Federale verkiezingen 2007 - Alfaport Antwerpen

Federale
verkiezingen 2007
JAARGANG 5 | DRIEMAANDELIJKS | APRIL - MEI - JUNI 2010 | V.U. RUDI DE MEYER | P608067
BELGIË-BELGIQUE
PB 9099 GENT X
BC 10798
Tijdschrift - toelating
gesloten verpakking
✗
2010
18

2 INHOUD
18
06
FOCUS
10
CEPA
DIENSTEN-
GROEP
18
NIEUWS VAN
DE LEDEN
20
OPLEIDINGEN
Euroports op snelheid
voor geïntegreerde
dienstverlening
12
00
RUBRIEK
Titel
Havendag in Parijs/Antwerpse haven naar Istanbul/Vierde
Antwerps Spoorcafé/Vijfde Breakbulk Europe Transportation
Conference & Exhibition te Onderwerp
Antwerpen
DP World Breakbulk/Combinant/Sarens Group/CSAV
DP World Breakbulk/Combinant/Sarens Group/CSAV
U KAN DEZE EDITIE VAN PORTAAL OOK DOWNLOADEN VIA DE WEBSITE WWW.ALFAPORTANTWERPEN.BE

00 04 RUBRIEK CEPA IN BEELD DIENSTENGROEP
15 RUBRIEK DYNAMIEK IN DE HAVEN
00
Paul Valkeniers
Less is more
Titel edito
PAUL VALKENIERS
Terwijl ik dit opiniestuk schrijf, gaat de verkiezingscampagne
in zijn laatste rechte lijn. Het wordt de zevende
stembusgang in tien jaar, de elfde in twaalf
Tekst
jaar. Men zegt historische verkiezingen … weer
eens. Meer dan vroeger zijn de resultaten onvoorspelbaar
en is er onzekerheid of ze iets zullen oplossen.
Aangezien de verschuivingen groter dan ooit kunnen
worden, waren enkele zwaargewichten uit het
zogenaamde middenveld van mening stemadvies te
moeten geven. We waanden ons terug in de tijd dat
de kardinaal bepaalde voor wie de goede katholieken
moesten stemmen, ook toen meestal met een
contraproductief effect. Niemand heeft zoveel sympathie
voor de underdog als de Vlaming, maar die
les hebben ze nog steeds niet geleerd.
Eens de overwinningsroes van de winnaars voorbij
en de wonden van de verliezers gelikt, moeten we
hoe dan ook terug aan de slag. Laat ons hopen dat
alle Vlaamse politici over de partijgrenzen heen een
strategie bepalen om een ordentelijke staatshervorming
te realiseren zodat we nadien aan de grote uitdagingen
kunnen beginnen.
Al bijna twee decennia wordt er veel over de grote
uitdagingen gesproken maar wordt er weinig aangepakt.
De overheid werkt inefficiënt, zeker wat haar
kerntaken betreft zoals budgetbeleid, fiscaliteit, politie
en justitie. Voeg daarbij ook nog de vergrijzingproblematiek
en de explosieve groei van de sociale
uitgaven en elke nieuwe regering heeft meer dan
haar handen vol.
Als ondernemers geloven we niet in duizend oplossingen.
De overheid zelf moet afslanken en zich tot
haar kerntaken beperken. Een kleinere maar betere
overheid, minder ambtenaren, minder wetgeving en
meer ruimte voor ondernemerschap. Less is more.
Opmerkelijk is wel dat we ons memorandum voor de
verkiezingen van 2007 zo goed als letterlijk konden
behouden. Gemakkelijk voor ons, maar niet echt opbeurend
om vast te stellen.
EDITORIAAL
Intussen zien we gelukkig de eerste tekenen van
economisch herstel opduiken. In de containerbehandeling
konden we ons erg snel herstellen, maar
de stukgoedsector blijft het grote zorgenkind. Uit een
recente studie van de universiteit van Antwerpen
blijkt nog maar eens de precaire positie van onze
haven op dat vlak: in 2009 bedroeg het marktaandeel
van Antwerpen in het conventioneel stukgoed
slechts 20,6 % van de Hamburg-Le Havrerange
t.o.v. 16,2 % voor Rotterdam. In 1980 bedroeg dit
Antwerps marktaandeel nog 30 %. Toen ik in het
begin van de tachtiger jaren in deze haven aan de
slag ging, waren velen ervan overtuigd dat de rol van
Rotterdam als breakbulkhaven nog vóór de eeuwwisseling
totaal uitgespeeld zou zijn …
Gelukkig hebben de privésector en het Gemeentelijk
Havenbedrijf samen de schouders onder het project
10+1 gezet om de crisis het hoofd te bieden en de
verloren trafieken terug te winnen. Voor de eerste
keer in de recente havengeschiedenis wordt hiermee
duidelijk bevestigd dat we in dezelfde boot zitten,
om in haventerminologie te blijven. We kunnen
het schip slechts keren indien we als gemeenschap
samen aan het roer draaien en dan nog het liefst in
dezelfde richting.
Opmerkelijk in dat verband is de recente studie van
professor Notteboom in opdracht van de Europese
havenvereniging ESPO, waarin hij pleit om de havenautoriteiten
als rechtmatige stakeholders te betrekken
in het debat over havenarbeid. De bonden
en werkgevers reageerden nog wat terughoudend,
maar wat mij betreft: geen probleem. Aangezien uit
diezelfde studie blijkt dat havenarbeid in grote mate
verklaart waarom bepaalde havens het goed doen
en andere niet, zijn ook de havenbesturen nu eenmaal
betrokken partij.
Wie een constructieve bijdrage kan leveren, is welkom.
HET MAGAZINE VAN ALFA-
PORT HET MAGAZINE VAN
ANTWERPEN ALFAPORT ANTWERPEN & CEPA & CEPA
ALFAPORT ANTWERPEN Brouwersvliet 33, bus 8 | 2000 Antwerpen | Tel. +32 3 205 18 80
Fax: +32 3 231 27 52 | info@alfaportantwerpen.be | www.alfaportantwerpen.be
CEPA Brouwersvliet 33 bus 7 | 2000 Antwerpen | Tel. +32 3 221 97 11 | Fax: +32 3 232 38 26
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Rudi De Meyer | J.B. Corremansstraat 62 | 2850 Boom
REDACTIE | TEKSTEN Stephan Vanfraechem, Rudi De Meyer, Paul Valkeniers, Roger Vanheukelom,
Annemie Morbee, Anne Laureyns (coördinatie) | EINDREDACTIE Alfaport Antwerpen, Cepa, Annemie Morbee |
FOTOGRAFIE Wouters-Fasseur, Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen, Wim Hendrix, Stefaan Van Hul (cover),
Sandy Quidé (coördinatie), ADVERTENTIES: mail voor meer info naar anne.laureyns@alfaportantwerpen.be
PORTAAL MAGAZINE
3

4 IN BEELD
Havendag
in Parijs
Frankrijk is voor onze haven een zeer
belangrijke markt. Omgekeerd is de
Antwerpse haven voor Frankrijk de
ideale maritieme toegangspoort. Om de
haven verder als maritieme gateway te
profileren, organiseerden het Gemeentelijk
Havenbedrijf en Alfaport Antwerpen
samen met de Administratie
der Douane en Accijnzen op 24 maart
een havendag in Parijs. Aangezien deze
dag plaatsvond op en tijdens de logistieke
SITL-beurs, kon geprofiteerd worden
van de talrijke aanwezigheid van
verladers en logistieke spelers. De Antwerpse
delegatie gaf er een uiteenzetting
over de troeven van de haven en
over het door de havengemeenschap
uitgewerkte Totaalplan. De banden met
bestaande klanten werden aangehaald
en er werden ook talrijke nieuwe contacten
gelegd.
Antwerpse haven naar Istanbul
Voor Turkije heeft Antwerpen zich de laatste tien jaar ontwikkeld als dé Europese haven bij uitstek. De maritieme trafieken
tussen Antwerpen en Turkije namen het afgelopen decennium jaarlijks toe met gemiddeld 16 %. Met de organisatie van een
havendag in Istanbul op 10 mei, lieten Alfaport Antwerpen en het Gemeentelijk Havenbedrijf de ruim 180 aanwezige industriële
en logistieke ondernemers uit Turkije nauwer kennismaken met de opportuniteiten van de Antwerpse haven. De
havendag werd georganiseerd in het prestigieuze 19e-eeuwse Four Seaons Hotel aan de Bosporus.
ALFAPORT ANTWERPEN | CEPA

