25.06.2015 Views

Samenvatting 1 - Studiant

Samenvatting 1 - Studiant

Samenvatting 1 - Studiant

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Samenvatting</strong> Toegepaste Scheikunde Academiejaar 2006-2007<br />

Hoofdstuk 1: Structuurmodel van de materie<br />

Materie is opgebouwd uit kleine ondeelbare deeltjes: atomen (atoomsoort = element)<br />

Atomen binden zich aan elkaar tot moleculen. Het aantal moleculen wordt weergegeven door<br />

de coëfficiënt.<br />

De elektronenstructuur wordt weergegeven door formules.<br />

Vaste stof<br />

Edelgas<br />

Enkelvoudige stoffen<br />

(bestaan uit 1 soort atomen)<br />

atomen zijn gegroepeerd<br />

volgens een regelmatig ordelijk<br />

patroon (rooster)<br />

afzonderlijke atomen. Meeste<br />

gasvormige enkelvoudige<br />

stoffen: diatomische moleculen<br />

(0 2 , H 2 , Cl 2 )<br />

Samengestelde stoffen<br />

(bestaan uit meerdere atomen)<br />

Gerangschikt in een groter geheel (rooster)<br />

waarbij de grenzen van de molecule niet af te<br />

bakenen zijn (= verhoudingsformule)<br />

1 Atoommodellen<br />

Joseph Thomson<br />

Atoom: bolvormige positieve massa waarin negatieve deeltjes (elektronen) verspreid zijn.<br />

De totale positieve lading = som negatieve lading (krentenbroodmodel)<br />

1.1 Atoombouw<br />

Atoom = opgebouwd uit een positief geladen kern waarheen 1 of meer negatief geladen<br />

elektronen bewegen.<br />

Kern: protonen en neutronen (niet geladen deeltjes) elektronenmantel, zeer klein<br />

waterstof: kern: proton (positief geladen)<br />

Massagetal A: som aantal protonen en neutronen (bepaald door aantal protonen in de kern)<br />

Atoomnummer Z: aantal elektronen<br />

A<br />

Z<br />

X<br />

Isotoop = atomen behorend tot dezelfde soort (zelfde atoomnummer) maar met een<br />

verschillend massagetal.<br />

Jolien De Veirman 1/11


<strong>Samenvatting</strong> Toegepaste Scheikunde Academiejaar 2006-2007<br />

1.2 Structuur van de elektronenwolk<br />

1.2.1 Atoommodel van Bohr-Sommerfeld<br />

Elektronen bewegen om de kern heen in cirkelvormige of ellipsvormige banen (= 7 schillen of<br />

7 energieniveaus). De elektronen daarop hebben een welbepaalde energiewaarde, die groter is<br />

naarmate de straal van de baan toeneemt. Een hoofdniveau wordt opgesplitst in n subniveaus<br />

(s, p, d en f subniveau met 2,6,10,14)<br />

schil n aantal e -<br />

K 1 2<br />

L 2 8<br />

M 3 18<br />

N 4 32<br />

schil n Subniveaus aantal e -<br />

K 1 s 2<br />

L 2 sp 2 6<br />

M 3 spd 2 6 10<br />

N 4 spdf 2 6 10 14<br />

1.2.2 Elektronenconfiguratie<br />

= hoe verschillende schillen en subschillen verdeeld zijn<br />

1s<br />

2s 2p<br />

3s 3p 3d<br />

4s 4p 4d 4f<br />

5s 5p 5d 5f<br />

6s 6p 6d 6f<br />

7s 7p 7d 7f<br />

2.1 Periodiek Systeem der Elementen (PSE)<br />

Eigenschappen van elementen worden bepaald door het aantal elektronen op de buitenste<br />

schil. Het atoomnummer komt overeen met het rangnummer in het periodiek systeem<br />

(stijgend rangnummer). Horizontale rij of periode komt overeen met de bepaalde schil.<br />

Elementen waarbij het laatst geplaatste elektron in een gelijksoortig subniveau voorkomt,<br />

staan vertikaal onder mekaar in eenzelfde groep.<br />

Jolien De Veirman 2/11


<strong>Samenvatting</strong> Toegepaste Scheikunde Academiejaar 2006-2007<br />

2.1.1 Hoofdgroepen of a-groepen<br />

Valentie-elektronen: elementen van eenzelfde a-groep hebben eenzelfde aantal elektronen op<br />

