02.09.2013 Views

Winter - Actorion

Winter - Actorion

Winter - Actorion

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Jaargang 5, nummer 4 Uitgave winter 2007 Prijs ¤ 4,95<br />

Stadsregio Arnhem Nijmegen<br />

Magazine voor overheid en bedrijfsleven<br />

Thema: Duurzaamheid<br />

Jan van der Meer over Nijmeegse energiebesparing<br />

Gemeenten en duurzame inkoop<br />

De houdbaarheidsdatum van de bebouwde omgeving


Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen is een<br />

business-to-business magazine voor overheid en<br />

bedrijfsleven dat vier keer per jaar wordt uitgegeven door<br />

<strong>Actorion</strong> Communicatie Adviseurs in een oplage<br />

van 12.000 exemplaren.<br />

www.netwerkkan.nl<br />

Redactieadres<br />

<strong>Actorion</strong> Communicatie Adviseurs<br />

Rozendaalselaan 14<br />

6881 LC Velp<br />

T 026 – 443 82 87<br />

F 026 – 389 25 48<br />

E adviseurs@actorion.nl<br />

Redactieraad<br />

Marloes Borgman, Gemma Schoot (eindredacteur),<br />

Peter Smit (hoofdredacteur), Susanne Swaters<br />

Concept & Realisatie<br />

<strong>Actorion</strong> Communicatie Adviseurs<br />

Basisontwerp & Vormgeving<br />

Ontwerpbureau NEO, Velp<br />

Fotografie & Visuals<br />

Hans Blanken, Katja Elmendorp, Rob Gieling, René Jansen,<br />

Luuk van der Lee, Ron Moes, Goedel Monnens, William Moore,<br />

Gemeente Nijmegen, Ontwikkelcombinatie Heijmans-Hendriks,<br />

Rens Plaschek, Marianne van Sommeren,<br />

Susan Swaters, Gerard Titulaer<br />

Druk<br />

Drukkerij Gelderland, Arnhem<br />

Bladmanagement<br />

<strong>Actorion</strong> Communicatie Adviseurs<br />

Gratis toezending<br />

Bestuurders in de Stadsregio Arnhem Nijmegen<br />

Directeuren, managers en beleidsambtenaren van<br />

(semi-)overheidsorganisaties in de stadsregio<br />

Directeuren en managers van bedrijven in de stadsregio<br />

Losse nummers zijn verkrijgbaar bij<br />

<strong>Actorion</strong> Communicatie Adviseurs voor € 4,95<br />

Copyright<br />

Het auteursrecht op de artikelen uit Netwerk magazine<br />

berust bij <strong>Actorion</strong> Communicatie Adviseurs.<br />

Zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de<br />

uitgever mag niets uit deze opgave worden verveelvoudigd<br />

en/of openbaar gemaakt door middel van druk, microfilm,<br />

fotokopie, scan of op welke andere wijze dan ook.<br />

Uitgave<br />

<strong>Winter</strong> 2007<br />

Het volgende nummer van Netwerk Stadsregio Arnhem<br />

Nijmegen verschijnt in maart 2008<br />

Partners<br />

Breed, Nijmegen<br />

Cito, Arnhem<br />

Drukkerij Gelderland, Arnhem<br />

Euregio Rijn-Waal, Kleve<br />

Gemeente Arnhem<br />

Gemeente Nijmegen<br />

GIBO Groep Accountants en Adviseurs, Arnhem<br />

Grondexploitatiemaatschappij (GEM) Waalsprong, Nijmegen<br />

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen<br />

Instituut Janssen-de Lorijn, Nijmegen<br />

JDI ICT, Dieren<br />

Kadaster Directie Gelderland, Arnhem<br />

Karst Grit Media, Renkum<br />

Keizer Karel Podia, Nijmegen<br />

KuiperBouwgroep Bouw & Ontwikkeling, Arnhem<br />

Landgoed Avegoor, Ellecom<br />

Maassen van den Brink (Hästens), Velp<br />

NOC*NSF, Arnhem<br />

Novio Express, Nijmegen<br />

Nysingh advocaten - notarissen N.V., Arnhem<br />

Performatica bv, Nijmegen<br />

Stadsregio Arnhem Nijmegen, Nijmegen<br />

Stichting De Driestroom, Elst<br />

Synthese Adviesgroep, Arnhem<br />

Stadsregio Arnhem Nijmegen<br />

Colofon Inhoudsopgave<br />

van de redactie<br />

burgemeester in beeld<br />

column<br />

column<br />

column<br />

column<br />

2 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

3<br />

5<br />

6<br />

11<br />

12<br />

14<br />

16<br />

18<br />

19<br />

21<br />

22<br />

25<br />

26<br />

27<br />

28<br />

30<br />

31<br />

32<br />

33<br />

34<br />

36<br />

39<br />

40<br />

41<br />

43<br />

44<br />

45<br />

47<br />

49<br />

50<br />

53<br />

54<br />

55<br />

56<br />

57<br />

Beleid in Beeld<br />

Jan van der Meer over Nijmeegse energiebesparing<br />

Jan van Zomeren van Heumen<br />

Energietransitie<br />

Gemeenten en duurzaam inkopen<br />

Euregio wint europese prijs<br />

Jaap Modder<br />

Stadsregionaal<br />

De EU-jurk, een cadeautje van de stadsregio<br />

Stadsregionale aanpak Eureka werkt<br />

Mooie opbrengst voor oogkliniek in Ghana<br />

Ronald Migo<br />

Zevenaarse woonwijk krijgt energie via hout<br />

Rabobank: duurzaam ondernemen is durven<br />

Het Safari Meeting Centre van Burgers’ Zoo<br />

Toeristische campagne voor de hele Liemers<br />

HAN-studenten op MVO-pad<br />

Focus op Arnhem<br />

Arnhem verdient goedkeuring van Al Gore<br />

De houdbaarheidsdatum van de bebouwde omgeving<br />

Verwacht in Arnhem: Spaanse Pasión<br />

Monique Leyenaar<br />

Het eigen klantervaringsonderzoek van De Driestroom<br />

Performatica traint zorgenden in omgaan met agressie<br />

bd architectuur<br />

Nieuw arbeidsmarktproject van Breed in Wijchen<br />

Het nieuwe imago van NOC*NSF<br />

Synthese over de gescheiden afvalinzameling<br />

Lumion, het nieuwe bedrijf van <strong>Actorion</strong><br />

Novio ijvert voor vrije busbanen<br />

EU-jaar van de Gelijke Kansen<br />

EU-jaar van de Interculturele Dialoog<br />

Pieter van Dijk<br />

Partnernieuws


van de redactie<br />

het bruist rond het<br />

thema duurzaamheid<br />

“Duurzame ontwikkeling is een ontwikkeling die voorziet in de behoeften van<br />

de huidige generatie, zonder daarmee voor toekomstige generaties de mogelijkheid<br />

in gevaar te brengen om ook in hun behoeften te voorzien.”<br />

Het was in 1987 de definitie die Gro Harlem Brundtland liet<br />

vastleggen in het rapport: ‘Our Common Future’. Het was het<br />

verslag van de Wereld Commissie voor Milieu en Ontwikkeling,<br />

ingesteld door de Algemene Vergadering van de Verenigde<br />

Naties. De toenmalig premier van Noorwegen was voorzitter<br />

van deze commissie.<br />

Sindsdien is duurzame ontwikkeling meer en meer een inspiratiebron<br />

voor velerlei innovaties en nieuwe visies op het maatschappelijk<br />

leven van nu en van de toekomst geworden.<br />

Een nieuwe trend is Cradle to Cradle (van wieg tot wieg), een<br />

ontwerpconcept van architect William McDonough en chemicus<br />

Michael Braungart op basis van eco-effectiviteit. C2C<br />

betekent dat producten dusdanig moeten zijn ontworpen, dat<br />

zij na gebruik op een hoogwaardige manier kunnen worden<br />

hergebruikt in een nieuw product of een voedende functie<br />

moeten hebben (afval is voedsel). McDonough en Braungart<br />

ontleenden het principe aan de werking van ecosystemen,<br />

waarin het ene organisme een functie heeft voor andere<br />

organismen.<br />

Het bruist momenteel in de samenleving van creativiteit,<br />

enthousiasme en vernieuwingsdrang rond het thema<br />

Duurzaamheid. Het bedrijfsleven ontwikkelt vernuftige innovaties,<br />

overheden schrijven begeesterde nota’s en profileren<br />

zich als aanjager van de vernieuwing.<br />

In dit nummer van Netwerk vindt u een bescheiden neerslag<br />

van de dynamiek rond duurzaamheid. Te beginnen in het<br />

interview met wethouder Milieu van Nijmegen, Jan van der<br />

Meer. Hij verstaat de kunst de dingen zowel in het grote als in<br />

het kleine perspectief te zien. Precies wat je hebben moet nu<br />

de samenleving voor zo’n massale gedragsverandering staat<br />

als nu: energieneutraal produceren en consumeren. Van het<br />

kabinet moeten we daarmee in 2020 dertig procent reductie<br />

van de uitstoot van broeikasgassen bereiken (ten opzichte<br />

van 1990).<br />

Een deel van de geplande CO2-reductie is in de bouwwereld<br />

te winnen, zo blijkt uit het artikel over EnergieTransitie. Half<br />

december wordt er een aanbestedingsprocedure gepubliceerd<br />

voor een aantal nieuwbouw- en renovatieprojecten van elk<br />

vijftig woningen, waarin energietransitie centraal staat. Iedere<br />

woning in deze projecten moet een CO2-reductie van 45 procent<br />

realiseren. Het ontwerpen van deze woningen is een uitdaging<br />

van formaat, die daarna niet ophoudt, want de kennis<br />

en de toepassingen ervan moet blijvend worden doorontwikkeld<br />

en doorgegeven.<br />

Gemeenten doen mee via duurzaam inkopen. En dat hoeft<br />

echt geen duurkoop te zijn.<br />

De Stadsregio Arnhem Nijmegen investeert in een klimaatbestendige<br />

stadsregio, in innovatie, duurzaam openbaar vervoer,<br />

P+R-plaatsen en ketenmobiliteit. De Zevenaarse woonwijk<br />

Groot-Holthuizen krijgt een op biomassagestookte installatie.<br />

Het is niet alleen techniek wat de klok slaat. Je kunt ook duur-<br />

zaam ondernemen, en leren bedrijven daarover te adviseren.<br />

Ronald Migo, de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en de<br />

Rabobank kiezen deze invalshoek.<br />

Monique Leyenaar houdt de politiek het duurzaamheidsgehalte<br />

van de democratie voor. Zo breed kan een thema zijn.<br />

Ik wens u een prettige jaarwisseling.<br />

Veel leesplezier!<br />

Peter Smit, hoofdredacteur<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 3


Buitenaards<br />

Ervaar de emotionele kracht van het drukwerk van Drukkerij Gelderland.<br />

Bel 026 - 384 01 84 voor een inspirerende kennismaking of een altijd concurrerende offerte.<br />

Mercatorweg 18 6827 DC Arnhem<br />

info@drukkerijgelderland.nl


Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 5


Jan Van der Meer: “Ik ben geen idealist meer, maar heb nog wel idealen”<br />

Tekst Hans Rebers, Gemma Schoot<br />

Fotografie Rens Plaschek<br />

wethouder denkt in het<br />

groot en in het klein<br />

Jan van der Meer houdt wel van een uitdaging. Als wethouder Mobiliteit,<br />

Groen, Milieu en Recreatie van Nijmegen stelt hij ambitieuze, concrete doelen.<br />

Niet voor 2020, maar voor het einde van de collegeperiode. “Nijmegen moet<br />

straks glinsteren van de zonnepanelen.”<br />

Het kabinet wil dat Nederland energie gaat besparen. Een<br />

energiebesparing van twee procent per jaar moet in 2020<br />

voor een energiereductie van dertig procent ten opzichte<br />

van 1990 zorgen. Ook moet tegen die tijd twintig procent van<br />

het totale energiegebruik duurzame energie zijn. Nijmegen<br />

zou Nijmegen niet zijn als het niet nóg ambitieuzere doelen<br />

zou stellen. Want was Nijmegen bijvoorbeeld niet de eerste<br />

Nederlandse gemeente met een Plan van Aanpak voor wat<br />

betreft de kwaliteit van de lucht? Verantwoordelijk voor de<br />

ambitieuze doelstellingen is Jan van der Meer, die zich als<br />

wethouder Mobiliteit, Groen, Milieu en Recreatie bezighoudt<br />

met het milieubeleid van Havana aan de Waal.<br />

Idealen<br />

De jaren tachtig zijn de vormende jaren voor Van der Meer. De<br />

media brengen apocalyptische toekomstbeelden: zure regen<br />

zorgt voor het “große Waldsterben”, Cfk’s uit spuitbussen en<br />

koelkasten verwoesten de ozonlaag. Het zijn zulke berichten<br />

waardoor Van der Meer steeds meer geïnteresseerd raakt<br />

in milieuvraagstukken. De opkomst van Joscka Fischer en<br />

‘Die Grünen’ maakt dat hij zich actief bezig gaat houden met<br />

‘groene politiek’.<br />

Op 25-jarige leeftijd begint Van der Meer met de studie politicologie.<br />

In die tijd is hij een echte idealist. Van der Meer: “Ik las<br />

veel boeken over vraagstukken op het raakvlak van economie<br />

en milieu. Met name ‘Small is beautiful’ van E.F. Schumacher<br />

en ‘The Turning Point” van Fritjof Capra hebben me beïnvloed.<br />

Ook hield ik me bezig met actievoeren en campagnes voor<br />

een beter milieu. Tegenwoordig ben ik veel pragmatischer<br />

ingesteld. Dat wil niet zeggen dat ik mijn idealen kwijt ben,<br />

integendeel. Ik zeg vaak dat ik geen idealist meer ben, maar<br />

dat ik nog wel idealen heb. Ik ga dan ook nog steeds honderd<br />

procent voor de dingen waarin ik geloof.”<br />

Na zijn studie werkt Van der Meer in diverse functies, veelal<br />

6 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

gerelateerd aan milieuvraagstukken en groene politiek. Ook<br />

wordt hij actief in de Nijmeegse lokale politiek, bij De Groenen.<br />

In 1998 haalt de partij twee zetels en komt Van der Meer in<br />

de raad. Ondertussen krijgen de landelijke Groenen bij verkiezingen<br />

maar geen voet tussen de deur van de Tweede Kamer,<br />

wat zijn weerslag heeft op de Nijmeegse fractie. Steeds meer<br />

mensen haken af en de partij is op sterven na dood. Van der<br />

Meer en Bea van Zijll de Jong–Lodenstein gaan verder als<br />

Stadspartij Leefbaar Nijmegen. Interne strubbelingen zorgen<br />

ervoor dat Van der Meer niet veel later alleen verder gaat.<br />

“Het was al snel duidelijk dat ik daar niet op mijn plaats was. Ik<br />

besloot de overstap naar GroenLinks te maken. Omdat ik een<br />

van de oprichters van de afdeling was, stond de Stadspartij<br />

mij toe om voor GroenLinks in de raad te gaan zitten. Heel<br />

bijzonder, want daarmee werd vrijwillig een zetel afgestaan<br />

aan een andere partij.” Van der Meer wordt dat jaar eveneens<br />

hoofd voorlichting en communicatie van het landelijke bureau<br />

van GroenLinks.<br />

Klimaatplan<br />

Sinds april 2006 is Van der Meer wethouder. Daar waar hij<br />

vroeger minder parlementaire paden bewandelde om zijn idealen<br />

te verwezenlijken, doet hij dat nu als onderdeel van het<br />

bestuur van Nijmegen. Omdat het oude klimaatplan van de<br />

gemeente eind dit jaar afloopt, is de raad druk bezig met een<br />

nieuwe versie. Hierop vooruitlopend vertelt Van der Meer: “Er<br />

zijn allerlei steden die dappere, maar verafgelegen en abstracte<br />

doelstellingen stellen, zoals de gemeente klimaatneutraal in<br />

2020. Dat deden wij ook in de jaren negentig. Vervolgens was<br />

er geen mens die zich er aan hield en na een tijdje was iedereen<br />

het zelfs weer helemaal vergeten. Vandaar dat ik concrete<br />

doelstellingen voor de korte termijn heb geformuleerd.”<br />

De doelstellingen van Van der Meer gaan met name over<br />

energiebesparing. “Er is al veel gedaan aan het terugdringen


Paspoort<br />

Naam: J.W.M. van der Meer<br />

Geboortedatum: 27 januari 1965<br />

Geboorteplaats: Mill (Noord-Brabant)<br />

Burgerlijke staat: Samenwonend<br />

Opleidingen<br />

1988-1989 Propedeuse Maatschappelijk<br />

werk, hogeschool van Arnhem<br />

1989-1995 Politicologie, Radboud<br />

Universiteit Nijmegen<br />

van vervuiling van bodem en water. Het ware probleem is<br />

echter de opwarming van de aarde door uitstoot van CO2. Dat<br />

is al die decennia gewoon doorgegaan en dan ook nog eens<br />

exponentieel. We zijn met teveel, gebruiken te veel en dat<br />

in een te hoog tempo. Dát is de kern van het probleem. Het<br />

heeft dus alles te maken met bevolkingsgroei en economische<br />

groei. Ons economisch systeem hebben we zo ingericht dat we<br />

moeten blijven streven naar economische groei. Elk jaar moet<br />

er zoveel procent bij, anders valt het zaakje stil. Zelfs met één<br />

procent groei komen we al in economische problemen. En dan<br />

hebben we het nog steeds over groei nota bene. Allemaal over<br />

de rug van de natuur en ten koste van de bewoners van de<br />

zogeheten ontwikkelingslanden. Een andere boosdoener is de<br />

toenemende wereldbevolking. Zelfs in een land als Nederland<br />

neemt de bevolking nog jaarlijks toe. Ik word er eerlijk gezegd<br />

wel eens moedeloos van als ik zie hoeveel mensen drie of zelfs<br />

meer kinderen nemen. Net alsof we hier níet in het dichtstbevolkte<br />

Westerse land leven. Waar komt dat toch vandaan?”<br />

Ondanks dit wat sombere beeld blijft Van der Meer zich volledig<br />

inzetten voor datgene waarin hij gelooft: “Al Gore’s<br />

documentaire ‘An Inconvenient Truth’ heeft ook mijn ogen heropend<br />

voor het enorme belang om de opwarming van de aarde<br />

tegen te gaan. Het heeft me weer herinnerd aan de reden<br />

waarom ik me al die jaren zo ingezet heb voor deze zaak.”<br />

De doelstellingen van Van der Meer en de gemeente Nijmegen<br />

zijn dan ook uiterst ambitieus. Daar waar de rijksoverheid<br />

Loopbaan<br />

1995-1996 Programmeur politieke<br />

coverstory<br />

debatten bij politiek-cultureel<br />

centrum O42<br />

1996-1999 Wetenschappelijke medewerker<br />

Eerste Kamer-lid Marten<br />

Bierman<br />

1999-2000 Pr-medewerker Das & Boom<br />

2001-2001 Projectleider Milieudefensie<br />

2001 – 2006: Hoofd voorlichting en<br />

communicatie GroenLinks<br />

2006 – heden: Wethouder Mobiliteit, Milieu,<br />

Groen en Recreatie<br />

1998-2006 Gemeenteraadslid<br />

Nevenfuncties<br />

Uit hoofde van het wethouderschap:<br />

Lid van algemeen bestuur Stadsregio Arnhem-Nijmegen<br />

Lid van algemeen bestuur gemeenschappelijke<br />

regeling MARN (Milieusamenwerking Afvalverwerking<br />

Regio Nijmegen)<br />

Lid namens Nijmegen van Stuurgroep Park Lingezeegen<br />

streeft naar een energiebesparing van twee procent per jaar,<br />

gaat Nijmegen voor een jaarlijkse reductie van drie procent.<br />

Om dit te realiseren wil de gemeente een campagne richten<br />

op zowel de individuele burger, het bedrijfsleven als woningcorporaties.<br />

Van der Meer: “Een van de programma’s voor het<br />

bedrijfsleven is een zogeheten energiescan. Deze vindt plaats<br />

op een ‘no cure no pay’-basis. Met andere woorden, wanneer<br />

de door ons voorgestelde maatregelen geen energiebesparing<br />

tot gevolg hebben, betalen wij de rekening van de scan.<br />

Om bedrijven extra te motiveren, hebben we ook een soort<br />

competitie-element ingebouwd. In samenwerking met Royal<br />

Haskoning hebben we het Nijmeegs Energie Convenant (NEC)<br />

opgesteld. De bedrijven en organisaties die hieraan meedoen<br />

verplichten zichzelf hun CO2-uitstoot aanzienlijk te verminderen,<br />

nog meer dan de gemeentelijke doelstelling. Het is de<br />

bedoeling dat er twintig vooraanstaande Nijmeegse bedrijven<br />

in deze kopgroep terecht komen.* Vervolgens moet er een<br />

soort wedloop ontstaan, waarbij andere bedrijven proberen<br />

om op deze lijst te komen en bedrijven uit de kopgroep hun<br />

positie proberen te behouden. We hopen dat dit competitieelement<br />

bedrijven nog meer aanzet zich in te spannen voor<br />

energiebesparende maatregelen.”<br />

Zonnekrachtteam<br />

Een ander initiatief is het zonnekrachtteam. Dit team houdt<br />

zich bezig met de vraag: ‘Hoe maak je van zonne-energie een<br />

succes in Nijmegen?’ Het bestaat uit onder andere Ad Lansink<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 7


