10.09.2013 Views

publicatie downloaden - Erfgoed Utrecht

publicatie downloaden - Erfgoed Utrecht

publicatie downloaden - Erfgoed Utrecht

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

n u m m e r 2 z o m e r 2 0 0 5


i n h o u d<br />

14<br />

Herinneringen aan Kamp Amersfoort<br />

Quod vulgariter...<br />

23<br />

Loenersloot<br />

colofon<br />

Emoties en geschiedenis<br />

9 Monumentopname<br />

12 Heemschut<br />

16<br />

<strong>Erfgoed</strong>dag 2005<br />

26<br />

Zelfmoord<br />

4<br />

van...<br />

aktief<br />

Archieven en kastelen<br />

Gemeente <strong>Utrecht</strong><br />

Nieuwe boeken 32<br />

18<br />

30<br />

10<br />

gm kwadraat is een uitgave van <strong>Erfgoed</strong>huis <strong>Utrecht</strong>, Het <strong>Utrecht</strong>s Archief, de Provinciale Commissie <strong>Utrecht</strong> van de Bond Heemschut en de sec-<br />

ties Cultuurhistorie en Monumenten van de gemeente <strong>Utrecht</strong> en verschijnt 4x per jaar. Het <strong>Utrecht</strong>s Archief Contactpersoon: Nettie Stoppelenburg,<br />

Alexander Numankade 199-201, 3572 KW <strong>Utrecht</strong>, tel. 030-2866611 Provinciale Commissie <strong>Utrecht</strong> Bond Heemschut Contactpersoon: Hein<br />

Kuiper, Mijzijde 49, 3471 GP Kamerik, tel. 0348-401435 Secties Cultuurhistorie en Monumenten van de gemeente <strong>Utrecht</strong> Contactpersoon:<br />

René de Kam, Cultuurhistorie gemeente <strong>Utrecht</strong>, Zwaansteeg 11, 3511 VG <strong>Utrecht</strong>, tel. 030-2863990 Redactie Edwin Maes, Fred Vogelzang en<br />

Jacquelien Vroemen Redactie-adres Herenstraat 28, 3512 KD <strong>Utrecht</strong> Telefoon 030-2343880 Fax 030-2328624 E-mail fsce@erfgoed-utrecht.nl<br />

Internet www.erfgoed-utrecht.nl Grafisch ontwerp Ontwerpkantoor Rotterdam, Marjorie Specht Druk PlantijnCasparie <strong>Utrecht</strong> ISSN 1571-442X<br />

A f b e e l d i n g o m s l a g : H e r a c l i t e s , d i e e e n p o s i t i e v e k i j k o p h e t l e v e n h a d , g e s c h i l d e r d d o o r d e U t r e c h t s e s c h i l d e r J o h a n n e s M o r e e l s e , r o n d 1 6 3 0 .


De zomer is voor veel mensen een tijd van rust en ontspanning, misschien wel van bezin-<br />

ning. In het bedrijf en op kantoor wordt het werktempo een tandje lager geschakeld en<br />

eenmaal op vakantie is er eindelijk tijd om na te denken en al die boeken en tijdschriften te<br />

lezen die op de gevaarlijk wiebelende stapel van ‘nog te bekijken’ terecht zijn gekomen.<br />

G M kwadraat is bij uitstek geschikt om buiten in de zon, aan de rand van het zwembad, te<br />

lezen. Het biedt leerzame ontspanning en een gezonde manier van afkicken van het drukke<br />

werk. Geen schuldgevoel over nietsdoen, want het is ook een beetje ‘werk’. Aan de orde<br />

komen zulke serieuze zaken als zelfmoord, kindersterfte en of onze voorouders wel echt<br />

van hun kinderen hielden; verder instortende kastelen, mislukte foto’s en een geslaagd<br />

project rond Kamp Amersfoort.<br />

Zonder gekheid: we willen onze lezers opnieuw bedanken voor hun enthousiaste reacties<br />

op onze vraag om een kleine bijdrage. Dat maakt het mogelijk om G M kwadraat in stand<br />

te houden en zo ook bij te dragen aan het <strong>Utrecht</strong>se erfgoed. Het volgende nummer kunt<br />

u verwachten vlak voor Open Monumentendag, 10 september, geheel gewijd aan religieus<br />

erfgoed. Ook G M kwadraat zal aan dat thema ruim aandacht besteden. We wensen u een<br />

goede zomer. De redactie


F r e d Vo g e l z a n g<br />

Voel die<br />

T’vryen, dat heeft my ghebrocht in dit lyen / Sal<br />

Al zijn bovenstaande dichtregels geschreven in de zestiende eeuw, de emotie die er uit spreekt<br />

kunnen we feilloos meevoelen. Wie is er niet verliefd geweest om te ontdekken dat de aan-<br />

bedene die gevoelens niet beantwoordde, maar liever in het gezelschap van iemand anders<br />

was? Emoties spelen een belangrijke, misschien wel doorslaggevende rol in het leven van de<br />

mens. Hoeveel historische gebeurtenissen zijn niet tot stand gekomen onder invloed van sterke<br />

emoties?<br />

4 g m k w a d r a a t n u m m e r 2 z o m e r 2 0 0 5


ick haer vryen en sy bemint een ander?<br />

geschiedenis!<br />

De onzekerheid van stadhouder Willem V weerhield<br />

hem ervan de Patriotten tegemoet te komen, waardoor<br />

de beweging steeds radicaler werd. Het gedwongen<br />

aftreden van Willem Aantjes, puur ingegeven door<br />

emotie, het optreden van woedende krakers bij de<br />

kroning van Beatrix, de geschiedenis wordt door<br />

emoties gevormd en, misschien veel meer dan we<br />

beseffen, door emoties gestuurd. Toch houden histo-<br />

rici er weinig rekening mee. Ze proberen op een even-<br />

wichtige en rationele manier verschijnselen en gebeur-<br />

tenissen te verklaren en daarin is vaak geen plaats<br />

voor het emotionele, de gevoelens van mensen. Het<br />

is ook lastig en misschien onbevredigend om iets te<br />

verklaren vanuit een emotie: het druist in tegen ons<br />

verlangen naar houvast, naar logica, naar een duidelijke<br />

zin van het leven. Maar er is nog een groot probleem:<br />

in hoeverre zijn emoties zelf onderdeel van het histori-<br />

sche proces? Met andere woorden: is een emotie door<br />

de eeuwen heen hetzelfde, en ervaren wij dezelfde<br />

emoties in dezelfde omstandigheden als onze voor-<br />

ouders?<br />

Emoties door de eeuwen heen<br />

D e U t r e c h t s e s c h i l d e r<br />

J o h a n n e s M o r e e l s e b e e l d d e<br />

r o n d 1 6 3 0 , v i e r j a a r v o o r<br />

z i j n d o o d , t w e e G r i e k s e w i j s -<br />

g e r e n a f . H e r a c l i t e s , d i e e e n<br />

p o s i t i e v e k i j k o p h e t l e v e n<br />

h a d , e n D e m o c r i t u s , w i e n s<br />

w e r e l d b e e l d d a a r d i a m e t r a a l<br />

t e g e n o v e r s t o n d . H e t i s n i e t<br />

m o e i l i j k o m d i e e m o t i o n e l e<br />

g r o n d h o u d i n g i n z i j n s c h i l d e -<br />

r i j e n t e h e r k e n n e n . D e s c h i l -<br />

d e r i j e n m a k e n d e e l u i t v a n<br />

d e c o l l e c t i e v a n h e t C e n t r a a l<br />

M u s e u m i n U t r e c h t .<br />

De eerste vraag is veel moeilijker te beantwoorden<br />

dan de tweede. De achttiende-eeuwse Engelse filosoof<br />

David Hume zei: ‘De mensheid is zozeer hetzelfde,<br />

5


...pas in de loop van de<br />

achttiende eeuw ontstonden affectieve banden in het gezin:<br />

vader en moeder gingen een meer liefdevolle relatie aan, en de<br />

moederliefde werd ‘uitgevonden’.<br />

in alle tijden en op alle plaatsen, dat de geschiedenis<br />

ons in dit opzicht niets nieuws of vreemds te melden<br />

heeft’. De menselijke natuur is dus in zijn optiek<br />

onveranderlijk. Dat betekent dat woede voor een<br />

middeleeuwer net zo voelde als voor ons, net als liefde,<br />

jaloezie, tevredenheid en angst. Niet iedereen is het<br />

daarmee eens. Sommige historici vinden dat ieder<br />

tijdvak zijn eigen unieke eigenschappen heeft en dat<br />

die omstandigheden dus unieke situaties creëren,<br />

waarbij ook eigen gevoelens passen. Huizinga begint<br />

zijn beroemde Herfsttij der Middeleeuwen met de con-<br />

statering, dat het leven in die tijd veel feller was dan<br />

nu, oftewel de emoties werden veel sterker en directer<br />

gevoeld. De socioloog Norbert Elias ontvouwde al<br />

in 1939 zijn theorie, dat de mensheid een langzaam<br />

proces van beschaving doormaakt. In dat proces leren<br />

we om met onze impulsen om te gaan en onszelf te<br />

beheersen. Het kan haast niet anders dat door die<br />

beheersing onze emoties afstompen: wij slaan er niet<br />

meer direct op als we onze zin niet krijgen, althans<br />

dat gedrag wordt niet getolereerd en we leren dat in<br />

onze jeugd snel af. Zitten we daarom psychologisch<br />

anders in elkaar, voelen we anders?<br />

De historicus Peter Gay heeft in een aantal studies<br />

in de tweede helft van de twintigste eeuw geprobeerd<br />

om de psychoanalyse met geschiedenis te combine-<br />

ren. In zijn Freud voor historici geeft hij voorbeelden<br />

van toepassing van de ideeën van Freud bij historisch<br />

onderzoek. Dit is zijn antwoord op de criticasters van<br />

Freud, die stellen dat diens theorieën tijdgebonden<br />

zijn en hooguit het gedrag en de emoties verklaren<br />

van Weense, joodse huisvrouwen uit de betere standen<br />

rond 1900. Gay probeert juist te laten zien dat met de<br />

psychoanalyse bepaalde irrationele beslissingen en<br />

gedragingen van mensen uit het verleden te verklaren<br />

zijn. Hij haalt bijvoorbeeld een studie naar hekserij<br />

aan, waarin hysterie en andere psychologische afwij-<br />

kingen en adolescentieconflicten een rol spelen.<br />

Impliciet wordt er door Gay vanuit gegaan, dat emoties<br />

van nu toen ook een rol speelden. Maar bestonden<br />

die emoties wel? Een voorbeeld is de moederliefde.<br />

In de jaren ’70 van de vorige eeuw stelden de Franse<br />

historicus Philippe Aries en de Engelsman Edward<br />

Shorter dat er pas in de loop van de achttiende eeuw<br />

affectieve banden ontstonden in het gezin: vader en<br />

moeder gingen een meer liefdevolle relatie aan, en de<br />

moederliefde werd ‘uitgevonden’. Onder invloed van<br />

de Verlichting werd meer nagedacht over kinderen als<br />

aparte wezens, niet als kleine volwassenen die econo-<br />

misch pas later een bijdrage gingen leveren aan het<br />

gezinsinkomen. Door de verbeterde leefomstandig-<br />

heden nam de kindersterfte af en werd de kindertijd<br />

een aparte fase. Door die veranderingen werd het<br />

toen pas mogelijk om van kinderen te gaan houden.<br />

6 g m k w a d r a a t n u m m e r 2 z o m e r 2 0 0 5


Zolang van de meeste zuigelingen een groot aantal<br />

voor de eerste verjaardag al was overleden, was het<br />

emotioneel eenvoudigweg ondoenlijk om liefde in een<br />

baby te investeren. Kortom; liefde voor de zuigeling<br />

was een emotie die voor 1750 nauwelijks bestond.<br />

En omdat die emotie niet bestond, zo stelt Shorter<br />

zelfs, ging men dermate slordig om met kinderen,<br />

dat de kindersterfte daardoor in de hand werd gewerkt.<br />

Niet alle historici waren het daarmee eens: nader<br />

onderzoek bewees dat zowel in historische bronnen<br />

als in gedichten en schilderijen van ver voor die tijd,<br />

liefde voor kinderen en verdriet om de dood van zui-<br />

gelingen voorkwam. De historische bronnen geven<br />

dus geen uitsluitsel. In sommige bronnen wordt<br />

gerept van verregaande wreedheid en onverschillig-<br />

heid jegens kinderen, in andere van traumatisch ver-<br />

driet om het verlies van dierbaren. Zo’n emotie wordt<br />

altijd in (beeld)taal weergegeven en dat heeft zijn<br />

eigen beperkingen. Gebruiken we dezelfde woorden<br />

voor dezelfde gevoelens en hebben die woorden<br />

dezelfde emotionele lading?<br />

Dezelfde plek, hetzelfde gevoel?<br />

Het is dus enorm lastig om na te gaan of onze gevoe-<br />

lens vergelijkbaar zijn met die van onze voorouders.<br />

Gemakkelijker is het om na te gaan of dezelfde omstan-<br />

l i n k s : D e d o m i n e e e n d i c h t e r N i c o l a a s B e e t s b e h o o r d e t o t d e<br />

b e t e r e s t a n d e n e n o o k o p d i t s t a t i e p o r t r e t s t r a a l t h i j g e w i j d e<br />

r u s t u i t . D e m a n w a s e c h t e r z e k e r g e e n g e v o e l l o o s p e r s o o n e n<br />

h e e f t i n z i j n l e v e n v e e l m e e g e m a a k t . A l s j o n g e d o m i n e e b o o d h i j<br />

h u l p b i j e e n c h o l e r a - e p i d e m i e o n d e r a r m e l a n d a r b e i d e r s i n d e<br />

