08.01.2015 Views

Amersfoort Goederen (De Birkt) - Verandervergunning - ProRail

Amersfoort Goederen (De Birkt) - Verandervergunning - ProRail

Amersfoort Goederen (De Birkt) - Verandervergunning - ProRail

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

provincie :: Utrecht<br />

Dienst Water en Milieu<br />

Pythagoraslaan 101<br />

Postbus 80300<br />

3508 TH Utrecht<br />

Tel. 030-25891 11<br />

F a 030-2583 139<br />

http:llwww.provincie-utrecht.111<br />

BESLUIT<br />

Datum 8 januari 2002<br />

Nummer<br />

Uw brief van<br />

Uw nummer<br />

Bijlage<br />

2001 WEM004389i<br />

voorschriften<br />

Sector Vergunningen en Handhaving1<br />

Branchegericht<br />

Referentie Ram SukulIMartin van Wensen<br />

Doorkiesnr. 030-25820521030-2583579<br />

Dienstfax 030-2583981<br />

Onderwerp Wet milieubeheer; NS <strong>Amersfoort</strong><br />

(<strong>De</strong> <strong>Birkt</strong>)<br />

Besluit op het verzoek van NS Railinfrabeheer Regio Randstad Noord, Postbus 2520,<br />

1000 CM Amsterdam -ontvangstdatum 2 januari 2001 - om een vergunning ingevolge artikel 8.1, eerste<br />

lid onder b van de Wet milieubeheer voor het veranderen van een deel van de inrichting enlof het<br />

veranderen van de werking van de inrichting en het in werking hebben van die veranderingen van de<br />

inrichting door:<br />

1. het sluiten van de huidige los- en laadplaats nabij spoor 20 en het aanpassen van de<br />

inrichtingsgrens ter plaatse;<br />

2. het aanleggen en in gebruik nemen van een nieuwe los- en laadplaats "<strong>De</strong> <strong>Birkt</strong>" nabij het huidige<br />

spoor 86 nabij het industrieterrein <strong>De</strong> Isselt;<br />

3. het onder voorwaarden gebruiken van een aantal andere diesellocomotieven dan de<br />

diesellocomotief 6400 binnen de bestaande inrichting en binnen de uitbreiding van de inrichting<br />

van een goederenrangeeremplacement in <strong>Amersfoort</strong>.<br />

<strong>De</strong> inrichting is gelegen nabij het Stationsplein in <strong>Amersfoort</strong>, kadastraal bekend gemeente<br />

<strong>Amersfoort</strong>, sectie D, nrs. 8715(ged) en 8714 (ged) en gemeente Soest, sectie C, nrs. 4523 (ged) en<br />

4525 (ged) en 41 68(ged).<br />

1 BESLISSING<br />

Gelet op het bepaalde in de Wet milieubeheer, de Algemene wet bestuursrecht, het Milieubeleidsplan<br />

Provincie Utrecht 1998-2002 en gelet op hetgeen onder punt 2 en volgende wordt overwogen,<br />

besluiten wij:<br />

l. aan NS Railinfrabeheer Regio Randstad Noord, de gevraagde veranderingsvergunning te<br />

verlenen voor:<br />

a. het sluiten van de huidige los- en laadplaats nabij spoor 20 en het aanpassen van de<br />

inrichtingsgrens ter plaatse;<br />

b. het oprichten en in werking hebben van een nieuwe los- en laadplaats "<strong>De</strong> Birkl' nabij het<br />

huidige spoor 86 nabij het industrieterrein <strong>De</strong> Isselt;<br />

Provincie Utrecht 1 NS <strong>Amersfoort</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving 1 branchegericht 8 januari 2002<br />

Het provinciehuis is per openbaar vervoer vanaf Utrecht CS te bereiken via GVU-lijn 11 (richting <strong>De</strong> Uithof).


c. het onder voorwaarden gebruiken van een aantal andere diesellocomotieven dan de<br />

diesellocomotief 6400 binnen de bestaande inrichting en binnen de uitbreiding van de<br />

inrichting van een goederenrangeeremplacement;<br />

2. de bij dit besluit behorende gewaarmerkte aanvraag deel te laten uitmaken van dit besluit, voor<br />

zover de voorschriften en de considerans niet anders bepalen;<br />

3. aan de vergunning de voorschriften te verbinden zoals die zijn opgenomen in het bijbehorende<br />

voorschriftenpakket.<br />

2 BESCHRIJVING VAN DE INRICHTING<br />

<strong>De</strong> inrichting betreft een goederenemplacement, gelegen ten noorden en noordwesten van het<br />

reizigerstation <strong>Amersfoort</strong>. <strong>De</strong> inrichting omvat het goederenemplacement met alle daarop aanwezige<br />

installaties en gebouwen. Op l december 1998 (1998WEM003553i) hebben gedeputeerde staten van<br />

Utrecht een vergunning verleend voor het spoorwegemplacement voor onder meer de overslag van<br />

containers van wegtransport op railtransport en visa versa, ter plaatse van de openbare los- en<br />

laadplaats (spoor 20 van het emplacement). Door de ombouw van het emplacement, de bouw van een<br />

derde reizigersperron in <strong>Amersfoort</strong> en de ruimtelijke ontwikkelingen aan de noordkant van het station,<br />

is spoor 20 niet meer optimaal gelegen. Dat heeft geresulteerd in de ontwikkeling van een nieuwe<br />

openbare los- en laadplaats aan de noordwestelijke rand van het spoonvegemplacement ter hoogte<br />

van spoor 86. <strong>De</strong> nieuwe locatie ligt nabij het industrieterrein "<strong>De</strong> <strong>Birkt</strong>".<br />

Op grond van de vigerende vergunning is het mogelijk om minder dan 5% van het aantal transport<br />

bewegingen met 2200 diesellocomotieven of 1300 elektrische locomotieven uit te voeren. Naar<br />

aanleiding van het verzoek om aanvullende informatie heeft vergunninghoudster bij brief d.d. 6 maart<br />

