G-AFDELING - Provincie West-Vlaanderen
G-AFDELING - Provincie West-Vlaanderen
G-AFDELING - Provincie West-Vlaanderen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
OPRICHTEN VAN EEN<br />
G-<strong>AFDELING</strong><br />
IN EEN SPORTCLUB<br />
OPRICHTEN VAN EEN G-AFDELIG IN EEN SPORTCLUB<br />
OPRICHTEN VAN EEN<br />
G-<strong>AFDELING</strong><br />
IN EEN SPORTCLUB
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 1<br />
Oprichten van een G-afdeling in een sportclub
4 HOOFDSTUK 1<br />
Colofon<br />
Deze brochure werd samengesteld door de Provinciale Sportdiensten van Antwerpen,<br />
Limburg, Oost-<strong>Vlaanderen</strong>, Vlaams-Brabant, <strong>West</strong>-<strong>Vlaanderen</strong> en de Vlaamse Gemeenschapscommissie<br />
in samenwerking met het Bloso, Psylos, Recreas, de Vlaamse Liga<br />
Gehandicaptensport en de VTS.<br />
Redactie Vera Adams (Provinciale Sportdienst Antwerpen), Katrien De Clercq (Provinciale<br />
Sportdienst Oost-<strong>Vlaanderen</strong>), Lieve Callens (Provinciale Sportdienst Vlaams-Brabant), Erika<br />
De Brabant (Provinciale Sportdienst <strong>West</strong>-<strong>Vlaanderen</strong>), Valentine Tack (Sportdienst Vlaamse<br />
Gemeenschapscommissie), Nicole Bossaerts (BLOSO/VTS), Joël Vekemans (Psylos), Kevin<br />
Vanoevelen (Recreas), Jessica Desmet (VLG)<br />
Eindredactie Ronny Wasiak (Provinciale Sportdienst Limburg)<br />
Fotografie Romain Eykens, Rudi Van Beek<br />
Vormgeving Hilde Winters, Grafische Producties, Dienst Informatie & Onthaal, <strong>Provincie</strong> Limburg<br />
Oplage<br />
Papier Bioset 90 gr/m2 en Bioset 300 gr/m2 Drukwerk<br />
Voorwoord<br />
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 5<br />
Sporten en bewegen maakt voor veel personen deel uit van de vrijetijdsbesteding.<br />
Regelmatige sportbeoefening is niet alleen goed voor de conditie<br />
en gezondheid, bovendien worden ook sociale contacten gelegd tijdens<br />
en na de activiteiten. Voor iedereen, ook voor personen met een<br />
handicap, is sportparticipatie in vele opzichten nuttig en zinvol!<br />
Iedere persoon heeft het recht om een levensstijl te beleven die in zijn/haar<br />
cultuur als normaal beschouwd wordt. Uitgaande van dit normalisatieprincipe<br />
moet elke persoon met een handicap de kans krijgen sport te beoefenen<br />
op een manier die zo dicht mogelijk in de buurt ligt van mensen die<br />
sporten en geen handicap hebben.<br />
Volgens het Nationaal Instituut voor Statistiek (1996) heeft één op acht<br />
Belgen beneden een leeftijd van 65 jaar een ernstige of lichtere handicap.<br />
Sportparticipatie bij deze groep van mensen ligt beduidend lager in vergelijking<br />
met de valide persoon. Onderzoek toont aan dat 39% van de personen<br />
met een handicap nooit aan sport doet, terwijl dat bij hun valide tegenhangers<br />
slechts 19% van de bevolking is (dit in een populatie van 15 tot 50<br />
jaar). Een tweede onderzoek toont aan dat slechts 3% van de groep mensen<br />
met een fysieke of zintuiglijke handicap beneden de 60 jaar regelmatig<br />
sport beoefent. De gevolgen van deze beperkte sportparticipatie blijven<br />
dan ook niet uit. De sedentaire levenswijze wordt meer dan eens aangehaald<br />
als belangrijkste oorzaak van een lagere levensverwachting, een verminderde<br />
zelfredzaamheid en een verhoogde kans op sociaal isolement.
6 HOOFDSTUK 1<br />
Niettegenstaande de vele positieve effecten wordt een geringere sportparticipatie<br />
waargenomen bij personen met een handicap in vergelijking met<br />
valide personen. Allerlei redenen dienen hier als verklaring. Enerzijds zijn<br />
er de persoonsgebonden redenen (bijv. zelfacceptatie, motivatie, drempelvrees,<br />
financiële situatie, praktische haalbaarheid, ...), anderzijds kan<br />
de lage sportbeoefening toegeschreven worden aan omgevingsfactoren<br />
(sportmogelijkheden, vervoer, trainers, tijdstip, ...). Deze knelpunten<br />
komen later in deze bundel nog aan bod.<br />
Deze bundel richt zich specifiek naar reguliere sportclubs in <strong>Vlaanderen</strong> en<br />
Brussel die een sportaanbod voor mensen met een handicap willen ontwikkelen.<br />
Gebaseerd op de theoretische kennis en praktijkervaring van<br />
zowel de betrokken partners als van onze Nederlandse noorderburen,<br />
wordt hier een leidraad geboden bestaande uit twee delen.<br />
Een eerste deel schetst het kader van gehandicaptensport in <strong>Vlaanderen</strong>,<br />
België en internationaal. Een tweede deel omvat een concreet plan van<br />
aanpak, dat voor elke handicapgroep (lichamelijke, verstandelijke, visuele,<br />
auditieve of psychische handicap) te hanteren valt. Let wel, deze handleiding<br />
dient als leidraad, maar biedt geen garantie op volledigheid of succes.<br />
Er is enerzijds een grote verscheidenheid aan sportclubs, anderzijds kunnen<br />
de vragen en noden van sporters met een handicap zeer uiteenlopend<br />
zijn. Zo moet elke situatie apart bekeken en aangepakt worden.<br />
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 7
8 Voorwoord HOOFDSTUK 1 5<br />
KNELPUNTEN VOOR SPORTDEELNAME GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 49 9<br />
Terminologie 12<br />
DOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP<br />
Knelpunten voor personen met een handicap 51<br />
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 15<br />
I Persoonsgebonden van aard 51<br />
Lokaal niveau 17<br />
I Psychologisch van aard 52<br />
Provinciaal en Brussels niveau 17<br />
I Sociaal van aard 53<br />
Vlaams niveau 18<br />
I Organisatorisch van aard 54<br />
I Vlaamse Federatie voor Sport en Recreatie in de Geestelijke 18<br />
Knelpunten voor de sportclubs 56<br />
Gezondheidszorg (Psylos vzw)<br />
I Onbekend maakt onbemind! 56<br />
I Recreatief aangepast Sporten (RECREAS vzw) 20<br />
I Aanvaarding van personen met een handicap 57<br />
I Stichting Vlaamse Schoolsport (SVS) 21<br />
I Organisatorische knelpunten 57<br />
I Vlaamse Liga Gehandicaptensport (VLG vzw) 21<br />
Belgisch niveau 23<br />
PLAN VAN AANPAK 61<br />
I Belgian Paralympic Committee (BPC vzw) 23<br />
Fase I Oriëntatiefase 63<br />
I Koninklijk Sportverbond der Doven van België (KSVDB vzw) 25<br />
I Creëren van een draagvlak 63<br />
I Interfederaal Comité Aangepast Sporten (ICAS vzw) 26<br />
I Analyseren van de situatie 64<br />
I Special Olympics Belgium (SOB vzw) 27<br />
I Afbakenen van een doelgroep 66<br />
Internationaal niveau 27<br />
I Informeren van de clubleden 66<br />
I Comité International des Sports des Sourds (CISS) 28<br />
Fase II Planningsfase 67<br />
I International Paralympic Committee (IPC) 28<br />
I Oprichten van een werkgroep 67<br />
I Special Olympics International (SOI) 28<br />
I Formuleren van doelstellingen 67<br />
Opleiding en vorming 29<br />
I Opstellen van het actieplan 67<br />
I Opleidingsaanbod Vlaamse Trainersschool (VTS) 29<br />
I Voorbeeld van een actieplan 70<br />
I Opleidingsaanbod gehandicaptensportfederaties 31<br />
Fase III Uitvoeringsfase 72<br />
I Opleidingsaanbod Provinciale en Brusselse Sportdiensten 31<br />
I Organiseren van kennismakingsactiviteiten 72<br />
I Start trainingen 73<br />
SOORTEN HANDICAPS 33<br />
I Leden inschrijven 73<br />
Lichamelijke handicap 35<br />
I Contactpersoon 73<br />
I Amputatie 35<br />
Fase IV Evaluatiefase 74<br />
I Hersenverlamming 37<br />
I Tussentijdse evaluatie 74<br />
I Ruggenmergletsel (dwarsleasie) 39<br />
I Einde project 74<br />
I Anderen 41<br />
I Toekomstplanning 75<br />
Zintuiglijke handicap 42<br />
I Visuele handicap (blinden en slechtzienden) 42<br />
ALGEMEEN BESLUIT 77<br />
I Auditieve handicap (doven en slechthorenden) 43<br />
Verstandelijke handicap 43<br />
Nuttige adressen 83<br />
Psychische beperking 45<br />
Literatuurlijst 88
12 HOOFDSTUK 1<br />
Terminologie<br />
Sportparticipatie Regelmatige participatie aan recreatieve of competitieve<br />
bewegingsactiviteiten, al dan niet met aansluiting bij een sportclub.<br />
Personen met een handicap Personen met een handicap worden gedefinieerd<br />
als personen, jonger dan 65 jaar, die omwille van een functiestoornis<br />
niet volwaardig aan het reguliere sportaanbod kunnen participeren.<br />
Hoewel in het taalgebruik de voorkeur uitgaat naar "personen met een<br />
handicap" werd in deze tekst eveneens gebruikgemaakt van "gehandicaptensportclubs",<br />
dit om de leesbaarheid ten goede te komen.<br />
Personen met een psychische beperking Een psychische beperking duidt<br />
op ziekteverschijnselen veroorzaakt door stoornissen in de waarneming of<br />
in het denken. Het gaat dus over zieke personen die kunnen genezen.<br />
Personen met een verstandelijke handicap Met personen met een verstandelijke<br />
handicap wordt bedoeld: personen met een mentale handicap of<br />
beperking.<br />
Functiestoornis Een functiestoornis is een afwijkende functie van de fysiologische<br />
en/of mentale eigenschappen van het menselijk organisme, ofwel<br />
een afwijkende anatomische structuur wat betreft positie, vorm en continuïteit<br />
van onderdelen van het menselijk lichaam.<br />
G- sport In deze handleiding wordt onder G- sport verstaan, elke sportparticipatie<br />
uitgeoefend door personen met een handicap. Deze term kan<br />
ook gelezen worden als gehandicaptensport of geïntegreerd sporten.<br />
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 13<br />
Sporten binnen een gehandicaptensportclub Het sporten gebeurt voornamelijk<br />
door personen met een handicap.<br />
Organisatorisch geïntegreerd sporten Mensen met een handicap sporten<br />
binnen de reguliere sportclub in een aparte afdeling. Voorbeelden: de basketbalclub<br />
heeft een afdeling rolstoelbasket, de voetbalclub heeft ook een<br />
ploeg met personen met een verstandelijke handicap<br />
Volledig geïntegreerd sporten (inclusief sporten) Mensen met en zonder handicap<br />
sporten met en tegen elkaar. Volledig geïntegreerd sporten komt<br />
vaak voor wanneer de spelregels en het speelveld niet of nauwelijks moeten<br />
aangepast worden. Voorbeeld: een tennisspeler met een armamputatie<br />
kan perfect meedraaien in de tennisclub.
