Rooms-katholieke school Dalfsen bestaat 75 jaar Een ... - Atlantis
Rooms-katholieke school Dalfsen bestaat 75 jaar Een ... - Atlantis
Rooms-katholieke school Dalfsen bestaat 75 jaar Een ... - Atlantis
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
▼<br />
Figuur 2: Pompkarn en Tonnekarn.<br />
‘heffende en drukkende denzelven telkens<br />
op en neder, tot zoo lang dat de room gekarnt<br />
en de boterdeelen van de melkdeelen<br />
zijn afgescheiden, of, zoo als de landlieden<br />
zeggen: tot dat het karn af is.’ Deze<br />
karnton was niet ideaal. Het opheffen<br />
van de karnstok vergde meer kracht<br />
dan de neerwaartse beweging omdat<br />
de ton van boven nauwer is.<br />
Tonnekarn<br />
De tonnekarn, te zien in figuur 2, leek<br />
de oplossing. Ook hier weer exacte<br />
maten. Aan de boven- en onderzijde<br />
een middellijn van 19 duimen en de<br />
buik van de ton had een diameter van<br />
25 duimen. De karnschijf was weer 18<br />
duimen in doorsnee. De hoogte van<br />
de karnton varieerde al naar gelang<br />
de omvang van het bedrijf. <strong>Een</strong> gangbare<br />
maat was 3 voet en 3 duimen.<br />
Omdat voor de op- en neergaande bewegingen<br />
van de karnstok ongeveer<br />
evenveel kracht nodig is, was het karnen<br />
met een karnton een minder<br />
zware bezigheid.<br />
Er was echter één belangrijk nadeel.<br />
Uit ervaring bleek namelijk, dat met<br />
de ouderwetse karnton ‘scherper’ gekarnd<br />
kon worden, ‘omdat de schuring<br />
of snijding van de room veel scherper<br />
dringt tegen de engte van de bovenste<br />
versmalling van het vat, en dat de boterkernen<br />
daarin, naar boven gedrongen<br />
wordende, spoediger aaneen klonteren en<br />
daardoor vastere boter oplevert als in de<br />
tonnekarn.’<br />
Pompkarn<br />
Keren we terug tot de karnbewerkingen<br />
en de (technische) ontwikkelingen<br />
die er waren.<br />
Allereerst is daar dan de ‘pompkarn’,<br />
een eenvoudig toestel (figuur 2), dat<br />
weinig kracht vergde en met name<br />
toepassing vond in Zuid-Holland. We<br />
zien hier, dat aan een van de zolderbalken<br />
in het karnhuis een hangblok<br />
is bevestigd, waarin een spil is gestoken<br />
en daarin is weer de slingerbalk<br />
bevestigd, alsmede een hefboom met<br />
daaraan de karnstok. De werking is<br />
heel simpel. Door de pompende beweging<br />
van de boerin gaat de karnstok<br />
een op- en neergaande beweging<br />
in de karnton maken, met uiteindelijk<br />
boter als resultaat.<br />
Wipkarn<br />
De ‘techniek’ stond niet stil! <strong>Een</strong> nog<br />
eenvoudiger wijze van karnen werd<br />
gevonden in de wipkarn (figuur 3).<br />
Bij deze bewerking ging men gebruik<br />
maken van een buigzame lat, die aan<br />
de zolderbalk bevestigd is. De lat is<br />
aan het einde verbonden met een<br />
touw en er tussenin is de karnstok<br />
met de lat. Ook hier is de werking<br />
simpel. De boer trekt het touw naar<br />
beneden, laat het weer vieren en de<br />
karnstok gaat op en neer in de ton. De<br />
buigzaamheid van de lat bleek op den<br />
duur parten te gaan spelen, waardoor<br />
de karnstok onvoldoende op en neer<br />
ging.<br />
998 RONDOM DALFSEN 47<br />
▼<br />
Figuur 3: Wipkarn.<br />
▼<br />
Figuur 4: Treekarn.<br />
Treekarn<br />
<strong>Een</strong> vermoeiende bezigheid was het<br />
karnen met behulp van de treekarn,<br />
die is afgebeeld in figuur 4. We zien<br />
hier een lange plank, de treeplank,<br />
waarop de boerin staat ‘in eene tredende<br />
houding en steunende op een houten<br />
kruk’. De plank is even over het<br />
midden vastgenageld aan een houten<br />
rol. Deze plank is aan de rechterkant<br />
bevestigd aan een stok met daaraan<br />
een dwarsstok, die via twee houten<br />
klampen met dwarsspil weer in verbinding<br />
staat met de karnstok. Door<br />
nu telkens van de ene voet op de andere<br />
te gaan staan, veroorzaakt de<br />
boerin een ‘op- en nederwippende beweging<br />
van den plank’. Daardoor komt<br />
ook de rest in beweging en gaat de<br />
karnstok op en neer in de karnton en<br />
door die gestadige beweging is boter<br />
het eindresultaat.<br />
Deze methode van karnen heeft overigens<br />
niet veel opgang gemaakt omdat<br />
het toch te vermoeiend werd gevonden.<br />
<strong>Een</strong> bezwaar was ook, dat<br />
lang niet iedereen bij machte was gelijke<br />
tred te houden op de treeplank,<br />
hetgeen het karnen niet ten goede<br />
kwam.<br />
Slinger- of draaikarn<br />
En dan was er nog een iets vernuftiger<br />
methode van karnen, die omstreeks<br />
1850 werd uitgedacht door de<br />
steenhouwersknecht Jacob Timmermans.<br />
Dat betrof een slinger- of draai-