Winter - Actorion
Winter - Actorion
Winter - Actorion
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Jaargang 5, nummer 4 Uitgave winter 2007 Prijs ¤ 4,95<br />
Stadsregio Arnhem Nijmegen<br />
Magazine voor overheid en bedrijfsleven<br />
Thema: Duurzaamheid<br />
Jan van der Meer over Nijmeegse energiebesparing<br />
Gemeenten en duurzame inkoop<br />
De houdbaarheidsdatum van de bebouwde omgeving
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen is een<br />
business-to-business magazine voor overheid en<br />
bedrijfsleven dat vier keer per jaar wordt uitgegeven door<br />
<strong>Actorion</strong> Communicatie Adviseurs in een oplage<br />
van 12.000 exemplaren.<br />
www.netwerkkan.nl<br />
Redactieadres<br />
<strong>Actorion</strong> Communicatie Adviseurs<br />
Rozendaalselaan 14<br />
6881 LC Velp<br />
T 026 – 443 82 87<br />
F 026 – 389 25 48<br />
E adviseurs@actorion.nl<br />
Redactieraad<br />
Marloes Borgman, Gemma Schoot (eindredacteur),<br />
Peter Smit (hoofdredacteur), Susanne Swaters<br />
Concept & Realisatie<br />
<strong>Actorion</strong> Communicatie Adviseurs<br />
Basisontwerp & Vormgeving<br />
Ontwerpbureau NEO, Velp<br />
Fotografie & Visuals<br />
Hans Blanken, Katja Elmendorp, Rob Gieling, René Jansen,<br />
Luuk van der Lee, Ron Moes, Goedel Monnens, William Moore,<br />
Gemeente Nijmegen, Ontwikkelcombinatie Heijmans-Hendriks,<br />
Rens Plaschek, Marianne van Sommeren,<br />
Susan Swaters, Gerard Titulaer<br />
Druk<br />
Drukkerij Gelderland, Arnhem<br />
Bladmanagement<br />
<strong>Actorion</strong> Communicatie Adviseurs<br />
Gratis toezending<br />
Bestuurders in de Stadsregio Arnhem Nijmegen<br />
Directeuren, managers en beleidsambtenaren van<br />
(semi-)overheidsorganisaties in de stadsregio<br />
Directeuren en managers van bedrijven in de stadsregio<br />
Losse nummers zijn verkrijgbaar bij<br />
<strong>Actorion</strong> Communicatie Adviseurs voor € 4,95<br />
Copyright<br />
Het auteursrecht op de artikelen uit Netwerk magazine<br />
berust bij <strong>Actorion</strong> Communicatie Adviseurs.<br />
Zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de<br />
uitgever mag niets uit deze opgave worden verveelvoudigd<br />
en/of openbaar gemaakt door middel van druk, microfilm,<br />
fotokopie, scan of op welke andere wijze dan ook.<br />
Uitgave<br />
<strong>Winter</strong> 2007<br />
Het volgende nummer van Netwerk Stadsregio Arnhem<br />
Nijmegen verschijnt in maart 2008<br />
Partners<br />
Breed, Nijmegen<br />
Cito, Arnhem<br />
Drukkerij Gelderland, Arnhem<br />
Euregio Rijn-Waal, Kleve<br />
Gemeente Arnhem<br />
Gemeente Nijmegen<br />
GIBO Groep Accountants en Adviseurs, Arnhem<br />
Grondexploitatiemaatschappij (GEM) Waalsprong, Nijmegen<br />
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen<br />
Instituut Janssen-de Lorijn, Nijmegen<br />
JDI ICT, Dieren<br />
Kadaster Directie Gelderland, Arnhem<br />
Karst Grit Media, Renkum<br />
Keizer Karel Podia, Nijmegen<br />
KuiperBouwgroep Bouw & Ontwikkeling, Arnhem<br />
Landgoed Avegoor, Ellecom<br />
Maassen van den Brink (Hästens), Velp<br />
NOC*NSF, Arnhem<br />
Novio Express, Nijmegen<br />
Nysingh advocaten - notarissen N.V., Arnhem<br />
Performatica bv, Nijmegen<br />
Stadsregio Arnhem Nijmegen, Nijmegen<br />
Stichting De Driestroom, Elst<br />
Synthese Adviesgroep, Arnhem<br />
Stadsregio Arnhem Nijmegen<br />
Colofon Inhoudsopgave<br />
van de redactie<br />
burgemeester in beeld<br />
column<br />
column<br />
column<br />
column<br />
2 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
3<br />
5<br />
6<br />
11<br />
12<br />
14<br />
16<br />
18<br />
19<br />
21<br />
22<br />
25<br />
26<br />
27<br />
28<br />
30<br />
31<br />
32<br />
33<br />
34<br />
36<br />
39<br />
40<br />
41<br />
43<br />
44<br />
45<br />
47<br />
49<br />
50<br />
53<br />
54<br />
55<br />
56<br />
57<br />
Beleid in Beeld<br />
Jan van der Meer over Nijmeegse energiebesparing<br />
Jan van Zomeren van Heumen<br />
Energietransitie<br />
Gemeenten en duurzaam inkopen<br />
Euregio wint europese prijs<br />
Jaap Modder<br />
Stadsregionaal<br />
De EU-jurk, een cadeautje van de stadsregio<br />
Stadsregionale aanpak Eureka werkt<br />
Mooie opbrengst voor oogkliniek in Ghana<br />
Ronald Migo<br />
Zevenaarse woonwijk krijgt energie via hout<br />
Rabobank: duurzaam ondernemen is durven<br />
Het Safari Meeting Centre van Burgers’ Zoo<br />
Toeristische campagne voor de hele Liemers<br />
HAN-studenten op MVO-pad<br />
Focus op Arnhem<br />
Arnhem verdient goedkeuring van Al Gore<br />
De houdbaarheidsdatum van de bebouwde omgeving<br />
Verwacht in Arnhem: Spaanse Pasión<br />
Monique Leyenaar<br />
Het eigen klantervaringsonderzoek van De Driestroom<br />
Performatica traint zorgenden in omgaan met agressie<br />
bd architectuur<br />
Nieuw arbeidsmarktproject van Breed in Wijchen<br />
Het nieuwe imago van NOC*NSF<br />
Synthese over de gescheiden afvalinzameling<br />
Lumion, het nieuwe bedrijf van <strong>Actorion</strong><br />
Novio ijvert voor vrije busbanen<br />
EU-jaar van de Gelijke Kansen<br />
EU-jaar van de Interculturele Dialoog<br />
Pieter van Dijk<br />
Partnernieuws
van de redactie<br />
het bruist rond het<br />
thema duurzaamheid<br />
“Duurzame ontwikkeling is een ontwikkeling die voorziet in de behoeften van<br />
de huidige generatie, zonder daarmee voor toekomstige generaties de mogelijkheid<br />
in gevaar te brengen om ook in hun behoeften te voorzien.”<br />
Het was in 1987 de definitie die Gro Harlem Brundtland liet<br />
vastleggen in het rapport: ‘Our Common Future’. Het was het<br />
verslag van de Wereld Commissie voor Milieu en Ontwikkeling,<br />
ingesteld door de Algemene Vergadering van de Verenigde<br />
Naties. De toenmalig premier van Noorwegen was voorzitter<br />
van deze commissie.<br />
Sindsdien is duurzame ontwikkeling meer en meer een inspiratiebron<br />
voor velerlei innovaties en nieuwe visies op het maatschappelijk<br />
leven van nu en van de toekomst geworden.<br />
Een nieuwe trend is Cradle to Cradle (van wieg tot wieg), een<br />
ontwerpconcept van architect William McDonough en chemicus<br />
Michael Braungart op basis van eco-effectiviteit. C2C<br />
betekent dat producten dusdanig moeten zijn ontworpen, dat<br />
zij na gebruik op een hoogwaardige manier kunnen worden<br />
hergebruikt in een nieuw product of een voedende functie<br />
moeten hebben (afval is voedsel). McDonough en Braungart<br />
ontleenden het principe aan de werking van ecosystemen,<br />
waarin het ene organisme een functie heeft voor andere<br />
organismen.<br />
Het bruist momenteel in de samenleving van creativiteit,<br />
enthousiasme en vernieuwingsdrang rond het thema<br />
Duurzaamheid. Het bedrijfsleven ontwikkelt vernuftige innovaties,<br />
overheden schrijven begeesterde nota’s en profileren<br />
zich als aanjager van de vernieuwing.<br />
In dit nummer van Netwerk vindt u een bescheiden neerslag<br />
van de dynamiek rond duurzaamheid. Te beginnen in het<br />
interview met wethouder Milieu van Nijmegen, Jan van der<br />
Meer. Hij verstaat de kunst de dingen zowel in het grote als in<br />
het kleine perspectief te zien. Precies wat je hebben moet nu<br />
de samenleving voor zo’n massale gedragsverandering staat<br />
als nu: energieneutraal produceren en consumeren. Van het<br />
kabinet moeten we daarmee in 2020 dertig procent reductie<br />
van de uitstoot van broeikasgassen bereiken (ten opzichte<br />
van 1990).<br />
Een deel van de geplande CO2-reductie is in de bouwwereld<br />
te winnen, zo blijkt uit het artikel over EnergieTransitie. Half<br />
december wordt er een aanbestedingsprocedure gepubliceerd<br />
voor een aantal nieuwbouw- en renovatieprojecten van elk<br />
vijftig woningen, waarin energietransitie centraal staat. Iedere<br />
woning in deze projecten moet een CO2-reductie van 45 procent<br />
realiseren. Het ontwerpen van deze woningen is een uitdaging<br />
van formaat, die daarna niet ophoudt, want de kennis<br />
en de toepassingen ervan moet blijvend worden doorontwikkeld<br />
en doorgegeven.<br />
Gemeenten doen mee via duurzaam inkopen. En dat hoeft<br />
echt geen duurkoop te zijn.<br />
De Stadsregio Arnhem Nijmegen investeert in een klimaatbestendige<br />
stadsregio, in innovatie, duurzaam openbaar vervoer,<br />
P+R-plaatsen en ketenmobiliteit. De Zevenaarse woonwijk<br />
Groot-Holthuizen krijgt een op biomassagestookte installatie.<br />
Het is niet alleen techniek wat de klok slaat. Je kunt ook duur-<br />
zaam ondernemen, en leren bedrijven daarover te adviseren.<br />
Ronald Migo, de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en de<br />
Rabobank kiezen deze invalshoek.<br />
Monique Leyenaar houdt de politiek het duurzaamheidsgehalte<br />
van de democratie voor. Zo breed kan een thema zijn.<br />
Ik wens u een prettige jaarwisseling.<br />
Veel leesplezier!<br />
Peter Smit, hoofdredacteur<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 3
Buitenaards<br />
Ervaar de emotionele kracht van het drukwerk van Drukkerij Gelderland.<br />
Bel 026 - 384 01 84 voor een inspirerende kennismaking of een altijd concurrerende offerte.<br />
Mercatorweg 18 6827 DC Arnhem<br />
info@drukkerijgelderland.nl
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 5
Jan Van der Meer: “Ik ben geen idealist meer, maar heb nog wel idealen”<br />
Tekst Hans Rebers, Gemma Schoot<br />
Fotografie Rens Plaschek<br />
wethouder denkt in het<br />
groot en in het klein<br />
Jan van der Meer houdt wel van een uitdaging. Als wethouder Mobiliteit,<br />
Groen, Milieu en Recreatie van Nijmegen stelt hij ambitieuze, concrete doelen.<br />
Niet voor 2020, maar voor het einde van de collegeperiode. “Nijmegen moet<br />
straks glinsteren van de zonnepanelen.”<br />
Het kabinet wil dat Nederland energie gaat besparen. Een<br />
energiebesparing van twee procent per jaar moet in 2020<br />
voor een energiereductie van dertig procent ten opzichte<br />
van 1990 zorgen. Ook moet tegen die tijd twintig procent van<br />
het totale energiegebruik duurzame energie zijn. Nijmegen<br />
zou Nijmegen niet zijn als het niet nóg ambitieuzere doelen<br />
zou stellen. Want was Nijmegen bijvoorbeeld niet de eerste<br />
Nederlandse gemeente met een Plan van Aanpak voor wat<br />
betreft de kwaliteit van de lucht? Verantwoordelijk voor de<br />
ambitieuze doelstellingen is Jan van der Meer, die zich als<br />
wethouder Mobiliteit, Groen, Milieu en Recreatie bezighoudt<br />
met het milieubeleid van Havana aan de Waal.<br />
Idealen<br />
De jaren tachtig zijn de vormende jaren voor Van der Meer. De<br />
media brengen apocalyptische toekomstbeelden: zure regen<br />
zorgt voor het “große Waldsterben”, Cfk’s uit spuitbussen en<br />
koelkasten verwoesten de ozonlaag. Het zijn zulke berichten<br />
waardoor Van der Meer steeds meer geïnteresseerd raakt<br />
in milieuvraagstukken. De opkomst van Joscka Fischer en<br />
‘Die Grünen’ maakt dat hij zich actief bezig gaat houden met<br />
‘groene politiek’.<br />
Op 25-jarige leeftijd begint Van der Meer met de studie politicologie.<br />
In die tijd is hij een echte idealist. Van der Meer: “Ik las<br />
veel boeken over vraagstukken op het raakvlak van economie<br />
en milieu. Met name ‘Small is beautiful’ van E.F. Schumacher<br />
en ‘The Turning Point” van Fritjof Capra hebben me beïnvloed.<br />
Ook hield ik me bezig met actievoeren en campagnes voor<br />
een beter milieu. Tegenwoordig ben ik veel pragmatischer<br />
ingesteld. Dat wil niet zeggen dat ik mijn idealen kwijt ben,<br />
integendeel. Ik zeg vaak dat ik geen idealist meer ben, maar<br />
dat ik nog wel idealen heb. Ik ga dan ook nog steeds honderd<br />
procent voor de dingen waarin ik geloof.”<br />
Na zijn studie werkt Van der Meer in diverse functies, veelal<br />
6 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
gerelateerd aan milieuvraagstukken en groene politiek. Ook<br />
wordt hij actief in de Nijmeegse lokale politiek, bij De Groenen.<br />
In 1998 haalt de partij twee zetels en komt Van der Meer in<br />
de raad. Ondertussen krijgen de landelijke Groenen bij verkiezingen<br />
maar geen voet tussen de deur van de Tweede Kamer,<br />
wat zijn weerslag heeft op de Nijmeegse fractie. Steeds meer<br />
mensen haken af en de partij is op sterven na dood. Van der<br />
Meer en Bea van Zijll de Jong–Lodenstein gaan verder als<br />
Stadspartij Leefbaar Nijmegen. Interne strubbelingen zorgen<br />
ervoor dat Van der Meer niet veel later alleen verder gaat.<br />
“Het was al snel duidelijk dat ik daar niet op mijn plaats was. Ik<br />
besloot de overstap naar GroenLinks te maken. Omdat ik een<br />
van de oprichters van de afdeling was, stond de Stadspartij<br />
mij toe om voor GroenLinks in de raad te gaan zitten. Heel<br />
bijzonder, want daarmee werd vrijwillig een zetel afgestaan<br />
aan een andere partij.” Van der Meer wordt dat jaar eveneens<br />
hoofd voorlichting en communicatie van het landelijke bureau<br />
van GroenLinks.<br />
Klimaatplan<br />
Sinds april 2006 is Van der Meer wethouder. Daar waar hij<br />
vroeger minder parlementaire paden bewandelde om zijn idealen<br />
te verwezenlijken, doet hij dat nu als onderdeel van het<br />
bestuur van Nijmegen. Omdat het oude klimaatplan van de<br />
gemeente eind dit jaar afloopt, is de raad druk bezig met een<br />
nieuwe versie. Hierop vooruitlopend vertelt Van der Meer: “Er<br />
zijn allerlei steden die dappere, maar verafgelegen en abstracte<br />
doelstellingen stellen, zoals de gemeente klimaatneutraal in<br />
2020. Dat deden wij ook in de jaren negentig. Vervolgens was<br />
er geen mens die zich er aan hield en na een tijdje was iedereen<br />
het zelfs weer helemaal vergeten. Vandaar dat ik concrete<br />
doelstellingen voor de korte termijn heb geformuleerd.”<br />
De doelstellingen van Van der Meer gaan met name over<br />
energiebesparing. “Er is al veel gedaan aan het terugdringen
Paspoort<br />
Naam: J.W.M. van der Meer<br />
Geboortedatum: 27 januari 1965<br />
Geboorteplaats: Mill (Noord-Brabant)<br />
Burgerlijke staat: Samenwonend<br />
Opleidingen<br />
1988-1989 Propedeuse Maatschappelijk<br />
werk, hogeschool van Arnhem<br />
1989-1995 Politicologie, Radboud<br />
Universiteit Nijmegen<br />
van vervuiling van bodem en water. Het ware probleem is<br />
echter de opwarming van de aarde door uitstoot van CO2. Dat<br />
is al die decennia gewoon doorgegaan en dan ook nog eens<br />
exponentieel. We zijn met teveel, gebruiken te veel en dat<br />
in een te hoog tempo. Dát is de kern van het probleem. Het<br />
heeft dus alles te maken met bevolkingsgroei en economische<br />
groei. Ons economisch systeem hebben we zo ingericht dat we<br />
moeten blijven streven naar economische groei. Elk jaar moet<br />
er zoveel procent bij, anders valt het zaakje stil. Zelfs met één<br />
procent groei komen we al in economische problemen. En dan<br />
hebben we het nog steeds over groei nota bene. Allemaal over<br />
de rug van de natuur en ten koste van de bewoners van de<br />
zogeheten ontwikkelingslanden. Een andere boosdoener is de<br />
toenemende wereldbevolking. Zelfs in een land als Nederland<br />
neemt de bevolking nog jaarlijks toe. Ik word er eerlijk gezegd<br />
wel eens moedeloos van als ik zie hoeveel mensen drie of zelfs<br />
meer kinderen nemen. Net alsof we hier níet in het dichtstbevolkte<br />
Westerse land leven. Waar komt dat toch vandaan?”<br />
Ondanks dit wat sombere beeld blijft Van der Meer zich volledig<br />
inzetten voor datgene waarin hij gelooft: “Al Gore’s<br />
documentaire ‘An Inconvenient Truth’ heeft ook mijn ogen heropend<br />
voor het enorme belang om de opwarming van de aarde<br />
tegen te gaan. Het heeft me weer herinnerd aan de reden<br />
waarom ik me al die jaren zo ingezet heb voor deze zaak.”<br />
De doelstellingen van Van der Meer en de gemeente Nijmegen<br />
zijn dan ook uiterst ambitieus. Daar waar de rijksoverheid<br />
Loopbaan<br />
1995-1996 Programmeur politieke<br />
coverstory<br />
debatten bij politiek-cultureel<br />
centrum O42<br />
1996-1999 Wetenschappelijke medewerker<br />
Eerste Kamer-lid Marten<br />
Bierman<br />
1999-2000 Pr-medewerker Das & Boom<br />
2001-2001 Projectleider Milieudefensie<br />
2001 – 2006: Hoofd voorlichting en<br />
communicatie GroenLinks<br />
2006 – heden: Wethouder Mobiliteit, Milieu,<br />
Groen en Recreatie<br />
1998-2006 Gemeenteraadslid<br />
Nevenfuncties<br />
Uit hoofde van het wethouderschap:<br />
Lid van algemeen bestuur Stadsregio Arnhem-Nijmegen<br />
Lid van algemeen bestuur gemeenschappelijke<br />
regeling MARN (Milieusamenwerking Afvalverwerking<br />
Regio Nijmegen)<br />
Lid namens Nijmegen van Stuurgroep Park Lingezeegen<br />
streeft naar een energiebesparing van twee procent per jaar,<br />
gaat Nijmegen voor een jaarlijkse reductie van drie procent.<br />
Om dit te realiseren wil de gemeente een campagne richten<br />
op zowel de individuele burger, het bedrijfsleven als woningcorporaties.<br />
Van der Meer: “Een van de programma’s voor het<br />
bedrijfsleven is een zogeheten energiescan. Deze vindt plaats<br />
op een ‘no cure no pay’-basis. Met andere woorden, wanneer<br />
de door ons voorgestelde maatregelen geen energiebesparing<br />
tot gevolg hebben, betalen wij de rekening van de scan.<br />
Om bedrijven extra te motiveren, hebben we ook een soort<br />
competitie-element ingebouwd. In samenwerking met Royal<br />
Haskoning hebben we het Nijmeegs Energie Convenant (NEC)<br />
opgesteld. De bedrijven en organisaties die hieraan meedoen<br />
verplichten zichzelf hun CO2-uitstoot aanzienlijk te verminderen,<br />
nog meer dan de gemeentelijke doelstelling. Het is de<br />
bedoeling dat er twintig vooraanstaande Nijmeegse bedrijven<br />
in deze kopgroep terecht komen.* Vervolgens moet er een<br />
soort wedloop ontstaan, waarbij andere bedrijven proberen<br />
om op deze lijst te komen en bedrijven uit de kopgroep hun<br />
positie proberen te behouden. We hopen dat dit competitieelement<br />
bedrijven nog meer aanzet zich in te spannen voor<br />
energiebesparende maatregelen.”<br />
Zonnekrachtteam<br />
Een ander initiatief is het zonnekrachtteam. Dit team houdt<br />
zich bezig met de vraag: ‘Hoe maak je van zonne-energie een<br />
succes in Nijmegen?’ Het bestaat uit onder andere Ad Lansink<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 7
Wethouder Jan van der Meer met de winnaars van de tuinenwedstrijd 2007 op het winnende balkon in de categorie balkon- en geveltuinen. Het lijkt<br />
op Hollandse oubolligheid, maar de achtergrond van deze wedstrijd is serieus. “In de stad is het gemiddeld genomen altijd zo’n vijf graden warmer dan<br />
daarbuiten. Groen heb je nodig om de warmte en CO2 op te nemen. Zeker in deze tijd van klimaatverandering. En omdat Nijmegen een compacte stad<br />
is met weinig plek voor nieuwe bomen, moeten we ook bekijken hoe we ‘verticaal groen’ kunnen aanleggen. Zo’n wedstrijd zorgt ervoor dat mensen<br />
erop gewezen worden en enthousiast mee gaan doen.”<br />
(voorzitter, voormalig Tweede Kamer-lid CDA) en medewerkers<br />
van de Radboud Universiteit, de Rabobank en Electrabel.<br />
Het idee hiervoor ontstond eigenlijk bij toeval. Van der Meer<br />
was op vakantie in het Zuidduitse Freiburg. Hij kwam in<br />
gesprek met lokale bestuurders en toen bleek dat zij daar al<br />
heel ver waren met toepassingen van zonne-energie. Van der<br />
Meer: “Freiburg is te vergelijken met Nijmegen: een universiteitsstad<br />
met een roodgroen bestuur en een groene burgemeester.<br />
De mensen daar vertelden me over de plannen die er<br />
waren voor de bouw van een kerncentrale in de omgeving van<br />
Freiburg. Deze hadden tot enorme weerstand en protesten uit<br />
de samenleving geleid. Ook heeft het de vraag doen rijzen hoe<br />
ze dan eigenlijk wél aan hun energie willen komen.”<br />
Het antwoord was: met zonne-energie. Het heeft Van der<br />
Meer geïnspireerd hier ook in Nijmegen flink op in te zetten:<br />
“We hebben uitgerekend dat als we alle daken van onze<br />
publieke gebouwen, zoals sporthallen, wijkcentra en scholen,<br />
zouden beleggen met zonnepanelen, we in acht procent van<br />
de energiebehoefte van de stad kunnen voorzien. Wanneer<br />
een huishouden twee zonnepanelen in gebruik neemt, voldoet<br />
dat gezin aan de energiebesparingsdoelstelling van drie<br />
procent. Het mooiste zou uiteraard zijn als er veel zogeheten<br />
energie-plus-woningen komen. Dit zijn woningen die zoveel<br />
zonne-energie aanmaken, dat ze het zelf niet eens allemaal<br />
8 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
nodig hebben. In Duitsland is het zo dat de traditionele energieleveranciers<br />
deze energie tegen een vaste hoge prijs af<br />
moeten nemen van de particulieren. Dit wordt vervolgens verrekend<br />
