Hoofdstuk 8 Ontwikkelingspsychologie
Hoofdstuk 8 Ontwikkelingspsychologie
Hoofdstuk 8 Ontwikkelingspsychologie
Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!
Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.
<strong>Hoofdstuk</strong> 8<br />
<strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>
200<br />
Programmagroep <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
<strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
Secretariaat:<br />
Mw. E. Buijn 729 525.6830 secretariaatpsyop-fmg@uva.nl<br />
Drs. B. Prins 729 525.7086<br />
Studieadvies en onderwijscoördinatie:<br />
Mw. dr. M. Huizinga 716 525.6776 M.Huizinga@uva.nl<br />
spreekuur dinsdag 14.00 - 15.00 uur (inloop)<br />
Werkstukcoördinatie:<br />
Dr. W. van den Wildenberg 710 525.6686 W.P.M.vandenWildenberg@uva.nl<br />
Bachelorthesecoördinatie:<br />
Mw. dr. M. Huizinga 716 525.6776 M.Huizinga@uva.nl<br />
Stagecoördinatie:<br />
Mw. dr. A.Collot d’Escury 711 525.6779 A.L.CollotDEscury-Koenigs@uva.nl<br />
Spreekuur woensdag 09.15-11.00 uur (inloop)<br />
Stagesecretariaat:<br />
Drs. B. Prins 729 525.7086 B.Prins@uva.nl<br />
http://www.student.uva.nl/psy/psyTstage.cfm<br />
Spreekuren:<br />
Prof. dr. L. Oppenheimer, woensdag, 13.00-15.00 uur<br />
Websites:<br />
Onderzoek: www.fmg.uva.nl/developmentalpsychology/<br />
Onderwijs: www.student.uva.nl/psy (kies vervolgens <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>)<br />
Voorzitter van de programmagroep<br />
Prof. dr. M. van der Molen<br />
1. Medewerkers van de programmagroep<br />
Naam Kamer Telefoon Email<br />
Dhr. drs. B. van Beek 725 525.6829 E.vanBeek@uva.nl<br />
Mw. drs. B. van Bers 706 525 6832 B.M.C.W.vanBers@uva.nl<br />
Mw. A. Bexkens, M.Sc. 720 525 8772 A.Bexkens@uva.nl<br />
Mw. E. Buijn 729 525.6830 E.Buijn@uva.nl<br />
Mw. D. van Campen, M.Sc. 720 525 8772 A.D.vanCampen@uva.nl<br />
Mw. dr. A.Collot d’Escury-Koenigs 711 525.6779 A.L.CollotDEscury-Koenigs@uva.nl<br />
Mw. M. Counihan 701 525.6082 M.E.Counihan@uva.nl<br />
Mw. J. Cousijn, M.Sc. 728 525 6729 J.Cousijn@uva.nl<br />
Mw. D. van Deursen 728 525.6212 D.S.vanDeursen@uva.nl<br />
Dhr. dr. A. Dudink 704 525.6834 A.C.M.Dudink@uva.nl<br />
Mw. A. van Duijvenvoorde, M.Sc. 706 525 6832 A.C.K.vanDuijvenvoorde@uva.nl<br />
Mw. dr. B. Forstmann 710 525.6281 B.U.Forstmann@uva.nl<br />
Mw. drs. B. Gunther Moor 713 525.6909 B.GuntherMoor@uva.nl<br />
Mw. drs. H. Harsay 713 525.6909 H.A.Harsay@uva.nl<br />
Dhr. dr. W. Hofmann 727 525.6209 W.Hofmann@uva.nl<br />
Mw. dr. H. Huizenga 712 525.6826 H.M.Huizenga@uva.nl
Programmagroep Ontwikkelingpsychologie<br />
Mw. dr. M. Huizinga 716 525.6776 M.Huizinga@uva.nl<br />
Mw. S. Jahfari, M.Sc. 724 525.8664 S.Jahfari@uva.nl<br />
Mw. dr. B. Jansen 707 525 6735 B.R.J.Jansen@uva.nl<br />
Dhr. T. Janssen. M.Sc. 728 525.6729 T.Janssen@uva.nl<br />
Mw. Ö. Korucuoglu, M.Sc. 728 525.6212 O.Korucuoglu@uva.nl<br />
Mw. drs. M. van de Laar 713 525.6909 M.C.vandeLaar@uva.nl<br />
Mw. dr. D. Mandell 703 525 5648 D.J.Mandell@uva.nl<br />
Mw. dr. M. van der Molen 726 525.6857 M.J.vanderMolen@uva.nl<br />
Dhr. prof. dr. M. van der Molen 719 525.6835 M.W.vanderMolen@uva.nl<br />
Dhr. drs. M. van der Molen 724 525.6828 M.J.W.vanderMolen@uva.nl<br />
Dhr. prof. dr. L. Oppenheimer 721 525.6831 L.J.T.Oppenheimer@uva.nl<br />
Mw. dr. A. Ploeger 701 525.6082 A.Ploeger@uva.nl<br />
Dhr. drs. B. Prins 729 525.7086 B.Prins@uva.nl<br />
Dhr. dr. G. Ramakers 714 525.6608 G.J.A.Ramakers@uva.nl<br />
G.Ramakers@nin.knaw.nl<br />
Mw. dr. M. Raijmakers 723 525.7014 M.E.J.Raijmakers@uva.nl<br />
Dhr. prof. dr. R. Ridderinkhof 715 525.6119 K.R.Ridderinkhof@uva.nl<br />
Mw. dr. E. Salemink 708 525.8663 E.Salemink@uva.nl<br />
Mw. drs. T. van Schijndel 706 525.6832 T.J.P.vanSchijndel@uva.nl<br />
Dhr. dr. P. Snellings 708 525.7321 P.Snellings@uva.nl<br />
Mw. dr. R. Somsen 704 525.6827 R.J.M.Somsen@uva.nl<br />
Mw. dr. M. Taal 718 525.6676 M.H.Taal@uva.nl<br />
Mw. S. van Veen S.C.vanVeen@uva.nl<br />
Dhr. dr. I. Visser 709 525.6723 I.Visser@uva.nl<br />
Dhr. drs. W. Weeda 705 525.6908 W.D.Weeda1@uva.nl<br />
Dhr. drs. G. Weltevreden 704 525.6834 G.M.Weltevreden@uva.nl<br />
Dhr. dr. W. van den Wildenberg 710 525.6686 W.P.M.vandenWildenberg@uva.nl<br />
Dhr. J. Winkel, M.Sc.. 724 525.6653 J.Winkel@uva.nl<br />
Dhr. prof. dr. R. Wiers 722 525.6842 R.W.H.J.Wiers@uva.nl<br />
Mw. dr. S. de Wit 703 525.5648 S.deWit@uva.nl<br />
Mw. M. Zeguers, M.Sc. 705 525.6908 M.H.T.Zeguers@uva.nl<br />
Medewerkers en hun interessegebieden<br />
Bers, drs.<br />
Bianca van<br />
Bexkens,<br />
Anika M.Sc.<br />
Promovendus. Verricht onderzoek naar cognitieve ontwikkeling. Het onderzoek<br />
richt zich specifiek op de ontwikkeling van het leren van simpele regels door<br />
3-5 jarigen waarbij gebruik wordt gemaakt van de catastrofe theorie om deze<br />
ontwikkeling te modelleren.<br />
Promovendus. Doet onderzoek naar de emotionele en cognitieve ontwikkeling van<br />
adolescenten met een licht verstandelijke beperking. Voornamelijk geïnteresseerd in<br />
het nemen van risico’s tijdens de adolescentie. Overige interessegebieden: dyslexie,<br />
taalontwikkeling, rekenproblemen en inhibitoire controle.<br />
201
202<br />
Campen,<br />
Dilene van<br />
M.Sc.<br />
dr. Annematt<br />
Collot<br />
d’Escury<br />
Janna Cousijn,<br />
M.Sc.<br />
Anna van<br />
Duijvenvoorde,<br />
M.Sc.<br />
dr. Birte<br />
Forstmann<br />
drs. Bregtje<br />
Gunther Moor<br />
drs. Helga<br />
Harsay<br />
dr. Hilde<br />
Huizenga<br />
dr.<br />
Mariëtte<br />
Huizinga<br />
Sara Jahfari,<br />
M.Sc.<br />
dr. Brenda<br />
Jansen<br />
Tim Janssen,<br />
M.Sc.<br />
Programmagroep <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
Promovendus. Verbonden aan de ACACia onderzoeksgroep (Amsterdam Center for<br />
the study of Adaptive Control in brain and behavior) van Richard Ridderinkhof.<br />
De focus van het onderzoek ligt binnen de Neurofysiologie en Cognitie. Specifiek,<br />
onderzoek naar het initiëren van bewegingen met behulp van TMS (Transcranial<br />
Magnetic Stimulation).<br />
Universitair docent. Interessegebieden: Antisociale ontwikkelingsstoornis en<br />