14 HOOFDSTUK 1<br />
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 15<br />
1<br />
GEHANDICAPTENSPORT<br />
IN VLAANDEREN, BELGIË EN<br />
INTERNATIONAAL
1<br />
GEHANDICAPTENSPORT<br />
IN VLAANDEREN, BELGIË EN<br />
INTERNATIONAAL<br />
LOKAAL NIVEAU<br />
Met "lokaal niveau" wordt bedoeld de sportclubs die een aanbod hebben<br />
voor personen met een handicap. Deze clubs hebben vaak een regionaal<br />
karakter aangezien de leden meestal uit verschillende gemeenten komen.<br />
PROVINCIAAL EN BRUSSELS NIVEAU<br />
Iedere Vlaamse Provinciale Sportdienst en de Sportdienst van de Vlaamse<br />
Gemeenschapscommissie heeft een specifieke werking voor G- sport.<br />
Doelstellingen<br />
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 17<br />
Binnen de gehandicaptensport zijn er verschillende organisatievormen:<br />
lokaal, provinciaal, Vlaams, Belgisch en internationaal. Alle<br />
organisatievormen streven ernaar om de gehandicaptensport<br />
kwantitatief en kwalitatief uit te bouwen. Hierna worden in het kort<br />
de verschillende organisatievormen geschetst.<br />
• Inventariseren van informatie over sportmogelijkheden voor personen<br />
met een handicap en vervult hier de rol van aanspreekpunt<br />
• Stimuleren van sportbeoefening voor alle personen met een handicap in<br />
kwaliteitsvolle omstandigheden, op regelmatige basis, ongeacht de<br />
aard van handicap van recreatief tot competitief niveau<br />
• Promoten, ondersteunen, coördineren en organiseren van initiatieven<br />
ter bevordering van sport voor en door personen met een handicap, al<br />
dan niet in samenwerking met partners<br />
• Verlenen van subsidies aan sportverenigingen, sportfederaties en/of
18 HOOFDSTUK 1<br />
sportpromotionele initiatieven<br />
• Behartigen van de toegankelijkheid van sportaccommodaties<br />
• Samenwerken met valide sportfederaties en andere organisaties om de<br />
integratie met een handicap in reguliere sportclubs te bevorderen<br />
Doelgroep<br />
• Personen met een verstandelijke handicap<br />
• Personen met een auditieve handicap (doven en slechthorenden)<br />
• Personen met een visuele handicap (blinden en slechtzienden)<br />
• Personen met een lichamelijke handicap<br />
• Personen met een psychische beperking<br />
Sporttakken<br />
Er is geen selectie voor wat betreft sporttakken binnen de provincies.<br />
Naargelang de interesses en mogelijkheden, wordt aan sport gedaan.<br />
VLAAMS NIVEAU<br />
In <strong>Vlaanderen</strong> zijn er drie door BLOSO erkende en gesubsidieerde gehandicaptensportfederaties<br />
en de Stichting Vlaamse Schoolsport.<br />
Vlaamse Federatie voor Sport en Recreatie in de Geestelijke<br />
Gezondheidszorg (PSYLOS vzw)<br />
Psylos vzw is een erkende recreatieve Vlaamse federatie voor sport en<br />
recreatie in de geestelijke gezondheidszorg.<br />
Doelstellingen<br />
• Promoten van diverse sporttakken en stimuleren tot blijvende sportbeoefening,<br />
waar nodig binnen een beschermd milieu en waar mogelijk en<br />
gewenst binnen een geïntegreerd milieu in het reguliere sportcircuit<br />
• Bijdragen tot een correcte beeldvorming en doorbreken van het sociaal<br />
isolement van een groot deel van onze leden d.m.v. sport<br />
• Aanbieden van een gedifferentieerd en kwalitatief sportaanbod op maat (rekening<br />
houdend met de beperkingen en mogelijkheden van de doelgroep)<br />
• Ondersteunen van sportclubs door het aanbieden van vorming en<br />
begeleiding van clubmedewerkers met aandacht voor sectorrelevante<br />
topics en specifieke noden van de doelgroep<br />
• Aanbieden van een forum voor overleg en uitwisseling van informatie<br />
tussen de sport- en vrijetijdsmedewerkers<br />
• Vervullen van een brugfunctie tussen de sport- en vrijetijdsclubs in de<br />
geestelijke gezondheidszorg en de instanties binnen de reguliere circuits<br />
Doelgroep<br />
Personen met psychische beperkingen:<br />
• die verblijven in een psychiatrisch ziekenhuis<br />
• die bewoners zijn van een project beschut wonen<br />
• die bezoekers zijn van activiteitencentra<br />
Cliënten binnen de thuiszorg<br />
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 19<br />
Sporttakken<br />
Alle sporttakken worden op recreatieve basis aangeboden.<br />
De meest beoefende sporttakken zijn: wandelen, (zaal)voetbal, zwemmen,<br />
badminton, tafeltennis, fietsen, judo, netbal en petanque.
20 HOOFDSTUK 1<br />
Recreatief Aangepast Sporten (RECREAS vzw)<br />
RECREAS vzw is een erkende recreatieve sportfederatie voor personen<br />
met een handicap met afdelingen in elke Vlaamse provincie.<br />
Doelstellingen<br />
• Zoveel mogelijk personen met een handicap, langdurig zieken, en hun<br />
omgeving, aan regelmatige recreatieve sportbeoefening laten doen in<br />
<strong>Vlaanderen</strong> en dit op een kwaliteitsvolle wijze.<br />
• Reguliere sporten aanpassen aan specifieke doelgroepen en aan karakteristieke<br />
leeftijdsgroepen. Dit kan gebeuren door:<br />
- de ontwikkeling van samenwerkingsverbanden op alle niveaus<br />
(lokaal, provinciaal, landelijk)<br />
- het opstellen van subsidiedossiers naar alle mogelijke instanties<br />
- de organisatie en coördinatie van sportevenementen voor personen<br />
met een handicap<br />
- de organisatie van sportkampen voor personen met een handicap in<br />
binnen - en buitenland<br />
Doelgroep<br />
• Alle personen met een handicap in <strong>Vlaanderen</strong><br />
• Langdurig zieken en hun omgeving<br />
Sporttakken<br />
• De door BLOSO erkende sporttakken: badminton, boogschieten, dansen,<br />
boccia, torbal, gymnastiek, aerobics, paardrijden, skiën tafeltennis,<br />
voetbal, volleybal, wandelen, wielrennen, zeilen, windsurfen, zwemmen.<br />
• De niet door BLOSO erkende sporttakken: bowling, hengelen, petanque,<br />
sjoelen, volkssport<br />
Stichting Vlaamse Schoolsport (SVS)<br />
SVS voert een schoolsportbeleid dat erop gericht is alle leerlingen, ongeacht<br />
hun bekwaamheid of geaardheid, meer en kwaliteitsvolle sportkansen<br />
te bieden. SVS verzorgt een uitgebreid sportprogramma voor alle leerlingen<br />
over de onderwijsnetten heen, met specifieke aandacht voor het<br />
buitengewoon onderwijs.<br />
Doelstellingen<br />
• Aanzetten van de schoolgaande jeugd tot permanente sportbeoefening<br />
• Organiseren van schoolse en naschoolse sportactiviteiten<br />
• Vervullen van een brugfunctie tussen de les lichamelijke opvoeding en<br />
de dagelijkse sportbeoefening, in of buiten clubverband<br />
• Samenwerken met (gehandicapten)sportfederaties, lokale sportclubs,<br />
provinciale en gemeentelijke sportdiensten, e.a. bij de organisatie van<br />
sportactiviteiten<br />
Doelgroep<br />
• Leerlingen uit het basis, het secundair en het buitengewoon onderwijs<br />
• Zowel de sportief getalenteerde als de minder of niet-sportieve leerling<br />
Sporttakken<br />
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 21<br />
• Een ruim aanbod van sporttakken: o.a. zaalsporten, buitensporten,<br />
natuurgebonden sporten, zowel op recreatief als op competitief niveau<br />
Vlaamse Liga Gehandicaptensport (VLG vzw)<br />
VLG vzw is een erkende sportfederatie die zich richt naar personen met<br />
een handicap en die streeft naar normalisatie op het vlak van en door middel<br />
van aangepaste bewegingsactiviteiten en aangepast sporten.
22 HOOFDSTUK 1<br />
Doelstellingen<br />
• Coördineren en organiseren van aangepaste competitiesporten en<br />
bewegingsactiviteiten<br />
• Organiseren van bijscholingen en opleidingen, al dan niet in samenwerking<br />
met partners, voor bestuursleden, officials, scheidsrechters en clubtrainers<br />
• Begeleiden van de aangesloten sportclubs op sporttechnisch, bestuurlijk,<br />
sportpromotioneel en sportmedisch vlak.<br />
• Informeren van de sportclubs en haar leden en het verbeteren van het<br />
imago van de eigen sportfederatie<br />
• Informeren van de maatschappij over haar werking en verbeteren van<br />
het imago van de persoon met een handicap<br />
• Promoten van de sporten voor personen met een handicap<br />
• Begeleiden van de elitesporters en beloftevolle atleten met een handicap<br />
die wensen deel te nemen aan internationale wedstrijden, zoals bijvoorbeeld<br />
de Paralympische Spelen<br />
• Coördineren en organiseren van internationale competities in verschillende<br />
sporttakken<br />
• Samenwerken met valide sportfederaties om de integratie van de persoon<br />
met een handicap in de reguliere sportclub te bevorderen<br />
Doelgroep<br />
• Sporters met een lichamelijke handicap<br />
• Sporters met een auditieve handicap<br />
• Sporters met een visuele handicap<br />
• Sporters met een verstandelijke handicap<br />
Sporttakken<br />
De volgende sporttakken worden op recreatieve en/of competitieve basis<br />
in de aangesloten sportclubs aangeboden: atletiek, boccia, boogschieten,<br />
(rolstoel)basketbal, bowling, rolstoeldansen, goalbal, rolstoelhockey, judo,<br />
paardrijden (dressuur), rolstoelpool, powerlifting, rolstoelrugby, schieten,<br />
skiën, tafeltennis, rolstoeltennis, torbal, G-voetbal, volleybal, wielrennen<br />
(inclusief handbiken), zeilen, zwemmen.<br />
BELGISCH NIVEAU<br />
Op het Belgisch niveau onderscheiden we drie organisatievormen die zich<br />
specifiek richten naar een bepaalde doelgroep : Belgian Paralympic<br />
Committee vzw, Special Olympics Belgium vzw, Koninklijk Sportverbond<br />
der Doven van België vzw.<br />
Belgian Paralympic Committee (BPC vzw)<br />
Het BPC coördineert de gehandicaptensport. Het BPC wordt gesubsidieerd<br />
door het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité (BOIC vzw) en<br />
is samengesteld uit de Vlaamse Liga Gehandicaptensport (VLG vzw) en<br />
de Ligue Handisport Francophone (LHF asbl). Het BPC organiseert jaarlijks<br />
de Belgian Paralympic Championships. Deze vinden alternerend<br />
plaats in <strong>Vlaanderen</strong> en Wallonië.<br />
Doelstellingen<br />
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 23<br />
• Het promoten van sport en bewegingsactiviteiten bij personen met een<br />
handicap<br />
• Het stimuleren van personen met een handicap om zich aan te sluiten<br />
bij haar aangesloten federaties
24 HOOFDSTUK 1<br />
schema Belgisch niveau<br />
NATIONAAL KVSVDB<br />
SOB<br />
ICAS<br />
BPC<br />
VLAAMS VLG LHF WAALS<br />
PROVINCIAAL G-afdeling<br />
PSYLOS FEMA<br />
RECREAS<br />
SVS<br />
• De federaties bijstaan bij het vragen van morele en materiële steun bij<br />
privé- of overheidsinitiatieven<br />
• Opstellen van sportreglementen van de erkende sporttakken en bepalen<br />
van de selectiecriteria en het statuut van de elitesporters<br />
• Organiseren en coördineren van nationale en internationale wedstrijden<br />
• Meewerken en deelnemen aan internationale sportevenementen<br />
• Coördineren van de activiteitenkalender van haar federaties<br />
Doelgroep<br />
• Sporters met een lichamelijke handicap<br />
• Sporters met een visuele handicap<br />
• Sporters met een verstandelijke handicap<br />
Sporttakken<br />
Atletiek, boccia, boogschieten, goalbal, judo, paardrijden, powerlifting,<br />
rolstoelbasketbal, rolstoelrugby, rolstoelschermen, rolstoeltennis, schietsport,<br />
tafeltennis, voetbal 5-5, voetbal 7-7, volleybal, wielrennen, zeilen,<br />
zwemmen, Alpijns skiën, curling, ijshockey, langlaufen.<br />
Koninklijk Sportverbond der Doven van België (KSVDB)<br />
Doelstellingen<br />
Bevorderen van regelmatige sportbeoefening bij personen met een auditieve<br />
handicap, dit ofwel in recreatief, ofwel in competitief verband.<br />
Doelgroep<br />
Personen met een auditieve handicap<br />
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 25
26 HOOFDSTUK 1<br />
Sporttakken<br />
Atletiek, bowling, biljart, petanque, voetbal, zwemmen, tafeltennis, tennis,<br />
volleybal, schaken, squash.<br />
Interfederaal Comité voor Aangepast Sporten (ICAS)<br />
Doelstellingen<br />
• Samenbrengen van de sportfederaties en verenigingen die werken aan<br />
de ontwikkeling van lichamelijke oefening en sport bij personen met een<br />
verstandelijke handicap en/of psychische beperking<br />
• Bevorderen van gemeenschappelijke acties van haar leden<br />
• Opstellen en toezicht houden op de selectiecriteria voor de atleten<br />
• Opstellen van sportreglementen<br />
• Vertegenwoordigen van personen met een verstandelijke handicap<br />
en/of psychische beperking in alle nationale en internationale instanties<br />
• selecteren van atleten op nationaal en internationaal vlak.<br />
Doelgroep<br />
• Personen met een verstandelijke handicap<br />
• Personen met een psychische beperking<br />
Sporttakken<br />
De sporttakken die door de aangesloten sportfederaties (VLG vzw,<br />
RECREAS vzw, PSYLOS vzw, samen met de Franstalige sportfederaties<br />
LHF asbl en Fema asbl) worden aangeboden.<br />
Special Olympics Belgium (SOB vzw)<br />
Special Olympics is een beweging die streeft naar de ontplooiing van personen<br />
met een verstandelijke handicap en de sensibilisering van hun<br />
omgeving via sportbeoefening.<br />
Doelstellingen<br />
• Bevorderen van sportbeoefening (sportparticipatie en competitie) bij personen<br />
met een verstandelijke handicap (eventueel lichamelijke handicap)<br />
• Bevorderen van de ontplooiing van personen met een verstandelijke<br />
handicap op lichamelijk en geestelijk vlak<br />
• Bevorderen van de integratie van personen met een verstandelijke handicap<br />
in de maatschappij<br />
• Het jaarlijks organiseren van de Nationale Spelen, alternerend in<br />
<strong>Vlaanderen</strong>, Wallonië en Brussel<br />
Doelgroep<br />
• Personen met een verstandelijke handicap<br />
Sporttakken<br />
Atletiek, badminton, bowling, wielrennen, paardrijden, floorball, voetbal,<br />
artistieke en ritmische gymnastiek, judo, zwemmen, netbal, tafeltennis, triatlon,<br />
aangepaste fysieke activiteiten en sportspelen.<br />
INTERNATIONAAL NIVEAU<br />
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 27<br />
Op internationaal niveau onderscheiden we drie organisaties: International<br />
Paralympic Committee, Special Olympics International, Comité<br />
International des Sports des Sourds.
