Beheerplan Bloemendaalseweg - Wijkteam Plaswijck
Beheerplan Bloemendaalseweg - Wijkteam Plaswijck
Beheerplan Bloemendaalseweg - Wijkteam Plaswijck
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
5 Erven<br />
5.1 Gebiedsbeschrijving<br />
De erven bestaan uit een aantal onderdelen:<br />
de tuin aan de voor- en zijkant van de bebouwing,<br />
het erf aan de achterzijde van de bebouwing,<br />
boomgaarden en weilanden.<br />
Wat hieronder wordt beschreven, geldt vooral<br />
voor gebied 1 en 2 (vanaf de A12 tot de<br />
Hendrikshoeve). In gebied 3 (oude Ridder van<br />
Catsweg) betreft het vooral stadse woningen<br />
met een tuin rond de woning. Deze situatie is<br />
vergelijkbaar met andere "gewone" situaties in<br />
Gouda en wordt niet apart beschreven.<br />
De weilanden: de waarde van deze onderdelen<br />
is de herkenbaarheid van de vroegere<br />
agrarische activiteit (melkveehouderij) en de<br />
ruimte die in de huidige stedelijke omgeving<br />
wordt behouden. Een aantal weilanden is in<br />
beheer bij "Ouders Vrucht" (onderdeel van<br />
Gemiva-SVG groep) en vervult daar een agrarische<br />
functie. De onbebouwde weilanden aan<br />
het einde van de <strong>Bloemendaalseweg</strong> zijn<br />
beeldbepalend. Vanaf dit punt wordt de omgeving<br />
steeds landelijker (gebied ten noorden<br />
van de A12).<br />
25 <strong>Beheerplan</strong> <strong>Bloemendaalseweg</strong> en Ridder van Catsweg<br />
Oorspronkelijk kenden de weilanden een<br />
beeld van grassen met kruiden. Het gras werd<br />
kort gehouden door het vee of het werd tot<br />
hooi verwerkt in twee of drie maaigangen.<br />
Later gingen de boeren over tot toepassing<br />
van kunstmest en het inzaaien van een<br />
beperkte samenstelling van grassoorten (vaak<br />
één grassoort). Bovendien werd het maaien<br />
geïntensiveerd. De huidige bedreiging is dat<br />
de weilanden een andere inrichting krijgen<br />
door ander gebruik waarbij de openheid en<br />
het oorspronkelijke karakter verloren gaan.<br />
De boomgaarden: Bij zowel particuliere als<br />
openbare erven zijn boomgaarden. Ze zijn<br />
meestal niet al te groot omdat ze voor eigen<br />
gebruik en voor de bijhandel zijn aangeplant.<br />
De boomgaarden liggen doorgaans naast de<br />
boerderijen. Het betreft veelal ouderwetse<br />
hoogstamboomgaarden met oude fruitrassen.<br />
Hoogstamboomgaarden zijn in de commerciële<br />
fruitteelt volledig verdwenen. Bovendien<br />
bieden de bomen met hun bloesems een bijzondere<br />
waarde voor insecten waaronder de<br />
bijen (bijentuin bij de kinderboerderij). Een<br />
bedreiging is de slechte gezondheid van een<br />
aantal fruitbomen, het intensieve specialistische<br />
onderhoud en de natte bodem.<br />
De tuin/het erf aan de achterzijde van de<br />
bebouwing: dit gedeelte van het erf ligt het<br />
minst in het zicht vanaf de<br />
<strong>Bloemendaalseweg</strong> en is van oorsprong ook<br />
altijd het meest rommelige gedeelte geweest.<br />
Dit geldt ook voor de beplanting, die deels<br />
bewust werd aangeplant maar ook op overhoekjes<br />
e.d. vanzelf kon ontstaan. Deze overhoekjes<br />
hebben vooral een natuurwaarde<br />
zowel door het extensieve beheer als de voorkomende<br />
beplanting die aantrekkelijk is voor<br />
insecten, vogels, kleine zoogdieren en ringslangen.<br />
De bedreiging is vooral dat dit deel<br />
van het erf door een andere functie netjes<br />
wordt ingericht en onderhouden. De kleine<br />
voor- en zijtuinen versterken deze bedreiging.<br />
De tuin aan de voor- en zijkant van de bebouwing:<br />
oorspronkelijk lag de nutstuin (groenten,<br />
aardbeien, fruit in struikvorm en kruiden) aan<br />
de zijkant en de siertuin aan de voorkant van<br />
de bebouwing. Tegenwoordig is er vrijwel<br />
alleen nog een siertuin te vinden die vaak het<br />
oorspronkelijke karakter van boerentuin heeft<br />
verloren. Daarnaast zijn deze tuinen veelal<br />
klein van formaat in verhouding tot de voortuinen<br />
die in andere delen van het land bij de<br />
boerderij te vinden zijn. In een aantal tuinen<br />
zijn nog leibomen (vaak lindes) terug te vinden<br />
die voor de gevel van de boerderij staan. Deze<br />
bomen dienden veelal om de zon uit het huis<br />
te houden in de zomerperiode. Het verhardingsmateriaal<br />
was vaak grind. De waarde is<br />
een historische opbouw van het boerenerf.<br />
De bedreiging is de veranderde functie waardoor<br />
wensen op het gebied van comfort en<br />
nieuwe modes de overhand krijgen. Zo is de<br />
verleiding groot om te kiezen voor andere vormen<br />
van zonwering in plaats van de onderhoudsintensieve<br />
leibomen voor de gevel.