Meerjarenopleidingsplan polsstokhoogspringen - Get a Free Blog
Meerjarenopleidingsplan polsstokhoogspringen - Get a Free Blog
Meerjarenopleidingsplan polsstokhoogspringen - Get a Free Blog
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Meerjaren opleidingsplan polsstokspringen<br />
7. Vertraag niet tijdens de laatste drie passen!<br />
Elitespringers kunnen hun snelheid tijdens de laatste aanlooppassen aanhouden en zelfs versnellen.<br />
Topspringers vergroten hun snelheid van de voorlaatste naar de laatste aanlooppas voor hun afzet.<br />
Veel springers, zelfs sommige topspringers, vertragen nog tijdens de laatste drie passen. Dit moet<br />
vermeden worden. Zorgen dat je de polsstok dynamisch en tijdig plant, op de exacte plaats afzet met<br />
een juiste lichaamshouding op het moment dat de polsstok de achterwand van de insteekbak raakt,<br />
zijn factoren die het pasritme tijdens de laatste passen kunnen verstoren en vertragen.<br />
Vele trainingsuren en oefendrills zijn noodzakelijk voordat een springer kan versnellen of zijn snelheid<br />
kan aanhouden tijdens de laatste passen van zijn aanloop.<br />
8. Gebruik een langere voorlaatste pas en een kortere snelle laatste pas<br />
De meeste polsstokspringers, top- of recreantspringers gebruiken een langere voorlaatste en een<br />
kortere, snellere laatste aanlooppas. Voor de meeste topspringers bedraagt de lengte in afstand<br />
tussen laatste en de voorlaatste aanlooppas, 0.90 tot 0.95cm. Het pasritme neemt toe tijdens de<br />
laatste pas zodat de snelheid niet afneemt ondanks een kleinere en kortere laatste pas. Elitespringers<br />
gebruiken een kortere paslengte waardoor de pasfrequentie toeneemt zodanig dat de snelheid tijdens<br />
de laatste pas voor de afzet nog kan verhogen.<br />
Planten en afzetten<br />
9. Aanhouden van een rechte positie<br />
Topspringers zijn groter bij de afzet en het planten van de polsstok. Minder getrainde springers leunen<br />
achterwaarts tijdens deze fase. Dit heeft een negatief effect op de afzetsnelheid. Het heeft een<br />
nadelige invloed op de “maximale insteekhoek” tussen de polsstok aan de aanloopbaan.<br />
10. Maximaliseer de insteekhoek tussen de polsstok en de aanloopbaan<br />
tijdens de afzet<br />
Dit verkleint de insteekhoek waarrond de polsstok moet roteren om tot een verticale positie te komen.<br />
Het laat tevens een efficiëntere energietransfer in de polsstok toe. Als de greep-hoogte aan de<br />
polsstok toeneemt, verkleint de insteekhoek. Topspringers hebben dus een kleinere insteekhoek dan<br />
minder getrainde springers. Deze insteekhoek hangt tevens af van de lengte van de springer. Een<br />
grotere polsstokspringer zal mogelijkerwijze een grotere insteek-hoek hebben. Elitespringers hebben<br />
tijdens het planten een insteekhoek van minder dan 30°. Deze vergroot lichtjes tussen het moment<br />
van planten en afzetten.<br />
11. Houdt je lichaam aangespannen tijdens het planten<br />
Het planten is het begin van de energietransfer welke een springer overbrengt in de polsstok. Indien<br />
het lichaam “vormloos” is, zal de energie welke als transfer zou moeten omgezet worden in de<br />
polsstok, verloren gaan in de vorm van ontspannen spieren en pezen. Voorrek en aanspannen van de<br />
spieren in de borst, schoudergordel en armen zal dit energieverlies minimaliseren.<br />
Mei 2009 - 35 -