Wethouder Jan van der Meer met de winnaars van de tuinenwedstrijd 2007 op het winnende balkon in de categorie balkon- en geveltuinen. Het lijkt<br />

op Hollandse oubolligheid, maar de achtergrond van deze wedstrijd is serieus. “In de stad is het gemiddeld genomen altijd zo’n vijf graden warmer dan<br />

daarbuiten. Groen heb je nodig om de warmte en CO2 op te nemen. Zeker in deze tijd van klimaatverandering. En omdat Nijmegen een compacte stad<br />

is met weinig plek voor nieuwe bomen, moeten we ook bekijken hoe we ‘verticaal groen’ kunnen aanleggen. Zo’n wedstrijd zorgt ervoor dat mensen<br />

erop gewezen worden en enthousiast mee gaan doen.”<br />

(voorzitter, voormalig Tweede Kamer-lid CDA) en medewerkers<br />

van de Radboud Universiteit, de Rabobank en Electrabel.<br />

Het idee hiervoor ontstond eigenlijk bij toeval. Van der Meer<br />

was op vakantie in het Zuidduitse Freiburg. Hij kwam in<br />

gesprek met lokale bestuurders en toen bleek dat zij daar al<br />

heel ver waren met toepassingen van zonne-energie. Van der<br />

Meer: “Freiburg is te vergelijken met Nijmegen: een universiteitsstad<br />

met een roodgroen bestuur en een groene burgemeester.<br />

De mensen daar vertelden me over de plannen die er<br />

waren voor de bouw van een kerncentrale in de omgeving van<br />

Freiburg. Deze hadden tot enorme weerstand en protesten uit<br />

de samenleving geleid. Ook heeft het de vraag doen rijzen hoe<br />

ze dan eigenlijk wél aan hun energie willen komen.”<br />

Het antwoord was: met zonne-energie. Het heeft Van der<br />

Meer geïnspireerd hier ook in Nijmegen flink op in te zetten:<br />

“We hebben uitgerekend dat als we alle daken van onze<br />

publieke gebouwen, zoals sporthallen, wijkcentra en scholen,<br />

zouden beleggen met zonnepanelen, we in acht procent van<br />

de energiebehoefte van de stad kunnen voorzien. Wanneer<br />

een huishouden twee zonnepanelen in gebruik neemt, voldoet<br />

dat gezin aan de energiebesparingsdoelstelling van drie<br />

procent. Het mooiste zou uiteraard zijn als er veel zogeheten<br />

energie-plus-woningen komen. Dit zijn woningen die zoveel<br />

zonne-energie aanmaken, dat ze het zelf niet eens allemaal<br />

8 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

nodig hebben. In Duitsland is het zo dat de traditionele energieleveranciers<br />

deze energie tegen een vaste hoge prijs af<br />

moeten nemen van de particulieren. Dit wordt vervolgens verrekend<br />

in de prijs voor vuile stroom, die daardoor nog minder<br />

aantrekkelijk wordt. Deze hoge wettelijk vastgestelde terugleververgoeding<br />

zet pas echt zoden aan de dijk. De panelen<br />

zijn in Duitsland niet aan te slepen. In Nederland houdt men<br />

het helaas nog bij het subsidiëren van de zonnepanelen, mijns<br />

inziens minder effectief dan de Duitse maatregelen.”<br />

Overstappen op aardgas<br />

Ook het veel zuinigere Nieuwe Rijden wordt gepromoot door<br />

de gemeente. Omdat het bestuur graag het goede voorbeeld<br />

geeft, hebben gemeenteraadsleden zelfs rijles gehad om de<br />

grondbeginselen (sneller naar de vijfde versnelling schakelen,<br />

eerder afremmen) onder de knie te krijgen.<br />

Van der Meer geeft toe dat hier niet heel veel winst te behalen<br />

valt. “Veel belangrijker is het overschakelen op aardgas ter<br />

vervanging van de bestaande benzine- en dieselmotoren. De<br />

verbranding van aardgas zorgt voor honderd procent minder<br />

fijnstof in de lucht, en voor 25 procent minder CO2-uitstoot ten opzichte van auto’s die op benzine rijden. Daarin hebben<br />

we recentelijk een belangrijke stap gezet: na lang zwoegen<br />

is het ons gelukt een commerciële partij te vinden, Nijol


Oliemaatschappij, die dapper genoeg is een aardgastankstation<br />

in Nijmegen te beginnen. Het aanbod is er dus, nu is het<br />

zorg dat er ook een vraag ontstaat.”<br />

Ook hierin geeft de gemeente zelf het goede voorbeeld. Alle<br />

nieuwe auto’s, te beginnen met de nieuwe dienstauto van de<br />

burgemeester, zullen op aardgas rijden. Ook de Nijmeegse<br />

afvalverwerkwer DAR zal overstappen op wagens met aardgasmotoren.<br />

Daarnaast worden private partijen, die met de<br />

gemeente contracten hebben, gestimuleerd ditzelfde te doen.<br />

Van der Meer: “Neem bijvoorbeeld de taxibranche. Wij kunnen<br />

ervoor zorgen dat taxibedrijven, die overschakelen op aardgas,<br />

een privilege krijgen in het centrum. Ze zouden bijvoorbeeld<br />

langer in de binnenstad mogen verblijven om klanten<br />

op te kunnen pikken. Wat particulieren betreft gaan we gratis<br />

parkeervergunningen verlenen aan mensen die auto’s op aardgas<br />

hebben, of zorgen dat ze bovenaan de wachtlijst voor een<br />

parkeervergunning komen.”<br />

Vergrijzing als kans<br />

Het is duidelijk: de ambitie van Van der Meer is Nijmegen zo<br />

groen en milieuvriendelijk mogelijk te maken: “Ik hoop dat als<br />

coverstory<br />

je in de toekomst Nijmegen van boven bekijkt, je haast verblind<br />

wordt door de glinstering van de zonnepanelen.”<br />

Ook de toekomst van het land houdt hem bezig. Van der Meer:<br />

“Rond 2010 gaan heel veel mensen met pensioen. Tien á twintig<br />

jaar later zullen velen van hen overleden zijn. De bevolking<br />

gaat daarna krimpen. Ik zou graag zien dat de tussenliggende<br />

periode gebruikt wordt om de economie anders in te richten.<br />

Immers, groei is niet meer nodig, omdat op zorg na, ouderen<br />

veel minder behoeften hebben dan jongeren. De vergrijzing<br />

van de maatschappij biedt ons aldus de kans en de mogelijkheid<br />

de druk van de ketel te halen en het allesoverheersende<br />

groei-denken vaarwel te zeggen!”<br />

* Op 11 december vond op het stadhuis de feestelijke ondertekening<br />

van het NEC plaats door de kopgroepbedrijven.<br />

www.nijmegen.nl<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 9


10 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007


Jan van Zomeren: “Evenwicht vinden tussen strijdige belangen is de uitdaging”<br />

Waarom hebt u gekozen voor de functie van<br />

burgemeester?<br />

“Het heeft mij altijd aangesproken. Tijdens mijn juridische<br />

opleiding koos ik voor staats- en administratief recht, omdat<br />

de overheid mij trekt vanwege de tegenstrijdige belangen<br />

die er voortdurend spelen. Het is de kunst om een evenwicht<br />

te vinden, waarbij iedereen het zo prettig mogelijk heeft. De<br />

mooiste toevoeging van het burgemeestersambt vind ik het<br />

contact met de burgers. Ik probeer zo goed mogelijk te luisteren<br />

naar wat er speelt en duidelijk te communiceren wat de<br />

gemeente daarin kan betekenen.”<br />

Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen in uw<br />

gemeente?<br />

“Op dit moment speelt de schaalvergroting bij politie en<br />

brandweer. Deze diensten heb ik in mijn portefeuille. De<br />

schaalvergroting is landelijk ingezet en dat is goed, maar je<br />

moet oppassen dat het niet te ver van de gemeente af komt<br />

te staan. Daarnaast staat regelgeving hoog op de agenda.<br />

Enerzijds streven we naar deregulering, anderzijds moet je<br />

bedenken dat regels niet voor niks tot stand gekomen zijn.<br />

Hier komt die zoektocht naar een evenwicht weer terug. De<br />

samenwerking in de Stadsregio Arnhem Nijmegen is erg prettig.<br />

Er zou echter meer afstemming moeten plaatsvinden in<br />

een breder perspectief. We moeten niet te strak denken in de<br />

huidige verbanden, maar ook kijken naar buurgemeenten in<br />

Brabant, Limburg, en in Duitsland. Ten slotte hebben we in het<br />

coalitieakkoord de ambitie neergelegd: meer bouwen en de<br />

burger centraal.”<br />

burgemeester in beeld<br />

Tekst Katja Elmendorp<br />

Fotografie Luuk van der Lee<br />

Sinds 2003 is Jan van Zomeren (54) burgemeester van Heumen. Daarvoor werkte hij al<br />

lange tijd bij de overheid, onder andere als raads- en statenlid. Hij is een trotse burgemeester:<br />

“In Heumen is het mooi en landelijk wonen en er is een hoog voorzieningenniveau.<br />

Het is hier ook harmonieus wonen. Dat komt misschien wel door de bijzondere<br />

mix in de bevolking.”<br />

Wat doet de gemeente Heumen aan duurzaamheid?<br />

“Deze gemeente timmert op allerlei terreinen fors aan de weg<br />

op het gebied van duurzaamheid. Zo kijken we bij nieuwbouw<br />

altijd naar nieuwe inzichten en technieken. Wij zijn zuinig op<br />

het groen in onze gemeente en stimuleren inwoners de fiets te<br />

pakken naar het centrum in plaats van de auto.”<br />

Hebt u nog vrije tijd?<br />

“Te weinig. Al zie ik het bijwonen van evenementen in mijn rol<br />

als burgemeester ook als een stukje vrije tijd; dat doe ik graag.<br />

De tijd die overblijft, besteed ik graag aan vakanties, liefst<br />

naar Italië, en aan lezen. Daarnaast kijk ik graag naar ballet en<br />

dans. Maar ik sport te weinig, helaas.”<br />

Wat is het mooiste plekje in uw gemeente?<br />

“Ik sta op de foto voor het ateliermuseum van Jac Maris, een<br />

kunstschilder en beeldhouwer die op 96-jarige leeftijd in 1996<br />

overleed. In dit woonhuis tref je overal zijn kunstwerken aan,<br />

zelfs in de verlichting en de plavuizen vloer. Maar er zijn veel<br />

meer mooie plekjes; van Nederasselt, Overasselt, Heumen en<br />

Malden kan ik er moeiteloos een groot aantal noemen. Als ik<br />

er toch één mag noemen: de Overasseltse Vennen.”<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 11


In december eerste tender voor nieuwbouwprojecten energietransitie<br />

De overheid is met de energiebesparing overgeschakeld in een<br />

hogere versnelling. Het kabinet “gaat voor een trendbreuk”,<br />

zo staat het in de nota Nieuwe Energie voor het klimaat, werkprogramma<br />

Schoon en Zuinig, van september 2007. Met een<br />

uitgebalanceerd pakket van maatregelen wil het kabinet in<br />

2020 dertig procent reductie van de uitstoot van broeikasgassen<br />

bereiken (ten opzichte van 1990). Begin november sprak<br />

Minister Jacqueline Cramer van Ruimte en Milieu bovendien<br />

de intentie uit, het principe van Cradle to Cradle (C2C, van<br />

wieg tot wieg) in haar beleid een plek te geven. Dat principe<br />

luidt: alles wat we produceren, kunnen we steeds opnieuw<br />

gebruiken. Meubels, witgoed, gebouwen, het maakt niet uit;<br />

C2C-producten kunnen aan het eind van de levenscyclus<br />

opnieuw onderdeel zijn van een productieproces. De provincie<br />

Gelderland stelde in oktober een contourennota over het<br />

onderwerp vast onder de titel Aanpakken en Aanpassen,<br />

nieuwe energie voor het Gelders Klimaat.<br />

Kennisinstellingen en bedrijfsleven waren al met allerlei<br />

nieuwe concepten, producten en intelligente innovaties bezig<br />

te reageren en te antiperen op de eisen en verwachtingen<br />

die er nu op hen afkomen. Bedrijven zijn uit op onderlinge<br />

samenwerking en profileren zich met hun kennis en ervaring<br />

bij overheden. Daar zijn natuurlijk veel opdrachten te halen in<br />

de bouwtechnische en civiele sfeer. Rijk en provincies zoeken<br />

daarnaast ook partnerschappen in de diverse projecten.<br />

Gebouwde omgeving<br />

EnergieTransitie is een inititatief van de overheid en stimuleert<br />

dat consumenten, bedrijfsleven en overheid daarom nu al werken<br />

aan de oplossing door schoner en zuiniger met energie om<br />

te gaan. Daartoe opereren er binnen de EnergieTransitie maar<br />

liefst zeven platforms.<br />

12 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

Tekst Gemma Schoot<br />

Illustratie Energietransitie-Plan PeGo<br />

trendbreuk: versnelling<br />

in de energiebesparing<br />

We hadden er Al Gore voor nodig, maar nu is breed in de samenleving de<br />

geest rijp voor duurzaam produceren, ondernemen, organiseren, innoveren...<br />

Men is er vol van. De politiek ziet in dat de klimaatverandering bedreigend<br />

wordt voor onze veiligheid, de voedselvoorziening, de waterhuishouding en de<br />

biodiversiteit.<br />

Een ervan is Platform Gebouwde Omgeving (PeGO), want in<br />

de bouw is er veel te winnen. Nu ontbeert de bouwketen in<br />

Nederland nog een structuur, die innovatie op praktisch niveau<br />

ondersteunt en stimuleert. Er wordt nog te veel op het niveau<br />

van afzonderlijke componenten geïnnoveerd, bijvoorbeeld de<br />

stapsgewijze verbetering van het rendement van cv-ketels.<br />

Het PeGO wil in 2030 een energiereductie van vijftig procent<br />

in de gebouwde omgeving behalen.<br />

De Innovatiewerkgroep van het platform draagt daaraan bij<br />

door tachtig innovatieve voorbeeldprojecten te realiseren in<br />

de woningbouw, de utiliteitsbouw en de integrale gebiedontwikkeling<br />

(zie kader).<br />

In deze projecten wordt ervaring opgedaan in het organiseren<br />

van nieuwe oplossingen, in het toepassen van nieuwe, veelbelovende<br />

energieconcepten Het is de bedoeling dat consortia<br />

minimaal drie opeenvolgende projecten gaan uitvoeren met<br />

een steeds hogere ambitie. Het eerste project moet 45 procent<br />

energiereductie realiseren, het tweede en derde project<br />

respectievelijk zestig en tachtig procent reductie op het<br />

totale energiegebruik. Er is daarbij niet alleen aandacht voor<br />

technische aspecten, maar zeker ook voor de organisatie van<br />

het nieuwbouw of renovatieproces. Het moeten woningen en<br />

gebouwen worden, die zich gaan onderscheiden met een lagere<br />

energierekening, een gezond binnenmilieu en die bovendien<br />

mooi zijn vormgegeven. Daar krijg je tevreden kopers<br />

en huurders mee, wat nieuwe projectontwikkelaars weer over<br />

de streep trekt. De managers van de voorbeeldprojecten<br />

geven hun ervaringen door aan volgende initiatiefnemers. In<br />

nieuwe bouwprojecten worden dan weer de eerste feitelijke<br />

ervaringen van de gebruikers met de woonlastenbesparingen<br />

meegenomen.<br />

Kennisoverdracht en het motiveren van een groeiend netwerk<br />

van bedrijven in de gehele bouwkolom zijn essentieel in de


aanpak van de tachtig projecten. Het is een opgave voor zowel<br />

de vastgoedsector, als de bouwbranche, de toeleveringsindustrie,<br />

de nutsbedrijven, particuliere eigenaren, ontwerpers en<br />

de overheid als verantwoordelijke voor het maken en handhaven<br />

van wet- en regelgeving.<br />

Eerste tender<br />

“We werken hard aan de voorbereiding van een eerste tender.<br />

Deze wordt hopelijk half december gepubliceerd in de<br />

staatscourant” aldus Pieter Hameetman, voorzitter van de<br />

Innovatiewerkgroep. Het gaat om minimaal vijftig woningen<br />

per project in de nieuwbouw of renovatie. Geïnteresseerde<br />

woningcorporaties en ontwikkelaars uit het hele land kunnen<br />

erop inschrijven. Pieter Hameetman weet uit zijn contacten<br />

dat er ook in de Stadsregio Arnhem Nijmegen partijen geïnteresseerd<br />

zijn. Hameetman: “De doelstelling in deze eerste<br />

woningbouwprojecten is, dat de woningen 45 procent minder<br />

fossiele brandstoffen moeten gebruiken. De inschrijvers op de<br />

aanbesteding moeten niet alleen laten zien hoe ze dat technologisch<br />

willen realiseren. Ze moeten ook beschrijven hoe ze<br />

structureel de benodigde kennis denken te ontwikkelen, waarmee<br />

in een volgend stadium de doelstellingen opgeschaald<br />

kunnen worden naar zestig procent en weer later naar tachtig<br />

procent reductie.”<br />

Gideonsbende<br />

Programmamanager Nieuwbouw van het PeGo-platform,<br />

Frans Versteeg, noemt het hele project een “onvoorstelbare<br />

hijs”. “En dan zijn wij nog maar een kleine Gideonsbende in<br />

een grote boze wereld, maar die toch een zelflerende en continu<br />

innoverende bouwketen wil aanslingeren. Het moet een<br />

continue stroom worden van denken, doen en opschalen van<br />

Duurzaamheid<br />

Voorbeeldprojecten in een groeiend netwerk van partijen. PM NGR staat voor Programmamanagement Nieuwbouw, Groot onderhoud en Renovatie,<br />

de oude naam voor de Innovatiewerkgroep van het Platform Gebouwde Omgeving<br />

ambities. We willen een lokale olievlekwerking die een nationale<br />

olievlekwerking wordt. Het moet besmettelijk worden: we<br />

moeten enerzijds verschrikkelijk naïef zijn, maar anderzijds<br />

moeten we absoluut níet naïef zijn in het projectmanagement.<br />

We voeren een ouderwets management, met een beheersbare<br />

span of control, top down”, aldus een enthousiasmerende<br />

Versteeg op een themabijeenkomst over de kansen van energietransitie<br />

voor innovatie, in september in het Arnhemse<br />

WTC georganiseerd door de provincie Gelderland.<br />

De Innovatiewerkgroep van het Platform Gebouwde<br />

Omgeving, onderdeel van EnergieTransitie, wil tussen 2007<br />

en 2012 tachtig voorbeeldprojecten realiseren, om te beginnen<br />

met 45 procent CO2-reductie als ambitie.<br />

• 3.000 duurzame nieuwbouwwoningen, met resp. 45, 60 en<br />

80 procent reductie;<br />

• 3.000 verbeterde bestaande woningen, ook met resp. 45,<br />

60 en 80 procent reductie;<br />

• 20 utiliteitsprojecten (bestaand en nieuw)<br />

www.energietransitie.nl<br />

Duurzame bouwopgave<br />

• 4 locaties duurzame integrale gebiedsontwikkeling.<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 13


Vijf koplopers onder Gelderse gemeenten kopen duurzaam in<br />

Met de ondertekening geven de vijf Gelderse gemeenten aan<br />

dat zij in het vervolg duurzaamheidsaspecten laten meewegen<br />

bij hun inkoopbeleid. In totaal elf van de 56 Gelderse<br />

gemeenten hebben tot nu toe een dergelijke deelnameverklaring<br />

ondertekend. De Gelderse Milieufederatie benadert<br />

Gelderse gemeenten daarvoor.<br />

De regering heeft provincies, gemeenten en waterschappen<br />

opgeroepen om in 2010 bij vijftig procent van de inkopen en<br />

aanbestedingen duurzaamheid als zwaarwegend criterium<br />

mee te nemen. De Rijksoverheid zal al in 2010 zelfs voor honderd<br />

procent duurzaam moeten inkopen en aanbesteden.<br />

Onder ‘inkopen’ wordt grofweg verstaan ‘het betalen van<br />

geld aan leveranciers ten behoeve van de levering van producten,<br />

diensten of werken’. Van kantoormeubelen, papier en<br />

catering tot dienstauto’s, gebouwen, openbare verlichting en<br />

groenvoorzieningen. Met een totaal inkoopvolume van ruim<br />

veertig miljard euro op jaarbasis is de overheid een speler van<br />

formaat op de leveranciersmarkten te noemen. Het loont dus<br />

om die markt te beïnvloeden, het draagt allemaal bij tot de<br />

verduurzaming van de productie.<br />

Beleid maken<br />

De vraag is of duurzaam inkopen moet beginnen met beleid.<br />

Maarten Visscher van de Gelderse Milieufederatie vindt van<br />

niet. “Diverse gemeenten zijn met duurzaam inkopen begonnen<br />

zonder daar speciaal beleid voor op te stellen. Er zijn<br />

14 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

Tekst Anouk Luteyn<br />

Fotografie Hans Blanken<br />

duurzame inkoop is<br />

geen duurkoop<br />

De gemeenten Duiven, Westervoort, Beuningen, Rheden en Renkum hebben<br />

deze herfst een intentieverklaring ondertekend om gezamenlijk hun gemeentelijke<br />

inkopen te verduurzamen. Wat is voor deze vijf gemeenten ‘duurzaam<br />

inkopen’, hoe gaan ze aan de slag en wat zijn de voordelen van de samenwerking<br />

op dit terrein?<br />

Inkoopvolume van de overheid is ruim veertig<br />

miljard euro op jaarbasis<br />

de afgelopen jaren op dit gebied verschillende campagnes<br />

geweest van het Ministerie van VROM. Daarnaast is er een<br />

overzichtelijke website vanuit SenterNovem waarop allerlei<br />

informatie en toepassingsmogelijkheden staan. Wel is het goed<br />

om na het starten de zaken door beleid te formaliseren.”<br />

Gemeente Duiven denkt er anders over. Adviseur Marleen<br />

Oltvoort zegt dat beleid nodig is om de duurzaamheidsambities<br />

van de gemeente vast te leggen en draagvlak te creëren<br />

bij management en medewerkers. “Duurzaam inkopen is bij<br />

ons dan ook opgenomen in het inkoopbeleid en maakt tevens<br />

onderdeel uit van het interne milieuzorgbeleid.”<br />

Veel mensen gaan ervan uit dat duurzaam inkopen ook duur<br />

inkopen is. Dat de kosten stijgen en dat er meer tijd gaat zitten<br />

in de uiteindelijke uitwerking van de inkoop. En tijd is immers<br />

geld. Dat duurzaam inkopen duurder zou zijn, is volgens Dirk-<br />

Wim in ’t Hof onzin. “Zuinigere verlichting leidt tot besparingen<br />

en gezamenlijke inkoop tot schaalvoordelen. Bovendien<br />

hebben we als overheid een voorbeeldfunctie en die mag best<br />

een meerprijs hebben. De definitie van duur of goedkoop moet<br />

gebaseerd zijn op een integrale beoordeling van een product<br />

op dienst. Goedkoop op de korte termijn is vaak op lange termijn<br />

duurkoop.”<br />

De inkoop van álle producten kan verduurzaamd worden. Er<br />

zijn honderd productgroepen en SenterNovem is momenteel<br />

bezig voor al die productgroepen criteria op te stellen voor<br />

duurzame varianten. Dit wordt in 2008 afgerond. Dirk-Wim In<br />

‘t Hof van de gemeente Beuningen kijkt er al naar uit: “Er valt<br />

echt winst mee te behalen. Niet alleen met de voor de hand-


liggende inkoop van keurmerk-papier en spaarlampen. Ook<br />

grotere aanbestedingstrajecten lenen zich ervoor. Denk maar<br />

aan het onderhoud van wegen, de openbare verlichting en de<br />

inkoop van elektriciteit.”<br />

Samenwerking is kennisdeling<br />

Volgens Visscher is het belangrijk alle 56 Gelderse gemeenten<br />

de Deelnameverklaring van SenterNovem ondertekenen<br />

en daadwerkelijk duurzaam inkopen gaan uitvoeren. Anders<br />

wordt het heel lastig de Rijksdoelstelling te halen. De Provincie<br />

Gelderland heeft hierin een duidelijke trekkersrol, vindt hij.<br />

“We zien aan de provincies Noord-Brabant en Utrecht dat het<br />

werkt.” Inmiddels heeft Milieugedeputeerde Annelies van der<br />

Kolk al uitgesproken, dat de Provincie Gelderland rol van aanjager<br />

op zich neemt.<br />

Duurzaam inkopen vraagt om<br />

gedragsverandering<br />

Meer gezamenlijkheid in aanpak en uitvoering is volgens<br />

Visscher dus van groot belang. Hinke van den Hoeven merkt<br />

hierbij wel op, dat het verloop van de samenwerking tussen<br />

gemeenten wel sterk afhankelijk is van de kennis die aanwezig<br />

is bij alle samenwerkende partijen en van de beleidsuitgangspunten<br />

van de verschillende partijen. “Samenwerking is kennisdeling.<br />

Het kan een extra stimulans zijn voor gemeenten<br />

om gezamenlijk op te trekken en ervaring en kennis uit te<br />

wisselen om te komen tot duurzaam inkopen. Hierbij is het wel<br />

belangrijk dat op het gebied van duurzaamheid zoveel mogelijk<br />

uitgangspunten gelijk zijn.”<br />

Duurzaamheid<br />

Een andere manier van inkopen, vraagt dat om een gedragsverandering<br />

van de gemeentelijke organisatie? In de gemeente<br />

Beuningen is dit niet het geval geweest. In’t Hof zegt<br />

dat duurzaam inkopen geen lange trainingskampen behoeft.<br />

Volgens hem creëer je overeenstemming in de organisatie<br />

door enthousiasme te tonen en resultaten te laten zien. En<br />

niet iedereen hoeft ‘om’ voor duurzaam inkopen.<br />

Visscher vindt dat duurzaam inkopen wel degelijk om een<br />

gedragverandering in de organisatie vraagt. “Budgethouders<br />

dienen naast kosten nu ook duurzaamheidcriteria mee te<br />

nemen bij de afweging. Deze criteria moeten aan het begin<br />

van het inkoopproces volwaardig te worden meegenomen. Ze<br />

moeten dus anders handelen dan normaal, en hier moet aandacht<br />

aan worden besteed”, legt hij uit.<br />

U ook?<br />

Koopt u al duurzaam in? Heeft u vragen of wilt u ook graag<br />

de Deelnameverklaring van SenterNovem ondertekenen? De<br />

Gelderse Milieufederatie helpt u graag verder op weg.<br />

www.senternovem.nl/duurzaaminkopen<br />

www.geldersemilieufederatie.nl<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 15


