Het peil van de Maas bepaalt ook de waterstandin de <strong>Kraaijenbergse</strong> <strong>Plassen</strong>.119In 1993 en 1995 was hetwaterpeil van Plas 5 pas in dezomer weer normaalHet is voor Rijkswaterstaat de belangrijkstereden geweest om te besluiten het peil vanhet rivierwater te verhogen. Ter hoogte vanhet plassengebied gaat het van 7.60 naar7.90 meter boven N.A.P. Een deel van de‘peilopzet’, een centimeter of tien, is devoorbije jaren al doorgevoerd. De rest volgtop korte termijn.De plassen staan in directe verbindingmet de Maas, waardoor ook het plaswaterhoger komt te staan. Er zijn vooralgevolgen te verwachten voor die delen vande plasoevers waar plas-draszones zijn aangelegd:delen die ’s winters, wanneer deMaas hoog staat, vaak onderwater liggen,maar waarvan hele stukken in de zomerdroogvallen. Van dat laatste zal bij peil -verhoging met nog eens 20 centimeterbeduidend minder sprake zijn, waardoorplant- en diersoorten die juist op zulkeoevers goed gedijen het moeilijk gaankrijgen, als ze het al overleven. Verderkomen door het verhogen van het peilvoorzieningen als aanlegoevers en zandstrandendeels onder water te staan.De gemeente Cuijk en <strong>Brabant</strong>s Landschapwerken dan ook aan maatregelen omoevers op korte termijn op te hogen.Ook wordt gekeken of dijkjes even voor deoevers een bijdrage kunnen leveren.Een en ander wordt gefinancierd doorRijks waterstaat.Voor Plas 5 steekt het verhaal een slaganders in elkaar. Het is de enige plas die,door de komst van een dam, niet rechtstreeksin contact staat met de andereplassen en dus ook niet met de Maas.Toch stijgt ook in Plas 5 het water wanneerde stand van de Maas hoog is: rivierwaterdat onder de Maasdijk naar de plas doorsijpelt.Toen het peil in de plas steeg tijdenshet extreme hoogwater in 1993 en 1995,gebeurde dat snel. En het was de verwachtingdat het ook weer snel zou dalen, toenhet hoogwater eenmaal week. Maar datbleek het water van Plas 5 niet te doen,doordat de oevers met kleideeltjes dichtslibden,wat tot verstopping leidde.Het duurde maanden, tot in de zomer,voordat het peil in de plas weer normaalwas. Met alle gevolgen van dien, vooralvoor de flora. Veel planten die normaalgesproken gaandeweg het voorjaar
Runderen hebben een voorkeur voor het grasland bijhet Geesterbos.ontkiemen, zijn die jaren verrot, als ze altot ontkiemen kwamen. Het leven in deplas kon na die tegenslagen min of meervan voren af aan beginnen, alsof de plaseven tevoren was aangelegd.Zo’n zelfde plantensterfte zou zich inPlas 5 ook kunnen gaan voordoen,wanneer het Maaspeil eenmaal verder isverhoogd. Daarom is besloten in Plas 5 een‘uitlaat’ te maken, een afvoer waarmeeplaswater snel op de Maas kan worden‘gezet’, zodra het hoogwater op de riviereenmaal geweken is.14.2 BegrazenDe moerassige noordoever van Plas 7 kentvandaag de dag een open landschap,precies zoals de gemeente - eigenaar vande grond - het altijd voor ogen heeftgestaan.Een aantal jaar terug was dat anders.Wilgenbomen hadden er alle kans gekregen,waardoor de oever stevig begroeid wasgeraakt en het moeraskarakter minder uitde verf kwam. Daarop zijn de bomenmachinaal verwijderd en is het aantalrunderen dat er graast opgevoerd, om zohet landschap open te houden en hetwoekeren van wilgen te voorkomen.Sindsdien zit het aantal plant- en diersoortenop de oever weer in de lift.Opmerkelijk is dat ook het aantalmoerasvogels toeneemt, ook debroedende, terwijl die soorten het niet zohebben op passerende runderen, beestendie bovendien de eieren van de vogelkapot kunnen trappen. Mogelijke verklaringvoor het naast elkaar voorkomen vande vogels en runderen, is het verhogen vanhet waterpeil waarover we in de vorigeparagraaf lazen. De noordoever van Plas 7is er vooral op de winterdag natter doorgeworden, met delen die onbereikbaarwerden voor de grazers.Op naar de oevers rond Plas 5, dezuidoever van Plas 4 en de westoever vanPlas 7; bijeengenomen de strook waterkantendie binnen het natuurreservaatvalt. De oevers worden sinds 1996intensief begraasd, vergelijkbaar met denieuwe ‘begrazingsdruk’ aan de noordkantvan Plas 7 van zo-even. De kudde bestaatuit Galloways (runderen) en Exmoors(pony’s).Vanaf het seizoen 2004/2005 is rondhet Geesterbos 9 hectare grasland, dat metgenoemde oevers in verbinding staat,toegevoegd aan het te begrazen areaal.De runderen waren in de jaren die er aanvoorafgingen al stukje bij beetje bekendgemaaktmet de nieuwe gronden, met alsveronderstelling dat ze bij een openstellingin één keer het grasland zouden prefererenen de oevers links zouden laten liggen.De langzame introductie ten spijt is datuiteindelijk precies wat er gebeurde: waarhet gras intensief wordt begraasd, gebeurtdat op de zuidoever van Plas 5 en westoevervan Plas 7 extensief, soms zeerextensief. In dat laatste geval komt eramper een rund.Gaandeweg de jaren zijn meergrazers toegevoegd, maar zelfs bij dehoogst toegepaste ‘begrazingsdruk’ zijn degraslanden rond het bos in april afgevretenen die op - bijvoorbeeld - de westoever vanPlas 5 nog nagenoeg onbegraasd.Vermoedelijk wordt dat óók in de handgewerkt door de ‘onnatuurlijke’ structuurvan het gebied: zeer aantrekkelijke graslandenin het midden, met er omheen de120<strong>Eindevaluatie</strong> <strong>Kraaijenbergse</strong> <strong>Plassen</strong> Beheer