Zilver Magazine - Winter 2022
Het winternummer van Zilver Magazine, het inspiratiemagazine voor de trotse Twense 60-plusser
Het winternummer van Zilver Magazine, het inspiratiemagazine voor de trotse Twense 60-plusser
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
JAARGANG 5 NUMMER 4 - WINTER 2022/2023
INSPIRATIEMAGAZINE VOOR DE TROTSE TWENTSE 60-PLUSSER
3, 95
Winter in Twente
SCHOONHEID EN VERSTILLING
ISSN 2665-9522
9 772665 952000
39.
TWENTSE MARKESTENEN
Joop Kroeze
46.
OVER DE GRENS
Australië
60.
HOE IS HET NU MET
Freddy Bruinink
78.
BOEKBINDER
Gerrit Knol
Al negentig jaar ga je
voor design naar Brok Interieur
BROK
INTERIEUR
90
sinds 1932
Maar liefst negentig jaar geleden
werd Brok Interieur geopend in
hartje centrum Hengelo. Eerst een
meubelmakerij en nu, bijna een
eeuw (!) later, worden er de nieuwste
designmeubelen verkocht, kun je er
terecht voor de lekkerste bedden en de
mooiste vloer- en raamdecoratie. Want
dat hebben ze er allemaal. Een team
van specialisten staat voor je klaar en
adviseert je graag!
Laat je verrassen
Want wanneer je binnenstapt bij Brok Interieur
komen de kleuren je tegemoet. Een okergele
strakke bank van Design on Stock op links en
een kobaltblauwe fauteuil van Harvink op een
groot hoogpolig kleed op rechts. Maar het
kan volgende week zo weer anders zijn hoor,
want het creatieve team schuift graag met de
meubelen en verft regelmatig de wanden in een
andere kleur. Allemaal om jou te inspireren en
om te laten zien wat er mogelijk is. En dat is veel!
Inspiratie, advies & ontwerp
Inspiratie opdoen kan dus heel goed bij Brok
Interieur. De winkel telt wel drie verdiepingen,
beschikt in totaal over 3000 vierkante meter
en werkelijk iedere hoek laat wat nieuws zien.
Maar om gevoel te krijgen bij hoe die eettafel
en eetkamerstoelen bij jou in (je nieuwe) huis
gaan staan, wordt er met je meegedacht
door een interieuradviseur. Er kan zelfs een
ontwerp op maat gemaakt worden, compleet
met vloer- en raamdecoratie. En dat geldt óók
voor de slaapkamer want met de uitgebreide
slaapafdeling waar de lekkerste designbedden
en -boxsprings staan, kunnen ze je voorzien van
een passend slaapadvies. En de slaapkamer
volledig inrichten is natuurlijk ook mogelijk.
Het merkenaanbod bestaat uit voornamelijk
Nederlands fabricaat: van Leolux tot Pastoe,
van Artifort tot Gelderland, van Auping tot
Pullman en van Luxaflex tot Tarkett. Een mix
die goed op elkaar aansluit en waarmee mooie
ontwerpen te realiseren zijn, passend bij jouw
woon- of slaapwensen.
Je bent van harte welkom
Dus of je nu enkel wat inspiratie op wilt komen
doen of interesse hebt in een uitgebreid advies
op het gebied van wonen, slapen of textiel; er
staat een team van specialisten voor je klaar.
Ze zijn al jaren op elkaar ingespeeld en hebben
allemaal hun eigen expertise. Brok Interieur is
van dinsdag t/m zaterdag geopend. Kijk voor
de koopzondagen op brokinterieur.nl.
Brok Interieur Wonen, Slapen & Textiel
Drienerstraat 47, 7551HL Hengelo
074-2913126, info@brokinterieur.nl
www.brokinterieur.nl
Voorwoord
Winter
WAT FIJN DAT U ZILVER MAGAZINE IN UW HANDEN HEEFT, DE TWINTIGSTE EDITIE
VAN HET ‘INSPIRATIEMAGAZINE VOOR DE TWENTSE 60-PLUSSER’. AL VIJF JAAR
PORTRETTEREN WE IEDER KWARTAAL TUKKERS EN NIET-TUKKERS DIE TWENTE
EEN WARM HART TOEDRAGEN, WAT RESULTEERT IN BOEIENDE LEVENSVERHALEN,
BIJZONDERE LEVENSINZICHTEN, INTERESSANTE GESCHIEDENISWEETJES OF
EEN GLIMLACH VAN HERKENNING.
In deze editie nemen we u onder andere
mee naar de activistische jaren zestig in de
Enschedese studentenwereld. Misschien
stond u toen zelf ook wel op de barricaden
voor een eerlijker wereld? Emigreren naar
de andere kant van de wereld, in menig gezin
was wel iemand die de overtocht maakte
naar Australië, Nieuw-Zeeland, Amerika of
Canada. Zo ook de zus en zwager van ons
redactielid Annemarie Haak-Beune. In deze
editie schrijft ze hoe het hen daar verging.
Stoppen met werken. De een kijkt ernaar
uit om meer tijd te hebben voor hobby’s, de
ander gaat nog jaren door met het uitvoeren
van een ambacht. In deze wintereditie leest
u beide kanten. Welke keuzes u als senior ook
maakt, alles gaat makkelijker als u gezond en
energiek bent. Wilt u tips hoe dat te bereiken?
Dan bevelen we u het boek Een Beetje Leuk
Ouder Worden aan waarin u leest dat kleine
leefstijlveranderingen kunnen bijdragen aan
een fit lichaam en een fit brein.
Bij het schrijven van dit voorwoord is de
winter net begonnen. De dagen dat een
winterzonnetje de lucht ijsblauw kleurt zijn
cadeautjes en een gelegenheid om er even uit
te gaan. Jas aan, sjaal om en een frisse neus
halen. Alleen of met uw partner, met een
familielid, een buur, een kennis, een vriend
of vriendin. Zoekt u een maatje om samen
iets te doen, dan helpen wij u om met iemand
in contact te komen die dat ook wil. U leest
hier in het magazine meer over.
Bovenal hopen we dat u geniet van deze
winter editie, die we met veel plezier voor u
hebben gemaakt.
.3
ZILVER WINTER 2022 / 2023
INHOUD.
IN DIT NUMMER
30.
Interview
GERLO HESSELINK
Jan zou zelf jazzmuzikant worden
20.
IJsvogels in Almelo
.4
INTERVIEWS
REPORTAGES
VASTE RUBRIEKEN
06. CIS EVERHARD
De stille kracht
van pitjit
34. RELIGIEUS ERFGOED
Mariakapellen & Landkruizen
in Twente
14. BERICHTEN UIT
HET WACHTMEISTERHAUS
Paul Abels
11. ACTIEVE 65+
Viscoach Jos Olthof
39. TWENTSE MARKESTENEN
Joop Kroeze
20. IJSVOGELS IN ALMELO
Jet van der Sluis
26. GOED DOEL
Stichting Dunia Lulu
30. GERLO HESSELINK
Jan zou zelf jazzmuzikant
worden
60. ACTIEVE 70+
Voormalig kapper
Freddy Bruinink
78. GERRIT KNOL
Een boekbinder van
de oude stempel
51. HOE FOUT WAREN
DE FUTURISTEN?
Futurisme-tentoonstelling
in het Rijksmuseum Twenthe
65. DOMINEE JAN DE JONGH
Een activistische
studentenpastor
76. SENIOREN OP WEG
NAAR 2030
Opinie
82. JAN SCHOENAKER
Verhalenverteller in
gebrandschilderde ramen
43. CULINAIRE KLASSIEKERS
Ton Kouwenberg
46. OVER DE GRENS
Op avontuur naar
Australië
88. CULTUURUITJES
In Twente
90. NIEUWE BOEKEN
In de Twentse Boekhandels
92. JAZZ
Volgens John en Ton
82.
Reportage
JAN SCHOENAKER
beeldend kunstenaar en glazenier
COLOFON
VIJFDE JAARGANG, NUMMER 4,
WINTER 2022/23
Een uitgave van Zilver Media BV
Grootestraat 1 B
7571 EJ Oldenzaal
Hoofdredactie en bladmanagement
Carmen Luttikhuis
Aan dit nummer werkten mee:
Secil Arda, Paul Abels, Lindy Brouwer,
Henk Boom, Mary Dijkshoorn,
Alexa Gratama, Annemarie Haak,
Joan Koenderink, Ton Kouwenberg,
Marco Krijnsen, Ton Lamers, Johan Leurink,
26.
Dunia Lulu
Gerrit Lansink, Harry Moek,
Astrid Olde Olthuis, Marcel Olde Rikkert,
Ton Ouwehand, Annina Romita,
Theo de Rooij, Jet van der Sluis, Jan Walburg,
Brit Willemsen, John van Zuidam
Coverfoto
COLUMNS
COLUMNS
Pelmolen Ter Horst, Rijssen
Fotograaf: Fokke Baarssen
.5
10. MARCEL OLDE RIKKERT
Hoe lang mag je rouwen?
70. PAUL ABELS
Bennie & Westie
Met dank aan iedereen die we voor deze
editie mochten interviewen, aan iedereen
van wie we beeldmateriaal ter beschikking
kregen en aan de adverteerders en samenwerkingspartners.
19. HENK BOOM
KlepperDerk
96. JOAN KOENDERINK
Lekker bellen
Redactie website
Astrid Olde Olthuis
25. GERRITS STUKSKE
Hoo haazn Laampe
Elleke löt lachn
OVERIG
36. GEDICHT
Vormgeving
Ellen Gözel-Niehoff, Enschede
whatellse.nl
Jos Hovestad, Losser
joshovestad.nl
29. JAN WALBURG
Geluk in Twente
74. EEN BEETJE LEUK
OUDER WORDEN
Uitgever
Marcel Willemsen
Telefoon: 0541 511162
verkoop@zilvermedia.nl
55. ALEXA GRATAMA
Lepeldelen
87. ZILVER MAATJE
Druk
Drukkerij Roelofs, Enschede
Oplage: 7.500
Bereik: 30.000 Twentse 60-plussers
58. MR. DR. TON LAMERS
Het begrip zzp’er
94. PUZZELPAGINA
Redactieadres
Postbus 59, 7570 AB Oldenzaal
redactie@zilvermedia.nl
63. THEO DE ROOIJ
Geloof
97. SERVICEPAGINA
98. ZILVER AANBIEDING
Abonnementen
via verkoop@zilvermedia.nl
of 0541 511162
ZILVER WINTER 2022 / 2023
AMBACHT. PITJIT
.6
‘Aanraken betekende
genegenheid, begrip,
contact maken en pijn
verlichten.’
// Tekst
MARRY DIJKSHOORN
// Foto’s
BRIT WILLEMSEN
Masseuse
Cis Everhard
De stille kracht
van pitjit
.7
Cis Flikkenschild werd in 1958 geboren als dochter van een half Nederlandse,
half Indische vader en een Indische moeder. Masseren leerde ze al van jongs af aan.
Ze heeft een praktijk aan huis waar ze mensen op Indische wijze masseert.
De methode heet pitjit en ze heeft er twee boeken over geschreven. >>
ZILVER WINTER 2022 / 2023
AMBACHT. PITJIT
‘Opgroeien met pitjit is
verweven raken met de methode.’
.8
Van wie leerde u pitjit?
‘Mijn moeder paste massage toe daar waar het nodig
was en zij leerde het weer van haar moeder. Ze wist
mijn door de oorlog getraumatiseerde vader ermee
te kalmeren. Dat zegt veel. Zelf was ik als kind,
waarschijnlijk door de dagelijkse spanning, veel ziek.
Haar massages lieten de koorts zakken en hielpen
tegen de stress.
Mijn vader was krijgsgevangene van Japan en moest
aan de Birmaspoorlijn werken tijdens de Tweede
Wereldoorlog. Hij heeft daar afschuwelijke dingen
meegemaakt. Oorspronkelijk komt mijn vader uit
Oost-Java en mijn moeder uit Midden-Java. Ze
hebben elkaar ontmoet in Bandoeng. Na de oorlog
werden ze gerepatrieerd naar Nederland, eerst naar
Markelo en uiteindelijk naar Goor.
Gerepatrieerden werden opgevangen in kampen, en
als iemand werk vond werd een huis toegewezen.
Mijn vader kreeg een baan in een slagerij, niet zo
handig voor iemand met een oorlogstrauma. Na
wat omzwervingen kwam hij te werken bij Texas
Instruments in Almelo. Maar ook daar kreeg hij te
kampen met woede-uitbarstingen. Met een verloren
oorlog, de gedwongen inlevering van diploma’s in
Indonesië voor vertrek en het gevoel niet welkom
te zijn was de frustratie groot om als arbeider in de
fabriek te moeten werken. We hadden een groot
gezin, zes kinderen en twee volwassenen, ik was
de jongste. Mijn moeder had last van heimwee en
de dagelijkse gespannen sfeer. Daarbij piekerde ze
veel over haar drie kinderen die ze heeft moeten
achterlaten in Indonesië. Ze waren van haar eerste
man, een soldaat van het Indonesische leger, waarvan
ze dacht dat hij was omgekomen in de oorlog. Hij
bleek al die tijd zijn leven met een andere vrouw
te delen. Mijn moeder had inmiddels mijn vader
ontmoet, een KNIL-militair, raakte zwanger en
trouwde. Toen dook haar eerste man weer op.
Thuis zaten wij dus met een getraumatiseerde vader
en een moeder die na een aantal tia’s en een hersenbloeding
linkszijdig verlamd raakte en haar spraak
zo goed als kwijt was. De enige manier waarop ik met
haar kon communiceren was door te masseren. Bij
ziekte pitjitte mijn moeder mij meestal, soms mijn
vader. Ze belden niet meteen de dokter maar gingen
eerst in de weer met kruiden, thee en massages.
Met koude kompressen konden ze koorts verlagen.
Aanraken betekende genegenheid, begrip, contact
maken en pijn verlichten.’
Hoe was het als Indisch meisje in Twente?
‘In het begin waren we niet zo welkom. Dat werd later
wel beter. Er waren ook kinderen die niet met ons
mochten spelen. De meeste jongens en de schoffies
uit de buurt deden dat wel. Ik heb goed Twents leren
spreken en putje-voetballen op straat. Thuis spraken
we ABN, geen Maleis. We moesten ons aanpassen
vonden mijn ouders. Later kreeg ik Nederlandse
vriendinnen op de Mavo, maar ik zat niet middenin
het feestgedruis, ik bleef langs de kantlijn staan, een
beetje solitair. Na de middelbare school ging ik naar
de Sociale Academie.
Tijdens mijn stages en later mijn werk heb ik pitjit
kunnen gebruiken in tehuizen in overleg met het
team om vastgehouden emoties bij onze bewoners
los te laten komen. Dan is er weer wat beweging.
Met pitjit kruip je in iemands huid, en ‘kijk’ je met
je handen waar de blokkades zijn. Pitjit voorkomt,
heelt en verzacht: je haalt de scherpe kantjes eraf.’
Het handleidingboek van Cis
‘Pitjit voorkomt, heelt en
verzacht: je haalt de
scherpe kantjes eraf.’
Hoe reageerden Tukkers in de jaren zestig en zeventig op
uw massages?
‘Daar kon ik het toen niet over hebben. De associatie met
aanraken kan nogal verschillend zijn, sommigen denken
aan seksualiteit, angst of pijn. In plaats van aangeruststelling,
genegenheid en begrip. Dat is later helemaal veranderd.’
Hoe oud was u toen u zelf begon met masseren?
‘Een jaar of tien. Daarvoor liep ik al met blote voeten
over mijn vaders rug. Ik had het juiste gewicht, mijn
moeder hield mij vast en gaf aanwijzingen, mijn vader
kon zich dan goed ontspannen. Het is in elk Indisch gezin
normaal om elkaar te masseren, dat kan ook tijdens een
bezoek of een feestje. In Indonesië kun je zelfs op straat
gemasseerd worden. Dus voor mijn ouders en voor mij was
het logisch dat ik de pitjitgewoontes overnam.’
Moet je ook een bepaalde techniek ontwik kelen
om het goed te kunnen?
‘Het gaat er in de eerste plaats om dat je aanraakt vanuit het
hart, werkt vanuit het gevoel, je intuïtie. Voel je spanning,
hitte of kou, of voel je zelfs pijn, boosheid of verdriet? Daar
kun je wat aan doen als je iemand masseert. Opgroeien met
pitjit is verweven raken met de methode. Het hoort bij je
leven. Net als traditioneel leren koken. Gele rijst met alle
bijbehorende gerechten bijvoorbeeld. Kennis wordt op die
manier van generatie op generatie doorgegeven. Ook de
jongens leerden koken.’
Wanneer wist u dat u zich fulltime met pitjit
wilde bezig houden?
‘Ik kon het al goed toepassen in mijn werk en op mijn 26e
heb ik een plan van aanpak gemaakt om een eigen praktijk
aan huis te beginnen in Hengelo. In het begin moest ik
nog echt reclame maken, maar na verloop van tijd ging
het lopen, vooral door mond-tot-mond-reclame. Ik kreeg
vaste klanten en een steeds groter klantenbestand. Mijn
ex-man heeft me heel erg geholpen bij het opbouwen van
mijn zaak en voor mijn kinderen was het heel gewoon dat
er klanten aan huis kwamen. Aansluitend ben ik work -
shops gaan geven. Om mijn kennis uit te breiden heb
ik een aantal studiereizen gemaakt naar Indonesië en
uiteindelijk heb ik twee boeken over pitjit geschreven,
één autobiografisch boek en een handleidingboek. Een
praktische toevoeging, ook voor de huis-tuin-en-keukenmasseur.
’
Hoeveel pitjit-therapeuten
zijn er in Nederland?
‘Enkele tientallen, waarvan ik er veel zelf
heb opgeleid. Ik geef het liefst workshops
en masterclasses aan mensen die geen
massage-ervaring hebben. Mensen die op
hun gevoel kunnen vertrouwen en niet
terugvallen in hun oude massageroutine.
Bij mijn workshops laat ik je voelen hoe
bijvoorbeeld een handmassage moet
aanvoelen. Je doet je ogen dicht, ik geef
verder geen aanwijzingen maar laat het
enkel voelen. Daarna mag de cursist zien
wat ik doe. Veel mensen pikken met deze
methode de bedoeling makkelijker op.
Genegenheid is het sleutelwoord. Daar
hoort geen ego bij. Werken vanuit je hart
roept de empathie vanzelf op. Het maakt
dan niet uit of je Indisch of Nederlands
bent.’
Geeft u het ook door
aan uw eigen kinderen?
‘Ik heb twee zoons, de jongste, Tim, kan
zowel masseren als energie overdragen
of hand opleggen. De oudste, Jan, heeft
als jongste deelnemer alle masterclasses
doorlopen. Mijn schoondochter Mandy
heeft er ook veel gevoel voor en past het
weer toe bij Jan na een pittige werkdag.
Voor mij is het belangrijk dat mijn kin deren
dit stuk cultureel erfgoed weer kunnen
overdragen aan hún kinderen. En in staat
zijn te helpen bij stress, ziekte of blessures.’
.9
ZILVER WINTER 2022 / 2023
COLUMN. MARCEL OLDE RIKKERT
Marcel
COLUMN
Olde Rikkert
Hoe lang mag je rouwen?
.10
Marcel Olde Rikkert is in
zijn woonplaats Nijmegen
hoogleraar geriatrie in het
Radboudumc en hoofd van
het Radboudumc Alzheimer
Centrum. Hij is geboren en
getogen in Hengelo.
Zijn missie is om oudere
mensen zo goed mogelijk
te helpen kiezen uit al wat
de geneeskunde te bieden
heeft, passend bij hun eigen
verhaal. Dat heeft hij ook
beschreven in zijn boek
‘Jong blijven en Oud worden’
(2015, Thoeris A’dam).
Heeft u een vraag aan
professor Olde Rikkert,
stuur dan een e-mail naar
redactie@zilvermedia.nl
t.a.v. de heer Olde Rikkert.
Het is nu ruim een jaar na de laatste
grote coronagolf en anderhalf jaar na
de eerste piek. In de drie pieken die we
hebben gehad zijn veel mensen aan
COVID-19 overleden, vooral ouderen. Ik
zie nu regelmatig de langst levende partners
worstelen met hun verdriet. Ieder
overlijden van een naaste is moeilijk,
maar wanneer je in de laatste levensdagen
nauwelijks of geen contact hebt
kunnen hebben, weegt het extra zwaar.
De isolatie maatregelen, die bij de eerste
corona golf heel strikt waren en slechts
langzaam versoepelden,
hebben veel nabestaanden
van een waardig, intiem
afscheid beroofd.
Hierover sprak ik een
mijn heer van 83 jaar op
een rustig moment tijdens
een weekenddienst. Hij
was de avond tevoren opgenomen
vanwege een
nier bekkenontsteking. Verder was hij
nog goed bij de pinken, al liep hij met een
rollator om niet te vallen en had hij een
stoma vanwege een eer dere darmingreep.
‘Laat mij gaan’ zei hij, ‘ik hoef geen
antibioticabehandeling meer.’ Dat verbaasde
mij, omdat hij net verteld had
over zijn kinderen en kleinkinderen. De
jongste zocht hem iedere dag op in het
ziekenhuis en eenmaal per week thuis.
‘En toch is het op voor mij.’ De tranen liepen
sneller dan zijn infuus. ‘Ik heb mijn
vrouw aan corona verloren, nu ruim een
jaar geleden. De huisarts zei dat ze maar
een weekend in het ziekenhuis hoefde te
overbruggen. En daar zeiden ze dat ik
beter thuis kon afwachten. Tot het ineens
slechter ging.
‘Iedereen
vond ons een
heel gezellig
stel oudjes.
Wij zelf ook!’
Maar toen ik kwam, was ze al overleden.’
Ze waren bijna 60 jaar getrouwd, maar nu
zit hij alleen in een koud huis. Vroeger
was hij actief als vrijwilliger in het ziekenhuis
en in de kerk. ‘Iedereen vond ons
een heel gezellig stel oudjes. Wij zelf ook!’
Hij mist heel erg het kunnen zorgen voor
elkaar en zegt ‘dat zijn verhaal af is’.
Veel zorgverleners kunnen deze rouw
moeilijk accepteren. In de psychiatrie is
daarom dit jaar ernstige rouw als ziekte
geclassificeerd. Wanneer rouw na een
jaar nog niet over is, moet je behandelen,
volgens de bijbel van de
psychiatrie (de DSM-5 tr).
In Nederland pleiten sommige
artsen en psychologen
zelfs voor een maximum
rouwpe riode van
een half jaar. Naast het
sterven zelf, lijkt ook rouw
maakbaar en oplosbaar te
moeten zijn.
Maar de bedachtzame vriendelijke man
die ik sprak was niet depressief of anderszins
ziek. Hij worstelde invoelbaar
met zijn levenseinde, waarvoor hij een
zin volle invulling was kwijt geraakt.
Moest ik hem antidepressiva of een
psycholoog voorschrijven? Of misschien
polsen of hij euthanasie wilde?
Ik heb beide niet gedaan, maar gevraagd
of ik ook onze pastoraal werker eens zou
bellen voor een gesprek, vanwege zijn
nauwe banden met de kerk. ‘Ja dat wil ik
graag. En verder…’ - voegde hij er snel aan
toe, alsof hij mijn gedachten had gelezen
- ‘wil ik geen gedoe; Ik wil een eerlijke
dood.’ We keken elkaar aan, allebei opgelucht.
Marcel
Olde Rikkert
Klinisch geriater Radboudumc
// Tekst en foto’s
JOHAN LEURINK
+
.11
Jos Olthof
slaat als
viscoach
ouderen
aan de haak
Ouderen worden steeds ouder en blijven
langer vitaal. Je hoort en leest het overal.
Neem Jos Olthof. De 69-jarige voormalige
basisschooldocent en schoolopleider
aan de Saxion-pabo in Enschede is in
het Memorymuseum Nijverdal actief
als suppoost en educatief medewerker.
Daarnaast zit hij als coach Samen Vissen
regelmatig aan de waterkant om samen met
cliënten van zorginstellingen/boerderijen
een hengeltje uit te gooien in de regionale
wateren. ‘Dat is een feestje’, vindt hij. >>
ZILVER WINTER 2022 / 2023
ACTIEVE 65+. JOS OLTHOF
.12
‘Het is zoveel
meer dan het
turen naar de
dobber.’
Vissen! Jos was amper zes jaar toen hij voor het
eerst een hengeltje uitwierp en dat doet hij tot op
de dag van vandaag nog steeds. ‘Vissen geeft rust.
Het is zoveel meer dan het turen naar de dobber. Je zit in de
natuur, ziet ijsvogels die vanaf een boomtak azen op een visje
of futen die met hun kroost op het water dobberen. Verder
maak je geregeld een praatje met voorbijgangers. Het is
een heel fijne sociale activiteit. Dat ik dit nu deel met cliënten
van zorginstellingen en zorgboerderijen geeft mij heel
veel voldoening.’
Samen Vissen coach
De Nijverdaller is een van de Samen Vissen coaches die
in het land actief zijn. Sportvisserij Nederland en zeven
hengelsportfederaties, waaronder Sportvisserij Oost-
Nederland, hebben samen met het IVN (Instituut Voor
Natuureducatie) het project Samen Vissen opgezet. Sonja
van der Kooi van Sportvisserij Oost-Nederland te Raalte:
‘Wij zijn er in 2020 mee begonnen, maar werden tegengehouden
door corona. Afgelopen seizoen zijn we voorzichtig
in Oost-Nederland van start gegaan. Het werd een groot
succes en het krijgt steeds meer bekendheid bij onze
doelgroep. Dat zijn cliënten van zorginstellingen, al dan
niet met een verstandelijke of lichamelijke beperking.
Zij krijgen altijd begeleiding van een lid of leden van een
plaatselijke visvereniging met wie de Samen Vissen coach
samenwerkt.
De lijnen zijn heel kort. Zorginstellingen kunnen
bij ons via de website www.samenvissen.nl een
aanvraag voor een visuitje indienen. Wij zoeken een
match met een Samen Vissen coach, waarna deze
met de visvereniging en zorginstelling een afspraak
maakt over waar en wanneer er gevist wordt. Vanuit
de zorginstelling is er altijd begeleiding aanwezig
voor de zorg van de cliënten. En niet geheel
onbelangrijk: het visuitje is voor de zorginstelling/
boerderij geheel kosteloos!’
Herbeleven
‘Ik trek er natuurlijk niet in mijn eentje op uit’,
zegt Jos Olthof. ‘Ronny Zwakenberg van HSV
Lemelerveld is mijn vismaatje. Wij zorgen voor
de hengels, het aas en lokvoer. Allemaal prachtig
materiaal waarmee wij de deelnemers spelenderwijs
leren hoe ze moeten vissen. Sommigen vinden het
in het begin best eng! Vooral het aanhaken van aas
(made en worm) en helemaal als de dobber ineens
onder water verdwijnt en een vis gevangen wordt.
Wat ook mooi is, is als er ouderen bij zijn die in hun
jonge jaren. Die genieten extra omdat zij de hobby
van toen herbeleven. Als je met hen in gesprek raakt,
hoor je de mooiste visverhalen. De cliënten worden
door de activiteitenbegeleider van de zorginstelling/
boerderij naar de visstek gebracht. Maar niet voordat
gecheckt is of deze veilig is. En meestal komt er ook
een mand met lekkers en een lekkere bak koffie of
thee mee.’
Feest aan de waterkant
‘Voor de cliënten is dit uitje echt een feestje’, zegt
Jos. Hij laat een filmpje zien waarin een groep
cliënten zingend aan het Overijssels Kanaal zit en
waarbij een begeleidster staat te dansen. Uiteraard
op het liedje “Als ze me missen, dan ben ik vissen”.
Het is een vrolijke bedoening. ‘Geweldig toch’, zegt
Jos. ‘Dit is zo mooi om te doen. Je leest en hoor zo
vaak dat ouderen in een sociaal isolement komen.
Mensen die hun leven lang hard hebben gewerkt
maar noodgedwongen in een zorginstelling wonen
en vervolgens nauwelijks meer contact met de
buitenwereld hebben. Zelf zijn ze niet meer mobiel
genoeg en door alle bezuinigingen in de zorg
zie je dat activiteitenbegeleiding en dagbesteding
minder wordt en er niet altijd vrijwilligers genoeg
zijn om met hen op pad te gaan. Dat is niet goed.
Erop uit, de natuur in doet hen goed, geestelijk
en lichamelijk. Ik ben blij dat ik hieraan kan
bijdragen.’
Meer info: www.samenvissen.nl
.13
Wilt u ook Samen Vissen coach worden, neem
dan contact op met Sonja van der Kooi via
vrijwilligers@sportvisserijoostnederland.nl
ZILVER WINTER 2022 / 2023
BERICHTEN UIT. WACHTMEISTERHAUS - 7
‘WISTEN WE AL DAT
WE DIT HADDEN?’
// Tekst en foto’s
PAUL ABELS
.14
Af en toe gebeuren er dingen in ons Duitse
dorp die wij niet geheel kunnen duiden. We
wonen bij de kerk, in het centrum. Er wordt
veelvuldig getrouwd en, voor Nederlandse begrippen,
zeer vaak ook in de kerk. Liefst twee
keer zagen we een trouwerij voorbijkomen
deze week, beide keren met een ritueeltje dat
we nooit eerder zagen. De bruid in het lang
posteerde zich met haar vriendinnen bevallig
voor het Langes Haus uit de 16 e eeuw. Voor de
fotograaf. De bruidegom stond erbij met zijn
vrienden. Die reikten hem een fles bier aan.
Hij nam er een slok uit, gaf de fles terug waarop
een van hen de fles kapot gooide op straat.
Waarna de bruidegom serviel met stoffer en
blik in de weer ging.
Wat betekent zoiets? Twee
keer, dat kan toch geen
toeval zijn? We vragen het
aan Tjibbe Valkenburg, bestuurslid van
de Stichting Hohes Haus. Hij is 29, een
gestudeerd man en ongeveer even oud
als de beide bruidegommen - misschien
heeft hij een plausibele verklaring? Hij
schudt zijn hoofd. ‘Ik kom hier al bijna
vijftien jaar in het dorp, maar dit heb ik
nog niet eerder gezien. Ik weet het niet.
Misschien een symbolische actie: het
vrije leven is afgelopen, vanaf nu moet
je netjes zijn, de rommel opruimen, nu
je getrouwd bent?’