de buitenste schil.<br />

s-blok: laatste elektron in s-subschil groepen Ia en IIa<br />

p-blok: laatste elektron in p-subschil groepen IIIa tot groep 0<br />

2.1.2 Nevengroepen of b-groepen<br />

d-blok: laatste elektron in b-subschil groepen Ib en VIII<br />

trapvormige scheidingslijn: links metalen, rechts niet-metalen<br />

2 Chemische binding<br />

Edelgassen zijn chemisch inert en hebben een octetstructuur. Dit is een stabiele configuratie<br />

waarnaar andere atomen streven.<br />

2.1 Ionenbinding<br />

Een metaal geeft elektronen af aan een niet metaal of een niet metaal neemt elektronen op van<br />

een metaal.<br />

2.2 Covalente binding<br />

Binding tussen 2 niet metalen<br />

2.2.1 Gewone covalente binding<br />

Om octetstructuur te krijgen: elektronen gemeenschappelijk stellen. Elk atoom levert dan<br />

evenveel elektronen.<br />

Lewis: stippen als individuele elektronen en strepen voor elektronenparen (Lewis-notatie).<br />

Enkelvoudige binding: het gemeenschappelijk stellen van een elektron om de stabiele<br />

octetstructuur te bereiken. Een niet metaal gaat zoveel gewone covalente vindingen aan als<br />

het elektronen tekort heeft.<br />

Jolien De Veirman 3/11


<strong>Samenvatting</strong> Toegepaste Scheikunde Academiejaar 2006-2007<br />

2.2.2 Covalente binding van het donor-acceptortype<br />

Het gemeenschappelijk elektronenpaar is afkomstig van 1 atoom. Een atoom met een vrij<br />

elektronenpaar (donor) kan dit elektronenpaar gemeenschappelijk stellen met een ander atoom<br />

(acceptor).<br />

2.2.3 Polariteit van moleculen<br />

EN-waarde: capaciteit van een atoom om elektronen in een binding naar zich toe te trekken<br />

Het elektronenpaar verschuift naar het element met de grootste EN-waarde.<br />

Polaire covalente binding<br />

verschuiving sterker naarmate het verschil in EN-waarde groter is.<br />

geeft aanleiding tot polaire moleculen of dipoolmoleculen<br />

Apolaire covalente binding<br />

binding tussen 2 identieke atomen<br />

molecule symmetrische vorm partiële ladingen compenseren elkaar molecule apolair<br />

2.2.4 Oxidatiegetal van een atoom<br />

Oxidatiegetal of oxidatietrap = lading die het atoom in een binding krijgt wanneer de<br />

verschuiving van de bindingselektronen volledig zou zijn.<br />

Ionenbinding<br />

Verschuiving volledig. OG = lading ionen<br />

Polaire covalente binding<br />

Apolaire covalente binding<br />

Geen verschuiving. OG = 0<br />

2.3 Metaalbinding<br />

Metaalrooster: ordelijk gerangschikte positieve metaalionen bijeengehouden door vrije<br />

elektronen.<br />

Jolien De Veirman 4/11


<strong>Samenvatting</strong> Toegepaste Scheikunde Academiejaar 2006-2007<br />

Hoofdstuk 2: Het gedrag van stoffen in water<br />

1 Water als polair oplosmiddel<br />

Polaire stoffen lossen goed op in polaire oplosmiddelen (water, alcohol)<br />

Apolaire stoffen lossen goed op in apolaire oplosmiddelen (hexaan, ether, benzine)<br />

Concentratie van een oplossing: hoeveelheid opgeloste stof aanwezig in een bepaalde<br />

hoeveelheid oplossing.<br />

Volumeprocent: per procent het aantal ml product per 100 ml (alcohol in dranken)<br />

Massaprocent: g/100 g (voedingswaren, mengmeststoffen)<br />

2 Elektrolyten<br />

= samengestelde stoffen die, opgelost in water, uiteenvallen in ionen en daardoor de<br />

elektrische stroom geleiden<br />

3 Anorganische verbindingsklassen<br />

Verbindingsklasse: groep verbindingen die welbepaalde chemische eigenschappen gemeen<br />

hebben.<br />

3.1 Zuren<br />

= elektrolyten die oplost in water H + - ionen (protonen) afsplitsen. Het negatieve ione dat<br />

hierbij ontstaat noemen we de zuurrest.<br />

Indicator: kleurstof die verandert van kleur onder invloed van zuren<br />

bvb. Lakmoes, fenolftaleïne, methyloranje<br />

3.1.1 Binaire zuren<br />

Opgebouwd uit atomen van 2 elementen: waterstof + niet-metaal (-ide)<br />

HCl: waterstofchloride<br />

HBr: waterstofbromide<br />

Jolien De Veirman 5/11


<strong>Samenvatting</strong> Toegepaste Scheikunde Academiejaar 2006-2007<br />

3.1.2 Ternaire zuren<br />

Opgebouwd uit atomen van 3 elementen: waterstof + niet-metaal + zuurstof = oxozuren<br />

