19.12.2022 Views

Zilver Magazine - Winter 2022

Het winternummer van Zilver Magazine, het inspiratiemagazine voor de trotse Twense 60-plusser

Het winternummer van Zilver Magazine, het inspiratiemagazine voor de trotse Twense 60-plusser

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

JAARGANG 5 NUMMER 4 - WINTER 2022/2023

INSPIRATIEMAGAZINE VOOR DE TROTSE TWENTSE 60-PLUSSER

3, 95

Winter in Twente

SCHOONHEID EN VERSTILLING

ISSN 2665-9522

9 772665 952000

39.

TWENTSE MARKESTENEN

Joop Kroeze

46.

OVER DE GRENS

Australië

60.

HOE IS HET NU MET

Freddy Bruinink

78.

BOEKBINDER

Gerrit Knol


Al negentig jaar ga je

voor design naar Brok Interieur

BROK

INTERIEUR

90

sinds 1932

Maar liefst negentig jaar geleden

werd Brok Interieur geopend in

hartje centrum Hengelo. Eerst een

meubelmakerij en nu, bijna een

eeuw (!) later, worden er de nieuwste

designmeubelen verkocht, kun je er

terecht voor de lekkerste bedden en de

mooiste vloer- en raamdecoratie. Want

dat hebben ze er allemaal. Een team

van specialisten staat voor je klaar en

adviseert je graag!

Laat je verrassen

Want wanneer je binnenstapt bij Brok Interieur

komen de kleuren je tegemoet. Een okergele

strakke bank van Design on Stock op links en

een kobaltblauwe fauteuil van Harvink op een

groot hoogpolig kleed op rechts. Maar het

kan volgende week zo weer anders zijn hoor,

want het creatieve team schuift graag met de

meubelen en verft regelmatig de wanden in een

andere kleur. Allemaal om jou te inspireren en

om te laten zien wat er mogelijk is. En dat is veel!

Inspiratie, advies & ontwerp

Inspiratie opdoen kan dus heel goed bij Brok

Interieur. De winkel telt wel drie verdiepingen,

beschikt in totaal over 3000 vierkante meter

en werkelijk iedere hoek laat wat nieuws zien.

Maar om gevoel te krijgen bij hoe die eettafel

en eetkamerstoelen bij jou in (je nieuwe) huis

gaan staan, wordt er met je meegedacht

door een interieuradviseur. Er kan zelfs een

ontwerp op maat gemaakt worden, compleet

met vloer- en raamdecoratie. En dat geldt óók

voor de slaapkamer want met de uitgebreide

slaapafdeling waar de lekkerste designbedden

en -boxsprings staan, kunnen ze je voorzien van

een passend slaapadvies. En de slaapkamer

volledig inrichten is natuurlijk ook mogelijk.

Het merkenaanbod bestaat uit voornamelijk

Nederlands fabricaat: van Leolux tot Pastoe,

van Artifort tot Gelderland, van Auping tot

Pullman en van Luxaflex tot Tarkett. Een mix

die goed op elkaar aansluit en waarmee mooie

ontwerpen te realiseren zijn, passend bij jouw

woon- of slaapwensen.

Je bent van harte welkom

Dus of je nu enkel wat inspiratie op wilt komen

doen of interesse hebt in een uitgebreid advies

op het gebied van wonen, slapen of textiel; er

staat een team van specialisten voor je klaar.

Ze zijn al jaren op elkaar ingespeeld en hebben

allemaal hun eigen expertise. Brok Interieur is

van dinsdag t/m zaterdag geopend. Kijk voor

de koopzondagen op brokinterieur.nl.

Brok Interieur Wonen, Slapen & Textiel

Drienerstraat 47, 7551HL Hengelo

074-2913126, info@brokinterieur.nl

www.brokinterieur.nl


Voorwoord

Winter

WAT FIJN DAT U ZILVER MAGAZINE IN UW HANDEN HEEFT, DE TWINTIGSTE EDITIE

VAN HET ‘INSPIRATIEMAGAZINE VOOR DE TWENTSE 60-PLUSSER’. AL VIJF JAAR

PORTRETTEREN WE IEDER KWARTAAL TUKKERS EN NIET-TUKKERS DIE TWENTE

EEN WARM HART TOEDRAGEN, WAT RESULTEERT IN BOEIENDE LEVENSVERHALEN,

BIJZONDERE LEVENSINZICHTEN, INTERESSANTE GESCHIEDENISWEETJES OF

EEN GLIMLACH VAN HERKENNING.

In deze editie nemen we u onder andere

mee naar de activistische jaren zestig in de

Enschedese studentenwereld. Misschien

stond u toen zelf ook wel op de barricaden

voor een eerlijker wereld? Emigreren naar

de andere kant van de wereld, in menig gezin

was wel iemand die de overtocht maakte

naar Australië, Nieuw-Zeeland, Amerika of

Canada. Zo ook de zus en zwager van ons

redactielid Annemarie Haak-Beune. In deze

editie schrijft ze hoe het hen daar verging.

Stoppen met werken. De een kijkt ernaar

uit om meer tijd te hebben voor hobby’s, de

ander gaat nog jaren door met het uitvoeren

van een ambacht. In deze wintereditie leest

u beide kanten. Welke keuzes u als senior ook

maakt, alles gaat makkelijker als u gezond en

energiek bent. Wilt u tips hoe dat te bereiken?

Dan bevelen we u het boek Een Beetje Leuk

Ouder Worden aan waarin u leest dat kleine

leefstijlveranderingen kunnen bijdragen aan

een fit lichaam en een fit brein.

Bij het schrijven van dit voorwoord is de

winter net begonnen. De dagen dat een

winterzonnetje de lucht ijsblauw kleurt zijn

cadeautjes en een gelegenheid om er even uit

te gaan. Jas aan, sjaal om en een frisse neus

halen. Alleen of met uw partner, met een

familielid, een buur, een kennis, een vriend

of vriendin. Zoekt u een maatje om samen

iets te doen, dan helpen wij u om met iemand

in contact te komen die dat ook wil. U leest

hier in het magazine meer over.

Bovenal hopen we dat u geniet van deze

winter editie, die we met veel plezier voor u

hebben gemaakt.

.3

ZILVER WINTER 2022 / 2023


INHOUD.

IN DIT NUMMER

30.

Interview

GERLO HESSELINK

Jan zou zelf jazzmuzikant worden

20.

IJsvogels in Almelo

.4

INTERVIEWS

REPORTAGES

VASTE RUBRIEKEN

06. CIS EVERHARD

De stille kracht

van pitjit

34. RELIGIEUS ERFGOED

Mariakapellen & Landkruizen

in Twente

14. BERICHTEN UIT

HET WACHTMEISTERHAUS

Paul Abels

11. ACTIEVE 65+

Viscoach Jos Olthof

39. TWENTSE MARKESTENEN

Joop Kroeze

20. IJSVOGELS IN ALMELO

Jet van der Sluis

26. GOED DOEL

Stichting Dunia Lulu

30. GERLO HESSELINK

Jan zou zelf jazzmuzikant

worden

60. ACTIEVE 70+

Voormalig kapper

Freddy Bruinink

78. GERRIT KNOL

Een boekbinder van

de oude stempel

51. HOE FOUT WAREN

DE FUTURISTEN?

Futurisme-tentoonstelling

in het Rijksmuseum Twenthe

65. DOMINEE JAN DE JONGH

Een activistische

studentenpastor

76. SENIOREN OP WEG

NAAR 2030

Opinie

82. JAN SCHOENAKER

Verhalenverteller in

gebrandschilderde ramen

43. CULINAIRE KLASSIEKERS

Ton Kouwenberg

46. OVER DE GRENS

Op avontuur naar

Australië

88. CULTUURUITJES

In Twente

90. NIEUWE BOEKEN

In de Twentse Boekhandels

92. JAZZ

Volgens John en Ton


82.

Reportage

JAN SCHOENAKER

beeldend kunstenaar en glazenier

COLOFON

VIJFDE JAARGANG, NUMMER 4,

WINTER 2022/23

Een uitgave van Zilver Media BV

Grootestraat 1 B

7571 EJ Oldenzaal

Hoofdredactie en bladmanagement

Carmen Luttikhuis

Aan dit nummer werkten mee:

Secil Arda, Paul Abels, Lindy Brouwer,

Henk Boom, Mary Dijkshoorn,

Alexa Gratama, Annemarie Haak,

Joan Koenderink, Ton Kouwenberg,

Marco Krijnsen, Ton Lamers, Johan Leurink,

26.

Dunia Lulu

Gerrit Lansink, Harry Moek,

Astrid Olde Olthuis, Marcel Olde Rikkert,

Ton Ouwehand, Annina Romita,

Theo de Rooij, Jet van der Sluis, Jan Walburg,

Brit Willemsen, John van Zuidam

Coverfoto

COLUMNS

COLUMNS

Pelmolen Ter Horst, Rijssen

Fotograaf: Fokke Baarssen

.5

10. MARCEL OLDE RIKKERT

Hoe lang mag je rouwen?

70. PAUL ABELS

Bennie & Westie

Met dank aan iedereen die we voor deze

editie mochten interviewen, aan iedereen

van wie we beeldmateriaal ter beschikking

kregen en aan de adverteerders en samenwerkingspartners.

19. HENK BOOM

KlepperDerk

96. JOAN KOENDERINK

Lekker bellen

Redactie website

Astrid Olde Olthuis

25. GERRITS STUKSKE

Hoo haazn Laampe

Elleke löt lachn

OVERIG

36. GEDICHT

Vormgeving

Ellen Gözel-Niehoff, Enschede

whatellse.nl

Jos Hovestad, Losser

joshovestad.nl

29. JAN WALBURG

Geluk in Twente

74. EEN BEETJE LEUK

OUDER WORDEN

Uitgever

Marcel Willemsen

Telefoon: 0541 511162

verkoop@zilvermedia.nl

55. ALEXA GRATAMA

Lepeldelen

87. ZILVER MAATJE

Druk

Drukkerij Roelofs, Enschede

Oplage: 7.500

Bereik: 30.000 Twentse 60-plussers

58. MR. DR. TON LAMERS

Het begrip zzp’er

94. PUZZELPAGINA

Redactieadres

Postbus 59, 7570 AB Oldenzaal

redactie@zilvermedia.nl

63. THEO DE ROOIJ

Geloof

97. SERVICEPAGINA

98. ZILVER AANBIEDING

Abonnementen

via verkoop@zilvermedia.nl

of 0541 511162

ZILVER WINTER 2022 / 2023


AMBACHT. PITJIT

.6

‘Aanraken betekende

genegenheid, begrip,

contact maken en pijn

verlichten.’


// Tekst

MARRY DIJKSHOORN

// Foto’s

BRIT WILLEMSEN

Masseuse

Cis Everhard

De stille kracht

van pitjit

.7

Cis Flikkenschild werd in 1958 geboren als dochter van een half Nederlandse,

half Indische vader en een Indische moeder. Masseren leerde ze al van jongs af aan.

Ze heeft een praktijk aan huis waar ze mensen op Indische wijze masseert.

De methode heet pitjit en ze heeft er twee boeken over geschreven. >>

ZILVER WINTER 2022 / 2023


AMBACHT. PITJIT

‘Opgroeien met pitjit is

verweven raken met de methode.’

.8

Van wie leerde u pitjit?

‘Mijn moeder paste massage toe daar waar het nodig

was en zij leerde het weer van haar moeder. Ze wist

mijn door de oorlog getraumatiseerde vader ermee

te kalmeren. Dat zegt veel. Zelf was ik als kind,

waarschijnlijk door de dagelijkse spanning, veel ziek.

Haar massages lieten de koorts zakken en hielpen

tegen de stress.

Mijn vader was krijgsgevangene van Japan en moest

aan de Birmaspoorlijn werken tijdens de Tweede

Wereldoorlog. Hij heeft daar afschuwelijke dingen

meegemaakt. Oorspronkelijk komt mijn vader uit

Oost-Java en mijn moeder uit Midden-Java. Ze

hebben elkaar ontmoet in Bandoeng. Na de oorlog

werden ze gerepatrieerd naar Nederland, eerst naar

Markelo en uiteindelijk naar Goor.

Gerepatrieerden werden opgevangen in kampen, en

als iemand werk vond werd een huis toegewezen.

Mijn vader kreeg een baan in een slagerij, niet zo

handig voor iemand met een oorlogstrauma. Na

wat omzwervingen kwam hij te werken bij Texas

Instruments in Almelo. Maar ook daar kreeg hij te

kampen met woede-uitbarstingen. Met een verloren

oorlog, de gedwongen inlevering van diploma’s in

Indonesië voor vertrek en het gevoel niet welkom

te zijn was de frustratie groot om als arbeider in de

fabriek te moeten werken. We hadden een groot

gezin, zes kinderen en twee volwassenen, ik was

de jongste. Mijn moeder had last van heimwee en

de dagelijkse gespannen sfeer. Daarbij piekerde ze

veel over haar drie kinderen die ze heeft moeten

achterlaten in Indonesië. Ze waren van haar eerste

man, een soldaat van het Indonesische leger, waarvan

ze dacht dat hij was omgekomen in de oorlog. Hij

bleek al die tijd zijn leven met een andere vrouw

te delen. Mijn moeder had inmiddels mijn vader

ontmoet, een KNIL-militair, raakte zwanger en

trouwde. Toen dook haar eerste man weer op.

Thuis zaten wij dus met een getraumatiseerde vader

en een moeder die na een aantal tia’s en een hersenbloeding

linkszijdig verlamd raakte en haar spraak

zo goed als kwijt was. De enige manier waarop ik met

haar kon communiceren was door te masseren. Bij

ziekte pitjitte mijn moeder mij meestal, soms mijn

vader. Ze belden niet meteen de dokter maar gingen

eerst in de weer met kruiden, thee en massages.

Met koude kompressen konden ze koorts verlagen.

Aanraken betekende genegenheid, begrip, contact

maken en pijn verlichten.’

Hoe was het als Indisch meisje in Twente?

‘In het begin waren we niet zo welkom. Dat werd later

wel beter. Er waren ook kinderen die niet met ons

mochten spelen. De meeste jongens en de schoffies

uit de buurt deden dat wel. Ik heb goed Twents leren

spreken en putje-voetballen op straat. Thuis spraken

we ABN, geen Maleis. We moesten ons aanpassen

vonden mijn ouders. Later kreeg ik Nederlandse

vriendinnen op de Mavo, maar ik zat niet middenin

het feestgedruis, ik bleef langs de kantlijn staan, een

beetje solitair. Na de middelbare school ging ik naar

de Sociale Academie.

Tijdens mijn stages en later mijn werk heb ik pitjit

kunnen gebruiken in tehuizen in overleg met het

team om vastgehouden emoties bij onze bewoners

los te laten komen. Dan is er weer wat beweging.

Met pitjit kruip je in iemands huid, en ‘kijk’ je met

je handen waar de blokkades zijn. Pitjit voorkomt,

heelt en verzacht: je haalt de scherpe kantjes eraf.’


Het handleidingboek van Cis

‘Pitjit voorkomt, heelt en

verzacht: je haalt de

scherpe kantjes eraf.’

Hoe reageerden Tukkers in de jaren zestig en zeventig op

uw massages?

‘Daar kon ik het toen niet over hebben. De associatie met

aanraken kan nogal verschillend zijn, sommigen denken

aan seksualiteit, angst of pijn. In plaats van aangeruststelling,

genegenheid en begrip. Dat is later helemaal veranderd.’

Hoe oud was u toen u zelf begon met masseren?

‘Een jaar of tien. Daarvoor liep ik al met blote voeten

over mijn vaders rug. Ik had het juiste gewicht, mijn

moeder hield mij vast en gaf aanwijzingen, mijn vader

kon zich dan goed ontspannen. Het is in elk Indisch gezin

normaal om elkaar te masseren, dat kan ook tijdens een

bezoek of een feestje. In Indonesië kun je zelfs op straat

gemasseerd worden. Dus voor mijn ouders en voor mij was

het logisch dat ik de pitjitgewoontes overnam.’

Moet je ook een bepaalde techniek ontwik kelen

om het goed te kunnen?

‘Het gaat er in de eerste plaats om dat je aanraakt vanuit het

hart, werkt vanuit het gevoel, je intuïtie. Voel je spanning,

hitte of kou, of voel je zelfs pijn, boosheid of verdriet? Daar

kun je wat aan doen als je iemand masseert. Opgroeien met

pitjit is verweven raken met de methode. Het hoort bij je

leven. Net als traditioneel leren koken. Gele rijst met alle

bijbehorende gerechten bijvoorbeeld. Kennis wordt op die

manier van generatie op generatie doorgegeven. Ook de

jongens leerden koken.’

Wanneer wist u dat u zich fulltime met pitjit

wilde bezig houden?

‘Ik kon het al goed toepassen in mijn werk en op mijn 26e

heb ik een plan van aanpak gemaakt om een eigen praktijk

aan huis te beginnen in Hengelo. In het begin moest ik

nog echt reclame maken, maar na verloop van tijd ging

het lopen, vooral door mond-tot-mond-reclame. Ik kreeg

vaste klanten en een steeds groter klantenbestand. Mijn

ex-man heeft me heel erg geholpen bij het opbouwen van

mijn zaak en voor mijn kinderen was het heel gewoon dat

er klanten aan huis kwamen. Aansluitend ben ik work -

shops gaan geven. Om mijn kennis uit te breiden heb

ik een aantal studiereizen gemaakt naar Indonesië en

uiteindelijk heb ik twee boeken over pitjit geschreven,

één autobiografisch boek en een handleidingboek. Een

praktische toevoeging, ook voor de huis-tuin-en-keukenmasseur.

Hoeveel pitjit-therapeuten

zijn er in Nederland?

‘Enkele tientallen, waarvan ik er veel zelf

heb opgeleid. Ik geef het liefst workshops

en masterclasses aan mensen die geen

massage-ervaring hebben. Mensen die op

hun gevoel kunnen vertrouwen en niet

terugvallen in hun oude massageroutine.

Bij mijn workshops laat ik je voelen hoe

bijvoorbeeld een handmassage moet

aanvoelen. Je doet je ogen dicht, ik geef

verder geen aanwijzingen maar laat het

enkel voelen. Daarna mag de cursist zien

wat ik doe. Veel mensen pikken met deze

methode de bedoeling makkelijker op.

Genegenheid is het sleutelwoord. Daar

hoort geen ego bij. Werken vanuit je hart

roept de empathie vanzelf op. Het maakt

dan niet uit of je Indisch of Nederlands

bent.’

Geeft u het ook door

aan uw eigen kinderen?

‘Ik heb twee zoons, de jongste, Tim, kan

zowel masseren als energie overdragen

of hand opleggen. De oudste, Jan, heeft

als jongste deelnemer alle masterclasses

doorlopen. Mijn schoondochter Mandy

heeft er ook veel gevoel voor en past het

weer toe bij Jan na een pittige werkdag.

Voor mij is het belangrijk dat mijn kin deren

dit stuk cultureel erfgoed weer kunnen

overdragen aan hún kinderen. En in staat

zijn te helpen bij stress, ziekte of blessures.’

.9

ZILVER WINTER 2022 / 2023


COLUMN. MARCEL OLDE RIKKERT

Marcel

COLUMN

Olde Rikkert

Hoe lang mag je rouwen?

.10

Marcel Olde Rikkert is in

zijn woonplaats Nijmegen

hoogleraar geriatrie in het

Radboudumc en hoofd van

het Radboudumc Alzheimer

Centrum. Hij is geboren en

getogen in Hengelo.

Zijn missie is om oudere

mensen zo goed mogelijk

te helpen kiezen uit al wat

de geneeskunde te bieden

heeft, passend bij hun eigen

verhaal. Dat heeft hij ook

beschreven in zijn boek

‘Jong blijven en Oud worden’

(2015, Thoeris A’dam).

Heeft u een vraag aan

professor Olde Rikkert,

stuur dan een e-mail naar

redactie@zilvermedia.nl

t.a.v. de heer Olde Rikkert.

Het is nu ruim een jaar na de laatste

grote coronagolf en anderhalf jaar na

de eerste piek. In de drie pieken die we

hebben gehad zijn veel mensen aan

COVID-19 overleden, vooral ouderen. Ik

zie nu regelmatig de langst levende partners

worstelen met hun verdriet. Ieder

overlijden van een naaste is moeilijk,

maar wanneer je in de laatste levensdagen

nauwelijks of geen contact hebt

kunnen hebben, weegt het extra zwaar.

De isolatie maatregelen, die bij de eerste

corona golf heel strikt waren en slechts

langzaam versoepelden,

hebben veel nabestaanden

van een waardig, intiem

afscheid beroofd.

Hierover sprak ik een

mijn heer van 83 jaar op

een rustig moment tijdens

een weekenddienst. Hij

was de avond tevoren opgenomen

vanwege een

nier bekkenontsteking. Verder was hij

nog goed bij de pinken, al liep hij met een

rollator om niet te vallen en had hij een

stoma vanwege een eer dere darmingreep.

‘Laat mij gaan’ zei hij, ‘ik hoef geen

antibioticabehandeling meer.’ Dat verbaasde

mij, omdat hij net verteld had

over zijn kinderen en kleinkinderen. De

jongste zocht hem iedere dag op in het

ziekenhuis en eenmaal per week thuis.

‘En toch is het op voor mij.’ De tranen liepen

sneller dan zijn infuus. ‘Ik heb mijn

vrouw aan corona verloren, nu ruim een

jaar geleden. De huisarts zei dat ze maar

een weekend in het ziekenhuis hoefde te

overbruggen. En daar zeiden ze dat ik

beter thuis kon afwachten. Tot het ineens

slechter ging.

‘Iedereen

vond ons een

heel gezellig

stel oudjes.

Wij zelf ook!’

Maar toen ik kwam, was ze al overleden.’

Ze waren bijna 60 jaar getrouwd, maar nu

zit hij alleen in een koud huis. Vroeger

was hij actief als vrijwilliger in het ziekenhuis

en in de kerk. ‘Iedereen vond ons

een heel gezellig stel oudjes. Wij zelf ook!’

Hij mist heel erg het kunnen zorgen voor

elkaar en zegt ‘dat zijn verhaal af is’.

Veel zorgverleners kunnen deze rouw

moeilijk accepteren. In de psychiatrie is

daarom dit jaar ernstige rouw als ziekte

geclassificeerd. Wanneer rouw na een

jaar nog niet over is, moet je behandelen,

volgens de bijbel van de

psychiatrie (de DSM-5 tr).

In Nederland pleiten sommige

artsen en psychologen

zelfs voor een maximum

rouwpe riode van

een half jaar. Naast het

sterven zelf, lijkt ook rouw

maakbaar en oplosbaar te

moeten zijn.

Maar de bedachtzame vriendelijke man

die ik sprak was niet depressief of anderszins

ziek. Hij worstelde invoelbaar

met zijn levenseinde, waarvoor hij een

zin volle invulling was kwijt geraakt.

Moest ik hem antidepressiva of een

psycholoog voorschrijven? Of misschien

polsen of hij euthanasie wilde?

Ik heb beide niet gedaan, maar gevraagd

of ik ook onze pastoraal werker eens zou

bellen voor een gesprek, vanwege zijn

nauwe banden met de kerk. ‘Ja dat wil ik

graag. En verder…’ - voegde hij er snel aan

toe, alsof hij mijn gedachten had gelezen

- ‘wil ik geen gedoe; Ik wil een eerlijke

dood.’ We keken elkaar aan, allebei opgelucht.

Marcel

Olde Rikkert

Klinisch geriater Radboudumc


// Tekst en foto’s

JOHAN LEURINK

+

.11

Jos Olthof

slaat als

viscoach

ouderen

aan de haak

Ouderen worden steeds ouder en blijven

langer vitaal. Je hoort en leest het overal.

Neem Jos Olthof. De 69-jarige voormalige

basisschooldocent en schoolopleider

aan de Saxion-pabo in Enschede is in

het Memorymuseum Nijverdal actief

als suppoost en educatief medewerker.

Daarnaast zit hij als coach Samen Vissen

regelmatig aan de waterkant om samen met

cliënten van zorginstellingen/boerderijen

een hengeltje uit te gooien in de regionale

wateren. ‘Dat is een feestje’, vindt hij. >>

ZILVER WINTER 2022 / 2023


ACTIEVE 65+. JOS OLTHOF

.12

‘Het is zoveel

meer dan het

turen naar de

dobber.’

Vissen! Jos was amper zes jaar toen hij voor het

eerst een hengeltje uitwierp en dat doet hij tot op

de dag van vandaag nog steeds. ‘Vissen geeft rust.

Het is zoveel meer dan het turen naar de dobber. Je zit in de

natuur, ziet ijsvogels die vanaf een boomtak azen op een visje

of futen die met hun kroost op het water dobberen. Verder

maak je geregeld een praatje met voorbijgangers. Het is

een heel fijne sociale activiteit. Dat ik dit nu deel met cliënten

van zorginstellingen en zorgboerderijen geeft mij heel

veel voldoening.’

Samen Vissen coach

De Nijverdaller is een van de Samen Vissen coaches die

in het land actief zijn. Sportvisserij Nederland en zeven

hengelsportfederaties, waaronder Sportvisserij Oost-

Nederland, hebben samen met het IVN (Instituut Voor

Natuureducatie) het project Samen Vissen opgezet. Sonja

van der Kooi van Sportvisserij Oost-Nederland te Raalte:

‘Wij zijn er in 2020 mee begonnen, maar werden tegengehouden

door corona. Afgelopen seizoen zijn we voorzichtig

in Oost-Nederland van start gegaan. Het werd een groot

succes en het krijgt steeds meer bekendheid bij onze

doelgroep. Dat zijn cliënten van zorginstellingen, al dan

niet met een verstandelijke of lichamelijke beperking.

Zij krijgen altijd begeleiding van een lid of leden van een

plaatselijke visvereniging met wie de Samen Vissen coach

samenwerkt.


De lijnen zijn heel kort. Zorginstellingen kunnen

bij ons via de website www.samenvissen.nl een

aanvraag voor een visuitje indienen. Wij zoeken een

match met een Samen Vissen coach, waarna deze

met de visvereniging en zorginstelling een afspraak

maakt over waar en wanneer er gevist wordt. Vanuit

de zorginstelling is er altijd begeleiding aanwezig

voor de zorg van de cliënten. En niet geheel

onbelangrijk: het visuitje is voor de zorginstelling/

boerderij geheel kosteloos!’

Herbeleven

‘Ik trek er natuurlijk niet in mijn eentje op uit’,

zegt Jos Olthof. ‘Ronny Zwakenberg van HSV

Lemelerveld is mijn vismaatje. Wij zorgen voor

de hengels, het aas en lokvoer. Allemaal prachtig

materiaal waarmee wij de deelnemers spelenderwijs

leren hoe ze moeten vissen. Sommigen vinden het

in het begin best eng! Vooral het aanhaken van aas

(made en worm) en helemaal als de dobber ineens

onder water verdwijnt en een vis gevangen wordt.

Wat ook mooi is, is als er ouderen bij zijn die in hun

jonge jaren. Die genieten extra omdat zij de hobby

van toen herbeleven. Als je met hen in gesprek raakt,

hoor je de mooiste visverhalen. De cliënten worden

door de activiteitenbegeleider van de zorginstelling/

boerderij naar de visstek gebracht. Maar niet voordat

gecheckt is of deze veilig is. En meestal komt er ook

een mand met lekkers en een lekkere bak koffie of

thee mee.’

Feest aan de waterkant

‘Voor de cliënten is dit uitje echt een feestje’, zegt

Jos. Hij laat een filmpje zien waarin een groep

cliënten zingend aan het Overijssels Kanaal zit en

waarbij een begeleidster staat te dansen. Uiteraard

op het liedje “Als ze me missen, dan ben ik vissen”.

Het is een vrolijke bedoening. ‘Geweldig toch’, zegt

Jos. ‘Dit is zo mooi om te doen. Je leest en hoor zo

vaak dat ouderen in een sociaal isolement komen.

Mensen die hun leven lang hard hebben gewerkt

maar noodgedwongen in een zorginstelling wonen

en vervolgens nauwelijks meer contact met de

buitenwereld hebben. Zelf zijn ze niet meer mobiel

genoeg en door alle bezuinigingen in de zorg

zie je dat activiteitenbegeleiding en dagbesteding

minder wordt en er niet altijd vrijwilligers genoeg

zijn om met hen op pad te gaan. Dat is niet goed.

Erop uit, de natuur in doet hen goed, geestelijk

en lichamelijk. Ik ben blij dat ik hieraan kan

bijdragen.’

Meer info: www.samenvissen.nl

.13

Wilt u ook Samen Vissen coach worden, neem

dan contact op met Sonja van der Kooi via

vrijwilligers@sportvisserijoostnederland.nl

ZILVER WINTER 2022 / 2023


BERICHTEN UIT. WACHTMEISTERHAUS - 7

‘WISTEN WE AL DAT

WE DIT HADDEN?’

// Tekst en foto’s

PAUL ABELS

.14

Af en toe gebeuren er dingen in ons Duitse

dorp die wij niet geheel kunnen duiden. We

wonen bij de kerk, in het centrum. Er wordt

veelvuldig getrouwd en, voor Nederlandse begrippen,

zeer vaak ook in de kerk. Liefst twee

keer zagen we een trouwerij voorbijkomen

deze week, beide keren met een ritueeltje dat

we nooit eerder zagen. De bruid in het lang

posteerde zich met haar vriendinnen bevallig

voor het Langes Haus uit de 16 e eeuw. Voor de

fotograaf. De bruidegom stond erbij met zijn

vrienden. Die reikten hem een fles bier aan.

Hij nam er een slok uit, gaf de fles terug waarop

een van hen de fles kapot gooide op straat.

Waarna de bruidegom serviel met stoffer en

blik in de weer ging.

Wat betekent zoiets? Twee

keer, dat kan toch geen

toeval zijn? We vragen het

aan Tjibbe Valkenburg, bestuurslid van

de Stichting Hohes Haus. Hij is 29, een

gestudeerd man en ongeveer even oud

als de beide bruidegommen - misschien

heeft hij een plausibele verklaring? Hij

schudt zijn hoofd. ‘Ik kom hier al bijna

vijftien jaar in het dorp, maar dit heb ik

nog niet eerder gezien. Ik weet het niet.

Misschien een symbolische actie: het

vrije leven is afgelopen, vanaf nu moet

je netjes zijn, de rommel opruimen, nu

je getrouwd bent?’