Bestuurslid
In 1953 werd de Stichting Hohes Haus
opgericht. Het is een gebruikelijke
constructie die ervoor moest zorgen
dat een prachtig middeleeuws gebouw
niet ten prooi zou kunnen vallen
aan erfgenamen die hun erfdeel in
contanten wensten te ontvangen. Het
huis moet behouden blijven. Anno
2022 bestaat de Stichting nog steeds.
Het jongste bestuurslid is Tjibbe
Valkenburg, kunsthistoricus. Hoe komt
deze benjamin terecht in een stichting
die toch vooral gerund worden door
senioren? Oud-bestuurslid Lothar von
Bönninghausen vierde onlangs op het
Hohes Haus zijn tachtigste verjaardag.
Gevoel voor geschiedenis
Valkenburg vertelt: ‘Titus von Bönning hausen is een
vriend van ons gezin. Toen ik een jaar of zestien was,
nodigde Titus ons een keer uit om te komen kijken in
Nienborg en te logeren op het Hohes Haus. Mijn broers
Floris en Sybout en ik vonden het geweldig. We hebben
alle drie veel gevoel voor geschiedenis - en ik heb ook
nog de voorliefde voor kunst. In 2005 is Lodi (Baron
Lodewijk von Bönninghausen, geboren in 1909 - red.) gestor
ven. Het huis stond leeg. Lodi had zijn hele ziel en
zaligheid in restauratie en behoud van het Hohes Haus
gelegd. Vanaf 2010 kwamen we hier steeds vaker. We
stookten paasvuren, we plukten pruimen, we zwommen
in de Dinkel. Er was heel veel werk te doen, het huis was
verweesd. Alles uit de kelder moest verplaatst worden,
er was twee keer waterschade geweest. Vanaf het begin
beleefde ik plezier aan alles wat er in het Hohes Haus te
vinden was.’
En Tjibbe spoorde zaken op die lange tijd verdwenen
waren geweest. Hij vond dingen mooi. En ging zaken
bij elkaar zetten die volgens hem bij elkaar hoorden,
die pasten. Schilderijen inlijsten en ophangen. Van die
liefhebberij ging hij later zijn studie en zijn werk maken.
Hij studeerde kunstgeschiedenis aan de Universiteit van
Amsterdam, liep stage bij een kunsthandel en stond op
de TEFAF, de kunstbeurs in Maastricht.
Wat doen
Tjibbe Valkenburg is geen prater. Bescheiden, een
echte teamworker. Het blijkt uit zijn woordkeus en het
wordt bevestigd door andere bestuursleden. ‘Tjibbe is
een kunsthistoricus die niet of nauwelijks spreekt over
kunst maar er van nature mee omgaat.’ Het woord ik
komt moeizaam over zijn lippen. ‘Bij kunstgeschiedenis
heb je soms te maken met wel dertig verschillende
interpretaties van een schilderij. Dat is niks voor mij.
Ik wil graag wat doen. Dat kan in het Hohes Haus. Er
zijn bijvoorbeeld veel mooie meubels in het huis waar
je een oplossing voor wilt vinden. Maar we hebben
ook een keer een wapen gevonden. En een interessant
aquarelletje. Lag gewoon ergens in een kast. Een molen,
een bootje, in paars-blauwe tinten. Dan denk ik: zo’n
mooi dingetje mag niet in het licht hangen. En dan zeg ik
tegen de bestuursleden: ‘Wisten we al dat we dit hadden?’
>>
Sinds april 2021 woont uitgever
Paul Abels met zijn vrouw en zijn hond
in Nienborg, een klein dorp tussen
Heek en Epe in Nordrhein-Westfalen.
Zijn huis, het 18e-eeuwse Wachtmeisterhaus,
staat op het hoogste punt van het
dorp, naast een 14e-eeuwse Burg, het
Hohes Haus, al ruim een eeuw in het
bezit van de Nederlandse familie Von
Bönninghausen. In Zilver Magazine
bericht Abels op gezette tijden over het
Hohes Haus en over zijn wederwaardigheden
op het Duitse platteland.
‘Dan denk ik:
zo’n mooi dingetje
mag niet in het
licht hangen.’
.15
ZILVER WINTER 2022 / 2023
BERICHTEN UIT. WACHTMEISTERHAUS - 7
‘We moeten de
geschiedenis eren.’
.16
Ostflüchtlinge
Titus von Bönninghausen, voorzitter van de
Stichting tot behoud van het Hohes Haus,
schuift aan bij het gesprek. ‘Dit is een familiehuis.
Iedereen werkt samen voor dit huis en
al het moois dat er bij hoort. We moeten de
geschiedenis eren. Dat is begonnen met Lodi en
dat zetten we door.’ Desgevraagd verklaart Titus
dat hij Tjibbe Valkenburg als een soort jonge Lodi
ziet: ‘Hij is een man die er, net als mijn oudoom
Lodi, alles voor over heeft om zorgvuldig het
eigene van het Hohes Haus en al zijn schoonheid
te bewaken. De vader van Lodi, een advocaat,
heeft in 1953 de Stichting opgericht. In die
tijd bewoonden wel zo’n zestig Ostflüchtlinge
het huis. Heel wat dakpannen waren kapot, er
was houtrot, het huis was in slechte staat. De
bewoners hadden allemaal hun eigen kamertje
gemaakt en hun eigen kacheltje. Uit alle ramen
stak een kachelpijpje. In 1961 is de laatste
vluchteling vertrokken. Lodi was burgemeester
ergens in Zeeland en later in Brabant. Hij ging
in 1974 met pensioen. Toen begon zijn grote
project: het opknappen van het huis. Daar
had hij trouwens niet altijd gelegenheid voor,
Tjibbe Valkenburg
want hij was heel veel in Brussel. Om te dansen. Hij
was vaste gast op partijen en dansavonden. Hij had
er soms wel tweehonderd in een jaar. Tot zijn 85 e is
hij blijven dansen. Hij zei: als ik geen burgemeester
was geworden, was ik danser geweest. Lodi was de
bescheidenheid zelve. Hij wilde per se geen Duitser
zijn. Elke vijf jaar moest hij daarvoor een verklaring
tekenen: hij was in Nienborg geboren, in het Hohes
Haus, dus formeel een Duitser van geboorte. Een heel
voorkomende en behulpzame man, elegant. Maar hij
had geen enkele behoefte aan luxe. Als de thee op was,
dronk hij gewoon warm water en at hij droog brood.’
Niet in een vinexwijk
Het is duidelijk, Tjibbe Valkenburg is verslingerd aan
het huis. Maar heeft hij wel tijd om zich te bekommeren
om de kunst in de Burg? ‘Nee, langzamerhand eigenlijk
niet meer. Ik heb net een nieuwe baan gekregen in
de cybersecurity.’ Hij glimlacht: ‘Daar zat ik vroeger
ook in, nu ja, in de kunst security. Ik ben een tijdje
suppoost geweest in het Rijksmuseum in Amsterdam.
Ik sta op heel wat foto’s van Japanners, pal naast de
Nachtwacht.’ Desgevraagd verklaart Valkenburg dat hij
Amsterdam best zou willen verruilen voor Nienborg:
‘Ik zou hier nu wel kunnen wonen. Dan moet je wel
een hond hebben trouwens, dat is gezelliger... Een dorp
als dit heeft een totaal andere sfeer dan een grote stad -
het is hier überhaupt anders dan in Nederland.
De mentaliteit wijkt af. Iedereen groet je. In het begin
hoefde je ook niet je fiets op slot te zetten hier. Mijn
angstbeeld is om in een Nederlandse vinexwijk te
wonen, zo stereotiep, met twee kinderen of zo. Het
Hohes Haus kan dat gevoel verdrijven. Ja, ik vind dit
huis echt leuk en ik vind het fijn om in het bestuur van
de stichting te zitten.’
Badmintonnen
Geregeld leidt Tjibbe een groep kijklustigen rond. ‘Ik
onderzoek altijd eerst wat voor mensen het zijn. Daar
laat ik mijn verhaal van afhangen. Ik hoop dat ze vragen
gaan stellen. De meeste mensen zijn al overweldigd
door de grootte van de hal als ze binnenkomen.
Daar kun je badmintonnen, het is ruim genoeg. Ik
wijs mensen graag op details. Vaak zien ze alleen de
grote lijn. Bezoekers vragen zich meestal af hoe je zo’n
groot eeuwenoud huis in stand houdt. Ze vinden het
mooi dat het huis nog bewoond wordt. In kinderen
die te gast zijn ontwaakt niet zelden het riddergevoel,
vooral als ze de hellebaarden, de kruisboog en de
middeleeuwse stenen kogels zien - het buskruit was
nog niet uitgevonden... De bibliotheek, waar Lodi het
meeste vertoefde, is wel een heel verfijnde ruimte.’
Hij neemt een meterslange hellebaard uit een rek
aan de muur. Zelf gekocht in België: hij vond dat zo’n
middeleeuws steekwapen in het Hohes Haus hoorde.
Hij nam het ding mee in de trein...
Briefjes
‘De Damenzimmer is eigenlijk een ruimte
om je in de zomer terug te trekken. Je kon er
spelletjes spelen. Daar heb ik schilderijen van
bloemstukken voor bij elkaar gezocht en ze
zo mooi mogelijk bij elkaar gehangen.’ Van
alles werd er noodgedwongen veranderd in de
inrichting zoals baron Lodi die ooit bedacht had.
En in ere hersteld. ‘In het begin,’ zegt hij, ‘was
ik misschien te veel begaan met alles. Ik legde
dan briefjes neer: zo moet je het niet doen. Want
mensen gingen bijvoorbeeld glazen bier zetten
op fijnzinnig beschilderde bijzettafeltjes waardoor
de verf kapot ging. Nu ben ik wat makkelijker.
Er moet wel geleefd kunnen worden in
het huis. Meestal loop ik met bezoekers ook
door naar de zolder. Technische mensen vinden
de middeleeuwse balkenconstructie geweldig.
Het is een georganiseerde chaos - iedereen heeft
de gelegenheid om daar zelf iets te ontdekken.’
Niet pochen
Hoe ziet Tjibbe Valkenburg de toekomst van
het Hohes Haus? ‘De zorgen worden minder,
het gaat goed. Het is nu eigenlijk op zijn leukst.
We werken met een kleine betrokken groep. We
willen zoveel mogelijk mensen laten zien hoe
bijzonder het allemaal is, hoeveel cultuur er met
het huis en met Nienborg verbonden is. Maar
wel in alle bescheidenheid.’ Hij lacht. ‘Dat maakt
wel dat we commercieel gezien misschien wat
te weinig ons best doen.’
.17
ZILVER WINTER 2022 / 2023
BROK
INTERIEUR
90
sinds 1932
“Het Brok team is nog altijd
één grote familie.”
Hoera! Brok Interieur bestaat negentig jaar! Wat in 1932 begon
als de meubelmakerij van Frans Brok aan de Bothastraat in
Hengelo, is nu al decennialang een winkel met Nederlandse
designmeubelen, woningtextiel en slaapkamers.
.18
ADVERTENTIE
Team Brok Interieur: Benny, Romano, Justin, Elles, Jeffrey, Astrid, Joey, Ruurd, Marion, Willemijn, Dean, Ingeborg en Stefan
In 1976 droeg Frans het bedrijf over aan zijn
beide zoons Gerard en Jeroen en in 2004 werd
de meubelwinkel door Jeroen vernieuwd:
er worden sindsdien meubelen in een hoger
segment verkocht én ze zijn bijna allemaal
van Nederlandse komaf. In de jaren die
volgden werd de winkel aan de Drienerstraat
zo verbouwd en ingericht, dat alledrie de
specialismen van Brok Interieur vanaf dat
moment onder één dak te vinden waren.
Meubelen, Slapen en Textiel.
Het hechte team vierde op 30 oktober j.l de
negentigste verjaardag van Brok Interieur
tijdens een extra feestelijke koopzondag
waarbij veel vaste klanten de winkel bezochten.
Online gaat het feestje nog even door, want op
negentigjaarbrok.nl worden mooie verhalen
verzameld over negentig jaar Brok Interieur.
Bezoek de jubileumpagina en laat je inspireren!
En hoewel Brok Interieur lange tijd werd gerund
door de familie Brok, wordt het familiebedrijf
sinds 2019 voortgezet door medewerkers
uit het team: Astrid, Ruurd en Jeffrey. De
achternaam Brok mist, maar met bij elkaar
meer dan 60 jaar ‘Brok-ervaring’ zijn zij samen
met het Brok team nog altijd één grote familie.
Brok Interieur Wonen, Slapen & Textiel
Drienerstraat 47, 7551HL Hengelo
074-2913126, info@brokinterieur.nl
www.brokinterieur.nl
INTERVIEW. COLUMN. WEDUWE HENK BOOM TIMMERMAN?
column
KlepperDerk
Henk
Boom
Al vele jaren staat op mijn bureau een bronzen beeldje van een man, gekleed in
boerenkiel. Boerenpet op het hoofd. Zijn rechterarm staat half omhoog. In zijn hand
heeft hij een ouderwetse klepper. Dan kan het niet anders of het moet Klepper Derk
zijn, de man die in vroegere jaren het laatste nieuws declameerde op de daarvoor
aangewezen straathoeken van het dorp. Bovendien was hij ’s nachts ook de man
die de veiligheid in het dorp bewaakte.
Aanvankelijk had elk dorp zijn klepperman. In de ene buurtschap heette hij Klepper-
Mans, in de ander Klepper-Jan. Dat waren de tijden dat de klemtoon nog op de
naam lag. Nu is KlepperDerk een merknaam, net zoals Solex of Vespa. De klem -
toon ligt niet meer op de naam van de klepperaar maar op de klepper zelf. Klepper-
Derk is daarmee een ietwat onpersoonlijk institutioneel anachronisme geworden
dat alleen nog te horen en te zien is bij traditionele rituelen, zoals bijvoorbeeld
- ik noem maar een dwarsstraat - de jaarlijkse Schuttersfeesten in Diepenheim.
Inmiddels is de klepper vervangen door Twitter, WhatsApp en Facebook. ’s Nachts
de veiligheid waarborgen gebeurt via een groepsapp. Dat heet nu buurtpreventie.
Toch is er één aspect van de vroegere KlepperDerk ongeschonden gebleven ondanks
alle digitale invloeden. Dat is de dorpsroddel. Eigenlijk wil ik het geen roddel noemen
want dat zou duiden op achterklap en kwaadsprekerij. Verre van dat. De dorps roddel
heeft een diepmenselijke maat. Het getuigt van optimale nieuws gierigheid en de
totale bevrediging daarvan. Het is buurtjournalistiek in optima forma dat van huis
naar huis gaat, vaak nog sneller dan het licht.
Henk Boom (1945), geboren
in Almelo en woonachtig in
Diepenheim. Als journalist
werkte hij bij het dagblad
Tubantia en bij de Haagsche
Courant. Als correspondent
was hij ruim dertig jaar
actief in Mexico en Spanje.
Als auteur wijdt hij zich nu
aan boeken met historische
thema’s.
.19
Nu ik enige jaren in Diepenheim woon, weet ik dat ik omringd ben door een heel
nest KlepperDerken. Zo vertelde de dochter van mijn hoogbejaarde buurvrouw dat
zij op jeugdige leeftijd op weg van school naar huis van de fiets was gevallen. Toen
ze later dan normaal wat bedremmeld thuis kwam, wist haar moeder alles al. Het
nieuws had haar al bereikt terwijl er toen nog geen sprake van internet was. Dat
was vijftig jaar gleden. Alsof er niets is veranderd, werd ik onlangs op een vroege
zaterdagmorgen op de schouder getikt bij in de lokale supermarkt. Ver baasd keek
ik om. ‘Ha buurman’, zei de jongeman in wie ik mijn toekomstige noaber herkende.
‘Huis verkocht, niet waar?’ Ik was perplex. De avond daarvoor was na goed overleg
met de makelaar vastgesteld wie de koper zou worden van ons huis. Nog geen twaalf
uur later ging het verhaal al rond bij de grootgrutter. Diezelfde avond heb ik
een brandende kaars naast mijn KlepperDerk-beeld geplaatst. Bij wijze van eerbetoon
aan de uitvinder van de Snelle-Jelle-journalistiek.
Henk Boom
ZILVER WINTER 2022 / 2023
KUNST. IN DE OPENBARE RUIMTE
// Tekst
JET VAN DER SLUIS
// Fotografie
RIKKERT HARINK
IJSVOGELS
IN ALMELO
.20
Wie het centrum van Almelo bezoekt, kan niet om de prachtige
beelden van Anne Wenzel heen. Maar liefst drie grote, kleurrijke
ijsvogels staan gegroepeerd om en in het water van de
vernieuwde havenkom. Ze geven aan de waterpartij en het
achterliggende plein een zonnige uitstraling waardoor de hele
binnenstad is opgeknapt.
Zo’n grote opdracht in de openbare
ruimte geeft altijd gedoe, omdat het
moei lijk is om het iedereen naar de
zin te maken. De gemeente Almelo heeft dat
voor een groot deel ondervangen door de
bevolking actief in de keuze te betrekken. Na
een professionele selectie resteerden er drie
voorstellen van respectievelijk Rob Sweere,
Q.S. Serafijn en Anne Wenzel. Na een online
verkiezing bleek de overgrote meerderheid
van de stemmen te gaan naar de ijsvogels
van Wenzel.
Dat is des te leuker, omdat deze internationaal
bekende keramiste nog steeds een
zekere binding met Twente heeft. Ze ging in
Enschede naar de kunstacademie (AKI-ArtEZ)
en bovendien woont haar schoonmoeder in
Almelo. In de ontwerpfase vroeg Anne haar
wat zij nou zo aantrekkelijk vond aan het
wonen in Twente. Dat bleken vooral de omringende
natuur en de sociale cohesie binnen
de stad te zijn: het ons-kent-ons gevoel.
Met die twee gegevens ging ze aan de slag.
De terugkeer van de ijsvogel in het Twentse
beken landschap is een enorme opsteker voor
iedereen die de natuur een goed hart toedraagt,
vandaar dat ze voor dit fotogenieke, maar
schuwe vogeltje koos. Het stond voor Wenzel
ook vast dat het er meer dan één zou moeten
worden. Rond de nieuwe havenkom houdt een
drietal vogels elkaar gezelschap, waarmee ze
een vorm van saamhorigheid verbeeldt.
Keramiek
Anne Wenzel heeft inmiddels internationaal
furore gemaakt als beeldhouwer. Het bijzondere
is dat ze haar beelden maakt van klei, een
medium dat veel van haar collega’s uitsluitend
gebruiken om een schetsontwerp te maken.
Vooral door de enorme schaal van haar werk
stelt ze zichzelf daarbij voor uitdagende technische
problemen. Iedereen die wel eens met
klei heeft geboetseerd, weet dat dit materiaal
eindeloos moet drogen voordat het gebakken
kan worden. Doe je dat niet dan gaat het werk
scheuren. Als je zoals Wenzel met letterlijk duizen
den kilo’s klei werkt, dan is die droog tijd
natuurlijk helemaal een probleem. >>
‘Het bijzondere is
dat ze haar beelden
maakt van klei.’
.21
ZILVER WINTER 2022 / 2023
KUNST. IN DE OPENBARE RUIMTE
.22
VIERDUIZEND KILO
Om het materiaal goed te leren kennen heeft
ze zich intensief bijgeschoold na haar academietijd.
Twee keer werkte zij bij het Europees
Keramisch Werkcentrum in Oisterwijk (EKWC).
Daarnaast voerde zij meerdere grote opdrachten
uit in samenwerking met Struktuur 68 in
Den Haag. Vooral daar leerde ze de techniek die
ze ook voor de ijsvogels heeft gebruikt.
Daarnaast voerde zij meerdere grote opdrachten
uit in samenwerking met Struktuur 68 in
Den Haag. Vooral daar leerde ze de techniek die
ze ook voor de ijsvogels heeft gebruikt.
Haar monumentale buitenbeelden maakt ze
eerst van massieve klei, waarbij ze het oppervlak
vaak modelleert en insnijdt met grote
boetseerstaven. Daarna wordt het geheel in
enorme blokken gesneden. De binnenkant van
deze massieve segmenten is dan soms nog
nat. Om krimpscheuren tijdens het bakken
te voorkomen, worden de losse onderdelen
uitgehold.
Dan volgt een droogperiode van meerdere
weken en pas daarna kan het beeld in delen
gebakken worden. Die gebakken onderdelen
worden dan weer in elkaar gezet voor het
glazuren en daarna nogmaals gedemonteerd
om het glazuur te stoken. Voordat ze de
‘De inwoners
van Almelo
voelen zich echt
verbonden met
‘hun’ beelden.’
keuze voor het uiteindelijke glazuur bepaalt,
experimenteert ze overigens ook nog eens weken
met allerlei proefglazuren. Pas na de tweede
ovengang, wanneer alle delen gebakken en
geglazuurd zijn, kan het beeld de fi nitief in elkaar
gezet worden. Voor dat laatste schakelt ze altijd
de hulp in van de firma Zuliani uit Zoetermeer. In
dat bedrijf worden de holle onderdelen gevuld
met een wapening van beton en ijzers, waarna
medewerkers de uiteindelijke, weersbestendige
versie opbouwen en ter plekke installeren.
‘In haar oeuvre
houdt ze zich
doorgaans bezig
met grote thema’s.’
Applaus
Na een ontwerp- en werkfase van bijna twee jaar,
konden de IJsvogels in mei 2020, dus midden
in de eerste coronagolf, geplaatst worden. De
gemeente Almelo had daar expres geen ruchtbaarheid
aan gegeven, omdat er immers geen
publieksevenementen plaats mochten vinden.
Toen de drie beelden van zo’n vierduizend
kilo per stuk (!) op diepladers arriveerden,
ver zamelde zich desalniettemin al snel een
enthousiaste menigte die de verrichtingen van
het team van Zuliani met bewondering volgde.
Toen het laatste beeld in de water partij op
zijn plek stond, ging er een spontaan applaus
op. Inmiddels voelen de inwoners van Almelo
zich echt verbonden met ‘hun’ beelden. Dat
bleek wel toen er in de winter van 2021 een
stuk van de vastgevroren snavel van de vissende
ijsvogel afbrak, bij het invallen van de
dooi. De kunstenares kreeg talloze telefoontjes
en e-mails van verontruste inwo ners. Toen
ze met een team bezig was om de sokkel op
te hogen en de snavel te repareren vroegen
diverse toeschouwers wat ze wel niet aan het
doen was. Met andere woorden: kom niet aan
onze ijsvogel!
Zwaar, maar vederlicht
Wenzels werk is doorgaans veel ‘donkerder’
en meer geëngageerd dan ze in deze
op dracht laat zien. In haar oeuvre houdt
ze zich doorgaans bezig met grote thema’s
als oorlog en destructie, de uitbuiting
van vrouwen en met vergankelijkheid en
verval. Momenteel werkt ze bijvoorbeeld
aan een monument voor de Rotterdamse
Razzia, een traumatische gebeurtenis op
10 en 11 november 1944, waarbij meer
dan 52.000 mannelijke inwoners van die
stad werden ingerekend voor de Duitse
Arbeitseinsatz. In Almelo laat de kunstenares
zien dat ze ook uit de voeten kan
met de lichtere kant van het bestaan. Het
is razend knap dat ze in deze loodzware,
monumentale ijsvogels toch de fragiliteit
en het kwikzilverachtige karakter van
deze aantrekkelijke, kleine vogeltjes heeft
weten te treffen. Chapeau!
.23
ZILVER WINTER 2022 / 2023
ZILVER MAGAZINE
LEZERSMENU ‘T KRUISSELT
ALLE DAGEN TE RESERVEREN [OP BASIS VAN BESCHIKBAARHEID]
DATUM START: VRIJDAG 16 DECEMBER 2022 ~ DATUM EIND: DONDERDAG 16 MAART 2023
.24
DRIEGANGEN ZILVER MENU
PRIJS ZONDAG TOT EN MET DONDERDAG € 30,- P.P. ~ PRIJS VRIJDAG EN ZATERDAG € 35,- P.P.
WINTERS MENU ZILVER MAGAZINE & ‘T KRUISSELT
[DRIE GANGEN, UIT TE BREIDEN MET EEN VIERDE GANG À € 6,50: VEGAN TOM KHA KAI]
CARPACCIO HERT | TRUFFELMAYONAISE | PIJNBOOMPITTEN | MESCLUN
of
GEGRILDE EN DAARNA GEMARINEERDE COURGETTE EN PAPRIKA | GEITENKAAS
KROPSLAHARTEN | COUSCOUS | RUCOLADRESSING
TONGSCHAR | PASTA NOIR | BEURRE BLANC | COURGETTE | CERISETOMAAT
of
LANGZAAM GEGAARDE WILDZWIJNNEK | GEKONFIJTE ZUURKOOL | SAUS VAN VLIERBES
GESERVEERD MET BIJPASSENDE GARNITUREN
Uit te breiden met puntzak boerenfrites met huisgemaakte mayo à € 3,95
PETIT GRAND DESSERT
RESERVEER NÚ UW LEZERMENU BIJ HOTEL-RESTAURANT ’T KRUISSELT
VIA 0541 551 567 OF INFO@KRUISSELT.NL O.V.V. LEZERSMENU ZILVER MAGAZINE
COLUMN. GERRIT LANSINK
GERRITS
STUKSKE
Hoo haazn Laampe
Elleke löt lachn
Elleke is neegn joar oald en wil veedokter wordn, zoo vast
as wat. Zee wont met de vaa en moo en breur Carel in n
groot hoes dat vrogger ne boerderiej west hef. Wieders
hebt zee nen hoond, Waldo, acht hoonder en dree
schöape. En dan löp der biej uur in t weeld nog nen grootn
haazn, dee Elleke te hope met vaa Gleensterlaampe hef
neumd. Doar hee zik in t orannie lech van n stroatlanteern
’s oavnds zo schier schienspegelnd zeen löt.
Mer tante Graa was den naam te laank. ‘Het is nen grootn
haazn, dan mö’j um nen kleanern naam geavn. Kiek mer
noar God. Den hef nen kortn naam, en is toch onwies
groot?’ Doar kon Elleke nich tieegn-an. Joa, tante har zölf ok
nen kortn naam en nen heeln kroam an kilo’s van zikzölf
met te dreagn. Zee was wa hoast net zo groot as God. Joa,
zee har geliek. ‘Loa’w em dan mer Laampe neumn.’
t Dannveald in n snee, zooas n drone
van Carel et zöt. De greune streepn hef
Laampke maakt, hee slöp in t rood en
haalt biej t blauw de häpkes van Elleke op.
.25
Nich wied van t hoes har de vaa n scheppel of vief met
dann in-epott. Met Douglas-dann um sekuur te wean.
Oaver n joar of vief könt dat mooie kerstbeume wean.
Noe bint et nog strungn van nog gen dree haand hoog.
In dat veeld hef Laampe de wonstie. Elleke leg em doar
hoast dag an dag wat te etn too. Luk moos, n wörtelke of
n paar brökskes oet n toetn vuur Waldo. Noe, op n 22stn
desember, hef t n uur of wat froai sniejd. Iej könt noe an
de doonkergreune streepn in t wit zeen hoo Laampe t etn
ophaalt. Hee is der langs ene liene hen en wierum goan.
Gistern hef Carel op zienn verjöardag ne drone kreegn.
Dizn dag is hee der met an t knooin en löt hee Elleke ne
lochtfoto zeen van t dannveald. Elleke zöt n dreehook
met ne striep noar daaltn, noar de et-stie vuur Laampe.
In n peunt van n dreehook, boavnan, lik et wa net n nus
van n haazn. Moo, eerlik is eerlik, har et voorts duur: ‘Hee
hef vuur oe nen kerstboom teeknd. En hee hef t nus in
de piek!’ Vaa döt der voort achteran: ‘Elleke, iej hebt genn
Poaskehaazn …’
‘Nee, nen Kersthaazn!’ röp zee oet, en zöt zikzölf lachn in t
spegelke van n zulvern gleenster-kerstbälleken.
Gerrit Lansink
Gerrit Lansink (Bokel, 1950) was
zon dertig joar tekstmänneke in
de reklame. Schrif zo noe en dan
gedichtn en stukskes in t plat en
mangs in t Neerlaands. Hef wat met
meziek, in t biejzeunder oet de joarn
vieftig, zestig en zeuvntig, mag geern
sport kiekn (voetbal, wielrenn en
schaatsn) en zöt dat 1+1+1 mangs
mooi weer spölt as pi (3,14).
ZILVER WINTER 2022 / 2023
GOED DOEL. STICHTING DUNIA LULU
.26
‘Het café is een
mooie manier om
de jongeren te
begeleiden naar
een werkplek.’
// Tekst
ASTRID OLDE OLTHUIS
// Foto’s
ARCHIEF MARIA LOMAN
Stichting
Dunia Lulu
steunt onderwijs voor Indiase
jongeren met een beperking
De stichting Dunia Lulu wil jongeren met een verstandelijke beperking in India aan een eigen
plek in de maatschappij helpen. Het begint bij het beter faciliteren en ondersteunen van
onderwijs, later volgt er mogelijk een opstap naar begeleiding naar werk met eigen inkomsten.
Toen de Ootmarsumse Maria Loman
(62) jaren geleden haar eerste rondreis
in India maakte, werd ze geraakt door
de vriendelijke en gastvrije mensen, de cultuur,
de kleurrijke manier van leven en de harmonie
met de natuur. Maar ze werd er ook geraakt door
de armoede, door bedelende kinderen, door de
vervuiling. Ze merkt op dat ze in India nergens
kinderen met een verstandelijke beperking ziet.
Als ze ernaar informeert, krijgt ze te horen dat
deze kinderen worden opgevangen bij nonnen
op speciale scholen. Ze lijken wel weggestopt
te worden. Met een tweelingzus Angeline die
geboren is met een verstandelijke beperking en
een baan als orthopedagoog in het voortgezet
speciaal onderwijs, is het niet toevallig dat ze daar
oog voor heeft. In de zuidelijke Indiase deelstaat
Kerala komt ze in contact met een kleine christelijke
kloosterschool voor kinderen met een beperking.
De school heeft maar weinig middelen. Ze besluit
de school te helpen. Het jaar daarop gaat ze weer,
met geld en materialen om het onderwijs daar te
ondersteunen. Het zijn de eerste stapjes naar de
stichting Dunia Lulu die ze in 2017 opricht.