Vierde
Antwerps
Spoorcafé
Op 26 april organiseerden Alfaport
Antwerpen en het Gemeentelijk Havenbedrijf
Antwerpen in zaal Barcelona
van Hangar 26 de vierde editie van het
‘Antwerps Spoorcafé’. 100 genodigden
luisterden naar een bijdrage van Günther
Ferk, CEO van Xrail, met als thema
‘Wagonload – from a domestic system
to a European Quality network’.
Vijfde Breakbulk Europe Transportation
Conference & Exhibition te Antwerpen
Van 18 tot en met 20 mei verwelkomde Antwerpen opnieuw
de Breakbulk Europe Transportation Conference & Exhibition.
Het evenement werd georganiseerd door de Journal of
Commerce (JoC) met belangrijke financiële steun van het Gemeentelijk
Havenbedrijf en Alfaport Antwerpen. Verschillende
internationale topspelers uit de breakbulksector gingen
tijdens interessante conferenties met elkaar in debat over het
thema ‘Uitkijken naar opportuniteiten’. Met 130 stands en
3.300 deelnemers uit de breakbulk- en logistieke wereld bleek
de beurs voor de vijfde keer op rij een groot succes. Antwerpen
is de belangrijkste breakbulkhaven van Europa en doet
er alles aan om deze toppositie te behouden. Daarom werd
afgesproken om ook in 2011 de zesde editie van Breakbulk
Europe in Antwerpen te laten plaatsvinden.
IN BEELD 5
PORTAAL MAGAZINE

6 FOCUS
Faciliterende overheid:
meer dan ooit nodig
België en zijn verschillende regio’s blijven sterk scoren in tal
van internationale rankings waarin de logistieke troeven van
een regio worden becijferd. Ook de verschillende beleidsniveaus
hebben de voorbije jaren de mogelijkheden ontdekt van
logistiek in termen van toegevoegde waarde en tewerkstelling.
Dit heeft onder andere geleid tot tal van plannen en initiatieven
die de logistieke ontwikkeling van ons land en zijn
regio’s moeten ondersteunen. Die overheidsondersteuning is
dan ook absoluut noodzakelijk. Overheden moeten een
rechtszeker, stabiel kader creëren waarbinnen bedrijven
ruimte krijgen om te ondernemen. Investeerders verlangen
ook een overheid die hun activiteiten zoveel als mogelijk faciliteert.
Met dit artikel wil Alfaport Antwerpen in een kort
bestek aangeven wat de federale overheid nog meer kan doen
om de troeven van de Antwerpse haven als dé logistieke hotspot
bij uitstek te versterken.
Een dynamische douane
Een efficiënte afhandeling van de douaneformaliteiten
is van absoluut belang
voor de administratieve ondersteuning
van de ondernemingen. Deze douaneformaliteiten
mogen de vlotheid van de
goederenstromen niet afremmen, maar
moeten deze integendeel ondersteunen.
Door een klantgerichte en faciliterende
houding naar de handel kan de Administratie
der Douane & Accijnzen - met
inachtname van haar controletaak - een
belangrijke bijdrage leveren aan de logistieke
roeping van ons land en zijn regio’s.
Alfaport Antwerpen juicht de hervormingen
toe die door de federale regering
binnen de FOD Financiën werden
ingezet. Alfaport Antwerpen blijft echter
vragende partij voor meer autono-
ALFAPORT ANTWERPEN | CEPA
mie van de Administratie der Douane
& Accijnzen binnen de huidige structuur
van de FOD Financiën. In het bijzonder
op het vlak van IT, personeel en
wetgeving moet de administratie zelf
haar prioriteiten kunnen leggen.
De douane is ook uitstekend geplaatst
als regisseur of poortwachter voor lading,
en dit binnen een single-windowconcept.
Dit betekent dat de douane de
informatie-uitwisseling tussen alle
overheidsinstanties (FAVV, OVAM,
milieu-inspecties …) coördineert. De introductie
van deze single-windowfilosofie
moet onder andere leiden tot beter
gecoördineerde controles door de verschillende
overheidsinstanties. Alfaport
Antwerpen roept dan ook op om dringend
werk te maken van het afsluiten
van samenwerkingsakkoorden op strategisch
en operationeel vlak tussen de
douane en andere overheidsadministraties
en zo het single-windowconcept
tot een realiteit te maken.
Ondernemingen werken binnen een
24/7 omgeving. Zij vragen van de overheid
eenzelfde 24/7 dienstverlening en
dit zonder meerkost. De Europese regelgeving
stelt zeer duidelijk dat de
dienstverlening van de overheid moet
aangepast zijn aan de operationele
noden van de economische operatoren.
Alfaport Antwerpen herhaalt dan ook
zijn eerdere vraag om dringend komaf
te maken met de afschaffing van de retributies
voor douaneoverwerk en
vraagt een aanpassing van de openingsuren
van de douanekantoren in

Op het juiste spoor
De Europese Commissie schuift sinds
enkele jaren het concept ‘comodaliteit’
naar voren. Daarmee doelt men op het
efficiënte gebruik van de verschillende
vervoerswijzen afzonderlijk of in combinatie
met elkaar. Het spoorvervoer
moet in staat worden geacht om hierin
een belangrijke rol te spelen en een belangrijk
deel van de volumegroei op te
vangen. Het tijdig voorzien van de
noodzakelijke infrastructuur in combinatie
met een efficiënte dienstverlening
is daarbij essentieel.
De verwachte sterke stijging van de
goederenvolumes én de ambitie om een
belangrijk deel van die volumes aan- of
af te voeren via het spoor veronderstellen
dat het spoorvervoer de juiste prioriteit
krijgt. Alfaport Antwerpen pleit er
de zeehavens. In concreto moeten de
douanediensten 24/7 geopend zijn en
ten dienste staan van de ondernemingen,
zonder enige meerkost voor deze
ondernemingen.
Het verlenen van AEO (Authorised
Economic Operator)-certificaten kende
in België een moeizame start. De onduidelijkheid
over de voordelen die
verbonden zijn aan dit certificaat heeft
ervoor gezorgd dat bedrijven aanvankelijk
niet de stap zetten naar het behalen
van dit certificaat. De recente
beslissing om aan dit certificaat onder
andere de mogelijkheid tot verminderde
borgstelling te verbinden, is een
stap in de goede richting en wordt dan
ook toegejuicht. Alfaport Antwerpen
Kortom:
• autonomie op vlak van IT, personeel en wetgeving binnen de
huidige structuur van FOD Financiën
• douane als poortwachter en regisseur van controle op lading
binnen een single-windowfilosofie
• verbinden van concrete voordelen aan het AEO-certificaat
• processtabiliteit en continuïteit voor de ondernemingen bij het
afhandelen van hun douaneformaliteiten, vereenvoudiging
daar waar mogelijk
dan ook voor om waar mogelijk het
goederenvervoer op bepaalde trajecten
prioriteit te geven. Zo wordt een goederencorridor
uitgebouwd die een
snelle aan- en afvoer van de goederen
moet garanderen.
De bestaande spoorinfrastructuur in
Antwerpen leunt dicht tegen haar capaciteitsgrens
aan. Ter hoogte van de
Kennedyspoortunnel stelt zich een capaciteitsprobleem
vanaf 2012. Alfaport
Antwerpen vraagt dat de bestaande afspraken
rond de Liefkenshoekspoortunnel
worden nageleefd en dat de
timing rond de bouw van de tunnel onverkort
wordt aangehouden. Voor een
vlot spoorverkeer is het essentieel dat
de Liefkenshoekspoortunnel in gebruik
kan worden genomen in 2014.
FOCUS 7
vraagt om op deze ingeslagen weg verder
te gaan en het AEO-certificaat via
nog bijkomende voordelen uit te bouwen
tot het speerpunt van een beleid
rond trade-facilitating.
Gezien de veelheid aan uitgewisselde
berichten (in de Antwerpse haven alleen
al 38.000 per dag) en hun enorme
impact op de snelheid van de logistieke
keten, zijn (garanties op) stabiliteit en
procescontinuïteit voor de operatoren
essentieel. Dit betekent dat nieuwe systemen
of applicaties hun stabiliteit en
stressbestendigheid moeten bewezen
hebben in een testomgeving vóór ze effectief
geïmplementeerd worden.
Ter hoogte van lijn 27 A (d.i. momenteel
de enige spoorwegtoegang tot de
Antwerpse haven op rechteroever)
worden gebruikers nu reeds geconfronteerd
met een bottleneck. De capaciteitsverhogende
maatregelen die
momenteel door Infrabel worden uitgevoerd
ter hoogte van Schijn en Krijgsbaan
creëren weliswaar extra capaciteit,
maar doen niets af aan het feit dat op
middellange termijn een volwaardige,
nieuwe tweede spoorwegtoegang tot
de Antwerpse haven absoluut noodzakelijk
blijft. Dit omwille van de grote
vraag naar bijkomende capaciteit én de
noodzaak om een alternatieve spoortoegang
tot de haven te voorzien. Alfaport
Antwerpen pleit dan ook
onverkort voor een tweede spoorweg-
PORTAAL MAGAZINE

