10.07.2015 Views

Rondom bestand van 1994 11-3 dd 2-12-08 - Atlantis

Rondom bestand van 1994 11-3 dd 2-12-08 - Atlantis

Rondom bestand van 1994 11-3 dd 2-12-08 - Atlantis

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>1994</strong> <strong>11</strong>/3 RONDOM DEN HERDENBERGHTijdschrift <strong>van</strong> de Historische Vereniging Hardenberg en Omgeving.Lidmaatschap f. 27,50 per jaar.Bestuur:Mevr. H. v.d. Anker-v.d. Brand, voorzitter, Herenstraat 86, Slagharen,tel.:05231-1935.W.B. Meijer, secretaris, Sportstraat 24, Kloosterhaar, tel.: 05234-<strong>12</strong>49.H. Hoving, penningmeester, Boslaan 34, Hardenberg, tel.: 05232-62048.L.J. Bruins, vice-voorzitter, Julianastraat 21, Vroomshoop, tel.: 05498-42539.J. Bruggers, Venusplein 2, Hardenberg, tel.: 05232-63537.F. Ekkel, Dorpsstraat 74, Kloosterhaar, tel.: 05234-1760.B.H. Fe<strong>dd</strong>es, Brinkweg 6, Bergentheim, tel.: 05235-<strong>12</strong>15.G. Gerrits, Elzenlaan <strong>11</strong>, Hardenberg, tel.: 05232-67870.Mevr. D. Hesselink-Zweers, Binnenhof 31, Hardenberg, tel.: 05232-65829. Mevr.G. Jonkhans-Kampman, Stobbenhaarweg 20, Radewijk, tel.: 05238-6227.Redactiecommissie:Mevr. D. Hesselink-Zweers J.Weitkamp C. Lina, eindredacteurRedactieadres: Bruchterweg 17, 7772 BD Hardenberg, tel.: 05232-6<strong>12</strong>74.Bankrelatie:Rek.nr. 3849.47.824 bij Rabobank Hardenberg.(Postrek.nr.v.d.Bank: 8<strong>12</strong>263) POSTBANKrekeningnr. 29855515.ISSN: 1380-3921Inhoudpag.1. Van de redactie 1772. Frits <strong>van</strong> Bol Gerrit L. Bakker 1783. Een handvol foto's C. Lina 1794. Plat ni-js J. Luisman-de Jonge 1835. Kerkgang ten plattelande (2) Dinah Hesselink-Zweers 1846. Belangrijk bericht Dinah Hesselink-Zweers 1867. Molens in Hardenberg C. Lina 1878. Jacht in Radewijk en over de grens P. Lozekoot, J. Woertel, J. Woertel-v.d. Veen 2029. Uit het leven <strong>van</strong> een joodse jongenin oorlogstijd (XII) Izak Kan 20410. Arbeidsomstandigheden in het veen <strong>van</strong>Stad- en Ambt-Hardenberg (IV) Jan H. Kompagnie 2<strong>08</strong>Copy voor het volgende nummer uiterlijk op 21 november <strong>1994</strong> inleveren.Het overnemen <strong>van</strong> artikelen of gedeelten daar<strong>van</strong> uit dit tijdschrift mag alleen nadaartoe verkregen toestemming <strong>van</strong> de redactie.


Van de redactieHet derde nummer <strong>van</strong> de elfde jaargang bevat weer een aantal bijdragen die bijonze leden en lezers in de smaak zullen vallen. Gerrit Bakker uit Hoogeveenzond ons een aardig verhaal over Frits <strong>van</strong> Bol en de stadspompen, dat aanleidinggaf om er een handvol foto's <strong>van</strong> vroeger bij te zoeken. De dialectgroepzorgde weer voor een goede bijdrage, waaraan de humor niet ontbreekt. DinahHesselink schreef over de gevolgen <strong>van</strong> de twist in de kerk te Heemse, waaroverze in ons vorig nummer vertelde.Eindredacteur Lina loste een belofte in met zijn eerste bijdrage over wind- en watermolens<strong>van</strong> Hardenberg en omgeving. Verder vindt u in dit nummer verhalenover de jacht in Radewijk, geschreven door P. Lozekoot, Jan en Jannie Woertel.Izak Kan vervolgt zijn bange oorlogsavonturen en Jan Kompagnie gaat verdermet zijn verslag over oorlogsomstandigheden in het veen. Twee en dertig bladzijdenzijn gauw gevuld.Wat kunt u in het volgende nummer verwachten? Dat zijn bijvoorbeeld foto's <strong>van</strong>EItem medewerkers die we reeds ontvingen, graag aangevuld met nog enkele,maar dan wel met de namen erbij. Van Jan Dijkhuis kregen we aanvullingen enverbeteringen omtrent personen uit vroeger tijd. Dat vindt u in het decembernummeren u vindt daarin ook een prachtige zeer oude schoolfoto uit Lutten met denamen <strong>van</strong> de leerlingen en een vers <strong>van</strong> een dichterlijke Bruchtenaar. Verder iseen bijdrage over oude Hardenbergse postboden in voorbereiding. Ten slotte willenwe allen, (het zijn er teveel om op te noemen) die met een bijdrage, of metgegevens meegeholpen hebben aan de totstandkoming <strong>van</strong> dit nummer, hartelijkbedanken.177


Frits <strong>van</strong> BolGerrit L BakkerNaar aanleiding <strong>van</strong> het stukje over Frits <strong>van</strong> Bol (1871 -1959), wil ik nog enkeleinteressante aanvullingen geven op deze onafhankelijke, kleurrijke figuur zonderwie Hardenberg, zeker tussen 1900 en 1950, ondenkbaar was.Juist in het licht <strong>van</strong> het voorlezen <strong>van</strong> nieuws uit een landelijk dagblad is de volgendeuitspraak <strong>van</strong> Frits zeer goed te plaatsen. Waarschijnlijk in verband metkomende of juist gehouden verkiezingen, moet hij, nadat men hem naar zijn politiekevoorkeur vroeg, eens als antwoord gegeven hebben: 'Ik ben liberaal geweest,ik ben socialist geweest en nu ben ik gematigd onverschillig!' Meende hijdat of stak hij de draak met de politiek? Hoe dan ook, het zou anno <strong>1994</strong> gezegdkunnen zijn.De zondagswandeling <strong>van</strong> FritsElke zondagmorgen om zeven a half acht kloste Frits <strong>van</strong> Bol met stevige tre<strong>dd</strong>oor de Achterstraat (nu Wilhelminaplein). Op dit vroege uur lag iedereen nog inbed op zondag. Helder klonk het geluid <strong>van</strong> zijn klompen op de straatklinkers inde stilte <strong>van</strong> de morgen. 'Daar komt Frits <strong>van</strong> Bol aan', zeiden we dan tegen elkaar.We keken door het slaapkamerraam <strong>van</strong> ons huis (nu Edah) en zagen hemmet een emaille keteltje in het zeventig centimeter brede steegje tussen de gemeentelijkeopslagplaats en het huis <strong>van</strong> postbode Dorgelo verdwijnen. Hij was<strong>van</strong> 'n Es (Bruchterweg) gekomen, langs de Lage Doelen, door deDoelendwarsstraat naar de Achterstraat gelopen. Hij vervolgde zijn gang doorhet steegje, dat op-de Ganzestraat uitkwam. Tussen het oude stadhuis en de hervormdekerk door ging hij naar de Voorstraat. Hier sloeg hij links af en kwam bijzijn ein<strong>dd</strong>oel: de stadspomp tegen de noordelijke muur <strong>van</strong> de kerk. Na ongeveervijf minuten kwam Frits terug met een gevuld keteltje en ging weer huiswaarts.Wat was nu het merkwaardige <strong>van</strong> deze zondagmorgenwandeling <strong>van</strong> Frits? Opde hoek <strong>van</strong> de Doelendwarsstraat en de Achterstraat stond een stadspomp.Daaraan ging hij voorbij. Tegenover ons huis stond tegen de oude school eveneenseen stadspomp. Ook deze werd door hem gepasseerd. Bovendien had hijnog vlugger naar de pomp op de driesprong Voorstraat-Fortuinstraat gekund.Ook dat deed hij niet. Ik vermoed dat Frits het bronwater gebruikte voor het zetten<strong>van</strong> een lekker kopje thee op zondagmorgen. Hoe lang deze zondagmorgenwandelingen<strong>van</strong> Frits voortgeduurd hebben? Ik weet het niet. Ik meen dat het inde oorlog '40 - '45 niet meer voorkwam.178


