Vraag - Staalbankiers
Vraag - Staalbankiers
Vraag - Staalbankiers
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Blijft er voor de ontwikkelde landen eigenlijk nog maar één wapen over om de<br />
groei een handje te helpen: een ruimhartig monetair beleid. Waarschijnlijk zullen<br />
de lage officiële rentes in Europa en de VS volgend jaar nauwelijks van hun plek<br />
komen. Zeker zolang de inflatie onder controle blijft. Pas in 2012 zal de geldkraan<br />
wellicht wat worden dichtgedraaid als de prijzen oplopen door belastingverhogingen<br />
(btw en accijnzen), hogere grondstofprijzen (door een aanhoudende vraag<br />
vanuit de opkomende landen) en her en der hogere importprijzen.<br />
De economieën van opkomende landen gaan ondertussen rustig door waarmee<br />
ze ook het afgelopen jaar al bezig waren: in een stevig tempo doorgroeien. China<br />
blijft daarbij koploper met een te verwachten groei van 8,5 à 10%. Maar ook<br />
landen als India (7,5 à 9%), Brazilië (4 à 5%) en Rusland (4 à 5%) laten een gezonde<br />
groei zien. De opkomende middenklasse in deze landen en de aanhoudende investeringen<br />
(bijvoorbeeld in infrastructuur) spelen daarbij een sleutelrol. Bovendien<br />
gaan noch consumenten, noch overheden gebukt onder de hoge schulden zoals in<br />
de Westerse wereld. Zuidoost-Azië als geheel kent ook groei van 8%, mede dankzij<br />
drastische sanering eind jaren negentig na de Aziëcrisis.<br />
sCeNariO 2: Flink<br />
tegenvallende groei<br />
In dit scenario blijkt de economische opleving die we in 2010 zagen in elk geval<br />
in de Westerse wereld van korte duur. De groei werd hier vooral gevoed door de<br />
stimuleringsmaatregelen van overheden, maar nu deze wegvallen blijkt de basis<br />
voor écht en duurzaam herstel in de ontwikkelde wereld te smal. Het vertrouwen<br />
van de Westerse consumenten is nog te broos. In plaats van de economie een boost<br />
te geven door extra te consumeren (zoals meestal gebeurt na een recessie) blijven<br />
ze rustig doorsparen. Mogelijk stijgende belastingen in Europa en tegenvallende<br />
pensioenen zetten een extra rem op de consumptie-uitgaven. Bovendien zorgt een<br />
nog toenemende werkloosheid voor een verdere teruggang van het besteedbare<br />
inkomen.<br />
In dit scenario duikt ook het spook van de schuldencrisis opnieuw op. Niet alleen<br />
de PIIGS-landen zien hun kredietwaardigheid dalen als gevolg van de alsmaar<br />
oplopende overheidstekorten. Ook landen die niet eerder werden afgerekend op<br />
hun astronomische staatsschuld kunnen in de problemen komen, zoals Frankrijk,<br />
Engeland en mogelijk zelfs de Verenigde Staten.<br />
Het gevolg van dit alles is een stevige economische dip in landen als de Verenigde<br />
Staten, Engeland en Frankrijk. Waar zij langs de rand van de recessie zullen scheren,<br />
kunnen de PIIGS-landen krimpt zeker niet vermijden. Alleen exportlanden als<br />
Duitsland, Nederland, Scandinavië, misschien Japan, kunnen een nieuwe teruggang<br />
vermijden.<br />
Door de beperkte vraag zullen in dit scenario de prijzen in de Westerse wereld<br />
nauwelijks stijgen. Sterker nog, het gevaar voor deflatie – die voor een verdere<br />
verlamming van de economie zorgt – ligt op de loer. Een gevaarlijke ontwikkeling<br />