8 FOCUS
toegang tot de Antwerpse haven.
Een aansluiting van deze tweede spoorwegtoegang
op de IJzeren Rijn vormt
het sluitstuk van de goederencorridor
Liefkenshoektunnel – tweede spoorwegtoegang.
De IJzeren Rijn is een historische
verbinding met Duitsland en is
complementair aan de bestaande verbindingen
via de Montzen-lijn en
Athus-Meuse. De verwachte sterke stijging
van de spoorvolumes tussen de
Vlaamse zeehavens en hun achterland
veronderstelt een gebruik van deze drie
verbindingen. België moet vasthouden
aan zijn historische rechten op dit tracé.
Het aanbieden van een goede dienstverlening
tegen marktconforme tarieven
is een basisvoorwaarde voor elk
ALFAPORT ANTWERPEN | CEPA
succesvol spoorproduct, ongeacht of
het wordt aangeboden door een private
operator dan wel door een voormalige
nationale spoorwegmaatschappij.
Ordewoorden hierbij zijn stiptheid,
flexibiliteit, communicatie met de klant,
kwaliteitsbewaking en marktconforme
tarieven. Alfaport Antwerpen roept in
het bijzonder B-Cargo op om verdere
inspanningen te leveren op het vlak van
vooraanmelding en tracking en tracing.
In dat kader heeft de klant nood aan
een ‘single point of contact’ die een volledig
overzicht kan leveren van de
planning binnen B-Cargo. Dit zal leiden
tot een win-winsituatie voor zowel
havengebonden en logistieke ondernemingen
(verbeteren van de planning)
als voor B-Cargo (rotatieverhoging van
het materieel). Ook de betrouwbaarheid
van de dienstverlening moet opgedreven
worden.
Alfaport Antwerpen meent dat de inspanningen
inzake spoorliberalisering
moeten worden versterkt. In dat opzicht
pleit Alfaport Antwerpen voor
een nog strakkere scheiding tussen exploitatie
en infrastructuurbeheer en
roept hiermee op om de infrastructuurbeheerder
Infrabel in een eigen structuur
buiten de NMBS-Holding onder te
brengen. Hierdoor zal de noodzakelijke
neutrale rol van de infrastructuurbeheerder
versterkt worden.
Kortom:
• prioriteit voor spoorvrachtvervoer in Liefkenshoekspoortunnel, tweede spoorwegtoegang en
IJzeren Rijn
• tijdig ter beschikking stellen van noodzakelijke infrastructuur
(i.e. Liefkenshoekspoortunnel in gebruik tegen 2014)
• inspanningen inzake stiptheid, flexibiliteit, kwaliteit en tracking & tracing bij B-Cargo
• strakkere scheiding tussen exploitatie en infrastructuurbeheer
(i.e. Infrabel uit NMBS-Holding)

HNN
Deurganck Terminal
Noordzee Terminal
Europa Terminal
MSC Home Terminal
S.&S.S.
Group
Bredastraat 136/138
B-2060 Antwerpen
www.sssgroup.eu
Churchill Terminal
PSA HNN • Napelsstraat 79, 2000 Antwerpen •
TEL: +32 (0)3 260 61 11 • FAX: +32 (0)3 260 62 00
• www.psahnn.be • info@psahnn.be
Shipping & Signalling Services
Antwerpen - Zeebrugge - Gent - Brussel - Oostende - Vlissingen - Terneuzen
Services over and above the rest
Vessel Traffic Information & Communication Services
Maritime Logistics & Network Services Port & Ship
Assistance Services Maritime Publications
Satellite - Radio - Telecommunications & Systems
Nautical Equipment Consulting
Your portal to Europe
n.v.
s.a.
OUR E-HIGHWAY
member S.&S.S. group
Tel.: 03 206 73 50
Fax: 03 206 73 60
info@sss.be
Tel.: 03 227 74 02
Fax: 03 227 74 03
astron@astron.be

10 CEPA DIENSTENGROEP
Paul Valkeniers en Karel Plasman
Nadat Cepa en Acerta eerder dit jaar hadden aangekondigd dat een bundeling van
hun sociale secretariaten realistische proporties begon aan te nemen, werd dit voornemen
enkele weken geleden bekrachtigd door beide raden van bestuur. Vanaf 2011
krijgen 60.000 loonbrieven een nieuw briefhoofd: Acerta Port & Logistics. Portaal
sprak met Paul Valkeniers en Karel Plasman, beiden gedelegeerd bestuurder van resp.
Cepa en Acerta.
ALFAPORT ANTWERPEN | CEPA
Sociaal secretariaat
Cepa wordt
Acerta Port & Logistics
Portaal: Hoe zou u de achtergrond van deze samenwerking
willen omschrijven?
Karel Plasman: De sector van de sociale dienstverlening ziet
zich geconfronteerd met een aantal inkomensstromen die
zwaar onder druk staan. Zo is het aantal loonberekeningen
het afgelopen jaar met 100.000 gedaald en daalde het interestinkomen
van 4 % naar 0,5 %. Dit heeft niet allemaal zijn weerslag
gehad op Acerta, maar het toont wel aan dat een
samenwerking in onze sector belangrijk is om de dienstverlening
op een bepaald peil te blijven handhaven. Maar onze
gesprekken dateren al van vòòr de crisis.
Paul Valkeniers: Vooral omdat wij bekommerd waren en
zijn voor de dienstverlening naar onze leden. We zien ons
geconfronteerd met een overheid die quasi dagelijks een wijziging
doorvoert in de arbeidswetgeving waardoor wij iedere
keer de software voor het loonbeheer moeten
aanpassen. Onze IT-kost is gigantisch. Komt daarbij het feit
dat klanten steeds meer een geïntegreerde dienstverlening
vragen, een one stop bij één providor, waardoor het voor ons
als zelfstandig, klein sociaal secretariaat moeilijker wordt om
dezelfde hoge kwaliteit te blijven leveren. Kortom, bij Cepa
was er nood aan een bepaalde schaalgrootte die we zelf niet

