
- boek: 'Dit land <strong>van</strong> terpen en torens', aanschaf<br />
- boek: 'Um't hemelrich', Drentse dreumerijen, aanschaf<br />
- boek: 'Nedersaksische cultuur, buren in Europa', aanschaf<br />
- boek: 'Over de Reest, de gebouwde cultuur in het Reestdal', aanschaf<br />
- boek: 'De Dedemsvaart, zijn stad, streek en dorpen', aanschaf<br />
- boek: 'Drogteropslagen, toen en nu', aanschaf<br />
- CD-rom 'De landschappen <strong>van</strong> Overijssel beleven en begrijpen', aanschaf<br />
- Syntactische atlas <strong>van</strong> de Nederlandse dialecten deel 1<br />
- Morfologische atlas <strong>van</strong> de Nederlandse dialecten deel 1<br />
- Het Drentse esdorpenlandschap deel 1 en 2, met paleogeografische kaart <strong>van</strong> Drenthe aan het<br />
einde <strong>van</strong> de vroege mi<strong>dd</strong>eleeuwen, (circa 1000 jaar na Chr.)<br />
- Kadastrale atlas Borne en Weerselo, aanschaf<br />
- ont<strong>van</strong>gen <strong>van</strong> de fam. Van Keulen uit Lutten: rekenkaarten met inlegstukken, knikkerspel,<br />
vlooienspel, 2 puzzels, mikado, waterverf, houten tol, houten bootje, houten treintje, 2 doosjes<br />
zakdoekjes, rode boerenzakdoek, bontje, doopjurkje, 3 baby jurkjes, babyhemdje gebreid, linnen<br />
hemd, 4 onderjurken met kant, schortje met kant, 2 kussenslopen met kant en anagram, 2<br />
kussenslopen met kant, 1 siersloop, zwarte damesrok, wafelijzer, handnaaimachine, breimachine,<br />
diverse opleidingsboeken smederij, poster, ontslagbewijs landweer, blad Hoefsmeden met<br />
namen geslaagden <strong>van</strong> Keulen en Tuin uit Dedemsvaart, 2 kogels, staandertje met stuiver, cent<br />
en halve cent, katholieke illustraties gebonden, januari tot juni 1957<br />
- ont<strong>van</strong>gen <strong>van</strong> fam. Dragt uit Enschede: foto in lijst <strong>van</strong> Jennigje Peters en Gerrit Moeken<br />
(1875), bewoners Mi<strong>dd</strong>enpad Hardenberg<br />
- ont<strong>van</strong>gen <strong>van</strong> mw Van der Weide te Hardenberg: benzinebonnen oliecrisis<br />
- ont<strong>van</strong>gen <strong>van</strong> A. Swier: vaas <strong>van</strong> kaststel<br />
- ont<strong>van</strong>gen <strong>van</strong> drs. WJ. Gebuis te Herwijnen: schilderij, olieverf op linnen, voorstellende<br />
'Veenlandschap', geschilderd sept. 19<strong>22</strong> door Geert Broekhuizen (1844-1928) te Koekange<br />
Nieuwe leden<br />
mw M.J. Baksteen-<strong>van</strong> Balen, Polberg 2, 7772 ET HARDENBERG dhr. H.<br />
Bolks, Brandweg 44, 7771 DC HARDENBERG mw. W.G. Flim-Ribberink,<br />
Oude Rheezerweg 3, 7771 TD HARDENBERG mw L. Reinink-Pieters,<br />
Wilgenstuk 20, 7772 LM HARDENBERG dhr. G.J. Westendorp, Joke<br />
Smitstraat 31, 7607 SK ALMELO<br />
1
Kalender<br />
08-10-<strong>2005</strong> (zaterdag) Dagexcursie Emslandkampen naar Papenburg; vertrek 8 uur<br />
Stephanusplein; kaarten te koop in de Historiekamer (€ 27,50 / incl.<br />
lunch) <strong>22</strong>-10-<strong>2005</strong> (zaterdag) Herfstkleurentocht Kleppertoer (13:00<br />
uur Stephanusplein) 25-10-<strong>2005</strong> (dinsdag) Dialezing over Tuugkisten in De Schakel. 20.00 uur<br />
door Everhard Jans<br />
uit Almelo 29-10-<strong>2005</strong> (zaterdag) Open dag Gemeentearchief met<br />
Historische Markt in het Gemeentehuis,<br />
<strong>van</strong> 10.00-16.00 uur 29-<strong>11</strong>-<strong>2005</strong> (dinsdag) Vrijwilligersavond in<br />
De Schakel. 20.00 uur; troubadour dhr. Groot<br />
Zwaaftink vertelt en zingt in Sallands dialect<br />
Oudheidkamer<br />
"Heden de vijfde september negentienhonderd een en vijftig, verschenen voor mij, Johan Pieter<br />
Cornelis Boodt, notaris ter standplaats Heemse, gemeente Hardenberg:<br />
de heer Willem Frerik Karel Gouwe, arts, wonende te Lutten P29, gemeente Hardenberg;<br />
de heer Roelof Simon Hendrik Bakker, gemeente-ambtenaar, wonende te Hardenberg, Sportlaan<br />
10;<br />
de heer Hendrik <strong>van</strong> Laar, colporteur boekhandel, wonende te Lutten PI47, gemeente Hardenberg;<br />
de heer Jan Mol, landbouwkundig ingenieur, wonende te Hardenberg, Gramsbergerweg 1;<br />
de heer Hendrik Jan Grooters, koopman, wonende te Hardenberg, Voorstraat 39;<br />
de heer Derk Jan Jonkhans, landbouwer, wonende te Radewijk <strong>11</strong>59, gemeente Hardenberg;<br />
De comparanten verklaarden elk uit hun vermogen te hebben afgezonderd een bedrag <strong>van</strong> vijf<br />
gulden, alzo tezamen dertig gulden en daarmede bij deze in het leven te roepen de<br />
stichting "Oudheidkamer Hardenberg ", welke stichting zal worden beheerst door de navolgende<br />
statuten ....... "<br />
Na 54 jaar heeft de stichting haar activiteiten beëindigd. Het beheer <strong>van</strong> de oudheidkamer wordt<br />
sinds kort verricht door de Historische Vereniging Hardenberg.<br />
Tuugkisten<br />
De kist, waarin boer en boerin, knecht en maagd het persoonlijk bezit aan kleding (het tuug) opborgen,<br />
behoort <strong>van</strong>ouds tot het boereninterieur <strong>van</strong> een wijd gebied ter weerszijden <strong>van</strong> de Oost-<br />
Nederlandse grens. Veel kisten dienden oorspronkelijk als berging voor de uitzet. Later voor de<br />
dagelijkse en zondagse kleding (het kabinet komt omstreeks 1850 op het platteland). Bij de onderscheiding<br />
<strong>van</strong> plaatselijke en regionale kenmerken <strong>van</strong> de tuugkisten zijn de versieringsmotieven<br />
erg belangrijk. De ornamentiek is in verschillende technieken uitgevoerd. Belangrijk in dat opzicht<br />
is de kerfsnedetechniek, die tussen 1725 en 1860 in Oost-Nederland bijzonder populair was.<br />
Evenals bij geveltekens is er duidelijk verschil tussen katholieke en protestantse symboliek. Na uitvoerig<br />
onderzoek publiceerde dr. Everhard Jans in 1994 het boek Tuugkisten in Oost-Nederland.<br />
Als geen ander weet hij de vele aspecten <strong>van</strong> dit boerenmeubel te belichten. Dinsdagavond 25 oktober<br />
zal dhr. Jans in De Schakel (20.00 uur) een boeiende dialezing over dit onderwerp verzorgen.<br />
Heemnoabers '99<br />
Heemnoabers '99 is een samenwerkingsverband tussen historische verenigingen aan weerszijden<br />
<strong>van</strong> de rijksgrens met Niedergrafschaft Bentheim, met het doel om elkaar beter te leren kennen en<br />
met projecten aandacht te besteden aan onze gemeenschappelijke streekgeschiedenis. Na de reizende<br />
expositie over de Geschiedenis <strong>van</strong> de Rijksgrens worden er nu voorbereidingen getroffen<br />
2
om monumentale historische boerderijen gelegen in het werkgebied te belichten. In december <strong>2005</strong><br />
zal in Uelsen de opening plaatsvinden <strong>van</strong> deze nieuwe reeks tentoonstellingen. Er is afgesproken<br />
om elkaar minstens twee keer per jaar te ontmoeten. Bij toerbeurt treedt een vereniging op als gastheer<br />
en biedt een programma. Dit keer was het de beurt aan Uelsen en Wilsum. In Uelsen maakten<br />
we kennis met een zojuist geopend gereconstrueerd huis uit de Bronstijd. In een nieuwbouwwijk<br />
aldaar hebben archeologen een om<strong>van</strong>grijk grafheuvelveld met bodemvondsten ontdekt. In en om<br />
het huis wordt nu een beeld gepresenteerd <strong>van</strong> de leefwijze <strong>van</strong> 3000 jaar geleden. Met vier huifkarren<br />
reden de ruim tachtig deelnemers door de 'heuvelachtige' bossen naar het idyllische<br />
Mühlenhof Schoneveld in Wilsum. In het bakhuis naast de beide watermolens aan de molenvijver<br />
werd voor de gasten brood gebakken, terwijl in één <strong>van</strong> de museumschuren het plaatselijk dweilorkest<br />