in de prijs voor vuile stroom, die daardoor nog minder<br />
aantrekkelijk wordt. Deze hoge wettelijk vastgestelde terugleververgoeding<br />
zet pas echt zoden aan de dijk. De panelen<br />
zijn in Duitsland niet aan te slepen. In Nederland houdt men<br />
het helaas nog bij het subsidiëren van de zonnepanelen, mijns<br />
inziens minder effectief dan de Duitse maatregelen.”<br />
Overstappen op aardgas<br />
Ook het veel zuinigere Nieuwe Rijden wordt gepromoot door<br />
de gemeente. Omdat het bestuur graag het goede voorbeeld<br />
geeft, hebben gemeenteraadsleden zelfs rijles gehad om de<br />
grondbeginselen (sneller naar de vijfde versnelling schakelen,<br />
eerder afremmen) onder de knie te krijgen.<br />
Van der Meer geeft toe dat hier niet heel veel winst te behalen<br />
valt. “Veel belangrijker is het overschakelen op aardgas ter<br />
vervanging van de bestaande benzine- en dieselmotoren. De<br />
verbranding van aardgas zorgt voor honderd procent minder<br />
fijnstof in de lucht, en voor 25 procent minder CO2-uitstoot ten opzichte van auto’s die op benzine rijden. Daarin hebben<br />
we recentelijk een belangrijke stap gezet: na lang zwoegen<br />
is het ons gelukt een commerciële partij te vinden, Nijol
Oliemaatschappij, die dapper genoeg is een aardgastankstation<br />
in Nijmegen te beginnen. Het aanbod is er dus, nu is het<br />
zorg dat er ook een vraag ontstaat.”<br />
Ook hierin geeft de gemeente zelf het goede voorbeeld. Alle<br />
nieuwe auto’s, te beginnen met de nieuwe dienstauto van de<br />
burgemeester, zullen op aardgas rijden. Ook de Nijmeegse<br />
afvalverwerkwer DAR zal overstappen op wagens met aardgasmotoren.<br />
Daarnaast worden private partijen, die met de<br />
gemeente contracten hebben, gestimuleerd ditzelfde te doen.<br />
Van der Meer: “Neem bijvoorbeeld de taxibranche. Wij kunnen<br />
ervoor zorgen dat taxibedrijven, die overschakelen op aardgas,<br />
een privilege krijgen in het centrum. Ze zouden bijvoorbeeld<br />
langer in de binnenstad mogen verblijven om klanten<br />
op te kunnen pikken. Wat particulieren betreft gaan we gratis<br />
parkeervergunningen verlenen aan mensen die auto’s op aardgas<br />
hebben, of zorgen dat ze bovenaan de wachtlijst voor een<br />
parkeervergunning komen.”<br />
Vergrijzing als kans<br />
Het is duidelijk: de ambitie van Van der Meer is Nijmegen zo<br />
groen en milieuvriendelijk mogelijk te maken: “Ik hoop dat als<br />
coverstory<br />
je in de toekomst Nijmegen van boven bekijkt, je haast verblind<br />
wordt door de glinstering van de zonnepanelen.”<br />
Ook de toekomst van het land houdt hem bezig. Van der Meer:<br />
“Rond 2010 gaan heel veel mensen met pensioen. Tien á twintig<br />
jaar later zullen velen van hen overleden zijn. De bevolking<br />
gaat daarna krimpen. Ik zou graag zien dat de tussenliggende<br />
periode gebruikt wordt om de economie anders in te richten.<br />
Immers, groei is niet meer nodig, omdat op zorg na, ouderen<br />
veel minder behoeften hebben dan jongeren. De vergrijzing<br />
van de maatschappij biedt ons aldus de kans en de mogelijkheid<br />
de druk van de ketel te halen en het allesoverheersende<br />
groei-denken vaarwel te zeggen!”<br />
* Op 11 december vond op het stadhuis de feestelijke ondertekening<br />
van het NEC plaats door de kopgroepbedrijven.<br />
www.nijmegen.nl<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 9
10 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007
Jan van Zomeren: “Evenwicht vinden tussen strijdige belangen is de uitdaging”<br />
Waarom hebt u gekozen voor de functie van<br />
burgemeester?<br />
“Het heeft mij altijd aangesproken. Tijdens mijn juridische<br />
opleiding koos ik voor staats- en administratief recht, omdat<br />
de overheid mij trekt vanwege de tegenstrijdige belangen<br />
die er voortdurend spelen. Het is de kunst om een evenwicht<br />
te vinden, waarbij iedereen het zo prettig mogelijk heeft. De<br />
mooiste toevoeging van het burgemeestersambt vind ik het<br />
contact met de burgers. Ik probeer zo goed mogelijk te luisteren<br />
naar wat er speelt en duidelijk te communiceren wat de<br />
gemeente daarin kan betekenen.”<br />
Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen in uw<br />
gemeente?<br />
“Op dit moment speelt de schaalvergroting bij politie en<br />
brandweer. Deze diensten heb ik in mijn portefeuille. De<br />
schaalvergroting is landelijk ingezet en dat is goed, maar je<br />
moet oppassen dat het niet te ver van de gemeente af komt<br />
te staan. Daarnaast staat regelgeving hoog op de agenda.<br />
Enerzijds streven we naar deregulering, anderzijds moet je<br />
bedenken dat regels niet voor niks tot stand gekomen zijn.<br />
Hier komt die zoektocht naar een evenwicht weer terug. De<br />
samenwerking in de Stadsregio Arnhem Nijmegen is erg prettig.<br />
Er zou echter meer afstemming moeten plaatsvinden in<br />
een breder perspectief. We moeten niet te strak denken in de<br />
huidige verbanden, maar ook kijken naar buurgemeenten in<br />
Brabant, Limburg, en in Duitsland. Ten slotte hebben we in het<br />
coalitieakkoord de ambitie neergelegd: meer bouwen en de<br />
burger centraal.”<br />
burgemeester in beeld<br />
Tekst Katja Elmendorp<br />
Fotografie Luuk van der Lee<br />
Sinds 2003 is Jan van Zomeren (54) burgemeester van Heumen. Daarvoor werkte hij al<br />
lange tijd bij de overheid, onder andere als raads- en statenlid. Hij is een trotse burgemeester:<br />
“In Heumen is het mooi en landelijk wonen en er is een hoog voorzieningenniveau.<br />
Het is hier ook harmonieus wonen. Dat komt misschien wel door de bijzondere<br />
mix in de bevolking.”<br />
Wat doet de gemeente Heumen aan duurzaamheid?<br />
“Deze gemeente timmert op allerlei terreinen fors aan de weg<br />
op het gebied van duurzaamheid. Zo kijken we bij nieuwbouw<br />
altijd naar nieuwe inzichten en technieken. Wij zijn zuinig op<br />
het groen in onze gemeente en stimuleren inwoners de fiets te<br />
pakken naar het centrum in plaats van de auto.”<br />
Hebt u nog vrije tijd?<br />
“Te weinig. Al zie ik het bijwonen van evenementen in mijn rol<br />
als burgemeester ook als een stukje vrije tijd; dat doe ik graag.<br />
De tijd die overblijft, besteed ik graag aan vakanties, liefst<br />
naar Italië, en aan lezen. Daarnaast kijk ik graag naar ballet en<br />
dans. Maar ik sport te weinig, helaas.”<br />
Wat is het mooiste plekje in uw gemeente?<br />
“Ik sta op de foto voor het ateliermuseum van Jac Maris, een<br />
kunstschilder en beeldhouwer die op 96-jarige leeftijd in 1996<br />
overleed. In dit woonhuis tref je overal zijn kunstwerken aan,<br />
zelfs in de verlichting en de plavuizen vloer. Maar er zijn veel<br />
meer mooie plekjes; van Nederasselt, Overasselt, Heumen en<br />
Malden kan ik er moeiteloos een groot aantal noemen. Als ik<br />
er toch één mag noemen: de Overasseltse Vennen.”<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 11
In december eerste tender voor nieuwbouwprojecten energietransitie<br />
De overheid is met de energiebesparing overgeschakeld in een<br />
hogere versnelling. Het kabinet “gaat voor een trendbreuk”,<br />
zo staat het in de nota Nieuwe Energie voor het klimaat, werkprogramma<br />
Schoon en Zuinig, van september 2007. Met een<br />
uitgebalanceerd pakket van maatregelen wil het kabinet in<br />
2020 dertig procent reductie van de uitstoot van broeikasgassen<br />
bereiken (ten opzichte van 1990). Begin november sprak<br />
Minister Jacqueline Cramer van Ruimte en Milieu bovendien<br />
de intentie uit, het principe van Cradle to Cradle (C2C, van<br />
wieg tot wieg) in haar beleid een plek te geven. Dat principe<br />
luidt: alles wat we produceren, kunnen we steeds opnieuw<br />
gebruiken. Meubels, witgoed, gebouwen, het maakt niet uit;<br />
C2C-producten kunnen aan het eind van de levenscyclus<br />
opnieuw onderdeel zijn van een productieproces. De provincie<br />
Gelderland stelde in oktober een contourennota over het<br />
onderwerp vast onder de titel Aanpakken en Aanpassen,<br />
nieuwe energie voor het Gelders Klimaat.<br />
Kennisinstellingen en bedrijfsleven waren al met allerlei<br />
nieuwe concepten, producten en intelligente innovaties bezig<br />
te reageren en te antiperen op de eisen en verwachtingen<br />
die er nu op hen afkomen. Bedrijven zijn uit op onderlinge<br />
samenwerking en profileren zich met hun kennis en ervaring<br />
bij overheden. Daar zijn natuurlijk veel opdrachten te halen in<br />
de bouwtechnische en civiele sfeer. Rijk en provincies zoeken<br />
daarnaast ook partnerschappen in de diverse projecten.<br />
Gebouwde omgeving<br />
EnergieTransitie is een inititatief van de overheid en stimuleert<br />
dat consumenten, bedrijfsleven en overheid daarom nu al werken<br />
aan de oplossing door schoner en zuiniger met energie om<br />
te gaan. Daartoe opereren er binnen de EnergieTransitie maar<br />
liefst zeven platforms.<br />
12 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
Tekst Gemma Schoot<br />
Illustratie Energietransitie-Plan PeGo<br />
trendbreuk: versnelling<br />
in de energiebesparing<br />
We hadden er Al Gore voor nodig, maar nu is breed in de samenleving de<br />
geest rijp voor duurzaam produceren, ondernemen, organiseren, innoveren...<br />
Men is er vol van. De politiek ziet in dat de klimaatverandering bedreigend<br />
wordt voor onze veiligheid, de voedselvoorziening, de waterhuishouding en de<br />
biodiversiteit.<br />
Een ervan is Platform Gebouwde Omgeving (PeGO), want in<br />
de bouw is er veel te winnen. Nu ontbeert de bouwketen in<br />
Nederland nog een structuur, die innovatie op praktisch niveau<br />
ondersteunt en stimuleert. Er wordt nog te veel op het niveau<br />
van afzonderlijke componenten geïnnoveerd, bijvoorbeeld de<br />
stapsgewijze verbetering van het rendement van cv-ketels.<br />
Het PeGO wil in 2030 een energiereductie van vijftig procent<br />
in de gebouwde omgeving behalen.<br />
De Innovatiewerkgroep van het platform draagt daaraan bij<br />
door tachtig innovatieve voorbeeldprojecten te realiseren in<br />
de woningbouw, de utiliteitsbouw en de integrale gebiedontwikkeling<br />
(zie kader).<br />
In deze projecten wordt ervaring opgedaan in het organiseren<br />
van nieuwe oplossingen, in het toepassen van nieuwe, veelbelovende<br />
energieconcepten Het is de bedoeling dat consortia<br />
minimaal drie opeenvolgende projecten gaan uitvoeren met<br />
een steeds hogere ambitie. Het eerste project moet 45 procent<br />
energiereductie realiseren, het tweede en derde project<br />
respectievelijk zestig en tachtig procent reductie op het<br />
totale energiegebruik. Er is daarbij niet alleen aandacht voor<br />
technische aspecten, maar zeker ook voor de organisatie van<br />
het nieuwbouw of renovatieproces. Het moeten woningen en<br />
gebouwen worden, die zich gaan onderscheiden met een lagere<br />
energierekening, een gezond binnenmilieu en die bovendien<br />
mooi zijn vormgegeven. Daar krijg je tevreden kopers<br />
en huurders mee, wat nieuwe projectontwikkelaars weer over<br />
de streep trekt. De managers van de voorbeeldprojecten<br />
geven hun ervaringen door aan volgende initiatiefnemers. In<br />
nieuwe bouwprojecten worden dan weer de eerste feitelijke<br />
ervaringen van de gebruikers met de woonlastenbesparingen<br />
meegenomen.<br />
Kennisoverdracht en het motiveren van een groeiend netwerk<br />
van bedrijven in de gehele bouwkolom zijn essentieel in de
aanpak van de tachtig projecten. Het is een opgave voor zowel<br />
de vastgoedsector, als de bouwbranche, de toeleveringsindustrie,<br />
de nutsbedrijven, particuliere eigenaren, ontwerpers en<br />
de overheid als verantwoordelijke voor het maken en handhaven<br />
van wet- en regelgeving.<br />
Eerste tender<br />
“We werken hard aan de voorbereiding van een eerste tender.<br />
Deze wordt hopelijk half december gepubliceerd in de<br />
staatscourant” aldus Pieter Hameetman, voorzitter van de<br />
Innovatiewerkgroep. Het gaat om minimaal vijftig woningen<br />
per project in de nieuwbouw of renovatie. Geïnteresseerde<br />
woningcorporaties en ontwikkelaars uit het hele land kunnen<br />
erop inschrijven. Pieter Hameetman weet uit zijn contacten<br />
dat er ook in de Stadsregio Arnhem Nijmegen partijen geïnteresseerd<br />
zijn. Hameetman: “De doelstelling in deze eerste<br />
woningbouwprojecten is, dat de woningen 45 procent minder<br />
fossiele brandstoffen moeten gebruiken. De inschrijvers op de<br />
aanbesteding moeten niet alleen laten zien hoe ze dat technologisch<br />
willen realiseren. Ze moeten ook beschrijven hoe ze<br />
structureel de benodigde kennis denken te ontwikkelen, waarmee<br />
in een volgend stadium de doelstellingen opgeschaald<br />
kunnen worden naar zestig procent en weer later naar tachtig<br />
procent reductie.”<br />
Gideonsbende<br />
Programmamanager Nieuwbouw van het PeGo-platform,<br />
Frans Versteeg, noemt het hele project een “onvoorstelbare<br />
hijs”. “En dan zijn wij nog maar een kleine Gideonsbende in<br />
een grote boze wereld, maar die toch een zelflerende en continu<br />
innoverende bouwketen wil aanslingeren. Het moet een<br />
continue stroom worden van denken, doen en opschalen van<br />
Duurzaamheid<br />
Voorbeeldprojecten in een groeiend netwerk van partijen. PM NGR staat voor Programmamanagement Nieuwbouw, Groot onderhoud en Renovatie,<br />
de oude naam voor de Innovatiewerkgroep van het Platform Gebouwde Omgeving<br />
ambities. We willen een lokale olievlekwerking die een nationale<br />
olievlekwerking wordt. Het moet besmettelijk worden: we<br />
moeten enerzijds verschrikkelijk naïef zijn, maar anderzijds<br />
moeten we absoluut níet naïef zijn in het projectmanagement.<br />
We voeren een ouderwets management, met een beheersbare<br />
span of control, top down”, aldus een enthousiasmerende<br />
Versteeg op een themabijeenkomst over de kansen van energietransitie<br />
voor innovatie, in september in het Arnhemse<br />
WTC georganiseerd door de provincie Gelderland.<br />
De Innovatiewerkgroep van het Platform Gebouwde<br />
Omgeving, onderdeel van EnergieTransitie, wil tussen 2007<br />
en 2012 tachtig voorbeeldprojecten realiseren, om te beginnen<br />
met 45 procent CO2-reductie als ambitie.<br />
• 3.000 duurzame nieuwbouwwoningen, met resp. 45, 60 en<br />
80 procent reductie;<br />
• 3.000 verbeterde bestaande woningen, ook met resp. 45,<br />
60 en 80 procent reductie;<br />
• 20 utiliteitsprojecten (bestaand en nieuw)<br />
www.energietransitie.nl<br />
Duurzame bouwopgave<br />
• 4 locaties duurzame integrale gebiedsontwikkeling.<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 13
Vijf koplopers onder Gelderse gemeenten kopen duurzaam in<br />
Met de ondertekening geven de vijf Gelderse gemeenten aan<br />
dat zij in het vervolg duurzaamheidsaspecten laten meewegen<br />
bij hun inkoopbeleid. In totaal elf van de 56 Gelderse<br />
gemeenten hebben tot nu toe een dergelijke deelnameverklaring<br />
ondertekend. De Gelderse Milieufederatie benadert<br />
Gelderse gemeenten daarvoor.<br />
De regering heeft provincies, gemeenten en waterschappen<br />
opgeroepen om in 2010 bij vijftig procent van de inkopen en<br />
aanbestedingen duurzaamheid als zwaarwegend criterium<br />
mee te nemen. De Rijksoverheid zal al in 2010 zelfs voor honderd<br />
procent duurzaam moeten inkopen en aanbesteden.<br />
Onder ‘inkopen’ wordt grofweg verstaan ‘het betalen van<br />
geld aan leveranciers ten behoeve van de levering van producten,<br />
diensten of werken’. Van kantoormeubelen, papier en<br />
catering tot dienstauto’s, gebouwen, openbare verlichting en<br />
groenvoorzieningen. Met een totaal inkoopvolume van ruim<br />
veertig miljard euro op jaarbasis is de overheid een speler van<br />
formaat op de leveranciersmarkten te noemen. Het loont dus<br />
om die markt te beïnvloeden, het draagt allemaal bij tot de<br />
verduurzaming van de productie.<br />
Beleid maken<br />
De vraag is of duurzaam inkopen moet beginnen met beleid.<br />
Maarten Visscher van de Gelderse Milieufederatie vindt van<br />
niet. “Diverse gemeenten zijn met duurzaam inkopen begonnen<br />
zonder daar speciaal beleid voor op te stellen. Er zijn<br />
14 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
Tekst Anouk Luteyn<br />
Fotografie Hans Blanken<br />
duurzame inkoop is<br />
geen duurkoop<br />
De gemeenten Duiven, Westervoort, Beuningen, Rheden en Renkum hebben<br />
deze herfst een intentieverklaring ondertekend om gezamenlijk hun gemeentelijke<br />
inkopen te verduurzamen. Wat is voor deze vijf gemeenten ‘duurzaam<br />
inkopen’, hoe gaan ze aan de slag en wat zijn de voordelen van de samenwerking<br />
op dit terrein?<br />
Inkoopvolume van de overheid is ruim veertig<br />
miljard euro op jaarbasis<br />
de afgelopen jaren op dit gebied verschillende campagnes<br />
geweest van het Ministerie van VROM. Daarnaast is er een<br />
overzichtelijke website vanuit SenterNovem waarop allerlei<br />
informatie en toepassingsmogelijkheden staan. Wel is het goed<br />
om na het starten de zaken door beleid te formaliseren.”<br />
Gemeente Duiven denkt er anders over. Adviseur Marleen<br />
Oltvoort zegt dat beleid nodig is om de duurzaamheidsambities<br />
van de gemeente vast te leggen en draagvlak te creëren<br />
bij management en medewerkers. “Duurzaam inkopen is bij<br />
ons dan ook opgenomen in het inkoopbeleid en maakt tevens<br />
onderdeel uit van het interne milieuzorgbeleid.”<br />
Veel mensen gaan ervan uit dat duurzaam inkopen ook duur<br />
inkopen is. Dat de kosten stijgen en dat er meer tijd gaat zitten<br />
in de uiteindelijke uitwerking van de inkoop. En tijd is immers<br />
geld. Dat duurzaam inkopen duurder zou zijn, is volgens Dirk-<br />
Wim in ’t Hof onzin. “Zuinigere verlichting leidt tot besparingen<br />
en gezamenlijke inkoop tot schaalvoordelen. Bovendien<br />
hebben we als overheid een voorbeeldfunctie en die mag best<br />
een meerprijs hebben. De definitie van duur of goedkoop moet<br />
gebaseerd zijn op een integrale beoordeling van een product<br />
op dienst. Goedkoop op de korte termijn is vaak op lange termijn<br />
duurkoop.”<br />
De inkoop van álle producten kan verduurzaamd worden. Er<br />
zijn honderd productgroepen en SenterNovem is momenteel<br />
bezig voor al die productgroepen criteria op te stellen voor<br />
duurzame varianten. Dit wordt in 2008 afgerond. Dirk-Wim In<br />
‘t Hof van de gemeente Beuningen kijkt er al naar uit: “Er valt<br />
echt winst mee te behalen. Niet alleen met de voor de hand-
liggende inkoop van keurmerk-papier en spaarlampen. Ook<br />
grotere aanbestedingstrajecten lenen zich ervoor. Denk maar<br />
aan het onderhoud van wegen, de openbare verlichting en de<br />
inkoop van elektriciteit.”<br />
Samenwerking is kennisdeling<br />
Volgens Visscher is het belangrijk alle 56 Gelderse gemeenten<br />
de Deelnameverklaring van SenterNovem ondertekenen<br />
en daadwerkelijk duurzaam inkopen gaan uitvoeren. Anders<br />
wordt het heel lastig de Rijksdoelstelling te halen. De Provincie<br />
Gelderland heeft hierin een duidelijke trekkersrol, vindt hij.<br />
“We zien aan de provincies Noord-Brabant en Utrecht dat het<br />
werkt.” Inmiddels heeft Milieugedeputeerde Annelies van der<br />
Kolk al uitgesproken, dat de Provincie Gelderland rol van aanjager<br />
op zich neemt.<br />
Duurzaam inkopen vraagt om<br />
gedragsverandering<br />
Meer gezamenlijkheid in aanpak en uitvoering is volgens<br />
Visscher dus van groot belang. Hinke van den Hoeven merkt<br />
hierbij wel op, dat het verloop van de samenwerking tussen<br />
gemeenten wel sterk afhankelijk is van de kennis die aanwezig<br />
is bij alle samenwerkende partijen en van de beleidsuitgangspunten<br />
van de verschillende partijen. “Samenwerking is kennisdeling.<br />
Het kan een extra stimulans zijn voor gemeenten<br />
om gezamenlijk op te trekken en ervaring en kennis uit te<br />
wisselen om te komen tot duurzaam inkopen. Hierbij is het wel<br />
belangrijk dat op het gebied van duurzaamheid zoveel mogelijk<br />
uitgangspunten gelijk zijn.”<br />
Duurzaamheid<br />
Een andere manier van inkopen, vraagt dat om een gedragsverandering<br />
van de gemeentelijke organisatie? In de gemeente<br />
Beuningen is dit niet het geval geweest. In’t Hof zegt<br />
dat duurzaam inkopen geen lange trainingskampen behoeft.<br />
Volgens hem creëer je overeenstemming in de organisatie<br />
door enthousiasme te tonen en resultaten te laten zien. En<br />
niet iedereen hoeft ‘om’ voor duurzaam inkopen.<br />
Visscher vindt dat duurzaam inkopen wel degelijk om een<br />
gedragverandering in de organisatie vraagt. “Budgethouders<br />
dienen naast kosten nu ook duurzaamheidcriteria mee te<br />