Bestuurslid

In 1953 werd de Stichting Hohes Haus

opgericht. Het is een gebruikelijke

constructie die ervoor moest zorgen

dat een prachtig middeleeuws gebouw

niet ten prooi zou kunnen vallen

aan erfgenamen die hun erfdeel in

contanten wensten te ontvangen. Het

huis moet behouden blijven. Anno

2022 bestaat de Stichting nog steeds.

Het jongste bestuurslid is Tjibbe

Valkenburg, kunsthistoricus. Hoe komt

deze benjamin terecht in een stichting

die toch vooral gerund worden door

senioren? Oud-bestuurslid Lothar von

Bönninghausen vierde onlangs op het

Hohes Haus zijn tachtigste verjaardag.


Gevoel voor geschiedenis

Valkenburg vertelt: ‘Titus von Bönning hausen is een

vriend van ons gezin. Toen ik een jaar of zestien was,

nodigde Titus ons een keer uit om te komen kijken in

Nienborg en te logeren op het Hohes Haus. Mijn broers

Floris en Sybout en ik vonden het geweldig. We hebben

alle drie veel gevoel voor geschiedenis - en ik heb ook

nog de voorliefde voor kunst. In 2005 is Lodi (Baron

Lodewijk von Bönninghausen, geboren in 1909 - red.) gestor

ven. Het huis stond leeg. Lodi had zijn hele ziel en

zaligheid in restauratie en behoud van het Hohes Haus

gelegd. Vanaf 2010 kwamen we hier steeds vaker. We

stookten paasvuren, we plukten pruimen, we zwommen

in de Dinkel. Er was heel veel werk te doen, het huis was

verweesd. Alles uit de kelder moest verplaatst worden,

er was twee keer waterschade geweest. Vanaf het begin

beleefde ik plezier aan alles wat er in het Hohes Haus te

vinden was.’

En Tjibbe spoorde zaken op die lange tijd verdwenen

waren geweest. Hij vond dingen mooi. En ging zaken

bij elkaar zetten die volgens hem bij elkaar hoorden,

die pasten. Schilderijen inlijsten en ophangen. Van die

liefhebberij ging hij later zijn studie en zijn werk maken.

Hij studeerde kunstgeschiedenis aan de Universiteit van

Amsterdam, liep stage bij een kunsthandel en stond op

de TEFAF, de kunstbeurs in Maastricht.

Wat doen

Tjibbe Valkenburg is geen prater. Bescheiden, een

echte teamworker. Het blijkt uit zijn woordkeus en het

wordt bevestigd door andere bestuursleden. ‘Tjibbe is

een kunsthistoricus die niet of nauwelijks spreekt over

kunst maar er van nature mee omgaat.’ Het woord ik

komt moeizaam over zijn lippen. ‘Bij kunstgeschiedenis

heb je soms te maken met wel dertig verschillende

interpretaties van een schilderij. Dat is niks voor mij.

Ik wil graag wat doen. Dat kan in het Hohes Haus. Er

zijn bijvoorbeeld veel mooie meubels in het huis waar

je een oplossing voor wilt vinden. Maar we hebben

ook een keer een wapen gevonden. En een interessant

aquarelletje. Lag gewoon ergens in een kast. Een molen,

een bootje, in paars-blauwe tinten. Dan denk ik: zo’n

mooi dingetje mag niet in het licht hangen. En dan zeg ik

tegen de bestuursleden: ‘Wisten we al dat we dit hadden?’

>>

Sinds april 2021 woont uitgever

Paul Abels met zijn vrouw en zijn hond

in Nienborg, een klein dorp tussen

Heek en Epe in Nordrhein-Westfalen.

Zijn huis, het 18e-eeuwse Wachtmeisterhaus,

staat op het hoogste punt van het

dorp, naast een 14e-eeuwse Burg, het

Hohes Haus, al ruim een eeuw in het

bezit van de Nederlandse familie Von

Bönninghausen. In Zilver Magazine

bericht Abels op gezette tijden over het

Hohes Haus en over zijn wederwaardigheden

op het Duitse platteland.

‘Dan denk ik:

zo’n mooi dingetje

mag niet in het

licht hangen.’

.15

ZILVER WINTER 2022 / 2023


BERICHTEN UIT. WACHTMEISTERHAUS - 7

‘We moeten de

geschiedenis eren.’

.16

Ostflüchtlinge

Titus von Bönninghausen, voorzitter van de

Stichting tot behoud van het Hohes Haus,

schuift aan bij het gesprek. ‘Dit is een familiehuis.

Iedereen werkt samen voor dit huis en

al het moois dat er bij hoort. We moeten de

geschiedenis eren. Dat is begonnen met Lodi en

dat zetten we door.’ Desgevraagd verklaart Titus

dat hij Tjibbe Valkenburg als een soort jonge Lodi

ziet: ‘Hij is een man die er, net als mijn oudoom

Lodi, alles voor over heeft om zorgvuldig het

eigene van het Hohes Haus en al zijn schoonheid

te bewaken. De vader van Lodi, een advocaat,

heeft in 1953 de Stichting opgericht. In die

tijd bewoonden wel zo’n zestig Ostflüchtlinge

het huis. Heel wat dakpannen waren kapot, er

was houtrot, het huis was in slechte staat. De

bewoners hadden allemaal hun eigen kamertje

gemaakt en hun eigen kacheltje. Uit alle ramen

stak een kachelpijpje. In 1961 is de laatste

vluchteling vertrokken. Lodi was burgemeester

ergens in Zeeland en later in Brabant. Hij ging

in 1974 met pensioen. Toen begon zijn grote

project: het opknappen van het huis. Daar

had hij trouwens niet altijd gelegenheid voor,

Tjibbe Valkenburg

want hij was heel veel in Brussel. Om te dansen. Hij

was vaste gast op partijen en dansavonden. Hij had

er soms wel tweehonderd in een jaar. Tot zijn 85 e is

hij blijven dansen. Hij zei: als ik geen burgemeester

was geworden, was ik danser geweest. Lodi was de

bescheidenheid zelve. Hij wilde per se geen Duitser

zijn. Elke vijf jaar moest hij daarvoor een verklaring

tekenen: hij was in Nienborg geboren, in het Hohes

Haus, dus formeel een Duitser van geboorte. Een heel

voorkomende en behulpzame man, elegant. Maar hij

had geen enkele behoefte aan luxe. Als de thee op was,

dronk hij gewoon warm water en at hij droog brood.’

Niet in een vinexwijk

Het is duidelijk, Tjibbe Valkenburg is verslingerd aan

het huis. Maar heeft hij wel tijd om zich te bekommeren

om de kunst in de Burg? ‘Nee, langzamerhand eigenlijk

niet meer. Ik heb net een nieuwe baan gekregen in

de cybersecurity.’ Hij glimlacht: ‘Daar zat ik vroeger

ook in, nu ja, in de kunst security. Ik ben een tijdje

suppoost geweest in het Rijksmuseum in Amsterdam.

Ik sta op heel wat foto’s van Japanners, pal naast de

Nachtwacht.’ Desgevraagd verklaart Valkenburg dat hij

Amsterdam best zou willen verruilen voor Nienborg:

‘Ik zou hier nu wel kunnen wonen. Dan moet je wel

een hond hebben trouwens, dat is gezelliger... Een dorp

als dit heeft een totaal andere sfeer dan een grote stad -

het is hier überhaupt anders dan in Nederland.


De mentaliteit wijkt af. Iedereen groet je. In het begin

hoefde je ook niet je fiets op slot te zetten hier. Mijn

angstbeeld is om in een Nederlandse vinexwijk te

wonen, zo stereotiep, met twee kinderen of zo. Het

Hohes Haus kan dat gevoel verdrijven. Ja, ik vind dit

huis echt leuk en ik vind het fijn om in het bestuur van

de stichting te zitten.’

Badmintonnen

Geregeld leidt Tjibbe een groep kijklustigen rond. ‘Ik

onderzoek altijd eerst wat voor mensen het zijn. Daar

laat ik mijn verhaal van afhangen. Ik hoop dat ze vragen

gaan stellen. De meeste mensen zijn al overweldigd

door de grootte van de hal als ze binnenkomen.

Daar kun je badmintonnen, het is ruim genoeg. Ik

wijs mensen graag op details. Vaak zien ze alleen de

grote lijn. Bezoekers vragen zich meestal af hoe je zo’n

groot eeuwenoud huis in stand houdt. Ze vinden het

mooi dat het huis nog bewoond wordt. In kinderen

die te gast zijn ontwaakt niet zelden het riddergevoel,

vooral als ze de hellebaarden, de kruisboog en de

middeleeuwse stenen kogels zien - het buskruit was

nog niet uitgevonden... De bibliotheek, waar Lodi het

meeste vertoefde, is wel een heel verfijnde ruimte.’

Hij neemt een meterslange hellebaard uit een rek

aan de muur. Zelf gekocht in België: hij vond dat zo’n

middeleeuws steekwapen in het Hohes Haus hoorde.

Hij nam het ding mee in de trein...

Briefjes

‘De Damenzimmer is eigenlijk een ruimte

om je in de zomer terug te trekken. Je kon er

spelletjes spelen. Daar heb ik schilderijen van

bloemstukken voor bij elkaar gezocht en ze

zo mooi mogelijk bij elkaar gehangen.’ Van

alles werd er noodgedwongen veranderd in de

inrichting zoals baron Lodi die ooit bedacht had.

En in ere hersteld. ‘In het begin,’ zegt hij, ‘was

ik misschien te veel begaan met alles. Ik legde

dan briefjes neer: zo moet je het niet doen. Want

mensen gingen bijvoorbeeld glazen bier zetten

op fijnzinnig beschilderde bijzettafeltjes waardoor

de verf kapot ging. Nu ben ik wat makkelijker.

Er moet wel geleefd kunnen worden in

het huis. Meestal loop ik met bezoekers ook

door naar de zolder. Technische mensen vinden

de middeleeuwse balkenconstructie geweldig.

Het is een georganiseerde chaos - iedereen heeft

de gelegenheid om daar zelf iets te ontdekken.’

Niet pochen

Hoe ziet Tjibbe Valkenburg de toekomst van

het Hohes Haus? ‘De zorgen worden minder,

het gaat goed. Het is nu eigenlijk op zijn leukst.

We werken met een kleine betrokken groep. We

willen zoveel mogelijk mensen laten zien hoe

bijzonder het allemaal is, hoeveel cultuur er met

het huis en met Nienborg verbonden is. Maar

wel in alle bescheidenheid.’ Hij lacht. ‘Dat maakt

wel dat we commercieel gezien misschien wat

te weinig ons best doen.’

.17

ZILVER WINTER 2022 / 2023


BROK

INTERIEUR

90

sinds 1932

“Het Brok team is nog altijd

één grote familie.”

Hoera! Brok Interieur bestaat negentig jaar! Wat in 1932 begon

als de meubelmakerij van Frans Brok aan de Bothastraat in

Hengelo, is nu al decennialang een winkel met Nederlandse

designmeubelen, woningtextiel en slaapkamers.

.18

ADVERTENTIE

Team Brok Interieur: Benny, Romano, Justin, Elles, Jeffrey, Astrid, Joey, Ruurd, Marion, Willemijn, Dean, Ingeborg en Stefan

In 1976 droeg Frans het bedrijf over aan zijn

beide zoons Gerard en Jeroen en in 2004 werd

de meubelwinkel door Jeroen vernieuwd:

er worden sindsdien meubelen in een hoger

segment verkocht én ze zijn bijna allemaal

van Nederlandse komaf. In de jaren die

volgden werd de winkel aan de Drienerstraat

zo verbouwd en ingericht, dat alledrie de

specialismen van Brok Interieur vanaf dat

moment onder één dak te vinden waren.

Meubelen, Slapen en Textiel.

Het hechte team vierde op 30 oktober j.l de

negentigste verjaardag van Brok Interieur

tijdens een extra feestelijke koopzondag

waarbij veel vaste klanten de winkel bezochten.

Online gaat het feestje nog even door, want op

negentigjaarbrok.nl worden mooie verhalen

verzameld over negentig jaar Brok Interieur.

Bezoek de jubileumpagina en laat je inspireren!

En hoewel Brok Interieur lange tijd werd gerund

door de familie Brok, wordt het familiebedrijf

sinds 2019 voortgezet door medewerkers

uit het team: Astrid, Ruurd en Jeffrey. De

achternaam Brok mist, maar met bij elkaar

meer dan 60 jaar ‘Brok-ervaring’ zijn zij samen

met het Brok team nog altijd één grote familie.

Brok Interieur Wonen, Slapen & Textiel

Drienerstraat 47, 7551HL Hengelo

074-2913126, info@brokinterieur.nl

www.brokinterieur.nl


INTERVIEW. COLUMN. WEDUWE HENK BOOM TIMMERMAN?

column

KlepperDerk

Henk

Boom

Al vele jaren staat op mijn bureau een bronzen beeldje van een man, gekleed in

boerenkiel. Boerenpet op het hoofd. Zijn rechterarm staat half omhoog. In zijn hand

heeft hij een ouderwetse klepper. Dan kan het niet anders of het moet Klepper Derk

zijn, de man die in vroegere jaren het laatste nieuws declameerde op de daarvoor

aangewezen straathoeken van het dorp. Bovendien was hij ’s nachts ook de man

die de veiligheid in het dorp bewaakte.

Aanvankelijk had elk dorp zijn klepperman. In de ene buurtschap heette hij Klepper-

Mans, in de ander Klepper-Jan. Dat waren de tijden dat de klemtoon nog op de

naam lag. Nu is KlepperDerk een merknaam, net zoals Solex of Vespa. De klem -

toon ligt niet meer op de naam van de klepperaar maar op de klepper zelf. Klepper-

Derk is daarmee een ietwat onpersoonlijk institutioneel anachronisme geworden

dat alleen nog te horen en te zien is bij traditionele rituelen, zoals bijvoorbeeld

- ik noem maar een dwarsstraat - de jaarlijkse Schuttersfeesten in Diepenheim.

Inmiddels is de klepper vervangen door Twitter, WhatsApp en Facebook. ’s Nachts

de veiligheid waarborgen gebeurt via een groepsapp. Dat heet nu buurtpreventie.

Toch is er één aspect van de vroegere KlepperDerk ongeschonden gebleven ondanks

alle digitale invloeden. Dat is de dorpsroddel. Eigenlijk wil ik het geen roddel noemen

want dat zou duiden op achterklap en kwaadsprekerij. Verre van dat. De dorps roddel

heeft een diepmenselijke maat. Het getuigt van optimale nieuws gierigheid en de

totale bevrediging daarvan. Het is buurtjournalistiek in optima forma dat van huis

naar huis gaat, vaak nog sneller dan het licht.

Henk Boom (1945), geboren

in Almelo en woonachtig in

Diepenheim. Als journalist

werkte hij bij het dagblad

Tubantia en bij de Haagsche

Courant. Als correspondent

was hij ruim dertig jaar

actief in Mexico en Spanje.

Als auteur wijdt hij zich nu

aan boeken met historische

thema’s.

.19

Nu ik enige jaren in Diepenheim woon, weet ik dat ik omringd ben door een heel

nest KlepperDerken. Zo vertelde de dochter van mijn hoogbejaarde buurvrouw dat

zij op jeugdige leeftijd op weg van school naar huis van de fiets was gevallen. Toen

ze later dan normaal wat bedremmeld thuis kwam, wist haar moeder alles al. Het

nieuws had haar al bereikt terwijl er toen nog geen sprake van internet was. Dat

was vijftig jaar gleden. Alsof er niets is veranderd, werd ik onlangs op een vroege

zaterdagmorgen op de schouder getikt bij in de lokale supermarkt. Ver baasd keek

ik om. ‘Ha buurman’, zei de jongeman in wie ik mijn toekomstige noaber herkende.

‘Huis verkocht, niet waar?’ Ik was perplex. De avond daarvoor was na goed overleg

met de makelaar vastgesteld wie de koper zou worden van ons huis. Nog geen twaalf

uur later ging het verhaal al rond bij de grootgrutter. Diezelfde avond heb ik

een brandende kaars naast mijn KlepperDerk-beeld geplaatst. Bij wijze van eerbetoon

aan de uitvinder van de Snelle-Jelle-journalistiek.

Henk Boom

ZILVER WINTER 2022 / 2023


KUNST. IN DE OPENBARE RUIMTE

// Tekst

JET VAN DER SLUIS

// Fotografie

RIKKERT HARINK

IJSVOGELS

IN ALMELO

.20

Wie het centrum van Almelo bezoekt, kan niet om de prachtige

beelden van Anne Wenzel heen. Maar liefst drie grote, kleurrijke

ijsvogels staan gegroepeerd om en in het water van de

vernieuwde havenkom. Ze geven aan de waterpartij en het

achterliggende plein een zonnige uitstraling waardoor de hele

binnenstad is opgeknapt.

Zo’n grote opdracht in de openbare

ruimte geeft altijd gedoe, omdat het

moei lijk is om het iedereen naar de

zin te maken. De gemeente Almelo heeft dat

voor een groot deel ondervangen door de

bevolking actief in de keuze te betrekken. Na

een professionele selectie resteerden er drie

voorstellen van respectievelijk Rob Sweere,

Q.S. Serafijn en Anne Wenzel. Na een online

verkiezing bleek de overgrote meerderheid

van de stemmen te gaan naar de ijsvogels

van Wenzel.

Dat is des te leuker, omdat deze internationaal

bekende keramiste nog steeds een

zekere binding met Twente heeft. Ze ging in

Enschede naar de kunstacademie (AKI-ArtEZ)

en bovendien woont haar schoonmoeder in

Almelo. In de ontwerpfase vroeg Anne haar

wat zij nou zo aantrekkelijk vond aan het

wonen in Twente. Dat bleken vooral de omringende

natuur en de sociale cohesie binnen

de stad te zijn: het ons-kent-ons gevoel.

Met die twee gegevens ging ze aan de slag.

De terugkeer van de ijsvogel in het Twentse

beken landschap is een enorme opsteker voor

iedereen die de natuur een goed hart toedraagt,

vandaar dat ze voor dit fotogenieke, maar

schuwe vogeltje koos. Het stond voor Wenzel

ook vast dat het er meer dan één zou moeten

worden. Rond de nieuwe havenkom houdt een

drietal vogels elkaar gezelschap, waarmee ze

een vorm van saamhorigheid verbeeldt.

Keramiek

Anne Wenzel heeft inmiddels internationaal

furore gemaakt als beeldhouwer. Het bijzondere

is dat ze haar beelden maakt van klei, een

medium dat veel van haar collega’s uitsluitend

gebruiken om een schetsontwerp te maken.

Vooral door de enorme schaal van haar werk

stelt ze zichzelf daarbij voor uitdagende technische

problemen. Iedereen die wel eens met

klei heeft geboetseerd, weet dat dit materiaal

eindeloos moet drogen voordat het gebakken

kan worden. Doe je dat niet dan gaat het werk

scheuren. Als je zoals Wenzel met letterlijk duizen

den kilo’s klei werkt, dan is die droog tijd

natuurlijk helemaal een probleem. >>


‘Het bijzondere is

dat ze haar beelden

maakt van klei.’

.21

ZILVER WINTER 2022 / 2023


KUNST. IN DE OPENBARE RUIMTE

.22

VIERDUIZEND KILO

Om het materiaal goed te leren kennen heeft

ze zich intensief bijgeschoold na haar academietijd.

Twee keer werkte zij bij het Europees

Keramisch Werkcentrum in Oisterwijk (EKWC).

Daarnaast voerde zij meerdere grote opdrachten

uit in samenwerking met Struktuur 68 in

Den Haag. Vooral daar leerde ze de techniek die

ze ook voor de ijsvogels heeft gebruikt.

Daarnaast voerde zij meerdere grote opdrachten

uit in samenwerking met Struktuur 68 in

Den Haag. Vooral daar leerde ze de techniek die

ze ook voor de ijsvogels heeft gebruikt.

Haar monumentale buitenbeelden maakt ze

eerst van massieve klei, waarbij ze het oppervlak

vaak modelleert en insnijdt met grote

boetseerstaven. Daarna wordt het geheel in

enorme blokken gesneden. De binnenkant van

deze massieve segmenten is dan soms nog

nat. Om krimpscheuren tijdens het bakken

te voorkomen, worden de losse onderdelen

uitgehold.

Dan volgt een droogperiode van meerdere

weken en pas daarna kan het beeld in delen

gebakken worden. Die gebakken onderdelen

worden dan weer in elkaar gezet voor het

glazuren en daarna nogmaals gedemonteerd

om het glazuur te stoken. Voordat ze de

‘De inwoners

van Almelo

voelen zich echt

verbonden met

‘hun’ beelden.’

keuze voor het uiteindelijke glazuur bepaalt,

experimenteert ze overigens ook nog eens weken

met allerlei proefglazuren. Pas na de tweede

ovengang, wanneer alle delen gebakken en

geglazuurd zijn, kan het beeld de fi nitief in elkaar

gezet worden. Voor dat laatste schakelt ze altijd

de hulp in van de firma Zuliani uit Zoetermeer. In

dat bedrijf worden de holle onderdelen gevuld

met een wapening van beton en ijzers, waarna

medewerkers de uiteindelijke, weersbestendige

versie opbouwen en ter plekke installeren.


‘In haar oeuvre

houdt ze zich

doorgaans bezig

met grote thema’s.’

Applaus

Na een ontwerp- en werkfase van bijna twee jaar,

konden de IJsvogels in mei 2020, dus midden

in de eerste coronagolf, geplaatst worden. De

gemeente Almelo had daar expres geen ruchtbaarheid

aan gegeven, omdat er immers geen

publieksevenementen plaats mochten vinden.

Toen de drie beelden van zo’n vierduizend

kilo per stuk (!) op diepladers arriveerden,

ver zamelde zich desalniettemin al snel een

enthousiaste menigte die de verrichtingen van

het team van Zuliani met bewondering volgde.

Toen het laatste beeld in de water partij op

zijn plek stond, ging er een spontaan applaus

op. Inmiddels voelen de inwoners van Almelo

zich echt verbonden met ‘hun’ beelden. Dat

bleek wel toen er in de winter van 2021 een

stuk van de vastgevroren snavel van de vissende

ijsvogel afbrak, bij het invallen van de

dooi. De kunstenares kreeg talloze telefoontjes

en e-mails van verontruste inwo ners. Toen

ze met een team bezig was om de sokkel op

te hogen en de snavel te repareren vroegen

diverse toeschouwers wat ze wel niet aan het

doen was. Met andere woorden: kom niet aan

onze ijsvogel!

Zwaar, maar vederlicht

Wenzels werk is doorgaans veel ‘donkerder’

en meer geëngageerd dan ze in deze

op dracht laat zien. In haar oeuvre houdt

ze zich doorgaans bezig met grote thema’s

als oorlog en destructie, de uitbuiting

van vrouwen en met vergankelijkheid en

verval. Momenteel werkt ze bijvoorbeeld

aan een monument voor de Rotterdamse

Razzia, een traumatische gebeurtenis op

10 en 11 november 1944, waarbij meer

dan 52.000 mannelijke inwoners van die

stad werden ingerekend voor de Duitse

Arbeitseinsatz. In Almelo laat de kunstenares

zien dat ze ook uit de voeten kan

met de lichtere kant van het bestaan. Het

is razend knap dat ze in deze loodzware,

monumentale ijsvogels toch de fragiliteit

en het kwikzilverachtige karakter van

deze aantrekkelijke, kleine vogeltjes heeft

weten te treffen. Chapeau!

.23

ZILVER WINTER 2022 / 2023


ZILVER MAGAZINE

LEZERSMENU ‘T KRUISSELT

ALLE DAGEN TE RESERVEREN [OP BASIS VAN BESCHIKBAARHEID]

DATUM START: VRIJDAG 16 DECEMBER 2022 ~ DATUM EIND: DONDERDAG 16 MAART 2023

.24

DRIEGANGEN ZILVER MENU

PRIJS ZONDAG TOT EN MET DONDERDAG € 30,- P.P. ~ PRIJS VRIJDAG EN ZATERDAG € 35,- P.P.

WINTERS MENU ZILVER MAGAZINE & ‘T KRUISSELT

[DRIE GANGEN, UIT TE BREIDEN MET EEN VIERDE GANG À € 6,50: VEGAN TOM KHA KAI]

CARPACCIO HERT | TRUFFELMAYONAISE | PIJNBOOMPITTEN | MESCLUN

of

GEGRILDE EN DAARNA GEMARINEERDE COURGETTE EN PAPRIKA | GEITENKAAS

KROPSLAHARTEN | COUSCOUS | RUCOLADRESSING

TONGSCHAR | PASTA NOIR | BEURRE BLANC | COURGETTE | CERISETOMAAT

of

LANGZAAM GEGAARDE WILDZWIJNNEK | GEKONFIJTE ZUURKOOL | SAUS VAN VLIERBES

GESERVEERD MET BIJPASSENDE GARNITUREN

Uit te breiden met puntzak boerenfrites met huisgemaakte mayo à € 3,95

PETIT GRAND DESSERT

RESERVEER NÚ UW LEZERMENU BIJ HOTEL-RESTAURANT ’T KRUISSELT

VIA 0541 551 567 OF INFO@KRUISSELT.NL O.V.V. LEZERSMENU ZILVER MAGAZINE


COLUMN. GERRIT LANSINK

GERRITS

STUKSKE

Hoo haazn Laampe

Elleke löt lachn

Elleke is neegn joar oald en wil veedokter wordn, zoo vast

as wat. Zee wont met de vaa en moo en breur Carel in n

groot hoes dat vrogger ne boerderiej west hef. Wieders

hebt zee nen hoond, Waldo, acht hoonder en dree

schöape. En dan löp der biej uur in t weeld nog nen grootn

haazn, dee Elleke te hope met vaa Gleensterlaampe hef

neumd. Doar hee zik in t orannie lech van n stroatlanteern

’s oavnds zo schier schienspegelnd zeen löt.

Mer tante Graa was den naam te laank. ‘Het is nen grootn

haazn, dan mö’j um nen kleanern naam geavn. Kiek mer

noar God. Den hef nen kortn naam, en is toch onwies

groot?’ Doar kon Elleke nich tieegn-an. Joa, tante har zölf ok

nen kortn naam en nen heeln kroam an kilo’s van zikzölf

met te dreagn. Zee was wa hoast net zo groot as God. Joa,

zee har geliek. ‘Loa’w em dan mer Laampe neumn.’

t Dannveald in n snee, zooas n drone

van Carel et zöt. De greune streepn hef

Laampke maakt, hee slöp in t rood en

haalt biej t blauw de häpkes van Elleke op.

.25

Nich wied van t hoes har de vaa n scheppel of vief met

dann in-epott. Met Douglas-dann um sekuur te wean.

Oaver n joar of vief könt dat mooie kerstbeume wean.

Noe bint et nog strungn van nog gen dree haand hoog.

In dat veeld hef Laampe de wonstie. Elleke leg em doar

hoast dag an dag wat te etn too. Luk moos, n wörtelke of

n paar brökskes oet n toetn vuur Waldo. Noe, op n 22stn

desember, hef t n uur of wat froai sniejd. Iej könt noe an

de doonkergreune streepn in t wit zeen hoo Laampe t etn

ophaalt. Hee is der langs ene liene hen en wierum goan.

Gistern hef Carel op zienn verjöardag ne drone kreegn.

Dizn dag is hee der met an t knooin en löt hee Elleke ne

lochtfoto zeen van t dannveald. Elleke zöt n dreehook

met ne striep noar daaltn, noar de et-stie vuur Laampe.

In n peunt van n dreehook, boavnan, lik et wa net n nus

van n haazn. Moo, eerlik is eerlik, har et voorts duur: ‘Hee

hef vuur oe nen kerstboom teeknd. En hee hef t nus in

de piek!’ Vaa döt der voort achteran: ‘Elleke, iej hebt genn

Poaskehaazn …’

‘Nee, nen Kersthaazn!’ röp zee oet, en zöt zikzölf lachn in t

spegelke van n zulvern gleenster-kerstbälleken.

Gerrit Lansink

Gerrit Lansink (Bokel, 1950) was

zon dertig joar tekstmänneke in

de reklame. Schrif zo noe en dan

gedichtn en stukskes in t plat en

mangs in t Neerlaands. Hef wat met

meziek, in t biejzeunder oet de joarn

vieftig, zestig en zeuvntig, mag geern

sport kiekn (voetbal, wielrenn en

schaatsn) en zöt dat 1+1+1 mangs

mooi weer spölt as pi (3,14).

ZILVER WINTER 2022 / 2023


GOED DOEL. STICHTING DUNIA LULU

.26

‘Het café is een

mooie manier om

de jongeren te

begeleiden naar

een werkplek.’


// Tekst

ASTRID OLDE OLTHUIS

// Foto’s

ARCHIEF MARIA LOMAN

Stichting

Dunia Lulu

steunt onderwijs voor Indiase

jongeren met een beperking

De stichting Dunia Lulu wil jongeren met een verstandelijke beperking in India aan een eigen

plek in de maatschappij helpen. Het begint bij het beter faciliteren en ondersteunen van

onderwijs, later volgt er mogelijk een opstap naar begeleiding naar werk met eigen inkomsten.

Toen de Ootmarsumse Maria Loman

(62) jaren geleden haar eerste rondreis

in India maakte, werd ze geraakt door

de vriendelijke en gastvrije mensen, de cultuur,

de kleurrijke manier van leven en de harmonie

met de natuur. Maar ze werd er ook geraakt door

de armoede, door bedelende kinderen, door de

vervuiling. Ze merkt op dat ze in India nergens

kinderen met een verstandelijke beperking ziet.

Als ze ernaar informeert, krijgt ze te horen dat

deze kinderen worden opgevangen bij nonnen

op speciale scholen. Ze lijken wel weggestopt

te worden. Met een tweelingzus Angeline die

geboren is met een verstandelijke beperking en

een baan als orthopedagoog in het voortgezet

speciaal onderwijs, is het niet toevallig dat ze daar

oog voor heeft. In de zuidelijke Indiase deelstaat

Kerala komt ze in contact met een kleine christelijke

kloosterschool voor kinderen met een beperking.

De school heeft maar weinig middelen. Ze besluit

de school te helpen. Het jaar daarop gaat ze weer,

met geld en materialen om het onderwijs daar te

ondersteunen. Het zijn de eerste stapjes naar de

stichting Dunia Lulu die ze in 2017 opricht.