zich niet onbetuigd liet met Kaffee und Kuchen naar Duits formaat.<br />
De volgende verenigingen zijn bij de Heemnoabers '99 aangesloten, te weten Schoonebeek,<br />
Coevorden, Gramsbergen, Hardenberg, Bruinehaar, Langeveen, Hesinge-Vasse-Mander,<br />
Denekamp, Emlichheim, Wilsum, Hoogstede, Itterbeck, Uelsen, Neuenhaus, Picardië en<br />
Wietmarschen. Het bestuur bestaat uit Harm Hoving, voorzitter (Hardenberg), Henny Haverkort,<br />
secretaris (Denekamp), Bernard Bolt, penningmeester (Picardië) en Heinz Konjer (Neuenhaus)<br />
Open Archievendag<br />
In oktober 2004 organiseerde het Gemeentearchief Hardenberg voor het eerst een Open Dag.<br />
Wegens het groot succes wordt dit jaar weer een Open Dag gehouden in het kader <strong>van</strong> de Landelijke<br />
Archievendag. Op zaterdag 29 oktober a.s. tussen 10.00 en 16.00 uur kunnen bezoekers gratis een<br />
bezoek brengen aan het Gemeentearchief Hardenberg. Anders dan vorig jaar zal nu niet alleen het<br />
Gemeentearchief haar collectie tonen, maar wordt in nauwe samenwerking met de Historische<br />
Verenigingen in de gemeente een Historische Dag georganiseerd. Het thema is dit jaar 'buren'. In<br />
dat kader is besloten om op deze dag ook een vooroudermarkt te organiseren. Met medewerking<br />
<strong>van</strong> de verenigingen in de gemeente en met verenigingen <strong>van</strong> omliggende gemeenten wordt de<br />
bezoeker getrakteerd op een scala aan genealogische informatie. Deze vooroudermarkt wordt<br />
gehouden in de raadszaal <strong>van</strong> het gemeentehuis. Vanuit de raadszaal worden rondleidingen in de<br />
archiefdepots georganiseerd. In de raadszaal worden doorlopend oude foto's, films en powerpointpresentaties<br />
getoond. Kortom reserveer deze datum alvast in uw agenda en kom op zaterdag 29<br />
oktober a.s. naar het Gemeentearchief Hardenberg!<br />
Duizendtallen<br />
Na de Bevrijdingstoer op vier zaterdagen in de maand april, kwam ook dit jaar het aantal deelnemers<br />
aan de Kleppertoer (<strong>van</strong>af mei) weer boven de tweeduizend. De Herfstkleurentocht komt nog<br />
(zaterdag <strong>22</strong> oktober om 13.00 uur). Veel belangstelling en waardering is er ook voor de expositie<br />
Van Mobilisatie tot Dekolonisatie. Met nog een maand te gaan (tot 1 oktober) is het aantal bezoekers<br />
inmi<strong>dd</strong>els de drieduizend gepasseerd. Bij deze 'mijlpalen' hebben we even met de nodige aandacht<br />
stilgestaan.<br />
Eiermarkt<br />
De redactie <strong>van</strong> <strong>Rondom</strong> den Herdenbergh is op zoek naar originele foto's <strong>van</strong> de Eiermarkt in<br />
Hardenberg. Deze eiermarkt bevond zich voor de oorlog op het huidige Ds. Boumanplein. Bent u<br />
in het bezit <strong>van</strong> foto's die als illustratie zouden kunnen dienen, dan zouden we daar graag een<br />
beroep op willen doen. Uw medewerking wordt zeer op prijs gesteld! Reacties naar E. Wolbink,<br />
tel.nr. 0523-268400 of e-mail: info@historiekamer.nl<br />
3
Lezenswaardig<br />
In de afgelopen periode verschenen er tijdschriftartikelen die het vermelden waard zijn.<br />
Westerheem, tijdschrift voor de Nederlandse archeologie, februari <strong>2005</strong>: A.D. Verlinde en R.R.<br />
Newell, Mesolitische graven in Mariënberg.<br />
Heemschut, Bescherming Cultuurmonumenten, augustus <strong>2005</strong>, R. <strong>van</strong> Dijk te Sibculo, ruimte voor<br />
kloosterlandschap.<br />
Werkgroep Genealogie<br />
Dit jaar is de database-invoer <strong>van</strong> de huwelijksakten <strong>van</strong> de gemeenten Hardenberg (18<strong>11</strong>-1818),<br />
Stad Hardenberg (1819-19<strong>22</strong>) en Ambt Hardenberg (1819-1924) afgerond. Ook zijn de overlijdensakten<br />
<strong>van</strong> de gemeenten Hardenberg (18<strong>11</strong>-1818 en 1941-1949), Stad Hardenberg (1819-<br />
1941) en Ambt Hardenberg (1819-1941) ingevoerd. We zijn nu bezig met de geboorteakten... We<br />
gebruiken op de studiezaal Pro-Gen om de genealogische gegevens op te slaan in de computer.<br />
Verder zijn <strong>van</strong> de volgende families al genealogieën aanwezig in de studiezaal. Altena, Amsink,<br />
Anbergen, Baarslag, Bakhuis, Beenen, v d Berg, Blanckvoort, Borger, Brandt, Bril, ten Brinke, ten<br />
Broeke, Broekroelofs, Bromet/de Bruin, de Bruijn, Brunink, Datema, Engelbertink, Grissen,<br />
Hakkers, Hartog, v d Heide, Hendrikson, Hesselink, Hobers, v Faassen, lemhoff, Jonker, Kelder,<br />
Korte/Corte, Kleis, Lenters, Mink, Polman, Plaggenmarsch, Reinders, Reinink, Rigterink, Roelofs,<br />
Roetman, Rosink, Rundervoort, Seinen, Slingenbergh, Snijders, Staarman, Stoevelaar, Sijtzama,<br />
Tibben, Varwig, Wamelink, Wolbink, Woelders en Wieten.<br />
Als uw stamboom al uitgezocht is, en hierboven niet genoemd is, zouden we die graag <strong>van</strong> u ont<strong>van</strong>gen.<br />
U helpt anderen en krijgt reacties/aanvullingen voor uzelf.<br />
In april 2004 is ons eerste 'Kwartierstatenboek' (40 'Hardenberger' kwartierstaten) gepubliceerd.<br />
Ook is inmi<strong>dd</strong>els een behoorlijke verzameling familieadvertenties opgebouwd.<br />
Voor wie met stamboomonderzoek bezig is, betekent dit dat u nog beter in de studiezaal terecht<br />
kunt voor onderzoek naar uw voorouders. Ook op internet kunt u gegevens vinden, steeds meer<br />
zelfs. Meestal zonder koppeling met voorouders en kinderen. In de studiezaal zijn deze gegevens<br />
in de computer wel gekoppeld, soms wel tien generaties. Wij nodigen u uit om naar de studiezaal<br />
te komen als u al met stamboomonderzoek bezig bent of daarmee wilt beginnen. Wij kunnen u (op<br />
weg) helpen en adviseren bij deze 'verslavende' hobby.<br />
Helaas komt ook stamboomzwendel voor. Dhr. W.L.J.J. Pince <strong>van</strong> der Aa benadert u misschien<br />
namens de Stichting Genealogie Nederland met zijn voorstel om voor € 49.95,- uw familiekroniek<br />
te krijgen. Wat u echter na circa 6 weken krijgt, zijn zelfbedachte, samengeraapte gegevens. Wees<br />
gewaarschuwd! Op www.historischcentrumoverijssel.nl staat een meer uitgebreide waarschuwing.<br />
4
Plat ni-js<br />
Van gien enkel joargetiede wordt met zoveul weemoed of scheid eneumen as <strong>van</strong> de zomer. Wi-j goat<br />
dan immers de harfst en de winter tegemoet 't Vallende blad, de langzame oftakeling in de natuur<br />
en het korten der dagen kan triest en depressief stemmen. 'Het schoon seizoen is heenge-sneld',<br />
dichtte Bilderdijk. Maar 't noajoar kan ok een heleboel mooie dingen in petto hebben, vindt de leden<br />
<strong>van</strong> oons dialectgezelschap. Genieten <strong>van</strong> de rust in de natuur, de harfstkleuren, lekker uutweien in<br />
de butenlucht en met voldoening de opbrengst verzameln <strong>van</strong> een zomerlang tuinieren en<br />
verbouwen. Oons onderling gemijmer over de harfst leverde een kleurige oogst an herinneringen op.<br />
J. Luisman-de Jonge<br />
Gezegdes uut groffa's vestzakkie<br />
* 't Is boezelig weer (uutspraak met lange oe)<br />
* Vorst in september, zacht in december<br />
* Hoald de bomen de bladern lang, wees veur<br />
een strenge winter bang<br />
* In de wijnmaand zon, de winter kent geen<br />
pardon<br />
* As 't stormt, ku'j gien veren ga<strong>dd</strong>ern<br />
* Dan he'j de knollen an de kok (dan bint de<br />
rapen gaar)<br />
* Die is deur de eerpelzeve ebuuld (gezegd<br />
<strong>van</strong> een onbeschoft/ruw persoon)<br />
* Ie kunt 't weten want ie leest 't spurrieblad<br />
* Ik bin oe de pacht niet schuldig! (Ie hebt<br />
gien zeggenschap over mi-j)<br />