nemen bij de afweging. Deze criteria moeten aan het begin<br />
van het inkoopproces volwaardig te worden meegenomen. Ze<br />
moeten dus anders handelen dan normaal, en hier moet aandacht<br />
aan worden besteed”, legt hij uit.<br />
U ook?<br />
Koopt u al duurzaam in? Heeft u vragen of wilt u ook graag<br />
de Deelnameverklaring van SenterNovem ondertekenen? De<br />
Gelderse Milieufederatie helpt u graag verder op weg.<br />
www.senternovem.nl/duurzaaminkopen<br />
www.geldersemilieufederatie.nl<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 15
Euregio Rijn-Waal wint Europese prijs ‘Sail of Papenburg 2007’<br />
oorkondes voor grens-<br />
overschrijdende projecten<br />
Op de Angus Boerderij in Leur, gemeente Wijchen, staat een grote tafel gedekt<br />
voor een lunch, vol ingrediënten afkomstig uit de streek. De gasten zijn uitgenodigd<br />
voor de uitreiking van oorkondes aan drie grensoverschrijdende projecten,<br />
mede gesubsidieerd door de Euregio Rijn-Waal in het kader van haar<br />
strategie ‘Plattelandsgebieden zonder grenzen’. Deze strategie als geheel heeft<br />
een Europese prijs in de wacht gesleept: ‘Sail of Papenburg 2007’.<br />
Anton Aelberts, burgemeester van Druten en lid van het dagelijks<br />
bestuur van de Euregio Rijn-Waal, had niet verwacht dat de<br />
Euregio Rijn-Waal de prijs zou winnen. Er waren negen andere<br />
mooie projecten die meedongen naar deze prijs, de enige in<br />
Europa voor succesvolle grensoverschrijdende projecten. Het<br />
thema dit jaar luidde: ‘Innovatieve concepten en projecten<br />
voor de ontwikkeling van plattelandsgebieden in grensregio’s’.<br />
De jury van Sail of Papenburg prees het winnende concept van<br />
de Euregio Rijn-Waal om het duurzame karakter ervan. Ook<br />
waardeerden ze het feit dat talrijke mensen bij de projecten<br />
werden betrokken, die invloed hadden op de hele regio.<br />
Voorbeeldfunctie<br />
Drie projecten van de Euregio Rijn-Waal met een voorbeeldfunctie<br />
kregen bijzondere erkenning. Ze worden alle drie via<br />
het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, met name<br />
het EU-programma INTERREG IIIA, mede gefinancierd. De vertegenwoordigers<br />
van deze projecten kregen daarvoor in Leur<br />
een oorkonde uitgereikt door burgemeester Aelberts.<br />
Eén van de projecten is ‘Hergebruik van agrarische gebouwen<br />
in de Euregio Rijn-Waal’.<br />
Het project stimuleert en bemiddelt in het hergebruik van<br />
oude, niet meer voor landbouwdoeleinden gebruikte agrarische<br />
gebouwen. Dat komt ten goede aan het behoud van<br />
het culturele erfgoed en het economische hergebruik van<br />
de boerderijen. Radboud Vorage van LTO Noord Projecten is<br />
trots op de erkenning. ”Dit is een grote stimulans, een mooi<br />
schouderklopje!”<br />
Het project wil de aandacht vestigen op het feit dat het platteland<br />
veel kansen biedt en perspectieven voor de toekomst<br />
16 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
Tekst Gerdie Weuring<br />
Fotografie Gerard Titulaer<br />
heeft. Denk aan wonen, werken en recreëren. Maar wie een<br />
boerenbedrijf een andere bestemming wil geven, krijgt te<br />
maken met veel regel- en wetgeving en allerlei ingewikkelde<br />
procedures. LTO Noord Projecten staat de nieuwe ondernemer<br />
bij met raad en daad.<br />
Streekproducten<br />
Het tweede project is ‘Euregionale marketinginitiatieven Rijn-<br />
Waal’. Doel is landbouwproducten uit de streek op een creatieve<br />
manier in de markt te zetten. Streekproducten komen
ijvoorbeeld op de menukaarten van restaurants. Daarnaast<br />
richten de projectdeelnemers zich op gemeentelijke instellingen,<br />
zoals ziekenhuizen, scholen en zorginstellingen. Ook<br />
daar willen zij de streekproducten letterlijk op de kaart zetten.<br />
Doel is ook ervoor te zorgen dat de mensen die in de stad<br />
van de producten genieten, de plaats van herkomst zullen<br />
opzoeken.<br />
Op dit moment wordt er een gebiedscoöperatie opgezet,<br />
waarbij alle gemeentelijke instellingen hun inkopen van streekproducten<br />
kunnen doen via één adres. Daarna staan de<br />
‘agro-belevingsactiviteiten’, een toeristisch netwerk, op het<br />
programma. Oftewel: beleef het platteland door erin te duiken<br />
en het te ondergaan. Op dit moment zijn er zo’n honderd<br />
actieve ondernemers in de regio bezig een divers aanbod te<br />
ontwikkelen, en hun aantal groeit. Populair zijn inmiddels het<br />
koe-knuffelen en boeren-golf.<br />
De Angus Boerderij zelf is trouwens een mooi praktijkvoorbeeld:<br />
vier jaar geleden was dit nog een boerenbedrijf.<br />
Vandaag de dag is het een vakantieboerderij waar je kunt logeren.<br />
De medewerkers verkopen producten uit de hele streek,<br />
zoals het biologische vlees van de Angus-koeien, die vredig in<br />
het naastgelegen weiland hebben kunnen grazen.<br />
Het derde project is de ‘Regionale hennepketen’. In dit project<br />
werken Nederlandse en Duitse partners samen, afkomstig uit<br />
de onderzoekswereld, landbouw, textielindustrie en modebranche.<br />
Samen hebben zij het economisch belang en de<br />
duurzaamheid van de regionale herinvoering van hennep als<br />
textielvezelplant aangetoond. Het plan stimuleert boeren om<br />
over te stappen op het verbouwen van hennep te verbouwen.<br />
Hiermee is namelijk een veel duurzamere textielvezel te pro-<br />
Euregio Rijn-Waal<br />
duceren, dan de gewone katoenen textielvezels. Hennepvezels<br />
neemt bovendien beter vocht op. Hennep is daarnaast ecologisch<br />
meer verantwoord dan katoen en dat maakt het vanuit<br />
het punt van milieubescherming ook interessanter. Op dit<br />
moment staat het succesvolle project volop in de belangstelling.<br />
Er zijn plannen voor een fabriek die de hennepvezel<br />
omzet in textiel. De onderhandelingen met investeerders zijn<br />
in volle gang en een locatie wordt gezocht. Marcel Toonen<br />
spreekt nadrukkelijk zijn dank uit voor de ondersteuning die<br />
het project van de Euregio krijgt om alles mogelijk te maken.<br />
Subsidies<br />
De subsidies voor de bovengenoemde projecten lopen uiterlijk<br />
in 2008 af. Alle aanwezige partijen benadrukken echter dat<br />
het zeker niet de bedoeling is dat de projecten hierna zullen<br />
stoppen. Dit niet alleen vanwege het succes dat de projecten<br />
hebben, maar ook vanwege het belang dat zij hechten aan de<br />
samenwerking tussen de Nederlandse en de Duitse partijen.<br />
Burgemeester Aelberts: “De Euregio hoopt dat er meer van<br />
dit soort projecten komen. Het is interessant en nuttig om<br />
als Nederlanders samen te werken met Duitse partners. We<br />
hebben te maken met verschillende culturen en kunnen veel<br />
van elkaar leren. Er komt echter ook veel bij kijken; de wet- en<br />
regelgeving maken het moeilijk om samen te werken. Daar<br />
moet echt eens naar gekeken worden, want er zijn genoeg<br />
enthousiaste ondernemers die graag de uitdaging aangaan.<br />
De projecten die hier aan bod zijn gekomen, zijn daar schitterende<br />
voorbeelden van.”<br />
www.euregio.org<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 17
column<br />
Jan van der Meer is een man met veel<br />
ambitieuze plannen voor de stad Nijmegen<br />
maar ook voor de regio. Hij staat op de<br />
cover van deze editie van Netwerk. Dan<br />
weet ik wel waar dit nummer over gaat.<br />
Over duurzaamheid natuurlijk!<br />
duurzaam vervoer<br />
in stadsregio<br />
Tja, duurzaamheid.<br />
Een paar zaterdagen geleden kocht ik op aandringen<br />
van mijn kinderen een doos spaarlampen. Thuis werden<br />
de ouderwetse gloeilampen eruit gedraaid en we<br />
waren tevreden. ’s Avonds zette ik de dimmer aan en<br />
toen begonnen de spaarlampen te protesteren. We<br />
hebben ze op een aantal plekken in huis er maar weer<br />
uitgedraaid.<br />
Bij duurzaamheid denk ik niet meteen aan spaarlampen<br />
of CO2. Ik denk aan mooie dingen die lang meegaan.<br />
Mooie dingen die lang meegaan zijn meestal ook aan<br />
de dure kant. Een tweemaal zo dure maar ook tweemaal<br />
zo mooie sinaasappelpers die, zeker weten, drie keer zo<br />
lang meegaat als die goedkope pers.<br />
In mijn werk denk ik bij duurzaam ook aan mooie dingen<br />
die lang meegaan. Vaak blijken die dingen ook voor de<br />
minister van milieu door de beugel te kunnen. De tram<br />
bijvoorbeeld.<br />
Vroeger hadden we trams in de middelgrote steden<br />
in Nederland. Die zijn er vrijwel allemaal uitgedrukt.<br />
We hadden de ruimte nodig voor de auto. De laatste<br />
jaren zijn er weer veel vrije banen voor de (diesel)bus<br />
bijgekomen. Op sommige van die busbanen worden<br />
inmiddels zoveel passagiers vervoerd, dat je er net zo<br />
goed een tram kunt laten rijden. In Nijmegen is dat het<br />
geval tussen Station Nijmegen Centraal en de grootste<br />
werkgelegenheidslocatie in de stadsregio, Heijendaal.<br />
En tussen station en Plein 44 ligt een tram ook voor de<br />
18 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
hand. Die tram is beter voor de passagier, beter voor<br />
de stad en beter voor de regio. Het is een mooie langetermijninvestering<br />
in stad en regio. Want te zijner tijd<br />
moet die tram over de Waalbrug naar de Noordelijke<br />
Waaloever en dan door naar Bemmel. In de Waalsprong<br />
komen steeds meer mensen te wonen die straks voor<br />
de tram in plaats van de auto zullen kiezen als ze naar<br />
LUX of de schouwburg in Nijmegen willen. Jan van der<br />
Meer gaat voor de tram en de stadsregio ook!<br />
Een andere vervoerslijn die een duurzame investering<br />
verdient: het spoor van Arnhem naar Doetinchem, een<br />
van de drukste lijnen van Nederland. Het treinaanbod<br />
kan de vraag daar nauwelijks aan. De vervoerder,<br />
Syntus, stelde onlangs voor het spoor tussen Zevenaar<br />
en Doetinchem te verdubbelen. Dat lijkt mij een duurzame<br />
investering. Net als die twee nieuwe stations die<br />
we aan die lijn willen bouwen, Westervoort en Zevenaar<br />
Oost. Met Westervoort voorkomen we veel autoverkeer<br />
naar Arnhem; op Zevenaar Oost kunnen automobilisten<br />
vanaf de A12 de trein in. Tram en regiotrein, het zijn<br />
beide duurzame investeringen in de stadsregio. Het<br />
kost een paar centen, maar ze verhogen wel de kwaliteit<br />
van het leven en ze gaan lang mee. En het past<br />
bovendien in de agenda van de klimaatverandering. Wat<br />
willen we nog meer?<br />
Jaap Modder, voorzitter College van Bestuur,<br />
Stadsregio Arnhem Nijmegen<br />
modder@destadsregio.nl
vijf miljoen extra voor snelle verbeteringen<br />
De Stadsregio Arnhem Nijmegen krijgt ruim vijf miljoen euro extra voor<br />
het oplossen van mobiliteitsknelpunten in de regio. Dat zegde minister<br />
Eurlings van Verkeer en Waterstaat toe tijdens het Landsdelige Overleg<br />
met de stadsregio op 14 november jongstleden. Met deze financiële<br />
injectie kunnen een aantal projecten versneld worden uitgevoerd.<br />
Geld voor stationsomgeving van het nieuwe station Mook-Molenhoek<br />
StadsRegionaal<br />
De toezegging voor deze ‘quick wins’ is gebaseerd op de zogeheten<br />
Netwerkanalyse, die de stadsregio in september heeft ingediend. Deze<br />
Netwerkanalyse is gemaakt op verzoek van de minister van Verkeer<br />
en Waterstaat. De minister heeft elf stedelijke regio’s, waaronder de<br />
Stadsregio Arnhem Nijmegen, gevraagd om een dergelijke analyse te<br />
maken. Zo kan de minister beter afwegen waar de mobiliteitsproblemen<br />
het grootst zijn.<br />
Fietsenstallingen en P+R<br />
De stadsregio heeft extra geld gevraagd voor vijf projecten die bijdragen<br />
aan een betere ketenmobiliteit. Daarbij gaat het om een naadloze<br />
verknoping van fiets en/of auto op het openbaar vervoer (onder meer<br />
bus en trein). De stadsregio wil toe naar supersnelle en makkelijke<br />
deur-tot-deur verbindingen waarbij het openbaar vervoer een serieuze<br />
en aantrekkelijke concurrent is voor de auto. Dat is een lastige<br />
opgave, maar er zijn ook een aantal snelle oplossingen,. Zo zijn er op<br />
dit moment er op veel stations nog veel te weinig fietsenstallingen en<br />
parkeerplaatsen.<br />
De extra vijf miljoen euro gaat naar de volgende projecten:<br />
- meer parkeerplaatsen en fietsenstallingen bij station Elst;<br />
- de inrichting van de stationsomgeving rond het nieuwe station Mook-<br />
Molenhoek;<br />
- een nieuwe fietsenstalling bij busstation Willemsplein in Arnhem en<br />
een doorgaand fietspad tussen station Arnhem Centraal en de noorden<br />
oostzijde van het centrumgebied;<br />
- de ontwikkeling van een omvangrijk ‘dynamisch route-informatiesy-<br />
steem’ in alle bussen en bij alle bushaltes in de stadsregio.<br />
Met de bouw een aantal projecten wordt dit jaar al begonnen; de rest<br />
gaat in de loop van 2008 van start.<br />
opening ‘bikedispensers’ in lent en schuytgraaf<br />
Met de opening van de eerste Bikedispensers op de stations Arnhem<br />
Zuid en Nijmegen Lent had de stadsregio een primeur. Op 14 november<br />
trokken regionale bestuurders de eerste Gazelle huurfietsen ‘uit<br />
de muur’. Dit slimme geautomatiseerde verhuursysteem biedt (trein-)<br />
reizigers de mogelijkheid de reis met de fiets te vervolgen.<br />
De relatief goedkope Bikedispenser past in de verbetering van de<br />
ketenmobiliteit (de naadloze overstap tussen verschillende soorten<br />
openbaar vervoer). Om die reden heeft de Stadsregio Arnhem<br />
Nijmegen dit initiatief samen met de provincie en de gemeente<br />
Arnhem en Nijmegen financieel ondersteund.<br />
Om gebruik te maken van de Bikedispenser is slechts een ding nodig:<br />
lid worden van OV-fiets. Bedrijven kunnen voordelige werknemersabonnementen<br />
afsluiten. Meer informatie? www.bikedispenser.com<br />
of www.ov-fiets.nl. Bedrijven kunnen contact opnemen met VCC Oost:<br />
026-353 7680. De opening van de Bikedispenser op 14 november<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 19
20 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007
Stadsregio zet zichzelf op Europese kaart<br />
innovativiteit op snijvlak van<br />
technologie en design<br />
Op 10 oktober in alle vroegte kreeg eurocommissaris Danuta Hübner uit handen<br />
van burgemeester Thom de Graaf van Nijmegen een ‘jurk’ aangeboden. De<br />
ontmoeting met de eurocommissaris voor regionaal beleid vond plaats in het<br />
kantoor van de Europese Commissie in Brussel en ging vooraf aan de presentatie<br />
van de Stadsregio Arnhem Nijmegen tijdens de zogeheten Open Days.<br />
Samen met de gemeente Arnhem en Nijmegen presenteerde<br />
de stadsregio zich in de Europese hoofdstad als een vitale economische<br />
regio, waar de creatieve sector zorgt voor gezonde<br />
groei en toename van werkgelegenheid. De ‘jurk’, een creatie<br />
van het Arnhemse ontwerpersduo Jaq Volckmann en Pim<br />
Kramer, was geknipt uit de Europese vlag en staat symbool<br />
voor de innovatieve creatieve sector in de regio.<br />
Opmaat voor nieuwe subsidieaanvragen<br />
Onder het motto ‘Making it happen: regions deliver growth<br />
and jobs’ vormden de Open Days 2007 de opmaat voor het<br />
volgende Europese subsidieprogramma voor de periode 2007-<br />
2013, goed voor een totale investering van vijfhonderd miljard<br />
euro aan Brusselse gelden. Ruim tweehonderd regio’s en<br />
steden lieten zich van hun beste kant zien. Samen organiseerden<br />
zij meer dan honderdvijftig workshops en seminars, die<br />
bezocht werden door maar liefst vijfduizend politici, bestuurders,<br />
ambtenaren en vertegenwoordigers van instellingen en<br />
bedrijfsleven. Doel van de Open Days is profilering van en kennismaking<br />
met andere steden en regio’s om samen Europese<br />
projecten te ontwikkelen en gefinancierd te krijgen. De stadsregio<br />
profileerde zich samen met de gemeenten Arnhem en<br />
Nijmegen met het thema ‘The creative sector makes it happen’<br />
als vruchtbare voedingsbodem voor innovatieve technologie<br />
en grensverleggend design.<br />
Samenwerkingsverbanden aanjagen<br />
“Innovation is at the heart of economic development, and creativity<br />
is at the heart of innovation,” aldus bestuursvoorzitter<br />
Jaap Modder van de Stadsregio Arnhem Nijmegen tijdens de<br />
presentatie. Hij wees op de gunstige academische infrastructuur<br />
in de vorm van onder meer Radboud Universiteit, HAN<br />
en ArtEZ. Bekende voorbeelden van de spin off daarvan zijn<br />
Viktor & Rolf, The People of the Labyrinths, de Modebiënnale<br />
en de Sonsbeek-beeldententoonstellingen. Maar ook de opkomende<br />
waterstofindustrie, de sportchip van Championchip, de<br />
taaltechnologie voor MS-Word van Polderland, de chiptechnologie<br />
van NXP/Philips, de inspirerende architectuur van<br />
Stadsregio Arnhem Nijmegen<br />
Tekst Francien Rademaker<br />
Fotografie Delano van Diest<br />
FiftyTwoDegrees, de pacemakers van Vitatron en de chemie<br />
van Akzo-Nobel.<br />
Hoe kunnen we de regionale creatieve industrie stimuleren?<br />
Lokale overheden moeten een ’incubator environment’ bieden<br />
die betaalbaar is voor startende creatieve ondernemers.<br />
Daarnaast, aldus Jaap Modder, is het aan de lokale en regionale<br />
overheden om de samenwerking met en tussen het bedrijfsleven<br />
aan te jagen. Gevestigde bedrijven moeten in contact<br />
komen met de zogenaamde ‘new economy’: er moet sprake<br />
zijn van uitwisseling en kruisbestuiving. Uiteindelijk moet de<br />
creatieve sector zichzelf overeind houden via interactie met<br />
kennisinstituten en marktpartijen. Want de oneliner ‘No transaction<br />
without interaction’ geldt ook voor déze sector.<br />
Eurocommissaris Danuta Hübner en de mannequin met de ‘EU-jurk’.<br />
Burgemeester Thom de Graaf van Nijmegen bood Danuta Hübner de<br />
jurk aan namens de Stadsregio Arnhem Nijmegen.<br />
www.destadsregio.nl<br />
www.arnhemaanzee.nl<br />
www.nijmegenaanzee.nl<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 21
Overheden en bedrijven werken samen aan een klimaatbestendige stadsregio<br />
22 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
Tekst Rijk Willemse, LaVerbe<br />
Fotografie William Moore<br />
de eerste successen<br />
van eureka<br />
Op 24 september 2007 organiseerde de Stadsregio de tweede Eurekaconferentie.<br />
Eureka is overkoepelende naam voor vijf ambitieuze programma’s<br />
voor een klimaatbestendige en economisch duurzame regio. Doel van de conferentie<br />
was dat de betrokken partijen – overheden en bedrijfsleven – elkaar<br />
inspireren en afspraken maken waarmee zij het lucht- en klimaatvraagstuk<br />
regionaal kunnen aanpakken. De benadering blijkt vruchtbaar.<br />
“We zien dat Eureka aanslaat in de praktijk”, vertelt Jan van<br />
der Meer, portefeuillehouder Ruimte en Luchtkwaliteit van de<br />
Stadsregio Arnhem Nijmegen en wethouder van onder meer<br />
Milieu in Nijmegen. “Ontwikkelingen voor schonere lucht en<br />
een beter klimaat die ingezet zijn, krijgen een extra impuls. En<br />
er ontstaan nieuwe initiatieven uit de vijf programma’s Terra,<br />
Hydra, Flora, Argus en Eolus. Grote en kleine initiatieven die<br />
Groene oplossingen voor stadsregionale luchtkwaliteit<br />
nu al succesvol blijken. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de IPLprijsvraag<br />
waarvoor het Eureka-consortium van de stadregio<br />
het voorstel ‘Flora - Meten en modelleren aan Groene oplossingen<br />
voor de stadsregionale luchtkwaliteit langs rijkswegen’<br />
heeft ingediend.”<br />
De IPL-prijsvraag is door het Ministerie van Verkeer en<br />
Waterstaat (VWS) uitgeschreven in het kader van het<br />
Innovatieprogramma Luchtkwaliteit (IPL). Het IPL wil marktpartijen<br />
via deze prijsvraag uitnodigen ideeën en oplossingen<br />
voor vegetatie aan te dragen die een positief effect hebben<br />
op de luchtkwaliteit langs wegen (fijn stof en stikstofdioxide).<br />
De prijsvraag sluit aan bij het Eureka-programma Flora, met<br />
name waar Flora innovatieve ideeën voor vegetatieschermen<br />
ontwikkelt en uitvoert, en het rendement daarvan meet.<br />
Het voorstel werd ingediend door een consortium van de<br />
Stadsregio Arnhem Nijmegen, Alterra, Universiteit Wageningen,<br />
KEMA en Integralis PP. Bij dit voorstel zijn ook verschillende<br />
andere partijen betrokken zoals de Van Helvoirt groep.<br />
Jan van der Meer: “Met ons voorstel maken we kans op een<br />
bijdrage van 280.000 euro voor de uitvoering van het project.<br />
Dan gaan we langs de A50 de luchtkwaliteit meten die wordt<br />
veroorzaakt door het verkeer, met en zonder beplanting. Dat<br />
onderzoek levert een schat aan zeer gedetailleerde informatie<br />
op. En dat is goed, want er is tot op dit moment weinig bekend<br />
over het effect van groenaanplant langs drukke wegen op de<br />
luchtkwaliteit.”