2001 kenbaar gemaakt dat zij binnen de bestaande inrichting om uitbreiding verzoekt van het aantal<br />

bewegingen met (vergelijkbare) 2200 locomotieven tot maximaal 20%. Ten behoeve van de<br />

aangevraagde uitbreiding van de inrichting verzoekt vergunninghoudster om maximaal 66% van het<br />

aantal bewegingen te laten plaatsvinden met 2200 locomotieven dan wel locomotieven die daar<br />

gelijkwaardig aan zijn.<br />

3 PROCEDURELE ASPECTEN<br />

Vergunningsituatie<br />

<strong>De</strong> inrichting beschikt over een revisievergunning d.d. 1 december 1998 (nr. 1998WEM003553i)<br />

ingevolge de Wet milieubeheer. Ten aanzien van de aangevraagde activiteiten hebben wij op 22<br />

september 2000 een gedoogbesluit afgegeven. <strong>De</strong> gedoogverklaring richt zich op de los- en<br />

laadactiviteiten op <strong>De</strong> <strong>Birkt</strong>.<br />

Procedure<br />

Met betrekking tot dit verzoek is de procedure ingevolge afdeling 3.5 van de Algemene wet<br />

bestuursrecht gevolgd.<br />

<strong>De</strong> verandering van de inrichting, waarvoor vergunning wordt gevraagd is een activiteit als bedoeld in<br />

categorie 14.la van bijlage I behorende bij het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer (Ivb).<br />

Voor deze inrichting zijn wij het bevoegd gezag. Bij brief van 9 februari 2001 hebben wij verzocht om<br />

aanvullende gegevens met betrekking tot de aanvraag. <strong>De</strong>ze gegevens hebben wij ontvangen op<br />

7 maart 2001. <strong>De</strong> overgelegde bescheiden voldoen aan het bepaalde in hoofdstuk 5 Ivb.<br />

y 3.3<br />

Coördinatie<br />

3.3 Wet verontreiniging oppervlaktewateren en woningwet<br />

<strong>De</strong> Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren is niet van toepassing op de aangevraagde activiteiten.<br />

Er vinden geen bouwkundige uitbreidingen of nieuwbouw plaats waarvoor een bouwvergunning is<br />

vereist. <strong>De</strong>rhalve is geen sprake van coördinatie als bedoeld in hoofdstuk 14 van de Wet milieubeheer.<br />

Provincie Utrecht 2 NS <strong>Amersfoort</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving I branchegericht 8 januari 2002


4 TOETSINGSKADER VOOR DE AANVRAAG<br />

Op 1 maart 1993 is de Wet milieubeheer (Wm) in werking getreden. Inrichtingen als de onderhavige<br />

vallen onder de werkingssfeer van deze wet. <strong>De</strong> artikelen 8.8 tot en met 8.10 van de Wrn omvatten het<br />

toetsingskader voor de beslissing op de aanvraag.<br />

<strong>De</strong> vergunning kan alleen in het belang van de bescherming van het milieu worden geweigerd<br />

(artikel 8.10 Wm). In de artikelen 8.8 en 8.9 van de Wm is het criterium 'het belang van de<br />

bescherming van het milieu' verder uitgewerkt.<br />

In artikel 8.8 worden drie soorten richtinggevende aspecten genoemd, te weten:<br />

- de aspecten die wij in ieder geval bij onze beslissing op de aanvraag moeten betrekken;<br />

- de aspecten waarmee wij in ieder geval bij onze beslissing op de aanvraag rekening moeten<br />

houden;<br />

- de aspecten die wij in ieder geval bij onze beslissing op de aanvraag in acht moeten nemen.<br />

In artikel 8.9 wordt bepaald dat de beslissing op de aanvraag niet in strijd mag zijn met een regeling<br />

gebaseerd op de Wm of op een andere milieuwet, die is genoemd in artikel 13.1, tweede lid Wm. Het<br />

toetsingskader wordt voor deze vergunningaanvraag hierna onder de punten 5 tot en met 7 nader<br />

uitgewerkt.<br />

5 ASPECTEN DIE BIJ DEZE BESLISSING WORDEN BETROKKEN<br />

Bij de beslissing op de aanvraag moeten wij als bevoegd gezag ingevolge art 8.8, eerste lid van de<br />

Wm in ieder geval het volgende betrekken.<br />

5.1 <strong>De</strong> bestaande toestand van het milieu, voor zover de inrichting daarvoor gevolgen<br />

kan hebben<br />

- Algemeen<br />

<strong>De</strong> uitbreiding van de inrichting is gelegen nabij het industrieterrein "<strong>De</strong> Isselt" en wordt omschreven<br />

als laad- en losplaats "<strong>De</strong> <strong>Birkt</strong>". In de directe omgeving van de inrichting bevinden zich geen<br />

milieubeschermingsgebieden. Op korte afstand liggen woningen, bedrijven en kantoren.<br />

- Geluid<br />

Bij de aanvraag is een geluidrapport d.d. 20 december 2000 (nr. 2249-8-001) gevoegd. Het komende<br />

en gaande vrachtverkeer maakt in de huidige situatie gebruik van de wegen in de wijk<br />

"Soesterkwartier". <strong>De</strong> nieuwe locatie voor het goederenemplacement is nabij het industrieterrein "<strong>De</strong><br />

Isselt" gelegen.<br />

- Luchtlgeur<br />

<strong>De</strong> verandering zal op de huidige luchtkwaliteit geen of nauwelijks invloed hebben<br />

- Bodem<br />

Op de locatie van de uitbreiding vinden geen potentiële bodembedreigende activiteiten plaats.<br />

- Energie<br />

NS Railinfrabeheer heeft ten aanzien van energie in 1999 met het ministerie van Economische Zaken<br />

een MJA gemaakt. Dit MJA is ook van toepassing op de onderhavige uitbreiding.<br />

5.2 <strong>De</strong> -directe en indirecte- gevolgen voor het milieu die de inrichting kan veroorzaken en de<br />

mogelijkheden tot de bescherming van het milieu;<br />

,Het in werking hebben van de inrichting kan met name gevolgen hebben voor de in paragraaf 5.2.1. tot<br />

en met 5.2.5 opgenomen aspecten. <strong>De</strong> andere items welke bij de vergunningverlening betrokken<br />

moeten c.q. kunnen worden hebben op deze aanvraag geen relevante invloed.<br />

Provincie Utrecht 3 NS <strong>Amersfoort</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving 1 branchegericht 8 januari 2002


5.2.1 geluidlverkeersbewegingen<br />

<strong>De</strong> akoestische rapportage welke bij het verzoek is gevoegd, geeft een goede omschrijving van de<br />

invloed die de verandering tot gevolg zal hebben. In de voorschriften is met deze geluidrapportage<br />

rekening gehouden en zijn de geluidniveaus aangegeven welke deze verandering mag veroorzaken.<br />