* As 't dundert in 't kale holt dan wordt de<br />
winter laank en kold<br />
* Met 'n metworst noar een zie spek gooien<br />
* Zo dreuge as sunterkloas zien gat<br />
En Henduk <strong>van</strong> 't Westende zeg:<br />
* De kinder bint zo op 't rabat, maakt ruzie in<br />
de keet:<br />
wi-j kriegt een bulte biester weer en storm,<br />
't is maar da 'j 't weet<br />
Eerdappel / eerappel / eerpel / eapel / jappel<br />
Toen de eerappel nog met<br />
de haand ekrabd worden,<br />
was d'r in 't noajoar wat<br />
extra geld te verdienen. De<br />
jeugd gung krabben ten<br />
bate <strong>van</strong> een goed doel of<br />
veur een eigen zakcent. Ok<br />
woonwagenbewoners<br />
streken neer in de<br />
boerschop-pen en<br />
verdienden 50 gulden per<br />
bunder met eerpelkrabben.<br />
De<br />
schoelkinder uut de<br />
hoogste klassen konden<br />
zölfs eerappelkrabbers-<br />
17
verlof anvroagen. In 1960 was 't nog zo dat<br />
militairen verlof kregen um thuus te helpen bij<br />
de eerappeloogst. Ter bescharming <strong>van</strong> de<br />
vingers dreug men eerappelkrabdoppies.<br />
Smerige haanden <strong>van</strong> 't jappelkrabben Die<br />
krie'j met 't slachten wel weer schone, worden<br />
d'r ezegd. As de eerpel uut ebluid waren,<br />
vormden zich de bessen, de zogenaamde piesappelties<br />
of jappelkrallen. In Twente tuffelbeazen<br />
enuumd. Deur kinder worden ze an een<br />
stokkie espietst en heel verre weg eslingerd.<br />
Met het loof <strong>van</strong> de eerappel worden de eerpelkoele<br />
of edekt en de rest stak men in de<br />
braand.<br />
Diverse olde eerpelrassen scheuten oons te<br />
binnen: voran, noordelingen, eigenheimers,<br />
eerstelingen, triomf en ultimus. Ok hebbe wi-j<br />
net noa de oorlog de invasie <strong>van</strong> de coloradokever<br />
met emaakt. Schoelkinder mossen in<br />
groepies met de landbouwveurlichter noar 't<br />
eerpellaand um de kevers en de larven te zuken<br />
wat een heel smerig warkie was. As de<br />
eerappeloogst voltooid was, worden 'n<br />
bouwhaan'n evierd. Een traditie woarbi-j volop<br />
pannekoeken of ölliebollen eten worden.<br />
Gewassen<br />
Sinds de verbouw <strong>van</strong> mais is 't of de zomer<br />
een verlengstuk ekregen hef. As de rogge<br />
vrogger in augustus <strong>van</strong> 't laand was en 't<br />
stoppellaand eploegd, leek de harfst noabi-j<br />
maar de mais gef al joaren volume en kleur an<br />
't landschap tot verre in oktober. De verbouw<br />
<strong>van</strong> spurrie is allange verleden tied maar nog<br />
herinnere wi-j oons de krudige geur <strong>van</strong> dat<br />
gewas. Mangels (voederbieten), wordt tegenwoordig<br />
niet meer verbouwd, wel sukerbieten.<br />
Knollen waren bestemd veur 't vee en het<br />
knollentrekken was een handmatige bezigheid.<br />
Met slecht weer of wanneer achter op 'n Es 't<br />
knollegruun bevreuren was, was 't een akelig<br />
kold karwei. De bieste (koeien) die in oktober<br />
op stal ezet waren, ha<strong>dd</strong>en doar gien weet <strong>van</strong>.<br />
Ze keken letterlijk reikhalzend uut noar dit<br />
voer en met 'n handige zwaai <strong>van</strong> de kop trokken<br />
ze 't loof noar zich toe en deden zich er te<br />
goed an. Ok mensen lustten wel knollen.<br />
Kinder veural waren gek op botterknollen,<br />
gele knollegies, en ok wel op de langwarpige<br />
witte knollen. Een juffrouw vreug in de klasse:<br />
'Is het weer knollentijd Ik kan het ruiken'!<br />
Knollen ku 'j in de boek nie hollen, eet<br />
ie een panne vol, dan schiet ie een<br />
wanne vol, eet ie een spint, dan is 't<br />
allemoal water en wind.<br />
Appels en peren<br />
Vrogger ha<strong>dd</strong>en de meeste mensen een appeltuun<br />
of 'n appelhof. 't Woord boomgaard of<br />
bongerd worden hier niet gebruukt. Over 't ras<br />
<strong>van</strong> de appel tastte men ok vake in 't duuster.<br />
De appel kwam simpelweg <strong>van</strong> 'n zoeren of 'n<br />
zuten boom. Toch kwamen wi-j op enkele<br />
soorten die oonze vaders kweekten: zute wienties,<br />
groninger kroon, pannekoekappel, bellefleur,<br />
notarisappel, zigeunerin (knoert <strong>van</strong> een<br />
appel die mooi rood kleurden), wilde appelties,<br />
sterappels en natuurlijk de ringenetten.<br />
Perenrassen: stienparen, winterparen, sukerparen,<br />
köttelparen. In Roke, Boalder en<br />
Banthem eet ze gien peren maar paren.<br />
Misschien <strong>van</strong> 't franse poirel Appels en peren<br />
waren een gezonde anvulling op de winterkost.<br />
Zo uut de haand of as appelmoes. Veural as 't<br />
in september estormd had, zat opoe hele dagen<br />
te schellen. Lekker waren ok de gedreugde<br />
appelties. In schijf ies esne-den worden ze in<br />
de oven <strong>van</strong> 't fenuus edreugd. Ok de bakkers<br />
waren wel genegen um appelties te dreugen op<br />
heur oven. De doer-appel (bewaarappel)<br />
worden op de zolder bewaard en ok wel in<br />
kissies of maanden in de kelder. Heel gave<br />
exemplaren worden een armlengte in 't heui<br />
estopt. Noa enkele weken was de smaak <strong>van</strong><br />
zo'n appel um <strong>van</strong> te watertanden. Sommige<br />
appels waren niet duurzaam en die begunnen<br />
al gauw te rotten dus die mossen 't eerste op.<br />
Algemeen heure wi-j beweren: Wi-j hebt<br />
vrogger altied verrotte appels eten. Alleen op<br />
<strong>11</strong> november, as Sine-meuje in 'n Velde joarig<br />
was, kwamen de lekkerste appels op toafel en<br />
mocht iederiene zich zat etten (had dit gebruuk<br />
misschien met Sint Maarten te maken).<br />
18
Kachel<br />
In de woonkeuken stund een törf- en kolengestookt<br />
fenuus maar dit kon het hele vertrek niet<br />
verwarmen. Er mos een extra warmtebron bi-j<br />
ezet worden in de vorm <strong>van</strong> een kachel met in<br />
heur kielzog de kolenkit en het zak-keteltie.<br />
Twee meter <strong>van</strong>of het fenuus kwam de kachel<br />
te stoan. De piepe, die in 't veurjoar<br />
vol epropt was met kraanten um het roesten<br />
tegen te goan, worden an de kachel bevestigd<br />
en kwam met twee bochten (ellebogen) uut op<br />
een gat boven de schösstien-maantel. Klein<br />
detail: in die piepe zat een gleuve en in die<br />
gleuve een schoef (schuitje, zie tekening). Dat<br />
was een blikken veurwarp um de piepe of te<br />
sluten as 't vuur te fel vlamde. De veurkaante<br />
was <strong>van</strong> keuper met een mooi porseleinen<br />
knoppie (wie bezit nog zo'n ding). In de harfst<br />
worden d'r ok ezörgd dat d'r een veur-road<br />
brandstof was, törf, stienkool en holt (de<br />
braand).<br />
Zoerkool<br />
In de harfst was het tied um een winterveurroad<br />
voedsel an te leggen. Van de eigenver-bouwde<br />
witte kolen worden zoerkool bereid die fien<br />
esneden in de schoongemaakte Keulse potten<br />
estampt worden. Met 'n stuk steel <strong>van</strong><br />
'n schuppe (!) met de krukke noar beneden<br />
worden er estampt. Noa elk loagie kool een<br />
klein beettie zolt er over en verder niks. Dan<br />
kree'j de lekkerste zoerkool. Men mos net<br />
zolange stampen tot er vocht op de kool stund.<br />
Doarnoa worden er een linnen of katoenen<br />
doek over elegd en hierop kwam een klein<br />
plaankie te liggen. Doarop een dikke keie, een<br />
zoerkoolflinte. Zo deed men ok met sniebonen.<br />
De doek, plaankie en Stien mossen vake schonemaakt<br />
worden. De vochttoestand in de<br />
Keulse pot höng samen met de stand <strong>van</strong> de<br />
moane... worden beweerd ( ...... eb en vloed in<br />
de kelder).<br />