Formule Triviale naam Systematische naam<br />

H 2 SO 4 zwavelzuur waterstofsulfaat<br />

HNO 3 salpeterzuur waterstofnitraat<br />

H 3 PO 4 fosforzuur waterstoffosfaat<br />

H 2 CO 3 koolzuur waterstofcarbonaat<br />

3.2 Hydroxiden<br />

= elektrolyten die in water OH - -ionen (hydroxide-ionen) kunnen afsplitsen en basische of<br />

alkalische oplossingen vormen<br />

pH-waarde is afhankelijk van de concentratie H + en OH - -ionen<br />

3.3 Zouten<br />

Splitsen in een positief ion en een negatief zuurrestion<br />

3.4 Oxiden<br />

3.5 Chemische reactie<br />

= stoffen bij elkaar brengen andere stoffen worden gevormd<br />

Atoomsoorten blijven bewaard, de atomen herschikken zich enkel<br />

Uitgangsstoffen: reagentia<br />

Nieuw gevormde stoffen: reactieproducten<br />

Wet van Lavoisier: één of meer reagentia één of meer reactieproducten<br />

Jolien De Veirman 6/11


<strong>Samenvatting</strong> Toegepaste Scheikunde Academiejaar 2006-2007<br />

4 Hardheid van water<br />

Uitgedrukt in hardheidsgraden. Franse hardheidsgraden.<br />

1° FH = 10g gevormde CaCO 3 per m³ (1000 l water)<br />

Hard water: + 15° FH<br />

Verwering = onder invloed van water vast gesteente afbreken<br />

Erosie = materiaal wordt door stromend water of wind weggevoerd<br />

Kwaliteitsnormen drinkwater<br />

- aangenaam om te drinken<br />

- niet schadelijk voor de gezondheid<br />

- geen pathogene organismen bevatten<br />

- comfortabel in gebruik bvb. niet te hard<br />

blijvende hardheid: sulfaten en chloriden<br />

tijdelijke hardheid: meest voorkomend (warmwaterkraan, wasmachine, koffiezet)<br />

Mg 2+ en Ca 2+ -ionen in water opgelost verhitten van water ionen verdwijnen <br />

ketelsteen verwijderen met zuren<br />

5 Zure neerslag<br />

Zie milieukunde 2 FM<br />

Jolien De Veirman 7/11


<strong>Samenvatting</strong> Toegepaste Scheikunde Academiejaar 2006-2007<br />

Hoofdstuk 3: Metalen<br />

Enkelvoudige stoffen: goud en zilver<br />

Samengestelde stoffen: mineralen die voorkomen in ertsen (mineralen + andere gesteenten, de<br />

zogenaamde ‘ganggesteenten’)<br />

Erts fysisch proces : ganggesteente<br />

mineraal<br />

chemisch proces metaal<br />

1 Redoxreacties<br />

= reactie die gepaard gaat met de overdracht van elektronen van een reductor naar een<br />

oxidator. (verandering van oxidatiegetallen)<br />

Oxidatie: elektronenafgave (verhoging OG)<br />

Oxidator: oxideert een andere stof en wordt zelf gereduceerd<br />

Reductie: elektronenopname (verlaging OG)<br />

Reductor: reduceert een andere stof en wordt zelf geoxideerd<br />

Het aantal elektronen dat bij de oxidatie wordt afgegeven = aantal elektronen dat bij de<br />

reductie wordt opgenomen. De elektronenbalans moet in evenwicht zijn voor het opstellen<br />

van de reactievergelijking.<br />

2 Spanningsreeks van de metalen.<br />

Metalen worden gerangschikt volgens dalend reducerend vermogen<br />

K Na Ca Mg Al Zn Fe<br />

Sterke reductoren <br />

Oxideren, roesten<br />

gemakkelijk<br />

H² Cu Ag Hg Pt Au<br />

Zwakke reductoren <br />

Reageert niet met zuur<br />

3 Metallurgie van ijzer<br />

4 Andere belangrijke metalen<br />

5 Corrosie van metalen<br />

= aantasting van metalen als gevolg van chemische of fysische processen (roesten)<br />

Bescherming:<br />

- elektrolytische bescherming: op stalen constructies een ander metaal aanbrengen (zink)<br />

- legeren: corrosie tegengaan door middel van roestvrij staal (chroom, nikkel)<br />