H a a r l e m m e r m e e r, i n z i j n p r i v é l e v e n d r o e g h i j v e l e v r i e n d e n e n<br />

o o k z i j n e e r s t e v r o u w n a a r h u n l a a t s t e r u s t p l a a t s . H i j w a s e e n<br />

v e e l g e v r a a g d s p r e k e r b i j b e g r a f e n i s s e n e n w i s t a l t i j d d e m e n s e -<br />

l i j k e k w a l i t e i t e n v a n d e o n t s l a p e n e n a a r v o r e n t e h a l e n . Fo t o H U A<br />

m i d d e n : D e z e t e k e n i n g v a n R e i n V i n k e l e s u i t 178 9 l a a t z i e n h o e<br />

g r a a f D i r k V I v a n H o l l a n d d e b i s s c h o p o p z i j n k n i e ë n v e r g i f f e n i s<br />

v r a a g t . D e e m o t i e w o r d t u i t g e d r u k t d o o r l i c h a a m s t a a l e n d e h e l e<br />

s i t u a t i e . H e t g e z i c h t v a n d e g r a a f i s n i e t t e z i e n . H e t h a r n a s e n d e<br />

n e e r g e l e g d e w a p e n s o p d e v o o r g r o n d s p r e k e n d a a r e n t e g e n b o e k -<br />

d e l e n . S c h i l d e r s g e b r u i k t e n l a n g e t i j d a t t r i b u t e n o m d e e m o t i o n e l e<br />

l a d i n g v a n h u n a f b e e l d i n g t e b e n a d r u k k e n . Fo t o H U A<br />

r e c h t s : G r a a f T h e o d o o r v a n Ly n d e n v a n S a n d e n b u r g i s o p d i t o l i e -<br />

v e r f p o r t r e t a f g e b e e l d t o e n h i j m i n i s t e r w a s . I n z i j n j e u g d b r a c h t<br />

h i j v e l e m a a n d e n a l l e e n d o o r i n D u i t s e k u u r o o r d e n , v a n w e g e e e n<br />

o o g z i e k t e . H i j w a s e r g e t u i g e v a n h o e e e n m a n z o n d e r v e r d o v i n g<br />

a a n z i j n o g e n w e r d g e o p e r e e r d e n s c h r e e f d a a r o v e r o p l a c o n i e k e<br />

t o o n a a n z i j n z u s t e r s . H i j s t o n d i n h e t g e z i n b e k e n d a l s i e m a n d<br />

d i e v e e l m e e l e v e n b e t o o n d e . M i s s c h i e n w a s m e d e l i j d e n e e n m o t i e f<br />

v o o r d e k e u z e v a n z i j n e e r s t e v r o u w. E l i s a b e t h v a n P e r s i j n d u r f d e<br />

n a u w e l i j k s d e d e u r u i t e n v o e l d e z i c h z o n d e r h a a r m a n a n g s t i g e n<br />

e e n z a a m . H i j z a g d a a r o m a f v a n e e n m a a t s c h a p p e l i j k e c a r r i è r e e n<br />

w i e r p z i c h h e l e m a a l o p d e v e r f r a a i i n g v a n h e t v o o r v a d e r l i j k k a s -<br />

t e e l . P a s n a d e d o o d v a n E l i s a b e t h i n 1 8 6 5 k o n h i j e e n b e s t u u r -<br />

l i j k e l o o p b a a n v o l g e n . Fo t o H U A<br />

digheden dezelfde gevoelens opriepen: dat is namelijk<br />

niet zo. Zo gaan wij op onze vrije dag de natuur in om<br />

daar rust en ontspanning te zoeken. Ontspanning<br />

zocht een romanticus rond 1800 nu juist niet in de<br />

natuur. Voor hem was natuur een aangelegde land-<br />

schapstuin, waarin de hand van God door de mens<br />

was duidelijk gemaakt, of natuur bestond uit overwel-<br />

digende bergketens of woeste oceanen, die hem een<br />

gevoel van het sublieme, het machtige, overstijgende<br />

moesten geven. Hij zocht er dus een bewijs van het<br />

hogere: hetzij als ordenende hand, hetzij als teken van<br />

macht en kracht. En twee eeuwen daarvoor zou dat<br />

romantische gevoel op zijn beurt onbegrepen zijn<br />

gebleven. Goede natuur bestond toen uit een geome-<br />

trisch aangelegde tuin in Franse stijl of vruchtbare<br />

akkers: teken dat het ‘onland’ was getemd en in dienst<br />

was gesteld van de mensheid. Wildernis boezemde<br />

slechts angst in. Omdat we veel minder afhankelijk<br />

denken te zijn van de natuur, maakt dat de emoties<br />

die natuur bij ons oproept fundamenteel verschillend<br />

van de emoties van onze voorouders.<br />

Een ander voorbeeld is wreedheid jegens dieren.<br />

Op een zeventiende-eeuwse kermis werd onder luid<br />

gejoel aan dierenmishandeling gedaan: ganzentrekken,<br />

katknuppelen en berengevechten. Dat waren in onze<br />

7


ogen echter behoorlijk sadistische spelletjes. Een kat<br />

werd tegen een wand gespijkerd en men trachtte het<br />

dier door kopstoten te doden. De kat natuurlijk haalde<br />

het gezicht van zijn aanvaller flink open en dat was<br />

aanleiding voor veel jolijt bij de toeschouwers. Nu zou-<br />

den we ons gegeneerd of zelfs ietwat misselijk van zo’n<br />

tafereel afwenden. Zijn onze gevoelens jegens dieren<br />

veranderd? Nog steeds worden kinderen wel betrapt op<br />

dierenkwellerij en onlangs nog werd iemand in de<br />

Achterhoek gearresteerd die systematisch dieren mis-<br />

handelde. Maar dat wordt beschouwd als uitzondering.<br />

Waarom is die houding veranderd? Aan de ene kant<br />

zijn we gevoeliger geworden, socialer. We houden meer<br />

rekening met elkaars gevoelens en het lijkt er op, dat<br />

we die houding hebben uitgebreid tot dieren. Aan de<br />

andere kant vervullen dieren een andere rol in ons<br />

leven: velen kennen dieren alleen als huisdier, als een<br />

wezen waar we affectie voor voelen. Vroeger kwamen<br />

we dieren tegen in een economische rol: wandelend<br />

voedsel, een lastdier, of om machines aan te drijven.<br />

Het is niet toevallig dat de regels tegen wreedheid<br />

jegens honden voor hondenkarren werden ingevoerd<br />

op het moment dat de auto ingeburgerd raakte. Een<br />

hond was niet meer nodig als trekdier, dus konden we<br />

onze gevoelens vrijuit laten. En denk aan dierlijk voed-<br />

sel. Het is teruggebracht tot een anoniem pakje in de<br />

supermarkt, veel mensen ‘lusten’ geen vlees of vis,<br />

als het teveel op een dier lijkt. Een luxe die we ons nu<br />

gemakkelijk kunnen permitteren.<br />

Ook liefde is zo’n emotie die van ‘plek’ is gewisseld.<br />

De Franse historicus Georges Duby laat zien, dat liefde<br />

in het middeleeuwse huwelijk (zover de bronnen daar<br />

tenminste iets over zeggen) geen rol speelde. Dat kon<br />

ook moeilijk omdat de man werd geleerd zijn vrouw te<br />

Literatuur<br />

- G. Duby, De middeleeuwse liefde en andere essays (Amsterdam 1990)<br />

- P. Gay, Freud voor historici (Amsterdam 1987)<br />

zien als intellectueel zijn mindere, nauwelijks meer dan<br />

een slaaf. De kerk leerde de vrouw bovendien om tijdens<br />

de liefdesdaad zo min mogelijk te voelen en al haar<br />

liefde te richten op God. Tegenover haar man paste<br />

slechts afstandelijke koelheid. De liefde die wij tussen<br />

huwelijkspartners verwachten, werd in die tijd gesubli-<br />

meerd in de hoofse liefde, waarin een onbereikbare<br />

vrouw als object van alle affectie werd gekozen.<br />

Emotionele geschiedenis<br />

Omdat verschillende situaties de mens in de loop<br />

van de geschiedenis emotioneel anders doen reageren,<br />

is de discussie of die emoties in de kern onveranderd<br />

zijn gebleven niet nuttig. Historici bestuderen het ver-<br />

leden en proberen te verklaren of te begrijpen waarom<br />

mensen handelden zoals ze deden. Omdat we dat<br />

vooral met ons verstand doen, ligt het gevaar op de<br />

loer de geschiedenis te beperken tot een rationeel<br />

proces van rationele wezens. Emoties zijn echter min-<br />

stens zo doorslaggevend geweest. Het is voor histori-<br />

ci dus heel belangrijk ruim baan te geven aan die<br />

emoties in de bestudering van het verleden.<br />

Onderzoek dat ikzelf momenteel doe naar het bestuur<br />

van het stadje IJsselstein in de achttiende eeuw maakt<br />

maar al te duidelijk, dat politieke beslissingen min-<br />

stens evenzeer vanuit persoonlijke sym- en antipa-<br />

thieën werden genomen als uit politiek-bestuurlijke<br />

overwegingen. Als we daar geen oog voor hebben,<br />

doen we de geschiedenis enorm tekort en wordt het<br />

verleden ‘onverklaarbaar’. Tegelijkertijd is het van<br />

belang, in het achterhoofd te houden dat onze eigen<br />

emoties in een bepaalde situatie, geen richtsnoer zijn:<br />

de tijdgenoot voelde daar misschien heel anders<br />

over! •<br />

- H.F.M. Peeters, Hoe veranderlijk is de mens? Een inleiding in de historische psychologie (Nijmegen 1994)<br />

- E. Shorter, De wording van het moderne gezin (Baarn 1975)<br />

- P. Spierenburg, De verbroken betovering. Mentaliteitsgeschiedenis van preïndustrieel Europa (Hilversum 1990)<br />

- K. Thomas, Man and the natural world. Changing attitudes in England 1500-1800 (Londen 1983)<br />

D e z e v e n t i e n d e - e e u w s e<br />

U t r e c h t s e s c h i l d e r P a u l u s B o r<br />

t e k e n d e h i e r z i j n d r i n k e b r o e r s ,<br />

d e z o g e n a a m d e B e n t v u e g h e l s ,<br />

m e t B a c c h u s i n h e t m i d d e n .<br />

D e v r o l i j k h e i d s p a t e r v a n a f .<br />

Fo t o To m H a a r t s e n ,<br />

O u d e r k e r k a / d A m s t e l ,<br />

c o l l e c t i e B o y m a n s - v a n<br />

B e u n i n g e n R o t t e r d a m .<br />

8 g m k w a d r a a t n u m m e r 2 z o m e r 2 0 0 5


De Monumentopname<br />

van...<br />

Henk Berendsen is Universitair Hoofddocent<br />

aan de Faculteit Geowetenschappen, Universiteit <strong>Utrecht</strong>.<br />

Slopen of bewaren?! Is een actieve werkvorm die de afdeling Cultuur & School van het <strong>Erfgoed</strong>huis al enkele<br />

jaren met succes gebruikt in het voortgezet onderwijs. De redactie van GM 2 wil graag weten hoe deze<br />

opdracht uitgevoerd wordt door de mensen die verstand van monumenten (zouden moeten) hebben.<br />

Het meest favoriete monument<br />

Het Leersumse Veld en omgeving is een van de mooiste landschappen<br />

in <strong>Utrecht</strong>. De afwisseling van duinen, heidevelden, en bossen op korte<br />

afstand maakt dit gebied landschappelijk zeer aantrekkelijk. Vrijwel overal<br />

kan vrij gewandeld worden, behalve in het broedseizoen, wanneer de omge-<br />

ving van de meertjes in het Leemsumse Veld is afgesloten. Ook geologisch<br />

en cultuurhistorisch is het een interessant gebied. De stuifzandgebieden,<br />

met plaatselijk nog stuivende duintjes, zijn grotendeels ontstaan na de<br />

Middeleeuwen, mede als gevolg van het afplaggen van de vroegere heide-<br />

velden. Op sommige plaatsen (‘Breedeveen’) kwam zelfs oorspronkelijk<br />

veen voor, dat ontstond door kwelwater vanuit de <strong>Utrecht</strong>se Heuvelrug.<br />