Veel met kleine dingen kunnen doen

Weer thuis komt Maria in gesprek met oudplaatsgenoot

Anita Eissink (60) die opgroeide met

een inwonende gehandicapte tante. Aangestoken

door de verhalen van Maria, besluit Anita haar te

vergezellen tijdens volgende reizen naar India.

In Pushkar in het noorden van India pakken ze

samen een nieuw project op. Ze komen in contact

met een lerares, Ved Prabha, die achter haar woning

een schooltje is begonnen voor jongeren met een

beperking. ‘Het is bijzonder wat je daar aantreft.

Iedereen zit bij elkaar: kinderen die blind zijn, of

doof, jongeren met het syndroom van Down,’ zegt

Anita. Met het door de Stichting Dunia Lulu India

ingezamelde geld worden ter plekke speelgoed en

educatieve producten gekocht. De dames nemen

zelf geregeld spullen in hun bagage mee naar

India. Onder andere Duplo, dat ze via Marktplaats

aanschaffen. Ook introduceren ze het educatieve

pictosysteem dat jongeren een dagritme geeft. ‘Je

kunt daar met kleine dingen veel doen en Ved pakt

dat allemaal heel verdienstelijk op.’

Café Dunia Lulu

In India werkt Dunia Lulu samen met de Indiase

stichting Jyotirgamay Seva Sasthan die zich inzet

voor het sociale en educatieve welzijn van kinderen

met een beperking. Bestuurslid Mavi Gurjar ziet toe

op de geldstromen en adviseert over aanschaf van

mid delen. Hij heeft dagelijks contact met Ved Prabha

en de school en regelmatig met Ootmarsum. ‘Mavi

denkt er goed over na waar het meeste behoefte

aan is en of het de prijs waard is,’ vertelt Maria.

‘We hebben als stichting een tijd geleden een nieuwe

schoolbus aangeschaft. De oude hing bij wijze

van spreken met duct tape aan elkaar, niet meer

geschikt om de leerlingen veilig in te vervoeren. >>

.27

ZILVER WINTER 2022 / 2023


GOED DOEL. STICHTING DUNIA LULU

‘Er zijn nog tientallen

jaren in te halen wat

onderwijs betreft.’

.28

De aanschaf van een airco, een overkapping, een nieuw

bed voor een jongen met spasme, Mavi denkt mee.’

Mavi is eigenaar van hotel Diamond in Pushkar.

In 2019 is daar het rooftop café Dunia Lulu geopend

waar jongeren met een beperking training krijgen

in bediening, afwas of schoonmaak. ‘Het is een

mooie manier om jongeren met een beperking vanuit

het onderwijs te begeleiden naar een werkplek,’

vervolgt Maria. ‘Maar dat kan ook bijvoorbeeld

in een naaiatelier zijn, waar ‘je er in India talloze van

hebt. De school kon met donaties van de stichting

een naaimachine aanschaffen en jaarlijks krijgen

de leerlingen met Diwali, een van de belangrijkste

hindoefeesten, een kledingset.’

Een eigen plek

Het volgende grote plan is de aanschaf van eigen

grond. ‘Er wordt nu telkens een gebouw gehuurd,

we weten nooit voor hoe lang dat kan en wij vinden

dat de leerlingen een vaste plek, een eigen school,

verdienen. We streven ernaar dat we straks ruimte

hebben voor een arbeidstrainingscentrum waar

de leerlingen vaardigheden leren in de groente- en

bloementuin, tuinieren en waar ze vanuit een eigen

winkel de producten kunnen verkopen. Onze droom

is dat die plek meer wordt dan alleen maar een school,

een plek van waaruit leerlingen met een beperking

kunnen participeren in de maatschappij. We willen

er eigentijds en duurzaam onderwijs opzetten. Er

zijn nog tientallen jaren in te halen wat onderwijs

betreft.’ In februari gaan de dames weer naar India.

‘Op eigen kosten,’ benadrukken ze. ‘Alle sponsorgeld

wordt besteed aan het onderwijs daar.’ Inmiddels

zijn er vier leerkrachten aan de school verbonden

die 55 leerlingen met een beperking begeleiden.

Met de geïnde sponsorgelden wordt de school niet

alleen ondersteund in educatiematerialen, maar

krijgen de leerlingen ook elke dag fruit en een warme

maaltijd. Maria: ‘Langzaamaan zien de ouders van de

kinderen op onze school dat hun kinderen met een

beperking er wél toe doen, dat ze deel uitmaken van

de maatschappij. Het is heel mooi dat je via een lijntje

met de andere kant van de wereld kunt bijdragen aan

een beter leven van mensen die het zo nodig hebben.’

dunialulu.webs.com

Voor financiering van de projecten van stich ting

Dunia Lulu verkoopt de stichting onder andere

producten die in India met de hand zijn gemaakt,

zoals kleden, sieraden, tassen en sjaals. Deze

zijn te koop bij Galerie Art Brut Kik aan de

Oostwal 2 in Ootmarsum en bij de Gildehof

op de LosserHof. Een donatie kan via bankrekeningnummer

NL90 RABO 03168 15470

t.n.v. Dunia Lulu.


COLUMN. JAN WALBURG

COLUMN

JAN WALBURG

GELUK IN TWENTE

De Twente Board kondigde onlangs aan om zich te gaan wijden aan de bevordering van

geluk in Twente. Hoera! Die board is een samenwerkingsorgaan van veertien Twentse

gemeentes, ondernemers, onderwijs en overheid. Dat is zo’n beetje heel Twente dus,

behalve de burgers, de bewoners. Toen ik dat las ging ik meteen rechtop zitten om de

site van de board te raadplegen, wat zijn de plannen? De eerste zin kon me niet meteen

mee krijgen: ‘Gelukkige mensen presteren beter, zowel in hun werk als in hun sociale

leven.’ Laten we dat maar beschouwen als een onhandigheidje want verderop staat dat

ondernemerschap waarde creëert voor mens, natuur en maatschappij. En: ‘De Twentse

economie draait ook om welzijnsbloei, niet alleen om financiële bloei.’ Oké, dan zijn we het

eens. Overheden, maar ook ondernemers hebben niet als taak om burgers te controleren

en tot hard werken te bewegen, maar vooral om de ontwikkeling en het welbevinden van

de burger te bevorderen. Dat bevordert ook de economie.

De economie van Twente is de laatste jaren met 10% gegroeid, iets minder dan de Nederlandse

economie, maar toch mooi. En de tevredenheid van de burger is in diezelfde periode

stabiel en hoog gebleven. 84,9% van de Twentenaren is tevreden met hun leven. Een hoge

score waarmee Nederland en Twente tot de gelukkigste gebieden in de wereld behoren.

Met die ene vraag die de board over geluk stelt in de vragenlijst, valt het niet mee om te

beoordelen of de activiteiten en projecten van de board ook echt geluk bevorderen. Dan

zou je echt meer vragen moeten stellen zoals het Sociaal Cultureel Planbureau dat doet

in hun regelmatige onderzoek naar de Sociale Staat van Nederland. De board wil geluk

bevorderen maar zou dan ook projecten moeten laten zien die daar echt op gericht zijn.

Waar creëren ondernemers en overheden waarde voor mens, natuur en maatschappij?

Wat betekent dat voor de bedrijfsvoering, voor het beleid?

In Twente stellen de bewoners bijvoorbeeld de natuur op prijs. Gaat de board schade

aan de natuur tegen die ontstaat door het gebruik van schadelijke stoffen? Of door

de ontwikkeling van zielloze industrieterreinen? We weten dat het geluk van mensen

voor een groot deel afhangt van de mate waarin zij greep hebben op hun eigen leven

en omgeving. Gaat de board nu stimuleren dat overheden in het vroegste stadium van

plannen, de bewoners daarbij betrekt? Gaan bedrijven stimuleren dat hun medewerkers

zoveel moge lijk zelf verantwoordelijk zijn voor de planning en inrichting van hun werk

en dat ze nooit gekoeioneerd worden door een slecht functionerende baas? Besteden

bedrijven en het onderwijs dan ook meer aandacht aan de ontwikkeling van individuele

sterke kanten of talenten of gaat het alleen om de ontwikkeling van vaardigheden die

voor het werk van belang zijn, of die passen in het leerprogramma van de school? Gaan

bedrijven, overheden en scholen meer investeren in kunst en muziek?

.29

Een belemmering bij de uitvoering van de mooie ambitie van de board is het lage vertrouwen

(69,2%) dat Twentenaren volgens de monitor hebben in instituties. Het investeren

in dat vertrouwen draagt zonder meer bij aan het welbevinden. In Twente houden we

van mooie plannen maar nog veel meer van goede daden. Misschien kan de board dan

beginnen met het reserveren van een aantal plaatsen voor burgers in de board. Het zal

de board verrassen met hoeveel goede ideeën die burgers het functioneren van de board

kunnen verrijken.

Jan Auke Walburg

Jan Auke Walburg is emeritus hoogleraar op het gebied van de positieve psychologie, die

condities bestudeert waaronder mensen tot bloei komen. Daarvoor werkte hij als directeur

in verschillende organisaties op het gebied van de gezondheidszorg. Thans schrijft hij over

diverse onderwerpen, helpt hij mee aan de organisatie van een klassiek muziek festival in

Twente, werkt hij in zijn tuin en heeft hij plezier met zijn vrouw, vrienden, kinderen en vooral

kleinkinderen. Hij woont in Losser.

ZILVER WINTER 2022 / 2023


MUZIEK. GERLO HESSELINK

// Tekst

TON OUWEHAND

// Foto’s

ANNINA ROMITA

ARCHIEF GERLO HESSELINK

.30

‘Bij de begrafenis, bij de

eerste repetitie en tijdens

de cd-opname verscheen

ineens een zwarte vlinder.’


Jan Hesselink [1997-2017]

zou zelf

jazzmuzikant

worden

Jazzmuzikant Gerlo Hesselink is te horen op meer dan dertig cd’s

en een handvol elpees. Een cd van zijn eigen kwartet Garden of

Stones kwam bijna tien jaar geleden uit. Pas onlangs maakte hij

een tweede: Meant for you. Een hommage aan zijn vijf jaar geleden

overleden zoon Jan. ‘Een cd die troost biedt, het maken ervan werkte

therapeutisch.’

Het idee ontstond geleidelijk. Saxofonist

Gerlo Hesselink dacht wel eens na over

een nieuwe cd voor zijn kwartet. De laatste

Garden of Stones kwam uit 2013. Het was wel

tijd om weer eens de studio in te gaan, al was het alleen

al om daarmee weer een tourtje langs de jazzpodia

te rechtvaardigen. Maar concrete plannen

waren er niet. Bovendien, de meeste muzikale energie

stak hij in de orkesten waar

hij deel van uitmaakt: Millennium

Jazz Orchestra, The Ramblers,

Guus Tangelder Bigband, Holland

Bigband, Noordpool Orkest en

The Dual City Concert Band. Dat

laatste orkest richtte hij in 1990

op met bassist Johan Plomp. Huisorkest

van Jazzpodium De Tor,

uit hangbord voor het samengaan

van de ge meen tes Enschede en

Hengelo in de Dubbelstad. Die Dubbelstad kwam

er nooit, de gelijknamige band bestaat nog steeds.

Maar optredens voor zijn eigen kwartet? Het

kwam zelden meer voor. Gerlo is er de man niet

naar om de jazzwereld op de hoogte te stellen van

het bestaan van zijn kwartet. Bovendien, waar

moest hij de tijd vandaan halen? Al die bigbands

vreten energie. En dan hebben we het niet eens

‘Die avond

besluit Gerlo

dat de volgende

cd over Jan

moest gaan.’

over de samenwerkingsverbanden met de Almelo se

pianist Johan Bijkerk, met de naar Groningen geëmigreerde

Enschedeër Addy Scheele, het Haverkort

Septet en wat hij met zijn piano spelende broer

Han opneemt. Allemaal jazz.

En in 2019 wordt hij tot zijn verbazing ineens

ge vraagd of hij met zijn kwartet wil optreden op het

festival Generations in zijn woonplaats

Apeldoorn. ‘Dat kwam uit

de lucht vallen. Ik sloeg stijl achterover.’

Hij wordt die avond ook benaderd

voor een optreden met zijn

kwartet in het plaatselijke poppodium

De Gigant. Maar goed, door

corona wordt dat optreden drie

jaar uitgesteld. In februari dit jaar

is het zover en Gerlo speelt met zijn

kwartet het uitgestelde concert in

De Gigant. In het achterhoofd suddert nog steeds

de gedachte aan een nieuwe cd. Maar met wat voor

stukken? Wat voor thema? Op het programma staat

New Year van de Amerikaaanse gitarist Pat Metheny.

Voordat de band dat begint te spelen loopt Gerlo

naar de microfoon. Bassist Johan Plomp schrikt en

roept bezorgd: wat doe je nou? In al die jaren dat

Plomp met Gerlo speelt, heeft hij hem nog nooit in

het openbaar horen spreken. >>

.31

ZILVER WINTER 2022 / 2023


MUZIEK. GERLO HESSELINK

een

ik Remembering.’ Hij nam met zangeres Florieke

de Geus The Return op. Hij hoorde dit stuk samen

met Jan, vlak voor zijn dood, door Kurt Elling

zingen in New York. De zangeres heeft met Jan

samengewerkt in het Arnhemse orkest PuBi’s, ze

wonnen het Prinses Christina Concours nog in

2016. Samen met oud PuBi-collega Chris Muller

schreef ze destijds Song for Jan. Dat is nu opnieuw

voor de cd opgenomen.

.32

Doe een wens

Dat Jan saxofonist zou worden was al snel

duidelijk, zegt moeder Esther. Zijn vader is een

extraverte muzikant, maar op het podium buitengewoon

introvert. Hij zoekt de spotlights niet

op. Jan wel, zegt ze, dat deed hij vanaf dat hij een

heel jong kereltje was. ‘Hij was een lefgozertje.

Toen hij een jaar of zes, zeven was draaide hij die

bigband-cd van Robbie Williams grijs. Hij kon

alle solo’s meezingen. Hij won op school allerlei

playbackwedstrijden.’ Jan was een groot fan van de

Amerikaanse soul-funk band Tower Of Power, hij

deed wel eens mee met de Tower Of Power coverband

van zijn vader: Get The Funk.

‘Het was een concert

waar alles bij elkaar kwam:

ontroering, swing en

levenslust.’

Maar Gerlo vertelt dat dit een favo riet stuk

was van zijn zoon Jan. Ze hadden het in de

auto gehoord toen ze van de dokter de fatale

uitslag hadden gehoord. De kanker was terug

en dermate uitgezaaid dat de eindigheid van

het aardse bestaan niet lang meer op zich zou

laten wachten. Gerlo vertelt aan het publiek

dat ze dit stuk op Jans verzoek hebben laten

horen op zijn uitvaart in maart 2017. Die

avond besluit Gerlo dat de vol gende cd over

Jan moest gaan. Met stukken speciaal voor

hem gecomponeerd, stukken die Jan mooi

vond. ‘Ik had een compositie gemaakt, die ik

For Jan wilde noemen. Ik googlede eerst of

iemand die titel al eens had gebruikt. Dat bleek

het geval. Een prachtig stuk van de Engelse

trompettist Kenny Wheeler. Dat hebben we

ook opgenomen. En mijn compositie noemde

Bij Jan wordt kanker geconstateerd. Hij is tien

jaar als de stichting Doe een wens zijn droom in

vervulling laat gaan: hij mag meespelen met zijn

idolen. Speciaal voor Jan wordt op 7 juni 2007 een

optreden van Tower Of Power georganiseerd op de

Oude Markt in Enschede en Jan mag meespelen.

Een onvergetelijke gebeurtenis, voor zo’n 5.000

man publiek. Voor het podium zijn hele schoolklas

met allemaal een zwart T-shirt aan met de woorden

fan van Jan. Het was een concert waar alles bij

el kaar kwam: ontroering, swing en levenslust. Met

als middelpunt: het kleine kereltje met een kaal

koppie zo energiek tussen de grote Amerikanen.

Toen hij negen jaar later overleed, stuurden de

mannen van TOP een hartverwarmende reactie,

ze waren oprecht geraakt door zijn dood. Ook bij

hen had zijn verschijning diepe indruk gemaakt.

En nu is er een cd met stukken die nagenoeg allemaal

over Jan gaan. En Jan heeft al laten weten


lefgozertje

.33

wat hij van het project vindt. ‘Bij de begrafenis,

bij de eerste repetitie en tijdens de cd-opname

verscheen ineens een zwarte vlinder. Terwijl er

in dat jaargetijde helemaal geen vlinders zijn.

Esther heeft Jan er nog op aangesproken: goed

als je af en toe een vlinder stuurt, maar liever

niet drie tegelijk, en helemaal niet binnen.’ Bovendien

had Jan voor zijn dood al aangegeven

dat hij als olifant zou reïncarneren, vult ze aan.

Het leidde tot twee stukken die een plek kregen

op de cd: het door Gerlo gecomponeerde Black

Butterly en een speciaal arrangement van Blue

Elephant uit Junglebook.

Het leek goed te gaan met Jan. Hij speelde

saxofoon in allerlei bigbands. Hij was stellig

van plan naar het conservatorium te gaan

om saxo foon te gaan studeren. Maar hij had

de juiste vooropleiding nog niet. Hij werkte

knetterhard op het ROC om aan het vereiste

diploma te komen om aan de conservatoriumstudie

te kunnen beginnen. Tot in juni 2016

duidelijk werd dat er weer uitzaaiingen waren.

‘We heb ben er nog een mooie tijd van kunnen

maken, tot hij op 11 maart 2017 overleed.

We zijn met het gezin naar New York geweest.

We hebben veel jazzconcerten bezocht. Onder andere

hebben we het kwartet van Branford Marsalis gezien

met zanger Kurt Elling. Daar hoorden voor het eerst

The Return.’ Ook in jazzclub The Village Vanguard zijn

ze geweest met Jan. Daar hebben ze saxofonist Dick Oatts

ontmoet. Een bekende van Hesselink. Hij had ooit lessen

van hem gevolgd en bovendien was Oatts een paar keer

te gast bij het Millennium Jazz Orchestra. Dick Oatts

heeft nog een kruik voor Jan gevuld met heet water.

Zijn vader heeft dat verwerkt in een compositie: The

Vanguard Heating Pad. Een stuk dat de cd niet heeft

gehaald, constateert hij tot zijn eigen verbazing. Hij

heeft Dick Oats later nog gevraagd of hij diens compositie

Meant for you als titelstuk op de cd mocht zetten.

‘Natuur lijk mocht dat. Hij was vereerd.’

Info

Concerten Meant for you, Gerlo Hesselink Kwartet:

Groningen, Le Petit Théâtre (8 januari), Deventer,

Taste of Jazz (19 februari). Documentaire over

Jan Hesselink & Tower Of Power:

www.youtube.com/watch?v=w8Z2tk1u5oE

(of google: ‘Tower Of Power Enschede juni 2007’)

ZILVER WINTER 2022 / 2023


ZILVER. RELIGIEUS ERFGOED

1

Mariakapellen

& Landkruizen

in Twente

5

.34

De werkgroep Mariakapellen en Landkruizen

inventariseerde en documenteerde meer dan

honderdtwintig Mariakapellen en landkruizen

verspreid in Twente. Deze zijn gebundeld en beschreven

in een boek, dat te bestellen is bij de

werk groep, via t.huttenhuis@ziggo.nl.

Het boek bevat foto’s en uitgebreide achtergrondinformatie

van de Mariakapellen en landkruizen

en een plattegrond met daarop de locaties

waar deze staan, zodat u ze kunt bezoeken.

9

Meer info vindt u op:

www.mariakapellenenlandkruisenintwente.nl


2

1/ Landkruis Vasserdijk, Langeveen

2/ Mariakapel de Baken, Zenderen

3/ Landkruis Frensdorferweg, Lattrop

4/ Mariakapel, Enter

5/ Mariakapel Tusveldweg, Tusveld

6/ Mariakapel Dorpsstraat, Lattrop

7/ Mariakapel Gronausestraat, Glane

8/ Mariakapel Vergertweg, Lonneker

9/ Landkruis Veendijk, Mander

10/ Mariakapel Beckumerstraat, Boekelo

11/ Mariakapel Het Landriet, Geesteren

// Foto’s

ARCHIEF WERKGROEP

MARIAKAPELLEN

EN LANDKRUIZEN

4

3

6 7

8

.35

11

10

ZILVER WINTER 2022 / 2023


.36

// Foto

SKYLER EWING

// Gedicht

GEERT CHRISTENHUSZ


T BUURSERZAND

In de oneandigheid dwalen

as was de wearld net begunnen te bestoan.

Wiej loopt onszölms tegemeut

en stoat versteld van de ruumte

dee zik spegelt in onze ogen.

Wieze vöggel kiekt van boamn neer

oawer zovöl stilte woarin de leu eare weur’ inslikt

um de wolken nich te loaten schrikken,

dee dan eare vracht op earde geet.

Zet de tied mer stil

en loat oe al te hoop opsloeten veur nen tel,

in dit röstig tuskenspel.

.37

ZILVER WINTER 2022 / 2023


Als dood een deel

van je leven wordt…

Oogcentrum Eibergen

Nolet Bult

Erna hooge Venterink-Oude Wesselink

Annemarie Koop-Hakenberg

T 0541 229 779

Uw oogspecialisten in de Achterhoek voor

oogheelkundige behandelingen waaronder:

uitvaartbegeleiding

www.noletbult.nl

, Grijze staar (cataract)

, Verhoogde oogdruk/glaucoom

, Maculadegeneratie

, Netvliesaandoeningen

, Oogleden: operatief en niet-operatief

, Hoornvliesaandoeningen

, Diabetes gerelateerde aandoeningen

, Glasvochtvertroebelingen (mouches volantes)

, CBR keuringen

Wij opereren in ons eigen operatie- en lasercentrum

Euregio Vision in Vreden (D).

.38

Praktijkadres

Beatrixstraat 147

7571 CA Oldenzaal

Telefoon (0541) 51 25 28

E-mail praktijk@veerdig.nl

www.veerdig.nl

OOGCENTRUM

EIBERGEN

Oogcentrum Eibergen, Nijverheidsstraat 8 - 04

7151 HN Eibergen, Telefoon 0545 47 80 80

info@oogcentrum-eibergen.nl

www.oogcentrum-eibergen.nl

Advertentie_102 x 147 print - Euregio.indd 1 11.11.22 17:02

Auto Bleeker Oldenzaal

APK & Onderhoud

Verkoop nieuw & gebruikt

Sterk in

elk merk!

Hamburgstraat 28 l 7575 EG Oldenzaal l 0541 - 531 990 l autobleeker.nl


CULTUURHISTORIE. MARKESTENEN

// Tekst & foto’s

ANNEMARIE HAAK

Als alle

stenen er

liggen is de

cirkel

rond

.39

‘Ze hebben de steen weg gehaald!’ Joop Kroeze

herinnert zich dit moment als de dag van gisteren.

Zwager Gerrit Wilmink was de kamer binnengestormd

en stond met grote ogen voor hem.

‘Die bosbaas heeft de steen voor zijn eigen huis

laten leggen!’ Die bosbaas was de rentmeester

van Twickel en hij had een markesteen voor

zijn woning aan de Twickelerlaan laten leggen.

Markestenen waren vroeger heel belangrijk,

zij markeerden de grens van de marke, in dit

geval Azelo. De steen lag altijd op de hoek

Meijerinksveldkampweg/IJsbaanweg en daar

hoorde hij ook. ‘Geschiedvervalsing!’

ZILVER WINTER 2022 / 2023


CULTUURHISTORIE. MARKESTENEN

60

.40

Toen Wilmink overleed en er een andere

rentmeester op het landgoed kwam,

bekroop Joop de gedachte dat hij wel

eens de enige kon zijn die wist van deze illegale

verplaatsing. Dat moest toch te herstellen zijn. Aan

de eethoek in zijn eigenhandig gebouwde huis in

Azelo doet Joop Kroeze zijn verhaal. ‘Ik besloot de

nieuwe rentmeester Gerrit-Jan Roelofs een bezoek

te brengen en hem in te lichten. De man hoorde

mijn verhaal aan en reageerde onmiddellijk met

de opmerking dat dit weer hersteld moest worden.

‘Maandag staat hier een kraantje en als jij er ook

bij kunt zijn brengen we steen weer terug naar zijn

oorspronkelijke plek’.’ Na dit onverwachte succes

raakte Kroeze in de ban van de markestenen.

Hij sloot zich aan bij het Twents Platform van

de Oudheidkamer Twente die markestenen in

de regio beter in beeld wil brengen. ‘In de Lutte

hadden ze alle stenen reeds gevonden, daar is de

cirkel rond. Ze hebben er zelfs een fiets- en wandel

route voor aangelegd. Zo gaat geschiedenis

leven.’

Zestig marken

Markestenen waren in gebruik van 1200 tot 1850.

Zij bakenden een gebied, een marke, af waarbinnen

grote en kleine boerderijen gevestigd waren. Dat

afbakenen gebeurde met palen of met een boom,

en dus ook met zwerfkeien. Binnen de marke was

een bestuur, meestal gevormd door mensen van

adel of gegoede burgers, en er was een rechter, de

markenrichter. De grond was verdeeld onder de

boeren en er waren woeste gronden voor algemeen

gebruik om vee te laten grazen of brandstof (turf

en hout) te halen. Uiteraard allemaal in onderling

overleg. De markenrichter kwam regelmatig langs

om de grenzen te inspecteren. Dan moest de boer

met zijn gezin mee. ‘Het verhaal gaat dat de kinderen

bij de steen een draai om de oren kregen zodat ze

deze plek niet licht zouden vergeten!’ Over het

belang van markestenen gesproken…

In totaal zijn er in Twente zo’n zestig marken geweest.

Het bestuur van zo’n gebied regelde onder meer het

gebruik van de grond, maar ook het onderhoud, de

aanleg van wegen en bruggen en het aanleggen van

zogenaamde telgenkaampn, gronden waar jonge

eiken geplant werden, bedoeld voor timmerhout.

Elk jaar was er een holting, vergadering, waarin alle

regels en verplichtingen werden doorgesproken.

Ook werd het salaris van de schoolmeester voor het

komende jaar bepaald, dat was toen ook al niet zoveel

want hij moest er wel een baantje naast hebben om

rond te komen.

‘Als ’s morgens de schoorsteen brandde,

dan mocht het bouwsel blijven staan.’


De marke had ook een sociale kant. Er werd voor

elkaar gezorgd. Arme mensen, de brinksitters of

arbeiders die het hoofd niet boven water konden

houden, kregen kleding en turf of brandschadden

(plaggen) voor het open vuur. Brinksitters waren

lieden die illegaal op de woeste grond in een

hutje woonden. Die bouwden ze ’s nachts. ‘Als

’s morgens de schoorsteen brandde, dan mocht

het bouwsel blijven staan. Maar die brinksitter moest

wel vijf gulden betalen voor drie scheppel land.’

Markeschuld werd betaald door belasting die de

bewoners opbrachten en het onderhoud kwam uit

de opbrengst en verkoop van bomen en ont gonnen

woeste grond. Boetes voor overtredingen kwa men

in de markekas. Dat kon het clandestien omzagen

van bomen zijn, teveel turf afsteken van de woeste

gronden, het niet onderhouden van de telgenkaamp

of het buiten de marke verkopen van producten.

Markeboek

Joop Kroeze heeft veel informatie kunnen halen uit

het oude markeboek Azelo dat in het gemeentelijk

archief bewaard ligt. Hierin staan onder meer

de plekken opgetekend waar de markestenen zouden

moeten liggen. Maar ook dat op 23 september 1782

een nieuwe markepaal is geplaatst tussen Azelo

en Zenderen, omdat de oude was afgebroken.

Dit moet ongeveer op de oever van de beek tegen

Wilminks Maate achter de Lette geweest zijn. ‘De

ene partij, in dit geval Azelo, moest de paal leveren

en de andere, Zenderen, moest hem plaatsen, zo

waren de afspraken. Er ging een vat bier mee om de

zaak te beklinken.’

‘We blijven zoeken, er moeten

nog stenen te vinden zijn.’

Opheffen van de marken

De bezetting door de Fransen rond 1800 betekende

nieuwe regels en wetten. Zo kwam er onder meer

een herindeling in gemeentes die grotere gebieden

dan de bestaande marken omvatten. Hierdoor verdwenen

de marken. ‘In 1810 wordt in een vergadering

gesproken over het opheffen van de marke

Azelo. Men komt echter niet uit de verdeling van de

woeste gronden. Het duurt nog tot 1841 tot de baron

van Twickel erop aandringt om een besluit te nemen.

Immers, de marke Zenderen is al verdeeld en grenst

aan Azelo. Uiteindelijk wordt beslist dat de grootste

boeren het grootste stuk land krijgen en de kleinere

en kleinste boeren naar ratio een kleiner stuk. Zo

is het landgoed Twickel een heel stuk uitgebreid,

want zij hadden reeds de meeste grond in handen.

Zij kregen zes van de tien gewaarde boeren erven

toegewezen. Dat waren de erven die bij het ont staan

van de marke bestonden, dus de oudste boerderijen.

Deze erven waren tevens stemgerechtigd in

de marke.’

Kaart met Markengrenzen 1952. Afbeelding: www.markegrenzen.nl

De markestenen waren niet belangrijk meer en

menig boer groef ze in omdat ze in de weg lagen.

Sommigen verdwenen zelfs helemaal. Het is dus

geen eenvoudige klus om alle stenen weer op hun

plek te krijgen. Joop Kroeze: ‘Azelo moet ongeveer

zestien markestenen gehad hebben. Drie daarvan

liggen vlak bij mijn huis. Ze zijn allemaal genummerd

en voorzien van een bordje of een inscriptie.’

Zo ontdekte Kroeze bij het Rigtershoes in Zenderen

een steen die daar niet hoorde. ‘Hierin waren

de letters SAD gekerfd en het nummer 11. Staat

voor Sindron, de oude naam van Zenderen. AD

is Ambt Delden. 11 is het nummer van de steen.’

Na veel overleg met instanties en de nodige vergunningen

kon de steen uiteindelijk terug naar

zijn oorspronkelijke plaats aan de Bornerbroeksestraat

tegenover de Hondeborg. ‘Er ligt ook nog

een steen in het Stadsmuseum in Almelo. Die hoort

eigenlijk in Zenderen te liggen aan de weg Albergen

Zenderen. Of het ooit lukt om hem daar te krijgen

is de vraag, een museum geeft niet graag iets weg

uit de collectie.’

