Tekst - Vlaams Parlement

403 (1992-1993) - Nr. 5 126 1
Een lid vraagt wat de zinsnede ,,met een tijdelijke bekrachtiging
wordt de vrees weggenomen voor het ondergraven van
de bewarende maatregel”in de verantwoording betekent.
De indiener van het amendement antwoordt dat dit verwijst
naar de rechtszekerheid. De oospronkelijk bedoelde
decretale bekrachtiging van de bewarende maatregel wordt
nu voor een jaar gegeven.
Dezelfde spreker verduidelijkt dat dit amendement werd
ingediend omdat uit de besprekingen in de Commissie duidelijk
is gebleken dat de Commissie een voorlopige bekrachtiging
wil. Nochtans is het volgens dit lid spijtig dat het openbaar
onderzoek nu pas achteraf zal komen, alhoewel reeds
alle elementen aanwezig zijn om een openbaar onderzoek te
doen. Het ware beter geweest de bekrachtiging pas na dat
onderzoek te doen. Dit amendement moet dus als een tegemoetkoming
worden beschouwd, op voorwaarde dat de minister
een duidelijke toezegging doet dat het openbaar onderzoek
onmiddellijk zal starten en dat er tegelijkertijd duidelijkheid
wordt geschapen over de schadevergoeding die zal moeten
worden betaald. De tijdelijke bekrachtiging geldt tot 31
december 1994, maar dat neemt niet weg dat de gehele procedure
al vroeger kan worden afgerond.
Als de inventaris zal zijn opgemaakt, rekening houdend
met de bezwaren die zullen zijn geopperd bij het openbare
onderzoek, komt de Vlaamse Raad opnieuw in de zelfde
situatie als degene die er nu is. Opnieuw zal de decreetgever
een besluit van de Vlaamse regering moeten bekrachtigen.
De Commissie kan dan beoordelen of het besluit conform is
met de afspraken die hier gemaakt zijn.
Een lid vraagt wat er zal gebeuren als de inventaris niet
klaar is tegen 31 december 1994.
De minister antwoordt dat de decreetgever dan moet oordelen
of de bekrachtiging al dan niet wordt verlengd. Op het
ogenblik dat mocht blijken dat de inventaris niet tijdig klaar
zal zijn, zal er een decretaal initiatief moeten worden genomen.
De indiener van het amendement voegt er aan toe dat het
tijdelijk bekrachtigen van het beschermingsbesluit volledig in
de geest van het duinendecreet ligt. Daardoor wordt immers
de mogelijkheid gegeven om noodzakelijke aanpassingen te
doen.
De vertegenwoordiger van het INB zegt er alle vertrouwen
in te hebben dat de inventaris tijdig klaar zal zijn. Het gaat
niet langer om een inhoudelijke discussie over de grond van
de zaak, maar over een technisch dossier, waarrond de bevoegde
ministers duidelijke afspraken hebben gemaakt.
Een lid zegt dat zijn fractie akkoord is met deze tijdelijke
bekrachtiging op uitdrukkelijke voorwaarde dat er tegen het
einde van 1994 een definitieve regeling is wat de schadevergoeding
aangaat.
De minister is van oordeel dat de diensten van ruimtelijke
ordening tegen dan een volledig beeld zullen hebben over
de te betalen planschade en dat er voorstellen zullen zijn van
hoe die planschade zal moeten worden geregeld.
Een ander lid zegt niet akkoord te kunnen gaan met de
tijdelijke bekrachtiging. Het gevaar van een juridisch vacuüm
is reëel als de inventaris niet tijdig klaar zal zijn. Bovendien
kan worden gevreesd dat de tijdelijke bekrachtiging er aanleiding
zal toe geven om de wetenschappelijk vastgestelde
criteria in vraag te stellen.
Het subamendement van mevrouw Tyberghien-vandenbussche
wordt aangenomen met 8 stemmen voor en 1 tegen.