Dit veen is thans allemaal verdwenen. Op de plaats waar vroeger het veen<br />

lag, zijn later duintjes ontstaan. Door middel van grazende kuddes koeien<br />

en het kappen van bomen wordt een deel van het gebied ‘open’ gehouden.<br />

Zou een monument moeten worden<br />

Het open weidegebied in het Groene Hart van de Randstad is uniek in de<br />

wereld. Oorspronkelijk was het een ondoordringbare wildernis van moe-<br />

rasbos, maar sinds de cope-ontginningen in de late Middeleeuwen is het<br />

een grote open vlakte, die vrijwel uitsluitend in gebruik is als grasland.<br />

Het gebied is rijk aan weidevogels. Voor grootschalige recreatie is het<br />

niet geschikt, en dat moet ook vooral zo blijven. Helaas worden de oor-<br />

spronkelijke hoogteverschillen tussen oude rivierlopen (stroomgordels)<br />

en venige komgebieden in toenemende geëgaliseerd, en ook door opruk-<br />

kende bebouwing en omzetting van grasland in akkerland (maïs) wordt<br />

het unieke karakter van het gebied in toenemende mate bedreigd. Op<br />

landelijk niveau worden de kwaliteiten van het gebied nog steeds sterk<br />

ondergewaardeerd. De hoogste tijd voor bescherming op grote schaal:<br />

niet een verzameling postzegels, maar een aantal aaneensluitende cope-<br />

ontginningen, zonder horizonvervuiling van bedrijven en steden!<br />

Als dit zou kunnen worden verwijderd<br />

Leidsche Rijn mag van mij onmiddellijk worden afgebroken. Niet alleen<br />

vanwege de hoogst ongelukkige ligging en slechte ontsluiting, maar<br />

vooral ook vanwege de afzichtelijke architectuur, de saaiheid van de<br />

bebouwing, en het volledig ontbreken van enige structuur. Kennelijk<br />

wordt er rond <strong>Utrecht</strong> bij voorkeur gebouwd zonder ook maar op eniger-<br />

lei wijze rekening te houden met de cultuurhistorie van het landschap.<br />

Het spenderen van grote bedragen aan archeologisch onderzoek als<br />

‘doekje voor het bloeden’ is geen geldig excuus om een landschap dat<br />

in meer dan 1000 jaar is ontstaan binnen enkele tientallen jaren op een<br />

onherstelbare wijze plat te walsen. Mijn advies: ga er niet heen, tenzij u<br />

er iets belangwekkends te zoeken heeft, hetgeen ik mij nauwelijks kan<br />

voorstellen.<br />

9


J a c q u e l i e n Vr o e m e n<br />

Onderwijsproject brengt geschiedenis van Duits gevangenenkamp tot leven<br />

Hebben er ook kinderen in dit kamp gezeten? Wat gebeurde er als je bewoog tijdens<br />

het strafappèl? Zijn er ook wel eens mensen ontsnapt uit het kamp? Groep 7 van<br />

basisschool De Vallei uit Leusden vuurt vele vragen af op de gids tijdens hun bezoek<br />

aan Kamp Amersfoort. Van de antwoorden worden ze soms even stil: er zijn op deze<br />

plek in het bos een hoop akelige dingen gebeurd.<br />

Relatief weinig mensen weten dat er tijdens de Tweede<br />

Wereldoorlog bij Amersfoort een Duits gevangenenkamp<br />

was. Kamp Amersfoort, door de Duitsers officieel<br />

Polizeiliches Durchgangslager Amersfoort genoemd,<br />

was een doorgangskamp. De meeste gevangenen wer-<br />

den hiervandaan doorgestuurd naar andere kampen in<br />

Duitsland of Nederland. Mensen die opgepakt waren<br />

vanwege het ontduiken van de Arbeitseinsatz werden<br />

veelal te werk gesteld in Duitsland. Er hebben in Kamp<br />

Amersfoort minstens 35.000 mensen (vooral mannen)<br />

gevangen gezeten. Ten minste 20.000 van hen zijn door-<br />

gestuurd naar andere kampen. In het kamp zelf zijn<br />

minimaal 675 mensen omgekomen: doodgeschoten<br />

door de Duitsers of omgekomen door honger of ziekte.<br />

De gevangenen moesten tijdens hun verblijf zwaar werk<br />

verrichten, zowel op als buiten het terrein. Daarnaast<br />

moesten ze vele straffen en vernederingen ondergaan en<br />

kregen ze nauwelijks te eten. Voor velen van hen was dit<br />

het voornaamste kenmerk van het kamp: de voortduren-<br />

de honger, die de mensen verzwakte, hun wil brak en<br />

onderlinge solidariteit deed wegsmelten. Daar kwam bij<br />

dat de gevangenen door de bewakers, net als in andere<br />

Duitse kampen, tegen elkaar werden uitgespeeld.<br />

Bepaalde gedetineerden (joden, helpers van vervolgden)<br />

moesten harder werken, kregen meer en zwaardere straf-<br />

fen en (nog) minder te eten. Anderen (strafgijzelaars na<br />

1943) mochten hun eigen kleding en bezittingen<br />

houden, in tegenstelling tot de ‘gewone’ gevange-<br />

nen die werden kaalgeschoren en gekleed gingen<br />

in oude Nederlandse uniformen. Sommige<br />

gevangenen kregen leidinggevende functies als<br />

bijvoorbeeld zaaloudste, waarin ze gedwongen<br />

waren hun medegevangenen hard aan te pakken;<br />

enkelen kweten zich daarbij erg enthousiast van<br />

hun taak, wat de sfeer onderling niet verbeterde.<br />

Hoe breng je een dergelijk beladen en gecompli-<br />

ceerd verleden over aan kinderen van 11, 12 jaar?<br />

Ter gelegenheid van zestig jaar bevrijding heeft<br />

Kamp Amersfoort het <strong>Erfgoed</strong>huis gevraagd<br />

nieuw lesmateriaal voor het basisonderwijs te<br />

ontwikkelen. Daarbij stonden twee wensen cen-<br />

traal. Ten eerste moest de geschiedenis van het kamp<br />

tastbaarder worden voor de kinderen. Van het kamp zelf<br />

is bijna niets meer over: een originele wachttoren, de<br />

appèlklok met klokkenstoel; er is een gedenkplaats die<br />

herinnert aan de appèlplaats, een stukje nagebouwde<br />

bunkercel, de schietbaan. Het kamp is getransformeerd<br />

tot monument, een omgeving die op zichzelf weinig<br />

voedsel geeft aan de verbeelding.<br />

Ten tweede wilde het kamp dat duidelijk naar voren zou<br />

komen, dat er veel verschillende soorten gevangenen om<br />

1 0 g m k w a d r a a t n u m m e r 2 z o m e r 2 0 0 5


aan Kamp Amersfoort<br />

veel verschillende redenen gevangen hebben gezeten.<br />

De afdeling <strong>Erfgoed</strong>educatie heeft een project ontwikkeld<br />

met acht fictieve personages, die symbool staan voor<br />

groepen gevangenen, zoals een jood, een verzetsman/<br />

communist, een zwarthandelaar, een Jehova’s Getuige,<br />

een strafgijzelaar. De personages worden geïntroduceerd<br />

in een stripverhaal, waarin een opa zijn kleinkind vertelt<br />

over zijn jeugd in Amersfoort, toen hij zelf 11 was: ‘Vertel<br />

eens van die plek in het bos’, heet het verhaal niet voor<br />

niets. Weinig mensen wisten en weten wat er zich op die<br />

plek allemaal heeft afgespeeld. Onderzoek aan voorwer-<br />

pen uit een leskoffer brengt de personages verder<br />

tot leven. Daarna gaat de klas naar het kamp.<br />

Hier ‘vertellen’ de gevangenen op verschillen-<br />

de plekken, hoe het leven daar voor hen was.<br />

Terug op school vertelt de leerkracht hoe<br />

het met verschillende groepen gevangenen<br />

is afgelopen. Het project eindigt positief:<br />

in het onderdeel ‘lichtpuntjes in donkere<br />

tijden’ krijgen de leerlingen voorbeelden van positieve<br />

dingen die in de oorlog en het kamp gebeurd zijn: er<br />

was een ‘goede bewaker’, mensen hebben brood uitge-<br />

deeld aan gevangenen, anderen waren solidair met de<br />

joodse stadgenoten. De leerlingen denken na over wat je<br />

zelf kunt doen in zulke moeilijke omstandigheden. Het<br />

project wordt afgesloten met een creatieve verwerking.<br />

In woord of beeld brengen de leerlingen hun gevoel bij<br />

het kamp tot uiting. De kunstuitingen kunnen later in<br />

het kamp worden tentoongesteld.<br />

Het project is in april getest door leerlingen van groep 7<br />

van basisschool De Vallei uit Leusden. Zowel docent als<br />

leerlingen waren enthousiast. Het stripverhaal bood een<br />

stevige ondergrond waarop de leerkracht verder kon<br />

bouwen. De leerlingen vonden het spannend om de<br />

voorwerpen te onderzoeken, zoals een Russische uni-<br />

formknoop, een zelfgemaakt mes of een boek waar een<br />

radio in verstopt heeft gezeten. De grondige voorberei-<br />

ding wierp zijn vruchten af: gids Joop Mijnders was<br />

onder de indruk van de voorkennis en de interesse van<br />

de leerlingen.<br />

Alle leerlingen krijgen aan het begin van het project een<br />

mooi uitgevoerd boekje, waarin behalve het stripverhaal<br />

en een plattegrond van het kamp, ook foto’s en teksten<br />

staan die ze later zelf nog eens kunnen bekijken of laten<br />

zien aan ouders en familie. •<br />

(foto’s: Eut van Berkum fotojournalistiek, tekeningen:<br />

Lysbeth Zeinstra). Meer info op www.kampamersfoort.nl<br />

1 1


M a a r t e n L e m m e n s<br />

Er kunnen velerlei steekhoudende redenen<br />

zijn waarom er in een bepaalde omgeving<br />

bijgebouwd of juist afgebroken moet worden.<br />

aktief<br />

www.heemsc<br />

Wederopbouw in afbraak<br />

Jarenlang werd veel zogenaamde ‘wederopbouw-<br />

architectuur’, bouwwerken die verrezen tussen 1945<br />

en 1960, afgedaan als fantasieloos en lomp. Van die<br />

in ijltempo uit de grond gestampte betonkolossen<br />

werd de afbraak eerder toegejuicht dan betreurd.<br />

Zeker, over de artistieke waarde van veel van de<br />

bouwwerken kan worden getwist, en veel ondertussen<br />

gesloopte gebouwen zullen door weinig mensen worden<br />

gemist. Dat neemt niet weg dat in de naoorlogse jaren<br />

tal van bouwwerken zijn ontworpen en gebouwd die<br />

wel degelijk van blijvende waarde zijn.<br />

Begin dit jaar werd een commissielid van Heemschut<br />

benaderd door een comité bestaande uit bewoners<br />

van de huizen in en rond de Kortenaerstraat in<br />

Amersfoort. De wijk bestaat voor een groot deel uit<br />

woningen die in de jaren vijftig zijn gebouwd. Omdat<br />

in omliggende wijken druk werd gesloopt waren de<br />

bewoners bang dat hun woningen hetzelfde lot<br />

beschoren zou zijn. Als commissie vonden we deze<br />

wijk alleszins het behouden waard. Ook al bestonden<br />

er nog geen concrete sloopplannen, we besloten toch<br />

het zekere voor het onzekere te nemen. Heemschut<br />

vroeg in een brief B&W van Amersfoort opheldering<br />

over de gemeentelijke plannen. Gelukkig leverde dat<br />

een bemoedigend resultaat op: de gemeente liet<br />

weten een grootscheeps onderzoek te laten uitvoeren<br />

naar wederopbouwarchitectuur. Hopelijk zal dit de<br />

monumentale status van de wijk vergroten en daar-<br />

mee het belang om deze te behouden.<br />

Heemschut<br />

Een nieuw ‘hart’ voor Bilthoven<br />

Door J. van Doorn, Bilthoven<br />

In Bilthoven bestaan al jaren plannen om het centrum<br />

te moderniseren. Het betreft drie plangebieden, te<br />

weten het Stationsgebied, Centrum Julianalaan met de<br />

Vinkenlaan en het winkelcentrum de Kwinkelier.<br />

De gemeentelijke regie van de realisatie van de plannen<br />

stelt ons zeer teleur. Recentelijk heeft de gemeente-<br />

raad het plan voor de Kwinkelier aangenomen. Door<br />

protesten van de bevolking werd de hoogte van een<br />

daarin opgenomen torenflat aangepast aan de hoogte<br />

van de er tegenovergelegen flats uit de jaren ’70. Ook<br />

bij dit plan en het plan voor de Julianalaan zien wij de<br />

zogenaamde landmarks (woontorens van tien verdie-<br />

pingen en hoger) verschijnen. Deze dienen enkel en<br />

alleen om de benodigde hoeveelheid appartementen<br />

in onder te brengen die het plan realiseerbaar moeten<br />

maken.<br />

Bij het plan Julianalaan/Vinkenlaan, zijn er zelfs twee<br />

van deze landmarks geprojecteerd. Indien deze plannen<br />

worden uitgevoerd ligt de weg open voor de ontwikke-<br />

laar van het stationsgebied, te weten NS Vastgoed,<br />

om het huidige plan met vier bouwlagen drastisch te<br />

verhogen. Bilthoven heeft dan een centrum dat volle-<br />

dig gedomineerd wordt door hoogbouw, waardoor het<br />

dorpse karakter geheel verdwijnt. Heemschut schaart<br />

zich achter de bezwaren die door de inmiddels opge-<br />

richte inwoners iniatiefgroep Vinkenplein zijn inge-<br />

diend en zal de ontwikkelingen op de voet volgen.<br />

1 2 g m k w a d r a a t n u m m e r 2 z o m e r 2 0 0 5


hut.nl/utrecht<br />

Landelijke Heemschutdag 17 september<br />

Ieder jaar organiseert Bond Heemschut voor haar<br />

leden en andere monumentenminnenden een dag-<br />

excursie naar enkele bezienswaardige bouwwerken.<br />

Voor de jaarlijkse ledenexcursie op zaterdag 17 sep-<br />

tember a.s. hebben we deze keer gekozen voor<br />

Nationaal Park <strong>Utrecht</strong>se Heuvelrug en het Kromme<br />

Rijngebied. Het thema sluit aan op dat van de lande-<br />

lijke Open Monumentendag, ‘Religie’ en het ‘Jaar van<br />

het kasteel’.<br />

Dat betekent dat u in de gelegenheid wordt gesteld<br />

een aantal kastelen en kerken te bezoeken die slechts<br />

zelden of nooit voor bezoek geopend zijn. Precieze<br />

locaties zijn op dit moment nog niet te geven, maar<br />

we kunnen u verzekeren dat de te bezoeken gebouwen<br />

meer dan de moeite waard zullen zijn. Ook landschap-<br />

pelijk zijn beide gebieden zeer interessant.<br />

In het herfstnummer informeren wij u uitgebreid over<br />

het programma en de verschillende (deel)excursies.<br />

Tevens vermelden wij hoe u zich kunt inschrijven.<br />

Duidelijk is nu al dat 17 september een datum is die<br />

u in uw agenda moet vrijhouden!<br />

J u l i a n a l a a n B i l t h o v e n e n r e c h t s k a s t e e l S a n d e n b u r g<br />