Een handvol foto'sC. LinaVan Gerrit Bakker uit Hoogeveen kregen we een bijdrage voor ons blad. Het iseen aanvulling op het artikel <strong>van</strong> zijn klasgenoot Jan Dijkhuis uit Pulheim, die zijnweg naar school beschreef. De vraag naar een verhaal over de stadspompen<strong>van</strong> Hardenberg is niet meer te realiseren voor dit nummer. Wel hebben we ookbij zijn stukje een aantal foto's opgezocht die daarbij passen. Op de eerste fotozien we de pomp bij de hervormde kerk, waar Frits <strong>van</strong> Bol 's zondags waterhaalde. Het water <strong>van</strong> deze pomp moet <strong>van</strong> goede kwaliteit ge-weest zijn. Zestaat op het hoogste punt <strong>van</strong> Hardenberg op een zandheuvel. Daarbij komt datin de kerk en ook in de oude Mi<strong>dd</strong>eleeuwse kerk die op dezelfde plaats stond,nooit begraven werd, zoals dat in veel plaatsen gebruikelijk was. Vooralwelgestelden maakten daar gebruik <strong>van</strong>. De graven <strong>van</strong> de rijken werdenafgedekt met zware grafstenen, soms prachtig versierd. Het gevolg <strong>van</strong> deze gewoontewas dat men een vreemde geur in menige kerk kon bespeuren die opsteeguit de zerken. Men sprak daarom <strong>van</strong> 'Rijke stinkerds'. In Hardenberg begroefmen de doden op de begraafplaats aan de Stationsstraat. Oorspronkelijkstond daar een stenen kerkje dat ongeveer in het jaar 750 gebouwd werd <strong>van</strong>rode steen. Het kerkhof <strong>van</strong> dit kerkje is de eeuwen door de begraafplaats <strong>van</strong>Hardenberg gebleven. Helaas werd het bedehuis, dat volgens Picardt bijzondermooi was, in 1653 afgebroken. De stenen werden gebruikt voor de bouw <strong>van</strong> eenschool. Waarom deze uitweiding? We weten hierdoor dat er geen bodemverontreinigingplaats vond in de nabijheid <strong>van</strong> de pomp, door het ontbreken <strong>van</strong> gravenin de kerk. Dit laatste geldt natuurlijk ook wel voor de andere pompen maar dezestonden op een geringere waterfilterende zandlaag. Frits ging niet naar de pompop de hoek <strong>van</strong> de Doelendwarsstraat en de Achterstraat. We zien op de foto hetpakhuis <strong>van</strong> Bruins. Na de afbraak <strong>van</strong> het pakhuis werd daar 'De Schakel" gebouwd.Op de achtergrond zien we de Höftekerk. Hij ging ook voorbij aan depomp tegen de oude school en dook het donkere smalle steegje in naar deGanzestraat.De vierde foto toont ons de pomp bij het samenkomen <strong>van</strong> Voorstraat enFortuinstraat. Zoals u ziet bestond toen het café-restaurant Leering nog niet.Later vestigde zich Nijhoving daar. Diens restaurant verdween om plaats te makenvoor de Hema. Aan het Oosteinde bij het Lokaal voor Christelijke Belangenstond ook een pomp. We vinden die nog voor de winkel <strong>van</strong> Blokker aan hetOosteinde. De pompen voorzagen Hardenberg <strong>van</strong> water voordat er een regulierewaterleiding in de stad werd aangelegd. Bij de pomp ontmoette men elkaar enhoorde men allerlei nieuwtjes en schandaaltjes. Een andere nieuwsbron was dekoster. Bij het uitgaan <strong>van</strong> de kerk deed hij mededelingen aan het kerkvolk datsoms ver <strong>van</strong>uit de omtrek kwam. In Heemse klom hij dan op een grote steen, dievolgens overlevering een heidense offersteen was. Maar ook de molen was eenplaats waar men allerlei nieuws kon horen, als men moest wachten, want wie heteerst kwam werd het eerst geholpen. Men sprak zelfs <strong>van</strong> 'Molenmeer'. Meerheeft hier de betekenis <strong>van</strong> mare, hetgeen tijding of bericht betekent. We sprekennog wel <strong>van</strong> een blijde mare. De schout <strong>van</strong> Hardenberg zegt in een <strong>van</strong> zijn stukkenuit 1560 dat iets 'straatnieuws en molenmeer' is om aan te geven dat iedereenop de hoogte kan zijn <strong>van</strong> een bepaalde zaak.179


Schoutambt Hardenberg 1660Afbeelding uit± 1630door Joannis Galle.Foto 1De hervormde kerk met de ingang aan deVoorstraat De pomp waar Frits water haaldestaat ervoor.180Foto 2Op de tweede foto is de pomp iets beter teonderscheiden, evenals de ingang <strong>van</strong> dekerk met haar Corinthische zuilen.


Foto 3Links de pomp voor de oude school in de Achterstraat, het smalle steegje bij de straatlantaarnen het huis <strong>van</strong> postbode Dorgelo. Op de achtergrond de gereformeerde kerk;rechts daar<strong>van</strong> het pakhuis <strong>van</strong> Bruins. Tegenover de school woonde bakker Bakker. Debestrating bestond heel vroeger uit veldkeien.Foto 4De pomp op de driesprong <strong>van</strong>Voorstraat en Fortuinstraat. Op deachtergrond zien we 'De Wheeme',de oude hervormde pastorie. Opde hoek <strong>van</strong> de Fortuinstraatwoonde bakker Jan Hurink, die eengrote winkel had. FietsenmakerJan Breukelman vestigde zich laterin het achterste gedeelte <strong>van</strong> hetpand. Simon Blein heeft op dehoek na de oor-log nog eentextielzaak gehad. Nadat hetafgebroken was kreeg deMi<strong>dd</strong>enstandsbank daar eenkantoor, tot het als ING-bank naar de Bruchterweg verhuisde. Thans is er een vestiging<strong>van</strong> een verzekeringsmaatschappij. Links op de foto woonde Ruth Koeslag. Hij had daareen herberg, maar was tevens timmerman-aannemer. Zijn dochter huwde met de chef<strong>van</strong> de Dedemsvaartse stoomtrammaatschappij, Leerink. Diens zoon Sjoerd moderniseerdede zaak. Daarna nam Lachger het café-restaurant over. Hij verkocht het later aanNijhoving. Rechts naast de herberg <strong>van</strong> Koeslag was de manufacturenwinkel <strong>van</strong>Hendrikje en Geertje Meijer, naaisters, die bekend stonden als bekwame knipmutsenmaaksters.181


Foto 6De pomp aan het Oosteindevoor het: 'Lokaal voor ChristelijkBelangen'. Nu staat voor dewinkel <strong>van</strong> Blokker op die plaatseen oude stadspomp met eenbol er bovenop. Hardenberg).Foto 5De pomp op de hoek <strong>van</strong> de Achterstraat en deDoelendwarsstraat. De oorspronkelijke foto of diamoet door Ds. Loor gemaakt zijn.foto: gemeentearchief HardenbergFoto 7Café-restaurant Leerink na deverbouwing. Links de markt metde oude muziektent. Rechts <strong>van</strong>Sjoerd Leerink was later de ijzerwinkel<strong>van</strong> Karel Makkinga.182Foto 8Nijhoving


Plat ni-jsJ. Luisman-de Langelederiene kent wel het spreekwoord: "Zo old as de weg noar Rome" en de gezegdes:"veur Pampus liggen", "hooghaarlemmerdijks" en "Haagse bluf". In dewarkgroep vreugen wi-j oons of: "Bint er gezegdes met de plaatsnameHardenbarg erin?" En warempel, wi-j hebt er een paar op'ediept. Disse b.v.: "Datis een ramp an disse kaante <strong>van</strong> Hardenbarg". Het betekent dat de schade beparktbief bi-j ongelukkies in en urn het huus. Dit gezegde wordt natuurlijk allenigin de 25 butendörpen gebruukt. Het was dan ok heel logisch dat Co de Wit ernooit <strong>van</strong> eheurd had!As 's winters de kachel goed braan<strong>dd</strong>e en iemand deed de deure niet achter zichdichte, heurden ie de kreet: "Wi-j stokkert (stookt) niet veur 'n helen Hardenbarg!"Het pleit niet veur oons dat heden ten dage in Roalte nog 'ezegd wordt: "Zo zunigas een Hardenbarger" en zo kenne wi-j d'r nog wel een paar .... Loate wi-j gauwmeujekneupieknupknieftigkuierlattenknipgatkniepstuverneugenni-jmoedsluiewievendroadluiewievensteekluiewievenknoopofschöttelen<strong>van</strong> dit onderwarp ofstappen en het volgende rijgie woordenbekieken.tanteknoopjeknoophandigbenenkuil in de wegiemand die op eendubbeltje kijktachterstellen(letterlijk: minder opOord:<strong>van</strong> buten blauw<strong>van</strong> binnen witgimmeleerd.uitnodigenmodernlange draadbepaalde breisteeksoort drukknoopoord je schotel krijgen)inhoudsmaatOord is eigenlijk gien dialectwoord. Het stiet in de "Dikke <strong>van</strong> Dale" as volgt urnschreven:OORD, kan, stoop, kroes of pint, één vierde deel <strong>van</strong> een kan. Kan isgelijk aan een liter.Volgens ons was een oord melk een halve liter. Wie hef geliek?Warkgroep Dialect.183


KERKGANG TEN PLATTELANDE (2)Dinah Hesselink-ZweersNa de vechtpartij in de Heemser kerk was de oude dominee nog weken lang <strong>van</strong>slag. Toen zijn zoon Willem op zondag <strong>12</strong> oktober in Hardenberg moest prekenkon Antoni niet voor hem waarnemen. De kerkeraad maakte <strong>van</strong> deze gelegenheidgebruik en belegde een extra vergadering in de kerk. Dit gebeurde zonderen buiten medeweten <strong>van</strong> de predikanten. Tijdens deze bijeenkomst ondertekendende ouderlingen en diakenen een brief die gericht was aan dominee Willem.Hierin stond o.a.:a: De kerkdiensten in Heemse beginnen en eindigen te laat, zodat het geregeldvoorkomt dat mensen eerst in Hardenberg naar de kerk gaan en dan nog op tijdin Heemse kunnen zijn om daar de preek te horen, b: In Heemse wordt veel telang gezongen en dit verveelt de gehele gemeente al-lang, c: Door de langemorgendienst kunnen veel gemeenteleden, gezien de verre af-stand hunnerhuizen, de mi<strong>dd</strong>agdienst niet bijwonen, d: De opmerking <strong>van</strong> de Heer <strong>van</strong>Heemse over Psalm <strong>11</strong>9 heeft ons helemaal niet geërgerd of ontsticht,bovendien werd het zo zacht gezegd dat maar wei-nigen het konden horen.Kortom de dominee moet eerder beginnen om alle ergernissen in de gemeente teweren.Ondertekend door: J.R. <strong>van</strong> Raesfelt, Gerrit Berends, Hendrik Egberts, TeunisOlsman, Evert Jansen, Evert Vedelaar, Albert Brand, Hendrik Uilenkamp (zeteen kruisje).De ouderlingen Gerrit Berends en Evert Vedelaar werden afgevaardigd om hetverzoekschrift te bezorgen in de pastorie. Willem was nog niet terug uitHardenberg maar zijn vader Antoni was er wel. Deze beloofde de brief aan zijnzoon te geven. De ouderlingen wilden hem echter niet afgeven en na lang aandringenmocht Stolte sr. de brief lezen. De oude dominee was erg ontdaan envatte het geschrift op als een beschuldiging aan zijn adres.Volgens de kerkeraad zijn de ouderlingen door de predikantsvrouw en zijn dochtersweggejaagd, maar volgens Antoni heeft hij aan Gerrit Berends gevraagd ofdeze helemaal achter de beweringen stond en dat deze gezegd had "neen" en hijer zich niet <strong>van</strong> bewust was dat er beschuldigingen instonden want de gemeentekon wel een slechtere predikant treffen.Antoni erkende wel dat zijn vrouw in haar ijver en ontsteltenis gezegd had "dat sijnu nog in staat waren om haren ouden man, die sijn dingen al sijn leeven soo welgedaan ha<strong>dd</strong>e, een beroerte op het lijf te jaagen".Gerrit Berends had toen gezegd dat hij wel om een ducaat wilde dat hij niet getekendhad, waarop de dochters antwoor<strong>dd</strong>en dat hij dit wel om 10 ducaten willenmocht.De volgende dag kwamen Evert Jansen (bij absentie <strong>van</strong> Gerrit Berends, dezewas waarschijnlijk nog niet helemaal <strong>van</strong> de schrik bekomen) en Evert Vedelaarde brief alsnog bezorgen.184