konden invullen, vandaar dat we zochten naar een concullega
om mee samen te werken.
Portaal: Acerta richt Acerta Ports & Logistics op, enkel en
alleen voor de haven-, transport- en logistieke sector. Vanwaar
deze beslissing?
Karel Plasman: Het is heel belangrijk dat Acerta Ports and
Logistics het gezicht van de havengemeenschap blijft. Iedereen
van het Sociaal secretariaat Cepa blijft trouwens op de
Brouwersvliet, ook al is er in het Acerta-gebouw voldoende
plaats voor de 50 bedienden. Cepa en Acerta willen zich hiermee
profileren als een gespecialiseerde dienstverlener voor
de haven-, transport- en logistieke sector. Waarbij de persoonlijke
aandacht gecombineerd wordt met een bredere
waaier aan dienstverlening. Het Sociaal secretariaat Cepa
verwerkt 27.000 loonberekeningen voor niet-havenarbeiders
en daarnaast doet het de aangifte van de 9.000 havenarbeiders
aan de RSZ en de overheid.
Samen met Cepa hebben wij 60.000 loonberekeningen in deze
sector, dat is een Belgisch marktaandeel van 20 %. Wij geloven
er sterk in dat dit een speerpuntsector van de toekomst
wordt en samen willen wij daarin al onze expertise bundelen.
CEPA DIENSTENGROEP 11
Portaal: Het Sociaal secretariaat Cepa zal net geen 65 jaar
geworden zijn. Is dit voor Cepa een amputatie?
Paul Valkeniers: Helemaal niet: de corebusiness van Cepa
blijft de organisatie van de havenarbeid, waarvoor Cepa cvba
werkgeverscentrale trouwens in 1929 was opgericht. Wij blijven
ons focussen op de rekrutering van de havenarbeider,
op de beroepsopleiding en personeelsdienst, onze gemeenschappelijke
dienst preventie & bescherming en onze dringende
medische hulpverlening in de haven.
Portaal: Wat verandert er voor de klant?
Karel Plasman: De klant zal zich meer geborgen voelen in
een groter geheel waar hij mogelijkerwijs meer dienstverlening
zal krijgen. Bij Acerta hebben we meer dan 100 juristen
die dagelijks gericht zijn op de arbeidsrechterlijke situaties,
op wijzigingen in paritaire comités en de wetgeving. Samen
met de juristen van Sociaal secretariaat Cepa kunnen wij ons
in de verschillende sectoren verbreden en verdiepen. Ook
onze IT-inspanningen kunnen nu vanop één platform worden
geleverd. De middelen die daardoor vrijkomen, kunnen
we volledig ten dienste stellen van onze klanten.
Daarnaast vermoed ik dat er meer druk zal komen op de kleinere
sociale secretariaten, zodat er waarschijnlijk slechts een
vijftal grotere zullen overblijven die samen 80 à 90 % van de
markt uitmaken. Plus nog enkele nichespelers.
Daarom biedt onze samenwerking op lange termijn een grotere
bestaanszekerheid. De expertise zal enkel nog te vinden
zijn bij mensen die zich zodanig hebben georganiseerd dat
hun IT- en loonkost over zoveel mogelijk loonbrieven verspreid
is, terwijl de expertise gedeeld wordt. Bij ons is dit met
Acerta Port & Logistics het geval.
Afdelingen Sociaal secretariaat Cepa
Antwerpen – Brugge – Deinze
Erpe-Mere – Maldegem – Oostende
Sint-Niklaas – Weelde
Afdelingen Acerta Sociaal secretariaat
Oostende, Brugge, Roeselare, Kortrijk, Charleroi, Gent,
Sint-Niklaas, Aalst, Wilrijk, Turnhout, Lier, Mechelen,
Hasselt, Leuven, Brussel, Louvain-la-Neuve, Luik,
Namen, Libramont
Nieuwe raad van bestuur Cepa
Eric Noterman (DP World Antwerp)
Marc Paelinck
(Euroports Terminals Left Bank nv)
Marc Ivens (Mexico Natie nv)
Ivan De Maere (MSC Home Terminal nv)
Rik Geerardyn (NHS nv en voorzitter Cepa)
Sacha Denys (PSA Antwerp nv)
Ludo De Nijs (Sea-invest nv)
Marcel Dubourg (Zuidnatie nv)
Fernand Huts (Katoen Natie nv)
Dirk Oellibrandt (MSC Home Terminal)
Paul Valkeniers (gedelegeerd bestuurder Cepa)
Peter Van den Eynde (Wijngaard Natie nv)
Marino Vermeersch (PSA Antwerp nv)
PORTAAL MAGAZINE

12 BEDRIJF IN BEELD
ALFAPORT ANTWERPEN | CEPA
Euroports op snelheid
voor geïntegreerde
dienstverlening

BEDRIJF IN BEELD 13
De tweede grootste breakbulkspeler van Europa heeft net een grootschalige integratie
achter de rug en staat te trappelen om de klant een geïntegreerd dienstenpalet
aan te bieden. Toch ontbreken nog een paar randvoorwaarden opdat Antwerpen als
breakbulkhaven zou kunnen ‘boomen’. Portaal sprak met CEO Marc Pirenne.
Portaal: Nu de integratie van Westerlund,
Manuport, CTB Magemon en
WCT achter de rug is, kan Euroports
Belgium zich opnieuw focussen op de
klant. Wat heeft deze onderneming te
bieden?
Marc Pirenne: De corebusiness van Euroports
zijn de terminaloperaties in de
droge massagoederen en stukgoederen
(Euroports Terminals). Dat vertegenwoordigt
80 % van onze omzet. Daarnaast
hebben we een tweede
belangrijke pijler in onze organisatie:
het containervervoer per binnenvaart
(Euroports Containers). Een derde pijler
zijn de supply chain activiteiten: alle
activiteiten die ondersteunend werken
voor de terminals en de containerbinnenvaart.
Ik denk hierbij aan chartering
van deepseaschepen, agentuuractiviteiten
(Promar), binnenvaartvervoer (CBO
en ASVB), douaneactiviteiten (Fast
Customs) en wegvervoer. Een vierde
divisie is logistiek, het vroegere Manuport
Logistics, dat zich toespitst op
lucht- en zeevrachtactiviteiten.
Met deze vier pijlers willen we geïntegreerde
oplossingen bieden aan de industrie:
niet enkel lossen en laden, maar
fungeren als een distributiecentrum
met toegevoegde waarde.
Portaal: Wat zijn de plannen voor de
nabije toekomst?
Marc Pirenne: We hebben net de rebranding
van de groep achter de rug,
waarmee we onze naam duidelijker in
de markt willen zetten. Nu kunnen we
ons focussen op de tweede fase: het
consolideren van de activiteiten en de
synergieën inzetten voor de klant. Onze
benadering is ook gewijzigd: wij gaan
in de eerste plaats samen met de klant
naar oplossingen zoeken voor zijn ketenlogistiek
en pas in de tweede plaats
onze eigen installaties hier trachten in
te passen.
Het overgrote deel van onze klanten
zijn industriële bedrijven. Wij kunnen
bogen op zeer lange klantenrelaties en
in huis op een grote knowhow. Hiermee
willen we de industrie nog verder
verankeren. We zien nu al de eerste resultaten:
bestaande klanten die van
meerdere diensten gebruikmaken, wat
bewijst dat onze synergieën werken.
Een concreet plan is Trilogiport in de
haven van Luik. Samen met DP World
(33 %) hebben we een concessie voor de
uitbating van een containerterminal.
Maar dit zal pas kunnen gerealiseerd
worden in 2012-2013.
Portaal: Euroports focust zich voornamelijk
op breakbulk en stukgoed. Hoe
groot was de klap die jullie het afgelopen
jaar moesten incasseren?
Marc Pirenne: Als groep hebben we
een omzetdaling van 10 % genoteerd,
maar ons resultaat is verhoogd. Dit hebben
we kunnen realiseren door kostenbesparingen
en door de diversificatie
van ons goederenpalet. Voor staal, papier
en pulp was het geen goed jaar,
maar daar tegenover stond de suikertrafiek,
die wel gestegen is.
Voor de toekomst is het koffiedik kijken.
Momenteel trekt de markt een
beetje aan, maar het is niet duidelijk of
dit het begin van een heropleving is.
Het is allemaal nog fragiel.
Portaal: De haven van Antwerpen zet
in op breakbulk, maar kan hierin nog
maar matig scoren. Aan welke factoren
is dit te wijten?
Marc Pirenne: Er zijn verschillende elementen
die daarin meespelen. Er is de
flexibiliteit van de havenarbeid, er zijn
de aanloop- en de havenkosten ..., maar
het is vooral de klant die kijkt naar het
optimaliseren van zijn logistieke flow
en op basis daarvan bepaalde beslissingen
neemt.
Ik ben ervan overtuigd dat Antwerpen
in dit segment nog een grote toekomst
heeft, op voorwaarde dat we onze hubfunctie
verder kunnen uitspelen en dat
we meer openstaan voor watergebonden
logistieke activiteiten. De hubfunctie
hebben we te danken aan de 220
regelmatige lijndiensten die Antwerpen
aanlopen en waardoor klanten 220 mogelijkheden
hebben om hun goederen
vanuit Europa te verschepen. Maar om
deze troef ten volle te kunnen uitspelen
moet er meer flexibiliteit zijn, zowel op
het vlak van de havenarbeid als op het
vlak van de haventarifering. Bij dit laatste
denk ik aan het concessietarief én
aan de aanlooptarieven.
Het grote onderscheid tussen het aantrekken
van containertrafiek en van
PORTAAL MAGAZINE