klinische ontwikkelingspsychologie. Overige interessegebieden zijn: sociaalcognitieve<br />
ontwikkeling, diagnostiek en theory of mind bij kinderen met problemen<br />
in de sociaal-emotionele ontwikkeling, autisme, spectrum stoornissen en licht<br />
verstandelijk gehandicapten.<br />
Promovendus. Verricht onderzoek naar verschillende neuroimaging en<br />
neurocognitieve factoren die het verloop van drugsgebruik kunnen voorspellen in<br />
marihuana gebruikers. Verbonden aan ACACia (Amsterdam Center for the study<br />
of Adaptive Control in brain and behavior) en AIAR (Amsterdam Institute for<br />
Addiction Research).<br />
Promovendus. Verricht onderzoek bij kinderen, adolescenten en volwassenen<br />
naar de ontwikkeling van keuzegedrag en individuele verschillen in het maken<br />
van beslissingen. Geïnteresseerd in de relatie tussen gedragsontwikkeling en<br />
hersenontwikkeling, fMRI onderzoek en neuropsychologie.<br />
Post-doc. Verbonden aan de ACACia onderzoeksgroep (Amsterdam Center for the<br />
study of Adaptive Control in brain and behavior). Haar onderzoek richt zich op<br />
gedragsmatige en neurale aspecten van cognitieve controle.<br />
Promovendus. Verricht onderzoek naar sociale informatieverwerking in de<br />
adolescentie. Haar onderzoek richt zich specifiek op het neurale substraat van<br />
sociale afwijizing in de adolescentie en de ontwikkeling daarvan. Daarbij wordt<br />
gebruik gemaakt van fMRI-metingen.<br />
Promovendus. Verbonden aan de ACACia onderzoeksgroep (Amsterdam Center for<br />
the study of Adaptive Control in brain and behavior). Haar onderzoek richt zich op<br />
the missing link between performance feedback and action selection on an fMRI<br />
study.<br />
Universitair Hoofddocent. Ontwikkeling en toepassing van geavanceerde<br />
statistische methoden voor psychologische data, waaronder neuro-imaging data.<br />
Inhoudelijk gaat het om onderzoek naar gedrag in complexe taken, en hoe leeftijd,<br />
IQ en persoonlijkheidskenmerken dit gedrag bepalen.<br />
Universitair docent. Verricht met experimentele varianten van bekende<br />
neuropsychologische tests onderzoek naar het ontwikkelingsverloop van executieve<br />
functies en hun onderliggende structuur, van kindertijd tot jong-volwassenheid.<br />
Overige interessegebieden: Schoolpsychologie, planning, strategiehantering.<br />
Promovendus. Verricht onderzoek naar de neurale en gedragsmatige overeenkomsten/<br />
verschillen tussen interferentie controle en cognitieve inhibitie. Specifiek wordt<br />
er m.b.v. fMRI metingen onderzocht in hoeverre individuen gebruik maken van<br />
gelijksoortige netwerken in het brein, tijdens interferentie controle en cognitieve<br />
inhibitie.<br />
Universitair docent. Verricht onderzoek naar de cognitieve ontwikkeling van<br />
kinderen. Om te onderzoeken of deze ontwikkeling discontinu van aard is,<br />
worden statistische multimodaliteitsanalyses gebruikt. Overige interessegebieden:<br />
stadiumgewijze ontwikkeling, niet-lineaire dynamica, diagnostiek van<br />
leerproblemen.<br />
Promovendus. Verricht longitudinaal onderzoek naar de ontwikkeling van<br />
verslavingsgedrag in adolescenten. Specifiek op zoek naar inzichten in het ontstaan<br />
van, en de rol van automatische associaties met alcohol in relatie tot (gevaarlijk)<br />
drinkgedrag. Interesses: drinking motivation, impliciete associaties, aandachtsbias,<br />
neurocognitieve processen bij verslaving, manipulatie, propaganda en het promoten<br />
van gezond gedrag.
drs. Marijke<br />
van de Laar<br />
dr. Dorothy<br />
Mandell<br />
dr. Mariët van<br />
der Molen<br />
drs. Melle van<br />
der Molen<br />
prof. dr. Maurits<br />
van der<br />
Molen<br />
prof. dr. Louis<br />
Oppenheimer<br />
dr. Annemie<br />
Ploeger<br />
dr.<br />
Ger Ramakers<br />
dr. Maartje<br />
Raijmakers<br />
prof. dr.<br />
Richard Ridderinkhof<br />
Programmagroep Ontwikkelingpsychologie<br />
Promovendus. Verricht onderzoek naar de ontwikkeling van inhibitie van<br />
motorische responsen (psychofysiologisch onderzoek). Overige interessegebieden:<br />
neuropsychologie, executieve functies, emoties en frontaal gebieden, neuro-imaging<br />
technieken.<br />
Post-Doc studying categorization and infant rule learning with Maartje Raijmakers.<br />
Her work has focused on cognitive processes related to Executive Functioning such<br />
as attention, inhibitory control, and work memory and how developmental changes<br />
in those skills impact changes in learning.<br />
Universitair docent. Verricht onderzoek naar cognitieve vaardigheden, met name het<br />
werkgeheugen, van kinderen met een lichte verstandelijke beperking. Met behulp van<br />
bestaande en zelf ontwikkelde trainingen wordt gekeken in hoeverre die vaardigheden<br />
bij deze kinderen te verbeteren zijn. Overige interessegebieden: Diagnostiek, relatie<br />
executief functioneren en sociale cognitie, gedragsproblematiek.<br />
Promovendus. Verricht onderzoek naar de cognitieve vaardigheden in erfelijke<br />
vormen van verstandelijke handicap. Doel van het project is om de interactie<br />
tussen genen en omgeving in kaart te brengen tijdens de ontwikkeling van de<br />
hersenen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van neuropsychologische diagnostiek en<br />
neurofysiologisch onderzoek (EEG). Getracht wordt om zo meer te weten te komen<br />
over de neurologische processen die leiden tot cognitie.<br />
Hoogleraar. Onderzoek betreft functieontwikkeling (aandacht, geheugen,<br />
cognitieve controle) over de levensloop (kinderen, ouderen) en de stoornissen<br />
die zich daarin kunnen voordoen (ADHD, mentale retardatie) in relatie tot het<br />
functioneren van het centrale en autonome zenuwstelsel (hersenpotentialen,<br />
hartslagveranderingen). Overige interessegebieden: Mentale chronometrie,<br />
psychofysiologie, neuropsychologie. Recent onderzoek betreft de relatie tussen<br />
emotie en cognitie in de overgang van kind naar adolescent.<br />
Hoogleraar. Houdt zich met name bezig met onderzoek naar (a) de ontwikkeling<br />
en organisatie van zelf-relevante informatie (i.c., het zelfconcept) en de regulerende<br />
rol van het zelfconcept in gedrag- en emotieregulatie (i.c., planning, motivatie en<br />