Willem Stolte was woedend over de handelswijze <strong>van</strong> de kerkeraad en weigerdein eerste instantie om op "dit papier" te reageren. Later verklaarde hij dat de verzoekenin de brief op foutieve veronderstellingen gebaseerd waren en verklaardede ganse handel voor onwettig, <strong>van</strong> nul en gener waarde. Hij besloot dan ook omzich te houden aan de aloude gewoonten.Het feit dat er twee mannenbroeders aan huis waren gekomen beschouwde depredikant als een motie <strong>van</strong> wantrouwen. Alles wat hij gezegd zou hebben kon tegenhem gebruikt worden "want in de mond <strong>van</strong> 2 of 3 getuigen bestaat allewoord".Daarom liet hij op de 28ste oktober de koster bij zich komen, niet alleen, maarmet een getuige te weten Roelof Dunnink. De dominee legt Warmelink een lijstvoor over het reilen en zeilen in de kerk. De koster moet nagaan of dit klopt en ervoor tekenen. Albert Warmelink laat de dominee fijntjes weten dat er sommigewoorden veranderd moeten worden. Ook zou er langer gezongen worden dangenoteerd was, soms wel een hele pauze (± 4 verzen) en bij bedestonden 2 verzen.De dominee wrijft hem dan onder de neus dat hij de derde klok soms pas om10.15 uur luidt omdat hij zonodig eerst naar de Heer <strong>van</strong> Heemse moet om eenkerkenspraak te schrijven wat de koster niet durft te weigeren.Het werd een uitzichtsloze toestand. Er vormden zich twee partijen, de kerkeraadmet aan het hoofd de Heer <strong>van</strong> Heemse contra de predikanten. De ouderlingenen diakenen begonnen de predikanten onder druk te zetten. Ze gingen op 3november een handtekeningenactie houden onder de lidmaten. Wie schaardenzich achter de kerkeraad?Heemse/Collendoorn:Albert Warmelink, Anna Margrieta Raafkus, Henderkien Albers, Jan Brand,Geertien Egbers, Gerrit Everts, Maria Everts, Hendrikje Seins, Arent Gerrits, JanWermink, Hendrikien Gerrits, Hermen Hulsebos, Jan Alberts, Evert Otten, JanBouwhuis, Willem Kosters.Clara Feyoena <strong>van</strong> Raesfelt gb. <strong>van</strong> Sytzama, Jan op het Ende, Jan Noorink,Catrina ten Winckel, weduwe Overmars, Christian Pilgeram, Havigje Herms,Gerrit Luggers en vrouw, Egbert Hendriks, Hendrikien Jansen, Jan en AleidaSchreurs, Gerrit en Herm uit Agtervelt, Gerrit en Janna Veltman, LambertStoevebelt, Albert Hamhuis ook voor zijn vader Arent, Geerlig Ruitmink,Henderkien Nisink, Hannes en Hendrik Odink, Jan Assies, Janna Werners ookvoor man Gerrit Werners. J.A. <strong>van</strong> Sytzama, Triene Hermensen, Lucas Wolters,Jennigien en Hendrikien Lenters, Fennigien Hulsebos ook voor vader en moeder,Hendrik Koers, Hendrik en Aaltien op 't Egberties.Rheeze/Diffelen:Derk Jansen op Reserkamp, Gesien Jansen, Derks Egbert, Jengien Teunis,Hendrik Ramink, Klaas Henderk, Egbertien Asse huisvrouw <strong>van</strong> HermenNimeier, Derk Berends, Oelenkamp, vrouw <strong>van</strong> Hannes Hover, Willem Albers,Jan Hilberink, Aaltien Jansen, Geertien Hendrik, Derksen Hendrik, MariaDerksen, Hermen en Jan Hendrik Timmerman, Geesien, Gerrit Niemeier, Gerrit185


Willemsen Lambers, Jennigien Jansen, de vrouw uit Vrilink, Gerrit Arent, DerkJansen en Kramers op de Bullemaat.Maar de dominee slaat terug. Op28 december preekt hij uit Lucas 2:15b, 16a: De herders die tegen elkaarzeiden laten we met haastnaar Bethlehem gaan. Tegen degemeente zegt hij dat velen geenbegeerte hebben om naar de kerkte komen en te horen naar hetwoord dat daar geschie-den zal.In plaats <strong>van</strong> elkaar op te wekkenen tot elkaar te zeggen laat onsheene gaan trekken zij el-kaardaar <strong>van</strong> af. "Wat seg ik? in plaats<strong>van</strong> daar te komen met haaste, zoras de tijd tot de open-baregodsdienst daar is, komen velenzo langzaam op en zo laat alsimmer mogelijk is; dikwijls na heteindigen <strong>van</strong> 't psalmgezang, enzelfs na het eindigen <strong>van</strong> hetvoorgebed, alsof het niet nodigwas Gode om zijnen zegen tesmeken".(Wordt vervolgd)Belangrijk bericht voor allen die onderzoek doen naar hun voorouders.Op zaterdag 24 september <strong>1994</strong> is er <strong>van</strong> 10.00 tot 16.00 uur een grote vooroudermarkt(voor genealogisch, historisch, heraldisch onderzoek) in schouwburgOgterop te Meppel (ca. 5 minuten lopen <strong>van</strong> NS-Station). De organisatie <strong>van</strong>deze dag ligt in handen <strong>van</strong> de Ned.Gen.Ver.Drenthe, terwijl het gebied waaropwordt gericht de noordelijke provincies Friesland, Groningen, Drenthe enOverijssel omvat. Ook Hardenberg zal hier voor het eerst vertegenwoordigd zijn.We krijgen een grote stand toegewezen om veel materiaal uit onze omgeving tekunnen tonen. Wanneer u stambomen e.d. aan een groot publiek wilt latenzien/verkopen kunt u contact opnemen met de werkgroep genealogie (DinahHesselink-Zweers, Pinksterbloem 7, 7772 NK Hardenberg, tel.: 05232-65829)186


Molens <strong>van</strong> HardenbergC. LinaInleidingleder mens draagt <strong>van</strong> zijn jongste jaren af aan een kleine molen bij zich. Somsmoet men die molen laten repareren of vernieuwen, omdat er sprake is <strong>van</strong> slijtage.We bedoelen hiermee de molen in onze mond, onze kiezen, ook wel maaltandengenoemd. Ze malen immers ons voedsel. We gaan naar de tandarts ombeschadigde kiezen te laten herstellen of ver<strong>van</strong>gen. Soms wordt een molaarvullingaangebracht. Het woord molaar staat in nauw verband met het woord molen.Die samenhang vinden we terug in het latijnse woord mola, wat molensteen betekent.Het Franse woord voor kies is molaire.Al spoedig ontdekten onze vernuftige voorouders in onheuglijke tijden dat mengranen, oliezaden en zaken waartegen ons gebit niet <strong>bestand</strong> is, ook op anderemanier kan pletten en malen dan met het menselijk gebit. In het OudeTestament lezen we dat de Israëlieten in de woestijn manna verza-melden endaar meel <strong>van</strong> maakten met behulp <strong>van</strong> maalstenen of een mortier. In hetRomeinse rijk was menselijke spierkracht goedkoop. Voor het zware werkgebruikten de Romeinen hun slaven. Ze waren daarop meestal zuinig, want eenslaaf kostte geld. We geven daar<strong>van</strong> een voorbeeld uit de stad Pompeji. In hetjaar 79 na Chr. werd die stad bedolven door een vulkanische asregen. Thans iseen belangrijk deel <strong>van</strong> Pompeji weer opgegraven. Wandelend door die opgegravenstad kom je tot de ontdekking dat daar niet alleen stadions, arena's, badhuizen,winkels, villa's, tempels en kroegen waren, er waren ook industriële bedrijvenen ateliers <strong>van</strong> allerlei aard. We beperken ons hier tot een grootbakkersbedrijf, dat zo onze aandacht trok, dat we niet konden nalaten een foto temaken.187


Opvallend op de foto is de rij <strong>van</strong> vier molens, waarin het graan tot meel vermalenwerd door slaven. Door de gaten in de buitenste molenstenen werden houtenstaven aangebracht, met behulp waar<strong>van</strong> de slaven deze molensteen lietenron<strong>dd</strong>raaien om een onbeweegbare kern <strong>van</strong> hard lavagesteente. Door de wrijving<strong>van</strong> de beide molenstenen werd het graan tot meel vermalen. Dat kwam onderuit de molen.De grote bakkersoven is links zichtbaar. Nadat men de vulkanische as verwijderdhad, bleek dat de oven nog geheel gevuld was met brood dat voor de klanten op24 augustus <strong>van</strong> het jaar 79 gebakken werd, de dag dat men in radeloze angstprobeerde weg te vluchten uit de stad.188