Indien de voorschriften worden nageleefd doet zich, ten opzichte van de vergunde situatie, geen<br />

onaanvaardbare verandering voor.<br />

Voor de huidige locatie (spoor 20) dient het vrachtverkeer gebruik te maken van de infrastructuur in de<br />

woonwijk "Soesterkwartier". Met de verplaatsing van de activiteiten naar de locatie "<strong>De</strong> <strong>Birkt</strong>" (nabij<br />

spoort 86) zal het verkeer komen en gaan via industrieterrein "<strong>De</strong> Isselt". Hierdoor treedt ten aanzien<br />

van geluid en trillingen een verbetering op in genoemde wijk.<br />

5.2.2 trillingen<br />

Bij de aangevraagde bedrijfsprocessen kan zich trillingshinder voordoen bij treinbewegingen en bij<br />

vrachtbewegingen. In de bij de aanvraag voor een revisievergunning gevoegde rapportage is ook aan<br />

dit verzoek toegevoegd. Reden hiervan is gelegen in het feit dat de aangevraagde processen niet<br />

afwijken, voor wat betreft trillingsaspecten op het gedeelte voor het viaduct Amsterdamseweg, van de<br />

reeds vergunde activiteiten. <strong>De</strong> beschouwing is dan ook nu van toepassing. In hoofdstuk 2.10.2 van de<br />

onderhavige aanvraag wordt op dit onderwerp ingegaan. Op dit punt worden de voorschriften van de<br />

"moeder"vergunning van toepassing verklaard.<br />

5.2.3 energie<br />

Door de NS is een BEP overgelegd waarin de maatregelen zijn aangegeven die in het MJA zijn<br />

vastgelegd. In de voorschriften is aansluiting gezocht bij deze meerjarenafspraken. Voorts is een<br />

bepaling opgenomen welke bij (voortijdige) beëindiging van het MJA het bevoegd gezag de<br />

mogelijkheid geeft op dit punt aanvullende eisen te stellen.<br />

5.2.4 luchtlgeur<br />

Ten aanzien van geur wordt opgemerkt dat voor de onderhavige uitbreiding van de inrichting geen<br />

bijzondere regeling op grond van de NER van toepassing is. <strong>De</strong>rhalve is voor deze verandering<br />

verwezen naar de desbetreffende voorschriften van de revisievergunning. In deze bepalingen wordt<br />

reeds voor het bevoegd gezag de mogelijkheid geboden (naar aanleiding van gegronde klachten) een<br />

nader onderzoek te verlangen. In de voorschriften wordt op dit punt verwezen naar de bepalingen van<br />

de revisievergunning van l december 1998.<br />

5.3 Redelijkerwijs te verwachten ontwikkelingen met betrekking tot de inrichting en het<br />

gebied waar de inrichting is gelegen<br />

Met betrekking tot de milieugevolgen veroorzaakt door de inrichting in het gebied waar de inrichting is<br />

gelegen is rekening gehouden met de te verwachten ontwikkelingen die van belang zijn met het oog<br />

de bescherming van het milieu.<br />

5.4 Ingebrachte adviezen en bedenkingen<br />

Naar aanleiding van de aanvraag zijn geen reacties, adviezen of bedenkingen ontvangen. Tot<br />

19 oktober 2001 bestond de mogelijkheid tegen het ontwerpbesluit adviezen en bedenkingen in te<br />

brengen. Binnen deze termijn hebben wij reacties ontvangen van de gemeente Soest,<br />

Raadhuisplein 1, Soest en NS Rail Infrabeheer, Postbus 2520, 1000 CM Amsterdam. Voorts is door<br />

de heer A.P.M. Hartman, Birkstraat 109, 3768 HD Soest verzocht om een gedachtenwisseling.<br />

Provincie Utrecht 4 NS <strong>Amersfoort</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving 1 branchegericht 8 januari 2002


6 ASPECTEN WAARMEE BIJ DEZE BESLISSING REKENING WORDT GEHOUDEN<br />

Bij de beslissing op de aanvraag moeten wij als bevoegd gezag ingevolge art 8.8, tweede lid van de<br />

Wm in ieder geval met het volgende rekening houden.<br />

6.1 Milieubeleidsplan<br />

Op 10 december 1997 hebben provinciale staten van Utrecht het provinciaal Milieubeleidsplan 1998-<br />

2002 (PMP) vastgesteld. In deze vergunning wordt niet afgeweken van hetgeen in het PMP is<br />

verwoord.<br />

7 ASPECTEN DIE BIJ DEZE BESLISSING IN ACHT WORDEN GENOMEN<br />

Bij de beslissing op de aanvraag moeten wij bovendien op grond van artikel 8.8, derde lid van de Wm<br />

de volgende regels in acht nemen.<br />

- 7.1 Instructieregels in AMvB's of provinciale milieuverordening; ministeriële aanwijzingen<br />

Bij de beslissing op de aanvraag dienen op grond van artikel 8.8 Wm in een AMvB (Algemene<br />

maatregel van bestuur) ingevolge artikel 8.45 Wm of de provinciale milieuverordening opgenomen<br />

instructieregels door ons in acht te worden genomen. <strong>De</strong>rgelijke instructieregels zijn echter of nog niet<br />

vastgesteld of niet van toepassing op het onderhavige bedrijf.<br />

Ook dienen wij de bindende aanwijzingen krachtens artikel 8.27 Wm van de minister van<br />

Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer in acht te nemen. Van een dergelijke<br />

aanwijzing is in dit geval geen sprake.<br />

8 GEEN STRIJD MET ANDERE REGELS<br />

Op grond van artikel 8.9 Wm dienen wij er voor zorg te dragen dat de onderhavige vergunning niet in<br />

strijd is met de regels uit de Wm en met de regels uit de in de artikel 13.1, lid 2 Wm genoemde wetten.<br />

Voor zover ons bekend zijn voornoemde regels niet strijdig met deze vergunning.<br />

9. OVERIGE OVERWEGINGEN<br />

9.1 Ingebrachte bedenkingen -<br />

<strong>De</strong> bedenkingen.welke door de gemeente Soest bij brief d.d. 16 oktober 2001 (ontvangen 18 oktober<br />

2002) zijn ingediend kunnen als volgt (samengevat) worden weergegeven:<br />

a. in de considerans van de ontwerp-beschikking wordt voorbijgegaan aan het maximale<br />

geluidniveau als gevolg van het remmen van de locomotieven;<br />

b. in de considerans wordt een overweging gemist ten aanzien van het gebruik van de locomotieven<br />

met type 2200 en 6400.<br />

NS Railinfrabeheer Regio Randstad Noord (aanvrager) heeft bij brief van 17 oktober 2001 (ontvangen<br />