Euregio Rijn-Waal wint Europese prijs ‘Sail of Papenburg 2007’<br />

oorkondes voor grens-<br />

overschrijdende projecten<br />

Op de Angus Boerderij in Leur, gemeente Wijchen, staat een grote tafel gedekt<br />

voor een lunch, vol ingrediënten afkomstig uit de streek. De gasten zijn uitgenodigd<br />

voor de uitreiking van oorkondes aan drie grensoverschrijdende projecten,<br />

mede gesubsidieerd door de Euregio Rijn-Waal in het kader van haar<br />

strategie ‘Plattelandsgebieden zonder grenzen’. Deze strategie als geheel heeft<br />

een Europese prijs in de wacht gesleept: ‘Sail of Papenburg 2007’.<br />

Anton Aelberts, burgemeester van Druten en lid van het dagelijks<br />

bestuur van de Euregio Rijn-Waal, had niet verwacht dat de<br />

Euregio Rijn-Waal de prijs zou winnen. Er waren negen andere<br />

mooie projecten die meedongen naar deze prijs, de enige in<br />

Europa voor succesvolle grensoverschrijdende projecten. Het<br />

thema dit jaar luidde: ‘Innovatieve concepten en projecten<br />

voor de ontwikkeling van plattelandsgebieden in grensregio’s’.<br />

De jury van Sail of Papenburg prees het winnende concept van<br />

de Euregio Rijn-Waal om het duurzame karakter ervan. Ook<br />

waardeerden ze het feit dat talrijke mensen bij de projecten<br />

werden betrokken, die invloed hadden op de hele regio.<br />

Voorbeeldfunctie<br />

Drie projecten van de Euregio Rijn-Waal met een voorbeeldfunctie<br />

kregen bijzondere erkenning. Ze worden alle drie via<br />

het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, met name<br />

het EU-programma INTERREG IIIA, mede gefinancierd. De vertegenwoordigers<br />

van deze projecten kregen daarvoor in Leur<br />

een oorkonde uitgereikt door burgemeester Aelberts.<br />

Eén van de projecten is ‘Hergebruik van agrarische gebouwen<br />

in de Euregio Rijn-Waal’.<br />

Het project stimuleert en bemiddelt in het hergebruik van<br />

oude, niet meer voor landbouwdoeleinden gebruikte agrarische<br />

gebouwen. Dat komt ten goede aan het behoud van<br />

het culturele erfgoed en het economische hergebruik van<br />

de boerderijen. Radboud Vorage van LTO Noord Projecten is<br />

trots op de erkenning. ”Dit is een grote stimulans, een mooi<br />

schouderklopje!”<br />

Het project wil de aandacht vestigen op het feit dat het platteland<br />

veel kansen biedt en perspectieven voor de toekomst<br />

16 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

Tekst Gerdie Weuring<br />

Fotografie Gerard Titulaer<br />

heeft. Denk aan wonen, werken en recreëren. Maar wie een<br />

boerenbedrijf een andere bestemming wil geven, krijgt te<br />

maken met veel regel- en wetgeving en allerlei ingewikkelde<br />

procedures. LTO Noord Projecten staat de nieuwe ondernemer<br />

bij met raad en daad.<br />

Streekproducten<br />

Het tweede project is ‘Euregionale marketinginitiatieven Rijn-<br />

Waal’. Doel is landbouwproducten uit de streek op een creatieve<br />

manier in de markt te zetten. Streekproducten komen


ijvoorbeeld op de menukaarten van restaurants. Daarnaast<br />

richten de projectdeelnemers zich op gemeentelijke instellingen,<br />

zoals ziekenhuizen, scholen en zorginstellingen. Ook<br />

daar willen zij de streekproducten letterlijk op de kaart zetten.<br />

Doel is ook ervoor te zorgen dat de mensen die in de stad<br />

van de producten genieten, de plaats van herkomst zullen<br />

opzoeken.<br />

Op dit moment wordt er een gebiedscoöperatie opgezet,<br />

waarbij alle gemeentelijke instellingen hun inkopen van streekproducten<br />

kunnen doen via één adres. Daarna staan de<br />

‘agro-belevingsactiviteiten’, een toeristisch netwerk, op het<br />

programma. Oftewel: beleef het platteland door erin te duiken<br />

en het te ondergaan. Op dit moment zijn er zo’n honderd<br />

actieve ondernemers in de regio bezig een divers aanbod te<br />

ontwikkelen, en hun aantal groeit. Populair zijn inmiddels het<br />

koe-knuffelen en boeren-golf.<br />

De Angus Boerderij zelf is trouwens een mooi praktijkvoorbeeld:<br />

vier jaar geleden was dit nog een boerenbedrijf.<br />

Vandaag de dag is het een vakantieboerderij waar je kunt logeren.<br />

De medewerkers verkopen producten uit de hele streek,<br />

zoals het biologische vlees van de Angus-koeien, die vredig in<br />

het naastgelegen weiland hebben kunnen grazen.<br />

Het derde project is de ‘Regionale hennepketen’. In dit project<br />

werken Nederlandse en Duitse partners samen, afkomstig uit<br />

de onderzoekswereld, landbouw, textielindustrie en modebranche.<br />

Samen hebben zij het economisch belang en de<br />

duurzaamheid van de regionale herinvoering van hennep als<br />

textielvezelplant aangetoond. Het plan stimuleert boeren om<br />

over te stappen op het verbouwen van hennep te verbouwen.<br />

Hiermee is namelijk een veel duurzamere textielvezel te pro-<br />

Euregio Rijn-Waal<br />

duceren, dan de gewone katoenen textielvezels. Hennepvezels<br />

neemt bovendien beter vocht op. Hennep is daarnaast ecologisch<br />

meer verantwoord dan katoen en dat maakt het vanuit<br />

het punt van milieubescherming ook interessanter. Op dit<br />

moment staat het succesvolle project volop in de belangstelling.<br />

Er zijn plannen voor een fabriek die de hennepvezel<br />

omzet in textiel. De onderhandelingen met investeerders zijn<br />

in volle gang en een locatie wordt gezocht. Marcel Toonen<br />

spreekt nadrukkelijk zijn dank uit voor de ondersteuning die<br />

het project van de Euregio krijgt om alles mogelijk te maken.<br />

Subsidies<br />

De subsidies voor de bovengenoemde projecten lopen uiterlijk<br />

in 2008 af. Alle aanwezige partijen benadrukken echter dat<br />

het zeker niet de bedoeling is dat de projecten hierna zullen<br />

stoppen. Dit niet alleen vanwege het succes dat de projecten<br />

hebben, maar ook vanwege het belang dat zij hechten aan de<br />

samenwerking tussen de Nederlandse en de Duitse partijen.<br />

Burgemeester Aelberts: “De Euregio hoopt dat er meer van<br />

dit soort projecten komen. Het is interessant en nuttig om<br />

als Nederlanders samen te werken met Duitse partners. We<br />

hebben te maken met verschillende culturen en kunnen veel<br />

van elkaar leren. Er komt echter ook veel bij kijken; de wet- en<br />

regelgeving maken het moeilijk om samen te werken. Daar<br />

moet echt eens naar gekeken worden, want er zijn genoeg<br />

enthousiaste ondernemers die graag de uitdaging aangaan.<br />

De projecten die hier aan bod zijn gekomen, zijn daar schitterende<br />

voorbeelden van.”<br />

www.euregio.org<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 17


column<br />

Jan van der Meer is een man met veel<br />

ambitieuze plannen voor de stad Nijmegen<br />

maar ook voor de regio. Hij staat op de<br />

cover van deze editie van Netwerk. Dan<br />

weet ik wel waar dit nummer over gaat.<br />

Over duurzaamheid natuurlijk!<br />

duurzaam vervoer<br />

in stadsregio<br />

Tja, duurzaamheid.<br />

Een paar zaterdagen geleden kocht ik op aandringen<br />

van mijn kinderen een doos spaarlampen. Thuis werden<br />

de ouderwetse gloeilampen eruit gedraaid en we<br />

waren tevreden. ’s Avonds zette ik de dimmer aan en<br />

toen begonnen de spaarlampen te protesteren. We<br />

hebben ze op een aantal plekken in huis er maar weer<br />

uitgedraaid.<br />

Bij duurzaamheid denk ik niet meteen aan spaarlampen<br />

of CO2. Ik denk aan mooie dingen die lang meegaan.<br />

Mooie dingen die lang meegaan zijn meestal ook aan<br />

de dure kant. Een tweemaal zo dure maar ook tweemaal<br />

zo mooie sinaasappelpers die, zeker weten, drie keer zo<br />

lang meegaat als die goedkope pers.<br />

In mijn werk denk ik bij duurzaam ook aan mooie dingen<br />

die lang meegaan. Vaak blijken die dingen ook voor de<br />

minister van milieu door de beugel te kunnen. De tram<br />

bijvoorbeeld.<br />

Vroeger hadden we trams in de middelgrote steden<br />

in Nederland. Die zijn er vrijwel allemaal uitgedrukt.<br />

We hadden de ruimte nodig voor de auto. De laatste<br />

jaren zijn er weer veel vrije banen voor de (diesel)bus<br />

bijgekomen. Op sommige van die busbanen worden<br />

inmiddels zoveel passagiers vervoerd, dat je er net zo<br />

goed een tram kunt laten rijden. In Nijmegen is dat het<br />

geval tussen Station Nijmegen Centraal en de grootste<br />

werkgelegenheidslocatie in de stadsregio, Heijendaal.<br />

En tussen station en Plein 44 ligt een tram ook voor de<br />

18 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

hand. Die tram is beter voor de passagier, beter voor<br />

de stad en beter voor de regio. Het is een mooie langetermijninvestering<br />

in stad en regio. Want te zijner tijd<br />

moet die tram over de Waalbrug naar de Noordelijke<br />

Waaloever en dan door naar Bemmel. In de Waalsprong<br />

komen steeds meer mensen te wonen die straks voor<br />

de tram in plaats van de auto zullen kiezen als ze naar<br />

LUX of de schouwburg in Nijmegen willen. Jan van der<br />

Meer gaat voor de tram en de stadsregio ook!<br />

Een andere vervoerslijn die een duurzame investering<br />

verdient: het spoor van Arnhem naar Doetinchem, een<br />

van de drukste lijnen van Nederland. Het treinaanbod<br />

kan de vraag daar nauwelijks aan. De vervoerder,<br />

Syntus, stelde onlangs voor het spoor tussen Zevenaar<br />

en Doetinchem te verdubbelen. Dat lijkt mij een duurzame<br />

investering. Net als die twee nieuwe stations die<br />

we aan die lijn willen bouwen, Westervoort en Zevenaar<br />

Oost. Met Westervoort voorkomen we veel autoverkeer<br />

naar Arnhem; op Zevenaar Oost kunnen automobilisten<br />

vanaf de A12 de trein in. Tram en regiotrein, het zijn<br />

beide duurzame investeringen in de stadsregio. Het<br />

kost een paar centen, maar ze verhogen wel de kwaliteit<br />

van het leven en ze gaan lang mee. En het past<br />

bovendien in de agenda van de klimaatverandering. Wat<br />

willen we nog meer?<br />

Jaap Modder, voorzitter College van Bestuur,<br />

Stadsregio Arnhem Nijmegen<br />

modder@destadsregio.nl


vijf miljoen extra voor snelle verbeteringen<br />

De Stadsregio Arnhem Nijmegen krijgt ruim vijf miljoen euro extra voor<br />

het oplossen van mobiliteitsknelpunten in de regio. Dat zegde minister<br />

Eurlings van Verkeer en Waterstaat toe tijdens het Landsdelige Overleg<br />

met de stadsregio op 14 november jongstleden. Met deze financiële<br />

injectie kunnen een aantal projecten versneld worden uitgevoerd.<br />

Geld voor stationsomgeving van het nieuwe station Mook-Molenhoek<br />

StadsRegionaal<br />

De toezegging voor deze ‘quick wins’ is gebaseerd op de zogeheten<br />

Netwerkanalyse, die de stadsregio in september heeft ingediend. Deze<br />

Netwerkanalyse is gemaakt op verzoek van de minister van Verkeer<br />

en Waterstaat. De minister heeft elf stedelijke regio’s, waaronder de<br />

Stadsregio Arnhem Nijmegen, gevraagd om een dergelijke analyse te<br />

maken. Zo kan de minister beter afwegen waar de mobiliteitsproblemen<br />

het grootst zijn.<br />

Fietsenstallingen en P+R<br />

De stadsregio heeft extra geld gevraagd voor vijf projecten die bijdragen<br />

aan een betere ketenmobiliteit. Daarbij gaat het om een naadloze<br />

verknoping van fiets en/of auto op het openbaar vervoer (onder meer<br />

bus en trein). De stadsregio wil toe naar supersnelle en makkelijke<br />

deur-tot-deur verbindingen waarbij het openbaar vervoer een serieuze<br />

en aantrekkelijke concurrent is voor de auto. Dat is een lastige<br />

opgave, maar er zijn ook een aantal snelle oplossingen,. Zo zijn er op<br />

dit moment er op veel stations nog veel te weinig fietsenstallingen en<br />

parkeerplaatsen.<br />

De extra vijf miljoen euro gaat naar de volgende projecten:<br />

- meer parkeerplaatsen en fietsenstallingen bij station Elst;<br />

- de inrichting van de stationsomgeving rond het nieuwe station Mook-<br />

Molenhoek;<br />

- een nieuwe fietsenstalling bij busstation Willemsplein in Arnhem en<br />

een doorgaand fietspad tussen station Arnhem Centraal en de noorden<br />

oostzijde van het centrumgebied;<br />

- de ontwikkeling van een omvangrijk ‘dynamisch route-informatiesy-<br />

steem’ in alle bussen en bij alle bushaltes in de stadsregio.<br />

Met de bouw een aantal projecten wordt dit jaar al begonnen; de rest<br />

gaat in de loop van 2008 van start.<br />

opening ‘bikedispensers’ in lent en schuytgraaf<br />

Met de opening van de eerste Bikedispensers op de stations Arnhem<br />

Zuid en Nijmegen Lent had de stadsregio een primeur. Op 14 november<br />

trokken regionale bestuurders de eerste Gazelle huurfietsen ‘uit<br />

de muur’. Dit slimme geautomatiseerde verhuursysteem biedt (trein-)<br />

reizigers de mogelijkheid de reis met de fiets te vervolgen.<br />

De relatief goedkope Bikedispenser past in de verbetering van de<br />

ketenmobiliteit (de naadloze overstap tussen verschillende soorten<br />

openbaar vervoer). Om die reden heeft de Stadsregio Arnhem<br />

Nijmegen dit initiatief samen met de provincie en de gemeente<br />

Arnhem en Nijmegen financieel ondersteund.<br />

Om gebruik te maken van de Bikedispenser is slechts een ding nodig:<br />

lid worden van OV-fiets. Bedrijven kunnen voordelige werknemersabonnementen<br />

afsluiten. Meer informatie? www.bikedispenser.com<br />

of www.ov-fiets.nl. Bedrijven kunnen contact opnemen met VCC Oost:<br />

026-353 7680. De opening van de Bikedispenser op 14 november<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 19


20 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007


Stadsregio zet zichzelf op Europese kaart<br />

innovativiteit op snijvlak van<br />

technologie en design<br />

Op 10 oktober in alle vroegte kreeg eurocommissaris Danuta Hübner uit handen<br />

van burgemeester Thom de Graaf van Nijmegen een ‘jurk’ aangeboden. De<br />

ontmoeting met de eurocommissaris voor regionaal beleid vond plaats in het<br />

kantoor van de Europese Commissie in Brussel en ging vooraf aan de presentatie<br />

van de Stadsregio Arnhem Nijmegen tijdens de zogeheten Open Days.<br />

Samen met de gemeente Arnhem en Nijmegen presenteerde<br />

de stadsregio zich in de Europese hoofdstad als een vitale economische<br />

regio, waar de creatieve sector zorgt voor gezonde<br />

groei en toename van werkgelegenheid. De ‘jurk’, een creatie<br />

van het Arnhemse ontwerpersduo Jaq Volckmann en Pim<br />

Kramer, was geknipt uit de Europese vlag en staat symbool<br />

voor de innovatieve creatieve sector in de regio.<br />

Opmaat voor nieuwe subsidieaanvragen<br />

Onder het motto ‘Making it happen: regions deliver growth<br />

and jobs’ vormden de Open Days 2007 de opmaat voor het<br />

volgende Europese subsidieprogramma voor de periode 2007-<br />

2013, goed voor een totale investering van vijfhonderd miljard<br />

euro aan Brusselse gelden. Ruim tweehonderd regio’s en<br />

steden lieten zich van hun beste kant zien. Samen organiseerden<br />

zij meer dan honderdvijftig workshops en seminars, die<br />

bezocht werden door maar liefst vijfduizend politici, bestuurders,<br />

ambtenaren en vertegenwoordigers van instellingen en<br />

bedrijfsleven. Doel van de Open Days is profilering van en kennismaking<br />

met andere steden en regio’s om samen Europese<br />

projecten te ontwikkelen en gefinancierd te krijgen. De stadsregio<br />

profileerde zich samen met de gemeenten Arnhem en<br />

Nijmegen met het thema ‘The creative sector makes it happen’<br />

als vruchtbare voedingsbodem voor innovatieve technologie<br />

en grensverleggend design.<br />

Samenwerkingsverbanden aanjagen<br />

“Innovation is at the heart of economic development, and creativity<br />

is at the heart of innovation,” aldus bestuursvoorzitter<br />

Jaap Modder van de Stadsregio Arnhem Nijmegen tijdens de<br />

presentatie. Hij wees op de gunstige academische infrastructuur<br />

in de vorm van onder meer Radboud Universiteit, HAN<br />

en ArtEZ. Bekende voorbeelden van de spin off daarvan zijn<br />

Viktor & Rolf, The People of the Labyrinths, de Modebiënnale<br />

en de Sonsbeek-beeldententoonstellingen. Maar ook de opkomende<br />

waterstofindustrie, de sportchip van Championchip, de<br />

taaltechnologie voor MS-Word van Polderland, de chiptechnologie<br />

van NXP/Philips, de inspirerende architectuur van<br />

Stadsregio Arnhem Nijmegen<br />

Tekst Francien Rademaker<br />

Fotografie Delano van Diest<br />

FiftyTwoDegrees, de pacemakers van Vitatron en de chemie<br />

van Akzo-Nobel.<br />

Hoe kunnen we de regionale creatieve industrie stimuleren?<br />

Lokale overheden moeten een ’incubator environment’ bieden<br />

die betaalbaar is voor startende creatieve ondernemers.<br />

Daarnaast, aldus Jaap Modder, is het aan de lokale en regionale<br />

overheden om de samenwerking met en tussen het bedrijfsleven<br />

aan te jagen. Gevestigde bedrijven moeten in contact<br />

komen met de zogenaamde ‘new economy’: er moet sprake<br />

zijn van uitwisseling en kruisbestuiving. Uiteindelijk moet de<br />

creatieve sector zichzelf overeind houden via interactie met<br />

kennisinstituten en marktpartijen. Want de oneliner ‘No transaction<br />

without interaction’ geldt ook voor déze sector.<br />

Eurocommissaris Danuta Hübner en de mannequin met de ‘EU-jurk’.<br />

Burgemeester Thom de Graaf van Nijmegen bood Danuta Hübner de<br />

jurk aan namens de Stadsregio Arnhem Nijmegen.<br />

www.destadsregio.nl<br />

www.arnhemaanzee.nl<br />

www.nijmegenaanzee.nl<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 21


Overheden en bedrijven werken samen aan een klimaatbestendige stadsregio<br />

22 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

Tekst Rijk Willemse, LaVerbe<br />

Fotografie William Moore<br />

de eerste successen<br />

van eureka<br />

Op 24 september 2007 organiseerde de Stadsregio de tweede Eurekaconferentie.<br />

Eureka is overkoepelende naam voor vijf ambitieuze programma’s<br />

voor een klimaatbestendige en economisch duurzame regio. Doel van de conferentie<br />

was dat de betrokken partijen – overheden en bedrijfsleven – elkaar<br />

inspireren en afspraken maken waarmee zij het lucht- en klimaatvraagstuk<br />

regionaal kunnen aanpakken. De benadering blijkt vruchtbaar.<br />

“We zien dat Eureka aanslaat in de praktijk”, vertelt Jan van<br />

der Meer, portefeuillehouder Ruimte en Luchtkwaliteit van de<br />

Stadsregio Arnhem Nijmegen en wethouder van onder meer<br />

Milieu in Nijmegen. “Ontwikkelingen voor schonere lucht en<br />

een beter klimaat die ingezet zijn, krijgen een extra impuls. En<br />

er ontstaan nieuwe initiatieven uit de vijf programma’s Terra,<br />

Hydra, Flora, Argus en Eolus. Grote en kleine initiatieven die<br />

Groene oplossingen voor stadsregionale luchtkwaliteit<br />

nu al succesvol blijken. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de IPLprijsvraag<br />

waarvoor het Eureka-consortium van de stadregio<br />

het voorstel ‘Flora - Meten en modelleren aan Groene oplossingen<br />

voor de stadsregionale luchtkwaliteit langs rijkswegen’<br />

heeft ingediend.”<br />

De IPL-prijsvraag is door het Ministerie van Verkeer en<br />

Waterstaat (VWS) uitgeschreven in het kader van het<br />

Innovatieprogramma Luchtkwaliteit (IPL). Het IPL wil marktpartijen<br />

via deze prijsvraag uitnodigen ideeën en oplossingen<br />

voor vegetatie aan te dragen die een positief effect hebben<br />

op de luchtkwaliteit langs wegen (fijn stof en stikstofdioxide).<br />

De prijsvraag sluit aan bij het Eureka-programma Flora, met<br />

name waar Flora innovatieve ideeën voor vegetatieschermen<br />

ontwikkelt en uitvoert, en het rendement daarvan meet.<br />

Het voorstel werd ingediend door een consortium van de<br />

Stadsregio Arnhem Nijmegen, Alterra, Universiteit Wageningen,<br />

KEMA en Integralis PP. Bij dit voorstel zijn ook verschillende<br />

andere partijen betrokken zoals de Van Helvoirt groep.<br />

Jan van der Meer: “Met ons voorstel maken we kans op een<br />

bijdrage van 280.000 euro voor de uitvoering van het project.<br />

Dan gaan we langs de A50 de luchtkwaliteit meten die wordt<br />

veroorzaakt door het verkeer, met en zonder beplanting. Dat<br />

onderzoek levert een schat aan zeer gedetailleerde informatie<br />

op. En dat is goed, want er is tot op dit moment weinig bekend<br />

over het effect van groenaanplant langs drukke wegen op de<br />

luchtkwaliteit.”