Natuurlijk werden ook dieren (bij voorkeur muilezels en paarden) gebruikt ommolens <strong>van</strong> groter afmeting te doen draaien. In ons land gebeurde dat nietalleen in molens, maar ook op boerderijen, bijvoorbeeld met de göbelHieronder zien we de afbeelding <strong>van</strong> een oude göbel uit Gramsbergen189


Ook in Overijssel vinden wemogelijk nu nog bij een boerderijeen molen, of overblijfselendaar<strong>van</strong>, die door spierkrachtgedreven werd, dezogenaamde göbel. Bij eengöbel, zoals vroeger op hetoude 'Groot Slingenberg' teGramsbergen gebruikt, spandemen een of twee paar-den aande uitstekende bo-men. Dieliepen dan om een spil in hetrond. Door mi<strong>dd</strong>el <strong>van</strong>tandraderen werd de draaiendebeweging - onder de grond -naar de deel overgebracht. Daar maakte men gebruik <strong>van</strong> deze ros-molen bijhet dorsen en bij andere landbouwwerkzaamheden. Een mooi voorbeeld <strong>van</strong>een göbel vinden we in onze dagen nog bij de erve Kots te Lievelde ten Zuiden<strong>van</strong> Groenlo. Dit restaurant heeft een interessant histo-risch landbouwmuseum.Maar om dichter bij huis te blijven: in wellicht alle gezin-nen in ons land maaktemen dagelijks gebruik <strong>van</strong> een molen, die door menselij-ke spierkracht werdgedreven. We bedoelen de handkoffiemolen. In de oorlogstijd waren ze maarwat nuttig voor meerdere doeleinden, althans bij ons thuis.Naast het gebruik <strong>van</strong> spierkracht door mens en dier ontdekt men al gauw datwater en wind gebruikt kunnen worden. Te Hardenberg en omgeving stonden inlangvervlogen tijden watermolens langs de beekjes uit de hooggelegen venen,die veel water naar het lager gelegen Vechtdal afvoeren. We vinden ze opeen kaartfragment uit het mi<strong>dd</strong>en <strong>van</strong> de negentiende eeuw, gemaakt door dezoon <strong>van</strong> de bekende dichter Staring. Deze W.C.H. Staring wasgeoloog en landbouwkundige.Hij was onder anderen betrokkenbij de planning<strong>van</strong> de Overijsselsche kanalen.Op het nevenstaandekaartfragment zien wede Vecht, de Radewijkerbeek,de Bruchterbeek, deBergentheimer beek (ookwel Oude Vaart genoemd)en bij Mariënberg de Dijksloot,die door het snelstromende water het karakter<strong>van</strong> een beek had.190


De watermolen bij HardenbergIn een verslag over de stichtingsjaren <strong>van</strong> het klooster Zybekelo, dat omstreekshet jaar 1406 geschreven werd, lezen we hoe een <strong>van</strong> de kloosterbroeders in diedagen met een schepel graan naar Hardenberg trok om er meel <strong>van</strong> te laten malen.De bedoeling was om er vervolgens dunnebier <strong>van</strong> te brouwen. De kroniekschrijververmeldt dat de wildernis <strong>van</strong> Zybekelo zo moerassig en week was, datzelden tevoren iemand daar binnen trok zonder dat het hem bijna het leven kostte.Hij schrijft ook dat alle Hardenbergers, onder aanvoering <strong>van</strong> hun pastoorGodefridus <strong>van</strong> Bosykens, kwamen helpen bij het graven <strong>van</strong> een afwateringskanaaltje,een 'graft' naar de Vecht.Uit het bovenstaande blijkt dat Hardenberg over een watermolen beschikte in hetbegin <strong>van</strong> de vijftiende eeuw. Deze watermolen komt in 1533 weer ter sprake alsde Hardenbergers aan 'Onse genadige Heere George Schenk, stadtholder <strong>van</strong>wegeden Heere Keizer Karel V, vragen een windmolen te mogen bouwen, want's zomers bij gebrek aan water is de 'watermoelle' niet te gebruiken en in de 'wynter'staat de molen stil wegens de vorst. De 'Erentrike en Dogentlike joffers endede Erffgenamen <strong>van</strong> Gramsberge' protesteren heftig tegen deze aanvraag. Zeberoepen zich op het windrecht dat Gramsbergen lang geleden verkregen heeften vrezen schade voor hun eigen 'wijndtmolle'. Hardenberg zou hen wel eens zoniet letterlijk, dan wel figuurlijk de wind uit de molenzeilen kunnen nemen.Stadhouder George Schenk beslist na lange deliberatie en disputatie datHardenberg wel een windmolen krijgt, maar dat dan de watermolen niet meer ingebruik mag blijven. Deze stond bij de 'Roterskamp' op de plaats waar deBeekweg en de 'Raedwickerbeek' elkaar kruisten, voor de omlegging en kanalisatie<strong>van</strong> de beek. Dicht bij het voormalige K.l.-station <strong>van</strong> Van der Velde heeftmen eertijds houtresten <strong>van</strong> de molen in de grond gevonden.De Bruchterbeek zoals het vroeger ge- Tussen de provincialeweg en de weestis, nog te zien ten Oosten <strong>van</strong> de Marke weg is de beek gekanaliseerd, brug <strong>van</strong> deMarkeweg.191


De BruchterbeekAan de Bruchterbeek heeft ook een watermolen gestaan. Onder anderen is datbekend uit de archieven <strong>van</strong> de Hollandse rekenkamer. Daarin is sprake <strong>van</strong> een'Mulacker' die ten Zuiden <strong>van</strong> de beek lag en bij de erve Richterink behoorde inhet jaar 1554.Op 5 september anno 1721 verschijnt voor descholtus Johan Moickenbour tijdens het Gerighte teBrught Jennegien Gerrits, 'naegelaeten weduwe<strong>van</strong> Jan Amsinck', om een akte te laten opstellen.Na het overlijden <strong>van</strong> haar man blijkt dat er eenschuld is <strong>van</strong> vierhonderd en vijf en seventigCaroliguldens aan Assverus Hendricks <strong>van</strong> denMariënbergh. De schuld wordt omgezet in een leningtegen 4% 'sjaars, want Jennegien belooft jaerlyxvier <strong>van</strong> 't honderd <strong>van</strong> diergelijke guldens tezullen verrenten. Zolang ze het kapitaal niet heeftafgelost zal de nieuwe oliemolen en de molenakkerdienen tot onderpand.Fragment <strong>van</strong> de akte uit 1721.In de nieuwe molen wordt lijnolie geperst uit lijnzaad <strong>van</strong> de boeren uit de omtrek.Henk Eshuis aan de Bruchterbeekweg weet nog dat men <strong>van</strong> 'De Mölnakker'sprak, een ongeveer rechthoekig stuk land ten Zuiden <strong>van</strong> de beek, tegenoverBril en te beginnen bij Fliermans huis aan de provinciale weg. Deze benamingverdween na de herindeling <strong>van</strong> het land tijdens de ruilverkaveling. Eshuis is bijoudere omwonenden beter bekend als Henke <strong>van</strong> 'n olieslager. Zijn vader JanHendrik werd namelijk de olieslager genoemd, een bijnaam die <strong>van</strong> va-der opzoon overging. Ook dat herinnert aan het bestaan <strong>van</strong> de molen. Als kind heeftHenke nog zitten vissen op de paalresten <strong>van</strong> de molen. 'Daar was de beekdieper' vertelt hij, 'je kon er prachtige karpers <strong>van</strong>gen en soms een grote snoek.Lastig was dat het vishaakje onder water kon vastraken aan het oude paalwerken dan was je het kwijt'.Eshuis duidt aan waar de molen stond, voordat men later de bochten uit de beekhaalde en alle molenresten verwijderde. Er bestond een goede toegang tot demolen aan de Markeweg. Een gedeelte <strong>van</strong> de beek werd het 'vissiesgoarn' genoemd.We vinden diezelfde benaming terug bij de watermolen <strong>van</strong> Mariënberg.Waar de Bruchterbeek in de Vecht stroomde lag olieslagers peerdeweide.Helaas bran<strong>dd</strong>e langgeleden de molenaarswoning <strong>van</strong> Eshuis tot de grond toe afen daarmee verdwenen alle tastbare herinneringen aan het bedrijf. Op dezelfdeplaats aan de Bruchterbeekweg bouwde men een boerderij, waarin Henke <strong>van</strong> 'nOlieslager nog steeds woont.192