Rond de marke Azelo liggen nu vijf stenen op hun

plek. ‘We blijven zoeken, er moeten nog stenen

te vinden zijn, vooral als ze ooit door boeren zijn

ingegraven. Er zijn fanatieke leden bij het platform

die met een gps op pad gaan. Ik houd het bij prikken

in de grond. Zodra ik op iets stuit begin ik te graven.

Is de steen verdwenen en weet ik zeker dat hij op

een bepaalde plek gelegen moet hebben zoals het

markeboek aangeeft, dan leggen we er een replica

neer.’ Joops ogen beginnen te glinsteren. ‘Altijd

weer leuk als je echt iets gevonden hebt. Dat is

geschiedenis, dat maakt de cirkel rond.’

.41

ZILVER WINTER 2022 / 2023


ZILVER ZAKELIJK. LISANNE JUTTE

Woontrends Winter ‘22/’23

Lisanne Jutte interieurstylist

Instagram: LISANNE JUTTE

www.lisannejutte.nl

.42

De dagen worden korter en aanzienlijk

kouder, des te meer reden om de gezelligheid

en warmte binnen op te zoeken. Kaarsen,

waxinelichthouders en windlichten zijn

daarbij grote sfeermakers. Ook in januari,

wanneer de kerstversiering de deur uit is,

zijn gezellige verlichting en kaarsen in je

interieur een goed idee. Op de bank met

een dekentje is heel gezellig, lekker warm en

comfortabel en de kachel kan dan een graadje

lager. We hebben op de woonboulevard een

eindeloze keuze aan de mooiste plaids; grof

gebreid met een mooie textuur, een bontje

voor een luxe uitstraling of gewoon van dikke

fleece. Kussens in bijpassende stoffen zijn

enorme sfeermakers. We hebben de mooiste

merken in huis om de bank mooi aan

te kleden, zoals Cloudi en Rivièra Maison.

De trends die we hierin zien zijn vooral het

mixen van texturen en structuren. Het combi

neren van glansstoffen en matte gewe ven

stoffen met een print geven een luxe en

warme uitstraling.

Sierkussens zijn er in verschillende vormen,

zoals langwerpig en rond, afgewisseld

met vierkante afmetingen voor een speels

karakter. Wat je steeds meer ziet zijn grote

banken met veel zitplekken en een tafeltje

of een hocker ertussen, zodat zit-eilanden

ontstaan. Comfort en ontspanning zijn

duidelijke pijlers waar we de rest van het

interieur graag omheen creëren. De trendy

teddystof en de veloursstof blijven nog

wel even. Beide stoffen zijn bij uitstek geschikt

om een interieur een knusse en warme

uitstraling te geven. De zachte lijnen van de

ronde vormen zorgen voor een vriendelijke

uitstraling. Salontafels zien we al langer

in bijzondere vormen, en steeds meer van

materialen zoals keramiek, marmer en glas

waarmee je leuke, speelse combinaties kunt

maken.

Op de woonboulevard hebben we een

prachtige nieuwe afdeling, Dutch Interior.

De collectie bestaat uit veel ronde en organische

vormen en ook teddystoffen in de

lichte champignonkleuren. Daarmee lopen

wij voorop bij de nieuwe interieurtrends

zoals de Japandi-stijl: de mix van Japans en

Scandinavisch design, minimalistisch, functioneel,

warm en stijlvol.

Ook qua accessoires kun je bij ons je hart

ophalen: veel glaswerk en prachtig handgemaakt

aardewerk servies, matzwarte

vazen, maar ook gekleurde glazen vazen.

Deze accessoires komen prachtig uit in bijvoorbeeld

een grote zwarte wandkast, waar

je al die tinten met elkaar kunt combineren.

Met meerdere mogelijkheden en maten

past dit in ieder interieur.

Wees van harte welkom op onze Woonboulevard

in Oldenzaal, met 24 woonwinkels

onder één dak en eindeloos veel

keuze in meubels en accessoires. Kom je

er zelf niet helemaal uit? Dan ben je van

harte welkom bij de interieuradviesstudio

van Lisanne Jutte. We kunnen met je meekijken

bij kleine vragen, maar ook voor een

complete metamorfose, bijvoorbeeld met

een persoonlijk 3D-interieurconcept op

maat aan dat aansluit bij al jouw wensen.

Ga je verbouwen, verhuizen of vernieuwen

en ben je benieuwd naar de mogelijk -

heden? Neem dan gerust contact op met

Lisanne Jutte, interieurstylist bij Woonboulevard

Oldenzaal.


CULINAIR. NOSTALGIE

Terrine van parelhoen en ganzenlever

Marmelade van sjalotjes

Crème van knolselderij en gerookte paling

Kotelet Suisse

Blanquette de veau (kalfsragout)

Crème caramel

.43

Culinaire

winterklassiekers

Ton Kouwenberg (72), voormalig chef van In den Guldene Crone in Ootmarsum

en Mondriaan en ’t Lansink in Hengelo deelt in deze wintereditie van Zilver

Magazine mooie winterklassiekers. Ton: ‘Ik ga u met een aantal wintergerechten

kennis laten maken die in 1960/1967 op de menukaart stonden. Echte topgerechten

om zelf eens te maken in deze winterperiode.’

ZILVER WINTER 2022 / 2023


CULINAIR. NOSTALGIE

Voorgerecht

Crèmesoep van knolselderij en gerookte paling

Een heerlijke smaakexplosie op een winterse dag. In die tijd een echte loper, Hotel Riche 1961

Ingrediënten (6 personen)

- 1 grote knolselderij

- 2 stronken prei

- 2 uien

- 2 stengels selderij

- 200 gr gerookte paling

- 100 gr gemalen Parmezaanse

kaas

- groentebouillon

(blokje mag ook)

- peper, zout

Bereiding

Was de selderij, knolselderij en prei. Schil de knolselderij en snijd in grove stukken.

Verwijder de uiteinden van de prei en snijd het witte gedeelte in grove stukken (verwerk

het groene gedeelte in een andere soep of gebruik voor de groentebouillon). Pel de

uien en snipper grof. Snijd de selderij in grove stukken. Fileer de paling en bewaar de

palinghuid, graten en kop. Verhit een flinke scheut olijfolie in een grote kookpot op het

vuur. Bak de ui kort glazig. Voeg de knolselderij toe en laat even mee opbakken op een

medium vuur. Voeg na een minuut of 5 de prei, palinghuid, graten, kop en selderijstelen

toe en giet er 1,5 liter groentebouillon bij. Verhoog het vuur en laat gedurende

25 minuten flink inkoken. Passeer hierna de soep door een zeef.

Snijd de gerookte paling in reepjes.

Meng in een kommetje de Parmezaan met 50 ml water. Stort uit op een klein bakplaatje.

Zet 30 seconden op de hoogste stand in de microgolfoven (het wordt een korstje).

Haal eruit en zet aan de kant om af te koelen. Mix met de staafmixer tot een crèmig

geheel met de staafmixer (voeg wat water toe indien nodig). Kruid met peper en zout.

Verdeel de paling over kommetjes en giet de soep hierop. Kruimel de Parmezaan tot

crumble. Strooi dit op de soep met wat gehakte bladselderij van de selderijstelen.

.44

Hoofdgerechten

Terrine van parelhoen en ganzenlever 1964

Voor ongeveer 16 á 22 plakken, afhankelijk van de terrinevorm

Ingrediënten

Terrine

- 800 gr parelhoenfilets

- 4 eiwitten

- 3 dl room

- 75 gr gekneusde pistachepitten

- 250 gr ganzenlever

- 100 gr Belgische spinazie

- 200 gr vetspek in plakjes

- 0,5 eetlepel port de armagnac

- nootmuskaat, peper, zout,

snufje suiker

extra nodig:

- terrinevorm

- dikke huishoudfolie

- aluminiumfolie

Marmelade van sjalotjes

- 10 sjalotjes

- geleisuiker

- rasp van een sinaasappel

Bereiding

Maak in een keukenmachine een farce (een vulling) van de gekoelde parelhoenfilets (even

voorkoelen in het vriesvak) samen met de koude eiwitten en room uit de koelkast. Breng

op smaak met peper en zout en roer de gekneusde pistachepitten erdoor. Breek de

ganzenlever in stukken, verwijder de galstreepjes en het vet, marineer de ganzenlever

ongeveer 30 minuten met de port de armagnac, nootmuskaat, peper, zout en een snufje

suiker. Maak nu een rol van ongeveer 2 cm dik (afhankelijk van de terrinevorm) van de

ganzenlever met behulp van wat de dikke huishoudfolie en aluminiumfolie.

Blancheer de bladspinazie, koel snel terug in ijswater en droog zorgvuldig. Leg plastic uit

en leg hierop de spinazie en daarop de uitgepakte rol ganzenlever. Verpak de ganzenlever

in de spinazie en vorm een mooie rol. Houd de lengte van de terrine aan. Draai strak op

in aluminiumfolie. Bekleed de wand van de terrine met slagersplastic en daarna met het

vetspek. Zorg dat de randen goed overhangen. Schep de helft van de farce in de vorm

en maak met een spatel een gleuf in het midden van de terrine. Leg de ganzenleverrol in

de gleuf en bedek met de rest van de farce. Sluit af met de overhangende lappen spekvet.

Pocheer gaar (de terrine au bain-marie met kokend water) in de oven op 90 graden tot een

kerntemperatuur van 58 graden.

U kunt de parelhoen ook vervangen door kip, fazant, of patrijs. De receptuur blijft dan gelijk.

Bereiding marmelade van sjalotjes

Maak 10 sjalotjes schoon en snijd in repen. Zet lichtjes aan in wat olie, strooi er een

beetje geleisuiker en wat sinaasappelzest over en blus af met sinaasappelsap. Laat nu zeer

zacht gaar worden en reduceer tot yoghurtdikte. Snijd een mooie plak terrine af, en schep

er wat van de marmelade omheen. Leg er eventueel wat kruidentakjes omheen.


Kotelet Suisse 1964

Ton: ‘Het volgende gerecht zie je bijna nergens meer op de menukaart maar is o zo lekker.

Men kiest vaak voor de eenvoudige versie, maar op het been bakken maakt dit extra lekker.’

Ingrediënten

- 4 ribkoteletten (varken) à 175 gr

- 60 gr (4 plakken) gekookte

achterham

- 80 gr (4 plakken) Gruyèrekaas

- 1 ei

- zout

- roomboter

- peper uit de molen

- 1 eetlepel bloem

- 80 gr paneermeel

- 100 gr boter

Bereiding

Snijd de varkenskoteletten open tot op de rib. Ga hierbij zorgvuldig te werk zodat u niet door

de boven- of onderkant snijdt.

Maak een pakketje van de plak ham en kaas, zo groot dat de vulling in de kotelet past. Zorg

dat de ham de kaas geheel bedekt. Vul nu de kotelet met de ham en kaas. Bestrooi de kotelet

met zout en peper. Haal ze door de bloem, vervolgens door het losgeklopte ei (ook met peper

en zout) en tot slot door het paneermeel. Verhit een laag olie en een klont roomboter in de

koekenpan en bak de koteletten circa 10 minuten per kant. Tijdens het bakken het bakvet af

en toe over de kotelet scheppen (arroseren ) en speel wat met de temperatuur of voeg een extra

klontje boter toe, zodat het vet niet verbrandt. Serveer met partjes citroen. Erg lekker met in

zijn geheel gebakken witlof en aardappelmousseline.

Blanquette de veau (kalfsragout) 1961

‘Nog een toppertje uit die tijd’

Ingrediënten

- 1 kg kalfsvlees (het bovenste

gedeelte van de schouder)

- 1 kg gemengd gehakt (rund/varken)

- 1 groentegarnituur met ui,

wortel, selderij, laurier

- 1 el peperbollen

- 5 eieren

- 0,5 kg kleine, witte champignons

- 1 citroen, het sap

- 0,5 l room

- 2 el versgehakte dragon

- peper, zout, nootmuskaat

- bloem

- boter

Bereiding

Snijd het kalfsvlees in grove stukken. Zet het op met ruim koud, gezouten water. Breng aan de

kook en spoel meteen af in koud water. Zet opnieuw op met ruim koud water, het groenteboeket

en de peperbollen. Breng het langzaam aan de kook en laat het op een zeer zacht vuur

garen (plm 1,5 à 2 uur). Bewerk intussen het gehakt met drie eierdooiers, peper, zout en nootmus

kaat. Schep het gegaarde kalfsvlees uit het kookvocht. Vorm het gehakt in quenelles en laat

± 10 min. zachtjes koken in dezelfde bouillon. Schep het eruit en voeg bij het kalfsvlees.

Prak een hoeveelheid tarwebloem met een gelijke hoeveelheid boter door elkaar (beurre manie).

Klop dit mengsel beetje bij beetje door de jus tot er een lichte binding ontstaat. Zeef het en voeg

er het kalfsvlees en het gehakt weer bij en breng zachtjes met de helft van de room aan de kook.

Pocheer de champignons in een bodempje water, boter en het citroensap en voeg bij de ragout.

Werk af met peper, zout en de versgehakte dragon. Ideaal is om de blanquette een nacht in de

koelkast te houden. Warm de volgende dag bij gebruik op tot tegen kookpunt en werk af met de

overige room en twee eierdooiers. Blanquette is erg lekker met gestoomde aardappelen of pilavrijst.

.45

Dessert

Crème caramel 1961

‘Een mooi dessert uit de oude doos’

Ingrediënten

- 200 gr suiker

- 1,5 dl water

- 1 ltr melk

- 4 eieren

- 8 dooiers

- 1 vanillestokje

- 200 gr suiker

- olie

- ronde vormpjes

van aardewerk

Bereiding caramel

Doe het water in een pan met dikke bodem en voeg de suiker toe. Laat dit zonder roeren karamel liseren

op een rustig vlammetje. Smeer intussen de vormpjes in met de olie. Als de caramel mooi is gekleurd,

chemiseer (bekleed) de vormpjes hiermee en laat opstijven. (Dit is best een link werkje. Neem de vormpjes

in een droge dikke keukendoek, giet de rest in het volgende vormpje).

Crème:

Breng de melk met de suiker en het gespleten vanillestokje tegen de kook. Dek de pan af met een deksel en

laat zo 20 min. trekken. Klop de eieren met de dooiers los en voeg al roerend de kokende melk toe. Zeef de

compositie door een fijne zeef en schuim met een pollepel het overtollige eiwitschuim af. Vul de vormpjes

met de crème en plaats in een heetwaterbad in een voorverwarmde oven van 180 graden. Pocheer hier

de crème gaar. Contoleer de gaarheid door met een naald in de crème te prikken. Als deze er ge heel droog

uitkomt is de crème gaar (ongeveer 25 à 30 minuten). Koel de crème af en schep vlak voor het serveren op

het bord. Een goede opgeloste caramel zal mooi wegvloeien. Een mooi en lekker feestje op uw bord!

ZILVER WINTER 2022 / 2023


OVER DE GRENS. AUSTRALIË

Op avontuur

naar Australië

.46

‘Als het heel erg moeilijk

was, vroegen we een

telefoongesprek aan.’

// Tekst & foto’s

ANNEMARIE HAAK

Het plan was om een paar jaar in Australië te blijven, dan eenzelfde periode in

Nieuw-Zeeland door te brengen en vervolgens naar Canada te reizen. In de vijftiger

en zestiger jaren van de vorige eeuw werd er enorm veel reclame gemaakt om naar

deze landen te emigreren. Veel jongeren, maar ook gezinnen, pakten hun boeltje op

en zochten het geluk aan de andere kant van de oceaan. Ook mijn zus Iens Beune

en haar man Joop Kalwij, net getrouwd, zien wat in dat avontuur en besluiten

de sprong te wagen. Vrienden zijn hen destijds al voor gegaan en ook twee ooms

en tantes van Joop maakten direct na de oorlog de grote overtocht. Tijdens ons

bezoek aan Australië afgelopen najaar hadden we een openhartig gesprek over de

emigratie-ervaringen, niet alleen met mijn zwager, maar ook met mijn nicht die

daar inmiddels al jaren woont.


// Foto BEN MACK

Iens en Joop kunnen op 1 oktober 1960

voor honderd gulden mee met een testvlucht

van de DC8, het eerste straalvliegtuig

van KLM. ‘We waren met vijftien passagiers,

het merendeel was bemanning. We

maakten meerdere tussenstops en deden

verschillende landen aan. ’s Nachts verbleven

we in hotels. Het was een schitterende trip.’ Na

een aantal dagen bereiken ze Sydney, waar ze bij

vrienden intrekken. Van de overheid krijgen ze

vijftig dollar en dat is het. Nu moeten ze zichzelf

redden. Werk is er volop. Iens werkte in Borne

als directiesecretaresse en zit binnen drie weken

weer op kantoor. Joop heeft het iets lastiger om

werk te vinden en te aarden. ‘Ik beheerste de

taal niet zo goed, dat brak me op. Uiteindelijk

vond ik een baan in een fabriek die lichtmasten

produceerde.’

Sydney Opera House

Huisvesting blijkt echter een groter probleem

dan ze hadden voorzien. Australië kan de

enorme instroom van immigranten amper

aan. Er worden zelfs opvanglocaties opgezet.

Met hun vrienden wonen ze in een garagebox

die ingericht is als woon/slaapruimte. Heel erg

krap, maar er is niets anders te vinden. ‘Gelukkig

boden een oom en tante de bovenverdieping

van hun huis aan. Daar hebben we zeven

jaar kunnen wonen.’ Om hen heen keren

veel jongeren weer terug naar het land van

herkomst, meestal omdat ze geen geschikte

woon ruimte kunnen vinden. Ook de vrienden

gaan terug naar Nederland. ‘Immigratie ging

gepaard met enorm veel emotie. Als het dan

ook nog tegenzit, komt heimwee al gauw om

de hoek kijken. Contact met familie kon alleen

per brief, andere communicatiemiddelen waren

er niet. Pas na dertien jaar zagen we onze ouders

weer terug.’ >>

.47

Joop samen met nicht Marieke

ZILVER WINTER 2022 / 2023


OVER DE GRENS. AUSTRALIË

‘Als je goed bent heb

je succes, en anders

merk je het wel.’

.48

Heimwee

Joop en Iens zetten hun schouders eronder en

proberen een bestaan op te bouwen. Dat lukt de

ene dag beter dan de andere. ‘Ook wij hadden

wel eens momenten dat we het niet meer zagen

zitten, vooral met kerst voelden we heimwee.

Dan is het hier hoogzomer dus totaal geen

kerstsfeer. Als het heel erg moeilijk was, vroegen

we een telefoongesprek aan. Daarvoor moest

eerst verbinding gelegd worden via Canberra,

Londen, Amsterdam. We hebben wel eens twaalf

uur op het postkantoor moeten wachten voor

een gesprek van maximaal drie minuten. Een

enorme stresssituatie, de zenuwen gierden door

je lijf. Als het eindelijk zover was, konden we van

de spanning bijna geen woord uitbrengen. Maar

we hadden elkaars stem weer even gehoord en dat

was voldoende. Met betraande ogen keerden we

dan weer huiswaarts.’

Nieuw avontuur

Via haar baan komt Iens in contact met een Duits

bedrijf waar veel Nederlanders werken. Het klikt

onderling en ze gaan samen dingen ondernemen.

‘Een barbecue organiseren, een kaartje leggen, we

waren een hele hechte groep waar we door de jaren

heen veel mee optrokken. De meeste Nederlandse

clubs van toen verdwenen. De tweede en derde

generatie blijken er geen behoefte aan te hebben.’

Joop krijgt een aanstelling in een chemische fabriek

voor grondstoffen voor verf en kunststof. Hij blijft

er 21 jaar werken en klimt op tot leidinggevende.

Onder tussen krijgt het paar twee zonen en bouwen ze

hun eerste eigen huis in Millperra, een wijk in Sydney.

VAN SYDNEY NAAR DE SUNSHINE COAST

Nu ze zich helemaal gesetteld hebben, begint het

avontuur toch weer een beetje te kriebelen. Als ze

tijdens een vakantie in het noorden aan de Sunshine

Coast een lunchroom te koop zien staan, happen ze

toe. Opnieuw een sprong in het diepe, want ervaring

is er niet, opleiding evenmin, alleen heel veel zin in

iets nieuws. Ze zeggen hun baan op en verkassen

2.000 km verderop naar een nieuwe toekomst.

‘Dat ging in die tijd heel gemakkelijk: geen gedoe

met diploma’s, eisen of vergunningen. Als je goed

bent heb je succes, en anders merk je het wel. Hun

Annie’s Place was open van ’s morgens zes uur tot

’s avonds negen, zeven dagen per week. ‘We werkten


‘De plannen om

te backpacken

verdwenen als

sneeuw voor

de zon.’

in ploegen en hadden medewerkers voor de

bediening. We leverden kwaliteit en de mensen

wisten ons te vinden. Australiërs ontbijten niet

vaak thuis maar halen een broodje in de stad,

dus ook in de ochtend kon het al heel druk zijn.

Datzelfde gold voor de lunch. Dat waren echt

piekuren. ’s Avonds gaan de mensen hier op tijd

naar bed.’

Vervroegd pensioen

De Kalwijs werken zich drie slagen in de rondte

en verdienen goed. Ze reserveren geld voor

hun oude dag. Vervroegd pensioen is het doel.

Maar de lange werkdagen breken op. Na een

aantal jaren verkopen ze de lunchroom. Ze

nemen een snacktent over bij Wiseman’s Ferry,

dichter in de buurt van Sydney, een vergelijkbaar

concept, wederom in een toeristisch gebied.

Ook dit wordt een succes. Als ze allebei midden

vijftig zijn, is het doel bereikt en kunnen ze

stoppen met werken. Ze nemen de tijd voor

familiebezoeken naar Nederland, reizen door

Europa, vrienden opzoeken in Ecuador, nieuwe

landen ontdekken. Zo hebben ze heel wat van

de wereld gezien.

Ze zagen Australië veranderen. Waren het in

eerste instantie alleen Europeanen die het land

binnenkwamen, in de jaren tachtig en negentig

gingen de grenzen ook open voor mensen uit

Azië. Dat betekende een enorme instroom

van migranten uit China, Vietnam, Japan, de

Filippijnen, Indonesië, India en Pakistan. ‘Als

ik om me heen kijk, denk ik dat de blanken

momenteel in de minderheid zijn.’ Joops echtgenote

overleed een paar jaar geleden, maar

nog steeds voelt hij zich thuis in Australië. Ze

hebben nooit spijt gehad van hun immigratie.

‘Ik ben nu 84 en als ik het over mocht doen,

dan zou ik wellicht toch ook andere landen

bezoeken en daarna een keus maken zoals we

oorspronkelijk van plan waren, maar och, het

weer is hier meestal goed en het is mijn land

geworden.’

Tweede generatie

Nicht Marieke (49), de dochter van mijn broer

Hans Beune, heeft zich eveneens in Australië gevestigd.

Als twintiger trok ze er samen met een vriendin

naartoe om een jaar te backpacken en te werken. Na

aankomst konden ze terecht bij tante Iens en oom

Joop, maar binnen drie weken kochten ze een autootje

en gingen ze richting Melbourne. ‘We werkten in

wasserettes, horeca, beautysalons, overal waar maar

geld verdiend kon worden.’ Zo verkenden ze Adelaide,

Brisbane en Sydney.

In een kroeg in Sydney liep ze Mark Blinkhorne tegen

het lijf, een fotograaf. Liefde op het eerste gezicht.

Ze wilde alleen nog maar bij hem zijn en de plannen

om te backpacken verdwenen als sneeuw voor de

zon. Haar vriendin keert terug naar Nederland en

Marieke gaat op zoek naar een appartementje. In haar

woonplaats Borne had Marieke een nagelsalon en

daarom kan ze al snel in Sydney bij een nagelsalon

aan de slag. ‘Ik had het prima naar mijn zin en genoot

van het leven.’ Als haar visum afloopt en ze terug

moet naar Nederland, blijkt haar moeder ernstig ziek.

Marieke wordt heen en weer geslingerd tussen emoties.

‘Ik miste Mark en wilde direct weer terug, maar ik

was ook heel begaan met de zorg om mijn moeder.’

Vader Hans ziet zijn dochters innerlijke worsteling en

als het met zijn echtgenote >>

.49

ZILVER WINTER 2022 / 2023


OVER DE GRENS. AUSTRALIË

‘Als je op zo’n moment niet

naar huis kunt, grijpt dat

heel diep in je gevoel.’

.50

dit idee op de markt bracht, maar dat bleek eenvoudiger

gezegd dan gedaan. In Australië worden kinderen heel

erg beschermd, de wet- en regelgeving is streng. We

moesten een heel traject van toetsing, voorwaarden,

privacywetten en eisen doorlopen voordat we eindelijk

groen licht kregen.’ Het blijkt een gat in de markt en

de fotostudio groeit uit naar vijftig medewerkers. ‘De

fotografen komen nu in alle kindcentra in Queensland,

New South Wales en Victoria, zo’n 700 in totaal. We

fotograferen kinderen in de speeltuin, in de klas, bezig

met een activiteit of een spel. Daarnaast maken we

een groepsfoto. Die foto’s kunnen op bekers, glazen

en bordjes. Leuk als cadeautje voor opa en oma. Niets

gebeurt zonder schriftelijke toestemming van de

ouders.’ Marieke draait inmiddels volop mee in de

studio en is zeer content met het leven.

wat beter gaat, opent hij het gesprek. ‘Hij vond het

heel bewonderenswaardig dat ik voor mama wilde

blijven, maar mocht ook naar de toekomst kijken.’

Na lang wikken en wegen besluiten ze samen naar

Sydney te gaan. Om kennis te maken met Mark

en om mogelijkheden voor een eigen nagelsalon

te onderzoeken. Ondanks het feit dat de regels om

in Australië een zaak te starten inmiddels waren

aangescherpt, lukt dat. ‘Ik kon een kleine winkelunit

huren en begon aan mijn nieuwe leven. Binnen vier

jaar bouwde ik een behoorlijke klantenkring op.’

Werk

Marieke en Mark trouwen, de familie komt over en

het is groot feest in huize Blinkhorne. Als Marieke

zwanger raakt van dochter Emma besluit ze de salon

te verkopen. Met een baby een zaak runnen, dat ziet

ze niet zitten. ‘Ik kende nog niet veel mensen, dus

alleen maar thuiszitten beviel niet echt. Ik besloot me

een beetje nuttig te maken in de fotozaak van Mark.

Hij is basisschoolfotograaf. We wilden dat concept

ook toepassen op kinderen van 0 tot 5 jaar bij de

voorschoolse opvang. We waren de eerste studio die

Haar geboortegrond blijft trekken. ‘Carnaval, Pasen,

Kerstmis, Sinterklaas, oudjaar, de tradities waarbij je

als familie gezellig bij elkaar bent. Dat heb je hier niet

en dat mis ik wel.’ Ze vliegt elk jaar met haar gezin naar

Nederland, hoewel dat de laatste twee jaren vanwege

corona niet mogelijk was. Australië ging op slot. ‘In die

periode overleed mijn moeder. Als je op zo’n moment

niet naar huis kunt, grijpt dat heel diep in je gevoel.

Tijdens het vele videobellen zag ik haar achteruit

gaan, soms rolde er een traan over haar wang als ze me

aankeek. Je bent zo machteloos, verdrietig en alleen.

Je beseft dan echt hoe ver weg je bent.’ De uitvaart

volgde Marieke via een livestream. In december 2022

vliegen ze voor het eerst weer naar Nederland. Marieke:

‘Daar hebben we lang naar uitgekeken.’


KUNST. FUTURISME

// Tekst

Hoe fout

PAUL ABELS

// Foto’s

RIJKSMUSEUM TWENTHE

waren de

futuristen?

Futurisme-tentoonstelling

in het Rijksmuseum Twenthe

.51

Umberto Boccioni en Filippo Tommaso Marinetti, 1911

ZILVER WINTER 2022 / 2023


KUNST. FUTURISME

Een half jaar lang te zien in

het Rijksmuseum Twenthe:

de expositie ‘Marinetti

en het futurisme’. Een

fascinerend overzicht.

Voorman Marinetti was tot

aan zijn dood in 1944 een

zelfverklaard medestander

van Benito Mussolini. Hoe

zet je een expositie in elkaar

over een kunststroming

die zo dicht tegen het

Filippo Tomaso Marinetti (1876-1944),

de zeer welgestelde zoon van een

Italiaanse advocaat, was de onbetwiste

leider van de futuristische beweging.

Hij was niet alleen dichter, maar probeerde

ook politicus te zijn. In de politiek bleek

hij echter veel minder succesvol dan als

marketeer, ondernemer en impresario. In

1909 verscheen er een manifest van zijn

hand op de voorpagina van Le Figaro. Daarin

verheerlijkte hij in ronkende bewoor ding

en het auto-ongeluk dat hem overkomen

was: ‘Ik voelde hoe mijn hart -verrukkelijkdoorboord

werd door het gloeiende ijzer van

de vreugde!’ Marinetti raakte ervan overtuigd

dat er revolutie, extase, anarchie, dynamiek

moest komen. En een beeldtaal gebaseerd op

snelheid en agressie.

.52

fascisme aanschurkte?

Een tentoonstelling die

de tongen losmaakt.

Vijfendertig jaar

In vier grote zalen van het Rijksmuseum

Twenthe komen de werken voorbij: schilde

rijen, grote en kleine plastieken, filmfragmenten

(o.a. Mussolini die na zijn bevrijding

door de Duitsers hartelijk ontvangen

wordt door Hitler en de zijnen), pamfletten,

voortreffelijk vormgegeven propaganda.

Vijfendertig jaar futurisme, eindigend met

de dood van Marinetti in 1944. Hij overlijdt

in een villa in Salò, waar Mussolini ook

ondergebracht is, kaltgestellt door Hitler.

Umberto Boccioni, Unieke vormen van continuïteit

in de ruimte, 1913 (gegoten in 2011), brons,

Privécollectie, Rome

wereld in. Odding schrijft in het voorwoord

van de begeleidende catalogus: ‘De futuristen

waren avantgardisten in een enerverende

tijd. Voor hun radicale vernieuwingsdrang

moesten traditionele waarden wijken. Ze

wilden immers de toekomst winnen. Maar

hoe geven wij vorm aan onze toekomst? Wie

willen wij worden? En waarop baseren wij

onze beginselen in tijden van ontwrichtende

veranderingen? (...) Iedereen heeft het gevoel

dat we in een nieuwe periode zijn aangeland.

