Het serieuze werk: de niet-Newtoniaanse vloeistoffen - Main Press(*)
Het serieuze werk: de niet-Newtoniaanse vloeistoffen - Main Press(*)
Het serieuze werk: de niet-Newtoniaanse vloeistoffen - Main Press(*)
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
ENGINEERINGNEt.BE<br />
PUmP TEChNoLogY<br />
‘Roer<strong>werk</strong>ologie’ voor dummies (<strong>de</strong>el 2)<br />
<strong>Het</strong> <strong>serieuze</strong> <strong>werk</strong>:<br />
<strong>de</strong> <strong>niet</strong>-<strong>Newtoniaanse</strong><br />
<strong>vloeistoffen</strong><br />
door Eddy Van <strong>de</strong> Putte, Mervers Benelux<br />
Roeren: het is alles behalve ‘gewoon<br />
wat mengen...’ In eerste bijdrage in<br />
onze artikelenreeks ‘Roer<strong>werk</strong>ologie<br />
voor Dummies’ had<strong>de</strong>n we het<br />
vooral over <strong>de</strong> fundamentals, zoals<br />
rheologie. Tijd nu voor het <strong>serieuze</strong>re<br />
<strong>werk</strong>... <strong>de</strong> <strong>niet</strong>-<strong>Newtoniaanse</strong><br />
<strong>vloeistoffen</strong>.<br />
Zoals in het vorige artikel gesteld, zijn<br />
er vele <strong>vloeistoffen</strong> met een variable<br />
viscositeit bij variabele schuifspanning.<br />
Wanneer men <strong>de</strong> viscositeit van <strong>de</strong>ze<br />
<strong>vloeistoffen</strong> meet bij verschillen<strong>de</strong> schuifspanningen,<br />
komen enkele types boven water.<br />
Figuren 1 en 2 tonen enkele rheogrammen<br />
van <strong>niet</strong>-<strong>Newtoniaanse</strong> <strong>vloeistoffen</strong>. Grofweg<br />
kunnen we twee types on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n, met<br />
name het type waarbij <strong>de</strong> viscositeit verlaagt<br />
bij toenemen<strong>de</strong> schuifspanning, en an<strong>de</strong>rzijds<br />
<strong>de</strong>ze waarbij <strong>de</strong> viscositeit juist hoger wordt<br />
bij toenemen<strong>de</strong> schuifspanning. De eerste<br />
groep <strong>vloeistoffen</strong> noemt men pseudoplastisch<br />
(of ‘shear thinning’) en <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> groep<br />
noemt men dilatant (of ‘shear thickening’).<br />
Er bestaan zeer vele pseudoplastische <strong>vloeistoffen</strong>,<br />
en dit is een zeer gegeer<strong>de</strong> eigenschap<br />
in <strong>de</strong> ‘real world’. Laat ons even, puur voor<br />
<strong>de</strong> fun, een verf of vernis bekijken. In <strong>de</strong> pot<br />
is <strong>de</strong>ze tamelijk dik (= hoge viscositeit), en<br />
als we wat gaan schud<strong>de</strong>n, gaat <strong>de</strong> viscositeit<br />
drastisch naar bene<strong>de</strong>n, waardoor <strong>de</strong> verf dus<br />
vloeibaar<strong>de</strong>r wordt. <strong>Het</strong> schud<strong>de</strong>n is immers<br />
een verhoging van <strong>de</strong> schuifspanning. Als<br />
we <strong>de</strong> verfborstel in <strong>de</strong> pot soppen moet <strong>de</strong><br />
verf voldoen<strong>de</strong> dun zijn om tussen <strong>de</strong> haren<br />
te geraken, maar eens we <strong>de</strong> borstel uit <strong>de</strong> pot<br />
halen moet <strong>de</strong> verf terug dik genoeg wor<strong>de</strong>n<br />
om <strong>niet</strong> van <strong>de</strong> borstel af te druppelen. Als we<br />
pumps & process mAGAZINe - juNI 2011 13
ENGINEERINGNEt.BE<br />
PUmP TEChNoLogY<br />
verf aan <strong>de</strong> muur smeren moet <strong>de</strong>ze terug dun<br />
genoeg wor<strong>de</strong>n om van <strong>de</strong> borstel op <strong>de</strong> muur<br />
te gaan en vlot uitsmeerbaar te zijn, maar eens<br />
<strong>de</strong> verf op <strong>de</strong> muur hangt moet ze terug dik<br />
