21.09.2013 Views

How Not - Suunto

How Not - Suunto

How Not - Suunto

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

SUUNTO ON<br />

<strong>How</strong> <strong>Not</strong><br />

to<br />

Rely on Luck<br />

WHEN OPTIMIZING YOUR TRAINING EFFECT.<br />

TRAININGSHANDBOEK


INHOUD<br />

5 INLEIDING<br />

6 EFFECTIEF TRAINEN<br />

7 METEN MET DE SUUNTO t6<br />

7 EPOC (EXCESS POST-EXERCISE OXYGEN CONSUMPTION)<br />

8 TOENAME VAN DE EPOC<br />

9 AFNAME VAN DE EPOC<br />

9 DE EPOC BIJ VERSCHILLENDE SOORTEN TRAINING<br />

10 VEELGESTELDE VRAGEN OVER EPOC<br />

11 EFFECT VAN DE TRAINING<br />

12 TRAININGSEFFECT BIJ VERSCHILLENDE SOORTEN TRAINING<br />

12 ANDERE PRESTATIEPARAMETERS<br />

13 HARTSLAG<br />

14 ADEMHALINGSPARAMETERS<br />

15 ZUURSTOFVERBRUIK<br />

17 ENERGIEVERBRUIK<br />

18 HOOGTE<br />

19 DE SUUNTO t6 ALS TRAININGSINSTRUMENT<br />

19 ALGEMENE TRAININGSPRINCIPES<br />

19 EFFECT VAN DE TRAINING<br />

20 VERSCHILLENDE TRAININGSVORMEN<br />

21 RUST EN HERSTEL<br />

23 TIPS VOOR BEGINNERS<br />

23 RUSTIG BEGINNEN<br />

24 UW STARTPUNT BEPALEN<br />

25 PROGRESSIE BOEKEN BIJ HET TRAINEN<br />

26 DE SUUNTO t6 BIJ GERICHTE DUURTRAINING<br />

26 UW TRAININGSNIVEAU KENNEN<br />

27 CONTROLETRAINING<br />

30 DE SUUNTO t6 EN UW GEWICHT<br />

30 EEN GESCHIKTE TRAININGSINTENSITEIT<br />

32 TIPS VOOR HET GEBRUIK VAN SUUNTO TRAINING MANAGER<br />

35 VERKLARENDE WOORDENLIJST<br />

37 LITERATUUR<br />

37 MEER INFORMATIE<br />

TRAININGSHANDBOEK 3


4 TRAININGSHANDBOEK


INLEIDING<br />

Welkom in de wereld van <strong>Suunto</strong> Sportinstrumenten! Deze gids bevat belangrijke informatie<br />

over doelgerichte training en de effecten daarvan op het ademhalingssysteem en het hart.<br />

Tevens kunt u in deze gids lezen hoe u met de <strong>Suunto</strong> t6-polscomputer een hoger rendement uit<br />

uw training kunt halen en hoe u de unieke functies van de <strong>Suunto</strong> t6 optimaal kunt benutten.<br />