De Bergentheimerbeek ofwel de Oude VaartVoor de aanleg <strong>van</strong> het Overijssels kanaal in de negentiende eeuw liep het water<strong>van</strong> het hooggelegen Bergentheimerveen via de Oude Vaart naar de Vecht.Reeds aan het eind <strong>van</strong> de veertiende eeuw is er sprake <strong>van</strong> een molen aan deBergentheimerbeek. Deze werd gedreven door de familie Reedze. (kwamen zeuit Rheeze?). Willem <strong>van</strong> Reedze Dirk was 'beleend met tienden over eenencamp ter Meulen' te Bergentheim, een duidelijke aanduiding dat er een molenwas. In het jaar 1457 is er sprake <strong>van</strong> eenzekere Dirk <strong>van</strong> Reedze. In die tijd duikt ookde naam Mollink in de archief-stukken op.Lang heeft de molen niet meer bestaan.Omstreeks het jaar vijf-tienhonderd lijkt hetmet hem gedaan. Vijftig jaar later lezen we inhet archief <strong>van</strong> het schoutambt teHardenberg dat het huis <strong>van</strong> de molenaarnog wel be-staat want er wordt gesproken<strong>van</strong> het 'mollenpant, dat ligt anderssijts derMerrijenberg im Bergentheim". Het erf bleefTer Molen of Mollink heten. <strong>Rondom</strong> de oudemolen heeft zich een buurschapjeontwikkeld, maar het was niet alles goud watdaar blonk. Het vuur stedenregister <strong>van</strong> 1675noteert over het Nootvelt dat de bewoner,door ar-moede gedreven, gaat bedelen. Datis lang zo gebleven, want in de diakonieboeken<strong>van</strong> de kerk vinden we dat aan'Noetvelt te Bergentem' iedere week achtstuivers werd gegeven. Van béde-len kwammen dus tot bedélen.Achter het Noetvelt woonde de 1722 (in stuivers).koehierde <strong>van</strong> Bergentem. Die man was zo arm en onbelangrijk dat hij niet eenseen naam had. We lezen die tenminste nergens in het markeboek. In 1616 wer<strong>dd</strong>e koehierde genadiglijk toegestaan een hut te bouwen op de markegrond. Hijmocht daarvoor hout <strong>van</strong> de marke gebruiken. De toestemming werd gegevenonder de 'restrictenis, dat de markerighter ende erfgenamen ten allen tijden als 'thaer believen zal, 't selve weder sullenmogen aantasten'. In 1647 betaalt demarke zeven gulden voor de bouw <strong>van</strong>een huis voor de koehierde!In 1722 is ook armoe troef bij de koehierde.Elke week krijgt hij tien stuivers<strong>van</strong> de diakonie ter ondersteuning. Maarde verhalen die aan het Mollink en omgevingzijn verbonden, komen een anderekeer aan de orde.Uit het Markeboek <strong>van</strong> Bergentheim 1647.193Gedeelte <strong>van</strong> de wekelijkse bedeling doorde diakonie <strong>van</strong> den Hardenbergh anno


De Bergentheimerbeek met op de achter-Het sluiswachtershuis <strong>van</strong> het Mollink. (Degrond het Mollink. Hierlangs voeren later sluis bestaat niet meer), nu is het de wodeturfbokken naar de zompen om ze te la- ning <strong>van</strong> de familie Herbert,den.Zo was hetOp deze plaats, legden de schippersaan.194


De watermolen <strong>van</strong> MariënbergNadat de kloosterbroeders <strong>van</strong> Zibbekeloe in 1406 een waterafvoer <strong>van</strong> het veennaar de lager gelegen Vecht hebben gegraven, blijkt dat er nog al wat stroming inde 'graft' bestaat, genoeg om tot het bouwen <strong>van</strong> een molen over te gaan. In1930 werd de oorspronkelijke graft ver<strong>van</strong>gen door een brede wetering. Slechtseen klein stukje <strong>van</strong> de oorspronkelijke watergang uit vroeger tijden bleef over.De heer W. Timmerman, de bekende amateur archeoloog uit Mariënberg, maakteons erop attent en wees ons bij de spoorwegovergang dat gedeelte aan. In1503 was er te Mariënberg een uithof en een molen. Deze molen was vrij <strong>van</strong>schatting, omdat ze tot de kloostergoederen gerekend werd. De archieven bevattenvrij veel mededelingen over de watermolen, die door de vele noodzakelijkereparaties de exploitatie duur maakte. Zo komt bijvoorbeeld 'tymmerman JanWyllems' in de jaren 1604 en 1614 eraan te pas en daar bleef het niet bij. Ook detoevloed <strong>van</strong> zand in de Dijksloot eiste voortdurend onderhoud. Dan moesten deboeren de be<strong>dd</strong>ing uitdiepen. Ten slotte lopen de kosten <strong>van</strong> de molenexploitatiezo hoog op dat men besluit haar te verkopen. In 1846 maakt W. Staring aantekeningenover de molen die niet meer gebruikt wordt en steeds meer in verval raakt.De watermolen aan den Mariënberg staat op de Dijksloot, is in vervallen en sinds lang onbruikbarestaat. De as is door een klas ondersteund en veele schoepen ontbreken. Daarzijn geen schutten en de stortvloer is geheel weg. De beek geeft ten allen tijde water. Deeigenaar is Snel, molenaar <strong>van</strong> de windmolen.W. Staring, 4 october 1846.De oude watermolen stond bij de brug over de provinciale weg, niet ver <strong>van</strong> deplaats waar de windmolen stond. Uiteindelijk was er nog een stenen dorpel, diede jeugd uitnodigde tot roekeloze spelletjes bij het baden. In 1930 worden alleoverblijfselen verwijderd.Drie veldnamen herinneren te Mariënberg aan het watermolenbedrijf: de nimfgoarn,de viskegoarn en de meulenmars. De eerste twee zijn namen <strong>van</strong> waterreservoirs,bekkens waarin water opgeslagen werd als de molen niet in bedrijfwas. De nimfgoarn lag ter hoogte <strong>van</strong> de Gereformeerde kerk (vrijgemaakt). Deviskegoarn lag meer naar het centrum <strong>van</strong> Mariënberg. De meulenmars lag tenwesten <strong>van</strong> de brug, tussen de provinciale weg en de Vecht.195


Het enige stukje <strong>van</strong> de "graft" die de monniken<strong>van</strong> Sibculo met hulp <strong>van</strong> de Hardenbergersomstreeks 1406 gegraven hebben.Het water stroomt nog steeds zeer snel in derichting <strong>van</strong> de Vecht.De windmolen <strong>van</strong> BruchtEen oude, ietwat vergeelde prentbriefkaartgeeft ons een nostalgisch plaatje<strong>van</strong> Brucht in vroeger tijden, een molenaan een zandweg. Een man ervoor metiets op zijn schouder, een zak met meel?Waar heeft die molen toch gestaan? 'tMoet ergens op de Bruchterhaar zijn. Jepakt je fiets en trekt op verkenning uit,maar je zoekt tevergeefs. Speurendlangs de Haarweg ontdek je dan een metbomen begroeid heuveltje, links <strong>van</strong> eengroot huis. Dat heuveltje is alles watoverbleef <strong>van</strong> de beltmolen die HendrikJan ten Brinke in 1877 liet bouwen. Hetwoonhuis <strong>van</strong> de ansicht vinden we nietterug. Geen wonder, want in 1914bran<strong>dd</strong>e het geheel af. Er werd een nieuwemolenaarswoning, die tevens boerderij was, gebouwd en hieraan werd in deloop der jaren veel veranderd.We stappen <strong>van</strong> de fiets en klimmen het heuveltje op om te zien of er nog overblijfselen<strong>van</strong> de molen zijn achtergebleven en constateren dat in het onderstegedeelte <strong>van</strong> de belt nog muurwerk aanwezig is.196


Enkele technische gegevens mogenwe u niet onthouden. TenBrinke liet een beltmolen bouwendie een vlucht had <strong>van</strong> zeventienmeter. Ze was uitgerust met tweekoppel stenen, waar<strong>van</strong> één koppel vijftiender blauwe, 't Is maar dat u het weet!De Ten Brinkes kwamen oorspronkelijk uit Den Ham. Hendrik Jan trouwde metBertha Hanken. Zijn zoon Gerrit Jan nam het molenaarschap over <strong>van</strong> zijn vadertoen deze vertrok naar Schoonebeek. Hij trouwde met Gesina lemhoff. Hundochter Rika trad later in het huwelijk met Johan Timmerman, die zijn schoonvaderopvolgde als mulder in 1938.De opmars <strong>van</strong> nieuwe krachtbronnen drong ook in de molenaarswereld door enmaakte de molenaars onafhankelijk <strong>van</strong> de wind. In Brucht schafte men in 1925een petroleummotor aan voor het maatwerk. Deze werd onder in de molen binnende zuidelijke inrit opgesteld. Later zou de petroleummotor ver<strong>van</strong>gen wordendoor de elektromotor <strong>van</strong> 20 pk. De wieken, die hun dienst verloren ha<strong>dd</strong>en, verdwenen,zeer jammer, maar wel begrijpelijk uit zakelijk oogpunt, want de onderhoudskosten<strong>van</strong> het houten molenwerk en de romp waren aanzienlijk. Deaftakeling <strong>van</strong> de molen beperkte zich niet tot het verlies <strong>van</strong> de wieken. In1932 verdween ook de molenkap. Er kwam een plat dak voor in de plaats. Hettoenemend verval <strong>van</strong> de romp en het binnenwerk bleek niet te stuiten, zodat detotale ondergang <strong>van</strong> de molen steeds dichterbij kwam.Na de brand werd een molenaarswoning gebouwd die tevens boerderij was.197


De wieken en de molenkap.verdwijnenOndanks de nieuwe dakconstructie gaat derest <strong>van</strong> de molen achteruit.Johan Timmerman was in zijn hart meerboer dan molenaar.198


In Den Ham woont een bekwame rietdekker A.G. Kleinjan, die met grote deskundigheid tal <strong>van</strong> Overijsselse molens in onderhoud heeft. Hij koopt on1973 de Bruchtermolen met het doel deze te restaureren en te plaatsen inzijn eigen dorp waar alle molens verdwenen zijn. Kleinjan maakt een nieuwekap voor de ont-hoofde molen, maar kan niet tot overeenstemming komen methet qemeertebe-stuur <strong>van</strong> Den Ham over een goede plaats voor zijn molenDaarom het ge-demonteerde materiaal opgeslagen liggen tot 1989. 'De vereniging 'Vrienden <strong>van</strong> de Hollumer molen' op Ameland toont in dat jaar belangstellingvoor de afgebroken beltmolen. Op Ameland werd namelijk deoudemolen 'De Verwachting' uit Hollum in 1949 gesloopt Deze had bijna dezelfdeafmetingen vorm als de molen uit Brucht.Kleinjan wordt het spoedig eens met de Amelanders. De rijksdienst voor monu-.mentenzorg werkt mee om de plannen te doen slagen en zo verrijst in Hollum demolen, die een sieraad is voor deze plaats.Als we nu op Ameland komen zien weal <strong>van</strong> verre te Hollum de nieuwe koren- en pelmolen 'De Verwachting'diedoor de inspanning <strong>van</strong> veel Amelanders tot stand kwam. Met namewillen we Douwe de Boer noemen. Deze nazaat <strong>van</strong> de familie,die <strong>van</strong> vader op zoon de molenaars <strong>van</strong> Hollum waren, verschafte onsveel informatie.Mocht u met vakantie eens op Ameland komen, ga dan ooknaar Hollum om te zien hoe de oude molen <strong>van</strong> Brucht tot nieuw leven isgekomen Én kijk ook nog verder in die plaats, die niet minder dan 53historische objecten op de rijksmonumentenlijstheeft staan.'De Verwachting' te Hollum.199