Wat er niet allemoal an voedsel bewaard worden!<br />
Bieten en wortels in een emmer met wit<br />
zaand. Bonen (dubbel wit) worden an eri-jd en<br />
buten te dreugen ehöngen meestal in de opening<br />
<strong>van</strong> een deure in de tocht. Vandoar de<br />
benaming slinger um de snoete (echt, zo heetten<br />
ze, 't is deur meer mensen bevestigd). Ze<br />
worden in een sloop bewaard en mossen een<br />
nacht in 't water stoan veurdat ze ekookt worden.<br />
De broene bonen bleven in de snoren<br />
(doppen) zitten en verzameld in zakken of op<br />
ehöngen op zolder. Later edörst. De weckketel<br />
zette een punt achter disse olde bewarkelijke<br />
methodes en tegenwoordig bewaart de supermarkt<br />
oonze winterkost.<br />
Ekkels en kastanjes<br />
Welk kind hef vrogger gien ekkels en kastanjes<br />
ezöcht En welke bejoarde vuurt niet de<br />
neiging um een paar mooie glimmende kastanjes<br />
in de zak te stikken, want dat was toch<br />
een probaat mi<strong>dd</strong>el tegen allerlei kwoalties<br />
Vrogger worden d'r ekkels in ezameld veur<br />
varkensvoer. Ok in de oorlog nog. Het leverde<br />
een paar cent per kilo op. En hoe vernemstig<br />
november 1929<br />
19
(creatief) konden kinder bezig ween met ekkels<br />
en kastanjes. Piepies maken, kettingen, fluities,<br />
enzovoort.<br />
Bizundere dagen<br />
In oktober trokken de luu noar Coevern, um de<br />
bieste-moandagen te bezuken. De leste was op<br />
de 2e moandag in november en die völ samen<br />
met de gaanzemarkt. Dat was een feest dat <strong>van</strong><br />
heinde en ver volk trok. Dankdag veur 't gewas:<br />
eerste woensdag in november. Net as bi<strong>dd</strong>ag<br />
een halve zundag, overdag een karkdienst en 's<br />
oamds diverse uutvoeringen. (Soms vreur het<br />
half november al en kon er eschaatst worden).<br />
Allerheiligen: R.K. gedenkdag op 1 november.<br />
Een hoge zundag, een karkdag woarop feestelijk<br />
andacht besteed wordt an de heiligen.<br />
Allerzielen op 2 november, een dag <strong>van</strong> ingetogenheid,<br />
gebed, herdenking <strong>van</strong> doden, karken<br />
karkhofbezuuk.<br />
Sunterkloas worden vrogger niet zo uutge-breid<br />
evierd as tegenwoordig. Veur de oorlog heel<br />
bescheiden. In de etalages lag wel <strong>van</strong> alles uut<br />
estald an speulgoed maar meestal bestunden de<br />
geschenken uut een paar kniekousen, een<br />
eigengebreide poppe, deur opoe emaakt, een<br />
bromtolle, een mondörgel, speculaas en toaitoai-poppen.<br />
Maar sunterkloas himself kree'j<br />
niet te zien. Wel rammelde hi-j an de deure of<br />
tikte op de roeten, 't Was raar dat va dan altied<br />
toevallig even de buurte in was.<br />
Dörsmesine<br />
In de tied dat er nog niet met combines ewarkt<br />
worden, kwam in de harfst de dörsmesine<br />
langs um de rogge te dossen. Dat was een<br />
belangrieke gebeurtenisse woar veul mankracht<br />
an te passé kwam. De kracht <strong>van</strong> de<br />
vrouwen speulde zich binnenshuus of. Die<br />
ha<strong>dd</strong>en het drok met koffie zetten en etten<br />
kokken want meestal bleven de keerls <strong>van</strong> de<br />
dösmesine etten. Het waren dagen <strong>van</strong> stro,<br />
kaf, stof en lawaai, in en um 't huus. De rogge<br />
worden in zakken op estapeld op de deile of in<br />
de Schure. Kinder vunden het een mooi spel<br />
um op die zakken te klautern hoewel dat verbeuden<br />
was. Nog spannender was eigenlijk<br />
hoeveul moezen d'r onder de roggemieten<br />
<strong>van</strong>doan kwamen!<br />
Slacht<br />
November is de maand der slacht, rijk is de<br />
boer lang is de nacht (riempie uut een old<br />
schoelboekie). Niet allene bi-j de boeren worden<br />
eslacht maar ok bi-j iederiene die ruumte<br />
had um een biggie te mesten. Het geslachte<br />
varken kwam buten op de le<strong>dd</strong>er te hangen um<br />
of te koelen. Dan was het oppassen of er gien<br />
hond of katte bi-j kwam. De vrouwen ha<strong>dd</strong>en<br />
een drokke weke. Het worst maken deuden ze<br />
zölf. Veur de lever- en bloedworst maakten ze<br />
uut olde lakens en slopen de worstebulen. De<br />
metworst kwam in goed schoongemaakte varkendarm.<br />
D'r worden meestal een worstmesientie<br />
eliend bi-j de slager of ehuurd bi-j een<br />
winkelier die doar een metworst veur vreug. De<br />
beneudigde kruden, peper en gruus, kocht men<br />
bi-j de slager. De noaste femilie en ok wel<br />
buren kregen een leverworst, bloedworst en<br />
metworst. Dit gung met terugwarkende kracht<br />
want as er bi-j de familie een varken eslacht<br />
worden, deelden die ok weer uut. De dominee<br />
en de pastoor worden niet vergeten. Die kregen<br />
het lekkerste stukkie vleis <strong>van</strong> 't geslacht! Ok<br />
de luu bi-j wie men de ingaank had, kregen wat<br />
<strong>van</strong> 't varken. Het spek en 't vleis worden<br />
ezolten en kwam in de kupe. Later worden het<br />
op ehangen an de zolder, in de wieme. Meer en<br />
meer kwam doarnoa het wecken in de mode<br />
wat toch ok weer een heel umslachtig wark<br />
was. Tegenwoordig vindt er gien huusslachting<br />
meer plaats. De slager verzorgt de slacht en de<br />
diepvriezer döt de rest.<br />
20
Onder de vele reacties die we ontvingen op Plat Ni-js uit ons vorige nummer (de zomer) ook deze<br />
foto's. Kinderen uit de Boerschop, pootje badend en zwemmend in de 'balseputte' langs de spoorlijn<br />
in Bergentheim en het gezin <strong>van</strong> bakker Bakker uit Hardenberg, picknickend in het Engelandse<br />
bos. (1941)<br />
21
Dichter en lezer in Hardenberg (5)<br />
- gedichten over Hardenberg <strong>van</strong> Guillaume <strong>van</strong> der Graft -<br />
In de periode 1946 - 1950 was W (Willem) Barnard als predikant verbonden aan de Hervormde<br />
gemeente te Hardenberg. Hij had toen al gedichten geschreven en gepubliceerd onder zijn pseudoniem<br />
Guillaume <strong>van</strong> der Graft. In de Hardenbergse jaren ging het dichten door. In een aantal<br />
gedichten wordt er heel concreet verwezen naar Hardenberg. Ook in bundels die later verschijnen,<br />
wordt gerefereerd aan zaken, gebeurtenissen en personen in Hardenberg. In overleg met de<br />
dichter zijn in totaal zeventien gedichten geselecteerd. In deze aflevering worden de laatste vijf<br />
besproken. De gedichten worden met toestemming <strong>van</strong> de uitgever in hun geheel geciteerd uit de<br />
laatste verzamelbundel 'Mythologisch' <strong>van</strong> Van der Graft, uitgegeven door Uitgeverij de Prom,<br />
Baarn in 1997.<br />
K. Oosterkamp<br />
<strong>22</strong><br />
HET BOEK<br />
Hanekamps-Hendrik hield het Boek<br />
in zeer hoge ere. Na den eten<br />
's avonds werd het hem aangegeven<br />
en hij las voor. Hij deed het<br />
op een verhoogde toon<br />
zoals een Grieks priester zou doen,<br />
met een stem die duidelijk maakte<br />
hoezeer wij naar adem snakken<br />
en de adem dat is de Geest,<br />
wie het Woord Gods hardop leest<br />
komt altijd adem te kort<br />
zodat leven hijgen wordt.<br />
Het is als een rivier<br />
die langs nauwe dijken schuurt,<br />
de kinderen verstaan het niet<br />
maar dat hindert niet:<br />
het woord <strong>van</strong> de hemel is daar<br />
als brood op een altaar,<br />
als een huis in het land gelegd:<br />
men ziet wat God zegt<br />
en de duif koert in de keel<br />
<strong>van</strong> een koe op de deel.<br />
Alle dingen staan zo omhoog op toon,<br />
niets dat bewoog bij het lezen<br />
behalve misschien een voet<br />
<strong>van</strong> de jongste zoon,<br />
maar goed,<br />
laat dat zo wezen.