TRAININGSHANDBOEK 5


EFFECTIEF TRAINEN<br />

De <strong>Suunto</strong> t6 is een nieuw trainingshulpmiddel,<br />

gebaseerd op de precieze meting van de<br />

tijdsduur tussen de hartslagen. Op basis van<br />

dit tijdsinterval en de gemeten variaties<br />

daarin, kan de <strong>Suunto</strong> Training Manager<br />

allerlei gegevens berekenen over hoe uw<br />

lichaam tijdens een training reageert.<br />

Hét grote voordeel van deze fysiologische<br />

analyses van de <strong>Suunto</strong> t6 is, dat het nu voor<br />

het eerst mogelijk is om de fysieke belasting<br />

EEN JUISTE TRAININGSBELASTING GARANDEERT OPTIMALE PROGRESSIE<br />

EPOC<br />

250<br />

225<br />

200<br />

175<br />

150<br />

125<br />

100<br />

75<br />

50<br />

25<br />

0<br />

0<br />

TE ZWARE TRAINING<br />

Te zwaar voor huidige<br />

vorm<br />

Risico op overtraining<br />

Noodzakelijk om training<br />

aan te passen<br />

2<br />

4<br />

Gebied van optimale<br />

trainingsbelasting<br />

6<br />

8<br />

10<br />

GEBIED VAN OPTIMALE<br />

TRAININGSBELASTING<br />

Effect van de training neemt toe<br />

Trainingsmethode kan ongewijzigd<br />

blijven<br />

12<br />

Beoogde vooruitgang<br />

14<br />

16<br />

TE LICHTE TRAINING<br />

Als de conditie beter<br />

wordt, moet de intensiteit<br />

toenemen om het effect<br />

van de training te verhogen.<br />

Noodzakelijk om training<br />

aan te passen<br />

18<br />

Trainingssessie<br />

20<br />

22 TIJD<br />

(Weken)<br />

Figuur 1. De <strong>Suunto</strong> t6 begeleidt u bij uw training om optimaal aan uw conditie te<br />

kunnen werken.<br />

Naast de hartslag, EPOC en het trainingseffect<br />

geeft de trainingsanalyse van de <strong>Suunto</strong> Training<br />

Manager ook informatie over uw zuurstofopname,<br />

energieverbruik, ademhalingsvolume<br />

en ademfrequentie. De software bevat<br />

ook uitgebreide functies voor een logboek<br />

6 TRAININGSHANDBOEK<br />

als gevolg van training te meten, uitgedrukt<br />

in EPOC (Excess Post-exercise Oxygen Consumption),<br />

het extra zuurstofverbruik van<br />

het lichaam na een inspanning. De software<br />

relateert deze EPOC aan uw persoonlijke<br />

prestatieniveau, zodat u uw juiste trainingsintensiteit<br />

en duur kunt bepalen. Met de<br />

<strong>Suunto</strong> t6 weet u zeker dat uw conditie<br />

daadwerkelijk verbetert en dat u zich niet<br />

voor niets in het zweet heeft gewerkt.<br />

en een trainingsplanning. De <strong>Suunto</strong> t6 is een<br />

uitstekend hulpmiddel om uw inspanningsniveau<br />

tijdens de training in de gaten te houden.<br />

De gebruiksvriendelijke hartslagmeter-,<br />

stopwatch- en alarmfuncties kunnen bij allerlei<br />

soorten trainingen worden ingesteld.