18 oktober 2001) bedenkingen naar voren gebracht, waarvan de inhoud als volgt (samengevat) wordt<br />

weergegeven:<br />

c. bij de beschrijving van de inrichting moet "met maximaal 20%" worden vervangen door "tot<br />

maximaal 20%";<br />

d. het in voorschrift 1.3.1 .l opgenomen verlichtingsniveau van minimaal 750 lux is onjuist<br />

e. het voorschrift 1.5.1 .l. komt tweemaal voor;<br />

f. de tabel in voorschrift 1.5.1 .l. is niet geheel correct weergegeven;<br />

g. in de aanvraag is geen voorziening voor het verwisselen van LPG-wisselreservoirs opgenomen.<br />

Hierdoor kan niet volledig aan het gesteld in voorschrift 2.1.2.2. worden voldaan;<br />

h. de begrippenlijst moet aangepast worden ten aanzien van het punt geluidsniveau. Hieruit moet<br />

het woord "inclusief" worden verwijderd.<br />

Provincie Utrecht 5 NS <strong>Amersfoort</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving I branchegericht 8 januari 2002


Door de heer Hartman is verzocht om een gedachtenwisseling. <strong>De</strong>ze is gehouden op 17 oktober 2001.<br />

Tijdens de bespreking heeft betrokkene (samengevat) de volgende bedenkingen aangegeven:<br />

i. in de publicatie is als vestigingsplaats van de inrichting het Stationsplein vermeld. Dit adres is op<br />

grote afstand van de feitelijke uitbreiding gelegen;<br />

j. er wordt een onjuiste vergunning verleend;<br />

k. de tekeningen zijn verschillend voor wat betreft de vermelding van de gemeentegrens;<br />

I. de contourlijnen van de 55 dB(A) en 50 dB(A) worden verschoven;<br />

m. waarom zijn de locomotieven van het type 2200 in de gedoogtoestemming niet toegestaan en in<br />

de vergunning wordt het gebruik hiervan wel toegestaan;<br />

n. verwacht wordt dat de inrichting 's nachts overlast zal bezorgen (o.a. lichthinder);<br />

o. is de Wet verontreiniging oppervlaktewateren niet op deze uitbreiding van toepassing;<br />

p. er bestaat vrees voor stankoverlast.<br />

9.2 Overwegingen naar aanleiding van de ingebrachte bedenkingen<br />

-<br />

Ten aanzien van de bedenkingen van de gemeente Soest wordt het volgende overwogen:<br />

Ad a.<br />

In paragraaf 5.2 (de -directe en indirecte- gevolgen voor het milieu die de inrichting kan veroorzaken<br />

en de mogelijkheden tot de bescherming van het milieu) wordt aansluiting gezocht bij de akoestische<br />

informatie die bij de aanvraag is overgelegd. <strong>De</strong> hogere maximale geluidbelasting dan de<br />

voorkeursgrenswaarde op één van de beoordelingspunten is een gevolg van het remmen van de<br />

locomotieven. Op dit punt zijn er vooralsnog geen technische mogelijkheden deze belasting verder<br />

terug te brengen. In de handreiking industrielawaai en vergunningverlening wordt in dat geval het<br />

volgende aangegeven. In die gevallen waarin niet aan de grenswaarden kan worden voldaan, kunnen<br />

op basis van de afwijkingsbevoegdheid wegens bijzondere omstandigheden hogere maximale<br />

geluidsniveaus (L,) worden vergund. Daarnaast heeft NS Railinfrabeheer bij de aanvraag gevoegde<br />

akoestischerapportage aangegeven dat enkele organisatorische maatregelen zijn genomen om de<br />

geluidsniveaus waar mogelijk te beperken. Aangezien het remmen van de locomotieven de<br />

overschrijding veroorzaken, is een verdere beperking van de maximale belasting op beoordelingspunt<br />

86 op dit moment niet mogelijk. Onderhavige overweging dient tevens beschouwd te worden als<br />

overweging ten aanzien van de gevolgen die deze uitbreiding voor het milieu kan veroorzaken.<br />

Ad b.<br />

Voor wat betreft het gebruik van de locomotieven van het type 2200 of 6400 wordt het volgende<br />

opgemerkt. Bij de beoordeling ten tijde van de verlening van de gedoogtoestemming was onvoldoende<br />

informatie voorhanden ten aanzien van de verschillende types locomotieven. Er is toen geconcludeerd<br />

dat een nieuwer type locomotief (6400 serie) minder milieubelasting zou veroorzaken. Inmiddels is<br />

dergelijk informatie wel beschikbaar en blijkt dat de aanvankelijke veronderstelling niet geheel juist is.<br />

Het type 2200 blijkt wel een (verwaarloosbare) toename van de geluidbelasting te veroorzaken, maar<br />

heeft op andere onderdelen milieuhygiënische voordelen (o.a. roetuitstoot). Op basis van de nader<br />

verkregen informatie bestaat er voor ons onvoldoende grond het gebruik van de 2200 niet te<br />

vergunnen, dan wel verder te beperken dan het aangevraagde maximale percentage van 20%.<br />

Ten aanzien van de bedenkingen die door NS Railinfrabeheer Regio Randstad Noord (aanvrager) zijn<br />

ingebracht wordt het volgende overwogen:<br />

Ad c.<br />

<strong>De</strong> intentie van het bevoegd gezag ten aanzien van het beschrevene onder 2 in de considerans is<br />

eveneens geweest dat tot maximaal 20% gebruik kan worden gemaakt van de locomotieven van het<br />

type 2200. <strong>De</strong> considerans is op dit punt aangepast.<br />

Ad d.<br />

<strong>De</strong> constatering van de aanvrager dat het opgenomen lichtniveau (750 lux) onjuist is, is correct. Bij het<br />

opstellen van de voorschriften is ten onrechte uitgegaan van een hoeveelheid lux voor een<br />

binnenniveau. Het voorschrift is aangepast in die zin dat thans een doelvoorschrift is opgenomen,<br />

waarbij de exploitant ter voorkoming van gevaarlijke situaties dient zorg te dragen dat te allen tijde een<br />

voldoende oriëntatie mogelijk is.<br />

Ad e.<br />

Het is juist dat het voorschrift 1.5.1 .l. ten onrechte tweemaal voorkomt. <strong>De</strong> nummering is hierop<br />

aangepast.<br />

Provincie Utrecht 6 NS <strong>Amersfoort</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving / branchegericht 8 januari 2002


Ad f.<br />

<strong>De</strong> tabel in voorschrift 1.5.1 .l. is niet geheel correct overgenomen. In het onderhavige definitieve<br />

besluit is de tabel aangepast overeenkomstig de juiste situatie.<br />

Ad g.<br />

<strong>De</strong> transporteurs welke de inrichting bezoeken hebben de beschikking over een eigen heftruck.<br />