Vorm<br />
Ook dit gedicht was aan<strong>van</strong>kelijk niet strofisch ingedeeld. Nu is de poëtische rivier in de dijken<br />
<strong>van</strong> de kwatrijnen gebed. Ook nu treedt de zinsbouw af en toe buiten de strofe-oevers. Het<br />
(eind)rijm is er nog wel, maar onregelmatig.<br />
Inhoud<br />
Het was een plechtig moment: na het eten - den eten - kreeg de pater familias het Boek, de bijbel,<br />
aangereikt om daaruit voor te lezen, een bij uitstek protestantse traditie. Hanekamps-Hendrik was<br />
de plaatselijke naam <strong>van</strong> Hendrik Jonkhans, wonend aan de Hanekampsdijk. In de omgeving <strong>van</strong><br />
alledag, huis, tuin en keuken, klinken dan de gewijde woorden. Dan gebeurt er iets: de toon is<br />
verhoogd, klinkt a.h.w, op zijn tenen, waarmee aangegeven wordt dat het geen gewone woorden<br />
zijn: de huisvader wordt priester en zijn stem wordt het instrument waarmee Gods Woord hoorbaar<br />
wordt. Dit is bijna niet te doen: teveel Geest voor te weinig adem. De gewone dingen -brood en<br />
tafel - krijgen een a.h.w, een heilige gloed: de woorden richten ze op een andere werkelijkheid -<br />
brood en altaar. In deze gloed worden Gods woorden concreet: men ziet wat God zegt. Zelfs het<br />
geluid <strong>van</strong> een koe klinkt in dit nieuwe verband instemmend alsof de Heilige Geest door haar<br />
spreekt.<br />
Alleen de jongste zoon is een beetje ongedurig, daarvoor is hij ook de jongste - de dichter laat dat<br />
ook maar zo. Het komt immers met de jongste zoon altijd wel goed.<br />
Ja, ik hoor dat nog, die verhoogde toon', dat verknepen quasi-gregoriaans, waarin het niet zozeer<br />
ging om het verstaan als wel om het celebreren zelf. Ik betrok het op de ontoereikendheid <strong>van</strong> onze<br />
taal, onze vertolking. Het 'woord Gods' was <strong>van</strong> een zó andere orde, dat moest je dan maar horen<br />
ook. (..) Curieus overigens dat die zo bij uitstek protestantse traditie (Schriftlezing door de<br />
huisvader) deed denken, daar en toen, aan de katholieke celebratie! (W. Barnard, brief 15-4-2004)<br />
AAN DS ERNEST LOOR<br />
Toen de loors voor het eerst in hun huis waren,<br />
een ernstig huis met een kraag <strong>van</strong> bomen<br />
als een vader des vaderlands,<br />
schoot de burgemeester kraaien in de tuin.<br />
Het vroor dat het kraakte voortaan<br />
tussen de Loors en de burgemeester,<br />
maar wat weet het koren daar<strong>van</strong><br />
of zelfs de kraaien<br />
Men moet nooit verzuimen te zaaien,<br />
de oogst staat in rijen voor men het weet<br />
en als Ernst in het zweet <strong>van</strong> zijn ziel<br />
met zijn rug naar de boeken stond,<br />
vielen de aren als aardse engelen,<br />
vogels <strong>van</strong> brood dat men schoot.<br />
De toren stapte met talmende slagen<br />
over de tuinhagen heen<br />
en 's nachts, zei Ernst,<br />
halen die ellendige nachtegalen<br />
je achter je raam uit de slaap.<br />
23
Inhoud<br />
Wat een alleraardigste kerel was dat. Blijmoedig en gelovig was hij. Wat kwam ik er graag, in die<br />
pastorie <strong>van</strong> Heemse, vele jaren later nog, toen ik al zeven jaar in Amsterdam had gewoond en al<br />
jaren in Rozendaal (Gld.) De pastorietuin <strong>van</strong> Heemse was toen een oase! (W. Barnard, brief 15-4-<br />
2004)<br />
Aardige woordspeling: Ernest en ernstig en een aardig beeld: het huis tussen de bomen, als het<br />
gezicht <strong>van</strong> Willem <strong>van</strong> Oranje gehuld in een Spaanse (!) kraag. Kraaien staan erom bekend dat ze<br />
bedreigend kunnen zijn voor de oogst: schadelijk wild. Het is echter misschien niet alleen dat ds.<br />
Loor zich tegen dat afschieten door burgemeester Van Oorschot verzette <strong>van</strong>uit zijn compassie met<br />
de kraaien, de kraaien (raven) brengen Elia ook brood, het product <strong>van</strong> het koren. Op die manier<br />
wordt een tegenstelling overwonnen. Het zaaien moet gebeuren, voor je het weet staat de oogst<br />
klaar, terwijl de zaaier nog in het zweet <strong>van</strong> zijn ziel twijfelt aan het resultaat. Ernest staat met de<br />
rug naar de boeken: zij geven hem theologische rugdekking.<br />
De aren als aardse engelen. Ze worden afgesneden, zoals de vogels uit regel 4 werden afgeschoten.<br />
Maar zo werd het koren tot zijn bestemming gebracht! Die aren 'dienen' ons zoals de engelen<br />
de Messias dienden volgens Mattheus 4: <strong>11</strong>. Niet dat ik bij het schrijven <strong>van</strong> dit gedicht die bijbeltekst<br />
in gedachten had. Maar ik ben er altijd door gefascineerd, dat ons levensonderhoud<br />
berust op het offer <strong>van</strong> anderen, ons leven wordt bestendigd door de dood <strong>van</strong> ander leven. En de<br />
kraaien <strong>van</strong> regel 4 die ten onder gingen aan het 'zinloos geweld' <strong>van</strong> die magistraat worden een<br />
metafoor <strong>van</strong> ons 'dagelijks brood'. (W. Barnard, brief 15-4-2004)<br />
De tijd verstrijkt er langzaam, de torenslagen talmen. Meestal wordt de zang <strong>van</strong> nachtegalen in<br />
verband gebracht met schoonheid en romantiek. De nachtegalen worden hier ellendig genoemd,<br />
niet alleen omdat ze je heel triviaal uit de slaap houden, maar ook omdat ze onechtheid en schone<br />
schijn symboliseren. De laatste regels reageren dan afwijzend op de bekende romantische dichtregels<br />
<strong>van</strong> J.C. Bloem en 's nachts zingen de onsterfelijke nachtegalen.<br />
24<br />
AAN MEESTER JONGSMA<br />
Meester Jongsma wist alles <strong>van</strong> vroeger<br />
en hij sprak met een stem <strong>van</strong> oud boers porselein<br />
dat gauw brak en hij droeg ons een goed hart toe.<br />
Ik mocht wel iets vasthouden ook wat hij zei.<br />
Het was opgegraven uit de oudheid<br />
en daar stond ik dan met een schotel<br />
aardewerk uit de aarde, zacht<br />
als gebeente <strong>van</strong> heel lang gestorven mensen.<br />
Ik wist dat de doodgraver<br />
daarmee mompelde<br />
binnensmonds in de grond.<br />
Abrahams tijd, zei het porselein naast mij.<br />
Op meer dan veertig eeuwen zie ik neer.<br />
Toen rookte de Baalder Es al <strong>van</strong> vuren<br />
zoals nu het koren signalen brandt.<br />
En ik heb hier nog geen vier jaar gewoond!<br />
Een duizendste scherf <strong>van</strong> deze schotel...<br />
Ik leef op een duizendste schaal,<br />
ik spreek een versplinterde taal.<br />
Neem mij niet kwalijk, meneer Jongsma,<br />
ik liet u veel te vroeg vallen.
