08.03.2015 Views

2006 Thema Vieren

2006 Thema Vieren

2006 Thema Vieren

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

VIEREN -<br />

AAN HET<br />

VANZELFSPREKENDE<br />

VOORBIJ


INHOUDSOPGAVE<br />

03. VOORWOORD - FIEF BLEESER & PETER ADRIAANSEN<br />

04. FEESTEN - FRITS LITMAATH<br />

06. VANUIT SPIRITUALITEIT GEZIEN - LIA VAN AALSUM<br />

10. VIEREN DOE JE MET KINDERBOEKEN - MARIJKE BOUWHUIS<br />

13. ‘VIEREN’ IN HET DIGITAAL PORTFOLIO - DIANA GIBBELS<br />

14. ONTMOETING AAN TAFEL - BEA BISSELING & MARCELLE HILGERS<br />

15. MENUKAART<br />

16. IETS TE VIEREN - MARIËTTE WOLBERS<br />

19. PROJECT KIND EN KUNST - MIRJAM JAKUBOWSKI<br />

20. VOOR VIEREN - PETER VAN HASSELT<br />

22. METAMORFOSE TOT SINTERKLAAS<br />

25. FOTO’S: FEEST VIEREN<br />

27. COLOFON


VIEREN IN BREDER PERSPECTIEF<br />

Met gepaste trots biedt het bestuur van de<br />

alumnicommissie u het tweede nummer aan van<br />

ons blad Chronos. Nadat vorige keer het thema<br />

“Tijd” is gekozen, is het deze keer “<strong>Vieren</strong>” geworden.<br />

Zoals u vermoedelijk al weet, neemt vieren een<br />

belangrijke plaats in op onze opleiding. We komen<br />

er ieder jaar op terug in ons curriculum. We hebben het opgenomen<br />

in onze opleidingsprofielen. Daarin staat onder andere voor<br />

een eerstejaars student:<br />

“De student is opleidingsbekwaam in ‘<strong>Vieren</strong>’ op school wanneer<br />

hij zichtbaar en bespreekbaar maakt dat hij kleine momenten in<br />

zijn stagegroep kan herkennen waarop sprake is van samen geraakt<br />

en ontroerd worden, zowel bij verlies als bij succesjes. Hij creëert<br />

een ontspannen en veilige omgeving in zijn groep door een positieve<br />

benadering te hanteren. Hierdoor kan hij speciale momenten<br />

op een natuurlijke manier met de kinderen ‘vieren’. Waar mogelijk<br />

participeert hij en helpt hij mee bij georganiseerde vieringen in de<br />

schoolorganisatie. Hij reflecteert regelmatig op de waarde van ‘vieren’<br />

voor hemzelf.”<br />

In het artikel van Lia van Aalsum worden waarden van reflecteren op<br />

vieren duidelijk verwoord en zij bekijkt het thema vanuit de spiritualiteit<br />

waardoor het thema een diepere dimensie krijgt.<br />

Marijke Bouwhuis legt de relatie tussen vieren en kinderboeken en<br />

onderstreept de ondersteuning van boeken en mogelijkheden die<br />

dat heeft als men voor kinderen in het basisonderwijs vieringen organiseert.<br />