genoeg wor<strong>de</strong>n om er <strong>niet</strong> meer af te lopen en<br />
strepen te vormen. Dus, van in <strong>de</strong> pot tot op <strong>de</strong><br />
muur doorloopt <strong>de</strong> verf of vernis verschillen<strong>de</strong><br />
stadia met variëren<strong>de</strong> schuifspanning en bijgevolg<br />
variëren<strong>de</strong> viscositeit. <strong>Het</strong> verhaaltje van<br />
<strong>de</strong> verf die <strong>niet</strong> druppelt van <strong>de</strong> borstel is dus<br />
geen sprookje. Er wor<strong>de</strong>n grote geldsommen<br />
uitgegeven om <strong>vloeistoffen</strong> te ontwerpen met<br />
<strong>de</strong> juiste rheologische eigenschappen.<br />
Een an<strong>de</strong>r voorbeeld van een pseudoplastische<br />
vloeistof is bloed. In het hart, waar <strong>de</strong><br />
schuifspanning tamelijk laag is, moet dit bloed<br />
voldoen<strong>de</strong> dik zijn om het hart (dat in feite een<br />
volumetrische pomp is) voldoen<strong>de</strong> ren<strong>de</strong>ment<br />
te geven. De lekverliezen over <strong>de</strong> hartkleppen<br />
moeten zo laag mogelijk zijn. Eens het bloed<br />
echter door <strong>de</strong> slaga<strong>de</strong>ren en an<strong>de</strong>r bloedvaten<br />
stroomt gaat <strong>de</strong> schuifspanning naar omhoog<br />
en moet <strong>de</strong> viscositeit naar bene<strong>de</strong>n gaan om<br />
<strong>de</strong> druk, die het hart moet leveren, <strong>niet</strong> te<br />
hoog te laten wor<strong>de</strong>n. De beken<strong>de</strong> hoge of<br />
lage bloeddruk heeft met <strong>de</strong> rheologie van<br />
het bloed te maken.<br />
Er zijn ook dilatante <strong>vloeistoffen</strong>, die dus<br />
juist het omgekeer<strong>de</strong> gedrag vertonen. Een<br />
mooi voorbeeldje daarvan is slijk of drijfzand.<br />
Als je traag over een slijklaag loopt,<br />
zal je laars in het slijk zakken, en die kan je<br />
er wel traagjes terug uittrekken, maar als je<br />
dat snel probeert te doen, dan lukt het <strong>niet</strong>.<br />
De laars zit gewoon vast in het slijk omdat<br />
<strong>de</strong> viscositeit bij hogere schuifspanning<br />
dramatisch toeneemt. Als <strong>de</strong> slijklaag dik<br />
genoeg is, bijvoorbeeld bij drijfzand, en je<br />
kan er volledig in zakken, dan raak je er <strong>niet</strong><br />
meer uit. Als je <strong>niet</strong> of traagjes beweegt zak<br />
je dieper, en als je snel beweegt zit je vast, dus<br />
geen enkele manier om er nog uit te raken,<br />
wat je ook doet. De enige hoop is om ergens<br />
een punt te vin<strong>de</strong>n waaraan je jezelf traagjes<br />
kan optrekken, met <strong>de</strong> nadruk op het woord<br />
‘traagjes’, want dit moet gebeuren bij een lage<br />
schuifspanning.<br />
Dilatante <strong>vloeistoffen</strong> kunnen dus levensbedreigend<br />
zijn, en gelukkig bestaan er <strong>niet</strong><br />
te veel. Mengsels van water met ongekookt<br />
zetmeel of gips wor<strong>de</strong>n, vanaf een bepaal<strong>de</strong><br />
concentratie, eveneens dilatant. Een dilatante<br />
vloeistof kan trouwens per <strong>de</strong>finitie <strong>niet</strong><br />
geroerd wor<strong>de</strong>n, want hoe har<strong>de</strong>r je roert, hoe<br />
dikker <strong>de</strong> vloeistof wordt, en het roer<strong>werk</strong> zet<br />
zich gewoon vast. Wanneer dus bijvoorbeeld<br />
tij<strong>de</strong>ns een proces gips (CaSO 4 , voor <strong>de</strong> schei-<br />
14<br />
pumps & process mAGAZINe - juNI 2011<br />
Schuifspanning<br />
Pseudoplastisch<br />
Newtoniaans<br />
Dilatant<br />
Afschuifgraad<br />
Figuren 1 - 2: twee rheogrammen van <strong>niet</strong>-<strong>Newtoniaanse</strong> <strong>vloeistoffen</strong>.<br />