METEN MET DE SUUNTO t6<br />

In dit hoofdstuk leest u hoe u tijdens uw trainingen<br />

bepaalde waarden met de <strong>Suunto</strong> t6<br />

kunt meten en wat deze waarden betekenen<br />

in sporttermen.<br />

Om de prestaties van de gebruiker te kunnen<br />

analyseren, heeft de <strong>Suunto</strong> t6-software<br />

enkele persoonlijke basisgegevens nodig.<br />

De belangrijkste zijn leeftijd, gewicht, lengte,<br />

geslacht en het prestatieniveau (mate<br />

van getraindheid). Op basis van deze gegevens<br />

berekent het programma uitgangswaarden<br />

voor bepaalde parameters, zoals<br />

maximale hartslag en maximale prestatie.<br />

De werkelijke waarden voor maximale hartslag<br />

en prestatieniveau kunnen echter sterk<br />

per persoon verschillen, dus als u over de<br />

exacte waarden voor deze parameters beschikt,<br />

kunt u deze het beste handmatig invoeren.<br />

Dit verhoogt de nauwkeurigheid<br />

van de berekeningen.<br />

EPOC (EXCESS POST-EXERCISE<br />

OXYGEN CONSUMPTION)<br />

De EPOC geeft aan hoeveel extra zuurstof<br />

uw lichaam nodig heeft om na een training<br />

te herstellen. Als gevolg van de fysieke belasting<br />

van de training verbruikt uw lichaam<br />

meer zuurstof na de training dan wanneer<br />

het in rust is. Hoe intensiever de training,<br />

hoe hoger dit extra zuurstofverbruik (EPOC)<br />

na de training en hoe meer de homeostase<br />

(evenwicht) van uw lichaam verstoord<br />

wordt.<br />

De EPOC geeft dus aan hoe inspannend de<br />

training was. Het is een numerieke waarde<br />

die de duur en intensiteit van de training<br />

weergeeft alsmede een indicatie geeft over<br />

andere fysieke en mentale factoren die uw<br />

lichaam beïnvloeden, zoals stress en vermoeidheid.<br />

Omdat de EPOC tot voor kort alleen in een<br />

laboratorium kon worden gemeten, worden<br />

deze waarden tot op heden alleen bij inspanningsfysiologisch<br />

onderzoek gebruikt.<br />

Doordat de <strong>Suunto</strong> t6 het eerste instrument<br />

is dat EPOC in het veld kan meten, is het dus<br />

nu voor het eerst mogelijk om de intensiteit<br />

én het effect van de training vast te stellen<br />

en te blijven bewaken.<br />

TRAININGSHANDBOEK 7


TOENAME VAN DE EPOC<br />

Hoe intensiever en langer een trainingssessie,<br />

hoe hoger de gemeten EPOC-waarde<br />

zal zijn.<br />

Bij intensiever trainen neemt de EPOC sneller<br />

toe dan bij langer trainen. Dit betekent dat<br />

een lichte, maar lange training niet tot een<br />

hoge EPOC-waarde hoeft te leiden, terwijl<br />

een korte intensieve training al snel een hoge<br />

EPOC-waarde tot gevolg zal hebben.<br />

Bij een intervaltraining wisselen periodes<br />

met een hoge hartslagfrequentie en herstelperiodes<br />

elkaar af. Als de herstelperiodes<br />

kort zijn, kan de EPOC hoge waardes bereiken<br />

omdat de rustperiodes te kort zijn om de<br />

waarde voldoende te laten zakken.<br />

EPOC (ml/kg)<br />

250<br />

225<br />

200<br />

175<br />

150<br />

125<br />

100<br />

75<br />

50<br />

25<br />

0<br />

100% VO 2max<br />

8 TRAININGSHANDBOEK<br />

90% VO 2max<br />

De EPOC-waarde kan bij een gelijkblijvende<br />

training van dag tot dag variëren. Als u een<br />

goede dag heeft, kan uw lichaam de training<br />

efficiënter verwerken en zal de EPOCwaarde<br />

lager zijn. Op een slechte dag kan de<br />

fysieke training uw lichaam sterker belasten<br />

en zal de EPOC-waarde hoger zijn. Veel factoren<br />

zijn van invloed op de EPOC-waarde,<br />

zoals uw vochthuishouding, de buitentemperatuur<br />

en de luchtvochtigheid. Als u last<br />

heeft van faalangst of nerveus bent, kan dat<br />

de EPOC-waarde doen stijgen.<br />

80% VO 2max<br />

70% VO 2max<br />

60% VO 2max<br />

50% VO2max 40% VO2max 30% VO2max 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 55 60<br />

Tijd (Minuten)<br />

Figuur 2. Het effect van de trainingsduur en -intensiteit (%VO 2max ) op de toename van<br />

de EPOC.