In kort bestek<br />

Spijkhuisje in Harmelen in ere hersteld<br />

Deze zomer zal het Zocher-theehuisje ’t Spijck na<br />

vijf jaar onderhandelen met diverse gemeenten (her-<br />

indeling), de provincie en het rijk eindelijk worden<br />

gerestaureerd en herplaatst bij kasteel Harmelen.<br />

Onze gelukwensen aan alle vrijwilligers die zich<br />

hebben ingezet om tot dit mooie resultaat te komen.<br />

Meer informatie vindt u op www.tuinhuis-spijck.nl<br />

Nieuwbouwplannen Stadhuis Vianen bijgesteld<br />

Bij het ter perse gaan van dit nummer hoorden we<br />

dat de gemeente de nieuwbouwplannen waarvan we in<br />

het vorige nummer melding maakten, heeft gewijzigd.<br />

In hoeverre het de plannen nu wel acceptabel maakt is<br />

momenteel nog niet te zeggen. Voor actuele informatie<br />

verwijzen we u naar onze website. •<br />

Wilt u reageren, dan kunt u schrijven naar onze secretaris, dhr. H. Kuiper, Mijzijde 49, 3471 GP, Kamerik of mailen naar kuiper.duijnker@wxs.nl.<br />

Of bezoek onze website op www.heemschut.nl/utrecht. U kunt ook bellen naar ons landelijk kantoor op 020- 622 52 92.<br />

1 3


N e t t i e S t o p p e l e n b u r g<br />

Moersbergen wordt voor het eerst vermeld in 1435,<br />

als het <strong>Utrecht</strong>se Domkapittel Steven van Sleen<br />

beleent met ‘de timmeringhe Maersbergen’. Steven<br />

van Sleen is naar alle waarschijnlijk de bouwer van<br />

het kasteel geweest. Na zijn overlijden in 1457 werd<br />

zijn kleinzoon Bartholomeus van den Wael heer van<br />

Moersbergen. De oudste stukken uit het archief van<br />

het huis Moersbergen dateren uit de tijd van<br />

Bartholomeus en zijn zoon Dirk.<br />

Archieven<br />

2005 is het jaar van het kasteel. In Het<br />

<strong>Utrecht</strong>s Archief zijn vele archieven van<br />

kastelen, huizen en heerlijkheden te vin-<br />

den. Eén daarvan is het archief van het<br />

huis Moersbergen in Doorn.<br />

De laatste Van den Wael op Moersbergen was Adolph<br />

van den Wael, die het kasteel in 1592 erfde. Adolph<br />

raakte betrokken bij de twisten tussen de remonstran-<br />

ten en de contra-remonstranten. Hij koos partij voor<br />

de remonstranten, vluchtte in 1618 naar kasteel<br />

Mierevelt in het sticht van Munster maar werd<br />

opgepakt door ruiters van prins Maurits. Nadat hij<br />

samen met Van Oldenbarneveldt en andere partij-<br />

genoten was veroordeeld, diende hij een verzoek om<br />

gratie in. Hij kwam er vanaf met zes jaar verbanning.<br />

Adolph van den Wael en zijn echtgenote Occa van<br />

den Clooster hadden slechts één kind, een dochter,<br />

Catharina. Zij was rond 1612 geboren. In 1636 kozen<br />

haar ouders voor haar een bruidegom, de rijke oude<br />

Gelderse edelman Reinier van Raesfeldt. Maar<br />

Catharina was verliefd op Johan van Oostrum, de rit-<br />

meester van de familie. Zij weigerde om met Reinier<br />

van Raesfeldt te trouwen. Haar ouders dreigden haar<br />

te onterven en verboden haar contact te hebben met<br />

de ritmeester. Catharina en Johan van Oostrum wis-<br />

selden via Catharina’s kamenier brieven uit. Ze maak-<br />

ten een afspraak om plannen te bespreken om onder<br />

het huwelijk met Van Raesfeldt uit te komen. Op een<br />

avond zwom Johan van Oostrum de gracht over om<br />

zijn geliefde te ontmoeten in de tuin van het slot.<br />

Maar de honden sloegen aan en Adolph van den Wael<br />

ontdekte de plannen van het paar. Het gevolg was,<br />

dat Catharina in haar kamer werd opgesloten en haar<br />

ouders besloten haast te maken met het huwelijk. Ze<br />

bedachten het plan om Catharina een rijtoer te laten<br />

maken die moest eindigen bij haar bruidegom. Maar<br />

de kamenier hoorde van het plan en waarschuwde<br />

Johan van Oostrum. Op de middag van de rijtoer<br />

stond Johan van Oostrum met vijf andere ruiters<br />

langs de route die Catharina en haar moeder volgden.<br />

Zij brachten de koets tot stilstand en zo werd<br />

Catharina geschaakt. Johan bracht haar naar het huis<br />

van zijn moeder. Uiteindelijk stemde Catharina’s<br />

vader in met een huwelijk en zo werd Johan van<br />

Oostrum heer van Moersbergen.<br />

In 1707 verkocht Catharina Maria van Oostrum<br />

Moersbergen aan Cornelis de Boodt. Diens dochter<br />

Cornelia huwde Johan Daniël d’Ablaing. Tot 1897 bleef<br />

Moersbergen in handen van de familie d’Ablaing.<br />

Het archief van het huis Moersbergen werd in 1947<br />

in bewaring gegeven bij het Rijksarchief in <strong>Utrecht</strong><br />

(nu: Het <strong>Utrecht</strong>s Archief) door het Provinciaal<br />

<strong>Utrecht</strong>s Genootschap. Het bevat veel charters die te<br />

maken hebben met de eigendomsrechten van delen<br />

van het landgoed. Er zijn ook diverse archiefstukken<br />

over het beheer van het landgoed zoals de houtbouw,<br />

de duiventil, de molen en de aanleg van de tuin rond<br />

het huis. De inventaris van het huis Moersbergen is<br />

via de website van Het <strong>Utrecht</strong>s Archief te raadplegen.<br />

Moersbergen is tegenwoordig eigendom van Het<br />

<strong>Utrecht</strong>s Landschap. De Stichting Het <strong>Utrecht</strong>s<br />

Landschap werd op 9 maart 1927 opgericht met<br />

als doel het behoud van het landschappelijk schoon.<br />

Ook het archief van de Stichting Het <strong>Utrecht</strong>s Land-<br />

schap is in bewaring bij Het <strong>Utrecht</strong>s Archief. Het<br />

bevat notulen van het bestuur, correspondentie,<br />

propagandamateriaal en vooral veel archiefmateriaal<br />

betreffende de taakuitvoering van de stichting.<br />

Het landgoed Moersbergen is toegankelijk, maar het<br />

kasteel wordt bewoond en is niet te bezichtigen. •<br />

1 4 g m k w a d r a a t n u m m e r 2 z o m e r 2 0 0 5


en kastelen<br />

Uiteindelijk stemde Catharina’s vader in met een huwelijk en<br />

Johan van Oostrum werd heer van Moersbergen.<br />

D e z e a n o n i e m e t e k e n i n g v a n r i d d e r h o f s t a d M o e r s b e r g e n r o n d 1 6 5 0 i s t e v i n d e n i n h e t U t r e c h t s R i d d e r h o f s t e d e n b o e k ,<br />

é é n v a n d e t o p s t u k k e n v a n H e t U t r e c h t s A r c h i e f ( TA 1 1 1 9 ) .<br />

Het <strong>Utrecht</strong>s Archief toont in het kader van het kastelenjaar een selectie uit<br />

de vele tekeningen, prenten en foto’s van <strong>Utrecht</strong>se kastelen en landhuizen<br />

In Het <strong>Utrecht</strong>s Archief is een kleine expositie van tekeningen uit het Ridderhofstedenboek van het Sticht te zien.<br />

Deze tekeningen in Oost-Indische inkt werden rond 1650 gemaakt door een onbekende kunstenaar. Op deze expositie zijn<br />

de tekeningen te zien van het Huys te Jutfaes, Drakenburgh, Den Ham, Hindersteyn, Oudaen, Amelisweert, Mijdrecht,<br />

Moersbergen, Drakesteyn, het Huys te Nesche, Montfoort en een panorama van stad en kasteel Wijck te Duerstede.<br />

Op www.hetutrechtsarchief.nl treft u in de rubriek webexposities een digitale tentoonstelling aan over het landleven op<br />

een aantal buitenplaatsen op de <strong>Utrecht</strong>se Heuvelrug in de negentiende en begin twintigste eeuw. U ziet foto’s van de<br />

buitenplaats Schaerweyde in Zeist, huis Eyckenstein bij De Bilt, huis Den Treek en huis Amerongen.<br />

Literatuur<br />

- Marc Laman, Doorn. Geschiedenis en architectuur. Monumenten-inventarisatie provincie <strong>Utrecht</strong>. (Zeist, 1995).<br />

- W. Graadt van Roggen, ‘Politiek en romantiek op Moersbergen’, in: Historia 14 (1949), p. 206-216.<br />

Websites<br />

www.utrechtslandschap.nl en www.kasteleninutrecht.nl<br />

1 5


J o o s t C o x<br />

S t a d s r e c h t o o r k o n d e v a n U t r e c h t ,<br />

i n 1 1 2 2 u i t g e v a a r d i g d d o o r k e i z e r H e n d r i k V.<br />

De aanleiding tot het samenstellen van dit reperto-<br />

rium, of eigenlijk deze ‘stadsrechtencyclopedie’, was<br />

de viering van 750 jaar stadsrechten van Alkmaar in<br />

2004. Het was de bedoeling van de auteur dit stads-<br />

recht te plaatsen in de bredere context van de stads-<br />

rechtverleningen in de Nederlanden in die periode.<br />

Er bleek heel veel materiaal beschikbaar van de afzon-<br />

derlijke stadsrechten maar een (wetenschappelijk)<br />

totaaloverzicht ontbrak. Wel was er het hoofdstuk<br />

De stadsrechten dat dr. Unger in 1923 samenstelde ten<br />

behoeve van de Geschiedkundige atlas van Nederland.<br />

Als praktisch vertrekpunt voor zijn onderzoek heeft de<br />

auteur dit hoofdstuk genomen. Op basis daarvan zijn<br />

eind 2003 in eerste instantie alle betrokken archieven<br />

aangeschreven met het verzoek een zestal vragen te<br />

beantwoorden en indien mogelijk alle relevante infor-<br />

matie met betrekking tot de te raadplegen bronnen en<br />

de te verwerken literatuur aan te leveren. De respons<br />

was fantastisch: vrijwel alle instellingen – en dat waren<br />

er vele tientallen – reageerden binnen 2 á 3 maanden<br />

met allerhande materiaal variërend van enkele kopieën<br />

‘Quod vulgariter<br />

Een mooier motto dan deze titel: ‘wat gewoonlijk<br />

stadsrecht wordt genoemd’ is er eigenlijk niet<br />

voor het binnenkort te verschijnen Repertorium<br />

van de stadsrechten in Nederland. De titel<br />

is afkomstig uit de stadsrechtoorkonde van<br />

Amersfoort van 1259 en is ook de subtitel van<br />

het repertorium.<br />

van artikelen tot complete boekwerken en/of tijdschrif-<br />

ten. Op basis van die geweldige hoeveelheid informatie<br />

heeft vervolgens vanaf februari 2004 een uitgebreid<br />

onderzoek per ‘stad’ plaatsgevonden, waar nodig ook<br />

in de desbetreffende archieven. Tevens heeft met tal<br />

van historici en archivarissen nader overleg, soms per<br />

stad, soms per streek, plaatsgevonden, uiteindelijk<br />

resulterende in een beschrijving per plaats aan de hand<br />

van een aantal standaardgegevens in een ‘format’.<br />

Het onderzoek leverde een overzicht op van 220 plaat-<br />

sen in Nederland met ‘stedelijke rechten’. Van de 186<br />

plaatsen van Unger zijn er maar liefst 68 gewijzigd voor<br />

wat betreft de datering van de stadsrechtverlening (dan<br />

wel het ‘stad-zijn’) terwijl vier van de daarin opgeno-<br />

men plaatsen afvielen omdat zij toch geen stadsrech-<br />

ten bleken te hebben zoals bijvoorbeeld Cuijk.<br />

In het repertorium, dat als nummer 33 in de reeks<br />

Werken van de Stichting tot uitgaaf der bronnen van het<br />

Oud-Vaderlands Recht zal verschijnen, is in hoofdstuk I<br />

tevens een korte beschrijving gegeven van het fenomeen<br />

stad, de stadsrechtverlening, de ‘hoofdvaart’ en het<br />

stadszegel. Bovendien is een uitgebreide steden-<br />

bibliografie opgenomen, en is ten slotte alles ‘in kaart’<br />

gebracht. De ‘stadsrechtelijke’ situatie in de huidige<br />

provincie <strong>Utrecht</strong> ziet u op bijgaande kaart. <strong>Utrecht</strong><br />

kent een hoge ‘stadsdichtheid’: 17 steden waarvan<br />

<strong>Utrecht</strong> (1114 - 1122) veruit de oudste stad is en<br />

Austerlitz (1806) de jongste en zonder enige twijfel<br />

de meest curieuze! Wat opvalt is dat boven de lijn<br />

Rhenen – <strong>Utrecht</strong> – Vreeland alle steden door de lands-<br />

heer, de bisschop van <strong>Utrecht</strong>, zijn bevoorrecht, terwijl<br />

onder die lijn – in het rivierengebied – juist de graaf<br />

van Holland dan wel diverse ‘stadsheren’ als stads-<br />

recht verleners actief zijn geweest (met uitzondering<br />

1 6 g m k w a d r a a t n u m m e r 2 z o m e r 2 0 0 5


statreighte nuncupatur’<br />

van het bisschoppelijke Oudewater). Niet toevallig gaat<br />

het hier om eeuwenlang ‘betwist’ gebied! Het repertori-<br />

um biedt ook een overzicht van de oudst bewaarde<br />

zegels per stad, en ook daar staat <strong>Utrecht</strong> hoog geno-<br />

teerd: de oudst bewaarde zegelafdruk van een<br />

Nederlandse stad is van <strong>Utrecht</strong> uit 1227, terwijl bekend<br />

is dat de stad al in 1196 over een eigen zegel beschikte.<br />

Stadsrechtjubilea worden steeds populairder, en<br />

worden ook steeds uitgebreider gevierd: dit jaar vieren<br />

onder meer Bolsward, Goes, Monnickendam, Steenwijk<br />

en Weesp hun zoveelhonderdjarige stadsrechten<br />

(variërend van 550 tot 750 jaar). En Amersfoort is al<br />

bezig met de voorbereiding van 750 jaar stadsrechten<br />

in 2009 (hoewel ze volgens dit repertorium al oudere<br />

Drs. J.C.M. Cox (1955) is gemeentesecretaris van Alkmaar. Hij publiceerde eerder ‘En bracht de schare tot kalmte’<br />