Hierdoor is binnen de inrichting geen voorziening aanwezig voor het verwisselen van LPGwisselreservoirs.<br />

Het bepaalde in voorschrift 2.1.2.2. is op dit punt aangepast, zodat het niet mogelijk<br />

is LPG-tanks binnen de inrichting te verwisselen.<br />

Ad h.<br />

<strong>De</strong> begrippenlijst is overeenkomstig de ingebrachte bedenking aangepast.<br />

<strong>De</strong> tijdens de gedachtenwisseling ingebrachte bedenkingen van de heer Hartman geeft aanleiding het<br />

volgende te overwegen:<br />

Ad i,<br />

<strong>De</strong> inrichting is formeel gevestigd aan het Stationsplein. Een spoorwegemplacement neemt echter een<br />

grote ruimte in beslag. <strong>De</strong> onderhavige uitbreiding is aan de noordlwestzijde van de gehele inrichting<br />

gelegen. Een andere aanduiding van de uitbreiding dan thans is aangegeven is derhalve niet mogelijk.<br />

<strong>De</strong> gehanteerde adressering is correct.<br />

Ad j.<br />

Het soort vergunning dat wordt verleend is mede afhankelijk van hetgeen door de aanvrager wordt<br />

ingediend. NS Railinfrabeheer heeft in dit geval een veranderingsvergunning aangevraagd. Voorts is<br />

er voor ons geen aanleiding om met gebruikmaking van artikel 8.4 van de Wet milieubeheer nu een<br />

revisievergunning te eisen. Rekeninghoudend met het aangevraagde is een juist vergunning verleend.<br />

Ad k.<br />

<strong>De</strong> vermelding van de gemeentegrens is in dit geval van ondergeschikte betekenis. Een vermeende<br />

andere weergave van de gemeentegrens op de verschillende tekeningen wordt mogelijk veroorzaakt<br />

door de verschillende schaalindelingen. Overigens is voor het verlenen van de vergunning de grens<br />

van de inrichting maatgevend en deze is op de tekeningen juist vermeld.<br />

Ad l.<br />

<strong>De</strong> contouren die hier aan de orde zijn, hebben betrekking op het gehele gezoneerde industrieterrein.<br />

Ook voor de onderhavige inrichting is rekening gehouden met deze zonering. In de geluidvoorschriften<br />

zijn die belastingen opgenomen waarbij rekening is gehouden met de zonegrenzen van 55 dB(A) en<br />

50dB(A). <strong>De</strong> veronderstelling dat de contouren opschuiven is niet juist.<br />

Ad m.<br />

Ten aanzien van de overwegingen op dit punt wordt volstaan met verwijzing naar het gestelde onder<br />

ad b.<br />

Ad n.<br />

<strong>De</strong> inrichting mag inwerking zijn van 07.00 uur tot 19.00 uur (voorschrift 1.2.1 .). Verwachte overlast in<br />

de nachtelijke uren is dan ook ongegrond. Voor zover het mogelijk zou zijn dat de lichtinstallatie na<br />

sluiting van de inrichting blijft branden is in voorschrift 1.3.1.2 bepaald dat gedurende de avond en<br />

nacht de verlichting uitgeschakeld moet zijn.<br />

Ad o.<br />

Er vindt geen lozingen op oppervlaktewateren plaats, zodat de Wet verontreiniging<br />

oppervlaktewateren niet van toepassing is.<br />

Ad p.<br />

Voor zover in deze veranderingsvergunning geen afionderlijke bepalingen zijn opgenomen, dient de<br />

exploitant aan de "moeder"vergunning te voldoen. In deze vergunning d.d. 1 december 1998 (nr.<br />

1998WEM003553i) zijn bepalingen opgenomen ten aanzien van het voorkomen van stankhinder. Er<br />

bestaat op dit moment onvoldoende aanleiding te veronderstellen dat stankhinder zal gaan optreden.<br />

Indien zich dergelijke omstandigheden gaan voordoen, kan op basis van de verleende vergunningen<br />

handhavend worden opgetreden.<br />

Provincie Utrecht 7 NS <strong>Amersfoort</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving 1 branchegericht 8 januari 2002


11 CONCLUSIE<br />

<strong>De</strong> aanvraag met bijbehorende stukken geven een duidelijk beeld van de activiteiten binnen de<br />

inrichting, de milieubelasting die de inrichting kan veroorzaken en de maatregelen die NS<br />

Railinfrabeheer Regio Randstad Noord treft om de milieubelasting tot een minimum te beperken.<br />

Het bovenstaande geeft, de artikelen 8.8 t/m 8.10 van de Wet milieubeheer in acht nemend, de<br />

overwegingen weer die hebben geleid tot een onderhavig besluit op de aanvraag.<br />

Gesteld kan worden dat er voor ons geen aanleiding is de gevraagde vergunning in het belang van de<br />

bescherming van het milieu te weigeren.<br />

<strong>De</strong> mogelijke nadelige gevolgen voor het milieu kunnen worden voorkomen dan wel tot een acceptabel<br />

niveau worden beperkt door de aan deze vergunning verbonden voorschriften. Wij hebben derhalve<br />

besloten als weergegeven onder 1.<br />

12 AFSCHRIFTEN<br />

Afschriften van deze beschikking worden gezonden aan:<br />

- NS Railinfrabeheer Regio Randstad Noord, Postbus 2520, 1000 CM Amsterdam;<br />

- <strong>De</strong> heer A.P.M. Hartman, Birkstraat 109, 3768 HD Soest;<br />

- Waterschap Vallei en Eem, Postbus 330,3830 AJ Leusden<br />

- het college van burgemeester en wethouders van <strong>Amersfoort</strong>;<br />

- het college van burgemeester en wethouders van Soest;<br />

- Inspectie Milieuhygiëne Regio Noord-West, Postbus 1 182, 2001 BD Haarlem.<br />

Gedeputeerde Staten van Utrecht,<br />

namens hen,<br />

Provincie Utrecht 9 NS <strong>Amersfoort</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving 1 branchegericht 8 januari 2002


10 WIJZIGINGEN TEN OPZICHTE VAN HET ONTWERPBESLUIT<br />

Ten opzichte van het ontwerpbesluit zijn de volgende voorschriften aan het onderhavige besluit<br />

toegevoegd, dan wel hebben deze een wijziging ondergaan.<br />

- gewijzigde voorschrifien<br />

1.3.1 .l. <strong>De</strong> verlichting van het bedrijfsterrein moet zodanig zijn dat een behoorlijke oriëntatie mogelijk<br />

is; indien dit niet het geval is mogen geen los- en laadactiviteiten worden verricht.<br />