Veel met kleine dingen kunnen doen
Weer thuis komt Maria in gesprek met oudplaatsgenoot
Anita Eissink (60) die opgroeide met
een inwonende gehandicapte tante. Aangestoken
door de verhalen van Maria, besluit Anita haar te
vergezellen tijdens volgende reizen naar India.
In Pushkar in het noorden van India pakken ze
samen een nieuw project op. Ze komen in contact
met een lerares, Ved Prabha, die achter haar woning
een schooltje is begonnen voor jongeren met een
beperking. ‘Het is bijzonder wat je daar aantreft.
Iedereen zit bij elkaar: kinderen die blind zijn, of
doof, jongeren met het syndroom van Down,’ zegt
Anita. Met het door de Stichting Dunia Lulu India
ingezamelde geld worden ter plekke speelgoed en
educatieve producten gekocht. De dames nemen
zelf geregeld spullen in hun bagage mee naar
India. Onder andere Duplo, dat ze via Marktplaats
aanschaffen. Ook introduceren ze het educatieve
pictosysteem dat jongeren een dagritme geeft. ‘Je
kunt daar met kleine dingen veel doen en Ved pakt
dat allemaal heel verdienstelijk op.’
Café Dunia Lulu
In India werkt Dunia Lulu samen met de Indiase
stichting Jyotirgamay Seva Sasthan die zich inzet
voor het sociale en educatieve welzijn van kinderen
met een beperking. Bestuurslid Mavi Gurjar ziet toe
op de geldstromen en adviseert over aanschaf van
mid delen. Hij heeft dagelijks contact met Ved Prabha
en de school en regelmatig met Ootmarsum. ‘Mavi
denkt er goed over na waar het meeste behoefte
aan is en of het de prijs waard is,’ vertelt Maria.
‘We hebben als stichting een tijd geleden een nieuwe
schoolbus aangeschaft. De oude hing bij wijze
van spreken met duct tape aan elkaar, niet meer
geschikt om de leerlingen veilig in te vervoeren. >>
.27
ZILVER WINTER 2022 / 2023
GOED DOEL. STICHTING DUNIA LULU
‘Er zijn nog tientallen
jaren in te halen wat
onderwijs betreft.’
.28
De aanschaf van een airco, een overkapping, een nieuw
bed voor een jongen met spasme, Mavi denkt mee.’
Mavi is eigenaar van hotel Diamond in Pushkar.
In 2019 is daar het rooftop café Dunia Lulu geopend
waar jongeren met een beperking training krijgen
in bediening, afwas of schoonmaak. ‘Het is een
mooie manier om jongeren met een beperking vanuit
het onderwijs te begeleiden naar een werkplek,’
vervolgt Maria. ‘Maar dat kan ook bijvoorbeeld
in een naaiatelier zijn, waar ‘je er in India talloze van
hebt. De school kon met donaties van de stichting
een naaimachine aanschaffen en jaarlijks krijgen
de leerlingen met Diwali, een van de belangrijkste
hindoefeesten, een kledingset.’
Een eigen plek
Het volgende grote plan is de aanschaf van eigen
grond. ‘Er wordt nu telkens een gebouw gehuurd,
we weten nooit voor hoe lang dat kan en wij vinden
dat de leerlingen een vaste plek, een eigen school,
verdienen. We streven ernaar dat we straks ruimte
hebben voor een arbeidstrainingscentrum waar
de leerlingen vaardigheden leren in de groente- en
bloementuin, tuinieren en waar ze vanuit een eigen
winkel de producten kunnen verkopen. Onze droom
is dat die plek meer wordt dan alleen maar een school,
een plek van waaruit leerlingen met een beperking
kunnen participeren in de maatschappij. We willen
er eigentijds en duurzaam onderwijs opzetten. Er
zijn nog tientallen jaren in te halen wat onderwijs
betreft.’ In februari gaan de dames weer naar India.
‘Op eigen kosten,’ benadrukken ze. ‘Alle sponsorgeld
wordt besteed aan het onderwijs daar.’ Inmiddels
zijn er vier leerkrachten aan de school verbonden
die 55 leerlingen met een beperking begeleiden.
Met de geïnde sponsorgelden wordt de school niet
alleen ondersteund in educatiematerialen, maar
krijgen de leerlingen ook elke dag fruit en een warme
maaltijd. Maria: ‘Langzaamaan zien de ouders van de
kinderen op onze school dat hun kinderen met een
beperking er wél toe doen, dat ze deel uitmaken van
de maatschappij. Het is heel mooi dat je via een lijntje
met de andere kant van de wereld kunt bijdragen aan
een beter leven van mensen die het zo nodig hebben.’
dunialulu.webs.com
Voor financiering van de projecten van stich ting
Dunia Lulu verkoopt de stichting onder andere
producten die in India met de hand zijn gemaakt,
zoals kleden, sieraden, tassen en sjaals. Deze
zijn te koop bij Galerie Art Brut Kik aan de
Oostwal 2 in Ootmarsum en bij de Gildehof
op de LosserHof. Een donatie kan via bankrekeningnummer
NL90 RABO 03168 15470
t.n.v. Dunia Lulu.
COLUMN. JAN WALBURG
COLUMN
JAN WALBURG
GELUK IN TWENTE
De Twente Board kondigde onlangs aan om zich te gaan wijden aan de bevordering van
geluk in Twente. Hoera! Die board is een samenwerkingsorgaan van veertien Twentse
gemeentes, ondernemers, onderwijs en overheid. Dat is zo’n beetje heel Twente dus,
behalve de burgers, de bewoners. Toen ik dat las ging ik meteen rechtop zitten om de
site van de board te raadplegen, wat zijn de plannen? De eerste zin kon me niet meteen
mee krijgen: ‘Gelukkige mensen presteren beter, zowel in hun werk als in hun sociale
leven.’ Laten we dat maar beschouwen als een onhandigheidje want verderop staat dat
ondernemerschap waarde creëert voor mens, natuur en maatschappij. En: ‘De Twentse
economie draait ook om welzijnsbloei, niet alleen om financiële bloei.’ Oké, dan zijn we het
eens. Overheden, maar ook ondernemers hebben niet als taak om burgers te controleren
en tot hard werken te bewegen, maar vooral om de ontwikkeling en het welbevinden van
de burger te bevorderen. Dat bevordert ook de economie.
De economie van Twente is de laatste jaren met 10% gegroeid, iets minder dan de Nederlandse
economie, maar toch mooi. En de tevredenheid van de burger is in diezelfde periode
stabiel en hoog gebleven. 84,9% van de Twentenaren is tevreden met hun leven. Een hoge
score waarmee Nederland en Twente tot de gelukkigste gebieden in de wereld behoren.
Met die ene vraag die de board over geluk stelt in de vragenlijst, valt het niet mee om te
beoordelen of de activiteiten en projecten van de board ook echt geluk bevorderen. Dan
zou je echt meer vragen moeten stellen zoals het Sociaal Cultureel Planbureau dat doet
in hun regelmatige onderzoek naar de Sociale Staat van Nederland. De board wil geluk
bevorderen maar zou dan ook projecten moeten laten zien die daar echt op gericht zijn.
Waar creëren ondernemers en overheden waarde voor mens, natuur en maatschappij?
Wat betekent dat voor de bedrijfsvoering, voor het beleid?
In Twente stellen de bewoners bijvoorbeeld de natuur op prijs. Gaat de board schade
aan de natuur tegen die ontstaat door het gebruik van schadelijke stoffen? Of door
de ontwikkeling van zielloze industrieterreinen? We weten dat het geluk van mensen
voor een groot deel afhangt van de mate waarin zij greep hebben op hun eigen leven
en omgeving. Gaat de board nu stimuleren dat overheden in het vroegste stadium van
plannen, de bewoners daarbij betrekt? Gaan bedrijven stimuleren dat hun medewerkers
zoveel moge lijk zelf verantwoordelijk zijn voor de planning en inrichting van hun werk
en dat ze nooit gekoeioneerd worden door een slecht functionerende baas? Besteden
bedrijven en het onderwijs dan ook meer aandacht aan de ontwikkeling van individuele
sterke kanten of talenten of gaat het alleen om de ontwikkeling van vaardigheden die
voor het werk van belang zijn, of die passen in het leerprogramma van de school? Gaan
bedrijven, overheden en scholen meer investeren in kunst en muziek?
.29
Een belemmering bij de uitvoering van de mooie ambitie van de board is het lage vertrouwen
(69,2%) dat Twentenaren volgens de monitor hebben in instituties. Het investeren
in dat vertrouwen draagt zonder meer bij aan het welbevinden. In Twente houden we
van mooie plannen maar nog veel meer van goede daden. Misschien kan de board dan
beginnen met het reserveren van een aantal plaatsen voor burgers in de board. Het zal
de board verrassen met hoeveel goede ideeën die burgers het functioneren van de board
kunnen verrijken.
Jan Auke Walburg
Jan Auke Walburg is emeritus hoogleraar op het gebied van de positieve psychologie, die
condities bestudeert waaronder mensen tot bloei komen. Daarvoor werkte hij als directeur
in verschillende organisaties op het gebied van de gezondheidszorg. Thans schrijft hij over
diverse onderwerpen, helpt hij mee aan de organisatie van een klassiek muziek festival in
Twente, werkt hij in zijn tuin en heeft hij plezier met zijn vrouw, vrienden, kinderen en vooral
kleinkinderen. Hij woont in Losser.
ZILVER WINTER 2022 / 2023
MUZIEK. GERLO HESSELINK
// Tekst
TON OUWEHAND
// Foto’s
ANNINA ROMITA
ARCHIEF GERLO HESSELINK
.30
‘Bij de begrafenis, bij de
eerste repetitie en tijdens
de cd-opname verscheen
ineens een zwarte vlinder.’
Jan Hesselink [1997-2017]
zou zelf
jazzmuzikant
worden
Jazzmuzikant Gerlo Hesselink is te horen op meer dan dertig cd’s
en een handvol elpees. Een cd van zijn eigen kwartet Garden of
Stones kwam bijna tien jaar geleden uit. Pas onlangs maakte hij
een tweede: Meant for you. Een hommage aan zijn vijf jaar geleden
overleden zoon Jan. ‘Een cd die troost biedt, het maken ervan werkte
therapeutisch.’
Het idee ontstond geleidelijk. Saxofonist
Gerlo Hesselink dacht wel eens na over
een nieuwe cd voor zijn kwartet. De laatste
Garden of Stones kwam uit 2013. Het was wel
tijd om weer eens de studio in te gaan, al was het alleen
al om daarmee weer een tourtje langs de jazzpodia
te rechtvaardigen. Maar concrete plannen
waren er niet. Bovendien, de meeste muzikale energie
stak hij in de orkesten waar
hij deel van uitmaakt: Millennium
Jazz Orchestra, The Ramblers,
Guus Tangelder Bigband, Holland
Bigband, Noordpool Orkest en
The Dual City Concert Band. Dat
laatste orkest richtte hij in 1990
op met bassist Johan Plomp. Huisorkest
van Jazzpodium De Tor,
uit hangbord voor het samengaan
van de ge meen tes Enschede en
Hengelo in de Dubbelstad. Die Dubbelstad kwam
er nooit, de gelijknamige band bestaat nog steeds.
Maar optredens voor zijn eigen kwartet? Het
kwam zelden meer voor. Gerlo is er de man niet
naar om de jazzwereld op de hoogte te stellen van
het bestaan van zijn kwartet. Bovendien, waar
moest hij de tijd vandaan halen? Al die bigbands
vreten energie. En dan hebben we het niet eens
‘Die avond
besluit Gerlo
dat de volgende
cd over Jan
moest gaan.’
over de samenwerkingsverbanden met de Almelo se
pianist Johan Bijkerk, met de naar Groningen geëmigreerde
Enschedeër Addy Scheele, het Haverkort
Septet en wat hij met zijn piano spelende broer
Han opneemt. Allemaal jazz.
En in 2019 wordt hij tot zijn verbazing ineens
ge vraagd of hij met zijn kwartet wil optreden op het
festival Generations in zijn woonplaats
Apeldoorn. ‘Dat kwam uit
de lucht vallen. Ik sloeg stijl achterover.’
Hij wordt die avond ook benaderd
voor een optreden met zijn
kwartet in het plaatselijke poppodium
De Gigant. Maar goed, door
corona wordt dat optreden drie
jaar uitgesteld. In februari dit jaar
is het zover en Gerlo speelt met zijn
kwartet het uitgestelde concert in
De Gigant. In het achterhoofd suddert nog steeds
de gedachte aan een nieuwe cd. Maar met wat voor
stukken? Wat voor thema? Op het programma staat
New Year van de Amerikaaanse gitarist Pat Metheny.
Voordat de band dat begint te spelen loopt Gerlo
naar de microfoon. Bassist Johan Plomp schrikt en
roept bezorgd: wat doe je nou? In al die jaren dat
Plomp met Gerlo speelt, heeft hij hem nog nooit in
het openbaar horen spreken. >>
.31
ZILVER WINTER 2022 / 2023
MUZIEK. GERLO HESSELINK
een
ik Remembering.’ Hij nam met zangeres Florieke
de Geus The Return op. Hij hoorde dit stuk samen
met Jan, vlak voor zijn dood, door Kurt Elling
zingen in New York. De zangeres heeft met Jan
samengewerkt in het Arnhemse orkest PuBi’s, ze
wonnen het Prinses Christina Concours nog in
2016. Samen met oud PuBi-collega Chris Muller
schreef ze destijds Song for Jan. Dat is nu opnieuw
voor de cd opgenomen.
.32
Doe een wens
Dat Jan saxofonist zou worden was al snel
duidelijk, zegt moeder Esther. Zijn vader is een
extraverte muzikant, maar op het podium buitengewoon
introvert. Hij zoekt de spotlights niet
op. Jan wel, zegt ze, dat deed hij vanaf dat hij een
heel jong kereltje was. ‘Hij was een lefgozertje.
Toen hij een jaar of zes, zeven was draaide hij die
bigband-cd van Robbie Williams grijs. Hij kon
alle solo’s meezingen. Hij won op school allerlei
playbackwedstrijden.’ Jan was een groot fan van de
Amerikaanse soul-funk band Tower Of Power, hij
deed wel eens mee met de Tower Of Power coverband
van zijn vader: Get The Funk.
‘Het was een concert
waar alles bij elkaar kwam:
ontroering, swing en
levenslust.’
Maar Gerlo vertelt dat dit een favo riet stuk
was van zijn zoon Jan. Ze hadden het in de
auto gehoord toen ze van de dokter de fatale
uitslag hadden gehoord. De kanker was terug
en dermate uitgezaaid dat de eindigheid van
het aardse bestaan niet lang meer op zich zou
laten wachten. Gerlo vertelt aan het publiek
dat ze dit stuk op Jans verzoek hebben laten
horen op zijn uitvaart in maart 2017. Die
avond besluit Gerlo dat de vol gende cd over
Jan moest gaan. Met stukken speciaal voor
hem gecomponeerd, stukken die Jan mooi
vond. ‘Ik had een compositie gemaakt, die ik
For Jan wilde noemen. Ik googlede eerst of
iemand die titel al eens had gebruikt. Dat bleek
het geval. Een prachtig stuk van de Engelse
trompettist Kenny Wheeler. Dat hebben we
ook opgenomen. En mijn compositie noemde
Bij Jan wordt kanker geconstateerd. Hij is tien
jaar als de stichting Doe een wens zijn droom in
vervulling laat gaan: hij mag meespelen met zijn
idolen. Speciaal voor Jan wordt op 7 juni 2007 een
optreden van Tower Of Power georganiseerd op de
Oude Markt in Enschede en Jan mag meespelen.
Een onvergetelijke gebeurtenis, voor zo’n 5.000
man publiek. Voor het podium zijn hele schoolklas
met allemaal een zwart T-shirt aan met de woorden
fan van Jan. Het was een concert waar alles bij
el kaar kwam: ontroering, swing en levenslust. Met
als middelpunt: het kleine kereltje met een kaal
koppie zo energiek tussen de grote Amerikanen.
Toen hij negen jaar later overleed, stuurden de
mannen van TOP een hartverwarmende reactie,
ze waren oprecht geraakt door zijn dood. Ook bij
hen had zijn verschijning diepe indruk gemaakt.
En nu is er een cd met stukken die nagenoeg allemaal
over Jan gaan. En Jan heeft al laten weten
lefgozertje
.33
wat hij van het project vindt. ‘Bij de begrafenis,
bij de eerste repetitie en tijdens de cd-opname
verscheen ineens een zwarte vlinder. Terwijl er
in dat jaargetijde helemaal geen vlinders zijn.
Esther heeft Jan er nog op aangesproken: goed
als je af en toe een vlinder stuurt, maar liever
niet drie tegelijk, en helemaal niet binnen.’ Bovendien
had Jan voor zijn dood al aangegeven
dat hij als olifant zou reïncarneren, vult ze aan.
Het leidde tot twee stukken die een plek kregen
op de cd: het door Gerlo gecomponeerde Black
Butterly en een speciaal arrangement van Blue
Elephant uit Junglebook.
Het leek goed te gaan met Jan. Hij speelde
saxofoon in allerlei bigbands. Hij was stellig
van plan naar het conservatorium te gaan
om saxo foon te gaan studeren. Maar hij had
de juiste vooropleiding nog niet. Hij werkte
knetterhard op het ROC om aan het vereiste
diploma te komen om aan de conservatoriumstudie
te kunnen beginnen. Tot in juni 2016
duidelijk werd dat er weer uitzaaiingen waren.
‘We heb ben er nog een mooie tijd van kunnen
maken, tot hij op 11 maart 2017 overleed.
We zijn met het gezin naar New York geweest.
We hebben veel jazzconcerten bezocht. Onder andere
hebben we het kwartet van Branford Marsalis gezien
met zanger Kurt Elling. Daar hoorden voor het eerst
The Return.’ Ook in jazzclub The Village Vanguard zijn
ze geweest met Jan. Daar hebben ze saxofonist Dick Oatts
ontmoet. Een bekende van Hesselink. Hij had ooit lessen
van hem gevolgd en bovendien was Oatts een paar keer
te gast bij het Millennium Jazz Orchestra. Dick Oatts
heeft nog een kruik voor Jan gevuld met heet water.
Zijn vader heeft dat verwerkt in een compositie: The
Vanguard Heating Pad. Een stuk dat de cd niet heeft
gehaald, constateert hij tot zijn eigen verbazing. Hij
heeft Dick Oats later nog gevraagd of hij diens compositie
Meant for you als titelstuk op de cd mocht zetten.
‘Natuur lijk mocht dat. Hij was vereerd.’
Info
Concerten Meant for you, Gerlo Hesselink Kwartet:
Groningen, Le Petit Théâtre (8 januari), Deventer,
Taste of Jazz (19 februari). Documentaire over
Jan Hesselink & Tower Of Power:
www.youtube.com/watch?v=w8Z2tk1u5oE
(of google: ‘Tower Of Power Enschede juni 2007’)
ZILVER WINTER 2022 / 2023
ZILVER. RELIGIEUS ERFGOED
1
Mariakapellen
& Landkruizen
in Twente
5
.34
De werkgroep Mariakapellen en Landkruizen
inventariseerde en documenteerde meer dan
honderdtwintig Mariakapellen en landkruizen
verspreid in Twente. Deze zijn gebundeld en beschreven
in een boek, dat te bestellen is bij de
werk groep, via t.huttenhuis@ziggo.nl.
Het boek bevat foto’s en uitgebreide achtergrondinformatie
van de Mariakapellen en landkruizen
en een plattegrond met daarop de locaties
waar deze staan, zodat u ze kunt bezoeken.
9
Meer info vindt u op:
www.mariakapellenenlandkruisenintwente.nl
2
1/ Landkruis Vasserdijk, Langeveen
2/ Mariakapel de Baken, Zenderen
3/ Landkruis Frensdorferweg, Lattrop
4/ Mariakapel, Enter
5/ Mariakapel Tusveldweg, Tusveld
6/ Mariakapel Dorpsstraat, Lattrop
7/ Mariakapel Gronausestraat, Glane
8/ Mariakapel Vergertweg, Lonneker
9/ Landkruis Veendijk, Mander
10/ Mariakapel Beckumerstraat, Boekelo
11/ Mariakapel Het Landriet, Geesteren
// Foto’s
ARCHIEF WERKGROEP
MARIAKAPELLEN
EN LANDKRUIZEN
4
3
6 7
8
.35
11
10
ZILVER WINTER 2022 / 2023
.36
// Foto
SKYLER EWING
// Gedicht
GEERT CHRISTENHUSZ
T BUURSERZAND
In de oneandigheid dwalen
as was de wearld net begunnen te bestoan.
Wiej loopt onszölms tegemeut
en stoat versteld van de ruumte
dee zik spegelt in onze ogen.
Wieze vöggel kiekt van boamn neer
oawer zovöl stilte woarin de leu eare weur’ inslikt
um de wolken nich te loaten schrikken,
dee dan eare vracht op earde geet.
Zet de tied mer stil
en loat oe al te hoop opsloeten veur nen tel,
in dit röstig tuskenspel.
.37
ZILVER WINTER 2022 / 2023
Als dood een deel
van je leven wordt…
Oogcentrum Eibergen
Nolet Bult
Erna hooge Venterink-Oude Wesselink
Annemarie Koop-Hakenberg
T 0541 229 779
Uw oogspecialisten in de Achterhoek voor
oogheelkundige behandelingen waaronder:
uitvaartbegeleiding
www.noletbult.nl
, Grijze staar (cataract)
, Verhoogde oogdruk/glaucoom
, Maculadegeneratie
, Netvliesaandoeningen
, Oogleden: operatief en niet-operatief
, Hoornvliesaandoeningen
, Diabetes gerelateerde aandoeningen
, Glasvochtvertroebelingen (mouches volantes)
, CBR keuringen
Wij opereren in ons eigen operatie- en lasercentrum
Euregio Vision in Vreden (D).
.38
Praktijkadres
Beatrixstraat 147
7571 CA Oldenzaal
Telefoon (0541) 51 25 28
E-mail praktijk@veerdig.nl
www.veerdig.nl
OOGCENTRUM
EIBERGEN
Oogcentrum Eibergen, Nijverheidsstraat 8 - 04
7151 HN Eibergen, Telefoon 0545 47 80 80
info@oogcentrum-eibergen.nl
www.oogcentrum-eibergen.nl
Advertentie_102 x 147 print - Euregio.indd 1 11.11.22 17:02
Auto Bleeker Oldenzaal
APK & Onderhoud
Verkoop nieuw & gebruikt
Sterk in
elk merk!
Hamburgstraat 28 l 7575 EG Oldenzaal l 0541 - 531 990 l autobleeker.nl
CULTUURHISTORIE. MARKESTENEN
// Tekst & foto’s
ANNEMARIE HAAK
Als alle
stenen er
liggen is de
cirkel
rond
.39
‘Ze hebben de steen weg gehaald!’ Joop Kroeze
herinnert zich dit moment als de dag van gisteren.
Zwager Gerrit Wilmink was de kamer binnengestormd
en stond met grote ogen voor hem.
‘Die bosbaas heeft de steen voor zijn eigen huis
laten leggen!’ Die bosbaas was de rentmeester
van Twickel en hij had een markesteen voor
zijn woning aan de Twickelerlaan laten leggen.
Markestenen waren vroeger heel belangrijk,
zij markeerden de grens van de marke, in dit
geval Azelo. De steen lag altijd op de hoek
Meijerinksveldkampweg/IJsbaanweg en daar
hoorde hij ook. ‘Geschiedvervalsing!’
ZILVER WINTER 2022 / 2023
CULTUURHISTORIE. MARKESTENEN
60
.40
Toen Wilmink overleed en er een andere
rentmeester op het landgoed kwam,
bekroop Joop de gedachte dat hij wel
eens de enige kon zijn die wist van deze illegale
verplaatsing. Dat moest toch te herstellen zijn. Aan
de eethoek in zijn eigenhandig gebouwde huis in
Azelo doet Joop Kroeze zijn verhaal. ‘Ik besloot de
nieuwe rentmeester Gerrit-Jan Roelofs een bezoek
te brengen en hem in te lichten. De man hoorde
mijn verhaal aan en reageerde onmiddellijk met
de opmerking dat dit weer hersteld moest worden.
‘Maandag staat hier een kraantje en als jij er ook
bij kunt zijn brengen we steen weer terug naar zijn
oorspronkelijke plek’.’ Na dit onverwachte succes
raakte Kroeze in de ban van de markestenen.
Hij sloot zich aan bij het Twents Platform van
de Oudheidkamer Twente die markestenen in
de regio beter in beeld wil brengen. ‘In de Lutte
hadden ze alle stenen reeds gevonden, daar is de
cirkel rond. Ze hebben er zelfs een fiets- en wandel
route voor aangelegd. Zo gaat geschiedenis
leven.’
Zestig marken
Markestenen waren in gebruik van 1200 tot 1850.
Zij bakenden een gebied, een marke, af waarbinnen
grote en kleine boerderijen gevestigd waren. Dat
afbakenen gebeurde met palen of met een boom,
en dus ook met zwerfkeien. Binnen de marke was
een bestuur, meestal gevormd door mensen van
adel of gegoede burgers, en er was een rechter, de
markenrichter. De grond was verdeeld onder de
boeren en er waren woeste gronden voor algemeen
gebruik om vee te laten grazen of brandstof (turf
en hout) te halen. Uiteraard allemaal in onderling
overleg. De markenrichter kwam regelmatig langs
om de grenzen te inspecteren. Dan moest de boer
met zijn gezin mee. ‘Het verhaal gaat dat de kinderen
bij de steen een draai om de oren kregen zodat ze
deze plek niet licht zouden vergeten!’ Over het
belang van markestenen gesproken…
In totaal zijn er in Twente zo’n zestig marken geweest.
Het bestuur van zo’n gebied regelde onder meer het
gebruik van de grond, maar ook het onderhoud, de
aanleg van wegen en bruggen en het aanleggen van
zogenaamde telgenkaampn, gronden waar jonge
eiken geplant werden, bedoeld voor timmerhout.
Elk jaar was er een holting, vergadering, waarin alle
regels en verplichtingen werden doorgesproken.
Ook werd het salaris van de schoolmeester voor het
komende jaar bepaald, dat was toen ook al niet zoveel
want hij moest er wel een baantje naast hebben om
rond te komen.
‘Als ’s morgens de schoorsteen brandde,
dan mocht het bouwsel blijven staan.’
De marke had ook een sociale kant. Er werd voor
elkaar gezorgd. Arme mensen, de brinksitters of
arbeiders die het hoofd niet boven water konden
houden, kregen kleding en turf of brandschadden
(plaggen) voor het open vuur. Brinksitters waren
lieden die illegaal op de woeste grond in een
hutje woonden. Die bouwden ze ’s nachts. ‘Als
’s morgens de schoorsteen brandde, dan mocht
het bouwsel blijven staan. Maar die brinksitter moest
wel vijf gulden betalen voor drie scheppel land.’
Markeschuld werd betaald door belasting die de
bewoners opbrachten en het onderhoud kwam uit
de opbrengst en verkoop van bomen en ont gonnen
woeste grond. Boetes voor overtredingen kwa men
in de markekas. Dat kon het clandestien omzagen
van bomen zijn, teveel turf afsteken van de woeste
gronden, het niet onderhouden van de telgenkaamp
of het buiten de marke verkopen van producten.
Markeboek
Joop Kroeze heeft veel informatie kunnen halen uit
het oude markeboek Azelo dat in het gemeentelijk
archief bewaard ligt. Hierin staan onder meer
de plekken opgetekend waar de markestenen zouden
moeten liggen. Maar ook dat op 23 september 1782
een nieuwe markepaal is geplaatst tussen Azelo
en Zenderen, omdat de oude was afgebroken.
Dit moet ongeveer op de oever van de beek tegen
Wilminks Maate achter de Lette geweest zijn. ‘De
ene partij, in dit geval Azelo, moest de paal leveren
en de andere, Zenderen, moest hem plaatsen, zo
waren de afspraken. Er ging een vat bier mee om de
zaak te beklinken.’
‘We blijven zoeken, er moeten
nog stenen te vinden zijn.’
Opheffen van de marken
De bezetting door de Fransen rond 1800 betekende
nieuwe regels en wetten. Zo kwam er onder meer
een herindeling in gemeentes die grotere gebieden
dan de bestaande marken omvatten. Hierdoor verdwenen
de marken. ‘In 1810 wordt in een vergadering
gesproken over het opheffen van de marke
Azelo. Men komt echter niet uit de verdeling van de
woeste gronden. Het duurt nog tot 1841 tot de baron
van Twickel erop aandringt om een besluit te nemen.
Immers, de marke Zenderen is al verdeeld en grenst
aan Azelo. Uiteindelijk wordt beslist dat de grootste
boeren het grootste stuk land krijgen en de kleinere
en kleinste boeren naar ratio een kleiner stuk. Zo
is het landgoed Twickel een heel stuk uitgebreid,
want zij hadden reeds de meeste grond in handen.
Zij kregen zes van de tien gewaarde boeren erven
toegewezen. Dat waren de erven die bij het ont staan
van de marke bestonden, dus de oudste boerderijen.
Deze erven waren tevens stemgerechtigd in
de marke.’
Kaart met Markengrenzen 1952. Afbeelding: www.markegrenzen.nl
De markestenen waren niet belangrijk meer en
menig boer groef ze in omdat ze in de weg lagen.
Sommigen verdwenen zelfs helemaal. Het is dus
geen eenvoudige klus om alle stenen weer op hun
plek te krijgen. Joop Kroeze: ‘Azelo moet ongeveer
zestien markestenen gehad hebben. Drie daarvan
liggen vlak bij mijn huis. Ze zijn allemaal genummerd
en voorzien van een bordje of een inscriptie.’
Zo ontdekte Kroeze bij het Rigtershoes in Zenderen
een steen die daar niet hoorde. ‘Hierin waren
de letters SAD gekerfd en het nummer 11. Staat
voor Sindron, de oude naam van Zenderen. AD
is Ambt Delden. 11 is het nummer van de steen.’
Na veel overleg met instanties en de nodige vergunningen
kon de steen uiteindelijk terug naar
zijn oorspronkelijke plaats aan de Bornerbroeksestraat
tegenover de Hondeborg. ‘Er ligt ook nog
een steen in het Stadsmuseum in Almelo. Die hoort
eigenlijk in Zenderen te liggen aan de weg Albergen
Zenderen. Of het ooit lukt om hem daar te krijgen
is de vraag, een museum geeft niet graag iets weg
uit de collectie.’
