1 I. HET ENIGE EN EEUWIGE TESTAMENT OF ... - De Evangelist
1 I. HET ENIGE EN EEUWIGE TESTAMENT OF ... - De Evangelist
1 I. HET ENIGE EN EEUWIGE TESTAMENT OF ... - De Evangelist
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
en bloed van Christus. En gelijk slechts in zekere zin en op sacramentele, niet op<br />
vleselijke wijze, de besnijding het Verbond, het lam de voorbijgang is, zo is op<br />
dezelfde wijze de doop de wedergeboorte, en wijn en brood het lichaam van Christus,<br />
dat alle gelovigen in de geest waarlijk eten en drinken. Want de ongelovigen<br />
ontvangen slechts het teken, gelijk de ongelovige Joden de besnijdenis wel deelachtig<br />
werden, zonder echter deel te hebben aan de erfenis van het testament. Niet dat wij de<br />
sacramenten daarom slechts voor ledige en blote tekenen houden; maar slechts het<br />
ware geloof maakt ons de sacramenten recht deelachtig. Want de sacramenten zijn<br />
niet slechts stoffelijke zichtbare dingen, die de uitwendige zintuigen alleen dát<br />
aanbieden, wat men ziet en tast; maar zij zijn ook onzichtbare dingen, sacramenten,<br />
die aan inwendige zintuigen het onzichtbare naar zijn aard aanbieden. Daar echter<br />
onzichtbare dingen alleen door geloof kunnen gevat worden, volgt, dat alleen het<br />
geloof ons recht deelachtig maakt aan de sacramenten, en dat slechts in de geest alleen<br />
zij het lichaam van Christus waarlijk eten, die een waar geloof hebben, niet die het<br />
niet hebben en met Judas het sacrament eten; gelijk ook die alleen het Verbond<br />
deelachtig waren, die, besneden zijnde, door het geloof in het Verbond stonden, en<br />
niet degenen, die alleen besneden waren en geen geloof hadden en in het Verbond niet<br />
volhardden. Want gelijk voor ons de doop en het avondmaal, alzo was de ouden de<br />
besnijdenis en het Paaslam, het lam van de voorbijgang, gegeven. Wat nu echter<br />
verder van de heilige tekenen zou te leren zijn, dat is elders genoegzaam uiteengezet.<br />
Thans willen wij spreken van de Verbondsbrieven.<br />
Tenslotte pleegt men in alle Verbonden of testamenten en legateringen,<br />
Verbondsbrieven of erfbrieven te schrijven en op te maken, waarin men de gehele<br />
handeling te boek stelt, opdat men betrouwbaar getuigenis hebbe van hetgeen is<br />
geschied en ook het komend geslacht wete, wat afgesproken is en wat men de<br />
bondgenoten schuldig is of met welke bevoegdheid en rechten ieder zijn have, erf en<br />
goed bezit. En deze brieven en acten ontvangen ook de naam van de beschreven zaak,<br />
zodat men ze Verbond of testament noemt. Want wij noemen gewoonlijk de<br />
Verbonds- en erf-brieven Verbond en testament, niet daarom dat die brieven (acten)<br />
het Verbond of testament zelf zijn, maar omdat zij getuigen, hoe het Verbond, onder<br />
welke voorwaarden en voor hoe lang het gesloten is; ook hoe de erfenis vermaakt of<br />
wie zij toegewezen is. Hoewel nu de Heere de aartsvaderen geen brieven van het<br />
Verbond of testaments gegeven heeft daar zij de Verbonds-voorwaarden in hun hart<br />
hadden, met Gods Geest daar in geschreven, terwijl zij in het lichaam de uitwendige<br />
besnijdenis droegen, heeft Hij toch voor het volgend geslacht (die het ware geloof en<br />
de bondsartikelen wel van de oerouden, dat is van hun voorvaderen, hadden<br />
ontvangen, maar van dag tot dag vergaten) het Verbond met Zijn eigen vinger in<br />
stenen tafelen geschreven, opdat het duurzaam en eeuwig zou zijn, het aan Mozes<br />
overgegeven en de tafelen Verbondstafelen of testament genoemd, met die bedoeling<br />
en betekenis als nu verklaard is. Ja, opdat niemand er van verstoken zou zijn en het<br />
enige eeuwige Verbond nimmermeer in verachtering en vergetelheid zou geraken bij<br />
de mensen, hoe boos zij ook mochten worden, heeft God in de eerste plaats Mozes,<br />
daarna de profeten, en eveneens de apostelen van onze Heere Jezus Christus bewogen<br />
om van dit enig en eeuwig Verbond grote boeken te schrijven, die wij nog heden ten<br />
dage hebben en die wij Nieuw- en Oud-Testament noemen, die ook ten allen tijde<br />
door alle geleerde godvrezende lieden zo genoemd zijn geworden, daarom dat al die<br />
boeken van niets anders dan van dit Verbond of testament spreken. Want de boeken<br />
van het oude testament beschrijven, hoe God het Verbond met het oude volk, vóór<br />
Christus’ geboorte gehouden heeft, hoe Hij hen heeft welgedaan, hoe Hij hun God is<br />
36