19.09.2013 Views

Richtlijn Cognitieve Revalidatie - SEN

Richtlijn Cognitieve Revalidatie - SEN

Richtlijn Cognitieve Revalidatie - SEN

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Conclusies<br />

Niveau 2<br />

Niveau 2<br />

Aanbeveling<br />

Het is aannemelijk dat het aanleren van cognitieve<br />

bewegingsstrategieën, gericht op lopen en lichaamstransfers, het<br />

dagelijks functioneren van patiënten met de ziekte van Parkinson kan<br />

verbeteren.<br />

Het is aannemelijk dat de effecten van strategietraining<br />

handelingspecifiek zullen zijn en dat er weinig tot geen generalisatie<br />

zal optreden naar niet getrainde handelingen.<br />

Bij patiënten met de ziekte van Parkinson kunnen interventies in de vorm van cognitieve<br />

bewegingstrategieën voor lopen en lichaamstransfers worden toegepast wanneer er<br />

problemen in de uitvoering ontstaan die het dagelijks functioneren beperken.<br />

3.2.6 Executieve functies<br />

Algemene Inleiding<br />

Executieve functies zijn hogere orde functies die verantwoordelijk zijn voor de initiatie,<br />

planning en regulatie van complex doelgericht taak- en sociaal gedrag.<br />

Op executieve functies wordt een beroep gedaan in omstandigheden die nieuw of complex<br />

zijn, waarbij niet terug gevallen kan worden op routines of automatismen en waarbij de<br />

situatie weinig gestructureerd is (180). Executieve functies zijn in feite een set van functies,<br />

waarbij de volgende indeling op gedragsniveau gebruikelijk is:<br />

1. Inzicht (‘awareness’): het inzicht in en de anticipatie op veranderingen in eigen<br />

functioneren door het hersenletsel en de consequenties daarvan voor het dagelijks leven.<br />

2. Doelen stellen: het vermogen om reële doelen te stellen, die passend zijn bij iemands<br />

behoeften en mogelijkheden.<br />

3. Planning en organisatie: het vermogen om de stappen te bedenken die nodig zijn om een<br />

doel te bereiken, en deze in de goede volgorde te plaatsen.<br />

4. Initiatiefname en uitvoering: het vermogen om de geplande stappen daadwerkelijk in<br />

gang te zetten en uit te voeren.<br />

5. Regulatie en zelfcontrole: het vermogen om het eigen gedrag te beoordelen, af te<br />

stemmen op het gestelde doel en te vergelijken met de gemaakte planning, en eventuele<br />

discrepanties of fouten waar te nemen.<br />

6. Flexibiliteit en probleemoplossen: het vermogen om het gedrag, indien nodig, te<br />

corrigeren of aan te passen aan veranderde omstandigheden, of in een nieuwe situatie<br />

een oplossing voor een probleem te bedenken.<br />

7. Zelfinhibitie: het vermogen om impulsen te onderdrukken, gedrag indien nodig uit te<br />

stellen, en gedrag dat niet meer efficiënt of gepast is, stop te zetten.<br />

8. Strategisch gedrag: het vermogen om succesvol gebleken gedrag (adequate plannen,<br />

goede oplossingen) ook in andere situaties toe te passen.<br />

Daarnaast worden het werkgeheugen en het prospectief geheugen ook vaak beschouwd als<br />

onderdeel van de executieve functies. Onder werkgeheugen wordt verstaan het tijdelijk<br />

vasthouden van een beperkte hoeveelheid informatie, waarop tevens bewerkingen worden<br />

uitgevoerd. Het prospectief geheugen heeft betrekking op het onthouden van informatie die<br />

op een later tijdstip van belang is en daarmee van invloed is op iemands planning.<br />

33

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!