AFNAME VAN DE EPOC<br />

De EPOC die tijdens de training is opgebouwd,<br />

kan al tijdens de sessie afnemen als<br />

de training voldoende rustperiodes of minder<br />

intensievere periodes bevat.<br />

Elke vorm van zware fysieke activiteit na de<br />

eigenlijke trainingssessie zal een volledig<br />

herstel uiteraard vertragen.<br />

DE EPOC BIJ VERSCHILLENDE<br />

SOORTEN TRAINING<br />

De EPOC is bij uitstek geschikt om aan te geven<br />

welke belasting uw lichaam ondervindt<br />

bij trainingsvormen die vooral gericht zijn<br />

op het ademhalingsstelsel, het hart en de<br />

bloedvaten. Hieronder vallen duursporten<br />

zoals hardlopen en wielrennen.<br />

Bij een training waarbij slechts weinig of een<br />

beperkt aantal spiergroepen betrokken zijn<br />

(bijvoorbeeld bij krachttraining), zal de<br />

EPOC-waarde per definitie niet zo hoog zijn<br />

als bij een training die veel spiergroepen belast<br />

(bijvoorbeeld bij hardlopen of langlaufen).<br />

Krachttraining kan wel heel zwaar aanvoelen,<br />

omdat plaatselijke vermoeidheid<br />

van de spieren en de aanmaak van melkzuur<br />

het presteren in de weg staan.<br />

Hoewel de EPOC het snelst afneemt bij<br />

complete rust, zal een lichte cooling-down<br />

na een zware training een volledig herstel<br />

bevorderen.<br />

Een cooling-down bevordert de bloedcirculatie,<br />

waardoor het melkzuur sneller uit de<br />

spieren wegvloeit en het herstel sneller<br />

plaatsvindt.<br />

Snelle teamsporten kennen vaak korte,<br />

maar intensieve inspanningspieken afgewisseld<br />

met perioden van geringe intensiteit<br />

of rust. Tijdens periodes van geringe<br />

inspanning neemt de EPOC aanzienlijk<br />

minder snel toe dan tijdens periodes van intensieve<br />

inspanning. Het is zelfs mogelijk<br />

dat de waarde in deze periodes afneemt.<br />

Daarom is de EPOC bij teamsporten meestal<br />

lager dan bij continue fysieke inspanning<br />

gedurende eenzelfde tijdsspanne. Bij sommige<br />

teamsporten, zoals voetbal, basketbal,<br />

handbal en korfbal, kan de EPOC echter<br />

zeer hoge waarden bereiken, doordat<br />

deze sporten bijna geen pauzes tijdens de<br />

wedstrijd kennen en de inspanningsintensiteit<br />

tijdens de speeltijd hoog is.<br />

TRAININGSHANDBOEK 9


VEELGESTELDE VRAGEN OVER EPOC<br />

Is de hartslag van invloed op de EPOC?<br />

Ja. Hoe sneller de hartslag in verhouding tot<br />

de maximale hartslag, hoe hoger de EPOCwaarde.<br />

Waarom zijn mijn EPOC-waarden altijd zo<br />

uitzonderlijk hoog?<br />

Als de maximale hartslag die het programma<br />

gebruikt voor de berekeningen lager is dan<br />

uw feitelijke maximale hartslag, zal de intensiteit<br />

worden overschat en wordt een te hoge<br />

EPOC-waarde gegeven. Ook een te hoge<br />

trainingsintensiteit kan uitzonderlijk hoge<br />

EPOC-waarden tot gevolg hebben.<br />

Waarom zijn mijn EPOC-waarden altijd zo<br />

uitzonderlijk laag?<br />

Als de maximale hartslag die het programma<br />

gebruikt voor de berekeningen hoger is dan<br />

uw feitelijke maximale hartslag, zal de intensiteit<br />

worden onderschat en wordt een te lage<br />

EPOC-waarde gegeven. Ook een te lage<br />

trainingsintensiteit kan uitzonderlijk lage<br />