kundigen on<strong>de</strong>r ons) gevormd wordt, en dit<br />
gips kan uitzakken in <strong>de</strong> tank, is <strong>de</strong> boodschap<br />
dat alles in het <strong>werk</strong> moet wor<strong>de</strong>n gesteld<br />
om dit uitzakken te vermij<strong>de</strong>n. Als het toch<br />
gebeurt, dan zijn gebroken roer<strong>werk</strong>assen en<br />
afgebroken impellerschoepen gegaran<strong>de</strong>erd<br />
het gevolg. <strong>Het</strong> zou <strong>de</strong> eerste keer <strong>niet</strong> zijn<br />
dat dit gebeurt, en ie<strong>de</strong>reen zich het hoofd zit<br />
te breken waarom er toch zoveel miserie met<br />
dit roer<strong>werk</strong> is.<br />
Dilatante <strong>vloeistoffen</strong> kunnen echter ook<br />
levens red<strong>de</strong>n. <strong>Het</strong> klinkt ongelooflijk, maar<br />
een dilatante vloeistof is in staat om een<br />
afgevuur<strong>de</strong> kogel tegen te hou<strong>de</strong>n. Een<br />
kogelvrije vest bestaat normaal uit een <strong>de</strong>rtigtal<br />
lagen Kevlar om een kogel te stoppen.<br />
Tamelijk recent heeft men echter ont<strong>de</strong>kt dat<br />
men eenzelf<strong>de</strong>, of zelfs beter, effect kan bereiken<br />
met veel min<strong>de</strong>r lagen Kevlar, maar tussen<br />
<strong>de</strong> lagen Kevlar een laag dilatante vloeistof.<br />
De inslag van een kogel geeft natuurlijk een<br />
immense schuifspanning op <strong>de</strong> vloeistof, en<br />
<strong>de</strong>ze reageert praktisch ogenblikkelijk met<br />
een grote viscositeitverhoging, waardoor <strong>de</strong><br />
kogel gestopt wordt.<br />
We gaan nog een stapje<br />
ver<strong>de</strong>r<br />
De <strong>niet</strong>-<strong>Newtoniaanse</strong> <strong>vloeistoffen</strong> kunnen<br />
ook nog eens on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld wor<strong>de</strong>n in<br />
tijdsonafhankelijke en tijdsafhankelijke types.<br />
Hierboven hebben we het louter gehad over <strong>de</strong><br />
tijdsonafhankelijke. Dus, als we een bepaal<strong>de</strong><br />
schuifspanning hebben, bijvoorbeeld in een<br />
lobbenpomp met een welbepaald toerental of<br />
in een geroer<strong>de</strong> tank met een roer<strong>werk</strong> met een<br />
bepaal<strong>de</strong> snelheid, dan komt dit overeen met<br />
een bepaal<strong>de</strong> schijnbare viscositeit. De tijd dat<br />
je <strong>de</strong>ze schuifspanning aanhoudt, speelt geen<br />
rol, en bij <strong>de</strong>ze schuifspanning blijft <strong>de</strong> viscositeit<br />
dus constant. Veran<strong>de</strong>r je <strong>de</strong> schuifspan-<br />
Viscositeit<br />
Dilatant<br />
Newtoniaans<br />
Pseudoplastisch<br />
Afschuifgraad<br />
ning, dan veran<strong>de</strong>rt ook <strong>de</strong> viscositeit, maar<br />
<strong>de</strong>ze viscositeit blijft ongewijzigd in <strong>de</strong> tijd<br />
zolang <strong>de</strong> schuifspanning ongewijzigd blijft.<br />
Zoals reeds hierboven vermeld, noemen we<br />
<strong>vloeistoffen</strong> pseudoplastisch als hun viscositeit<br />
daalt bij toenemen<strong>de</strong> schuifspanning, en<br />
dilatant als <strong>de</strong>ze stijgt.<br />
Er zijn echter ook heel wat <strong>vloeistoffen</strong><br />
waarin <strong>de</strong> tijd een rol speelt. Als we dus een<br />
bepaal<strong>de</strong> vloeistof hebben waarbij <strong>de</strong> viscositeit<br />
daalt bij stijgen<strong>de</strong> schuifspanning, kan<br />
daarbij nog eens komen dat <strong>de</strong> viscositeit<br />
eveneens daalt als we die schuifspanning<br />
langere tijd aanhou<strong>de</strong>n. Dit type <strong>vloeistoffen</strong><br />
noemt men thixotroop, en vele <strong>vloeistoffen</strong><br />