aangezien overheden en instanties nauwelijks over de financiële middelen beschikken<br />
om een nieuwe crisis te bestrijden.<br />
De opkomende markten ondervinden in dit scenario vooral de<br />
gevolgen van de geringere vraag vanuit de Westerse wereld. Hoewel<br />
zij een deel van de vraaguitval kunnen opvangen met hun groeiende<br />
binnenlandse markt, is dit niet voldoende om de huidige groeitrend<br />
vast te houden. Gemiddeld zal de groei uitkomen op zo’n 5 à 6%.<br />
Wel kunnen we er vanuit gaan dat de overheden van deze landen<br />
stimuleringsmaatregelen zullen nemen. Door de geringe schulden<br />
en enorme valutareserves hebben ze hier voldoende financiële buffers<br />
voor. Daarnaast verschuift de afzet van producten hoe langer<br />
hoe meer van het Westen naar de binnenlandse consumenten, die<br />
profiteren van groeiende economische welvaart.<br />
sCeNariO 3: Flink<br />
meevallende groei<br />
Tot slot is er ook nog een groep economen die gelooft in het dubbel<br />
herstel, de positieve tegenhanger van de ‘double dip’ dus. Zij wijzen<br />
daarbij op de laatste twee recessies: de economische groei in 1991<br />
was zwak, maar in 1993 en ’94 sterk. Idem dito was de groei in de<br />
periode 2004 tot 2006 sterk na een zwak 2002. Naar analogie van<br />
deze historische voorbeelden zal dat patroon zich nu weer kunnen<br />
herhalen. Dus na een periode van afzwakkende groei in de ontwikkelde<br />
wereld in de tweede helft van 2010 tot begin 2011 voorspellen<br />
deze economen dat de economische motor vanaf medio 2011<br />
weer een tandje bijschakelt.<br />
In de Westerse wereld zullen de Verenigde Staten daarbij opnieuw<br />
het voortouw nemen met een sterke toename van de investeringen,<br />
eindelijk een substantieel herstel van de huizenmarkt, sterk<br />
aantrekkende autoverkopen en doorgaande investeringen in de<br />
infrastructuur. Het aantal banen groeit, het besteedbare inkomen<br />
stijgt, waardoor ook de bestedingen van consumenten toenemen.<br />
In Europa zijn het vooral de landen met een open economie, die de<br />
vruchten plukken van de aantrekkende wereldhandel én de goedkope<br />
euro. Denk aan Duitsland en de Benelux, maar bijvoorbeeld<br />
ook Frankrijk en Italië. Gevolg is wel dat de prijzen zullen stijgen,<br />
waardoor overheden en centrale banken het monetaire beleid zullen<br />
verkrappen om overtollige liquiditeiten op te dweilen. Officiële<br />
rentes in het Westen worden verhoogd; marktrentes, zowel kort als<br />
lang, zullen stijgen.<br />
In de opkomende landen zet de groei zich nog veel sterker door<br />
met gemiddeld zo’n 7 à 9%. Behalve China en India profiteren<br />
ook landen in Latijns-Amerika en economisch kleinere landen<br />
als Indonesië. Ook hier zullen de prijzen stijgen. Om de inflatie te<br />
bestrijden, zullen de overheden hier het monetaire beleid verkrappen<br />
en centrale banken de rentes omhoog duwen om overtollige<br />
liquiditeiten uit de markt te halen.<br />
Scenario’s uitgelicht<br />
sCeNariO 1: Stabiele, maar onevenwichtige groei in de wereld van 4 à 4,5%<br />
ONtwikkeLde wereLd (eurOpa, Vs, JapaN):<br />
• gemiddelde economische groei in de ontwikkelde wereld van<br />
1,5 à 2,5%<br />
• groei uitgesplitst per regio: Vs zo’n 2%; europese ‘kernlanden’<br />