EPOC-waarden tot gevolg hebben.<br />

Kan ik de afname van de EPOC versnellen?<br />

Ja. Totale rust is de snelste manier om de<br />

EPOC te laten afnemen. Na een zware training<br />

kunt u echter beter een lichte coolingdown<br />

doen, ook al vertraagt dit een volledig<br />

herstel enigszins.<br />

Waarom neemt de EPOC alleen toe bij het<br />

begin van de training en blijft deze daarna<br />

vrijwel gelijk of neemt de waarde zelfs af?<br />

Bij een lichte training zal de EPOC na verloop<br />

van tijd niet merkbaar meer toenemen.<br />

Bij een lichte, maar langdurige training zal<br />

de EPOC lager zijn dan bij een zware training.<br />

Het kan echter nuttig zijn om zelfs na<br />

het bereiken van de hoogste EPOC-waarde<br />

door te gaan met trainen omdat langdurige<br />

lichte training uw lichaam voorbereidt op<br />

zwaardere trainingssessies.<br />

Ik loop dezelfde afstand altijd in dezelfde<br />

tijd. Waarom is mijn EPOC-waarde de ene<br />

keer hoger dan de andere?<br />

Zelfs als trainingssessies altijd hetzelfde zijn<br />

(zelfde afstand, zelfde tijd) kan uw lichaam<br />

er de ene dag meer moeite mee hebben dan<br />

de andere. Als u een goede dag heeft, zal dezelfde<br />

training uw lichaam minder belasten<br />

10 TRAININGSHANDBOEK<br />

dan op een slechte dag. Factoren die de EPOC<br />

doen toenemen zijn onder meer vochtverlies,<br />

stress, slaaptekort of een opkomende<br />

griep.<br />

Waarom is mijn EPOC soms lager na een training<br />

die ik deed terwijl ik moe was dan na<br />

een eerdere, geheel identieke training die ik<br />

deed terwijl ik wel goed was uitgerust?<br />

In bepaalde situaties reageert uw lichaam op<br />

de training door de hartslag en de maximale<br />

hartslag te verlagen, zelfs als uw lichaam duidelijk<br />

nog niet helemaal is hersteld. Dit kan<br />

leiden tot een EPOC-waarde die lager is dan<br />

gewoonlijk. Houd dergelijke abnormale<br />

EPOC-waarden in de gaten en zorg ervoor<br />

dat uw trainingsprogramma voldoende rustperiodes<br />

bevat.<br />

Is een training effectiever naarmate de<br />

EPOC-waarde hoger is?<br />

De EPOC geeft slechts aan hoe zwaar de trainingssessie<br />

uw lichaam heeft belast en in<br />

welke mate de fysiologische huishouding is<br />

verstoord. De kwaliteit van de training hangt<br />

altijd af van uw persoonlijke doelstellingen<br />

en omstandigheden.<br />

Het is belangrijk om met een gevarieerd trainingsprogramma<br />

te werken.<br />

Om vooruitgang te boeken, heeft u zowel<br />

zware training nodig waarbij hoge EPOCwaarden<br />

worden gehaald én langdurige<br />

lichte training en hersteloefeningen waarbij<br />

de EPOC-waarden laag blijven.<br />

Ik heb een korte, zware training gedaan en<br />

was daarna helemaal uitgeput. Waarom<br />

was mijn EPOC-waarde laag?<br />

Bij korte, maximale of bijna maximale inspanning<br />

is de oorzaak van uitputting meestal<br />

een drastische stijging van het melkzuur in<br />

uw lichaam waardoor u niet verder kunt trainen.<br />

Ondanks het gevoel van uitputting veroorzaakt<br />

de inspanning in zulke gevallen<br />

een lagere totale belasting voor uw lichaam<br />

dan bij een training die u langer kunt volhouden<br />

voordat de uitputting toeslaat.