Rond de marke Azelo liggen nu vijf stenen op hun
plek. ‘We blijven zoeken, er moeten nog stenen
te vinden zijn, vooral als ze ooit door boeren zijn
ingegraven. Er zijn fanatieke leden bij het platform
die met een gps op pad gaan. Ik houd het bij prikken
in de grond. Zodra ik op iets stuit begin ik te graven.
Is de steen verdwenen en weet ik zeker dat hij op
een bepaalde plek gelegen moet hebben zoals het
markeboek aangeeft, dan leggen we er een replica
neer.’ Joops ogen beginnen te glinsteren. ‘Altijd
weer leuk als je echt iets gevonden hebt. Dat is
geschiedenis, dat maakt de cirkel rond.’
.41
ZILVER WINTER 2022 / 2023
ZILVER ZAKELIJK. LISANNE JUTTE
Woontrends Winter ‘22/’23
Lisanne Jutte interieurstylist
Instagram: LISANNE JUTTE
www.lisannejutte.nl
.42
De dagen worden korter en aanzienlijk
kouder, des te meer reden om de gezelligheid
en warmte binnen op te zoeken. Kaarsen,
waxinelichthouders en windlichten zijn
daarbij grote sfeermakers. Ook in januari,
wanneer de kerstversiering de deur uit is,
zijn gezellige verlichting en kaarsen in je
interieur een goed idee. Op de bank met
een dekentje is heel gezellig, lekker warm en
comfortabel en de kachel kan dan een graadje
lager. We hebben op de woonboulevard een
eindeloze keuze aan de mooiste plaids; grof
gebreid met een mooie textuur, een bontje
voor een luxe uitstraling of gewoon van dikke
fleece. Kussens in bijpassende stoffen zijn
enorme sfeermakers. We hebben de mooiste
merken in huis om de bank mooi aan
te kleden, zoals Cloudi en Rivièra Maison.
De trends die we hierin zien zijn vooral het
mixen van texturen en structuren. Het combi
neren van glansstoffen en matte gewe ven
stoffen met een print geven een luxe en
warme uitstraling.
Sierkussens zijn er in verschillende vormen,
zoals langwerpig en rond, afgewisseld
met vierkante afmetingen voor een speels
karakter. Wat je steeds meer ziet zijn grote
banken met veel zitplekken en een tafeltje
of een hocker ertussen, zodat zit-eilanden
ontstaan. Comfort en ontspanning zijn
duidelijke pijlers waar we de rest van het
interieur graag omheen creëren. De trendy
teddystof en de veloursstof blijven nog
wel even. Beide stoffen zijn bij uitstek geschikt
om een interieur een knusse en warme
uitstraling te geven. De zachte lijnen van de
ronde vormen zorgen voor een vriendelijke
uitstraling. Salontafels zien we al langer
in bijzondere vormen, en steeds meer van
materialen zoals keramiek, marmer en glas
waarmee je leuke, speelse combinaties kunt
maken.
Op de woonboulevard hebben we een
prachtige nieuwe afdeling, Dutch Interior.
De collectie bestaat uit veel ronde en organische
vormen en ook teddystoffen in de
lichte champignonkleuren. Daarmee lopen
wij voorop bij de nieuwe interieurtrends
zoals de Japandi-stijl: de mix van Japans en
Scandinavisch design, minimalistisch, functioneel,
warm en stijlvol.
Ook qua accessoires kun je bij ons je hart
ophalen: veel glaswerk en prachtig handgemaakt
aardewerk servies, matzwarte
vazen, maar ook gekleurde glazen vazen.
Deze accessoires komen prachtig uit in bijvoorbeeld
een grote zwarte wandkast, waar
je al die tinten met elkaar kunt combineren.
Met meerdere mogelijkheden en maten
past dit in ieder interieur.
Wees van harte welkom op onze Woonboulevard
in Oldenzaal, met 24 woonwinkels
onder één dak en eindeloos veel
keuze in meubels en accessoires. Kom je
er zelf niet helemaal uit? Dan ben je van
harte welkom bij de interieuradviesstudio
van Lisanne Jutte. We kunnen met je meekijken
bij kleine vragen, maar ook voor een
complete metamorfose, bijvoorbeeld met
een persoonlijk 3D-interieurconcept op
maat aan dat aansluit bij al jouw wensen.
Ga je verbouwen, verhuizen of vernieuwen
en ben je benieuwd naar de mogelijk -
heden? Neem dan gerust contact op met
Lisanne Jutte, interieurstylist bij Woonboulevard
Oldenzaal.
CULINAIR. NOSTALGIE
Terrine van parelhoen en ganzenlever
Marmelade van sjalotjes
Crème van knolselderij en gerookte paling
Kotelet Suisse
Blanquette de veau (kalfsragout)
Crème caramel
.43
Culinaire
winterklassiekers
Ton Kouwenberg (72), voormalig chef van In den Guldene Crone in Ootmarsum
en Mondriaan en ’t Lansink in Hengelo deelt in deze wintereditie van Zilver
Magazine mooie winterklassiekers. Ton: ‘Ik ga u met een aantal wintergerechten
kennis laten maken die in 1960/1967 op de menukaart stonden. Echte topgerechten
om zelf eens te maken in deze winterperiode.’
ZILVER WINTER 2022 / 2023
CULINAIR. NOSTALGIE
Voorgerecht
Crèmesoep van knolselderij en gerookte paling
Een heerlijke smaakexplosie op een winterse dag. In die tijd een echte loper, Hotel Riche 1961
Ingrediënten (6 personen)
- 1 grote knolselderij
- 2 stronken prei
- 2 uien
- 2 stengels selderij
- 200 gr gerookte paling
- 100 gr gemalen Parmezaanse
kaas
- groentebouillon
(blokje mag ook)
- peper, zout
Bereiding
Was de selderij, knolselderij en prei. Schil de knolselderij en snijd in grove stukken.
Verwijder de uiteinden van de prei en snijd het witte gedeelte in grove stukken (verwerk
het groene gedeelte in een andere soep of gebruik voor de groentebouillon). Pel de
uien en snipper grof. Snijd de selderij in grove stukken. Fileer de paling en bewaar de
palinghuid, graten en kop. Verhit een flinke scheut olijfolie in een grote kookpot op het
vuur. Bak de ui kort glazig. Voeg de knolselderij toe en laat even mee opbakken op een
medium vuur. Voeg na een minuut of 5 de prei, palinghuid, graten, kop en selderijstelen
toe en giet er 1,5 liter groentebouillon bij. Verhoog het vuur en laat gedurende
25 minuten flink inkoken. Passeer hierna de soep door een zeef.
Snijd de gerookte paling in reepjes.
Meng in een kommetje de Parmezaan met 50 ml water. Stort uit op een klein bakplaatje.
Zet 30 seconden op de hoogste stand in de microgolfoven (het wordt een korstje).
Haal eruit en zet aan de kant om af te koelen. Mix met de staafmixer tot een crèmig
geheel met de staafmixer (voeg wat water toe indien nodig). Kruid met peper en zout.
Verdeel de paling over kommetjes en giet de soep hierop. Kruimel de Parmezaan tot
crumble. Strooi dit op de soep met wat gehakte bladselderij van de selderijstelen.
.44
Hoofdgerechten
Terrine van parelhoen en ganzenlever 1964
Voor ongeveer 16 á 22 plakken, afhankelijk van de terrinevorm
Ingrediënten
Terrine
- 800 gr parelhoenfilets
- 4 eiwitten
- 3 dl room
- 75 gr gekneusde pistachepitten
- 250 gr ganzenlever
- 100 gr Belgische spinazie
- 200 gr vetspek in plakjes
- 0,5 eetlepel port de armagnac
- nootmuskaat, peper, zout,
snufje suiker
extra nodig:
- terrinevorm
- dikke huishoudfolie
- aluminiumfolie
Marmelade van sjalotjes
- 10 sjalotjes
- geleisuiker
- rasp van een sinaasappel
Bereiding
Maak in een keukenmachine een farce (een vulling) van de gekoelde parelhoenfilets (even
voorkoelen in het vriesvak) samen met de koude eiwitten en room uit de koelkast. Breng
op smaak met peper en zout en roer de gekneusde pistachepitten erdoor. Breek de
ganzenlever in stukken, verwijder de galstreepjes en het vet, marineer de ganzenlever
ongeveer 30 minuten met de port de armagnac, nootmuskaat, peper, zout en een snufje
suiker. Maak nu een rol van ongeveer 2 cm dik (afhankelijk van de terrinevorm) van de
ganzenlever met behulp van wat de dikke huishoudfolie en aluminiumfolie.
Blancheer de bladspinazie, koel snel terug in ijswater en droog zorgvuldig. Leg plastic uit
en leg hierop de spinazie en daarop de uitgepakte rol ganzenlever. Verpak de ganzenlever
in de spinazie en vorm een mooie rol. Houd de lengte van de terrine aan. Draai strak op
in aluminiumfolie. Bekleed de wand van de terrine met slagersplastic en daarna met het
vetspek. Zorg dat de randen goed overhangen. Schep de helft van de farce in de vorm
en maak met een spatel een gleuf in het midden van de terrine. Leg de ganzenleverrol in
de gleuf en bedek met de rest van de farce. Sluit af met de overhangende lappen spekvet.
Pocheer gaar (de terrine au bain-marie met kokend water) in de oven op 90 graden tot een
kerntemperatuur van 58 graden.
U kunt de parelhoen ook vervangen door kip, fazant, of patrijs. De receptuur blijft dan gelijk.
Bereiding marmelade van sjalotjes
Maak 10 sjalotjes schoon en snijd in repen. Zet lichtjes aan in wat olie, strooi er een
beetje geleisuiker en wat sinaasappelzest over en blus af met sinaasappelsap. Laat nu zeer
zacht gaar worden en reduceer tot yoghurtdikte. Snijd een mooie plak terrine af, en schep
er wat van de marmelade omheen. Leg er eventueel wat kruidentakjes omheen.
Kotelet Suisse 1964
Ton: ‘Het volgende gerecht zie je bijna nergens meer op de menukaart maar is o zo lekker.
Men kiest vaak voor de eenvoudige versie, maar op het been bakken maakt dit extra lekker.’
Ingrediënten
- 4 ribkoteletten (varken) à 175 gr
- 60 gr (4 plakken) gekookte
achterham
- 80 gr (4 plakken) Gruyèrekaas
- 1 ei
- zout
- roomboter
- peper uit de molen
- 1 eetlepel bloem
- 80 gr paneermeel
- 100 gr boter
Bereiding
Snijd de varkenskoteletten open tot op de rib. Ga hierbij zorgvuldig te werk zodat u niet door
de boven- of onderkant snijdt.
Maak een pakketje van de plak ham en kaas, zo groot dat de vulling in de kotelet past. Zorg
dat de ham de kaas geheel bedekt. Vul nu de kotelet met de ham en kaas. Bestrooi de kotelet
met zout en peper. Haal ze door de bloem, vervolgens door het losgeklopte ei (ook met peper
en zout) en tot slot door het paneermeel. Verhit een laag olie en een klont roomboter in de
koekenpan en bak de koteletten circa 10 minuten per kant. Tijdens het bakken het bakvet af
en toe over de kotelet scheppen (arroseren ) en speel wat met de temperatuur of voeg een extra
klontje boter toe, zodat het vet niet verbrandt. Serveer met partjes citroen. Erg lekker met in
zijn geheel gebakken witlof en aardappelmousseline.
Blanquette de veau (kalfsragout) 1961
‘Nog een toppertje uit die tijd’
Ingrediënten
- 1 kg kalfsvlees (het bovenste
gedeelte van de schouder)
- 1 kg gemengd gehakt (rund/varken)
- 1 groentegarnituur met ui,
wortel, selderij, laurier
- 1 el peperbollen
- 5 eieren
- 0,5 kg kleine, witte champignons
- 1 citroen, het sap
- 0,5 l room
- 2 el versgehakte dragon
- peper, zout, nootmuskaat
- bloem
- boter
Bereiding
Snijd het kalfsvlees in grove stukken. Zet het op met ruim koud, gezouten water. Breng aan de
kook en spoel meteen af in koud water. Zet opnieuw op met ruim koud water, het groenteboeket
en de peperbollen. Breng het langzaam aan de kook en laat het op een zeer zacht vuur
garen (plm 1,5 à 2 uur). Bewerk intussen het gehakt met drie eierdooiers, peper, zout en nootmus
kaat. Schep het gegaarde kalfsvlees uit het kookvocht. Vorm het gehakt in quenelles en laat
± 10 min. zachtjes koken in dezelfde bouillon. Schep het eruit en voeg bij het kalfsvlees.
Prak een hoeveelheid tarwebloem met een gelijke hoeveelheid boter door elkaar (beurre manie).
Klop dit mengsel beetje bij beetje door de jus tot er een lichte binding ontstaat. Zeef het en voeg
er het kalfsvlees en het gehakt weer bij en breng zachtjes met de helft van de room aan de kook.
Pocheer de champignons in een bodempje water, boter en het citroensap en voeg bij de ragout.
Werk af met peper, zout en de versgehakte dragon. Ideaal is om de blanquette een nacht in de
koelkast te houden. Warm de volgende dag bij gebruik op tot tegen kookpunt en werk af met de
overige room en twee eierdooiers. Blanquette is erg lekker met gestoomde aardappelen of pilavrijst.
.45
Dessert
Crème caramel 1961
‘Een mooi dessert uit de oude doos’
Ingrediënten
- 200 gr suiker
- 1,5 dl water
- 1 ltr melk
- 4 eieren
- 8 dooiers
- 1 vanillestokje
- 200 gr suiker
- olie
- ronde vormpjes
van aardewerk
Bereiding caramel
Doe het water in een pan met dikke bodem en voeg de suiker toe. Laat dit zonder roeren karamel liseren
op een rustig vlammetje. Smeer intussen de vormpjes in met de olie. Als de caramel mooi is gekleurd,
chemiseer (bekleed) de vormpjes hiermee en laat opstijven. (Dit is best een link werkje. Neem de vormpjes
in een droge dikke keukendoek, giet de rest in het volgende vormpje).
Crème:
Breng de melk met de suiker en het gespleten vanillestokje tegen de kook. Dek de pan af met een deksel en
laat zo 20 min. trekken. Klop de eieren met de dooiers los en voeg al roerend de kokende melk toe. Zeef de
compositie door een fijne zeef en schuim met een pollepel het overtollige eiwitschuim af. Vul de vormpjes
met de crème en plaats in een heetwaterbad in een voorverwarmde oven van 180 graden. Pocheer hier
de crème gaar. Contoleer de gaarheid door met een naald in de crème te prikken. Als deze er ge heel droog
uitkomt is de crème gaar (ongeveer 25 à 30 minuten). Koel de crème af en schep vlak voor het serveren op
het bord. Een goede opgeloste caramel zal mooi wegvloeien. Een mooi en lekker feestje op uw bord!
ZILVER WINTER 2022 / 2023
OVER DE GRENS. AUSTRALIË
Op avontuur
naar Australië
.46
‘Als het heel erg moeilijk
was, vroegen we een
telefoongesprek aan.’
// Tekst & foto’s
ANNEMARIE HAAK
Het plan was om een paar jaar in Australië te blijven, dan eenzelfde periode in
Nieuw-Zeeland door te brengen en vervolgens naar Canada te reizen. In de vijftiger
en zestiger jaren van de vorige eeuw werd er enorm veel reclame gemaakt om naar
deze landen te emigreren. Veel jongeren, maar ook gezinnen, pakten hun boeltje op
en zochten het geluk aan de andere kant van de oceaan. Ook mijn zus Iens Beune
en haar man Joop Kalwij, net getrouwd, zien wat in dat avontuur en besluiten
de sprong te wagen. Vrienden zijn hen destijds al voor gegaan en ook twee ooms
en tantes van Joop maakten direct na de oorlog de grote overtocht. Tijdens ons
bezoek aan Australië afgelopen najaar hadden we een openhartig gesprek over de
emigratie-ervaringen, niet alleen met mijn zwager, maar ook met mijn nicht die
daar inmiddels al jaren woont.
// Foto BEN MACK
Iens en Joop kunnen op 1 oktober 1960
voor honderd gulden mee met een testvlucht
van de DC8, het eerste straalvliegtuig
van KLM. ‘We waren met vijftien passagiers,
het merendeel was bemanning. We
maakten meerdere tussenstops en deden
verschillende landen aan. ’s Nachts verbleven
we in hotels. Het was een schitterende trip.’ Na
een aantal dagen bereiken ze Sydney, waar ze bij
vrienden intrekken. Van de overheid krijgen ze
vijftig dollar en dat is het. Nu moeten ze zichzelf
redden. Werk is er volop. Iens werkte in Borne
als directiesecretaresse en zit binnen drie weken
weer op kantoor. Joop heeft het iets lastiger om
werk te vinden en te aarden. ‘Ik beheerste de
taal niet zo goed, dat brak me op. Uiteindelijk
vond ik een baan in een fabriek die lichtmasten
produceerde.’
Sydney Opera House
Huisvesting blijkt echter een groter probleem
dan ze hadden voorzien. Australië kan de
enorme instroom van immigranten amper
aan. Er worden zelfs opvanglocaties opgezet.
Met hun vrienden wonen ze in een garagebox
die ingericht is als woon/slaapruimte. Heel erg
krap, maar er is niets anders te vinden. ‘Gelukkig
boden een oom en tante de bovenverdieping
van hun huis aan. Daar hebben we zeven
jaar kunnen wonen.’ Om hen heen keren
veel jongeren weer terug naar het land van
herkomst, meestal omdat ze geen geschikte
woon ruimte kunnen vinden. Ook de vrienden
gaan terug naar Nederland. ‘Immigratie ging
gepaard met enorm veel emotie. Als het dan
ook nog tegenzit, komt heimwee al gauw om
de hoek kijken. Contact met familie kon alleen
per brief, andere communicatiemiddelen waren
er niet. Pas na dertien jaar zagen we onze ouders
weer terug.’ >>
.47
Joop samen met nicht Marieke
ZILVER WINTER 2022 / 2023
OVER DE GRENS. AUSTRALIË
‘Als je goed bent heb
je succes, en anders
merk je het wel.’
.48
Heimwee
Joop en Iens zetten hun schouders eronder en
proberen een bestaan op te bouwen. Dat lukt de
ene dag beter dan de andere. ‘Ook wij hadden
wel eens momenten dat we het niet meer zagen
zitten, vooral met kerst voelden we heimwee.
Dan is het hier hoogzomer dus totaal geen
kerstsfeer. Als het heel erg moeilijk was, vroegen
we een telefoongesprek aan. Daarvoor moest
eerst verbinding gelegd worden via Canberra,
Londen, Amsterdam. We hebben wel eens twaalf
uur op het postkantoor moeten wachten voor
een gesprek van maximaal drie minuten. Een
enorme stresssituatie, de zenuwen gierden door
je lijf. Als het eindelijk zover was, konden we van
de spanning bijna geen woord uitbrengen. Maar
we hadden elkaars stem weer even gehoord en dat
was voldoende. Met betraande ogen keerden we
dan weer huiswaarts.’
Nieuw avontuur
Via haar baan komt Iens in contact met een Duits
bedrijf waar veel Nederlanders werken. Het klikt
onderling en ze gaan samen dingen ondernemen.
‘Een barbecue organiseren, een kaartje leggen, we
waren een hele hechte groep waar we door de jaren
heen veel mee optrokken. De meeste Nederlandse
clubs van toen verdwenen. De tweede en derde
generatie blijken er geen behoefte aan te hebben.’
Joop krijgt een aanstelling in een chemische fabriek
voor grondstoffen voor verf en kunststof. Hij blijft
er 21 jaar werken en klimt op tot leidinggevende.
Onder tussen krijgt het paar twee zonen en bouwen ze
hun eerste eigen huis in Millperra, een wijk in Sydney.
VAN SYDNEY NAAR DE SUNSHINE COAST
Nu ze zich helemaal gesetteld hebben, begint het
avontuur toch weer een beetje te kriebelen. Als ze
tijdens een vakantie in het noorden aan de Sunshine
Coast een lunchroom te koop zien staan, happen ze
toe. Opnieuw een sprong in het diepe, want ervaring
is er niet, opleiding evenmin, alleen heel veel zin in
iets nieuws. Ze zeggen hun baan op en verkassen
2.000 km verderop naar een nieuwe toekomst.
‘Dat ging in die tijd heel gemakkelijk: geen gedoe
met diploma’s, eisen of vergunningen. Als je goed
bent heb je succes, en anders merk je het wel. Hun
Annie’s Place was open van ’s morgens zes uur tot
’s avonds negen, zeven dagen per week. ‘We werkten
‘De plannen om
te backpacken
verdwenen als
sneeuw voor
de zon.’
in ploegen en hadden medewerkers voor de
bediening. We leverden kwaliteit en de mensen
wisten ons te vinden. Australiërs ontbijten niet
vaak thuis maar halen een broodje in de stad,
dus ook in de ochtend kon het al heel druk zijn.
Datzelfde gold voor de lunch. Dat waren echt
piekuren. ’s Avonds gaan de mensen hier op tijd
naar bed.’
Vervroegd pensioen
De Kalwijs werken zich drie slagen in de rondte
en verdienen goed. Ze reserveren geld voor
hun oude dag. Vervroegd pensioen is het doel.
Maar de lange werkdagen breken op. Na een
aantal jaren verkopen ze de lunchroom. Ze
nemen een snacktent over bij Wiseman’s Ferry,
dichter in de buurt van Sydney, een vergelijkbaar
concept, wederom in een toeristisch gebied.
Ook dit wordt een succes. Als ze allebei midden
vijftig zijn, is het doel bereikt en kunnen ze
stoppen met werken. Ze nemen de tijd voor
familiebezoeken naar Nederland, reizen door
Europa, vrienden opzoeken in Ecuador, nieuwe
landen ontdekken. Zo hebben ze heel wat van
de wereld gezien.
Ze zagen Australië veranderen. Waren het in
eerste instantie alleen Europeanen die het land
binnenkwamen, in de jaren tachtig en negentig
gingen de grenzen ook open voor mensen uit
Azië. Dat betekende een enorme instroom
van migranten uit China, Vietnam, Japan, de
Filippijnen, Indonesië, India en Pakistan. ‘Als
ik om me heen kijk, denk ik dat de blanken
momenteel in de minderheid zijn.’ Joops echtgenote
overleed een paar jaar geleden, maar
nog steeds voelt hij zich thuis in Australië. Ze
hebben nooit spijt gehad van hun immigratie.
‘Ik ben nu 84 en als ik het over mocht doen,
dan zou ik wellicht toch ook andere landen
bezoeken en daarna een keus maken zoals we
oorspronkelijk van plan waren, maar och, het
weer is hier meestal goed en het is mijn land
geworden.’
Tweede generatie
Nicht Marieke (49), de dochter van mijn broer
Hans Beune, heeft zich eveneens in Australië gevestigd.
Als twintiger trok ze er samen met een vriendin
naartoe om een jaar te backpacken en te werken. Na
aankomst konden ze terecht bij tante Iens en oom
Joop, maar binnen drie weken kochten ze een autootje
en gingen ze richting Melbourne. ‘We werkten in
wasserettes, horeca, beautysalons, overal waar maar
geld verdiend kon worden.’ Zo verkenden ze Adelaide,
Brisbane en Sydney.
In een kroeg in Sydney liep ze Mark Blinkhorne tegen
het lijf, een fotograaf. Liefde op het eerste gezicht.
Ze wilde alleen nog maar bij hem zijn en de plannen
om te backpacken verdwenen als sneeuw voor de
zon. Haar vriendin keert terug naar Nederland en
Marieke gaat op zoek naar een appartementje. In haar
woonplaats Borne had Marieke een nagelsalon en
daarom kan ze al snel in Sydney bij een nagelsalon
aan de slag. ‘Ik had het prima naar mijn zin en genoot
van het leven.’ Als haar visum afloopt en ze terug
moet naar Nederland, blijkt haar moeder ernstig ziek.
Marieke wordt heen en weer geslingerd tussen emoties.
‘Ik miste Mark en wilde direct weer terug, maar ik
was ook heel begaan met de zorg om mijn moeder.’
Vader Hans ziet zijn dochters innerlijke worsteling en
als het met zijn echtgenote >>
.49
ZILVER WINTER 2022 / 2023
OVER DE GRENS. AUSTRALIË
‘Als je op zo’n moment niet
naar huis kunt, grijpt dat
heel diep in je gevoel.’
.50
dit idee op de markt bracht, maar dat bleek eenvoudiger
gezegd dan gedaan. In Australië worden kinderen heel
erg beschermd, de wet- en regelgeving is streng. We
moesten een heel traject van toetsing, voorwaarden,
privacywetten en eisen doorlopen voordat we eindelijk
groen licht kregen.’ Het blijkt een gat in de markt en
de fotostudio groeit uit naar vijftig medewerkers. ‘De
fotografen komen nu in alle kindcentra in Queensland,
New South Wales en Victoria, zo’n 700 in totaal. We
fotograferen kinderen in de speeltuin, in de klas, bezig
met een activiteit of een spel. Daarnaast maken we
een groepsfoto. Die foto’s kunnen op bekers, glazen
en bordjes. Leuk als cadeautje voor opa en oma. Niets
gebeurt zonder schriftelijke toestemming van de
ouders.’ Marieke draait inmiddels volop mee in de
studio en is zeer content met het leven.
wat beter gaat, opent hij het gesprek. ‘Hij vond het
heel bewonderenswaardig dat ik voor mama wilde
blijven, maar mocht ook naar de toekomst kijken.’
Na lang wikken en wegen besluiten ze samen naar
Sydney te gaan. Om kennis te maken met Mark
en om mogelijkheden voor een eigen nagelsalon
te onderzoeken. Ondanks het feit dat de regels om
in Australië een zaak te starten inmiddels waren
aangescherpt, lukt dat. ‘Ik kon een kleine winkelunit
huren en begon aan mijn nieuwe leven. Binnen vier
jaar bouwde ik een behoorlijke klantenkring op.’
Werk
Marieke en Mark trouwen, de familie komt over en
het is groot feest in huize Blinkhorne. Als Marieke
zwanger raakt van dochter Emma besluit ze de salon
te verkopen. Met een baby een zaak runnen, dat ziet
ze niet zitten. ‘Ik kende nog niet veel mensen, dus
alleen maar thuiszitten beviel niet echt. Ik besloot me
een beetje nuttig te maken in de fotozaak van Mark.
Hij is basisschoolfotograaf. We wilden dat concept
ook toepassen op kinderen van 0 tot 5 jaar bij de
voorschoolse opvang. We waren de eerste studio die
Haar geboortegrond blijft trekken. ‘Carnaval, Pasen,
Kerstmis, Sinterklaas, oudjaar, de tradities waarbij je
als familie gezellig bij elkaar bent. Dat heb je hier niet
en dat mis ik wel.’ Ze vliegt elk jaar met haar gezin naar
Nederland, hoewel dat de laatste twee jaren vanwege
corona niet mogelijk was. Australië ging op slot. ‘In die
periode overleed mijn moeder. Als je op zo’n moment
niet naar huis kunt, grijpt dat heel diep in je gevoel.
Tijdens het vele videobellen zag ik haar achteruit
gaan, soms rolde er een traan over haar wang als ze me
aankeek. Je bent zo machteloos, verdrietig en alleen.
Je beseft dan echt hoe ver weg je bent.’ De uitvaart
volgde Marieke via een livestream. In december 2022
vliegen ze voor het eerst weer naar Nederland. Marieke:
‘Daar hebben we lang naar uitgekeken.’
KUNST. FUTURISME
// Tekst
Hoe fout
PAUL ABELS
// Foto’s
RIJKSMUSEUM TWENTHE
waren de
futuristen?
Futurisme-tentoonstelling
in het Rijksmuseum Twenthe
.51
Umberto Boccioni en Filippo Tommaso Marinetti, 1911
ZILVER WINTER 2022 / 2023
KUNST. FUTURISME
Een half jaar lang te zien in
het Rijksmuseum Twenthe:
de expositie ‘Marinetti
en het futurisme’. Een
fascinerend overzicht.
Voorman Marinetti was tot
aan zijn dood in 1944 een
zelfverklaard medestander
van Benito Mussolini. Hoe
zet je een expositie in elkaar
over een kunststroming
die zo dicht tegen het
Filippo Tomaso Marinetti (1876-1944),
de zeer welgestelde zoon van een
Italiaanse advocaat, was de onbetwiste
leider van de futuristische beweging.
Hij was niet alleen dichter, maar probeerde
ook politicus te zijn. In de politiek bleek
hij echter veel minder succesvol dan als
marketeer, ondernemer en impresario. In
1909 verscheen er een manifest van zijn
hand op de voorpagina van Le Figaro. Daarin
verheerlijkte hij in ronkende bewoor ding
en het auto-ongeluk dat hem overkomen
was: ‘Ik voelde hoe mijn hart -verrukkelijkdoorboord
werd door het gloeiende ijzer van
de vreugde!’ Marinetti raakte ervan overtuigd
dat er revolutie, extase, anarchie, dynamiek
moest komen. En een beeldtaal gebaseerd op
snelheid en agressie.
.52
fascisme aanschurkte?
Een tentoonstelling die
de tongen losmaakt.
Vijfendertig jaar
In vier grote zalen van het Rijksmuseum
Twenthe komen de werken voorbij: schilde
rijen, grote en kleine plastieken, filmfragmenten
(o.a. Mussolini die na zijn bevrijding
door de Duitsers hartelijk ontvangen
wordt door Hitler en de zijnen), pamfletten,
voortreffelijk vormgegeven propaganda.
Vijfendertig jaar futurisme, eindigend met
de dood van Marinetti in 1944. Hij overlijdt
in een villa in Salò, waar Mussolini ook
ondergebracht is, kaltgestellt door Hitler.
Umberto Boccioni, Unieke vormen van continuïteit
in de ruimte, 1913 (gegoten in 2011), brons,
Privécollectie, Rome
wereld in. Odding schrijft in het voorwoord
van de begeleidende catalogus: ‘De futuristen
waren avantgardisten in een enerverende
tijd. Voor hun radicale vernieuwingsdrang
moesten traditionele waarden wijken. Ze
wilden immers de toekomst winnen. Maar
hoe geven wij vorm aan onze toekomst? Wie
willen wij worden? En waarop baseren wij
onze beginselen in tijden van ontwrichtende
veranderingen? (...) Iedereen heeft het gevoel
dat we in een nieuwe periode zijn aangeland.