Groenschermen langs de A50 kunnen zorgen voor een betere afvang<br />
van fijn stof en stikstofoxiden<br />
Schoner rijden<br />
Maar er zijn ook al veel initiatieven die nu direct al winst opleveren.<br />
Jan van der Meer: “Denk aan roetfilters op de bussen.<br />
Inmiddels rijden er zo’n 66 bussen van Connexxion met een<br />
roetfilter. Voor het eind van dit jaar zijn nog eens 87 bussen<br />
van een roetfilter voorzien. Zeker in de binnenstad levert dat<br />
al direct winst op. Een ander voorbeeld is rijden op aardgas.<br />
Vanaf nu schaft de gemeente Nijmegen alleen nog maar voertuigen<br />
aan die op aardgas kunnen rijden. En iedere gemeentelijke<br />
auto die is afgeschreven, wordt voortaan vervangen door<br />
een voertuig dat op aardgas rijdt. In opdracht van de gemeente<br />
Nijmegen is een analyse gedaan naar rijden op CNG, dat is<br />
Compressed Natural Gas. Dat onderzoek zet de economische<br />
opbrengst en de milieuopbrengst van de overstap van conventionele<br />
brandstof naar CNG op een rij. Naar verwachting<br />
schakelen ruim dertig afgeschreven gemeentelijke voertuigen<br />
de komende jaren over op deze milieuvriendelijke brandstof.<br />
Vanuit de stadsregio bouwen we dit verder uit en stimuleren<br />
we ook andere gemeenten en bedrijven om meer op aardgas<br />
te gaan rijden. En aardgas is nog maar een tussenstap. Samen<br />
met de MARN, dat is de milieusamenwerking van de gemeenten<br />
in het zuidelijke deel van de stadsregio, onderzoekt de<br />
stadsregio de mogelijkheden voor de productie van biogas.”<br />
Stadsregio Arnhem Nijmegen<br />
Vervoersmanagement<br />
Volgens Jan van der Meer kunnen met vervoersmanagement<br />
ook veel voordelen gehaald worden voor de regionale luchtkwaliteit<br />
en voor het klimaatbestendig maken van de regio.<br />
“Bij vervoersmanagement gaat het niet alleen om het woonwerkverkeer<br />
– liever op de fiets en met het openbaar vervoer<br />
dan met de auto – maar ook om goederenvervoer. En vergeet<br />
het experiment met de Waalsprinter niet. De Waalsprinter<br />
is een proef tot 21 december 2007. We willen hiermee laten<br />
zien dat het openbaar vervoer een volwaardig alternatief<br />
kan zijn op filegevoelige trajecten – in dit geval de N325 naar<br />
Nijmegen. We willen forenzen op een makkelijke manier kennis<br />
laten maken met het openbaar vervoer. En we willen in de<br />
praktijk nagaan in hoeverre zo’n maatregel er in de spits voor<br />
kan zorgen dat Nijmegen beter bereikbaar wordt en dat er<br />
minder files zijn. Beter zou natuurlijk nog zijn als deze bussen<br />
ook overstappen op aardgas.<br />
Verder werken we in het project BBKAN! samen met de twintig<br />
gemeenten van de stadsregio, de provincie Gelderland en de<br />
Rijkswaterstaat Oost-Nederland aan het bereikbaar houden<br />
van de Stadsregio Arnhem Nijmegen. Zo start BBKAN! volgend<br />
jaar met maatregelen om de doorstroming op de Pley en het<br />
Velperbroek-circuit te verbeteren. Met een betere doorstroming<br />
leveren we vervolgens een bijdrage aan het verbeteren<br />
van de luchtkwaliteit. Ook op de Prins Mauritssingel zoeken we<br />
samen met BBKAN! naar mogelijkheden om de doorstroming,<br />
en dus de luchtkwaliteit, te verbeteren. Het zijn allemaal initiatieven<br />
die laten zien dat de tijd rijp is voor de aanpak van<br />
Eureka en dat Eureka nu al winst oplevert.”<br />
www.destadsregio.nl<br />
Eureka-conferenties<br />
De Stadsregio Arnhem Nijmegen organiseert een aantal<br />
‘Eureka-conferenties’ voor overheden en bedrijfsleven over<br />
de bijdrage van de regio aan de verbetering van de luchtkwaliteit<br />
en aan het tegengaan van de klimaatverandering.<br />
Op de eerste Eureka-conferentie op 14 juni stond de luchtkwaliteit<br />
centraal. Dit programma is uitgewerkt in vijf plannen<br />
van aanpak waaraan regionale overheden, bedrijven en<br />
wetenschappers samen werken. Op de tweede conferentie<br />
op 24 september ging het over de duurzame regio: kansen<br />
grijpen om de regio klimaatbestendig en economisch<br />
duurzaam te maken. In het voorjaar 2008, als de derde<br />
Eureka-conferentie wordt georganiseerd, beoordelen de<br />
deelnemers wat er tot dan toe is bereikt.<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 23
Omdat we het complete traject verzorgen: van pril idee tot<br />
complete huisstijl en van schetsontwerp tot website.<br />
Omdat onze visie in eerste instantie uitgaat van de uwe.<br />
Omdat onze ontwerpen eigentijds zijn, we ons eigen<br />
handschrift hebben, maar niet trendy of stijlgebonden zijn.<br />
Omdat we werken met heldere offertes, aantrekkelijke<br />
tarieven en strakke deadlines.<br />
En omdat we behalve toegankelijk, creatief en klantgericht<br />
ook meedenkend, maar niet meegaand zijn.<br />
24 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
Ontwerpbureau NEO<br />
Zutphensestraatweg 16<br />
6881 WS Velp<br />
telefoon 026 442 48 31<br />
fax 026 351 47 41<br />
post@ontwerpbureauneo.nl<br />
www.ontwerpbureauneo.nl
Culinaire avond ‘Oog op Ghana’ brengt realisatie oogkliniek een stap dichterbij<br />
mooie opbrengst met<br />
‘festival des amuses’<br />
Na maandenlange voorbereiding vond zaterdag 3 november het charity dinner<br />
van Stichting Emefa plaats. Op Landgoed Avegoor in Ellecom genoten on geveer<br />
honderdzestig gasten van een culinaire avond waarmee geld in gezameld werd<br />
voor de bouw van een oogkliniek in Ghana. Met de opbrengst van ruim 25<br />
duizend euro komt de realisatie van de oogkliniek een grote stap dichterbij.<br />
Stichting Emefa Rheden-Rozendaal is opgericht in 2004.<br />
Emefa voert in Ghana verschillende projecten uit om de<br />
levensstandaard van de inwoners te verbeteren. Al meer dan<br />
tien jaar zamelt de oprichter, opticien Hans Polman, tweedehands<br />
brillen in om in Ghana onder de bevolking te verspreiden.<br />
Daarnaast brengen hij en de andere bestuursleden van de<br />
stichting regelmatig een bezoek aan het land om oogmetingen<br />
uit te voeren en andere projecten op te zetten. Zo is in 2006<br />
een basisschool gerenoveerd op kosten van de stichting.<br />
Staar<br />
De stichting ontdekte tijdens deze reizen dat in Ghana veel<br />
mensen aan staar leiden. In Nederland leiden vooral oudere<br />
mensen aan deze afwijking aan de ogen, maar in Ghana komt<br />
het ook veel voor bij jonge kinderen. Staar is te verhelpen met<br />
een eenvoudige operatie, maar in Ghana ontbreekt het in veel<br />
gebieden aan klinieken, artsen en apparatuur. Stichting Emefa<br />
wil daarom in 2008 een oogkliniek bouwen in het dorpje Keta,<br />
regio Volta.<br />
Afgelopen maanden zijn veel bedrijven en instellingen benaderd<br />
voor de ondersteuning van dit project. Voor de culinaire<br />
avond op Landgoed Avegoor, ‘Oog op Ghana’ namen twintig<br />
bedrijven een sponsorpakket af; daarnaast is een groot aantal<br />
losse toegangskaarten verkocht. De stichting koos voor de<br />
opzet van een ‘festival des amuses’: verspreid over de zalen<br />
van Landgoed Avegoor genoten de gasten van de culinaire<br />
hoogstandjes die chef-kok Auke Blom en zijn team bereidden.<br />
Marlies Claasen, presentatrice van TV-Gelderland, leidde de<br />
avond. Daarnaast stonden er verschillende acts en optredens<br />
op het programma. Zo bracht Tamara Maria jazznummers ten<br />
gehore en sloot Petra Berger de avond af.<br />
Veiling<br />
Er was ook een kunstveiling. Een dertigtal veilingstukken<br />
gingen onder de hamer van de deskundige veilingmeester,<br />
waaronder een litho van Herman Brood en werken van lokale<br />
kunstenaars als Maurice Douma en Eugène Terwindt. Door de<br />
gasten werd enthousiast geboden op de werken en hiermee is<br />
ruim veertienduizend euro voor de oogkliniek ingezameld.<br />
De complete avond heeft ruim 25 duizend euro opgebracht.<br />
Hiermee is een grote stap gezet richting de realisatie van de<br />
kliniek. Voorzitter dan de stichting, Ap Lammers, is tevreden:<br />
“Wij zijn ons ervan bewust dat we er hiermee nog niet zijn,<br />
maar met deze opbrengst zetten we een grote stap in de<br />
goede richting.”<br />
www.emefa.nl<br />
Tekst Katja Elmendorp<br />
Fotografie Giel van den Hoven<br />
Presentatrice Marlies Claasen overhandigt de cheque met de op -<br />
brengst aan Ap Lammers, voorzitter van Stichting Emefa. Uit ein delijk<br />
kwam de teller op 25 duizend euro.<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 25
column<br />
Chapeau<br />
Als je met ondernemers discussieert over<br />
maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
(MVO), is er altijd iemand bij die verkondigt<br />
dat hij wel wat beters te doen heeft:<br />
“Moet ik nou ook al de softe jongen gaan<br />
uithangen? Meneer, mijn pallets moeten<br />
vol, straks staan hier twee trailers voor de<br />
deur, waar hééft u het over?”<br />
ondernemers en het<br />
sociale cement<br />
Het probleem met het fenomeen MVO is de benaming.<br />
‘Maatschappelijk verantwoord’ heeft iets bedillerigs<br />
en betuttelends, kortom: iets normatiefs. En als<br />
Nederlanders tegenwoordig ergens een hekel aan hebben,<br />
is het wel dat een ander ze voorschrijft wat wel en<br />
wat niet ‘hoort’. Misschien krijgen ondernemers daar<br />
nog eerder puistjes van dan een ander. Het gaat immers<br />
vaak om creatieve en inventieve geesten die nou juist<br />
kunnen excelleren als hun ideeën de ruimte krijgen. Dan<br />
zit je dus niet te wachten op opgeheven vingertjes en<br />
een ‘gij zult en gij zult niet’.<br />
Misschien is het wel daarom dat de term ‘duurzaam<br />
ondernemen’ steeds meer terrein wint, met dank aan Al<br />
Gore. Hij zorgde voor een groene focus in onze kijk op<br />
de toekomst. Inmiddels zijn we Gore’s visie aan het relativeren.<br />
Wetenschappers buitelen nu weer over elkaar<br />
heen om de vraag te beantwoorden of het allemaal zo’n<br />
vaart zal lopen.<br />
Dat neemt niet weg dat we onze woon-, werk- en<br />
leefomgeving wel degelijk toekomstbestendig moeten<br />
maken. Ook ondernemers moeten daar hun – ja, echt -<br />
verantwoordelijkheid in nemen. Niet alleen als het gaat<br />
om de hardware: de productiemiddelen, het bedrijfspand<br />
of de energievoorziening. Duurzaamheid heeft<br />
óók betrekking op de manier waarop we het sociaalmaatschappelijk<br />
verkeer inrichten.<br />
Neem de prachtwijken van minister Vogelaar. Af en<br />
toe is het cynisme over dat initiatief niet van de lucht.<br />
Natuurlijk zal er op onderdelen best het nodige aan te<br />
merken zijn op het project. Maar geef het een eerlijke<br />
kans, zou ik tegen ondernemers willen zeggen. Juist zij<br />
26 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
spelen een belangrijke rol in de wijkeconomie: ze voorzien<br />
de buurt van een economisch fundament waarop je<br />
letterlijk en figuurlijk een toekomst kunt bouwen.<br />
Dat is ook in het belang van het bedrijfsleven zelf. Wie<br />
niet inspeelt op de grote culturele en etnische diversiteit<br />
in de samenleving, prijst zichzelf uit de markt. Stel<br />
u ervoor open, laat allochtone jongeren welkom zijn als<br />
stagiair. Of sponsor het multiculturele wijkdiner. Het<br />
sociale cement dat u zo creëert, is cruciaal voor de<br />
duurzaamheid van de samenleving van de toekomst en<br />
daarmee ook voor uw eigen bedrijf.<br />
En weet u wat nou zou leuk is? Volgens mij bent u dan<br />
beslist maatschappelijk verantwoord aan het ondernemen…<br />
Ronald Migo,<br />
Algemeen directeur Kamer van Koophandel Centraal<br />
Gelderland<br />
rmigo@arnhem.kvk.nl
Zevenaar heeft landelijke primeur met op biomassagestookte installatie<br />
Tekst Susan Swaters<br />
Fotografie Luuk van der Lee<br />
nieuwe woonwijk krijgt<br />
energie via hout<br />
De echte wereldverbeteraars zitten in de gemeente Zevenaar. De vijftienhonderd<br />
nieuw te bouwen huizen in de woonwijk Groot-Holthuizen krijgen<br />
geen gasaansluiting, maar worden straks verwarmd met samengeperst hout.<br />
Projectleider Bart van de Wouw en Tanja Koenen zijn apetrots op deze primeur.<br />
“Dit is pas echte duurzaamheid.”<br />
“Iedereen heeft het tegenwoordig over duurzaam bouwen.<br />
Alternatieve waterafvoer, gebruik van duurzame materialen.<br />
Maar dat zijn allemaal maar kleine facetten. Wat hier gebeurt<br />
is uniek. Hiermee behalen we een CO2-reductie van tenminste<br />
vijfentwintig procent,” voorspelt Van de Wouw.<br />
De projectleider steekt zijn enthousiasme niet onder stoelen<br />
of banken. Hij prijst de volhardendheid van de Zevenaarse<br />
gemeenteraad. “Er zijn wel meer gemeenten die roepen dat ze<br />
die traditionele gaspijp niet willen. Maar als puntje bij paaltje<br />
komt, gebeurt het toch.”<br />
In de zoektocht naar een alternatieve verwarmingsbron ging<br />
het projectbureau Groot-Holthuizen heel ver. “We hebben zelfs<br />
gekeken naar de mogelijkheid om zo diep te boren dat je heet<br />
water naar boven kunt pompen”, vertelt Tanja Koenen. “Dan<br />
praat je over een diepte van twee kilometer. Die techniek staat<br />
nog in de kinderschoenen. Den Haag gaat daar mee experimenteren,<br />
maar los van of het kan: het is voor ons veel te duur.<br />
Alternatief is goed, maar het mag niet meer gaan kosten. Dat<br />
was een absolute randvoorwaarde van de gemeente.”<br />
Essent<br />
Toen aanbieder Essent de levering garandeerde van dertig<br />
jaar warmte via een biomassagestookte installatie, was de<br />
kogel door de kerk. Op het nabijgelegen bedrijventerrein<br />
7-Poort bouwt Essent een techniekruimte waarin enkele ketels<br />
staan. Deze installatie wordt gestookt op houtpellets, kleine<br />
brokjes geperst zaagsel afkomstig uit de meubelindustrie.<br />
Door de verbranding van het hout wordt het water verwarmd<br />
en via een ondergronds, gesloten buizensysteem naar de huizen<br />
getransporteerd.<br />
Bart van de Wouw ziet alleen maar voordelen. “Duurzaam<br />
betekent in de praktijk vaak ook dat je twee keer zoveel moet<br />
betalen. Maar dit systeem kost de gemeente geen cent extra<br />
en de toekomstige bewoners merken er niets van, want de<br />
aanlegkosten en de infrastructuur worden in de woningbouw<br />
meegenomen. Bovendien betalen ze geen hogere prijs voor de<br />
warmte. Want het kan niet zo zijn dat de mensen aan de ene<br />
kant van de spoorlijn meer gaan betalen voor hun energie dan<br />
de mensen aan de andere kant. Als je ook nog eens bewerkstelligt<br />
wat iedereen roept, namelijk ‘CO2-reductie’, tel dan je<br />
winst maar uit.”<br />
Montferland<br />
Daarnaast bestaat er een kans dat de gemeente Montferland<br />
met haar nieuwe woningen op de uitbreidingslocatie Kerkewijk<br />
aansluit op het nieuwe, duurzame warmtenet van Groot-<br />
Holthuizen. “Deze mogelijkheid onderzoeken we nog. Die<br />
woningen liggen aan de overkant van de weg en het spoor.<br />
Maar daarover gaan wij nog in gesprek met Montferland”,<br />
besluiten Tanja Koenen en Van de Wouw<br />
Tanja Koenen en Bart van de Wouw:<br />
“We behalen een CO2-reductie van tenminste 25 procent.”<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 27
“Mijn eerste relatieactiviteit was het organiseren van de<br />
presentatie in Gelredome van Cijfers en Trends van oktober<br />
dit jaar. In Cijfers en Trends geeft de Rabobank haar visie op<br />
negen sectoren in het Nederlandse bedrijfsleven. De kwartaalupdate<br />
stond in het teken van het thema ‘Maatschappelijk<br />
verantwoord ondernemen’ (MVO) en laat zien welke MVOontwikkelingen<br />
er in de negen sectoren spelen. Zo zien we bijvoorbeeld<br />
in de industrie dat bedrijven MVO als een strategie<br />
zien die kan leiden tot product- en marktinnovatie. MVO dus<br />
uit offensieve overwegingen. In de bouwwereld missen we nog<br />
de integrale aanpak van MVO-activiteiten die vaak nog een<br />
incidenteel karakter hebben. In de internationale handel spelen<br />
soms MVO-conflicten op, omdat de groothandelsbedrijven<br />
28 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
Tekst René Jansen<br />
Fotografie Luuk van der Lee<br />
Groenleningen voor biomassa-installaties, windenergie en agrarisch natuurbeheer<br />
“duurzaam ondernemen is<br />
kwestie van durven”<br />
René Jansen is sinds 1 september directeur Zakelijke relaties van Rabobank<br />
Arnhem en Omstreken. In die hoedanigheid heeft hij te maken met duurzaam<br />
ondernemen en investeren. Vooral natuurlijk als aanbieder van duurzame<br />
financiële diensten, maar ook als adviseur van particulieren en bedrijven. René<br />
Jansen over zijn betrokkenheid bij het duurzaamheidsvraagstuk.<br />
Het nieuwe kantoor van de Rabobank is gevestigd in het gerestau -<br />
reerde pand van architect Dudok op het Willemsplein in Arnhem<br />
regelmatig te maken krijgen met bijvoorbeeld lokale productveiligheidseisen<br />
die niet stroken met Nederlandse eisen.”<br />
“Ik kijk met veel plezier op de presentatie terug, ook vanwege<br />
het andere geluid van Anne-Marie Rakhorst. Zij schreef het<br />
boek Duurzaam ontwikkelen ..... een wereldkans! Ze gaf de<br />
aanwezige ondernemers en dienstverleners een andere kijk<br />
op duurzaamheid en MVO. Heel inspirerend. Zij benadert<br />
duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
met concrete oplossingen. Ze vindt dat je je niet moet laten<br />
afleiden door ongemakkelijke waarheden over smeltende<br />
gletsjers, een stijgende zeespiegel en klimaatverandering. Je<br />
moet je juist laten leiden door de opvatting dat ieder individu,<br />
de overheid en ondernemers concreet een stevige bijdrage<br />
kunnen leveren. Die visie spreekt mij enorm aan. In haar boek<br />
concludeert zij dat duurzaam handelen en ondernemen heel<br />
goed samen gaan, elkaar versterken en elkaar nodig hebben.<br />
Een conclusie die ik en het prachtige bedrijf Rabobank waarvoor<br />
ik werk, met haar delen.”<br />
Wat kunnen we ermee?<br />
“Maar hoe brengen we die visie in praktijk? Een goede aanpak<br />
of houding vind ik ‘cradle to cradle’ – van wieg tot wieg.<br />
Michael Braungart en William McDonough hebben dit begrip<br />
geïntroduceerd in hun boek Cradle to cradle uit 2002; Anne-<br />
Marie Rakhorst nam het initiatief voor de Nederlandse vertaling<br />
die vorige maand is verschenen. De centrale gedachte is,<br />
dat vormgevers er in de ontwerpfase al vanuit gaan dat alle<br />
materialen opnieuw te gebruiken of biologisch afbreekbaar<br />
moeten zijn. Als burger kun je jezelf bij de aanschaf van een<br />
artikel drie vragen stellen: is het biologisch afbreekbaar, is het
René Jansen, directeur Zakelijke relaties, Rabobank Arnhem e.o.<br />
opnieuw te gebruiken en is te verbranden voor energieopwek-<br />
king? Het laatste natuurlijk zonder dat er onschadelijke stof-<br />
fen vrijkomen.”<br />
“Als ik het boek van Anne-Marie nog eens na lees, dan zie ik<br />
genoeg kansen. Je kunt natuurlijk al, heel simpel, spaarlampen<br />
en led-verlichting gaan gebruiken. Maar als je nieuwe huishoudelijke<br />
apparaten moet aanschaffen, kun je ze selecteren<br />
op energieverbruik en de mogelijkheid van recycling. En de<br />
volgende leaseauto kan er een zijn er een met een hybride<br />
motor.”<br />
Hand in eigen boezen<br />
“Een bankier heeft natuurlijk gemakkelijk praten, die brengt<br />
immers geen tastbare producten voort. Dat klopt, maar wij<br />
werken wel in gebouwen die duurzaam gebouwd zijn en duurzaam<br />
gesloopt kunnen worden. Bij de keuze van het interieur<br />
kunnen wij het cradle to cradle principe als uitgangspunt<br />
hanteren. Het assortiment in de bedrijfskantine kan biologisch<br />
worden samengesteld. In ons kantoor in Arnhem-Zuid wordt<br />
energie opgewekt middels een klimaatplafond dat ventilatie,<br />
warme of koude lucht op een schone manier regelt.”<br />
“Als bankiers leveren wij onze concrete bijdrage onder meer<br />
met diensten zoals de klimaathypotheek en klimaatcreditcard.<br />
Steeds meer particulieren beleggen in Rabo Groen Obligaties.<br />
De Rabobank heeft in 2006 voor bijna vijfhonderd miljoen aan<br />
nieuwe groenleningen verstrekt. Ze gingen naar de glastuinbouw,<br />
biomassa-installaties, windenergie en agrarisch natuurbeheer.<br />
We gaan met ondernemers de dialoog aan, zodat ook<br />
zij vanuit hun eigen bedrijfsvoering kunnen bijdragen aan een<br />
duurzame wereld. Dat komt ook ten goede aan de continuïteit<br />
Rabobank Arnhem en Omstreken<br />
van hun bedrijf. In de toekomst zal duurzaamheid bij de behandeling<br />
van een financieringsaanvraag een steeds grotere rol<br />
gaan spelen. Duurzaamheid hoeft niet méér te kosten, sterker<br />
nog op den duur is het goedkoper en uiteindelijk noodzakelijk<br />
om te overleven! Naast deze meer directe activiteiten stimuleren<br />
wij diverse initiatieven in de regio. Initiatieven die gericht<br />
zijn op energie, milieu en techniek. Het is dan ook niet vreemd<br />
dat wij partner zijn in het EMT-project hier in Arnhem.”<br />
Geïnspireerd geraakt?<br />
“Wellicht bent u als burger geïnspireerd door een aantal voorbeelden<br />
die ik genoemd heb. Aan overheden geef ik graag de<br />
volgende boodschap van Anne-Marie Rakhorst door: ‘Neem<br />
afstand van alle vastgeroeste en ingesleten denkpatronen.<br />
Bundel krachten, stimuleer, faciliteer en geef ruimte aan vernieuwende<br />
visies en experimenten’. Arnhem als waterstofstad<br />
is hier een uitstekend voorbeeld van! En voor ondernemers:<br />
‘hoe meer succes, des te beter het is voor het milieu. Het is<br />
een kwestie van durven en doen. Zaken neerzetten die goed<br />
zijn voor de wereld, doordacht ontworpen, voor een acceptabele<br />
prijs en toch kwalitatief begeerlijk’. Arnhem als creatieve<br />