Zij geeft tevens aan hoe in PABO-1 de studenten hiervoor<br />

worden opgeleid.<br />

Mariette Wolbers geeft fantastische voorbeelden van concrete<br />

kinderuitspraken op school.<br />

Mirjam Jakubowski geeft een beschrijving van een projekt ‘kind en<br />

kunst’ en legt hierbij de relatie tussen kunst en feesten.<br />

Frits Litmaath heeft ons weer verrast met een toepasselijk gedicht.<br />

Bij deze wil ik iedereen die een bijdrage aan het totstandkomen van<br />

dit nummer heeft geleverd hartelijk bedanken.<br />

Fief Bleeser,<br />

Voorzitter<br />

IDEEËN VOOR DE ONTWIKKELING VAN DE<br />

ALUMNIVERENIGING CHRONOS<br />

Het is al weer twee jaar geleden dat we<br />

aan de Groenewoudseweg een grandioze<br />

reünie hadden. We vierden toen<br />

het 100-jarig bestaan van katholiek<br />

opleidingsonderwijs in de regio Arnhem-Nijmegen.<br />

Toen hebben we reünisten<br />

van Insula Dei, Paulus, Rosa,<br />

de OK, Petrus Canis, de KPA en Groenewoud<br />

mogen ontvangen. Al snel is toen de vraag opgekomen<br />

of we de gegevens die we hadden verzameld moesten<br />

gebruiken alleen voor deze ene gelegenheid of dat we<br />

er een vervolg aan moesten geven. Dat heeft geresulteerd<br />

in de oprichting van de alumnivereniging op 05.05.2005.<br />

Er is een bestuur, er worden nieuwsbrieven verzonden en<br />

er is al een boekje verschenen en een terugkomdag georganiseerd<br />

in mei <strong>2006</strong>. Het bestuur heeft zich sinds de<br />

start steeds beziggehouden met de vraag wat we nu eigenlijk<br />

willen met die alumnivereniging. In het eerste boekje<br />

hebben we onze doelstellingen duidelijk gemaakt. We willen<br />

contact houden met onze oud-studenten en oud-personeelsleden.<br />

We willen dat omdat in ieder geval een deel<br />

van die oud-studenten en oud-personeelsleden hebben laten<br />

merken het prettig te vinden om elkaar te ontmoeten.<br />

Hierbij speelt contact en gezelligheid een grote rol. Daarnaast<br />

willen we deze contacten ook om op deze manier de<br />

relaties met het werkveld waarvoor we opleiden te blijven<br />

onderhouden. We willen op de hoogte blijven van de ontwikkelingen<br />

die oud-studenten doormaken omdat we hier<br />

van kunnen leren. Van de andere kant willen we oud-studenten<br />

op de hoogte laten blijven van de ontwikkelingen<br />

binnen de opleiding omdat daar ook interessante zaken,<br />

bijvoorbeeld voor de verdere professionalisering, uit te<br />

halen zijn.<br />

In Nederland begint het de gewoonte te worden om die<br />

contacten voor deze doeleinden structureel te onderhouden.<br />

In het buitenland kom je daar op veel plaatsen voorbeelden<br />

van tegen. Wij willen in ieder geval onderzoeken<br />

of vormen van wederzijdse kennisdistributie, naast het<br />

gezelligheidsaspect, een belangrijk onderdeel is van onze<br />

alumnivereniging.<br />

We blijven u over ontwikkelingen op dit vlak op de hoogte<br />

houden.<br />

Peter Adriaansen<br />

Pabo Groenewoud Nijmegen<br />

(03


FEESTEN<br />

Temidden van het daagse doen,<br />

als afwisseling van eentonigheid<br />

viert een mens bij tijden het leven.<br />

Alledaagse sleur wordt doorbroken:<br />

bij geboorte, verjaardag en huwelijk<br />

wordt leven genoten met rituelen.<br />

04)<br />

Elke religie heeft haar hoogtijdagen,<br />

in iedere cultuur is feest een gegeven<br />

of het nu carnaval heet of Sinterklaas.<br />

Je kunt vakantie –dolce far nientevieren,<br />

van een examenuitslag of<br />

promotie genieten, een feest geven.<br />

Het grootste feest moet wel zijn, dat<br />

je jezelf aanvaardt en je medemensen.<br />

Dan vier je het leven kwetsbaar echt.<br />

Frits Litmaath, 28 juni <strong>2006</strong>


VANUIT SPIRITUALITEIT GEZIEN<br />

VIEREN – AAN HET VANZELFSPREKENDE VOORBIJ<br />

06)<br />

Een pas op de plaats<br />

Wanneer wij iets vieren, maken wij als het ware een pas<br />

op de plaats. De dagelijkse gang van zaken wordt doorbroken<br />

voor een moment of afgebakende tijd van feestelijkheid<br />

of plechtigheid. De definitieve koop van het huis,<br />

een vijfentwintigjarig jubileum op het werk, het behalen<br />

van het einddiploma of het eerste “mama!” dat jouw<br />

kindje laat horen; het zijn aanleidingen voor een passend<br />

moment van aandacht, met een slinger of een slokje, een<br />

woordje of een kus. Ook als samenleving vieren wij. Vijf<br />

mei en Koninginnedag bijvoorbeeld zijn typisch Nederlands.<br />

Het leven vieren<br />

<strong>Vieren</strong> doen we ook rond de levensloop. Met geboorte en<br />

verjaardag wiebelen ballonnen, bij een bijzonder tijdstip<br />

binnen de relatie of het huwelijk heffen we het glas. In<br />

ons land heeft de christelijke godsdienst daarin eeuwenlang<br />

een belangrijke rol gespeeld. Mede middels de sacramenten<br />

– zeven in de rooms-katholieke kerk en twee<br />

in de protestants-christelijke kerk – wordt dan de heiligheid<br />

van het leven bevestigd bij de aanvang (doop), in<br />

de unieke relatie (huwelijkssluiting) en bij sterven (ziekenzalving<br />

en uitvaart). Minder sterk verbonden aan de<br />

levensloop, maar wel van betekenis voor het leven als<br />

zodanig, zijn de feesten en herdenkingsdagen van de<br />

godsdiensten door het jaar heen. Zij plaatsen individu<br />

en gemeenschap in het licht van de goddelijke oorsprong<br />

en leiding van ieders leven. De belangrijkste feesten die<br />

we in Nederland kennen, zijn het Hindoestaanse Divalifeest,<br />

het joodse Jom Kippoer, het christelijke Kerstmis<br />

en Pasen en het islamitische offerfeest. Op deze feesten<br />

worden cruciale gebeurtenissen en ervaringen van de<br />

traditie gevierd. Deze feesten worden echter gedragen<br />

door de religieuze praktijk van alledag en het ritme van<br />

de week: de hindoeïstische offerdiensten van elke dag,<br />

de wekelijkse joodse sabbatviering, de christelijke eredienst<br />

op zondag en de dagelijkse islamitische gebedspraktijk<br />

(de salat). In Nederland heeft de christelijke<br />

godsdienst – of moeten we zeggen, ‘het instituut kerk’?<br />

– sterk aan betekenis verloren. Toch is er ook sprake van<br />

een hernieuwde of voortgaande religieuze belangstelling<br />

in brede zin en is er zelfs een maatschappelijk middenkader,<br />

waar ook het onderwijs deel van uitmaakt, dat zich<br />

opnieuw bezint op de waarde van de christelijke traditie.<br />

Het besef leeft dat het leven niet vanzelfsprekend is en<br />

een grond heeft die zich aan onze grip onttrekt. Godsdienstige<br />

tradities kunnen helpen daarin een weg te<br />

gaan, mits ze openen en niet verstikken, mits ze aanreiken<br />

en niet indoctrineren. Of de godsdienstige instituties<br />

die kracht hebben, is een vraag. Van groot belang is in<br />

ieder geval dat we leren in religieus opzicht volwassen te<br />

worden en de verantwoordelijkheid voor onze levenszin<br />

niet aan instituties overlaten, maar zelf ter hand nemen.<br />

Spiritualiteit is dan een sleutel. Het opent het veld van de<br />

persoonlijke gevoeligheid voor het mysterie en verbindt<br />

met tradities die door de eeuwen heen, zowel binnen als<br />

buiten de godsdiensten, deze gevoeligheid gevoed hebben.<br />

Stilstaan bij de betekenis van vieren is daarbij een<br />

mooie insteek.