Hoe gaan kunstenaars om met het nieuwe?’
Letterlijk nemen?
Interessante en belangrijke vragen. Maar
eigenlijk passen futurisme en een tentoonstelling
met werk van de futuristen niet bij
elkaar. Musea zijn voor de futuristen de
begraafplaatsen van vruchteloze inspanningen.
Dat zijn Marinetti’s eigen woorden.
Hij was van 1909 tot 1944 hun leider en
woordvoerder. Hij schreef: ‘Verleg de loop
van de kanalen en laat de musea onder
wa ter lopen!’ Hoe moeten we dat duiden?
Was het futurisme niet een beweging boordevol
paradoxen en inconsequenties? En
Giacomo Balla, Dynamische
expansie + snelheid, 1913,
olieverf op doek, Galleria
Nazionale d’Arte Moderna, Rome
‘Ontwrichtende veranderingen’
Museumdirecteur Arnoud Odding is zich bewust
van de vragen die zijn tentoonstelling
op kan roepen. De ondertitel is Manifest
voor een nieuwe wereld. Marinetti blies met
de regelmaat van de klok een manifest de
die Marinetti was toch een dichter, een
geniale maar ronkende en wereldvreemde
dichter? Moeten we zijn woorden zo
letterlijk nemen? Het lijkt er wel op. We
kunnen helaas niet om zijn ‘mooie ideeën
om voor te sterven’ heen. Marinetti schreef
in 1909: ‘Wij willen de musea en de bibliotheken
vernietigen en het moralisme, het
‘De futuristen hadden
helemaal geen beeld
van een toekomst.’
Rougena Zatkova, Portret van Marinetti, 1915-1916,
olieverf op doek, Erven Marinetti, Milaan
feminisme en alle opportunistische en utilitaristische
daden van lafhartigheid bestrijden.’ En elders:
‘Wij zullen de oorlogen verheerlijken – ’s we relds
enige hygiëne – met militarisme, patriot tisme, het
destructieve gebaar van vrijheids breng ers, mooie
ideeën die het waard zijn om voor te sterven en
minachting voor de vrouw.’
Nieuwe wereld
‘Een op een dergelijke manier verwoorde haat kon
alleen nog maar door daden worden overtroffen,’
schrijft kunsthistoricus Peter Gay hierover in zijn boek
over het modernisme (2007). Duidelijke taal. Lange
tijd cirkelden de beschouwers van het futurisme
echter om de hamvraag heen: is het futurisme een
beweging die onverkort de lof van het fascisme
zingt? Te veel aandacht voor de rauwe slogans van
Marinetti werd zorgvuldig vermeden. In 1919 raakt
hij goed bevriend met Mussolini, de man van de
daden, de provocatie, destructie en een toekomst
die dan als vanzelf zou ontstaan. In de catalogus bij
de tentoonstelling lezen we dit: ‘Men ziet Marinetti
als een navolger van Mussolini. Maar terugkijkend
op zijn leven zien we het verhaal van een man die
schippert tussen zijn idealen en de werkelijkheid.
Om zijn ge liefde futuristische stroming in leven
te houden laveert hij tussen het fascisme en zijn
eigen revolutionaire idealen. Soms uitgesproken
vóór of tegen, maar vaak pragmatisch op zoek
naar de juiste weg richting zijn gedroomde nieuwe
wereld, die in werkelijkheid veel complexer blijkt
te zijn dan voorgesteld.’ Bij die ‘gedroomde nieuwe
wereld’ kunnen we echter vraag tekens zetten. Een
droomwereld is het zeker niet. De futuristen hadden
helemaal geen beeld van een toekomst. Die moest
namelijk ontstaan als het resul taat van destructie en
geweld: het sleutelwoord van het futurisme. >>
EEN
DROOMWERELD
IS HET
ZEKER NIET
.53
Giacomo Balla, Pessimisme en optimisme, 1923,
olieverf op doek, Erven Balla, Rome
ZILVER WINTER 2022 / 2023
KUNST. FUTURISME
Gino Severini, Dynamiek van lichtvormen in de ruimte,
1912, olieverf op doek, Galleria Nazionale d’Arte Moderna
e Contemporanea, Rome
‘Een wat hoopvoller beeld
van de toekomst.’
Jongstra en Terpstra
Naast de hoofdtentoonstelling zijn er twee klei nere exposities,
gepresenteerd als bijwagens van het voortrazende futurisme dat
in de vier grote zalen alle aandacht vraagt. Schrijver Atte Jongstra
maakte een keuze uit objecten afkomstig uit de eigen collectie van het
Rijksmuseum Twenthe, van een vijftiende-eeuwse Sint Sebastiaan tot
wer ken van Hans Ebeling Koning en Piet Ouborg. Jongstra’s expositie
kan heel goed op zichzelf staan. Hij roept niet om revolutie zoals de
futu risten, hij predikt de groene evolutie. Museumdirecteur Odding
had tijdens zijn perspresentatie al aangegeven dat hij Jongstra had
gevraagd in zijn bijdrage aan de futurisme-expositie ‘een wat hoopvoller
beeld van de toekomst’ te brengen.
Rein Jelle Terpstra, The setting of violence, 2022, print met lichtprojectie,
print: filmstill uit Salò. Met dank aan Cineteca di Bologna
.54
‘Deze expositie
registreert,
licht voor,
is educatief,
maar neemt
niet werkelijk
stelling.’
Geen stelling
Deze expositie is interessant en confronterend. In de manifesten komen
slogans terug die er niet om liegen. Oorlog als de enige vorm van hygiëne.
Pleidooien voor minachting van de vrouw. Maar er is meer dat wringt.
Het futurisme is de beweging die dynamiek als basisvoorwaarde stelt.
Futuristische kunst gepresenteerd in een museum: dat kan eigenlijk
niet. Dat beweegt niet. Bovendien past de achterafblik van een museale
presentatie ook niet in een futuristisch concept: zij kijken niet terug, zij
willen altijd vooruit. Het futurisme verheerlijkt geweld en afbraak. Maar
welke visie steekt daarachter? Welk doel dient het geweld? Wat doen
we na de sloop der dingen? Daarop geeft het futurisme geen antwoord.
Net als in de huidige samenleving lijken doel en richting te ontbreken.
Gevolg: rechts-radicale bewegingen komen op. Deze expositie registreert,
licht voor, is educatief, maar neemt niet werkelijk stelling. De
verderfelijke fascistische overtuiging van de futuristen wordt vooral
geësthetiseerd. Preciezer gezegd: Marinetti, vijfendertig jaar lang de
leidsman van de club, heeft nooit enige afstand genomen van zijn
fascistische ideeën. Dat gegeven krijgt niet of nauwelijks aandacht. Hoe
het ook zij, laveren of schipperen, pragmatisme of avantgarde, fout,
een beetje fout of alleen maar kunst: de bezoeker van de expositie mag
het zelf bepalen.
Marinetti en het futurisme. Tot 19-02-2023, Rijksmuseum Twenthe Enschede
Gerardo Dottori, De race, 1925-1927, olieverf op doek,
Futur-ism, Rome
COLUMN. ALEXA GRATAMA
Alexa Gratama
COLUMN
Lepeldelen
We waren meegevraagd door de allerfijnste mensen met de allerfijnste
vrienden. Jazeker, ik voelde vliegschaamte, maar we waren
toch gegaan, er viel iets te vieren en wij mochten daar bij zijn.
Alexa woonde tien jaar in
Delden voordat zij in 2020 naar
Amsterdam verhuisde. Ze is
gelukkig getrouwd met een
zeilende ondernemer en moeder
van drie kinderen. Haar oudste,
een dochter, overleed op de laatste
dag van 2021 aan de gevolgen van
uitgezaaide longkanker. Beide
zoons wonen bij haar om de
hoek en studeren nog.
Na een intense en aangrij pende
periode pakt Alexa haar werk
als raadsheer-plaatsvervanger
en arbiter voorzichtig weer op
en probeert ze voor het schrijven
van een boek nu eindelijk serieus
ruimte te maken.
Aan de lange tafel met de hoge krukken werd gekletst en geproost en naar
wie ik ook keek, in ieders gezicht zag ik hartelijkheid, en ik voelde vreugde.
Het was al laat, maar dit was Spanje, de avond nog maar net begonnen.
Halverwege de tapas nestelden zich aan de kopse kant van ons gezelschap
twee jonge muzikanten met een zweem van jaren ’70, zwarte snor, ronde
bril, iets te lange haren. Wij bevonden ons op een afgescheiden verhoging en
zij zaten, gitaar op schoot, met de rug naar ons toe, vóór hen in de diepte het
publiek van tientallen kauwende gasten. Ze zetten een repertoire in dat nauw
bij hun verschijningsvorm aansloot, Beatles, Jim Croce, Sunny in de uitvoering
van Bobby Hebb. Langs onze lange tafel trok de muziek op als een slang die
uit zijn mand omhoog wordt gefloten, de kop zijwaarts in- en uitschuivend,
de ogen priemend, betoverend, de toeschouwer in zijn blik gevangen. Ook
wij konden niet ontsnappen. Langzaam begonnen bovenlijven te wiegen en
klonk een roffelen naast de borden, van neuriën naar luider zingen, melodie
en tekst werden opgediept uit de krakende kelders van het geheugen.
Zelf ben ik helaas van elk talent gespeend, maar mijn man is heel muzikaal,
hij kan zelfs muziek maken met metalen lepels. Bolle kanten tegen elkaar,
een vinger tussen de stelen en ze dan langs een vlak gestrekte hand halen
of op bovenbenen en tafelbladen slaan. Hij doet dit met een fantastisch
ritmegevoel, gelukkig maar, anders zou lepelen iets gênants kunnen krijgen.
Dat hij hier goed in is ontdekte ik lang geleden. Toch heb ik hem hooguit
tien keer op deze manier in actie kunnen zien. Hij houdt er niet zo van in
de belangstelling te staan en doet het zeker niet op commando. Maar tegen
middernacht was ik door het gezelschap en de biertjes in een half verliefde
staat gebracht en kon ik het niet laten. ‘Toe’, zei ik tegen hem, ‘Doe voor
ons de lepels. Por favor.’ De Spaanse Beatles konden ook heus nog wel wat
begeleiding gebruiken. En nu keek ik toe en zag ik al die lieve hoofden huilen
van de lach, omdat zich bij de geoefende hand van mijn man een leerlinglepelspeelster
had gevoegd, die haar gebrek aan ervaring ruim schoots
compenseerde met de bravoure van een doorgewinterde variétéartieste.
Ik keek naar hen en voelde een overrompelende vreugde.
.55
Ook deze heerlijke avond doofde onvermijdelijk uit. Jassen en tassen werden
bij elkaar gescharreld en door de frisse nacht wandelden we terug naar
het hotel. Ik hoefde met niemand meer te praten. Wat is het leven toch
ongelofelijk, dacht ik, terwijl ik achter de rest aanliep. Begrijp jij hoe dit
kan, lief kind, zoveel geluk voelen, terwijl jij er niet meer bent? Boven mij de
sterren, de hemel, het onmetelijke. We weten niet hoe het werkt, we kunnen
het alleen maar durven ervaren. En delen. Ook met degene die er niet meer is.
Alexa Gratama
ZILVER WINTER 2022 / 2023
.56
Lekker bijpraten en
op pad zijn. Nieuwe
en mooie dingen zien,
ervaren en proeven.
Het uitgebreide aanbod van
De Ledenservice maakt voor jong
en oud het leven makkelijker,
veiliger en leuker. Hoe leuk is
het om aan het eind van het
jaar mooie herinneringen te
verzamelen in een fotoboekje.
Speciaal voor onze leden hebben
we hier een mooi aanbod voor.
Of wat dacht u van een heerlijke
dag zwemmen in een tropisch
zwemparadijs. Nog meer
uitgaantips en voordeel vindt u
op onze website*.
Samen lid is leuker!
Bent u blij met uw lidmaatschap van
De Ledenservice van Carintreggeland?
Maak iemand anders lid en ontvang
allebei unieke speelkaarten van De
Ledenservice voor een gezellige avond.
Samen
ADVERT
genieten
Sfeermakers
Raamdecoratie is een sfeervolle oplossing voor ramen in
uw gehele woning. Zo biedt raambekleding zonwering,
geeft het de nodige privacy en isoleert het waar nodig. Met
raamdecoratie in de woonkamer kunt u met licht spelen in
de kamer, terwijl het in de slaapkamer juist donkerder maakt,
voor meer rust. Hubo komt bij u thuis om alles op te meten
en monteren uw raamdecoratie vakkundig. Via onze website*
kunt u gebruik maken dit aanbod.
Ledenvoordeel 15% korting op raamdecoratie en gordijnen.
Gratis fotoboekje
De leukste, grappigste en mooiste herinneringen in een
fotoboek bundelen? Goed idee. Daarom krijgt u van ons een
gratis Smartfoto fotoboekje M soft cover met wire-o binding
twv € 8,99 (of als korting op fotoboeken L en XL). U kunt dit
fotoboekje bestellen met een kortingscode via onze website*
Riviera Subtropisch Zwemparadijs
Preston Palace
Een geweldig uitje, terwijl het buiten guur en regenachtig is. Kom
zwemmen onder de tropische sterrenhemel, bubbel weg in de whirlpools
en geniet van een lekker drankje en ijs. Riviera heeft de volgende
faciliteiten: Recreatieve sauna • Stoombad • Verwarmd kinderbad
• Whirlpools • Zonnehemels • Water, koffie, thee, frisdranken en waterijs.
Ledenvoordeel 50% korting op het dagtarief van €17,50- p.p. Deze
prijsafspraak is geldig van maandag t/m vrijdag. Niet geldig op het
avondtarief, in het weekend, tijdens schoolvakanties, feestdagen en/of in
combinatie met andere acties of kortingen. Korting wordt alleen gegeven
op vertoon van uw (digitale) ledenpas.
ENTIE
.57
Groetjes van
Reisbureau SamenUit!
Reisbureau SamenUit! van Carintreggeland verzorgt uitstapjes voor ouderen,
leden van De Ledenservice, naar allerlei bestemmingen binnen de regio en
daarbuiten. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de eigen aangepaste bus.
Er wordt rekening gehouden met de wensen en ‘uitdagingen’ van de deelnemers.
De uitstapjes worden begeleid door enthousiaste, ervaren vrijwilligers. Op onze
website* vindt u het reisaanbod. Hier kunt u de uitstapjes bekijken en direct
boeken! U kunt ook bellen 088 367 9661 of mailen samenuit@carintreggeland.nl
Digitale ledenpas
Vanaf 2022 ontvangt u geen fysieke ledenpas. Wij vinden duurzaamheid
belangrijk, daarom is besloten om geen fysieke pas meer aan te bieden.
Op onze website staat uw digitale ledenpas klaar in uw eigen account.
Bent u al lid, maar heeft u nog geen account? Ga naar de website* en klik
op inloggen om uw inloggegevens aan te vragen.
Nog geen lid van
De Ledenservice?
Ga naar onze website* en meld u vandaag nog aan!
Voor slechts €22.50 per kalenderjaar kunt u gebruik
maken van alle voordelen. Liever persoonlijk contact
dat kan via 088 3672373 of leden@carintreggeland.nl.
088 367 2373 | leden@carintreggeland.nl | *www.carintreggeland.nl/ledenservice
ZILVER WINTER 2022 / 2023
COLUMN. RECHTTOE RECHTAAN
// Tekst
MR. DR. TON LAMERS
// Foto piano
PAVEL DANILYUK
Juristentaal:
het begrip zzp’er
.58
Mr. dr. Ton Lamers bespreekt in
Zilver Magazine telkens een actueel
juridisch thema. Soms zullen de
onderwerpen zijn ingegeven door
zaken waarbij hij zelf betrokken is
geweest maar hij staat ook open
voor door lezers aangedragen
onderwerpen en vragen.
Voorstellen kunnen worden ingebracht
via: redactie@zilvermedia.nl
Deze keer bespreekt hij het begrip
zzp’er met een voorbeeld uit de
praktijk.
Er klinkt niet zelden kritiek van leken op de wijze
waarop juristen communiceren. Ouderwets
en ontoegankelijk taalgebruik, wordt gezegd.
Aan de andere kant zijn de juristen van mening dat het
dagelijkse taalgebruik vaak niet voldoende nuance kent
om zich juridisch voldoende te kunnen uitdrukken. In
deze bijdrage wil ik u graag laten zien waarom juristen
zo hechten aan taal. En hoe onzorgvuldige omgang met
taal en betekenissen tot serieuze juridische problemen
kan leiden.
Arbeidsrecht
Aan het einde van de vorige eeuw verscheen een nieuw
begrip in de Nederlandse taal: zzp’er. Het staat voor
‘zelfstandige zonder personeel’. Hoewel dit in het
dagelijks taalgebruik als heel normaal wordt ervaren,
kan het voor meer juridisch onbegrip en misverstanden
zorgen dan men kan vermoeden. In deze bijdrage zoom
ik met betrekking tot het zzp-begrip vooral in op het
arbeidsrecht, de fiscale componenten worden voor nu
buiten beeld gelaten.
Beschermingsrecht
Het Nederlandse arbeidsrecht, een vorm van contractrecht,
is zogenaamd ‘beschermingsrecht’. Het overgrote
deel van de wettelijke regelingen van het arbeidsrecht
is bedoeld om de juridisch en financieel ‘zwakkere’
werknemer, tegen de, niet zelden, ‘sterkere’ werkgever
te beschermen. Het is daarom dat de arbeidsrechtelijke
regels in het Burgerlijk Wetboek vooral in het voordeel
van de werknemer zijn geschreven. Nu heerst onder
leken nogal eens de opvatting dat het contractenrecht
een vrij speelveld is. Partijen zouden in een contract
vrije afspraken kunnen maken met betrekking tot elk
onderwerp waaronder ook de arbeidsrelatie. Dat is
een misvatting. Met name de arbeidsrechtelijke regels
zijn wat we in juridische terminologie noemen ‘van
dwingend recht’. Dat betekent plat vertaald: u kunt op
papier zetten wat u wilt, maar het feitelijke gedrag in
de praktijk bepaalt welk recht van toepassing is. Een
voorbeeld uit de praktijk:
‘U kunt het noemen zoals
u wilt en u kunt op papier
zetten wat u wilt, maar zzp’er
is geen juridisch begrip.’
Docent op een muziekschool
Janny (gefingeerde naam) werd gevraagd om in
te vallen als docent piano op een muziekschool.
Het ging om een invalklus voor een zieke collega,
een relatief klein baantje van ongeveer twee
dagen in de week. De muziekschool wil liever
geen arbeidsovereenkomst met Janny sluiten
want het risico om docenten in loondienst te
nemen, met alle consequenties voor de werkgever
van dien, is erg groot. Het grootste risico is dat
de werkgever de werknemer gedurende twee
jaren moet doorbetalen als de werknemer ziek
wordt en een werknemer ontslagbescherming
geniet (de overige niet geringe risico’s zal ik u
voor nu besparen). De muziekschool biedt
Janny een zzp-contract aan waarin helder staat
vermeld dat partijen geen arbeidsovereenkomst
wensen te sluiten en dat Janny als zzp-er voor de
muziekschool werkt totdat de zieke collega weer
beter is. Het ziektepatroon verloopt helaas slecht
en de zieke collega wordt na twee jaren geheel
afgekeurd om te werken. Inmiddels werkt Janny
nog steeds op de school. Het bevalt haar goed en
het bevalt de muziekschool ook.
Na vier jaar komt de klad in de muziekschool.
Het leerlingenaantal loopt terug, ook voor pianolessen.
De directeur van de muziekschool denkt,
‘gemakkelijk’, dat hij van Janny zomaar afscheid
kan nemen, want zij heeft geen arbeids overeenkomst
en geniet dus geen ontslagbescherming.
Janny wilde echter haar baantje helemaal niet kwijt
en zocht juridische hulp bij ondergetekende.
Contract versus feitelijke omstandigheid
In de schriftelijke schermutselingen vooraf leg
ik de directeur uit dat het zzp-contract er maar
nauwelijks toe doet omdat Janny precies hetzelfde
werk uitvoert als de andere docenten die wel in
loondienst zijn. Omdat Janny onder zijn gezag
staat, houdt de directeur voet bij stuk. Janny wordt
niet meer op school verwacht en de directeur wil
haar declaraties niet meer betalen. Er zat dus niets
anders op dan een loonvordering bij de rechter
in te stellen. Ook tijdens de procedure houdt de
directeur vol: afspraak is afspraak en in het contract
staat dat Janny niet in loondienst is. Ik betoog dat
het contract er niet toe doet omdat de relatie tussen
Janny en de school feitelijk geen relatie tussen een
‘ondernemer’ en een opdrachtgever is, maar een
werkgever-werknemer-relatie omdat partijen zich
gedurende vier jaren altijd zo hebben gedragen.
De rechter maakte korte metten met het standpunt
van de directeur. ‘U kunt het noemen zoals u wilt
en u kunt op papier zetten wat u wilt, maar zzp’er
is geen juridisch begrip en al had u een goed
juridisch begrip gebruikt, in dit geval ‘ondernemer’,
dan nog faalt uw betoog. Janny was gewoon in
loondienst al die tijd en dat blijft ze ook en u moet
het achterstallige loon alsnog met een wettelijke
verhoging nabetalen.’
De moraal van dit verhaal: De directeur gebruikt
een lekenbegrip, en meent daar rechtens aanspraak
op te kunnen maken. Zo werkt dat niet. Bij de feite -
lijke omstandigheid wordt de meest bijpassende
juridische kwalificatie gezocht, en dat is wat het is.
.59
ZILVER WINTER 2022 / 2023
ACTIEVE 70-PLUSSER. FREDDY BRUININK
// Tekst & foto’s
HARRY MOEK
.60
Voormalig
kapper Freddy
zit niet achter
de geraniums
‘Het was de tijd van
langere haardracht
voor de mannen.’
Toen Freddy Bruinink (75) negentien jaar geleden zijn kapsalon in Oldenzaal verkocht,
volgden voor hem niet de spreekwoordelijke geraniums. Integendeel. In beweging blijven
en een rol hebben in de maatschappij dragen bij aan je vitaliteit, vindt en ondervindt hij.
Freddy is geboren in Oldenzaal, maar zijn
roots. leiden naar Lemselo. Erve Brunink
aan de Bruninksweg is de plek waar zijn
voorvaderen generaties lang een boerderij hadden.
Freddy groeide op in een bakkers gezin en wist
zeker dat het bakkersvak met midden in de nacht
opstaan om te gaan werken, niets voor hem was.
Freddy: ‘Op de Radboudmulo had ik geen idee
welke vervolgopleiding ik moest kiezen. Volgens
een beroepentest paste het kappersvak bij mij. Op
een particuliere vakschool in Almelo liet ik me
scholen tot dameskapper, want het ging in die tijd
niet goed in de herenkappersbranche. Er waren
teveel kappers voor een te kleine markt.’ Als de
dienstplicht roept komt de 21-jarige Freddy terecht
bij het Marine Opkomst Centrum in Hilversum,
waar de Marva’s (de Marine Vrouwen Afdeling)
ook gehuisvest waren. Het kappersvak kwam goed
van pas. Freddy lacht: ‘Ik kon als dienstplichtige
bij de dames mijn beroep mooi blijven uitoefenen.
De Marva-barakken waren voor alle mannen na
zonsondergang verboden terrein, maar dat gold
dus niet voor mij!’
Eigen zaak
Op 24-jarige leeftijd opent Freddy zijn eigen kap -
salon aan de Kerkstraat in Oldenzaal. Freddy:
‘De herenkapsalons waren voor een deel weggesaneerd.
Ik zag er juist brood in. Het was de tijd
van langere haardracht voor de mannen en net als
dat haar, zou de markt volgens mij ook gaan groeien.’
Dat bleek hij goed te zien. Freddy: ‘Ineens
wisten vrouwen hun weg te vinden naar herenkapsalons.
De traditionele dames kappers vonden
zij vaak niet modern genoeg. Ik speelde daarop in
door een gecombineerde dames- en herensalon in
te richten.’ De zaak werd te klein en hij verhuisde
de salon naar de Grootestraat. Freddy zag een
nieuwe trend: knippen zonder afspraak. Freddy:
‘Dat was een groot succes, er stond af en toe zelfs
een rij wachtenden voor de deur.’ Een nieuwe -en
laatste- verhuizing voor Salon Freddy in 1992 leidde
weer naar de Kerkstraat naar het pand waar zijn
schoonvader een slagerij had. Freddy: ‘Als mijn
vrouw Jacky en ik ons daar zouden vestigen bleef
het pand in handen van de familie en kon mijn
schoonvader boven blijven wonen en nog een beetje
blijven werken, bijvoor beeld door het verzorgen
van hapjes voor feestjes.’
Freddy liep voorop in zijn vak. Freddy: ‘Ik ging
jaar lijks naar Londen op cursus bij Vidal Sassoon,
die altijd revolutionaire ontwikkelingen liet
zien. Daarmee onderscheidde ik me en trok ik
binnen en buiten Oldenzaal nieuwe klanten.’ Op
een landelijk kappersconcours won hij de zilveren
kappersschaar. Freddy investeerde in kennis
en techniek, maar ook in zijn personeel. Freddy:
‘Je medewerkers zijn het fundament van je zaak.
Ik streefde ernaar om alle medewerkers vanaf de
basis zelf een opleiding te geven tot volwaardig
kapper en hen de nieuwste trends bij te leren. We
zijn nog geno mineerd als leerbedrijf van het jaar.’
Ook buiten de salon zette Freddy zijn kappersvaardigheden
in. Zo had hij in de Trio Club eens
een kappersstudio om bij de jonge doelgroep in
beeld te komen. Bij de Boeskool is Lös maakt hij
met collega-kappers de langste vlecht ooit met een
lengte van 34 meter en bij benefietacties droeg hij
vaak zijn steentje bij, zoals voor de fundraising
voor het huidige stationsrestaurant in Oldenzaal
en voor acties van Stichting Padre Bernardo ten
bate van ontwikkelingshulpprojecten in Brazilië.
>>
.61
ZILVER WINTER 2022 / 2023
ACTIEVE 70-PLUSSER. FREDDY BRUININK
.62
‘Komend jaar ga ik zeker
de 40 kilometer lopen.’
Wandelen
Freddy: ‘Het kappersvak was, zeker vroeger, een
zwaar beroep: de hele dag staan en met je lichaam
draaien, en dat op de vierkante meter. Ik kreeg
steeds vaker last van mijn rug en schouders. Daar -
om heb ik de zaak op relatief jonge leeftijd verkocht.
We verhuisden naar een woning met een
grote tuin. Veel mensen kiezen als ze ouder worden
juist voor gemak en het rustiger aan doen.
Dat past niet bij mij. Ik heb groene vingers en ben
graag buiten. Ik heb rondleidingen gegeven bij de
opgravingen van het Plechelmusplein. Ook sport
ik nog bij mijn volleybalclubje en wandel ik nog
steeds behoorlijke afstanden. Ik heb acht keer de
Kennedymars van 80 kilometer gelopen en de
afge lopen jaren deed ik mee aan de Nijmeegse
Vier daagse. Komend jaar ga ik zeker de 40 kilometer
lopen. We begonnen lang geleden met een
wandelclub van elf, ik ben de enige van die groep
die het nog kan.’
Grimeur
Freddy volgde een opleiding tot grimeur, een vak
dat hij nog steeds af en toe uitoefent. Freddy: ‘Ik
heb de afgelopen jaren heel wat grimewerk gedaan:
carnavalsgala’s - voor de Kadolstermennekes doe ik
dat al 38 jaar - toneelverenigingen zoals de SNORrevue,
themafeesten bij bedrijven en Sinterklaas en
zwarte pieten. Nou ja, roetveegpieten natuurlijk,
ook daarin moet je met je tijd meegaan, hè? Ik
hoop op opvolgers aan wie ik het grimevak kan
overdragen want ik weet niet hoe lang ik dat werk
nog kan en wil blijven doen.’ Ook was hij grimeur
van de Landelijke Opleiding Tot Uitbeelding van
Slachtoffers (LOTUS) en speelde hij als acteur
ook wel eens een slachtoffer van een ongeluk of
een ramp. Freddy: ‘Dat is serieus werk. EHBOvere
nigingen, maar ook beveiligingsbedrijven en
reddingsteams, volgen geregeld praktijktrainingen
om te mogen opereren. Trainingen zetten levensechte
ongelukken en rampen en de hulpverlening
in scene.’
Zou je opnieuw weer voor het kappersvak kiezen?
Freddy: ’Honderd procent zeker! Die beroepskeuzetest
in mijn jeugd heeft helemaal goed uit gepakt.
Het mooie van het kappersvak is het contact
met je klanten. En je hoort nog eens wat, hè? Het is
niet toevallig dat de Franse krant Figaro naar een
kapper is vernoemd, haha!’
Ben je oud met 75 jaar? Freddy: ‘Als ik mijn kleinkinderen
op schoot heb, dan besef ik mijn leeftijd,
maar als ik hoor praten over ouderen dan denk ik
vaak: daarmee bedoelen ze mij toch niet?!’
COLUMN. THEO DE ROOIJ
Column
Theo de Rooij
Geloof
Tijdens mijn jaren-60-jeugd in het Groene Hart tussen Vleuten en Harmelen
was het katholieke geloof nooit ver weg. Mijn ouders werkten zes lange
dagen per week op het afgelegen tuindersbedrijf. Zondagochtenden
gingen we naar de kerk, ’s middags werden opa’s en oma’s bezocht. Op
mijn 12 e had ik alle sacramenten ondergaan die de kerk voorschreef aan
haar gelovigen. Doopsel, de eerste heilige communie, periodiek biechten,
hernieuwing van de doopbelofte en zelfs de Blasiuszegen. Jaarlijks trapte
ik op mijn kinderfietsje de week voor Pasen onzeker slingerend van
Vleuten naar huis. Aan het stuur twee flessen vers wijwater, gevuld in
een voor de poorten van de Willibrordkerk opgesteld enorm vat. Waarmee
mijn ouders de woning zegenden in geval van dreigend onweer. De
twee jaar rond de decenniumwissel, tussen priesters en nonnen op een
katholieke kostschool in Noordwijkerhout, maakte ik deel uit van het
vierstemmige koor en zong Gregoriaanse gezangen uit volle sopraan borst
mee. Ondertussen maakt het geloof niet langer deel uit van mijn dagelijks
routine. Maar dat wil niet zeggen dat het geloof mij heeft losgelaten.