Inhoud<br />
Meester Jongsma was onze buurman. Hij was onderwijzer geweest (en <strong>van</strong> harte nog), maar<br />
afgekeurd <strong>van</strong>wege een niet gevaarlijke fysieke onvolkomenheid. Meester Jongsma had geen stentorstem,<br />
maar wat die regel zeggen wil is dat hij welsprekend was zodra het ging om oudheden,<br />
daar uit de boerse buurt, kostbaarheden niettemin. Weliswaar geen Ming, maar toch eerbiedwaardig<br />
<strong>van</strong> ouderdom, evenals hijzelf. Regel 4 zinspeelt met dat 'vasthouden' op 'onthouden' en<br />
typeert daarmee zijn leraarschap. (W. Barnard, brief 15-4-2004)<br />
De dichter is zich bewust <strong>van</strong> de ouderdom <strong>van</strong> het aardewerk, een schotel. Hij beseft dat het aardewerk<br />
afkomstig is uit de tijd <strong>van</strong> Abraham: veertig eeuwen geleden. Het aardewerk moet<br />
gebakken zijn in de veldovens die op de Baalder Es bij opgravingen gevonden zijn. Het aardewerk<br />
is zacht geworden, als het gebeente <strong>van</strong> heel lang gestorven mensen. Het was de doodgraver die<br />
door de aard <strong>van</strong> zijn werk met hen in aanraking kwam en met hen 'mompelde'. Ook in 1957 roken<br />
er vuren, maar nu worden stoppels op de akker verbrand. De Baalder Es is nu, 2004, trouwens de<br />
villawijk <strong>van</strong> de woonwijk Baalder. Vergeleken met deze tijden vallen de paar jaar aanwezigheid<br />
<strong>van</strong> de ik in Hardenberg in het niet: nog niet eens vier jaar (en dat is de minimumtijd die een<br />
predikant in een plaats geacht wordt te staan). Het rekensommetje is gauw gemaakt: een<br />
duizendste deel <strong>van</strong> de tijd <strong>van</strong> de schotel. Het woord schaal is niet alleen een synoniem <strong>van</strong><br />
schotel, het duidt ook de maatverhouding aan. 'Versplinterde taal'wijst op een besef dat de 'eenheid<br />
des levens'- verondersteld wordt dat dit toen, millennia geleden, aanwezig was! - verloren is<br />
gegaan. Wat men tegenwoordig wel fragmentarisatie' noemt. Er is een taaispanning tussen de<br />
woorden 'schaal' en 'schotel'. Daar stond ik 'met een reliek' <strong>van</strong> Anno zoveel in de handen. Bang<br />
dat ik het zou laten vallen. Ik liet zoveel 'vallen', leven met en voor die mensen in Hardenberg,<br />
leven in een nog min of meer gave gemeenschap, - dat alles verzinnebeeld in die buurman-historicus<br />
met zijn antiquiteiten. (W Barnard, brief 15-4-2004).<br />
AAN MEESTER-TIMMERMAN VASSE<br />
Wanneer het afliep kwam Vasse,<br />
kamde zijn vlasbaard en zette een hoge hoed op<br />
en in zijn geklede jas<br />
met zilveren tressen, een marechaussee <strong>van</strong> de dood,<br />
vestigde Vasse dan onze gewijde aandacht<br />
op de wet <strong>van</strong> het graan en het gras.<br />
Als een traan biggelend langs de neus <strong>van</strong> de Voorstraat,<br />
tersluiks weggeslikt om de hoek <strong>van</strong> het postkantoor,<br />
deed hij de ronde langs onze blozende wangen.<br />
Hoe zout is de dood en hoe zoet<br />
ruikt het hout op de hoek <strong>van</strong> de Eiermarkt<br />
waar Vasse zijn werkplaats heeft,<br />
waar hij planken schaaft en ineenpast<br />
tot tweepersoonsledikanten,<br />
tot éénpersoons geurende kisten.<br />
Inhoud<br />
Wanneer het afliep: aardig, oud eufemisme voor sterven. Het beeld <strong>van</strong> Vasse als marechaussee<br />
<strong>van</strong> de dood: de waardige begeleider. Het graan en het gras: bijbelse metaforen <strong>van</strong> het (kortstondige)<br />
leven. Het officiële optreden <strong>van</strong> Vasse 'wijdt' onze aandacht aan de dood: zijn verschijnen<br />
is als een ambtelijk gebed. Vasse is die traan die de ronde doet om de mensen het overlijden aan te<br />
zeggen. Onze wangen zijn blozend, want nog jong en vol leven. De dood is zout, wordt begeleid<br />
door de zoute tranen. Het hout ruikt zoet, aangenaam. Dit aangenaam ruikende hout kan
gebruikt worden voor tweepersoonsledikanten waar de gemeenschap beleefd wordt, maar ook voor<br />
de lijkkisten. Die zijn éénpersoons: doodgaan doet een mens in zijn eentje.<br />
AAN RUSKE, DE ENIGE ROOMSE<br />
Ruske was Rooms, in heel Radewijk<br />
de enige, hij had verstand <strong>van</strong> kruiden,<br />
misschien daarom. Wij waren protestant,<br />
sommigen licht als los zand <strong>van</strong> de heide, de meesten<br />
bedeesd, het profiel <strong>van</strong> de ziel flauw golvend<br />
als het oude land langs de Vecht.<br />
Waterink heeft het herhaaldelijk gezegd,<br />
hij was weliswaar voor de openbare<br />
school, maar hij hield de kerk in het mi<strong>dd</strong>en.<br />
Een schip op het strand <strong>van</strong> 't hiernamaals,<br />
de toren een baken in een zee <strong>van</strong> tijd.<br />
Ja, Ruske was Rooms, in de wijde omtrek<br />
de enige, hij had verstand <strong>van</strong> kruiden.<br />
Maar bij ons geen kruisen, geen monstransen,<br />
geen marsepeinbeelden, geen rozenkransen,<br />
geen rosé en geel zand op de stenen<br />
voor een processie, bij ons<br />
geen genuflexie, wij hebben de kaarsen<br />
met de vlam landinwaarts laten branden.<br />
O baken in zee, wij zijn bomen<br />
met bladeren aan de binnenkant.<br />
Inhoud<br />
De eerste regel allitereert nogal: Ruske, Rooms en Radewijk. De suggestie is dat zijn Rooms-zijn<br />
verband houdt met zijn verstand hebben <strong>van</strong> kruiden. Is Rooms niet een "natuurlijker" geloof, in<br />
die zin dat het dichter staat bij de natuur. Wordt in de Rooms-Katholieke kerk de natuur ook niet<br />
gezien als openbaringsbron Kruidengeneeskunde, homeopathie, veronderstelt toch ook dat God<br />
in Zijn Voorzorg voor elke kwaal een geneesmi<strong>dd</strong>el a.h.w, in de natuur heeft verstopt Misschien<br />
daarom De dichter noemt twee soorten protestanten: licht - liberaal - vrijzinnig en bedeesd -<br />
verlegen naar binnen gekeerd - bevindelijk. Wat heeft Waterink herhaaldelijk gezegd: men moest<br />
de kerk maar in het mi<strong>dd</strong>en laten, d.w.z. de kerk moest zich niet (al te veel) inlaten met de dagelijkse<br />
dingen Gold dit volgens hem ook voor de schoolkeuze Menig Hervormde koos in<br />
Hardenberg voor de Openbare school, want de Christelijke was Gereformeerd! Het gevolg <strong>van</strong> de<br />
kerk in het mi<strong>dd</strong>en laten is echter wel een soort <strong>van</strong> schipbreuk: je komt er niet verder mee: het is<br />
een soort <strong>van</strong> gestrand geloof en een waarschuwing voor anderen: een baken in zee. Het is een<br />