gevoelens) en (b) de wijze waarop kinderen en adolescenten denken over vrede en<br />
oorlog en de ontwikkeling van vijandbeelden en het begrip van democratische<br />
regels.<br />
Universitair docent. Onderwijs en onderzoek zijn gericht op de integratie<br />
van evolutionaire benaderingen en de ontwikkelingspsychologie. In hoeverre<br />
beinvloeden evolutie en ontwikkeling elkaar? Wat is de interactie tussen genetische<br />
en omgevingsinvloeden? In hoeverre zijn mentale ontwikkelingsstoornissen, zoals<br />
autisme en schizofrenie, evolutionair bepaald?<br />
Klinisch ontwikkelingspsycholoog en neurobioloog. Doet onderzoek naar de<br />
interactie tussen genen en omgeving in de ontwikkeling van de hersenen en<br />
cognitie. Het onderzoek is vooral gericht op de neuropsychologie en neurobiologie<br />
van erfelijke vormen van verstandelijke handicap. Verdere interesses: longitudinale<br />
cognitieve ontwikkeling, voorschoolse periode, hoogbegaafdheid en jeugdzorg.<br />
Universitair Hoofddocent. Verricht onderzoek naar cognitieve ontwikkeling, met<br />
name de ontwikkeling van leren van babies, peuters en kinderen van schoolgaande<br />
leeftijd. Specifieke onderwerpen: categoriseren (impliciet en expliciet leren),<br />
mathematische en computationele modellen, kwalitatieve veranderingen tijdens de<br />
ontwikkeling.<br />
Hoogleraar Neurocognitieve Veroudering. Onderzoeksdomein: cognitieve<br />
controle (psychofysiologisch, neuro-imaging, neuropsychologisch, reactietijd-<br />
en simulatieonderzoek), ontwikkelings- en verouderingsprocessen hierin, en de<br />
stoornissen die zich hierin kunnen voordoen.<br />
203
204<br />
dr. Elske<br />
Salemink<br />
drs. Tessa van<br />
Schijndel<br />
dr. Patrick<br />
Snellings<br />
dr. Riek<br />
Somsen<br />
dr. Margot<br />
Taal<br />
dr. Ingmar<br />
Visser<br />
drs. Wouter<br />
Weeda<br />
drs. Gerald<br />
Weltevreden<br />
dr. Wery van<br />
den Wildenberg<br />
prof. dr.<br />
Reinout Wiers<br />
Jasper Winkel,<br />
M.Sc.<br />
dr. Sanne de<br />
Wit<br />
Programmagroep <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
Universitair docent. Verricht experimenteel onderzoek naar klinische<br />
ontwikkelingspsychologie (developmental psychopathology). Interessegebieden:<br />
ontstaan van angststoornissen, interactie tussen angst en alcoholgebruik, (impliciete)<br />
cognitieve processen bij angst en alcohol, adolescentie, preventie en behandeling van<br />
psychopathologie.<br />
Promovendus. Verricht onderzoek naar het ontwikkelingsverloop en de individuele<br />
verschillen in het causaal redeneervermogen van twee- tot vijfjarigen. Daarnaast<br />
richt haar onderzoek zich op het exploratieve spel van jonge kinderen. Overige<br />
interessegebieden: impliciet leren, dyslexie, science center onderzoek.<br />
Universitair docent Schoolpsychologie. Onderzoekt de cognitieve ontwikkeling,<br />
leerproblemen en doet trainingsstudies binnen de schoolcontext. Interesse gaat<br />
daarnaast uit naar taalontwikkeling, tweede taalverwerving, leesproblemen<br />
(dyslexie) en de automatisering van vaardigheden.<br />
Universitair docent. Verricht onderzoek naar executieve functies bij kinderen<br />
in relatie tot cardiovasculaire responsen en andere fysiologische indices voor<br />
aandachtsverandering. Overige interessegebieden: ontwikkelingsneuropsychologie<br />
en neuropsychologie van veroudering, dyslexie bij kinderen, ontwikkeling van<br />
elektrische hersenactiviteit.<br />
Universitair docent. Verricht onderwijsgebonden onderzoek naar processen en<br />
effecten van verschillende practische interventies. Geeft cursorisch onderwijs over<br />
schoolpsychologie, interventie, interviewen, en adolescentie.<br />
Veni-Postdoc. Is geïnteresseerd in impliciete leerprocessen bij volwassenen en<br />
kinderen en mathematische en connectionistische modellen hiervoor. Onderzoekt<br />
meer in het algemeen modellen voor categorische afhankelijke data die gebruikt<br />
kunnen worden om kwalitatieve leerprocessen mee te modelleren. Is daarnaast<br />
geboeid door de filosofische achtergronden van deze modellen, rationalisme,<br />
functionalisme en meer empiricistische benaderingen.<br />
Promovendus. Houdt zich bezig met de ontwikkeling van nieuwe (statistische)<br />
methoden voor de analyse van neuroimaging data (fMRI/MEG/EEG). Overige<br />
interessegebieden: structurele vergelijkingsmodellen, cognitieve neurowetenschap<br />
en cognitieve ergonomie.<br />
Universitair docent (parttime). Voornaamste taak is het verzorgen van onderwijs<br />
op het gebied van sportpsychologie en het begeleiden van studenten die zich hierin<br />
willen verdiepen middels bachelorthese, onderzoek en stage.<br />
Universitair docent. Doet experimenteel onderzoek naar de relatie tussen hersenen<br />
en gedrag. Met name geïnteresseerd in individuele verschillen, ontwikkeling,<br />
psychopathologie en de biologische basis van cognitieve controle processen.<br />
Hoogleraar klinische ontwikkelingspsychologie (developmental psychopathology).<br />
Interessegebieden: ontstaan van verslavingsgedrag, cognitieve processen bij<br />
verslavingsgedrag, impliciete cognitie, executieve functies, adolescentie, risicogedrag,<br />
gerichte preventie en vroege behandeling van externaliserende problemen en<br />
verslavingsgedrag.<br />
Promovendus. Doet onderzoek naar de afweging tussen snelle en nauwkeurige<br />
beslissingen onder begeleiding van Birte Forstmann en Richard Ridderinkhof.<br />
Maakt hierbij gebruik van wiskundige modellen van gedrag, in combinatie met<br />
functional Megnetic Resonance Imaging (fMRI).<br />
Sanne de Wit is a postdoctoral researcher at Acacia. She has a background in animal<br />
learning research, but in recent years she has focused on applying animal models<br />
to human psychology. Research interests include: associative mechanisms of goaldirected<br />
actions and habits; associative theory applied to neuropsychiatry, with an<br />
emphasis on compulsive behaviour and addiction; using fMRI and pharmacological<br />
manipulations to investigate the neural correlates of human decision-making.