- deklagen: verf<br />

Jolien De Veirman 8/11


<strong>Samenvatting</strong> Toegepaste Scheikunde Academiejaar 2006-2007<br />

Hoofdstuk 4: Verbranding<br />

1 Energetische aspecten van een chemische reactie<br />

Chemische reactie energie-uitwisseling<br />

Exo-energetische reactie Endo-energetische reactie<br />

U komt vrij wordt opgeslorpt<br />

U reactieproduct laag hoog<br />

U reagentia hoog laag<br />

Voorbeeld verbranding voedsel fotosynthese<br />

Activeringsenergie U a : energie die toegevoegd moet worden om een reactie op gang te<br />

brengen.<br />

2 Organische verbindingsklassen<br />

Vitalisme: levende organismen<br />

Wöhler: uit organische stof bekomt men ureum<br />

koolstofketens of koolstofringen<br />

4 enkelvoudige koolstofbindingen<br />

Tetraëder: bindingshoeken van 109°28’<br />

2.1 Koolwaterstoffen<br />

2.1.1 Acyclische of alifatische KWS<br />

Open koolstofketen<br />

A. Alkanen<br />

Verzadigd, enkele bindingen. C n H 2n + 2<br />

I. Overtakte ketens<br />

CH 4 methaan gas<br />

C 2 H 6 ethaan gas<br />

C 3 H 8 propaan gas<br />

C 4 H 10 butaan gas<br />

Jolien De Veirman 9/11


<strong>Samenvatting</strong> Toegepaste Scheikunde Academiejaar 2006-2007<br />

II. Vertakte ketens<br />

Alkylgroep: atoomgroep met 1 waterstofatoom minder dan het oorspronkelijke atoom<br />

CH 3 – CH – CH3<br />

l<br />

CH 3<br />

propaan<br />

methyl<br />

Positie alkylgroep: alkylgroep nummeren om de kleinst mogelijke nummers te krijgen<br />

B. Alkenen en alkynen<br />

Alkenen: Onverzadigde KWS<br />

2-voudige binding C n H 2n<br />

Alkynen: 3-voudige binding C n H 2n-2<br />

2.1.2 Alicyclische KWS<br />

Ringkoolstofatomen<br />

2.1.3 Aromatische KWS<br />

Benzeenring: zesring met afwisselend dubbele binding<br />

2.2 Koolstofverbindingen met karakteristieke groepen<br />

2.2.1 Alcoholen<br />

Hydroxylgroep (OH-groep)<br />

2.2.2 Carbonzuren<br />

Carboxylgroep (COOH)<br />

2.2.3 Ketonen<br />

Carbonylgroep tussen 2 koolstofatomen<br />

2.2.4 Aldehyden<br />

Aldehydegroep (CHO)<br />

Jolien De Veirman 10/11


<strong>Samenvatting</strong> Toegepaste Scheikunde Academiejaar 2006-2007<br />

3 Fossiele brandstoffen<br />

3.1 Energie uit de grond<br />

Steenkool, aardolie en aardgas<br />

Hoofdbestanddeel: methaan<br />

Verbrandingswarmte: hoeveelheid energie die vrijkomt bij de volledige verbranding van 1<br />

mol van een stof<br />

3.2 Energie voor transport<br />

Aardolie kan door gefractioneerde destillatie gescheiden worden in verschillende fracties.<br />

- LPG (Liquid Petroleum Gas): mengsel propaan en butaan<br />

- Benzine: mengsel KWS van 6 tot 12 koolstofatomen<br />

- Cracking: hogere KWS (hogere fractie omzetten in moleculen dmv katalysator)<br />

Voortijdige ontbranding: kloppen van de moto rendementsverlies<br />

Kwaliteit van benzine hangt af van het octaangetal<br />

- heptaan: slechte brandstof, waarde 0<br />

- iso-octaan: klopvaste brandstof, waarde 100<br />

Octaangetal opdrijven door een antiklopmiddel (tetraethyllood)<br />

Reforming: onvertakte bindingen worden katalytisch in vertakte isomeren omgezet.<br />

Kerosine: vliegtuigen<br />

Gasolie en lichte stookolie: dieselmotoren<br />

Zware stookolie: industriële ovens, scheepvaartmotoren<br />

4 Vuur en brand<br />

Branddriehoek: brandstof (hout, papier, vloeistof, gas), dizuurstof, warmte (vlam, vonk, hitte)<br />

Brand vermijden = het uit elkaar houden van deze 3 elementen<br />

Brand blussen = het doorbreken van deze driehoek<br />

Kan gebeuren door:<br />

- wegnemen van de brandstof<br />

- wegnemen van dizuurstof<br />

- afkoeling<br />

Explosie = snelle reactie die een grote hoeveelheid energie en gasvormige producten<br />

vrijmaakt hoge druk<br />

Jolien De Veirman 11/11

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!