indrukwekkende opsomming <strong>van</strong> zaken die het Roomse geloof moeten ondersteunen. Ze geven<br />
echter wel concreet houvast. Wij, de nazaten <strong>van</strong> Calvijn, hielden niet zo <strong>van</strong> dit uiterlijk vertoon:<br />
De kerk (dus de dominee) moest zich maar niet te veel bemoeien met 'het volle leven' en zijn<br />
beslissingen. De kerk was een verwijzing naar het 'elders' <strong>van</strong> hemel en hiernamaals. Die kerk had<br />
ook niet veel uiterlijk vertoon, ze was niet zo geworteld in de wereld <strong>van</strong> tekenen, zinnebeelden,<br />
dat alles wat bij de protestanten gold als 'maar uiterlijkheid'. Bij ons 'sloeg het naar binnen'. (W<br />
Barnard, brief 15-4-2004) Wij laten de vlam landinwaarts branden. Een vuurtoren zendt het licht<br />
echter de zee op. Onze vlam is dus niet echt adequaat. Nogmaals is dit een waarschuwing, een<br />
baken in zee: wij zijn teveel naar binnengekeerd, te bevindelijk.<br />
26
Pastores in Heemse (III)<br />
In de vorige aflevering hebben we gezien hoe ten tijde <strong>van</strong> ds. Coldeweij in de kerkenraadsvergadering<br />
de handtekeningen gezet zijn <strong>van</strong> hen die zich wilden afscheiden <strong>van</strong> de Hervormde kerk in<br />
Heemse. Deze aflevering begint met een nieuwe afscheiding in Heemse. Tegen het eind <strong>van</strong> de 19e<br />
eeuw zal dan nog de Doleantie plaatsvinden, waardoor er een nieuwe splitsing kwam in kerkelijk<br />
Nederland.<br />
A. de Roo<br />
A.H. Mouw (1845 - 1853)<br />
Aalbertus Hendrikus Mouw, geboren in<br />
Nijkerk in 1817, kwam hier als candidaat. Hij<br />
werd op 1 juli 1845 bevestigd en bleef in<br />
Heemse tot zijn emeritaat. Hij was op 2 mei<br />
1845 te Zierikzee getrouwd met Maria<br />
Johanna Buijze. Na zijn emeritaat - door toenemende<br />
ligchaamszwakheid - vertrok hij op<br />
<strong>22</strong> september 1853 uit de gemeente. Hij vestigde<br />
zich in zijn geboorteplaats Nijkerk en<br />
overleed daar onverwacht in september 1860.<br />
In januari 1853 kwam net als in 1841 een verzoek<br />
binnen bij de kerkenraad <strong>van</strong> de<br />
Hervormde kerk te Heemse om een kerkenraadsvergadering<br />
te willen beleggen daar een<br />
aantal leden <strong>van</strong> de Hervormde gemeente<br />
waren overgegaan tot de Christelijke afgescheidenen<br />
die dat ook wenschten te verklaren<br />
voor de kerkeraad teneinde <strong>van</strong> lasten ontslagen<br />
te worden. Als gevolg hier<strong>van</strong> kwamen 51<br />
briefjes binnen met handtekeningen uit<br />
Rheeze, Rheezerveen en Diffelen, waar<strong>van</strong> de<br />
helft uit Rheeze. Hierbij waren geen kinderen<br />
gerekend.<br />
J.R Nonhebel (1854 - 1857)<br />
Johannes Petrus Nonhebel werd op 6 januari<br />
1830 geboren in Est (Gld.), waar zijn vader<br />
John Abraham Christoffer Nonhebel predikant<br />
was. Ook hij kwam als candidaat naar<br />
Heemse, waar hij werd bevestigd door zijn<br />
vader op 23 april 1854 met als tekst II<br />
Timotheus 1:8a. Hij bewoonde samen met zijn<br />
zuster Johanna Christina Nonhebel de<br />
pastorie.<br />
In 1857 vertrok hij naar Vaassen. Hij was<br />
gehuwd met Luthera Anna Agatha baronesse<br />
<strong>van</strong> Haersolte <strong>van</strong> den Doorn. Hij was een<br />
man <strong>van</strong> de praktijk. Hij ijverde voor het<br />
jeugdwerk, het christelijk onderwijs en de zending.<br />
In zijn prediking boeide hij door zijn<br />
indrukwekkend voorkomen en klankrijke stem,<br />
zo wordt <strong>van</strong> hem geschreven. In 1883 is hij in<br />
Hannover overleden. Hij was op reis naar een<br />
Duitse badplaats waar hij genezing hoopte te<br />
vinden voor zijn keelaan-doening. Hiervoor<br />
had hij al tijdelijk zijn ambt neergelegd.<br />
H. Timmer Westerouen <strong>van</strong> Meeteren (1857 -<br />
1859)<br />
Herman Timmer Westerouen <strong>van</strong> Meeteren<br />
werd geboren in Dordrecht op 2 september<br />
1809. Hij kwam naar Heemse - beroepen in de<br />
vergadering <strong>van</strong> de Goedsheren en Erfgenamen<br />
<strong>van</strong> 18 mei 1857 - <strong>van</strong><br />
27
Schoonrewoerd op 17 augustus 1857. Op 30<br />
augustus 1857 werd hij in Heemse bevestigd.<br />
Tijdens zijn verblijf in Heemse woonde bij hem<br />
in de pastorie de theologisch candidaat Jan<br />
Hendrik <strong>van</strong> der Horst. Op 15 september 1859<br />
vertrok hij naar Kesteren, waar hij een beroep<br />
aanvaard had. Hij was ongehuwd.<br />
D. Messen (1860 - 1862)<br />
Dionysius Niessen W.J.zn werd op <strong>11</strong> maart<br />
1826 in Streefkerk geboren. In 1851 was hij<br />
candidaat. Vanuit Eist (U.) kwam hij op 21 juni<br />
1860 naar Heemse. Het was niet gemakkelijk<br />
geweest voor de gemeente een nieuwe herder<br />
en leraar te beroepen. Een aantal predikanten<br />
had voor een beroep bedankt. Maar nu kon op<br />
<strong>22</strong> juli <strong>van</strong> dat jaar ds. Niessen bevestigd worden<br />
in de Hervormde gemeente te Heemse.<br />
Samen met zijn echtgenote Everijntje Koeveldt<br />
bewoonde hij de pastorie en vertrok op 4 oktober<br />
1862 naar Giessen en Rijswijk (NB.)<br />
I J.L Fockens (1863 - 1865)<br />
Isaac Johannes Ippius Fockens werd geboren<br />
op 24 april 1839 in Ede. Hij kwam hier op 20<br />
februari 1863 als candidaat uit Leiden en werd<br />
op 1 maart <strong>van</strong> dat jaar in Heemse bevestigd.<br />
Hij was op 18 februari 1863 te Leiden gehuwd<br />
met Marie Gerardine de Mare. Op 21<br />
november 1865 vertrok hij naar<br />
Aarlanderveen.<br />
A. Piper (1867 - 1871)<br />
Antoon Piper, in 's Gravenhage geboren op 3<br />
oktober 1810, kwam op 24 mei 1867 uit<br />
Waarder naar Heemse. Hij was gehuwd met<br />
Geertje Otten. Ook nu had, voordat hij bevestigd<br />
kon worden, een aantal predikanten<br />
bedankt. Tijdens zijn predikantschap werd de<br />
nieuwe pastorie gebouwd. De oude was door<br />
allerlei omstandigheden - brand en bouwvalligheid<br />
- onbewoonbaar geworden. In 1869<br />
werd de bouw aanbesteed, waarna de nieuwe<br />
pastorie in 1870 gereed was. In de gevel vindt<br />
men nog de steen waarop vermeld staat dat in<br />
1870 de pastorie gebouwd is. Op <strong>22</strong> juni 1871<br />
vertrok hij uit de gemeente naar Muiden.<br />
J. <strong>van</strong> der<br />
Kaaden (1874<br />
- 1878)<br />
Jacobus <strong>van</strong> der Kaaden werd geboren op 7<br />
mei 1851 in Maasland. Op 8 september 1874<br />
kwam hij als candidaat uit Utrecht. Hij was<br />
ongehuwd. Zijn zuster Trijntje <strong>van</strong> der Kaaden<br />
woonde bij hem in de pastorie. Op 1 mei 1878<br />