28 HOOFDSTUK 1<br />
Comité International des Sports des Sourds<br />
Het Comité International des Sports des Sourds (CISS) is de internationale<br />
koepel voor sportbeoefening bij mensen met een auditieve handicap.<br />
Het Koninkijk Sportverbond der Doven van België (KSVDB) is lid van CISS.<br />
Het CISS organiseert elke vier jaar de Deaflympics. De Deaflympics Winter<br />
- en Zomerspelen vinden plaats in het jaar na de Olympische Spelen en de<br />
Paralympics Winter - en Zomerspelen. Meer info www.deaflympics.com<br />
International Paralympic Committee (IPC)<br />
Het International Paralympic Committee (IPC) organiseert de<br />
Paralympische Spelen. De Paralympics Winter- en Zomerspelen vinden<br />
onmiddellijk na de Olympische Winter - en Zomerspelen op dezelfde locatie<br />
plaats. De deelnemers zijn topsporters met een lichamelijke en/of visuele<br />
handicap. Het is mogelijk dat ook topsporters met een verstandelijke<br />
handicap in de toekomst kunnen meedoen. Het Belgian Paralympic<br />
Committee (BPC) is lid van IPC. Meer info www.paralympic.org<br />
Special Olympics International (SOI)<br />
Special Olympics International (SOI) vormt de overkoepelende organisatie<br />
van de nationale Special Olympic organisaties, dus ook Special Olympics<br />
Belgium (SOB). Het SOI organiseert één keer om de vier jaar de Special<br />
Olympics Wereldspelen voor sporters met een verstandelijke handicap.<br />
De Special Olympics Winter- en Zomerspelen vinden plaats in het jaar<br />
vóór de Olympische Spelen en de Paralympics Winter- en Zomerspelen.<br />
Meer info www.specialolympics.com<br />
OPLEIDING EN VORMING<br />
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 29<br />
Het spreekt voor zich dat zeker in gehandicaptensport goed opgeleide<br />
begeleiders, trainers en instructeurs nodig zijn. Het begeleiden van sporters<br />
met een handicap en het initiëren van sporten aan sporters met een<br />
handicap vergt een zeker inzicht en vaardigheid. Het is dan ook belangrijk<br />
dat gemotiveerde begeleiders en trainers de kans krijgen om zich op dit<br />
vlak bij te scholen. Op het vlak van opleiding en vorming voor het begeleiden<br />
of trainen van sporters met een handicap zijn er in <strong>Vlaanderen</strong> verschillende<br />
organisaties actief.<br />
Opleidingsaanbod Vlaamse Trainersschool<br />
De Vlaamse Trainersschool is een samenwerkingsverband tussen het<br />
BLOSO, de Vlaamse sportfederaties, de Vlaamse universiteiten met een<br />
opleiding Lichamelijke Opvoeding (Brussel, Gent en Leuven) en de<br />
Vlaamse Hogescholen. De Vlaamse Trainersschool biedt een waaier van<br />
opleidingen aan.<br />
Binnen het opleidingsaanbod gaat er bijzondere aandacht naar het leren<br />
omgaan met sporters met een handicap. Het is de bedoeling dat meer<br />
sportbegeleiders hun sporttechnisch en pedagogisch inzicht verruimen<br />
naar deze doelgroep en door het volgen van een aanvullende opleiding<br />
een erkend attest verwerven.<br />
Het opleidingsaanbod in het kader van gehandicaptensport omvat twee<br />
pijlers: aanvullende opleidingen en een gehandicaptensportspecifieke<br />
opleiding boccia.
30 HOOFDSTUK 1<br />
Aanvullende module gehandicaptensport<br />
Deze opleiding richt zich tot alle gediplomeerde initiators, trainers of<br />
instructeurs in een specifieke sporttak en omvat een sporttakoverschrijdende<br />
en een sportspecifieke module.<br />
In de sporttakoverschrijdende module (7 uur) wordt er aandacht<br />
besteed aan de gehandicaptenstructuur, de verschillende handicapgroepen<br />
en hun specifieke eigenschappen zoals de bewegingsmogelijkheden<br />
van deze sporters en de invloed van fysieke inspanning. Daarnaast maken<br />
de cursisten via praktische werkvormen kennis met het leren rijden en<br />
balanceren met een rolstoel, het omgaan met sporters met een visuele<br />
handicap, het gericht communiceren met sporters met een auditieve handicap<br />
en met didactische tips voor het begeleiden van sporters met een<br />
verstandelijke handicap.<br />
Voor zwemmen, paardrijden, judo, basket, voetbal, boccia en rolstoeltennis<br />
is reeds een sportspecifieke module uitgewerkt (7 uur).<br />
Hier wordt de vertaalslag gemaakt naar de specifieke sport. De cursisten<br />
maken kennis met de noodzakelijke aanpassingen (materiaal, infrastructuur,<br />
reglementen) en de principes van het classificatiesysteem. Via praktijkoefeningen<br />
worden de basisprincipes bijgebracht om de specifieke<br />
sport op een veilige manier aan te leren en de beleving bij de sporter met<br />
een handicap te vergroten. Tijdens de stage krijgen de cursisten de kans<br />
om de opgedane ervaringen te toetsen aan het werkveld.<br />
Betrachting is om naar de toekomst voor zoveel mogelijk sporten een<br />
sportspecifieke module voor het begeleiden van sporters met een handicap<br />
te ontwikkelen.<br />
Initiator opleiding boccia<br />
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL 31<br />
Door het volgen van deze gehandicaptensportspecifieke opleiding (43 uur)<br />
leert de cursist naast de algemene doelstellingen van een initiatoropleiding<br />
de functionele mogelijkheden van de bocciaspeler inschatten. De specifieke<br />
aanpassingen aan materiaal, reglementen, veiligheid en omkadering worden<br />
eveneens besproken. Doorheen de cursus wordt de vaardigheid om<br />
boccia te initiëren ontwikkeld en leert de cursist de tactische aspecten van<br />
het bocciaspel aan de man te brengen. Bijzondere aandacht gaat ook naar<br />
de mentale begeleiding in functie van de competitie. Via een aanvullende<br />
korte stage maakt de cursist kennis met het reilen en zeilen in het werkveld.<br />
Opleidingsaanbod gehandicaptensportfederaties<br />
Opleidingen en bijscholingen voor scheidsrechters en officials worden<br />
georganiseerd voor de handicapspecifieke sporttakken als boccia, goalbal,<br />
rolstoelbasketbal , rolstoelhockey en torbal.<br />
Bijscholingen voor clubbestuurders en clubtrainers worden al dan niet in<br />
samenwerking met diverse partners georganiseerd: Provinciale en<br />
Brusselse Sportdiensten, SPORTAC, Bond voor Lichamelijke Opvoeding<br />
(BVLO), Vlaamse Trainersschool (VTS), …<br />
Opleidingsaanbod Provinciale en Brusselse Sportdiensten<br />
Bijscholingen en studiedagen worden al dan niet in samenwerking met<br />
diverse partners georganiseerd door de Provinciale en Brusselse<br />
Sportdiensten: Vlaamse Trainersschool (VTS), Vlaams Instituut voor<br />
Sportbeheer (ISB), Vlaams Bureau voor Sportbegeleiding (VLABUS),<br />
SPORTAC, Bond voor Lichamelijke Opvoeding (BVLO), …
2<br />
SOORTEN HANDICAPS
2<br />
SOORTEN HANDICAPS<br />
Er bestaat een grote diversiteit aan handicaps, aangeboren of verworven.<br />
In dit hoofdstuk worden de meest voorkomende soorten<br />
handicaps toegelicht. Per handicap wordt kort gesitueerd wat de<br />
handicap omvat, samen met enkele tips bij het sporten.<br />
LICHAMELIJKE HANDICAP<br />
Amputatie<br />
Amputatie van een lichaamsdeel is zowel lichamelijk als emotioneel een<br />
uiterst ingrijpend gebeuren. De functie van het geamputeerde lichaamsdeel<br />
is gedeeltelijk of volledig verdwenen. Het is een traumatische ervaring<br />
die door elk individu anders wordt ervaren. Veel personen met een amputatie<br />
hebben nog lange tijd hinder van fantoompijnen. Het gevoel dat het<br />
geamputeerde lichaamsdeel er nog aan zit, warm en koud aanvoelt, jeukt<br />
of nog pijn doet. Deze symptomen kunnen met de tijd verminderen en volledig<br />
verdwijnen.<br />
Oorzaken amputatie<br />
• afwijkende vormen van ledematen bij de geboorte<br />
• infectie<br />
• ongeval<br />
• pijnklachten<br />
• slechte bloedvaten<br />
• trombose en embolie<br />
• verbranding/bevriezing<br />
SOORTEN HANDICAPS 35
36 HOOFDSTUK 2<br />
Amputaties op verschillend niveau<br />
arm/hand/vingers<br />
• vinger(s) één of meer kootjes of vingers zijn geamputeerd<br />
• hand amputatie tot en met het polsgewricht<br />
• onderarm amputatie door het ellebooggewricht of er onder<br />
• bovenarm amputatie tussen schouder en elleboog<br />
been/voet/tenen<br />
• tenen één of meer kootjes of tenen zijn geamputeerd<br />
• voet amputatie tot halverwege voet<br />
• onderbeen amputatie door kniegewricht of er onder<br />
• bovenbeen amputatie tussen de heup en het kniegewricht.<br />
Tips bij het sporten<br />
• de stomp kan heel gevoelig zijn: oppassen met stoten tegen voorwerpen<br />
en harde ondergronden, soms is er specifieke verzorging met bijv.<br />
windels noodzakelijk<br />
• sommigen zijn nog niet over dit trauma heen en schamen zich ervoor,<br />
gemeenschappelijk douchen kan problematisch zijn, niet forceren<br />
• opgepast in natte ruimten ( vooral mensen die zich met krukken verplaatsen<br />
of huppen), let op dat de doppen van de krukken niet versleten zijn<br />
• het verplaatsen van de dagelijkse rolstoel naar de sportrolstoel is in het<br />
begin veelal een angstig gebeuren, dikwijls is er nog te weinig zelfvertrouwen<br />
• stimuleer het gebruik van het douchestoeltje bij het douchen (bij beenamputatie).<br />