14 BEDRIJF IN BEELD
breakbulktrafiek is de benadering: containertrafiek
trek je aan via de rederijen,
breakbulktrafiek via de industrie en de
rederijen. Een containerrederij heeft een
te grote diversiteit aan klanten om zijn
rotatie voor één klant om te gooien. Als
de industrie 100.000 tonbreakbulktrafiek
aan te bieden heeft, zal een rederij
wel overwegen om de klant te volgen
naar diens haven van keuze. Wil Antwerpen
in dit segment groter worden,
dan zal er nog meer aandacht moeten
zijn voor de verzuchtingen van de industrie.
Een tweede opportuniteit zie ik in de
watergebonden logistieke activiteiten.
Hiermee bedoel ik toegevoegde waardeactiviteiten
voor goederen die de
haven verlaten voor verdere distributie
of waarvan de basisgoederen de haven
zijn binnengekomen. Dit kan deepsea
zijn, maar ook binnenvaart.
Een andere opportuniteit zie ik in het
maximaal aanwenden van onze promotiemiddelen.
Ik geloof in een samenwerking
met alle mogelijke kanalen die
we ter beschikking hebben: het VIL,
FIT, ... noem maar op, zodat, als er pakweg
morgenochtend iemand in Hongkong
het kantoor van Flanders
Investment & Trade binnenstapt, hij
vakkundig te woord wordt gestaan
door iemand die hem de mogelijkheden
van onze haven kan aanbieden.
Portaal: Een andere approach van de
klant, meer flexibiliteit inzake havenkosten
... wat kan er nog meer gebeuren
om breakbulktrafieken aan te
trekken?
Marc Pirenne: Het is ook belangrijk dat
er een doorbraak komt in het sociaal
overleg van de havenarbeid. Ik ben
ervan overtuigd dat we nieuwe trafieken
kunnen aantrekken en nieuwe arbeidsplaatsen
kunnen creëren door de
organisatie van de havenarbeid flexibeler
te maken. In alle andere industrieën
hebben zowel werkgever als werknemer
die flexibiliteit ‘embraced’. In de
haven is dit niet zo, daar lopen wij achter.
En hiermee loopt ze het risico om
een eiland te worden binnen de economische
realiteit van Vlaanderen. En dat
is funest voor de werkgelegenheid.
ALFAPORT ANTWERPEN | CEPA
EUROPORTS
Cijfers
Aandeelhouders:
- Prime Infrastructure (het vroegere Babcock & Brown Infrastructure): 66 %
- Antin Infrastructure Partners (onderdeel van BNP Paribas): 19,9 %
- Arcus European Infastructure Fund: 14,1 %
Realiseert jaarlijks 68 miljoen ton goederenoverslag
16 Europese locaties en één in China
485 ha terminalcapaciteit met 31 km kaailengte
680 miljoen euro omzet, gegenereerd door 2.800 werknemers
Geschiedenis
2006: overname van de intermodale binnenvaartcontainerterminal WCT (België)
2007: overname TPS, de grootste drogebulkbehandelaar van Spanje
overname Manuport (België, Frankrijk, Bulgarije)
overname TRI, de grootste Italiaanse uitbater van bulkterminals
overname van de Finse havenbedrijven Rauma en Botnia
overname Westerlund (België, Frankrijk en China)
overname goederenbehandelaar SHRU (Duitsland)
2008: overname CTB Magemon (België)
2009-2010: integratie en rebranding van de oude ondernemingsnamen
onder de Europese koepel
Marktsegmenten
Heavy bulk: 21 %
Minor bulk: 26 %
Stukgoed en roro: 26 %
Industriële activiteiten: 12 %
Containers: 9 %
Vloeibare bulk: 6 %
EUROPORTS BELGIUM
Belangrijkste onderdeel van de Euroports-groep (35 % van de totale omzet)
Antwerpen:
• Euroports Terminals Antwerp – divisie Manufert (kaai 518) - suikerterminal
• Euroports Containers (kaai 170 en kaai 524) - binnenvaartvervoer
• Euroports Terminals Antwerp – bulk (kaai 182)
• Westerlund Bulk Terminal (kaai 54) - kaolien
• Euroports Terminals Leftbank (kaai 1205) – forest, staal, stukgoed
Gent: Euroports Terminals Gent (kaai 280)
Reyniers Havenbedrijf (kaai 850)
Meerhout: Euroports Containers Meerhout
Luik: CTB Magemon (in Loën, Renory, Seraing en Ile Monsin)
Charleroi: CTB Magemon (Port de Couillet)
Volume: 22 miljoen ton bulkgoederen
340.000 containers
300 mln euro omzet, gegenereerd door 1250 personeelsleden