Hoe gaan kunstenaars om met het nieuwe?’

Letterlijk nemen?

Interessante en belangrijke vragen. Maar

eigenlijk passen futurisme en een tentoonstelling

met werk van de futuristen niet bij

elkaar. Musea zijn voor de futuristen de

begraafplaatsen van vruchteloze inspanningen.

Dat zijn Marinetti’s eigen woorden.

Hij was van 1909 tot 1944 hun leider en

woordvoerder. Hij schreef: ‘Verleg de loop

van de kanalen en laat de musea onder

wa ter lopen!’ Hoe moeten we dat duiden?

Was het futurisme niet een beweging boordevol

paradoxen en inconsequenties? En

Giacomo Balla, Dynamische

expansie + snelheid, 1913,

olieverf op doek, Galleria

Nazionale d’Arte Moderna, Rome

‘Ontwrichtende veranderingen’

Museumdirecteur Arnoud Odding is zich bewust

van de vragen die zijn tentoonstelling

op kan roepen. De ondertitel is Manifest

voor een nieuwe wereld. Marinetti blies met

de regelmaat van de klok een manifest de

die Marinetti was toch een dichter, een

geniale maar ronkende en wereldvreemde

dichter? Moeten we zijn woorden zo

letterlijk nemen? Het lijkt er wel op. We

kunnen helaas niet om zijn ‘mooie ideeën

om voor te sterven’ heen. Marinetti schreef

in 1909: ‘Wij willen de musea en de bibliotheken

vernietigen en het moralisme, het


‘De futuristen hadden

helemaal geen beeld

van een toekomst.’

Rougena Zatkova, Portret van Marinetti, 1915-1916,

olieverf op doek, Erven Marinetti, Milaan

feminisme en alle opportunistische en utilitaristische

daden van lafhartigheid bestrijden.’ En elders:

‘Wij zullen de oorlogen verheerlijken – ’s we relds

enige hygiëne – met militarisme, patriot tisme, het

destructieve gebaar van vrijheids breng ers, mooie

ideeën die het waard zijn om voor te sterven en

minachting voor de vrouw.’

Nieuwe wereld

‘Een op een dergelijke manier verwoorde haat kon

alleen nog maar door daden worden overtroffen,’

schrijft kunsthistoricus Peter Gay hierover in zijn boek

over het modernisme (2007). Duidelijke taal. Lange

tijd cirkelden de beschouwers van het futurisme

echter om de hamvraag heen: is het futurisme een

beweging die onverkort de lof van het fascisme

zingt? Te veel aandacht voor de rauwe slogans van

Marinetti werd zorgvuldig vermeden. In 1919 raakt

hij goed bevriend met Mussolini, de man van de

daden, de provocatie, destructie en een toekomst

die dan als vanzelf zou ontstaan. In de catalogus bij

de tentoonstelling lezen we dit: ‘Men ziet Marinetti

als een navolger van Mussolini. Maar terugkijkend

op zijn leven zien we het verhaal van een man die

schippert tussen zijn idealen en de werkelijkheid.

Om zijn ge liefde futuristische stroming in leven

te houden laveert hij tussen het fascisme en zijn

eigen revolutionaire idealen. Soms uitgesproken

vóór of tegen, maar vaak pragmatisch op zoek

naar de juiste weg richting zijn gedroomde nieuwe

wereld, die in werkelijkheid veel complexer blijkt

te zijn dan voorgesteld.’ Bij die ‘gedroomde nieuwe

wereld’ kunnen we echter vraag tekens zetten. Een

droomwereld is het zeker niet. De futuristen hadden

helemaal geen beeld van een toekomst. Die moest

namelijk ontstaan als het resul taat van destructie en

geweld: het sleutelwoord van het futurisme. >>

EEN

DROOMWERELD

IS HET

ZEKER NIET

.53

Giacomo Balla, Pessimisme en optimisme, 1923,

olieverf op doek, Erven Balla, Rome

ZILVER WINTER 2022 / 2023


KUNST. FUTURISME

Gino Severini, Dynamiek van lichtvormen in de ruimte,

1912, olieverf op doek, Galleria Nazionale d’Arte Moderna

e Contemporanea, Rome

‘Een wat hoopvoller beeld

van de toekomst.’

Jongstra en Terpstra

Naast de hoofdtentoonstelling zijn er twee klei nere exposities,

gepresenteerd als bijwagens van het voortrazende futurisme dat

in de vier grote zalen alle aandacht vraagt. Schrijver Atte Jongstra

maakte een keuze uit objecten afkomstig uit de eigen collectie van het

Rijksmuseum Twenthe, van een vijftiende-eeuwse Sint Sebastiaan tot

wer ken van Hans Ebeling Koning en Piet Ouborg. Jongstra’s expositie

kan heel goed op zichzelf staan. Hij roept niet om revolutie zoals de

futu risten, hij predikt de groene evolutie. Museumdirecteur Odding

had tijdens zijn perspresentatie al aangegeven dat hij Jongstra had

gevraagd in zijn bijdrage aan de futurisme-expositie ‘een wat hoopvoller

beeld van de toekomst’ te brengen.

Rein Jelle Terpstra, The setting of violence, 2022, print met lichtprojectie,

print: filmstill uit Salò. Met dank aan Cineteca di Bologna

.54

‘Deze expositie

registreert,

licht voor,

is educatief,

maar neemt

niet werkelijk

stelling.’

Geen stelling

Deze expositie is interessant en confronterend. In de manifesten komen

slogans terug die er niet om liegen. Oorlog als de enige vorm van hygiëne.

Pleidooien voor minachting van de vrouw. Maar er is meer dat wringt.

Het futurisme is de beweging die dynamiek als basisvoorwaarde stelt.

Futuristische kunst gepresenteerd in een museum: dat kan eigenlijk

niet. Dat beweegt niet. Bovendien past de achterafblik van een museale

presentatie ook niet in een futuristisch concept: zij kijken niet terug, zij

willen altijd vooruit. Het futurisme verheerlijkt geweld en afbraak. Maar

welke visie steekt daarachter? Welk doel dient het geweld? Wat doen

we na de sloop der dingen? Daarop geeft het futurisme geen antwoord.

Net als in de huidige samenleving lijken doel en richting te ontbreken.

Gevolg: rechts-radicale bewegingen komen op. Deze expositie registreert,

licht voor, is educatief, maar neemt niet werkelijk stelling. De

verderfelijke fascistische overtuiging van de futuristen wordt vooral

geësthetiseerd. Preciezer gezegd: Marinetti, vijfendertig jaar lang de

leidsman van de club, heeft nooit enige afstand genomen van zijn

fascistische ideeën. Dat gegeven krijgt niet of nauwelijks aandacht. Hoe

het ook zij, laveren of schipperen, pragmatisme of avantgarde, fout,

een beetje fout of alleen maar kunst: de bezoeker van de expositie mag

het zelf bepalen.

Marinetti en het futurisme. Tot 19-02-2023, Rijksmuseum Twenthe Enschede

Gerardo Dottori, De race, 1925-1927, olieverf op doek,

Futur-ism, Rome


COLUMN. ALEXA GRATAMA

Alexa Gratama

COLUMN

Lepeldelen

We waren meegevraagd door de allerfijnste mensen met de allerfijnste

vrienden. Jazeker, ik voelde vliegschaamte, maar we waren

toch gegaan, er viel iets te vieren en wij mochten daar bij zijn.

Alexa woonde tien jaar in

Delden voordat zij in 2020 naar

Amsterdam verhuisde. Ze is

gelukkig getrouwd met een

zeilende ondernemer en moeder

van drie kinderen. Haar oudste,

een dochter, overleed op de laatste

dag van 2021 aan de gevolgen van

uitgezaaide longkanker. Beide

zoons wonen bij haar om de

hoek en studeren nog.

Na een intense en aangrij pende

periode pakt Alexa haar werk

als raadsheer-plaatsvervanger

en arbiter voorzichtig weer op

en probeert ze voor het schrijven

van een boek nu eindelijk serieus

ruimte te maken.

Aan de lange tafel met de hoge krukken werd gekletst en geproost en naar

wie ik ook keek, in ieders gezicht zag ik hartelijkheid, en ik voelde vreugde.

Het was al laat, maar dit was Spanje, de avond nog maar net begonnen.

Halverwege de tapas nestelden zich aan de kopse kant van ons gezelschap

twee jonge muzikanten met een zweem van jaren ’70, zwarte snor, ronde

bril, iets te lange haren. Wij bevonden ons op een afgescheiden verhoging en

zij zaten, gitaar op schoot, met de rug naar ons toe, vóór hen in de diepte het

publiek van tientallen kauwende gasten. Ze zetten een repertoire in dat nauw

bij hun verschijningsvorm aansloot, Beatles, Jim Croce, Sunny in de uitvoering

van Bobby Hebb. Langs onze lange tafel trok de muziek op als een slang die

uit zijn mand omhoog wordt gefloten, de kop zijwaarts in- en uitschuivend,

de ogen priemend, betoverend, de toeschouwer in zijn blik gevangen. Ook

wij konden niet ontsnappen. Langzaam begonnen bovenlijven te wiegen en

klonk een roffelen naast de borden, van neuriën naar luider zingen, melodie

en tekst werden opgediept uit de krakende kelders van het geheugen.

Zelf ben ik helaas van elk talent gespeend, maar mijn man is heel muzikaal,

hij kan zelfs muziek maken met metalen lepels. Bolle kanten tegen elkaar,

een vinger tussen de stelen en ze dan langs een vlak gestrekte hand halen

of op bovenbenen en tafelbladen slaan. Hij doet dit met een fantastisch

ritmegevoel, gelukkig maar, anders zou lepelen iets gênants kunnen krijgen.

Dat hij hier goed in is ontdekte ik lang geleden. Toch heb ik hem hooguit

tien keer op deze manier in actie kunnen zien. Hij houdt er niet zo van in

de belangstelling te staan en doet het zeker niet op commando. Maar tegen

middernacht was ik door het gezelschap en de biertjes in een half verliefde

staat gebracht en kon ik het niet laten. ‘Toe’, zei ik tegen hem, ‘Doe voor

ons de lepels. Por favor.’ De Spaanse Beatles konden ook heus nog wel wat

begeleiding gebruiken. En nu keek ik toe en zag ik al die lieve hoofden huilen

van de lach, omdat zich bij de geoefende hand van mijn man een leerlinglepelspeelster

had gevoegd, die haar gebrek aan ervaring ruim schoots

compenseerde met de bravoure van een doorgewinterde variétéartieste.

Ik keek naar hen en voelde een overrompelende vreugde.

.55

Ook deze heerlijke avond doofde onvermijdelijk uit. Jassen en tassen werden

bij elkaar gescharreld en door de frisse nacht wandelden we terug naar

het hotel. Ik hoefde met niemand meer te praten. Wat is het leven toch

ongelofelijk, dacht ik, terwijl ik achter de rest aanliep. Begrijp jij hoe dit

kan, lief kind, zoveel geluk voelen, terwijl jij er niet meer bent? Boven mij de

sterren, de hemel, het onmetelijke. We weten niet hoe het werkt, we kunnen

het alleen maar durven ervaren. En delen. Ook met degene die er niet meer is.

Alexa Gratama

ZILVER WINTER 2022 / 2023


.56

Lekker bijpraten en

op pad zijn. Nieuwe

en mooie dingen zien,

ervaren en proeven.

Het uitgebreide aanbod van

De Ledenservice maakt voor jong

en oud het leven makkelijker,

veiliger en leuker. Hoe leuk is

het om aan het eind van het

jaar mooie herinneringen te

verzamelen in een fotoboekje.

Speciaal voor onze leden hebben

we hier een mooi aanbod voor.

Of wat dacht u van een heerlijke

dag zwemmen in een tropisch

zwemparadijs. Nog meer

uitgaantips en voordeel vindt u

op onze website*.

Samen lid is leuker!

Bent u blij met uw lidmaatschap van

De Ledenservice van Carintreggeland?

Maak iemand anders lid en ontvang

allebei unieke speelkaarten van De

Ledenservice voor een gezellige avond.

Samen

ADVERT

genieten

Sfeermakers

Raamdecoratie is een sfeervolle oplossing voor ramen in

uw gehele woning. Zo biedt raambekleding zonwering,

geeft het de nodige privacy en isoleert het waar nodig. Met

raamdecoratie in de woonkamer kunt u met licht spelen in

de kamer, terwijl het in de slaapkamer juist donkerder maakt,

voor meer rust. Hubo komt bij u thuis om alles op te meten

en monteren uw raamdecoratie vakkundig. Via onze website*

kunt u gebruik maken dit aanbod.

Ledenvoordeel 15% korting op raamdecoratie en gordijnen.

Gratis fotoboekje

De leukste, grappigste en mooiste herinneringen in een

fotoboek bundelen? Goed idee. Daarom krijgt u van ons een

gratis Smartfoto fotoboekje M soft cover met wire-o binding

twv € 8,99 (of als korting op fotoboeken L en XL). U kunt dit

fotoboekje bestellen met een kortingscode via onze website*


Riviera Subtropisch Zwemparadijs

Preston Palace

Een geweldig uitje, terwijl het buiten guur en regenachtig is. Kom

zwemmen onder de tropische sterrenhemel, bubbel weg in de whirlpools

en geniet van een lekker drankje en ijs. Riviera heeft de volgende

faciliteiten: Recreatieve sauna • Stoombad • Verwarmd kinderbad

• Whirlpools • Zonnehemels • Water, koffie, thee, frisdranken en waterijs.

Ledenvoordeel 50% korting op het dagtarief van €17,50- p.p. Deze

prijsafspraak is geldig van maandag t/m vrijdag. Niet geldig op het

avondtarief, in het weekend, tijdens schoolvakanties, feestdagen en/of in

combinatie met andere acties of kortingen. Korting wordt alleen gegeven

op vertoon van uw (digitale) ledenpas.

ENTIE

.57

Groetjes van

Reisbureau SamenUit!

Reisbureau SamenUit! van Carintreggeland verzorgt uitstapjes voor ouderen,

leden van De Ledenservice, naar allerlei bestemmingen binnen de regio en

daarbuiten. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de eigen aangepaste bus.

Er wordt rekening gehouden met de wensen en ‘uitdagingen’ van de deelnemers.

De uitstapjes worden begeleid door enthousiaste, ervaren vrijwilligers. Op onze

website* vindt u het reisaanbod. Hier kunt u de uitstapjes bekijken en direct

boeken! U kunt ook bellen 088 367 9661 of mailen samenuit@carintreggeland.nl

Digitale ledenpas

Vanaf 2022 ontvangt u geen fysieke ledenpas. Wij vinden duurzaamheid

belangrijk, daarom is besloten om geen fysieke pas meer aan te bieden.

Op onze website staat uw digitale ledenpas klaar in uw eigen account.

Bent u al lid, maar heeft u nog geen account? Ga naar de website* en klik

op inloggen om uw inloggegevens aan te vragen.

Nog geen lid van

De Ledenservice?

Ga naar onze website* en meld u vandaag nog aan!

Voor slechts €22.50 per kalenderjaar kunt u gebruik

maken van alle voordelen. Liever persoonlijk contact

dat kan via 088 3672373 of leden@carintreggeland.nl.

088 367 2373 | leden@carintreggeland.nl | *www.carintreggeland.nl/ledenservice

ZILVER WINTER 2022 / 2023


COLUMN. RECHTTOE RECHTAAN

// Tekst

MR. DR. TON LAMERS

// Foto piano

PAVEL DANILYUK

Juristentaal:

het begrip zzp’er

.58

Mr. dr. Ton Lamers bespreekt in

Zilver Magazine telkens een actueel

juridisch thema. Soms zullen de

onderwerpen zijn ingegeven door

zaken waarbij hij zelf betrokken is

geweest maar hij staat ook open

voor door lezers aangedragen

onderwerpen en vragen.

Voorstellen kunnen worden ingebracht

via: redactie@zilvermedia.nl

Deze keer bespreekt hij het begrip

zzp’er met een voorbeeld uit de

praktijk.

Er klinkt niet zelden kritiek van leken op de wijze

waarop juristen communiceren. Ouderwets

en ontoegankelijk taalgebruik, wordt gezegd.

Aan de andere kant zijn de juristen van mening dat het

dagelijkse taalgebruik vaak niet voldoende nuance kent

om zich juridisch voldoende te kunnen uitdrukken. In

deze bijdrage wil ik u graag laten zien waarom juristen

zo hechten aan taal. En hoe onzorgvuldige omgang met

taal en betekenissen tot serieuze juridische problemen

kan leiden.

Arbeidsrecht

Aan het einde van de vorige eeuw verscheen een nieuw

begrip in de Nederlandse taal: zzp’er. Het staat voor

‘zelfstandige zonder personeel’. Hoewel dit in het

dagelijks taalgebruik als heel normaal wordt ervaren,

kan het voor meer juridisch onbegrip en misverstanden

zorgen dan men kan vermoeden. In deze bijdrage zoom

ik met betrekking tot het zzp-begrip vooral in op het

arbeidsrecht, de fiscale componenten worden voor nu

buiten beeld gelaten.

Beschermingsrecht

Het Nederlandse arbeidsrecht, een vorm van contractrecht,

is zogenaamd ‘beschermingsrecht’. Het overgrote

deel van de wettelijke regelingen van het arbeidsrecht

is bedoeld om de juridisch en financieel ‘zwakkere’

werknemer, tegen de, niet zelden, ‘sterkere’ werkgever

te beschermen. Het is daarom dat de arbeidsrechtelijke

regels in het Burgerlijk Wetboek vooral in het voordeel

van de werknemer zijn geschreven. Nu heerst onder

leken nogal eens de opvatting dat het contractenrecht

een vrij speelveld is. Partijen zouden in een contract

vrije afspraken kunnen maken met betrekking tot elk

onderwerp waaronder ook de arbeidsrelatie. Dat is

een misvatting. Met name de arbeidsrechtelijke regels

zijn wat we in juridische terminologie noemen ‘van

dwingend recht’. Dat betekent plat vertaald: u kunt op

papier zetten wat u wilt, maar het feitelijke gedrag in

de praktijk bepaalt welk recht van toepassing is. Een

voorbeeld uit de praktijk:


‘U kunt het noemen zoals

u wilt en u kunt op papier

zetten wat u wilt, maar zzp’er

is geen juridisch begrip.’

Docent op een muziekschool

Janny (gefingeerde naam) werd gevraagd om in

te vallen als docent piano op een muziekschool.

Het ging om een invalklus voor een zieke collega,

een relatief klein baantje van ongeveer twee

dagen in de week. De muziekschool wil liever

geen arbeidsovereenkomst met Janny sluiten

want het risico om docenten in loondienst te

nemen, met alle consequenties voor de werkgever

van dien, is erg groot. Het grootste risico is dat

de werkgever de werknemer gedurende twee

jaren moet doorbetalen als de werknemer ziek

wordt en een werknemer ontslagbescherming

geniet (de overige niet geringe risico’s zal ik u

voor nu besparen). De muziekschool biedt

Janny een zzp-contract aan waarin helder staat

vermeld dat partijen geen arbeidsovereenkomst

wensen te sluiten en dat Janny als zzp-er voor de

muziekschool werkt totdat de zieke collega weer

beter is. Het ziektepatroon verloopt helaas slecht

en de zieke collega wordt na twee jaren geheel

afgekeurd om te werken. Inmiddels werkt Janny

nog steeds op de school. Het bevalt haar goed en

het bevalt de muziekschool ook.

Na vier jaar komt de klad in de muziekschool.

Het leerlingenaantal loopt terug, ook voor pianolessen.

De directeur van de muziekschool denkt,

‘gemakkelijk’, dat hij van Janny zomaar afscheid

kan nemen, want zij heeft geen arbeids overeenkomst

en geniet dus geen ontslagbescherming.

Janny wilde echter haar baantje helemaal niet kwijt

en zocht juridische hulp bij ondergetekende.

Contract versus feitelijke omstandigheid

In de schriftelijke schermutselingen vooraf leg

ik de directeur uit dat het zzp-contract er maar

nauwelijks toe doet omdat Janny precies hetzelfde

werk uitvoert als de andere docenten die wel in

loondienst zijn. Omdat Janny onder zijn gezag

staat, houdt de directeur voet bij stuk. Janny wordt

niet meer op school verwacht en de directeur wil

haar declaraties niet meer betalen. Er zat dus niets

anders op dan een loonvordering bij de rechter

in te stellen. Ook tijdens de procedure houdt de

directeur vol: afspraak is afspraak en in het contract

staat dat Janny niet in loondienst is. Ik betoog dat

het contract er niet toe doet omdat de relatie tussen

Janny en de school feitelijk geen relatie tussen een

‘ondernemer’ en een opdrachtgever is, maar een

werkgever-werknemer-relatie omdat partijen zich

gedurende vier jaren altijd zo hebben gedragen.

De rechter maakte korte metten met het standpunt

van de directeur. ‘U kunt het noemen zoals u wilt

en u kunt op papier zetten wat u wilt, maar zzp’er

is geen juridisch begrip en al had u een goed

juridisch begrip gebruikt, in dit geval ‘ondernemer’,

dan nog faalt uw betoog. Janny was gewoon in

loondienst al die tijd en dat blijft ze ook en u moet

het achterstallige loon alsnog met een wettelijke

verhoging nabetalen.’

De moraal van dit verhaal: De directeur gebruikt

een lekenbegrip, en meent daar rechtens aanspraak

op te kunnen maken. Zo werkt dat niet. Bij de feite -

lijke omstandigheid wordt de meest bijpassende

juridische kwalificatie gezocht, en dat is wat het is.

.59

ZILVER WINTER 2022 / 2023


ACTIEVE 70-PLUSSER. FREDDY BRUININK

// Tekst & foto’s

HARRY MOEK

.60

Voormalig

kapper Freddy

zit niet achter

de geraniums


‘Het was de tijd van

langere haardracht

voor de mannen.’

Toen Freddy Bruinink (75) negentien jaar geleden zijn kapsalon in Oldenzaal verkocht,

volgden voor hem niet de spreekwoordelijke geraniums. Integendeel. In beweging blijven

en een rol hebben in de maatschappij dragen bij aan je vitaliteit, vindt en ondervindt hij.

Freddy is geboren in Oldenzaal, maar zijn

roots. leiden naar Lemselo. Erve Brunink

aan de Bruninksweg is de plek waar zijn

voorvaderen generaties lang een boerderij hadden.

Freddy groeide op in een bakkers gezin en wist

zeker dat het bakkersvak met midden in de nacht

opstaan om te gaan werken, niets voor hem was.

Freddy: ‘Op de Radboudmulo had ik geen idee

welke vervolgopleiding ik moest kiezen. Volgens

een beroepentest paste het kappersvak bij mij. Op

een particuliere vakschool in Almelo liet ik me

scholen tot dameskapper, want het ging in die tijd

niet goed in de herenkappersbranche. Er waren

teveel kappers voor een te kleine markt.’ Als de

dienstplicht roept komt de 21-jarige Freddy terecht

bij het Marine Opkomst Centrum in Hilversum,

waar de Marva’s (de Marine Vrouwen Afdeling)

ook gehuisvest waren. Het kappersvak kwam goed

van pas. Freddy lacht: ‘Ik kon als dienstplichtige

bij de dames mijn beroep mooi blijven uitoefenen.

De Marva-barakken waren voor alle mannen na

zonsondergang verboden terrein, maar dat gold

dus niet voor mij!’

Eigen zaak

Op 24-jarige leeftijd opent Freddy zijn eigen kap -

salon aan de Kerkstraat in Oldenzaal. Freddy:

‘De herenkapsalons waren voor een deel weggesaneerd.

Ik zag er juist brood in. Het was de tijd

van langere haardracht voor de mannen en net als

dat haar, zou de markt volgens mij ook gaan groeien.’

Dat bleek hij goed te zien. Freddy: ‘Ineens

wisten vrouwen hun weg te vinden naar herenkapsalons.

De traditionele dames kappers vonden

zij vaak niet modern genoeg. Ik speelde daarop in

door een gecombineerde dames- en herensalon in

te richten.’ De zaak werd te klein en hij verhuisde

de salon naar de Grootestraat. Freddy zag een

nieuwe trend: knippen zonder afspraak. Freddy:

‘Dat was een groot succes, er stond af en toe zelfs

een rij wachtenden voor de deur.’ Een nieuwe -en

laatste- verhuizing voor Salon Freddy in 1992 leidde

weer naar de Kerkstraat naar het pand waar zijn

schoonvader een slagerij had. Freddy: ‘Als mijn

vrouw Jacky en ik ons daar zouden vestigen bleef

het pand in handen van de familie en kon mijn

schoonvader boven blijven wonen en nog een beetje

blijven werken, bijvoor beeld door het verzorgen

van hapjes voor feestjes.’

Freddy liep voorop in zijn vak. Freddy: ‘Ik ging

jaar lijks naar Londen op cursus bij Vidal Sassoon,

die altijd revolutionaire ontwikkelingen liet

zien. Daarmee onderscheidde ik me en trok ik

binnen en buiten Oldenzaal nieuwe klanten.’ Op

een landelijk kappersconcours won hij de zilveren

kappersschaar. Freddy investeerde in kennis

en techniek, maar ook in zijn personeel. Freddy:

‘Je medewerkers zijn het fundament van je zaak.

Ik streefde ernaar om alle medewerkers vanaf de

basis zelf een opleiding te geven tot volwaardig

kapper en hen de nieuwste trends bij te leren. We

zijn nog geno mineerd als leerbedrijf van het jaar.’

Ook buiten de salon zette Freddy zijn kappersvaardigheden

in. Zo had hij in de Trio Club eens

een kappersstudio om bij de jonge doelgroep in

beeld te komen. Bij de Boeskool is Lös maakt hij

met collega-kappers de langste vlecht ooit met een

lengte van 34 meter en bij benefietacties droeg hij

vaak zijn steentje bij, zoals voor de fundraising

voor het huidige stationsrestaurant in Oldenzaal

en voor acties van Stichting Padre Bernardo ten

bate van ontwikkelingshulpprojecten in Brazilië.

>>

.61

ZILVER WINTER 2022 / 2023


ACTIEVE 70-PLUSSER. FREDDY BRUININK

.62

‘Komend jaar ga ik zeker

de 40 kilometer lopen.’

Wandelen

Freddy: ‘Het kappersvak was, zeker vroeger, een

zwaar beroep: de hele dag staan en met je lichaam

draaien, en dat op de vierkante meter. Ik kreeg

steeds vaker last van mijn rug en schouders. Daar -

om heb ik de zaak op relatief jonge leeftijd verkocht.

We verhuisden naar een woning met een

grote tuin. Veel mensen kiezen als ze ouder worden

juist voor gemak en het rustiger aan doen.

Dat past niet bij mij. Ik heb groene vingers en ben

graag buiten. Ik heb rondleidingen gegeven bij de

opgravingen van het Plechelmusplein. Ook sport

ik nog bij mijn volleybalclubje en wandel ik nog

steeds behoorlijke afstanden. Ik heb acht keer de

Kennedymars van 80 kilometer gelopen en de

afge lopen jaren deed ik mee aan de Nijmeegse

Vier daagse. Komend jaar ga ik zeker de 40 kilometer

lopen. We begonnen lang geleden met een

wandelclub van elf, ik ben de enige van die groep

die het nog kan.’

Grimeur

Freddy volgde een opleiding tot grimeur, een vak

dat hij nog steeds af en toe uitoefent. Freddy: ‘Ik

heb de afgelopen jaren heel wat grimewerk gedaan:

carnavalsgala’s - voor de Kadolstermennekes doe ik

dat al 38 jaar - toneelverenigingen zoals de SNORrevue,

themafeesten bij bedrijven en Sinterklaas en

zwarte pieten. Nou ja, roetveegpieten natuurlijk,

ook daarin moet je met je tijd meegaan, hè? Ik

hoop op opvolgers aan wie ik het grimevak kan

overdragen want ik weet niet hoe lang ik dat werk

nog kan en wil blijven doen.’ Ook was hij grimeur

van de Landelijke Opleiding Tot Uitbeelding van

Slachtoffers (LOTUS) en speelde hij als acteur

ook wel eens een slachtoffer van een ongeluk of

een ramp. Freddy: ‘Dat is serieus werk. EHBOvere

nigingen, maar ook beveiligingsbedrijven en

reddingsteams, volgen geregeld praktijktrainingen

om te mogen opereren. Trainingen zetten levensechte

ongelukken en rampen en de hulpverlening

in scene.’

Zou je opnieuw weer voor het kappersvak kiezen?

Freddy: ’Honderd procent zeker! Die beroepskeuzetest

in mijn jeugd heeft helemaal goed uit gepakt.

Het mooie van het kappersvak is het contact

met je klanten. En je hoort nog eens wat, hè? Het is

niet toevallig dat de Franse krant Figaro naar een

kapper is vernoemd, haha!’

Ben je oud met 75 jaar? Freddy: ‘Als ik mijn kleinkinderen

op schoot heb, dan besef ik mijn leeftijd,

maar als ik hoor praten over ouderen dan denk ik

vaak: daarmee bedoelen ze mij toch niet?!’


COLUMN. THEO DE ROOIJ

Column

Theo de Rooij

Geloof

Tijdens mijn jaren-60-jeugd in het Groene Hart tussen Vleuten en Harmelen

was het katholieke geloof nooit ver weg. Mijn ouders werkten zes lange

dagen per week op het afgelegen tuindersbedrijf. Zondagochtenden

gingen we naar de kerk, ’s middags werden opa’s en oma’s bezocht. Op

mijn 12 e had ik alle sacramenten ondergaan die de kerk voorschreef aan

haar gelovigen. Doopsel, de eerste heilige communie, periodiek biechten,

hernieuwing van de doopbelofte en zelfs de Blasiuszegen. Jaarlijks trapte

ik op mijn kinderfietsje de week voor Pasen onzeker slingerend van

Vleuten naar huis. Aan het stuur twee flessen vers wijwater, gevuld in

een voor de poorten van de Willibrordkerk opgesteld enorm vat. Waarmee

mijn ouders de woning zegenden in geval van dreigend onweer. De

twee jaar rond de decenniumwissel, tussen priesters en nonnen op een

katholieke kostschool in Noordwijkerhout, maakte ik deel uit van het

vierstemmige koor en zong Gregoriaanse gezangen uit volle sopraan borst

mee. Ondertussen maakt het geloof niet langer deel uit van mijn dagelijks

routine. Maar dat wil niet zeggen dat het geloof mij heeft losgelaten.