Hersenverlamming<br />
Bij personen met een hersenverlamming onderscheiden we 2 grote groepen,<br />
de CP- groep (beschadiging aan de nog niet volgroeide hersenen<br />
van een kind) en de CVA- groep (beroerte en hersenbloeding)<br />
Cerebral Palsy (CP)<br />
Oorzaken CP (cerebral palsy) of hersenverlamming<br />
• infectie tijdens de zwangerschap (vb. rode hond)<br />
• zuurstofgebrek tijdens de geboorte.<br />
Bij CP is er vooral schade in het gebied van de hersenen dat instaat voor<br />
de controle van de spiertonus en reflexen.<br />
Gevolgen CP<br />
• spastische bewegingen<br />
• ongecontroleerde en ongecoördineerde bewegingen<br />
• hemiplegie, diplegie en tetraplegie*.<br />
Cerebral Vasculair Accident (CVA)<br />
Oorzaken CVA (cerebral vasculair accident) of bloeding in de hersenen<br />
• hoge bloeddruk<br />
• aderverkalking<br />
• forse klap op het hoofd<br />
• zwakke plek in een bloedvat<br />
• onbekende redenen.<br />
Gevolgen CVA<br />
SOORTEN HANDICAPS 37<br />
• verzwakte motorische functie in de extremiteiten (bovenste, onderste of<br />
beide)
38 HOOFDSTUK 2<br />
• verzwakte sensorische functie<br />
• spraak - en taalproblemen (niet kunnen overbrengen wat men wil zeggen<br />
of niet begrijpen wat gezegd wordt)<br />
• mentale verwarring.<br />
Tips bij het sporten<br />
• maak gebruik van heldere en concrete taal, herhaling is dikwijls noodzakelijk<br />
• neem rustig de tijd bij de communicatie, het is voor beide partijen niet<br />
altijd duidelijk wat bedoeld wordt, stel de vraag indien nodig op een andere<br />
manier, laten antwoorden via ja of nee kan duidelijkheid scheppen<br />
• stimuleer de persoon zelf zoveel mogelijk in de communicatie<br />
• bied de leersituaties stap voor stap aan<br />
• streef naar zoveel mogelijke zelfstandigheid, grijp niet te snel in<br />
• pas het tempo aan bij een verminderd houdings - en bewegingsgevoel<br />
• zie erop toe dat de sporter zich niet overschat maar ook niet onderschat<br />
• maak indien nodig gebruik van hulpmiddelen (vb. footstraps: dit zijn riemen<br />
die dienen om de voeten te fixeren) om het bewegingscomfort te<br />
bevorderen.<br />
Hemiplegie = verlamming aan één zijde van het lichaam<br />
Tetraplegie of quadriplegie = verlamming van de vier ledematen<br />
Diplegie of paraplegie = verlamming aan beide zijden van het lichaam, beide<br />
armen, beide benen<br />
Ruggenmergletsel (dwarslaesie)<br />
Een dwarslaesie is een onderbreking van de opstijgende en afdalende<br />
zenuwbanen in het ruggenmerg. De functies onder het ruggenmergletsel<br />
en de controle hierop zijn gedeeltelijk of compleet uitgevallen.<br />
Oorzaken dwarslaesie<br />
• ongeval beschadiging van het ruggenmerg met of zonder wervelbeschadiging<br />
• tumorproces van het ruggenmerg of het omringende bot<br />
• aangeboren bijv. door een open rug<br />
• vasculair bijv. bloedingen, trombose, embolie<br />
• niet-aangeboren bijv. bacteriële/virale infectie<br />
Soorten laesie<br />
De uitgebreidheid van de laesie wordt bepaald door de hoogte en de locatie<br />
van de ruggenmergonderbreking:<br />
• tetraparese (uitval van zowel armen als benen)<br />
• paraparese (uitval van romp/buik/benen).<br />
De laesie uit zich in drietal verschijnselen:<br />
• sensibele (gevoels-) uitval<br />
• motorische (bewegings-) uitval<br />
• vegetatieve uitval.<br />
SOORTEN HANDICAPS 39<br />
Sensibele uitval<br />
Door de onderbreking van de opstijgende banen van het centrale zenuwstelsel<br />
naar de hersenen zullen prikkels die verstuurd worden van onder<br />
de laesie niet meer bewust waargenomen worden. Functies onder de laesie<br />
kunnen compleet of incompleet zijn.
40 HOOFDSTUK 2<br />
Deze stoornis betreft dus de gewaarwording van aanraking, pijn, tast,<br />
koude/warmte, houdings- en bewegingsgevoel.<br />
Tips bij het sporten<br />
• houd rekening met het gemis aan pijngewaarwording, ook bij wondjes<br />
• let op voor een sneller balansverlies wegens een verminderd of gemis<br />
aan gevoel bij het zitten<br />
• let op bij het douchen, of buitensportactiviteiten, want er is een verminderd<br />
of in sommige gevallen geen koude - of warmtegevoel.<br />
Motorische uitval<br />
Door een onderbreking in de dalende banen die prikkels geleiden vanuit<br />
de hersenen naar de spiergroepen wordt de spier niet geprikkeld. Er<br />
treedt geen spiercontractie op onder het niveau van de laesie. Ook hier<br />
kan de uitval compleet of incompleet zijn. De verlamming uit zich op 2<br />
manieren: spastische verlamming en slappe verlamming<br />
Tips bij het sporten<br />
• hou er rekening mee dat sommige personen met een dwarslaesie die<br />
zich verplaatsen in een rolstoel nog een sta - en loopfunctie hebben<br />
• informeer u over de hoogte van de laesie; hoe hoger de laesie, hoe<br />
meer functie-uitval van de spieren en hoe afhankelijker van hulpmiddelen<br />
en/of begeleiders<br />
• kijk na of de sportaccommodatie voldoende toegankelijk is.<br />
Vegetatieve uitval<br />
Het vegetatieve zenuwstelsel zorgt onder meer voor bepaalde processen<br />
van de organen. Namelijk de processen die je niet met je wil kan beïnvloeden<br />
(vb. hoogte bloedsuikerspiegel en bloeddruk). Door de onderbreking<br />
in het ruggenmerg ontstaan er vegetatieve stoornissen met name in<br />
darm/blaasfunctie, regeling van lichaamstemperatuur, het vaatstelsel enz.<br />
Tips bij het sporten<br />
• las voldoende pauzes in, want er kan gemakkelijk oververhitting (rood<br />
aangezicht, …) optreden; opgelet want sommigen kunnen niet zweten<br />
• informeer je vooraf naar de ernst van de handicap (incontinentie, bloeddrukschommelingen,<br />
…)<br />
Anderen<br />
Ook de hieronder vermelde beperkingen kunnen gecatalogeerd worden<br />
onder de motorische handicaps. De gangbare term voor deze groep is<br />
“Les autres” of anderen:<br />
• gewrichtsvergroeiingen<br />
• spierziektes<br />
• bewegingsbeperking<br />
• dwerggroei<br />
• …<br />
SOORTEN HANDICAPS 41
42 HOOFDSTUK 2<br />
ZINTUIGLIJKE HANDICAP<br />
Visuele handicap (blinden en slechtzienden)<br />
Elke visuele handicap is uniek. Er kan een verminderde gezichtsscherpte<br />
zijn of een beperkt gezichtsveld. De sporter kan lichtschuw zijn of heeft<br />
problemen met contrastverwerking. Een aandoening kan progressief zijn,<br />
de sporter is blind geboren of geworden. Het didactisch handelen wordt<br />
door deze individuele beperkingen bepaald.<br />
Tips bij het sporten<br />
• geef duidelijke instructies en begeleid het voorbeeld van medesporter<br />
of uzelf ook verbaal<br />
• zorg voor een omgeving waarin de persoon met een visuele handicap<br />
zich vertrouwd voelt<br />
• let op hoe je aanduidingen geeft: het woord "daar" werkt niet als je niet<br />
ziet waar "daar" is, gebruik termen zoals :links van je, rechts van je, voor<br />
je, achter je<br />
• maak gebruik van het aanwezige contrast in de zaal<br />
• draag zelf duidelijke kledij<br />
• bied oefenstof in kleine delen aan, de bewegingservaring van slechtzienden<br />
en blinden is meestal beperkter dan bij personen met een normaal<br />
zicht<br />
• geef voor de les aan waar er objecten staan en leid de sporter eventueel<br />
langs de toestellen<br />
• let op voor obstakels (rondslingerende materialen).<br />
Auditieve handicap (doven en slechthorenden)<br />
Bij doofheid is het gehoor zo gestoord dat het verstaan van de spraak via het<br />
gehoor, met of zonder hoorapparaat onmogelijk is. Bij slechthorendheid is<br />
het verstaan van de spraak via het gehoor met of zonder hoorapparaat moeilijk<br />
maar niet onmogelijk. Personen met meer dan 55dB hoorverlies hebben<br />
problemen met de auditieve communicatie. Een goede visuele communicatie<br />
en informatie is uiterst belangrijk voor doven en slechthorenden.<br />
Sommige personen met een auditieve handicap hebben evenwichtsproblemen<br />
omdat de drie halfcirkelvormige kanalen in het binnenoor beschadigd<br />
zijn. Dit heeft gevolgen op de algemene coördinatie en motoriek.<br />
Tips bij het sporten<br />
• sta in het gezichtsveld van de dove sporter, oogcontact is belangrijk<br />
• zorg voor voldoende licht<br />
• praat duidelijk en met eenvoudige woorden<br />
• ondersteun je uitleg met gebaren of gebruik pictogrammen<br />
• maak gebruik van demonstratie<br />
• informeer voor je begint of alles goed begrepen is<br />
• betrek de dove sporter zoveel mogelijk bij de hele groep<br />
• schakel eventueel een gebaren- of orale tolk in<br />
VERSTANDELIJKE HANDICAP<br />
SOORTEN HANDICAPS 43<br />
Personen met een verstandelijke handicap zullen vanwege hun verstandelijke<br />
beperking altijd enige vorm van begeleiding nodig zullen hebben. Het<br />
gaat om personen met een IQ van 75 of lager. Binnen de sportsector<br />
spreekt men over een verstandelijke handicap wanneer deze voor het
44 HOOFDSTUK 2<br />
18de levensjaar tot uiting komt. Bij dementie en bij een op latere leeftijd<br />
opgelopen hersenbeschadiging spreekt men niet meer over personen met<br />
een verstandelijke handicap. De verschillen tussen personen met een verstandelijke<br />