Programmagroep Ontwikkelingpsychologie<br />
NB: Prof. dr. P. Prins, dr. G. de Boo en dr. S. van der Oord verzorgen ook onderwijs bij<br />
(Klinische) <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>. Zij vallen onder de programmagroep Klinische<br />
Psychologie.<br />
2. Inlichtingen en Inschrijving<br />
Introductie studenten specialisatie <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
De eerste bijeenkomst van de cursus ‘Cognitieve Ontwikkeling’ wordt besteed aan de<br />
introductie van de specialisatie <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>. Hierin zal over het onderwijs<br />
en onderzoek van de programmagroep worden verteld. Eveneens zal het laatste nieuws<br />
over de opzet van het studiejaar worden besproken. Na afloop volgt een borrel op de zevende<br />
verdieping waarbij de studenten welkom worden geheten door de voorzitter van de<br />
programmagroep prof. dr. M. van der Molen.<br />
Studieadvies<br />
Mw. dr. M. Huizinga is studieadviseur <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>. Men kan bij haar terecht<br />
met vragen en problemen rond het onderwijs- en studieprogramma. Alle studenten<br />
Ontwikkelingspyschologie hebben tevens toegang tot een speciale Blackboardsite met<br />
gerichte informatie over <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> (onderdeel ‘Studie-advies (Klinische)<br />
Ontwikkelingspyscholgie’). (NB. Voor vragen over stages: neem contact op met de stagecoördinator<br />
mw. dr. A. Collot d’ Escury; voor vragen over werkstuk: neem contact op<br />
met de werkstukcoördinator, dr. W. van den Wildenberg, voor vragen over bachelorthese<br />
bachelorthesecoördinator: Mw. dr. M. Huizinga.)<br />
Studentenfractie<br />
We nodigen studenten van harte uit om te participeren in de studentenfractie <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>.<br />
Stuur voor nadere inlichtingen en om je aan te melden gerust een<br />
email naar de fractie (fractieontwikkelingspsy@gmail.com).<br />
Mentoraat <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
Studenten kunnen gebruik maken van het mentoraat <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>. Studenten<br />
krijgen een medewerker van de vakgroep als mentor met wie ze twee keer per jaar<br />
de voortgang en planning van de studie kunnen bespreken. Aan het begin van het eerste<br />
semester krijgen de nieuwe derdejaars studenten per e-mail bericht over hun mentor.<br />
Cursusinschrijving<br />
De inschrijving voor alle cursussen loopt via Studieweb, voorafgaand aan elk semester<br />
(zie voorin de gids voor inschrijfperioden). Let op: men dient zich voor iedere cursus<br />
apart in te schrijven.<br />
Tentameninschrijving<br />
Inschrijving en plaatsing voor een cursus betekent automatisch dat men ingeschreven is<br />
voor het tentamen en herkansing. Bij iedere cursus worden twee tentamenmogelijkheden<br />
aangeboden.<br />
Informatie afstudeeropdracht<br />
Stage: Het is van groot belang dat men zich tijdens het derde bachelorjaar al oriënteert<br />
op stageplaatsen (master-onderdeel). Meer informatie over deze oriëntatie is te verkrijgen<br />
via de onderwijswebsite <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> (www.student.uva.nl/psy). Op deze<br />
website staat ook een document over stageregelingen en een reeks vaak gestelde vragen<br />
over stages (FAQ). De toewijzingsprocedure van stageplaatsen begint vanaf november.<br />
Ingeschreven studenten (KL)OP krijgen daarover bericht. Solliciteren naar een stageplek<br />
kan als 1) het basisprogramma (nagenoeg) goed is doorlopen, 2) op grond van een realistische<br />
planning waarin het vaste programma voor het begin van de stage is afgerond en<br />
3) men door de stagecoördinator een of meer stageplaatsen toegewezen heeft gekregen.<br />
Daadwerkelijk starten met de stage kan alleen als de student parallel is ingeschreven<br />
205
206<br />
Programmagroep <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
voor Diagnostiek 2. Zie verder ook onder ‘Afstudeeropdracht’ voor meer informatie over<br />
stages.<br />
Werkstuk: ook voor het uitvoeren van een werkstuk (master-onderdeel) is het van belang<br />
dat men zich al in een vroeg stadium oriënteert. Een overzicht van werkstukmogelijkheden<br />
staat op Blackboard (onderdeel ‘Werkstuk <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>’). Alle<br />
werkstukstudenten <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> schrijven in een vroeg stadium een onderzoeksvoorstel<br />
en volgen een werkgroep (zie cursusbeschrijving ‘Collectieve Werkstukbijeenkomsten’).<br />
Alle informatie voor werkstukmakers staat op Blackboard (onderdeel<br />
‘Werkstuk <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>’). Zie verder ook onder ‘Afstudeeropdracht’ voor<br />
meer informatie over werkstukken.<br />
Studie in het buitenland<br />
De programmagroep <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> heeft een breed aanbod voor studenten<br />
die in het buitenland een stage willen volgen of onderzoek willen uitvoeren. Studenten<br />
die overwegen om van dit aanbod gebruik te maken, wordt aangeraden om zich in een<br />
vroeg stadium van de studie te oriënteren. Daartoe kan men contact opnemen met de<br />
studie-adviseur en/of het International Office van de Afdeling Psychologie, mw. Anna<br />
Weil (internationaloffice-psychology@uva.nl). Bij de Onderwijsbalie is daarnaast een<br />
brochure verkrijgbaar ‘Psychologie studeren in het buitenland’ (www.student.uva.nl/psy/<br />
en klik dan op ‘buitenland’). Houd er rekening mee dat studenten worden geselecteerd<br />
op criteria die samenhangen met de buitenlandse locatie.<br />
Rita Vuyk lezingen<br />
In deze maandelijkse lezingen ter ere van Rita Vuyk, de eerste hoogleraar ontwikkelingspsychologie<br />
aan de UvA, komen uiteenlopende sprekers op het gebied van de ontwikkelingspsychologie<br />
aan het woord. Er wordt aandacht besteed aan interessante nieuwe<br />
ontwikkelingen binnen het onderzoek en de relevantie daarvan voor de praktijk. Bijwonen<br />
van een lezing wordt beloond met 1 colloquiumpunt. Meer informatie over het<br />
programma en de locatie is te vinden op de site van ontwikkelingspsychologie en de<br />
colloquiumwebsite.<br />
3. Onderzoek<br />
Het onderzoek van de Programmagroep <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> richt zich in hoofdzaak<br />
op de normale cognitieve ontwikkeling, maar aan de sociale en emotionele ontwikkeling<br />
wordt ook aandacht geschonken. Bovendien worden de bevindingen uit het<br />
onderzoek bij normaal opgroeiende kinderen toegepast in het onderzoek naar kinderen<br />
die in hun ontwikkeling worden bedreigd, zoals kinderen met leerproblemen (dyslexie),<br />
zwakbegaafde kinderen, of kinderen met ADHD of autisme. Hoewel het accent ligt op<br />
de schoolse periode komen ook andere levensfasen aan bod (baby-ontwikkeling, veroudering).<br />
In het onderzoeksprogramma kunnen enkele hoofdlijnen worden onderscheiden.<br />
1. Onderzoek waarbij ontwikkeling en veroudering bestudeerd wordt in relatie tot het<br />
functioneren van het zenuwstelsel. Hierbinnen valt bijvoorbeeld het onderzoek naar<br />
executieve functies, taak switchen, of risicomijdend gedrag (contactpersoon prof.dr. R.<br />
Ridderinkhof).<br />
2. Onderzoek dat zich richt op de cognitieve ontwikkeling en de analyse van<br />
ontwikkelingsprocessen. Specifieke onderwerpen zijn de ontwikkeling van cognitieve<br />
strategieën, sprongsgewijze ontwikkeling, impliciet leren, en neurale netwerkmodellen<br />
van ontwikkeling (contactpersoon mw. dr. B. Jansen).<br />
3. Onderzoek naar de sociale en emotionele ontwikkeling, zoals de ontwikkeling in<br />
perspectief nemen en theory of mind (contactpersoon: prof. dr. L. Oppenheimer).