Groenschermen langs de A50 kunnen zorgen voor een betere afvang<br />

van fijn stof en stikstofoxiden<br />

Schoner rijden<br />

Maar er zijn ook al veel initiatieven die nu direct al winst opleveren.<br />

Jan van der Meer: “Denk aan roetfilters op de bussen.<br />

Inmiddels rijden er zo’n 66 bussen van Connexxion met een<br />

roetfilter. Voor het eind van dit jaar zijn nog eens 87 bussen<br />

van een roetfilter voorzien. Zeker in de binnenstad levert dat<br />

al direct winst op. Een ander voorbeeld is rijden op aardgas.<br />

Vanaf nu schaft de gemeente Nijmegen alleen nog maar voertuigen<br />

aan die op aardgas kunnen rijden. En iedere gemeentelijke<br />

auto die is afgeschreven, wordt voortaan vervangen door<br />

een voertuig dat op aardgas rijdt. In opdracht van de gemeente<br />

Nijmegen is een analyse gedaan naar rijden op CNG, dat is<br />

Compressed Natural Gas. Dat onderzoek zet de economische<br />

opbrengst en de milieuopbrengst van de overstap van conventionele<br />

brandstof naar CNG op een rij. Naar verwachting<br />

schakelen ruim dertig afgeschreven gemeentelijke voertuigen<br />

de komende jaren over op deze milieuvriendelijke brandstof.<br />

Vanuit de stadsregio bouwen we dit verder uit en stimuleren<br />

we ook andere gemeenten en bedrijven om meer op aardgas<br />

te gaan rijden. En aardgas is nog maar een tussenstap. Samen<br />

met de MARN, dat is de milieusamenwerking van de gemeenten<br />

in het zuidelijke deel van de stadsregio, onderzoekt de<br />

stadsregio de mogelijkheden voor de productie van biogas.”<br />

Stadsregio Arnhem Nijmegen<br />

Vervoersmanagement<br />

Volgens Jan van der Meer kunnen met vervoersmanagement<br />

ook veel voordelen gehaald worden voor de regionale luchtkwaliteit<br />

en voor het klimaatbestendig maken van de regio.<br />

“Bij vervoersmanagement gaat het niet alleen om het woonwerkverkeer<br />

– liever op de fiets en met het openbaar vervoer<br />

dan met de auto – maar ook om goederenvervoer. En vergeet<br />

het experiment met de Waalsprinter niet. De Waalsprinter<br />

is een proef tot 21 december 2007. We willen hiermee laten<br />

zien dat het openbaar vervoer een volwaardig alternatief<br />

kan zijn op filegevoelige trajecten – in dit geval de N325 naar<br />

Nijmegen. We willen forenzen op een makkelijke manier kennis<br />

laten maken met het openbaar vervoer. En we willen in de<br />

praktijk nagaan in hoeverre zo’n maatregel er in de spits voor<br />

kan zorgen dat Nijmegen beter bereikbaar wordt en dat er<br />

minder files zijn. Beter zou natuurlijk nog zijn als deze bussen<br />

ook overstappen op aardgas.<br />

Verder werken we in het project BBKAN! samen met de twintig<br />

gemeenten van de stadsregio, de provincie Gelderland en de<br />

Rijkswaterstaat Oost-Nederland aan het bereikbaar houden<br />

van de Stadsregio Arnhem Nijmegen. Zo start BBKAN! volgend<br />

jaar met maatregelen om de doorstroming op de Pley en het<br />

Velperbroek-circuit te verbeteren. Met een betere doorstroming<br />

leveren we vervolgens een bijdrage aan het verbeteren<br />

van de luchtkwaliteit. Ook op de Prins Mauritssingel zoeken we<br />

samen met BBKAN! naar mogelijkheden om de doorstroming,<br />

en dus de luchtkwaliteit, te verbeteren. Het zijn allemaal initiatieven<br />

die laten zien dat de tijd rijp is voor de aanpak van<br />

Eureka en dat Eureka nu al winst oplevert.”<br />

www.destadsregio.nl<br />

Eureka-conferenties<br />

De Stadsregio Arnhem Nijmegen organiseert een aantal<br />

‘Eureka-conferenties’ voor overheden en bedrijfsleven over<br />

de bijdrage van de regio aan de verbetering van de luchtkwaliteit<br />

en aan het tegengaan van de klimaatverandering.<br />

Op de eerste Eureka-conferentie op 14 juni stond de luchtkwaliteit<br />

centraal. Dit programma is uitgewerkt in vijf plannen<br />

van aanpak waaraan regionale overheden, bedrijven en<br />

wetenschappers samen werken. Op de tweede conferentie<br />

op 24 september ging het over de duurzame regio: kansen<br />

grijpen om de regio klimaatbestendig en economisch<br />

duurzaam te maken. In het voorjaar 2008, als de derde<br />

Eureka-conferentie wordt georganiseerd, beoordelen de<br />

deelnemers wat er tot dan toe is bereikt.<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 23


Omdat we het complete traject verzorgen: van pril idee tot<br />

complete huisstijl en van schetsontwerp tot website.<br />

Omdat onze visie in eerste instantie uitgaat van de uwe.<br />

Omdat onze ontwerpen eigentijds zijn, we ons eigen<br />

handschrift hebben, maar niet trendy of stijlgebonden zijn.<br />

Omdat we werken met heldere offertes, aantrekkelijke<br />

tarieven en strakke deadlines.<br />

En omdat we behalve toegankelijk, creatief en klantgericht<br />

ook meedenkend, maar niet meegaand zijn.<br />

24 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

Ontwerpbureau NEO<br />

Zutphensestraatweg 16<br />

6881 WS Velp<br />

telefoon 026 442 48 31<br />

fax 026 351 47 41<br />

post@ontwerpbureauneo.nl<br />

www.ontwerpbureauneo.nl


Culinaire avond ‘Oog op Ghana’ brengt realisatie oogkliniek een stap dichterbij<br />

mooie opbrengst met<br />

‘festival des amuses’<br />

Na maandenlange voorbereiding vond zaterdag 3 november het charity dinner<br />

van Stichting Emefa plaats. Op Landgoed Avegoor in Ellecom genoten on geveer<br />

honderdzestig gasten van een culinaire avond waarmee geld in gezameld werd<br />

voor de bouw van een oogkliniek in Ghana. Met de opbrengst van ruim 25<br />

duizend euro komt de realisatie van de oogkliniek een grote stap dichterbij.<br />

Stichting Emefa Rheden-Rozendaal is opgericht in 2004.<br />

Emefa voert in Ghana verschillende projecten uit om de<br />

levensstandaard van de inwoners te verbeteren. Al meer dan<br />

tien jaar zamelt de oprichter, opticien Hans Polman, tweedehands<br />

brillen in om in Ghana onder de bevolking te verspreiden.<br />

Daarnaast brengen hij en de andere bestuursleden van de<br />

stichting regelmatig een bezoek aan het land om oogmetingen<br />

uit te voeren en andere projecten op te zetten. Zo is in 2006<br />

een basisschool gerenoveerd op kosten van de stichting.<br />

Staar<br />

De stichting ontdekte tijdens deze reizen dat in Ghana veel<br />

mensen aan staar leiden. In Nederland leiden vooral oudere<br />

mensen aan deze afwijking aan de ogen, maar in Ghana komt<br />

het ook veel voor bij jonge kinderen. Staar is te verhelpen met<br />

een eenvoudige operatie, maar in Ghana ontbreekt het in veel<br />

gebieden aan klinieken, artsen en apparatuur. Stichting Emefa<br />

wil daarom in 2008 een oogkliniek bouwen in het dorpje Keta,<br />

regio Volta.<br />

Afgelopen maanden zijn veel bedrijven en instellingen benaderd<br />

voor de ondersteuning van dit project. Voor de culinaire<br />

avond op Landgoed Avegoor, ‘Oog op Ghana’ namen twintig<br />

bedrijven een sponsorpakket af; daarnaast is een groot aantal<br />

losse toegangskaarten verkocht. De stichting koos voor de<br />

opzet van een ‘festival des amuses’: verspreid over de zalen<br />

van Landgoed Avegoor genoten de gasten van de culinaire<br />

hoogstandjes die chef-kok Auke Blom en zijn team bereidden.<br />

Marlies Claasen, presentatrice van TV-Gelderland, leidde de<br />

avond. Daarnaast stonden er verschillende acts en optredens<br />

op het programma. Zo bracht Tamara Maria jazznummers ten<br />

gehore en sloot Petra Berger de avond af.<br />

Veiling<br />

Er was ook een kunstveiling. Een dertigtal veilingstukken<br />

gingen onder de hamer van de deskundige veilingmeester,<br />

waaronder een litho van Herman Brood en werken van lokale<br />

kunstenaars als Maurice Douma en Eugène Terwindt. Door de<br />

gasten werd enthousiast geboden op de werken en hiermee is<br />

ruim veertienduizend euro voor de oogkliniek ingezameld.<br />

De complete avond heeft ruim 25 duizend euro opgebracht.<br />

Hiermee is een grote stap gezet richting de realisatie van de<br />

kliniek. Voorzitter dan de stichting, Ap Lammers, is tevreden:<br />

“Wij zijn ons ervan bewust dat we er hiermee nog niet zijn,<br />

maar met deze opbrengst zetten we een grote stap in de<br />

goede richting.”<br />

www.emefa.nl<br />

Tekst Katja Elmendorp<br />

Fotografie Giel van den Hoven<br />

Presentatrice Marlies Claasen overhandigt de cheque met de op -<br />

brengst aan Ap Lammers, voorzitter van Stichting Emefa. Uit ein delijk<br />

kwam de teller op 25 duizend euro.<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 25


column<br />

Chapeau<br />

Als je met ondernemers discussieert over<br />

maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />

(MVO), is er altijd iemand bij die verkondigt<br />

dat hij wel wat beters te doen heeft:<br />

“Moet ik nou ook al de softe jongen gaan<br />

uithangen? Meneer, mijn pallets moeten<br />

vol, straks staan hier twee trailers voor de<br />

deur, waar hééft u het over?”<br />

ondernemers en het<br />

sociale cement<br />

Het probleem met het fenomeen MVO is de benaming.<br />

‘Maatschappelijk verantwoord’ heeft iets bedillerigs<br />

en betuttelends, kortom: iets normatiefs. En als<br />

Nederlanders tegenwoordig ergens een hekel aan hebben,<br />

is het wel dat een ander ze voorschrijft wat wel en<br />

wat niet ‘hoort’. Misschien krijgen ondernemers daar<br />

nog eerder puistjes van dan een ander. Het gaat immers<br />

vaak om creatieve en inventieve geesten die nou juist<br />

kunnen excelleren als hun ideeën de ruimte krijgen. Dan<br />

zit je dus niet te wachten op opgeheven vingertjes en<br />

een ‘gij zult en gij zult niet’.<br />

Misschien is het wel daarom dat de term ‘duurzaam<br />

ondernemen’ steeds meer terrein wint, met dank aan Al<br />

Gore. Hij zorgde voor een groene focus in onze kijk op<br />

de toekomst. Inmiddels zijn we Gore’s visie aan het relativeren.<br />

Wetenschappers buitelen nu weer over elkaar<br />

heen om de vraag te beantwoorden of het allemaal zo’n<br />

vaart zal lopen.<br />

Dat neemt niet weg dat we onze woon-, werk- en<br />

leefomgeving wel degelijk toekomstbestendig moeten<br />

maken. Ook ondernemers moeten daar hun – ja, echt -<br />

verantwoordelijkheid in nemen. Niet alleen als het gaat<br />

om de hardware: de productiemiddelen, het bedrijfspand<br />

of de energievoorziening. Duurzaamheid heeft<br />

óók betrekking op de manier waarop we het sociaalmaatschappelijk<br />

verkeer inrichten.<br />

Neem de prachtwijken van minister Vogelaar. Af en<br />

toe is het cynisme over dat initiatief niet van de lucht.<br />

Natuurlijk zal er op onderdelen best het nodige aan te<br />

merken zijn op het project. Maar geef het een eerlijke<br />

kans, zou ik tegen ondernemers willen zeggen. Juist zij<br />

26 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

spelen een belangrijke rol in de wijkeconomie: ze voorzien<br />

de buurt van een economisch fundament waarop je<br />

letterlijk en figuurlijk een toekomst kunt bouwen.<br />

Dat is ook in het belang van het bedrijfsleven zelf. Wie<br />

niet inspeelt op de grote culturele en etnische diversiteit<br />

in de samenleving, prijst zichzelf uit de markt. Stel<br />

u ervoor open, laat allochtone jongeren welkom zijn als<br />

stagiair. Of sponsor het multiculturele wijkdiner. Het<br />

sociale cement dat u zo creëert, is cruciaal voor de<br />

duurzaamheid van de samenleving van de toekomst en<br />

daarmee ook voor uw eigen bedrijf.<br />

En weet u wat nou zou leuk is? Volgens mij bent u dan<br />

beslist maatschappelijk verantwoord aan het ondernemen…<br />

Ronald Migo,<br />

Algemeen directeur Kamer van Koophandel Centraal<br />

Gelderland<br />

rmigo@arnhem.kvk.nl


Zevenaar heeft landelijke primeur met op biomassagestookte installatie<br />

Tekst Susan Swaters<br />

Fotografie Luuk van der Lee<br />

nieuwe woonwijk krijgt<br />

energie via hout<br />

De echte wereldverbeteraars zitten in de gemeente Zevenaar. De vijftienhonderd<br />

nieuw te bouwen huizen in de woonwijk Groot-Holthuizen krijgen<br />

geen gasaansluiting, maar worden straks verwarmd met samengeperst hout.<br />

Projectleider Bart van de Wouw en Tanja Koenen zijn apetrots op deze primeur.<br />

“Dit is pas echte duurzaamheid.”<br />

“Iedereen heeft het tegenwoordig over duurzaam bouwen.<br />

Alternatieve waterafvoer, gebruik van duurzame materialen.<br />

Maar dat zijn allemaal maar kleine facetten. Wat hier gebeurt<br />

is uniek. Hiermee behalen we een CO2-reductie van tenminste<br />

vijfentwintig procent,” voorspelt Van de Wouw.<br />

De projectleider steekt zijn enthousiasme niet onder stoelen<br />

of banken. Hij prijst de volhardendheid van de Zevenaarse<br />

gemeenteraad. “Er zijn wel meer gemeenten die roepen dat ze<br />

die traditionele gaspijp niet willen. Maar als puntje bij paaltje<br />

komt, gebeurt het toch.”<br />

In de zoektocht naar een alternatieve verwarmingsbron ging<br />

het projectbureau Groot-Holthuizen heel ver. “We hebben zelfs<br />

gekeken naar de mogelijkheid om zo diep te boren dat je heet<br />

water naar boven kunt pompen”, vertelt Tanja Koenen. “Dan<br />

praat je over een diepte van twee kilometer. Die techniek staat<br />

nog in de kinderschoenen. Den Haag gaat daar mee experimenteren,<br />

maar los van of het kan: het is voor ons veel te duur.<br />

Alternatief is goed, maar het mag niet meer gaan kosten. Dat<br />

was een absolute randvoorwaarde van de gemeente.”<br />

Essent<br />

Toen aanbieder Essent de levering garandeerde van dertig<br />

jaar warmte via een biomassagestookte installatie, was de<br />

kogel door de kerk. Op het nabijgelegen bedrijventerrein<br />

7-Poort bouwt Essent een techniekruimte waarin enkele ketels<br />

staan. Deze installatie wordt gestookt op houtpellets, kleine<br />

brokjes geperst zaagsel afkomstig uit de meubelindustrie.<br />

Door de verbranding van het hout wordt het water verwarmd<br />

en via een ondergronds, gesloten buizensysteem naar de huizen<br />

getransporteerd.<br />

Bart van de Wouw ziet alleen maar voordelen. “Duurzaam<br />

betekent in de praktijk vaak ook dat je twee keer zoveel moet<br />

betalen. Maar dit systeem kost de gemeente geen cent extra<br />

en de toekomstige bewoners merken er niets van, want de<br />

aanlegkosten en de infrastructuur worden in de woningbouw<br />

meegenomen. Bovendien betalen ze geen hogere prijs voor de<br />

warmte. Want het kan niet zo zijn dat de mensen aan de ene<br />

kant van de spoorlijn meer gaan betalen voor hun energie dan<br />

de mensen aan de andere kant. Als je ook nog eens bewerkstelligt<br />

wat iedereen roept, namelijk ‘CO2-reductie’, tel dan je<br />

winst maar uit.”<br />

Montferland<br />

Daarnaast bestaat er een kans dat de gemeente Montferland<br />

met haar nieuwe woningen op de uitbreidingslocatie Kerkewijk<br />

aansluit op het nieuwe, duurzame warmtenet van Groot-<br />

Holthuizen. “Deze mogelijkheid onderzoeken we nog. Die<br />

woningen liggen aan de overkant van de weg en het spoor.<br />

Maar daarover gaan wij nog in gesprek met Montferland”,<br />

besluiten Tanja Koenen en Van de Wouw<br />

Tanja Koenen en Bart van de Wouw:<br />

“We behalen een CO2-reductie van tenminste 25 procent.”<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 27


“Mijn eerste relatieactiviteit was het organiseren van de<br />

presentatie in Gelredome van Cijfers en Trends van oktober<br />

dit jaar. In Cijfers en Trends geeft de Rabobank haar visie op<br />

negen sectoren in het Nederlandse bedrijfsleven. De kwartaalupdate<br />

stond in het teken van het thema ‘Maatschappelijk<br />

verantwoord ondernemen’ (MVO) en laat zien welke MVOontwikkelingen<br />

er in de negen sectoren spelen. Zo zien we bijvoorbeeld<br />

in de industrie dat bedrijven MVO als een strategie<br />

zien die kan leiden tot product- en marktinnovatie. MVO dus<br />

uit offensieve overwegingen. In de bouwwereld missen we nog<br />

de integrale aanpak van MVO-activiteiten die vaak nog een<br />

incidenteel karakter hebben. In de internationale handel spelen<br />

soms MVO-conflicten op, omdat de groothandelsbedrijven<br />

28 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

Tekst René Jansen<br />

Fotografie Luuk van der Lee<br />

Groenleningen voor biomassa-installaties, windenergie en agrarisch natuurbeheer<br />

“duurzaam ondernemen is<br />

kwestie van durven”<br />

René Jansen is sinds 1 september directeur Zakelijke relaties van Rabobank<br />

Arnhem en Omstreken. In die hoedanigheid heeft hij te maken met duurzaam<br />

ondernemen en investeren. Vooral natuurlijk als aanbieder van duurzame<br />

financiële diensten, maar ook als adviseur van particulieren en bedrijven. René<br />

Jansen over zijn betrokkenheid bij het duurzaamheidsvraagstuk.<br />

Het nieuwe kantoor van de Rabobank is gevestigd in het gerestau -<br />

reerde pand van architect Dudok op het Willemsplein in Arnhem<br />

regelmatig te maken krijgen met bijvoorbeeld lokale productveiligheidseisen<br />