handicap zijn groot. We kunnen deze heterogene groep<br />
beschrijven aan de hand van een drietal gedragsaspecten:<br />
• cognitief<br />
• sociaalaffectief<br />
• psychomotorisch.<br />
Het cognitieve aspect het verstandelijk functioneren, hoe denkt, onthoudt,<br />
leert en neemt iemand iets waar.<br />
Het sociaalaffectieve aspect hoe maakt iemand contact, hoe gaat iemand<br />
om met de anderen, hoe toont iemand zijn gevoelens. Hier zijn de onderlinge<br />
verschillen groot.<br />
Het psychomotorische aspect de bewegingsvaardigheden van iemand. Deze<br />
personen hebben meestal een kleinere bewegingservaring kunnen<br />
opdoen dan personen zonder verstandelijke handicap.<br />
Velen hebben ook een of meer bijkomende stoornissen die invloed kunnen<br />
hebben op hun bewegingsvaardigheid.<br />
• Zintuiglijke beperkingen (oog - en oorafwijkingen)<br />
• Orgaanafwijkingen (hartafwijkingen of aandoeningen aan de longen)<br />
• Afwijkingen in de bouw van het bewegingsapparaat<br />
• Neurologische stoornissen in het centrale zenuwstelsel (hoge spiertonus,<br />
onwillekeurige bewegingen)<br />
Tips bij het sporten<br />
• houd er rekening mee dat ze onderling sterk kunnen verschillen<br />
• deze personen zijn vatbaarder voor blessures daar zij vaak ook bijkomende<br />
lichamelijke handicaps hebben<br />
• besteed extra aandacht aan hygiëne<br />
• gebruik eenvoudige woorden en geef eenvoudige opdrachten<br />
• maak gebruik van visuele hulpmiddelen zoals pictogrammen<br />
• voorzie extra begeleiding<br />
• werk in kleine groepjes<br />
• herhaal de opdracht regelmatig<br />
• probeer u in te leven in de mogelijkheden en beperkingen van de deelnemers.<br />
PSYCHISCHE BEPERKING<br />
SOORTEN HANDICAPS 45<br />
Een psychische beperking duidt op een of meer ziekteverschijnselen veroorzaakt<br />
door stoornissen in de waarneming of het denken. Het gaat dus<br />
over zieke personen die kunnen genezen. Het al dan niet sporten voor personen<br />
met een psychische beperking hangt af van de diagnose. Voor personen<br />
die acuut psychotisch zijn is sportbeoefening in eerste instantie niet<br />
aangewezen.Medicatie is onontbeerlijk in de behandeling van psychische<br />
beperkingen. Dit kan het functioneren van de persoon in kwestie belemmeren.<br />
Het ontstaan van een psychische stoornis is een combinatie van:<br />
• biologische factoren: aanleg, erfelijkheid, afwijkingen in de structuur van<br />
bepaalde hersengebieden<br />
• omgevingsfactoren: opvoeding, sociale omstandigheden, maatschappelijke<br />
eisen, steun en opvang vanuit de omgeving
46 HOOFDSTUK 2<br />
• psychische factoren: persoonlijke eigenschappen zoals perfectionisme,<br />
faalangst, zelfvertrouwen<br />
• traumatische ervaringen: incest, mishandeling, ernstige ziekte of ongeval,<br />
ontslag.<br />
Ziektebeelden<br />
1 ADHD aandachtsstoornis + hyperactiviteit<br />
2 Schizofrenie stoornis in denken en waarnemen<br />
3 Angststoornis bang zijn als er geen aanleiding toe is<br />
4 Eetstoornis boulimia (vraatzucht gevolgd door braken), anorexia (onweerstaanbare<br />
drang om af te vallen) en binge eating (eetbuien zoals bij boulimia<br />
maar niet gevolgd door braken of gebruik van laxeermiddelen).<br />
5 Verslaving drank, drugs en medicijnen<br />
Tips bij het sporten<br />
• zorg voor een duidelijke en eenvoudige instructie en vermijd te veel uitleg<br />
tegelijk<br />
• houd rekening met fysieke (overschatten/onderschatten) en cognitieve<br />
beperkingen en ken de neveneffecten van medicatie (concentratieverlies,<br />
zwaarlijvigheid, evenwicht, dorst,…)<br />
• maak duidelijke afspraken en volg die consequent op<br />
• aanvaard dat deze personen anders zijn, maar ga ze niet betuttelen en<br />
behandel hen op een volwassen manier<br />
• aanvaard de beperktheden van deze personen, luister actief, probeer je<br />
in te leven en stimuleer wat ze wel kunnen<br />
• ken je eigen grenzen en maak ze duidelijk.<br />
SOORTEN HANDICAPS 47
3<br />
KNELPUNTEN VOOR SPORT-<br />
DEELNAME DOOR PERSONEN<br />
MET EEN HANDICAP
3<br />
KNELPUNTEN VOOR SPORT-<br />
DEELNAME DOOR PERSONEN<br />
MET EEN HANDICAP<br />
KNELPUNTEN VOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP<br />
Persoonsgebonden van aard<br />
KNELPUNTEN VOOR SPORTDEELNAME DOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP 51<br />
Zowel personen met een handicap als sportclubs ondervinden in<br />
de praktijk diverse knelpunten bij het willen deelnemen aan of het<br />
aanbieden van gehandicaptensport. In dit deel worden deze<br />
knelpunten op een rijtje gezet om een duidelijker beeld te schetsen<br />
waar die gesitueerd zijn. Vervolgens wordt er besproken hoe er kan<br />
op ingespeeld worden.<br />
Ernst en aard van de handicap Naargelang de soort en de ernst van de handicap<br />
worden er meer of minder knelpunten ervaren bij sportdeelname. Een<br />
rolstoelgebruiker zal meer belemmeringen ondervinden op gebied van toegankelijkheid<br />
van de sportaccommodaties en vervoer naar het sportgebeuren<br />
dan iemand met een andere motorische handicap die wel nog kan stappen.<br />
Een blinde of slechtziende persoon zal vooral belemmeringen ondervinden<br />
op gebied van het zich verplaatsen naar de sportactiviteit en vereist<br />
meer begeleiding tijdens de sportactiviteit. Een dove of slechthorende persoon<br />
zal vooral belemmeringen ondervinden op het gebied van communicatie,<br />
want hij voelt zich dikwijls niet begrepen of begrijpt zelf niet alles. Een persoon<br />
met een verstandelijke handicap zal belemmeringen ondervinden<br />
naargelang de graad van zijn verstandelijk niveau. Meestal is individuele<br />
begeleiding nodig. Gedragsproblemen kunnen eveneens een belemmering<br />
vormen. Bij een persoon met een psychische beperking is het individueel<br />
afhankelijk of hij al dan niet geïntegreerd kan worden in een sportclub.
52 HOOFDSTUK 3<br />
Motivatie Er bestaat tegenwoordig een groeiend aanbod van activiteiten.<br />
Hierdoor heeft men meer keuzemogelijkheden in de vrijetijdsbesteding.<br />
Vaak kiest men dan voor een andere vorm van vrijetijdsbesteding dan<br />
sport. Een grote groep personen met een handicap heeft gewoon geen<br />
zin om te sporten. Sportende personen met een handicap moeten vaak<br />
omwille van medische problemen voor kortere of langere tijd hun sportdeelname<br />
staken. Om na het genezingsproces opnieuw te starten met<br />
sporten moet men soms veel moed en inspanning aan de dag leggen.<br />
Volgens een recent onderzoek (januari 2004) van de KU Leuven o.l.v. Y.<br />
Vanlandewijck en P. Van de Vliet (studie uitgevoerd in opdracht van<br />
Vlaams minister van Sport, Marino Keulen) hebben non-participanten<br />
meestal vooroordelen over sport, zoals "sport is overbodig" of "sport is<br />
risicovol". Dit maakt dat de motivatie vaak op een laag pitje zit.<br />
Psychologisch van aard<br />
Acceptatie van de handicap Personen met een aangeboren handicap hebben<br />
over het algemeen minder moeite om de eigen handicap te accepteren.<br />
Personen die een niet-aangeboren handicap hebben, zoals bijvoorbeeld na<br />
een ongeval, moeten meestal eerst een lang proces van aanvaarding van de<br />
handicap doorworstelen. Tijdens deze fase wordt zelden aan sporten<br />
gedacht. Zij moeten eerst deze psychologische barrière overwonnen hebben.<br />
Zelfbeeld, schaamte, zelfvertrouwen Het beeld dat men van zichzelf heeft en<br />
de persoonlijke houding ten aanzien van de eigen handicap blijken<br />
belangrijke oorzaken te zijn van niet-sporten. Het schaamtegevoel waar-<br />
door deze mensen zich niet onder valide mensen durven te begeven om<br />
te sporten, maar ook het onterechte idee dat zij niet in staat zijn om te<br />
sporten zijn grote knelpunten. Hierin schuilt het lage zelfvertrouwen en<br />
gebrek aan kennis over hun eigen sportmogelijkheden.<br />
Drempelvrees Vaak hebben mensen met een handicap een grote drempelvrees<br />
om naar een sportactiviteit te gaan. Dit heeft te maken met een aantal<br />
factoren:<br />
Hoe is het onthaal?<br />
Heeft de sportclub voldoende kennis en begrip voor hun beperkingen?<br />
Wordt men niet te veel aangestaard? Is men welkom?<br />
Zijn de sportactiviteiten voldoende aangepast?<br />
Zijn de sportbegeleiders voldoende opgeleid?<br />
Is er teveel betutteling en medelijden?<br />
Is er niet teveel kans op blessures?<br />
Sociaal van aard<br />
KNELPUNTEN VOOR SPORTDEELNAME DOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP 53<br />
Houding van de omgeving ten opzichte van hun sportdeelname Non-participanten<br />
worden niet actief aangemoedigd tot sportbeoefening door hun<br />
omgeving of door professionele hulpverleners. Meestal door onwetendheid<br />
of overbescherming denken de familieleden, vrienden, zelfs medici<br />
(bijv. huisdokter, kinesist) dat sport voor een bepaalde persoon met een<br />
handicap niet geschikt is. Een correcte beeldvorming betreffende gehandicaptensport<br />
voor het brede publiek en voor de professionele hulpverlener<br />
dringt zich op.