die ogenschijnlijk pseudoplastisch zijn, zijn<br />
in feite ook thixotroop. Alleen is het effect<br />
<strong>niet</strong> altijd even evi<strong>de</strong>nt.<br />
Ook het omgekeer<strong>de</strong> komt voor waarbij<br />
een vloeistof dikker wordt naarmate men<br />
langere tijd een bepaal<strong>de</strong> schuifspanning<br />
aanhoudt. Deze <strong>vloeistoffen</strong> noemt men
heopectisch. Vele dilatante <strong>vloeistoffen</strong> zijn<br />
ook rheopectisch. Thixotropie en rheopectie<br />
zijn dus fenomenen die voorkomen bij tijdsafhankelijke<br />
<strong>niet</strong>-<strong>Newtoniaanse</strong> <strong>vloeistoffen</strong>.<br />
Een hele boterham.<br />
Een beetje wiskun<strong>de</strong><br />
<strong>Het</strong> maken van een rheogram is wel mooi en<br />
wel, maar in feite kan je er pas iets mee doen<br />
als je <strong>de</strong> grafiek kan vatten in een wiskundig<br />
mo<strong>de</strong>l. De geijkte manier om een grafiek om<br />
te zetten in een wiskundige functie is door<br />
regressie van <strong>de</strong> curve. Dit is een puur empirische<br />
operatie, die totaal <strong>niet</strong>s zegt over <strong>de</strong><br />
oorzaak van bepaal<strong>de</strong> fenomenen of waarom<br />
een curve eruitziet zoals ze eruitziet. <strong>Het</strong> is<br />
een statistische bena<strong>de</strong>ring die nooit volledig<br />
correct is, en dus <strong>de</strong> gemeten waar<strong>de</strong>n zo<br />
goed mogelijk bena<strong>de</strong>rt. Om het gedrag van<br />
<strong>niet</strong>-<strong>Newtoniaanse</strong> <strong>vloeistoffen</strong> te vatten zijn<br />
er tientallen wiskundige mo<strong>de</strong>llen ontwikkeld.<br />
We gaan ze hier zeker <strong>niet</strong> allemaal<br />
behan<strong>de</strong>len, maar we gaan het wel over <strong>de</strong><br />
belangrijkste hebben en dit wordt het laatste<br />
wapenfeit in <strong>de</strong>ze bijdrage. Nog even op <strong>de</strong><br />
tan<strong>de</strong>n bijten dus.<br />
<strong>Het</strong> Power Law mo<strong>de</strong>l<br />
Een eerste veel gebruikt mo<strong>de</strong>l is het ‘Power<br />
Law’ mo<strong>de</strong>l. In wiskundige vorm ziet dit er<br />
als volgt uit:<br />
= K. n (1)<br />
En als we links en rechts <strong>de</strong>len door , dan<br />
krijgen we hetzelf<strong>de</strong> voor <strong>de</strong> schijnbare<br />
viscositeit:<br />
μ a = K. n-1 (2)<br />
Daarin zijn:<br />
K = consistentiefactor, uitgedrukt in Pa.s n<br />
n = flow in<strong>de</strong>x, die dimensieloos is<br />
μ a = schijnbare viscositeit in Pa.s<br />
Wanneer n < 1, dan hebben we een<br />
pseudoplastische vloeistof, bij n > 1 is het<br />
een dilatante vloeistof en wanneer n = 1, dan<br />
hebben we een <strong>Newtoniaanse</strong> vloeistof, en is<br />
<strong>de</strong> consistentiefactor K in feite <strong>de</strong> viscositeit.<br />
We verwijzen terug naar <strong>de</strong> figuren 1 en 2<br />
die tonen hoe een rheogram volgens het Power<br />
Law mo<strong>de</strong>l eruit ziet.<br />
<strong>Het</strong> Herschel-Bulkley mo<strong>de</strong>l<br />
Een twee<strong>de</strong> veel gebruikt mo<strong>de</strong>l is het Herschel-Bulkley<br />
mo<strong>de</strong>l. Voordat we daar echter<br />
ver<strong>de</strong>r kunnen op doorgaan, moet er eerst nog<br />
wat verteld wor<strong>de</strong>n. Sommige pseudoplasti-<br />
Schuifspanning<br />
Zwichtspanning<br />
sche <strong>vloeistoffen</strong> hebben bij een schuifspanning<br />
van 0 Pa (of iets dat zeer laag is en dus<br />
in <strong>de</strong> omgeving van 0 Pa komt) een zeer<br />
hoge viscositeit. Deze zeer hoge viscositeit<br />
blijft bestaan, zelfs als men <strong>de</strong> schuifspannig<br />