1.5.1 .l Het equivalente geluidsniveau (LAeq) en het maximale geluidsniveau (Lmax), veroorzaakt<br />

door de in de inrichting aanwezige toestellen en installaties, alsmede door de in de inrichting<br />

verrichte werkzaamheden, mag op 5 meter hoogte, ter plaatse van de in bijlage 2<br />

aangegeven beoordelingspunten en geluidgevoelige bestemmingen, niet meer bedragen<br />

dan:<br />

Dagperiode<br />

07.00-1 9.00 uur<br />

Beoordelingspunt<br />

45 Soestenveg 531<br />

56 Soesterweg 525<br />

67 Flat Westgevel<br />

80 Perc.flat 2e verd.<br />

81 Verpleeghuis<br />

82 Zuidzijde (S'weg531)<br />

85 Boerderij Bremerweg<br />

86 Boerderij <strong>Birkt</strong><br />

87 Zonepunt A<br />

88 Zonepunt B<br />

89 Zonepunt C<br />

90 Zonepunt D<br />

91 Zonepunt E<br />

Woonwagencentrum (WWC)<br />

LAeq<br />

Lmax<br />

55<br />

48<br />

51<br />

42<br />

4 1<br />

53<br />

42<br />

50<br />

42<br />

40<br />

40<br />

3 9<br />

41<br />

44<br />

2.1.2.2. Behoudens het op de heftruck bevestigde verwisselbare LPG-brandstofreservoir, mag in de<br />

inrichting geen LPG-brandstofreservoir aanwezig zijn.<br />

Begripsbepalingen:<br />

Geluidniveau <strong>De</strong> geluidsniveaus zijn uitgedrukt in dB(A).<br />

Ter plaatse van beoordelingspunten worden geluidsniveaus bedoeld van het<br />

invallende geluid. Ter plaatse van geluidgevoelige bestemmingen zijn de<br />

geluidsniveaus exclusief gevelreflectie. Het maximale geluidsniveau (Lmax) dient te<br />

worden gemeten in de meterstand 'Fast'.<br />

- Toegevoegde voorschriflen<br />

1.3.1.2 Tussen 19.00 uur en 7.00 uur moet de verlichting zijn uitgeschakeld.<br />

Provincie Utrecht 8 NS <strong>Amersfoort</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving 1 branchegericht 8 januari 2002


Beroepsmogelijkheid<br />

Tegen dit besluit kan tot en met 28 februari 2002 beroep worden ingesteld bij de afdeling<br />

Bestuursrechtspraak van de Raad van State.<br />

Het beroep kan worden ingesteld door belanghebbenden die bedenkingen tegen het ontwerpbesluit<br />

hebben ingediend of aan wie redelijkerwijs niet kan worden verweten geen bedenkingen te hebben<br />

ingebracht tegen het ontwerp van het besluit of als u bedenkingen hebt tegen de wijzigingen ten<br />

opzichte van het ontwerpbesluit.<br />

Het beroepschrift moet worden ondertekend en moet ten minste de volgende gegevens bevatten:<br />

1. de naam en het adres van de indiener;<br />

2. de dagtekening;<br />

3. een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht;<br />

4. de gronden van het beroep.<br />

Bij het beroepschrift moet zo mogelijk een afschrift van het besluit waarop het geschil betrekking heeft,<br />

worden overgelegd.<br />

Het beroepschrift moet in tweevoud worden gezonden aan de Raad van State, Afdeling<br />

bestuursrechtspraak, Postbus 20019, 2500 EA 's-Gravenhage Voor indiening van een beroepschrift is<br />

f 241 ,O0 (C 109,OO) griffierecht verschuldigd voor een natuurlijke persoon en j 481 ,O0 (E 218,OO) voor<br />

een rechtspersoon.<br />

Indien beroep is ingesteld tegen dit besluit kan ook om een voorlopige voorziening worden gevraagd<br />

indien onverwijlde spoed dat vereist. Het verzoek moet worden gedaan bij de voorzitter van de<br />

Afdeling bestuursrechtspraak. Daarbij is hetzelfde griffierecht opnieuw verschuldigd.<br />

Provincie Utrecht 1 O NS <strong>Amersfoort</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving I branchegericht 8 januari 2002


Bijlage 1<br />

Voorschriften behorende bij het besluit (veranderingsvergunning)<br />

ingevolge de Wet milieubeheer voor NS Railinfrabeheer<br />

(goederenemplacement) te <strong>Amersfoort</strong>, d.d. 8 januari 2002, nummer<br />

2001 WEMO04389i.<br />

Inhoudsopgave<br />

1 ALGEMENE VOORSCHRIFTEN<br />

1 .l Algemeen<br />

1.2 Werktijden<br />

1.3 Terreinen en wegen<br />

1.3.1 Algemeen<br />

1.4 Gedragsvoorschriften/instructies<br />

1.5 Geluidhinder<br />

1.5.1 Aandachtspunten<br />

1.6 Geuroverlast<br />

1.7 Energie<br />

1 .ï.l MJA-bedrijf, wel BEP met advies NOVEM<br />

2 SPECIFIEKE BEDRIJFSONDERDELENIACTIVITEITEN<br />

2.1 Vorkheftrucks<br />

2.1.1 Algemeen<br />

2.1.2 LPG-wisselreservoirs<br />

2.1.3 Opslag en verladen van vaste stoffen in bulk<br />

3 BEGRIPSBEPALINGEN<br />

BIJLAGE 2: OVERZICHTSKAART GELUIDMEETPUNTEN<br />

Provincie Utrecht 1 NS <strong>Amersfoort</strong> <strong>De</strong> <strong>Birkt</strong><br />

Sector vergunningen en handhavind branchegericht 8 januari 2002


l<br />

Algemene voorschriften<br />

1 .l Algemeen<br />

1 .l .l Voor de uitbreiding van het bestaande emplacement <strong>Amersfoort</strong>, door het inzetten van<br />

locomotieven van de 2200 serie met een aandeel van 115 van het totaal aantal<br />

bewegingen, blijven de voorschriften behorend bij de Wet milieubeheervergunning van<br />

1 december 1998 nr. 1998WEM003553i onverkort van toepassing.<br />

1 .l.2 Het begrip inrichting in deze vergunning heeft alleen betrekking op de uitbreiding (Laad<br />

en Losplaats <strong>De</strong> <strong>Birkt</strong>).<br />

1.1.3 <strong>De</strong> inrichting moet, voor zover hierna niet anders aangegeven en voor zover van<br />

toepassing op de inrichting, in overeenstemming zijn met voorschriften behorend bij de<br />