08)<br />

Aan het vanzelfsprekende voorbij<br />

Wanneer we werkelijk iets vieren – en dan gaat het niet<br />

over een oppervlakkig feestje – geven we daarmee te<br />

kennen dat we het leven naar waarde schatten. De liefde<br />

van een partner, de zorg voor een kind, het feit dat we leven;<br />

op onze beste momenten ondergaan we het als iets<br />

dat ons is toevertrouwd. Hoewel we ons samen inspannen<br />

om de kwaliteit van bijvoorbeeld de relatie, het werk<br />

of het gezinsleven op peil te houden, voelen we soms ook<br />

aan dat hier iets gaande is dat we niet zelf in de hand<br />

hebben. In ons samen leven en werken licht er soms iets<br />

op van kostbaarheid, meer klassiek gezegd, van genade.<br />

Wanneer we in onze agenda’s en persoonlijke ritme tijd<br />

uitsparen om te vieren, erkennen we dat. De een zal<br />

daar bewuster mee omgaan dan de ander. Maar de onderstroom<br />

van vieren is dat het ons aan het vanzelfsprekende<br />

voorbij brengt.<br />

Vanuit het heden naar verleden en toekomst<br />

Wanneer we vieren, verbinden we ons, vanuit het heden<br />

met het verleden en de toekomst. We kijken terug: ‘weer<br />

een jaar voorbij’ of ‘hoe was het, hoe begon het destijds<br />

met mij, met ons?’ Wat waren daarin belangrijke momenten,<br />

moeilijke tijden? Nu sta ik hier, verlegen met mijn<br />

verjaardag, of samen ontroerd met deze dag, met sporen<br />

van verwondering of dankbaarheid. Dat ik op dit punt ben<br />

aangekomen, dat wij als gemeenschap dit moment hebben<br />

bereikt, is niet vanzelfsprekend. We hebben er zelf<br />

aan gewerkt, maar er waren ook krachten – vaak onbenoembaar<br />

– die ons droegen en leidden. Vanuit dat besef<br />

willen we vooruit kijken en verder gaan. We doen dat in<br />

het vertrouwen dat er, wanneer we oprecht uit zijn op het<br />

goede, er momenten zullen komen waarop dat goede ons<br />

aangereikt wordt.<br />

Valt er wel iets te vieren?<br />

Soms zijn er perioden, binnen de gemeenschap waarin<br />

je werkt of leeft, of in je innerlijk, dat er naar jouw idee<br />

weinig te vieren valt. Er is sprake van overdruk, er wordt<br />

teveel gevraagd, de zaak raakt overspannen. Dit kan veel<br />

oorzaken hebben. Vaak is het een samenspel van factoren<br />

die zowel extern als intern spelen, of het nu om jou<br />

persoonlijk gaat, om een relatie of de groep als geheel<br />

(bijvoorbeeld een gezin, een werkgemeenschap). Anders<br />

is het als een ernstige ziekte zich aandient, of wanneer<br />

we geconfronteerd worden met het onbegrijpelijke<br />

sterven van een dierbare. Vaak staan we dan met lege<br />

handen, zoeken we naar zin die niet te vinden is. Hoe<br />

moeilijk ook, juist in deze perioden van overspanning<br />

of intens verdriet is het van groot belang dat we contact<br />

zoeken met de kostbaarheid van het leven die, wanneer<br />

we in blijdschap vieren, zo dichtbij kan zijn. Niet als een<br />

doekje voor het bloeden, maar als de draad die houvast<br />

geeft om vanuit donkerte ons zicht op het licht niet te<br />

verliezen. Het besef van onze beste momenten, namelijk<br />

dat het leven niet vanzelfsprekend is, kan ons helpen<br />

om angst of woede niet het laatste woord te geven.<br />

De aantasting door overdruk, overspanning of verdriet<br />

kan enorm zijn. Maar wanneer we – heel aarzelend misschien,<br />

maar oprecht – het genadevolle van het leven<br />

zoeken, kan dit de opening zijn waardoor het vertrouwen<br />

in ons leven terugkomt en we onze weg hervinden.<br />

Een levenswijze om in te groeien<br />

In het licht van bovenstaande zal duidelijk zijn dat het


vieren van bijzondere momenten in ons leven niet overbodig<br />

is, maar onmisbaar. Wanneer wij regelmatig stilstaan<br />

bij de kostbaarheid van ons leven en de wijze waarop dat<br />

zich vormt, oefenen we ons in een houding van eerbied.<br />

We ontwikkelen onze spiritualiteit. We groeien in een levenswijze<br />

die vol vertrouwen is: in onszelf, in de ander,<br />

in het leven als zodanig en in de dragende grond van ons<br />

bestaan. Precies dit laatste wordt door de godsdiensten<br />

uitvergroot. Met liturgie, rituelen en richtlijnen voor het<br />

gedrag hopen zij deze levenshouding te voeden. Onder<br />

invloed van allerlei factoren is in Nederland dit christelijke<br />

aanbod voor velen een wereld zonder betekenis geworden.<br />

Dit is spijtig, want een rijkdom aan voeding en<br />

vorm blijft dan verborgen. Het is naïef te denken dat we<br />

deze gevoeligheid voor het mysterie helemaal op eigen<br />

kracht kunnen doen groeien en vormgeven. We hebben<br />

elkaar nodig en kunnen van elkaar leren, mensen en levensbeschouwelijke<br />

tradities van allerlei aard. Essentieel<br />

voor spiritualiteit is wel dat we er zelf bij blijven.<br />

<strong>Vieren</strong> van het leven kan je niet aangepraat worden. Het<br />

kan zich in ons ontvouwen, wanneer we leren contact te<br />

maken met de kostbaarheid van het leven, alleen en in<br />

gemeenschap, vanuit onze levensweg en lerend met anderen.<br />

Dan komt het echt op gang: vieren, aan het vanzelfsprekende<br />

voorbij.<br />

(09<br />

Lia van Aalsum,<br />

projectontwikkelaar ‘Onderwijs & spiritualiteit’,<br />

Pabo Groenewoud Nijmegen


VIEREN DOE JE MET KINDERBOEKEN!<br />

10)<br />

Sinterklaas, Kerst, dierendag, Pasen, Moederdag, Carnaval,<br />

het Suikerfeest... bij iedere feestelijke gelegenheid<br />

zijn passende kinderboeken te vinden. Maar ook zijn er<br />

stapels kinderboeken rondom kleine, meer individuele<br />

viermomenten die samen gedeeld kunnen worden. Bijvoorbeeld:<br />

Het schoolreisje, mijn eerste schooldag, mijn<br />

zwemdiploma, naar de brugklas, ik kan strikken!...<br />

<strong>Vieren</strong> en kinderboeken op de Pabo. Met deze bijdrage<br />

schetsen we een beeld van wat er zoal op de Pabo gebeurt<br />

rondom vieren en kinderboeken.<br />

Eigenlijk is het heel eenvoudig. Een verhaal voorlezen<br />

kan al een viering zijn. Samen beleef je de meest spannende<br />

avonturen, je deelt bijzondere ervaringen en<br />

ontroerende momenten. Op Pabo Groenewoud willen we<br />

dat studenten steeds meer oog krijgen voor dergelijke<br />

mooie, kleine viermomenten. Sinds afgelopen jaar zijn<br />

we daarom gericht gaan kijken hoe studenten het werken<br />

met boeken en verhalen binnen de beroepstaak ‘vieren’<br />

vorm kunnen geven. We zijn begonnen in Pabo 1 en 2.<br />

<strong>Vieren</strong> en kinderboeken in Pabo 1<br />

In het eerste opleidingsjaar, maar ook in de jaren daarna,<br />

stimuleren we studenten om kinderboeken te lezen en<br />

daar iets mee te doen in de stageklas. We merken dat het<br />

beginniveau van studenten behoorlijk uiteenlopend is.<br />

Sommige studenten hebben nauwelijks boeken gelezen<br />

en andere studenten zijn juist gek op lezen. Helaas is de<br />

eerste groep het grootste. Terwijl aandacht aan kinderboeken<br />

in de klas juist erg afhankelijk is van het enthousiasme<br />

van de leerkracht. Als docenten proberen we óns<br />

enthousiasme over te brengen. We laten studenten zien<br />

hoe ze op verschillende manieren met kinderboeken in<br />

de stage kunnen werken. Bijvoorbeeld door het uitwisselen<br />

van leeservaringen met werkvormen als binnen- en<br />

buitenkring, wandel en wissel uit, placemat, het lezen<br />

en schrijven van gedichten, de taalronde en interactief<br />

voorlezen. Als studenten eenmaal de smaak te pakken<br />

krijgen, ervaren ze dat het werken met boeken kleine<br />

viermomenten oplevert.<br />

Door de voorleeswedstrijd proberen we vieren en kinderboeken<br />

een vaste plaats te geven op pabo Groenewoud.<br />

De voorleeswedstrijd in Pabo 1<br />

‘..... en ze leefden nog lang en gelukkig...’ Ina, studente<br />

Pabo 1, slaat het sprookjesboek dicht. Verwachtingsvol<br />

kijkt ze haar medestudenten aan. ‘En...?’ vraagt ze. ‘Hoe<br />

klonk het? Las ik niet te snel?’<br />

Wat is er leuker dan een juf of meester die goed kan voorlezen<br />

of vertellen? Voorlezen is een belangrijke vaardigheid<br />

en gelukkig een vaardigheid die goed te leren is.<br />

Een boek in de hand biedt steun en veiligheid aan beginnende<br />

voorlezers. Daarom besteden we in het begin van<br />

de opleiding veel aandacht aan voorlezen.


