Winter - Actorion
Winter - Actorion
Winter - Actorion
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
36 Netwerk Stadsregio Arnhem Nijmegen - december 2007<br />
Tekst Gemma Schoot<br />
Fotografie Luuk van der Lee<br />
Edwin Verdurmen: “Duurzame gebouwen hebben een lange houdbaarheid in het stadsbeeld”<br />
kwaliteit bebouwde omgeving<br />
is een continue zorg<br />
Hoe kan een stadsbestuur samen met marktpartijen streven naar duurzame<br />
kwaliteit van de architectuur en de openbare ruimte? Tegenwoordig staat die<br />
vraag als bijna vanzelf centraal, al wordt de openbare ruimte rond een mooi<br />
nieuw project nog vaak stiefmoederlijk behandeld. Wel is het nu vanzelfsprekender<br />
dat bewoners, bedrijven en instellingen meedenken. Maar wat is ‘duurzame<br />
kwaliteit’ volgens Edwin Verdurmen, directeur van CASA, het onafhankelijke,<br />
Arnhemse architectuurcentrum?<br />
Verdurmen vindt het een complexe vraag en hij zou er een<br />
heel complex antwoord op kunnen geven. Architectuur is<br />
immers meer dan de gevel. Architectuur is ook een uiting van<br />
de tijdgeest, het geheel van denkbeelden en sociaal-maatschappelijke<br />
patronen, en die veranderen nogal eens.<br />
“Als ik het beperk tot het belang voor de stad als geheel,”<br />
begint hij, “dan denk ik dat architectonische kwaliteit toch<br />
afgemeten moet worden aan een houdbaarheidsdatum. Hoe<br />
lang blijft iets goed in het straatbeeld? De weinig spannende<br />
stadsvernieuwingsarchitectuur van de jaren zeventig en tachtig<br />
vinden we nu achterhaald. Evenals de manier waarop toen<br />
de overgangen tussen openbaar domein en privé-gebieden<br />
werden ontworpen. Tegenwoordig worden aardig wat woningbouwcomplexen<br />
uit die periode vervangen. In de jaren vijftig<br />
en zestig zijn in historische binnensteden moderne architectonische<br />
pareltjes gebouwd. Maar je ziet meteen dat ze eigenlijk<br />
niet passen in die historische omgeving, zoals het pand van de<br />
HEMA in Nijmegen bijvoorbeeld, of het Arnhemse stadhuis. In<br />
al deze voorbeelden is de architectuur een sterke uiting van<br />
de toenmalige tijdgeest. Bij elkaar is het een collage van architectuurvormen<br />
en stedenbouwkundige opvattingen. De ruimtelijke<br />
problemen doen zich voor op de raakvlakken tussen<br />
gebieden en gebouwen die onder verschillende tijdgeesten<br />
zijn ontwikkeld. Vandaag de dag ontwerpen architecten in veel<br />
gevallen contextgericht. De relatie tussen het te ontwerpen<br />
gebouw en de omgeving is dan een cruciaal onderdeel van het<br />
kwaliteitsdenken.”<br />
100-monumentenlijst<br />
Noch de Nijmeegse HEMA noch het Arnhemse stadhuis staat<br />
op de lijst van honderd monumenten, gebouwd tussen 1940 en<br />
1958, die minister Plasterk in oktober bekend heeft gemaakt.<br />
Ze zijn te jong. Maar in een volgende ronde moeten ze beslist<br />
een monumentenstatus krijgen, vindt Verdurmen. Wat voor<br />
criteria zou hij zelf eigenlijk aanleggen voor een monumentenstatus?<br />
Verdurmen, hardop nadenkend: “Zeldzaamheid, gaafheid,<br />
architectonische schoonheid, maatschappelijke betekenis,<br />
dat zijn de encyclopedische criteria. Maar daarnaast<br />
vind ik de betekenis belangrijk, die het pand heeft voor het<br />
collectieve geheugen van de stad. De Arnhemse schouwburg<br />
bijvoorbeeld is een lief gebouw, het staat mooi aan die singel.<br />
En hoewel het misschien niet het fraaiste voorbeeld is van<br />
Nieuwe Zakelijkheid uit de jaren dertig, heeft het gebouw voor<br />
heel veel mensen een belangrijke culturele betekenis. Daarom<br />
is het goed om het een goede functie te geven, als de toneelfunctie<br />
verhuist naar het kunstencluster in het Havenkwartier<br />
van Rijnboog. Zodat het gebouw in de ervaring van de stad<br />
een publieke betekenis blijft hebben. Hetzelfde geldt voor<br />
Musis Sacrum. Ik denk dat de gemeente en het projectbureau<br />
Rijnboog die verantwoordelijkheid wel hebben: als die culturele<br />
functies vanaf de rand van het centrum naar één plek<br />
worden gezogen, wat doe je dan op de verlaten locaties?”<br />
Dit is het soort vragen dat CASA als onafhankelijk platform wil<br />
stellen, in workshops, debatten, brainstorms. CASA wil bewustzijn<br />
stimuleren van de kwaliteiten van een gebouw, een gebied