Als u nog eens door het onvolprezen natuurschoon <strong>van</strong> Brucht fietst, zult u voorbij eengroot mooi huis, (dat was het molenaarshuis), een begroeide heuvel ontdekken. Daarstond vroeger de Beltmolen. Jammer dat hij weg is, maar het is verheugend dat hij teHollum op Ameland als monument herrezen is.200


De volgende bijdrage over molens zal gaan overde windmolens te Mariënberg en te Hardenberg bijhet kerkhof aan de Stationsstraat met hun molenaars:Snel, Hamberg en Waaijman. Vooral delaatste molenaarsnaam past zo aardig bij hetwoord 'bewaaid' <strong>van</strong> de dichter en etser JanLuiken, dat we onder zijn afbeelding uit 1694 vinden.Bovenstaande bijdrage kwam o.a. tot stand doorgesprekken met en medewerking <strong>van</strong> H.J.Zandman, H. Eshuis en H. Flierman te Brucht; defamilie Herbert en Frieke Kampman teBergentheim; W. Timmerman te Mariënberg; JokeTimmerman te Vlissingen; J. Woertel te Radewijken D. de Boer te Hollum op Ameland.In deze polis 1938is sprake <strong>van</strong> eenelektromotor.201


Jacht in Radewijk en over de grens1921-1936P. Lozekoot,J. Woertel enJ. Woertel-v.d. VeenVervolg <strong>van</strong>: 'Een wijnkelder in het weiland?' in het vorige nummer <strong>van</strong> ons blad.De vorige keer is het verhaal geëindigd met het noemen <strong>van</strong> de jagers die dejachtcombinatie vormden. Ze ha<strong>dd</strong>en het jachtgebied gepacht in Radewijk enomstreken. Dit bestond onder anderen uit Den Velde, de Kooi, de Wielen en deTonnen. Eind 1921 werd dit jachtgebied overgenomen door de heer H.J. Kamp,notaris te Heerenveen, <strong>van</strong> A. Stoop te Ommen. C. Lozekoot werd als jachtopzienerover dit gebied aangesteld met Koos (Jacobus) Brink uit Gramsbergen alshelper. Gejaagd werd <strong>van</strong>af 1922, o.a. ook in het bekende Gramsberger bosje enin Holthemerbroek. Direct na overname <strong>van</strong> de jacht in Radewijk werd contactgezocht met Duitsers, waaronder Kief te Echteier, om de jacht uit te breiden in derichting <strong>van</strong> 't Laar, Echteier, Emlichheim (het stroomgebied <strong>van</strong> de Vecht inDuitsland) en <strong>van</strong> Duits Wielen in de richting <strong>van</strong> Wilsum, tezamen ongeveer eengebied <strong>van</strong> ongeveer tienduizend hectare.In ruil voor de kosten <strong>van</strong> de jacht op Duits grondgebied werd door de jachtcombinatiegeïnvesteerd in de aanleg <strong>van</strong> een elektriciteitsnet aldaar. Hiermede werdhet jachtrecht verkregen tot ± 1940. Aan de jachtpartijen (meestal drijfjachten)namen in de eerste plaatszes jagers <strong>van</strong> de jachtcombinatiedeel. Verderwas het zo geregeld dat bijiedere jacht drie <strong>van</strong> heneen genodigde jager mochtenmeenemen (zie onderstaanderooster). Er wer<strong>dd</strong>us nimmer met meer dan9 geweren gejaagd, zulksom niet te veel wild af teschieten.De geschiedenis over hetjagen in en <strong>van</strong>uit Radewijkis <strong>van</strong>af 1921 tot ongeveer1935 door H.J. Kamp opgetekend.Jammer dat hetschrift hier en daar wat 'vergeeld'is, maar het biedtnog voldoende ondergrondom summier weer te gevenmet hoeveel geweren erper jacht werd gejaagd enwat de resultaten <strong>van</strong> diejacht waren. Wanneerbleek dat de wildstand niet202


erg gunstig was, werd er minder gejaagd, om de natuur de gelegenheid te gevenzich te herstellen.Meestal werd er vier tot zes keer (gedurende drie dagen) per seizoen gejaagd.De jagers werden gesteund door drie drijvers per geweer, dus altijd door zo'n 20a 25 man. Er was belangstelling genoeg om als drijver te fungeren, omdat zekerin de crisistijd, 1928-1933, een vergoeding <strong>van</strong> F 2,50 en ook wel F 3,- per dagmooi meegenomen was voor de drijvers, die na afloop <strong>van</strong> de jachtdag ook eenborrel en een sigaar aangeboden kregen. Hieronder het plan <strong>van</strong> bejaging in1928:(Wordt vervolgd)203


Uit het leven <strong>van</strong> een joodse jongenin oorlogstijd (XII)Izak KanEven sta ik in beraad of ik mij zal verbergen, maar het lijkt me het beste om gewoonte doen en in de keuken te gaan zitten. Het blijkt een controleur <strong>van</strong> de voedselvoorzieningte zijn, en hij vraagt Nijland (mijn baas) te spreken. 'Ik zal hem evenophalen', zegt Mientje. De man gaat naast mij zitten. 'Zo Kan', zegt hij, 'ben jeook hier?' Ik had de man bij mijn weten nog nooit gezien'. Vanwaar kan hij mijkennen? Snel werken mijn gedachten en dan zeg ik: 'Ach ja, je moet oudekennissen <strong>van</strong> tijd tot tijd toch weer een keer opzoeken'. Uiterlijk ben ik mijzelfgeheel meester, maar innerlijk is er grote verwarring. Als uit het daarop volgendegesprek blijkt dat het een goede Hollander is, durf ik toch te vragen <strong>van</strong>waar hijme kent. 'Jij kwam toch altijd bij mijn buurman in De Krim', antwoordt hij, 'je weettoch wel? Bij wagenmaker Bakker'. Ach natuurlijk, in De Krim bij Bakker, nu zie ikhet weer'.Daar is Nijland en dan begint het gesprek over aardappelen. Ik ga naar buiten enlaat me verder niet meer zien. Het incident met de controleur loopt gelukkig goedaf. 'Het is een goede Nederlander', zegt Gait-Jan, 'hij heeft nergens naar gevraagd'.Aanstaande dinsdag komt hij naar de dorsmachine kijken. Dan moet ikmaar zo lang naar z'n zuster gaan die een eind verderop ook een boerderij heeft.Intussen heeft Dientje het eten op tafel gezet. Op ieder bord liggen twee dikkestukken spek. Het is goed bedoeld, maar wat moet ik nu doen? Zeggen dat ik geenspek eten mag? Maar zullen ze dat begrijpen? Ik kan hier moeilijk beginnen metiets dat hen niet aanstaat, dat maakt een slechte indruk. Dus besluit ik om het danmaar op te eten. Nu maak ik kennis met de andere broers Dolf en Jan, de broers<strong>van</strong> Gait-Jan. Het is een grote huishouding als we met z'n allen om de tafel gezetenzijn. Als ze bi<strong>dd</strong>en doe ik maar alsof ik gewoon meebid. Ze doen het hier erglang. Direct na het eten luisteren we naar de radio 'De Brandaris'. Er is maar weinigverandering in de oorlogstoestand. Hevige strijd bij Stalingrad, nog kleine Duitsevorderingen in de Kaukasus en uit Noord-Afrika geen nieuws. Van de invasieschijnt nog geen sprake te zijn-Die mi<strong>dd</strong>ag behoef ik nog niet te werken. Ik ga watzitten lezen en om vijf uur wordt er brood gegeten, "koffie drinken" zeggen zehiertegen. Om zeven en negen uur weer koffie en om half elf 's avondskarnemelkse pap en gebakken aardappelen. Dat laatste uit een pan die mi<strong>dd</strong>enop de tafel staat, waar allen uit eten. En dan naar bed. Ik slaap in een goedekamer, waar een bed voor me op de grond is opgemaakt. Eenmaal onder dedekens overdenk ik de gebeurtenissen <strong>van</strong> die dag nog eens en val al spoedig inslaap.Om half zeven word ik wakker omdat er iemand door de kamer loopt. De deur <strong>van</strong>de slaapkamer die vlak aan de mijne grenst wordt geopend en een stem roept:"Gait-Jan, Jan, Johan". Slaperige antwoorden volgen. Nog een keer het geroep<strong>van</strong> Jan, Jan, en ik dommel weer in. Om half acht wekt Jantje me. Ik was me in dewaskamer. Steelse blikken <strong>van</strong> Mientje en Jantje kijken hoe iemand "uit de stad"dat wel doet. Als ik klaar ben komen de drie broers en Johan, het knechtje, juist terug<strong>van</strong> het melken en we gaan direct ontbijten, karnemelkse pap met een paarplakken wittebrood en zoveel roggebrood als men maar hebben wil. Dan gaan we204