Tijdens een Giro d’Italia ergens in de jaren ’90 streken we neer in een klein
hotelletje in een typisch Italiaans dorpje. Na de etappe wandelde ik laat in de
middag wat rond en werd getroffen door het grote aantal afbeeldingen van
een Italiaanse, heilig verklaarde monnik: Padre Pio. Door biddende Italianen
de meest frequent aangeroepen heilige. In vrijwel elke etalage was een afbeelding
te vinden van een grijs bebaarde, kalende, vroom kijkende oudere man,
gekleed in een bruin habijt. Een katholiek veertje kriebelde mijn ziel, beeld en
verhaal spraken mij aan. Ik betrad een van de vele souvenirswinkels en kocht
twee rozenkransen met zijn beeltenis in een transparant doosje: eentje voor
moeder en eentje voor mijn hervormde schoonmoeder.
Najaar 2020 ging de gezondheid van schoonmoeder zodanig achteruit dat zij
moest worden opgenomen in een zorginstelling. Zij overleed in februari 2021
op 95-jarige leeftijd en zou nooit meer terugkeren naar haar riante, fijne
bungalow aan de rand van Holten, waar zij sinds 1971 onafgebroken gewoond
had. Met mijn twee schoonzussen en zwagers maakten Marian en ik haar
huis klaar voor een volgende fase. Een leven lang zocht zij zorgvuldig haar
vertrouwde spulletjes bij elkaar. Selecteren, organiseren en via de diverse
kringloopkanalen afscheid nemen van het grootste gedeelte van haar
nalatenschap was een omvangrijk, soms emotioneel traject. Aan het eind
van een frisse heldere decemberzaterdag waren huis, terrein en oprit
opgeruimd en leeg. Mijmerend over de kwetsbaarheid, betrekkelijkheid
en tijdelijkheid van een mensenleven liep ik rond het huis. Plots werd mijn
aandacht getrokken door een klein, rond plastic doosje dat langs de oprit naar
de garage lag: de rozenkrans van Padre Pio. Ik geloof…
Theo de Rooij
Voormalig profwielrenner en
tot op de dag van vandaag in
geest en activiteit overtuigd
sporter. ‘Goed voor jezelf
zorgen betekent dat je ook voor
een ander het verschil kunt
maken. Verantwoordelijkheid
nemen voor jezelf is de enige
manier om de grote pro blemen
van deze tijd op te lossen. Deze
filosofische instelling komt
vaak terug in mijn columns.’
.63
ZILVER WINTER 2022 / 2023
.64
Heeft u al een
abonnement op
Zilver Magazine?
Ga snel naar www.zilvermedia.nl of
mail naar: verkoop@zilvermedia.nl
tel: 088–1198 200
ADVERTENTIE
www.vredehof.nl
TIJDSBEELD. JAN DE JONGH
DE ACTIVISTISCHE
// Tekst
MARCO KRIJNSEN
// Foto’s
ARCHIEF MARCO KRIJNSEN
.65
PSP-dominee Jan de Jongh
bestreed de apartheid en
begreep de RAF
ZILVER WINTER 2022 / 2023
TIJDSBEELD. JAN DE JONGH
Studentenpastor Jan de Jongh van de Universiteit Twente nam vanaf de jaren
zeventig geen blad voor de mond en kleurde graag buiten de lijntjes. Zijn rechtvaardigheidsgevoel
ging boven alles, ook al kostte hem dat een nacht in een
politiecel, zo blijkt in het boek Aktie! van historicus-journalist Marco Krijnsen.
.66
De gereformeerde dominee Jan de Jongh laat
zich door niemand de wet voorschrijven. Dat
is al duidelijk voor zijn komst naar Enschede.
In zijn eerste standplaats Nes, in Friesland, weigert hij
lid te worden van de Anti-Revolutionaire Partij (ARP).
Ook komt er geen ARP-verkiezingsposter achter de
ramen van de pastorie. De Jongh zelf stemt liever op
de Pacifistisch Socialistische Partij, als enige inwoner
van het dorp.
De recalcitrante dominee wordt in 1970 studentenpastor
in Enschede. Het campuspastoraat van de
Technische Hogeschool Twente (de voorloper van de
Universiteit Twente) bestaat uit vier geestelijken: twee
protestante en twee katholieke. Hun taak is het om
studenten te ondersteunen en te activeren. De
studentenpastors krijgen een jaarlijkse bijdrage van
100.000 gulden voor het organiseren van allerlei
activiteiten, die net zo goed solidariteits- of protestacties
kunnen zijn.
De eerste bezetting bij de THT
Als Jan de Jongh in 1970 bij het campuspastoraat
begint, heeft de THT net haar eerste bezetting achter
de rug. De actie is georganiseerd door de Studenten
Raad Drienerlo (SRD). Tientallen studenten van de THT
en kunstacademie AKI houden enkele uren de
bestuursvleugel bezet. Ze willen niet dat tweedejaars
met slechte studieresultaten hun opleiding moeten
afbreken. Het is een nieuw fenomeen in Twente. Rector
magnificus Jo Vlugter schakelt meteen de politie in,
die 23 bezetters arresteert. Zelfs de officier van justitie
en de hoofdcommissaris van politie worden opgetrommeld
om duidelijk te maken dat dergelijke acties
niet gewenst zijn. De invloed van Marxistisch
Leninistische Studenten bond (MLS) op de Twentse
studenten is groot. Te groot, vinden de bestuurders
van de THT, die zich storen aan de talloze bijdragen
van de MLS in het opinieblad van de hogeschool
Campofocus. Er komt een nieuwe redactie om scherper
te letten op de inhoud.
Betrapt bij het plakken
Jan de Jongh en zijn collega’s hebben veel contact met
de studentenraad, waarmee ze samen acties organiseren.
De studentenpastores vormen de verbindende
schakel tussen enerzijds de linksradicale studenten
van de THT (die leven in sterk pacifistisch ingestelde
woongroepen en zich vooral verbonden voelen met de
SP en de PSP) en anderzijds de kritische gelovigen uit
de protestante en katholieke kerk in Twente. Het huis
van dominee Jan de Jongh en zijn vrouw Wijnie aan de
Schumannlaan 8 in Enschede, op een steenworp van
de campus, wordt een soort actiecentrum. Het is een
open pastorie voor gespreksgroepen en activisme.
Wijnie zet vanaf hier samen met anderen Vluchtelingenwerk
Twente op. Studenten komen er bij elkaar
om campagnes te bedenken en acties voor te bereiden.
‘ Veel collega-predikanten
vinden hem te links,
te activistisch.’
De boycot van Angola-koffie is in de beginjaren een van
de spraakmakendste acties. De koffie is omstreden
vanwege het gewelddadige koloniale regime in het
Afrikaanse land en de onmenselijke arbeidsomstandigheden
op de plantages. Angola is een kolonie van
Portugal, dat onder bewind staat van dictator Salazar.
Het is op dat moment de derde koffieproducent in de
wereld. Her en der in Nederland ontstaan Angolacomités,
die bedrijven en organisaties proberen te
bewegen tot een boycot van de ‘bloedkoffie’. Ruim
130 werkgroepen van verschillende richtingen (werkgroepen
Zuidelijk Afrika, wereldwinkels, vredesweekgroepen)
posten bij filialen van Albert Heijn om
folders uit te delen aan supermarktklanten.
Ook de THT heeft een Angola-comité en De Jongh is
er actief lid van. Zijn naam prijkt onder een grote
advertentie in Dagblad Tubantia met een oproep tot
een boycot. ‘Vrije mensen drinken vrije koffie!’, luidt de
oproep. Een van de eerste successen is dat de
hogeschool en de Twentse schouwburg niet langer
Angolese koffie schenken. De campuspastor en zijn
vrouw staan vaak bij AH-filialen folders uit te delen.
Verder doet De Jongh een oproep aan collegapredikanten
in Twente om op zondag kerkgangers
via een brief te informeren over de Angola-kwestie.
Het komt hem op een reprimande te staan van de
kerkenraad. Zoveel activisme wordt niet op prijs
gesteld.
Rel in de Enschedese kerk
Het is niet alleen Angola dat op de radar staat van
(vredes)activisten. Ook de apartheidsregeringen van
Zuid-Afrika en Rhodesië liggen onder vuur. Er gaan
steeds meer stemmen op voor een algehele boycot
van Zuidelijk Afrika. De Wereldraad van Kerken
publiceert zelfs een lijst van bedrijven die hun geld
verdienen in dat gebied. De publicatie valt slecht in
Twente. Sommige gemeenteleden zeggen zelfs hun
lidmaatschap op, omdat ze de bemoeienis te ver vinden
gaan. Nederland telt 38 regionale werk groepen
Zuidelijk Afrika, die zich zorgen maken over de situatie.
Als de NAVO bekendmaakt dat ze zich met Zuidelijk
Afrika wil gaan bemoeien, uit vrees voor een opmars
van het communisme en voor ‘de bescherming van
.67
OP DE RADAR VAN ACTIVISTEN
Op een vrijdagavond in februari 1972 trekt De Jongh
er met twee studenten op uit om op verschillende
plekken in Enschede posters te plakken. De dominee
beschikt over een auto waarin de affiches en emmers
lijm vervoerd worden. Als de politie de drie bezig ziet,
wordt De Jongh klemgereden. Hij moet samen met de
twee andere actievoerders een nachtje in de cel
doorbrengen. ‘Ik ben niet zo handig in dat soort zaken’,
laat hij de volgende ochtend weten aan de pers. Het
is voor de campuspastor in ieder geval geen reden
om te stoppen met acties. Hij vindt het vooral jammer
dat de niet-geplakte biljetten en het plakgereedschap
in beslag zijn genomen. De lan delijke actie heeft effect.
Veel bedrijven stoppen met de verkoop van Angolakoffie.
In oktober 1973 besluit ook Albert Heijn de
inkoop van deze koffie te staken.
de Kaaproute’, is dat aanleiding voor het campuspastoraat
om in september 1973 een groot congres te
orga niseren. De Jonghs voortdurende strijd tegen het
apartheids regime wekt wrevel binnen zijn gereformeerde
kerk, blijkt ruim twee jaar later. De dominee
spreekt zich hardop uit tegen de AMRO-bank, die
binnen een internationaal samenwerkingsverband
grote leningen verstrekt aan Zuid-Afrika. Net als de
werkgroep ‘Betaald Antwoord’ roept hij op tot een
boycot van de AMRO. Postgiro en Rijkspostspaarbank
zijn prima alternatieven. Ook maakt hij in het Centraal
Weekblad voor de gereformeerde kerken reclame voor
een Politiek Kafé (Polka) in de Kokerjuffer in Enschede
over het thema: ‘Zuid-Afrika en wat doen we daar met
Nederlands geld?’ >>
ZILVER WINTER 2022 / 2023
TIJDSBEELD. JAN DE JONGH
‘In de kerk doe je
meer dan bidden’
.68
De Jongh vindt zijn acties logisch. ‘In de kerk doe je
meer dan bidden”, schrijft hij. Maar niet iedereen denkt
daar zo over. Een groep verontruste g e meen teleden
uit Enschede ziet de boycotoproep als een vorm van
‘linkse indoctrinatie’. “Neder landers hebben de
onhebbelijke gewoonte zich met (te veel) andere
dingen en andere landen te bemoeien. Voorlopig
hebben we onze handen vol aan de binnenlandse
politiek van ons eigen land, waar mede door activiteiten
van bepaalde actiegroepen de situatie verre
van rooskleurig is’, schrijven negen gemeenteleden
begin 1976 in een reactie.
SAMENSPREKING
De Jongh stelt voor om het meningsverschil uit
te praten tijdens een ‘samenspreking’ bij hem thuis
aan de Schumannlaan in Enschede. Acht van de negen
hebben helemaal geen zin in zo’n ‘propaganda-avond’.
Ze komen dus niet. Tussen hen en de actie voerende
dominee blijft altijd een onge makkelijke verhouding
bestaan.
Ook met het Komitee Zuidelijk Afrika (KZA) botert het
niet. Aanleiding is een door het KZA georganiseerde
predikantenreis naar Zuid-Afrika. De Jongh heeft
interesse maar stelt wel voorwaarden. Hij wil logeren
bij een zwart gastgezin en vraagt om duidelijkheid
over de sponsoring van de reis, die slechts duizend
gulden kost. Er ontstaat een stekelige briefwisseling.
Het resultaat is dat De Jongh niet meegaat. Uiteindelijk
maken 22 predikanten de reis, die in
Nederland veel weerstand oproept. De deelnemers
laten zich gebruiken door het apartheidsregime,
vinden critici als De Jongh. Want tijdens de rondreis
zitten 4.224 Zuid-Afrikanen gevangen, onder wie
enkele collega-predikanten. Intussen is de situatie
in Zuid-Afrika nóg schrijnender geworden door
het bloedbad van Soweto in de zomer van 1976. De
(blanke) politie schiet bij een scho lierenopstand
in de township van Johannesburg hon derden zwarte
jongeren dood. De wereld reageert geschokt. Voor
de Socialistische Partij is het aanleiding om de actie
Van Mens tot Mens nieuw leven in te blazen. Werden
vier jaar eerder massaal kaarten met gruweldaden
in Vietnam naar Amerikaanse burgers gestuurd,
eind 1976 gaan de kaarten met foto’s van het
Soweto-bloedbad naar willekeurige inwoners van
Zuid-Afrika. Het doel is om de publieke opinie daar
te beïnvloeden.
Emotionele band met de RAF
Studentenpastor De Jongh vaart zoveel mogelijk
z’n eigen koers, ook al wordt die door zijn kerke lijke
achterban niet altijd begrepen. Veel collegapredikanten
vinden hem te links, te activistisch.
Dat wordt evident in de zaak rond de Rote Armee
Fraktion. De terroristische organisatie, ook wel
Baader-Meinhof Gruppe genoemd, zorgt in Duitsland
voor dood en verderf.
Een van de prominente leden van de RAF is Gudrun
Ensslin. Nadat een politieagent in 1967 de demonstrerende
student Benno Ohnesorg in Berlijn heeft
doodgeschoten, radicaliseert ze snel. Ze vindt dat
studenten de wapens moeten opnemen tegen de
regering. Enkele maanden later krijgt ze een relatie met
Andreas Baader. Samen beginnen ze met het plegen
van aanslagen. Ensslin wordt de leider van de RAF, een
extreem gewelddadig gezelschap. Op 1 juni 1972 weet
de politie haar, Andreas Baader en Holger Meins aan
te houden. Ze worden in 1977 tot levenslang veroordeeld.
Een half jaar later treft het personeel van de
Stammheim-gevangenis Ensslin, Baader en een derde
RAF-lid dood in hun cel aan. Zelfmoord, concludeert
justitie. Maar studentenpastor Jan de Jongh twijfelt aan
die lezing. Hij koestert grote sympathie voor de
terroristen, vooral voor Ensslin, ook al keurt hij hun
geweld af. Dat ze zijn geradicaliseerd, valt volgens hem
- gezien het optreden van de politiek - te begrijpen. Ook
heeft De Jongh zich al die jaren opgewonden over de
opsporingsplakkaten in Duitsland met de slecht
belichte foto’s van de gezochte RAF-leden. Hij vindt het
trucs om hen in een nog kwader daglicht te stellen.
Andreas Baader en Gudrun Ensslin
Ook Twente laat zich horen. Studentenpastor De Jongh
is mede-initiatiefnemer van een regionaal comité
tegen de beroepsverboden. Het Twentse comité stuurt
ingezamelde protesthandtekeningen naar de minister
van Onderwijs in Bonn. De Jongh reist naar collegapastors
in West-Duitsland om hen te ondersteunen bij
hun strijd tegen de beroepsverboden, want hun baan
staat op de tocht.
Vooral vanuit de PSP is er veel verzet tegen de beroepsverboden,
mede uit vrees dat ook Nederland ermee
te maken krijgt. Die vrees komt uit. In het najaar van
1977 loopt Bouwe Kalma, hoofdinspecteur van de
Rotterdamse politie, mee in een demonstratie van
RAF-sympathisanten. Ze protesteren tegen de manier
waarop Duitsland de terroristen in de gevangenis
behandelt. Zijn deelname komt Kalma duur te staan.
De collega’s van de politie accepteren hem niet meer.
Officieel krijgt de hoofdinspecteur een schriftelijke
berisping, maar in de praktijk wordt de situatie op de
werkvloer onhoudbaar. Hij krijgt uiteindelijk eervol
ontslag. Kalma wordt daarna lijsttrekker voor de SP
tijdens de verkiezingen voor het Europees Parlement,
maar haalt te weinig stemmen voor een zetel. Zelfs de
stem van studentenpastor Jan de Jongh kan hem niet
helpen.
.69
Beroepsverboden
De Jongh is met zijn emotionele band met de RAF geen
uitzondering in Nederland. Veel media oordelen mild
over de daden van de terroristen. Ook is er twijfel over
de verklaring van de Duitse justitie dat de drie
zelfmoord hebben gepleegd. Groot is de weerstand
tegen het zogeheten Berufsverbot. Mensen die de
democratie niet erkennen, mogen niet werken in West-
Duitse overheidsdienst. Zelfs het meelopen in een
demonstratie kan gevolgen hebben. Een heksenjacht,
vindt de PvdA, die haar zusterpartij SPD in West-
Duitsland op het matje roept.
Dit is de verkorte versie van een van de hoofdstukken
uit het onlangs verschenen boek
AKTIE! (vijf decennia activisme in Twente) van
Marco Krijnsen. Het boek gaat in op het
ontstaan en verloop van de belangrijkste
acties in de afgelopen halve eeuw, zoals tegen
de uraniumverrijkings fabriek UCN in Almelo,
asbestproducent Eternit in Goor, de chloortransporten
van Akzo en vliegbasis Twenthe.
Het boek is te bestellen via aktieintwente.nl.
ZILVER WINTER 2022 / 2023
COLUMN. PAUL ABELS
Bennie &
Westie
Ik liet mijn hond uit langs het Twenthekanaal. Bennie had een
enorme tak in zijn bek. Het is een hond met ambitie en grote
voorwaartse drang. Traag schoven de schepen voorbij. De Ferox
uit Werkendam, de Neeltje Jacoba uit Hardinxveld Giessendam,
de Spinoza. De schippers lieten de Nederlandse vlag trots
wapperen in de wind, rood-wit-blauw, anders dan de vlaggen
van de boeren.
Alles was heftig in beweging, de hond, de bomen, de bladeren,
de maatschappij. Ik was blij dat de schepen zo rustig voeren.
In de verte kwam mij een man tegemoet. Hij frutselde snel zijn
hond aan de riem. Het was een moordenaar. De hond bedoel
ik. Ik lijnde mijn hond ook aan, hoewel het geen moordenaar is
maar een allemansvriend.
.70
‘Is dat ’n labrador?’ schreeuwde de man vanuit de verte. ‘Loa mer
los heur!’ Ik twijfelde even maar liet de Benniehond toch los.
Hij vloog erop af - het is een gezelligheidsdier. De man liep met
twee honden. Een vreeswekkende stafford met een stroomaggregaat
om de nek en een keffertje. ‘Kiek,’ zei de man, ‘asse
noe den hoond van oe bie de strot hef en hee wil nich losloatn,
datte deúr wil bietn zeg mar, want dat doot ze, nôh, dan dreai
ik hieran. Mooi ding heur.’ Hij toonde de traploos verstelbare
elektrocuteerinrichting die zijn hond als halsband om de nek had.
Ik vroeg of hij door kon draaien tot 220 volt. ‘Is nog nich neudig
west,’ zei de man.
Ik vertelde ook iets over mijn hond. Dat labradors vaak artrose
hebben. ‘Joa! Ik ken ’n kearl, den har ok ’n labrador met oktrose.
Den gaf-e wietöllie. Wietöllie! Met van dee PCB’s d’r deur. Wat
dach-ie: leup weer as de braandweer!’ Ik vroeg naar het witte
keffertje. ‘Westie? Den was eerst gel. Knalgel. Hartstikke gel!
Dat kwam zo, zien vrouwtje rookn als ’n schossteen. En Westie
steunk machtig oet de bek. Bin ik met ’m naar ’n veearts goan:
23 taandn d’roet trokkn. Joa, van dat rookn van dat vröawke
kwam dat.’ Of Westie alles kon eten, vroeg ik. ‘Zeker weten!
Taandvlees, zat genog! Spiekerhard!’
Paul Abels
.71
‘Loa mer
los heur!’
ZILVER WINTER 2022 / 2023
(advertorial)
1 januari, TV Oost
‘Zo doo wiejleu dat’
Een eeuw Twente op film
.72
Op nieuwjaarsdag zie je op TV Oost de
televisiepremière van de succesvolle bioscoopfilm
‘Zo doo wiejleu dat’. Een film van Erik Willems en
Johanna ter Steege.
Een volle eeuw Twentse geschiedenis met
beelden over de opkomst en ondergang van de
textielindustrie, de Tweede Wereldoorlog, de
aanleg van het Twentekanaal en de A1, de
vuurwerkramp en het landskampioenschap van
FC Twente. Maar ook het alledaagse leven komt
aan bod. Lachende boerinnen die wegduiken voor
de camera, wasvrouwen op de bleek, een uitje
naar attractiepark de Waarbeek, tradities zoals
het vlöggeln, de Italiaanse en Turkse gastarbeiders
en het oudste bewegende beeld uit
Twente tot nu toe, de begrafenis van
textielbaron Gerrit Jan van Heek in 1915.
1 januari
15.00, 19.00 en
22.00 uur
Johanna ter Steege neemt je met haar prachtige
commentaar mee door de tijd. ‘Zo doo wiejleu
dat’ is een feest der herkenning. Niet alleen voor
Tukkers, maar voor iedereen.
‘Zo doo wiejleu dat’, zondag 1 januari, 15.00, 19.00
en 22.00 uur, TV Oost.
Thuis in Overijssel
© foto: Ebo Fraterman
TV Oost vind je op: 30 Ziggo | 504 KPN | 78 Caiway | 11 Delta | rtvoost.nl/ontvangst
.73
Een Beetje Leuk
Ouder Worden,
wie wil dat nou niet?
.74
Als iemand weet hoe je een beetje leuk ouder
kunt worden dan is het wel de van oorsprong
Twentse Wies Verbeek. Als healthy agingjournalist
interviewde ze meer dan tachtig
wetenschappers en gezondheidsexperts met
vragen als: waar om slapen we minder goed
als we ouder worden? En hoe kunnen we
die slaap ver beteren? Hoe houd je je brein
zo lang mogelijk gezond? Wat werkt écht
om je lijf een beetje strak te houden? Welke
oefe ning is het beste voor je botten? Kan
hor moon suppletie bijdragen aan een beter
seksleven? Ze dompelde zich daarnaast onder
in de vakliteratuur. De allerbeste tips die
ze de afgelopen jaren opdeed, bracht ze bij
elkaar in een boek, veelal voorzien van haar
eigen ervaringen.
// Illustraties
ELLEN GÖZEL-NIEHOFF
Zo laat ze bijvoorbeeld zien hoe
witlof kan bijdragen aan gezonde
darmbacteriën, een hoor toestel
dementie kan helpen voor komen,
dat er een verband bestaat tussen
je loopsnelheid en je levensverwachting,
en geeft ze de beste oefening
voor de core, het deel van uw
lichaam dat zorgt voor balans en
stabliliteit.
.75
’n Beetje Leuk Ouder Worden staat
vol praktische tips en tricks op het
gebied van voeding, geest, hormonen,
beweging, uiterlijk en meer. Alles van uit
het idee: kleine moeite, groot resultaat.
WIN
We zijn benieuwd wat onze lezers doen om
een beetje leuk ouder te worden. Stuur uw
eigen tip naar redactie@zilvermedia.nl.
De drie leukste tips belonen we met een exemplaar
van ‘n Beetje Leuker Ouder Worden.
ZILVER WINTER 2022 / 2023
OPINIE. SENIOREN
.76
SENIOREN
OP WEG NAAR
2030
PRATEN MET OUDEREN,
NIET OVER OUDEREN!
// Tekst
IR. S. ARDA-SCHIFFEL
De samenleving is sterk geïndividualiseerd. De solidariteit
tussen de generaties staat onder druk, vooral nu er in de
samenleving een verwijtende sfeer hangt tussen jong en oud.
Ouderen worden steeds als kostenpost gelabeld. Terwijl ouder
worden een volwaardige levensfase is, met een zelfstandige rol
voor ouderen in de samenleving. Vergeet niet dat driekwart van
senioren vitaal en maatschappelijk actief is. Positief denken
over de maatschappelijke bijdrage van senioren is wenselijk.
Babyboomers zijn mantelzorgers, oppas-oma’s en -opa’s en
verrichten op grote schaal maatschappelijk vrijwilligerswerk,
dat sterk ten goede komt aan de economie. Senioren leveren met
overtuiging hun bijdrage aan de samenleving.
Een positieve samenleving combineert de ervaring
van ouderen met de kracht van jongeren.
De provinciale en de gemeentelijke overheden
hebben daarin de taak om de kwaliteit van de samenleving
te verbeteren door de sociale cohesie en de
burgerparticipatie te bevorderen. Betrek de burger bij
de ontwikkeling en uitvoering van het beleid dat hen
aangaat. Maak gebruik van kracht en inzet, kennis en
ervaring van ouderen.
Wonen
De ouderen denken over hun woonwensen na en bezinnen
zich op de vraag: In welke woonsituatie kan ik
als oudere zolang mogelijk zelfstandig wonen en leven
met behoud van kwaliteit van leven? De toekomstbestendige
zorg en de preventieve zorg verlening op
alle niveaus kun je niet los zien van welzijn en wonen.
Langer zelfstandig wonen vraagt niet alleen om woningaanpassing
maar ook voorzieningen in de buurt.
Gemeenten moeten noodzakelijk woonruimte voor
voldoende gevarieerde woonvormen bieden aan verschillende
generaties. Woon-zorg servicegebieden en
voorzieningen zoals gezondheidscentra zijn dan van
vitaal belang, startend vanuit het welbevinden van
mensen en hun leefomstandigheden waaronder hun
woonsituatie. Bijzondere aandacht vraagt healing environment:
een omgeving die het welzijn en de gezondheid
bevordert. Dat betekent aandacht voor voldoende
daglichttoetreding, voldoende frisse lucht, zicht op de
natuur en voldoende stilte. De woningen liggen in de
ver trouwde omgeving, met de mogelijkheid tot sociaal
contact en nabij openbare voorzieningen als winkels,
openbaar vervoer, cultuur, etc. Vertrek uit de vertrouwde
buurt betekent vaak verlies aan sociale contacten
en kan eenzaamheid bevorderen. De wens naar groepswonen
in bijvoorbeeld hofjes of woon-zorg centra,
waar men elkaar in een soort gemeenschap, nieuw
nabuurschap, kan ondersteunen, neemt toe. Kortom:
veilig wonen met veel sociale contacten, veel privacy
en omzien naar elkaar.
‘Een positieve samenleving
combineert de ervaring
van ouderen met de kracht
van jongeren.’
Zorg
Het voorbereiden op gezond ouder worden is een
gezamenlijke taak van de hele samenleving. Daarom
moeten de programma’s voor senioren die gericht zijn
op bewustwording van verantwoordelijkheid voor eigen
welzijn, gezondheid en leefstijl bevorderd worden.
De technologische revolutie waarin wij ons bevinden,
zorgt voor een snel veranderende samenleving. Omgaan
met de digitalisering in de samenleving in het
algemeen en de digitalisering in de zorg specifiek is
voor vele ouderen geen vanzelfsprekendheid. Om al
deze ontwikkelingen bij te kunnen benen is kennisoverdracht
aan ouderen nodig. Dit kan ge realiseerd
worden door de wetenschap, product ontwikkelaars,
de zorg organisaties en de senioren als doelgroep
bij elkaar te brengen. Senioren willen als gebruiker
en consument hun behoeftes en ideeën in het begin
van het ontwikkelproces kenbaar maken, zodat
met hen rekening wordt gehouden om tot een veilig
en efficiënt product te komen. Participatieraad Ouderen
Overijssel levert als denktank en intermediair een
bijdrage aan beter overleg tussen de wetenschap, het
bedrijfsleven, de zorgorganisa ties en de ouderen. Zo
komen de leefwereld en de systeemwereld efficiënt
samen. De ouderen zeggen: met ons, niet over ons!
Ir. S. Arda-Schiffel is voorzitter van de
Participatieraad Ouderen Overijssel (PROO)
PROO is een vrijwilligersplatform voor georganiseerde
en ongebonden senioren, dat antwoorden zoekt op
maatschappelijke vraagstukken rond de groeiende
populatie senioren in Overijssel. Wij organiseren als
intermediair symposia, webinars, ontmoetingsmarkten
en probeerservices om digitalisering in de zorg
en zelfredzaamheid laagdrempelig over te brengen.
Samenwerkingspartners zijn o.a. Universiteit Twente,
Saxion Hogeschool, Vitaal Twente, ROC van Twente,
Eforto en Twentse Zorgacademie.
www.proo-overijssel.nl
.77
ZILVER WINTER 2022 / 2023
AMBACHT. BOEKBINDER GERRIT KNOL
GERRIT
KNOL [83]
een boekbinder van
de oude stempel
Hengeloër Gerrit Knol was afgelopen zomer weer
deel nemer aan de Siepelmarkt in Ootmarsum. Daar,
in dat authentiek middeleeuwse stadje met de smalle
kronkelige straatjes van kinderkopjes, vakwerkhuisjes
en stokoude waterputten, demonstreerde de 83-jarige
het oude ambacht van het boekbinden. Hij behoort tot
de laatsten in het vak.
.78
// Tekst en foto’s
JOHN LEURINK
‘Meer dan 300 jaar
geleden werkte
iemand hieraan en
nu heb ik het in
handen.’
Ik denk dat ik in Twente de enige ben die dit
ambacht nog uitvoert, althans op de oorspronkelijke
wijze die eeuwen teruggaat’,
zegt de vitale bejaarde. ‘Momenteel leid ik wel
een jonger iemand op. Hopelijk zet hij door.