die niet stroken met Nederlandse eisen.”<br />

“Ik kijk met veel plezier op de presentatie terug, ook vanwege<br />

het andere geluid van Anne-Marie Rakhorst. Zij schreef het<br />

boek Duurzaam ontwikkelen ..... een wereldkans! Ze gaf de<br />

aanwezige ondernemers en dienstverleners een andere kijk<br />

op duurzaamheid en MVO. Heel inspirerend. Zij benadert<br />

duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />

met concrete oplossingen. Ze vindt dat je je niet moet laten<br />

afleiden door ongemakkelijke waarheden over smeltende<br />

gletsjers, een stijgende zeespiegel en klimaatverandering. Je<br />

moet je juist laten leiden door de opvatting dat ieder individu,<br />

de overheid en ondernemers concreet een stevige bijdrage<br />

kunnen leveren. Die visie spreekt mij enorm aan. In haar boek<br />

concludeert zij dat duurzaam handelen en ondernemen heel<br />

goed samen gaan, elkaar versterken en elkaar nodig hebben.<br />

Een conclusie die ik en het prachtige bedrijf Rabobank waarvoor<br />

ik werk, met haar delen.”<br />

Wat kunnen we ermee?<br />

“Maar hoe brengen we die visie in praktijk? Een goede aanpak<br />

of houding vind ik ‘cradle to cradle’ – van wieg tot wieg.<br />

Michael Braungart en William McDonough hebben dit begrip<br />

geïntroduceerd in hun boek Cradle to cradle uit 2002; Anne-<br />

Marie Rakhorst nam het initiatief voor de Nederlandse vertaling<br />

die vorige maand is verschenen. De centrale gedachte is,<br />

dat vormgevers er in de ontwerpfase al vanuit gaan dat alle<br />

materialen opnieuw te gebruiken of biologisch afbreekbaar<br />

moeten zijn. Als burger kun je jezelf bij de aanschaf van een<br />

artikel drie vragen stellen: is het biologisch afbreekbaar, is het


René Jansen, directeur Zakelijke relaties, Rabobank Arnhem e.o.<br />

opnieuw te gebruiken en is te verbranden voor energieopwek-<br />

king? Het laatste natuurlijk zonder dat er onschadelijke stof-<br />

fen vrijkomen.”<br />

“Als ik het boek van Anne-Marie nog eens na lees, dan zie ik<br />

genoeg kansen. Je kunt natuurlijk al, heel simpel, spaarlampen<br />

en led-verlichting gaan gebruiken. Maar als je nieuwe huishoudelijke<br />

apparaten moet aanschaffen, kun je ze selecteren<br />

op energieverbruik en de mogelijkheid van recycling. En de<br />

volgende leaseauto kan er een zijn er een met een hybride<br />

motor.”<br />

Hand in eigen boezen<br />

“Een bankier heeft natuurlijk gemakkelijk praten, die brengt<br />

immers geen tastbare producten voort. Dat klopt, maar wij<br />

werken wel in gebouwen die duurzaam gebouwd zijn en duurzaam<br />

gesloopt kunnen worden. Bij de keuze van het interieur<br />

kunnen wij het cradle to cradle principe als uitgangspunt<br />

hanteren. Het assortiment in de bedrijfskantine kan biologisch<br />

worden samengesteld. In ons kantoor in Arnhem-Zuid wordt<br />

energie opgewekt middels een klimaatplafond dat ventilatie,<br />

warme of koude lucht op een schone manier regelt.”<br />

“Als bankiers leveren wij onze concrete bijdrage onder meer<br />

met diensten zoals de klimaathypotheek en klimaatcreditcard.<br />

Steeds meer particulieren beleggen in Rabo Groen Obligaties.<br />

De Rabobank heeft in 2006 voor bijna vijfhonderd miljoen aan<br />

nieuwe groenleningen verstrekt. Ze gingen naar de glastuinbouw,<br />

biomassa-installaties, windenergie en agrarisch natuurbeheer.<br />

We gaan met ondernemers de dialoog aan, zodat ook<br />

zij vanuit hun eigen bedrijfsvoering kunnen bijdragen aan een<br />

duurzame wereld. Dat komt ook ten goede aan de continuïteit<br />

Rabobank Arnhem en Omstreken<br />

van hun bedrijf. In de toekomst zal duurzaamheid bij de behandeling<br />

van een financieringsaanvraag een steeds grotere rol<br />

gaan spelen. Duurzaamheid hoeft niet méér te kosten, sterker<br />

nog op den duur is het goedkoper en uiteindelijk noodzakelijk<br />

om te overleven! Naast deze meer directe activiteiten stimuleren<br />

wij diverse initiatieven in de regio. Initiatieven die gericht<br />

zijn op energie, milieu en techniek. Het is dan ook niet vreemd<br />

dat wij partner zijn in het EMT-project hier in Arnhem.”<br />

Geïnspireerd geraakt?<br />

“Wellicht bent u als burger geïnspireerd door een aantal voorbeelden<br />

die ik genoemd heb. Aan overheden geef ik graag de<br />

volgende boodschap van Anne-Marie Rakhorst door: ‘Neem<br />

afstand van alle vastgeroeste en ingesleten denkpatronen.<br />

Bundel krachten, stimuleer, faciliteer en geef ruimte aan vernieuwende<br />

visies en experimenten’. Arnhem als waterstofstad<br />

is hier een uitstekend voorbeeld van! En voor ondernemers:<br />

‘hoe meer succes, des te beter het is voor het milieu. Het is<br />

een kwestie van durven en doen. Zaken neerzetten die goed<br />

zijn voor de wereld, doordacht ontworpen, voor een acceptabele<br />

prijs en toch kwalitatief begeerlijk’. Arnhem als creatieve<br />

stad, stad voor ontwerpers heeft veel zoniet alles in huis om<br />

het principe van cradle to cradle verder inhoud te geven en er<br />

veel business mee te genereren. En hoe meer business, hoe<br />

meer dynamiek in Arnhem en Omstreken hoe beter voor u<br />

en ons!”<br />

www.rabobank.nl/arnhem<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 29


op safari in burgers’ zoo<br />

Gelokt met voer deden de giraffen in Burgers’ Zoo op vrijdag<br />

19 oktober precies wat ze moesten doen. Ze kwamen<br />

er nieuwsgierig bijstaan, toen directeur Alex van Hooff het<br />

vernieuwde savannelandschap, de nieuwe giraffenstallen en<br />

het Safari Meeting Centre voor geopend verklaarde (tweede<br />

van links foto boven). Hij werd bijgestaan door de overige<br />

directieleden Greet van Hooff-Wierenga en Bertine van Hooff-<br />

Nusselder (derde en vierde van links), en Commissaris der<br />

Koningin Clemens Cornielje (links). De ruim vijfhonderd gasten<br />

keken toe vanaf de grote buitenterrassen.<br />

Burgers’ Zoo heeft een kudde van negentien raszuivere<br />

Rotschild-giraffen, de grootste kudde van deze giraffensoort<br />

in Europa. In Burgers’ Zoo is hun getrouw nagebootste,<br />

Afrikaanse biotoop uitgebreid met een reusachtige rotsforma-<br />

tie en een grote drinkplaats voor de giraffen zelf en voor de<br />

zebra’s, pelikanen, kleinere antilopensoorten en loopvogels.<br />

’s Nachts en als het vriest verblijven de giraffen in de nieuwe<br />

stallen.<br />

Op de rotsformatie ligt het ‘Safari Meeting Centre’, een<br />

modern congrescentrum waarin u in safaristijl tot vijfhonderd<br />

gasten kunt ontvangen. Het heeft een grote foyer, een comfortabel<br />

auditorium en vijf vergaderzalen. De zalen hebben elk<br />

hun eigen Afrikaanse sfeer en uitzicht op de Bush en de Safari.<br />

U kunt er terecht met vijftig, negentig of honderd gasten. Het<br />

Safari Restaurant serveert voortreffelijke lunches en diners.<br />

Zin in een safari met uw klanten?<br />

www.burgerszoo.nl


Gemeente Zevenaar en bedrijfsleven geven toerisme een impuls<br />

“De beleving van de Liemers moet je proeven en voelen, en<br />

dat doe je met elkaar”, vertelt Erna Kruitwagen enthousiast.<br />

Ze is directeur van recreatieoord De Panoven, een industrieel<br />

erfgoed uit 1860, en ze schreeuwde jarenlang tevergeefs om<br />

samenwerking tussen en bewustwording bij bedrijven en overheid<br />

om De Liemers op de toeristische kaart te zetten.<br />

Platform<br />

Met de recente oprichting van het Toeristische Platform<br />

De Liemers is ze niet langer een roepende in de woestijn.<br />

Hoteleigenaren, andere fulltime horecamensen, vertegenwoordigers<br />

van recreatieschap Veluwe, campinghouders en<br />

de overheid hebben elkaar in dit platform gevonden. “Zolang<br />

mensen niet weten dat de mosterd uit Doesburg komt en het<br />

meel uit Oud-Zevenaar, dan werkt het niet. Net zo min als<br />

ondernemers denken dat je voor elk kwartje dat je investeert,<br />

meteen vijf euro moet terugkrijgen. Je moet geld op tafel leggen.<br />

Je moet het met zijn allen dragen. Met Liemers als geheel<br />

heb je veel meer te bieden: water, stad, terrassen, cultuur,<br />

winkels, natuur. De Liemers is een totaalproduct, maar daar<br />

doen we niets mee. Dat moet veranderen. Allemaal dragen we<br />

het gastheerschap van De Liemers uit. Ik hoop dat veel collega<br />

ondernemers uit de aangrenzende dorpen en steden zich bij<br />

ons overleg aansluiten.’’<br />

Erna Kruitwagen is blij met de financiële steun van de over-<br />

heid. “Toerisme is geen rijke sector. Die moet je als overheid<br />

koesteren. Minder regelgeving, investeren in bereikbaarheid.<br />

Hoe meer geld er wordt achtergelaten bij de ondernemers,<br />

hoe beter je de gemeente in stand houdt. Gelukkig doet<br />

Zevenaar er nu financieel een schepje bij. Dat is een stap in de<br />

goede richting,’’ vindt Erna Kruitwagen.<br />

RBT-KAN<br />

Om het toeristische imago van de Liemers, met Zevenaar<br />

als kloppend hart, te versterken, is gekozen voor aansluiting<br />

bij het Regionaal Bureau voor Toerisme in het Knooppunt<br />

Tekst Susan Swaters<br />

Fotografie Luuk van der Lee<br />

“liemerse beleving moet je<br />

proeven en voelen”<br />

Toeristisch Zevenaar trilt op haar grondvesten. Met dank aan de gemeente<br />

Zevenaar én het plaatselijke toeristische recreatieve bedrijfsleven. Om meer<br />

bezoekers naar De Liemers te trekken namen ze in oktober 2007 de aftrap van<br />

een toeristische campagne voor de hele Liemers: ‘Een plus een is zeven’.<br />

Arnhem-Nijmegen (RBT-KAN). Via marketing en promotie-inspanningen<br />

genereert het RBT-KAN meer bezoekers die langer<br />

blijven en meer besteden, waardoor het toeristisch marktaandeel<br />

van de hele regio Arnhem-Nijmegen en dat van de verschillende<br />

deelgebieden apart vergroot wordt. Webmarketing<br />

is daarbij een krachtig instrument. Het RBT-KAN heeft een<br />

netwerk van herkenbare en attractieve websites opgezet, die<br />

hoog in de zoekmachines staan. De Liemers is de zevende,<br />

specifieke regio binnen de Stadsregio Arnhem Nijmegen, die<br />

haar toeristische identiteit collectief laat uitdragen. Opvallend<br />

daarbij is het nieuwe toeristische logo: een groen vlak met de<br />

tekst ‘Liemers leven’.<br />

Erna Kruitwagen juicht alle ontwikkelingen van harte toe.<br />

“Marketing is voor ons als industrieel erfgoed van essentieel<br />

belang. Als je dan mee kunt lopen met de marketingtool<br />

van het RBT, dan scheelt dat enorm. Iemand in Betondorp in<br />

Amsterdam moet ons snel kunnen vinden.’’<br />

Erna Kruitwagen: “Allemaal dragen we het gastheerschap van De Liemers uit.”<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 31


Hogeschool van Arnhem en Nijmegen<br />

HAN-studenten gaan op MVO-pad<br />

met duurzame strategie blijft<br />

bedrijf in de markt<br />

Najaar 2008 gaat bij de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen de minor<br />

Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) van start. Tweede- en derdejaarsstudenten<br />

kunnen na het programma de principes van MVO toepassen<br />

in een bedrijfsomgeving. Úw bedrijfsomgeving misschien?<br />

Menig bedrijf wil een duurzaam imago. Maar dan moet het<br />

bedrijf dat ook echt zijn, want je beter voordoen dan je bent,<br />

is koren op de molen van de concurrent. Een onderneming<br />

kan zelfs aan niet-duurzaam zijn ten onder gaan, zoals het<br />

Britse Canterbury Foods overkwam, dat speciaal voor schoolkinderen<br />

vet en zoet voedsel produceerde. Tot Jamy Oliver de<br />

slechte gezondheid van die kinderen op tv aan de kaak stelde.<br />

Het bedrijf is uiteindelijk ternauwernood aan faillissement<br />

ontsnapt.<br />

Lector Gerard Berendsen heeft met zijn lectoraat Total<br />

Quality Management in Organisatiemanagement aan de HAN<br />

in samenwerking met TNO Apeldoorn een methodiek ontwikkeld,<br />

waarmee een bedrijf zelf zijn ambities kan vertalen in<br />

de strategie van de organisatie. Die strategie zou zo goed<br />

mogelijk moeten inspelen op de duurzame ontwikkeling van<br />

maatschappij en economie en moet een optimaal evenwicht<br />

tot uitdrukking brengen tussen de sociale (people), milieukundige<br />

(planet) en economische aspecten (profit).<br />

De Methodiek heet DOSIT: Duurzaam Ondernemen door<br />

Selectie van Innovatieve Technologie. Een ondernemer kan<br />

er in een tijdsbestek van twee á drie weken een duurzame<br />

middellange-termijnstrategie mee neerzetten. “Het idee daarachter<br />

is, dat bedrijven meer succes hebben wanneer zij MVO<br />

op een structurele wijze in hun meerjarenbeleid hebben verankerd<br />

en niet laat afhangen van toevallige omstandigheden”,<br />

licht Berendsen toe. Welke strategische keuzes je daarbij moet<br />

maken, wordt bepaald aan de hand van de DOSIT-methodiek.”<br />

Vanaf volgend studiejaar kunnen tweede- en derdejaars<br />

HAN-studenten zich bekwamen in de MVO-minor, naast hun<br />

hoofdvak. Ze zijn daarna onder meer in staat om in bedrijven<br />

MVO-vraagstukken in organisaties te analyseren en een<br />

implementatieplan te ontwikkelen op zowel proces-, keten- als<br />

systeemniveau.<br />

De methodiek bestaat uit vier stappen. Ten eerste literatuur-<br />

onderzoek en praten met mensen van de branchevereniging<br />

om de bijzondere kenmerken van de branche van het bedrijf<br />

32 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

Tekst bewerking HAN-blad april 2007<br />

Fotografie Rob Gieling<br />

in kaart te brengen. Als tweede stap analyseert de DOSITadviseur<br />

de plaats van het bedrijf binnen de keten. “Daarin<br />

worden alle partijen beschouwd. Van grondstoffenleverancier<br />

tot en met eindklant, om te bezien waar bijvoorbeeld het<br />

energieverbruik in het ketenproces geconcentreerd is. Soms<br />

lijkt dat de productie te zijn, maar is het bijvoorbeeld het<br />

transport.”<br />

Met de verzamelde informatie wordt er een vragenlijst samengesteld,<br />

die alle sleutelfunctionarissen binnen het bedrijf<br />

moeten beantwoorden. Berendsen: “Alle disciplines moeten<br />

gehoord worden, inkoop en verkoop, productie, de mensen<br />

van kwaliteitscontrole. Hun kennis en ervaring is belangrijk als<br />

input voor de vierde fase, waarin al die disciplines consensus<br />

moeten bereiken over de nieuwe strategie. Lukt dat niet, dan<br />

belandt zo’n strategie al gauw onderin de la.”<br />

“Het blijft lastig voor managers om objectief naar zichzelf en<br />

hun bedrijf te kijken”, weet Berendsen. “Met DOSIT kunnen ze<br />

een gewogen en gedragen beslissing nemen over de verschillende<br />

innovaties op basis van de drie p’s: people, planet en<br />

profit.”<br />

www.han.nl


zevenmiljoenste woning staat in schuytgraaf<br />

Begin november heeft minister Vogelaar van Wonen, Wijken en<br />

Integratie de sleutel van de zevenmiljoenste woning die in Nederland<br />

is gebouwd, aan de nieuwe bewoners overhandigd. Deze zevenmiljoenste<br />

woning (de zesmiljoenste woning kwam ruim vijftien jaar<br />

geleden gereed in Helmond) staat in Schuytgraaf, de nieuwbouwwijk in<br />

Zuidwest Arnhem met een groene, landelijke uitstraling. Niet voor niets<br />

wordt Schuytgraaf dan ook geafficheerd als ‘Arnhem in de Betuwe’. De<br />

woning ligt in de buurt Bongeren, een van de 25 buurten van de wijk<br />

waar tot 2012 ongeveer 6250 woningen worden gebouwd.<br />

Met het kabinetsuitgangspunt om de komende jaren tachtigduizend<br />

tot honderdduizend woningen per jaar te blijven bouwen, ligt er nog<br />

een belangrijke opgave. Reden te meer dus dat er bij deze mijlpaal<br />

even stilgestaan werd. Dat gebeurde ondermeer in de vorm van een<br />

mini-debatje, waarin Elco Brinkman (Bouwend Nederland), Willem van<br />

Focus op Arnhem<br />

Leeuwen (Aedes, de koepelorganisatie van woningcorporaties), de<br />

Wijchense burgemeester Gosse Noorderwier (ook Stadsregio), Theo<br />

Peters (gedeputeerde Gelderland) en de Arnhemse wethouder Sander<br />

van Bodegraven hun visie gaven op de ontwikkeling van de bouwproductie<br />

in Nederland.<br />

Met name Brinkman kon zich vinden in de woorden van minister<br />

Vogelaar, die er in haar speech voor pleitte een eind te maken aan het<br />

circus rond bezwaarprocedures bij bouwplannen. Volgens haar zijn er<br />

in de praktijk nogal wat voorbeelden van hardnekkige bezwaarmakers<br />

die bouwplannen traineren.<br />

De zevenmiljoenste woning is gebouwd door Rhynstroom, een<br />

samenwerkingsverband van vier Arnhemse woningbouwcorporaties,<br />

Volkshuisvesting Arnhem, Vivare, Omnia Wonen en Openbaar Belang.<br />

Minister Vogelaar overhandigt de sleutel van de 7 miljoenste woning aan de bewoners. Rechts burgemeester Krikke van Arnhem<br />

(Foto: Luuk van der Lee).<br />

kwaliteitsteam rijnboog met<br />

de solà-morales en coenen<br />

Het Arnhemse college van BenW heeft onlangs een zogeheten kwaliteitsteam<br />

voor Rijnboog ingesteld. De geestelijk vader van het masterplan<br />

Rijnboog, de Spaanse stedenbouwkundige en architect Manuel de<br />

Solà-Morales, voormalig Rijksbouwmeester Jo Coenen en Luc Vrolijks,<br />

van bureau Urban Progess Studio, zijn hiervoor gevraagd en hebben<br />

hun medewerking toegezegd. De planvorming in het Rijnbooggebied<br />

neemt vele jaren in beslag. Het kwaliteitsteam moet ervoor zorgen dat<br />

de kerngedachte van het Masterplan overeind blijft. M.a.w. het team<br />

moet het ‘geweten van het Masterplan Rijnboog’ zijn.<br />

De Solà-Morales: “Ik verwacht dat het kwaliteitsteam een garantie<br />

vormt voor het behoud van de echte kwaliteit die het Masterplan<br />

bedoelt heeft voor de stad. Het kwaliteitsteam zal nieuwe stappen in<br />

de uitwerking van Rijnboog aansturen. Zij zal in het bijzonder aandacht<br />

besteden aan de openbare ruimte in het gebied en aan het uitwerken<br />

van de sluishaven.”<br />

Momenteel wordt de planvorming voor deelgebieden in fase 1 opgepakt.<br />

De deelgebieden in fase 1 zijn: Bartokkwartier, Paradijskwartier,<br />

Havenkwartier en Coehoorn-Zuid en Coehoorn Noord-Oost. Voor het<br />

Bartokkwartier en het Paradijskwartier zijn inmiddels startovereenkomsten<br />

getekend met de ontwikkelaars. In deze deelgebieden wordt<br />

gestart met het ontwerpen van stedenbouwkundige schetsen.<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 33


Duurzaamheidsprojecten in de gemeente Arnhem<br />

Onlangs liet VROM-minister Jacqueline Cramer zich ontvallen,<br />

dat ‘de politiek’ nog niet echt een helder beeld van concrete<br />

maatregelen uitdraagt. Maar in het Arnhemse zijn de thema’s<br />

klimaatbeleid, duurzaamheid en energie wel degelijk veelvuldig<br />

onderwerp van het publieke én politieke debat. “Het<br />

energievraagstuk speelt volop binnen de gemeente en raakt<br />

ook aan strategische projecten als Arnhem Centraal, Rijnboog<br />

en Schuytgraaf. Daarnaast blijft Arnhem fors inzetten op<br />

waterstof, alom gezien als dé automobielbrandstof voor de<br />

toekomst. Waterstof is dan ook één van de speerpunten in het<br />

Arnhems energie- en milieubeleid”, zo meldt Marcel Robben,<br />

als Programmamanager Strategie werkzaam bij de dienst<br />

Stadsontwikkeling van de gemeente Arnhem.<br />

Hij vertelt dat er op verschillende plekken direct en indirect al<br />

wordt gewerkt aan de thema’s, en dat er visies worden ontwikkeld<br />

die ook nog eens concreet worden uitgewerkt.<br />

Een voorbeeld is bedrijventerrein Koningspley/Kleefse Waard,<br />

waarvoor begin 2006 een visie ontwikkeld is, in samenspraak<br />

met private partners en kennisinstellingen als Habiforum<br />

(bureau voor vernieuwend ruimtegebruik) en het Centrum<br />

voor Ondergronds Bouwen. “Deze visie kent drie achterliggende<br />

doelen: werkgelegenheid voor Arnhem en de regio, een<br />

verdere uitbouw van de bestaande en kansrijke sectoren met<br />

een focus op toegepaste energie- en milieutechnologie (EMT)<br />

en duurzame kwaliteit, door innovatief en intensief ruimtegebruik.<br />

De visie vormt een inspiratiebron voor het ontwikkelen<br />

en benutten van nieuwe, duurzame energiebronnen en milieuprocestechnieken”,<br />

aldus Robben.<br />

Landelijk niveau<br />

Maar ook op landelijk niveau willen lokale en regionale overheden<br />

en uiteraard ook de marktpartijen nu hun energie en ken-<br />

34 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

Tekst Roeland Loosen<br />

Fotografie Marianne van Sommeren<br />

arnhem verdient<br />

goedkeuring al gore<br />

Klimaatbeleid, duurzaamheid en energie(besparing): het zijn thema’s die vóór<br />

Al Gore ook al op de agenda van de gemeente Arnhem stonden. Ook de<br />

komende jaren richt Arnhem zich op het ontwikkelen van steeds meer toepassingen<br />

op het gebied van duurzame energie. Een overzicht van enkele ontwikkelingen<br />

in het Arnhemse.<br />

nis overdragen. “Zo is er in G27-verband, het samenwerkingsverband<br />

van 27 grote steden, een werkgroep Duurzaamheid<br />

in het leven geroepen die juist de kennis en initiatieven van<br />

gemeenten op dit terrein delen en bevorderen. Arnhem verkeert<br />

daarbij in de gelukkige omstandigheid dat het juist de<br />

marktpartijen aan het woord kan laten om te tonen hoe die<br />

visie en duurzaamheid in Arnhem een plaats hebben veroverd.<br />

De regio is rijp om door te groeien op het gebied van EMT en<br />

ook landelijk een rol te gaan spelen bij de bevordering van de<br />

toepassing, productie en consumptie van duurzame energie”,<br />

vertelt Robben, die dan ook meer dan verheugd was met het<br />

bliksembezoek dat minister Cramer medio november aan<br />

Koningspley/Kleefse Waard bracht. “In de stad waar ze zelf<br />

woont, heeft de minister kennis kunnen nemen van de activiteiten<br />

van bedrijven als Titan Wood, Helianthos, NedStack en<br />

Hygear, die de genoemde visie al ten uitvoer brengen.”<br />

‘House of energy’<br />

Bedrijventerrein Kleefse Waard/Koningsplein is niet de enige<br />

plek waar innovatie, duurzaamheid en procestechnologie<br />

samenkomen. Deze aspecten komen ook terug in het ‘house<br />

of energy’ van Cumae. Cumae is een projectmanagement- en<br />

ingenieursbureau, dat volgend jaar in Arnhem een nieuw<br />

kantoorpand betrekt. Dat pand wordt een ‘house of energy’:<br />

een gebouw waarin een groot aantal bestaande en nieuwe<br />

energiebesparende technieken in combinatie met de toepassing<br />

van waterstof voor de energievoorziening gaat zorgen.<br />

Sommige technieken zijn nog niet eerder toegepast in gebouwen.<br />

Cumae wil met dit nieuwe, integrale energieconcept laten<br />

zien dat nieuwe technieken van duurzame energievoorziening<br />

toepasbaar zijn en dat dit bijdraagt aan een schone toekomst.<br />

Volgens Robben wordt in het nieuwe pand van Cumae de


laatste technologie op het gebied van energiezuinig bouwen<br />

toegepast. “Cumae verwacht met het project vijftig tot tachtig<br />

procent aan energie te kunnen besparen.”<br />

Stadswarmte<br />

Een ander concreet voorbeeld op het gebied van duurzame<br />

energie is het gebruiken van restwarmte van industriële<br />

objecten voor bijvoorbeeld stadsverwarming. Het beleid in de<br />

programma’s van de ministers Cramer en Vogelaar is onder<br />

andere gericht op het benutten van restwarmte voor verwarming<br />

in de ‘gebouwde’ omgeving.<br />

Waar in Nijmegen de onderhandelingen over stadsverwarming<br />

van in totaal elfduizend woningen in de Waalsprong<br />

zijn gestrand, besloot de Arnhemse gemeenteraad kort geleden<br />

dat er een onderzoek komt naar de mogelijkheden van<br />

stadsverwarming voor de nieuwe woonwijk op het terrein<br />

van Akzo Nobel, waar zeshonderd tot achthonderd woningen<br />

komen. Momenteel wordt eraan gewerkt om de nieuwe huizen<br />

die de woningcorporaties Portaal en Vivare in de Arnhemse<br />

wijk Presikhaaf bouwen, aan te sluiten op stadsverwarming.<br />

Energiebedrijf Nuon wil de huizen in deze nieuw te bouwen<br />

delen van Presikhaaf gaan verwarmen met de restwarmte van<br />

de warmtekrachtcentrale op industriepark Kleefse Waard.<br />

Stadswarmte zorgt ervoor dat deze restwarmte niet in de<br />

lucht of in het oppervlaktewater terecht komt, maar juist nuttig<br />

gebruikt wordt. De restwarmte verwarmt water, dat naar<br />

woningen en bedrijven wordt gepompt. Daar geeft het water<br />

gemeente Arnhem<br />

Minister Jacqueline Cramer tijdens haar bliksembezoek in november aan industrieterrein Koningspley/Kleefse Waard, met gastheer Marcel Robben,<br />

Programmamanager Strategie van de Dienst Stadsontwikkeling<br />

de warmte af voor de verwarming van woningen en bedrijven<br />

en om warm water te maken. Daarna stroomt het stadswarmtewater<br />

terug naar de bron om opnieuw verwarmd te worden.<br />

Het is een gesloten systeem, vergelijkbaar met een cv-installatie<br />

in een woning, maar dan op grote schaal.<br />

De centrale op de Kleefse Waard levert ook aan de Arnhemse<br />

nieuwbouwwijk Schuytgraaf die eerder dit jaar aangesloten<br />

is op het milieuvriendelijke stadswarmtenet. Klaas Salomons,<br />

directeur GEM Schuytgraaf, zei het bij de officiële ingebruikname<br />

zo: “In Schuytgraaf kunnen we ongetwijfeld de goedkeurende<br />

blikken van Al Gore tegemoet zien. Geen enkele<br />

woning, school, dokterspraktijk of winkel wordt met aardgas<br />

verwarmd en daarmee reduceren wij in Schuytgraaf jaarlijks<br />

9,5 miljoen kilo CO2-uitstoot.” En: “ Met de reductie van CO2emissie<br />

van straks 6.250 woningen in Schuytgraaf nemen wij<br />

ruim 42 procent voor onze rekening van de totale emissiereductie<br />

in Arnhem binnen de huidige nieuwbouw- en renovatieprojecten.”<br />

Robben, tot slot: “Salomons vertelde ook dat één woning met<br />

stadswarmte jaarlijks net zoveel CO2 bespaart als ongeveer<br />

55 zonnepanelen of de uitstoot bij één autorit van circa tienduizend<br />

kilometer, van Arnhem naar Peking. Kun je nagaan<br />

wat een complete woonwijk op stadswarmte oplevert.”<br />

www.arnhem.nl<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 35


36 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

Tekst Gemma Schoot<br />

Fotografie Luuk van der Lee<br />

Edwin Verdurmen: “Duurzame gebouwen hebben een lange houdbaarheid in het stadsbeeld”<br />

kwaliteit bebouwde omgeving<br />

is een continue zorg<br />

Hoe kan een stadsbestuur samen met marktpartijen streven naar duurzame<br />

kwaliteit van de architectuur en de openbare ruimte? Tegenwoordig staat die<br />

vraag als bijna vanzelf centraal, al wordt de openbare ruimte rond een mooi<br />

nieuw project nog vaak stiefmoederlijk behandeld. Wel is het nu vanzelfsprekender<br />

dat bewoners, bedrijven en instellingen meedenken. Maar wat is ‘duurzame<br />

kwaliteit’ volgens Edwin Verdurmen, directeur van CASA, het onafhankelijke,<br />