Programmagroep Ontwikkelingpsychologie<br />
4. Onderzoek naar de diagnostiek van met name school- en leerproblemen, en onderzoek<br />
naar de effecten van preventie en interventie programma’s van sociale en cognitieve<br />
aard (contactpersoon dr. P. Snellings).<br />
5. Onderzoek naar kinderen die in hun ontwikkeling worden bedreigd zoals zwakbegaafde<br />
of (sociaal-) angstige kinderen of jeugdigen met een alcohol- of drugsverslaving<br />
(contactpersoon: prof. dr. R. Wiers).<br />
6. Ten slotte wordt aandacht besteed aan de ontwikkeling van statistische methoden die<br />
van belang zijn in de ontwikkelingspsychologie, zoals de analyse van sprongsgewijze<br />
data, analyse van tijdseries, analyse van reactietijden, effect evaluaties, en de analyse<br />
van neuroimaging data (EEG/MEG, fMRI) (contactpersoon mw. dr. H. Huizenga).<br />
4. Onderwijs<br />
In het onderwijsprogramma ligt de nadruk op een gedegen inzicht in de ontwikkelingspsychologie,<br />
waarin zowel de belangrijke theoretische modellen als de huidige stand van<br />
zaken in het onderzoek naar de cognitieve, sociale, emotionele en deviante ontwikkeling<br />
aan bod komen. Hierbij gaat het niet alleen om de ontwikkeling in de kinder- en jeugdjaren,<br />
maar ook om baby-ontwikkeling en veroudering. Deze cursussen maken deel uit<br />
van de toelatingsvoorwaarden voor postacademische opleidingen voor de K&J-registratie<br />
(NIP), registratie Schoolpsycholoog, en Gezondheidszorgpsycholoog.<br />
Binnen <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> bestaan drie tracks: 1) Algemene <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
(AOP), 2) Klinische <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> (KLOP) –die zich richt op het<br />
gebied van de individuele jeugdzorg en jeugdgezondheidszorg, en 3) Schoolpsychologie-<br />
die zich richt op leerlingenzorg, en het raakvlak met jeugdzorg en individuele jeugdgezondheidszorg.<br />
In het navolgende worden deze drie mogelijkheden kort besproken.<br />
AOP is een goede keus voor studenten die geïnteresseerd zijn in een loopbaan als onderzoeker<br />
in de (klinische) ontwikkelingspsychologie, bijvoorbeeld voor studenten die<br />
willen solliciteren op een plek in de tweejarige research master (zie trefwoord ‘research<br />
master’, kijk op www.studeren.uva.nl/ma-psychology/, en neem contact op met mw. dr.<br />
H. Huizenga). Een tweede mogelijke invulling van AOP is om cursussen te kiezen die<br />
gericht zijn op veroudering (zie www.seniorlab.nl en neem contact op met prof. dr. R.<br />
Ridderinkhof). Binnen AOP kan ook een accent gelegd worden op de sportpsychologie,<br />
(kijk in de studiegids onder het trefwoord sportpsychologie en neem contact op met drs.<br />
G. Weltevreden).<br />
De tweede track, KLOP, betreft het onderwijs en onderzoek dat is gericht op afwijkende<br />
ontwikkeling. In de Klinische <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> probeert men te begrijpen op<br />
welke wijze afwijkend gedrag ontstaat en hoe dit gedrag in stand wordt gehouden. Daarnaast<br />
zijn diagnostiek en interventie van belang. In deze track volgt men o.a. cursussen<br />
op het gebied van diagnostiek en interventie; daarnaast doet men een praktijkstage en<br />
een afstudeeronderzoek. Het volgen van deze track in de bachelor en master levert zowel<br />
de Basisaantekening Psychodiagnostiek (BAPD) als de GZ-aantekening op en biedt een<br />
allround basis voor verdere specialisatie in de postmasteropleiding Kinder- en Jeugdpsycholoog<br />
of de postmasteropleiding tot GZ-psycholoog.<br />
Ten slotte vormt Schoolpsychologie een brede track in diagnostiek en interventie bij kinderen<br />
op het gebied van sociaal-emotionele problemen (faalangst, gedragsstoornissen),<br />
leerproblemen (dyslexie, dyscalculie), ADHD of hoogbegaafdheid. Een schoolpsycholoog<br />
is een eerstelijnshulpverlener die tussen de kinderen staat en de hulpverlening op<br />
school vormgeeft. In de aansluitmaster wordt een aantal vakken gevolgd op het gebied<br />
van diagnostiek en interventies. Daarnaast loopt men een praktijkstage en voert een afstudeeronderzoek<br />
op dit gebied. Het volgen van deze track in de bachelor en master<br />
levert zowel de Basisaantekening Psychodiagnostiek (BAPD) als de GZ-aantekening op<br />
en biedt een allround basis voor verdere opleiding tot de postacademische registratie K&J<br />
(NIP), Schoolpsycholoog, of postmaster GZ-opleiding.<br />
207
208<br />
Programmagroep <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
De BAPD- en GZ-aantekening kennen veel vereisten. Omdat de KLOP- en de Schoolpsychologietracks<br />
deze aantekeningen opleveren, is er binnen deze programma’s vrijwel<br />
geen keuzevrijheid. Een nauwkeurige studieplanning en een sterke studiediscipline zijn<br />
daarom vereist. (NB. Zie hoofdstuk 4 voor meer informatie over de BAPD en GZ aantekening.)<br />
5. Beroepsmogelijkheden<br />
Ontwikkelingspsychologen zijn vooral werkzaam als diagnosticus, behandelaar of beleidsmedewerker<br />
bij instellingen op het gebied van de onderwijsbegeleiding, leermoeilijkheden,<br />
ontwikkelingsproblematiek, kinderbescherming, adoptie, criminaliteit of gerontologie.<br />
Naast oriëntatie op bestaande beroepsactiviteiten biedt de programmagroep<br />
<strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> mogelijkheden tot diagnostische specialisatie, bijvoorbeeld<br />
experimentele diagnostiek van functiestoornissen of cognitieve tekorten gerelateerd aan<br />
specifieke klinische stoornissen (ADHD, autisme) en, in samenwerking met de programmagroep<br />
Klinische Psychologie, specialisatie op het gebied van klinische diagnostiek en<br />
interventie bij kinderen en ouders (contactpersoon prof. dr. P. Prins). Niet in de laatste<br />
plaats biedt de opleiding ruime mogelijkheden voor een loopbaanperspectief als wetenschappelijk<br />
onderzoeker.<br />
Post-academische opleidingen<br />
Veel functies in de ‘officiële’ hulpverleningsinstellingen (GGZ-instellingen, algemene en<br />
psychiatrische ziekenhuizen) zijn slechts toegankelijk voor afgestudeerden die na hun<br />
doctoraalexamen of master de beroepsopleiding tot Gezondheidszorgpsycholoog hebben<br />
gevolgd. Dit is een beroepsopleiding van twee jaar (of vier jaar deeltijd) met beperkte<br />
plaatsingsmogelijkheden. (Er melden zich jaarlijks meer dan 1800 afgestudeerden aan<br />
voor circa 600 plaatsen.) Bij de selectie van kandidaten wordt in eerste instantie gekeken<br />
of men de GZ-aantekening heeft behaald (zie trefwoord aantekeningen). Ook veel<br />
functies in de Jeugdzorg, Leerlingen- en Onderwijszorg vragen van kandidaten een postacademische<br />
registratie. Behalve de GZ is dat ook de K&J-registratie (NIP), of die van<br />
Schoolpsycholoog. Vanuit het NIP wordt een post-academische opleiding tot Kinder-<br />
en Jeugdpsycholoog aangeboden. De RINO-NH biedt de postacademische opleiding<br />
Schoolpsycholoog. Deze laatste heeft vooralsnog een beperkte capaciteit. Voor meer informatie,<br />
zie: www.psynip.nl, kies sectie NIP sectoren > Jeugd; www.rino.nl.<br />
6. Bachelor <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> (specialisatie)<br />
In het derde bachelorjaar worden vakken aangeboden die een uitgebreide basis vormen<br />
voor de <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>. Ter afsluiting van de bachelor wordt bovendien de<br />
bachelorthese geschreven.<br />
Om een bachelor <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> te behalen moeten in ieder geval de volgende<br />
cursussen met succes worden afgerond (verplicht) 1 :<br />
Het Basisprogramma van ontwikkelingspsychologie (BP OPs):<br />
- Cognitieve ontwikkeling<br />
- Sociale ontwikkeling<br />
- Emotionele ontwikkeling<br />
- Klinische ontwikkelingspsychologie<br />
- Schoolpsychologie<br />
- Werkgroepen<br />
Evenals:<br />
- Toegepaste statistiek in de ontwikkelingspsychologie I<br />
- Bachelorthese ontwikkelingspsychologie<br />
De verdere invulling van het studieprogramma in de BA is afhankelijk van de gekozen<br />
track (zie paragraaf 6.1 t/m 6.3).<br />
1 Voor studenten <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> die in 2006-2007 zijn begonnen met de bachelor <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> gelden<br />
de eisen zoals vermeld in de studiegids 2006/2007; voor studenten <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> die in 2007-2008 zijn begonnen<br />
gelden de eisen zoals vermeld in de studiegids 2007/2008; voor studenten <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> die in 2008-2009 zijn<br />
begonnen gelden de eisen zoals vermeld in de studiegids 2008/2009.