Wet milieubeheervergunning van 1 december 1998 nr. 1998WEM003553i.<br />

1 .l.4 Binnen de inrichting mogen geen gevaarlijke stoffen worden op of overgeslagen.<br />

l .2<br />

Werktijden<br />

1.2.1 Laad en loswerkzaamheden binnen de inrichting, mogen alleen plaatsvinden tussen 7.00<br />

uur en 19.00 uur.<br />

1.3 Terreinen en wegen<br />

1.3.1 Algemeen<br />

1.3.1 .l <strong>De</strong> verlichting van het bedrijfsterrein moet zodanig zijn dat een behoorlijke oriëntatie<br />

mogelijk is; indien dit niet het geval is mogen geen los- en laadactiviteiten worden<br />

verricht.<br />

1 .3.l .2 Tussen 19.00 uur en 7.00 uur moet de verlichting zijn uitgeschakeld.<br />

1.3.1.3 <strong>De</strong> vrachtwagens ten behoeve van laad- en losactiviteiten dienen, om bij het laad- en<br />

losbordes van te komen gebruik te maken van de Amsterdamseweg en <strong>De</strong> <strong>Birkt</strong>.<br />

1.4 Gedragsvoorschriftenlinstructies<br />

1.4.1 Het aantrekken van insecten, knaagdieren en ander ongedierte moet zo veel mogelijk<br />

worden voorkomen. Zo vaak de omstandigheden daartoe aanleiding geven, moet<br />

doelmatige bestrijding van insecten, knaagdieren en ander ongedierte plaatsvinden.<br />

Provincie Utrecht 2 NS <strong>Amersfoort</strong> <strong>De</strong> <strong>Birkt</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving1 branchegencht 8 januari 2002


Geluidhinder<br />

Algemeen<br />

Het equivalente geluidsniveau (LAeq) en het maximale geluidsniveau (Lmax),<br />

veroorzaakt door de in de inrichting aanwezige toestellen en installaties, alsmede door de<br />

in de inrichting verrichte werkzaamheden, mag op 5 meter hoogte, ter plaatse van de in<br />

bijlage 2 aangegeven beoordelingspunten en geluidgevoelige bestemmingen, niet meer<br />

bedragen dan:<br />

Dagperiode<br />

07.00-19.00 uur<br />

Beoordelingspunt<br />

45 Soesterweg 531<br />

56 Soesterweg 525<br />

67 Flat Westgevel<br />

80 Perc.flat 2e verd.<br />

81 Verpleeghuis<br />

82 Zuidzijde (S1weg531)<br />

85 Boerderij Bremerweg<br />

86 Boerderij <strong>Birkt</strong><br />

87 Zonepunt A<br />

88 Zonepunt B<br />

89 Zonepunt C<br />

90 Zonepunt D<br />

91 Zonepunt E<br />

Woonwagencentrum (WWC)<br />

Lmax<br />

60<br />

60<br />

60<br />

60<br />

60<br />

70<br />

65<br />

73<br />

60<br />

60<br />

60<br />

60<br />

60<br />

66<br />

Aandachtspunten<br />

Ter voorkoming van onnodige geluidsoverlast van vorkheftrucks en motorvoertuigen<br />

dienen de wegen op het terrein van de inrichting te zijn voorzien van een egaal wegdek,<br />

dat in een goede staat van onderhoud verkeert en wordt gehouden.<br />

Het "warmdraaien" van motoren van vrachtauto's binnen het open terrein van de inrichting<br />

mag niet langer duren dan 5 minuten en mag uitsluitend het verkrijgen van lucht voor het<br />

remsysteem ten doel hebben.<br />

Geuroverlast<br />

<strong>De</strong> voorschriften opgenomen in paragraaf 2.3.2 van de vergunning van<br />

1 december 1998 nr. 1998WEM003553i zijn voor Laad en Losplaats <strong>De</strong> <strong>Birkt</strong><br />

onverminderd van toepassing, met dien verstande dat voor "spoor 20" uit voorschrift<br />

2.3.2.1 "<strong>De</strong> <strong>Birkt</strong>'' moet worden gelezen.<br />

Energie<br />

MJA-bedrijf, wel BEP met advies NOVEM<br />

<strong>De</strong> in het aan het bevoegd gezag overgelegde BEP aangegeven zekere maatregelen<br />

moeten voor het einde van de looptijd van de MJA zijn ingevoerd. <strong>De</strong>ze maatregelen<br />

mogen zijn vervangen door andere technieken of maatregelen die ten minste dezelfde<br />

energiebesparing tot gevolg hebben. Jaarlijks moet over de voortgang van de uitvoering<br />

van het BEP worden gerapporteerd aan het bevoegd gezag.<br />

Provincie Utrecht 3 NS <strong>Amersfoort</strong> <strong>De</strong> <strong>Birkt</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving/ branchegericht 8 januan 2002


1.7.1 .2 Na beëindiging van de deelname aan de MJA moet de vergunninghoud(st)er dit binnen<br />

3 maanden, met opgaaf van de reden van beëindiging van de deelname aan de MJA, melden<br />

aan het bevoegd gezag.<br />

1.7.1.3 Na eventuele beëindiging van de deelname aan de MJA kan het bevoegd gezag aanvullende<br />

eisen stellen met betrekking tot energie.<br />

2 Specifieke bedrijfsonderdelenlactiviteiten<br />

2.1 Vorkheftrucks<br />

2.1 .l Algemeen<br />

2.1.1.1 Een verbrandingsmotor van een vorkheftruck moet zodanig zijn afgesteld dat de uitlaatgassen<br />

nagenoeg roet- en rookloos zijn. <strong>De</strong> verbrandingsmotor moet zijn voorzien van een<br />

doelmatige geluiddemper in de uitlaat.<br />

2.1 .l.2 Buiten de werktijd mogen geen heftrucks aanwezig zijn binnen de inrichting.<br />

2.1 .l.3 Het verwisselen van het brandstofreservoir van een vorkheftruck met een LPG-gestookte<br />

verbrandingsmotor mag alleen in de buitenlucht geschieden.<br />

2.1 .l.4 Binnen de inrichting is het is verboden een LPG-reservoir te vullen.<br />