Tijdens een Giro d’Italia ergens in de jaren ’90 streken we neer in een klein

hotelletje in een typisch Italiaans dorpje. Na de etappe wandelde ik laat in de

middag wat rond en werd getroffen door het grote aantal afbeeldingen van

een Italiaanse, heilig verklaarde monnik: Padre Pio. Door biddende Italianen

de meest frequent aangeroepen heilige. In vrijwel elke etalage was een afbeelding

te vinden van een grijs bebaarde, kalende, vroom kijkende oudere man,

gekleed in een bruin habijt. Een katholiek veertje kriebelde mijn ziel, beeld en

verhaal spraken mij aan. Ik betrad een van de vele souvenirswinkels en kocht

twee rozenkransen met zijn beeltenis in een transparant doosje: eentje voor

moeder en eentje voor mijn hervormde schoonmoeder.

Najaar 2020 ging de gezondheid van schoonmoeder zodanig achteruit dat zij

moest worden opgenomen in een zorginstelling. Zij overleed in februari 2021

op 95-jarige leeftijd en zou nooit meer terugkeren naar haar riante, fijne

bungalow aan de rand van Holten, waar zij sinds 1971 onafgebroken gewoond

had. Met mijn twee schoonzussen en zwagers maakten Marian en ik haar

huis klaar voor een volgende fase. Een leven lang zocht zij zorgvuldig haar

vertrouwde spulletjes bij elkaar. Selecteren, organiseren en via de diverse

kringloopkanalen afscheid nemen van het grootste gedeelte van haar

nalatenschap was een omvangrijk, soms emotioneel traject. Aan het eind

van een frisse heldere decemberzaterdag waren huis, terrein en oprit

opgeruimd en leeg. Mijmerend over de kwetsbaarheid, betrekkelijkheid

en tijdelijkheid van een mensenleven liep ik rond het huis. Plots werd mijn

aandacht getrokken door een klein, rond plastic doosje dat langs de oprit naar

de garage lag: de rozenkrans van Padre Pio. Ik geloof…

Theo de Rooij

Voormalig profwielrenner en

tot op de dag van vandaag in

geest en activiteit overtuigd

sporter. ‘Goed voor jezelf

zorgen betekent dat je ook voor

een ander het verschil kunt

maken. Verantwoordelijkheid

nemen voor jezelf is de enige

manier om de grote pro blemen

van deze tijd op te lossen. Deze

filosofische instelling komt

vaak terug in mijn columns.’

.63

ZILVER WINTER 2022 / 2023


.64

Heeft u al een

abonnement op

Zilver Magazine?

Ga snel naar www.zilvermedia.nl of

mail naar: verkoop@zilvermedia.nl

tel: 088–1198 200

ADVERTENTIE

www.vredehof.nl


TIJDSBEELD. JAN DE JONGH

DE ACTIVISTISCHE

// Tekst

MARCO KRIJNSEN

// Foto’s

ARCHIEF MARCO KRIJNSEN

.65

PSP-dominee Jan de Jongh

bestreed de apartheid en

begreep de RAF

ZILVER WINTER 2022 / 2023


TIJDSBEELD. JAN DE JONGH

Studentenpastor Jan de Jongh van de Universiteit Twente nam vanaf de jaren

zeventig geen blad voor de mond en kleurde graag buiten de lijntjes. Zijn rechtvaardigheidsgevoel

ging boven alles, ook al kostte hem dat een nacht in een

politiecel, zo blijkt in het boek Aktie! van historicus-journalist Marco Krijnsen.

.66

De gereformeerde dominee Jan de Jongh laat

zich door niemand de wet voorschrijven. Dat

is al duidelijk voor zijn komst naar Enschede.

In zijn eerste standplaats Nes, in Friesland, weigert hij

lid te worden van de Anti-Revolutionaire Partij (ARP).

Ook komt er geen ARP-verkiezingsposter achter de

ramen van de pastorie. De Jongh zelf stemt liever op

de Pacifistisch Socialistische Partij, als enige inwoner

van het dorp.

De recalcitrante dominee wordt in 1970 studentenpastor

in Enschede. Het campuspastoraat van de

Technische Hogeschool Twente (de voorloper van de

Universiteit Twente) bestaat uit vier geestelijken: twee

protestante en twee katholieke. Hun taak is het om

studenten te ondersteunen en te activeren. De

studentenpastors krijgen een jaarlijkse bijdrage van

100.000 gulden voor het organiseren van allerlei

activiteiten, die net zo goed solidariteits- of protestacties

kunnen zijn.

De eerste bezetting bij de THT

Als Jan de Jongh in 1970 bij het campuspastoraat

begint, heeft de THT net haar eerste bezetting achter

de rug. De actie is georganiseerd door de Studenten

Raad Drienerlo (SRD). Tientallen studenten van de THT

en kunstacademie AKI houden enkele uren de

bestuursvleugel bezet. Ze willen niet dat tweedejaars

met slechte studieresultaten hun opleiding moeten

afbreken. Het is een nieuw fenomeen in Twente. Rector

magnificus Jo Vlugter schakelt meteen de politie in,

die 23 bezetters arresteert. Zelfs de officier van justitie

en de hoofdcommissaris van politie worden opgetrommeld

om duidelijk te maken dat dergelijke acties

niet gewenst zijn. De invloed van Marxistisch

Leninistische Studenten bond (MLS) op de Twentse

studenten is groot. Te groot, vinden de bestuurders

van de THT, die zich storen aan de talloze bijdragen

van de MLS in het opinieblad van de hogeschool

Campofocus. Er komt een nieuwe redactie om scherper

te letten op de inhoud.

Betrapt bij het plakken

Jan de Jongh en zijn collega’s hebben veel contact met

de studentenraad, waarmee ze samen acties organiseren.

De studentenpastores vormen de verbindende

schakel tussen enerzijds de linksradicale studenten

van de THT (die leven in sterk pacifistisch ingestelde

woongroepen en zich vooral verbonden voelen met de

SP en de PSP) en anderzijds de kritische gelovigen uit

de protestante en katholieke kerk in Twente. Het huis

van dominee Jan de Jongh en zijn vrouw Wijnie aan de

Schumannlaan 8 in Enschede, op een steenworp van

de campus, wordt een soort actiecentrum. Het is een

open pastorie voor gespreksgroepen en activisme.

Wijnie zet vanaf hier samen met anderen Vluchtelingenwerk

Twente op. Studenten komen er bij elkaar

om campagnes te bedenken en acties voor te bereiden.


‘ Veel collega-predikanten

vinden hem te links,

te activistisch.’

De boycot van Angola-koffie is in de beginjaren een van

de spraakmakendste acties. De koffie is omstreden

vanwege het gewelddadige koloniale regime in het

Afrikaanse land en de onmenselijke arbeidsomstandigheden

op de plantages. Angola is een kolonie van

Portugal, dat onder bewind staat van dictator Salazar.

Het is op dat moment de derde koffieproducent in de

wereld. Her en der in Nederland ontstaan Angolacomités,

die bedrijven en organisaties proberen te

bewegen tot een boycot van de ‘bloedkoffie’. Ruim

130 werkgroepen van verschillende richtingen (werkgroepen

Zuidelijk Afrika, wereldwinkels, vredesweekgroepen)

posten bij filialen van Albert Heijn om

folders uit te delen aan supermarktklanten.

Ook de THT heeft een Angola-comité en De Jongh is

er actief lid van. Zijn naam prijkt onder een grote

advertentie in Dagblad Tubantia met een oproep tot

een boycot. ‘Vrije mensen drinken vrije koffie!’, luidt de

oproep. Een van de eerste successen is dat de

hogeschool en de Twentse schouwburg niet langer

Angolese koffie schenken. De campuspastor en zijn

vrouw staan vaak bij AH-filialen folders uit te delen.

Verder doet De Jongh een oproep aan collegapredikanten

in Twente om op zondag kerkgangers

via een brief te informeren over de Angola-kwestie.

Het komt hem op een reprimande te staan van de

kerkenraad. Zoveel activisme wordt niet op prijs

gesteld.

Rel in de Enschedese kerk

Het is niet alleen Angola dat op de radar staat van

(vredes)activisten. Ook de apartheidsregeringen van

Zuid-Afrika en Rhodesië liggen onder vuur. Er gaan

steeds meer stemmen op voor een algehele boycot

van Zuidelijk Afrika. De Wereldraad van Kerken

publiceert zelfs een lijst van bedrijven die hun geld

verdienen in dat gebied. De publicatie valt slecht in

Twente. Sommige gemeenteleden zeggen zelfs hun

lidmaatschap op, omdat ze de bemoeienis te ver vinden

gaan. Nederland telt 38 regionale werk groepen

Zuidelijk Afrika, die zich zorgen maken over de situatie.

Als de NAVO bekendmaakt dat ze zich met Zuidelijk

Afrika wil gaan bemoeien, uit vrees voor een opmars

van het communisme en voor ‘de bescherming van

.67

OP DE RADAR VAN ACTIVISTEN

Op een vrijdagavond in februari 1972 trekt De Jongh

er met twee studenten op uit om op verschillende

plekken in Enschede posters te plakken. De dominee

beschikt over een auto waarin de affiches en emmers

lijm vervoerd worden. Als de politie de drie bezig ziet,

wordt De Jongh klemgereden. Hij moet samen met de

twee andere actievoerders een nachtje in de cel

doorbrengen. ‘Ik ben niet zo handig in dat soort zaken’,

laat hij de volgende ochtend weten aan de pers. Het

is voor de campuspastor in ieder geval geen reden

om te stoppen met acties. Hij vindt het vooral jammer

dat de niet-geplakte biljetten en het plakgereedschap

in beslag zijn genomen. De lan delijke actie heeft effect.

Veel bedrijven stoppen met de verkoop van Angolakoffie.

In oktober 1973 besluit ook Albert Heijn de

inkoop van deze koffie te staken.

de Kaaproute’, is dat aanleiding voor het campuspastoraat

om in september 1973 een groot congres te

orga niseren. De Jonghs voortdurende strijd tegen het

apartheids regime wekt wrevel binnen zijn gereformeerde

kerk, blijkt ruim twee jaar later. De dominee

spreekt zich hardop uit tegen de AMRO-bank, die

binnen een internationaal samenwerkingsverband

grote leningen verstrekt aan Zuid-Afrika. Net als de

werkgroep ‘Betaald Antwoord’ roept hij op tot een

boycot van de AMRO. Postgiro en Rijkspostspaarbank

zijn prima alternatieven. Ook maakt hij in het Centraal

Weekblad voor de gereformeerde kerken reclame voor

een Politiek Kafé (Polka) in de Kokerjuffer in Enschede

over het thema: ‘Zuid-Afrika en wat doen we daar met

Nederlands geld?’ >>

ZILVER WINTER 2022 / 2023


TIJDSBEELD. JAN DE JONGH

‘In de kerk doe je

meer dan bidden’

.68

De Jongh vindt zijn acties logisch. ‘In de kerk doe je

meer dan bidden”, schrijft hij. Maar niet iedereen denkt

daar zo over. Een groep verontruste g e meen teleden

uit Enschede ziet de boycotoproep als een vorm van

‘linkse indoctrinatie’. “Neder landers hebben de

onhebbelijke gewoonte zich met (te veel) andere

dingen en andere landen te bemoeien. Voorlopig

hebben we onze handen vol aan de binnenlandse

politiek van ons eigen land, waar mede door activiteiten

van bepaalde actiegroepen de situatie verre

van rooskleurig is’, schrijven negen gemeenteleden

begin 1976 in een reactie.

SAMENSPREKING

De Jongh stelt voor om het meningsverschil uit

te praten tijdens een ‘samenspreking’ bij hem thuis

aan de Schumannlaan in Enschede. Acht van de negen

hebben helemaal geen zin in zo’n ‘propaganda-avond’.

Ze komen dus niet. Tussen hen en de actie voerende

dominee blijft altijd een onge makkelijke verhouding

bestaan.

Ook met het Komitee Zuidelijk Afrika (KZA) botert het

niet. Aanleiding is een door het KZA georganiseerde

predikantenreis naar Zuid-Afrika. De Jongh heeft

interesse maar stelt wel voorwaarden. Hij wil logeren

bij een zwart gastgezin en vraagt om duidelijkheid

over de sponsoring van de reis, die slechts duizend

gulden kost. Er ontstaat een stekelige briefwisseling.

Het resultaat is dat De Jongh niet meegaat. Uiteindelijk

maken 22 predikanten de reis, die in

Nederland veel weerstand oproept. De deelnemers

laten zich gebruiken door het apartheidsregime,

vinden critici als De Jongh. Want tijdens de rondreis

zitten 4.224 Zuid-Afrikanen gevangen, onder wie

enkele collega-predikanten. Intussen is de situatie

in Zuid-Afrika nóg schrijnender geworden door

het bloedbad van Soweto in de zomer van 1976. De

(blanke) politie schiet bij een scho lierenopstand

in de township van Johannesburg hon derden zwarte

jongeren dood. De wereld reageert geschokt. Voor

de Socialistische Partij is het aanleiding om de actie

Van Mens tot Mens nieuw leven in te blazen. Werden

vier jaar eerder massaal kaarten met gruweldaden

in Vietnam naar Amerikaanse burgers gestuurd,

eind 1976 gaan de kaarten met foto’s van het

Soweto-bloedbad naar willekeurige inwoners van

Zuid-Afrika. Het doel is om de publieke opinie daar

te beïnvloeden.

Emotionele band met de RAF

Studentenpastor De Jongh vaart zoveel mogelijk

z’n eigen koers, ook al wordt die door zijn kerke lijke

achterban niet altijd begrepen. Veel collegapredikanten

vinden hem te links, te activistisch.

Dat wordt evident in de zaak rond de Rote Armee

Fraktion. De terroristische organisatie, ook wel

Baader-Meinhof Gruppe genoemd, zorgt in Duitsland

voor dood en verderf.


Een van de prominente leden van de RAF is Gudrun

Ensslin. Nadat een politieagent in 1967 de demonstrerende

student Benno Ohnesorg in Berlijn heeft

doodgeschoten, radicaliseert ze snel. Ze vindt dat

studenten de wapens moeten opnemen tegen de

regering. Enkele maanden later krijgt ze een relatie met

Andreas Baader. Samen beginnen ze met het plegen

van aanslagen. Ensslin wordt de leider van de RAF, een

extreem gewelddadig gezelschap. Op 1 juni 1972 weet

de politie haar, Andreas Baader en Holger Meins aan

te houden. Ze worden in 1977 tot levenslang veroordeeld.

Een half jaar later treft het personeel van de

Stammheim-gevangenis Ensslin, Baader en een derde

RAF-lid dood in hun cel aan. Zelfmoord, concludeert

justitie. Maar studentenpastor Jan de Jongh twijfelt aan

die lezing. Hij koestert grote sympathie voor de

terroristen, vooral voor Ensslin, ook al keurt hij hun

geweld af. Dat ze zijn geradicaliseerd, valt volgens hem

- gezien het optreden van de politiek - te begrijpen. Ook

heeft De Jongh zich al die jaren opgewonden over de

opsporingsplakkaten in Duitsland met de slecht

belichte foto’s van de gezochte RAF-leden. Hij vindt het

trucs om hen in een nog kwader daglicht te stellen.

Andreas Baader en Gudrun Ensslin

Ook Twente laat zich horen. Studentenpastor De Jongh

is mede-initiatiefnemer van een regionaal comité

tegen de beroepsverboden. Het Twentse comité stuurt

ingezamelde protesthandtekeningen naar de minister

van Onderwijs in Bonn. De Jongh reist naar collegapastors

in West-Duitsland om hen te ondersteunen bij

hun strijd tegen de beroepsverboden, want hun baan

staat op de tocht.

Vooral vanuit de PSP is er veel verzet tegen de beroepsverboden,

mede uit vrees dat ook Nederland ermee

te maken krijgt. Die vrees komt uit. In het najaar van

1977 loopt Bouwe Kalma, hoofdinspecteur van de

Rotterdamse politie, mee in een demonstratie van

RAF-sympathisanten. Ze protesteren tegen de manier

waarop Duitsland de terroristen in de gevangenis

behandelt. Zijn deelname komt Kalma duur te staan.

De collega’s van de politie accepteren hem niet meer.

Officieel krijgt de hoofdinspecteur een schriftelijke

berisping, maar in de praktijk wordt de situatie op de

werkvloer onhoudbaar. Hij krijgt uiteindelijk eervol

ontslag. Kalma wordt daarna lijsttrekker voor de SP

tijdens de verkiezingen voor het Europees Parlement,

maar haalt te weinig stemmen voor een zetel. Zelfs de

stem van studentenpastor Jan de Jongh kan hem niet

helpen.

.69

Beroepsverboden

De Jongh is met zijn emotionele band met de RAF geen

uitzondering in Nederland. Veel media oordelen mild

over de daden van de terroristen. Ook is er twijfel over

de verklaring van de Duitse justitie dat de drie

zelfmoord hebben gepleegd. Groot is de weerstand

tegen het zogeheten Berufsverbot. Mensen die de

democratie niet erkennen, mogen niet werken in West-

Duitse overheidsdienst. Zelfs het meelopen in een

demonstratie kan gevolgen hebben. Een heksenjacht,

vindt de PvdA, die haar zusterpartij SPD in West-

Duitsland op het matje roept.

Dit is de verkorte versie van een van de hoofdstukken

uit het onlangs verschenen boek

AKTIE! (vijf decennia activisme in Twente) van

Marco Krijnsen. Het boek gaat in op het

ontstaan en verloop van de belangrijkste

acties in de afgelopen halve eeuw, zoals tegen

de uraniumverrijkings fabriek UCN in Almelo,

asbestproducent Eternit in Goor, de chloortransporten

van Akzo en vliegbasis Twenthe.

Het boek is te bestellen via aktieintwente.nl.

ZILVER WINTER 2022 / 2023


COLUMN. PAUL ABELS

Bennie &

Westie

Ik liet mijn hond uit langs het Twenthekanaal. Bennie had een

enorme tak in zijn bek. Het is een hond met ambitie en grote

voorwaartse drang. Traag schoven de schepen voorbij. De Ferox

uit Werkendam, de Neeltje Jacoba uit Hardinxveld Giessendam,

de Spinoza. De schippers lieten de Nederlandse vlag trots

wapperen in de wind, rood-wit-blauw, anders dan de vlaggen

van de boeren.

Alles was heftig in beweging, de hond, de bomen, de bladeren,

de maatschappij. Ik was blij dat de schepen zo rustig voeren.

In de verte kwam mij een man tegemoet. Hij frutselde snel zijn

hond aan de riem. Het was een moordenaar. De hond bedoel

ik. Ik lijnde mijn hond ook aan, hoewel het geen moordenaar is

maar een allemansvriend.

.70

‘Is dat ’n labrador?’ schreeuwde de man vanuit de verte. ‘Loa mer

los heur!’ Ik twijfelde even maar liet de Benniehond toch los.

Hij vloog erop af - het is een gezelligheidsdier. De man liep met

twee honden. Een vreeswekkende stafford met een stroomaggregaat

om de nek en een keffertje. ‘Kiek,’ zei de man, ‘asse

noe den hoond van oe bie de strot hef en hee wil nich losloatn,

datte deúr wil bietn zeg mar, want dat doot ze, nôh, dan dreai

ik hieran. Mooi ding heur.’ Hij toonde de traploos verstelbare

elektrocuteerinrichting die zijn hond als halsband om de nek had.

Ik vroeg of hij door kon draaien tot 220 volt. ‘Is nog nich neudig

west,’ zei de man.

Ik vertelde ook iets over mijn hond. Dat labradors vaak artrose

hebben. ‘Joa! Ik ken ’n kearl, den har ok ’n labrador met oktrose.

Den gaf-e wietöllie. Wietöllie! Met van dee PCB’s d’r deur. Wat

dach-ie: leup weer as de braandweer!’ Ik vroeg naar het witte

keffertje. ‘Westie? Den was eerst gel. Knalgel. Hartstikke gel!

Dat kwam zo, zien vrouwtje rookn als ’n schossteen. En Westie

steunk machtig oet de bek. Bin ik met ’m naar ’n veearts goan:

23 taandn d’roet trokkn. Joa, van dat rookn van dat vröawke

kwam dat.’ Of Westie alles kon eten, vroeg ik. ‘Zeker weten!

Taandvlees, zat genog! Spiekerhard!’

Paul Abels


.71

‘Loa mer

los heur!’

ZILVER WINTER 2022 / 2023


(advertorial)

1 januari, TV Oost

‘Zo doo wiejleu dat’

Een eeuw Twente op film

.72

Op nieuwjaarsdag zie je op TV Oost de

televisiepremière van de succesvolle bioscoopfilm

‘Zo doo wiejleu dat’. Een film van Erik Willems en

Johanna ter Steege.

Een volle eeuw Twentse geschiedenis met

beelden over de opkomst en ondergang van de

textielindustrie, de Tweede Wereldoorlog, de

aanleg van het Twentekanaal en de A1, de

vuurwerkramp en het landskampioenschap van

FC Twente. Maar ook het alledaagse leven komt

aan bod. Lachende boerinnen die wegduiken voor

de camera, wasvrouwen op de bleek, een uitje

naar attractiepark de Waarbeek, tradities zoals

het vlöggeln, de Italiaanse en Turkse gastarbeiders

en het oudste bewegende beeld uit

Twente tot nu toe, de begrafenis van

textielbaron Gerrit Jan van Heek in 1915.

1 januari

15.00, 19.00 en

22.00 uur

Johanna ter Steege neemt je met haar prachtige

commentaar mee door de tijd. ‘Zo doo wiejleu

dat’ is een feest der herkenning. Niet alleen voor

Tukkers, maar voor iedereen.

‘Zo doo wiejleu dat’, zondag 1 januari, 15.00, 19.00

en 22.00 uur, TV Oost.

Thuis in Overijssel

© foto: Ebo Fraterman


TV Oost vind je op: 30 Ziggo | 504 KPN | 78 Caiway | 11 Delta | rtvoost.nl/ontvangst

.73


Een Beetje Leuk

Ouder Worden,

wie wil dat nou niet?

.74

Als iemand weet hoe je een beetje leuk ouder

kunt worden dan is het wel de van oorsprong

Twentse Wies Verbeek. Als healthy agingjournalist

interviewde ze meer dan tachtig

wetenschappers en gezondheidsexperts met

vragen als: waar om slapen we minder goed

als we ouder worden? En hoe kunnen we

die slaap ver beteren? Hoe houd je je brein

zo lang mogelijk gezond? Wat werkt écht

om je lijf een beetje strak te houden? Welke

oefe ning is het beste voor je botten? Kan

hor moon suppletie bijdragen aan een beter

seksleven? Ze dompelde zich daarnaast onder

in de vakliteratuur. De allerbeste tips die

ze de afgelopen jaren opdeed, bracht ze bij

elkaar in een boek, veelal voorzien van haar

eigen ervaringen.


// Illustraties

ELLEN GÖZEL-NIEHOFF

Zo laat ze bijvoorbeeld zien hoe

witlof kan bijdragen aan gezonde

darmbacteriën, een hoor toestel

dementie kan helpen voor komen,

dat er een verband bestaat tussen

je loopsnelheid en je levensverwachting,

en geeft ze de beste oefening

voor de core, het deel van uw

lichaam dat zorgt voor balans en

stabliliteit.

.75

’n Beetje Leuk Ouder Worden staat

vol praktische tips en tricks op het

gebied van voeding, geest, hormonen,

beweging, uiterlijk en meer. Alles van uit

het idee: kleine moeite, groot resultaat.

WIN

We zijn benieuwd wat onze lezers doen om

een beetje leuk ouder te worden. Stuur uw

eigen tip naar redactie@zilvermedia.nl.

De drie leukste tips belonen we met een exemplaar

van ‘n Beetje Leuker Ouder Worden.

ZILVER WINTER 2022 / 2023


OPINIE. SENIOREN

.76

SENIOREN

OP WEG NAAR

2030

PRATEN MET OUDEREN,

NIET OVER OUDEREN!

// Tekst

IR. S. ARDA-SCHIFFEL

De samenleving is sterk geïndividualiseerd. De solidariteit

tussen de generaties staat onder druk, vooral nu er in de

samenleving een verwijtende sfeer hangt tussen jong en oud.

Ouderen worden steeds als kostenpost gelabeld. Terwijl ouder

worden een volwaardige levensfase is, met een zelfstandige rol

voor ouderen in de samenleving. Vergeet niet dat driekwart van

senioren vitaal en maatschappelijk actief is. Positief denken

over de maatschappelijke bijdrage van senioren is wenselijk.

Babyboomers zijn mantelzorgers, oppas-oma’s en -opa’s en

verrichten op grote schaal maatschappelijk vrijwilligerswerk,

dat sterk ten goede komt aan de economie. Senioren leveren met

overtuiging hun bijdrage aan de samenleving.


Een positieve samenleving combineert de ervaring

van ouderen met de kracht van jongeren.

De provinciale en de gemeentelijke overheden

hebben daarin de taak om de kwaliteit van de samenleving

te verbeteren door de sociale cohesie en de

burgerparticipatie te bevorderen. Betrek de burger bij

de ontwikkeling en uitvoering van het beleid dat hen

aangaat. Maak gebruik van kracht en inzet, kennis en

ervaring van ouderen.

Wonen

De ouderen denken over hun woonwensen na en bezinnen

zich op de vraag: In welke woonsituatie kan ik

als oudere zolang mogelijk zelfstandig wonen en leven

met behoud van kwaliteit van leven? De toekomstbestendige

zorg en de preventieve zorg verlening op

alle niveaus kun je niet los zien van welzijn en wonen.

Langer zelfstandig wonen vraagt niet alleen om woningaanpassing

maar ook voorzieningen in de buurt.

Gemeenten moeten noodzakelijk woonruimte voor

voldoende gevarieerde woonvormen bieden aan verschillende

generaties. Woon-zorg servicegebieden en

voorzieningen zoals gezondheidscentra zijn dan van

vitaal belang, startend vanuit het welbevinden van

mensen en hun leefomstandigheden waaronder hun

woonsituatie. Bijzondere aandacht vraagt healing environment:

een omgeving die het welzijn en de gezondheid

bevordert. Dat betekent aandacht voor voldoende

daglichttoetreding, voldoende frisse lucht, zicht op de

natuur en voldoende stilte. De woningen liggen in de

ver trouwde omgeving, met de mogelijkheid tot sociaal

contact en nabij openbare voorzieningen als winkels,

openbaar vervoer, cultuur, etc. Vertrek uit de vertrouwde

buurt betekent vaak verlies aan sociale contacten

en kan eenzaamheid bevorderen. De wens naar groepswonen

in bijvoorbeeld hofjes of woon-zorg centra,

waar men elkaar in een soort gemeenschap, nieuw

nabuurschap, kan ondersteunen, neemt toe. Kortom:

veilig wonen met veel sociale contacten, veel privacy

en omzien naar elkaar.

‘Een positieve samenleving

combineert de ervaring

van ouderen met de kracht

van jongeren.’

Zorg

Het voorbereiden op gezond ouder worden is een

gezamenlijke taak van de hele samenleving. Daarom

moeten de programma’s voor senioren die gericht zijn

op bewustwording van verantwoordelijkheid voor eigen

welzijn, gezondheid en leefstijl bevorderd worden.

De technologische revolutie waarin wij ons bevinden,

zorgt voor een snel veranderende samenleving. Omgaan

met de digitalisering in de samenleving in het

algemeen en de digitalisering in de zorg specifiek is

voor vele ouderen geen vanzelfsprekendheid. Om al

deze ontwikkelingen bij te kunnen benen is kennisoverdracht

aan ouderen nodig. Dit kan ge realiseerd

worden door de wetenschap, product ontwikkelaars,

de zorg organisaties en de senioren als doelgroep

bij elkaar te brengen. Senioren willen als gebruiker

en consument hun behoeftes en ideeën in het begin

van het ontwikkelproces kenbaar maken, zodat

met hen rekening wordt gehouden om tot een veilig

en efficiënt product te komen. Participatieraad Ouderen

Overijssel levert als denktank en intermediair een

bijdrage aan beter overleg tussen de wetenschap, het

bedrijfsleven, de zorgorganisa ties en de ouderen. Zo

komen de leefwereld en de systeemwereld efficiënt

samen. De ouderen zeggen: met ons, niet over ons!

Ir. S. Arda-Schiffel is voorzitter van de

Participatieraad Ouderen Overijssel (PROO)

PROO is een vrijwilligersplatform voor georganiseerde

en ongebonden senioren, dat antwoorden zoekt op

maatschappelijke vraagstukken rond de groeiende

populatie senioren in Overijssel. Wij organiseren als

intermediair symposia, webinars, ontmoetingsmarkten

en probeerservices om digitalisering in de zorg

en zelfredzaamheid laagdrempelig over te brengen.

Samenwerkingspartners zijn o.a. Universiteit Twente,

Saxion Hogeschool, Vitaal Twente, ROC van Twente,

Eforto en Twentse Zorgacademie.

www.proo-overijssel.nl

.77

ZILVER WINTER 2022 / 2023


AMBACHT. BOEKBINDER GERRIT KNOL

GERRIT

KNOL [83]

een boekbinder van

de oude stempel

Hengeloër Gerrit Knol was afgelopen zomer weer

deel nemer aan de Siepelmarkt in Ootmarsum. Daar,

in dat authentiek middeleeuwse stadje met de smalle

kronkelige straatjes van kinderkopjes, vakwerkhuisjes

en stokoude waterputten, demonstreerde de 83-jarige

het oude ambacht van het boekbinden. Hij behoort tot

de laatsten in het vak.

.78

// Tekst en foto’s

JOHN LEURINK


‘Meer dan 300 jaar

geleden werkte

iemand hieraan en

nu heb ik het in

handen.’

Ik denk dat ik in Twente de enige ben die dit

ambacht nog uitvoert, althans op de oorspronkelijke

wijze die eeuwen teruggaat’,

zegt de vitale bejaarde. ‘Momenteel leid ik wel

een jonger iemand op. Hopelijk zet hij door.