1,5 à 2%; europese piigs-landen -2,5 à 1,0%; Japan 1,5%<br />
• relatief hoge werkloosheid<br />
• weinig (Vs) of geen (europa) ruimte voor budget- of fiscale<br />
politiek<br />
• Betrekkelijk lage inflatie<br />
• ruimhartig monetair beleid blijft van kracht<br />
• Officiële rentes eurozone en Vs blijven ‘on hold’<br />
• pas in 2012 mogelijk een krapper monetair beleid na iets oplopende<br />
inflatie (door stijgende belastingen, hogere grondstof-<br />
en importprijzen)<br />
sCeNariO 2: Flink tegenvallende groei in de wereld van 2 à 3%<br />
ONtwikkeLde wereLd (eurOpa, Vs, JapaN):<br />
• Overheidsbestedingen nemen af, belastingen stijgen<br />
• afnemend vertrouwen van consumenten<br />
• kredietproblemen nemen weer toe<br />
• Landen met grote overheidsschuld komen (opnieuw) in de<br />
problemen (piigs-landen, Frankrijk, engeland, mogelijk ook<br />
Vs)<br />
• scherp terugvallende groei in Vs, engeland en Frankrijk<br />
• daadwerkelijke recessie in piigs-landen<br />
• exportlanden, zoals duitsland, kunnen recessie vermijden<br />
• deflatiegevaar ligt op de loer<br />
• Neergaande trend in rentes hervat<br />
sCeNariO 3: Flink meevallende groei in de wereld van 5 à 6%<br />
ONtwikkeLde wereLd (eurOpa, Vs, JapaN):<br />
• in plaats van een ‘double dip’ juist dubbel herstel vanaf medio<br />
2011<br />
• tweede groeifase sterker dan de eerste<br />
• gedragen door investeringen van bedrijven, en voor infrastructuur<br />
en herstel van huizenmarkt<br />
• aantrekkende werkgelegenheid en daardoor meer consumentenbestedingen<br />
• Vs blijft koploper met groei van 2,5 à 3,5%; Japan volgt met 2%<br />
• in europa groeien vooral de ‘kernlanden’ met 2,5 à 3%<br />
• inflatie loopt sneller op<br />
• Om verdere prijsstijgingen te voorkomen, wordt monetair<br />
OpkOmeNde LaNdeN:<br />
• gemiddelde groei in ‘emerging markets’ van 6 à 7%<br />
• China blijft koploper met 8,5 à 10%<br />
• een goede tweede plek voor india met 7,5 à 9%<br />
• solide consumptieve groei door opkomende middenklasse<br />
• aanhoudende investeringen (vooral infrastructuur)<br />
• geen belemmeringen door hoge schulden bij consumenten<br />
of overheden (zijn in staat oplopende schulden te dekken met<br />
inkomsten)<br />
• inflatieremmende maatregelen (kredietbeperkingen en hogere<br />
rentes), maar niet sterk<br />
• monetair beleid zeker niet krap<br />
• Voor landen met schuldproblemen neemt de risicopremie juist<br />
toe<br />
• Niet of nauwelijks instrumenten aanwezig om crisis aan te<br />
pakken<br />
OpkOmeNde LaNdeN:<br />
• teruglopende vraag uit het westen zorgt voor lagere groei (5<br />
à 6%)<br />
• inflatiedruk neemt af<br />
• Overheden nemen opnieuw stimuleringsmaatregelen, zoals<br />
infrastructurele projecten<br />
beleid verkrapt<br />
• Officiële rentes stijgen, net als marktrentes<br />
OpkOmeNde LaNdeN:<br />
• plukken vruchten van toenemende wereldhandel<br />
• een gemiddelde groei van 7 à 9%<br />
• China is koploper, gevolgd door india, Latijns-amerika en economisch<br />
kleinere landen als indonesië<br />
• inflatiedruk neemt flink toe<br />
• Overheden bestrijden stijgende prijzen met verkrapping van<br />
monetair beleid<br />
12 staalmagazine december 2010<br />
staalmagazine december 2010 13