stad, stad voor ontwerpers heeft veel zoniet alles in huis om<br />
het principe van cradle to cradle verder inhoud te geven en er<br />
veel business mee te genereren. En hoe meer business, hoe<br />
meer dynamiek in Arnhem en Omstreken hoe beter voor u<br />
en ons!”<br />
www.rabobank.nl/arnhem<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 29
op safari in burgers’ zoo<br />
Gelokt met voer deden de giraffen in Burgers’ Zoo op vrijdag<br />
19 oktober precies wat ze moesten doen. Ze kwamen<br />
er nieuwsgierig bijstaan, toen directeur Alex van Hooff het<br />
vernieuwde savannelandschap, de nieuwe giraffenstallen en<br />
het Safari Meeting Centre voor geopend verklaarde (tweede<br />
van links foto boven). Hij werd bijgestaan door de overige<br />
directieleden Greet van Hooff-Wierenga en Bertine van Hooff-<br />
Nusselder (derde en vierde van links), en Commissaris der<br />
Koningin Clemens Cornielje (links). De ruim vijfhonderd gasten<br />
keken toe vanaf de grote buitenterrassen.<br />
Burgers’ Zoo heeft een kudde van negentien raszuivere<br />
Rotschild-giraffen, de grootste kudde van deze giraffensoort<br />
in Europa. In Burgers’ Zoo is hun getrouw nagebootste,<br />
Afrikaanse biotoop uitgebreid met een reusachtige rotsforma-<br />
tie en een grote drinkplaats voor de giraffen zelf en voor de<br />
zebra’s, pelikanen, kleinere antilopensoorten en loopvogels.<br />
’s Nachts en als het vriest verblijven de giraffen in de nieuwe<br />
stallen.<br />
Op de rotsformatie ligt het ‘Safari Meeting Centre’, een<br />
modern congrescentrum waarin u in safaristijl tot vijfhonderd<br />
gasten kunt ontvangen. Het heeft een grote foyer, een comfortabel<br />
auditorium en vijf vergaderzalen. De zalen hebben elk<br />
hun eigen Afrikaanse sfeer en uitzicht op de Bush en de Safari.<br />
U kunt er terecht met vijftig, negentig of honderd gasten. Het<br />
Safari Restaurant serveert voortreffelijke lunches en diners.<br />
Zin in een safari met uw klanten?<br />
www.burgerszoo.nl
Gemeente Zevenaar en bedrijfsleven geven toerisme een impuls<br />
“De beleving van de Liemers moet je proeven en voelen, en<br />
dat doe je met elkaar”, vertelt Erna Kruitwagen enthousiast.<br />
Ze is directeur van recreatieoord De Panoven, een industrieel<br />
erfgoed uit 1860, en ze schreeuwde jarenlang tevergeefs om<br />
samenwerking tussen en bewustwording bij bedrijven en overheid<br />
om De Liemers op de toeristische kaart te zetten.<br />
Platform<br />
Met de recente oprichting van het Toeristische Platform<br />
De Liemers is ze niet langer een roepende in de woestijn.<br />
Hoteleigenaren, andere fulltime horecamensen, vertegenwoordigers<br />
van recreatieschap Veluwe, campinghouders en<br />
de overheid hebben elkaar in dit platform gevonden. “Zolang<br />
mensen niet weten dat de mosterd uit Doesburg komt en het<br />
meel uit Oud-Zevenaar, dan werkt het niet. Net zo min als<br />
ondernemers denken dat je voor elk kwartje dat je investeert,<br />
meteen vijf euro moet terugkrijgen. Je moet geld op tafel leggen.<br />
Je moet het met zijn allen dragen. Met Liemers als geheel<br />
heb je veel meer te bieden: water, stad, terrassen, cultuur,<br />
winkels, natuur. De Liemers is een totaalproduct, maar daar<br />
doen we niets mee. Dat moet veranderen. Allemaal dragen we<br />
het gastheerschap van De Liemers uit. Ik hoop dat veel collega<br />
ondernemers uit de aangrenzende dorpen en steden zich bij<br />
ons overleg aansluiten.’’<br />
Erna Kruitwagen is blij met de financiële steun van de over-<br />
heid. “Toerisme is geen rijke sector. Die moet je als overheid<br />
koesteren. Minder regelgeving, investeren in bereikbaarheid.<br />
Hoe meer geld er wordt achtergelaten bij de ondernemers,<br />
hoe beter je de gemeente in stand houdt. Gelukkig doet<br />
Zevenaar er nu financieel een schepje bij. Dat is een stap in de<br />
goede richting,’’ vindt Erna Kruitwagen.<br />
RBT-KAN<br />
Om het toeristische imago van de Liemers, met Zevenaar<br />
als kloppend hart, te versterken, is gekozen voor aansluiting<br />
bij het Regionaal Bureau voor Toerisme in het Knooppunt<br />
Tekst Susan Swaters<br />
Fotografie Luuk van der Lee<br />
“liemerse beleving moet je<br />
proeven en voelen”<br />
Toeristisch Zevenaar trilt op haar grondvesten. Met dank aan de gemeente<br />
Zevenaar én het plaatselijke toeristische recreatieve bedrijfsleven. Om meer<br />
bezoekers naar De Liemers te trekken namen ze in oktober 2007 de aftrap van<br />
een toeristische campagne voor de hele Liemers: ‘Een plus een is zeven’.<br />
Arnhem-Nijmegen (RBT-KAN). Via marketing en promotie-inspanningen<br />
genereert het RBT-KAN meer bezoekers die langer<br />
blijven en meer besteden, waardoor het toeristisch marktaandeel<br />
van de hele regio Arnhem-Nijmegen en dat van de verschillende<br />
deelgebieden apart vergroot wordt. Webmarketing<br />
is daarbij een krachtig instrument. Het RBT-KAN heeft een<br />
netwerk van herkenbare en attractieve websites opgezet, die<br />
hoog in de zoekmachines staan. De Liemers is de zevende,<br />
specifieke regio binnen de Stadsregio Arnhem Nijmegen, die<br />
haar toeristische identiteit collectief laat uitdragen. Opvallend<br />
daarbij is het nieuwe toeristische logo: een groen vlak met de<br />
tekst ‘Liemers leven’.<br />
Erna Kruitwagen juicht alle ontwikkelingen van harte toe.<br />
“Marketing is voor ons als industrieel erfgoed van essentieel<br />
belang. Als je dan mee kunt lopen met de marketingtool<br />
van het RBT, dan scheelt dat enorm. Iemand in Betondorp in<br />
Amsterdam moet ons snel kunnen vinden.’’<br />
Erna Kruitwagen: “Allemaal dragen we het gastheerschap van De Liemers uit.”<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 31
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen<br />
HAN-studenten gaan op MVO-pad<br />
met duurzame strategie blijft<br />
bedrijf in de markt<br />
Najaar 2008 gaat bij de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen de minor<br />
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) van start. Tweede- en derdejaarsstudenten<br />
kunnen na het programma de principes van MVO toepassen<br />
in een bedrijfsomgeving. Úw bedrijfsomgeving misschien?<br />
Menig bedrijf wil een duurzaam imago. Maar dan moet het<br />
bedrijf dat ook echt zijn, want je beter voordoen dan je bent,<br />
is koren op de molen van de concurrent. Een onderneming<br />
kan zelfs aan niet-duurzaam zijn ten onder gaan, zoals het<br />
Britse Canterbury Foods overkwam, dat speciaal voor schoolkinderen<br />
vet en zoet voedsel produceerde. Tot Jamy Oliver de<br />
slechte gezondheid van die kinderen op tv aan de kaak stelde.<br />
Het bedrijf is uiteindelijk ternauwernood aan faillissement<br />
ontsnapt.<br />
Lector Gerard Berendsen heeft met zijn lectoraat Total<br />
Quality Management in Organisatiemanagement aan de HAN<br />
in samenwerking met TNO Apeldoorn een methodiek ontwikkeld,<br />
waarmee een bedrijf zelf zijn ambities kan vertalen in<br />
de strategie van de organisatie. Die strategie zou zo goed<br />
mogelijk moeten inspelen op de duurzame ontwikkeling van<br />
maatschappij en economie en moet een optimaal evenwicht<br />
tot uitdrukking brengen tussen de sociale (people), milieukundige<br />
(planet) en economische aspecten (profit).<br />
De Methodiek heet DOSIT: Duurzaam Ondernemen door<br />
Selectie van Innovatieve Technologie. Een ondernemer kan<br />
er in een tijdsbestek van twee á drie weken een duurzame<br />
middellange-termijnstrategie mee neerzetten. “Het idee daarachter<br />
is, dat bedrijven meer succes hebben wanneer zij MVO<br />
op een structurele wijze in hun meerjarenbeleid hebben verankerd<br />
en niet laat afhangen van toevallige omstandigheden”,<br />
licht Berendsen toe. Welke strategische keuzes je daarbij moet<br />
maken, wordt bepaald aan de hand van de DOSIT-methodiek.”<br />
Vanaf volgend studiejaar kunnen tweede- en derdejaars<br />
HAN-studenten zich bekwamen in de MVO-minor, naast hun<br />
hoofdvak. Ze zijn daarna onder meer in staat om in bedrijven<br />
MVO-vraagstukken in organisaties te analyseren en een<br />
implementatieplan te ontwikkelen op zowel proces-, keten- als<br />
systeemniveau.<br />
De methodiek bestaat uit vier stappen. Ten eerste literatuur-<br />
onderzoek en praten met mensen van de branchevereniging<br />
om de bijzondere kenmerken van de branche van het bedrijf<br />
32 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
Tekst bewerking HAN-blad april 2007<br />
Fotografie Rob Gieling<br />
in kaart te brengen. Als tweede stap analyseert de DOSITadviseur<br />
de plaats van het bedrijf binnen de keten. “Daarin<br />
worden alle partijen beschouwd. Van grondstoffenleverancier<br />
tot en met eindklant, om te bezien waar bijvoorbeeld het<br />
energieverbruik in het ketenproces geconcentreerd is. Soms<br />
lijkt dat de productie te zijn, maar is het bijvoorbeeld het<br />
transport.”<br />
Met de verzamelde informatie wordt er een vragenlijst samengesteld,<br />
die alle sleutelfunctionarissen binnen het bedrijf<br />
moeten beantwoorden. Berendsen: “Alle disciplines moeten<br />
gehoord worden, inkoop en verkoop, productie, de mensen<br />
van kwaliteitscontrole. Hun kennis en ervaring is belangrijk als<br />
input voor de vierde fase, waarin al die disciplines consensus<br />
moeten bereiken over de nieuwe strategie. Lukt dat niet, dan<br />
belandt zo’n strategie al gauw onderin de la.”<br />
“Het blijft lastig voor managers om objectief naar zichzelf en<br />
hun bedrijf te kijken”, weet Berendsen. “Met DOSIT kunnen ze<br />
een gewogen en gedragen beslissing nemen over de verschillende<br />
innovaties op basis van de drie p’s: people, planet en<br />
profit.”<br />
www.han.nl
zevenmiljoenste woning staat in schuytgraaf<br />
Begin november heeft minister Vogelaar van Wonen, Wijken en<br />
Integratie de sleutel van de zevenmiljoenste woning die in Nederland<br />
is gebouwd, aan de nieuwe bewoners overhandigd. Deze zevenmiljoenste<br />
woning (de zesmiljoenste woning kwam ruim vijftien jaar<br />
geleden gereed in Helmond) staat in Schuytgraaf, de nieuwbouwwijk in<br />
Zuidwest Arnhem met een groene, landelijke uitstraling. Niet voor niets<br />
wordt Schuytgraaf dan ook geafficheerd als ‘Arnhem in de Betuwe’. De<br />
woning ligt in de buurt Bongeren, een van de 25 buurten van de wijk<br />
waar tot 2012 ongeveer 6250 woningen worden gebouwd.<br />
Met het kabinetsuitgangspunt om de komende jaren tachtigduizend<br />
tot honderdduizend woningen per jaar te blijven bouwen, ligt er nog<br />
een belangrijke opgave. Reden te meer dus dat er bij deze mijlpaal<br />
even stilgestaan werd. Dat gebeurde ondermeer in de vorm van een<br />
mini-debatje, waarin Elco Brinkman (Bouwend Nederland), Willem van<br />
Focus op Arnhem<br />
Leeuwen (Aedes, de koepelorganisatie van woningcorporaties), de<br />
Wijchense burgemeester Gosse Noorderwier (ook Stadsregio), Theo<br />
Peters (gedeputeerde Gelderland) en de Arnhemse wethouder Sander<br />
van Bodegraven hun visie gaven op de ontwikkeling van de bouwproductie<br />
in Nederland.<br />
Met name Brinkman kon zich vinden in de woorden van minister<br />
Vogelaar, die er in haar speech voor pleitte een eind te maken aan het<br />
circus rond bezwaarprocedures bij bouwplannen. Volgens haar zijn er<br />
in de praktijk nogal wat voorbeelden van hardnekkige bezwaarmakers<br />
die bouwplannen traineren.<br />
De zevenmiljoenste woning is gebouwd door Rhynstroom, een<br />
samenwerkingsverband van vier Arnhemse woningbouwcorporaties,<br />
Volkshuisvesting Arnhem, Vivare, Omnia Wonen en Openbaar Belang.<br />
Minister Vogelaar overhandigt de sleutel van de 7 miljoenste woning aan de bewoners. Rechts burgemeester Krikke van Arnhem<br />
(Foto: Luuk van der Lee).<br />
kwaliteitsteam rijnboog met<br />
de solà-morales en coenen<br />
Het Arnhemse college van BenW heeft onlangs een zogeheten kwaliteitsteam<br />
voor Rijnboog ingesteld. De geestelijk vader van het masterplan<br />
Rijnboog, de Spaanse stedenbouwkundige en architect Manuel de<br />
Solà-Morales, voormalig Rijksbouwmeester Jo Coenen en Luc Vrolijks,<br />
van bureau Urban Progess Studio, zijn hiervoor gevraagd en hebben<br />
hun medewerking toegezegd. De planvorming in het Rijnbooggebied<br />
neemt vele jaren in beslag. Het kwaliteitsteam moet ervoor zorgen dat<br />
de kerngedachte van het Masterplan overeind blijft. M.a.w. het team<br />
moet het ‘geweten van het Masterplan Rijnboog’ zijn.<br />
De Solà-Morales: “Ik verwacht dat het kwaliteitsteam een garantie<br />
vormt voor het behoud van de echte kwaliteit die het Masterplan<br />
bedoelt heeft voor de stad. Het kwaliteitsteam zal nieuwe stappen in<br />
de uitwerking van Rijnboog aansturen. Zij zal in het bijzonder aandacht<br />
besteden aan de openbare ruimte in het gebied en aan het uitwerken<br />
van de sluishaven.”<br />
Momenteel wordt de planvorming voor deelgebieden in fase 1 opgepakt.<br />
De deelgebieden in fase 1 zijn: Bartokkwartier, Paradijskwartier,<br />
Havenkwartier en Coehoorn-Zuid en Coehoorn Noord-Oost. Voor het<br />
Bartokkwartier en het Paradijskwartier zijn inmiddels startovereenkomsten<br />
getekend met de ontwikkelaars. In deze deelgebieden wordt<br />
gestart met het ontwerpen van stedenbouwkundige schetsen.<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 33
Duurzaamheidsprojecten in de gemeente Arnhem<br />
Onlangs liet VROM-minister Jacqueline Cramer zich ontvallen,<br />
dat ‘de politiek’ nog niet echt een helder beeld van concrete<br />
maatregelen uitdraagt. Maar in het Arnhemse zijn de thema’s<br />
klimaatbeleid, duurzaamheid en energie wel degelijk veelvuldig<br />
onderwerp van het publieke én politieke debat. “Het<br />
energievraagstuk speelt volop binnen de gemeente en raakt<br />
ook aan strategische projecten als Arnhem Centraal, Rijnboog<br />
en Schuytgraaf. Daarnaast blijft Arnhem fors inzetten op<br />
waterstof, alom gezien als dé automobielbrandstof voor de<br />
toekomst. Waterstof is dan ook één van de speerpunten in het<br />
Arnhems energie- en milieubeleid”, zo meldt Marcel Robben,<br />
als Programmamanager Strategie werkzaam bij de dienst<br />
Stadsontwikkeling van de gemeente Arnhem.<br />
Hij vertelt dat er op verschillende plekken direct en indirect al<br />
wordt gewerkt aan de thema’s, en dat er visies worden ontwikkeld<br />
die ook nog eens concreet worden uitgewerkt.<br />
Een voorbeeld is bedrijventerrein Koningspley/Kleefse Waard,<br />
waarvoor begin 2006 een visie ontwikkeld is, in samenspraak<br />
met private partners en kennisinstellingen als Habiforum<br />
(bureau voor vernieuwend ruimtegebruik) en het Centrum<br />
voor Ondergronds Bouwen. “Deze visie kent drie achterliggende<br />
doelen: werkgelegenheid voor Arnhem en de regio, een<br />
verdere uitbouw van de bestaande en kansrijke sectoren met<br />
een focus op toegepaste energie- en milieutechnologie (EMT)<br />
en duurzame kwaliteit, door innovatief en intensief ruimtegebruik.<br />
De visie vormt een inspiratiebron voor het ontwikkelen<br />
en benutten van nieuwe, duurzame energiebronnen en milieuprocestechnieken”,<br />
aldus Robben.<br />
Landelijk niveau<br />
Maar ook op landelijk niveau willen lokale en regionale overheden<br />
en uiteraard ook de marktpartijen nu hun energie en ken-<br />
34 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
Tekst Roeland Loosen<br />
Fotografie Marianne van Sommeren<br />
arnhem verdient<br />
goedkeuring al gore<br />
Klimaatbeleid, duurzaamheid en energie(besparing): het zijn thema’s die vóór<br />
Al Gore ook al op de agenda van de gemeente Arnhem stonden. Ook de<br />
komende jaren richt Arnhem zich op het ontwikkelen van steeds meer toepassingen<br />
op het gebied van duurzame energie. Een overzicht van enkele ontwikkelingen<br />
in het Arnhemse.<br />
nis overdragen. “Zo is er in G27-verband, het samenwerkingsverband<br />
van 27 grote steden, een werkgroep Duurzaamheid<br />
in het leven geroepen die juist de kennis en initiatieven van<br />
gemeenten op dit terrein delen en bevorderen. Arnhem verkeert<br />
daarbij in de gelukkige omstandigheid dat het juist de<br />
marktpartijen aan het woord kan laten om te tonen hoe die<br />
visie en duurzaamheid in Arnhem een plaats hebben veroverd.<br />
De regio is rijp om door te groeien op het gebied van EMT en<br />
ook landelijk een rol te gaan spelen bij de bevordering van de<br />
toepassing, productie en consumptie van duurzame energie”,<br />
vertelt Robben, die dan ook meer dan verheugd was met het<br />
bliksembezoek dat minister Cramer medio november aan<br />
Koningspley/Kleefse Waard bracht. “In de stad waar ze zelf<br />
woont, heeft de minister kennis kunnen nemen van de activiteiten<br />
van bedrijven als Titan Wood, Helianthos, NedStack en<br />
Hygear, die de genoemde visie al ten uitvoer brengen.”<br />
‘House of energy’<br />
Bedrijventerrein Kleefse Waard/Koningsplein is niet de enige<br />
plek waar innovatie, duurzaamheid en procestechnologie<br />
samenkomen. Deze aspecten komen ook terug in het ‘house<br />
of energy’ van Cumae. Cumae is een projectmanagement- en<br />
ingenieursbureau, dat volgend jaar in Arnhem een nieuw<br />
kantoorpand betrekt. Dat pand wordt een ‘house of energy’:<br />
een gebouw waarin een groot aantal bestaande en nieuwe<br />
energiebesparende technieken in combinatie met de toepassing<br />
van waterstof voor de energievoorziening gaat zorgen.<br />
Sommige technieken zijn nog niet eerder toegepast in gebouwen.<br />
Cumae wil met dit nieuwe, integrale energieconcept laten<br />
zien dat nieuwe technieken van duurzame energievoorziening<br />
toepasbaar zijn en dat dit bijdraagt aan een schone toekomst.<br />
Volgens Robben wordt in het nieuwe pand van Cumae de
laatste technologie op het gebied van energiezuinig bouwen<br />
toegepast. “Cumae verwacht met het project vijftig tot tachtig<br />
procent aan energie te kunnen besparen.”<br />
Stadswarmte<br />
Een ander concreet voorbeeld op het gebied van duurzame<br />
energie is het gebruiken van restwarmte van industriële<br />
objecten voor bijvoorbeeld stadsverwarming. Het beleid in de<br />
programma’s van de ministers Cramer en Vogelaar is onder<br />
andere gericht op het benutten van restwarmte voor verwarming<br />
in de ‘gebouwde’ omgeving.<br />
Waar in Nijmegen de onderhandelingen over stadsverwarming<br />
van in totaal elfduizend woningen in de Waalsprong<br />
zijn gestrand, besloot de Arnhemse gemeenteraad kort geleden<br />
dat er een onderzoek komt naar de mogelijkheden van<br />
stadsverwarming voor de nieuwe woonwijk op het terrein<br />
van Akzo Nobel, waar zeshonderd tot achthonderd woningen<br />
komen. Momenteel wordt eraan gewerkt om de nieuwe huizen<br />
die de woningcorporaties Portaal en Vivare in de Arnhemse<br />
wijk Presikhaaf bouwen, aan te sluiten op stadsverwarming.<br />
Energiebedrijf Nuon wil de huizen in deze nieuw te bouwen<br />
delen van Presikhaaf gaan verwarmen met de restwarmte van<br />
de warmtekrachtcentrale op industriepark Kleefse Waard.<br />
Stadswarmte zorgt ervoor dat deze restwarmte niet in de<br />
lucht of in het oppervlaktewater terecht komt, maar juist nuttig<br />
gebruikt wordt. De restwarmte verwarmt water, dat naar<br />
woningen en bedrijven wordt gepompt. Daar geeft het water<br />
gemeente Arnhem<br />
Minister Jacqueline Cramer tijdens haar bliksembezoek in november aan industrieterrein Koningspley/Kleefse Waard, met gastheer Marcel Robben,<br />
Programmamanager Strategie van de Dienst Stadsontwikkeling<br />
de warmte af voor de verwarming van woningen en bedrijven<br />
en om warm water te maken. Daarna stroomt het stadswarmtewater<br />
terug naar de bron om opnieuw verwarmd te worden.<br />
Het is een gesloten systeem, vergelijkbaar met een cv-installatie<br />
in een woning, maar dan op grote schaal.<br />
De centrale op de Kleefse Waard levert ook aan de Arnhemse<br />
nieuwbouwwijk Schuytgraaf die eerder dit jaar aangesloten<br />
is op het milieuvriendelijke stadswarmtenet. Klaas Salomons,<br />
directeur GEM Schuytgraaf, zei het bij de officiële ingebruikname<br />
zo: “In Schuytgraaf kunnen we ongetwijfeld de goedkeurende<br />
blikken van Al Gore tegemoet zien. Geen enkele<br />
woning, school, dokterspraktijk of winkel wordt met aardgas<br />
verwarmd en daarmee reduceren wij in Schuytgraaf jaarlijks<br />
9,5 miljoen kilo CO2-uitstoot.” En: “ Met de reductie van CO2emissie<br />
van straks 6.250 woningen in Schuytgraaf nemen wij<br />
ruim 42 procent voor onze rekening van de totale emissiereductie<br />
in Arnhem binnen de huidige nieuwbouw- en renovatieprojecten.”<br />
Robben, tot slot: “Salomons vertelde ook dat één woning met<br />
stadswarmte jaarlijks net zoveel CO2 bespaart als ongeveer<br />
55 zonnepanelen of de uitstoot bij één autorit van circa tienduizend<br />
kilometer, van Arnhem naar Peking. Kun je nagaan<br />
wat een complete woonwijk op stadswarmte oplevert.”<br />
www.arnhem.nl<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 35
36 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
Tekst Gemma Schoot<br />
Fotografie Luuk van der Lee<br />
Edwin Verdurmen: “Duurzame gebouwen hebben een lange houdbaarheid in het stadsbeeld”<br />
kwaliteit bebouwde omgeving<br />
is een continue zorg<br />
Hoe kan een stadsbestuur samen met marktpartijen streven naar duurzame<br />
kwaliteit van de architectuur en de openbare ruimte? Tegenwoordig staat die<br />
vraag als bijna vanzelf centraal, al wordt de openbare ruimte rond een mooi<br />
nieuw project nog vaak stiefmoederlijk behandeld. Wel is het nu vanzelfsprekender<br />
dat bewoners, bedrijven en instellingen meedenken. Maar wat is ‘duurzame<br />