Tabaknatie bouwt 220.000 m 2
op Linkeroever
Op de nieuwe concessie van 35 ha in het Logistiek Park
Waasland, breidt Tabaknatie zijn opslagcapaciteit uit met
in totaal 220.000 m 2 . Momenteel beschikt het tweede
grootste opslagbedrijf van de haven op de beide Scheldeoevers
over 800.000 m 2 opslagruimte. Op de Rechteroever
wordt momenteel het Asterix-magazijn afgewerkt, goed
voor 80.000 m 2 . Het nieuwe opslagcomplex (Amos) zal bestaan
uit verschillende gebouwen en wordt in 2014 operationeel.
Tabaknatie komt hiermee tegemoet aan de trend
in de tabaksector om ruwe tabak centraal te bewaren in
Antwerpen voor verdere distributie. Vanuit de haven
worden de loten vervoerd naar 50 verschillende landen.
60 % via schip, de overige 40 % via spoor en vrachtwagen.
Tweede dienst van UASC
naar Verre Oosten
De Arabische rederij UASC heeft zijn bestaande loop naar
het Verre Oosten opnieuw opgesplitst in twee diensten
AEC1 en AEC2 die beiden Antwerpen verbinden met het
Midden- en Verre Oosten.
De AEC1, die vorige zomer vanwege de crisis werd opgeschort,
wordt aangeboden met elf schepen van 2.700 tot
4.250 en vaart vanuit Antwerpen naar Hamburg, Rotterdam,
Port Said, Jeddah, Port Kelang, Shanghai, Busan,
Xiamen, Hongkong en Yantian. Op de terugweg gaat het
via Port Kelang, Khor Fakkan, Jebel Ali, Dammam, Jubail,
Khor Fakkan, Jeddah en Port Said rechtstreeks naar Antwerpen.
De bestaande AEC2 wordt bediend met tien schepen van
6.900 TEU en vaart vanuit Le Havre, Rotterdam, Hamburg
en Antwerpen naar Khor Fakkan, Busan, Shanghai, Yantian,
Singapore en Port Kelang.
De schepen worden behandeld door PSA Antwerp aan de
Europaterminal.
Nieuwe dienst naar
westkust Noord-Amerika
DYNAMIEK IN DE HAVEN 15
De Duitse rederij Hamburg Süd is een nieuwe dienst opgestart
vanuit Noord-Europa naar de westkust van
Noord-Amerika via het Panamakanaal. Tweemaal per
week worden er vertrekken aangeboden vanuit Antwerpen,
Hamburg, Antwerpen met bestemming Manzanillo,
Lazaro Cardenas, Long Beach, Seatlle, Oakland en Vancouver.
De containers worden in de Colombiaanse hub
Cartagena overgeladen op de schepen van Hamburg Süd,
CSAV en CCNI, die een gezamenlijke dienst uitbaten tussen
Mexico en de westkust van Noord- en Zuid-Amerika.
Bijkomende loop voor Antwerpen
naar het Verre Oosten
De CKYH-alliantie, bestaande uit Cosco, “K” Line, Yang
Ming en Hanjin, heeft haar dienst naar het Verre Oosten
herschikt waarbij Antwerpen een bijkomende aanloop
heeft gekregen.
De schepen van de NE2 (“K” Line en Yang Ming) worden
behandeld bij Antwerp International Terminal en varen
naar Jeddah, Singapore, Shekou, Hongkong, Xiamen,
Kaohsiung en Yantan.
De schepen van de NE3 (Cosco) laden in Antwerpen bij
DP World (Antwerp Gateway, Deurganckdok) en varen
naar Yantian, Hongkong, Tianjin, Dalian, Qingdao en
Ningbo.
De schepen van de NE4 (“K” Line, Yang Ming en Hanjin)
laden eveneens bij AIT aan het Deurganckdok en varen
vervolgens naar Singapore, Hongkong, Qingdao, Shanghai
en Ningbo.
Antwerpen enige Benelux-haven
in ZIM-dienst
De Israëlische rederij ZIM heeft zijn bestaande dienst tussen
Azië en de Middellandse Zee doorgetrokken naar
Noord-Europa. In de Asia Med Europe Service (AME) zullen
twaalf schepen worden ingezet met een capaciteit van
3.800 TEU. Vanuit Antwerpen (Antwerp Gateway) zetten
ze koers naar achtereenvolgens Hamburg, Alexandria,
Limassol, Haifa, Ashdod, Colombo, Shanghai, Da Chan
Bay, Port Kelang, Colombo en Nhava Sheva.
PORTAAL MAGAZINE

16 DYNAMIEK IN DE HAVEN
ALFAPORT ANTWERPEN | CEPA
Investering DP World
Breakbulk op koers
De afgelopen twee jaar investeerde DP World Breakbulk,
de joint-venture tussen DP World, Conti-Lines en Rickmers-Linie,
quasi 20 miljoen euro in de modernisering van
de terminal aan het Churchilldok. Geheel volgens plan
wordt er de eerstvolgende jaren verder geïnvesteerd. Als
eerste op de lijst staat de levering van een hydraulische
zelfaangedreven trailer met een capaciteit van 350 ton.
Vervolgens worden er nieuwe magazijnen gebouwd met
een totale opslagcapaciteit van 30.000 m² en verwacht men
de levering van 3 nieuwe portaalkranen. DP World Breakbulk
heeft ook recent een bijkomend terrein van 35.000 m²
ter beschikking gekregen ter uitbreiding van de bestaande
opslagoppervlakte.
Nieuwe spoorterminal in
Antwerpse haven
Op 29 april 2010 werd de nieuwe ‘open access’ spoorcontainerterminal
van Combinant nv - een joint venture van
BASF (45 %), Hupac (35 %) en IFB (20 %) - officieel ingehuldigd.
Combinant is toegankelijk voor alle transportfirma’s,
spooroperatoren en producenten uit alle sectoren en
zal met 10 tot 12 treinen per dag diverse bestemmingen in
Europa kunnen bedienen. Momenteel zijn er verbindingen
naar Bettembourg, Hendaye en Perpignan. De komende
maanden komen daar Verona, Novara, Duisburg,
Ludwigshafen en Wenen bij. Algemeen directeur Ben
Beirnaert maakt zich sterk na één jaar 150.000 containers te
kunnen behandelen. De multimodale weg-spoorterminal
Combinant is operationeel sinds 1 maart.

Sarens Group belevert nikkelmijn
in Nieuw-Caledonië
De Belgische Sarens Group levert kranen en zwaar rollend
materieel voor de Zwitserse mijngroep Xstrata die op het
Franse eiland Nieuw-Caledonië in Koniambo een nieuwe
nikkelmijn en -raffinaderij bouwt.
Het vervoer omvat negen projectverschepingen. Verwacht
wordt dat de mijn in 2012 operationeel wordt.
De eerste en tweede lading werden via de multipurposeterminal
van Zuidnatie verscheept.
Voor de eerste verscheping was ongeveer 4.000 m 2 terminaloppervlakte
nodig om al het zware materiaal (800
stuks) te kunnen lossen. Sarens charterde een schip van
170 m lang dat het 9.300 m 3 materiaal kon vervoeren. Bij
de tweede verscheping ging het om een lading van 7.000 m 3 .
Sarens Group heeft het eerste kwartaal van dit jaar een volume
van 150.000 m 3 verscheept.
DYNAMIEK IN DE HAVEN 17
CSAV breidt opnieuw zijn aanbod op
Caraïben uit
De Chileense rederij CSAV heeft, via een slotcharteragreement
op de Europe Carribean Service (ECS) van
CMA CGM opnieuw een stap gezet in de uitbreiding van
zijn diensten tussen Noord-Europa en Centraal-Amerika.
De dienst bestaat uit zes schepen met een capaciteit van
1.841 tot 2.127 TEU en bedient achtereenvolgens Rotterdam,
Tilbury, Hamburg, Antwerpen, Le Havre, Kingston,
Cartagena, Santo Tomas de Castilla, Puerto Cortes en
Puerto Limon. De eerste afvaart vanuit Antwerpen vond
plaats eind mei. De schepen worden behandeld door Antwerp
Gateway (Deurganckdok).
PORTAAL MAGAZINE