Dit jaar staat het ‘voorlezen’ mede in het teken van de<br />

Voorleeswedstrijd. In een van de eerste lesweken oefenen<br />

de studenten in het voorlezen. Ze zoeken een (prenten-)<br />

boek dat ze geschikt lijkt voor kinderen, kiezen een<br />

passende passage om voor te lezen en oefenen thuis in<br />

het voorlezen. Op de opleiding maken ze een ‘kijkwijzer’<br />

voor hun medeklasgenoten. Hierin geven ze één punt<br />

aan waar ze willen dat de luisteraars vooral op letten. Als<br />

studenten eenmaal - in groepjes van ongeveer vier studenten<br />

- hebben voorgelezen geven de luisteraars feedback.<br />

Eerst gaan ze in op de leervraag van de voorlezer<br />

en vervolgens bedenken ze een top (wat ging goed) en<br />

eventueel een tip (werkpunt).<br />

Student na de allereerste stagedag:<br />

‘Ik vond het voorlezen in de stageklas veel lastiger dan<br />

toen we hier oefenden op de opleiding: alle kinderen wilden<br />

tijdens het verhaal iets erdoorheen vertellen! Ik wist<br />

niet wat ik moest doen op dat moment.’<br />

Andere student:<br />

‘Ik vond het juist veel makkelijker: ik durfde veel meer<br />

mijn stem op allerlei manieren te gebruiken. Ik was lang<br />

niet zo zenuwachtig!’<br />

Naast het ontwikkelen van de voorleesvaardigheid en het<br />

ervaren van het intieme moment tijdens het voorlezen<br />

krijgen studenten op deze manier oog voor allerhande<br />

vaardigheden die met ‘lesgeven’ te maken hebben. Bijvoorbeeld:<br />

het afstemmen van een (boek-) keuze op kinderen,<br />

het kiezen van een geschikt voorleesfragment, het<br />

bedenken van een leervraag, het maken van een kijkwijzer<br />

en het feedback ontvangen en geven. Ook stimuleren<br />

we studenten om meer kinderboeken te gaan lezen.<br />

Uit iedere klas worden enkele ‘beste voorlezers van dat<br />

moment’ gekozen. De winnaars uit verschillende klassen<br />

gaan door naar de volgende rondes. Uiteindelijk mogen<br />

de beste voorlezers tijdens de viering in december een<br />

verhaal voorlezen dat past bij het thema van de viering.<br />

De Voorleeswedstrijd op de Pabo heeft veel gelijkenissen<br />

met de Voorleeswedstrijd zoals die jaarlijks in het basisonderwijs<br />

georganiseerd wordt. Zo krijgen de studenten<br />

het eerste gereedschap in handen om later zelf dergelijke<br />

festiviteiten te kunnen organiseren.<br />

<strong>Vieren</strong> en kinderboeken in Pabo 2<br />

Ook de tweedejaars studenten ‘vieren met kinderboeken’.<br />

Dit gebeurt op meerdere momenten in het jaar. Zoals afgelopen<br />

oktober in de Kinderboekenweek. In de loop van<br />

dit jaar vindt er een grotere Viering plaats waarin allerlei<br />

aspecten van vieren en onderwijs aan bod zullen komen.<br />

Daarbij zullen boeken, verhalen en gedichten natuurlijk<br />

een grote rol spelen.<br />

De Kinderboekenweek in Pabo 2<br />

De tweedejaars studenten hebben de Kinderboekenweek<br />

gevierd op de Pabo en lieten hun medestudenten en opleiders<br />

ervan meegenieten.<br />

Het gebouw werd door enkele groepen studenten versierd<br />

rondom het thema van de kinderboekenweek: ‘De leeuw<br />

is los’. Ook bedachten ze activiteiten rondom dit thema.<br />

(11


Daarnaast is er een themadag rondom de Kinderboekenweek<br />

georganiseerd. Jules Looman opende de dag met<br />

de presentatie van zijn eerste jeugdroman ‘Willie en Puff<br />

van Noordeiland’. Zo kregen de studenten een kijkje in<br />

de keuken van een kinderboekenauteur. Daarna volgden<br />

de studenten diverse workshops waarin ze te zien kregen<br />

hoe je kinderen bij het voorlezen echt kunt meenemen<br />

in de sfeer van een boek, hoe je kunt werken met<br />

beeldmateriaal en hoe je dansen en drama-activiteiten<br />

kunt koppelen aan jeugdboeken. Het tweede deel van de<br />

themadag zijn de studenten zelf hard aan de slag gegaan<br />

met het ontwerpen van diverse activiteiten rondom een<br />

kinderboek. Vol van lesideeën en met goede lesvoorbereidingen<br />

in hun tas konden ze aan de eerste stagedagen<br />

van het schooljaar beginnen.<br />

Er zijn natuurlijk nog veel meer manieren om <strong>Vieren</strong> en<br />

boeken vorm te geven op de Pabo. De komende jaren zullen<br />

we de activiteiten verdiepen en uitbreiden, want bij<br />

vieren horen boeken!<br />

Marijke Bouwhuis<br />

Docent Taal en Taaldidactiek<br />

[ ADVERTENTIES ]<br />

12)<br />

GRAFISCHE VORMGEVING<br />

& WEBDESIGN<br />

Gespecialiseerd in creative<br />

grafische ontwerpen voor<br />

bedrijven en particulieren.<br />

www.dotspotgraphics.com<br />

Schuttersstraat 12<br />

5835 BV Beugen<br />

Tel.: 06 214 26 391<br />

info@dotspotgraphics.com


EEN TEKSTFRAGMENT OVER VIEREN UIT HET<br />

DIGITAAL PORTFOLIO VAN EEN STUDENT<br />

VIEREN: “feestelijk herdenken of doorbrengen”, staat in<br />

mijn woordenboek. Toch is dat voor mij niet compleet.<br />

Het is meer dan dat. Ik vind het woord ook zo mooi te<br />

verbinden met “laten vieren”: het langzaam loslaten. Je<br />

viert een feest omdat iemand jarig is maar tegelijkertijd<br />

laat je weer een jaar “los”. Je herdenkt een persoon die<br />

is gestorven, die je ook hebt moeten loslaten.<br />

Een kind wisselt de tanden. De tanden laten los. Het<br />

kind laat ook een soort onbevangen jeugd los: het krijgt<br />

“grote-mensen-tanden”.<br />

<strong>Vieren</strong> is niet alleen maar feest. Het is meer stilstaan bij<br />

belangrijke momenten in het leven. Tijd voor overdenkingen.<br />

Bewust en onbewust.<br />

Voor mij is het nieuwjaarsfeest zo’n feest waarbij je een<br />

jaar laat vieren en het nieuwe jaar inluidt met een feest.<br />

Voor mij dagen van bezinning (onbewust) en ik ben altijd<br />

weer blij als het nieuwe jaar weer begonnen is.<br />

<strong>Vieren</strong> voor kinderen<br />

<strong>Vieren</strong> is iets wat je samen doet met kinderen. Ieder op<br />

zijn/ haar eigen manier maar wel samen met anderen.<br />

Ik heb in Nepal, waar ik 10 maanden op een school heb<br />

gewerkt, gezien hoe vieringen worden aangegrepen om<br />

het dagelijks leven te vergeten. Rituelen worden gebruikt<br />

om er een waardige gebeurtenis van te maken;<br />

om stil te staan bij belangrijke facetten van het leven.<br />

De goden spelen hierbij een belangrijke rol en vertegenwoordigen<br />

belangrijke waarden van het leven. Zowel de<br />

doden als de levenden worden vereerd.<br />

Hier in Nederland worden met name de vieringen rond<br />

het Christendom gevierd. Het merendeel van de scholen<br />

viert nog deze traditionele feesten. Alhoewel ik vieringen<br />

belangrijk vind vraag ik me af of het Christendom<br />

nog als maatstaf genomen moet worden. Veel mensen,<br />

misschien wel de meeste mensen weten niet eens meer<br />

wat er met Pinksteren of Hemelvaart gebeurt met Jezus.<br />

Er gaan nog maar weinig (jonge) mensen naar de<br />

kerk en er komen steeds meer andere geloven de school<br />

binnen.<br />

Ik vind het belangrijk om naar de verschillende geloven<br />

te kijken met de kinderen en er mogelijk gemeenschappelijke<br />

waarden uit te halen. Deze vind je in elk geloof<br />

terug. Ik heb op mijn stagescholen gezien hoe belangrijk<br />

vieringen voor kinderen zijn. De verjaardagen, sinterklaas,<br />

eindeschooljaarsfeest, etc. Ik leerde kinderen<br />

op een andere manier kennen. Emoties lijken meer<br />

ruimte te krijgen en worden meer uitgedaagd. Ook zie<br />

je meer saamhorigheid binnen de klas en zelfs binnen<br />

de school. Door het samen delen en beleven zie je veel<br />

kinderen zich meer open opstellen naar elkaar en naar<br />

de leerkracht(en). In de volgende hoofdstukken zal ik<br />

hier verder op in gaan.<br />

Diana Gibbels,<br />

student deeltijd verkort Pabo Groenewoud<br />

(13


ONTMOETING AAN TAFEL<br />

Ieder jaar staat Pabo Groenewoud een aantal dagen in het teken van ‘<strong>Vieren</strong>’. We vinden het als opleiding erg belangrijk<br />

dat studenten en docenten stilstaan bij zowel grote als kleine momenten van vieren. We willen het begrip<br />

vieren verruimen en vinden het elementair in de ontwikkeling van studenten. Door te vieren creëren we een diepere<br />

band tussen studenten onderling, studenten en kinderen, studenten en docenten en docenten onderling.<br />

