05.09.2013 Views

Download - VOTB

Download - VOTB

Download - VOTB

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

20<br />

• Zeespiegel<br />

De periode van het Tertiair kenmerkt zich door sterke klimaatveranderingen die<br />

grote fluctuaties van de zeespiegel met zich meebrengen. Eerst wordt de bekkendaling<br />

voornamelijk gevuld met mariene zand- en kleilagen. Een in de geotechniek<br />

bekende afzetting uit deze periode is de zogenaamde Boomse Klei, een zeer stijve<br />

mariene klei met pyriet- of markasiet-concreties. Daarna wordt riviersedimentatie<br />

vanuit het oosten steeds belangrijker. Vervolgens heerst er een subtropisch klimaat<br />

met meren, bossen en moerassen. Het gebied wordt vaak door de zee overspoeld.<br />

In de natte bossen en moerassen vindt veenvorming plaats, waaruit later onder<br />

invloed van druk en temperatuur bruinkool wordt gevormd. Deze bruinkool komt<br />

op zeer geringe diepte voor in Zuid-Limburg en net over de grens in Duitsland,<br />

waar de bruinkool in enorme dagbouwmijnen wordt ontgonnen.<br />

Langzaamaan wordt het klimaat koeler, en beginnen de voorlopers van Rijn en<br />

Maas een rol te spelen. Dit proces wordt steeds sterker en dikke pakketten deltasedimenten<br />

vullen het Noordzeebekken op. Tertiaire sedimenten komen in geheel<br />

Nederland onder de oppervlakte voor, en zijn aan de oppervlakte ontsloten in<br />

Oost-Nederland en Zuid-Limburg.<br />

• Mammoeten<br />

In het Kwartair (1,8 miljoen jaar geleden tot heden) wordt de Nederlandse ondiepe<br />

ondergrond zoals we die nu kennen, vorm gegeven. Deze periode staat bekend<br />

om de zeer sterke klimaatwisselingen. Perioden van extreme koude (ijstijden of<br />

glacialen) wisselen zich af met warmere tot zelfs subtropische tussenperioden (tussenijstijden<br />

of interglacialen). Nederland is in het Kwartair een deltagebied, waarin<br />

zowel mariene sedimenten als continentale sedimenten worden afgezet. In het<br />

algemeen kun je zeggen dat in de warme interglacialen zich in Nederland een rijke<br />

vegetatie ontwikkelt, waarin allerlei nu exotische dieren voorkomen, zoals olifanten,<br />

neushoorns, leeuwen en tijgers, nijlpaarden en zelfs apen. In de koudere ijstijden<br />

is het land slechts spaarzaam met vegetatie bedekt.<br />

Na de tweede helft van het Kwartair ontwikkelen zich dieren die goed bestand<br />

zijn tegen de extreme koude, zoals de wolharige mammoet en de wolharige neushoorn.<br />

Vanaf dat moment begint ook de mens zijn stempel op de Nederlandse<br />

flora en fauna te drukken.<br />

• Dikke ijskap<br />

Het eerste deel van het Kwartair heet het Pleistoceen. In deze periode wisselt een<br />

ijstijd zich een aantal malen af met een tussenijstijd. Het landschap van de noordelijke<br />

helft van Nederland is vooral vorm gegeven in een van de koude periodes<br />

van het Pleistoceen, het Saalien (370.000 – 130.000 jaar geleden). In deze koude<br />

ONDERGROND

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!