STRAF! Pasen 2022

—
Oud-leerlingen
dan heb ik echt met ze te doen. Dat is zo’n mooie
herinnering, net als Chrysostomos overigens. We
liepen zingend door de gangen, zoiets vergeet
je niet natuurlijk.” Ook over de leerkrachten is ze
unisono positief: “Bepaalde leerkrachten liggen je
beter, dat is normaal denk ik, maar ik kan niet één
negatieve ervaring noemen. Namen? Dat is riskant
natuurlijk omdat ik er misschien vergeet.” Na enig
aandringen blijken onder meer
Renaat Lauwers (Latijn), Frans Keyers
(Aardrijkskunde), Jos Nicolaes
(Geschiedenis) en Lydia Thonnon
(Wiskunde) een aangename indruk
te hebben gemaakt op de jonge Lydia.
“We liepen zingend
door de gangen”
Hele goede basis
Maar intussen was ze bezig met de toekomst: wat
zou het na de humaniora in Maaseik worden? “Geschiedenis
was echt één van mijn lievelingsvakken,
dus dat zag ik wel zitten. Archeologie overigens
ook. Maar uiteindelijk is het Rechten geworden omdat
dit in mijn ogen méér mogelijkheden bood qua
uitrol.” Het kan gek klinken, maar met die studies
had Lydia niet meteen de ambitie om advocaat
te worden: “Ik zag dat breder: problemen in de
samenleving zien en daar oplossingen voor vinden.
Dat is uiteindelijk ook de essentie van politiek. In
het 3de jaar zei de leerkracht Nederlands tegen
mij dat ik altijd opkwam voor anderen. Ik heb daar
nog vaak aan gedacht, maar misschien lag daar wel
de basis voor mijn latere keuzes in het leven.” Ook
haar tijd bij de Ursulinen bleek een goede basis:
“Natuurlijk is studeren aan de universiteit iets helemaal
anders, maar ik mag echt wel zeggen dat ze
ons in Maaseik goed voorbereid hadden op hogere
studies.”
Hoe word ik minister?
Daarna heeft Lydia niet stilgezeten. Bestaat er
zoiets als een ‘handleiding’ om minister te worden?
“Neen, daarvoor is politiek te onvoorspelbaar en
spelen er te veel factoren mee.”
Kort samengevat: Lydia werd
gevraagd om ‘op te komen’ bij de
gemeenteraadsverkiezingen van
2000 in Dilsen-Stokkem: “Stiekem
hoopte ik op een schepenambt, maar in plaats
daarvan werd ik meteen burgemeester. Zo snel
kan het dus gaan, maar ik was er wel blij mee en
het zijn boeiende jaren geworden.” Naast de sjerp
in Dilsen-Stokkem was Lydia ook nog op andere
politieke fronten actief: zo werd ze onder meer
provincieraadslid in 2006 en uiteindelijk minister in
2019. Een job die véél energie en véél tijd vraagt:
“Mijn dagen beginnen inderdaad vroeg, want rond
6 uur ’s ochtends zit ik al richting Brussel. Soms
vergaderen we dan via Teams of neem ik persberichten
door.” Verder zijn de dagen goed gevuld
met commissievergaderingen en heel wat activiteiten:
“Soms ’s nachts! Zo moest ik recent om 5.30
uur een spitsstrook openen in Antwerpen.”
Vlaanderen wordt mobiel
En op de dag van ons gesprek dus ook een fietssnelweg
in Hoeilaart: “We werken aan een heel
ander soort mobiliteit en combi-mobiliteit hoort
daarbij. Het betekent dat je snel moet kunnen
schakelen van het ene vervoermiddel naar het
andere en dat kan dan weer op een Hoppinpunt.
We moeten zoveel mogelijk van die punten in
Vlaanderen uitrollen.” Mobiliteit: het grote woord
is gevallen en wie staat aan te schuiven op Gods
wegen in Vlaanderenland, vraagt zich wel eens af
of het ooit nog goed komt met onze mobiliteit: “De
uitdaging is natuurlijk immens. En er komt veel bij
kijken: infrastructuur, veiligheid, maar ook klimaat,
technologie, demografie, economie … Dat zijn heel
wat vragen waarop we antwoorden moeten zoeken
en vinden. Maar we zien dat positief en het hele
traject dat we willen afleggen, is uitgeschreven in
de Mobiliteitsvisie 2020-2040.” Volgens minister
Peeters mogen we ons verwachten aan een slim-
“Problemen in de samenleving zien en oplossen, dat is voor mij
de essentie van politiek”
31