Onderzoek naar afdoening asielaanvragen Somaliërs sinds ...
Onderzoek naar afdoening asielaanvragen Somaliërs sinds ...
Onderzoek naar afdoening asielaanvragen Somaliërs sinds ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in die zaak voor het eerst bepaalde dat<br />
de motivering van de minister dat de algehele situatie in de hoofdstad Mogadishu niet zo<br />
slecht is dat elke burger gevaar loopt op ernstige schade, ontoereikend was (uitspraak<br />
ABRvS 26 januari 2010, nr. 200905017/1/V2).<br />
Naast de situatie waarin louter de aanwezigheid in dat gebied al een schending van artikel 3<br />
EVRM oplevert, kan de asielzoeker, <strong>naar</strong>mate de gewelds- en mensenrechtensituatie in een<br />
land slechter wordt, met minder individuele aspecten aantonen dat voor hem toch een<br />
schending van artikel 3 EVRM dreigt (ook de ‘glijdende schaal’ genoemd). Dit komt voort uit<br />
jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. In WBV 2009/16 is het<br />
genoemde principe tot op zekere hoogte vermeld, namelijk dat de toets op individuele<br />
gronden van aanvragen van Somalische asielzoekers gerelateerd moet worden aan de<br />
algehele situatie in het land. Het WBV bevat hiervan echter geen nadere uitwerking, behalve<br />
dat de situatie in Zuid- en Centraal-Somalië ‘eerder’ kan leiden tot verlening van een<br />
asielvergunning. In de onderzochte zaken is de toepassing van dit uitgangspunt van de<br />
‘glijdende schaal’ nauwelijks terug te zien. Een voorbeeld hiervan is de bovengenoemde<br />
zaak die tot de Afdelingsuitspraak van 26 januari 2010 leidde. In die zaak stond in elk geval<br />
vast dat het ging om een vrouw (sowieso een kwetsbare groep in Somalië), afkomstig uit<br />
Mogadishu (de stad met bijna voortdurend geweld), die zich bezig hield met activiteiten die<br />
Al-Shabaab onwelgevallig zijn (namelijk qat verkopen). De vraag is of deze individuele<br />
aspecten van de betrokken persoon, in samenhang met de slechte veiligheidssituatie in<br />
Mogadishu, niet toch tot de conclusie had moeten leiden dat zij risico loopt op een<br />
behandeling in strijd met artikel 3 EVRM (daargelaten of zij niet reeds op basis van de<br />
algehele veiligheidssituatie in aanmerking zou moeten komen voor een vergunning). In het<br />
voornemen en de beschikking blijkt op geen enkele manier of en in hoeverre de algehele<br />
situatie in Zuid- en Centraal-Somalië bij de toets op individuele gronden een rol heeft<br />
gespeeld. Wat voornamelijk wordt getoetst zijn de individuele aspecten en de algehele<br />
situatie, maar van een beoordeling van deze twee aspecten in samenhang met elkaar blijkt<br />
niets.<br />
Samenvatting<br />
Van het totaal aantal geanalyseerde dossiers, is in 58,1% het verzoek ingewilligd. Nog altijd<br />
is echter ruim 40% van de aanvragen afgewezen. De afwijzingen zijn nagenoeg altijd<br />
gestoeld op een gebrek aan positieve overtuigingskracht dat van het asielrelaas uitgaat. Aan<br />
het toetsen van de zwaarwegendheid van het relaas kwam de IND in geen enkel geval toe.<br />
Het instrument taalanalyse is slechts in een enkel geval toegepast.<br />
Standaard toetst de IND of de algehele veiligheidssituatie aanleiding geeft tot het verlenen<br />
van bescherming. Volgens de IND is er echter geen sprake van een zodanige mate van<br />
willekeurig geweld, dat een burger bij terugkeer enkel door zijn aanwezigheid een risico loopt<br />
op ernstige schade. De situatie waarin de asielzoeker, <strong>naar</strong>mate de gewelds- en<br />
mensenrechtensituatie in een land slechter wordt, met minder individuele aspecten kan<br />
aantonen dat voor hem toch een schending van artikel 3 EVRM dreigt (ook de ‘glijdende<br />
schaal’ genoemd), komt in de beslissingen in de onderhavige zaken nauwelijks <strong>naar</strong> voren.<br />
5. ANALYSE VAN DE ZAKEN: MINDERHEDEN<br />
In Somalië zijn de Somali-clans traditioneel nomaden. Afwijkend daarvan zijn er<br />
landbouwende Somali-clans die samen de zogeheten Saab vormen en die als minder nobel<br />
worden beschouwd. Daarnaast zijn er nog groepen die van andere etnische afkomst zijn en<br />
van wie de status nog lager is dan die van de Saab. Deze groepen kunnen als minderheden<br />
worden aangeduid (de zogeheten niet-Somali minderheden). Dit zijn onder andere de Reer<br />
Hamar, Bantu, Bajuni en Gaboye.<br />
De etnische minderheden hebben zwaar te lijden onder de gewapende conflicten. Zij zijn<br />
gemakkelijke slachtoffers van mensenrechtenschendingen zoals discriminatie, roof,<br />
<strong>Onderzoek</strong> <strong>asielaanvragen</strong> <strong>Somaliërs</strong>, VluchtelingenWerk Nederland, oktober 2010 Pagina 8 van 27