kwaliteit’ volgens Edwin Verdurmen, directeur van CASA, het onafhankelijke,<br />
Arnhemse architectuurcentrum?<br />
Verdurmen vindt het een complexe vraag en hij zou er een<br />
heel complex antwoord op kunnen geven. Architectuur is<br />
immers meer dan de gevel. Architectuur is ook een uiting van<br />
de tijdgeest, het geheel van denkbeelden en sociaal-maatschappelijke<br />
patronen, en die veranderen nogal eens.<br />
“Als ik het beperk tot het belang voor de stad als geheel,”<br />
begint hij, “dan denk ik dat architectonische kwaliteit toch<br />
afgemeten moet worden aan een houdbaarheidsdatum. Hoe<br />
lang blijft iets goed in het straatbeeld? De weinig spannende<br />
stadsvernieuwingsarchitectuur van de jaren zeventig en tachtig<br />
vinden we nu achterhaald. Evenals de manier waarop toen<br />
de overgangen tussen openbaar domein en privé-gebieden<br />
werden ontworpen. Tegenwoordig worden aardig wat woningbouwcomplexen<br />
uit die periode vervangen. In de jaren vijftig<br />
en zestig zijn in historische binnensteden moderne architectonische<br />
pareltjes gebouwd. Maar je ziet meteen dat ze eigenlijk<br />
niet passen in die historische omgeving, zoals het pand van de<br />
HEMA in Nijmegen bijvoorbeeld, of het Arnhemse stadhuis. In<br />
al deze voorbeelden is de architectuur een sterke uiting van<br />
de toenmalige tijdgeest. Bij elkaar is het een collage van architectuurvormen<br />
en stedenbouwkundige opvattingen. De ruimtelijke<br />
problemen doen zich voor op de raakvlakken tussen<br />
gebieden en gebouwen die onder verschillende tijdgeesten<br />
zijn ontwikkeld. Vandaag de dag ontwerpen architecten in veel<br />
gevallen contextgericht. De relatie tussen het te ontwerpen<br />
gebouw en de omgeving is dan een cruciaal onderdeel van het<br />
kwaliteitsdenken.”<br />
100-monumentenlijst<br />
Noch de Nijmeegse HEMA noch het Arnhemse stadhuis staat<br />
op de lijst van honderd monumenten, gebouwd tussen 1940 en<br />
1958, die minister Plasterk in oktober bekend heeft gemaakt.<br />
Ze zijn te jong. Maar in een volgende ronde moeten ze beslist<br />
een monumentenstatus krijgen, vindt Verdurmen. Wat voor<br />
criteria zou hij zelf eigenlijk aanleggen voor een monumentenstatus?<br />
Verdurmen, hardop nadenkend: “Zeldzaamheid, gaafheid,<br />
architectonische schoonheid, maatschappelijke betekenis,<br />
dat zijn de encyclopedische criteria. Maar daarnaast<br />
vind ik de betekenis belangrijk, die het pand heeft voor het<br />
collectieve geheugen van de stad. De Arnhemse schouwburg<br />
bijvoorbeeld is een lief gebouw, het staat mooi aan die singel.<br />
En hoewel het misschien niet het fraaiste voorbeeld is van<br />
Nieuwe Zakelijkheid uit de jaren dertig, heeft het gebouw voor<br />
heel veel mensen een belangrijke culturele betekenis. Daarom<br />
is het goed om het een goede functie te geven, als de toneelfunctie<br />
verhuist naar het kunstencluster in het Havenkwartier<br />
van Rijnboog. Zodat het gebouw in de ervaring van de stad<br />
een publieke betekenis blijft hebben. Hetzelfde geldt voor<br />
Musis Sacrum. Ik denk dat de gemeente en het projectbureau<br />
Rijnboog die verantwoordelijkheid wel hebben: als die culturele<br />
functies vanaf de rand van het centrum naar één plek<br />
worden gezogen, wat doe je dan op de verlaten locaties?”<br />
Dit is het soort vragen dat CASA als onafhankelijk platform wil<br />
stellen, in workshops, debatten, brainstorms. CASA wil bewustzijn<br />
stimuleren van de kwaliteiten van een gebouw, een gebied
Ontwikkelcombinatie Heijmans-Hendriks<br />
Artist impression van het plein in de Hessenberg, waarvoor in een open planproces 177 woningen en een parkeergarage zijn ontwikkeld<br />
en de historie ervan. Verdurmen: “We zijn een route aan het<br />
maken door het Rijnbooggebied en daarmee willen we vooral<br />
de historische gelaagdheid laten zien. De route voert langs<br />
diverse gebiedjes uit verschillende periodes: het negentiendeeeuwse<br />
Rijnfront, de woningen uit de wederopbouwperiode.<br />
De Nieuwe Weerdjes van rond 1980 en het Arnhem Building.<br />
Maar ook de ooit goedbedoelde relicten die in de openbare<br />
ruimte zijn achtergebleven, zoals een betonnen pingpongtafel.<br />
De ‘verhekking’ die je tegenkomt, is weer een reactie op de<br />
overlast van hangjongeren en drugsgebruikers, terwijl openbaarheid<br />
en doorwaadbaarheid het uitgangspunt voor de wijk<br />
was. De route brengt dit alles in kaart. We willen ervaarbaar<br />
maken hoe men in de verschillende perioden over ‘de kwalitatieve<br />
omgeving’ dacht.”<br />
Over wat ervan behouden moet blijven, spreekt Verdurmen<br />
zich niet uit. Wel vermoedt hij dat de Nieuwe Weerdjes overeind<br />
zal blijven, omdat het wijkje een van de betere in zijn<br />
soort is. “Áls het gesloopt moet worden, dan zou je het bijna<br />
willen verplaatsen naar het Openluchtmuseum, omdat het zo<br />
exemplarisch is voor zijn tijd. Tussen 1975 en 1985 keerde men<br />
zich tegen de monotone bouw van de Nieuwe Zakelijkheid<br />
uit de eerste naoorlogse decennia. De menselijke maat kwam<br />
voorop te staan en men vertrouwde niet meer zo op de<br />
vormgeving van overheid, stedenbouwers en architecten, die<br />
immers verantwoordelijk waren voor het architectuurbeeld uit<br />
de vroeg naoorlogse periode.”<br />
Het was daarnaast de tijd waarin de democratiseringsgolf en<br />
Duurzaamheid<br />
de emancipatie van de burger – eind jaren zestig al begonnen –<br />
ook het terrein van de planontwikkeling bereikten. “Architecten<br />
hingen bij wijze van spreken de hele dag aan de telefoon met<br />
werkgroepleden en hielden eindeloze vergaderingen met<br />
bewonersgroeperingen. Architectonische vormgeving kwam<br />
er niet echt bij kijken. Zo zijn er in die tijd door heel Nederland<br />
woonwijken en wijkjes zoals de Nieuwe Weerdjes in Arnhem<br />
gebouwd, opgetrokken uit van die uniforme, roodrozige bakstenen<br />
met betonnen balkonnetjes en van die gestandaardiseerde<br />
vormelementjes en schijndakvlakjes.” Verdurmen legt<br />
het beeldend uit in passende verkleinwoorden. “Aan de rand<br />
van de steden werden het bloemkoolwijken of verdwaalwijken.<br />
De plattegrond ervan is verdeeld in kleine hofjes en woonerfjes:<br />
de bloemkoolroosjes, waar je steevast in verdwaalt. In de<br />
binnensteden ontstaan ze na stadssanering, zoals de Nieuwe<br />
Weerdjes. De architecten, Van den Broek en Bakema, hebben<br />
zich er later van gedistantieerd, omdat zij zich niet meer met<br />
het eindresultaat konden identificeren. Inspraak en architectonische<br />
kwaliteit zaten elkaar in die tijd behoorlijk in de weg,<br />
ten nadele van de kwaliteit.”<br />
Design<br />
Met de aandacht voor kwaliteit van vormgeving is het sinds<br />
midden jaren tachtig wel weer goed gekomen. Enerzijds doordat<br />
men weer oog kreeg voor vormgeving en architectuur.<br />
Anderzijds door ontwikkelingen zoals de terugtredende overheid<br />
en het opkomende marktdenken. “Projectontwikkelaars<br />
en investeerders verwierven meer invloed op wat er waar en<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 37
De entree van het Musiskwartier, het visitekaartje van Arnhem, is een jaar na de oplevering verrommeld<br />
hoe gebouwd werd. Parallel daaraan ontwikkelden ze uit de<br />
oude aanbodgerichte aanpak van de overheid een marktgericht<br />
stelsel, waarin ze heel bewust marktonderzoek naar de<br />
woningbehoeften gingen doen. Automatisch komt daarbij de<br />
burger weer in beeld.”<br />
Tegenwoordig is het kwaliteitsdenken heel sterk ingekapseld<br />
in de besluitvorming. Geen project zonder marktverkenning,<br />
masterplan, stedenbouwkundige plannen en beeldkwaliteitsplannen;<br />
de laatste twee al dan niet in het kader van een prijsvraag.<br />
Dat competitie-element haalt ook weer het beste in de<br />
vormgever naar boven.<br />
En met de relatie inspraak en architectonische kwaliteit is het<br />
ook niet slecht gesteld. “Door schade en schande wijs geworden,<br />
kiezen overheden en projectontwikkelaars steeds meer<br />
voor een open planproces. Ze erkennen nu dat het bijdraagt<br />
aan een duurzame waardering door de burgers en gebruikers<br />
van de gebouwde omgeving. De ene gemeente heeft er meer<br />
moeite mee dan de ander. In Nijmegen bijvoorbeeld was het in<br />
2000 wethouder Paul Depla die erop aanstuurde. Op zijn voorstel<br />
heeft het gemeentebestuur een plan van tafel geveegd,<br />
Flash Gordon geheten, dat weliswaar een Europese prijs had<br />
gewonnen, maar door de bewoners niet gepikt werd. Er is<br />
een plangroep van bewoners, ondernemers en betrokkenen<br />
geformeerd, die stap voor stap de plannen heeft ontwikkeld;<br />
het heet de Hessenberg. Gerenommeerde ontwerpers uit<br />
Nederland en België werden ervoor uitgenodigd. De plangroep<br />
heeft op stedenbouwkundig niveau al keuzes kunnen maken.<br />
Een open planproces houdt echter niet in dat de burger het<br />
ontwerp maakt. Daarvoor zijn altijd goede professionals<br />
nodig.”<br />
38 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
“Open planprocessen werken vaak het beste als het gebeurt<br />
met mensen die er direct bij betrokken zijn, in het gebied zelf.<br />
Al is het daarbij soms moeilijk om hun belangen af te meten<br />
aan de collectieve belangen voor de stad. Kijk naar de lage<br />
opkomst van het Arnhemse havenpreferendum. Dat was voor<br />
mensen in de buitenwijken veel minder belangrijk. Ik denk dat<br />
het voor veel mensen een ver-van-mijn-bed-show is geweest,<br />
en dat ze toch niet helemaal het belang van een dergelijk<br />
grote ingreep voor de stad hebben kunnen zien.”<br />
Musiskwartier<br />
Het Musiskwartier, het nieuwe winkelhart van Arnhem, is<br />
trouwens in de schaduw van de publiciteit ontwikkeld en<br />
wordt toch breed gewaardeerd, bedenkt Verdurmen nu. Een<br />
open planproces is dus niet per se vereist voor een geslaagd<br />
project. Wel is er kritiek op het beheer van de omgeving. “Een<br />
jaar na de oplevering is de entree al aan het verrommelen.<br />
Naast de Plus supermarkt heeft men een lelijke draaideur in<br />
de gevel geplaatst en de betonnen kolom ervoor is in de appelgroene<br />
huiskleur geschilderd. Gelukkig is dat groen nu met<br />
grijs overgeschilderd. Het hele pleintje ziet er rommelig uit,<br />
met die reclamezuil, de stalen paaltjes waarvan sommige al<br />
scheef staan, de marmeren banken, de kiosk met Vietnamese<br />
loempia’s. En ondanks de gratis fietsenstalling, blijf je struikelen<br />
over de fietsen. Hoe mooi een plan ook is, het moet<br />
onderhouden worden als het er eenmaal staat. Dat is ook een<br />
aspect van duurzame kwaliteit van de bebouwde omgeving.<br />
Het is een continue zorg.”<br />
www.casa-arnhem.nl
Sponsors gezocht met warm hart voor Spanje<br />
‘pasión’ in arnhem<br />
In juni 2008 zal het tijdens de grote kunst- en cultuurmanifestatie ‘Pasión’ in<br />
de Arnhemse Eusebiuskerk zinderen van Spaanse passie. Spaanse kunstenaars<br />
exposeren er grote werken, er zijn lezingen en er is muziek. “Spanje is meer<br />
dan alleen maar zon en strand”, zegt hispaniste Alicia <strong>Winter</strong>s, die het initiatief<br />
voor de manifestatie nam.<br />
Alicia <strong>Winter</strong>s is tolk/vertaalster en heeft haar eigen bureau<br />
voor intercommunicatie met Spanje, en daarnaast organiseert<br />
ze tentoonstellingen met werk van Spaanse kunstenaars<br />
en brengt ze uitwisselingen op gang tussen hen en hun<br />
Nederlandse collega’s.<br />
Voor de manifestatie in de Eusebiuskerk haalt ze twintig vooraanstaande<br />
kunstenaars uit Spanje naar Nederland. Ze is blij<br />
dat ze de Eusebius tot haar beschikking heeft, want nu kan ze<br />
ook eens hun grote werk laten zien. “Het zijn beeldhouwers<br />
en schilders die allemaal één of meerdere grote prijzen hebben<br />
gewonnen bij Spaanse nationale en regionale concoursen.<br />
Voor de opening komt de muziekgroep Merengue de Córdoba<br />
over.” Naast deze tentoonstelling is er ook een fotoserie te<br />
zien over de Semana Santa in Spanje en zijn er lezingen over<br />
kunst, cultuur en architectuur.<br />
De bezoekers van de manifestatie zullen ontdekken dat<br />
Spanje meer is dan alleen maar zon en strand, voorspelt Alicia<br />
<strong>Winter</strong>s. “Na de dood van generaal Franco in 1975 ontwikkelde<br />
Spanje zich tot het vrije Spanje van nu. De laatste tien tot<br />
vijftien jaar heeft de Spaanse, moderne kunst een grote vlucht<br />
genomen. Jaarlijks worden er ‘certámenes de arte plástico’<br />
gehouden - wedstrijden - waaruit elke keer weer verrassende<br />
kunstenaars tevoorschijn komen. Het is tijd dat zij ook in het<br />
buitenland bekend worden.”<br />
Begroting<br />
Alicia <strong>Winter</strong>s heeft voor de organisatie – ze wordt bijgestaan<br />
door een klein werkteam - de stichting Pasión opgericht.<br />
Daarnaast is ze geadviseerd door José Alferink, oud-directeur<br />
van Kunsthuis 13 in Velp, en door Max Meijer, oud-directeur<br />
van het Museum voor Moderne Kunst Arnhem; Meijer is ook<br />
gevraagd op te treden als conservator.<br />
De begroting van de manifestatie is tweehonderdvijftigduizend<br />
euro groot. Voor ongeveer driekwart daarvan zoekt<br />
Alicia <strong>Winter</strong>s nog sponsors, kleine en grote. Voor hen zijn<br />
aparte arrangementen gemaakt. Zo krijgen de grote sponsors<br />
- vanaf vijftienduizend euro –behalve naamsvermelding in<br />
onder andere de catalogus ook een lezing naar keuze, die zij<br />
met twintig tot 25 eigen relaties kunnen bijwonen. Napraten<br />
in de expositieruimte hoort er ook bij, onder het genot van<br />
tapas en wijn, en omlijst door Spaanse muziek. Aansluitend<br />
Tekst Gemma Schoot<br />
Fotografie Ube, Madrid<br />
kunnen de sponsors in café-brasserie Dudok hun relaties een<br />
ontvangst of diner op maat aanbieden.<br />
“Pasión biedt bedrijven een fantastische gelegenheid voor<br />
extra exposure. Arnhem trekt als beste binnenstad van<br />
Nederland veel bezoekers. Vooral in juni 2008 zullen er veel<br />
binnen- en buitenlandse bezoekers komen vanwege de internationale<br />
beeldententoonstelling Sonsbeek 2008. Bij de opening<br />
worden de beelden in processie door de stad gedragen, ook<br />
langs de Eusibiuskerk die met Pasión in het kunstrouteboekje<br />
wordt opgenomen. Juni wordt dé stedentripmaand!”<br />
Esperanzas doradas (gouden verwachtingen) van Ube, Madrid<br />
www.aliciawinters.nl<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 39
column<br />
Een bekend aforisme luidt: ‘Democratie is<br />
een proces waarin de mensen vrij zijn om<br />
de man te kiezen die van alles de schuld<br />
krijgt’. Maar Wim Kan zei: ‘Democratie<br />
is de wil van het volk. Elke morgen lees<br />
ik stomverbaasd in de krant wat ik nou<br />
weer wil’. Hoe is het met de kwaliteit en<br />
duurzaamheid gesteld van onze politiek en<br />
democratie?<br />
politieke duurzaamheid<br />
De drie grote partijen, CDA, PvdA en VVD, en hun voor-<br />
lopers vertegenwoordigen al ruim een eeuw lang een<br />
ruime meerderheid van het electoraat. Ook vinden we<br />
er altijd wel twee van terug in de regering. Je kunt ze<br />
dus ‘duurzame partijen’ noemen. Maar voor hoelang<br />
nog? De winst van de Lijst Pim Fortuyn in 2002 deed<br />
het partijsysteem op zijn grondvesten schudden. In<br />
2006 maakte de SP een opzienbarende winst, en als<br />
er nu verkiezingen zouden worden gehouden, zouden<br />
Wilders en Verdonk een substantieel deel van het electoraat<br />
winnen. Die ‘nieuwkomers’ onttrekken stemmen<br />
aan de gevestigde partijen, die samen niet meer op een<br />
meerderheid kunnen rekenen. De uiterste houdbaarheidsdatum<br />
komt nog niet in zicht, maar er is toch wel<br />
sprake van een zekere vergankelijkheid.<br />
De ‘duurzame kiezer’ is ook aan verandering onderhevig.<br />
Sinds het einde van de verzuiling zijn steeds meer<br />
kiezers gaan zweven; een minderheid stemt bij drie<br />
opeenvolgende verkiezingen nog wel trouw op dezelfde<br />
partij. Toch blijkt uit kiezersonderzoek ook dat veel van<br />
die wisselaars niet echt op drift zijn geraakt. Ze stemmen<br />
bijvoorbeeld meestal op een partij die ideologisch<br />
dicht bij de oude partij staat. Of ze brengen uit ongenoegen<br />
een proteststem uit. ‘Strategisch stemmen’<br />
hoort ook tot het kiezersrepertoire; stem partij X om<br />
partij Y uit de regering te houden.<br />
Dit weloverwogen kiesgedrag wijst niet direct op kwaliteitsverlies<br />
van kiezers. Dan kun je beter kijken naar de<br />
opkomstpercentages bij verkiezingen en referenda. De<br />
recente ervaringen met referenda geven te denken, al<br />
kun je het een kiezer niet euvel duiden dat hij/zij niet<br />
opkomt als het om drie keer niks gaat. Op die manier<br />
worden burgers erg weinig in staat gesteld om van hun<br />
politieke duurzaamheid blijk te geven.<br />
40 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
Over de duurzaamheid van onze zo gekoesterde democratie<br />
maakt men zich alom zorgen. Van 5 tot 12 oktober<br />
was het de Week van de Democratie. Een blik op<br />
de bijbehorende website, www.wijzijndebaas.nl, maakte<br />
snel duidelijk dat onze democratie het bij de eerstvolgende<br />
APK-keuring moeilijk zal krijgen. Op de site<br />
konden alle burgers hun voorkeur voor een tiental verbetermaatregelen<br />
kenbaar te maken. Maar helaas ging<br />
het niet echt over de participatiemogelijkheden, terwijl<br />
alle opinie- en kiezersonderzoeken sinds 1967 steeds<br />
hetzelfde aantonen: burgers zijn ontevreden over onze<br />
democratie.<br />
Ook het grote, online opinieonderzoek de ‘21minutenenquête’<br />
van begin oktober maakt dat glashelder. De<br />
helft van de burgers voelt zich niet vertegenwoordigd<br />
in de politiek, 57 procent vindt dat men niet voldoende<br />
invloed heeft op het Nederlandse bestuur, 83 procent<br />
meent dat de burger zelf het meest verantwoordelijk is<br />
voor de instandhouding van de politiek en tweederde is<br />
voorstander van het bindende referendum.<br />
Is het dus slecht gesteld met de duurzaamheid van onze<br />
democratie? Niet als het gaat om de overlevingskansen,<br />
maar wel als je het kwaliteitsaspect erbij betrekt.<br />
Monique Leyenaar<br />
Hoogleraar Vergelijkende Politicologie,<br />
i.h.b. Politieke Participatie en Politieke Vernieuwing,<br />
Radboud Universiteit Nijmegen<br />
m.leyenaar@fm.ru.nl
Stichting De Driestroom verbetert kwaliteit door klantervaringsonderzoek<br />
een koffer met kaartjes<br />
Stichting De Driestroom, met meer dan negentig locaties in Arnhem, Nijmegen<br />
en het Land van Maas en Waal, biedt steun aan mensen met een verstandelijke<br />
beperking. De kwaliteit van bestaan van de cliënten staat hierbij voorop.<br />
Daarom heeft De Driestroom een grootschalig klantervaringsonderzoek onder<br />
cliënten en hun ouders gehouden.<br />
“Wil je kwaliteit leveren, dan moet je weten hoe je cliënten<br />
de dienstverlening ervaren.” Aan het woord is Ton Oolthuis,<br />
als hoofd bestuursbureau nauw betrokken bij het klantervaringsonderzoek<br />
dat is uitgevoerd door het onafhankelijke<br />
onderzoeksbureau ITS van de Radboud Universiteit Nijmegen.<br />
“We hadden ook de mogelijkheid ons aan te sluiten bij een<br />
onderzoek uitgevoerd door de koepelorganisatie, maar zij<br />
ontwikkelden een instrument voor alle gehandicapten, terwijl<br />
wij uitsluitend met mensen met een verstandelijke beperking<br />
werken. Bovendien wilden zij een benchmark, waarbij de<br />
diverse instellingen tegen elkaar afgezet worden. Wij wilden<br />
echter specifiek weten waar onze eigen knelpunten zitten.<br />
Gevolg is wel dat we ons onderzoek geheel zelf hebben moeten<br />
financieren.”<br />
Een koffer met kaartjes<br />
De wijze waarop het onderzoek werd uitgevoerd is bijzonder.<br />
De basis werd gevormd door een speciaal kwaliteitsinstrument<br />
dat werd ontwikkeld door dr. Wil Buntinx van de Universiteit<br />
Maastricht. Oolthuis: “Zes getrainde interviewers hebben<br />
ruim zevenhonderd van de duizend volwassen cliënten ondervraagd,<br />
een ongekend hoog responspercentage. Ze werkten<br />
daarbij met een speciaal daarvoor ontwikkelde gevisualiseerde<br />
vragenlijst en een zogenaamde interviewkoffer met<br />
beeldmateriaal. Onze cliënten konden met de kaartjes, met<br />
daarop een duim omhoog of een duim omlaag, aangeven hoe<br />
ze denken over de voorgelegde situatie. Voor de ouders werd<br />
een bestaande vragenlijst verfijnd.”<br />
De resultaten van het onderzoek zijn zeker bemoedigend.<br />
Cliënten en ouders zijn over het algemeen zeer tevreden over<br />
de zorg- en dienstverlening van De Driestroom. Vooral de<br />
veiligheid, een onderwerp dat ouders en verwanten veruit het<br />
belangrijkste vinden, kwam zeer goed uit de bus. Er kwamen<br />
echter, zoals beoogd, ook enkele verbeterpunten naar voren.<br />
Deze verbeterpunten zijn per team omgezet in plannen om<br />
deze aan te pakken en te verbeteren. Het klantervaringsonderzoek<br />
onder cliënten zal een integraal onderdeel gaan vormen<br />
van het individuele begeleidingsplan. Onder ouders en verte-<br />
www.driestroom.nl<br />
Stichting De Driestroom<br />
Tekst Hans Rebers<br />
Fotografie Goedele Monnens<br />
genwoordigers wordt het onderzoek tweejaarlijks herhaald.<br />
Oolthuis: “Zo hebben we constant een vinger aan de pols als<br />
het gaat om de kwaliteit van onze diensten.”<br />
Trots<br />
Oolthuis: “We zullen ook meer aandacht gaan besteden aan<br />
een actieve en gezonde leefwijze. Dan kan je denken aan<br />