<strong>Thema</strong>’s als ‘Ontmoeting aan tafel’, ‘Klinkende Kleuren’ en ‘Vreemd Geluk’ werken we samen uit om betekenis te<br />

geven aan vieren.<br />

Hieronder een momentopname.<br />

Studenten en docenten beelden Het Laatste Avondmaal uit.<br />

14)<br />

Dat eten en drinken de meeste vieringen gezelliger maakt, daar raken de studenten het over eens. Terwijl in het eerste<br />

uur nog domweg ‘drank’ als eerste associatie wordt genoemd vragen de studenten zich nu ook af of vieren altijd een<br />

vrolijke boel is. ‘Eigenlijk vier je met een begrafenis of een herdenking ook iets’, zegt een student voorzichtig.<br />

Bea Bisseling en Marcelle Hilgers


MENUKAART <br />

AMUSE<br />

Hoe smaakt vieren voor jou?<br />

*<br />

Hoe smaakt vieren voor kinderen?<br />

*<br />

Wat neem je mee van de uitwisseling rond datgene wat vieren voor je betekent voor jezelf en de onderwijspraktijk?<br />

VOORGERECHT<br />

Wat valt er allemaal te vieren?<br />

*<br />

Aan welk feest heb jijzelf bijzondere herinneringen en waarom?<br />

*<br />

Wat zouden viermomenten met kinderen in de basisschool kunnen zijn?<br />

*<br />

Hoe geef je vieren een plek in de school en in het rooster?<br />

HOOFDGERECHT<br />

Hoe zou je graag je verjaardag vieren en hoe absoluut niet?<br />

*<br />

Kan een viermoment bezielend zijn? Wat is dat dan?<br />

*<br />

Een feest heeft vaak een plechtig of ernstig moment waardoor het moment waarop de ernst losgelaten wordt nog sterker wordt.<br />

Ken jij zulke feesten? Vertel er eens meer over? Wat doet dat met je?<br />

*<br />

Ga je je altijd beter voelen door te vieren?<br />

*<br />

Kunnen verdrietige gebeurtenissen aanleiding vormen tot vieren? Hoe is dat?<br />

*<br />

Kun je je inleven in feesten van andere culturen? Hoe kan dat dan? Zou je daarin ook grenzen kunnen ervaren? Welke?<br />

(15<br />

NAGERECHT<br />

Kan vieren je losmaken van de dagelijkse sleur of het dagelijkse leven?<br />

*<br />

Kan vieren voor vuurwerk zorgen?<br />

*<br />

Is vieren altijd zoet?<br />

THEE/KOFFIE<br />

Wat doe je na een teleurstellend feest en een heel goed feest?


IETS TE VIEREN?<br />

UIT HET (KLEUTER)LEVEN GEGREPEN!<br />

“Juf, papa is morgen jarig. Mag ik iets voor hem maken?”<br />

- Natuurlijk.<br />

En zo worden alle jarige vaders en moeders in de loop van het schooljaar door hun kind(eren) verrast met<br />

een zelfgemaakt cadeau.<br />

16)<br />

“Juf, waarom staat dat tafeltje met die foto en die kaars in de gang?”<br />

- Weet iemand waarom dat is?<br />

“Dat is een foto van de mama van Peter en die is dood.”<br />

Er volgt een gesprekje over de moeder van Peter die heel ziek was en dat de dokters in het ziekenhuis haar niet<br />

meer beter konden maken. “Ja, en toen ging ze dood, hè juf?” “En dan word je een sterretje en ga je naar de<br />

hemel, want dat zei mama toen opa ook ’ns een keer doodging.” “Mijn konijn is ook doodgegaan en nu krijgen<br />

we een nieuwe.” “Hé, kan Peter dan ook een nieuwe mama krijgen?” “Nee joh, want die is echt dood.”<br />

“Juf, als ik naar groep 3 ga, krijg ik een broertje of een zusje.”<br />

- En wat zou je dan het liefste willen?<br />

Na enige overpeinzing volgt het antwoord gedecideerd: “Een zusje, want ik heb al twee broertjes en anders<br />

wordt het wel heel erg druk in huis.” Haar vriendinnetje Liza vraagt: “Maar waar is dat kindje nu dan?” Met een<br />

zucht vertelt Tara dat het baby’tje nog in mama’s buik zit en dat het eerst nog groter moet groeien. Daar neemt<br />

Liza geen genoegen mee: “Maar hoe weet dat baby’tje dan wanneer jij naar groep 3 gaat?” Tja…<br />

“Juf, kijk eens, m’n zwemdiploma!”<br />

- Gefeliciteerd! Was het moeilijk?<br />

“Nee hoor, want ik kan al met m’n ogen open onder water door het duikscherm. Da’s echt vet cool, joh!”


“Juf, over 12 nachtjes komt Sinterklaas!”<br />

- Waar is Sinterklaas nu dan?<br />

“Hij komt uit Spanje met de boot.” “Sint moet heel lang met de boot en dat duurt wel honderd nachtjes.”<br />

-Wat komt Sinterklaas dan in Nederland doen?<br />

“Cadeautjes brengen, want hij is jarig.”<br />

- Maar als je jarig bent dan krijg je toch juist cadeautjes?<br />

“Neeeee, Sint geeft altijd cadeautjes.” “Maar wij kunnen toch ook wel een cadeautje maken voor Sinterklaas?”<br />

- Wat zou Sint graag willen hebben, denken jullie?<br />

Allerlei ideeën worden aangedragen en uiteindelijk wordt besloten om voor Sinterklaas een grote gouden<br />

spiegel te maken voor op zijn slaapkamer.<br />

Enthousiast gaan ze aan de slag…<br />

18)<br />

“Juf, m’n tand is eruit!”<br />

- Oh jee, hoe moet dat nu met zo’n groot gat in je mond?<br />

“Daar komt een grote-mensen-tand.”<br />

- We zullen jouw tand in een mooi doosje doen, zodat je ‘m straks mee naar huis kunt nemen. Zoek maar<br />

een mooi stickertje uit om erop te plakken.<br />

“Juf, opa en oma komen vier nachtjes logeren!”<br />

- Wat gezellig, dan is het wel feest bij jullie!<br />

“Ja, want papa en mama gaan een paar dagen op vakantie omdat ze tien jaar vertrouwd zijn.”<br />

