Belgische Herder nr 3
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Wormen en ontwormen<br />
Auteur: Thea van Niekerk<br />
Wormbesmettingen bij honden zijn vrij normaal. Bijna alle<br />
honden hebben wel een paar wormen. Zolang het aantal beperkt<br />
blijft, hebben ze e r geen last van. Bij grotere aantallen kunnen<br />
gezondheidsproblemen ontstaan.<br />
Jong en oud<br />
Vooral spoelwormen komen vaak voor bij honden. Pups worden al<br />
via de moedermelk besmet. Ook al zijn pups ontwormd, ze worden<br />
snel weer opnieuw besmet. Of een hond problemen gaat krijgen<br />
ligt enerzijds aan de leeftijd en conditie van de hond en anderzijds<br />
aan het type worm. Jonge dieren zijn vatbaar, maar ook volwassen<br />
honden kunnen gemakkelijk een nieuwe infectie oplopen. Gezonde<br />
volwassen dieren zullen doorgaans een bepaalde immuniteit<br />
opbouwen, waardoor worminfecties weinig kans krijgen. Bij dieren<br />
met een wat mindere weerstand kunnen wormen wel tot problemen<br />
gaan leiden. Vaak zijn dit maagdarmproblemen en bij grote aantallen<br />
wormen kunnen verstoppingen van de darmen optreden. Anderzijds<br />
kan een flinke worminfectie er ook voor zorgen dat de gezondheid<br />
en weerstand van de hond aangetast wordt. De wormen verhinderen<br />
de opname van voedingsstoffen uit de darmen, waardoor de hond<br />
onvoldoende binnen krijgt. Niet alleen vermageren de dieren dan, maar<br />
ook kunnen gebreksverschijnselen ontstaan.<br />
Soorten wormen<br />
Er komen verschillende soorten wormen voor bij honden. In de kades<br />
worden ze nader toegelicht. Niet alle wormen zijn even schadelijk voor<br />
de hond en ze komen ook niet allemaal even frequent voor. Een aantal<br />
soorten wormen, zoals de spoelworm, kan ook besmettelijk zijn voor de<br />
mens. Spoelwormen zijn ook meteen de meest voorkomende soort.<br />
Bestrijden van worminfecties<br />
De standaard methode om wormen te bestrijden is met behulp van<br />
chemische middelen. Deze ontwormingsmiddelen doden de wormen<br />
af, maar werken niet lang door. Er kan dus bijna direct weer een herinfectie<br />
optreden. Het heeft daarom ook weinig zin om ‘preventief’ te<br />
ontwormen. Het vaak gegeven advies om 4 maal per jaar te ontwormen<br />
is gebaseerd op risico-inperking: honden die zo vaak behandeld<br />
worden, zullen geen grote besmetting hebben. Bij ander diersoorten<br />
heeft dit echter tot grote problemen geleid met wormresistentie;<br />
wormmiddelen werken op termijn niet meer.<br />
Het gebruik van wormmiddelen kan daarbij ook nadelen hebben,<br />
omdat ze bijwerkingen kunnen hebben. Bekende bijwerkingen zijn:<br />
overgeven, diarree, kwijlen, gebrek aan eetlust, o<strong>nr</strong>ust, sloomheid,<br />
spiertrillingen, (tijdelijk) verlies van coördinatie, jeuk en huidirritatie.<br />
Niet alle middelen geven al deze bijwerkingen en de reactie van de<br />
hond kan per middel verschillen. Rassen met de MDR1-mutatie kunnen<br />
overgevoelig zijn voor bepaalde ontwormmiddelen. Deze mutatie komt<br />
Spoelwormen<br />
Spoelwormen zijn de meest voorkomende worm bij honden.<br />
De larven migreren door het lichaam en ontwikkelen zich in de<br />
darmen verder, van waaruit ze eitjes uitscheiden. Overmatige<br />
spoelworminfecties uiten zich in diarree, braken en kuchen. Pups<br />
zijn gevoeliger voor spoelwormen dan volwassen honden. Ze<br />
kunnen dan een typisch bol buikje krijgen door gasvorming. Bij<br />
langdurige ernstige besmetting kunnen de honden hun voedsel<br />
slechter verteren en vermageren daardoor sterk.<br />
Spoelwormen zorgen voor een enorme eiproductie die met de<br />
ontlasting naar buiten komt. Een volwassen vrouwtje produceert<br />
al gauw 200.000 eitjes per dag. Deze eitjes komen terecht in onze<br />
leefomgeving, zijn daar zeer resistent tegen omgevingsinvloeden<br />
en kunnen tot waarschijnlijk enkele jaren infectieus blijven.<br />
Lintwormen<br />
Lintwormen komen ook redelijk vaak voor, maar zijn schadelijker<br />
dan spoelwormen. Ze kunnen flinke schade aan de darmwand<br />
veroorzaken, wat de opname van voedingsstoffen vermindert.<br />
Lintwormen zijn vooral schadelijk voor de hond zelf. Je kunt zien<br />
dat je hond lintwormen heeft, doordat er rijstkorrel-achtige<br />
witte stukjes in de ontlasting of rondom de anus van de hond<br />
zitten. Dit kan irritatie aan de anus geven, waardoor de hond<br />
kan gaan sleetje rijden. Lintwormen worden ook door vlooien<br />
overgebracht. Behandel je je hond tegen lintwormen, dan<br />
moet je dus ook altijd een vlooienbehandeling toepassen om<br />
herbesmetting te voorkomen.<br />
Een geval apart is de vossenlintworm. In een klein deel van<br />
Nederland (en een groot deel van de rest van Europa) komt een<br />
aparte lintworm voor: de vossenlintworm. Deze lintworm is niet<br />
schadelijk voor honden, maar kan gevaarlijk zijn voor mensen.<br />
Via vossenuitwerpselen, besmette aarde of door het eten van<br />
zelf geplukte bosvruchten of paddenstoelen kunnen de eitjes<br />
worden ingeslikt. Ook via ontlasting van een besmette hond<br />
kunnen de eitjes in mensen terecht komen. De infectie begint<br />
bijna altijd in de lever, waarna het larvale stadium doorgroeit<br />
in andere organen en bloedvaten. Symptomen zijn pijn in de<br />
leverstreek, misselijkheid, braken en geelzucht, of bij aantasting<br />
van de longen hoesten en benauwdheid. Niet elke besmetting<br />
veroorzaakt ziekte. Bij een infectie kan het, ondanks alle schade<br />
die aangericht wordt, toch wel 5-15 jaar duren voordat klachten<br />
duidelijk naar voren komen. Een ernstige aantasting van de lever<br />
zonder behandeling kan tot de dood leiden.<br />
NVBH | Oktober 2019 11