naar het aardappelland, ongeveer een kilometer <strong>van</strong> huis gelegen, Dolf, Jan,Johan en ik. Later komen Jantje en een oudere zuster <strong>van</strong> Johan ook nog. Driegaan de aardappels rooien met een greep en de andere drie gaan ze oprapen,garderen noemen ze dat. Ik behoor tot de laatsten. We doen de aardappels in eenijzeren mandje. Als deze mand vol is storten we ze in zakken. Prachtig ligt het landhier aan de bosrand. Echt zomerweer is het en al spoedig krijgen we het warm.Het is de kunst om de rooier bij te blijven, anders komt er stagnatie. In het beginlukt me dit niet altijd, later gaat het beter, maar dan laat m'n rug zich gelden en ikben blij als het koffiedrinken is. De oude Nijland komt met een grote koffiekan enmet kommen in een bonte han<strong>dd</strong>oek geknoopt. Hieruit tovert hij voor elk ook nogeen paar "bluchgies". Als we dat op hebben is er voor ieder nog een fijne peer. Dangaat het <strong>van</strong> half elf tot twaalf uur in een ruk door. Het mi<strong>dd</strong>ageten smaakt me ontzettendlekker en na den eten gaan allen slapen, waaraan ik direct meedoe. Omhalf drie drinken we thee en dan weer aan de slag. Hard werken we, nog harderprotesteert m'n rug. Als Nijland om vijf uur met brood en koffie komt val ik er uitgehongerdop aan. Dan nog een laatste ruk tot half zeven en mijn dagtaak is volbracht.Voor de anderen volgen er nog allerlei karweitjes, maar ik ben allang blij datik me fijn kan wassen en dan op een stoel gaan zitten. En zo gaan de eerste dagen<strong>van</strong> mijn nieuwe leventje voorbij. Hard werken op het aardappelland, waar we voorna voor, de oogst aan de grond ontworstelen, afgewisseld met dagen waarop weop de zolder staan om haver in te halen en waarbij het zweet je uit alle poriën gutst.Ook help ik enkele keren bij het hooien, die eerste dinsdag toen de controleur weerkwam. Toen was het wegwezen geblazen. Ik word naar het bedrijf <strong>van</strong> de dochtergestuurd. Pieters, haar man, is een stevige dikke kerel, wien de gezondheid aan tezien is. We gaan hooien op de dijk langs een kanaaltje, heerlijk werk. 's Avondskomt Jan me halen en dan is het weer aardappels rapen, almaar aard-appelsrapen, nooit zullen er weer zoveel aardappels door mijn handen gaan. De eerstedagen rijgen zich aaneen tot een week, waartussen de zondag ligt. Zondagwaarin ik wat langer mag blijven slapen, want bijna allen gaan 's morgens naar dekerk. Een koekje bij de koffie geeft een beetje feestelijkheid, en dan 's mid-dagsheerlijke roompu<strong>dd</strong>ing, oude kwaliteit.Maar de zondag brengt de verveling en ook de gedachten aan thuis, want in deweek is daar geen tijd voor. Is het weken, maanden of jaren geleden dat ik thuiswas bij m'n vader en moeder, werkelijk, ik weet het niet.Hoe spoedig ben ik ingeleefd in dit nieuwe, hoe dicht zijn mijn gedachten bij hetoude, maar hoe dichter nog bij de toekomst. Want daarin zal een dag liggen waarinik terug zal keren naar het oude vertrouwde, waarop ik mijn ouders weer zal zienen alle vrienden en bekenden, waarmee het werkelijke leven weer zal beginnen, 'sZondags lig ik ergens in de wei op mijn rug te dromen <strong>van</strong> vroeger en wat komenzal. 's Maandags keer ik weer terug in het heden, dat aardappels heet. En bij dieaardappels hoort het zingen dat we telkens doen, het vertellen <strong>van</strong> verhalen wanneerwe na een vore even rusten. En dan de gezichten die getrokken worden alsmen een rotte aardappel in zijn gezicht krijgt en wanneer er daar niet een anderelag om terug te gooien. Daar hoort ook het koffiedrinken bij, koffie, waarmee deoude Nijiand ons steeds komt verrassen. 'Doar bin 'k', zegt hij als hij eensklapsvoor ons staat, en 's mi<strong>dd</strong>ags het brood eten, gezeten tegen een zak aardappelshet met pikzwarte handen naar binnen werkend. Er is telkens een welkome afwis-205


seling. Heerlijk is dit leven en men zou aan het andere niet meer denken, als dantoch in één keer de werkelijkheid weer voor mij staat. Dat is voor het eerst als ikaan Dientje zeg dat ik 's nachts gedroomd heb dat ze me achterna zaten. Dan betrekthaar gezicht en ze zegt dat het zo gevaarlijk voor hen is en dat ze hopen datLodeweges gauw een andere plaats voor me zal vinden. Dat doet me schrikken,want ik had een goede hoop hier te kunnen blijven.Een paar dagen blijft deze vervelende gedachte mij aankleven, maar dan schud ikhaar <strong>van</strong> mij af en neemt het volle leven mij weer in beslag. Kleinigheden zijn er dieje verdriet doen en kleinigheden zijn er die je plezier bezorgen en waar je om lacht.Zo die kleine gevalletjes met Jantje, de enige waarmee ik niet zo goed kan opschieten.Wanneer we op het land peren zitten te eten en ik die afschil, omdat er inde krant gestaan heeft dat men <strong>van</strong> ongeschild fruit typhus kan krijgen kijkt ze minachtend.'Dan war'n wij allang dood west" is haar bescheid. Ook vind ik het raar datik eerst na een week merk dat Jantje niet een dienstmeisje is, maar de vrouw <strong>van</strong>Dolf. 's Avonds komt er vaak volk, melkhalers, roggehalers en mensen die aardappelenwillen hebben.'s Avonds moet ik vaak ook nog boter karnen die aan de stadsmensen verkochtwordt. Zwaar werk na een dag <strong>van</strong> aardappels rapen!En dan komt Ab vaak, de verloofde <strong>van</strong> Dientje die aan de overkant <strong>van</strong> de wegwoont, 'n Ab' zeggen ze altijd. Op een avond als hij binnenkomt zegt Dolf: 'Zo Piet'.Als hij weg is vraag ik of die Piet een broer <strong>van</strong> Ab is. 'Nee', antwoordt Dolf, 'dat wasAb zelf, maar soms noemen we hem ook wel Piet'. 'Rare gewoonte', merk ik op.Soms komen er ook praters die het de hele avond kunnen hebben over aardappels.Hoe of hier de Wilpo is en dat bij hen de Bevelanders zo klein zijn. Maar ookmooie geschiedenissen worden verteld. Zoals <strong>van</strong> een man die op de straatwegnaar Almelo fietste met een zak clandestiene aardappels achterop. Hij werd aangehoudendoor twee marechaussees die de piepers verbeurd verklaarden. 'Goed',zei de man, 'maar de zak mag ik vrij vervoeren', en hij stortte de inhoud op de weguit, waarop de marechaussees in arren moede maar besloten dat hij ze mee mochtnemen. En dan over een boer die met clandestien vlees fietste en aan een marechausseedie langs de weg stond voorbij reed. Wanneer hij gewoon doorgefietstwas zou er niets gebeurd zijn, maar hij kon niet nalaten telkens achterom te kijken.De marechaussee, die argwaan kreeg, sommeerde hem te stoppen. De boer washem toen al bijna honderd meter voorbij en kon gemakkelijk een zijpad inslaan,maar hij stapte direct af. De rest laat zich gemakkelijk raden. En dan bij die controlein de trein waarbij de controleurs een zakje met meel vonden. Op de herhaaldevraag: 'Van wie is dit meel?', gaf niemand antwoord. Na dreiging zei een <strong>van</strong> de reizigers:'Het is zelfrijzend bakmeel!'Weer komt de werkelijkheid om de hoek kijken als er in de krant staat dat er Jodenopgepakt zijn. Gait Jan wijst me op het bericht en zegt dat het zo gevaarlijk voorhen wordt om mij te houden. Ook dat de aardappels uit de grond zijn en dat zespoedig geen werk meer voor me zullen hebben. Dat laatste is zeker waar. De zomeris langzamerhand overgegaan in herfst en bij lichte storm en regenbuien hebbenwe de laatste aardappels eruit geranseld. Nu zijn we bezig de aardappels tesorteren op een aardappel molen, 'muilen' noemen ze dit, en ik sta de hele dag tedraaien tot ik er draaierig <strong>van</strong> wordt. Soms moet de molen verplaatst worden. Tweedragen hem <strong>van</strong> voren en één <strong>van</strong> achter. Ik ga helemaal voorop lopen, zodat het206