54 HOOFDSTUK 3<br />
Sociale contacten Het uitbouwen van sociale contacten is een van de belangrijkste<br />
redenen om te blijven sporten. Wie zich aanvaard voelt door de andere<br />
leden, zal niet zo vlug afhaken. Samen met vrienden sporten is stimulerend<br />
om te volharden. Voor wie de eerste maal naar een sportclub wil, zal de<br />
drempel lager zijn wanneer hij of zij een kennis heeft die lid is in de club. In<br />
het andere geval is een goede ontvangst en persoonlijke benadering belangrijk.<br />
Daarom wordt best een contactpersoon aangeduid in de sportclub die<br />
als vertrouwenspersoon voor personen met een handicap kan optreden.<br />
Organisatorisch van aard<br />
Sportmogelijkheden Vermits de doelgroep relatief klein is en de onderlinge<br />
verschillen zeer groot zijn, is het niet mogelijk om in elke gemeente diverse<br />
sportactiviteiten te organiseren voor personen met een handicap. Dit<br />
betekent dat er relatief weinig specifieke gehandicaptensportclubs<br />
bestaan. Er zijn ook weinig gewone sportclubs waar personen met een<br />
handicap terecht kunnen. Als gevolg hiervan moeten er meestal grote<br />
afstanden afgelegd worden om een bepaalde sport te kunnen beoefenen.<br />
Toegankelijkheid De toegankelijkheid van sportaccommodaties kan vooral<br />
voor rolstoelgebruikers ontoereikend zijn. Toegankelijkheid is een ruimer<br />
gegeven dan alleen de sportzaal, ook o.a. de cafetaria als middelpunt van<br />
het sociale gebeuren, de toiletten, de doucheruimten, parkeerplaatsen<br />
behoren tot de toegankelijkheid van een sportaccommodatie. Een goede<br />
toegankelijke sportaccommodatie is een basisvoorwaarde voor sportbeoefening<br />
voor personen met een handicap.<br />
KNELPUNTEN VOOR SPORTDEELNAME DOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP 55<br />
Vervoer Vervoer is een van de grootste knelpunten voor deelname aan<br />
sportactiviteiten door personen met een handicap. Het openbaar vervoer<br />
beantwoordt niet altijd aan de vraag waardoor de mogelijkheden enorm<br />
beperkt zijn voor personen met een handicap om ter plaatse te geraken.<br />
Sommige gemeenten bieden aangepast vervoer aan, maar deze zijn<br />
meestal beperkt tot de gemeentegrenzen en welbepaalde uren overdag<br />
en niet 's avonds of in het weekend wanneer de sportactiviteiten plaatsvinden.<br />
Meestal wordt een beroep gedaan op familieleden, vrienden of<br />
professionele hulpverleners voor het vervoer naar de sportactiviteit.<br />
Trainers en kader Er is momenteel een groot tekort aan deskundige en goed<br />
opgeleide trainers die de sportactiviteiten kunnen begeleiden. Ook de vrijwilligers<br />
die mee ingeschakeld worden missen meestal kennis en ervaring.<br />
Vele trainers en clubbestuurders staan over het algemeen positief ten<br />
opzichte van personen met een handicap, maar wel terughoudend als het<br />
gaat om trainingstechnische aspecten. Dit kan opgelost worden door het<br />
stimuleren van het volgen van specifieke opleidingen van de Vlaamse<br />
Trainersschool en andere bijscholingen.<br />
Tijdstip Het tijdstip waarop de sportactiviteiten plaatsvinden kan bij bepaalde<br />
personen met een handicap een hinderpaal zijn. Leerlingen van het<br />
Bijzonder Onderwijs komen vaak laat thuis omdat ze met een busje van<br />
school naar huis gebracht worden. Personen die in instellingen verblijven<br />
zijn meestal gebonden aan welbepaalde uren omwille van andere activiteiten<br />
die in de instelling gepland worden of van het beschikbaar zijn van<br />
begeleiders uit de instelling zelf. De sportactiviteit kan men best plannen
56 HOOFDSTUK 3<br />
in het kader van de doelgroep, bijv. tijdens het weekend of op een woensdagnamiddag.<br />
Kosten Aangepast sportmateriaal, vooral voor mensen die rolstoelgebonden<br />
zijn, is duur. Bijv. een specifieke tennissportrolstoel kan gemakkelijk<br />
€ 5 000,00. kosten. In <strong>Vlaanderen</strong> bestaat hiervoor nog steeds onvoldoende<br />
tegemoetkoming vanuit het Vlaams Fonds voor Sociale Integratie<br />
van Personen met een Handicap en moeten de betreffende personen zelf<br />
instaan voor de hoge kosten. Alleen de provincie Limburg heeft een specifiek<br />
subsidiereglement voor de aankoop van aangepast sportmateriaal.<br />
Informatie Veel personen met een handicap leiden een geïsoleerd bestaan.<br />
Zij blijken dus ook moeilijk de kanalen te vinden waar zij terecht kunnen<br />
voor informatie over gehandicaptensport. Zij argumenteren dat er onvoldoende<br />
informatie over aangepast sporten bestaat. Deze informatie is te<br />
verkrijgen bij de contactpersonen van de Provinciale Sportdiensten of bij<br />
de gehandicaptensportfederaties.<br />
KNELPUNTEN VOOR SPORTCLUBS<br />
Onbekend maakt onbemind !<br />
Gewone sportclubs staan dikwijls huiverachtig tegenover het idee om personen<br />
met een handicap in hun sportclub toe te laten om te sporten. Vaak<br />
hebben zij personen met de zwaarste motorische en verstandelijke beperkingen<br />
voor ogen. Onbekend maakt onbemind! De ervaring leert echter<br />
dat bij een eerste kennismaking het ijs snel gebroken is en dat sporters<br />
met een handicap vaak de meest enthousiaste leden zijn.<br />
Aanvaarding van personen met een handicap<br />
De leden van de club moeten een gewenningsproces doorlopen bij het<br />
aanvaarden van personen met een handicap binnen de vereniging.<br />
Afwijzende reacties door leden komen voor en moeten onderkend worden.<br />
Het komt erop aan correcte informatie te verschaffen aan de leden<br />
en als bestuur volledig achter de integratie van personen met een handicap<br />
te staan om kans op slagen te maken.<br />
Organisatorische knelpunten<br />
KNELPUNTEN VOOR SPORTDEELNAME DOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP 57<br />
Kosten Het aanbieden van sport voor personen met een handicap kan bijkomende<br />
kosten vergen maar hoeft niet altijd een grote meerkost te betekenen.<br />
Zo is er een aantal sporttakken die weinig aanpassingen en dus<br />
weinig extra kosten vergen zoals bijvoorbeeld badminton en tafeltennis.<br />
Gaat het om personen met een verstandelijke handicap dan zal de meerkost<br />
zich vooral situeren in de extra begeleiding voor, tijdens en na het<br />
sportgebeuren. Sportbeoefening voor personen met een psychische<br />
beperking brengt geen extra kosten met zich mee.<br />
Aanpassingen Afhankelijk van de doelgroep die men beoogt en de sporttak<br />
die men wil beoefenen zal de meerkost al dan niet groot zijn voor wat<br />
betreft materiaal of accommodatie. Indien men bijvoorbeeld een rolstoelbasketbalclub<br />
wil oprichten zal men diep in de geldbeugel moeten tasten
58 HOOFDSTUK 3<br />
voor de aanschaf van sportrolsotelen. Voor personen die niet-rolstoelgebonden<br />
zijn moet er niet altijd specifiek sportmateriaal aangekocht worden.<br />
Meestal kan er zonder problemen met hetzelfde materiaal en op hetzelfde<br />
veld gesport worden.<br />
Tijdstip en plaats Het zal noodzakelijk zijn om een geschikt tijdstip te vinden om<br />
aangepast sporten aan te bieden. Dit hangt, zoals eerder vermeld, af van de<br />
doelgroep die men beoogt. Het beschikbaar zijn van een sportveld op een<br />
geschikt tijdstip kan echter een probleem zijn. Om een maximale integratie te<br />
verkrijgen is het ideaal dat er samen of tegelijkertijd kan gesport worden met<br />
de andere leden van de vereniging binnen dezelfde ruimte.<br />
Informatie Het is moeilijk om de informatie over sportmogelijkheden bij de<br />
potentiële deelnemers te krijgen. Omwille van de privacywet kunnen nergens<br />
zomaar adressenlijsten verkregen worden. Daarom zal veel aandacht moeten<br />
besteed worden aan de manier waarop promotie zal gevoerd worden.<br />
Trainers en andere begeleiders Het vinden van deskundige trainers is niet altijd<br />
gemakkelijk. Training geven aan niet-gehandicapte personen is anders dan<br />
training geven aan personen met een handicap. De trainers moeten bereid<br />
zijn zich bij te scholen op dit gebied. Daarbij komt dat het aantal beschikbare<br />
opleidingen of bijscholingen gering zijn, waardoor er op dit moment<br />
niet zoveel gekwalificeerde trainers of begeleiders kunnen gevonden worden.<br />
Naast deze trainers zijn er ook vrijwilligers nodig die de deelnemers<br />
met een handicap extra begeleiden tijdens de sportsessies of trainingen.<br />
Het niet vinden van genoeg vrijwilligers kan een knelpunt betekenen.<br />
KNELPUNTEN VOOR SPORTDEELNAME DOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP 59<br />
Omvang van de doelgroep Een gebrek aan voldoende deelnemers met een<br />
bepaalde handicap kan een reden zijn om af te zien van het aanbieden van<br />
aangepaste sportactiviteiten in de sportclub. Men moet er zich van bewust<br />
zijn dat het aantal deelnemers meestal heel gering zal zijn. Anderzijds moet<br />
men vooraf bepalen wat het maximumaantal deelnemers met een handicap<br />
kan zijn in relatie tot de beschikbare vrijwilligers die de vereniging heeft.<br />
Verzekering Een belangrijk knelpunt is de onzekerheid of leden met een<br />
handicap voldoende verzekerd zijn via de verzekering van de sportclub.<br />
Hiervoor zal de club moeten overleggen met haar sportfederatie. Als blijkt<br />
dat de verzekering niet toereikend is, zal moeten contact gezocht worden<br />
met de erkende gehandicaptensportfederaties die wel een aangepaste<br />
sportverzekering kunnen aanbieden. Dit betekent echter dubbel lidgeld,<br />
zowel voor de sportfederatie als voor de gehandicaptensportfederatie.<br />
Op dit moment zijn er al welbepaalde afspraken tussen een aantal valide<br />
sportfederaties en de gehandicaptensportfederaties waardoor geen dubbel<br />
lidgeld hoeft betaald te worden.
4<br />
PLAN VAN AANPAK
4<br />
PLAN VAN AANPAK<br />
In dit hoofdstuk wordt in vier fases uitgelegd hoe je als club concreet<br />
te werk kunt gaan om te starten met een G-afdeling. Het is een<br />
model dat rekening houdt met een aantal factoren zoals o.a. het peilen<br />
naar interesse binnen de club, het afbakenen van de doelgroep,<br />
het bepalen van de doelstellingen, etc.<br />
In dit hoofdstuk wordt een ideaal scenario voorgesteld. Het is niet<br />
noodzakelijk dat iedere fase letterlijk gevolgd wordt. In de praktijk<br />
zullen de verschillende fases vaak in elkaar overlopen.<br />
FASE I ORIËNTERINGSFASE<br />
Creëren van een draagvlak<br />
PLAN VAN AANPAK 63<br />
In deze fase gaat het bestuur brainstormen, nadenken over de haalbaarheid<br />
van het project. Meestal groeit het idee om een G-afdeling op te richten<br />
spontaan, via een familielid van een gehandicapt kind of een clublid dat<br />
werkzaam is in de gehandicaptensector. Het is ook mogelijk dat de vereniging<br />
reeds mensen van deze doelgroep in haar ledenbestand heeft. In deze<br />
fase is het ook aanbevolen om informatie in te winnen bij een deskundige,<br />
vb. iemand van een G-sportfederatie of de Provinciale Sportdienst.<br />
Het uitgangspunt is dat de club achter het initiatief staat. De kans op slagen<br />
is groter naarmate dit initiatief door verschillende mensen binnen de<br />
club gesteund wordt. Vaak zullen er weerstanden zijn bij bepaalde leden.<br />
Belangrijk is dat hier op voorhand over gesproken wordt. Een goede voorlichting<br />
kan angsten en weerstanden wegnemen. Alle partijen moeten zich<br />
goed voelen anders heeft het geen zin om ermee te beginnen.
64 HOOFDSTUK 4<br />
Het aantrekken van leden met een handicap kan voor de vereniging<br />
bovendien enkele voordelen opleveren:<br />
• bijdrage tot de maatschappelijke integratie van personen met een handicap<br />
• positief imago en verrijking voor de club<br />
• het aantrekken van nieuwe vrijwilligers<br />
• groei van het ledenbestand<br />
Analyseren van de situatie<br />
Men kan de huidige situatie ontleden door op voorhand een aantal vragen<br />
te stellen. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen de eigen situatie<br />
en de omgevingsfactoren.<br />
Voorbeelden van vragen die je kunt stellen zijn:<br />
In verband met de eigen situatie<br />
Algemeen<br />
• Wat is de maatschappelijke visie van de club?<br />
• Is er een specifieke vraag?<br />
• Hoe is het beleid van de club?<br />
• Zijn er al leden met een handicap aangesloten bij de club?<br />
Omkadering<br />
• Zijn er geïnteresseerde trainers? Wensen zij zich bij te scholen?<br />
• Beschikt de club over voldoende vrijwilligers om een G-sportafdeling op<br />
te richten?<br />
• Zijn er nog trainingsuren vrij? Hoe laat? Is er voldoende ruimte?<br />
Praktisch<br />
• Is de sportaccommodatie toegankelijk?<br />
• Is ze goed bereikbaar met het openbaar vervoer?<br />
• Is er specifiek sportmateriaal ter beschikking?<br />
In verband met de omgevingsfactoren<br />
PLAN VAN AANPAK 65<br />
Zijn er scholen van Buitengewoon Onderwijs, instellingen voor gehandicaptenzorg,<br />
initiatieven van begeleid wonen of beschutte werkplaatsen in<br />
de buurt? Zijn er reeds sportverenigingen in de buurt die een aanbod hebben?<br />
Welke sporttakken bieden zij aan? Hoe is het gemeentelijk beleid<br />
t.a.v. personen met een handicap? Is de gemeente bereid om mee te werken?<br />
Wat is het standpunt van de lokale adviesraden: gemeentelijke<br />
sportraad, gehandicaptenadviesraad? Is er ondersteuning van de provincie<br />
of (gehandicapten)sportfederaties? Zijn er subsidiemogelijkheden via<br />
de gemeente/provincie of andere kanalen? Ondermijnen wij met ons initiatief<br />
niet de werking van een reeds bestaande specifieke G-sportclub in<br />
de gemeente?<br />
Je kunt best eens een kijkje gaan nemen bij een sportclub die reeds ervaring<br />
heeft met deze doelgroep. Bij de werving van leden zul je ook steeds<br />
rekening moeten houden met het feit dat de leden niet alleen uit de eigen<br />
gemeente komen, maar dat men moet gaan werven in heel de regio. Gsportclubs<br />
hebben steeds een bovenlokaal karakter. Daarom is het<br />
belangrijk om na te gaan of er reeds initiatieven bestaan in de omliggende<br />
gemeenten. Samenwerken en afstemmen van het aanbod is noodzakelijk<br />
om elkaar niet voor de wielen te rijden.