2.1 .l.5 Het brandstofreservoir moet deugdelijk aan de heftruck zijn bevestigd. Indien gebruik wordt<br />

gemaakt van een verwisselbaar brandstofreservoir moeten daartoe ten minste 2 passende<br />

klemmen of beugels permanent aan de heftruck zijn bevestigd.<br />

2.1 .l.6 <strong>De</strong> juiste stand van het brandstofreservoir moet op het brandstofreservoir door middel van een<br />

onuitwisbaar merkteken zijn aangegeven.<br />

2.1 .l.7 Het brandstofreservoir en de daarop bevestigde appendages en leidingen moeten zodanig<br />

zijn aangebracht, dat deze tegen aanrijding zijn beschermd en niet door het laden of het<br />

verschuiven van de lading kunnen worden beschadigd.<br />

2.1 .l.8 <strong>De</strong> appendages op het brandstofreservoir moeten onder alle omstandigheden gemakkelijk<br />

bereikbaar zijn, eventueel na het openen van het deksel van een appendagekast of na het<br />

wegnemen van een beschermkap.<br />

2.1.2.1 LPG-wisselreservoirs waarvan de goedkeuring door de Stoomwezen B.V., een door<br />

Stoomwezen B.V. geaccepteerde deskundige of een ingevolge de EEG-kaderrichtlijn<br />

761767lEEG aangewezen instantie niet of blijkens de ingeponste datum niet tijdig heeft<br />

plaatsgevonden, mogen niet in de inrichting aanwezig zijn. <strong>De</strong> beproeving moet periodiek zijn<br />

herhaald overeenkomstig de termijnen aangegeven in het VLG.<br />

2.1.2.2 Behoudens het op de heftruck bevestigde verwisselbare LPG-brandstofreservoir, mag in de<br />

inrichting geen LPG-brandstofreservoir aanwezig zijn.<br />

2.1.2.3 Bewerkingen als lassen, boren en dergelijke, aan of in een brandstofreservoir zijn binnen de<br />

inrichting verboden.<br />

Provincie Ubecht 4 NS <strong>Amersfoort</strong> <strong>De</strong> <strong>Birkt</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving/ branchegericht 8 januari 2002


2.1.2.4 Een beschadigd enlof lek brandstofreservoir moet onmiddellijk in de buitenlucht worden<br />

gebracht en watervast worden gemerkt met het woord "DEFECT onderscheidenlijk "LEK. <strong>De</strong><br />

nodige maatregelen moeten worden genomen om brand- en ontploffingsgevaar te voorkomen.<br />

Van het een en ander moet de plaatselijke brandweer terstond in kennis worden gesteld. Het<br />

personeel moet hieromtrent zijn geïnstrueerd. Een beschadigd enlof lek brandstofreservoir<br />

moet ten spoedigste aan de leverancier of andere erkende belverwerker worden<br />

(terug)gezonden.<br />

2.1.3 Opslag en verladen van vaste stoffen in bulk<br />

2.1.3.1 Tijdens het verladen moet er toezicht worden gehouden om:<br />

1 het verladen veilig en zonder lekkage te doen verlopen;<br />

2 onvoorziene situaties te signaleren;<br />

3 maatregelen te treffen.<br />

2.1.3.2 Bij het verlaten van de inrichting moeten transportvoertuigen schoon zijn.<br />

Provincie Utrecht 5 NS <strong>Amersfoort</strong> <strong>De</strong> <strong>Birkt</strong><br />

Sector vergunningen en handhavingl branchegericht 8 januari 2002


3. Begripsbepalingen<br />

In de bij deze vergunning behorende voorschriften wordt verstaan onder:<br />

Afvalstoffen, Afvalstoffen als bedoeld in artikel 1 .l. van de Wet milieubeheer<br />

Bevoegd gezag Het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht, Postbus 80300, 3508<br />

TH Utrecht, telefax 030-2 52 25 64 of het milieuklachtennummer: 06-022 55 10.<br />

dB@)<br />

<strong>De</strong>ciBell met toepassing van de A-weging. Tienmaal de logaritme met basis tien van<br />

de verhouding van twee vermogens (geluidsniveau versus een referentiewaarde).<br />

Equivalent geluidsniveau (LAeq)<br />

Het gemiddelde van de afwisselende niveaus van ter plaatse in de loop van een<br />

bepaalde periode optredende geluidsniveaus.<br />

Geluidhinder<br />

Geluidniveau<br />

Installaties<br />

Gevaar, schade of hinder als gevolg van geluid.<br />

<strong>De</strong> geluidsniveaus zijn uitgedrukt in dB(A).<br />

Ter plaatse van beoordelingspunten worden geluidsniveaus bedoeld van het<br />

invallende geluid. Ter plaatse van geluidgevoelige bestemmingen zijn de<br />

geluidsniveaus exclusief gevelreflectie. Het maximale geluidsniveau (Lmax) dient te<br />

worden gemeten in de meterstand 'Fast'.<br />

Het samenstel van met elkaar verbonden of te verbinden "objecten", die zijn bestemd<br />

voor c.q. zijn aangebracht ten behoeve van het transporteren, afwegen, doseren,<br />

verwerken (waar onder verbranden) enlof opslaan en dergelijke van stoffen. Onder<br />

objecten worden in dit verband verstaan procesvaten (w.0 distillatie- en roerketels),<br />

luchtbehandelingstoestellen, (opslag-)tanks, leidingen, appendages en dergelijke met<br />

inbegrip van randapparatuur, meet-, regel- en beveiligingsapparatuur.<br />

Toezichthouder Een door gedeputeerde staten van de provincie Utrecht aangewezen persoon, belast<br />

met het toezicht op de naleving van de milieuwetgeving.<br />

Vergunning<br />

Een vergunning als bedoeld in artikel 8.1 van de Wet milieubeheer.<br />

Verontreiniging van de bodem<br />

Verontreiniging van de bodem anders dan bedoeld in art.30 Wet bodembescherming.<br />

VLG<br />

Het reglement betreffende het vervoer over land van gevaarlijke stoffen.<br />

Wet milieubeheer <strong>De</strong> Wet milieubeheer (stb. 1992, 551).<br />

Woning<br />

Een gebouw of deel van een gebouw dat voor bewoning gebruikt wordt of daartoe is<br />

bestemd.<br />

Provincie Utrecht 6 NS <strong>Amersfoort</strong> <strong>De</strong> <strong>Birkt</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving/ branchegericht 8 januari 2002


BIJLAGE 2: overzichtskaart geluidmeetpunten<br />

Behoort bij voorschrift 1.5.1 .l en bestaat uit tekeningnummer Ut1 65.1 .l 001 van de aanvullende<br />

informatie WM-aanvraag voor het emplacement <strong>Amersfoort</strong> goederen van 6 maart 2001.<br />

Provincie Utrecht 7 NS <strong>Amersfoort</strong> <strong>De</strong> <strong>Birkt</strong><br />

Sector vergunningen en handhaving/ branchegencht 8 januari 2002

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!