net een begrafenis lijkt waarom allen zich een kriek lachen, zo zelfs dat Jan de molenop Dolfs benen laat vallen. Die zondag, als ik weer met m'n gedachten alleenloop te dwalen, schrik ik ineens als ik er weer aan denk. Was het wel goed dat ikdat deed? Zit er geen voorteken in dit alles? Want onbewust is er angst in me,angst om mijn ouders die soms naar boven komt. Maar als ik een paar dagen laterde huiskamer binnenga en daar de radio de brallende stem <strong>van</strong> de 'Führer' hoor,die schreeuwt dat hij Stalingrad en de Joden wel zal krijgen, lach ik daar hard om.Ik vergeet dat de Russen nog voor Stalingrad staan, maar dat niemand voor onsstaat.Het werk bij Nijland is afgelopen en we gaan bij Pieters. Deze is ziek geweest enkan best hulp gebruiken. Lodeweges is ook geweest. Hij heeft al een andere plaatsvoor mij op het oog zegt hij, als dat in orde is zal hij me komen halen. Ik geef hemeen brief mee voor mijn ouders. Die kan hij wel bezorgen. Bij Pieters zijn logé'suit Rotterdam, een vrouw met een kind. Deze vrouw is de eer-ste die meverschillende dingen vraagt waarop ik zeer voorzichtig moet antwoor-den. Dit'examen' verloopt goed. Ik blijf evenwel op mijn hoede. Tijdens mijn verblijf daarhebben zich geen strubbelingen <strong>van</strong> dien aard meer voorgedaan. Iedereen in debuurt meent dat ik een gewone werkkracht ben. Jammer genoeg is het werk bijPieters gauw voorbij. Het is er erg gezellig en de piepers vliegen in een ommeziende grond uit. Dan ga ik werken bij Schepers aan de overkant, waar Ab knecht is.Ook hier moeten we de aardappels 'muilen'. We doen dit op het land en Ab vaart zenaar huis, waar ze ingekuild worden.Het is prachtig herfstweer geworden. Het werk is ontzettend zwaar en die eerstedag ben ik blij dat het avond wordt.Als ik weer bij Nijland terugkom is Lodeweges er ook. Hij is in Coevorden geweest.Thuis is alles goed. Hij heeft mijn neef Hartie gesproken, bij mijn ouders zelf is hijniet geweest.M'n oom (de vader <strong>van</strong> Hartie en Jo) ligt in het ziekenhuis. Wat hem mankeert weethij niet. Van Hartie zal ik nog een paar schoenen krijgen, die zullen te zijner tijd welkomen.Als hij een brief uit zijn zak haalt spring ik op <strong>van</strong> vreugde, menende dat het eenbrief <strong>van</strong> mijn vader is, maar tot mijn teleurstelling bemerk ik dar het mijn eigenbrief is die hij vergeten heeft af te geven. Ik besluit direct om de andere dag eenbrief aan Dientje mee te geven, waarin ik alleen maar schrijf dat het goed met megaat. Zij kan hem morgen op de post doen in Almelo, want daar moet ze naar toe.Zaterdagmorgen, 3 oktober. We zitten bij buurman Schepers op het land juist koffiete drinken. Dat de koffie meer naar slootwater smaakt dan naar wat de bedoelingis mag 'm niet hinderen. Als we nog even lekker liggen uit te rusten voor weweer aan het werk gaan, komt Schepers aanfietsen op een oud rammelend damesfietsje.Hij is naar de veearts geweest. Van de fiets stappend zegt hij meewarig:'O, o, wat is 't toch wat met de Ju<strong>dd</strong>en. In Wierden hebt ze <strong>van</strong>morgen alleJu<strong>dd</strong>envrouwen op haalt. De politie hef ze allemoal weg bracht'. Ik schrik en ikprobeer om op een onopvallende manier bijzonderheden gewaar te worden, maarverder dan een herhaling <strong>van</strong> wat Schepers gezegd heeft kan ik niet aan de weetkomen.(wordt vervolgd)207


Arbeidsomstandigheden in het veen<strong>van</strong> Stad- en Ambt-Hardenberg IVJan H. Kompagnie(enquête naar de arbeidsomstandigheden in de veenderijen <strong>van</strong> Noordoost-Overijssel rond 1890)III. TWEE VERVENERS OVER WERK EN LOONGeboren bedelaarsTot dusver hebben we vier mensen aan het woord gelaten die allen, weliswaarmet verschillende verantwoordelijkheden, rechtstreeks met het veen te makenha<strong>dd</strong>en. Twee baggelaars, één turfgraver en een administrateur deden hun zegjeover werkzaamheden en verdiensten. Hierna wordt aandacht besteed aan watde werkgevers <strong>van</strong> werk en loon vonden. Twee <strong>van</strong> hen, beiden verveners uitLutten, werden die 28e augustus door de commissie gehoord. Wat vonden zij nu<strong>van</strong> de arbeidsomstandigheden en de lonen?De vervener Antonius Hendrikus Geerdes vertelt de leden der commissie dat zijnverveningen verspreid liggen, namelijk in De Krim, op Erica en aan het Stieltjeskanaal.Hij maakt half-lange turf uit het hoogveen en sponturf via baggelwerk.Geerdes deelt mee dat elke arbeider in principe per week zoveel geld krijgt als hijverlangt. Er zijn turfmakers die bij de afrekening na afloop <strong>van</strong> het seizoen weleen f 100,- a f 150,- overhouden. Met de turfgravers wordt afgerekend als de turfdroog is. Dan ook wordt de huishuur verrekend en ont<strong>van</strong>gt de één f 70,- of-f80,- en een ander niets. Met de gravers in de lange turf wordt tweemaal per seizoenafgerekend, namelijk na afloop <strong>van</strong> de graaftijd en als ze de turf gaan omringen.Hij wil 's winters de mensen liever werk dan voorschotten geven omdatdie laatste 's zomers zo moeilijk terug te betalen zijn. Als hij dan wat werk voorhen heeft, betaalt hij daarvoor per dag zo'n <strong>12</strong> a 14 stuivers, tenzij het buitengewoonvriest. Niet één <strong>van</strong> zijn arbeiders geniet 's winters onderstand. 'Maar er zijnenkele gezinnen, die eigenlijk geboren bedelaars zijn'.Aan Geerdes wordt gevraagd of de werkgevers in het veen gedurende de gravers-en trekkerstijd geen arbeiders <strong>van</strong> elkaar aannemen zonder schriftelijketoestemming <strong>van</strong> hun collega's. Klopt, bevestigt hij, dat is om zelf een beetjebaas te blijven in de veenderij. Als ik, zo vervolgt hij, bijvoorbeeld werklieden aanneem<strong>van</strong> Ten Kate dan stuur ik zijn boel in de war. Voor 1 januari zijn de arbeidersvrij. Maar, zo vraagt de commissie door, wordt dan de arbeider die een conflictheeft met z'n baas niet werkloos? Nee, antwoordt Geerdes, want elk conflinerschuld heeft dan wordt hij evengoed gestraft als de arbeider. En dat is volgenshem meer dan eens voorgekomen. En als de vervener een arbeider nietmeer in dienst wil nemen is de arbeider gewoon vrij om bij een andere baas tegaan werken. En als de arbeiders tijdens het seizoenwerk naar bijvoorbeeldNieuw-Amsterdam gaan dan kunnen zij dat gewoon doen, want daar heeft devervenersvereniging geen macht. De arbeiders kunnen al deze bepalingen weten,ze mogen ook het reglement inzien, alle bazen hebben er een exemplaar<strong>van</strong>. Zo zijn de arbeiders ook weleens uitgenodigd om op een vervenersvergaderingte komen praten over loonvaststelling, dus er is zeker wel overleg.(Wordt vervolgd)2<strong>08</strong>


Van de bestuurstafelHet bestuur wil met een nieuw kopje de aandacht vestigen op de leden in onze vereniging. Ditzijn toch zeker de belangrijkste personen. Zonder leden kan geen vereniging bestaan. Webeginnen daarom direct. Dit kwartaal mochten we 10 nieuwe leden verwelkomen. In hetnoemen <strong>van</strong> hun namen willen wij ook de 70 andere nieuwe leden begroeten die het eerstehalfjaar <strong>van</strong> <strong>1994</strong> tot de vereniging toetraden.WelkomH.BakkerG.ZweersJ.H.GerritsMv.BreukelmanMw.J.SoerMv.M.NieuhoffJ.SnijdersJ.H.LigtenbergFam.RingenierW.M.EeftinkPostbus 163Boslaan 5Weidebuurt 8Bruchterweg 60Bovenmaat 29Gramsbergerweg 51651-4 AveBrinkstraat 9Trompstraat 33Wanstraat <strong>12</strong>OosterwoldeHardenbergHardenbergHardenbergHardenbergHardenbergBrooks Alberta CaHardenbergHardenbergHengeloIn MemoriamAfscheid hebben wij moeten nemen <strong>van</strong>:J.Paus Langeveen, H.Brands Ommen, G.J.WoeldersHardenberg. Wij wensen de nabestaanden alle sterkte toe.LedenadministratieWilt u bij verhuizingen zo snel mogelijk uw adreswijziging doorgeven aan het secretariaat. Wijkunnen er dan voor zorgen dat u <strong>Rondom</strong> den Herdenbergh op het juiste adres ont<strong>van</strong>gt. Ditscheelt moeite en kosten.Er zijn een aantal nieuwe leden die de eerste twee nummers <strong>van</strong> de jaargang <strong>1994</strong> niet hebbenont<strong>van</strong>gen, hiervoor onze excuses. Wilt u dit dan nog doorgeven aan het secretariaat.Het lidmaatschap wordt automatisch verlengd voor een jaar, tenzij twee maanden voor heteinde <strong>van</strong> het kalenderjaar schriftelijk wordt opgezegd.ActivitetenOp 1 november <strong>1994</strong> zal een drietal <strong>van</strong> onze leden een lezing met dia's presenteren onderde titel 'Loop eens mee...*.Loop eens mee door het noordelijke deel <strong>van</strong> Hardenberg en verwonder u welk een pracht enwelke interessante dingen daar te vinden en te beleven zijn. Jan, Frieke en Jannie zullen u erover vertellen in de Schakel. De aan<strong>van</strong>g is 20.00 uur. Toegang voor leden natuurlijk gratis.U KOMT TOCH OOK?Voor de inrichting <strong>van</strong> de ruimte die wij krijgen in de Oudheidkamer te Hardenberg, eindelijkeen eigen plek, zoeken we nog een aantal vrijwilligers die hiermee willen helpen. Twee rechterhanden is wel makkelijk maar hoeft beslist niet.U BLIJFT TOCH NIET ACHTERAAN STAAN IS HET WEL!!!Geef u op bij het secretariaat.50 jaar bevrijdingIn 1995 is het 50 jaar geleden dat Hardenberg en Nederland werden bevrijd. Hiervoor zijn nogveel werkzaamheden te doen. Werkzaamheden die ook uit vrijwillige handen zullen moetenkomen. Hebt een verhaal over de bevrijding, weet u iemand die iets weet, neem dan contactop met de redactie. Wilt u helpen bij het begeleiden, inrichten, oppassen of wat er ook te doenis om deze dagen <strong>van</strong> herdenken tot een succes te maken geeft u dan op bij het secretariaat.Andere activiteiten in het december nummer <strong>van</strong> <strong>Rondom</strong> den Herdenbergh.Hardenberg, Mv.Teunis-Snel

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!