Arnhemse architectuurcentrum?<br />

Verdurmen vindt het een complexe vraag en hij zou er een<br />

heel complex antwoord op kunnen geven. Architectuur is<br />

immers meer dan de gevel. Architectuur is ook een uiting van<br />

de tijdgeest, het geheel van denkbeelden en sociaal-maatschappelijke<br />

patronen, en die veranderen nogal eens.<br />

“Als ik het beperk tot het belang voor de stad als geheel,”<br />

begint hij, “dan denk ik dat architectonische kwaliteit toch<br />

afgemeten moet worden aan een houdbaarheidsdatum. Hoe<br />

lang blijft iets goed in het straatbeeld? De weinig spannende<br />

stadsvernieuwingsarchitectuur van de jaren zeventig en tachtig<br />

vinden we nu achterhaald. Evenals de manier waarop toen<br />

de overgangen tussen openbaar domein en privé-gebieden<br />

werden ontworpen. Tegenwoordig worden aardig wat woningbouwcomplexen<br />

uit die periode vervangen. In de jaren vijftig<br />

en zestig zijn in historische binnensteden moderne architectonische<br />

pareltjes gebouwd. Maar je ziet meteen dat ze eigenlijk<br />

niet passen in die historische omgeving, zoals het pand van de<br />

HEMA in Nijmegen bijvoorbeeld, of het Arnhemse stadhuis. In<br />

al deze voorbeelden is de architectuur een sterke uiting van<br />

de toenmalige tijdgeest. Bij elkaar is het een collage van architectuurvormen<br />

en stedenbouwkundige opvattingen. De ruimtelijke<br />

problemen doen zich voor op de raakvlakken tussen<br />

gebieden en gebouwen die onder verschillende tijdgeesten<br />

zijn ontwikkeld. Vandaag de dag ontwerpen architecten in veel<br />

gevallen contextgericht. De relatie tussen het te ontwerpen<br />

gebouw en de omgeving is dan een cruciaal onderdeel van het<br />

kwaliteitsdenken.”<br />

100-monumentenlijst<br />

Noch de Nijmeegse HEMA noch het Arnhemse stadhuis staat<br />

op de lijst van honderd monumenten, gebouwd tussen 1940 en<br />

1958, die minister Plasterk in oktober bekend heeft gemaakt.<br />

Ze zijn te jong. Maar in een volgende ronde moeten ze beslist<br />

een monumentenstatus krijgen, vindt Verdurmen. Wat voor<br />

criteria zou hij zelf eigenlijk aanleggen voor een monumentenstatus?<br />

Verdurmen, hardop nadenkend: “Zeldzaamheid, gaafheid,<br />

architectonische schoonheid, maatschappelijke betekenis,<br />

dat zijn de encyclopedische criteria. Maar daarnaast<br />

vind ik de betekenis belangrijk, die het pand heeft voor het<br />

collectieve geheugen van de stad. De Arnhemse schouwburg<br />

bijvoorbeeld is een lief gebouw, het staat mooi aan die singel.<br />

En hoewel het misschien niet het fraaiste voorbeeld is van<br />

Nieuwe Zakelijkheid uit de jaren dertig, heeft het gebouw voor<br />

heel veel mensen een belangrijke culturele betekenis. Daarom<br />

is het goed om het een goede functie te geven, als de toneelfunctie<br />

verhuist naar het kunstencluster in het Havenkwartier<br />

van Rijnboog. Zodat het gebouw in de ervaring van de stad<br />

een publieke betekenis blijft hebben. Hetzelfde geldt voor<br />

Musis Sacrum. Ik denk dat de gemeente en het projectbureau<br />

Rijnboog die verantwoordelijkheid wel hebben: als die culturele<br />

functies vanaf de rand van het centrum naar één plek<br />

worden gezogen, wat doe je dan op de verlaten locaties?”<br />

Dit is het soort vragen dat CASA als onafhankelijk platform wil<br />

stellen, in workshops, debatten, brainstorms. CASA wil bewustzijn<br />

stimuleren van de kwaliteiten van een gebouw, een gebied


Ontwikkelcombinatie Heijmans-Hendriks<br />

Artist impression van het plein in de Hessenberg, waarvoor in een open planproces 177 woningen en een parkeergarage zijn ontwikkeld<br />

en de historie ervan. Verdurmen: “We zijn een route aan het<br />

maken door het Rijnbooggebied en daarmee willen we vooral<br />

de historische gelaagdheid laten zien. De route voert langs<br />

diverse gebiedjes uit verschillende periodes: het negentiendeeeuwse<br />

Rijnfront, de woningen uit de wederopbouwperiode.<br />

De Nieuwe Weerdjes van rond 1980 en het Arnhem Building.<br />

Maar ook de ooit goedbedoelde relicten die in de openbare<br />

ruimte zijn achtergebleven, zoals een betonnen pingpongtafel.<br />

De ‘verhekking’ die je tegenkomt, is weer een reactie op de<br />

overlast van hangjongeren en drugsgebruikers, terwijl openbaarheid<br />

en doorwaadbaarheid het uitgangspunt voor de wijk<br />

was. De route brengt dit alles in kaart. We willen ervaarbaar<br />

maken hoe men in de verschillende perioden over ‘de kwalitatieve<br />

omgeving’ dacht.”<br />

Over wat ervan behouden moet blijven, spreekt Verdurmen<br />

zich niet uit. Wel vermoedt hij dat de Nieuwe Weerdjes overeind<br />

zal blijven, omdat het wijkje een van de betere in zijn<br />

soort is. “Áls het gesloopt moet worden, dan zou je het bijna<br />

willen verplaatsen naar het Openluchtmuseum, omdat het zo<br />

exemplarisch is voor zijn tijd. Tussen 1975 en 1985 keerde men<br />

zich tegen de monotone bouw van de Nieuwe Zakelijkheid<br />

uit de eerste naoorlogse decennia. De menselijke maat kwam<br />

voorop te staan en men vertrouwde niet meer zo op de<br />

vormgeving van overheid, stedenbouwers en architecten, die<br />

immers verantwoordelijk waren voor het architectuurbeeld uit<br />

de vroeg naoorlogse periode.”<br />

Het was daarnaast de tijd waarin de democratiseringsgolf en<br />

Duurzaamheid<br />

de emancipatie van de burger – eind jaren zestig al begonnen –<br />

ook het terrein van de planontwikkeling bereikten. “Architecten<br />

hingen bij wijze van spreken de hele dag aan de telefoon met<br />

werkgroepleden en hielden eindeloze vergaderingen met<br />

bewonersgroeperingen. Architectonische vormgeving kwam<br />

er niet echt bij kijken. Zo zijn er in die tijd door heel Nederland<br />

woonwijken en wijkjes zoals de Nieuwe Weerdjes in Arnhem<br />

gebouwd, opgetrokken uit van die uniforme, roodrozige bakstenen<br />

met betonnen balkonnetjes en van die gestandaardiseerde<br />

vormelementjes en schijndakvlakjes.” Verdurmen legt<br />

het beeldend uit in passende verkleinwoorden. “Aan de rand<br />

van de steden werden het bloemkoolwijken of verdwaalwijken.<br />

De plattegrond ervan is verdeeld in kleine hofjes en woonerfjes:<br />

de bloemkoolroosjes, waar je steevast in verdwaalt. In de<br />

binnensteden ontstaan ze na stadssanering, zoals de Nieuwe<br />

Weerdjes. De architecten, Van den Broek en Bakema, hebben<br />

zich er later van gedistantieerd, omdat zij zich niet meer met<br />

het eindresultaat konden identificeren. Inspraak en architectonische<br />

kwaliteit zaten elkaar in die tijd behoorlijk in de weg,<br />

ten nadele van de kwaliteit.”<br />

Design<br />

Met de aandacht voor kwaliteit van vormgeving is het sinds<br />

midden jaren tachtig wel weer goed gekomen. Enerzijds doordat<br />

men weer oog kreeg voor vormgeving en architectuur.<br />

Anderzijds door ontwikkelingen zoals de terugtredende overheid<br />

en het opkomende marktdenken. “Projectontwikkelaars<br />

en investeerders verwierven meer invloed op wat er waar en<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 37


De entree van het Musiskwartier, het visitekaartje van Arnhem, is een jaar na de oplevering verrommeld<br />

hoe gebouwd werd. Parallel daaraan ontwikkelden ze uit de<br />

oude aanbodgerichte aanpak van de overheid een marktgericht<br />

stelsel, waarin ze heel bewust marktonderzoek naar de<br />

woningbehoeften gingen doen. Automatisch komt daarbij de<br />

burger weer in beeld.”<br />

Tegenwoordig is het kwaliteitsdenken heel sterk ingekapseld<br />

in de besluitvorming. Geen project zonder marktverkenning,<br />

masterplan, stedenbouwkundige plannen en beeldkwaliteitsplannen;<br />

de laatste twee al dan niet in het kader van een prijsvraag.<br />

Dat competitie-element haalt ook weer het beste in de<br />

vormgever naar boven.<br />

En met de relatie inspraak en architectonische kwaliteit is het<br />

ook niet slecht gesteld. “Door schade en schande wijs geworden,<br />

kiezen overheden en projectontwikkelaars steeds meer<br />

voor een open planproces. Ze erkennen nu dat het bijdraagt<br />

aan een duurzame waardering door de burgers en gebruikers<br />

van de gebouwde omgeving. De ene gemeente heeft er meer<br />

moeite mee dan de ander. In Nijmegen bijvoorbeeld was het in<br />

2000 wethouder Paul Depla die erop aanstuurde. Op zijn voorstel<br />

heeft het gemeentebestuur een plan van tafel geveegd,<br />

Flash Gordon geheten, dat weliswaar een Europese prijs had<br />

gewonnen, maar door de bewoners niet gepikt werd. Er is<br />

een plangroep van bewoners, ondernemers en betrokkenen<br />

geformeerd, die stap voor stap de plannen heeft ontwikkeld;<br />

het heet de Hessenberg. Gerenommeerde ontwerpers uit<br />

Nederland en België werden ervoor uitgenodigd. De plangroep<br />

heeft op stedenbouwkundig niveau al keuzes kunnen maken.<br />

Een open planproces houdt echter niet in dat de burger het<br />

ontwerp maakt. Daarvoor zijn altijd goede professionals<br />

nodig.”<br />

38 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

“Open planprocessen werken vaak het beste als het gebeurt<br />

met mensen die er direct bij betrokken zijn, in het gebied zelf.<br />

Al is het daarbij soms moeilijk om hun belangen af te meten<br />

aan de collectieve belangen voor de stad. Kijk naar de lage<br />

opkomst van het Arnhemse havenpreferendum. Dat was voor<br />

mensen in de buitenwijken veel minder belangrijk. Ik denk dat<br />

het voor veel mensen een ver-van-mijn-bed-show is geweest,<br />

en dat ze toch niet helemaal het belang van een dergelijk<br />

grote ingreep voor de stad hebben kunnen zien.”<br />

Musiskwartier<br />

Het Musiskwartier, het nieuwe winkelhart van Arnhem, is<br />

trouwens in de schaduw van de publiciteit ontwikkeld en<br />

wordt toch breed gewaardeerd, bedenkt Verdurmen nu. Een<br />

open planproces is dus niet per se vereist voor een geslaagd<br />

project. Wel is er kritiek op het beheer van de omgeving. “Een<br />

jaar na de oplevering is de entree al aan het verrommelen.<br />

Naast de Plus supermarkt heeft men een lelijke draaideur in<br />

de gevel geplaatst en de betonnen kolom ervoor is in de appelgroene<br />

huiskleur geschilderd. Gelukkig is dat groen nu met<br />

grijs overgeschilderd. Het hele pleintje ziet er rommelig uit,<br />

met die reclamezuil, de stalen paaltjes waarvan sommige al<br />

scheef staan, de marmeren banken, de kiosk met Vietnamese<br />

loempia’s. En ondanks de gratis fietsenstalling, blijf je struikelen<br />

over de fietsen. Hoe mooi een plan ook is, het moet<br />

onderhouden worden als het er eenmaal staat. Dat is ook een<br />

aspect van duurzame kwaliteit van de bebouwde omgeving.<br />

Het is een continue zorg.”<br />

www.casa-arnhem.nl


Sponsors gezocht met warm hart voor Spanje<br />

‘pasión’ in arnhem<br />

In juni 2008 zal het tijdens de grote kunst- en cultuurmanifestatie ‘Pasión’ in<br />

de Arnhemse Eusebiuskerk zinderen van Spaanse passie. Spaanse kunstenaars<br />

exposeren er grote werken, er zijn lezingen en er is muziek. “Spanje is meer<br />

dan alleen maar zon en strand”, zegt hispaniste Alicia <strong>Winter</strong>s, die het initiatief<br />

voor de manifestatie nam.<br />

Alicia <strong>Winter</strong>s is tolk/vertaalster en heeft haar eigen bureau<br />

voor intercommunicatie met Spanje, en daarnaast organiseert<br />

ze tentoonstellingen met werk van Spaanse kunstenaars<br />

en brengt ze uitwisselingen op gang tussen hen en hun<br />

Nederlandse collega’s.<br />

Voor de manifestatie in de Eusebiuskerk haalt ze twintig vooraanstaande<br />

kunstenaars uit Spanje naar Nederland. Ze is blij<br />

dat ze de Eusebius tot haar beschikking heeft, want nu kan ze<br />

ook eens hun grote werk laten zien. “Het zijn beeldhouwers<br />

en schilders die allemaal één of meerdere grote prijzen hebben<br />

gewonnen bij Spaanse nationale en regionale concoursen.<br />

Voor de opening komt de muziekgroep Merengue de Córdoba<br />

over.” Naast deze tentoonstelling is er ook een fotoserie te<br />

zien over de Semana Santa in Spanje en zijn er lezingen over<br />

kunst, cultuur en architectuur.<br />

De bezoekers van de manifestatie zullen ontdekken dat<br />

Spanje meer is dan alleen maar zon en strand, voorspelt Alicia<br />

<strong>Winter</strong>s. “Na de dood van generaal Franco in 1975 ontwikkelde<br />

Spanje zich tot het vrije Spanje van nu. De laatste tien tot<br />

vijftien jaar heeft de Spaanse, moderne kunst een grote vlucht<br />

genomen. Jaarlijks worden er ‘certámenes de arte plástico’<br />

gehouden - wedstrijden - waaruit elke keer weer verrassende<br />

kunstenaars tevoorschijn komen. Het is tijd dat zij ook in het<br />

buitenland bekend worden.”<br />

Begroting<br />

Alicia <strong>Winter</strong>s heeft voor de organisatie – ze wordt bijgestaan<br />

door een klein werkteam - de stichting Pasión opgericht.<br />

Daarnaast is ze geadviseerd door José Alferink, oud-directeur<br />

van Kunsthuis 13 in Velp, en door Max Meijer, oud-directeur<br />

van het Museum voor Moderne Kunst Arnhem; Meijer is ook<br />

gevraagd op te treden als conservator.<br />

De begroting van de manifestatie is tweehonderdvijftigduizend<br />

euro groot. Voor ongeveer driekwart daarvan zoekt<br />

Alicia <strong>Winter</strong>s nog sponsors, kleine en grote. Voor hen zijn<br />

aparte arrangementen gemaakt. Zo krijgen de grote sponsors<br />

- vanaf vijftienduizend euro –behalve naamsvermelding in<br />

onder andere de catalogus ook een lezing naar keuze, die zij<br />

met twintig tot 25 eigen relaties kunnen bijwonen. Napraten<br />

in de expositieruimte hoort er ook bij, onder het genot van<br />

tapas en wijn, en omlijst door Spaanse muziek. Aansluitend<br />

Tekst Gemma Schoot<br />

Fotografie Ube, Madrid<br />

kunnen de sponsors in café-brasserie Dudok hun relaties een<br />

ontvangst of diner op maat aanbieden.<br />

“Pasión biedt bedrijven een fantastische gelegenheid voor<br />

extra exposure. Arnhem trekt als beste binnenstad van<br />

Nederland veel bezoekers. Vooral in juni 2008 zullen er veel<br />

binnen- en buitenlandse bezoekers komen vanwege de internationale<br />

beeldententoonstelling Sonsbeek 2008. Bij de opening<br />

worden de beelden in processie door de stad gedragen, ook<br />

langs de Eusibiuskerk die met Pasión in het kunstrouteboekje<br />

wordt opgenomen. Juni wordt dé stedentripmaand!”<br />

Esperanzas doradas (gouden verwachtingen) van Ube, Madrid<br />

www.aliciawinters.nl<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 39


column<br />

Een bekend aforisme luidt: ‘Democratie is<br />

een proces waarin de mensen vrij zijn om<br />

de man te kiezen die van alles de schuld<br />

krijgt’. Maar Wim Kan zei: ‘Democratie<br />

is de wil van het volk. Elke morgen lees<br />

ik stomverbaasd in de krant wat ik nou<br />

weer wil’. Hoe is het met de kwaliteit en<br />

duurzaamheid gesteld van onze politiek en<br />

democratie?<br />

politieke duurzaamheid<br />

De drie grote partijen, CDA, PvdA en VVD, en hun voor-<br />

lopers vertegenwoordigen al ruim een eeuw lang een<br />

ruime meerderheid van het electoraat. Ook vinden we<br />

er altijd wel twee van terug in de regering. Je kunt ze<br />

dus ‘duurzame partijen’ noemen. Maar voor hoelang<br />

nog? De winst van de Lijst Pim Fortuyn in 2002 deed<br />

het partijsysteem op zijn grondvesten schudden. In<br />

2006 maakte de SP een opzienbarende winst, en als<br />

er nu verkiezingen zouden worden gehouden, zouden<br />

Wilders en Verdonk een substantieel deel van het electoraat<br />

winnen. Die ‘nieuwkomers’ onttrekken stemmen<br />

aan de gevestigde partijen, die samen niet meer op een<br />

meerderheid kunnen rekenen. De uiterste houdbaarheidsdatum<br />

komt nog niet in zicht, maar er is toch wel<br />

sprake van een zekere vergankelijkheid.<br />

De ‘duurzame kiezer’ is ook aan verandering onderhevig.<br />

Sinds het einde van de verzuiling zijn steeds meer<br />

kiezers gaan zweven; een minderheid stemt bij drie<br />

opeenvolgende verkiezingen nog wel trouw op dezelfde<br />

partij. Toch blijkt uit kiezersonderzoek ook dat veel van<br />

die wisselaars niet echt op drift zijn geraakt. Ze stemmen<br />

bijvoorbeeld meestal op een partij die ideologisch<br />

dicht bij de oude partij staat. Of ze brengen uit ongenoegen<br />

een proteststem uit. ‘Strategisch stemmen’<br />

hoort ook tot het kiezersrepertoire; stem partij X om<br />

partij Y uit de regering te houden.<br />

Dit weloverwogen kiesgedrag wijst niet direct op kwaliteitsverlies<br />

van kiezers. Dan kun je beter kijken naar de<br />

opkomstpercentages bij verkiezingen en referenda. De<br />

recente ervaringen met referenda geven te denken, al<br />

kun je het een kiezer niet euvel duiden dat hij/zij niet<br />

opkomt als het om drie keer niks gaat. Op die manier<br />

worden burgers erg weinig in staat gesteld om van hun<br />

politieke duurzaamheid blijk te geven.<br />

40 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

Over de duurzaamheid van onze zo gekoesterde democratie<br />

maakt men zich alom zorgen. Van 5 tot 12 oktober<br />

was het de Week van de Democratie. Een blik op<br />

de bijbehorende website, www.wijzijndebaas.nl, maakte<br />

snel duidelijk dat onze democratie het bij de eerstvolgende<br />

APK-keuring moeilijk zal krijgen. Op de site<br />

konden alle burgers hun voorkeur voor een tiental verbetermaatregelen<br />

kenbaar te maken. Maar helaas ging<br />

het niet echt over de participatiemogelijkheden, terwijl<br />

alle opinie- en kiezersonderzoeken sinds 1967 steeds<br />

hetzelfde aantonen: burgers zijn ontevreden over onze<br />

democratie.<br />

Ook het grote, online opinieonderzoek de ‘21minutenenquête’<br />

van begin oktober maakt dat glashelder. De<br />

helft van de burgers voelt zich niet vertegenwoordigd<br />

in de politiek, 57 procent vindt dat men niet voldoende<br />

invloed heeft op het Nederlandse bestuur, 83 procent<br />

meent dat de burger zelf het meest verantwoordelijk is<br />

voor de instandhouding van de politiek en tweederde is<br />

voorstander van het bindende referendum.<br />

Is het dus slecht gesteld met de duurzaamheid van onze<br />

democratie? Niet als het gaat om de overlevingskansen,<br />

maar wel als je het kwaliteitsaspect erbij betrekt.<br />

Monique Leyenaar<br />

Hoogleraar Vergelijkende Politicologie,<br />

i.h.b. Politieke Participatie en Politieke Vernieuwing,<br />

Radboud Universiteit Nijmegen<br />

m.leyenaar@fm.ru.nl


Stichting De Driestroom verbetert kwaliteit door klantervaringsonderzoek<br />

een koffer met kaartjes<br />

Stichting De Driestroom, met meer dan negentig locaties in Arnhem, Nijmegen<br />

en het Land van Maas en Waal, biedt steun aan mensen met een verstandelijke<br />

beperking. De kwaliteit van bestaan van de cliënten staat hierbij voorop.<br />

Daarom heeft De Driestroom een grootschalig klantervaringsonderzoek onder<br />

cliënten en hun ouders gehouden.<br />

“Wil je kwaliteit leveren, dan moet je weten hoe je cliënten<br />

de dienstverlening ervaren.” Aan het woord is Ton Oolthuis,<br />

als hoofd bestuursbureau nauw betrokken bij het klantervaringsonderzoek<br />

dat is uitgevoerd door het onafhankelijke<br />

onderzoeksbureau ITS van de Radboud Universiteit Nijmegen.<br />

“We hadden ook de mogelijkheid ons aan te sluiten bij een<br />

onderzoek uitgevoerd door de koepelorganisatie, maar zij<br />

ontwikkelden een instrument voor alle gehandicapten, terwijl<br />

wij uitsluitend met mensen met een verstandelijke beperking<br />

werken. Bovendien wilden zij een benchmark, waarbij de<br />

diverse instellingen tegen elkaar afgezet worden. Wij wilden<br />

echter specifiek weten waar onze eigen knelpunten zitten.<br />

Gevolg is wel dat we ons onderzoek geheel zelf hebben moeten<br />

financieren.”<br />

Een koffer met kaartjes<br />

De wijze waarop het onderzoek werd uitgevoerd is bijzonder.<br />

De basis werd gevormd door een speciaal kwaliteitsinstrument<br />

dat werd ontwikkeld door dr. Wil Buntinx van de Universiteit<br />

Maastricht. Oolthuis: “Zes getrainde interviewers hebben<br />

ruim zevenhonderd van de duizend volwassen cliënten ondervraagd,<br />

een ongekend hoog responspercentage. Ze werkten<br />

daarbij met een speciaal daarvoor ontwikkelde gevisualiseerde<br />

vragenlijst en een zogenaamde interviewkoffer met<br />

beeldmateriaal. Onze cliënten konden met de kaartjes, met<br />

daarop een duim omhoog of een duim omlaag, aangeven hoe<br />

ze denken over de voorgelegde situatie. Voor de ouders werd<br />

een bestaande vragenlijst verfijnd.”<br />

De resultaten van het onderzoek zijn zeker bemoedigend.<br />

Cliënten en ouders zijn over het algemeen zeer tevreden over<br />

de zorg- en dienstverlening van De Driestroom. Vooral de<br />

veiligheid, een onderwerp dat ouders en verwanten veruit het<br />

belangrijkste vinden, kwam zeer goed uit de bus. Er kwamen<br />

echter, zoals beoogd, ook enkele verbeterpunten naar voren.<br />

Deze verbeterpunten zijn per team omgezet in plannen om<br />

deze aan te pakken en te verbeteren. Het klantervaringsonderzoek<br />

onder cliënten zal een integraal onderdeel gaan vormen<br />

van het individuele begeleidingsplan. Onder ouders en verte-<br />

www.driestroom.nl<br />

Stichting De Driestroom<br />

Tekst Hans Rebers<br />

Fotografie Goedele Monnens<br />

genwoordigers wordt het onderzoek tweejaarlijks herhaald.<br />

Oolthuis: “Zo hebben we constant een vinger aan de pols als<br />

het gaat om de kwaliteit van onze diensten.”<br />

Trots<br />

Oolthuis: “We zullen ook meer aandacht gaan besteden aan<br />

een actieve en gezonde leefwijze. Dan kan je denken aan<br />

voeding, maar ook het zorgen voor een goede afwisseling in<br />

de dagbesteding valt er onder. Daarom zijn we samenwerking<br />

aangegaan met fitnesscentra en zijn ook besprekingen in gang<br />

gezet met het CIOS in Arnhem. Dankzij het onderzoek hebben<br />

we dus concrete keuzes kunnen maken die onze kwaliteit van<br />

ondersteuning gericht zullen verbeteren.<br />

Sinds we dit onderzoek hebben gepubliceerd worden we vaak<br />

benaderd door andere instellingen die dit instrument ook willen<br />

toepassen in hun organisatie. Daar zijn we best trots op.”<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 41