Het zou werkelijk doodzonde zijn als dit werk

helemaal verdwijnt, zoals er al zoveel van vroeger

is verdwenen.’

.79

Eeuwenoud

We zitten aan de lange smalle werkbank in de

bergruimte van zijn appartement. Dit is zijn

domein, waarin hij talloze uren doorbrengt

om boeken te restaureren. Veelal gaat het om

oude boeken van diverse genres, maar evengoed

brengt hij hedendaagse boeken terug

in hun oorspronkelijke staat. Het zijn vaak

verzamelwerken of boeken waarmee iemand

een emotionele band mee heeft.

Momenteel heeft hij een statenbijbel uit 1662

onderhanden, rijkelijk voorzien van koperen

beslag. Het meer dan een decimeter dikke

boek uit particulier familiebezit verkeert in een

desolate staat. ‘Deze heeft een harde gebonden

band en wordt bijeengehouden met de

eeuwenoude bindmethode. De band bestaat

uit een zogenaamd voor- en achterplat van

eikenhout en een rug. In de band zitten knepen.

Die hebben een scharnierfunctie. Tussen de

platen komt het boekblok, zeg maar de pagina’s.

Die zijn met elkaar verlijmd. Er zijn echter

ook boeken met genaaide boekblokken. Als je

het boek openslaat zie je ruimte tussen het

boekblok en de rug.’ >>

ZILVER WINTER 2022 / 2023


AMBACHT. BOEKBINDER GERRIT KNOL

.80

1729

Handwerk

De ambachtsman heeft er nog wel wat werk aan. De

statenbijbel ligt volledig uit elkaar, iets wat volgens

Knol vaak het geval is. Ook de gebogen kapitaalband

van goudkleurig gestikt draad moet vernieuwd

worden. Deze band wordt boven- en onderaan het

binnenwerk op de rug gelijmd. Het geeft een boek

een luxere uitstraling. Zo’n band vereist secuur

handwerk. Gerrit beheerst dit tot in detail, zoals hij

ook zijn hand niet omdraait voor het verlijmen of

naaien van katernen tot een boekblok. Het stijfsel

en boekbinderslijm maakt hij zelf.

‘Uiteindelijk gaat dit exemplaar er net zo uitzien

als mijn eigen statenbijbel. Die dateert van 1729 en

was mijn eerste restauratieobject. Stel je eens voor;

meer dan 300 jaar geleden werkte iemand hieraan

en nu heb ik het in handen. Het zijn technische

meesterwerken, maar ook wat de inhoud betreft.

Puur handwerk. Ik vind het heel fascinerend, net

als de geschiedenis en ontwikkeling van het boekbinden.’

Die geschiedenis gaat terug tot de eerste eeuw na

Christus toen de eerste boeken werden gemaakt.

Informatie werd niet langer op een rol geschreven

maar gebonden in een ‘codex’ door ze bij elkaar

te vouwen en met een kettingsteek vast te zetten.

Een eeuw later verschenen boeken met een slappe

band, de voorloper van de hedendaagse paperback.

Boekbinders in de middeleeuwen ontwikkelden de

houten omslag, vaak bekleed met leer. Later werden

de metalen sluitingen toegevoegd en werden boeken

weelderig gedecoreerd.

Knol: ‘Er zijn sinds het begin van het boekbinden

tal van ontwikkelingen geweest die tot variaties in

het binden hebben geleid. Maar de oude bindingen

hebben eigenlijk allemaal elementen die je ook

in de moderne boeken terugvindt. Ook die bestaan

uit gevouwen bladen die in katernen zijn samengebracht

en vastgenaaid zijn aan draden die over

de rug lopen. ‘


.81

Schoolboeken

Hij leerde het vak toen hij in 1974 als conciërge

aan het werk ging bij het huidige Bonhoeffercollege

in Enschede. ‘In die tijd werd er nog heel veel

met boeken gewerkt’, zegt hij. ‘Uiteraard ging er

nog wel eens eentje stuk. Het repareren werd

uitbesteed, maar op een gegeven moment vond de

penningmeester dat toch wel wat te duur worden.

Omdat ik nogal handig was werd mij gevraagd om

dat te gaan doen. Omdat ik een en ander natuurlijk

wel onder de knie moest krijgen, mocht ik een

opleiding volgen aan de grafische vakschool in

Amsterdam. Daar leerde ik het basisboekbinden

en het klein-offset-drukwerk.’

‘De fijne kneepjes van het boekbinden heb ik geleerd

bij de monniken in de Abdij van Sion in Diepenveen.

Met de komst van de computer en andere digitale

communicatiemiddelen verdween langzaam maar

zeker ook de noodzaak tot het repareren van

boeken. Ik had er natuurlijk mee kunnen stoppen,

zeker na mijn pensionering, maar ik ben ermee

‘Ze komen vaak

met boeken waarvan

je denkt dat er geen

eer meer aan te

behalen valt.’

doorgegaan. Omdat het leuk is, omdat dit ambacht

niet verloren mag gaan en omdat veel boeken het

verdienen. Dat vinden de mensen die mij vragen

om een boek te restaureren ook. Ze komen uit de

hele regio, een enkeling uit Duitsland en Amerika.

Vaak met een boek waarvan je denkt dat er geen

eer meer aan te behalen valt. Die uitdaging ga ik

graag aan om daarna te genieten van de blijdschap

van de eigenaar.’

ZILVER WINTER 2022 / 2023


CULTUURHISTORIE. JAN SCHOENAKER

Twentse motieven | Geveltekens | Midwinter

// Tekst

JOHN VAN ZUIDAM

Glazenier

Jan Schoenaker

Verhalenverteller in

gebrandschilderde ramen

.82

‘Ik heb graag dat je kunt zien wat je ziet’, zei Jan Schoenaker, beeldend kunstenaar en glazenier op

93-jarige leeftijd in april 2016 over zijn werk, een jaar voor zijn overlijden. Hij werd door RTV Oost

geïnterviewd in de ‘Oale Grieze’, de Protestantse kerk in het hartje van Hellendoorn, waarvoor hij begin

jaren zestig de gebrandschilderde ramen had gemaakt. Hij kon ze vanwege zijn beperkte gezichtsveld

nauwelijks nog zien. Het gesprek vond plaats ter gelegenheid van de Johanna van Buren Cultuurprijs,

die in deze kerk aan hem werd uitgereikt als erkenning voor zijn totale Twentse oeuvre. Hij vervolgde:

‘Allerlei ingewikkelde verhalen vertellen voordat iemand begrijpt wat je in de verste verte bedoeld hebt,

daar doe ik niet aan mee.’ Deze uitspraak tekende Jan ten voeten uit. Hij hield niet van dikdoenerij en

valse strapatsen. Wat je ziet is wat je krijgt!

Kerstkind: een persoonlijk

verhaal met een knipoog

Al veertig jaar kijk ik met warmte en

plezier naar het gebrandschilderde raam voor

een van de vensters van onze woonkamer. In

1982 verstrekte ik Jan Schoenaker de opdracht

om een raam te ontwerpen en te maken,

bedoeld als verjaardagsgeschenk voor mijn

veertigjarige trouwe levensgezellin. Hij nam

mijn opdracht niet voetstoots aan, want er

lagen nog genoeg opdrachten op uitwerking

te wachten. Pas na een persoonlijk bezoek

in zijn atelier in Oldenzaal ging hij overstag.

De tweede keer ging de jarige mee om het

werk in wording te zien en daarna om het op

te halen. Echtgenote Ineke (Christina) is een

kerstkind. Ze werd in Nijmegen geboren, tijdens

de Tweede Wereldoorlog, in de kerstnacht van

1942. In het raam is dan ook een kersttafereel

weergegeven met grappige verwijzingen naar

onze gezinssituatie. Het kerstverhaal behoorde

tot Jans favoriete onderwerpen. Ineke is afgebeeld

als Maria en het Kindeke Jezus ligt

in haar schoot als metafoor voor haar eigen

geboorte. Onze dochter Marjory zit links van

Maria en onze zoon Ivo heeft als geschenk

twee konijnen meegebracht. Ikzelf heb als

cadeautje een 40+-kaasje in mijn handen. En

een herder brengt nog een mandje met eieren

mee. Ter rechterzijde bakt Josef kniepertjes,

met een wafelijzer met daarop onze namen

en trouwdatum afgebeeld. Tenslotte staan op

de schoorsteenmantel borden met de wapens

van Nijmegen, Hellendoorn en Oldenzaal,

respectievelijk onze geboorteplaatsen en de

woonplaats van de maker. Aan Zilver Magazine

de primeur om dit privéwerk in de openbaarheid

te brengen!


hoorns | Boerenhuifkarren | Houten topgevels | Schilderachtige hoekjes

Foto Carlo ter Ellen / De Twentsche Courant Tubantia

.83

Nu ons kerstkind, veertig jaar later, de leeftijd van

tachtig jaar gaat bereiken, is er alle reden om weer eens

de aandacht te vestigen op deze kunstenaar die met zijn

rijke oeuvre van grote betekenis is voor Twente, maar

ook ver daarbuiten, tot in de Verenigde Staten toe. Vooral

zijn ramen in diverse kerken in Twente getuigen van

een grote schoonheid en kleurenrijkdom.

De karmelieten als rode draad in Jans

levensverhaal

Jan was geen Tukker van geboorte. Hij zag in1923 in

Roosendaal het levenslicht en overleed in 2017 op

94-jarige leeftijd in een verpleeghuis in Almere. Maar

het stond voor hem wel vast dat hij in Saasveld, bij zijn

eerste echtgenote Tonny, begraven wilde worden.

Schoenaker groeide vanaf 1925 op in Oldenzaal, waar

zijn vader als douaneambtenaar werkte. Na de hbs-b op

het Carmellyceum studeerde hij vrij en monumentaal

schilderen aan de Academie Kunstoefening in Arnhem.

Tussen Arnhem en Parijs, waar hij in 1947 voor een vervolgstudie

naartoe gaat, ligt zijn vroegste werk: een eerste

kruisweg in de kapel van het lyceum. En een opdracht

van twaalf apostelramen, verkregen via zijn klasgenoot

en bevriende pater karmeliet voor de dorpskerk van

Tilligte. Deze bezorgde hem later ook opdrachten in

Duitsland. Jan sloot zich na de Tweede Wereldoorlog aan

bij de Nieuwe Groep, een gezelschap kunstenaars dat naar

vernieuwing in de Twentse kunst zocht. Hij nam deel aan

een aantal tentoonstellingen van de groep, totdat hij in

1947 met een Franse studiebeurs naar Parijs vertrok om

de techniek van het frescoschilderen te bestuderen en

lessen in modeltekenen te volgen.

Na zijn terugkeer in Oldenzaal waren het opnieuw de

karmelieten die bemiddelden bij nieuwe opdrachten.

Hij kreeg de gelegenheid in de trappenhuishal van zijn

‘eigen’ Carmellyceum zijn vers geleerde frescotechnieken

te beproeven. In 1999 maakte hij voor de hoofdingang een

raam ter herinnering aan Titus Brandsma. >>

‘Zijn ramen in diverse kerken

in Twente getuigen van

een grote schoonheid en

kleurenrijkdom.’

ZILVER WINTER 2022 / 2023


CULTUURHISTORIE. JAN SCHOENAKER

Foto Carlo ter Ellen / De Twentsche Courant Tubantia

.84

Hoogtepunten

Hoewel Jans oeuvre veel meer omvatte dan alleen

gebrand schilderde ramen, is hij daar toch het

meest beroemd mee geworden. Zijn belangrijkste

opdrachtgever was de katholieke kerk. In menig

parochiekerk zijn ramen te vinden van Schoenaker,

in en buiten Twente, maar ook in het buitenland. Hij

beschouwt de drie kerkramen uit 1950-1951 voor de

laatgotische, hoge zijbeuk van de Plechelmusbasiliek

in Oldenzaal als zijn eerste hoogtepunt. Hij is

daarbij in zijn kleurenpalet duidelijk geïnspireerd

door de donkere, maar kleurrijke ramen in de

kathedraal van Chartres, Frankrijk. In de decennia

daaropvolgend gaat hij veel meer lichtgekleurde

tinten gebruiken.

Een tweede hoogtepunt vormde de dertig jaar

lange opdracht om 43 ramen te maken in de kerk,

pastorie en aula van de Saasveldse Plechelmuskerk,

op de met grachten omgeven oude huisplaats van

de havezathe Saterslo. Hij kon de opdracht goed

gebruiken. De katholieke kerk maakte een woelige

periode mee: modernisering, zoals besloten tijdens

het Tweede Vaticaans Concilie in 1965 en door

het pausschap van Johannes XXIII. De beatmis

deed zijn intrede, de Latijnse liturgie werd op

een zacht pitje gezet, het altaar werd naar voren

gehaald en de priester stond nu met zijn gezicht

naar de gelovigen. De eeuwenlange traditie van het

verfraaien van de kerk met beelden en kleurrijke

gebrandschilderde ramen paste daar niet meer bij.

‘Schoenaker vreesde dat ze

hem, van katholieke huize,

niet zouden accepteren.’

Schoenaker moest, naast zijn ‘reddingsboei’ in Saasveld,

noodgedwongen overschakelen op ‘andere takken

van sport’ in de kunst. Hij legde zich toe op het maken

van portretten, zoals alle rectors magnifici van de

Twente Universiteit. Van 1968 tot 1984 verdiende

hij zijn boterham als docent tekenen, twee jaar aan,

jawel, het Carmellyceum en daarna aan de afsplitsing,

het Thijcollege, in Oldenzaal.

‘Ik was van het houtje’

Een derde hoogtepunt in ‘het schilderen met glas’

voor Jan Schoenaker werd de grote opdracht voor de

beglazing van de Nederlands Hervormde dorpskerk

van Hellendoorn. Dit werk werd ontworpen en

uitgevoerd in de jaren 1960-1962, gelijktijdig met de

restauratie van de kerk door de bekende Almelose

architect, regionalist, kenner en tekenaar van de

landelijke bouwkunst Jan Jans. Ik woonde naast

de familie Jans in de G.K. van Hogendorpstraat en

herinner mij dat ik samen met hem en zijn zoon

Everhard het restauratieproject bezocht. Jan Jans

dacht meteen aan Jan Schoenaker als de ideale

glazenier voor dit project. Ze hadden elkaar leren

kennen toen ze na de Tweede Wereldoorlog samen

het verzetsmonument voor Oldenzaal mochten

maken. Jaren later liep Everhard Jans een half jaar

stage bij Jan om het brandschilderen onder de knie

te krijgen.


‘Ik skrieuw so as ik ’t heur.’

Schoenaker was echter allerminst zeker van zijn

zaak, want hij was ‘van het houtje’, zoals hij in 2016

in het hierboven aangehaalde interview verhaalde.

Ik kende die uitdrukking niet. Het betekende

dat Jan katholiek was. Katholieken vereerden het

kruishout van Christus als teken van de verlossing.

Het bedehuis in Hellendoorn was oorspronkelijk

een katholieke kerk, maar lag al eeuwenlang in

handen van de protestanten. Schoenaker vreesde

dat ze hem, van katholieke huize, niet zouden

accepteren, of dat hij abstracte ramen zou moeten

maken. Beelden waren in de protestants-orthodoxe

kerk verboden, omdat deze tijdens de diensten van

het woord van God zouden afleiden.

Jans vrees bleek ongegrond. De kerkvoogdij en de

twee voorgangers bleken diep onder de indruk van

Jans kennis van Bijbelse verhalen. Met name het

Oude Testament was voor hem een onuitputtelijke

inspiratiebron bij de keuze van zijn onderwerpen.

Zijn voorstel om parabels uit de Bijbel te gaan

afbeelden, kreeg dan ook veel bijval. In feite werd

in zijn ramen ‘Het Woord verbeeldt!’

Keskaat’n, kantaat’n en implantaat’n

Uit de sgrafitto’s op de zeer originele kerstkaarten

die Jan jaarlijks maakte, bleek dat hij ook een zeer

verdienstelijk graficus was. Net als in zijn ramen

verwerkte hij in zijn tekeningen Twentse motieven,

zoals geveltekens, midwinterhoorns, boerenhuifkarren,

boerderijen met houten topgevels en

schilderachtige hoekjes en plekjes in Oldenzaal.

Dat deze laatste steeds zeldzamer werden dankzij

de jarenlange sloperswoede van de verschillende

stadsbesturen, maakte de satiricus in hem wakker.

In scherpe hekeldichten in het Twents maakte

hij korte metten met deze moderniseringsdrang,

zoals blijkt uit deze strofe uit een van zijn gedichten

(op de wijze van Oh Tannenbaum):

O! Oldenzaal O! Nij-en kaal.

Wat dös met diene huuze

De oale huuze how al kot

Mot ok den oalen Griezen vot?

O! Oldenzaal, O! Mot ’t -al-daal?

Wel wil in die nog huuzen?

>>

.85

ZILVER WINTER 2022 / 2023


CULTUURHISTORIE. JAN SCHOENAKER

.86

In dit gedicht verhaalt hij over de zoektocht van Josef

en Maria naar onderdak voor de nacht, waarbij ze

uiteindelijk in Oldenzaal terecht kwamen, maar waar

ze vanwege de kaalslag in die stad geen schuilplaats

meer konden vinden. Jan trok zich niets aan van de

kritiek dat hij in zijn gedichten geen gebruik maakte

van ‘het algemeen beschaafd Twents’, zoals de ‘Kreenk

vuur de Twentse Sproak’ voorschreef. ‘Ik skrieuw so

as ik ’t heur’ was steevast zijn antwoord. Ondanks zijn

kritische kijk op de publieke zaak in Oldenzaal werd

hij in die stad met drie tentoonstellingen waarin zijn

kerstkaarten centraal stonden, geëerd: Keskaat’n en

kantaat’n (1990), Keskaat’n en implantaat’n (2011) en

Keskaat’n An‘ekaat (2012).

Voor mij was het een mooi moment van bezinning

om de handschoen op te pakken en te komen tot een

cultureel centrum dat grotendeels kan worden gewijd

aan het omvangrijke oeuvre van Jan Schoenmaker,

maar dat natuurlijk ook openstaat voor andere

culturele activiteiten. Dit in overleg met een van

zijn beste vrienden Albert Wiggers in Oldenzaal,

die een omvangrijk archief over de kunstenaar bezit

en met het schilder- en glasmuseum van Fons Oude

Hesselink in Saasveld, dat enkele werken van Jan

van de ondergang heeft gered. Maar bovenal met

de Stichting Clarissa Droste zu Vischering, die het

kerkeiland, de voormalige huisplaats van het kasteel

Saasveld of Saterslo, met zijn gebouwen beheert.

De stichting is genoemd naar de adellijke familie

uit Westfalen die tot 1817 eigenaar van de havezate

was en die nog steeds warme banden met Saasveld

onderhoudt. De secretaris van de stichting, Gerard

Wolbert, zorgde er na Jans overlijden, in overleg

met de familie Schoenaker, voor dat het materiële

erfgoed van de glazenier in verzekerde bewaring aan

de stichting is overgedragen. Jan Schoenaker zou op

zo’n ‘levend’ monument meer dan trots zijn geweest.

Pleidooi voor een Jan Schoenaker Centrum

in Saasveld

Op zondag 30 oktober jl. vond in de Plechelmuskerk

van Saasveld een herdenkingsbijeenkomst plaats ter

gelegenheid van de vijfde sterfdag van Jan Schoenaker.

Jan had een bijzondere band met Saasveld. In de

periode na 1965, toen het rijke Roomse leven daadwerkelijk

tot een einde kwam en Jan zonder kerkelijke

opdrachten kwam te zitten, was het de pastoor van

Saasveld die het initiatief nam om hem nog jarenlang

te helpen door hem de kerk, pastorie en aula te laten

verfraaien met maar liefst 43 glas-in-lood-ramen. Jan

trouwde op 80-jarige leeftijd in deze kerk met zijn

tweede echtgenote, en Tonny, zijn eerste echtgenote,

en hijzelf zijn er op het nabijgelegen kerkhof begraven.

Inmiddels is de kerk grotendeels aan de eredienst

onttrokken. De parochie is met nog vier andere,

waar onder Oldenzaal, samengevoegd, tot één grote

St. Plechelmus mammoetparochie. Er vinden nog

wel erediensten plaats, maar het grootste deel van

de tijd staan de kerk en de bijgebouwen leeg.

John van Zuidam (Nijverdal 1945)

Studeerde geografie aan de Radboud

Universiteit Nijmegen. Was van 1970-2004

docent aard rijkskunde en decaan aan het

Canisiuscollege aldaar. Schrijft sinds 1980

over zijn geboortestreek. In 2011 oprichter

en secretaris-penningmeester van het

Netwerk voor Landschap & Geschiedenis

Twènterlaand, een wetenschappelijke

‘denktank’ van onderzoekers uit verschillende

disciplines. Deed na zijn vervroegde pensionering

twaalf jaar onderzoek in zijn

geboortestreek, resulterend in zijn boek:

‘Oale Groond. Geschiedenis van het Twentse

landschap’ (2018, herdruk 2019 en 2021).

Ontving in oktober 2019 vanwege zijn

verdiensten voor Twente als tweede de

prestigieuze J.W. Racer prijs in Oldenzaal.

Woont ‘boetenmaarks’ in Malden bij

Nijmegen.


Samen

op zoek

naar uw

Zilvermaatje

.87

We zoeken een wandelmaatje

in Enschede voor

een dame van 66.

In Hengelo zoeken we

iemand die af en toe wil

koken voor een dame van 86.

Een 69-jarige man uit Beuningen zou

het gezellig vinden af en toe een leuk

uitstapje te maken met een dame.

Zilver Magazine gaat u helpen om een

maatje te vinden om af en toe samen wat

gezelligs te doen: een wandeling, kaarten,

naar de film of het theater, een praatje,

samen koken, samen eten.

Reageren op een van bovenstaande oproepjes kan door

een e-mail met uw naam en contactgegevens te sturen

naar redactie@zilvermedia.nl. Wij zorgen dan voor de

kennismaking.

Wat kunt u doen?

Bent u op zoek naar een maatje, stuur dan

een e-mail naar maatje@zilvermedia.nl

waarin u ons aangeeft wat u graag met

uw maatje zou willen doen. Laat ons ook weten

in welke woonplaats of omgeving u dat zou

willen doen. Wij zoeken een match voor u en

brengen u dan, met uw toestemming, in

contact met iemand die ook een maatje zoekt

om dezelfde activiteit te ondernemen.

In de lente-editie van Zilver Magazine

plaatsen we de oproepen waarvoor we

nog geen match hebben kunnen vinden,

zodat onze lezers hierop kunnen reageren.

ZILVER WINTER 2022 / 2023


CULTUUR. UITJES IN TWENTE

Cultuur

uitjes

IN TWENTE

.88

Voor wie er even uit wil in de wintermaanden,

is er in Twente voldoende te doen voor een

gezellig (mid)dagje. Wij tippen u enkele leuke

locaties waar ook in de winter de deuren op zijn.

Voor meer informatie en voor toegangsprijzen

kijkt u voorafgaand aan uw bezoek even op de

website van de locatie.

KUNST IN DE SCHOUWBURG

SchouwArt maakt kunst toegankelijk voor iedereen.

Verschillende locaties in Schouwburg Hengelo tonen

werk van professioneel beeldend kunstenaars. De

suppoosten leiden u graag rond langs de werken.

Door elke generatie wordt op andere manieren naar

de samenleving en ook kunst gekeken, SchouwArt is

een plek voor alle leeftijden. Door een uitgebalanceerde

keuze van verschillende type makers en door actieve

werving van bezoekers onder diverse doelgroepen

wordt de samenleving in de volle breedte belicht

en bediend. Kortom, kunst voor iedereen.

SchouwArt is te bezoeken op woensdag, vrijdag en zaterdag

van 12.00-16.00 uur en is vrij toegankelijk. Iedere zaterdag

is om 14.00 uur een betaalde rondleiding voor €4,50

incl. kop koffie/ thee en lekkers. Beursstraat 44, Hengelo

HET TWENTE VAN VROEGER

Het Openluchtmuseum Ootmarsum neemt

u mee naar het Twente van vroeger. In een park -

achtige omgeving geven diverse aut hentieke

gebouwen, ieder met z’n eigen inven taris en

verhaal, en veel gebruiks voor werpen een

boeiend beeld van het leven op het platteland

in Twente zo’n 100 jaar geleden. Het museum

vertelt ook het verhaal van de ‘Heeren’, de

bestuurders van vroeger, de commandeur, de

Drost en de Hofmeier.

In december en januari geopend op zaterdag

en zondag, vanaf februari dagelijks geopend.

Commanderieplein 2, Ootmarsum


HOE LEEFDE DE

FAMILIE PALTHE

Bij een bezoek aan het Palthe Huis is het

alsof u in een tijdmachine stapt. In het

historische woonhuis ervaart u hoe de

familie Palthe in de 18 e eeuw gewoond moet

hebben. Johannes Palthe, een predikant en

grootgrondbezitter, kocht in de 18 e eeuw de

voormalige stadsboerderij die in de 17 e eeuw

was verbouwd tot een deftig woonhuis. Drie

generaties Palthe hebben in het Palthehuis

gewoond, totdat in 1928 de kleindochter

van Johannes Palthe, Gulia Palthe, overleed

en het huis een museum werd. Naast het

woonhuis van de familie Palthe zijn ook

de stadspresentatie over het ontstaan van

de stad Oldenzaal en de beroemde stoel

van Huttenkloas zeker de moeite waard om

te bekijken.

SYNAGOGE ENSCHEDE

ARCHITECTONISCH

SIERAAD

Al sinds 1928 is de prachtige synagoge

een sieraad voor de stad Enschede. Het

gebouw wordt nog altijd gebruikt als

gebedshuis. Onder leiding van een enthousiaste

gids komt u zoveel meer te

weten over de bijzondere geschiedenis

en wetenswaardigheden van het gebouw.

Waarom zie je zo vaak het getal twaalf?

En wat zit er achter die gordijnen? En wat

doen slangen en leeuwen in de synagoge?

En waarom heeft de ene kandelaar zeven

armen en de andere negen?

Er zijn ook rondleidingen onder begeleiding

van een gids voor mensen met een

visuele beperking, van zondag t/m vrijdag,

op aanvraag:

rondleidingen@synagogeenschede.nl

Geopend op zondag, dinsdag, woensdag en

donderdag van 11.00 - 17.00 uur. De synagoge

is gesloten op joodse feestdagen.

Prinsestraat 14, Enschede

.89

Het Palthehuis is iedere dinsdag t/m zondag

geopend van 12.00 - 17.00 uur.

Marktstraat 13, Oldenzaal

ZILVER WINTER 2022 / 2023


BOEKENTIPS. NU IN UW BOEKHANDEL

Nieuwe

boeken

IN DE TWENTSE BOEKHANDELS

VAN

HARTE

AANBEVOLEN

.90

EEN PUZZELREIS NAAR EEN WERELD

100 JAAR GELEDEN

Het Grote Bosatlas Puzzelboek is een ontdekkingsreis, die soms

herkenning, maar veel vaker nog verbazing en verwondering zal

oproepen. Aan de hand van oude Bosatlaskaarten en schoolwandplaten

neemt u een kijkje in het Nederland van 1922-23. Europa is aan het

bijkomen is van de Eerste Wereldoorlog, met nieuwe landen en nieuwe

grenzen. Verder weg ontdekt u karavaanroutes in de Sahara en de

plattegrond van Batavia. Cartograaf Tjeerd Tichelaar is al vele jaren

betrokken bij het maken van Bosatlassen. Peter Vroege is voor zijn

pensionering meer dan twintig jaar uitgever van de Bosatlassen geweest.

HARTVERSCHEURENDE

MEMOIRES OVER WAT

ROUW ÉCHT IS

Met de geboorte van Fleur lacht het geluk

de van oorsprong Twentse Nadja en haar

man Jeroen toe. Maar hun leven verandert

plotseling als Jeroen de geboortekaartjes

op de post gaat doen. Op nog geen vijf

meter van hun voordeur in Londen wordt

hij door een wildvreemde doodgestoken.

Na twee jaar diep verdriet besluit Nadja

met Fleur door Azië te trekken – een allesveranderende

roadtrip waarin ze leert wat

rouw écht is en opnieuw ontdekt hoe mooi

het leven kan zijn. Dag lieverd, tot zo is een

hartverscheurend verslag van liefhebben

en loslaten. Nadja beschrijft openhartig

hoe ze na een ondenkbaar verlies de

kracht herwon om haar nieuwe leven te

omarmen, weer te durven dromen en de

weg naar geluk te vinden.

Tjeerd Tichelaar en Peter Vroege • 160 blz. • € 16,99

Nadja Ensink-Teich, Didy van der Lans

• 304 blz. • € 21,99

VOOR MANTELZORGERS

Een op de drie volwassen Nederlanders is mantelzorger. Het is dus niet zozeer de vraag of je

het wordt, maar meer wanneer, hoe vaak en voor wie. Je zit er misschien helemaal niet op te

wachten en waar haal je eigenlijk de tijd vandaan? Maar kun je wel nee zeggen tegen je familie?

Daarnaast hopen we zelf ook dat iemand voor ons klaarstaat als dat nodig is. ‘Fijn dat je er bent’

is een leidraad voor iedereen die mantelzorger is of wordt. Wat wordt er van je gevraagd en hoe

bereid je je daarop voor? Met praktische informatie, handige tips en persoonlijke verhalen om

(toekomstige) mantelzorgers te helpen en te inspireren.

Tijn Elferink, Jan van Houten • 256 blz. • € 23,99


VERLIEFD IN EEN WOELIGE

WERELD

Enschede, 1907. Weduwnaar Janus Warrink is al jaren

knecht en chauffeur van het gezin van de Joodse

textielfabrikant Goedmoedt. Janus’ zoontje Janneman

is bevriend met Goedmoedts dochtertje Sara, maar als

de Goedmoedts dat niet langer gepast vinden komt er

een einde aan hun vriendschap. Janneman en Sara zien

elkaar pas weer terug als zij studeert en hij als wever

in Goedmoedts fabriek werkt. Terwijl de spanningen

tussen de textielarbeiders en de fabrikanten oplopen

worden ze verliefd. Hun leven verandert drastisch als

de Tweede Wereldoorlog zich aandient. De leiding

van de textielfabriek komt in handen van een Duitse

bewindvoerder en in april 1942 krijgt de fabriek de

opdracht om 569.355 Jodensterren te vervaardigen.