Programmagroep Ontwikkelingpsychologie<br />
6.1 Algemene <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> (AOP)<br />
Hierin kunnen studenten 18-21 ec (afhankelijk van de grootte van de these) naar eigen<br />
wens invullen met vakken binnen de programmagroep <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>.<br />
Eventueel mag 6 ec besteed worden aan een vak binnen de opleiding Psychologie buiten<br />
de programmagroep <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>. In overleg met de studieadviseur kunnen<br />
eventueel meer ec’s buiten de programmagroep gevolgd worden.<br />
Semester 1<br />
Blok 1 (18 EC) Blok 2 (12 ec)<br />
Cognitieve Ontw. (5) KLOP (5) vrije keuze (6 ec)<br />
Sociale Ontw.<br />
(2.5)<br />
Emotionele<br />
Ontw. (2.5)<br />
Werkgroepen BP OPs (4)<br />
Schoolpsychologie (5)<br />
Semester 2<br />
Blok 1 (12 ec) Blok 2 (18 ec)<br />
Toegepaste statistiek 1 (6) Bachelorthese (9-12)<br />
vrije keuze (12-15 ec)<br />
Noot: verplichte cursussen zijn grijsgekaderd en vetgedrukt.<br />
6.2 Klinische Ontwikkelings Psychologie (KLOP)<br />
In deze track is er in de bachelor geen keuzevrijheid. Men volgt (naast de voor elke student<br />
Ontwikkelingspychologie verplichte vakken) tevens<br />
- Diagnostiek 1: <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
- Psychologische interventies 1<br />
- Verdieping KLOP<br />
- Klinische gespreksvaardigheden<br />
Let op: Bachelorthese binnen de track KLOP moet KLOP-gerelateerd zijn.<br />
Semester 1<br />
Blok 1 (18 ec) Blok 2 (12 ec)<br />
Cognitieve ontw. (5) KLOP (5) Diagnostiek<br />
Soc. ontw. (2.5) Emotionele<br />
ontw. (2.5)<br />
Schoolpsychologie (5)<br />
1 (6)<br />
Werkgroepen BP OPs (4)<br />
Semester 2<br />
Blok 1 (12 ec) Blok 2 (8 ec)<br />
Toegepaste statistiek 1 (6) Bachelorthese (9)<br />
Psychol. interventies 1 (6) Verdieping KLOP (6) Klin. gespreksva. (3)<br />
Noot: verplichte cursussen zijn grijsgekaderd en vetgedrukt.<br />
209
210<br />
Programmagroep <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
6.3 Schoolpsychologie<br />
Binnen deze track is er geen keuzevrijheid in de bachelor. Men volgt (naast de voor elke<br />
student Ontwikkelingspychologie verplichte vakken) tevens<br />
- Diagnostiek 1: <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
- Psychologische Interventies 1<br />
- Verdieping Schoolpsychologie<br />
- Klinische gespreksvaardigheden<br />
NB: Bachelorthese binnen de track Schoolpsychologie moet Schoolpsychologie-gerelateerd zijn.<br />
Semester 1<br />
Blok 1 (18 ec) Blok 2 (12 ec)<br />
Cognitieve ontw. (5) KLOP (5) Diagnostiek<br />
1 (6)<br />
Soc. ontw. (2.5) Emotionele<br />
ontw. (2.5)<br />
Schoolpsychologie (5)<br />
Werkgroepen BP OPs (4)<br />
Semester 2<br />
Blok 1 (12 ec) Blok 2 (18 ec)<br />
Toegepaste statistiek 1 (6) Bachelorthese (9)<br />
Psy. interventies 1 (6) Verdieping Schoolpsy (6) Klin. gespreksva. (3)<br />
Noot: verplichte cursussen zijn grijsgekaderd en vetgedrukt<br />
Ten slotte dient opgemerkt te worden dat zeer gemotiveerde en goed presterende studenten<br />
naast dit reguliere bachelor onderwijsaanbod, in overleg met de studieadviseur, ook<br />
aanvullende bachelorcursussen binnen <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> kunnen volgen.<br />
Honoursprogramma<br />
Studenten die een honoursdiploma willen behalen (zie studiegids, trefwoord ‘honoursprogramma’)<br />
volgen een verzwaard studieprogramma. Zij krijgen extra literatuur en/of<br />
opdrachten (+ 5 x 1.5 ec) bij de cursussen ‘Cognitieve ontwikkeling’ ‘Sociale ontwikkeling’,<br />
‘Emotionele ontwikkeling’, ‘Klinische ontwikkelingspsychologie’ ‘Schoolpsychologie’<br />
en ‘Toegepaste statistiek in de ontwikkelingspsychologie 1’. Bovendien schrijven<br />
zij een grotere (+3 ec) bachelorthese waarin niet alleen een overzicht van de literatuur<br />
gegeven wordt, maar waarin op basis van deze literatuur ook een onderzoeksvoorstel<br />
geschreven wordt. Op het formulier waarop de student aangeeft welke specialisatie hij/zij<br />
kiest, kan worden vermeld of de student belangstelling heeft voor het honoursprogramma<br />
in het derde jaar. De coördinator van het honoursprogramma neemt dan contact op met<br />
de student. In overleg met de betrokken docenten staan deze onderdelen ook open voor<br />
gemotiveerde studenten die geen honoursdiploma willen behalen. Zo is het bijvoorbeeld<br />
mogelijk om dit verzwaarde programma alleen te volgen voor één van de cursussen.<br />
7. Programma aansluitmaster <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
Er zijn drie masterprogramma’s binnen de opleiding Psychologie: de eenjarige aansluitmaster,<br />
de selectieve tweejarige Research Master Psychology en de selectieve Honoursmaster<br />
Gezondheidszorgpsychologie van 1.5 jaar. Hieronder wordt ingegaan op de tracks
Programmagroep Ontwikkelingpsychologie<br />
binnen <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> in de aansluitmaster; voor informatie over de Research<br />
Master en Honoursmaster wordt verwezen naar elders in deze gids.<br />
De aansluitmaster van <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> kent dezelfde tracks als de bachelor,<br />
namelijk: Algemene <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> (AOP), Klinische <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
(KLOP) en Schoolpsychologie.<br />
Voor studenten die in 2008/2009 zijn begonnen met de specialisatie <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
gelden de volgende eisen voor de Master:<br />
• Specialisatie AOP: Studenten die hebben gekozen voor deze specialisatie volgen:<br />
- Toegepaste statistiek in de ontwikkelingspsychologie 2 (in studiejaar 09-10 heet deze<br />
cursus Evidence-based werken in de klinische praktijk, code MO23)<br />
- 18 ec keuzevakken uit de Master <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
• Route Schoolpsychologie: Studenten die hebben gekozen voor deze route volgen:<br />
- Kernthema Schoolpsychologie. Dit vak vormt een essentiële introductie op de<br />
Schoolpsychologie. Het verdient de aanbeveling dit kernthema aan het eind van het<br />
tweede bachelorjaar te volgen.<br />
- Toegepaste statistiek in de <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> 2 (in studiejaar 09-10 heet<br />
deze cursus Evidence-based werken in de klinische praktijk, code MO23)<br />
- Interventiepracticum 2; interventies in de school óf de cursus ‘Interventiepracticum 2;<br />
psychosociale interventies bij kinderen en jongeren (via <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>;<br />
dr. M. Taal).<br />
- 12 ec keuzevakken (Schoolpsychologie-gerelateerde mastervakken).<br />
• Specialisatie KLOP: Studenten die hebben gekozen voor deze specialisatie volgen:<br />
- Toegepaste statistiek in de ontwikkelingspsychologie 2 (in studiejaar 09-10 heet deze<br />
cursus Evidence-based werken in de klinische praktijk, code MO23)<br />
- Interventiepracticum 2: psychosociale interventies bij kinderen en jongeren. Deze<br />
cursus kent twee varianten en kan via klinische psychologie (mw. dr. G. de Boo) of<br />
via ontwikkelingspsychologie (mw. dr. M. Taal) gevolgd worden.<br />
- 12 ec keuzevakken (KLOP-gerelateerde mastervakken).<br />
De overige 37.5 ec worden besteed aan stage (>10 ec), werkstuk (>17.5 ec) en het volgen<br />
van colloquia (1 ec). Let op: Stage en werkstuk binnen de KLOP specialisatie moeten<br />
KLOP-gerelateerd zijn. Stage en werkstuk binnen de Schoolpsychologie route moeten<br />