Bespiegelingen over de gemeentesecretaris door de eeuwen heen, ’s- Gravenhage 1997; ‘De poer ters der stede van Alcmair<br />

goeder tierlijc toe ghenegen’ – Stadsrecht Alkmaar – 11 juni 12 54, Alkmaar 2003; ‘Onse heerlijcke Stadt-Huys binnen<br />

Alckmaer’- De geschiedenis van het stadhuis van Alkmaar, Alkmaar 2004. Hij werkt momenteel aan een proefschrift (UvA)<br />

over de stadsrechtverleningen in de landsheerlijke periode in de Nederlanden.<br />

stadsrechten moeten hebben gehad!). De algemene<br />

belangstelling voor geschiedenis neemt steeds meer<br />

toe, vooral ook wanneer het concrete, herkenbare his-<br />

torie is zoals de geschiedenis van je eigen plaats. De<br />

bedoeling van deze uitgave is nadrukkelijk niet alleen<br />

ten dienste te staan van wetenschappelijk onderzoek<br />

en onderwijs maar ook gebruikt te worden door die-<br />

genen die geïnteresseerd zijn in de geschiedenis van<br />

hun stad of provincie.<br />

Het repertorium verschijnt begin juni a.s. en wordt<br />

uitgegeven door VNG Uitgeverij te ’s-Gravenhage<br />

(ISBN 90-322-7983-1). Op de site www.stadsrechten.nl<br />

is bovendien de nodige ‘stadsrechtelijke’ informatie te<br />

vinden. •<br />

1 7<br />

S t a d s r e c h t v e r l e n i n g e n i n d e p r o v i n c i e U t r e c h t .


E d w i n M a e s<br />

Als er in ons land de laatste jaren een onderwerp bijzonder actueel is, dan is dat<br />

wel de discussie rond euthanasie en hulp bij zelfdoding. Tegenwoordig benadert<br />

men zelfmoord in toenemende mate vanuit een perspectief van keuzevrijheid en<br />

rationaliteit. Dat lag vroeger heel anders. Zo keurde kerkvader Augustinus in<br />

de vierde eeuw zelfmoord volledig af en werd in ons land nog tot het eind van<br />

de achttiende eeuw tegen de dode lichamen van zelfmoordenaars strafrechtelijk<br />

geprocedeerd.<br />

een historische verkenning<br />

o n d e r : D e g a l g v a n A m e r o n g e n a f g e b e e l d o p d e t e r u g g e v o n d e n f u n d a m e n t e n . r e c h t s : T i t e l p l a a t v a n d e e e r s t e i n d e<br />

N e d e r l a n d s e t a a l g e s c h r e v e n v e r h a n d e l i n g u i t 1 6 6 0 o v e r z e l f m o o r d : P r o p h y l a c t i c u m v i t a e o f t e B e s c h e r m i n g e d e s L e v e n s<br />

t e g e n s S e l f s m o o r d e r y e , i n g e s t e l t d o o r S i m o n O o m i u s . O p d e p l a a t w o r d e n v e r s c h i l l e n d e m a n i e r e n v a n z e l f m o o r d v e r b e e l d .<br />

Zelf<br />

1 8 g m k w a d r a a t n u m m e r 2 z o m e r 2 0 0 5


Hoewel Nederland wat betreft het euthanasiedebat in<br />

vergelijking met de ons omringende landen een voor-<br />

hoedepositie vervult, is er juist in tegenstelling tot die<br />

landen weinig historisch onderzoek gedaan naar het<br />

zelfmoordvraagstuk. Er zijn slechts enkele voorbeel-<br />

den te noemen en het gaat daarbij vooral om sociaal-<br />

psychiatrisch of statistisch-sociologisch onderzoek<br />

Engeland steekt er wat historische <strong>publicatie</strong>s betreft<br />

met kop en schouders bovenuit. Daar is ook een his-<br />

torische verklaring voor te geven. Werd er in het calvi-<br />

nistische Nederland nauwelijks aandacht geschonken<br />

aan de grote zonde die zelfmoord was, in Engeland<br />

ontstond er in de achttiende eeuw, mede door de aan-<br />

dacht die de op sensatie beluste kranten aan zelfdo-<br />

dingen besteedden, grote publieke bezorgdheid. Dit<br />

ging zo ver dat in de achttiende eeuw zelfmoord gold<br />

als ‘The English Malady’, de Engelse ziekte. Een ande-<br />

re verklaring ligt wellicht in het feit dat in Nederland<br />

in 1809 officieel bij wet de strafvervolging tegen zelf-<br />

moordenaars werd afgeschaft, in tegenstelling tot<br />

Engeland waar nog tot 1961 zelfdoding bij wet straf-<br />

baar was. Zo vormen de strafrechtelijke stukken, maar<br />

ook de kranten, rijke bronnen voor historisch onder-<br />

zoek. De Engelse studies laten zien dat onderzoek<br />

zeer vruchtbaar kan zijn en dat de zedelijke waarde-<br />

ring van zelfmoord in de loop der eeuwen aan veran-<br />

dering onderhevig is geweest.<br />

Zelfmoord en straf<br />

Vanaf de vroegchristelijke tijd zag men zelfmoord als<br />

de meest onherroepelijke zonde, omdat berouw per<br />

definitie onmogelijk was. Het was de duivel die de<br />

wanhopige vaak tot de daad verleidde. De lijken van<br />

zelfmoordenaars kregen daarom geen christelijke<br />

begrafenis en mochten niet in gewijde aarde worden<br />

begraven. De wereldlijke overheden bekrachtigden<br />

met wetten de opvattingen van de kerk. Zo kon tegen<br />

de dode lichamen van zelfmoordenaars strafrechtelijk<br />

worden geprocedeerd. In een <strong>Utrecht</strong>s vonnis uit 1533<br />

tegen een vrouw die zelfmoord had gepleegd lezen we<br />

bijvoorbeeld ‘dat men dat doode lichaam sleypen sal<br />

op een horde opte Noede en werpen ’t op ’t vuyr ende<br />

verbernen ’t tot asse’.<br />

Deze publieke strafvervolging stond overigens niet<br />

op zichzelf en zal tijdgenoten niet hebben verontrust.<br />

naar zelfdoding in Nederland in de afgelopen eeuw. Zo werden tot het eind van de negentiende eeuw<br />