42 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007


Performatica traint thuiszorgmedewerkers Vérian<br />

sterk in je werk<br />

Steeds meer thuiszorgmedewerkers krijgen te maken met ongewenste situaties.<br />

Training- en consultancybureau Performatica leerde de medewerkers van thuiszorgorganisatie<br />

Vérian om te gaan met dergelijke situaties.<br />

Sociale veiligheid is een belangrijk thema binnen de thuiszorg.<br />

Bij thuiszorgorganisatie Vérian is dit niet anders. Ina van<br />

Swaaij, als arbo-coördinator medeverantwoordelijk voor het<br />

welzijn van alle medewerkers van Vérian: “Er zijn steeds meer<br />

mensen afhankelijk van de thuiszorg, met heel uiteenlopende<br />

ziektebeelden en wensen. Helaas neemt ook het aantal uitingen<br />

van agressief en dwingend gedrag toe.”<br />

Convenant<br />

Die ontwikkeling was aanleiding om binnen de sector een<br />

convenant op te stellen. Hierin was de afspraak opgenomen<br />

aandacht te besteden aan de veiligheid van medewerkers<br />

binnen de thuiszorg. In dit kader heeft Vérian een enquête<br />

onder de medewerkers gehouden. Ina Van Swaaij: “Een van<br />

de uitkomsten was dat er met name onder medewerkers die<br />

in ongewenste situaties terecht waren gekomen, behoefte was<br />

aan een bepaalde vorm van training.”<br />

Deze training kreeg de naam ‘Sterk in je werk’. Voor de uitvoering<br />

werd een beroep gedaan op Performatica. Ina van Swaaij:<br />

“Performatica had al ervaring met interactieve workshops met<br />

een persoonlijke en praktijkgerichte aanpak. Bovendien waren<br />

zij zich er goed van bewust dat dergelijke trainingen heftige<br />

emoties bij de deelnemers los kunnen maken. Het is zeer<br />

belangrijk dat de trainer hier goed op inspeelt. Voor ons reden<br />

genoeg om Performatica voor deze training in te schakelen.”<br />

Professionals<br />

Samen met de opleidingsadviseur van Vérian hebben Ina Van<br />

Swaaij en Performatica vervolgens de inhoud en vorm van de<br />

training vastgesteld. “Hierbij zijn we uiteraard uitgegaan van<br />

het welzijn van onze medewerkers. Tegelijkertijd wilden we<br />

rekening houden met het feit dat zij professionals zijn, met wie<br />

je dus niet té bemoederend moet omgaan.”<br />

Uiteindelijk is ervoor gekozen om in groepjes van ongeveer<br />

tien medewerkers, in samenwerking met een professionele<br />

acteur, voorgekomen situaties te bespreken en na te spelen.<br />

Ina Van Swaaij: “Iedereen die behoefte had aan de training,<br />

kon zich hiervoor inschrijven. Alle deelnemers is vervolgens<br />

gevraagd een leervraag te formuleren, gebaseerd op een<br />

persoonlijke ervaring. Deze ervaring werd met een profes-<br />

Tekst Hans Rebers<br />

Fotografie Luuk van der Lee<br />

sionele acteur nagespeeld. Onder begeleiding van de trainer<br />

van Performatica werd vervolgens met de groep besproken<br />

wat er goed en fout was gegaan en hoe ze in de toekomst met<br />

vergelijkbare situaties om zouden kunnen gaan.”<br />

Handelingsalternatief<br />

De resultaten van de training zijn positief, vertelt Ina Van<br />

Swaaij. “In drie jaar tijd hebben in totaal ongeveer honderd<br />

medewerkers, met name huishoudelijk medewerkers en medewerkers<br />

uit de verpleging en verzorging, deelgenomen aan de<br />

training. De medewerkers hebben aangegeven niet langer met<br />

hun problemen rond te lopen nu ze besproken zijn. Ze hebben<br />

nu een handelingsalternatief, mochten ze in de toekomst in<br />

een soortgelijke situatie terechtkomen. Op deze manier voorkom<br />

je uitval door ziekteverzuim en psychische overbelasting.<br />

Het is dus een uiterst effectieve training gebleken.”<br />

www.performatica.nl<br />

Performatica<br />

Ina van Swaaij, arbo-coördinator bij thuiszorgorganisatie Vérian<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 43


Een 10 voor duurzaamheid<br />

bd architectuur zit het duurzaam, integraal ontwerpen in de<br />

genen. Het bureau verenigt de vakgebieden architectuur, interieur,<br />

bouwkunde, advies en stedenbouw in zich. Sinds de jaren<br />

negentig integreert het bureau die breedte met duurzaam en<br />

energiezuinig bouwen.<br />

Het raadhuis van de gemeente Heemskerk is het voorlopige<br />

hoogtepunt in deze ontwikkeling. Het is het eerste<br />

gebouw dat bd architectuur ontwerpt met behulp van GPR-<br />

Gebouw. GPR-Gebouw is een softwarepakket waarmee je<br />

vijf soorten duurzame maatregelen met elkaar in balans<br />

kunt brengen: energieverbruik, de keuze van materialen, de<br />

afvalstromen, het waterverbruik en gezondheid. “De keuzes<br />

hangen af van de duurzaamheidsambities van de opdrachtgever:<br />

hoeveel energiereductie wil hij bereiken? De prestaties<br />

worden voor elke categorie uitgedrukt in een rapportcijfer.<br />

Je krijgt een 5 als je bouwt volgens het Bouwbesluit.<br />

Maar we streven natuurlijk naar de maximale duurzaamheid:<br />

een 10”, aldus Johan Meijer, architect en directeur, van bd<br />

architectuur dat een licentie heeft voor het gebruik van<br />

GPR-Gebouw.<br />

“Het is leuk en inspirerend om mee te werken. Je kunt de<br />

opdrachtgever meteen laten zien wat bijvoorbeeld het toepassen<br />

van zonnepanelen be tekent voor de energieprestatie van<br />

het gebouw. Dat maakt het zeker voor een gemeentebestuur<br />

heel concreet.”<br />

www.bdarchitectuur.nl


Ondernemers kunnen ambassadeur van Breed worden<br />

“De regering heeft haar mond vol van het stimuleren van de<br />

kennismaatschappij. Als ik heel eerlijk ben dan moet ik zeggen<br />

dat de onderkant van de arbeidsmarkt daarbij wel eens<br />

vergeten wordt.” Aan het woord is Ton Weijers, manager<br />

Detachering en Begeleid Werken van Breed. “Het wordt er dan<br />

ook niet makkelijker op mensen met een sw-indicatie aan het<br />

werk te helpen. Om dat probleem op te vangen zijn we constant<br />

op zoek naar innovatieve oplossingen.”<br />

De intensieve benadering van de arbeidsmarkt in Project<br />

Wijchen is hier een goed voorbeeld van. Manager Marketing en<br />

Commercie Pieter Piscaer: “De gemeente Wijchen legde ons<br />

het probleem voor dat ze veel jongeren in de Bijstand hebben.<br />

Omdat we al een contract met hen hadden als uitvoerder van<br />

de Wet Sociale Werkvoorziening, hebben we in samenspraak<br />

besloten deze groepen in één project onder te brengen:<br />

project Wijchen. We doen dit samen met reïntegratiebureau<br />

Support BV.”<br />

Bijzonder aan de aanpak binnen het project is dat er vanuit<br />

verschillende invalshoeken geprobeerd wordt om potentiële<br />

werkgevers te interesseren. Piscaer: “Naast traditionele middelen<br />

als advertenties en mailings, hebben we sterk ingezet<br />

op netwerken. Denk daarbij aan het netwerk van onze eigen<br />

accountmanagers en consulenten, maar ook aan het lidmaatschap<br />

van het netwerk van lokale ondernemers- en brancheverenigingen.<br />

Ook nemen we geregeld deel aan bedrijvendagen<br />

in de regio. Hier organiseren we korte gesprekjes, speeddates,<br />

tussen ondernemers en onze medewerkers.”<br />

Daarbij is het streven dat de ondernemers medewerkers van<br />

Breed in dienst nemen. Maar het is ook mogelijk dat ze ambassadeur<br />

van Breed worden. Piscaer: “Ambassadeurs krijgen<br />

mini-cv’tjes van onze medewerkers mee. Deze kunnen ze uitdelen<br />

aan mensen uit hun eigen netwerk. Op de website www.<br />

breedvrienden.nl kunnen geïnteresseerde ondernemers hier<br />

meer over lezen.”<br />

De brede aanpak blijkt succesvol. Weijers: “Mensen op de<br />

arbeidsmarkt plaatsen gaat echt één voor één. Ons streven<br />

is voor eind 2007 vijfentwintig extra mensen geplaatst te<br />

hebben, een aantal dat we nu al zo goed als bereikt hebben!<br />

Breed Passend Personeel<br />

Tekst Hans Rebers<br />

Fotografie Luuk van der Lee<br />

“mensen begeleiden naar<br />

werk gaat één voor één”<br />

Breed is in de regio Nijmegen verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wet<br />

Sociale Werkvoorziening. In het Project Wijchen toont Breed zich daarbij van<br />

zijn meest innovatieve kant. Met succes.<br />

Bovendien zijn het kwalitatief erg goede plaatsen, die uitstekend<br />

passen bij onze werknemers. We gaan immers uit van<br />

onze medewerkers en hun specifieke kwaliteiten. Van daaruit<br />

gaan we op zoek naar passend werk. Niet alle werkgevers passen<br />

dus bij onze medewerkers.” Piscaer valt hem bij: “Andere<br />

sw-bedrijven hebben dan ook interesse getoond in onze<br />

methodiek. Als mensen helemaal vanuit Alkmaar komen om je<br />

verhaal te horen, dan weet je dat je goed bezig bent!”<br />

Mensen met een sw-indicatie kunnen aan het werk in onder<br />

andere Project Wijchen van Breed. Als gevolg van een lichamelijke,<br />

verstandelijke of psychische handicap zijn zij alleen<br />

onder aangepaste omstandigheden in staat tot regelmatige<br />

arbeid. Zij vallen onder de Wet Sociale Werkvoorziening.<br />

Linda van Kesteren is als schoonheidsspecialiste ge detacheerd.<br />

www.denkbreed.nl<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 45


46 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007


Prins Willem Alexander bij opening Sport & Innovatie Centrum op Papendal<br />

NOC * NSF<br />

Tekst NOC * NSF<br />

Fotografie NOC * NSF<br />

nieuw imago: professioneel,<br />

compleet en gastvrij<br />

Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Willem Alexander heeft woensdag 28<br />

november het Sport & Innovatie Centrum op Papendal geopend. Het nieuwe<br />

centrum gaat zoveel mogelijk kennis op het gebied van sport en innovatie<br />

bundelen, om onder meer trainingsmethoden, sportproducten en andere vernieuwingen<br />

in de sport te ontwikkelen. Een nieuwe drager van het veranderde<br />

imago van Papendal.<br />

In de aanloop naar de Olympische Spelen van Beijing wordt nu<br />

al gebruik gemaakt van het Sport & Innovatie Centrum, dat is<br />

opgezet door NOC*NSF. ‘Bewoners’ van het Sport & Innovatie<br />

Centrum zijn onder meer ISA Sport bv, Sport Medisch Centrum<br />

Papendal en InnoSportNL. Deze laatste organisatie werd vorig<br />

jaar opgezet door TNO en NOC*NSF.<br />

Na de opening werd ZKH Prins Willem Alexander rondgeleid<br />

door het gebouw. Hij heeft onder andere de klimaatkamer<br />

bezichtigd en demonstraties gekregen van en uitleg gekregen<br />

over de verschillende werkzaamheden. Na de rondgang<br />

door het Sport & Innovatie Centrum was er in het Hotel en<br />

Congrescentrum Papendal nog een minisymposium over innovatie<br />

in de sport.<br />

De totstandkoming van het Sport & Innovatie Centrum is<br />

onderdeel van een grotere reeks vernieuwingen op het nationale<br />

topsporttrainingscentrum Papendal. In 2005 werden al<br />

de technisch geavanceerde blauwe buiten-atletiekbaan en een<br />

rijk geoutilleerde krachtruimte gerealiseerd. In 2006 open-<br />

Het eind november geopende Sport & Innovatie Centrum<br />

de NOC*NSF. een semi-permanente topsport-trainingshal en<br />

recent zijn er opnieuw twee nieuwe trainingshallen in gebruik<br />

genomen.<br />

Papendal, dé trainingslocatie<br />

Jochem Schellens is als manager facilitaire dienst van<br />

NOC*NSF verantwoordelijk voor alles op het gebied van<br />

onderhoud en beheer van de gebouwen en terreinen op het<br />

Nationale Sportcentrum. Ook de nieuwe ontwikkelingen vallen<br />

onder zijn verantwoordelijkheid. Volgens Schellens sluit<br />

de vernieuwing van de accommodaties precies aan bij wat de<br />

sporters willen. “Net als de rest van de samenleving wordt<br />

ook de sport steeds professioneler en veeleisender. Van<br />

sporters worden enorme prestaties verwacht. Dat vraagt om<br />

passende faciliteiten. Wij willen die bieden. Met behulp van<br />

geavanceerde technieken zorgen we ervoor dat Papendal dé<br />

trainingslocatie is, helemaal gericht op topprestaties. Maar dat<br />

is niet het enige. Sporters hebben meer nodig dan alleen training.<br />

Sportmedische faciliteiten bijvoorbeeld en professionele<br />

krachttraining. Maar ook goede voeding en een plek waar zij<br />

even tot rust kunnen komen. Bij ons vinden ze dit allemaal op<br />

hetzelfde terrein. Ook voor accommodatie zorgen wij zonder<br />

probleem.”<br />

Nieuw imago<br />

Steeds meer sporters ontdekken de faciliteiten op Papendal<br />

en maken er actief gebruik van. Schellens: “Ook buitenlandse<br />

sporters leren Papendal kennen als een multifunctioneel<br />

centrum waar zij meer dan welkom zijn. De basis is er. Het terrein<br />

beschikt over een indrukwekkende hoeveelheid sportieve<br />

en recreatieve faciliteiten. En we zijn nog altijd bezig met<br />

vernieuwing. Papendal heeft de afgelopen periode een heel<br />

ander imago gekregen. We staan nu bekend als professioneel,<br />

compleet en zeer gastvrij. En dat is precies wat wij voor ogen<br />

hadden.”<br />

www.sport.nl<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 47


48 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007


Is gescheiden inzameling van GFT-afval nog duurzaam?<br />

Synthese Adviesgroep<br />

“andere keuzes mogelijk voor<br />

gescheiden inzameling”<br />

Dat vindt Lourens Aalders, partner in Synthese adviesgroep. De verwerking<br />

van al het afval dat wij – particulieren en bedrijven – produceren, lijkt een<br />

noodzakelijk kwaad van de relatieve luxe waarin wij leven. Daaraan lijkt weinig<br />

duurzaamheid te beleven. De werkelijkheid is anders en geeft aanleiding andere<br />

keuzes van gescheiden inzameling en verwerking te onderzoeken.<br />

Synthese adviesgroep adviseert opdrachtgevers bij het optimaliseren<br />

van de efficiency en effectiviteit van de afvalverwijderingsketen.<br />

Streven daarbij is: kijk wat je kunt besparen op<br />

energie en grondstofverbruik, maar óók op kosten, door preventie<br />

en beperking, hergebruik en recycling en door ‘energy<br />

recovery’ (energieterugwinning). Dit principe staat bekend<br />

als de ‘ladder van Lansink’. Afval kan gescheiden worden<br />

ingezameld en verwerkt als dat zinvol is, zoals met groente-,<br />

fruit- en tuinafval (GFT), glas, papier, textiel, metalen. Waar dat<br />

niet zinvol is, blijft de uiterste optie over en dat is integraal<br />

inzamelen en verwerken.<br />

Biomassa<br />

Een afvalstroom die momenteel bijzonder in de belangstelling<br />

staat, is biomassa. Grof gesteld valt hier alles onder wat<br />

vrijkomt bij het onderhoud van privaat en gemeentelijk groen:<br />

het grof groenafval. De hout(achtige) fractie in biomassa is<br />

een uitstekende energiedrager, prima geschikt als brandstof<br />

in een biomassa-energiecentrale. Die van Essent in Cuijk is het<br />

meest bekende, regionale voorbeeld. Maar met een kleine(re)<br />

installatie kan ook een fabriek met een hoge energieconsumptie<br />

gevoed worden of kan een gemeentelijk gebouw in<br />

zijn energiebehoefte worden voorzien. De energie opgewekt<br />

uit biomassa, kan zowel in elektriciteit als in warmte worden<br />

omgezet. Dat levert een besparing op van primaire brandstoffen<br />

zoals aardgas en / of steenkolen, hetgeen biomassa tot<br />

een duurzame(re) brandstof maakt.<br />

Veel biomassa wordt nu verwerkt in groencomposterings-<br />

installaties of –vergistingsinstallaties en de compost die zo<br />

wordt verkregen, vindt in Nederland steeds moeizamer een<br />

weg in het hergebruikcircuit, bijvoorbeeld als bodemverbeteraar.<br />

Het is daarnaast een bewerkelijk proces. Verder levert<br />

zowel composteren als vergisten een behoorlijke bijdrage aan<br />

de CO2-emissies en dus aan het broeikaseffect. Dit milieueffect<br />

is lange tijd onderbelicht gebleven, omdat het hergebruikprincipe<br />

en de lagere verwerkingskosten destijds de belangrijke<br />

drijfveren waren om te gaan composteren. Het broeikaseffect<br />

werd vijftien jaar geleden nog niet als probleem gezien.<br />

Tekst Lourens Aalders<br />

Fotografie Luuk van der Lee<br />

Met deze nieuwe inzichten kan de vraag gesteld worden of<br />

composteren of vergisten van het GFT-afval nog wel toekomst<br />

heeft. Slechts tien tot vijftien procent van de GFT-massa is<br />

groente- of fruitafval. Het meeste is dus tuinafval en daarvan<br />

vormt snoeihout het grootste volume, dat daarmee een belangrijke<br />

bron kan zijn voor duurzame energie uit biomassa.<br />

Het kan dan rendabel worden om tijdens de snoeiseizoenen<br />

(voorjaar en najaar) alleen het tuinafval met voornamelijk<br />

snoeihout gescheiden op te halen. Het groente- en fruitafval<br />

wordt dan weer samen met het restafval ingezameld en linea<br />

recta vervoerd naar de AVI.<br />

Synthese adviesgroep volgt deze ontwikkelingen op de voet.<br />

Uiteraard vergen andere keuzes over gescheiden afvalinzameling<br />

een heldere analyse van de omstandigheden. Synthese<br />

Adviesgroep wil haar opdrachtgevers daarin graag adviseren<br />

(zie ook Partnernieuws pagina 58).<br />

Lourens Aalders bij de milieustraat in Elst<br />

www.synthese.nu<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 49


Kernactiviteit: training en werving & selectie<br />

50 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

Tekst <strong>Actorion</strong><br />

Fotografie Luuk van der Lee<br />

lumion ziet het levenslicht<br />

“Het besluit om een nieuw bedrijf te starten komt niet uit de lucht vallen.<br />

Het aantal opdrachten neemt toe en de marktontwikkelingen tonen aan dat<br />

het einde van de groei nog lang niet in zicht is. Om die reden starten we na<br />

de jaarwisseling met Lumion, een bureau dat zich volledig gaat toeleggen op<br />

training, werving & selectie.”<br />

Aldus Peter Smit, directeur van <strong>Actorion</strong> Communicatie<br />

Adviseurs (Velp / Den Haag). Na de jaarwisseling draagt het<br />

bureau een aantal producten en diensten over aan het nieuwe<br />

zusterbedrijf Lumion. “<strong>Actorion</strong> is en blijft een communicatieadviesbureau<br />

met een aantal kerntaken. Mede op verzoek<br />

van onze klanten hebben we in de afgelopen jaren regelmatig<br />

opdrachten uitgevoerd op het gebied van training, werving &<br />

selectie. Dat is op zich niet vreemd, want onze adviseurs zijn<br />

gespecialiseerd in overheidscommunicatie, kennen de wereld<br />

van onze opdrachtgevers en zijn goed op de hoogte van de<br />

ontwikkelingen op de arbeidsmarkt.”<br />

Experts<br />

“We hebben echter nu het moment bereikt om deze activiteiten<br />

onder te brengen in een zelfstandige onderneming,<br />

waarin een team van experts de producten en diensten op het<br />

gebied van training, werving & selectie nog beter in de markt<br />

kan zetten. Eigenlijk wordt een bijproduct van <strong>Actorion</strong> een<br />

hoofdproduct van Lumion.”<br />

Een aantal belangrijke stappen is al gezet. Het business plan is<br />

afgerond, de huisstijl staat in de steigers en de stukken van de<br />

notaris kunnen worden getekend. Inmiddels is ook de eerste<br />

grote transfer een feit. Bert Blonk, afkomstig van het trainingen<br />

adviesbureau Performatica, begint in het nieuwe jaar als<br />

senior adviseur bij Lumion. Hij wordt tevens de teamcoördinator<br />

en het eerste aanspreekpunt voor de opdrachtgevers.<br />

Aanbod<br />

Het aanbod van trainingen van Lumion is gericht op bestuurders,<br />

management en medewerkers bij zowel overheden<br />

als het bedrijfsleven. De werving en selectie zal zich vooral<br />

richten op de markt van communicatieprofessionals die bij de<br />

overheid werken of willen gaan werken.<br />

“Het trainingsprogramma is inderdaad een programma dat<br />

breed inzetbaar is. Dat laat de praktijk nu al zien. Tot onze<br />

opdrachtgevers behoren overheden, bedrijven, instellingen en<br />

andere organisaties. Met werving & selectie richt Lumion zich<br />

vooral op communicatieprofessionals die hun loopbaan bij de<br />

overheid willen doorbrengen. Die markt kennen we als geen<br />

ander en daar ligt onze kracht. We hebben nu al de beschikking<br />

over een databank met mensen die als communicatieadviseur<br />

een nieuwe baan zoeken. Daar plukt Lumion straks de<br />

vruchten van”, aldus Smit.<br />

Trainingen<br />

“Alle trainingen hebben betrekking op het verbeteren van<br />

de performance van een persoon of van een groep”, vertelt<br />

Bert Blonk. “De performance heeft uiteraard te maken met<br />

de huidige functie en werksituatie, maar is ook onlosmakelijk<br />

verbonden met de verdere loopbaan. Als je lekker in je vel<br />

zit en goed functioneert, dan ga je ook kijken naar de toekomstmogelijkheden<br />

bij de eigen werkgever of elders. Er zit<br />

een brugfunctie tussen training en coaching aan de ene kant<br />

en werving en selectie aan de andere kant. Lumion maakt de<br />

samenhang tussen de verschillende disciplines in de praktijk<br />

zichtbaar.”<br />

Het is de bedoeling dat Lumion de beschikking krijgt over een<br />

team van eigen trainers en coaches. Voor het uitvoeren van<br />

omvangrijke trainingsprojecten kan Lumion daarnaast een<br />

beroep doen op een uitgebreid netwerk van specialisten. Bert<br />

Blonk: “De vraag van de klant staat centraal. Vervolgens leveren<br />

wij een trainingsprogramma op maat.”