voeding, maar ook het zorgen voor een goede afwisseling in<br />
de dagbesteding valt er onder. Daarom zijn we samenwerking<br />
aangegaan met fitnesscentra en zijn ook besprekingen in gang<br />
gezet met het CIOS in Arnhem. Dankzij het onderzoek hebben<br />
we dus concrete keuzes kunnen maken die onze kwaliteit van<br />
ondersteuning gericht zullen verbeteren.<br />
Sinds we dit onderzoek hebben gepubliceerd worden we vaak<br />
benaderd door andere instellingen die dit instrument ook willen<br />
toepassen in hun organisatie. Daar zijn we best trots op.”<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 41
42 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007
Performatica traint thuiszorgmedewerkers Vérian<br />
sterk in je werk<br />
Steeds meer thuiszorgmedewerkers krijgen te maken met ongewenste situaties.<br />
Training- en consultancybureau Performatica leerde de medewerkers van thuiszorgorganisatie<br />
Vérian om te gaan met dergelijke situaties.<br />
Sociale veiligheid is een belangrijk thema binnen de thuiszorg.<br />
Bij thuiszorgorganisatie Vérian is dit niet anders. Ina van<br />
Swaaij, als arbo-coördinator medeverantwoordelijk voor het<br />
welzijn van alle medewerkers van Vérian: “Er zijn steeds meer<br />
mensen afhankelijk van de thuiszorg, met heel uiteenlopende<br />
ziektebeelden en wensen. Helaas neemt ook het aantal uitingen<br />
van agressief en dwingend gedrag toe.”<br />
Convenant<br />
Die ontwikkeling was aanleiding om binnen de sector een<br />
convenant op te stellen. Hierin was de afspraak opgenomen<br />
aandacht te besteden aan de veiligheid van medewerkers<br />
binnen de thuiszorg. In dit kader heeft Vérian een enquête<br />
onder de medewerkers gehouden. Ina Van Swaaij: “Een van<br />
de uitkomsten was dat er met name onder medewerkers die<br />
in ongewenste situaties terecht waren gekomen, behoefte was<br />
aan een bepaalde vorm van training.”<br />
Deze training kreeg de naam ‘Sterk in je werk’. Voor de uitvoering<br />
werd een beroep gedaan op Performatica. Ina van Swaaij:<br />
“Performatica had al ervaring met interactieve workshops met<br />
een persoonlijke en praktijkgerichte aanpak. Bovendien waren<br />
zij zich er goed van bewust dat dergelijke trainingen heftige<br />
emoties bij de deelnemers los kunnen maken. Het is zeer<br />
belangrijk dat de trainer hier goed op inspeelt. Voor ons reden<br />
genoeg om Performatica voor deze training in te schakelen.”<br />
Professionals<br />
Samen met de opleidingsadviseur van Vérian hebben Ina Van<br />
Swaaij en Performatica vervolgens de inhoud en vorm van de<br />
training vastgesteld. “Hierbij zijn we uiteraard uitgegaan van<br />
het welzijn van onze medewerkers. Tegelijkertijd wilden we<br />
rekening houden met het feit dat zij professionals zijn, met wie<br />
je dus niet té bemoederend moet omgaan.”<br />
Uiteindelijk is ervoor gekozen om in groepjes van ongeveer<br />
tien medewerkers, in samenwerking met een professionele<br />
acteur, voorgekomen situaties te bespreken en na te spelen.<br />
Ina Van Swaaij: “Iedereen die behoefte had aan de training,<br />
kon zich hiervoor inschrijven. Alle deelnemers is vervolgens<br />
gevraagd een leervraag te formuleren, gebaseerd op een<br />
persoonlijke ervaring. Deze ervaring werd met een profes-<br />
Tekst Hans Rebers<br />
Fotografie Luuk van der Lee<br />
sionele acteur nagespeeld. Onder begeleiding van de trainer<br />
van Performatica werd vervolgens met de groep besproken<br />
wat er goed en fout was gegaan en hoe ze in de toekomst met<br />
vergelijkbare situaties om zouden kunnen gaan.”<br />
Handelingsalternatief<br />
De resultaten van de training zijn positief, vertelt Ina Van<br />
Swaaij. “In drie jaar tijd hebben in totaal ongeveer honderd<br />
medewerkers, met name huishoudelijk medewerkers en medewerkers<br />
uit de verpleging en verzorging, deelgenomen aan de<br />
training. De medewerkers hebben aangegeven niet langer met<br />
hun problemen rond te lopen nu ze besproken zijn. Ze hebben<br />
nu een handelingsalternatief, mochten ze in de toekomst in<br />
een soortgelijke situatie terechtkomen. Op deze manier voorkom<br />
je uitval door ziekteverzuim en psychische overbelasting.<br />
Het is dus een uiterst effectieve training gebleken.”<br />
www.performatica.nl<br />
Performatica<br />
Ina van Swaaij, arbo-coördinator bij thuiszorgorganisatie Vérian<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 43
Een 10 voor duurzaamheid<br />
bd architectuur zit het duurzaam, integraal ontwerpen in de<br />
genen. Het bureau verenigt de vakgebieden architectuur, interieur,<br />
bouwkunde, advies en stedenbouw in zich. Sinds de jaren<br />
negentig integreert het bureau die breedte met duurzaam en<br />
energiezuinig bouwen.<br />
Het raadhuis van de gemeente Heemskerk is het voorlopige<br />
hoogtepunt in deze ontwikkeling. Het is het eerste<br />
gebouw dat bd architectuur ontwerpt met behulp van GPR-<br />
Gebouw. GPR-Gebouw is een softwarepakket waarmee je<br />
vijf soorten duurzame maatregelen met elkaar in balans<br />
kunt brengen: energieverbruik, de keuze van materialen, de<br />
afvalstromen, het waterverbruik en gezondheid. “De keuzes<br />
hangen af van de duurzaamheidsambities van de opdrachtgever:<br />
hoeveel energiereductie wil hij bereiken? De prestaties<br />
worden voor elke categorie uitgedrukt in een rapportcijfer.<br />
Je krijgt een 5 als je bouwt volgens het Bouwbesluit.<br />
Maar we streven natuurlijk naar de maximale duurzaamheid:<br />
een 10”, aldus Johan Meijer, architect en directeur, van bd<br />
architectuur dat een licentie heeft voor het gebruik van<br />
GPR-Gebouw.<br />
“Het is leuk en inspirerend om mee te werken. Je kunt de<br />
opdrachtgever meteen laten zien wat bijvoorbeeld het toepassen<br />
van zonnepanelen be tekent voor de energieprestatie van<br />
het gebouw. Dat maakt het zeker voor een gemeentebestuur<br />
heel concreet.”<br />
www.bdarchitectuur.nl
Ondernemers kunnen ambassadeur van Breed worden<br />
“De regering heeft haar mond vol van het stimuleren van de<br />
kennismaatschappij. Als ik heel eerlijk ben dan moet ik zeggen<br />
dat de onderkant van de arbeidsmarkt daarbij wel eens<br />
vergeten wordt.” Aan het woord is Ton Weijers, manager<br />
Detachering en Begeleid Werken van Breed. “Het wordt er dan<br />
ook niet makkelijker op mensen met een sw-indicatie aan het<br />
werk te helpen. Om dat probleem op te vangen zijn we constant<br />
op zoek naar innovatieve oplossingen.”<br />
De intensieve benadering van de arbeidsmarkt in Project<br />
Wijchen is hier een goed voorbeeld van. Manager Marketing en<br />
Commercie Pieter Piscaer: “De gemeente Wijchen legde ons<br />
het probleem voor dat ze veel jongeren in de Bijstand hebben.<br />
Omdat we al een contract met hen hadden als uitvoerder van<br />
de Wet Sociale Werkvoorziening, hebben we in samenspraak<br />
besloten deze groepen in één project onder te brengen:<br />
project Wijchen. We doen dit samen met reïntegratiebureau<br />
Support BV.”<br />
Bijzonder aan de aanpak binnen het project is dat er vanuit<br />
verschillende invalshoeken geprobeerd wordt om potentiële<br />
werkgevers te interesseren. Piscaer: “Naast traditionele middelen<br />
als advertenties en mailings, hebben we sterk ingezet<br />
op netwerken. Denk daarbij aan het netwerk van onze eigen<br />
accountmanagers en consulenten, maar ook aan het lidmaatschap<br />
van het netwerk van lokale ondernemers- en brancheverenigingen.<br />
Ook nemen we geregeld deel aan bedrijvendagen<br />
in de regio. Hier organiseren we korte gesprekjes, speeddates,<br />
tussen ondernemers en onze medewerkers.”<br />
Daarbij is het streven dat de ondernemers medewerkers van<br />
Breed in dienst nemen. Maar het is ook mogelijk dat ze ambassadeur<br />
van Breed worden. Piscaer: “Ambassadeurs krijgen<br />
mini-cv’tjes van onze medewerkers mee. Deze kunnen ze uitdelen<br />
aan mensen uit hun eigen netwerk. Op de website www.<br />
breedvrienden.nl kunnen geïnteresseerde ondernemers hier<br />
meer over lezen.”<br />
De brede aanpak blijkt succesvol. Weijers: “Mensen op de<br />
arbeidsmarkt plaatsen gaat echt één voor één. Ons streven<br />
is voor eind 2007 vijfentwintig extra mensen geplaatst te<br />
hebben, een aantal dat we nu al zo goed als bereikt hebben!<br />
Breed Passend Personeel<br />
Tekst Hans Rebers<br />
Fotografie Luuk van der Lee<br />
“mensen begeleiden naar<br />
werk gaat één voor één”<br />
Breed is in de regio Nijmegen verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wet<br />
Sociale Werkvoorziening. In het Project Wijchen toont Breed zich daarbij van<br />
zijn meest innovatieve kant. Met succes.<br />
Bovendien zijn het kwalitatief erg goede plaatsen, die uitstekend<br />
passen bij onze werknemers. We gaan immers uit van<br />
onze medewerkers en hun specifieke kwaliteiten. Van daaruit<br />
gaan we op zoek naar passend werk. Niet alle werkgevers passen<br />
dus bij onze medewerkers.” Piscaer valt hem bij: “Andere<br />
sw-bedrijven hebben dan ook interesse getoond in onze<br />
methodiek. Als mensen helemaal vanuit Alkmaar komen om je<br />
verhaal te horen, dan weet je dat je goed bezig bent!”<br />
Mensen met een sw-indicatie kunnen aan het werk in onder<br />
andere Project Wijchen van Breed. Als gevolg van een lichamelijke,<br />
verstandelijke of psychische handicap zijn zij alleen<br />
onder aangepaste omstandigheden in staat tot regelmatige<br />
arbeid. Zij vallen onder de Wet Sociale Werkvoorziening.<br />
Linda van Kesteren is als schoonheidsspecialiste ge detacheerd.<br />
www.denkbreed.nl<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 45
46 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007
Prins Willem Alexander bij opening Sport & Innovatie Centrum op Papendal<br />
NOC * NSF<br />
Tekst NOC * NSF<br />
Fotografie NOC * NSF<br />
nieuw imago: professioneel,<br />
compleet en gastvrij<br />
Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Willem Alexander heeft woensdag 28<br />
november het Sport & Innovatie Centrum op Papendal geopend. Het nieuwe<br />
centrum gaat zoveel mogelijk kennis op het gebied van sport en innovatie<br />
bundelen, om onder meer trainingsmethoden, sportproducten en andere vernieuwingen<br />
in de sport te ontwikkelen. Een nieuwe drager van het veranderde<br />
imago van Papendal.<br />
In de aanloop naar de Olympische Spelen van Beijing wordt nu<br />
al gebruik gemaakt van het Sport & Innovatie Centrum, dat is<br />
opgezet door NOC*NSF. ‘Bewoners’ van het Sport & Innovatie<br />
Centrum zijn onder meer ISA Sport bv, Sport Medisch Centrum<br />
Papendal en InnoSportNL. Deze laatste organisatie werd vorig<br />
jaar opgezet door TNO en NOC*NSF.<br />
Na de opening werd ZKH Prins Willem Alexander rondgeleid<br />
door het gebouw. Hij heeft onder andere de klimaatkamer<br />
bezichtigd en demonstraties gekregen van en uitleg gekregen<br />
over de verschillende werkzaamheden. Na de rondgang<br />
door het Sport & Innovatie Centrum was er in het Hotel en<br />
Congrescentrum Papendal nog een minisymposium over innovatie<br />
in de sport.<br />
De totstandkoming van het Sport & Innovatie Centrum is<br />
onderdeel van een grotere reeks vernieuwingen op het nationale<br />
topsporttrainingscentrum Papendal. In 2005 werden al<br />
de technisch geavanceerde blauwe buiten-atletiekbaan en een<br />
rijk geoutilleerde krachtruimte gerealiseerd. In 2006 open-<br />
Het eind november geopende Sport & Innovatie Centrum<br />
de NOC*NSF. een semi-permanente topsport-trainingshal en<br />
recent zijn er opnieuw twee nieuwe trainingshallen in gebruik<br />
genomen.<br />
Papendal, dé trainingslocatie<br />
Jochem Schellens is als manager facilitaire dienst van<br />
NOC*NSF verantwoordelijk voor alles op het gebied van<br />
onderhoud en beheer van de gebouwen en terreinen op het<br />
Nationale Sportcentrum. Ook de nieuwe ontwikkelingen vallen<br />
onder zijn verantwoordelijkheid. Volgens Schellens sluit<br />
de vernieuwing van de accommodaties precies aan bij wat de<br />
sporters willen. “Net als de rest van de samenleving wordt<br />
ook de sport steeds professioneler en veeleisender. Van<br />
sporters worden enorme prestaties verwacht. Dat vraagt om<br />
passende faciliteiten. Wij willen die bieden. Met behulp van<br />
geavanceerde technieken zorgen we ervoor dat Papendal dé<br />
trainingslocatie is, helemaal gericht op topprestaties. Maar dat<br />
is niet het enige. Sporters hebben meer nodig dan alleen training.<br />
Sportmedische faciliteiten bijvoorbeeld en professionele<br />
krachttraining. Maar ook goede voeding en een plek waar zij<br />
even tot rust kunnen komen. Bij ons vinden ze dit allemaal op<br />
hetzelfde terrein. Ook voor accommodatie zorgen wij zonder<br />
probleem.”<br />
Nieuw imago<br />
Steeds meer sporters ontdekken de faciliteiten op Papendal<br />
en maken er actief gebruik van. Schellens: “Ook buitenlandse<br />
sporters leren Papendal kennen als een multifunctioneel<br />
centrum waar zij meer dan welkom zijn. De basis is er. Het terrein<br />
beschikt over een indrukwekkende hoeveelheid sportieve<br />
en recreatieve faciliteiten. En we zijn nog altijd bezig met<br />
vernieuwing. Papendal heeft de afgelopen periode een heel<br />
ander imago gekregen. We staan nu bekend als professioneel,<br />
compleet en zeer gastvrij. En dat is precies wat wij voor ogen<br />
hadden.”<br />
www.sport.nl<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 47
48 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007
Is gescheiden inzameling van GFT-afval nog duurzaam?<br />
Synthese Adviesgroep<br />
“andere keuzes mogelijk voor<br />
gescheiden inzameling”<br />
Dat vindt Lourens Aalders, partner in Synthese adviesgroep. De verwerking<br />
van al het afval dat wij – particulieren en bedrijven – produceren, lijkt een<br />
noodzakelijk kwaad van de relatieve luxe waarin wij leven. Daaraan lijkt weinig<br />
duurzaamheid te beleven. De werkelijkheid is anders en geeft aanleiding andere<br />
keuzes van gescheiden inzameling en verwerking te onderzoeken.<br />
Synthese adviesgroep adviseert opdrachtgevers bij het optimaliseren<br />
van de efficiency en effectiviteit van de afvalverwijderingsketen.<br />
Streven daarbij is: kijk wat je kunt besparen op<br />
energie en grondstofverbruik, maar óók op kosten, door preventie<br />
en beperking, hergebruik en recycling en door ‘energy<br />
recovery’ (energieterugwinning). Dit principe staat bekend<br />
als de ‘ladder van Lansink’. Afval kan gescheiden worden<br />
ingezameld en verwerkt als dat zinvol is, zoals met groente-,<br />
fruit- en tuinafval (GFT), glas, papier, textiel, metalen. Waar dat<br />
niet zinvol is, blijft de uiterste optie over en dat is integraal<br />
inzamelen en verwerken.<br />
Biomassa<br />
Een afvalstroom die momenteel bijzonder in de belangstelling<br />
staat, is biomassa. Grof gesteld valt hier alles onder wat<br />
vrijkomt bij het onderhoud van privaat en gemeentelijk groen:<br />
het grof groenafval. De hout(achtige) fractie in biomassa is<br />
een uitstekende energiedrager, prima geschikt als brandstof<br />
in een biomassa-energiecentrale. Die van Essent in Cuijk is het<br />
meest bekende, regionale voorbeeld. Maar met een kleine(re)<br />
installatie kan ook een fabriek met een hoge energieconsumptie<br />
gevoed worden of kan een gemeentelijk gebouw in<br />
zijn energiebehoefte worden voorzien. De energie opgewekt<br />
uit biomassa, kan zowel in elektriciteit als in warmte worden<br />
omgezet. Dat levert een besparing op van primaire brandstoffen<br />
zoals aardgas en / of steenkolen, hetgeen biomassa tot<br />
een duurzame(re) brandstof maakt.<br />
Veel biomassa wordt nu verwerkt in groencomposterings-<br />
installaties of –vergistingsinstallaties en de compost die zo<br />
wordt verkregen, vindt in Nederland steeds moeizamer een<br />
weg in het hergebruikcircuit, bijvoorbeeld als bodemverbeteraar.<br />
Het is daarnaast een bewerkelijk proces. Verder levert<br />
zowel composteren als vergisten een behoorlijke bijdrage aan<br />
de CO2-emissies en dus aan het broeikaseffect. Dit milieueffect<br />
is lange tijd onderbelicht gebleven, omdat het hergebruikprincipe<br />
en de lagere verwerkingskosten destijds de belangrijke<br />
drijfveren waren om te gaan composteren. Het broeikaseffect<br />
werd vijftien jaar geleden nog niet als probleem gezien.<br />
Tekst Lourens Aalders<br />
Fotografie Luuk van der Lee<br />
Met deze nieuwe inzichten kan de vraag gesteld worden of<br />
composteren of vergisten van het GFT-afval nog wel toekomst<br />
heeft. Slechts tien tot vijftien procent van de GFT-massa is<br />
groente- of fruitafval. Het meeste is dus tuinafval en daarvan<br />
vormt snoeihout het grootste volume, dat daarmee een belangrijke<br />
bron kan zijn voor duurzame energie uit biomassa.<br />
Het kan dan rendabel worden om tijdens de snoeiseizoenen<br />
(voorjaar en najaar) alleen het tuinafval met voornamelijk<br />
snoeihout gescheiden op te halen. Het groente- en fruitafval<br />
wordt dan weer samen met het restafval ingezameld en linea<br />
recta vervoerd naar de AVI.<br />
Synthese adviesgroep volgt deze ontwikkelingen op de voet.<br />
Uiteraard vergen andere keuzes over gescheiden afvalinzameling<br />
een heldere analyse van de omstandigheden. Synthese<br />
Adviesgroep wil haar opdrachtgevers daarin graag adviseren<br />
(zie ook Partnernieuws pagina 58).<br />
Lourens Aalders bij de milieustraat in Elst<br />
www.synthese.nu<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 49
Kernactiviteit: training en werving & selectie<br />
50 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
Tekst <strong>Actorion</strong><br />
Fotografie Luuk van der Lee<br />
lumion ziet het levenslicht<br />
“Het besluit om een nieuw bedrijf te starten komt niet uit de lucht vallen.<br />
Het aantal opdrachten neemt toe en de marktontwikkelingen tonen aan dat<br />
het einde van de groei nog lang niet in zicht is. Om die reden starten we na<br />
de jaarwisseling met Lumion, een bureau dat zich volledig gaat toeleggen op<br />
training, werving & selectie.”<br />
Aldus Peter Smit, directeur van <strong>Actorion</strong> Communicatie<br />
Adviseurs (Velp / Den Haag). Na de jaarwisseling draagt het<br />
bureau een aantal producten en diensten over aan het nieuwe<br />
zusterbedrijf Lumion. “<strong>Actorion</strong> is en blijft een communicatieadviesbureau<br />
met een aantal kerntaken. Mede op verzoek<br />
van onze klanten hebben we in de afgelopen jaren regelmatig<br />
opdrachten uitgevoerd op het gebied van training, werving &<br />
selectie. Dat is op zich niet vreemd, want onze adviseurs zijn<br />
gespecialiseerd in overheidscommunicatie, kennen de wereld<br />
van onze opdrachtgevers en zijn goed op de hoogte van de<br />
ontwikkelingen op de arbeidsmarkt.”<br />
Experts<br />
“We hebben echter nu het moment bereikt om deze activiteiten<br />
onder te brengen in een zelfstandige onderneming,<br />
waarin een team van experts de producten en diensten op het<br />
gebied van training, werving & selectie nog beter in de markt<br />
kan zetten. Eigenlijk wordt een bijproduct van <strong>Actorion</strong> een<br />
hoofdproduct van Lumion.”<br />
Een aantal belangrijke stappen is al gezet. Het business plan is<br />
afgerond, de huisstijl staat in de steigers en de stukken van de<br />
notaris kunnen worden getekend. Inmiddels is ook de eerste<br />
grote transfer een feit. Bert Blonk, afkomstig van het trainingen<br />
adviesbureau Performatica, begint in het nieuwe jaar als<br />
senior adviseur bij Lumion. Hij wordt tevens de teamcoördinator<br />
en het eerste aanspreekpunt voor de opdrachtgevers.<br />
Aanbod<br />
Het aanbod van trainingen van Lumion is gericht op bestuurders,<br />
management en medewerkers bij zowel overheden<br />
als het bedrijfsleven. De werving en selectie zal zich vooral<br />
richten op de markt van communicatieprofessionals die bij de<br />
overheid werken of willen gaan werken.<br />
“Het trainingsprogramma is inderdaad een programma dat<br />
breed inzetbaar is. Dat laat de praktijk nu al zien. Tot onze<br />
opdrachtgevers behoren overheden, bedrijven, instellingen en<br />
andere organisaties. Met werving & selectie richt Lumion zich<br />
vooral op communicatieprofessionals die hun loopbaan bij de<br />
overheid willen doorbrengen. Die markt kennen we als geen<br />
ander en daar ligt onze kracht. We hebben nu al de beschikking<br />
over een databank met mensen die als communicatieadviseur<br />
een nieuwe baan zoeken. Daar plukt Lumion straks de<br />
vruchten van”, aldus Smit.<br />
Trainingen<br />
“Alle trainingen hebben betrekking op het verbeteren van<br />
de performance van een persoon of van een groep”, vertelt<br />
Bert Blonk. “De performance heeft uiteraard te maken met<br />
de huidige functie en werksituatie, maar is ook onlosmakelijk<br />
verbonden met de verdere loopbaan. Als je lekker in je vel<br />
zit en goed functioneert, dan ga je ook kijken naar de toekomstmogelijkheden<br />
bij de eigen werkgever of elders. Er zit<br />
een brugfunctie tussen training en coaching aan de ene kant<br />
en werving en selectie aan de andere kant. Lumion maakt de<br />
samenhang tussen de verschillende disciplines in de praktijk<br />
zichtbaar.”<br />
Het is de bedoeling dat Lumion de beschikking krijgt over een<br />
team van eigen trainers en coaches. Voor het uitvoeren van<br />
omvangrijke trainingsprojecten kan Lumion daarnaast een<br />
beroep doen op een uitgebreid netwerk van specialisten. Bert<br />
Blonk: “De vraag van de klant staat centraal. Vervolgens leveren<br />
wij een trainingsprogramma op maat.”