moord<br />

1 9


‘dat men dat doode lichaam sleypen<br />

en werpen ’t op ’t vuyr ende<br />

zichtbaar voor iedereen misdadigers ter dood gebracht<br />

en gepijnigd. De zielloze en verminkte lichamen bracht<br />

men vervolgens over naar galgenvelden buiten de<br />

stadsmuren waar ze ‘ten Afschrick ende Exempele’<br />

bleven hangen tot er weinig meer van over was.<br />

In bronnen vinden we over de gruwelijke wijze van<br />

terechtstellen van zelfmoordenaars, tot het midden<br />

van de achttiende eeuw nauwelijks afkeurende klan-<br />

ken. Integendeel, men stemde vaak in met de straf-<br />

rechtelijke maatregelen.<br />

De verhandelingen die in Nederland over zelfmoord<br />

werden geschreven kwamen vooral van theologische<br />

zijde en keurden zelfmoord af. De bekende zeventien-<br />

de-eeuwse <strong>Utrecht</strong>se hoogleraar G. Voetius maakte in<br />

zijn in 1667 uitgegeven ‘De homicidio et laesione sui<br />

ipsius’, onderscheid in zelfmoord in ruimere zin en in<br />

engere zin. Alleen zij die zich ‘rechtstreeks’ en vrijwil-<br />

lig van het leven beroofden waren zelfmoordenaars en<br />

vonden in Voetius’ ogen geen genade. Anders gesteld<br />

was het met hen die zich ‘gedrongen’, toevallig, onwe-<br />

tend of uit krankzinnigheid doodden. De aanduiding<br />

zelfmoordenaar was volgens Voetius niet op hen van<br />

toepassing.<br />

Was er sprake van ‘vrijwillige’ zelfmoord, dan dreigde<br />

in veel gevallen confiscatie van goederen. Een derge-<br />

lijk vonnis werd ook uitgesproken over Jan Peterss.<br />

die in 1539 te <strong>Utrecht</strong> door ophanging zelfmoord<br />

pleegde. ‘Alle t welcke quade wercken zyn des crysten<br />

geloofs ende dairomme nyet weerdich en is voer een<br />

cryste mensch geacht en gehouden te worden dan als<br />

een hont ende ongelovich, heeft daeromme de Schout<br />

(…) geconcludeert, dat die voirs. Jan Peterss. nyet weer-<br />

dich en is gebracht te worden doer den doere en inganck<br />

van den huys, daer hy inne gegaen en gecomen is, dan<br />

dat men maecken sal een gat in den want des huys voirt<br />

en sleepen hem dairdoer als een hont en voerts geleyt te<br />

worden op een hordde ende daermede hem sleepen onder<br />

’t gerecht ende bedecken hem aldaer onder die aerde als<br />

een hont en die goederen geconfisqueert te worden.’<br />

Het laatste redmiddel voor de nabestaanden om toch<br />

te kunnen erven, was dus om aan te tonen dat bij de<br />

zelfmoord krankzinnigheid in het spel was. Soms kon<br />

men de verbeurdverklaring afkopen voor een ‘kleyne<br />

penning’. Vooral vooraanstaande families met ‘goede<br />

contacten’ wisten rechtbanken nog wel eens te ‘overtui-<br />

gen’. Nabestaanden van minder bedeelden vervielen<br />

veelal tot de bedelstaf. In het geval van Jan Peterss.<br />

werd het gezin ook publiekelijk te kijk gezet door de<br />

openbare strafvoltrekking. Er werd een gat in de muur<br />

naast de voordeur van het woonhuis gemaakt (door<br />

naderhand het gat in de muur weer dicht te metselen,<br />

werd de terugkeer van de kwade geest van de zelf-<br />

moordenaar verhinderd). Het lijk werd hierdoor naar<br />

buiten getrokken en vervolgens aan een touw door<br />

2 0 g m k w a d r a a t n u m m e r 2 z o m e r 2 0 0 5


sal op een horde opte Noede<br />

verbernen ’t tot asse’.<br />

de straten naar de galg gesleurd. Deze ontering van<br />

het lijk was het middel om de zelfmoordenaar te<br />

degraderen tot on-mens, letterlijk tot een beest, dat<br />

iedere menselijke aanspraak ontzegd werd. Het lichaam<br />

van de zelfmoordenaar vond uiteindelijk zijn ‘laatste<br />

rustplaats’ hangende aan de galg of het werd daaron-<br />

der begraven. In sommige gevallen waarbij de ‘veroor-<br />

deelde’ postuum werd verhangen of in een mikke<br />

gezet (zijn hoofd hing dan in een gaffel), nodigde<br />

men omstanders uit om het lijk toe te takelen. Als het<br />

lang genoeg had gehangen, werd het in de nacht in<br />

alle stilte bij een kruising van wegen begraven. In de<br />

Engelse historische studies lezen we dat er bij som-<br />

mige gevallen zelfs een paal door het lichaam werd<br />

geslagen. Dit om te voorkomen dat de zelfmoorde-<br />

naar zou herrijzen aan het einde der tijden.<br />

Deze straffen raakten na de zeventiende eeuw geleide-<br />

lijk in onbruik en straffen werden niet altijd in al hun<br />

kracht toegepast. Zo was de straf die in 1730 aan de<br />

Leersumse Lysbet Aerts werd opgelegd naar verhou-<br />

ding uiterst mild. Aerts pleegde zelfmoord door met<br />

een scheermes haar keel door te snijden, ze werd ‘by<br />

avondt en in alle stilte in een slegte kist’ begraven.<br />

Er waren geleidelijk ook geluiden te horen waarin met<br />

afkeur gesproken werd over de onmenselijke straf<br />

tegen zelfmoord en het verdriet van de nabestaanden.<br />

Een zekere Boele schreef al in 1713 ‘waarom de lig-<br />

haamen derzulken, die zigzelven van kant helpen op<br />

een horde gesleept en aan een mik gehanghen…zal<br />

men dan vrouw, kinderen of vrienden, die smaad en<br />

schande nog daarenboven aandoen. Is het voor haar<br />

geen smerte of droefheid genoeg, dat zulks voorge-<br />

vallen is’. Toch werden nog tot 1794 in Nederland<br />

(Amsterdam) onterende straffen op het lijk van een<br />

zelfmoordenaar toegepast.<br />

Tegen het einde van de achttiende eeuw verdwenen<br />

in een aantal Westeuropese landen de strafbepalingen<br />

tegen zelfmoord en werd zelfmoord steeds vaker<br />

gezien als het gevolg van een geestesziekte. Verlichte<br />

denkers gaven een theoretische onderbouwing van<br />

het recht op zelfmoord, terwijl in romans de zelf-<br />

moorddaad werd gesentimentaliseerd.<br />

E e n a a n t a l s p e c t a c u l a i r e s p r o n g e n<br />

v a n h e t ‘ L o n d o n M o n u m e n t ’ l e i d d e<br />

h a l v e r w e g e d e n e g e n t i e n d e e e u w<br />

t o t u i t g e b r e i d e d i s c u s s i e s i n d e<br />

E n g e l s e p e r s o v e r d e o o r z a k e n v a n<br />

z e l f m o o r d . U i t : B . T. G a t e s , V i c t o r i a n<br />

S u i c i d e ( P r i n c e t o n 1 9 8 8 ) .<br />

Gedurende de negentiende eeuw vond niet alleen een<br />

ingrijpende verandering plaats in de kijk op, maar ook<br />

in de omgang met zelfmoord. De zelfmoordenaar<br />

werd niet langer meer alleen als zondaar of misda-<br />

diger gezien, maar in de eerste plaats als een ziek<br />

mens. In de psychiatrie ging men al spoedig zelf-<br />

moord en geestesziekte onder één noemer plaatsen.<br />

De oude ethische visie op zelfmoord werd gedurende<br />

de negentiende eeuw vervangen door een nieuwe<br />

wetenschappelijke benadering. Wat bleef waren de<br />

gevoelens van verdriet, woede, falen maar ook schande<br />

voor de familie. Zelfmoord werd halverwege de negen-<br />

2 1


tiende eeuw ook statistisch zichtbaar, aangezien bij<br />

overlijden een doodsoorzaak moest worden vastgesteld.<br />

Omdat door de verbeterde hygiëne en medische zorg<br />

andere doodsoorzaken afnamen, sprong een doods-<br />

oorzaak als zelfdoding veel meer in het oog. Maar er<br />

was ook een andere kant. Toen de <strong>Utrecht</strong>se politie<br />

aan het eind van de negentiende eeuw een aantal<br />

maal constateerde dat patiënten van het <strong>Utrecht</strong>se<br />

krankzinnigengesticht ‘het Willem Arntzshuis’ door<br />

verdrinking (lees: zelfmoord) in de Singel om het<br />

leven waren gekomen, was daarover in de jaarversla-<br />

gen van het krankzinnigengesticht niets terug te vinden.<br />

De patiënten stierven een natuurlijke dood of naar<br />

aanleiding van een ziektebeeld. Zelfmoorden zouden<br />

het gesticht een slechte naam kunnen bezorgen en<br />

daarom zweeg men in alle toonaarden en nabestaan-<br />

den deden daar vaak aan mee.<br />

Vervolg<br />

In deze korte historische verkenning komt de twintig-<br />

ste eeuw niet meer aan bod. Over deze periode zijn in<br />

Literatuur<br />

- Anton van Hooff, ‘Van wilsdood tot zelfmoord. Een geschiedenis van suïcide’, Spiegel Historiael, nr. 3, jrg. 33 (maart 1998) 80-91.<br />

- H.G. Jelgersma, Galgebergen en galgevelden (Zutphen 1978).<br />

- N. Speijer, Het zelfmoordvraagstuk. Een samenvattend overzicht van de verschillende aspecten van de zelfmoord (Arnhem 1969).<br />

- Lieven Vandekerckhove, Van straffen gesproken. De bestraffing van zelfdoding in het oude Europa (Tielt 1985).<br />

- A. J. van der Weyde, ‘Over begraafplaatsen en begraven in het bijzonder te <strong>Utrecht</strong>’, Jaarboekje Oud-<strong>Utrecht</strong> (1930) 85-113.<br />

l i n k s : Tw e e s p o t t e k e n i n g e n v a n<br />

d e o p h a n g i n g v a n e e n z e l f m o o r d e n a a r<br />

i n d e m i k k e , r e s p e c t i e v e l i j k d a t e r e n d<br />

u i t 1 5 6 2 e n 1 5 6 3 .<br />

U i t : L i e v e n Va n d e k e r c k h o v e ,<br />

Va n s t r a f f e n g e s p r o k e n ( T i e l t 1 9 8 5 ) .<br />

m i d d e n : O m s l a g v a n e e n v a n<br />

d e t a l r i j k e E n g e l s e h i s t o r i s c h e<br />

p u b l i c a t i e s o v e r z e l f m o o r d .<br />

o n d e r : Ve r s l a g v a n e e n z e l f m o o r d<br />

i n e e n E n g e l s e k r a n t u i t 1 8 3 9 .<br />

Nederland verscheidene <strong>publicatie</strong>s verschenen. Gaan<br />

we echter verder terug in de tijd dan is er een leemte.<br />

De gerechtelijke archieven bieden een schat aan infor-<br />

matie die wellicht ook nog vele openstaande vragen<br />

kunnen beantwoorden. Hoe wisten bijvoorbeeld de<br />

gegoede families de rechtbanken te overtuigen dat er<br />

geen confiscatie plaatsvond van het familiebezit en<br />

welke ‘vergoeding’ stond daar tegenover? Kwam de<br />

openbare bestraffing van zelfmoordenaars regelmatig<br />

voor? Welke economische gevolgen had een bestraf-<br />

fing voor de nabestaanden en hoe reageerde de om -<br />

geving? In hoeverre speelde bijgeloof een rol in de<br />

aard van de bestraffing? Kortom, het onderwerp roept<br />

veel vragen op en de archieven wachten geduldig om<br />

geraadpleegd te worden. •


M a r i e B a a r s p u l<br />

E s t h e r To b é<br />

<strong>Erfgoed</strong>dag 2005<br />

Elke anderhalf jaar organiseert het <strong>Erfgoed</strong>huis <strong>Utrecht</strong> een <strong>Erfgoed</strong>dag. Zo’n dag is<br />

bedoeld als ontmoetingspunt voor alle mensen in de provincie, die zich professioneel of<br />

als vrijwilliger, met erfgoed bezig houden. Dat zijn mensen uit de museumwereld, uit de<br />

archieven, leden van historische verenigingen, liefhebbers van monumenten en landschap<br />

en natuurlijk beleidsmedewerkers van provincie en gemeenten.<br />

Dit jaar vond de dag plaats op Slot Zuylen. Die plaats<br />

was gekozen vanwege het Belle van Zuylen jaar (200<br />

jaar geleden stierf deze schrijfster, die onlangs nog<br />

werd uitgeroepen tot Belangrijkste <strong>Utrecht</strong>er) en<br />

omdat 2005 het Jaar van het Kasteel is. Het Jaar van<br />

het Kasteel werd voor de provincie <strong>Utrecht</strong> op diezelf-<br />

de <strong>Erfgoed</strong>dag geopend.<br />

Iedere <strong>Erfgoed</strong>dag kent behalve vermaak, dit jaar<br />

bestaande uit kleine concerten met muziek van Belle<br />

van Zuylen en tijdgenoten, en moderne varianten<br />

daarop, aangevuld met optredens van Het Salet,<br />

dat de bezoekers toonde hoe Belle en haar bezoek<br />

zich twee eeuwen geleden kleedden en de maaltijd<br />

gebruikten, ook een instructief onderdeel. Er waren<br />

workshops over het Verdrag van Malta, over<br />

<strong>Erfgoed</strong> op het Internet, samenwerking tussen erf-<br />

goedinstellingen in de Vechtstreek en de zogenaam-<br />

de Walkshop.<br />

2 3


Op de <strong>Erfgoed</strong>dag 2005 konden de deelnemers in en<br />

rond Slot Zuylen kennismaken met ‘rondleidappara-<br />

tuur’. Inmiddels zijn er diverse mogelijkheden op dit<br />

gebied beschikbaar. Het <strong>Erfgoed</strong>huis bracht de vier<br />

belangrijkste typen van dit moment bij elkaar.<br />

Walkshop<br />

Vier bedrijven presenteerden zich in de ‘Walkshop’,<br />

zoals deze interactieve workshop op het programma<br />

werd aangeduid. ESPRO Holland presenteerde een<br />

luistertour met de audioguide, GuideID voorzag in<br />

een multimediatour met PDA (Personal Digital<br />

Assistant of handcomputer), Hawkeyes bood een<br />

wandeling met GPS (Global Positioning System) en<br />

Visual Text kwam met een tour per mobiele telefoon.<br />

Voor de eerstgenoemde drie apparaten leverde<br />

<strong>Erfgoed</strong>huis <strong>Utrecht</strong> de inhoud aan, mede om zelf<br />

meer inzicht te krijgen in de werking van de systemen.<br />

Daarnaast registreerde het <strong>Erfgoed</strong>huis de ervaringen<br />

van de deelnemers. Een korte weergave vindt u hier-<br />

onder.<br />

De voorbereiding<br />

De ervaringen van het <strong>Erfgoed</strong>huis met het voor-<br />

bereiden van de audiotour, multimediatour en GPS-<br />

wandeling waren zeer positief. De drie bedrijven<br />

leverden service op maat, terwijl goed werd geluisterd<br />

naar de wensen van de klant. Het zelf maken van de<br />

audiotour was veel werk maar betrof een uitzonde-<br />

ring: dit wordt normaal gesproken geheel door ESPRO<br />

gedaan. Het gebruiksvriendelijke invoersysteem van<br />

GuideID werd gevuld met tekst en beeld uit de website<br />

Collectie <strong>Utrecht</strong>. De invoer van coördinaten voor de<br />

GPS-wandeling lieten we echter over aan de specialist<br />

van Hawkeyes.<br />

De mobiele telefoontour is buiten het <strong>Erfgoed</strong>huis<br />

samengesteld, waardoor we weinig zicht hebben op<br />

de kenmerken van het systeem.<br />

De dag zelf<br />

<strong>Erfgoed</strong>dag 2005<br />

Wellicht ingegeven door de zware regen- en hagel-<br />

buien koos meer dan de helft van de deelnemers<br />

Wat is een ESPRO Audioguide?<br />

De audio-apparaten worden als een mobiele telefoon<br />

aan het oor gehouden of met koptelefoon gebruikt.<br />

De gebruiker kiest zelf zijn informatiemomenten<br />

door nummers in te toetsen. Naast de eenvoudige<br />

MyGuide is er het geavanceerde systeem ExSite,<br />

met mogelijkheden als geleide audiotours, infrarood,<br />

synchronisatie, statistieken en interactie. Integratie<br />

van stem, muziek en geluidseffecten geeft de sfeer<br />

van de locatie optimaal weer.<br />

www.espro.com<br />

Wat is GuideID?<br />

Met de PDA en een koptelefoon maken bezoekers<br />

een tour op locatie, bijvoorbeeld een monument of<br />

tentoonstelling. Onderweg geeft het apparaat visu-<br />

ele en auditieve informatie, waaronder (gesproken)<br />

tekst, muziek, foto’s, video en polls. De gebruiker<br />

kiest voor verdieping via zijn touch screen. Het mul-<br />

timedia tour-systeem GuideID biedt erfgoedinstellin-<br />

gen een toegankelijk invoersysteem. GuideID levert<br />

de noodzakelijke apparatuur en kan ook voorzien in<br />

content(redactie) en diensten van partners.<br />

www.GuideID.com<br />

voor de multimediatour – de enige die zich binnen,<br />

in het kasteel afspeelde. Twaalf mensen trotseerden<br />

de weergoden en wandelden buiten met een audio-<br />

Wo r k s h o p i n e e n r o n d v a a r t b o o t<br />

2 4 g m k w a d r a a t n u m m e r 2 z o m e r 2 0 0 5


Wat is een wandel-GPS?<br />

Dit navigatie-apparaat maakt contact met satel-<br />

lieten, waardoor de gebruiker overal op aarde zijn<br />

plaats kan bepalen. Door middel van waypoints,<br />

posities op de weg, is elke gewenste route op<br />

de kaart in werkelijkheid te lopen met het GPS-<br />

apparaat als wegwijzer. Elk punt op aarde heeft<br />

namelijk zijn eigen, unieke positie (coördinaat).<br />

Nadat de waypoints-coördinaten van een route<br />

zijn ingevoerd, leidt het GPS-apparaat de wande-<br />

laar daarlangs.<br />

www.hawkeyes.nl<br />

Wat is Talk to me!?<br />

Talk to me! cultuurroutes geven routeaanwijzingen<br />

en informatie (visueel/auditief) via de mobiele<br />

telefoon. Dit werkt met mobiel internet: i-mode,<br />

gprs en umts. Een aantal routes staat ook op<br />

‘gewoon’ internet.<br />

www.talktomenl.nl<br />

tour, een GPS of een mobiele telefoon. Bij terug-<br />

komst in de tent vulden de meeste deelnemers<br />

een evaluatieformulier in.<br />

Gebruiksgemak<br />

Wat betreft gebruiksgemak scoorden de audiotour<br />

en de handcomputer het hoogst. Hoewel voor het<br />

overgrote deel van de gebruikers de handcomputer<br />

een nieuw medium was, ondervond niemand proble-<br />

men bij de bediening. Geroemd werden het touchs-<br />

creen, de eenvoudige menu’s en de overzichtelijke<br />

indeling van de toetsen. De bediening van de mobiele<br />

telefoon bleek toch wel enige handigheid te vereisen.<br />

Het GPS-apparaat was ook voor bijna iedereen nieuw,<br />

maar werd als redelijk gemakkelijk in het gebruik erva-<br />

ren. Wel merkte een van de deelnemers op dat zonder<br />

bril de informatie op het beeldschermpje wat moeilijk<br />

te lezen was.<br />

P a u l a v a n P a r i j s s p e e l t ‘ B e l l e ’<br />

Individuele ervaring<br />

Digitale toepassingen als vervanging voor een gids<br />

werden door de deelnemers aan de Walkshop zowel<br />

in positieve als negatieve zin genoemd. Enerzijds is<br />

het fijn dat men met een audiotour of een handcom-<br />

puter in eigen tempo kan wandelen, anderzijds miste<br />

men toch het persoonlijke contact met een ‘levende<br />

rondleider’. Met name de mogelijkheid om vragen te<br />

stellen werd gemist.<br />

De meerwaarde van nieuwe media<br />

Prettig aan de audiotour vonden wandelaars onder<br />

meer het luisteren als zodanig – waarbij volop rond-<br />

gekeken kan worden – en de zelfgekozen verdieping.<br />

Een handcomputer biedt de mogelijkheid beeld en<br />

geluid te combineren. De deelnemers in het kasteel<br />

vonden dat de aangeboden informatie ook werkelijk<br />

de ervaring van het bezoek verrijkte. Zo was een<br />

mevrouw in het bijzonder gecharmeerd van het luis-<br />

teren naar een fragment uit een roman van Belle van<br />

Zuylen tijdens het bekijken van de voorouderportretten<br />

in Slot Zuylen. Soms benemen de visuele mogelijkhe-<br />

den echter wel het zicht op de authentieke objecten,<br />

stelt een aantal deelnemers. Het gevaar bestaat dat<br />

je meer naar het beeldscherm dan naar de omringen-<br />

de ruimte kijkt.<br />

GPS voegde duidelijk iets toe aan de wandeling buiten<br />

omdat ‘je er zelf iets voor moet doen’. Door dit actieve<br />

karakter voelden de deelnemers zich meer betrokken<br />

bij de wandeling. Toch merkten sommigen ook op dat<br />

door dit ‘puzzelaspect’ het erfgoed om hen heen af en<br />

toe wat op het tweede plan kwam te staan.<br />

Tevreden<br />

Terugkijkend is het <strong>Erfgoed</strong>huis – ondanks het tegen-<br />

vallende weer – tevreden over het Walkshop-experiment.<br />

We gaan zeker bekijken hoe rondleidsystemen en de<br />

voorlichting daarover in de toekomst een rol kunnen<br />

spelen bij onze ondersteuning van <strong>Utrecht</strong>se erfgoedinstellingen.<br />