Bert Blonk, per 1 januari 2008 teamcoördinator en trainer/adviseur van Lumion<br />

Werving & selectie<br />

Op het gebied van werving & selectie richt Lumion zich straks<br />

op de communicatiemensen die een (nieuwe) baan zoeken in<br />

de publieke sector. Hiervoor zijn diverse trajecten ontwikkeld.<br />

Bert Blonk: “We voorzien in de behoefte van de klant. We kunnen<br />

een klus helemaal van start tot finish uitvoeren of juist<br />

ondersteuning bieden bij een procedure waarvan de regie bij<br />

de opdrachtgever blijft liggen. In alle gevallen is het doel dat<br />

we de juiste persoon voor de juiste plek vinden.”<br />

Lumion gaat extra aandacht schenken aan de brede groep<br />

van jonge communicatieprofessionals die bezig zijn met hun<br />

eerste baan bij de overheid. Voor deze jongeren verzorgt<br />

Lumion een persoonlijk loopbaanadvies. Bovendien wordt een<br />

groep talentvolle adviseurs geselecteerd voor een speciaal<br />

trainingstraject waardoor de carrièrekansen van de betrokkenen<br />

worden verbeterd.<br />

Talententeam<br />

Verder worden er plannen uitgewerkt voor een talententeam<br />

van dertig adviseurs die kunnen rekenen op een persoonlijke<br />

begeleiding van Lumion. Smit: “We denken aan een programma<br />

van themabijeenkomsten, trainingen en workshops. In<br />

deze opzet maken we tevens gebruik van ervaren communicatieprofessionals<br />

die hun kennis en ervaring met de talenten<br />

willen delen. Op deze manier worden jonge vakgenoten voorbereid<br />

op een nieuwe stap in hun loopbaan.”<br />

Smit verwacht dat met name jonge communicatieprofessionals<br />

in de komende jaren sneller van baan verwisselen. “De<br />

eigen carrière is belangrijker geworden dan de band met een<br />

werkgever. Voor overheden en bedrijven wordt het steeds<br />

moeilijker om voor bepaalde functies geschikte kandidaten<br />

te vinden. Lumion kan in deze situatie toegevoegde waarde<br />

leveren en de gewenste match tussen vraag en aanbod tot<br />

stand brengen.”<br />

Aanbod van trainingen<br />

Lumion biedt straks een uitgebreid assortiment van trainingen<br />

aan. Onderdelen van het trainingsprogramma zijn<br />

onder meer:<br />

- communicatie en communicatievaardigheden;<br />

- omgaan met de media;<br />

- presentatietechniek;<br />

- coachend leidinggeven;<br />

- teambuillding;<br />

- interne communicatie tijdens veranderingstrajecten;<br />

- interactievaardigheden;<br />

- conflicthantering;<br />

- onderhandelen;<br />

- klantgericht werken;<br />

- timemanagement;<br />

- loopbaanplanning en -begeleiding;<br />

- samenwerkingsvaardigheden; en<br />

- persoonlijke ontwikkeling.<br />

www.lumion.nl (per 1 januari 2008)<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 51


52 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007


“Probleemoplosser” Peter Wisgerhof is de nieuwe directeur van Novio<br />

Tekst Hans Rebers<br />

Fotografie Ron Moes<br />

“openbaar vervoer is serieus<br />

alternatief voor auto”<br />

Als directeur van Novio is Peter Wisgerhof niet bepaald in rustig vaarwater<br />

terecht gekomen. Overnames en de internationale ambities van het moederbedrijf<br />

Connexxion maken het een uiterst enerverende baan. Bovendien speelt<br />

in openbaar vervoer duurzaamheid altijd op de achtergrond mee. Wisgerhof is<br />

echter “een echte probleemoplosser”.<br />

”De wereld van het openbaar vervoer is inderdaad altijd<br />

in beweging!”, zegt Wisgerhof lachend. “Onlangs nog is<br />

Connexxion overgenomen door het Franse Transdev. Mijn<br />

ervaring in het omgaan met de dynamiek die dit extern en<br />

intern teweegbrengt, is een van de redenen dat ik hier directeur<br />

geworden ben. Ook de internationale ambities van het<br />

bedrijf, mede door de overname door Transdev, spreken me<br />

enorm aan.”<br />

Even een korte geschiedenisles. Novio wordt in 1957 opgericht<br />

om het busvervoer in de gemeente Nijmegen voor haar<br />

rekening te nemen. Eind 2006 wordt Novio overgenomen<br />

door Connexxion, uitbater van ondermeer het busvervoer in<br />

en rond Arnhem. Samen worden ze, met Hermes, voor een<br />

groot deel verantwoordelijk voor het stad- en streekvervoer in<br />

de Stadsregio Arnhem Nijmegen. Dit is ook de tijd dat Peter<br />

Wisgerhof zijn intrede doet.<br />

Wisgerhof is van huis uit registeraccountant. Hij begint in<br />

Peter Wisgerhof, directeur van Novio<br />

1984 bij Philips en doorloopt daar ongeveer alle functies binnen<br />

de financiële kolom. Later is Wisgerhof nog werkzaam<br />

bij Philips CSI als financieel directeur en directielid bij Inalfa<br />

Roofsystems Group, om vervolgens via Connexxion Hilversum<br />

bij Novio te komen.<br />

Vrije busbanen<br />

Wisgerhof heeft een duidelijke visie op het duurzaamheidvraagstuk:<br />

“Het lijkt me van essentieel belang dat het openbaar<br />

vervoer een serieus alternatief voor de auto wordt. De<br />

belangrijkste manier om dit voor elkaar te krijgen, is mijns<br />

inziens een vrije infrastructuur, dus vrije busbanen. Daarover<br />

voeren we nu veelvuldig overleg met de stadsregio. Daarnaast<br />

is een hogere frequentie van het openbaar vervoer gewenst.<br />

Je kunt dan gewoon naar een halte lopen – er komt toch ieder<br />

moment een bus – zonder er eerst de dienstregeling bij te<br />

moeten pakken. Op die manier krijgen we veel mensen de auto<br />

uit, omdat de bus een beter, lees sneller, alternatief is.”<br />

Aardgas<br />

Concreet is Novio op het moment bezig met het plaatsen van<br />

roetfilters op al hun bussen. Daarnaast participeert de vervoerder<br />

in initiatieven om diesel te vervangen door aardgas<br />

en later waterstof. Het huidige concessiesysteem maakt het<br />

echter lastig écht te investeren in duurzaamheid. Wisgerhof:<br />

“Concessies gelden in principe voor acht jaar en kunnen<br />

slechts met toestemming van de minister onderhands verlengd<br />

worden. We zijn dus nooit zeker van de lange termijn. Dit<br />

maakt investeren in duurzaamheid lastig, omdat het erg prijzig<br />

is en je niet weet of je de tijd krijgt het terug te verdienen.<br />

Neem bussen op aardgas: dit kost ongeveer honderdduizend<br />

euro extra per bus. Met een totaal bestand van zestig bussen is<br />

dat een enorme investering. Een oplossing voor dit probleem<br />

is, lijkt me, dat er eisen aan de duurzaamheid gesteld worden<br />

bij de aanbesteding, of langere concessietermijnen.”<br />

www.novio.nl<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 53


EU-jaar van Gelijke Kansen voor Iedereen inspireerde tot nieuwe initiatieven<br />

In Nederland is het project in handen van het Agentschap<br />

SZW. Tineke de Nooij is projectleider. Samen met projectsecretaris<br />

Roger de Boer en een groep betrokken organisaties heeft<br />

ze het jaar vormgegeven en gecoördineerd. De Nooij: “De telefoon<br />

rinkelde dag en nacht en ik heb heel het land afgereisd,<br />

maar als ik terugkijk doe ik dat met een positief gevoel!”<br />

De centrale insteek van de Europese campagne was het ver-<br />

groten van de bewustwording van het principe van gelijke kansen<br />

in relatie tot het gelijke behandelingsrecht. In Nederland is<br />

hiernaast sterk de nadruk gelegd op de bestaande infrastructuur:<br />

welke organisaties houden zich bezig met gelijke kansen<br />

en hoe kan je ermee in contact komen. Om dit voor elkaar te<br />

krijgen is een Nationaal Actieplan opgesteld met daarin onge-<br />

54 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

Tekst Katja Elmendorp, Hans Rebers<br />

Fotografie Arenda Oomen<br />

2007 was een jaar<br />

met toekomst<br />

In artikel 13 van het EU-verdrag liggen gelijke kansen voor iedereen vastgelegd:<br />

er mag tussen mensen geen onderscheid worden gemaakt op grond van<br />

godsdienst of levensovertuiging, ras of afkomst, geslacht, seksuele gerichtheid,<br />

handicap of chronische ziekte en leeftijd. ‘Gelijke kansen voor iedereen’ stond<br />

in 2007 centraal. Een terugblik.<br />

Tineke de Nooij en Roger de Boer<br />

veer 25 activiteiten. Zo was er een Gelijke Kansen Estafette,<br />

waarbij gedurende het jaar steeds één van de zes discriminatiegronden<br />

in de schijnwerpers stond. De Nooij: “Dit was een<br />

prachtig project. Het zette niet alleen deze organisaties in de<br />

schijnwerpers, maar bevorderde ook nog eens de samenwerking<br />

tussen de soms heel diverse organisaties!”<br />

Wandelen en fietsen door Amsterdam<br />

Ook E-Quality, het kenniscentrum voor emancipatie, gezin en<br />

diversiteit, was verantwoordelijk voor een van de projecten:<br />

de Gelijke Kansen Tochten. Deze wandelingen en fietstochten<br />

leiden langs gebouwen en monumenten in Amsterdam met<br />

een bijzondere betekenis op het gebied van gelijke kansen.<br />

Voorbeelden zijn het Homomonument, het huis van Anne<br />

Frank, synagogen en moskeeën. Eén van de wandeltochten<br />

is speciaal voor blinden en slechtzienden samengesteld. De<br />

Nooij: “Ook dit project is zeker een succes. Net als de overige<br />

projecten was er ook hier een positieve insteek. Door het<br />

accent te leggen op de bevordering van gelijke kansen en de<br />

voordelen van diversiteit benadruk je de strijd tegen discriminatie<br />

op een positieve manier. Op deze wijze spreek je het<br />

bedrijfsleven ook meer aan.”<br />

Blik op de toekomst<br />

Zoals gezegd kijkt De Nooij met een goed gevoel terug op het<br />

jaar: “Je weet nooit hoe ver je invloed op de bewustwording<br />

van mensen precies reikt. Maar als je ziet dat er, onafhankelijk<br />

van onze organisatie, initiatieven zijn ontplooit in het kader<br />

van het thema, dan weet je dat er mensen mee aan de slag zijn<br />

gegaan. Daarnaast zijn bepaalde maatschappelijke organisaties<br />

verbanden aangegaan waar absoluut toekomst in zit!”<br />

www.europeesjaargelijkekansen.nl


Migrantengroepen staan centraal in Europees Jaar van de Interculturele Dialoog<br />

De Stichting Internationale Culturele Activiteiten (SICA)<br />

en Kosmopolis coördineren het Nederlandse programma.<br />

Kosmopolis is een (inter)nationaal multimediaal platform dat<br />

kunst en cultuur inzet om een diepgaande dialoog tussen<br />

bevolkingsgroepen te voeden.<br />

Laura Grijns van SICA: “Het Jaar van de Interculturele Dialoog<br />

is vooral een campagnejaar. Kosmopolis en SICA willen zoveel<br />

mogelijk aandacht genereren voor het thema en voor culturele<br />

projecten en initiatieven die in dit kader passen. We<br />

zullen free publicity activiteiten ontplooien en projecten<br />

aankondigen via bijvoorbeeld een speciale website, kalenders<br />

en nieuwsbrieven. Daarnaast is het de bedoeling dat allerlei<br />

partijen en organisaties zelf, op hun eigen manier, invulling<br />

geven aan het thema.”<br />

“Het thema interculturele dialoog met betrekking tot migrantengroepen<br />

is al enige tijd actueel”, zegt Jantien Hadders,<br />

zakelijk directeur van Kosmopolis. “De beeldvorming tussen<br />

de verschillende groepen in Nederland is verhard. Vooral de<br />

culturele verschillen worden benadrukt. Tijdens het Europees<br />

jaar willen we met behulp van kunst en cultuur inzicht bieden<br />

in de diverse culturen waarbij juist naar de overeenkomsten<br />

kijken.”<br />

“Op die manier willen we laten zien dat culturele verscheidenheid<br />

niet bedreigend is maar juist heel verruimend kan<br />

werken”, vult Laura Grijns van SICA aan. En dat is ook nodig,<br />

want onze wereld wordt steeds internationaler en daar liggen<br />

allerlei kansen. Door samenwerking te stimuleren, hopen we<br />

mensen bewust te maken van deze kansen.”<br />

Tijdens het Jaar van de Interculturele Dialoog zullen SICA en<br />

Kosmopolis nationale projecten actief ondersteunen die de<br />

dialoog stimuleren om elkaar beter te leren kennen op school,<br />

op straat, in de sportclub of op het werk. Het gaat hierbij om<br />

projecten die zich vooral richten op migrantengroepen uit<br />

Tekst Susanne Boerhof<br />

Fotografie Kosmopolis<br />

culturele verscheidenheid<br />

werkt verruimend<br />

2008 is door de Europese commissie uitgeroepen tot het Jaar van de<br />

Interculturele Dialoog. Doelstelling: het stimuleren van actief Europees burgerschap<br />

waarin ruimte is voor culturele verscheidenheid en dat is gebaseerd<br />

op gemeenschappelijke waarden. De Nederlandse invulling staat vooral in het<br />

teken van de dialoog met migrantengroepen.<br />

herkomstlanden en op jongeren van vijftien tot dertig jaar.<br />

Jantien Hadders: “Inmiddels zijn er twee grotere samenwerkingsprojecten<br />

geselecteerd, die ook worden ondersteund<br />

door de Europese Commissie. Deze projecten zijn op 6 december<br />

gepresenteerd. Daarnaast draagt Kosmopolis bij aan kleinere<br />

projecten, op nationaal niveau.”<br />

Laura Grijns: ”We zijn momenteel ook in gesprek met VROM<br />

om met hen te kijken hoe we samenwerking in de wijken kunnen<br />

stimuleren om zo ook projecten dicht bij huis te ontwikkelen.<br />

Voor jongeren worden tot slot lesprogramma’s ontwikkeld<br />

over de rijkdom van culturele diversiteit.”<br />

In opdracht van de Europese Commissie biedt <strong>Actorion</strong> communicatieve<br />

ondersteuning bij de activiteiten die gedurende<br />

het jaar georganiseerd worden. Daarnaast is <strong>Actorion</strong> verantwoordelijk<br />

voor de nationale uitvoering van de Europese<br />

informatiecampagne die met dit jaar gepaard gaat.<br />

Het project ‘Hidden trees’, een theaterproductie over verhalen van<br />

oudere mensen uit andere EU-lidstaten<br />

www.sica.nl<br />

www.kosmopolis.nl<br />

www.dare2connect.nl<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 55


column<br />

Aandelenkoopovereenkomsten komen na<br />

ondertekening vaak niet meer uit de la.<br />

Totdat blijkt dat de overname is mislukt<br />

en de koper zijn schade op de verkoper<br />

wil verhalen. Dan moet blijken of de overeenkomst<br />

partijen de door hen gewenste<br />

bescherming biedt. Illustratief is de zaak<br />

die onlangs voor de rechtbank Den Haag<br />

diende.<br />

schade na<br />

mislukte overname<br />

BV A koopt de aandelen in het kapitaal van BV Y van BV<br />

B, mede op basis van het geschatte resultaat van BV Y<br />

in het halfjaar voorafgaand aan de koop. Het definitieve<br />

resultaat blijkt bedroevend.<br />

In de koopovereenkomst heeft BV A onder meer bedongen<br />

dat de koopprijs kan worden aangepast:<br />

1) bij een verschil tussen het geschatte resultaat in het<br />

halfjaar voorafgaand aan de overname en het daadwerkelijk<br />

behaalde resultaat, met dat verschil;<br />

2) als gevolg van het boekenonderzoek (due diligence),<br />

waarbij de verkoper de overeenkomst mag ontbinden<br />

bij een neerwaartse aanpassing van meer dan vijfhonderd<br />

duizend euro.<br />

Onder toepassing van het onder 1 genoemde prijsaanpassingsmechanisme<br />

komt de koopprijs op een negatief<br />

bedrag uit. BV B weigert dat te accepteren.<br />

BV B betoogt dat partijen hebben bedoeld overeen te<br />

komen dat de koopprijs maximaal met een bedrag van<br />

vijfhonderd duizend euro neerwaarts kan worden bijgesteld.<br />

Immers, indien de uitkomsten van de due diligence<br />

zouden hebben geleid tot een neerwaartse bijstelling<br />

van de koopprijs van vijfhonderd duizend euro of meer,<br />

mocht BV A ontbinden. Nu BV A zich niet beroept op<br />

de uitkomsten van het boekenonderzoek maar op het<br />

tegenvallend resultaat, zou BV A op oneigenlijke wijze<br />

de door BV B bedongen bescherming omzeilen.<br />

De rechtbank accepteert de redenering van BV B niet.<br />

Zij beschouwt de prijsaanpassingsmechanismen als<br />

afzonderlijke ‘regimes’, waarbij alleen ten aanzien van<br />

de prijsaanpassing na due diligence een ontbindingsmogelijkheid<br />

is overeengekomen. Desalniettemin schiet<br />

de rechtbank BV B te hulp.<br />

56 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />

De rechtbank stelt vast dat de tekst van de koopovereenkomst<br />

weliswaar geen begrenzing van de neerwaartse<br />

koopprijsaanpassing bevat, doch acht enkel dit tekstuele<br />

gegeven onvoldoende om een negatieve koopprijs<br />

aan te nemen. Voor een koopovereenkomst is wezenlijk<br />

dat een koper een prijs in geld betaalt. Daarmee zou<br />

een negatieve koopprijs niet kunnen worden verenigd.<br />

Die overweging van de rechtbank is moeilijk te volgen,<br />

nu in de praktijk met regelmaat transacties voorkomen<br />

waarbij een negatieve koopprijs aan de orde is.<br />

In de koopovereenkomst is BV B’s aansprakelijkheid<br />

voor de onjuistheid op de door BV B verstrekte garanties<br />

ten aanzien van BV Y gemaximeerd tot het bedrag<br />

van de koopprijs. De rechtbank leidt daaruit af dat<br />

BV B niet heeft willen instemmen met een negatieve<br />

koopprijs na prijscorrectie en oordeelt dat BV A om die<br />

reden redelijkerwijs aan de tekst van de prijscorrectiemechanismen<br />

niet de betekenis mocht toekennen dat<br />

een negatieve koopprijs mogelijk was.<br />

Het oordeel van de rechtbak pakt voor BV A ongunstig<br />

uit en het is de vraag of dat redelijk is. De rechtbank<br />

begrenst de tekstueel niet gemaximeerde prijsaanpassing<br />

bij tegenvallend resultaat op het maximum voor<br />

garantieaanspraken. Waar de rechtbank overweegt dat<br />

de prijsaanpassingsmechanismen eigen regimes vormen,<br />

valt niet goed in te zien waarom het regime van<br />

de garantiebepaling op de prijscorrectiebepaling van<br />

toepassing zou zijn.<br />

De zaak maakt maar weer eens duidelijk dat overeenkomsten<br />

ook dienen te worden geschreven met het oog<br />

op minder waarschijnlijke scenario’s.<br />

Pieter van Dijk, advocaat, p.vandijk@nysingh.nl


partnernieuws<br />

janssen - de lorijn werkt samen met reed business<br />

Sinds 1 oktober verzorgt Instituut Janssen – de Lorijn ook voor advocaten<br />

en juristen haar trainingen en personal coaching. Dit doen ze in<br />

samenwerking met Elsevier Opleidingen, een tak van Reed Business.<br />

De training zal zich concentreren op ‘people skills’: communicatie, presentatie,<br />

netwerken en time management. Advocaten die zich op deze<br />

punten willen verbeteren kunnen bij Janssen – de Lorijn terecht. Er is<br />

voor hen echter een tweede reden dit traject te volgen. Een advocaat<br />

moet namelijk ieder jaar een bepaald aantal opleidingspunten halen<br />

kuiperbouwgroep valt in de prijzen<br />

Begin november is kreeg KuiperBouwgroep in een volle Eusebiuskerk<br />

in Arnhem de Gouden FD Gazellen Award (Financieele Dagblad) uitgereikt<br />

uit handen van de gedeputeerde Marijke van Haaren. De prijs<br />

wordt uitgereikt aan het bedrijf dat de afgelopen drie boekjaren geen<br />

verlies en forse omzetgroei heeft behaald. De onderneming maakt in<br />

die periode een groei van bijna honderd procent. Onder meer doordat<br />

KuiperBouwgroep uit aanbestedingen nieuwe opdrachten verwierf<br />

nadat de bouwenquête de markt openstelde. Daarnaast ook door extra<br />

investering in eigen projectontwikkeling. Algemeen directeur Hans<br />

<strong>Winter</strong>s: “Voorlopig blijven we stabiel, zodat onze medewerkers op<br />

adem kunnen komen en zich aan kunnen passen aan de groei. Maar<br />

daarna gaan we voorzichtig weer groeien.”<br />

Begin oktober werd KuiperBouwgroep Bouw & Ontwikkeling tweede<br />

in de race om de Senior Power Award. Algemeen directeur Hans<br />

<strong>Winter</strong>s kreeg in de Jaarbeurs in Utrecht de prijs uit handen van Jan<br />

van Zijl, vice-voorzitter Regiegroep GrijsWerkt en voorzitter RWI.<br />

KuiperBouwgroep hoorde bij de groep van drie top-genomineerden:<br />

Corus uit Velzen, voorheen Hoogovens, en Numac Machineonderhoud<br />

en Procesoptimalisatie, dat de eerste prijs kreeg. De prijs is georganiseerd<br />

door de Regiegroep GrijsWerkt. De Regiegroep GrijsWerkt<br />

is eind 2004 ingesteld door de toenmalige staatssecretaris van SZW<br />

Van Hoof. Voorzitter is Ed Nijpels. Opdracht aan de Regiegroep is het<br />

stimuleren van het doorwerken tot 65 jaar. KuiperBouwgroep brengt<br />

het streven in praktijk door oudere, ervaren werknemers aan jongere<br />

collega’s te koppelen (het ‘Cocu-effect’).<br />

Synthese adviesgroep uit Arnhem is momenteel in samenwerking<br />

met Royal Haskoning uit Nijmegen belast met een drietal haalbaarheidsonderzoeken<br />

naar duurzame verwerking van groenafvalstromen<br />

in de gemeenten die vallen binnen het werkgebied van het regionaal<br />

Milieubedrijf (RMB) te Cuijk. Het betreft enerzijds onderzoek naar<br />

volgens de norm van de Orde van Advocaten om zijn beroep uit te<br />

mogen oefenen. Voorwaarde is wel dat het instituut goedgekeurd is<br />

door de Orde van Advocaten. Voor Instituut Janssen – de Lorijn vormde<br />

dit geen probleem. Rob Janssen: “We hebben in het verleden al<br />

vaker training en personal coaching voor advocaten verzorgd, dus we<br />

weten waar we mee bezig zijn. Bovendien zijn we CEDEO-erkend. Deze<br />

samenwerking met Elsevier Opleidingen maakt het voor advocaten en<br />

juristen alleen nóg aantrekkelijker, omdat het veel punten oplevert.”<br />

samenwerking synthese adviesgroep<br />

en royal haskoning<br />

korte termijnoplossingen voor snoeihout en anderzijds duurzame verwerkingsmogelijkheden<br />

voor al het groenafval op de langere termijn.<br />

Bestuurlijk wil men uiterlijk begin volgend voorjaar (2008) de knoop<br />

doorhakken. Synthese adviesgroep en Royal Haskoning zijn er klaar<br />

voor om tijdens de implementatiefase de klant ook terzijde te staan.<br />

Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007 57


58 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!