- Dus papa en mama gaan een paar dagen samen weg om te vieren dat ze tien jaar zijn getrouwd en<br />

daarom komen opa en oma bij jullie oppassen?<br />

“Ja, leuk hè, juf, kom je ook?”<br />

Mariëtte Wolbers<br />

Leerkracht groep 1/2


PROJECT KIND EN KUNST<br />

BASISSCHOOL DE ABACUS<br />

Een feestje voor de hele school.<br />

Een beetje misleidend is deze aanhef<br />

misschien wel, maar ik hoop dat u na<br />

het lezen van dit artikel het met me<br />

eens bent: Zo kan een feestje ook gevierd<br />

worden!<br />

Eind vorig schooljaar hebben alle<br />

groepen van onze basisschool zich<br />

gestort op het schoolproject: Kind<br />

en Kunst. Een omvangrijk en prestigieus<br />

project.<br />

Betrokkenheid, betekenis, verdieping<br />

en verrijking voor alle leerjaren<br />

waren hierbij de belangrijkste sleutelwoorden.<br />

In geen geval een ver<br />

van je bed show en plezier voorop!<br />

Een werkgroep is ruim vier maanden<br />

bezig geweest dit project voor<br />

te bereiden en het draaiboek zoveel<br />

mogelijk waterdicht te krijgen. Een<br />

fikse klus, maar meer dan de moeite<br />

waard. Ons uitgangspunt was kinderen<br />

kennis te laten maken met<br />

verschillende kunststromingen en<br />

bijbehorende kunstenaars. Door de<br />

stromingen aan de verschillende<br />

leeftijdsgroepen binnen de school te<br />

koppelen ontstond er een grof raamwerk<br />

met een duidelijke structuur.<br />

Het begin was er…op naar de verfijning.<br />

Impressionisme, Kubisme en<br />

Pop- Art vonden hun weg naar onze<br />

kinderen. Drie weken lang stoeien<br />

met een kunststroming bracht leerkrachten,<br />

kinderen en ouders in verrukking.<br />

Er werd gezocht, geluisterd,<br />

gedaan, ervaren en talent opgezocht.<br />

Onderwijs ten voeten uit! Ook<br />

ouders en leerkrachten mochten hun<br />

“kunnen” laten zien in school met als<br />

resultaat een prachtige expositie.<br />

Oud meubilair werd getransformeerd<br />

tot soms wel heel unieke kunstobjecten,<br />

Beeldhouwen in gasbetonblokken,<br />

schilderen op linnen met<br />

soms echt verbluffend resultaat, er<br />

werden ansichtkaarten gedrukt met<br />

werk van de kinderen…het kon niet<br />

op. In welke ruimte je ook kwam,<br />

overal waren kinderen vol overgave<br />

aan het werk.<br />

De schrijvende pers en de regionale<br />

televisie die zelf een kijkje kwamen<br />

nemen, waren lovend over de sfeer,<br />

de motivatie en de geweldige inzet<br />

van de kinderen. Het project werd<br />

een feest met als klapper op de vuurpijl:<br />

een heuse veiling. Compleet met<br />

een echte veilingmeester, kijkdagen<br />

en nummering van de kunstwerken.<br />

Kinderen, ouders en leerkrachten<br />

konden bieden op Abacusiaanse<br />

meubelstukken, beschilderde keukenschorten,<br />

schilderijen en nog<br />

veel meer. De opkomst was bijzonder<br />

groot, er werd flink geboden en de<br />

regionale tv was wederom aanwezig.<br />

In menig huis en / of kantoor hangt<br />

of staat nu een bijzonder kunstwerk.<br />

We hebben gedeeld, plezier gehad,<br />

we zijn naar buiten getreden, we<br />

hebben het project betekenis en betrokkenheid<br />

meegegeven en bovenal:<br />

we hebben het met het hele team<br />

en alle kinderen gedragen! Dit doen<br />

we zeker nog eens over.<br />

Mirjam Jakubowski<br />

Basisschool De Abacus<br />

Huissen<br />

(19


VOOR VIEREN<br />

20)<br />

Wie ben ik?<br />

Ik heb een heleboel<br />

te zeggen maar –<br />

niemand luistert.<br />

Ik zou veel<br />

willen doen maar –<br />

het mag niet.<br />

Ik zou overal<br />

heen willen maar –<br />

niemand neemt me mee.<br />

En wat ik opschrijf<br />

wordt verbeterd maar –<br />

niet gelezen.<br />

Wie ben ik?<br />

Cirkelen om het antwoord<br />

‘Wie ben ik?’ Een vraag van een achtjarig<br />

kind, zoals we die ooit lazen in<br />

een gedicht in het tijdschrift Aldoende.<br />

Iedereen heeft wel eens een situatie<br />

meegemaakt, waarin een kind<br />

een vraag stelt, waar je als opvoeder<br />

eigenlijk geen raad mee weet. Natuurlijk<br />

geven we wel een antwoord,<br />

maar het is een zoekend antwoord.<br />

Het is geen definitief weten, dat wil<br />

zeggen geen natuurkundig verklarende<br />

definitie. Het is meer een verhalend<br />

antwoord. Het cirkelt rondom<br />

de kern, rondom het onzegbare. Het<br />

is een antwoord dat gegeven wordt<br />

in de taal van symbolen, de taal van<br />

dichters, schrijvers en profeten.<br />

Daarom beginnen we met dit gedicht<br />

van een kind wanneer we het belang<br />

van vieringen in het onderwijs willen<br />

aantonen. Op de vraag ‘Waarom<br />

vieren?’ zijn geen vanzelfsprekende,<br />

definitieve antwoorden te geven.<br />

Je hoeft ook geen toets kerstfeestkunde<br />

te kunnen maken en geen tien<br />

te halen voor het suikerfeest. We<br />

willen in het vervolg van dit artikel<br />

dan ook proberen te cirkelen rondom<br />

de gedachten die een achtjarig kind<br />

verwoordt. We hopen daarmede een<br />

verantwoording te geven op de vraag<br />

wat het belang is van het vieren in de<br />

school.<br />

De school<br />

Ik heb een heleboel<br />

te zeggen maarniemand<br />

luistert.<br />

Het bestaan van het kind op school<br />

gaat voor veel kinderen blijkbaar<br />

niet over een pad van rozen. We hebben<br />

onze maatschappij zo ingericht<br />

dat we een gedeelte van de opvoeding<br />

van onze kinderen uit handen<br />

hebben gegeven aan het instituut<br />

school. We hebben er jaarlijks met<br />