EFFECT VAN DE TRAINING<br />

Wanneer u aan sport doet of traint, heeft elke<br />

trainingssessie een bepaald effect op uw<br />

lichaam. Via de EPOC is het mogelijk objectief<br />

vast te stellen of de trainingssessie voldoende<br />

was om uw conditie te verbeteren.<br />

Het trainingseffect kan worden vastgesteld<br />

door de EPOC-waarde van de training te vergelijken<br />

met uw prestatieniveau.<br />

Het trainingseffect is een indicatie voor de<br />

mate waarin de trainingssessie uw aërobe<br />

conditie heeft verbeterd, met name de maximale<br />

prestatie van uw hart en bloedvaten en<br />

het vermogen om tijdens duurtraining<br />

vermoeidheid te overwinnen. Het geeft<br />

geen directe informatie over het effect op<br />

bijvoorbeeld kracht of snelheid.<br />

De <strong>Suunto</strong> Training Manager verdeelt het effect<br />

van de training in vijf categorieën, berekend<br />

op basis van uw persoonlijke basisgegevens.<br />

De verdeling over deze categorieën<br />

hangt af van uw conditie en de voorafgaande<br />

training.<br />

EPOC EN TRAININGSEFFECT<br />

EPOC<br />

200<br />

175<br />

150<br />

125<br />

100<br />

75<br />

50<br />

25<br />

0<br />

Trainingssessie<br />

BEGINNER<br />

OVERREACHING<br />

STERKE VOORUITGANG<br />

NORMALE VOORRUITGANG<br />

WEINIG VOORUITGANG<br />

WENIG EFFECT<br />

GEMIDDELD<br />

De categorieën van het trainingseffect zijn:<br />

1 Geen vooruitgang/ hersteltraining<br />

2 Weinig vooruitgang<br />

3 Normale vooruitgang<br />

4 Sterke vooruitgang<br />

5 Overtraining<br />

Bij elke categorie horen bepaalde EPOCwaarden.<br />

Hoe beter uw conditie, hoe meer u<br />

zich tijdens de training moet inspannen om<br />

een betere prestatie te leveren. Hoe hoger<br />

de EPOC-waarden van de training, hoe hoger<br />

de categorie. EPOC is kortom een algemene<br />

waarde voor de fysieke belasting van<br />

de training, terwijl het trainingseffect de<br />

persoonlijke interpretatie daarvan is.<br />

TOPSPORTER<br />

Figuur 3. De EPOC-waarde die voor een bepaald trainingseffect nodig is, is afhankelijk<br />

van de conditie. Een EPOC-waarde die voor een beginner op een sterke vooruitgang<br />

duidt, zal voor een sporter met een goede conditie slechts weinig vooruitgang<br />

betekenen.<br />

TRAININGSHANDBOEK 11


TRAININGSEFFECT BIJ<br />

VERSCHILLENDE SOORTEN TRAINING<br />

Langdurige, lichte duurtraining (>1 uur,<br />

75%<br />

VO 2max) verbeteren direct de fysieke vermogens<br />

die de maximale duurprestatie verhogen,<br />

zoals het zuurstoftransport van de<br />

longen naar de spieren, energieproductie<br />

en -verbruik en de samenwerking tussen<br />

zenuwen en spieren.<br />

Naast de EPOC en het trainingseffect meet<br />

de <strong>Suunto</strong> t6 ook andere gegevens met<br />

betrekking tot het functioneren van uw<br />

lichaam.<br />

12 TRAININGSHANDBOEK<br />

Het verbeteren van deze vermogens vermeerdert<br />

de maximale zuurstofopname<br />

(VO 2max) en de weerstand tegen vermoeidheid,<br />

wat tot een betere duurprestatie<br />

leidt. Het effect van een dergelijke training<br />

hangt af van de duur ervan.<br />

De optimale trainingsintensiteit hangt af<br />

van persoonlijke kenmerken, doelstellingen<br />

en trainingsachtergrond van de sporter.<br />

Om de prestaties te verbeteren, moet een<br />

geoefende sporter meestal intensiever trainen<br />

dan een beginner.<br />

ANDERE PRESTATIEPARAMETERS<br />

Hierdoor krijgt u meer informatie over wat<br />

er tijdens de training in uw lichaam gebeurt,<br />

zodat u uw progressie kunt volgen en uw<br />

trainingen nauwkeuriger kunt plannen.


