presentatie - Erfgoedcel Mechelen
presentatie - Erfgoedcel Mechelen
presentatie - Erfgoedcel Mechelen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Gielis van Craenenbroeck, die in 1582 het atelier van de overleden Jacob Hendrickx had<br />
overgenomen, vluchtte vermoedelijk in juli 1585 uit <strong>Mechelen</strong> toen de Spaanse troepen de stad<br />
heroverden. Dit betekende het einde van de kortstondige zestiende-eeuwse Mechelse boek-<br />
productie. Pas in 1610 vestigde de Engelse emigrant Henry of Hendrik Jaye (15??-1643) zich in<br />
<strong>Mechelen</strong> met de ‘voordracht van al-daer eene druckerije op te stellen’. Het is niet duidelijk of Jaye<br />
het drukkersvak al in Engeland leerde maar in de jaren voor 1610 werkte hij in Antwerpen en<br />
Brussel als drukkersgast en boekhandelaar. Het stadsbestuur van <strong>Mechelen</strong> beloonde Jaye’s<br />
ondernemingszin met een aantal voorrechten en een jaarlijks pensioen. Aanvankelijk drukte hij<br />
Engelstalige edities maar in 1613 bezorgde hij de eerste Mechelse editie van de stedelijke costuimen.<br />
Mettertijd schakelde hij over op de uitgave van Nederlandse, Franse, Latijnse en Spaanse werken<br />
voor de lokale markt.<br />
Hendrik Jaye werd de stichter van het drukkersgeslacht dat in de zeventiende eeuw de Mechelse<br />
boekproductie zou beheersen en quasi monopoliseren. In 1622 kreeg Godefroy Huet, die de<br />
drukkersstiel geleerd had in Sint-Omaars, Antwerpen en het atelier van Hendrik Jaye, een octrooi<br />
om in <strong>Mechelen</strong> een pers te starten. In 1622-1623 drukte hij enkele werkjes, maar daarna zijn geen<br />
uitgaven van Huet bekend. Ook Cornelis Sammers kreeg in 1624 een octrooi maar er is slechts één<br />
editie, gedrukt voor de Antwerpse uitgever Jan Cnobbaert, bekend.<br />
De drie zonen van Hendrik Jaye – Peter (16??-1654), Robert (1615?-1672) en Jan (1619-1690) –<br />
werden allen opgeleid in het atelier van hun vader en waren voorbestemd om de zaak over te nemen.<br />
‘[V]reesende dat naer d’overlijden van zijnen voors. vader met wiens consent hij de selve druckerije<br />
soude opsetten, andere hun souden moghen vervoorderen van binnen de voors. stadt [<strong>Mechelen</strong>]<br />
noch eene druckerije te commen opsetten’, vroeg Robert Jaye in 1639 een octrooi ‘ter exclusie van<br />
alle andere’. De Geheime Raad gaf Robert Jaye de toestemming om een eigen atelier op te zetten<br />
maar weigerde hem het monopolie na advies van de Mechelse magistraat.<br />
Robert Jaye maakte – net als zijn broer Peter die in 1640 een eigen octrooi kreeg – geen gebruik<br />
van het toegekende octrooi en bleef in het atelier van zijn vader werken. Hendrik Jaye overleed in<br />
1643 aan de pest, waarna de zaak werd voortgezet door zijn weduwe Christina Vanderzetten<br />
(15??-1650) en haar drie zonen. Peter was actief als boekhandelaar terwijl Robert en Jan de<br />
drukkerij bemanden. De meeste Jaye-edities uit die periode hebben een impressum dat verwijst naar<br />
de weduwe van Hendrik Jaye, al wordt een enkele keer ook Robert Jaye vermeld.<br />
Pas na de dood van hun moeder in 1650 scheidden zich de wegen van Robert en Jan Jaye. In 1651<br />
verwierf ook Jan Jaye een drukkersoctrooi en verscheen de eerste druk met zijn impressum. Het is<br />
echter niet duidelijk of hij ook meteen het atelier van zijn vader in het huis ‘In de naam Jezus’ heeft<br />
verlaten. Zijn nieuwe adres, het huis ‘In Onze-Lieve-Vrouw-Boodschap’, ook op de Nieuwe Bruul en<br />
dus niet ver van het ouderlijke huis, werd pas in 1667 voor het eerst in een impressum opgenomen.<br />
Mogelijk maakten de broers gebruik van dezelfde persen om elk voor eigen rekening te drukken.<br />
In 1666 verscheen een nieuwe speler. Gijsbrecht Lints (16??-1708), afkomstig uit Leuven, was<br />
drukkersknecht van Jan Jaye, maar aangezien hij ‘nu onlancs binnen <strong>Mechelen</strong> voors. in den echte<br />
staet getreden synde aldaer van sints is syne domicilie te hauden’, vroeg hij een octrooi aan voor het<br />
oprichten van ‘een boeck ende print druckery’ en een boekhandel. Jan Jaye verzette zich niet tegen<br />
Soirée Lamot - Mechesle drukkers, klantgericht en flexibel 5