18 NIEUWS VAN DE LEDEN
Samen met VEA naar een
concurrentiële haven
Tony Hylebos, director van Safmarine Belgium, is sinds kort voorzitter van de Antwerpse
Scheepvaartvereniging. Portaal vroeg hem naar de sporen die hij in die hoedanigheid
wil achterlaten. Samenwerking en een competitieve haven bleken hierbij de
kernwoorden.
Portaal: Welke plannen heeft de nieuwe voorzitter in petto?
Tony Hylebos: Mijn voorgangers hebben reeds uitstekend werk
verricht, dus verwacht van mij geen grote wendingen in een
koers die ook de mijne is. Maar wat ik wel wil benadrukken, is
dat openheid voor mij enorm belangrijk is. Mijn plannen gaan
in de richting van intense samenwerkingen, omdat dit de enige
manier is om een doel te bereiken.
Ik denk hierbij in eerste instantie aan het intensifiëren van de
banden met VEA omdat ik er zeker van ben dat wij vaak gelijklopende
belangen hebben en omdat wij binnen het havengebeuren
de echte klanten van de haven zijn. Wat is een haven zonder
lading, zonder schepen?
VEA en ASV hebben in het verleden vaak haaks tegenover elkaar
gestaan, omdat de belangen van de goederen niet altijd de
belangen van de vervoerders waren. We vergaten toen soms
naar de gemeenschappelijke belangen te kijken. Als we ons
daarop focussen, hebben we een veel grotere hefboom naar de
douane en andere overheden.
Doordat we in hetzelfde gebouw op dezelfde verdieping zitten,
werken we nu al administratief samen, maar ik wil dit nog versterken.
Een andere samenwerking waar ik aan denk, is deze tussen de
verschillende Belgische havens. In de meeste havens zien we dat
de belangen van de gebruikers identiek zijn. Wij pleiten dan ook
voor een streamlining van de regelgeving en administratie in de
havens. Ik denk hierbij o.a. aan de douanewetgeving: die wordt
nu in de havens op een verschillende manier geïnterpreteerd.
Dat is toch te gek voor woorden?
Portaal: Waar is ASV actief mee bezig?
Tony Hylebos: Wat ons enorm aanbelangt zijn de havenkosten
en de dienstverlening. Op dat vlak willen wij actief meewerken
aan de verbeterde concurrentiële positie van Antwerpen en zetelen
wij in verschillende werkgroepen om die positie aan te
zwengelen. Als Antwerpen competitief wil zijn, moeten we ervoor
zorgen dat we in de Hamburg Le Havre-range op de meest
efficiënte manier goederen kunnen verschepen tegen een verantwoorde
kostprijs. Het moet voor de achterlandcargo een
evidentie worden om voor Antwerpen te kiezen. We zitten momenteel
in een vicieuze cirkel: er is minder lading en dat heeft
zijn weerslag op de dienstverlening. We moeten uit die spiraal
geraken en dat kan enkel door allemaal samen aan de kar te trekken
en over onze eigen muurtjes heen samen te werken.
Daarnaast neemt ASV natuurlijk een ondersteunende rol op naar
de leden. Meestal op juridisch vlak, maar ook als gemeenschap-
ALFAPORT ANTWERPEN | CEPA
pelijk platform naar andere instanties en als bron van informatie
waar de leden kunnen uit putten.
Portaal: Welke aandachtspunten ziet u nog in de toekomst voor
ASV weggelegd?
Tony Hylebos: Waar we een groot belang aan hechten is de opleiding
en tewerkstelling binnen de havengemeenschap. De promotiecampagnes
in 2008 hebben een goed resultaat opgeleverd
en door de economische terugval kampen we momenteel niet
met een personeelstekort. Maar we moeten goed voorbereid zijn
op de dag dat de economie terug aantrekt, we moeten er proactief
voor zorgen dat er op dat moment voldoende instroom is.
Daarom richten we ons naar het middelbaar onderwijs, om ervoor
te zorgen dat meer leerlingen een logistieke richting kiezen.

Daarnaast moeten we de kwaliteit en de kennis bij ons bestaand
personeel verhogen. Door hen bij te scholen en door ervoor te
zorgen dat we bij de instroom mensen aantrekken met meer basiskennis.
Ons beroep evolueert: er wordt steeds meer toegevoegde
waarde verwacht; de tijd van het eenvoudigweg
inbrengen van gegevens is voorbij. Ook daarin vinden VEA en
ASV elkaar, want ook in de expeditiesector wordt de toegevoegde
waarde steeds belangrijker.
Portaal: U komt uit de Maersk-familie, wat synoniem staat met
containers. In hoeverre ligt het conventionele u na aan het
hart?
Tony Hylebos: Binnen ASV zetel ik in mijn Safmarine-functie,
een rederij met een evenwichtige mix tussen container- en conventionele
lading. Deze evenwichtige mix zou ik ook graag in
de haven zien. We maken ons bezorgd om de dalende conventi-
onele trafiek in Antwerpen, een trafiek die misschien qua volume
niet zo groot is, maar wel belangrijk is op het gebied van
tewerkstelling en toegevoegde waarde.
Het voorzitterschap vind ik een enorme uitdaging.
Ik heb mijn bureau zodanig samengesteld dat er een zeer goed
evenwicht is tussen breakbulk, tankers, roro, stukgoed en containers.
Tegelijkertijd is er ook een goed evenwicht tussen onafhankelijke
agenturen en rederijkantoren.
Ik wil dat bureau slagkrachtig maken: niet zozeer een administratief
orgaan dan wel een werkorgaan van waaruit we een
gedegen visie kunnen ontwikkelen om de competitiviteit van
Antwerpen te vergroten.
ASV: raad van bestuur
Voorzitter:
Tony Hylebos (Safmarine Belgium nv)
NIEUWS VAN DE LEDEN 19
Ondervoorzitters:
Marc Beerlandt (MSC Belgium nv)
Philippe Oyen (Belgo-Iberian Maritime nv)
Penningmeester:
Ronny Lemmens (Newman Shipping & Agency C° nv)
Secretaris
John Hunter (Kennedy Hunter nv)
Bestuurders:
Pierre Brees (ZIM Belgium nv)
Pierre Daelemans (UASC Belgium Branch)
Lode Dheedene (Maersk Benelux bv)
Patrick Durot (Durot Shipping nv)
Wouter Huybrechts (Rickmers-Linie Belgium nv)
Gaston Janssens (MACS Benelux bv)
Aline Koninckx (VDA Port Agencies)
Wim Lemmens (Eimskip Belgium nv)
Vincent Maldague (Herfurth & C° nv)
Bernard Moyson (ACL Benelux nv)
Paul Nieuwland (Hamburg Süd)
Eugène Vanfleteren (CMA CGM Belgium nv)
Jos van Hasselt (China Shipping Agency (Belgium) bvba)
Werner Van Dessel
(Wallenius Wilhelmsen Logistics Belgium)
Yves van Doosselaere (Van Doosselaere & Achten)
ASV: leden van het bureau
Ondervoorzitters:
Marc Beerlandt (MSC Belgium nv)
Philippe Oyen (Belgo-Iberian Maritime nv)
Past president:
Eugène Vanfleteren (CMA CGM Belgium nv)
Penningmeester:
Ronny Lemmens (Newman Shipping & Agency C° nv)
Secretaris:
John Hunter (Kennedy Hunter nv)
Raadgevers:
Pierre Brees (ZIM Belgium nv)
Aline Koninckx (VDA Port Agencies)
Vincent Maldague (Herfurth & C° nv)
Directeur-generaal:
Xavier van Engelen (ASV vzw)
PORTAAL MAGAZINE

20 OPLEIDINGEN
ALFAPORT ANTWERPEN | CEPA
Een frisse wind
doorheen het
opleidingsaanbod
van Portilog
Eind vorig jaar werd Walter Van
Mechelen benoemd tot voorzitter
van Portilog, de aanbieder van
havengebonden en logistieke
opleidingen. Hij nam de fakkel over
van Willy Fornoville, die met pensioen
ging. Van Mechelen treedt aan
op een kantelmoment van Portilog:
een quasi volledig nieuw team dat
barst van frisse ideeën en een
nieuw gebouw
waar de werkvloer gedeeld wordt
met Logos. Tijd om de ambities op
een rij te zetten.
Portaal: Een nieuw voorzitterschap gaat meestal gepaard met
een nieuwe wind. Wat zijn uw ambities met Portilog?
Walter Van Mechelen: Laat mij eerst duidelijk maken dat ik het
heel prettig vind om in een organisatie als Portilog te kunnen
werken. Met nieuw personeel, een nieuwe sfeer, nieuwe kantoren,
nieuwe ideeën ... het is mijn ambitie om alle ideeën die mijn
voorganger en het huidige team hebben opgelijst, verder te ontplooien
en de bekendheid te vergroten. We zijn te weinig gekend
in Vlaanderen en zelfs in Antwerpen. Ik wil van Portilog een speler
maken inzake opleidingen in het haven- en transportgebeuren
in Vlaanderen. Om dit te realiseren, willen we Portilog meer
naamsbekendheid geven, het aanbod uitbreiden, nog beter inspelen
op de behoeften en een breder publiek bereiken.
Portaal: Weet niet iedereen in Antwerpen dat Portilog de opvolger
is van het Beroepsinstituut voor Havenbedienden (BIHB)?
Walter Van Mechelen: Bij de directe incrowd is dit wel bekend,
maar dit betekent niet dat de nieuwe doelstellingen bij iedereen
even gekend zijn. De opleidingsvorm van Portilog is immers
grondig gewijzigd. Vroeger moesten cursisten een jaar aan een
stuk, vier avonden per week én op zaterdag, opleiding volgen.
Portilog werkt met modules van verschillende avonden. Sommige
modules zijn standalone, andere worden in drie sequen-
ties aangeboden, nog andere zijn langlopend ... het is een systeem
dat door veel studenten gesmaakt wordt. Maar daarnaast
is Portilog tout court te weinig bekend. We moeten daar verandering
in brengen door meer naar buiten te komen en door ervoor
te zorgen dat ‘opleiding’ een vast en volwaardig
agendapunt wordt binnen de sector en de beroepsverenigingen.
Ik stel immers vast dat veel jongeren die afstuderen nog te weinig
kennis hebben van de sector. Dat ligt gedeeltelijk aan de opleiding
in de hogescholen, maar even zeer aan het feit dat elke
job in verticale vakjes wordt opgedeeld zodat jonge werknemers
het globale overzicht op het beroep verliezen.
Portaal: Ligt er dan voor Portilog een taak weggelegd richting
hogescholen?
Walter Van Mechelen: Dat is al een realiteit. We hebben een sa-