Bert Blonk, per 1 januari 2008 teamcoördinator en trainer/adviseur van Lumion<br />
Werving & selectie<br />
Op het gebied van werving & selectie richt Lumion zich straks<br />
op de communicatiemensen die een (nieuwe) baan zoeken in<br />
de publieke sector. Hiervoor zijn diverse trajecten ontwikkeld.<br />
Bert Blonk: “We voorzien in de behoefte van de klant. We kunnen<br />
een klus helemaal van start tot finish uitvoeren of juist<br />
ondersteuning bieden bij een procedure waarvan de regie bij<br />
de opdrachtgever blijft liggen. In alle gevallen is het doel dat<br />
we de juiste persoon voor de juiste plek vinden.”<br />
Lumion gaat extra aandacht schenken aan de brede groep<br />
van jonge communicatieprofessionals die bezig zijn met hun<br />
eerste baan bij de overheid. Voor deze jongeren verzorgt<br />
Lumion een persoonlijk loopbaanadvies. Bovendien wordt een<br />
groep talentvolle adviseurs geselecteerd voor een speciaal<br />
trainingstraject waardoor de carrièrekansen van de betrokkenen<br />
worden verbeterd.<br />
Talententeam<br />
Verder worden er plannen uitgewerkt voor een talententeam<br />
van dertig adviseurs die kunnen rekenen op een persoonlijke<br />
begeleiding van Lumion. Smit: “We denken aan een programma<br />
van themabijeenkomsten, trainingen en workshops. In<br />
deze opzet maken we tevens gebruik van ervaren communicatieprofessionals<br />
die hun kennis en ervaring met de talenten<br />
willen delen. Op deze manier worden jonge vakgenoten voorbereid<br />
op een nieuwe stap in hun loopbaan.”<br />
Smit verwacht dat met name jonge communicatieprofessionals<br />
in de komende jaren sneller van baan verwisselen. “De<br />
eigen carrière is belangrijker geworden dan de band met een<br />
werkgever. Voor overheden en bedrijven wordt het steeds<br />
moeilijker om voor bepaalde functies geschikte kandidaten<br />
te vinden. Lumion kan in deze situatie toegevoegde waarde<br />
leveren en de gewenste match tussen vraag en aanbod tot<br />
stand brengen.”<br />
Aanbod van trainingen<br />
Lumion biedt straks een uitgebreid assortiment van trainingen<br />
aan. Onderdelen van het trainingsprogramma zijn<br />
onder meer:<br />
- communicatie en communicatievaardigheden;<br />
- omgaan met de media;<br />
- presentatietechniek;<br />
- coachend leidinggeven;<br />
- teambuillding;<br />
- interne communicatie tijdens veranderingstrajecten;<br />
- interactievaardigheden;<br />
- conflicthantering;<br />
- onderhandelen;<br />
- klantgericht werken;<br />
- timemanagement;<br />
- loopbaanplanning en -begeleiding;<br />
- samenwerkingsvaardigheden; en<br />
- persoonlijke ontwikkeling.<br />
www.lumion.nl (per 1 januari 2008)<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 51
52 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007
“Probleemoplosser” Peter Wisgerhof is de nieuwe directeur van Novio<br />
Tekst Hans Rebers<br />
Fotografie Ron Moes<br />
“openbaar vervoer is serieus<br />
alternatief voor auto”<br />
Als directeur van Novio is Peter Wisgerhof niet bepaald in rustig vaarwater<br />
terecht gekomen. Overnames en de internationale ambities van het moederbedrijf<br />
Connexxion maken het een uiterst enerverende baan. Bovendien speelt<br />
in openbaar vervoer duurzaamheid altijd op de achtergrond mee. Wisgerhof is<br />
echter “een echte probleemoplosser”.<br />
”De wereld van het openbaar vervoer is inderdaad altijd<br />
in beweging!”, zegt Wisgerhof lachend. “Onlangs nog is<br />
Connexxion overgenomen door het Franse Transdev. Mijn<br />
ervaring in het omgaan met de dynamiek die dit extern en<br />
intern teweegbrengt, is een van de redenen dat ik hier directeur<br />
geworden ben. Ook de internationale ambities van het<br />
bedrijf, mede door de overname door Transdev, spreken me<br />
enorm aan.”<br />
Even een korte geschiedenisles. Novio wordt in 1957 opgericht<br />
om het busvervoer in de gemeente Nijmegen voor haar<br />
rekening te nemen. Eind 2006 wordt Novio overgenomen<br />
door Connexxion, uitbater van ondermeer het busvervoer in<br />
en rond Arnhem. Samen worden ze, met Hermes, voor een<br />
groot deel verantwoordelijk voor het stad- en streekvervoer in<br />
de Stadsregio Arnhem Nijmegen. Dit is ook de tijd dat Peter<br />
Wisgerhof zijn intrede doet.<br />
Wisgerhof is van huis uit registeraccountant. Hij begint in<br />
Peter Wisgerhof, directeur van Novio<br />
1984 bij Philips en doorloopt daar ongeveer alle functies binnen<br />
de financiële kolom. Later is Wisgerhof nog werkzaam<br />
bij Philips CSI als financieel directeur en directielid bij Inalfa<br />
Roofsystems Group, om vervolgens via Connexxion Hilversum<br />
bij Novio te komen.<br />
Vrije busbanen<br />
Wisgerhof heeft een duidelijke visie op het duurzaamheidvraagstuk:<br />
“Het lijkt me van essentieel belang dat het openbaar<br />
vervoer een serieus alternatief voor de auto wordt. De<br />
belangrijkste manier om dit voor elkaar te krijgen, is mijns<br />
inziens een vrije infrastructuur, dus vrije busbanen. Daarover<br />
voeren we nu veelvuldig overleg met de stadsregio. Daarnaast<br />
is een hogere frequentie van het openbaar vervoer gewenst.<br />
Je kunt dan gewoon naar een halte lopen – er komt toch ieder<br />
moment een bus – zonder er eerst de dienstregeling bij te<br />
moeten pakken. Op die manier krijgen we veel mensen de auto<br />
uit, omdat de bus een beter, lees sneller, alternatief is.”<br />
Aardgas<br />
Concreet is Novio op het moment bezig met het plaatsen van<br />
roetfilters op al hun bussen. Daarnaast participeert de vervoerder<br />
in initiatieven om diesel te vervangen door aardgas<br />
en later waterstof. Het huidige concessiesysteem maakt het<br />
echter lastig écht te investeren in duurzaamheid. Wisgerhof:<br />
“Concessies gelden in principe voor acht jaar en kunnen<br />
slechts met toestemming van de minister onderhands verlengd<br />
worden. We zijn dus nooit zeker van de lange termijn. Dit<br />
maakt investeren in duurzaamheid lastig, omdat het erg prijzig<br />
is en je niet weet of je de tijd krijgt het terug te verdienen.<br />
Neem bussen op aardgas: dit kost ongeveer honderdduizend<br />
euro extra per bus. Met een totaal bestand van zestig bussen is<br />
dat een enorme investering. Een oplossing voor dit probleem<br />
is, lijkt me, dat er eisen aan de duurzaamheid gesteld worden<br />
bij de aanbesteding, of langere concessietermijnen.”<br />
www.novio.nl<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 53
EU-jaar van Gelijke Kansen voor Iedereen inspireerde tot nieuwe initiatieven<br />
In Nederland is het project in handen van het Agentschap<br />
SZW. Tineke de Nooij is projectleider. Samen met projectsecretaris<br />
Roger de Boer en een groep betrokken organisaties heeft<br />
ze het jaar vormgegeven en gecoördineerd. De Nooij: “De telefoon<br />
rinkelde dag en nacht en ik heb heel het land afgereisd,<br />
maar als ik terugkijk doe ik dat met een positief gevoel!”<br />
De centrale insteek van de Europese campagne was het ver-<br />
groten van de bewustwording van het principe van gelijke kansen<br />
in relatie tot het gelijke behandelingsrecht. In Nederland is<br />
hiernaast sterk de nadruk gelegd op de bestaande infrastructuur:<br />
welke organisaties houden zich bezig met gelijke kansen<br />
en hoe kan je ermee in contact komen. Om dit voor elkaar te<br />
krijgen is een Nationaal Actieplan opgesteld met daarin onge-<br />
54 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
Tekst Katja Elmendorp, Hans Rebers<br />
Fotografie Arenda Oomen<br />
2007 was een jaar<br />
met toekomst<br />
In artikel 13 van het EU-verdrag liggen gelijke kansen voor iedereen vastgelegd:<br />
er mag tussen mensen geen onderscheid worden gemaakt op grond van<br />
godsdienst of levensovertuiging, ras of afkomst, geslacht, seksuele gerichtheid,<br />
handicap of chronische ziekte en leeftijd. ‘Gelijke kansen voor iedereen’ stond<br />
in 2007 centraal. Een terugblik.<br />
Tineke de Nooij en Roger de Boer<br />
veer 25 activiteiten. Zo was er een Gelijke Kansen Estafette,<br />
waarbij gedurende het jaar steeds één van de zes discriminatiegronden<br />
in de schijnwerpers stond. De Nooij: “Dit was een<br />
prachtig project. Het zette niet alleen deze organisaties in de<br />
schijnwerpers, maar bevorderde ook nog eens de samenwerking<br />
tussen de soms heel diverse organisaties!”<br />
Wandelen en fietsen door Amsterdam<br />
Ook E-Quality, het kenniscentrum voor emancipatie, gezin en<br />
diversiteit, was verantwoordelijk voor een van de projecten:<br />
de Gelijke Kansen Tochten. Deze wandelingen en fietstochten<br />
leiden langs gebouwen en monumenten in Amsterdam met<br />
een bijzondere betekenis op het gebied van gelijke kansen.<br />
Voorbeelden zijn het Homomonument, het huis van Anne<br />
Frank, synagogen en moskeeën. Eén van de wandeltochten<br />
is speciaal voor blinden en slechtzienden samengesteld. De<br />
Nooij: “Ook dit project is zeker een succes. Net als de overige<br />
projecten was er ook hier een positieve insteek. Door het<br />
accent te leggen op de bevordering van gelijke kansen en de<br />
voordelen van diversiteit benadruk je de strijd tegen discriminatie<br />
op een positieve manier. Op deze wijze spreek je het<br />
bedrijfsleven ook meer aan.”<br />
Blik op de toekomst<br />
Zoals gezegd kijkt De Nooij met een goed gevoel terug op het<br />
jaar: “Je weet nooit hoe ver je invloed op de bewustwording<br />
van mensen precies reikt. Maar als je ziet dat er, onafhankelijk<br />
van onze organisatie, initiatieven zijn ontplooit in het kader<br />
van het thema, dan weet je dat er mensen mee aan de slag zijn<br />
gegaan. Daarnaast zijn bepaalde maatschappelijke organisaties<br />
verbanden aangegaan waar absoluut toekomst in zit!”<br />
www.europeesjaargelijkekansen.nl
Migrantengroepen staan centraal in Europees Jaar van de Interculturele Dialoog<br />
De Stichting Internationale Culturele Activiteiten (SICA)<br />
en Kosmopolis coördineren het Nederlandse programma.<br />
Kosmopolis is een (inter)nationaal multimediaal platform dat<br />
kunst en cultuur inzet om een diepgaande dialoog tussen<br />
bevolkingsgroepen te voeden.<br />
Laura Grijns van SICA: “Het Jaar van de Interculturele Dialoog<br />
is vooral een campagnejaar. Kosmopolis en SICA willen zoveel<br />
mogelijk aandacht genereren voor het thema en voor culturele<br />
projecten en initiatieven die in dit kader passen. We<br />
zullen free publicity activiteiten ontplooien en projecten<br />
aankondigen via bijvoorbeeld een speciale website, kalenders<br />
en nieuwsbrieven. Daarnaast is het de bedoeling dat allerlei<br />
partijen en organisaties zelf, op hun eigen manier, invulling<br />
geven aan het thema.”<br />
“Het thema interculturele dialoog met betrekking tot migrantengroepen<br />
is al enige tijd actueel”, zegt Jantien Hadders,<br />
zakelijk directeur van Kosmopolis. “De beeldvorming tussen<br />
de verschillende groepen in Nederland is verhard. Vooral de<br />
culturele verschillen worden benadrukt. Tijdens het Europees<br />
jaar willen we met behulp van kunst en cultuur inzicht bieden<br />
in de diverse culturen waarbij juist naar de overeenkomsten<br />
kijken.”<br />
“Op die manier willen we laten zien dat culturele verscheidenheid<br />
niet bedreigend is maar juist heel verruimend kan<br />
werken”, vult Laura Grijns van SICA aan. En dat is ook nodig,<br />
want onze wereld wordt steeds internationaler en daar liggen<br />
allerlei kansen. Door samenwerking te stimuleren, hopen we<br />
mensen bewust te maken van deze kansen.”<br />
Tijdens het Jaar van de Interculturele Dialoog zullen SICA en<br />
Kosmopolis nationale projecten actief ondersteunen die de<br />
dialoog stimuleren om elkaar beter te leren kennen op school,<br />
op straat, in de sportclub of op het werk. Het gaat hierbij om<br />
projecten die zich vooral richten op migrantengroepen uit<br />
Tekst Susanne Boerhof<br />
Fotografie Kosmopolis<br />
culturele verscheidenheid<br />
werkt verruimend<br />
2008 is door de Europese commissie uitgeroepen tot het Jaar van de<br />
Interculturele Dialoog. Doelstelling: het stimuleren van actief Europees burgerschap<br />
waarin ruimte is voor culturele verscheidenheid en dat is gebaseerd<br />
op gemeenschappelijke waarden. De Nederlandse invulling staat vooral in het<br />
teken van de dialoog met migrantengroepen.<br />
herkomstlanden en op jongeren van vijftien tot dertig jaar.<br />
Jantien Hadders: “Inmiddels zijn er twee grotere samenwerkingsprojecten<br />
geselecteerd, die ook worden ondersteund<br />
door de Europese Commissie. Deze projecten zijn op 6 december<br />
gepresenteerd. Daarnaast draagt Kosmopolis bij aan kleinere<br />
projecten, op nationaal niveau.”<br />
Laura Grijns: ”We zijn momenteel ook in gesprek met VROM<br />
om met hen te kijken hoe we samenwerking in de wijken kunnen<br />
stimuleren om zo ook projecten dicht bij huis te ontwikkelen.<br />
Voor jongeren worden tot slot lesprogramma’s ontwikkeld<br />
over de rijkdom van culturele diversiteit.”<br />
In opdracht van de Europese Commissie biedt <strong>Actorion</strong> communicatieve<br />
ondersteuning bij de activiteiten die gedurende<br />
het jaar georganiseerd worden. Daarnaast is <strong>Actorion</strong> verantwoordelijk<br />
voor de nationale uitvoering van de Europese<br />
informatiecampagne die met dit jaar gepaard gaat.<br />
Het project ‘Hidden trees’, een theaterproductie over verhalen van<br />
oudere mensen uit andere EU-lidstaten<br />
www.sica.nl<br />
www.kosmopolis.nl<br />
www.dare2connect.nl<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 55
column<br />
Aandelenkoopovereenkomsten komen na<br />
ondertekening vaak niet meer uit de la.<br />
Totdat blijkt dat de overname is mislukt<br />
en de koper zijn schade op de verkoper<br />
wil verhalen. Dan moet blijken of de overeenkomst<br />
partijen de door hen gewenste<br />
bescherming biedt. Illustratief is de zaak<br />
die onlangs voor de rechtbank Den Haag<br />
diende.<br />
schade na<br />
mislukte overname<br />
BV A koopt de aandelen in het kapitaal van BV Y van BV<br />
B, mede op basis van het geschatte resultaat van BV Y<br />
in het halfjaar voorafgaand aan de koop. Het definitieve<br />
resultaat blijkt bedroevend.<br />
In de koopovereenkomst heeft BV A onder meer bedongen<br />
dat de koopprijs kan worden aangepast:<br />
1) bij een verschil tussen het geschatte resultaat in het<br />
halfjaar voorafgaand aan de overname en het daadwerkelijk<br />
behaalde resultaat, met dat verschil;<br />
2) als gevolg van het boekenonderzoek (due diligence),<br />
waarbij de verkoper de overeenkomst mag ontbinden<br />
bij een neerwaartse aanpassing van meer dan vijfhonderd<br />
duizend euro.<br />
Onder toepassing van het onder 1 genoemde prijsaanpassingsmechanisme<br />
komt de koopprijs op een negatief<br />
bedrag uit. BV B weigert dat te accepteren.<br />
BV B betoogt dat partijen hebben bedoeld overeen te<br />
komen dat de koopprijs maximaal met een bedrag van<br />
vijfhonderd duizend euro neerwaarts kan worden bijgesteld.<br />
Immers, indien de uitkomsten van de due diligence<br />
zouden hebben geleid tot een neerwaartse bijstelling<br />
van de koopprijs van vijfhonderd duizend euro of meer,<br />
mocht BV A ontbinden. Nu BV A zich niet beroept op<br />
de uitkomsten van het boekenonderzoek maar op het<br />
tegenvallend resultaat, zou BV A op oneigenlijke wijze<br />
de door BV B bedongen bescherming omzeilen.<br />
De rechtbank accepteert de redenering van BV B niet.<br />
Zij beschouwt de prijsaanpassingsmechanismen als<br />
afzonderlijke ‘regimes’, waarbij alleen ten aanzien van<br />
de prijsaanpassing na due diligence een ontbindingsmogelijkheid<br />
is overeengekomen. Desalniettemin schiet<br />
de rechtbank BV B te hulp.<br />
56 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
De rechtbank stelt vast dat de tekst van de koopovereenkomst<br />
weliswaar geen begrenzing van de neerwaartse<br />
koopprijsaanpassing bevat, doch acht enkel dit tekstuele<br />
gegeven onvoldoende om een negatieve koopprijs<br />
aan te nemen. Voor een koopovereenkomst is wezenlijk<br />
dat een koper een prijs in geld betaalt. Daarmee zou<br />
een negatieve koopprijs niet kunnen worden verenigd.<br />
Die overweging van de rechtbank is moeilijk te volgen,<br />
nu in de praktijk met regelmaat transacties voorkomen<br />
waarbij een negatieve koopprijs aan de orde is.<br />
In de koopovereenkomst is BV B’s aansprakelijkheid<br />
voor de onjuistheid op de door BV B verstrekte garanties<br />
ten aanzien van BV Y gemaximeerd tot het bedrag<br />
van de koopprijs. De rechtbank leidt daaruit af dat<br />
BV B niet heeft willen instemmen met een negatieve<br />
koopprijs na prijscorrectie en oordeelt dat BV A om die<br />
reden redelijkerwijs aan de tekst van de prijscorrectiemechanismen<br />
niet de betekenis mocht toekennen dat<br />
een negatieve koopprijs mogelijk was.<br />
Het oordeel van de rechtbak pakt voor BV A ongunstig<br />
uit en het is de vraag of dat redelijk is. De rechtbank<br />
begrenst de tekstueel niet gemaximeerde prijsaanpassing<br />
bij tegenvallend resultaat op het maximum voor<br />
garantieaanspraken. Waar de rechtbank overweegt dat<br />
de prijsaanpassingsmechanismen eigen regimes vormen,<br />
valt niet goed in te zien waarom het regime van<br />
de garantiebepaling op de prijscorrectiebepaling van<br />
toepassing zou zijn.<br />
De zaak maakt maar weer eens duidelijk dat overeenkomsten<br />
ook dienen te worden geschreven met het oog<br />
op minder waarschijnlijke scenario’s.<br />
Pieter van Dijk, advocaat, p.vandijk@nysingh.nl
partnernieuws<br />
janssen - de lorijn werkt samen met reed business<br />
Sinds 1 oktober verzorgt Instituut Janssen – de Lorijn ook voor advocaten<br />
en juristen haar trainingen en personal coaching. Dit doen ze in<br />
samenwerking met Elsevier Opleidingen, een tak van Reed Business.<br />
De training zal zich concentreren op ‘people skills’: communicatie, presentatie,<br />
netwerken en time management. Advocaten die zich op deze<br />
punten willen verbeteren kunnen bij Janssen – de Lorijn terecht. Er is<br />
voor hen echter een tweede reden dit traject te volgen. Een advocaat<br />
moet namelijk ieder jaar een bepaald aantal opleidingspunten halen<br />
kuiperbouwgroep valt in de prijzen<br />
Begin november is kreeg KuiperBouwgroep in een volle Eusebiuskerk<br />
in Arnhem de Gouden FD Gazellen Award (Financieele Dagblad) uitgereikt<br />
uit handen van de gedeputeerde Marijke van Haaren. De prijs<br />
wordt uitgereikt aan het bedrijf dat de afgelopen drie boekjaren geen<br />
verlies en forse omzetgroei heeft behaald. De onderneming maakt in<br />
die periode een groei van bijna honderd procent. Onder meer doordat<br />
KuiperBouwgroep uit aanbestedingen nieuwe opdrachten verwierf<br />
nadat de bouwenquête de markt openstelde. Daarnaast ook door extra<br />
investering in eigen projectontwikkeling. Algemeen directeur Hans<br />
<strong>Winter</strong>s: “Voorlopig blijven we stabiel, zodat onze medewerkers op<br />
adem kunnen komen en zich aan kunnen passen aan de groei. Maar<br />
daarna gaan we voorzichtig weer groeien.”<br />
Begin oktober werd KuiperBouwgroep Bouw & Ontwikkeling tweede<br />
in de race om de Senior Power Award. Algemeen directeur Hans<br />
<strong>Winter</strong>s kreeg in de Jaarbeurs in Utrecht de prijs uit handen van Jan<br />
van Zijl, vice-voorzitter Regiegroep GrijsWerkt en voorzitter RWI.<br />
KuiperBouwgroep hoorde bij de groep van drie top-genomineerden:<br />
Corus uit Velzen, voorheen Hoogovens, en Numac Machineonderhoud<br />
en Procesoptimalisatie, dat de eerste prijs kreeg. De prijs is georganiseerd<br />
door de Regiegroep GrijsWerkt. De Regiegroep GrijsWerkt<br />
is eind 2004 ingesteld door de toenmalige staatssecretaris van SZW<br />
Van Hoof. Voorzitter is Ed Nijpels. Opdracht aan de Regiegroep is het<br />
stimuleren van het doorwerken tot 65 jaar. KuiperBouwgroep brengt<br />
het streven in praktijk door oudere, ervaren werknemers aan jongere<br />
collega’s te koppelen (het ‘Cocu-effect’).<br />
Synthese adviesgroep uit Arnhem is momenteel in samenwerking<br />
met Royal Haskoning uit Nijmegen belast met een drietal haalbaarheidsonderzoeken<br />
naar duurzame verwerking van groenafvalstromen<br />
in de gemeenten die vallen binnen het werkgebied van het regionaal<br />
Milieubedrijf (RMB) te Cuijk. Het betreft enerzijds onderzoek naar<br />
volgens de norm van de Orde van Advocaten om zijn beroep uit te<br />
mogen oefenen. Voorwaarde is wel dat het instituut goedgekeurd is<br />
door de Orde van Advocaten. Voor Instituut Janssen – de Lorijn vormde<br />
dit geen probleem. Rob Janssen: “We hebben in het verleden al<br />
vaker training en personal coaching voor advocaten verzorgd, dus we<br />
weten waar we mee bezig zijn. Bovendien zijn we CEDEO-erkend. Deze<br />
samenwerking met Elsevier Opleidingen maakt het voor advocaten en<br />
juristen alleen nóg aantrekkelijker, omdat het veel punten oplevert.”<br />
samenwerking synthese adviesgroep<br />
en royal haskoning<br />
korte termijnoplossingen voor snoeihout en anderzijds duurzame verwerkingsmogelijkheden<br />
voor al het groenafval op de langere termijn.<br />
Bestuurlijk wil men uiterlijk begin volgend voorjaar (2008) de knoop<br />
doorhakken. Synthese adviesgroep en Royal Haskoning zijn er klaar<br />
voor om tijdens de implementatiefase de klant ook terzijde te staan.<br />
Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 57
58 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007