elkaar miljarden voor over. Gedurende<br />

een flink aantal jaren bevindt<br />

de jonge mens zich op school. Deze<br />

school is in eerste instantie bedoeld<br />

om hem in staat te stellen zich een<br />

plaats te verwerven in deze maatschappij.<br />

De school ontleent haar<br />

bestaan niet direct aan het nu, maar<br />

is voornamelijk gericht op de toekomst,<br />

op later. De mate van het succes<br />

op school bepaalt voor een groot<br />

gedeelte dat later. De school leidt op<br />

voor de toekomst. Het anticiperen<br />

op die toekomst richt in sterke mate<br />

het denken van de onderwijsgevenden.<br />

Het wordt daardoor een rechtlijnig<br />

denken, dat wil zeggen dit<br />

moet ik als leerkracht onderwijzen<br />

omdat het kind straks dat moet kennen<br />

en kunnen. Voor deze kennis en<br />

vaardigheden zijn doelen, leerlijnen<br />

en tijdsperiodes aan te geven. De<br />

school is georganiseerd, iedere handeling<br />

heeft zijn doel. Er wordt geleerd<br />

opdat het kind zich straks als<br />

volwassene staande weet te houden.<br />

School en beroep hebben een sterke<br />

samenhang. Je leert dingen die je


later nodig hebt. In deze rechtlijnigheid<br />

is het uitzicht gekaderd.<br />

Toch is dit een manier van onderwijzen<br />

die maar één kant van de<br />

werkelijkheidsmedaille belicht. Dit<br />

bedoelt ons inziens het kind wanneer<br />

het zegt: ‘Niemand luistert’. We<br />

luisteren niet naar het kind, maar we<br />

horen of het kind de stof wel of niet<br />

kent. De school is vooral gericht op<br />

het lerende kind en heeft meestal<br />

te weinig oog, oor en hart voor het<br />

eigen leven van het kind. Dat is het<br />

gevolg kunnen geven aan een ingeving.<br />

Dit leven is de wereld van het<br />

avontuur, de verbeelding, het spel.<br />

‘Ik heb een heleboel te zeggen’. Een<br />

kringgesprek is er niet alleen om jezelf<br />

te leren uiten, te durven uiten,<br />

de taalvormen te leren beheersen,<br />

maar het geeft ook de mogelijkheid<br />

en ruimte om jezelf te kunnen zijn.<br />

Er is aandacht voor jouw persoon: je<br />

kunt er zijn in het nu. Het gesprek<br />

is dan als een viering, een feest. Je<br />

mag cirkelen rondom je eigen kern.<br />

Ritmeren<br />

Ik zou veel<br />

willen doen maar –<br />

het mag niet.<br />

Het is inherent aan de school dat<br />

er regelmaat en orde heerst. Het is<br />

zelfs noodzakelijk voor een goede<br />

pedagogisch klimaat. Als een leraar/<br />

lerares zegt: ‘Bij mij is het iedere dag<br />

feest’, bedoelt hij/zij waarschijnlijk<br />

het tegenovergestelde van orde. Het<br />

kan niet alle dagen feest zijn, maar<br />

dat wil niet zeggen dat de school<br />

beheerst mag worden door de regelmaat<br />

van de klok of het stramien van<br />

het rooster en de vakken. De waarde<br />

van het feest ligt juist in het ritme.<br />

Het is even ‘uit de band’ springen,<br />

het overstijgen van het alledaagse,<br />

het gewone, de monotonie. Maar<br />

dan niet vanuit het idee dat de boog<br />

niet altijd gespannen kan staan of<br />

om het saaie schoolbestaan te versieren<br />

of leuk te maken. Neen, het<br />

is wezenlijker: vanuit de viering herneem<br />

je jezelf.<br />

Het is als de leerkracht die om twaalf<br />

uur zegt: ‘Ruimen jullie je schriften<br />

maar op, jullie hebben zo fijn gewerkt,<br />

dat ik jullie nu een verhaal<br />

ga vertellen.’ Het alledaagse wordt<br />

opgeruimd en in je fantasie ga je<br />

mee met de held in het verhaal. Niet<br />

om weg te dromen uit de grauwheid,<br />

maar juist om er straks met nieuwe<br />

energie tegenaan te gaan. Bij een<br />

goed verhaal staat de tijd even stil.<br />

Je voelt je echt verbonden met elkaar<br />

in het nu. Er is ruimte voor je<br />

lachen en ontroerd-zijn, voor je<br />

verleden en toekomst. Het kind mist<br />

ons inziens deze ruimte wanneer het<br />

zegt: ‘Het mag niet’. In het verhaal,<br />

in het feest, in het spel, in de viering<br />

mag het wel. De werkelijkheid<br />

wordt niet gegrepen vanuit een nuttigheids-<br />

of technocratisch denken,<br />

maar benaderd vanuit een mythisch<br />

verstaan. Niet de grijpende, maar de<br />

begrijpende mens krijgt een kans. In<br />

de viering mag je cirkelen rondom je<br />

eigen levensvragen.<br />

Opvoeden tot hoop<br />

Ik zou overal<br />

heen willen maar -<br />

niemand neemt me mee.<br />

Je hoort tegenwoordig nogal eens<br />

uitroepen, ook in het onderwijs, als<br />

‘ik zie het niet meer zitten’, ‘ik baal’,<br />

‘voor mij hoeft het niet meer’. Het<br />

zijn gevaarlijke geluiden. In een opvoedingssituatie<br />

is het wezenlijk dat<br />

kinderen opgevoed worden vanuit<br />

een hoopvol perspectief. Juist in tijden<br />

waarin die hoop nogal eens de<br />

bodem wordt ingeslagen.<br />

Augustinus schreef rond het jaar 390:<br />

De mensen zeggen:<br />

de tijden zijn slecht,<br />

wij leven in een moeilijke tijd.<br />

Leef goed, en de tijd is goed:<br />

wij zijn de tijden;<br />

de tijden zijn wat wij ervan maken.<br />

(Sermo 80)<br />

Eeuwen later zijn er gelukkig ook<br />

nog visionairs die een hoopvolle<br />

verwachting hebben ten aanzien van<br />

de toekomst. Lea Dasberg, historica<br />

en pedagoge, zei ooit in haar inaugurale<br />

rede bij de aanvaarding van<br />

het ambt als hoogleraar in de historische<br />

pedagogiek, dat de pedagogie<br />

op dit moment alleen maar waarde<br />

heeft als het een pedagogie van de<br />

(21


1. 2. 3.<br />

4.<br />

6.<br />

5.<br />

7. 8. 9.


