Tekst - Vlaams Parlement
Tekst - Vlaams Parlement
Tekst - Vlaams Parlement
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
403 (1992-1993) - Nr. 5 [ 12 1<br />
dooi van sommige leden om in deze fase nog overleg te gaan<br />
plegen met de bevoegde ministers van ruimtelijke ordening<br />
en landbouw is daarom niet relevant.<br />
De minister zegt dat de bekrachtiging moet gebeuren op<br />
basis van de vaststelling of het besluit wel degelijk conform<br />
de decretale bepalingen is getroffen. Het moet duidelijk zijn<br />
dat de filosofie van het duinendecreet is, dat er een onmiddellijk<br />
bescherming van het nog resterende duinenareaal<br />
moest komen. Dit wordt mogelijk gemaakt door een bewarende<br />
maatregel, die in overeenstemming met de decreet is<br />
getroffen met het uitvoeringsbesluit van 15 september 1993.<br />
Voorlopig gaat het dus nog steeds over de preventieve fase,<br />
die moet uitlopen in een inventaris die de definitieve bescherming<br />
zal vastleggen.<br />
Een lid vraagt zich daarop af of in de volgende fase de<br />
inventaris ook zal moeten worden bekrachtigd door de<br />
<strong>Vlaams</strong>e Raad. Als dit zo is, dan moet het parlement op de<br />
meest ruime wijze worden ingelicht. Bovendien mag volgens<br />
dit lid de inventaris niet door de centrale overheid van bovenaf<br />
worden opgelegd. De gemeentebesturen moeten er een<br />
zeer verregaande inspraak bij krijgen.<br />
De minister benadrukt nogmaals dat paragraaf 2 van artikel<br />
53 wel degelijk een sterke garantie voor die inspraak<br />
door de gemeentebesturen inhoudt.<br />
Een initiatiefnemer van het duinendecreet legt nog eens<br />
uit wat de verschillende fasen in de bescherming inhouden.<br />
Eerst is er de conservatoire fase. Die hield in eerste instantie<br />
het aannemen van het duinendecreet in. Vervolgens moest<br />
de <strong>Vlaams</strong>e regering een besluit treffen, waarin de terreinen<br />
werden aangeduid waarvoor het bouwverbod geldt. De laatste<br />
stap in deze eerste fase is de bekrachtiging van dit besluit<br />
door de <strong>Vlaams</strong>e Raad, die moet gebeuren op basis van de<br />
vaststelling of het besluit van de regering getroffen is conform<br />
de bepalingen van het decreet. Daarmee is de bewarende<br />
fase afgerond.<br />
We komen dan in de volgende, definitieve fase, waarin de<br />
bescherming wordt vastgelegd. Eerst moet er een openbaar<br />
onderzoek gebeuren waarbij zowel de gemeenten als de eigenaars<br />
van de terreinen waar het bouwverbod geldt, worden<br />
betrokken. In dit onderzoek komt zowel de aanduiding van<br />
de percelen als de schadeloosstelling, zoals die in het decreet<br />
werd bepaald, aan bod. Uiteindelijk komt men dan tot de<br />
inventaris.<br />
Tenslotte wordt door een aantal leden opgemerkt dat de<br />
bekrachtiging enkel kan gebeuren als de <strong>Vlaams</strong>e Raad inderdaad<br />
kan vaststellen of de criteria wel degelijk eenduidig<br />
werden gehanteerd. Het besluit van de regering is genomen<br />
op basis van een uitgebreid rapport van het Instituut voor<br />
Natuurbehoud. Om tot een juist oordeel te komen, is men<br />
van mening dat dit rapport ter beschikking van de Commissie<br />
moet worden gesteld. De wetenschappelijke objectiviteit van<br />
het Instituut voor Natuurbehoud wordt niet in vraag gesteld,<br />
maar de Commissie moet zich daar terdege van kunnen vergewissen.<br />
De minister stemt er mede in dat het bedoelde rapport<br />
aan de leden van de Commissie wordt voorgelegd. Er zal uit<br />
blijken dat de <strong>Vlaams</strong>e regering de voorstellen van het INB<br />
heeft gevolgd, met uitzondering van de terreinen, die door<br />
het INB werden voorgesteld, die buiten de door het decreet<br />
vastgelegde maritieme duinengebied zijn gevallen, zoals eerder<br />
reeds is uitgelegd.