•<br />

2 5


F r e d Vo g e l z a n g<br />

Een gesprek met gedreven bouwhistorici in opleiding<br />

Loenersloot<br />

onder<br />

Constantijn Veder en Henry van der Wal volgen de H BO+ studie bouwhistorie en restauratie.<br />

De tweejarige opleiding trekt vooral mensen uit de monumentenwereld, zoals medewerkers<br />

van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg, het Nationaal Restauratiefonds en bijvoorbeeld<br />

de Monumentenwacht, de organisatie waar Veder werkt, of particuliere bouwhistorische<br />

onderzoeksbureaus zoals Vlaardingerbroek-Wevers, de werkgever van Van der Wal. De stu-<br />

denten volgen niet alleen colleges maar gaan ook regelmatig op werkbezoek in monumenten<br />

om ter plekke informatie te verzamelen.<br />

Zo wordt een stevige basis gelegd van bouwhistorisch<br />

inzicht en monumentenkennis. Als afstudeerproject<br />

wordt een gebouw diepgaand onderzocht. Veder en<br />

Van der Wal kozen voor kasteel Loenersloot.<br />

2005 is uitgeroepen tot het Jaar van het Kasteel.<br />

Doelstelling van dat jaar is onder meer aandacht vra-<br />

gen voor het behoud van de kastelen, en van de tuinen<br />

en parken die de kastelen vaak omgeven. Wat er komt<br />

kijken bij het beheren van een middeleeuws kasteel<br />

wordt geïllustreerd met kasteel Loenersloot, lange tijd<br />

particulier bezit en nu in eigendom van een stichting.<br />

Loenersloot<br />

Kasteel Loenersloot stamt uit het midden van de<br />

dertiende eeuw, toen de grote ronde toren werd<br />

gebouwd. Althans, zo’n datering komt goed overeen<br />

met het steenformaat dat in de toren is gebruikt.<br />

De toren maakte ooit deel uit van een veelhoekige<br />

ringmuur, waarbinnen later, ergens in de veertiende<br />

eeuw, een rechthoekig zaalgebouw verrees. Dat gebouw<br />

van bijna 24 m lengte en een breedte van 9,5 m bezat<br />

ooit twee trapgevels. Later werd haaks hierop nog een<br />

tweede vleugel gebouwd. Het huis is in de zeventien-<br />

de eeuw, nadat de Spaanse oorlogsdreiging verleden<br />

tijd leek, verbouwd tot een aangenaam woonhuis.<br />

Nadat het kasteel in het midden van de achttiende<br />

eeuw van eigenaar wisselde, werd het nogmaals<br />

2 6 B i j z o n d e r e k a p c o n s t r u c t i e ( f o t o : Ve d e r e n Va n d e r Wa l )<br />

g m k w a d r a a t n u m m e r 2 z o m e r 2 0 0 5


de loep<br />

2 7


l i n k s b o v e n : L o e n e r s l o o t i n 174 5 , g e t e k e n d d o o r J a n d e B e y e r ( H U A ) l i n k s o n d e r : h e t a c h t t i e n d e - e e u w s e i n t e r i e u r.<br />

ingrijpend verbouwd. Veel van de interieurs uit die<br />

periode zijn nog steeds in het huis aanwezig. In de<br />

twintigste eeuw was het eigendom van de familie<br />

Martini Buys. De laatste bewoonster was weinig<br />

gesteld op bezoekers en leefde teruggetrokken.<br />

Dat heeft het huis geen goed gedaan, want het is<br />

behoorlijk verwaarloosd.<br />

Verkenning<br />

Een uitdaging dus voor Veder en Van der Wal om voor<br />

dit gebouw een restauratieplan te maken. Na het ver-<br />

krijgen van officiële toestemming gingen ze aan de<br />

slag met een bouwhistorische verkenning, die zich<br />

met name toespitste op de ronde middeleeuwse<br />

toren, de donjon. Begonnen werd met onderzoek in<br />

de archieven, in het Huisarchief Loenersloot en bij<br />

de Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Loenersloot,<br />

zo ontdekten ze alras, belichaamde de geschiedenis van<br />

de provincie <strong>Utrecht</strong>. Veel belangrijke gebeurtenissen<br />

die vanaf de Middeleeuwen de geschiedenis van de<br />

provincie hadden bepaald, hadden in Loenersloot hun<br />

sporen nagelaten. Wel was veel verdwenen door de<br />

ingrijpende verbouwing van de achttiende eeuw.<br />

Toen werd de voorburg gesloopt, kwam er een nieuwe<br />

ingangspartij, werd van de middeleeuwse toren een<br />

uitkijktoren gemaakt en onderging het stoere kasteel<br />

een metamorfose tot sierlijke buitenplaats. Maar het<br />

betekent ook dat wie nu Loenersloot binnenstapt, zich<br />

onmiddellijk 200 jaar terug in de tijd waant door het<br />

geheel intact gebleven interieur uit die tijd.<br />

De negentiende-eeuwse eigenaren waren van het acht-<br />

tiende-eeuwse uiterlijk minder gecharmeerd. Helemaal<br />

in lijn met de mode van die tijd, waarin de Middel-<br />

eeuwen erg populair waren, gaven ze het kasteel weer<br />

een militaire uitstraling, compleet met poortgebouw,<br />

kantelen en kroonlijsten. Ook de trapgevel werd her-<br />

steld. Gelukkig bleef het gave achttiende-eeuwse<br />

interieur gespaard. Voor een deel gebeurde die neo-<br />

middeleeuwse ‘makeover’ min of meer historisch<br />

verantwoord naar oude afbeeldingen, maar men liet<br />

ook wel de fantasie een rol spelen en maakte gebruik<br />

van – toen – moderne materialen. Modern waren ook<br />

enkele kleine verbeteringen aan de binnenzijde,<br />

zoals stromend water en elektriciteit.<br />

Restauratie?<br />

Loenersloot belichaamt dus een lange geschiedenis.<br />

Voor de restauratoren-in-spé een uitdaging: wat daar-<br />

van te behouden? Alle veranderingen maken tenslotte<br />

deel uit van de geschiedenis van het huis en zijn<br />

bewoners. Moesten al die ingrepen en veranderingen<br />

zichtbaar blijven of moest, net als ruim een eeuw<br />

geleden was gebeurd, ervoor gekozen worden het<br />

gebouw terug te brengen tot een bepaald moment in<br />

zijn geschiedenis, en alles wat daarna was gebeurd weg<br />

te halen? Veder en Van der Ven maakten een duidelijke<br />

keuze: ze vinden dat de geschiedenis van een gebouw<br />

zichtbaar moet blijven. Het achttiende-eeuwse inte-<br />

rieur is te mooi om weg te halen, maar ook de geha-<br />

vende negentiende-eeuwse poort maakt deel uit van<br />

het verhaal van Loenersloot. Juist de wordingsgeschie-<br />

denis en alle sporen die dat verleden in het gebouw<br />

heeft achtergelaten, maken van het kasteel een uniek<br />

geheel. Belangrijk is daarbij te onderzoeken wat de<br />

filosofie, het motief was achter de diverse verbouwin-<br />

gen. Dan wordt het puur bouwhistorische overstegen<br />

en spelen de bewoners, de drijvende kracht tenslotte<br />

achter alle ingrepen, de hoofdrol.<br />

Analyse<br />

De analyse van het gebouw begonnen de beide bouw-<br />

historici aan de buitenkant: wat is de staat van het<br />

2 8 g m k w a d r a a t n u m m e r 2 z o m e r 2 0 0 5<br />

Loenersloot Collectie Staedelisches Kunstinstituut Frankfurt a/Main


E é n v a n d e a c h t t i e n d e - e e u w s e p r o n k k a m e r s . E e n s c h r i l c o n t r a s t m e t h e t k e u k e n t j e , w a a r d e l a a t s t e b e w o o n s t e r h a a r<br />

d a g e n s l e e t ( f o t o : Ve d e r e n Va n d e r Wa l ) .<br />

gebouw, waar zitten de grote problemen? Daarna werd<br />

het interieur onder de loep genomen. Met name werd<br />

ingezoomd op de dertiende eeuwse toren. De toren,<br />

zo leverde hun onderzoek op, staat al zo’n 25 cm uit<br />

het lood en verzakt nog steeds. Er zijn flinke scheuren<br />

ontstaan in de bijna 30 meter hoge toren doordat in<br />

de muur een rookkanaal is ingemetseld. Dat is een<br />

zwakke plek geworden die als een grote scheur over<br />

de gehele hoogte is te volgen. Het er tegen aan ge-<br />

bouwde keukendeel is in zeer slechte staat. Hier sleet<br />

de laatste bewoonster haar dagen en de inrichting<br />

is sindsdien niet meer veranderd. Ze behielp zich,<br />

weten we daarom, met een olielampje en een elek-<br />

trisch kookplaatje. Ook dat is een deel van de geschie-<br />

denis van het kasteel. Verrast werden de onderzoekers<br />

door de ontdekking van de geschilderde moerbalken<br />

in de grote zaal, die onder de achttiende-eeuwse stuc-<br />

plafonds nog aanwezig blijken. Ook de originele eiken<br />

spanten in de kapconstructie zijn er nog.<br />

Na het inventariseren van de scheuren en het name-<br />

ten van de muren, is gekeken naar het houtwerk. Als<br />

straks delen daarvan worden vernieuwd, moet dat met<br />

hout van vergelijkbare zwaarte gebeuren. Niet altijd<br />

is duidelijk uit welke periode de gevonden balkenlagen<br />

stammen. Sommige zijn duidelijk in de loop van de<br />

tijd vernieuwd, maar in welke eeuw dat gebeurde?<br />

Ook worden de funderingen aan een onderzoek<br />

onderworpen. Gekeken wordt naar de ondergrond,<br />

de grondwaterspiegel. De kelder onder de zware toren<br />

blijkt te zijn volgestort met puin, en de kademuren<br />

rond de toren zijn ooit verankerd. Om de verzakkende<br />

toren op te vangen zijn betonnen balken nodig, maar<br />

dat werd door de laatste bewoonster tegengehouden.<br />

Het gevolg is dat de zware donjon nu erg bouwvallig<br />

is en er regelmatig stenen uit de gewelven vallen.<br />

Door inwatering zijn de muren slecht geworden en<br />

de negentiende-eeuwse kantelen, met ijzer vastgezet,<br />

worden aangetast door roest.<br />

Er valt veel te doen, maar het gebouw is die inspan-<br />

ning meer dan waard. Begonnen moet worden met<br />

het stoppen van de verzakking. Vervolgens moet groot<br />

onderhoud worden gepleegd, zoals het vervangen van<br />

de goten zodat waterschade tot het verleden behoort.<br />

Hergebruik<br />

Restaureren is een ding, maar ook moet worden<br />

nagedacht over de toekomst. Wat te doen met een<br />

opgeknapt Loenersloot? Veder en Van der Wal zien<br />

een combinatie van functies. Bijvoorbeeld horeca en<br />

cultuur: een restaurant met een museum, of cultuur<br />

en bedrijf: een aantal mooie stijlkamers gecombineerd<br />

met een kantoor. Bezoekers zouden door het gebouw<br />

moeten worden uitgedaagd het verleden te ontdekken.<br />

Door de verschillende perioden in de bouw zichtbaar te<br />

maken, maakt de bezoeker een reis door de tijd. Ook<br />

de omgeving moet daarbij worden betrokken: het kas-<br />

teel staat niet in een vacuüm. De tuin, de huizen en<br />

boerderijen er om heen horen er ook bij en maken deel<br />

uit van de geschiedenis. De Stichting die het beheer<br />

van het kasteel heeft overgenomen, beraadt zich op<br />

de toekomst van Loenersloot. •<br />

2 9


H e n k J a n s e n<br />

In de wijk Tolsteeg/Hoograven bevinden zich enkele bouwblokken met woningen<br />

uit de jaren ‘50 die zijn ontworpen door Gerrit Rietveld. Eigenaar woningcor-<br />

poratie BO-EX koos vanwege de bijzondere kwaliteiten voor een zorgvuldige<br />

renovatie en niet voor sloop en nieuwbouw.<br />

Rietveldwoningen<br />

Stedenbouwkundige stempels<br />

De Robijnhof is een stedenbouwkundig ‘stempel’ in<br />

de wijk Tolsteeg. Zo’n stempel bestaat uit een patroon<br />

van blokken met verschillende typen woningen. De<br />

stempelstedenbouw is kenmerkend voor de jaren ’50<br />

en ’60. Hetzelfde stempelpatroon zien we in Hoograven<br />

nog twee keer herhaald. Binnen het stedenbouw-<br />

kundig plan van de gemeentelijk medewerker<br />

C.M. van der Stad ontwierp Rietveld de woningen.<br />

Trots van de corporatie<br />

Een monument van naoorlogse woningbouw<br />

De renovatie van de 194 woningen in de Robijnhof is<br />

geen doorsnee-project. Opvallend is de trots waarmee<br />

woningcorporatie BO-EX werkt aan dit Rietveld-erfgoed<br />

uit 1958. Restauratiearchitect en oud-medewerker van<br />

Rietveld, Bertus Mulder, werd samen met zijn dochter<br />

ingeschakeld voor het maken van het renovatieplan.<br />

b o v e n : H e t v e r v a n g e n v a n d e h o u t e n g e v e l p u i e n v a n<br />

d e f l a t w o n i n g e n . o n d e r : B l i k v a n a f d e s p e e l p l a a t s<br />

o p d e m a i s o n n e t t e s e n d e f l a t w o n i n g e n . r e c h t s o n d e r :<br />