66 HOOFDSTUK 4<br />
Afbakenen van de doelgroep<br />
Het is belangrijk dat je op voorhand de doelgroep duidelijk afbakent. De<br />
gehandicapte bestaat niet! De onderlinge verschillen zijn zeer groot. Je<br />
kunt geen initiatief nemen waarbij alle soorten handicaps aan bod komen.<br />
Er zijn personen met een lichte handicap of beperking die perfect kunnen<br />
functioneren in de gewone afdelingen. Bij personen met een matige tot<br />
ernstige handicap is het vaak noodzakelijk één-op-één begeleiding te<br />
voorzien. Iemand die in een rolstoel zit vraagt een andere aanpak dan<br />
iemand die slechtziend is. Dit zijn allemaal factoren waarmee rekening<br />
moet gehouden worden bij het bepalen van de doelgroep.<br />
Enkele criteria voor het bepalen van de doelgroep:<br />
Aard van handicap<br />
vb. verstandelijk of lichamelijk; type 1 en 2 Buitengewoon Lager Onderwijs<br />
Leeftijd<br />
Geslacht<br />
Aantal<br />
vb. maximum 10 leden per groep<br />
Sporttak<br />
Informeren van de clubleden<br />
Het is van belang om de leden te informeren over de activiteiten die op<br />
stapel staan. Iedereen moet goed voorbereid zijn op de komst van personen<br />
met een handicap. Dit kan o.a. gebeuren via een algemene vergadering<br />
of via het clubblaadje.<br />
FASE II PLANNINGSFASE<br />
Oprichten van een werkgroep<br />
Deze werkgroep ontstaat meestal spontaan door de initiatiefnemers van<br />
het project. Belangrijk is dat deze werkgroep evenwichtig is samengesteld<br />
uit o.a. een delegatie van de ouders, de gehandicapte sporters zelf, een<br />
vertegenwoordiger van het hoofdbestuur, iemand van de trainersstaf, een<br />
afgevaardigde van een school Buitengewoon Onderwijs of uit een instelling<br />
van gehandicaptenzorg.<br />
Het is van groot belang dat er steeds een link is met het hoofdbestuur. Een<br />
goede communicatie tussen het hoofdbestuur en de werkgroep is van<br />
cruciaal belang. Binnen deze werkgroep kan een aantal taken afgesproken<br />
worden. Wie is de voorzitter? Wie beheert de financiën? Wie verzorgt<br />
het secretariaat? Wie is de contactpersoon?<br />
Formuleren van doelstellingen<br />
PLAN VAN AANPAK 67<br />
De doelstellingen moeten zo concreet mogelijk geformuleerd worden.<br />
Best kan men ze ook op papier zetten, zodat er naderhand geen nodeloze<br />
discussies volgen.<br />
Mogelijke aandachtspunten bij het formuleren van doelstellingen kunnen<br />
de volgende zijn.<br />
• Er wordt sport aangeboden op recreatief niveau: er worden alleen aangepaste<br />
trainingen aangeboden.<br />
• De activiteiten worden aangeboden voor leerlingen uit het<br />
Buitengewoon onderwijs type 1,2 en OV 1 en 2 vanaf 10 jaar.
68 HOOFDSTUK 4<br />
• Indien de G-afdeling meer dan 10 deelnemers heeft wordt er een hulptrainer<br />
ingeschakeld.<br />
• Er wordt gesport op competitieniveau: deelname aan tornooien en<br />
competities.<br />
• De personen met een handicap zijn volwaardig lid van de vereniging,<br />
betalen lidgeld en nemen deel aan alle clubactiviteiten.<br />
• Het lidgeld moet zo laag mogelijk gehouden worden.<br />
• De trainers moeten zich minstens één keer per jaar bijscholen.<br />
• De reglementen moeten aangepast worden.<br />
• Start- en einddatum van het project.<br />
Opstellen van het actieplan<br />
Het opstellen van het actieplan is één van de belangrijkste fases van het<br />
project. Het is een concreet werkdocument waarop het hele project is<br />
gebaseerd.<br />
Hieronder tref je een opsomming aan van elementen die moeten vermeld<br />
worden in het actieplan. Het is een zo volledig mogelijke lijst van elementen<br />
waarmee je rekening moet houden bij het starten van een G-afdeling.<br />
Het is niet noodzakelijk dat je ieder punt tot in detail gaat uitwerken maar<br />
dat je vooral de grote lijnen vermeldt zodat je steeds een houvast hebt<br />
waarop je je kunt baseren.<br />
Doelgroep / Doelstellingen / Plaats / Uur / Aanbod / Contactpersoon /<br />
Trainersstaf / Start- en einddatum project / Datum kennismakingsactiviteit<br />
/ Verzekering / Promotiecampagne / Materiaal / Medische fiche /<br />
Kostprijs / Evaluatie<br />
Promotiecampagne<br />
PLAN VAN AANPAK 69<br />
De promotiecampagne is een belangrijk onderdeel van het actieplan.<br />
Het is niet altijd eenvoudig om personen met een handicap te bereiken.<br />
Personen met een verstandelijke handicap en sporters met psychische<br />
beperkingen zijn gemakkelijker te bereiken aangezien zij meestal in scholen<br />
voor bijzonder onderwijs, bezigheidshomes, dagcentra, etc. verblijven.<br />
Personen met een lichamelijke handicap zijn moeilijker te bereiken omdat<br />
zij meestal het gewone onderwijs volgen of thuis verblijven.<br />
Het bereiken is één zaak, ze sensibiliseren en ter plaatse krijgen is een<br />
andere zaak. Het is niet vanzelfsprekend dat deze mensen gaan sporten.<br />
Ze verblijven vaak in een beschermd milieu, hebben een sedentaire<br />
levensstijl, kunnen zich niet zelfstandig verplaatsen of de directe omgeving<br />
(ouders, opvoeders) is niet geïnteresseerd.<br />
Daarom is het belangrijk de promotie zo gericht mogelijk te voeren.<br />
De volgende kanalen zijn geschikt voor een gerichte promotie<br />
Mondelinge reclame / Infovergadering in een instelling of school /<br />
Verspreiden van folders en flyers via sportdiensten, gehandicaptenadviesraden,<br />
belangengroepen o.a. Katholieke Vereniging voor<br />
Gehandicapten (KVG), Vlaamse Federatie voor Gehandicapten (VFG),<br />
dokters, kinesisten, scholen (oudercomités) / Website / Regionale pers:<br />
vrije radio, regionale TV / Gemeenteblaadjes / Schoolkrantjes /<br />
Eigen clubblad
70 HOOFDSTUK 4<br />
Voorbeeld van een actieplan<br />
Project Oprichten van een G-voetbalafdeling in een gewone voetbalvereniging<br />
Doelgroep<br />
• leerlingen uit het buitengewoon onderwijs (type 1 en 2, OV 1 en 2) van<br />
10 jaar tot 18 jaar<br />
Doelstellingen<br />
• het aanbieden van aangepaste voetbaltrainingen door een gediplomeerde<br />
voetbaltrainer<br />
• deelnemen aan de provinciale G-voetbalcompetitie en G-voetbaltornooien<br />
• de G-voetballers zijn volwaardig lid van de vereniging en worden uitgenodigd<br />
voor alle clubactiviteiten<br />
Partners<br />
• Gemeentelijke Sportdienst, Provinciale Sportdienst, KBVB, instelling<br />
voor gehandicaptenzorg<br />
Plaats<br />
• de trainingen en wedstrijden vinden plaats op de jeugdterreinen<br />
Uur<br />
• trainingen iedere zondagvoormiddag van 10.00 tot 11.30 u. behalve op<br />
feestdagen<br />
Aanbod<br />
• veldvoetbal 7 tegen 7<br />
Bestuur<br />
• het bestuur van de G-afdeling is als volgt samengesteld: afgevaardigde(n)<br />
hoofdbestuur, afgevaardigde(n) ouders, opvoeder van de instelling<br />
Contactpersoon<br />
• Persoon X (naam, adres, tel.)<br />
Trainersstaf<br />
• trainer Y (naam, adres, tel.)<br />
• hulptrainers (naam, adres, tel.)<br />
• begeleiders (naam, adres, tel.)<br />
Start- en einddatum project<br />
• van 1 september tot 15 november: lessenreeks van 10 trainingen<br />
Kenningsmakingsactiviteit<br />
• zondag 24 augustus om 10.00 u.<br />
• tijdens deze activiteit kan men bijvoorbeeld komen kennismaken met de<br />
clubwerking, er wordt vrijblijvend een initiatietraining aangeboden<br />
Lidgeld<br />
• het lidgeld bedraagt € 25,00<br />
Verzekering<br />
• de leden zijn verzekerd via de landelijke sportfederatie<br />
Promotiecampagne<br />
• flyers verspreiden in de scholen van het buitengewoon onderwijs in de<br />
buurt<br />
• toelichting tijdens een vergadering van het oudercomité school<br />
Buitengewoon Onderwijs<br />
• advertentie in het gemeenteblaadje en op de website van de gemeente<br />
• advertentie in regionale reclameblaadjes<br />
• mond tot mondreclame<br />
Materiaal<br />
PLAN VAN AANPAK 71<br />
• er mag gebruikgemaakt worden van het materiaal van de vereniging:<br />
ballen, kegels, doelen, belijning
72 HOOFDSTUK 4<br />
• de materiaalmeester van de vereniging zorgt voor het beheer van het<br />
materiaal<br />
Uitrusting<br />
• sportkleding, voetbalschoenen en scheenbeschermers zijn verplicht<br />
Medische fiche<br />
• de trainer of begeleider legt een medische fiche aan van iedere G-voetballer,<br />
deze fiche is steeds aanwezig tijdens de trainingen en wedstrijden<br />
• deze fiche kan de volgende informatie bevatten: o.a. medische gegevens,<br />
gedragskenmerken, adres en telefoonnummer contactpersoon<br />
Kostprijs<br />
• er wordt een raming gemaakt van de uitgaven en inkomsten<br />
• bijkomende inkomsten worden gezocht via acties (vb. wafelenverkoop),<br />
sponsoring, subsidies (gemeente, provincie, ...)<br />
Evaluatie<br />
• na 5 trainingen wordt er een tussentijdse evaluatie gemaakt met de<br />
werkgroep<br />
• na afloop van het project wordt er een grondige evaluatie gemaakt en<br />
samen met het hoofdbestuur bekeken of het project voortgezet wordt.<br />
FASE III UITVOERINGSFASE<br />
Organiseren van kennismakingsactiviteiten<br />
Om de persoon met een handicap warm te maken voor jouw sportclub is<br />
het organiseren van initiatiedagen, sportinstuiven of kennismakingslessen<br />
aangewezen. Belangrijk hierbij is dat de drempel zo laag mogelijk wordt<br />
gehouden. Dit betekent dat de kosten zo laag mogelijk zijn, desnoods<br />
gratis, zeker in de beginfase. De deelnemers moeten eerst kunnen proeven<br />
van de clubwerking en de sporttak zonder dat hiervoor hoge eisen<br />
worden gesteld inzake lidgelden en spelregels. Het aanbod moet afgestemd<br />
worden op de mogelijkheden van de deelnemer.<br />
Start trainingen<br />
Op de afgesproken datum wordt er gestart met de trainingen. In het begin<br />
zal er een groot onderling niveauverschil zijn tussen de deelnemers.<br />
Algemeen kun je stellen dat de groep uit maximaal een 10-tal deelnemers<br />
moet bestaan. Indien er meer deelnemers zijn moeten bijkomende hulptrainers<br />
ingeschakeld worden.<br />
Leden inschrijven<br />
Het uiteindelijke doel is dat de personen met een handicap zich inschrijven<br />
na een kennismakingsperiode. Dit kan bijvoorbeeld na een proefperiode<br />
van 3 trainingen. Houd er rekening mee dat de lidgelden democratisch zijn.<br />
Contactpersoon<br />
PLAN VAN AANPAK 73<br />
Binnen de werkgroep moet er een contactpersoon aangeduid worden.<br />
Deze persoon zal dan in de toekomst het aanspreekpunt blijven, hij vormt<br />
ook de link met het hoofdbestuur. Vooral voor personen met een verstandelijke<br />
handicap en personen met een psychische beperking is dit belangrijk<br />
aangezien zij nood hebben aan een houvast en duidelijke structuren.<br />
De contactpersoon en/of trainer kan best een fiche met medische en persoonlijke<br />
gegevens aanleggen van de leden. Vaak gaat de handicap
74 HOOFDSTUK 4<br />
gepaard met bijkomende aandoeningen of gedragsproblemen en als trainer<br />
moet men weten hoe te handelen als er onverhoopt iets mis gaat.<br />
Mensen met een verstandelijke handicap kunnen zich niet altijd op de juiste<br />
manier uitdrukken. Bij het verzamelen van de medische gegevens moet<br />
men wel rekening houden dat deze gegevens steeds vertrouwelijk behandeld<br />
worden. De trainer kan deze fiches best steeds bij zich hebben tijdens<br />
de trainingen en wedstrijden. De gegevens kunnen verzameld worden<br />
bij een kennismakingsgesprek tijdens de eerste trainingen.<br />
FASE IV EVALUATIEFASE<br />
Tussentijdse evaluatie<br />
Als het project enkele weken loopt kan je best al eens evalueren. Dit kan<br />
informeel via gesprekken met de deelnemers of begeleiders, maar het is<br />
ook aangewezen om bijv. na vijf trainingen een vergadering te beleggen<br />
met de werkgroep en te bekijken waar er bijgestuurd moet worden.<br />
Einde project<br />
Na afloop van het project moet er een grondige evaluatie gebeuren. Hierbij<br />
kun je alle stappen van het actieplan systematisch overlopen.<br />
Tijdens deze evaluatie kun je de volgende vragen stellen<br />
• Zijn de doelstellingen bereikt?<br />
• Was er voldoende respons? Hebben we onze doelgroep bereikt?<br />
Waren er voldoende deelnemers?<br />
• Kon de trainer zich aanpassen aan het niveau van de groep? Werden<br />
de trainingen op maat aangeboden?<br />
• Zijn er voldoende vrijwilligers die de trainer kunnen helpen?<br />
• Zijn de trainingsuren en de ruimte geschikt? Is het materiaal aangepast?<br />
• Waar liggen de knelpunten?<br />
• Zijn de financiële middelen toereikend?<br />
Toekomstplanning<br />
PLAN VAN AANPAK 75<br />
Na een grondige eindevaluatie kan bekeken worden of het project voortgezet<br />
wordt. In het meest gunstige geval kan overwogen worden om het<br />
project uit te breiden of het een permanent karakter te geven. In dat geval<br />
kan de werkgroep omgevormd worden tot een bestuur voor de G-afdeling<br />
naar analogie met bijv. jeugdbesturen die in vele sportclubs bestaan.