Generaties later worstelen beide families nog altijd

met de ontwrichtende gevolgen van deze opdracht.

In Stof tot zwijgen brengt Mariska Tjoelker de werel ­

den van de Joodse familie Goedmoedt en de arbeidersfamilie

Warrink op indringende wijze tot leven.

Stof tot zwijgen is gebaseerd op ware feiten.

Mariska Tjoelker • 320 blz. • € 22,99

.91

VOOR DE BIERLIEFHEBBER

Nieuwe biersoorten overspoelen de markt en bij sommige

voert hop de boventoon in de smaak beleving. Toch is hop

in elk bier een vast ingrediënt: zonder hop geen bier. Het is

zevenhonderd jaar geleden dat in Nederland voor het eerst

bieren met hop werden gebrouwen. Door deze innovatie was

het bier langer houdbaar en kon het op grotere afstand worden

verhandeld. Een revolutie was ontketend. Bierbrouwen werd

een ambacht en de bedrijfsproductie schoot omhoog tot een

paar duizend liter per week. Het waren de beginjaren van

de Nederlandse bierindustrie, die van de veertiende tot de

zestiende eeuw een indrukwek kende bloeitijd doormaakte.

Bier, hop en technische kennis werden geëxporteerd naar

België, Frankrijk, Duitsland en Engeland. De hoeveelheden

bier die toen werden geproduceerd zouden pas tegen de

twintigste eeuw worden geëvenaard. Dr. Leendert Alberts

is docent geschiedenis aan de Hogeschool Utrecht en bij

Stichting Bieropleidingen Nederland (StiBON). Hij is tevens

adviseur voor UNESCO op het gebied van erfgoed van de

Europese biercultuur.

Dr. Leendert Alberts • 392 blz. • € 22,50

ZILVER WINTER 2022 / 2023


PASSIE. JAZZ VOLGENS JOHN EN TON

Hallo John,

.92

Weet niet hoe het zit met jouw affiniteit met popmuziek,

maar zelf ben ik altijd gecharmeerd geweest van

jazzmuzikanten die een bepalende rol speelden

op een bekend geworden popplaat. Er zijn genoeg

voorbeelden: Branford Marsalis bij Sting (Englishman

in New York), Phil Woods bij Billy Joel (Just the way you

are) en Michael Brecker bij Paul Simon (Still crazy after

all those years). De meest bijzondere vind ik in dat

opzicht Ronnie Ross. Een van de topsaxofonisten uit

de Britse jazzwereld. Hij had ooit 25 pond geïncasseerd

voor een jazzsolo op de wereldhit Walk on the wildside

van Lou Reed. Maar daarna dook hij tussen alle

jazzbedrijven door op als lid van de popgroep Matt

Bianco. Die kwamen in 1984 met de pop-elpee Whose

side are you on? En dat was een plaat met zang van

Mark Reilly en Basia. Liedjes met allerlei korte goede

jazzsolo’s. Ronnie Ross op baritonsax en Guy Barker

op trompet. Maar Matt Bianco was een bandje zonder

ritmesectie. Geen drummer, geen bassist. Die zaten

in een synthesizer.

Vorige maand kreeg ik van Tubantia de vraag of ik

een ‘vraag-antwoord’ rubriek wilde maken met deze

Mark Reilly. Hij zou met Matt Bianco komen optreden

in Enschede. Even bellen met Reilly? Uiteraard zegde

ik toe. Toen ik had uitgezocht welke muzikanten hij

zou meenemen, belde ik de krant weer. Deze man

moest ik niet telefonisch interviewen. Ik moest hem

live spreken. Want hij bleek met een verzameling

topspelers uit de Britse jazzscène te komen. Inclusief

een echte bassist en een echte drummer. Voorafgaand

aan zijn concert in Tilburg spreek ik Reilly in zijn

kleedkamer. Twee prangende vragen natuurlijk. Hoe

kreeg hij ooit de in 1991 overleden Ronnie Ross in zijn

band en waarom toen niet en nu wel een ritmesectie?

Hij vertelde dat zijn ontmoeting met Danny White begin

jaren tachtig in alle opzichten van doorslaggevende

betekenis was. Met White klikte het zodanig dat ze

samen liedjes gingen schrijven. Ze gingen demo’s

maken. Iemand moest ze zingen, dat bleek Reilly het

best te kunnen. Ze maakten de opnames in de kelder

van Whites huis. White bleek een huisgenoot te hebben

die percussie speelde. Maar een belangrijker aspect

van die huisgenoot was dat hij de zoon was van Ronnie

Ross. ‘Vraag eens of je vader langskomt’, had Reilly

gevraagd. Ross leverde met plezier zijn bijdragen en

ging later met de groep op tournee.

Het feit dat Reilly anno 2022 het oude repertoire met

een band met echte ritmesectie speelt had met corona

te maken. Toen hij een tijd niet mocht optreden had hij

het repertoire van Matt Bianco doorgespit. Hij had de

dertig stukken geselecteerd, opnieuw op een cd gezet

en een flink deel opnieuw opgenomen met de groep

waarmee hij nu op tournee is. De inspiratie daarvoor

was een video die hij had gezien van Chet Baker.

Later op de avond zie ik een hele zaal vol Tilburgers

volkomen uit hun dak gaan. Dansen en meezingen

op de liedjes van veertig jaar geleden. Op het podium

een verzameling jazzmuzikanten die swingende

begeleidingen spelen, strak gearrangeerd en die

hun nooit te lange soloruimte interessant opvullen.

Bij het Enschedese concert een week later was dat

niet anders. De solo’s wel. Het bruiste. Het publiek

had helemaal niet het gevoel een jazzconcert mee te

maken, maar dat was het wel.

Herken je dat, John? Dat je naar muziek luistert die

geen jazz heet, maar het in feite wel degelijk is?

Ton


Ton Ouwehand en John van Zuidam,

schrijvers voor Zilver Magazine en allebei

liefhebbers van jazzmuziek. In Zilver

Magazine schrijven ze via brieven aan elkaar

welke jazzinvloeden bepalend zijn geweest

voor hun eigen jazzbeleving.

Dag Ton,

Ik begin onze briefwisseling steeds leuker te vinden. De

onderwerpen die je aandraagt zijn origineel, maar vragen

van mijn kant wel enig huiswerk. Nu ben ik als oud-docent

zeker vertrouwd met het begrip huiswerk, zowel voor

de leerlingen als voor mijzelf, dat dan correctiewerk en

lesvoorbereiding heet. Jouw huiswerk is echter bepaald

geen straf maar juist prettig om aan te werken, want ik

heb mij een middagje verdiept in het luisteren naar de

nummers die jij hebt aangedragen als voorbeelden van

jazz in de popmuziek. Ik zou zelf nooit op de gedachte zijn

gekomen om zo’n cross-over onderwerp aan te snijden,

maar dat maakt onze dialoog juist zo interessant! Voor

mij was de popband Matt Bianco in eerste instantie

onbekend, maar toen ik een paar nummers van ze had

gehoord, gingen er hier en dat wel wat lampjes branden.

Prettige muziek om naar te luisteren, ‘Jazzy pop’ of, zo je

wilt, ‘poppy jazz’ met een Latijns-Amerkaans sausje. De

zanger Mark Reilly heeft ook cd’s opgenomen en is op

tournee geweest met de Nederlandse formatie New Cool

Collective van Benjamin Herman, een band met eveneens

Latijns-Amerikaanse invloeden. Een paar jaar geleden zeer

van genoten op het Festival Wonderfeel in ’s-Graveland.

Ja, en dan de andere voorbeelden die je aandraagt. Als je mij

zou vragen welk nummer mij het meest raakt in de reeks,

dan staat Sting met Englishman in New York bovenaan.

Branford Marsalis hoor je niet vaak op sopraansax, maar

hier raakt hij de juiste noten! Ik ben al lang fan van Sting,

zonder dat ik mij erg in de muziek van The Police heb

verdiept. Nu we het toch over ‘cross-over’ hebben, wist je

dat Sting een intiem album heeft opgenomen met liederen

van John Dowland (ca.1563-1626), een Engelse minstreel,

luitist en Renaissance-componist? De plaat heet: Songs

from the labyrinth. De luit is hierin het leidende instrument.

Simon & Garfunkel: wie kent ze niet?! Hun video van het

Central Park concert in New York is legendarisch. En toen

Paul Simon alleen verder ging, bracht hij onder meer de

plaat Graceland uit met musici uit Zuid-Afrika. Even briljant

als controversieel, door mij grijs gedraaid. De door jou

bedoelde solo van saxofonist Michael Brecker bij Pauls

song Still crazy after all those years heb ik door jouw

toedoen eigenlijk nu pas ontdekt. Datzelfde geldt voor

de solo van Phil Woods bij Billy Joels hit Just the way you

are. Het lied kende ik natuurlijk al lang, inmiddels een

‘evergreen’.

Ik heb altijd wel naar popmuziek geluisterd, maar ik

heb er geen echte studie van gemaakt, het was meer

incidenteel als ik op de radio of op tv een mooie song

hoorde die mij inpakte. Ik vond wel dat ik als docent

de generaties leerlingen moest volgen in hun actuele

popmuziekkeuze om erover mee te kunnen praten. Maar

ook omdat ik altijd heb gevonden dat je open moet staan

voor allerlei soorten muziek, die je al dan niet mooi hoeft

te vinden. Natuurlijk heb ik regelmatig geluisterd naar

muziek die niet onder het label jazz in de platenzaken

is te vinden, maar waarbij wel jazzinvloeden zijn waar te

nemen. Een mooi actueel voorbeeld daarvan vind ik het

huisorkest van Podium Witteman, nu Podium Klassiek,

Fuse. Vanaf de eerste uitzending waren echtgenote Ineke

en ik verkocht. De invloed van jazz is in de groep vooral

binnengebracht door de jazzvioliste Julia Philippens, die

een groot fan is van John Coltrane, Miles Davis en Duke

Ellington. Fuse speelt composities van deze musici, maar

lardeert de jazzmuziek met andere muzikale, waaronder

klassieke, invloeden. Iets dergelijks vond je bij de groep

Flairck in de tachtiger jaren van de vorige eeuw.

Als ik in onze eerstvolgende briefwisseling het voortouw

mag nemen zou ik het graag willen hebben over muzikale

stromingen die de jazz hebben beïnvloed. Dus een ‘crossover’

in tegengestelde richting.

John

.93

ZILVER WINTER 2022 / 2023


ZILVER. PUZZELPAGINA

S

** ***

u do

k u

In de sudoku-puzzel moeten de cijfers 1 tot en met 9 worden ingevuld, en wel zo dat:

• op elke horizontale rij elk cijfer slechts één keer voorkomt

• in elke verticale kolom elk cijfer slechts één keer voorkomt

• in elk subrooster elk cijfer slechts één keer voorkomt

De oplossing vindt u op pagina 97.

Zoek de verschillen

.94

Een vroege ijskoude ochtend in

de buurt van de kroezeboom. Dit

is een beroemde 500 jaar oude

boom ten zuiden van Tubbergen

en ten noorden van Fleringen.

De twee foto’s lijken identiek,

toch zijn er maar liefst

10 verschillen.

Kunt u ze allemaal vinden?

De oplossing vindt u op pagina 97.


Puzzel & WIN! Woordzoeker nr. 9

Vind de oplossing door alle woorden weg te strepen. Woorden kunnen horizontaal, verticaal, diagonaal en achterstevoren staan.

Stuur de oplossing met vermelding van uw naam en adres naar redactie@zilvermedia.nl. Onder de goede inzenders verloten

we drie prijzen waaronder een boekenbon ter waarde van € 50,- die beschikbaar wordt gesteld door Boekhandel Broekhuis.

De 2e en 3e prijswinnaars verblijden we met een mooi boek van een Twentse schrijver.

S A S N E X A W A L P I N E S K I E R V

N L L E L P S R E T T E W R E S I A K I

E P E K Y O K I Z W A R T E P I S T E E

E E E K T O R E T O O C S W U E E N S R

U N E O S K I H A N D S C H O E N E N S

W I N T E R S P O R T V A K A N T I E C

N W H S E E G L O N T M W E E S U L S H

E I C I R V T F U F O U C B A N A A N A

G N S K F A F P I L E N L I R B I K S N

N T F S I P A L A E A P E N D E L B U S

I E E B I Z L L N T N A A B L E B A K E

R R I S Z E S S S N A A B L E K K O T N

ALPEN

ALPINESKIËR

BACKCOUNTRYSKIËN

BANAAN

BIATLON

FORWARD STANCE

FREESTYLE

GONDELLIFT

KABELBAAN

KAISERWETTER

LAWINEGEVAAR

MATERIAALVERHUUR

NORDIC WALKING

OFF PISTE

PANNENKOEKENLIFT

SCHANSSPRINGEN

SKIBRIL

SKIHANDSCHOENEN

SKISTOKKEN

SKIUITRUSTING

SLEEËN

SLUSH

SNEEUW

SNEEUWSCOOTER

SNOWBOARDEN

TIEFSCHNEE

TOKKELBAAN

VERKOOP

VIERSCHANSENTOERNOOI

VOORJAARSSNEEUW

P B T I D E R D S N O W B O A R D E N T

S E P N Z E R L A W I N E G E V A A R O

S R O U D A S K I U I T R U S T I N G E

N G E E W B N O R D I C W A L K I N G R

PENDELBUS

PIZZAPUNT

POEDERSNEEUW

REUZE SLALOM

WAXEN

WINTERBERG

WINTERSPORTVAKANTIE

ZWARTE PISTE

A R O R W U E E N S S R A A J R O O V N

H P O T F I L N E K E O K N E N N A P O

C F I M A T E R I A A L V E R H U U R O

S E D N E I K S Y R T N U O C K C A B I

.95

Kruiswoordpuzzel

1 2

19

14

25 26

30

43 44

3 4 5 6 7

31

36 37

40

15 16

20 21 22

32

27

45 46

8 9

23

28 29

17 18

24

33 34 35

38 39

41 42

10 11 12 13 Horizontaal

47 48

49

1 helder blauw, 6 bereid, 11 Europese berg, 14 insmeren,

16 spinnenwebdraden, 17 zwarte lijster, 19 spiegelglad,

22 zenuwtrekking, 24 roodpaars, 25 wiskundige opgave,

26 cijfercombinatie, 28 Braziliaanse muziek, 30 zeer hard

schot, 32 boerderijdier, 34 gunst, 36 meer in Ierland,

37 gemeente in Flevoland, 39 criterium, 40 slang, 41 zover

als, 43 behangersgereedschap, 45 Aziatische vrouw,

47 mengsel van zout en water, 50 een beetje, 52 klein

insect, 53 Afrikaanse expeditie, 54 smeuïg, 56 landelijk,

58 zwaar metaal, 59 plaats in Engeland, 61cabaretier,

63 mopperen, 65 cirkel, 67 betreffende, 69 kleding,

70 een ieder, 71 leermeester, 72 gehoorzamen.

50

59

65

70

16

51 52

53

54 55 56 57

60 61 62 63 64

66

67 68 69

71 72

31 46 22 7 57 32 18 65 29 9 35

58

Verticaal

1 bladgroente, 2 trein, 3 vogelsoort, 4 horizontaal uitrusten,

5 verbouwer, 7 titel (afk), 8 duw, 9 nijlreiger, 10 Duits

betaalmiddel, 11 Nederlandse prinses, 12 deel van het oor,

13 plek, 15 doorweekt, 18 Tsjechische rivier, 20 noordelijke

of zuidelijke ijszee, 21 bovenlicht, 23 jeugdlid, 27 bos,

29 negatief teken, 31 grote loofboom, 33 serum, 35 deel

van Rusland, 37 stop, 38 dicht, 40 soort stof, 42 halsdoek bij

ambtskleding, 43 sores, 44 boomstamstomp, 45 marmelade,

46 amok, 47 vleesgebakje, 48 poppenkastfiguur, 49 canvas,

51 kwetsuur, 53 hechtnaald, 55 aanleg van nature,

57 kledingstuk, 60 belasting, 62 grappenmaker, 64 Plaats

in Gelderland, 66 boerenwerktuig, 68 noordoost.

De oplossing vindt u op pagina 97.

ZILVER WINTER 2022 / 2023


COLUMN. JOAN KOENDERINK

S

Column

Joan Koenderink

Lekker bellen

‘Hé, hoe is het? Heb je lang niet gesproken?’ Klopt, ik heb een paar weken aan het

zuurstof gelegen nadat ik mijn nieuwe energienota onder ogen kreeg. ’O, oké. En

nu?’ vraagt ze. Nu heb ik mijn werkgever verzocht mijn salaris in het vervolg rechtstreeks

over te maken naar mijn energieleverancier. Nu durf ik de verwarming

niet meer aan te zetten en zit ik, met de jas aan, in eigen woonkamer weemoedig

te staren naar mijn op non-actief gestelde gashaard die me twintig jaar geleden

door een aannemer door de strot geduwd is.

.96

In minder florissante tijden is het altijd lekker

bellen met een vriendin wiens vaatje zwarte

humor net zo vol zit als het mijne. Heb jij nog

bespaartips waar ik geen weet van heb? ‘Nee,

we hebben ze allemaal al doorgenomen en ik

denk inmiddels in extremen: je haren wassen

met het kookwater van de aardappelen is

zo’n gedachte. En de wc zo min mogelijk doortrekken.

Ik heb bedacht dat ik best een plasje

over een plasje kan doen. Woon immers alleen

en ruik toch al twee jaar niks meer met dank aan

long-covid.’ We glijden af schat… ‘Ja, wat wil je

met die ijsvorming op de trap?’

Het is inderdaad fris. Nooit gedacht dat ik

mijn lingerie ooit zou vervangen door thermoondergoed.

‘Jij hebt tenminste nog een hond

om je aan te warmen!’ Maak een kruik, opper

ik. ‘Heb ik al gedaan’, antwoordt ze, ‘maar die

ligt bovenop het pannetje kort aangebraden

stoofvlees dat in mijn bed, onder een deken,

hopelijk ooit nog gaar wordt.’ Bovenverdieping

hangt vol met wasgoed. Droger kijkt werkloos

toe hoe het textiel dagenlang vochtig blijft. ‘Je

moet wel ventileren hoor! Voor je het weet

groeien er paddenstoelen in je gordijnen!’

‘Staat de temperatuur van je koelkast wel op

max 4?’ Nee joh, ik heb de koelkast uitgezet.

Het is hier in huis twee graden, ik heb mijn

versproducten tegenwoordig gewoon op het

aanrecht liggen. Heb trouwens al een maand

dezelfde bos bloemen in een vaas op tafel staan.

Bloemen gedijen goed bij lage temperaturen,

kan ik van mijzelf niet zeggen.

Ga je nog iets gezelligs doen? ‘Och, ik heb een

date vanmiddag. Aardige vent wel, hij komt

lunchen.’

Verder alles goed? ‘Verder alles goed.’

Oorlog is erger hè? ‘Ja, oorlog is veel erger.’

Laten we niet klagen. ‘Nee, laten we vooral niet

klagen, maar die energiecrisis het hoofd bieden

is wel echt een sport hè?’ Zeker, maar ik denk

dat ik dat hockeyen destijds toch leuker vond.

‘Ik maak me wel een beetje zorgen. Wat als het

straks keihard gaat vriezen?’ Dan steken we een

kaars extra in de fik, meid. Kruipen we dicht

tegen elkaar aan, slaan we een wak in ons glas

wijn en proosten we op ’t feit dat we het stiekem

en nog steeds hartstikke goed hebben. En wat

die date van jou betreft: vergeet je niet dat je

een pan in je bed hebt staan? En trek voor de

gelegenheid je wc toch maar even door, niet

iedereen is namelijk het reukvermogen verloren

na corona gehad te hebben.

Joan Koenderink.

Geboren en getogen

Tukker. Woont samen

met haar hond Charlie in

Enschede en zou nergens

anders willen wonen

(nou ja... op Ameland

misschien). Schrijft uit

haar eigen leven gegrepen

teksten: columns voor alle

leeftijden. Is ooit voor Zilver

Magazine benaderd door

voormalig hoofdredacteur

Gijs Eijssink die ze in haar

bewogen hockeyverleden

heeft leren kennen en

waarvoor ze destijds menig

zondagavond op de sportredactie

van de Twentsche

Courant heeft gewerkt.

Joan Koenderink


ervice

ZILVER. SERVICEPAGINA

Oplossingen puzzelpagina

** ***

1

2

19

14

25 26

30

31

36 37

43 44

50

59

65

70

16

31

40

51 52

54 55 56 57

60 61 62 63 64

46

3 4 5 6 7

K O B A L T

A

20 21 22

22

45 46

66

71 72

7

57

15 16

67 68 69

32

32

18

27

65

8 9

33 34 35

41 42

29

23

28 29

38 39

9

35

53

10 11 12 13 Horizontaal

17 18

O L I E N W E B M E R E L

S P E K G L A D

S O M

L O E I E R

A L L E N

Z

M E S

S

P

I E T W A T

E T O N

G E T A L

B O A

R O M I G

R O N D E

E L K

G E Z I N D

K O E

D R O N T E N

J A P A N S E

K A N

M IJ T

V A N

G O E R O E

T I C

T O T

D O R P S

W I N T E R K E R M I S

24

S A M B A

L I L A

D I E N S T

B

47 48

49

58

B

A

P E K E L

S A F A R I

K L E D IJ

A L P

E I S

T I N

F O E T E R E N

E

D I E N E N

1 helder blauw, 6 bereid, 11 Europe

16 spinnenwebdraden, 17 zwarte li

22 zenuwtrekking, 24 roodpaars, 25

26 cijfercombinatie, 28 Braziliaanse

schot, 32 boerderijdier, 34 gunst, 3

37 gemeente in Flevoland, 39 criteriu

als, 43 behangersgereedschap, 45 A

47 mengsel van zout en water, 50 e

insect, 53 Afrikaanse jacht, 54 smeu

58 zwaar metaal, 59 plaats in Engel

63 mopperen, 65 cirkel, 67 betreffe

70 een ieder, 71 leermeester, 72 ge

Verticaal

1 bladgroente, 2 trein, 3 vogelsoort ,

5 verbouwer, 7 titel (afk), 8 duw, 9 n

betaalmiddel, 11 Nederlandse prins

13 plek, 15 doorweekt, 18 Tsjechisch

of zuidelijke ijszee, 21 bovenlicht, 23

negatief teken, 31 grote loofboom, 3

Rusland, 37 stop, 38 dicht, 40 soort

ambtskleding, 43 sores, 44 boomsta

46 amok, 47 vleesgebakje, 48 poppe

51 kwetsuur, 53 hechtnaald, 55 aan

57 kledingstuk, 60 belasting, 62 grap

Gelderland, 66 boerenwerktuig, 68 n

PRIJSWINNAARS

De prijswinnaars van woordzoeker 8 in de herfsteditie van

Zilver Magazine zijn: B. Bartels uit Wierden, M. Hulsebos uit Losser

en A. Frons-Veldhuis uit Ootmarsum.

Oplossing prijspuzzel

Woordzoeker nr. 8 herfstnummer

Contactinformatie

LOSSE NUMMERS

ADVERTEREN

.97

S R E T S E E M L E E N O T K L A N K

S N R C E T N S O E K E L M A L B W E O E N H O S N T A K M L A E N OK

N

G

C

E

E

O

N O

G

K

N

L

I

A

D

B

E

W

L

O

K

H

S N

S N

A

A M

G

E

T

N

I U

O

G

E

E

O

O

T

N

U

G N E

I D

O

E

Z

L

I

K

E

S N

S

A

T

A G

R E

T

N

I U

K

E

S

O

J

T

R

U

N

G

P

N

E

E

R

O

E

Z

S

I

E

E

R

S

V

S

E

T

R

A

E N

R E

L

N

L

K

S

R

J

V

R

K

N

D

P

E

E

O

R

L

E

C

S

L E

S

R

U

V

A

E R

L P

E N

P A

E

O

L

E

L

R

E

V

O

K

M

D

E

E

IJ

O

M

L

N

C

E

L

B

E

G

S

R

U

H M

A L

O

P

E

P

S G

A O

Z E

E

W

O M

L

E

Y

IJ

O

M

N

N

E

E

B

B

N

G

T

R

E O

H M

E

O E

S E

S

U

G

E

Z

D

E

W

U

O

R

L

A

Y

V

O

T

N

B

E B

N

N

O

T

B

E

D

O

Z

E

R

O

I U

S

A

E U

E B

E D

K

O S C R E H A N E A G E W P R K O A

U R A V T B E N O B D Z R I U A E B K

H T T E F R E M R O K K I L S S R R M

O S C R E H A N N E A G E W P R K O A

C E R P E D N M E B J M T E O E E

H T T E F R E M R O K K I L S S R R M

S L I F L U B E I A A A E B R C C D R

C E R E P E D N M E B J M T S E O E E

E C S O A Z L Z R R R S E H R Z

S L I F L U B E I A A A E B R C C D R

O I E U L Y U L Z I A G P D G U T A R

E L C S O A B Z L Z R R R S E C H R Z

T N S L G M E B I N N E O Z I S A G P

O I E U L Y U L Z I A G P D G U T A R

O G E S I T A R G E E G S R E L E P S

T N S L G M E B I N N E O Z I S A G P

K T S T R O O K N K N A L P M I L G

O G E S I T A R G E E G S R E L E P S

S E H C I F F A S R E K R E W E D E M

K T S T R O O K N E K N A L P M I L G

Oplossing:

S E H C I F F A S R E K R E W E D E M

S C H O U W B U R G B Z O K

S C H O U W B U R G B E Z O E K

ABONNEMENTEN

ACTRICES

AFFICHES ABONNEMENTEN

AMATEURTONEEL

ACTRICES

APPLAUS AFFICHES

BALKON AMATEURTONEEL

COUPONBOEKJES

APPLAUS

DECOR BALKON

EERSTERANG

COUPONBOEKJES

ENGELENBAK

DECOR

FOYER EERSTERANG

GARDEROBE

ENGELENBAK

GLIMP FOYER

GORDIJNEN

GARDEROBE

GRATIS GLIMP

GORDIJNEN

JAZZ

KLANK GRATIS

KLASSIEKBALLET

JAZZ

KLEEDKAMER

KLANK

KROCHT KLASSIEKBALLET

LIEFHEBBERS

KLEEDKAMER

LOGE KROCHT

MEDEWERKERS

LIEFHEBBERS

LOGE

MEDEWERKERS

Zilver Magazine is te koop voor

MODERNBALLET

MUZIEKGROEPEN

MYTHEN MODERNBALLET

ONEMANSHOW

MUZIEKGROEPEN

PAUZE MYTHEN

PLANKENKOORTS

ONEMANSHOW

PREMIERE PAUZE

PROGRAMMABOEKJE

PLANKENKOORTS

slechts € 3,95 bij diverse verkooppunten

zoals boekhandels, tijdschriftenwinkels

en kiosken in

PUBLIEK PREMIERE

REGIE PROGRAMMABOEKJE

RESERVEREN

PUBLIEK

ROLVERDELING

REGIE

Twente en bij een aantal verkooppunten

in de rest van Nederland.

SEIZOEN RESERVEREN

SFEER ROLVERDELING

SPELERS SEIZOEN

STAREN SFEER

SUCCES SPELERS

ABONNEMENT

TOESCHOUWERS

STAREN

TONEELGEZELSCHAP

SUCCES

TONEELMEESTER

TOESCHOUWERS

Wilt u informatie over het afsluiten

UITGAANSKLEDING

TONEELGEZELSCHAP

VOORSTELLING

TONEELMEESTER

van een abonnement, voor uzelf

ZAAL UITGAANSKLEDING

VOORSTELLING

of zakelijk? Stuur dan een e-mail

ZAAL

naar info@zilvermedia.nl of bel

met 0541 511162.

Wilt u adverteren in Zilver Magazine

of op de website zilvermedia.nl?

Wij denken graag met u mee

over de mogelijkheden.

Neem voor meer informatie

contact op met onze afdeling

media-advies en advertenties:

Marcel Willemsen,

telefoon: 0541 511162 of via

e-mail: verkoop@zilvermedia.nl

VOLGENDE UITGAVE

Het lentenummer van

Zilver Magazine verschijnt

op 16 maart 2023.

Wat vindt u van Zilver Magazine?

We zijn benieuwd naar wat u graag leest in Zilver Magazine.

Waar kunnen we u mee plezieren?

Tips voor de redactie zijn van harte welkom via redactie@zilvermedia.nl.

ZILVER WINTER 2022 / 2023


NEEM NU EEN ZEER VOORDELIG ABONNEMENT OP

ZILVER

MAGAZINE

Wilt u ieder kwartaal verzekerd zijn van mooie achtergrondverhalen,

boeiende interviews, tips voor uitjes, interessante artikelen en

mooie natuurfoto’s, neem dan een abonnement op Zilver Magazine.

Dan valt ieder kwartaal een nieuwe uitgave vanzelf op uw deurmat.

Al vele Twentse 60-plussers ervaren het plezier en gemak van een

CADEAUTIP:

GEEF EEN

ABONNEMENT

OP ZILVER

MAGAZINE

abonnement.

.98

SPECIALE AANBIEDING

KIEST U VOOR EEN JAARABONNEMENT, VIER EDITIES,

DAN BETAALT U VOOR DRIE EDITIES: €12,-.

DE LENTE-EDITIE KRIJGT U VAN ONS CADEAU.

Voor een abonnement neemt u contact met

ons op via telefoonnummer 0541-511162

of via e-mail: verkoop@zilvermedia.nl.

Ook kunt u zich abonneren via de website

van Zilver Magazine www.zilvermedia.nl.

WAAR TE KOOP?

Zilver Magazine is voor € 3,95 te koop in veel

boekhandels in Twente en in diverse boekhandels

in de rest van Nederland.

HET VOORJAARSNUMMER

VERSCHIJNT 16 MAART


9.3

klant

beoordeling

Al 6 jaar

op rij!

Volgens de NVM hebben wij in 2021 wederom

de meeste transacties* gedaan en de hoogste

opbrengst behaald bij alle woningtypes.

*Gebied: Oldenzaal + Losser + Dinkelland

Wilt ook een huis aan- of verkopen,

wanneer mogen wij dan bij uw Thuis komen?

T 0541 522 022

E info@kvbm.nl

kvbm.nl


ELKE

ZONDAG

GEOPEND

ELKE ZONDAG OPEN VAN 12-17 UUR

KLEIBULTWEG 48 IN OLDENZAAL

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!