Schoolpsychologie-gerelateerd zijn. Bij externe stages volgt men de collectieve stagebesprekingen.<br />
Bij alle werkstukken volgt men de collectieve werkstukbijeenkomsten. Colloquia<br />
kunnen al vanaf het eerste jaar van de studie worden gevolgd. Zie hierover verder<br />
de sectie over de afstudeeropdracht.<br />
In 2009/2010 verandert het bachelorprogramma <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>. Dit<br />
heeft gevolgen voor de inhoud van het masterprogramma. Voor studenten die in<br />
2009/2010 zijn begonnen met de specialisatie <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> (d.w.z. in<br />
september 2009 begonnen met het derdejaarsprogramma) gelden vanaf 2010/2011<br />
de volgende eisen voor de Master:<br />
• AOP: Studenten die hebben gekozen voor deze track volgen<br />
-24 ec keuzevakken uit de Master <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
• KLOP: Studenten die hebben gekozen voor deze track volgen<br />
- Diagnostiek 2 (vanaf 2010/2011)<br />
- Psychologische interventies 2: variant KLOP (mw. dr. G. de Boo)<br />
- 9 ec keuzevakken (KLOP-gerelateerde mastervakken).<br />
• Schoolpsychologie: Studenten die hebben gekozen voor deze track volgen<br />
- Diagnostiek 2 (vanaf 2010/2011)<br />
- Psychologische interventies 2: variant Schoolpsychologie (dr. M. Taal)<br />
- 9 ec keuzevakken (Schoolpsychologie-gerelateerde mastervakken).<br />
211
212<br />
Programmagroep <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
De overige 39 ec worden besteed aan stage (>10 ec voor AOP; > 19 ec voor KLOP en<br />
Schoolpsychologie), werkstuk (>19 ec) en het volgen van colloquia (1 ec). Let op: Stage en<br />
werkstuk binnen de KLOP-track moeten KLOP-gerelateerd zijn. Stage en werkstuk binnen<br />
de Schoolpsychologie-track moeten Schoolpsychologie-gerelateerd zijn. Bij externe<br />
stages volgt men de collectieve stagebesprekingen. Bij alle werkstukken volgt men de collectieve<br />
werkstukbijeenkomsten. Colloquia kunnen al vanaf het eerste jaar van de studie<br />
worden gevolgd. Zie hierover verder de sectie over de afstudeeropdracht.<br />
In de studiegids van 2010-2011 zal meer informatie worden gegeven over de inhoud en<br />
eisen van het dan geldende masterprogramma.<br />
7.1 Algemene <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> (AOP) voor studenten die in 08-09<br />
zijn gestart met de specialisatie <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
Verplichte onderdelen zijn vetgedrukt in onderstaand schema. De overige tijd wordt ingevuld<br />
met 18 ec aan master specialisatievakken binnen <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> (zie<br />
lijst verderop in dit hoofdstuk).<br />
Semester 1 Semester 2<br />
Blok 1 (18 ec) Blok 2 (12 ec) Blok 1 (12 ec) Blok 2 (18 ec)<br />
Evidence based<br />
werken in de klin.<br />
praktijk (4,5 ec,<br />
MO23)<br />
Stage (incl. coll. stagebesprekingen)<br />
Werkstuk (incl. coll. werkstukbijeenkomsten)<br />
7.2 Klinische Ontwikkelings Psychologie (KLOP) voor studenten die in<br />
08-09 zijn gestart met de specialisatie <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
Verplichte onderdelen zijn vetgedrukt in onderstaand schema. De overige tijd wordt ingevuld<br />
met 12 EC aan master specialisatievakken aangeraden voor KLOP (zie de lijst<br />
verderop in dit hoofdstuk).<br />
Interventies 2<br />
(6 ec)<br />
Semester 1 Semester 2<br />
Blok 1 (18 ec) Blok 2 (12 ec) Blok 1 (12 ec) Blok 2 (18 ec)<br />
Evidence based<br />
werken in de klin.<br />
praktijk (4,5 ec,<br />
MO23)<br />
Stage (incl. coll. stagebesprekingen)<br />
Werkstuk (incl. coll. werkstukbijeenkomsten)<br />
NB: Interventies 2 kan ofwel via OPs (mw. dr. M. Taal) gevolgd worden, of via KP (mw. dr.<br />
G. de Boo).
Programmagroep Ontwikkelingpsychologie<br />
7.3 Schoolpsychologie voor studenten die in 08-09 zijn gestart met de specialisatie<br />
<strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
Verplichte onderdelen zijn vetgedrukt in onderstaand schema. De overige tijd wordt ingevuld<br />
met 12 ec aan master specialisatievakken aangeraden voor Schoolpsychologie (zie de<br />
lijst verderop in dit hoofdstuk); voor wie binnen het bachelorprogramma niet het onderdeel<br />
“kernthema Schoolpsychologie” heeft gevolgd is dat een verplicht masteronderdeel.<br />
Interventies<br />
2 via OPS<br />
(6 ec)<br />
Semester 1 Semester 2<br />
Blok 1 (18 ec) Blok 2 (12 ec) Blok 1 (12 ec) Blok 2 (18 ec)<br />
Evidence based<br />
werken in de klin.<br />
praktijk (4,5 ec,<br />
MO23)<br />
Stage (incl. coll. stagebesprekingen)<br />
Werkstuk (incl. coll. werkstukbijeenkomsten)<br />
NB: Interventies 2 wordt gevolgd via OPs (mw. dr. M. Taal).<br />
7.4 Masteronderdelen naar keuze (afhankelijk van de gekozen track)<br />
In de master wordt naast het werkstuk en de stage ook een aantal ec besteed aan het volgen<br />
van specialistische masteronderdelen. Deels gaat het om verplichte vakken, deels om<br />
vakken waar men voor kiest afhankelijk van de gekozen track. In de master mogen ook<br />
vakken uit andere programmagroepen gevolgd worden mits dit een samenhangend studieprogramma<br />
oplevert, vraag hiervoor toestemming aan de studieadviseur. Stagepunten<br />
kunnen niet ingeruild worden voor keuzepunten. Alleen bij zeer hoge uitzondering<br />
kunnen in plaats van een 6 ec keuzevak deze 6 ec besteed worden aan de stage. Dit moet<br />
dan voor de aanvang van de stage bij de studie-adviseur aangevraagd worden en zeer goed<br />
worden beargumenteerd (bijv. als de student naast andere meer gebruikelijke dingen ook<br />
nog een interventie gaat doen). Achteraf wordt gecontroleerd of de werkzaamheden ook<br />
werkelijk zijn uitgevoerd. Goedkeuring van de examencommissie is vereist. Men kan in<br />
de master extra bachelorvakken naar keuze volgen die kunnen worden vermeld op het<br />
diplomasupplement van de master. Dit kan uitsluitend indien men deze vakken extra<br />
volgt bovenop een master van 60 ec. Het is dus niet mogelijk om een specialistisch masteronderdeel<br />
naar keuze te vervangen door een bachelorvak.<br />
Binnen de Mastertrack KLOP kan men kiezen uit:<br />
• Adolescence and self-regulation<br />
• Brain development: Plasticity and repair<br />
• Current issues in child and adolescent development<br />
• Developmental Psychopathology<br />
• “Evidence-based”: Tussen wetenschap en praktijk (KP)<br />
• Medische psychologie: Kinderen en jongeren (KP)<br />
• Practicum Sociale Cognitie<br />
Binnen de Mastertrack Schoolpsychologie kan men kiezen uit:<br />
• Adolescence and self-regulation<br />
• Brain development: Plasticity and repair<br />
• Current issues in child and adolescent development<br />
• Developmental Psychopathology<br />
• Practicum Schoolgerelateerde identiteitsproblemen<br />
NB. AOP-studenten kunnen naast alle bovengenoemde vakken ook kiezen uit:<br />
• Multilevel Analysis<br />
213
214<br />
• Neurocognitive Aging<br />
• Sportpsychologie<br />
8. Afstudeeropdracht<br />
Programmagroep <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
Stages<br />
Het is mogelijk om een interne onderzoeksstage of een externe praktijkstage te volgen.<br />
Voor interne stages kan men zich direct melden bij een docent. Zie elders in de studiegids<br />
voor de eisen voor onderzoeksstage (Index > Onderzoeksstage). Vooral voor Research<br />
Master studenten is dit een interessante optie.<br />
De externe stages zijn bedoeld voor studenten die één van de drie tracks volgen. Het is<br />