5<br />
ALGEMEEN BESLUIT
5<br />
ALGEMEEN BESLUIT<br />
ALGEMEEN BESLUIT 79<br />
Sport voor personen met een handicap krijgt de laatste jaren steeds meer<br />
aandacht. Nooit was de mediabelangstelling zo groot dan tijdens de<br />
Paralympics in Athene 2004. Met een beperkte delegatie van slechts 26<br />
atleten wisten onze paralympische atleten 7 medailles in de wacht te slepen.<br />
Ook de Special Olympics Belgium die ieder jaar tijdens het Onze-<br />
Lieve-Heer-hemelvaartweekend worden georganiseerd, kunnen rekenen<br />
op veel belangstelling van pers en publiek.<br />
Toch is de sportparticipatie van personen met een handicap nog zeer klein<br />
in vergelijking met de reguliere sportbeoefening. Onderzoek heeft aangetoond<br />
dat slechts 3% van de gehandicapte populatie regelmatig aan sport<br />
doet. Dit betekent dat er nog veel werk aan de winkel is om de sportparticipatie<br />
te verhogen.<br />
Om meer personen met een handicap aan het sporten te krijgen op regelmatige<br />
basis en in kwaliteitsvolle omstandigheden, is het noodzakelijk dat er<br />
meer sportmogelijkheden gecreëerd worden. Daar waar het mogelijk is moet<br />
dit zoveel mogelijk geïntegreerd gebeuren in bestaande sportclubs. Vandaar<br />
dat we ook steeds meer de term G-Sport hanteren. Deze term staat niet<br />
alleen voor gehandicaptensport maar ook voor geïntegreerd sporten.<br />
Toch is het niet vanzelfsprekend om een G-afdeling in een gewone sportclub<br />
op te richten. Als de intentie er is om een G-afdeling op te richten, weten de<br />
sportclubs vaak niet goed hoe ze eraan moeten beginnen. De trainers zijn<br />
niet opgeleid, de sportaccommodatie is niet aangepast, men weet niet waar
80 HOOFDSTUK 5<br />
en hoe ze de gehandicapten moeten bereiken, de geïnteresseerden geraken<br />
niet op de sportclub omdat er geen aangepast vervoer is. Kortom, er zijn tal<br />
van knelpunten die veel sportclubs beletten om de stap te zetten.<br />
In deze brochure hebben we getracht tips en suggesties mee te geven die<br />
bruikbaar zijn bij het oprichten van een G-afdeling. In het eerste hoofdstuk<br />
hebben we een beeld geschetst van de organisatievormen in en buiten<br />
België. Er bestaan zeer veel organisatievormen, zeker in <strong>Vlaanderen</strong>. Het is<br />
moeilijk om door het bos de bomen te zien. We hebben getracht duidelijkheid<br />
te scheppen in "Wie doet wat voor wie?". Indien de G-sport in<br />
<strong>Vlaanderen</strong> verder wenst te ontwikkelen zullen alle (gehandicapten)-sportfederaties<br />
en organisaties die zich bezighouden met G-sport de handen in<br />
elkaar moeten slaan. Hoofdstuk twee geeft een overzicht van de soorten<br />
handicaps. Dit is belangrijke informatie aangezien de onderlinge verscheidenheid<br />
zeer groot is en de persoon met een handicap niet in één hokje te<br />
plaatsen is. Hoofdstuk drie laat zien dat er rekening gehouden moet worden<br />
met een aantal knelpunten. Knelpunten die persoonsgebonden zijn maar<br />
ook in de directe omgeving kunnen er belemmeringen zijn. Het wegwerken<br />
van deze knelpunten is een uitdaging waar we voorstaan. In hoofdstuk vier<br />
ten slotte wordt in vier fases een plan van aanpak voorgesteld. Belangrijk<br />
hierbij is dat het idee gedragen wordt door een aantal mensen in de club en<br />
dat er planmatig wordt gewerkt met duidelijke doelstellingen en afspraken.<br />
Deze brochure heeft niet de pretentie om allesomvattend te zijn. Het is geen<br />
kant-en-klare handleiding die succes garandeert maar wel een hulpmiddel<br />
dat je een flink eind op weg kan helpen. Het integreren van G-sporters in<br />
ALGEMEEN BESLUIT 81<br />
een sportvereniging is steeds een langdurig proces. Het beste is om kleinschalig<br />
te starten en langzaam te groeien. Indien de uitbouw van een dergelijk<br />
project weloverwogen en gestructureerd gebeurt zal de kans op succes<br />
des te groter zijn. Zo kunnen steeds meer personen met een handicap<br />
aansluiten bij gewone sportclubs en zal de integratie steeds vlotter verlopen.
NUTTIGE ADRESSEN
84 HOOFDSTUK 1<br />
Provinciale<br />
Sportdiensten/Brussels Gewest<br />
<strong>Provincie</strong> Antwerpen<br />
Vera Adams<br />
Huis van de Sport<br />
Boomgaardstraat 22 bus 1<br />
2600 Antwerpen<br />
T 03 240 62 97<br />
F 03 240 62 99<br />
E vera.adams@sportdienst.provant.be<br />
W www.sportdienstprovant.be<br />
<strong>Provincie</strong> Limburg<br />
Ronny Wasiak<br />
Provinciale Sportdienst<br />
Universiteitslaan 1<br />
3500 Hasselt<br />
T 011 23 72 60<br />
F 011 23 72 10<br />
E rwasiak@limburg.be<br />
W www.limburg.be/sport<br />
<strong>Provincie</strong> Vlaams-Brabant<br />
Lieve Callens<br />
Provinciale Sportdienst<br />
<strong>Provincie</strong>plein 1<br />
3000 Leuven<br />
T 016 26 76 57<br />
F 016 26 76 51<br />
E lcallens@vl-brabant.be<br />
W www.vl-brabant.be<br />
Brussels Hoofdstedelijk Gewest<br />
Valentine Tack<br />
Sportdienst Vlaamse<br />
Gemeenschapscommissie<br />
Leopold II-laan 178<br />
1080 Brussel<br />
T 02 413 04 43<br />
F 02 413 04 31<br />
E valentine.tack@vgc.be<br />
W www.digitaalbrussel.be<br />
<strong>Provincie</strong> Oost-<strong>Vlaanderen</strong><br />
Katrien De Clercq<br />
Dienst Sport - CAS<br />
Huis van de Sport<br />
Zuiderlaan 13<br />
9000 Gent<br />
T 09 243 12 42<br />
F 09 243 12 49<br />
E katrien.de.clercq@oost-vlaanderen.be<br />
W www.oost-vlaanderen.be<br />
<strong>Provincie</strong> <strong>West</strong>-<strong>Vlaanderen</strong><br />
Provinciale Sportdienst<br />
Erika De Brabant<br />
Doornstraaat 114<br />
8200 Brugge<br />
T 050 40 76 86<br />
F 050 40 76 87<br />
E erika.de_brabant@west-vlaanderen.be<br />
W www.west-vlaanderen.be<br />
Gehandicaptensportfederaties/<br />
Organisaties<br />
Vlaamse Liga Gehandicaptensport<br />
(VLG vzw)<br />
Huis van de Sport<br />
Zuiderlaan 13<br />
9000 Gent<br />
T 09 243 11 70<br />
F 09 243 11 79<br />
E vlgvzw@skynet.be<br />
W www.vlg.be<br />
Vlaamse Federatie voor Sport en<br />
Recreatie in de geestelijke gezondheidszorg<br />
(Psylos)<br />
Valkerijgang 26<br />
3000 Leuven<br />
T 016 22 04 15<br />
F 016 23 24 55<br />
E info@psylos.be<br />
W www.psylos.be<br />
Recreatief Aangepast Sporten<br />
(Recreas vzw)<br />
Sint-Jansstraat 32-38<br />
1000 Brussel<br />
T 02 515 02 54<br />
F 02 511 50 76<br />
E info@recreas.be<br />
W www.recreas.be<br />
Special Olympics Belgium vzw<br />
Van der Meerschenlaan 166b<br />
T 02 779 93 13<br />
F 02 779 98 73<br />
E administration@specialolympics.be<br />
W www.specialolympics.be<br />
Stichting Vlaamse Schoolsport<br />
Steenweg op Jette 229<br />
1080 Brussel<br />
T 02 420 06 80<br />
F 02 420 31 71<br />
E svs@schoolsport.be<br />
W www.schoolsport.be<br />
Belgian Paralympic Committee<br />
P/a Marathonlaan 1<br />
1020 Brussel<br />
T 071 48 99 90<br />
F 071 41 68 77<br />
Vlaamse Trainersschool<br />
NUTTIGE ADRESSEN 85<br />
Zandstraat 3<br />
1000 Brussel<br />
Sportkaderopleidingen gehandicaptensport<br />
T 02 209 47 24<br />
E nicole.bossaerts@bloso.be<br />
W www.bloso.be/public/trainer
88 HOOFDSTUK 1<br />
Literatuurlijst<br />
Eindrapport "Determinanten van sportgedrag bij personen met een handicap in<br />
<strong>Vlaanderen</strong>", studie uitgevoerd in opdracht van de Vlaamse Gemeenschap<br />
- Vlaams minister van Sport, de heer Marino Keulen; januari 2004; promotoren<br />
prof. Y. Vanlandewijck, Ph.D. en P. Van de Vliet, Ph.D.; wetenschappelijke<br />
medewerkers B. Gers, J. Van Gestel en V. Tack Faculteit<br />
Lichamelijke opvoeding en kinesitherapie, departement revalidatiewetenschappen,<br />
onderzoekseenheid adapted physical activity van de<br />
Katholieke Universiteit Leuven<br />
"Mensen met een handicap in de sportvereniging - Inleiding"<br />
"Mensen met een handicap in de sportvereniging - Plan van aanpak - Werving en<br />
behoud van leden met een verstandelijke handicap"<br />
"Mensen met een handicap in de sportvereniging - Plan van aanpak - Werving en<br />
behoud van leden met een lichamelijke handicap"<br />
Een uitgave van NOC*NSF (Postbus 302, 6800 AH Arnhem, Nederland)<br />
in samenwerking met IOS, NEBAS en NSG ; publicatienummer :<br />
NOC*NSF 391 en 392, 2° druk, 2000.