is hij in Heemse overleden. Van hem is een<br />
preek bekend die hij op 18 december 1874<br />
thuis bij J.B. Bolks heeft gehouden. Hij had<br />
beloofd aan Bolks' echtgenote, die ziek was en<br />
de kerkdiensten niet kon bijwonen, bij haar<br />
thuis een preek te komen voorlezen. De<br />
liederen werden door de enige dochter<br />
Hendrikje op het harmonium begeleid. Nadat<br />
de huiselijke<br />
bijeenkomst was<br />
J. <strong>van</strong> der Kaaden<br />
afgelopen, wenste ds. Van der Kaaden haar<br />
vaarwel, niet wetende hoe waar deze woorden<br />
waren. Twee uur later was zij overleden.<br />
E. Janzen (1878 - 1890)<br />
Ernst Janzen was geboren op 1 februari 1841<br />
in Oosterbierum.Hij was gehuwd met Sara<br />
Anna Margaretha Plaat. Voordat hij op <strong>11</strong><br />
oktober 1878 in Heemse kwam, was hij predikant<br />
in Gerkesklooster (gem. Achtkarspelen).<br />
Hij heeft de Hervormde gemeente in Heemse<br />
twaalf jaar gediend. In het voorjaar <strong>van</strong> 1890<br />
is hij vertrokken naar Minnertsga.<br />
G. Boersma (1890 -1893)<br />
Gerrit Boersma werd geboren in Buitenpost<br />
op 27 september 1859. Hij kwam de gemeente<br />
dienen als candidaat en vestigde zich daar<br />
<strong>van</strong>uit Utrecht op 1 juli 1890.<br />
Op 6 juli werd hij bevestigd in de gemeente.<br />
Hij was getrouwd met Anna Christina<br />
Pa<strong>dd</strong>enberg.<br />
28
Op 13 oktober<br />
1893 vertrok hij<br />
naar de<br />
Hervormde<br />
gemeente in<br />
Nijehaske, <strong>van</strong><br />
waaruit hij een<br />
beroep ont<strong>van</strong>gen<br />
had.<br />
EG. Moeton<br />
(1895 - 1898)<br />
Frederik Gerrit<br />
Moeton kwam<br />
als candidaat in<br />
Heemse. Op 21<br />
april 1895 werd<br />
hij <strong>van</strong>uit<br />
Groningen hier<br />
bevestigd in de<br />
gemeente. Hij<br />
was geboren in G. Boersma<br />
Utrecht op <strong>11</strong><br />
februari 1870 en gehuwd met Gerardina<br />
Cornelia Johanna de Lang Evertsen. Na een<br />
driejarig verblijf in deze gemeente vertrok hij<br />
op 2 december 1898 naar Harderwijk.<br />
J.C.E. <strong>van</strong> Herwerden (1899 - 1907)<br />
Johannes Cornelis Eliza <strong>van</strong> Herwerden werd<br />
geboren op 5 november 1874 in Lisse. Hij was<br />
gehuwd met Petronella Anthonia Romijn. Hij<br />
kwam als candidaat uit Leiden. Heemse was<br />
dus zijn eerste gemeente. Hij begon met een<br />
jaarcontract <strong>van</strong> f. 1300, wat erg veel was voor<br />
die tijd. Zijn Leidse studiegenoten die hem de<br />
preekstoel ophielpen, d.w.z. zijn intrede bijwoonden,<br />
vonden dat kennelijk ook en lieten<br />
hem de rekening betalen voor hun verblijf in<br />
Heemse. Over zijn periode ter plaatse geeft het<br />
boekje, geschreven door zijn zoon die daar in<br />
1902 geboren was - Herinneringen aan een<br />
dorpspastorie - een duidelijk beeld <strong>van</strong> hoe het<br />
was in Heemse rond de eeuwwisseling. Op 29<br />
november 1902 verscheen het eerste nummer<br />
<strong>van</strong> het Sallands Volksblad. Het ging uit <strong>van</strong> de<br />
drie toenmalige rechtse politieke partijen: de<br />
Anti-Revolutionaire Partij, de Christelijk-<br />
Historische Unie en de Rooms-<br />
Katholieke Staatspartij. Het was een coalitieblad<br />
en had de bedoeling de christelijke beginselen<br />
te propageren en ingang te doen vinden.<br />
De eerste redacteuren waren ds. Schot te<br />
Hardenberg, ds. Doekes en ds. <strong>van</strong> Herwerden<br />
te Heemse. In die tijd speelden de tegenstellingen<br />
tussen confessionele en liberale partijen<br />
een rol op gemeentelijk terrein. Toen in<br />
Rheezerveen een school gesticht moest worden,<br />
kwamen die tegenstellingen in alle hevigheid<br />
naar voren. Ds. Van Herwerden speelde<br />
daarin een grote rol. Toen de strijd in het voordeel<br />
<strong>van</strong> de confessionelen werd beslist, was<br />
hij de gebeten hond. Brieven aan de<br />
Kerkenraad werden geschreven, waarin<br />
gemeenteleden hun lidmaatschap wilden<br />
opzeggen. Bedreigingen werden geuit.<br />
Rondschrijvens - anoniem - gingen door de<br />
gemeente, waarin Ds. Van Herwerden werd<br />
zwart gemaakt. Of dit zijn vertrek uit de<br />
gemeente verhaast heeft, is slechts gissen. Op<br />
30 december 1906 hield hij zijn afscheidspreek.<br />
Diezelfde week stond het gezin op het<br />
station in Hardenberg om met de trein naar<br />
Brummen te vertrekken, waarnaar ds. Van<br />
Herwerden een beroep had aangenomen.<br />
(wordt vervolgd)<br />
J.C.E. <strong>van</strong> Herwerden<br />
29
Salland's Volksblad, derde kwartaal 1905<br />
Enkele opmerkelijke krantenberichten uit de periode juli t/m september 1905: In Mariënberg<br />
verongelukt de 44-jarige schipper Johannes Gorter tijdens werkzaamheden bij de pas aangelegde<br />
spoorlijn. Hij is geboren en woonachtig te Leeuwarden en echtgenoot <strong>van</strong> Sjitsche <strong>van</strong> Wijk. Op de<br />
Brink te Heemse wordt het huis <strong>van</strong> de heer Zilversmit door brand verwoest. Omdat Heemse geen<br />
brandspuit heeft worden de andere woningen aldaar gespaard door de spuitgasten uit Hardenberg.<br />
Mensen die schade hebben geleden door hagelslag kunnen een vergoeding krijgen door zich te<br />
melden bij H Bruins. In Lutten is aan de Baanbreker de aardappelcampagne weer begonnen. De<br />
schippers varen af en aan, het water is bedekt door een dikke laag schuim en de stank is<br />
verschrikkelijk.<br />
Ter gelegenheid <strong>van</strong> de 25ste verjaardag <strong>van</strong> H.M. Koningin Wilhelmina is er feest in de stad. Men<br />
kan ringrijden, tonsteken, zakkruipen enzovoort. Ook is er een bal champêtre, men kan zich<br />
aanmelden bij secretaris A. Bromet. De bakkerij <strong>van</strong> Van der Haar wordt geopend, hij verkoopt<br />
onder andere brood naar het systeem <strong>van</strong> Dr. Alinson. Bij Snel op de Rheezerkamp komen mannenbroeders<br />
uit Rheeze en Diffelen bijeen om de aanzet te geven tot de oprichting <strong>van</strong> een christelijke<br />
school. In Hardenberg wordt het postkantoor aanbesteed. De inschrijvingsbiljetten moeten<br />
worden ingezonden aan het hoofdbestuur te 's Gravenhage en het te bouwen pand aan de<br />
Voorstraat moet voor 1 april 1906 gereed zijn. Depostkar is door de komst <strong>van</strong> de N.O.L.S. overbodig<br />
geworden. Voor een goede ont<strong>van</strong>gst <strong>van</strong> de brieven zou de eerste trein vroeger in<br />
Hardenberg moeten arriveren.<br />
D. Hesselink-Zweers en E. Wolbink