Het zou werkelijk doodzonde zijn als dit werk
helemaal verdwijnt, zoals er al zoveel van vroeger
is verdwenen.’
.79
Eeuwenoud
We zitten aan de lange smalle werkbank in de
bergruimte van zijn appartement. Dit is zijn
domein, waarin hij talloze uren doorbrengt
om boeken te restaureren. Veelal gaat het om
oude boeken van diverse genres, maar evengoed
brengt hij hedendaagse boeken terug
in hun oorspronkelijke staat. Het zijn vaak
verzamelwerken of boeken waarmee iemand
een emotionele band mee heeft.
Momenteel heeft hij een statenbijbel uit 1662
onderhanden, rijkelijk voorzien van koperen
beslag. Het meer dan een decimeter dikke
boek uit particulier familiebezit verkeert in een
desolate staat. ‘Deze heeft een harde gebonden
band en wordt bijeengehouden met de
eeuwenoude bindmethode. De band bestaat
uit een zogenaamd voor- en achterplat van
eikenhout en een rug. In de band zitten knepen.
Die hebben een scharnierfunctie. Tussen de
platen komt het boekblok, zeg maar de pagina’s.
Die zijn met elkaar verlijmd. Er zijn echter
ook boeken met genaaide boekblokken. Als je
het boek openslaat zie je ruimte tussen het
boekblok en de rug.’ >>
ZILVER WINTER 2022 / 2023
AMBACHT. BOEKBINDER GERRIT KNOL
.80
1729
Handwerk
De ambachtsman heeft er nog wel wat werk aan. De
statenbijbel ligt volledig uit elkaar, iets wat volgens
Knol vaak het geval is. Ook de gebogen kapitaalband
van goudkleurig gestikt draad moet vernieuwd
worden. Deze band wordt boven- en onderaan het
binnenwerk op de rug gelijmd. Het geeft een boek
een luxere uitstraling. Zo’n band vereist secuur
handwerk. Gerrit beheerst dit tot in detail, zoals hij
ook zijn hand niet omdraait voor het verlijmen of
naaien van katernen tot een boekblok. Het stijfsel
en boekbinderslijm maakt hij zelf.
‘Uiteindelijk gaat dit exemplaar er net zo uitzien
als mijn eigen statenbijbel. Die dateert van 1729 en
was mijn eerste restauratieobject. Stel je eens voor;
meer dan 300 jaar geleden werkte iemand hieraan
en nu heb ik het in handen. Het zijn technische
meesterwerken, maar ook wat de inhoud betreft.
Puur handwerk. Ik vind het heel fascinerend, net
als de geschiedenis en ontwikkeling van het boekbinden.’
Die geschiedenis gaat terug tot de eerste eeuw na
Christus toen de eerste boeken werden gemaakt.
Informatie werd niet langer op een rol geschreven
maar gebonden in een ‘codex’ door ze bij elkaar
te vouwen en met een kettingsteek vast te zetten.
Een eeuw later verschenen boeken met een slappe
band, de voorloper van de hedendaagse paperback.
Boekbinders in de middeleeuwen ontwikkelden de
houten omslag, vaak bekleed met leer. Later werden
de metalen sluitingen toegevoegd en werden boeken
weelderig gedecoreerd.
Knol: ‘Er zijn sinds het begin van het boekbinden
tal van ontwikkelingen geweest die tot variaties in
het binden hebben geleid. Maar de oude bindingen
hebben eigenlijk allemaal elementen die je ook
in de moderne boeken terugvindt. Ook die bestaan
uit gevouwen bladen die in katernen zijn samengebracht
en vastgenaaid zijn aan draden die over
de rug lopen. ‘
.81
Schoolboeken
Hij leerde het vak toen hij in 1974 als conciërge
aan het werk ging bij het huidige Bonhoeffercollege
in Enschede. ‘In die tijd werd er nog heel veel
met boeken gewerkt’, zegt hij. ‘Uiteraard ging er
nog wel eens eentje stuk. Het repareren werd
uitbesteed, maar op een gegeven moment vond de
penningmeester dat toch wel wat te duur worden.
Omdat ik nogal handig was werd mij gevraagd om
dat te gaan doen. Omdat ik een en ander natuurlijk
wel onder de knie moest krijgen, mocht ik een
opleiding volgen aan de grafische vakschool in
Amsterdam. Daar leerde ik het basisboekbinden
en het klein-offset-drukwerk.’
‘De fijne kneepjes van het boekbinden heb ik geleerd
bij de monniken in de Abdij van Sion in Diepenveen.
Met de komst van de computer en andere digitale
communicatiemiddelen verdween langzaam maar
zeker ook de noodzaak tot het repareren van
boeken. Ik had er natuurlijk mee kunnen stoppen,
zeker na mijn pensionering, maar ik ben ermee
‘Ze komen vaak
met boeken waarvan
je denkt dat er geen
eer meer aan te
behalen valt.’
doorgegaan. Omdat het leuk is, omdat dit ambacht
niet verloren mag gaan en omdat veel boeken het
verdienen. Dat vinden de mensen die mij vragen
om een boek te restaureren ook. Ze komen uit de
hele regio, een enkeling uit Duitsland en Amerika.
Vaak met een boek waarvan je denkt dat er geen
eer meer aan te behalen valt. Die uitdaging ga ik
graag aan om daarna te genieten van de blijdschap
van de eigenaar.’
ZILVER WINTER 2022 / 2023
CULTUURHISTORIE. JAN SCHOENAKER
Twentse motieven | Geveltekens | Midwinter
// Tekst
JOHN VAN ZUIDAM
Glazenier
Jan Schoenaker
Verhalenverteller in
gebrandschilderde ramen
.82
‘Ik heb graag dat je kunt zien wat je ziet’, zei Jan Schoenaker, beeldend kunstenaar en glazenier op
93-jarige leeftijd in april 2016 over zijn werk, een jaar voor zijn overlijden. Hij werd door RTV Oost
geïnterviewd in de ‘Oale Grieze’, de Protestantse kerk in het hartje van Hellendoorn, waarvoor hij begin
jaren zestig de gebrandschilderde ramen had gemaakt. Hij kon ze vanwege zijn beperkte gezichtsveld
nauwelijks nog zien. Het gesprek vond plaats ter gelegenheid van de Johanna van Buren Cultuurprijs,
die in deze kerk aan hem werd uitgereikt als erkenning voor zijn totale Twentse oeuvre. Hij vervolgde:
‘Allerlei ingewikkelde verhalen vertellen voordat iemand begrijpt wat je in de verste verte bedoeld hebt,
daar doe ik niet aan mee.’ Deze uitspraak tekende Jan ten voeten uit. Hij hield niet van dikdoenerij en
valse strapatsen. Wat je ziet is wat je krijgt!
Kerstkind: een persoonlijk
verhaal met een knipoog
Al veertig jaar kijk ik met warmte en
plezier naar het gebrandschilderde raam voor
een van de vensters van onze woonkamer. In
1982 verstrekte ik Jan Schoenaker de opdracht
om een raam te ontwerpen en te maken,
bedoeld als verjaardagsgeschenk voor mijn
veertigjarige trouwe levensgezellin. Hij nam
mijn opdracht niet voetstoots aan, want er
lagen nog genoeg opdrachten op uitwerking
te wachten. Pas na een persoonlijk bezoek
in zijn atelier in Oldenzaal ging hij overstag.
De tweede keer ging de jarige mee om het
werk in wording te zien en daarna om het op
te halen. Echtgenote Ineke (Christina) is een
kerstkind. Ze werd in Nijmegen geboren, tijdens
de Tweede Wereldoorlog, in de kerstnacht van
1942. In het raam is dan ook een kersttafereel
weergegeven met grappige verwijzingen naar
onze gezinssituatie. Het kerstverhaal behoorde
tot Jans favoriete onderwerpen. Ineke is afgebeeld
als Maria en het Kindeke Jezus ligt
in haar schoot als metafoor voor haar eigen
geboorte. Onze dochter Marjory zit links van
Maria en onze zoon Ivo heeft als geschenk
twee konijnen meegebracht. Ikzelf heb als
cadeautje een 40+-kaasje in mijn handen. En
een herder brengt nog een mandje met eieren
mee. Ter rechterzijde bakt Josef kniepertjes,
met een wafelijzer met daarop onze namen
en trouwdatum afgebeeld. Tenslotte staan op
de schoorsteenmantel borden met de wapens
van Nijmegen, Hellendoorn en Oldenzaal,
respectievelijk onze geboorteplaatsen en de
woonplaats van de maker. Aan Zilver Magazine
de primeur om dit privéwerk in de openbaarheid
te brengen!
hoorns | Boerenhuifkarren | Houten topgevels | Schilderachtige hoekjes
Foto Carlo ter Ellen / De Twentsche Courant Tubantia
.83
Nu ons kerstkind, veertig jaar later, de leeftijd van
tachtig jaar gaat bereiken, is er alle reden om weer eens
de aandacht te vestigen op deze kunstenaar die met zijn
rijke oeuvre van grote betekenis is voor Twente, maar
ook ver daarbuiten, tot in de Verenigde Staten toe. Vooral
zijn ramen in diverse kerken in Twente getuigen van
een grote schoonheid en kleurenrijkdom.
De karmelieten als rode draad in Jans
levensverhaal
Jan was geen Tukker van geboorte. Hij zag in1923 in
Roosendaal het levenslicht en overleed in 2017 op
94-jarige leeftijd in een verpleeghuis in Almere. Maar
het stond voor hem wel vast dat hij in Saasveld, bij zijn
eerste echtgenote Tonny, begraven wilde worden.
Schoenaker groeide vanaf 1925 op in Oldenzaal, waar
zijn vader als douaneambtenaar werkte. Na de hbs-b op
het Carmellyceum studeerde hij vrij en monumentaal
schilderen aan de Academie Kunstoefening in Arnhem.
Tussen Arnhem en Parijs, waar hij in 1947 voor een vervolgstudie
naartoe gaat, ligt zijn vroegste werk: een eerste
kruisweg in de kapel van het lyceum. En een opdracht
van twaalf apostelramen, verkregen via zijn klasgenoot
en bevriende pater karmeliet voor de dorpskerk van
Tilligte. Deze bezorgde hem later ook opdrachten in
Duitsland. Jan sloot zich na de Tweede Wereldoorlog aan
bij de Nieuwe Groep, een gezelschap kunstenaars dat naar
vernieuwing in de Twentse kunst zocht. Hij nam deel aan
een aantal tentoonstellingen van de groep, totdat hij in
1947 met een Franse studiebeurs naar Parijs vertrok om
de techniek van het frescoschilderen te bestuderen en
lessen in modeltekenen te volgen.
Na zijn terugkeer in Oldenzaal waren het opnieuw de
karmelieten die bemiddelden bij nieuwe opdrachten.
Hij kreeg de gelegenheid in de trappenhuishal van zijn
‘eigen’ Carmellyceum zijn vers geleerde frescotechnieken
te beproeven. In 1999 maakte hij voor de hoofdingang een
raam ter herinnering aan Titus Brandsma. >>
‘Zijn ramen in diverse kerken
in Twente getuigen van
een grote schoonheid en
kleurenrijkdom.’
ZILVER WINTER 2022 / 2023
CULTUURHISTORIE. JAN SCHOENAKER
Foto Carlo ter Ellen / De Twentsche Courant Tubantia
.84
Hoogtepunten
Hoewel Jans oeuvre veel meer omvatte dan alleen
gebrand schilderde ramen, is hij daar toch het
meest beroemd mee geworden. Zijn belangrijkste
opdrachtgever was de katholieke kerk. In menig
parochiekerk zijn ramen te vinden van Schoenaker,
in en buiten Twente, maar ook in het buitenland. Hij
beschouwt de drie kerkramen uit 1950-1951 voor de
laatgotische, hoge zijbeuk van de Plechelmusbasiliek
in Oldenzaal als zijn eerste hoogtepunt. Hij is
daarbij in zijn kleurenpalet duidelijk geïnspireerd
door de donkere, maar kleurrijke ramen in de
kathedraal van Chartres, Frankrijk. In de decennia
daaropvolgend gaat hij veel meer lichtgekleurde
tinten gebruiken.
Een tweede hoogtepunt vormde de dertig jaar
lange opdracht om 43 ramen te maken in de kerk,
pastorie en aula van de Saasveldse Plechelmuskerk,
op de met grachten omgeven oude huisplaats van
de havezathe Saterslo. Hij kon de opdracht goed
gebruiken. De katholieke kerk maakte een woelige
periode mee: modernisering, zoals besloten tijdens
het Tweede Vaticaans Concilie in 1965 en door
het pausschap van Johannes XXIII. De beatmis
deed zijn intrede, de Latijnse liturgie werd op
een zacht pitje gezet, het altaar werd naar voren
gehaald en de priester stond nu met zijn gezicht
naar de gelovigen. De eeuwenlange traditie van het
verfraaien van de kerk met beelden en kleurrijke
gebrandschilderde ramen paste daar niet meer bij.
‘Schoenaker vreesde dat ze
hem, van katholieke huize,
niet zouden accepteren.’
Schoenaker moest, naast zijn ‘reddingsboei’ in Saasveld,
noodgedwongen overschakelen op ‘andere takken
van sport’ in de kunst. Hij legde zich toe op het maken
van portretten, zoals alle rectors magnifici van de
Twente Universiteit. Van 1968 tot 1984 verdiende
hij zijn boterham als docent tekenen, twee jaar aan,
jawel, het Carmellyceum en daarna aan de afsplitsing,
het Thijcollege, in Oldenzaal.
‘Ik was van het houtje’
Een derde hoogtepunt in ‘het schilderen met glas’
voor Jan Schoenaker werd de grote opdracht voor de
beglazing van de Nederlands Hervormde dorpskerk
van Hellendoorn. Dit werk werd ontworpen en
uitgevoerd in de jaren 1960-1962, gelijktijdig met de
restauratie van de kerk door de bekende Almelose
architect, regionalist, kenner en tekenaar van de
landelijke bouwkunst Jan Jans. Ik woonde naast
de familie Jans in de G.K. van Hogendorpstraat en
herinner mij dat ik samen met hem en zijn zoon
Everhard het restauratieproject bezocht. Jan Jans
dacht meteen aan Jan Schoenaker als de ideale
glazenier voor dit project. Ze hadden elkaar leren
kennen toen ze na de Tweede Wereldoorlog samen
het verzetsmonument voor Oldenzaal mochten
maken. Jaren later liep Everhard Jans een half jaar
stage bij Jan om het brandschilderen onder de knie
te krijgen.
‘Ik skrieuw so as ik ’t heur.’
Schoenaker was echter allerminst zeker van zijn
zaak, want hij was ‘van het houtje’, zoals hij in 2016
in het hierboven aangehaalde interview verhaalde.
Ik kende die uitdrukking niet. Het betekende
dat Jan katholiek was. Katholieken vereerden het
kruishout van Christus als teken van de verlossing.
Het bedehuis in Hellendoorn was oorspronkelijk
een katholieke kerk, maar lag al eeuwenlang in
handen van de protestanten. Schoenaker vreesde
dat ze hem, van katholieke huize, niet zouden
accepteren, of dat hij abstracte ramen zou moeten
maken. Beelden waren in de protestants-orthodoxe
kerk verboden, omdat deze tijdens de diensten van
het woord van God zouden afleiden.
Jans vrees bleek ongegrond. De kerkvoogdij en de
twee voorgangers bleken diep onder de indruk van
Jans kennis van Bijbelse verhalen. Met name het
Oude Testament was voor hem een onuitputtelijke
inspiratiebron bij de keuze van zijn onderwerpen.
Zijn voorstel om parabels uit de Bijbel te gaan
afbeelden, kreeg dan ook veel bijval. In feite werd
in zijn ramen ‘Het Woord verbeeldt!’
Keskaat’n, kantaat’n en implantaat’n
Uit de sgrafitto’s op de zeer originele kerstkaarten
die Jan jaarlijks maakte, bleek dat hij ook een zeer
verdienstelijk graficus was. Net als in zijn ramen
verwerkte hij in zijn tekeningen Twentse motieven,
zoals geveltekens, midwinterhoorns, boerenhuifkarren,
boerderijen met houten topgevels en
schilderachtige hoekjes en plekjes in Oldenzaal.
Dat deze laatste steeds zeldzamer werden dankzij
de jarenlange sloperswoede van de verschillende
stadsbesturen, maakte de satiricus in hem wakker.
In scherpe hekeldichten in het Twents maakte
hij korte metten met deze moderniseringsdrang,
zoals blijkt uit deze strofe uit een van zijn gedichten
(op de wijze van Oh Tannenbaum):
O! Oldenzaal O! Nij-en kaal.
Wat dös met diene huuze
De oale huuze how al kot
Mot ok den oalen Griezen vot?
O! Oldenzaal, O! Mot ’t -al-daal?
Wel wil in die nog huuzen?
>>
.85
ZILVER WINTER 2022 / 2023
CULTUURHISTORIE. JAN SCHOENAKER
.86
In dit gedicht verhaalt hij over de zoektocht van Josef
en Maria naar onderdak voor de nacht, waarbij ze
uiteindelijk in Oldenzaal terecht kwamen, maar waar
ze vanwege de kaalslag in die stad geen schuilplaats
meer konden vinden. Jan trok zich niets aan van de
kritiek dat hij in zijn gedichten geen gebruik maakte
van ‘het algemeen beschaafd Twents’, zoals de ‘Kreenk
vuur de Twentse Sproak’ voorschreef. ‘Ik skrieuw so
as ik ’t heur’ was steevast zijn antwoord. Ondanks zijn
kritische kijk op de publieke zaak in Oldenzaal werd
hij in die stad met drie tentoonstellingen waarin zijn
kerstkaarten centraal stonden, geëerd: Keskaat’n en
kantaat’n (1990), Keskaat’n en implantaat’n (2011) en
Keskaat’n An‘ekaat (2012).
Voor mij was het een mooi moment van bezinning
om de handschoen op te pakken en te komen tot een
cultureel centrum dat grotendeels kan worden gewijd
aan het omvangrijke oeuvre van Jan Schoenmaker,
maar dat natuurlijk ook openstaat voor andere
culturele activiteiten. Dit in overleg met een van
zijn beste vrienden Albert Wiggers in Oldenzaal,
die een omvangrijk archief over de kunstenaar bezit
en met het schilder- en glasmuseum van Fons Oude
Hesselink in Saasveld, dat enkele werken van Jan
van de ondergang heeft gered. Maar bovenal met
de Stichting Clarissa Droste zu Vischering, die het
kerkeiland, de voormalige huisplaats van het kasteel
Saasveld of Saterslo, met zijn gebouwen beheert.
De stichting is genoemd naar de adellijke familie
uit Westfalen die tot 1817 eigenaar van de havezate
was en die nog steeds warme banden met Saasveld
onderhoudt. De secretaris van de stichting, Gerard
Wolbert, zorgde er na Jans overlijden, in overleg
met de familie Schoenaker, voor dat het materiële
erfgoed van de glazenier in verzekerde bewaring aan
de stichting is overgedragen. Jan Schoenaker zou op
zo’n ‘levend’ monument meer dan trots zijn geweest.
Pleidooi voor een Jan Schoenaker Centrum
in Saasveld
Op zondag 30 oktober jl. vond in de Plechelmuskerk
van Saasveld een herdenkingsbijeenkomst plaats ter
gelegenheid van de vijfde sterfdag van Jan Schoenaker.
Jan had een bijzondere band met Saasveld. In de
periode na 1965, toen het rijke Roomse leven daadwerkelijk
tot een einde kwam en Jan zonder kerkelijke
opdrachten kwam te zitten, was het de pastoor van
Saasveld die het initiatief nam om hem nog jarenlang
te helpen door hem de kerk, pastorie en aula te laten
verfraaien met maar liefst 43 glas-in-lood-ramen. Jan
trouwde op 80-jarige leeftijd in deze kerk met zijn
tweede echtgenote, en Tonny, zijn eerste echtgenote,
en hijzelf zijn er op het nabijgelegen kerkhof begraven.
Inmiddels is de kerk grotendeels aan de eredienst
onttrokken. De parochie is met nog vier andere,
waar onder Oldenzaal, samengevoegd, tot één grote
St. Plechelmus mammoetparochie. Er vinden nog
wel erediensten plaats, maar het grootste deel van
de tijd staan de kerk en de bijgebouwen leeg.
John van Zuidam (Nijverdal 1945)
Studeerde geografie aan de Radboud
Universiteit Nijmegen. Was van 1970-2004
docent aard rijkskunde en decaan aan het
Canisiuscollege aldaar. Schrijft sinds 1980
over zijn geboortestreek. In 2011 oprichter
en secretaris-penningmeester van het
Netwerk voor Landschap & Geschiedenis
Twènterlaand, een wetenschappelijke
‘denktank’ van onderzoekers uit verschillende
disciplines. Deed na zijn vervroegde pensionering
twaalf jaar onderzoek in zijn
geboortestreek, resulterend in zijn boek:
‘Oale Groond. Geschiedenis van het Twentse
landschap’ (2018, herdruk 2019 en 2021).
Ontving in oktober 2019 vanwege zijn
verdiensten voor Twente als tweede de
prestigieuze J.W. Racer prijs in Oldenzaal.
Woont ‘boetenmaarks’ in Malden bij
Nijmegen.
Samen
op zoek
naar uw
Zilvermaatje
.87
We zoeken een wandelmaatje
in Enschede voor
een dame van 66.
In Hengelo zoeken we
iemand die af en toe wil
koken voor een dame van 86.
Een 69-jarige man uit Beuningen zou
het gezellig vinden af en toe een leuk
uitstapje te maken met een dame.
Zilver Magazine gaat u helpen om een
maatje te vinden om af en toe samen wat
gezelligs te doen: een wandeling, kaarten,
naar de film of het theater, een praatje,
samen koken, samen eten.
Reageren op een van bovenstaande oproepjes kan door
een e-mail met uw naam en contactgegevens te sturen
naar redactie@zilvermedia.nl. Wij zorgen dan voor de
kennismaking.
Wat kunt u doen?
Bent u op zoek naar een maatje, stuur dan
een e-mail naar maatje@zilvermedia.nl
waarin u ons aangeeft wat u graag met
uw maatje zou willen doen. Laat ons ook weten
in welke woonplaats of omgeving u dat zou
willen doen. Wij zoeken een match voor u en
brengen u dan, met uw toestemming, in
contact met iemand die ook een maatje zoekt
om dezelfde activiteit te ondernemen.
In de lente-editie van Zilver Magazine
plaatsen we de oproepen waarvoor we
nog geen match hebben kunnen vinden,
zodat onze lezers hierop kunnen reageren.
ZILVER WINTER 2022 / 2023
CULTUUR. UITJES IN TWENTE
Cultuur
uitjes
IN TWENTE
.88
Voor wie er even uit wil in de wintermaanden,
is er in Twente voldoende te doen voor een
gezellig (mid)dagje. Wij tippen u enkele leuke
locaties waar ook in de winter de deuren op zijn.
Voor meer informatie en voor toegangsprijzen
kijkt u voorafgaand aan uw bezoek even op de
website van de locatie.
KUNST IN DE SCHOUWBURG
SchouwArt maakt kunst toegankelijk voor iedereen.
Verschillende locaties in Schouwburg Hengelo tonen
werk van professioneel beeldend kunstenaars. De
suppoosten leiden u graag rond langs de werken.
Door elke generatie wordt op andere manieren naar
de samenleving en ook kunst gekeken, SchouwArt is
een plek voor alle leeftijden. Door een uitgebalanceerde
keuze van verschillende type makers en door actieve
werving van bezoekers onder diverse doelgroepen
wordt de samenleving in de volle breedte belicht
en bediend. Kortom, kunst voor iedereen.
SchouwArt is te bezoeken op woensdag, vrijdag en zaterdag
van 12.00-16.00 uur en is vrij toegankelijk. Iedere zaterdag
is om 14.00 uur een betaalde rondleiding voor €4,50
incl. kop koffie/ thee en lekkers. Beursstraat 44, Hengelo
HET TWENTE VAN VROEGER
Het Openluchtmuseum Ootmarsum neemt
u mee naar het Twente van vroeger. In een park -
achtige omgeving geven diverse aut hentieke
gebouwen, ieder met z’n eigen inven taris en
verhaal, en veel gebruiks voor werpen een
boeiend beeld van het leven op het platteland
in Twente zo’n 100 jaar geleden. Het museum
vertelt ook het verhaal van de ‘Heeren’, de
bestuurders van vroeger, de commandeur, de
Drost en de Hofmeier.
In december en januari geopend op zaterdag
en zondag, vanaf februari dagelijks geopend.
Commanderieplein 2, Ootmarsum
HOE LEEFDE DE
FAMILIE PALTHE
Bij een bezoek aan het Palthe Huis is het
alsof u in een tijdmachine stapt. In het
historische woonhuis ervaart u hoe de
familie Palthe in de 18 e eeuw gewoond moet
hebben. Johannes Palthe, een predikant en
grootgrondbezitter, kocht in de 18 e eeuw de
voormalige stadsboerderij die in de 17 e eeuw
was verbouwd tot een deftig woonhuis. Drie
generaties Palthe hebben in het Palthehuis
gewoond, totdat in 1928 de kleindochter
van Johannes Palthe, Gulia Palthe, overleed
en het huis een museum werd. Naast het
woonhuis van de familie Palthe zijn ook
de stadspresentatie over het ontstaan van
de stad Oldenzaal en de beroemde stoel
van Huttenkloas zeker de moeite waard om
te bekijken.
SYNAGOGE ENSCHEDE
ARCHITECTONISCH
SIERAAD
Al sinds 1928 is de prachtige synagoge
een sieraad voor de stad Enschede. Het
gebouw wordt nog altijd gebruikt als
gebedshuis. Onder leiding van een enthousiaste
gids komt u zoveel meer te
weten over de bijzondere geschiedenis
en wetenswaardigheden van het gebouw.
Waarom zie je zo vaak het getal twaalf?
En wat zit er achter die gordijnen? En wat
doen slangen en leeuwen in de synagoge?
En waarom heeft de ene kandelaar zeven
armen en de andere negen?
Er zijn ook rondleidingen onder begeleiding
van een gids voor mensen met een
visuele beperking, van zondag t/m vrijdag,
op aanvraag:
rondleidingen@synagogeenschede.nl
Geopend op zondag, dinsdag, woensdag en
donderdag van 11.00 - 17.00 uur. De synagoge
is gesloten op joodse feestdagen.
Prinsestraat 14, Enschede
.89
Het Palthehuis is iedere dinsdag t/m zondag
geopend van 12.00 - 17.00 uur.
Marktstraat 13, Oldenzaal
ZILVER WINTER 2022 / 2023
BOEKENTIPS. NU IN UW BOEKHANDEL
Nieuwe
boeken
IN DE TWENTSE BOEKHANDELS
VAN
HARTE
AANBEVOLEN
.90
EEN PUZZELREIS NAAR EEN WERELD
100 JAAR GELEDEN
Het Grote Bosatlas Puzzelboek is een ontdekkingsreis, die soms
herkenning, maar veel vaker nog verbazing en verwondering zal
oproepen. Aan de hand van oude Bosatlaskaarten en schoolwandplaten
neemt u een kijkje in het Nederland van 1922-23. Europa is aan het
bijkomen is van de Eerste Wereldoorlog, met nieuwe landen en nieuwe
grenzen. Verder weg ontdekt u karavaanroutes in de Sahara en de
plattegrond van Batavia. Cartograaf Tjeerd Tichelaar is al vele jaren
betrokken bij het maken van Bosatlassen. Peter Vroege is voor zijn
pensionering meer dan twintig jaar uitgever van de Bosatlassen geweest.
HARTVERSCHEURENDE
MEMOIRES OVER WAT
ROUW ÉCHT IS
Met de geboorte van Fleur lacht het geluk
de van oorsprong Twentse Nadja en haar
man Jeroen toe. Maar hun leven verandert
plotseling als Jeroen de geboortekaartjes
op de post gaat doen. Op nog geen vijf
meter van hun voordeur in Londen wordt
hij door een wildvreemde doodgestoken.
Na twee jaar diep verdriet besluit Nadja
met Fleur door Azië te trekken – een allesveranderende
roadtrip waarin ze leert wat
rouw écht is en opnieuw ontdekt hoe mooi
het leven kan zijn. Dag lieverd, tot zo is een
hartverscheurend verslag van liefhebben
en loslaten. Nadja beschrijft openhartig
hoe ze na een ondenkbaar verlies de
kracht herwon om haar nieuwe leven te
omarmen, weer te durven dromen en de
weg naar geluk te vinden.
Tjeerd Tichelaar en Peter Vroege • 160 blz. • € 16,99
Nadja Ensink-Teich, Didy van der Lans
• 304 blz. • € 21,99
VOOR MANTELZORGERS
Een op de drie volwassen Nederlanders is mantelzorger. Het is dus niet zozeer de vraag of je
het wordt, maar meer wanneer, hoe vaak en voor wie. Je zit er misschien helemaal niet op te
wachten en waar haal je eigenlijk de tijd vandaan? Maar kun je wel nee zeggen tegen je familie?
Daarnaast hopen we zelf ook dat iemand voor ons klaarstaat als dat nodig is. ‘Fijn dat je er bent’
is een leidraad voor iedereen die mantelzorger is of wordt. Wat wordt er van je gevraagd en hoe
bereid je je daarop voor? Met praktische informatie, handige tips en persoonlijke verhalen om
(toekomstige) mantelzorgers te helpen en te inspireren.
Tijn Elferink, Jan van Houten • 256 blz. • € 23,99
VERLIEFD IN EEN WOELIGE
WERELD
Enschede, 1907. Weduwnaar Janus Warrink is al jaren
knecht en chauffeur van het gezin van de Joodse
textielfabrikant Goedmoedt. Janus’ zoontje Janneman
is bevriend met Goedmoedts dochtertje Sara, maar als
de Goedmoedts dat niet langer gepast vinden komt er
een einde aan hun vriendschap. Janneman en Sara zien
elkaar pas weer terug als zij studeert en hij als wever
in Goedmoedts fabriek werkt. Terwijl de spanningen
tussen de textielarbeiders en de fabrikanten oplopen
worden ze verliefd. Hun leven verandert drastisch als
de Tweede Wereldoorlog zich aandient. De leiding
van de textielfabriek komt in handen van een Duitse
bewindvoerder en in april 1942 krijgt de fabriek de
opdracht om 569.355 Jodensterren te vervaardigen.