menwerkingsovereenkomst afgesloten met de Artesis Hogeschool
Antwerpen voor de postgraduaatopleiding Douanewetenschappen.
Vanzelfsprekend staan wij open om ook met
andere hogescholen onze expertise te delen.
Portaal: Zijn bedrijven geneigd om in te gaan op een opleidingsvraag
van hun personeel?
Walter Van Mechelen: Doorgaans wel. Ze kunnen daarbij gebruikmaken
van verschillende subsidie- en kostenbesparende
maatregelen om hun opleidingsbeleid betaalbaar te houden. Bedrijven
die lid zijn van een van de beroepsverenigingen komen
in aanmerking voor het ledentarief en kunnen dit eventueel combineren
met de financiële tussenkomst van de kmo-portefeuille.
Verder wordt een aantal opleidingen gratis aangeboden aan
pc 226 1 of kan het cursusgeld ook deels gerecupereerd worden
OPLEIDINGEN 21
via het subsidiefonds van Logos (zie kader). Aangezien onze opleidingen
zeer praktijkgericht zijn, renderen ze quasi onmiddellijk.
Afgelopen jaar bereikten we 2.900 cursisten en dat zal dit
jaar zeker geëvenaard worden. Momenteel loopt in de haven van
Gent zelfs een opleidingsreeks gevarengoed voor maar liefst 450
havenarbeiders.
Portaal: Om meer mensen te bereiken werd het opleidingspalet
van Portilog onlangs uitgebreid met PortAcademy ...
Walter Van Mechelen: Dat zijn ontbijtseminaries van een drietal
uur die zich richten naar de hogere kaders zoals de HR-manager,
de financieel directeur ... Onze eerste editie was meteen
een schot in de roos met de douaneproblematiek als thema. We
gingen hierbij niet in detail, maar gaven een overzicht van wat er
gaande is. Het tweede seminarie handelde over milieu. Ook hier
werden de hoofdlijnen van de evolutie en actuele trends toegelicht.
Eind april behandelde ITMMA-voorzitter en hoogleraar Theo
Notteboom de impact op de economische crisis. Nog voor de
zomer programmeert PortAcademy het thema Rotterdam Rules
en de herziening van de Antwerpse havengebruiken.
De PortAcademy-sessies worden steeds voor een beperkt publiek
ingericht, omdat ze tegelijkertijd een netwerkfunctie hebben.
Portaal: In hoeverre is er een overlapping in het cursusaanbod
met Logos?
Walter Van Mechelen: Dat wordt steeds minder omdat we dichter
naar elkaar toegroeien. We zitten in één kantoor, hebben dezelfde
permanentie en voeren ernstige gesprekken om de
opleidingen te stroomlijnen. Een bedrijf dat zijn medewerkers
opleidingen laat volgen bij Portilog wordt hiervoor zelfs gedeeltelijk
automatisch door Logos gesubsidieerd.
1 Alle ondernemingen voor bedienden uit de internationale handel,
het vervoer en de logistiek
WALTER VAN MECHELEN
Startte zijn professionele carrière in 1977 bij scheepsagentuur
Grisar & Velge. In de periode 1990-2002 was hij general
manager bij Grisar & Velge en Polytra en leidde hij
diverse dochtermaatschappijen. Van 2002 tot 2010 was hij
bestuurder en general manager van alle firma’s uit de
Velge Group. Momenteel is hij bij Gosselin Group actief
als Business Development Manager en is hij eerste ondervoorzitter
van VEA. Daarnaast bekleedt hij nog verschillende
mandaten zoals o.a. bestuurder van Medimar en is
hij ereconsul van Letland. Sinds december 2009 is Walter
voorzitter van Portilog.
Tijdens de jongste raad van bestuur van Alfaport Antwerpen
in mei 2010 werd Walter Van Mechelen unaniem verkozen
tot president designate van Alfaport Antwerpen.
Vanaf eind november zal hij Roger Roels opvolgen, die na
een periode van 3 jaar voorzitterschap de fakkel zal overdragen.
In Portaal 20 (december 2010) zult u een uitgebreid
interview met Walter Van Mechelen kunnen lezen naar
aanleiding van zijn aantreding tot nieuwe voorzitter.
PORTAAL MAGAZINE

22 OPLEIDINGEN
AANTREKKELIJK SUBSIDIES VOOR OPLEIDINGEN
Sommige opleidingen zijn gratis voor bedrijven die ressorteren onder pc 226, andere opleidingen komen in aanmerking voor
subsidies. Hieronder vindt u een overzicht van de subsidiemogelijkheden.
Goed nieuws is dat deze kunnen gecumuleerd worden, waardoor bedrijven tot 70 % op het cursusgeld kunnen besparen.
Waar wacht u eigenlijk nog op?
VOOR BEDRIJVEN
LOGOS WIE? voor bedrijven die ressorteren onder pc 226
HOE aan te vragen vòòr de startdatum van de cursus
(www.logosinform.be)
HOEVEEL? 10 euro per effectief lesuur met een maximum
van 30 euro x het aantal bedienden
Kmo-portefeuille WIE? voor kmo's en vrije beroepen die gevestigd zijn in
het Vlaamse Gewest moeten deel uitmaken van de
privésector (vzw's komen niet in aanmerking)
HOE? aan te vragen uiterlijk 14 kalenderdagen na startdatum
(www.kmo-portefeuille.be)
HOEVEEL? tot 15.000 euro per jaar
VOOR WERKNEMERS
Opleidingscheques WIE? voor werknemers van +25 jaar
WAT? opleiding buiten de normale werkuren of tijdens
wettelijke schorsing van arbeidsovereenkomst
HOE? aan te vragen tot twee maand na de startdatum
(www.vdab.be)
te gebruiken gedurende 14 maand
HOEVEEL? tot 250 euro per kalenderjaar
ALFAPORT ANTWERPEN | CEPA

Dredging International nv
Haven 1025 - Scheldedijk 30
B-2070 Zwijndrecht, Belgium
T +32 3 250 52 11
F +32 3 250 56 50
info@deme.be
www.deme.be
Havenbouw en onderhoud van vaarwegen:
écht specialistenwerk!
Member of the DEME Group
De milieuvriendelijke sleephopperzuiger “Brabo” houdt de toegang tot een wereldhaven als
Antwerpen op diepte. Het is maar één voorbeeld van de ontelbare projecten die Dredging International
over de hele wereld uitvoert.
Met 150 jaar ervaring, een uitgebreide, moderne vloot en meer dan 3700 specialisten in dienst, heeft
Dredging International alle expertise in huis om elk bagger- en waterbouwproject, hoe complex ook,
perfect af te werken.
DEME: creating land for the future