hoop is. Een doemdenken kan kinderen<br />

nooit opvoeden tot gelukkige<br />

mensen. Vraagt het kind dit als het<br />

zegt ‘Niemand neemt me mee?’<br />

Dit kind gelooft nog dat er een toekomst<br />

is, het gelooft nog in utopieën.<br />

Dit kind vraagt ons opvoeders mee<br />

te gaan naar die nieuwe toekomst.<br />

Juist het kind nodigt ons uit niet bij<br />

leed en onrecht stil te staan, maar te<br />

werken aan mogelijkheden om onze<br />

wereld te verbeteren (Dasberg).<br />

Het kind gelooft er nog in. Dit bedoelen<br />

we als we spreken over het<br />

belang van vieren op school. In de<br />

viering, in het feest loop je vooruit<br />

op een bevrijdende toekomst. Het is<br />

het opstaan uit een rechtlijnig denken<br />

dat tot de dood voert. Alles kan,<br />

alles is mogelijk. Het is geloven dat<br />

het bestaande zin heeft, dat de toekomst<br />

mogelijkheden biedt. Het is<br />

geloven in jezelf als een scheppend<br />

en creatief wezen. Het is je eigen<br />

wereld mee helpen vormen, concreet<br />

gestalte geven aan je eigen kleine<br />

kosmos.<br />

In de viering mag je cirkelen rondom<br />

dit onvermoede.<br />

Identiteit<br />

En wat ik opschrijf<br />

wordt verbeterd maar –<br />

niet gelezen.<br />

In deze tijd wordt veel gesproken<br />

over de identiteit van de school. Bij<br />

identiteit wordt dan gedacht aan<br />

een religieuze signatuur: wat wordt<br />

er op de school gedaan aan de levensbeschouwelijke<br />

opvoeding? De<br />

identiteit van de school hangt niet af<br />

van het religieuze etiket dat erop geplakt<br />

wordt, evenmin is de identiteit<br />

gewaarborgd in een schoolwerkplan.<br />

Identiteit heeft voor ons vooral te<br />

maken met de manier waarop wij als<br />

opvoeders de wereld presenteren en<br />

bespreekbaar maken, dat wil zeggen<br />

welke waarden en normen hanteren<br />

wij als we de werkelijkheid doorlichten?<br />

Deze waarden en normen zien<br />

we niet alleen als een theoretische<br />

aangelegenheid, maar meer nog als<br />

een praxis: hoe gaan we met elkaar<br />

als collega’s en met de kinderen in<br />

de dagelijkse praktijk om, hoe brengen<br />

we de leerstof ter sprake? Is er<br />

in onze school, naast de noodzakelijke<br />

aandacht voor kennis en kunde,<br />

ook aandacht voor het kind zelf? Is<br />

de school een plaats waar het kind<br />

alleen maar getoetst en gevolgd<br />

wordt of waar warmte heerst en waar<br />

ruimte gegeven wordt om bij de dingen<br />

te zijn?<br />

Mag het kind in onze school op zoek<br />

gaan naar zichzelf, zijn eigen vragen<br />

en naar de ander, de wereld om hem<br />

heen of is er alleen maar aandacht<br />

voor prestatie en nut?<br />

Is er in onze school een plaats voor<br />

liefde, verbondenheid en genegenheid<br />

of is er competitie en ik-ontplooiing?<br />

Is er in onze school een<br />

sfeer, waarin ruimte is voor emoties,<br />

voor een eigen inbreng, een eigen<br />

mening? Is de school een herberg<br />

waar je op adem kan komen, waar je<br />

je geborgen weet?<br />

Is dat het wat het kind schrijft als<br />

het zegt: ‘En wat ik opschrijf wordt<br />

verbeterd maar niet gelezen’?<br />

Bekijken we het kind op wat het moet<br />

leren, op zijn taalvormbeheersing of<br />

luisteren we naar wat het ons te zeggen<br />

heeft als mensenkind? Een kind<br />

dat het gevoel heeft alleen gelezen<br />

en beluisterd te worden op zijn taalvorderingen<br />

voelt zich niet geborgen.<br />

Het voelt zich gegrepen en niet<br />

begrepen.<br />

Het is het klimaat waarin je wordt<br />

vastgeprikt en geëtiketteerd op je<br />

onmogelijkheden, op dat wat je niet<br />

kunt. De viering wil het kind uitnodigen<br />

zichzelf te ontdekken. Het<br />

schept de ruimte om na het mislukken<br />

opnieuw te beginnen. Het is de<br />

plaats voor het altijd nieuwe, het<br />

mogelijke. In de viering mag je cirkelen<br />

rondom die nieuwe kansen.<br />

Wie ben ik?<br />

Wanneer je als opvoeder gelooft in<br />

altijd nieuwe kansen, dan weet je<br />

dat je kinderen opvoedt vanuit een<br />

hoopvol, waardevol en bevrijdend<br />

perspectief. Wanneer het kind in<br />

onze school mag cirkelen rondom<br />

de vraag ‘Wie ben ik?’ dan is het antwoord<br />

op de vraag ‘Is er een plaats<br />

voor vieren op school?’ gegeven.<br />

De smidses<br />

Sinds enkele decennia verbindt Pabo<br />

(23


Groenewoud het beeld van de smidse<br />

met vieren. De smidse heeft alles te<br />

maken met een vuurtje stoken, vurig<br />

maken, opwarmen. Daardoor kun je<br />

het ijzer buigen. Wil je het ijzer buigen<br />

dan zul je moeten meebewegen.<br />

Volgende maand – de decembermaand<br />

– wordt er op alle scholen<br />

weer aandacht besteed aan Sinterklaas<br />

en kerstmis. De smidses willen<br />

een bijdrage leveren om onze<br />

studenten toe te rusten in hun beroepsbekwaamheid<br />

om met kinderen<br />

te vieren, want alleen een ‘vierende’<br />

school heeft hart voor kinderen.<br />

Peter van Hasselt<br />

Docent drama Pabo Groenewoud<br />

Nijmegen<br />

Literatuur<br />

Uit de bovengenoemde smidses zijn o.a. de volgende publicaties ontstaan:<br />

24)<br />

“Voor vieren” / Jos Beke, Peter van Hasselt en Wil van den Manacker<br />

Zwijsen / Tilburg, 1982 (O.B.R. 294)<br />

“De Weeksluiting”/ Peter van Hasselt<br />

Zwijsen / Tilburg, 1993 (O.B.R. 336)<br />

“Sinterklaas op school” / Jos Beke en Peter van Hasselt<br />

Zwijsen / Tilburg, 1998 (JSW-boek nr.20)<br />

Verder willen wij u wijzen op hoofdstuk 9 “<strong>Vieren</strong> in de school”, geschreven door Peter van Hasselt<br />

uit het boek “Leraar worden, een competentiegericht aanpak” / Yvonne Visser e.a.<br />

Esstede / Heeswijk-Dinther, 2005<br />

Nog meer literatuur:<br />

“Schooltijd vieren” , handboek voor vieren op de basisschool / Theo Kersten<br />

Damon / Best, 1998<br />

“Lichtjes, slingers en verhalen”, praktijkboek voor vieringen in de basisschool<br />

NZV / Hilversum, 2001<br />

“Met feest naar school” / W.Westerman<br />

Zwijsen / Tilburg, 1994 (JSW-boek, nr.4)


(25


(25


LIDMAATSCHAP ALUMNIVERENIGING CHRONOS<br />

Alumnivereniging van Pabo Groenewoud Nijmegen en haar rechtsvoorgangers.<br />

Iedereen die zich heeft aangemeld voor de reünie van juni<br />

2004 en daarbij geen bezwaar heeft gemaakt tegen opname<br />

in het bestand is automatisch lid van de Alumnivereniging<br />

Chronos. Dat geldt ook voor alle afgestudeerden van 2004<br />

t/m <strong>2006</strong>. Het lidmaatschap is gratis.<br />

graag horen waaraan behoefte is bij de leden. Meld ze ons en<br />

dan kunnen we kijken wat we ermee kunnen doen.<br />

Ook roepen we leden die graag zitting willen nemen in het<br />

bestuur op zich te melden bij het huidige bestuur.<br />

Chronos heeft een eigen website. Je kunt die vinden onder<br />

www.pabogroenewoud.nl en dan doorklikken naar ‘wie zijn<br />

we’ en ‘alumni Chronos’. Op de website staat een link waar<br />

je je persoonlijke gegevens kunt inzien. Daarvoor hoef je alleen<br />

je eigen e-mailadres in te voeren en dan op wijzigen te<br />

klikken. Je ontvangt dan een e-mail met daarin een link naar<br />

‘update alumnus’.<br />

Vervolgens kun je daar je gegevens controleren en eventueel<br />

aanpassen. Om redenen van privacy is voor deze procedure<br />

gekozen. We willen eenieder verzoeken om in ieder<br />

geval even na te gaan of de ingevoerde gegevens nog kloppen.<br />

Voor de meeste mensen die ingeschreven staan is gebruik<br />

gemaakt van de gegevens die aangeleverd zijn bij de<br />

aanmelding voor de reünie van juni 2004.<br />

We roepen eenieder die mooie ideeën heeft op zich te melden<br />

bij het bestuur. We zijn een vereniging in ontwikkeling, vol<br />

met sprankelende ideeën maar dat neemt niet weg dat we<br />

Als je contact met het bestuur van Chronos wilt, stuur dan<br />

een e-mail naar alumni.pabogroenewoud@han.nl.<br />

We zien uit naar reacties...<br />

Bestuur van Chronos:<br />

Voorzitter: Fief Bleeser<br />

Vice-voorzitter: Peter Adriaansen<br />

Penningmeester: Kees Bosman<br />

Leden:<br />

Bea Bisseling<br />

Bert Claessens<br />

Hans Cornelissen<br />

Laura Fransen<br />

Erny Holla<br />

Jos Marell<br />

(27

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!