31.07.2013 Views

IJsbrand Van Diemerbroeck Verhandeling over de pest - Universiteit ...

IJsbrand Van Diemerbroeck Verhandeling over de pest - Universiteit ...

IJsbrand Van Diemerbroeck Verhandeling over de pest - Universiteit ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

A - 50<br />

<strong>pest</strong> naar een verhaal van Sennert die zegt dat iemand zou zijn doodgegaan door het aanraken van<br />

touwen die twintig jaar eer<strong>de</strong>r gebruikt waren om een <strong>pest</strong>do<strong>de</strong> in het graf te takelen. Natuurlijke<br />

oorzaken zijn volgens Voetius giffen – een opvatting die ook bij <strong>Van</strong> <strong>Diemerbroeck</strong> terugkomt. Met<br />

besmettelijkheid weet Voetius niet goed raad: <strong>de</strong> ziekte verplaatst zich gewoonlijk via <strong>de</strong> lucht, maar<br />

komt niet rechtstreeks van God. Eer<strong>de</strong>r gaat het om een astrale besmetting. Op <strong>de</strong> vraag waarom het<br />

vee geen <strong>pest</strong> krijgt, heeft Voetius ook geen antwoord. Evenmin weet hij waarom in Exodus 9 alleen<br />

<strong>de</strong> Egyptenaren en niet <strong>de</strong> jo<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n getroffen.<br />

Bij na<strong>de</strong>re beschouwing van het bewaard gebleven materiaal lijkt <strong>de</strong> stelling ver<strong>de</strong>digbaar dat<br />

Voetius en <strong>Van</strong> <strong>Diemerbroeck</strong> het op tal van punten met elkaar eens waren en dat ze elkaar wel<br />

<strong>de</strong>gelijk waar<strong>de</strong>er<strong>de</strong>n. Deze voorstelling van zaken zou nog aan kracht winnen, indien kon wor<strong>de</strong>n<br />

aangetoond dat <strong>de</strong> van huis uit remonstrantse <strong>Van</strong> <strong>Diemerbroeck</strong> net als <strong>de</strong> Contra-remonstrant<br />

Voetius piëtisch georiënteerd was. Piëtisten probeer<strong>de</strong>n naar Christus’ voorbeeld te leven – los van<br />

allerlei moeilijke dogmatische kwesties.<br />

2.8.3 De medicus<br />

In zijn Tractatus komt <strong>Van</strong> <strong>Diemerbroeck</strong> naar voren als ‘een on<strong>de</strong>rnemend, kundig, maar bovenal<br />

wijs en zeer menslievend man, begaafd met veel zin voor humor, en met een talent van wèlschrijven,<br />

dat verschei<strong>de</strong>ne passages van zijn merkwaardig boek nog vandaag boeiend maakt’<br />

(Rogier, 1960:169). Deze typering maakt een plausibele indruk. <strong>Van</strong> <strong>Diemerbroeck</strong> toont in zijn boek<br />

een nimmer aflaten<strong>de</strong> belangstelling voor <strong>de</strong> precieze aard van klachten en <strong>de</strong> vorm waarin <strong>de</strong><br />

pathologische verschijnselen zich voordoen. Hij is een echte clinicus die zich voortdurend verdiept in<br />

<strong>de</strong> vele verschijnselen en symptomen die een ziekte oproept, <strong>de</strong>ze probeert te koppelen aan<br />

bestaan<strong>de</strong> ziektebeel<strong>de</strong>n en die nooit vergeet een differentiaaldiagnose te stellen, d.w.z. een<br />

bere<strong>de</strong>neer<strong>de</strong> lijst te maken van ziekten die ook in aanmerking komen als oorzaak van <strong>de</strong><br />

symptomen. Was <strong>Van</strong> <strong>Diemerbroeck</strong> erg gespitst op het stellen van goe<strong>de</strong> diagnoses en het maken<br />

van betrouwbare prognoses, bij het behan<strong>de</strong>len toont hij zich erg behoedzaam. Deze aanpak past<br />

heel wel in het beeld van <strong>Van</strong> <strong>Diemerbroeck</strong> als een echte dokter in <strong>de</strong> Hippocratische traditie.<br />

Daarbij past ook dat hij er in Boek IV van <strong>de</strong> Tractatus, dat 120 ziektegeschie<strong>de</strong>nissen bevat, blijk van<br />

geeft dat hij begaan is met het vaak ellendige lot van zijn patiënten. <strong>Van</strong> <strong>Diemerbroeck</strong> was een<br />

medicus die niet alleen naar ziekten keek, maar ook naar hun dragers, <strong>de</strong> zieken. Hij zag zijn werk als<br />

een opdracht waarin het erom ging mensen te genezen, en niet zozeer om geld te verdienen. Een<br />

concrete aanwijzing in die richting levert zijn herhaal<strong>de</strong>lijk aan <strong>de</strong> dag geleg<strong>de</strong> streven om door<br />

an<strong>de</strong>ren geheim gehou<strong>de</strong>n recepten openbaar te maken. Ook geeft hij hier en daar <strong>de</strong> goedkopere<br />

alternatieven van dure geneesmid<strong>de</strong>len die door <strong>de</strong> min<strong>de</strong>r be<strong>de</strong>el<strong>de</strong>n kon<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n gebruikt. Niet<br />

onvermeld kan in dit verband blijven dat <strong>de</strong> Utrechtse farmacopee (1656) waarvan<br />

<strong>Van</strong> <strong>Diemerbroeck</strong> <strong>de</strong> eerste redacteur was, zich van an<strong>de</strong>re uitgaven on<strong>de</strong>rscheidt door <strong>de</strong> prijslijst<br />

die erin is opgenomen.<br />

Overigens werpen <strong>de</strong> 120 ziektegeschie<strong>de</strong>nissen een interessant licht op <strong>de</strong> vraag waaraan <strong>de</strong><br />

zeventien<strong>de</strong>–eeuwse geneesheren hun hoge status en in vele gevallen ook dito inkomen te danken<br />

had<strong>de</strong>n. Zeker achteraf bezien, waren <strong>de</strong> resultaten die ze met hun beschei<strong>de</strong>n mid<strong>de</strong>len bereikten<br />

immers zeer beperkt. Naar <strong>de</strong> Nijmeegse medico-historicus D. <strong>de</strong> Moulin zijn stu<strong>de</strong>nten placht voor<br />

te hou<strong>de</strong>n, lag <strong>de</strong> kracht van die geneesheren vooral in <strong>de</strong> prognoses die ze hun patiënten kon<strong>de</strong>n<br />

geven: ze vermochten <strong>de</strong> zieke niet te genezen, maar kon<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ze wel vertellen hoe het met hem af<br />

zou lopen. Dat werd door veel mensen ook toentertijd al zeer gewaar<strong>de</strong>erd. Ook <strong>Van</strong> <strong>Diemerbroeck</strong><br />

zag <strong>de</strong> prognostiek als een wezenlijk on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van zijn werk. Hij lijkt bij zijn voorspellingen erg open<br />

of, in he<strong>de</strong>ndaagse termen erg ‘direct’ geweest te zijn. De ziektegeschie<strong>de</strong>nissen laten zien dat hij<br />

menig zieke reeds bij het eerste bezoek onomwon<strong>de</strong>n me<strong>de</strong><strong>de</strong>el<strong>de</strong> dat hij alle hoop moest laten<br />

varen.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!