10.07.2015 Views

Besluit periodieke registratie Wet BIG - Verpleegkundigen ...

Besluit periodieke registratie Wet BIG - Verpleegkundigen ...

Besluit periodieke registratie Wet BIG - Verpleegkundigen ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

doorgehaald, niet in strijd komt met het in artikel 4, tweede lid, van de <strong>Wet</strong><strong>BIG</strong> opgenomen verbod.Gelet op de in de praktijk sterk gevoelde noodzaak van beroepsbeoefenarenom zich met hun voormalige beroepstitel te mogen blijvenprofileren 1 , is bepaald dat personen van wie de <strong>registratie</strong> in het<strong>BIG</strong>-register is doorgehaald vanwege het niet voldoen aan de eisen van<strong>periodieke</strong> <strong>registratie</strong>, hun voormalige beroepstitel onder de toevoegingvan de voluit geschreven term «niet praktiserend» mogen blijvengebruiken. Dit geldt alleen voor beroepsbeoefenaren die in het<strong>BIG</strong>-register ingeschreven hebben gestaan en daaruit niet zijn verwijderdof zijn geschorst op grond van een tucht- of strafrechtelijke maatregel 2 .Het is niet de bedoeling dat de term «niet praktiserend» wordt afgekorttot «n.p.». Dit kan immers gemakkelijk tot misverstanden leiden bijpatiënten of anderen over veronderstelde deskundigheid en bevoegdhedenvan de drager van de voormalige titel met de toevoeging «n.p.». Deletters «np» worden in de praktijk immers vaak gebruikt als afkorting vanhet beroep van de nurse practitioner. Ook kan de afkorting «n.p.» achterde voormalige titel de suggestie wekken dat er sprake is van extradeskundigheid, zoals het geval is bij de afkortingen «mba» (voor master ofbusiness administration) of «ba» (voor bachelor). Dat is in strijd metartikel 4, tweede lid, van de <strong>Wet</strong> <strong>BIG</strong>.Uit de <strong>Wet</strong> <strong>BIG</strong> volgt dat slechts degene die een beroepstitel op grondvan de <strong>Wet</strong> <strong>BIG</strong> mag voeren, bevoegd is de voorbehouden handelingenals bedoeld in artikel 36 van de <strong>Wet</strong> <strong>BIG</strong> te verrichten (mits hij daartoe ookbekwaam is). Vanaf het moment van doorhaling uit het <strong>BIG</strong>-registervervalt de bevoegdheid de voormalige titel te voeren en daarmee ook debevoegdheid voorbehouden handelingen te verrichten. Artsen, «nietpraktiserend», zijn bijvoorbeeld geen dragers meer van de volwaardigetitel «arts» met alle daarbij behorende bevoegdheden. Zij zijn niet langerbevoegd tot het verrichten van handelingen op het gebied van degeneeskunst, noch tot het verrichten van andere voorbehouden handelingen,zoals het voorschrijven van geneesmiddelen 3 .4. De werkervaringseis1 In het zakelijke en ook het persoonlijkeleven bestaat de behoefte om met de titel aante geven welke opleiding men genoten heeft.2 Dit geldt ook voor personen tijdens hunschorsing in de uitoefening van hun beroepop grond van artikel 48, eerste lid onderdeel d,en voor personen wier inschrijving isdoorgehaald omdat een in het buitenlandopgelegde maatregel bekend is gewordenwaarvan hij zijn rechten ter zake van deuitoefening van het betrokken beroep geheelof gedeeltelijk, tijdelijk of blijvend, heeftverloren.3 Als gevolg van het in werking treden van deGeneesmiddelenwet op 1 juli 2007 (Staatsblad2007, 227) is artikel 36 van de wet <strong>BIG</strong>gewijzigd, waardoor het voorschrijven vanUR-geneesmiddelen expliciet is benoemd alseen voorbehouden handeling voor onderandere artsen.Uitgangspunt bij het vaststellen van de minimaal vereiste hoeveelheidgewerkte uren is dat er een zodanig aantal uren gewerkt moet zijn, dat inredelijkheid van de beroepsbeoefenaar verwacht kan en mag worden datdeze beschikt over voldoende (kern)competenties om zijn beroep volgensde geldende professionele standaard uit te oefenen. De beroepsorganisatieszijn gevraagd aan te geven hoe naar hun mening deze normingevuld zou moeten worden.Op basis van de voorstellen van de geconsulteerde beroepsorganisatieswordt één dag per week werken als minimum beschouwd voor devereiste hoeveelheid te werken uren. Met (gemiddeld) één dag werken perweek kunnen de kennis en de vaardigheden nog gehouden worden op hetvereiste minimale professionele niveau. Dit is overigens wel ook delaagste grens. Meer uren werken biedt een betere waarborg voor het oppeil houden van de minimaal vereiste kennis en vaardigheden.Eén dag werken per week zal worden ingevuld als acht uur werken perweek. Door uit te gaan van uren in plaats van dagen wordt het ookmogelijk dat mensen bijvoorbeeld twee halve dagen (van vier uur) perweek werken. Daarbij zijn uren ook gewoon uren: uren gewerkt tijdensbijvoorbeeld het weekend of in een nachtdienst tellen niet dubbel. Met inde praktijk minder gewerkte of meer gewerkte overuren wordt geenrekening gehouden, omdat het niet wenselijk, noch doenlijk is datberoepsbeoefenaren op een zo gedetailleerd niveau verplicht worden hunuren bij te houden.Staatsblad 2008 515 9

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!