Generaties later worstelen beide families nog altijd
met de ontwrichtende gevolgen van deze opdracht.
In Stof tot zwijgen brengt Mariska Tjoelker de werel
den van de Joodse familie Goedmoedt en de arbeidersfamilie
Warrink op indringende wijze tot leven.
Stof tot zwijgen is gebaseerd op ware feiten.
Mariska Tjoelker • 320 blz. • € 22,99
.91
VOOR DE BIERLIEFHEBBER
Nieuwe biersoorten overspoelen de markt en bij sommige
voert hop de boventoon in de smaak beleving. Toch is hop
in elk bier een vast ingrediënt: zonder hop geen bier. Het is
zevenhonderd jaar geleden dat in Nederland voor het eerst
bieren met hop werden gebrouwen. Door deze innovatie was
het bier langer houdbaar en kon het op grotere afstand worden
verhandeld. Een revolutie was ontketend. Bierbrouwen werd
een ambacht en de bedrijfsproductie schoot omhoog tot een
paar duizend liter per week. Het waren de beginjaren van
de Nederlandse bierindustrie, die van de veertiende tot de
zestiende eeuw een indrukwek kende bloeitijd doormaakte.
Bier, hop en technische kennis werden geëxporteerd naar
België, Frankrijk, Duitsland en Engeland. De hoeveelheden
bier die toen werden geproduceerd zouden pas tegen de
twintigste eeuw worden geëvenaard. Dr. Leendert Alberts
is docent geschiedenis aan de Hogeschool Utrecht en bij
Stichting Bieropleidingen Nederland (StiBON). Hij is tevens
adviseur voor UNESCO op het gebied van erfgoed van de
Europese biercultuur.
Dr. Leendert Alberts • 392 blz. • € 22,50
ZILVER WINTER 2022 / 2023
PASSIE. JAZZ VOLGENS JOHN EN TON
Hallo John,
.92
Weet niet hoe het zit met jouw affiniteit met popmuziek,
maar zelf ben ik altijd gecharmeerd geweest van
jazzmuzikanten die een bepalende rol speelden
op een bekend geworden popplaat. Er zijn genoeg
voorbeelden: Branford Marsalis bij Sting (Englishman
in New York), Phil Woods bij Billy Joel (Just the way you
are) en Michael Brecker bij Paul Simon (Still crazy after
all those years). De meest bijzondere vind ik in dat
opzicht Ronnie Ross. Een van de topsaxofonisten uit
de Britse jazzwereld. Hij had ooit 25 pond geïncasseerd
voor een jazzsolo op de wereldhit Walk on the wildside
van Lou Reed. Maar daarna dook hij tussen alle
jazzbedrijven door op als lid van de popgroep Matt
Bianco. Die kwamen in 1984 met de pop-elpee Whose
side are you on? En dat was een plaat met zang van
Mark Reilly en Basia. Liedjes met allerlei korte goede
jazzsolo’s. Ronnie Ross op baritonsax en Guy Barker
op trompet. Maar Matt Bianco was een bandje zonder
ritmesectie. Geen drummer, geen bassist. Die zaten
in een synthesizer.
Vorige maand kreeg ik van Tubantia de vraag of ik
een ‘vraag-antwoord’ rubriek wilde maken met deze
Mark Reilly. Hij zou met Matt Bianco komen optreden
in Enschede. Even bellen met Reilly? Uiteraard zegde
ik toe. Toen ik had uitgezocht welke muzikanten hij
zou meenemen, belde ik de krant weer. Deze man
moest ik niet telefonisch interviewen. Ik moest hem
live spreken. Want hij bleek met een verzameling
topspelers uit de Britse jazzscène te komen. Inclusief
een echte bassist en een echte drummer. Voorafgaand
aan zijn concert in Tilburg spreek ik Reilly in zijn
kleedkamer. Twee prangende vragen natuurlijk. Hoe
kreeg hij ooit de in 1991 overleden Ronnie Ross in zijn
band en waarom toen niet en nu wel een ritmesectie?
Hij vertelde dat zijn ontmoeting met Danny White begin
jaren tachtig in alle opzichten van doorslaggevende
betekenis was. Met White klikte het zodanig dat ze
samen liedjes gingen schrijven. Ze gingen demo’s
maken. Iemand moest ze zingen, dat bleek Reilly het
best te kunnen. Ze maakten de opnames in de kelder
van Whites huis. White bleek een huisgenoot te hebben
die percussie speelde. Maar een belangrijker aspect
van die huisgenoot was dat hij de zoon was van Ronnie
Ross. ‘Vraag eens of je vader langskomt’, had Reilly
gevraagd. Ross leverde met plezier zijn bijdragen en
ging later met de groep op tournee.
Het feit dat Reilly anno 2022 het oude repertoire met
een band met echte ritmesectie speelt had met corona
te maken. Toen hij een tijd niet mocht optreden had hij
het repertoire van Matt Bianco doorgespit. Hij had de
dertig stukken geselecteerd, opnieuw op een cd gezet
en een flink deel opnieuw opgenomen met de groep
waarmee hij nu op tournee is. De inspiratie daarvoor
was een video die hij had gezien van Chet Baker.
Later op de avond zie ik een hele zaal vol Tilburgers
volkomen uit hun dak gaan. Dansen en meezingen
op de liedjes van veertig jaar geleden. Op het podium
een verzameling jazzmuzikanten die swingende
begeleidingen spelen, strak gearrangeerd en die
hun nooit te lange soloruimte interessant opvullen.
Bij het Enschedese concert een week later was dat
niet anders. De solo’s wel. Het bruiste. Het publiek
had helemaal niet het gevoel een jazzconcert mee te
maken, maar dat was het wel.
Herken je dat, John? Dat je naar muziek luistert die
geen jazz heet, maar het in feite wel degelijk is?
Ton
Ton Ouwehand en John van Zuidam,
schrijvers voor Zilver Magazine en allebei
liefhebbers van jazzmuziek. In Zilver
Magazine schrijven ze via brieven aan elkaar
welke jazzinvloeden bepalend zijn geweest
voor hun eigen jazzbeleving.
Dag Ton,
Ik begin onze briefwisseling steeds leuker te vinden. De
onderwerpen die je aandraagt zijn origineel, maar vragen
van mijn kant wel enig huiswerk. Nu ben ik als oud-docent
zeker vertrouwd met het begrip huiswerk, zowel voor
de leerlingen als voor mijzelf, dat dan correctiewerk en
lesvoorbereiding heet. Jouw huiswerk is echter bepaald
geen straf maar juist prettig om aan te werken, want ik
heb mij een middagje verdiept in het luisteren naar de
nummers die jij hebt aangedragen als voorbeelden van
jazz in de popmuziek. Ik zou zelf nooit op de gedachte zijn
gekomen om zo’n cross-over onderwerp aan te snijden,
maar dat maakt onze dialoog juist zo interessant! Voor
mij was de popband Matt Bianco in eerste instantie
onbekend, maar toen ik een paar nummers van ze had
gehoord, gingen er hier en dat wel wat lampjes branden.
Prettige muziek om naar te luisteren, ‘Jazzy pop’ of, zo je
wilt, ‘poppy jazz’ met een Latijns-Amerkaans sausje. De
zanger Mark Reilly heeft ook cd’s opgenomen en is op
tournee geweest met de Nederlandse formatie New Cool
Collective van Benjamin Herman, een band met eveneens
Latijns-Amerikaanse invloeden. Een paar jaar geleden zeer
van genoten op het Festival Wonderfeel in ’s-Graveland.
Ja, en dan de andere voorbeelden die je aandraagt. Als je mij
zou vragen welk nummer mij het meest raakt in de reeks,
dan staat Sting met Englishman in New York bovenaan.
Branford Marsalis hoor je niet vaak op sopraansax, maar
hier raakt hij de juiste noten! Ik ben al lang fan van Sting,
zonder dat ik mij erg in de muziek van The Police heb
verdiept. Nu we het toch over ‘cross-over’ hebben, wist je
dat Sting een intiem album heeft opgenomen met liederen
van John Dowland (ca.1563-1626), een Engelse minstreel,
luitist en Renaissance-componist? De plaat heet: Songs
from the labyrinth. De luit is hierin het leidende instrument.
Simon & Garfunkel: wie kent ze niet?! Hun video van het
Central Park concert in New York is legendarisch. En toen
Paul Simon alleen verder ging, bracht hij onder meer de
plaat Graceland uit met musici uit Zuid-Afrika. Even briljant
als controversieel, door mij grijs gedraaid. De door jou
bedoelde solo van saxofonist Michael Brecker bij Pauls
song Still crazy after all those years heb ik door jouw
toedoen eigenlijk nu pas ontdekt. Datzelfde geldt voor
de solo van Phil Woods bij Billy Joels hit Just the way you
are. Het lied kende ik natuurlijk al lang, inmiddels een
‘evergreen’.
Ik heb altijd wel naar popmuziek geluisterd, maar ik
heb er geen echte studie van gemaakt, het was meer
incidenteel als ik op de radio of op tv een mooie song
hoorde die mij inpakte. Ik vond wel dat ik als docent
de generaties leerlingen moest volgen in hun actuele
popmuziekkeuze om erover mee te kunnen praten. Maar
ook omdat ik altijd heb gevonden dat je open moet staan
voor allerlei soorten muziek, die je al dan niet mooi hoeft
te vinden. Natuurlijk heb ik regelmatig geluisterd naar
muziek die niet onder het label jazz in de platenzaken
is te vinden, maar waarbij wel jazzinvloeden zijn waar te
nemen. Een mooi actueel voorbeeld daarvan vind ik het
huisorkest van Podium Witteman, nu Podium Klassiek,
Fuse. Vanaf de eerste uitzending waren echtgenote Ineke
en ik verkocht. De invloed van jazz is in de groep vooral
binnengebracht door de jazzvioliste Julia Philippens, die
een groot fan is van John Coltrane, Miles Davis en Duke
Ellington. Fuse speelt composities van deze musici, maar
lardeert de jazzmuziek met andere muzikale, waaronder
klassieke, invloeden. Iets dergelijks vond je bij de groep
Flairck in de tachtiger jaren van de vorige eeuw.
Als ik in onze eerstvolgende briefwisseling het voortouw
mag nemen zou ik het graag willen hebben over muzikale
stromingen die de jazz hebben beïnvloed. Dus een ‘crossover’
in tegengestelde richting.
John
.93
ZILVER WINTER 2022 / 2023
ZILVER. PUZZELPAGINA
S
** ***
u do
k u
In de sudoku-puzzel moeten de cijfers 1 tot en met 9 worden ingevuld, en wel zo dat:
• op elke horizontale rij elk cijfer slechts één keer voorkomt
• in elke verticale kolom elk cijfer slechts één keer voorkomt
• in elk subrooster elk cijfer slechts één keer voorkomt
De oplossing vindt u op pagina 97.
Zoek de verschillen
.94
Een vroege ijskoude ochtend in
de buurt van de kroezeboom. Dit
is een beroemde 500 jaar oude
boom ten zuiden van Tubbergen
en ten noorden van Fleringen.
De twee foto’s lijken identiek,
toch zijn er maar liefst
10 verschillen.
Kunt u ze allemaal vinden?
De oplossing vindt u op pagina 97.
Puzzel & WIN! Woordzoeker nr. 9
Vind de oplossing door alle woorden weg te strepen. Woorden kunnen horizontaal, verticaal, diagonaal en achterstevoren staan.
Stuur de oplossing met vermelding van uw naam en adres naar redactie@zilvermedia.nl. Onder de goede inzenders verloten
we drie prijzen waaronder een boekenbon ter waarde van € 50,- die beschikbaar wordt gesteld door Boekhandel Broekhuis.
De 2e en 3e prijswinnaars verblijden we met een mooi boek van een Twentse schrijver.
S A S N E X A W A L P I N E S K I E R V
N L L E L P S R E T T E W R E S I A K I
E P E K Y O K I Z W A R T E P I S T E E
E E E K T O R E T O O C S W U E E N S R
U N E O S K I H A N D S C H O E N E N S
W I N T E R S P O R T V A K A N T I E C
N W H S E E G L O N T M W E E S U L S H
E I C I R V T F U F O U C B A N A A N A
G N S K F A F P I L E N L I R B I K S N
N T F S I P A L A E A P E N D E L B U S
I E E B I Z L L N T N A A B L E B A K E
R R I S Z E S S S N A A B L E K K O T N
ALPEN
ALPINESKIËR
BACKCOUNTRYSKIËN
BANAAN
BIATLON
FORWARD STANCE
FREESTYLE
GONDELLIFT
KABELBAAN
KAISERWETTER
LAWINEGEVAAR
MATERIAALVERHUUR
NORDIC WALKING
OFF PISTE
PANNENKOEKENLIFT
SCHANSSPRINGEN
SKIBRIL
SKIHANDSCHOENEN
SKISTOKKEN
SKIUITRUSTING
SLEEËN
SLUSH
SNEEUW
SNEEUWSCOOTER
SNOWBOARDEN
TIEFSCHNEE
TOKKELBAAN
VERKOOP
VIERSCHANSENTOERNOOI
VOORJAARSSNEEUW
P B T I D E R D S N O W B O A R D E N T
S E P N Z E R L A W I N E G E V A A R O
S R O U D A S K I U I T R U S T I N G E
N G E E W B N O R D I C W A L K I N G R
PENDELBUS
PIZZAPUNT
POEDERSNEEUW
REUZE SLALOM
WAXEN
WINTERBERG
WINTERSPORTVAKANTIE
ZWARTE PISTE
A R O R W U E E N S S R A A J R O O V N
H P O T F I L N E K E O K N E N N A P O
C F I M A T E R I A A L V E R H U U R O
S E D N E I K S Y R T N U O C K C A B I
.95
Kruiswoordpuzzel
1 2
19
14
25 26
30
43 44
3 4 5 6 7
31
36 37
40
15 16
20 21 22
32
27
45 46
8 9
23
28 29
17 18
24
33 34 35
38 39
41 42
10 11 12 13 Horizontaal
47 48
49
1 helder blauw, 6 bereid, 11 Europese berg, 14 insmeren,
16 spinnenwebdraden, 17 zwarte lijster, 19 spiegelglad,
22 zenuwtrekking, 24 roodpaars, 25 wiskundige opgave,
26 cijfercombinatie, 28 Braziliaanse muziek, 30 zeer hard
schot, 32 boerderijdier, 34 gunst, 36 meer in Ierland,
37 gemeente in Flevoland, 39 criterium, 40 slang, 41 zover
als, 43 behangersgereedschap, 45 Aziatische vrouw,
47 mengsel van zout en water, 50 een beetje, 52 klein
insect, 53 Afrikaanse expeditie, 54 smeuïg, 56 landelijk,
58 zwaar metaal, 59 plaats in Engeland, 61cabaretier,
63 mopperen, 65 cirkel, 67 betreffende, 69 kleding,
70 een ieder, 71 leermeester, 72 gehoorzamen.
50
59
65
70
16
51 52
53
54 55 56 57
60 61 62 63 64
66
67 68 69
71 72
31 46 22 7 57 32 18 65 29 9 35
58
Verticaal
1 bladgroente, 2 trein, 3 vogelsoort, 4 horizontaal uitrusten,
5 verbouwer, 7 titel (afk), 8 duw, 9 nijlreiger, 10 Duits
betaalmiddel, 11 Nederlandse prinses, 12 deel van het oor,
13 plek, 15 doorweekt, 18 Tsjechische rivier, 20 noordelijke
of zuidelijke ijszee, 21 bovenlicht, 23 jeugdlid, 27 bos,
29 negatief teken, 31 grote loofboom, 33 serum, 35 deel
van Rusland, 37 stop, 38 dicht, 40 soort stof, 42 halsdoek bij
ambtskleding, 43 sores, 44 boomstamstomp, 45 marmelade,
46 amok, 47 vleesgebakje, 48 poppenkastfiguur, 49 canvas,
51 kwetsuur, 53 hechtnaald, 55 aanleg van nature,
57 kledingstuk, 60 belasting, 62 grappenmaker, 64 Plaats
in Gelderland, 66 boerenwerktuig, 68 noordoost.
De oplossing vindt u op pagina 97.
ZILVER WINTER 2022 / 2023
COLUMN. JOAN KOENDERINK
S
Column
Joan Koenderink
Lekker bellen
‘Hé, hoe is het? Heb je lang niet gesproken?’ Klopt, ik heb een paar weken aan het
zuurstof gelegen nadat ik mijn nieuwe energienota onder ogen kreeg. ’O, oké. En
nu?’ vraagt ze. Nu heb ik mijn werkgever verzocht mijn salaris in het vervolg rechtstreeks
over te maken naar mijn energieleverancier. Nu durf ik de verwarming
niet meer aan te zetten en zit ik, met de jas aan, in eigen woonkamer weemoedig
te staren naar mijn op non-actief gestelde gashaard die me twintig jaar geleden
door een aannemer door de strot geduwd is.
.96
In minder florissante tijden is het altijd lekker
bellen met een vriendin wiens vaatje zwarte
humor net zo vol zit als het mijne. Heb jij nog
bespaartips waar ik geen weet van heb? ‘Nee,
we hebben ze allemaal al doorgenomen en ik
denk inmiddels in extremen: je haren wassen
met het kookwater van de aardappelen is
zo’n gedachte. En de wc zo min mogelijk doortrekken.
Ik heb bedacht dat ik best een plasje
over een plasje kan doen. Woon immers alleen
en ruik toch al twee jaar niks meer met dank aan
long-covid.’ We glijden af schat… ‘Ja, wat wil je
met die ijsvorming op de trap?’
Het is inderdaad fris. Nooit gedacht dat ik
mijn lingerie ooit zou vervangen door thermoondergoed.
‘Jij hebt tenminste nog een hond
om je aan te warmen!’ Maak een kruik, opper
ik. ‘Heb ik al gedaan’, antwoordt ze, ‘maar die
ligt bovenop het pannetje kort aangebraden
stoofvlees dat in mijn bed, onder een deken,
hopelijk ooit nog gaar wordt.’ Bovenverdieping
hangt vol met wasgoed. Droger kijkt werkloos
toe hoe het textiel dagenlang vochtig blijft. ‘Je
moet wel ventileren hoor! Voor je het weet
groeien er paddenstoelen in je gordijnen!’
‘Staat de temperatuur van je koelkast wel op
max 4?’ Nee joh, ik heb de koelkast uitgezet.
Het is hier in huis twee graden, ik heb mijn
versproducten tegenwoordig gewoon op het
aanrecht liggen. Heb trouwens al een maand
dezelfde bos bloemen in een vaas op tafel staan.
Bloemen gedijen goed bij lage temperaturen,
kan ik van mijzelf niet zeggen.
Ga je nog iets gezelligs doen? ‘Och, ik heb een
date vanmiddag. Aardige vent wel, hij komt
lunchen.’
Verder alles goed? ‘Verder alles goed.’
Oorlog is erger hè? ‘Ja, oorlog is veel erger.’
Laten we niet klagen. ‘Nee, laten we vooral niet
klagen, maar die energiecrisis het hoofd bieden
is wel echt een sport hè?’ Zeker, maar ik denk
dat ik dat hockeyen destijds toch leuker vond.
‘Ik maak me wel een beetje zorgen. Wat als het
straks keihard gaat vriezen?’ Dan steken we een
kaars extra in de fik, meid. Kruipen we dicht
tegen elkaar aan, slaan we een wak in ons glas
wijn en proosten we op ’t feit dat we het stiekem
en nog steeds hartstikke goed hebben. En wat
die date van jou betreft: vergeet je niet dat je
een pan in je bed hebt staan? En trek voor de
gelegenheid je wc toch maar even door, niet
iedereen is namelijk het reukvermogen verloren
na corona gehad te hebben.
Joan Koenderink.
Geboren en getogen
Tukker. Woont samen
met haar hond Charlie in
Enschede en zou nergens
anders willen wonen
(nou ja... op Ameland
misschien). Schrijft uit
haar eigen leven gegrepen
teksten: columns voor alle
leeftijden. Is ooit voor Zilver
Magazine benaderd door
voormalig hoofdredacteur
Gijs Eijssink die ze in haar
bewogen hockeyverleden
heeft leren kennen en
waarvoor ze destijds menig
zondagavond op de sportredactie
van de Twentsche
Courant heeft gewerkt.
Joan Koenderink
ervice
ZILVER. SERVICEPAGINA
Oplossingen puzzelpagina
** ***
1
2
19
14
25 26
30
31
36 37
43 44
50
59
65
70
16
31
40
51 52
54 55 56 57
60 61 62 63 64
46
3 4 5 6 7
K O B A L T
A
20 21 22
22
45 46
66
71 72
7
57
15 16
67 68 69
32
32
18
27
65
8 9
33 34 35
41 42
29
23
28 29
38 39
9
35
53
10 11 12 13 Horizontaal
17 18
O L I E N W E B M E R E L
S P E K G L A D
S O M
L O E I E R
A L L E N
Z
M E S
S
P
I E T W A T
E T O N
G E T A L
B O A
R O M I G
R O N D E
E L K
G E Z I N D
K O E
D R O N T E N
J A P A N S E
K A N
M IJ T
V A N
G O E R O E
T I C
T O T
D O R P S
W I N T E R K E R M I S
24
S A M B A
L I L A
D I E N S T
B
47 48
49
58
B
A
P E K E L
S A F A R I
K L E D IJ
A L P
E I S
T I N
F O E T E R E N
E
D I E N E N
1 helder blauw, 6 bereid, 11 Europe
16 spinnenwebdraden, 17 zwarte li
22 zenuwtrekking, 24 roodpaars, 25
26 cijfercombinatie, 28 Braziliaanse
schot, 32 boerderijdier, 34 gunst, 3
37 gemeente in Flevoland, 39 criteriu
als, 43 behangersgereedschap, 45 A
47 mengsel van zout en water, 50 e
insect, 53 Afrikaanse jacht, 54 smeu
58 zwaar metaal, 59 plaats in Engel
63 mopperen, 65 cirkel, 67 betreffe
70 een ieder, 71 leermeester, 72 ge
Verticaal
1 bladgroente, 2 trein, 3 vogelsoort ,
5 verbouwer, 7 titel (afk), 8 duw, 9 n
betaalmiddel, 11 Nederlandse prins
13 plek, 15 doorweekt, 18 Tsjechisch
of zuidelijke ijszee, 21 bovenlicht, 23
negatief teken, 31 grote loofboom, 3
Rusland, 37 stop, 38 dicht, 40 soort
ambtskleding, 43 sores, 44 boomsta
46 amok, 47 vleesgebakje, 48 poppe
51 kwetsuur, 53 hechtnaald, 55 aan
57 kledingstuk, 60 belasting, 62 grap
Gelderland, 66 boerenwerktuig, 68 n
PRIJSWINNAARS
De prijswinnaars van woordzoeker 8 in de herfsteditie van
Zilver Magazine zijn: B. Bartels uit Wierden, M. Hulsebos uit Losser
en A. Frons-Veldhuis uit Ootmarsum.
Oplossing prijspuzzel
Woordzoeker nr. 8 herfstnummer
Contactinformatie
LOSSE NUMMERS
ADVERTEREN
.97
S R E T S E E M L E E N O T K L A N K
S N R C E T N S O E K E L M A L B W E O E N H O S N T A K M L A E N OK
N
G
C
E
E
O
N O
G
K
N
L
I
A
D
B
E
W
L
O
K
H
S N
S N
A
A M
G
E
T
N
I U
O
G
E
E
O
O
T
N
U
G N E
I D
O
E
Z
L
I
K
E
S N
S
A
T
A G
R E
T
N
I U
K
E
S
O
J
T
R
U
N
G
P
N
E
E
R
O
E
Z
S
I
E
E
R
S
V
S
E
T
R
A
E N
R E
L
N
L
K
S
R
J
V
R
K
N
D
P
E
E
O
R
L
E
C
S
L E
S
R
U
V
A
E R
L P
E N
P A
E
O
L
E
L
R
E
V
O
K
M
D
E
E
IJ
O
M
L
N
C
E
L
B
E
G
S
R
U
H M
A L
O
P
E
P
S G
A O
Z E
E
W
O M
L
E
Y
IJ
O
M
N
N
E
E
B
B
N
G
T
R
E O
H M
E
O E
S E
S
U
G
E
Z
D
E
W
U
O
R
L
A
Y
V
O
T
N
B
E B
N
N
O
T
B
E
D
O
Z
E
R
O
I U
S
A
E U
E B
E D
K
O S C R E H A N E A G E W P R K O A
U R A V T B E N O B D Z R I U A E B K
H T T E F R E M R O K K I L S S R R M
O S C R E H A N N E A G E W P R K O A
C E R P E D N M E B J M T E O E E
H T T E F R E M R O K K I L S S R R M
S L I F L U B E I A A A E B R C C D R
C E R E P E D N M E B J M T S E O E E
E C S O A Z L Z R R R S E H R Z
S L I F L U B E I A A A E B R C C D R
O I E U L Y U L Z I A G P D G U T A R
E L C S O A B Z L Z R R R S E C H R Z
T N S L G M E B I N N E O Z I S A G P
O I E U L Y U L Z I A G P D G U T A R
O G E S I T A R G E E G S R E L E P S
T N S L G M E B I N N E O Z I S A G P
K T S T R O O K N K N A L P M I L G
O G E S I T A R G E E G S R E L E P S
S E H C I F F A S R E K R E W E D E M
K T S T R O O K N E K N A L P M I L G
Oplossing:
S E H C I F F A S R E K R E W E D E M
S C H O U W B U R G B Z O K
S C H O U W B U R G B E Z O E K
ABONNEMENTEN
ACTRICES
AFFICHES ABONNEMENTEN
AMATEURTONEEL
ACTRICES
APPLAUS AFFICHES
BALKON AMATEURTONEEL
COUPONBOEKJES
APPLAUS
DECOR BALKON
EERSTERANG
COUPONBOEKJES
ENGELENBAK
DECOR
FOYER EERSTERANG
GARDEROBE
ENGELENBAK
GLIMP FOYER
GORDIJNEN
GARDEROBE
GRATIS GLIMP
GORDIJNEN
JAZZ
KLANK GRATIS
KLASSIEKBALLET
JAZZ
KLEEDKAMER
KLANK
KROCHT KLASSIEKBALLET
LIEFHEBBERS
KLEEDKAMER
LOGE KROCHT
MEDEWERKERS
LIEFHEBBERS
LOGE
MEDEWERKERS
Zilver Magazine is te koop voor
MODERNBALLET
MUZIEKGROEPEN
MYTHEN MODERNBALLET
ONEMANSHOW
MUZIEKGROEPEN
PAUZE MYTHEN
PLANKENKOORTS
ONEMANSHOW
PREMIERE PAUZE
PROGRAMMABOEKJE
PLANKENKOORTS
slechts € 3,95 bij diverse verkooppunten
zoals boekhandels, tijdschriftenwinkels
en kiosken in
PUBLIEK PREMIERE
REGIE PROGRAMMABOEKJE
RESERVEREN
PUBLIEK
ROLVERDELING
REGIE
Twente en bij een aantal verkooppunten
in de rest van Nederland.
SEIZOEN RESERVEREN
SFEER ROLVERDELING
SPELERS SEIZOEN
STAREN SFEER
SUCCES SPELERS
ABONNEMENT
TOESCHOUWERS
STAREN
TONEELGEZELSCHAP
SUCCES
TONEELMEESTER
TOESCHOUWERS
Wilt u informatie over het afsluiten
UITGAANSKLEDING
TONEELGEZELSCHAP
VOORSTELLING
TONEELMEESTER
van een abonnement, voor uzelf
ZAAL UITGAANSKLEDING
VOORSTELLING
of zakelijk? Stuur dan een e-mail
ZAAL
naar info@zilvermedia.nl of bel
met 0541 511162.
Wilt u adverteren in Zilver Magazine
of op de website zilvermedia.nl?
Wij denken graag met u mee
over de mogelijkheden.
Neem voor meer informatie
contact op met onze afdeling
media-advies en advertenties:
Marcel Willemsen,
telefoon: 0541 511162 of via
e-mail: verkoop@zilvermedia.nl
VOLGENDE UITGAVE
Het lentenummer van
Zilver Magazine verschijnt
op 16 maart 2023.
Wat vindt u van Zilver Magazine?
We zijn benieuwd naar wat u graag leest in Zilver Magazine.
Waar kunnen we u mee plezieren?
Tips voor de redactie zijn van harte welkom via redactie@zilvermedia.nl.
ZILVER WINTER 2022 / 2023
NEEM NU EEN ZEER VOORDELIG ABONNEMENT OP
ZILVER
MAGAZINE
Wilt u ieder kwartaal verzekerd zijn van mooie achtergrondverhalen,
boeiende interviews, tips voor uitjes, interessante artikelen en
mooie natuurfoto’s, neem dan een abonnement op Zilver Magazine.
Dan valt ieder kwartaal een nieuwe uitgave vanzelf op uw deurmat.
Al vele Twentse 60-plussers ervaren het plezier en gemak van een
CADEAUTIP:
GEEF EEN
ABONNEMENT
OP ZILVER
MAGAZINE
abonnement.
.98
SPECIALE AANBIEDING
KIEST U VOOR EEN JAARABONNEMENT, VIER EDITIES,
DAN BETAALT U VOOR DRIE EDITIES: €12,-.
DE LENTE-EDITIE KRIJGT U VAN ONS CADEAU.
Voor een abonnement neemt u contact met
ons op via telefoonnummer 0541-511162
of via e-mail: verkoop@zilvermedia.nl.
Ook kunt u zich abonneren via de website
van Zilver Magazine www.zilvermedia.nl.
WAAR TE KOOP?
Zilver Magazine is voor € 3,95 te koop in veel
boekhandels in Twente en in diverse boekhandels
in de rest van Nederland.
HET VOORJAARSNUMMER
VERSCHIJNT 16 MAART
9.3
klant
beoordeling
Al 6 jaar
op rij!
Volgens de NVM hebben wij in 2021 wederom
de meeste transacties* gedaan en de hoogste
opbrengst behaald bij alle woningtypes.
*Gebied: Oldenzaal + Losser + Dinkelland
Wilt ook een huis aan- of verkopen,
wanneer mogen wij dan bij uw Thuis komen?
T 0541 522 022
E info@kvbm.nl
kvbm.nl
ELKE
ZONDAG
GEOPEND
ELKE ZONDAG OPEN VAN 12-17 UUR
KLEIBULTWEG 48 IN OLDENZAAL