verhoogt, en <strong>de</strong> <strong>vloeistoffen</strong> beginnen pas te<br />
vloeien (dus <strong>de</strong> viscositeit daalt) wanneer een<br />
bepaal<strong>de</strong> schuifspanning overschre<strong>de</strong>n wordt.<br />
Een soort treshold dus, waar men over moet.<br />
Deze schuifspanning wordt <strong>de</strong> ‘zwichtspanning’<br />
(yield stress) genoemd. <strong>Het</strong> bestaan van<br />
<strong>de</strong> zwichtspanning is zeer omstre<strong>de</strong>n, en sommige<br />
vooraanstaan<strong>de</strong> rheologen betwijfelen of<br />
er wel zoiets als een zwichtspanning bestaat.<br />
Feit is echter dat het wel een nuttig instrument<br />
is om te gebruiken in calculaties voor <strong>de</strong><br />
selectie van roer<strong>werk</strong>en, die tegenwoordig<br />
natuurlijk softwarematig gebeuren.<br />
<strong>Het</strong> Herschel-Bulkley mo<strong>de</strong>l houdt rekening<br />
met <strong>de</strong>ze zwichtspanning en ziet er<br />
mathematisch als volgt uit:<br />
of nog:<br />
= 0 + K. n (3)<br />
μ a =<br />
Bingham Plastic<br />
σ 0 n-1 + K. (4)<br />
γ<br />
Afschuifgraad<br />
Waarbij:<br />
0 = zwichtspanning in Pascal (Pa)<br />
<strong>Het</strong> leuke aan het Herschel-Bulkley mo<strong>de</strong>l<br />
is dat het ook het Power Law mo<strong>de</strong>l <strong>de</strong>kt.<br />
Immers, bij 0 = 0 komen we terecht bij het<br />
power Law mo<strong>de</strong>l (zie vergelijkingen 1 en 2).<br />
Een an<strong>de</strong>re speciale versie is <strong>de</strong>ze waarbij<br />
n = 1. Vloeistoffen die dit gedrag vertonen,<br />
noemt men wel eens Bingham plastics. Deze<br />
<strong>vloeistoffen</strong> wor<strong>de</strong>n ook plastische <strong>vloeistoffen</strong><br />
genoemd. Figuren 3 en 4 tonen een en<br />
an<strong>de</strong>r op een grafische manier.<br />
Viscositeit<br />
ENGINEERINGNEt.BE<br />
PUmP TEChNoLogY<br />
Figuren 3 - 4: rheogram van pseudoplastische <strong>vloeistoffen</strong> met zwichtspanning.<br />
<strong>Het</strong> Casson mo<strong>de</strong>l<br />
Tenslotte nog een laatste mo<strong>de</strong>l, dat typisch<br />
in <strong>de</strong> chocola<strong>de</strong>-industrie gebruikt wordt,<br />
omdat daar blijkbaar <strong>de</strong> gemeten rheogrammen<br />
tamelijk goed beschreven wor<strong>de</strong>n door<br />
<strong>de</strong>ze functie. Mathematisch ziet dit mo<strong>de</strong>l er<br />
als volgt uit:<br />
Of nog:<br />
σ = K o + K c . γ (5)<br />
µ = a<br />
K o<br />
+ Kc (6)<br />
γ<br />
Afschuifgraad<br />
Waarbij:<br />
² = K = zwichtspanning (ook Casson<br />
0 o<br />
vloeigrens genoemd), uitgedrukt in Pa<br />
² μ = K = Cassonviscositeit,<br />
c c<br />
uitgedrukt in Pa.s<br />
Zoals uit <strong>de</strong> functie (6) kan afgeleid wor<strong>de</strong>n,<br />
is <strong>de</strong> Cassonviscositeit in feite <strong>de</strong> schijnbare<br />
viscositeit bij hoge afschuifgraad. In mengsystemen<br />
met hoge energie intensiteit is <strong>de</strong>ze<br />
waar<strong>de</strong> bruikbaar, maar voor het selecteren<br />
van een low shear roer<strong>werk</strong> om bijvoorbeeld<br />
een chocola<strong>de</strong> op temperatuur te hou<strong>de</strong>n kan<br />
<strong>de</strong> Cassonviscositeit <strong>niet</strong> gebruikt wor<strong>de</strong>n.<br />
Dan is het noodzakelijk om het volledige rheogram<br />
te kennen. Jammer genoeg is dit zel<strong>de</strong>n<br />
beschikbaar, maar uit <strong>de</strong> opgegeven Casson<br />
vloeigrens en Cassonviscositeit kunnen wel<br />
<strong>de</strong> waar<strong>de</strong>n van Ko en Kc berekend wor<strong>de</strong>n,<br />
zodat het rheogram uitein<strong>de</strong>lijk toch kan<br />
getekend wor<strong>de</strong>n.