D e s t e m p e l m e t h e t o o r s p r o n k e l i j k e o n t w e r p v o o r<br />

d e b u i t e n r u i m t e v a n B . G a l j a a r d<br />

Bij de meeste renovaties gaat het om een verbetering<br />

van de bouwtechnische kwaliteit en van het wooncom-<br />

fort. In dit geval is echter ook sterk gekeken naar de<br />

architectonische kwaliteiten. De bedoeling is de oor-<br />

spronkelijke detaillering en het kleurgebruik zoveel<br />

mogelijk terug te brengen. Wel worden de plattegronden<br />

en de gevels enigszins aangepast. Naast de aandacht<br />

voor de architectuur is er belangstelling voor de woon-<br />

cultuur van de jaren ’50. Een artikel dat Rietveld destijds<br />

schreef over zijn visie op het wonen, wordt opgenomen<br />

in een boekje over de renovatie dat bij oplevering van<br />

het project wordt gepresenteerd.<br />

Design<br />

Om het Rietveld-karakter nog meer te benadrukken,<br />

zal er een museale woning worden ingericht, die door<br />

het Centraal Museum zal worden beheerd. BO-EX<br />

hoopt met de aandacht voor het design-imago van<br />

Rietveld een andere doelgroep te trekken, en dan<br />

vooral jongere, kleinere huishoudens.<br />

Monumentenstatus<br />

Robijnhof<br />

De Robijnhof is geen officieel monument. Mogelijk<br />

krijgt het wel een beschermde status, als uitvloeisel<br />

van een inventarisatie van naoorlogse woningbouw<br />

in <strong>Utrecht</strong>. De renovatie is op 12 april officieel begon-<br />

nen, nadat wethouder M.L. van Kleef het startschot had<br />

gegeven. De renovatie moet ervoor zorgen dat de bijzondere<br />

woningen weer minimaal 40 jaar meegaan. •<br />

3 0 g m k w a d r a a t n u m m e r 2 z o m e r 2 0 0 5


Wy n i a e n Wy n i a<br />

A n n e t t e B a k k e r<br />

Middeleeuws<br />

Het straatje lag in de veertiende eeuw langs de stads-<br />

muur, maar toen deze in 1543 door een nieuwe, meer<br />

naar de singel toe gelegen muur werd vervangen, ver-<br />

dween het straatje onder een aarden wal. Het straat-<br />

werk dat kon worden onderzocht, bestond uit veld-<br />

keien met een doorsnede variërend van 5 tot 30 cm.<br />

Oorspronkelijk bestond de straat uit twee banen en<br />

was ongeveer 5,5 meter breed. De banen waren van<br />

elkaar gescheiden door een middenlijn van kleinere<br />

stenen en door dwarslijnen, onderverdeeld in vakken<br />

met een lengte van circa 80 cm. Aan de zuidzijde van<br />

de weg was de kantlijn zichtbaar. De veldkeien die<br />

zijn gebruikt voor de kant- en dwarslijnen waren<br />

groter dan de overige keien, zodat het patroon van<br />

de bestrating zich duidelijk aftekende. Opvallend was<br />

het gebruik van veel gekloofde keien en het feit dat<br />

door opvulling van alle gaten met kleinere tot zeer<br />

kleine steentjes een zorgvuldig gesloten straatvlak<br />

was verkregen. De straat was ingebed in zand en<br />

vanaf de middenlijn liep de straat naar beide kanten<br />

af voor de afwatering. Aan de westzijde kon worden<br />

vastgesteld dat de middenlijn zich splitste.<br />

Aangenomen wordt dat de straat zich aan die kant<br />

voortzette langs de stadsmuur. Aan de andere kant<br />

liep de straat waarschijnlijk de huidige Nicolaasdwars-<br />

straat in. Doordat daar alle sporen van de bestrating<br />

door recente verstoringen waren weggevaagd, kon<br />

Tijdens de vervanging van een leiding van de<br />

stadsverwarming ter hoogte van de Wijde Doelen<br />

en de Nicolaasdwarsstraat zijn restanten van een<br />

middeleeuws straatje en muurwerk blootgelegd.<br />

keien straatje<br />

T i j d e n s d e v e r v a n g i n g v a n s t a d s v e r w a r m i n g s b u i z e n<br />

k w a m e r b i j d e W i j d e D o e l e n s t r a a t e e n d e e l v a n e e n<br />

m i d d e l e e u w s k e i e n s t r a a t j e t e v o o r s c h i j n . H e t s t r a a t j e<br />

h e e f t e e n z o r g v u l d i g a f g e w e r k t s t r a a t v l a k v a n g r o t e<br />

e n k l e i n e v e l d k e i e n .<br />

dit niet worden bevestigd. Aan de noordkant werd<br />

de straat begrensd door een keurige bakstenen afwa-<br />

teringsgoot uit de vijftiende eeuw. Ongeveer 20 cm<br />

ten noorden van de goot kwam vijftiende-eeuws<br />

muurwerk tevoorschijn dat was gefundeerd op een<br />

laagje zand met hieronder een laag puin en mortel<br />

van circa 20 cm dik. Deze muur kon vier meter wor-<br />

den gevolgd en komt overeen met de middeleeuwse<br />

rooilijn van vóór 1543. Vermoedelijk is het de funde-<br />

ring van de muur die ooit het hof van de Nicolaaskerk<br />

omsloot. •<br />

3 1


F r e d Vo g e l z a n g<br />

4 nieuwe<br />

In de serie Funeraire Cultuur is een deeltje verschenen over de<br />

<strong>Utrecht</strong>se Heuvelrug. Een aantal bijzondere begraafplaatsen<br />

wordt telkens kort beschreven, met niet alleen de historische ach-<br />

tergronden en de bespreking van enkele bijzondere graven, maar<br />

ook leuke anekdotes over de plek, de personen of de grafmonu-<br />

menten. Een aardig boekje met goedgekozen weetjes: niet alleen<br />

verrijken ze de kennis maar ook geven ze meer betekenis aan<br />

de omgeving. Minpuntje is de soms wat joviale toon en de niet<br />

altijd heldere beeldspraken: wat is bijvoorbeeld een Orwelliaanse<br />

stadsuitbreiding?<br />

Een eind negentiende-eeuwse en naar alle waarschijnlijkheid niet-<br />

Orwelliaanse stadsuitbreiding is onderwerp van het boekje De<br />

Zilveren Schaats van Bas Nugteren. De Zilveren Schaats was niet<br />

alleen de naam van een ijsclub in <strong>Utrecht</strong>-Oost, het water waarop<br />

de club schaatste werd ook Zilveren Schaats genoemd en ver-<br />

volgens verrees rondom dat water een woonwijk met die naam.<br />

Het boek bestaat uit twee delen. In het eerste gedeelte wordt de<br />

geschiedenis van het gebied uit de doeken gedaan. Het was een<br />

nogal moerassig terrein dat in de twaalfde eeuw werd ontgonnen.<br />

De Vecht stroomde er doorheen en had door afzettingen ook voor<br />

hoger gelegen gronden gezorgd. Belangrijkste bebouwing was de<br />

abdij Oudwijk. De weg naar De Bilt en later de Biltse Grift, via<br />

welke de trekschuit op De Bilt en Zeist voer waren belangrijke<br />

lijnen door het landschap. Het gebied bleef heel lang leeg, mede<br />

door de aanleg van de Nieuwe Hollandse Waterlinie: de forten<br />

dienden ten slotte vrij schootsveld te houden. Het Militair Water,<br />

onderdeel van de waterlinie, werd gebruikt door de in 1879 opge-<br />

richte schaatsvereniging, die veel gegoede burgers trok. Deel<br />

twee van het boek concentreert zich op de schaatsclub zelf. Met<br />

name de vergelijking tussen wat volksere schaatsverenigingen en<br />

de ietwat elitaire Zilveren Schaats zijn heel aardig.<br />

Een van de ingrijpendste gebeurtenissen uit de geschiedenis<br />

van het stadje Oudewater was het beleg en de daaropvolgende<br />

moordpartij door Spaanse soldaten in 1575. In de zeventiende<br />

eeuw was dit nog een belangrijk wapen in de propagandastrijd<br />

voor het vaderland. Inmiddels is deze gebeurtenis langzaam<br />

maar zeker uit het collectieve geheugen en de geschiedenis-<br />

boekjes verdwenen. In 1650 gaf het stadsbestuur aan de schilder<br />

Dirk Stoop opdracht de moordpartij op een schilderij vast te<br />

leggen. De auteur gebruikt dit kunstwerk als uitgangspunt voor<br />

een mooi geïllustreerde studie. Ze begint met een beschrijving<br />

van de gebeurtenissen zoals die in verschillende bronnen is<br />

vastgelegd. Ze ontmantelt de mythe dat een groot deel van<br />

de Oudewaterse bevolking zou zijn omgekomen tijdens deze<br />

‘Spaanse furie’. Juist omdat er vele overlevenden waren, deden de<br />

verhalen snel de ronde. Oudewaters vluchtten naar Amsterdam<br />

en <strong>Utrecht</strong> en namen de gruwelverhalen mee. Vervolgens schetst<br />

Stoppelenburg de historiografie van de moord, geeft ze een bio-<br />

grafie van de schilder en vertelt ze wie de opdrachtgevers waren.<br />

Het leukste onderdeel besluit het boek: door telkens een detail uit<br />

het schilderij te nemen en dat te beschrijven en te voorzien van<br />

achtergrondinformatie, gaan de gebeurtenissen leven en worden<br />

en passant vele aardige historische details van Oudewater aan-<br />

geboden.<br />

Het <strong>Utrecht</strong>s Archief is in samenwerking met uitgeverij Waanders<br />

gestart met een reeks tijdschriften in de stijl van Ach Lieve Tijd<br />

over monumentale panden in <strong>Utrecht</strong>. In 18 afleveringen die the-<br />

matisch zijn geordend worden telkens vijf huizen en hun bewo-<br />

ners beschreven. U krijgt letterlijk een kijkje achter de gevel, en<br />

heel toepasselijk heet de serie dan ook Achter <strong>Utrecht</strong>se gevels.<br />

Er zijn inmiddels al diverse afleveringen verschenen. De eerste<br />

in de reeks opent met een serie ‘van alles en nog wat’, als een<br />

smaakmakertje. Het pand aan de Oudegracht waar volgens de<br />

overlevering Trijn van Leemput woonde en dat later door stu-<br />

denten totaal uitgewoond werd achtergelaten, is door eigenaren<br />

Ben en Hilly gerestaureerd en prachtig ingericht. Het kasteel Den<br />

Ham is het volgende pand dat aan de orde komt, maar er is een<br />

aparte aflevering over stadskastelen. Daarin komt bijvoorbeeld<br />

het huis Cranestein uit de veertiende eeuw voor, nu in apparte-<br />

menten ingedeeld. Een van de bewoners leidt de lezer rond. In<br />

aflevering 6 van de reeks komen enkele stadsboerderijen aan de<br />

orde. Leraar wiskunde Frank de Groot vertelt over de boerderij<br />

aan de Zonstraat die hij met zijn gezin bewoont. Hij zag de<br />

bouwval die op de nominatie stond om voor een nieuw aan te<br />

leggen weg gesloopt te worden en wist na lang soebatten bij<br />

verschillende instanties uiteindelijk het pand te kopen. Nu is<br />

hij de trotse bezitter van een prachtig ingerichte woonboerde-<br />

rij. Elke aflevering eindigt met een korte karakteristiek van een<br />

<strong>Utrecht</strong>se woonwijk. Het zijn leuke anekdotes over wonen in over<br />

het algemeen kapitale oude panden, gelardeerd met historische<br />

informatie. Een nadeel is de betrekkelijke toevalligheid van de<br />

keuze van de huizen.<br />

• Achter <strong>Utrecht</strong>se gevels. Huizen met historie,<br />

Het <strong>Utrecht</strong>s Archief/Waanders, 2005<br />

• Edwin Maes en Wim Meulenkamp, Funeraire cultuur.<br />

<strong>Utrecht</strong>se Heuvelrug, Aspekt/De Terebinth Soesterberg 2004<br />

isbn 90-5911-228-8<br />

• Bas Nugteren. De Zilveren Schaats. Een water, een wijk, een<br />

vereniging in <strong>Utrecht</strong>-Oost, 1879-1943, Matrijs, <strong>Utrecht</strong> 2005,<br />

isbn 90-5345-265-6<br />

• Nettie Stoppelenburg, De Oudewaterse moord,<br />

Stichting Cultureel Sociaal Fonds Mooymans-MARTENS,<br />

Oudewater 2005, isbn 90-5479-080-6

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!