belangrijk dat je voldoet aan de eisen om een stage te lopen. De algemene regel is dat je de<br />
bachelor OP afgerond moet hebben, waarbij het het meest logisch is dat studenten KLOP<br />
ook een stage KLOP doen en studenten Schoolpsychologie een stage Schoolpsychologie<br />
doen. Voor AOP studenten geldt dat zij een stage alleen kunnen volgen die aansluit op<br />
de vakken die zij hebben gekozen. Soms zijn uitzonderingen mogelijk, bijvoorbeeld een<br />
student met een KLOP bachelor die toch een Schoolpsychologie stage wil volgen, maar<br />
hier moet een goede reden voor zijn en wellicht zal er een extra vak gevolgd moeten worden.<br />
Indien men zo’n overstap wil maken, moet dit van tevoren besproken worden met<br />
de studieadviseur en de stagecoördinator. Voor externe stages biedt ontwikkelingspsychologie<br />
een vast bestand instellingen. Het is verstandig om zich in een zo vroeg mogelijk<br />
stadium te oriënteren op de mogelijkheden voor een externe stage. Kijk hiervoor ook op<br />
Blackboard, daar staat veel informatie. Bovendien vindt er in het begin van het derde<br />
studiejaar een stagevoorlichting plaats. Op het secretariaat bevinden zich stageverslagen<br />
van studenten die al stage gelopen hebben en daar valt veel informatie uit te halen.<br />
Mw. dr. A. Collot d’Escury is stagecoördinator (inloopspreekuur op woensdag 9.15- 11.00<br />
uur). Zij zorgt in samenwerking met dhr. drs. B. Prins en het secretariaat <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
voor het beheer van het stagebestand.<br />
De supervisie van de externe stages vindt zowel op de werkplek als bij <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong><br />
plaats. Er is dus sprake van een interne en een externe supervisor. Voordat de<br />
stage begint krijgen de studenten een supervisor van de UvA aangewezen. De student die<br />
stage loopt participeert ook in de zogenaamde collectieve stagebesprekingen die een verplicht<br />
onderdeel van de stage vormen en die tevens voorzien in de, voor de GZ-aantekening<br />
vereiste, opleiding in de juridische en ethische aspecten van de beroepsuitoefening.<br />
Deze maandelijkse collectieve stagebesprekingen dienen om onderlinge ervaringen uit<br />
te wisselen, en om zich nader te verdiepen in relevante onderwerpen die in de stage naar<br />
voren komen. Meer hierover in de cursus Collectieve Stagebijeenkomsten.<br />
In principe zijn verreweg de meeste stages geschikt om een BAPD of GZ aantekening te<br />
krijgen. Zorg er voor dat je dit, als je de aantekening ook echt wil halen, wel van tevoren<br />
gecontroleerd hebt, bij zowel de instelling als de UvA supervisor. Voor een BAPD dienen<br />
er drie diagnostische casussen gedaan te worden en voor de GZ aantekening tevens een<br />
indicatiestelling en interventie. Voor uitgebreidere informatie dient het draaiboek en de<br />
stageprocedure geraadpleegd te worden, deze zijn te vinden op Blackboard.<br />
Het aantal stagepunten dat men kan behalen ligt tussen de 19 en 30 ec. Wil men kunnen<br />
voldoen aan de toelatingseisen voor de GZ aantekening of een BAPD behalen, dan dient<br />
men er rekening mee te houden dat het doorgaans noodzakelijk is om een stage van meer<br />
dan 19 ec te doen. Voor studenten die de master Gezondheidszorgpsychologie volgen<br />
geldt dat zij een stage van 30 ec moeten doen.
Programmagroep Ontwikkelingpsychologie<br />
Werkstukken<br />
Het werkstuk is een empirisch onderzoek naar een psychologische vraagstelling waarbij<br />
de volledige empirische cyclus wordt doorlopen. Dat houdt in dat de werkstukmaker een<br />
werkstukvoorstel schrijft, het onderzoek inclusief het onderzoeksdesign (mede)opzet, gegevens<br />
verzamelt, analyseert, in een werkstukverslag beschrijft en mondeling presenteert<br />
in een openbare werkstukbespreking. Men dient zich al in het Bachelorjaar te oriënteren<br />
op een werkstuk. Hiertoe staat een actueel overzicht van werkstukmogelijkheden op<br />
Blackboard (onderdeel ‘Werkstuk <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>’).<br />
<strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> kent een belangrijke rol toe aan het werkstukvoorstel. Dit is<br />
een uitgewerkt concept van het onderzoek dat ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de<br />
werkstukcommissie van <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>. Dit geldt zowel voor studenten die<br />
willen afstuderen als ontwikkelingspsycholoog als voor studenten van andere specialisaties<br />
die een werkstuk willen maken bij <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>. Het werkstukvoorstel,<br />
dat in samenspraak met een begeleider van <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>/KLOP wordt opgesteld,<br />
moet uiterlijk één maand na aanvang van dit studieonderdeel zijn ingediend bij<br />
de werkstukcommissie. Werkstukmakers mogen pas beginnen met de praktische uitvoering<br />
van het onderzoek nadat de werkstukcommissie het voorstel heeft goedgekeurd.<br />
Studenten die als Ontwikkelingspsycholoog willen afstuderen moeten beschikken over<br />
een door de werkstukcommissie goedgekeurd werkstukconcept en een door een docent<br />
<strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>/KLOP afgetekend werkstuk. Dat betekent dat als een student<br />
het werkstuk extern verricht (d.i. bij een andere programmagroep, afdeling, universiteit,<br />
of instelling) de student 1) bij <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> een werkstukvoorstel indient<br />
en 2) een docent van <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>/KLOP als medesupervisor bij het<br />
werkstukonderzoek betrekt. Het werkstukvoorstel wordt uitgewerkt aan de hand van<br />
een speciaal formulier en een uitgebreide toelichting zoals beschreven op de Blackboard<br />
werkstuksite. Het werkstukvoorstel kan pas worden ingediend bij de werkstukcommissie<br />
van <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> na deelname aan één van de verplichte Collectieve Werkstukbijeenkomsten<br />
(zie cursusbeschrijving).<br />
Alle informatie over het werkstuk is na te lezen op Blackboard (‘Werkstuk <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>’).<br />
Voor informatie en advies kan men zich tevens wenden tot de werkstukcoördinator<br />
<strong>Ontwikkelingspsychologie</strong>, dr. W. van den Wildenberg.<br />
9. De afstudeerplechtigheid<br />
De afstudeerplechtigheid vindt plaats op de laatste woensdag van elke maand, met uitzondering<br />
van de maanden juli, augustus en december. De plechtigheid duurt ongeveer<br />
20 minuten en vindt plaats in de Senaatskamer (kamer A220). Hier is voldoende zitruimte<br />
voor familie en/of vrienden. Bij het afstuderen zijn in elk geval een voorzitter en<br />
een secretaris van de programmagroep <strong>Ontwikkelingspsychologie</strong> aanwezig.<br />
De plechtigheid bestaat uit twee vaste onderdelen. Er worden enige persoonlijke woorden<br />
gesproken door de secretaris. Over het algemeen is dit de werkstukbegeleider van de<br />
betreffende student(e). In uitzonderingsgevallen kan deze rol echter ook door de stage- of<br />
scriptiebegeleider vervuld worden, mits dit tijdig (aan het begin van de maand van het<br />
afstuderen) aan het secretariaat wordt doorgegeven. De plechtigheid wordt afgesloten<br />
met het plaatsen van de handtekeningen op het diploma door de examencommissie en de<br />
student(e) en het overbrengen van felicitaties.<br />
215