HARTSLAG<br />

Uw hartslag geeft aan hoe doeltreffend uw<br />

bloedvatensysteem zuurstof van uw longen<br />

naar uw spieren vervoert. Naast het aantal<br />

slagen per minuut is ook het hartslagvolume<br />

(gewoon: slagvolume) (de hoeveelheid<br />

bloed die bij één hartslag wordt rondgepompt)<br />

van invloed op de effectiviteit.<br />

Tot nu toe was de hartslag de enige indicator<br />

voor de trainingsintensiteit die tijdens<br />

het trainen kon worden gemeten. Daarom<br />

wordt de hartslagmeting algemeen toegepast<br />

om de trainingsintensiteit te meten en<br />

worden trainingen vaak aan de hartslag<br />

aangepast. Maar als u weet wat uw hartslag<br />

op een bepaald moment is, weet u nog<br />

maar een klein deel van het effect van de<br />

inspanning op uw lichaam.<br />

Aan de hartslag zijn diverse andere belangrijke<br />

begrippen gekoppeld, zoals maximale<br />

hartslag en hartslag bij rust. De maximale<br />

hartslag is de hoogst mogelijke hartslag<br />

die uw hart kan bereiken. Deze kan worden<br />

ingeschat op basis van uw leeftijd. Op basis<br />

van de meest recente kennis wordt doorgaans<br />

uitgegaan van de formule ‘210 – 0,65 x<br />

leeftijd’ voor het berekenen van de maximale<br />

hartslag. Deze formule geeft een iets<br />

hogere maximale hartslag bij mensen op<br />

leeftijd dan de vorige formule, ‘220 – leeftijd’.<br />

De maximale hartslag is echter zeer in-<br />

dividueel en kan per persoon wel 20-30 slagen<br />

per minuut afwijken van de geschatte<br />

waarde. Het vaststellen van een nauwkeurige<br />

persoonlijke waarde is alleen mogelijk<br />

met behulp van een inspanningstest.<br />

De hartslag in rust (rusthartslagfrequentie)<br />

is het laagste aantal slagen per minuut van<br />

uw hart wanneer u geheel in rust bent.<br />

In tegenstelling tot de maximale hartslag,<br />

verandert de hartslag bij rust ten gevolge<br />

van regelmatige training. Duursporters die<br />

al lange tijd trainen, hebben bijvoorbeeld<br />

een uitzonderlijk lage hartslag in rust. Het<br />

beste moment om de hartslag bij rust te meten,<br />

is ’s ochtends bij het wakker worden.<br />

Het verschil tussen de hartslag in rust en<br />

de maximale hartslag wordt de hartslagreserve<br />

(HRR - heart rate reserve) genoemd.<br />

De zwaarte van de training wordt vaak<br />

uitgedrukt als een percentage van de maximale<br />

hartslag (%HR max) of van de hartslagreserve<br />

(%HRR). De aanbevolen hartslagzones<br />

in de voorbeeldtrainingssessies van<br />

<strong>Suunto</strong> Training Manager zijn gebaseerd op<br />

de maximale hartslag (%HR max).<br />

TRAININGSHANDBOEK 13


ADEMHALINGSPARAMETERS<br />

De ademhalingsfrequentie en het ademhalingsvolume<br />

(= de ventilatie = de hoeveelheid<br />

lucht die per minuut wordt ingeademd)<br />

worden de ademhalingsparameters<br />

genoemd. Veranderingen in de ademhalingsparameters<br />

duiden op een veranderingen<br />

van de fysieke gesteldheid van uw<br />

lichaam.<br />

Tijdens de training verbruiken de spieren<br />

meer zuurstof dan bij rust, waardoor het<br />

zuurstofverbruik van uw lichaam toeneemt.<br />

Dit uit zich door een toename van de ademfrequentie<br />

en het volume per ademhaling<br />

(teugvolume). Zo wordt er meer zuurstof<br />

door uw lichaam opgenomen.<br />

Bij een toename van de inspanning van rust<br />

tot maximale intensiteit, nemen de ademfrequentie<br />

en teugvolume exponentieel<br />

toe: hoe hoger de intensiteit, hoe sneller de<br />

toename. Via grafieken van ademhalingsparameters<br />

kunnen bijvoorbeeld de aërobe<br />

(melkzuurdrempel) en anaërobe (het begin<br />

van de stapeling van bloedmelkzuur) drempels<br />

worden vastgesteld die bijvoorbeeld<br />

de toename van melkzuur in uw lichaam<br />

weergeven.<br />

Deze veranderingen in het ademhalen kunnen<br />

op verschillende trainingsniveaus als<br />

volgt worden vastgesteld: bij een rustig<br />

tempo belemmert de ademhaling het praten<br />

niet, maar bij een hoger tempo is praten<br />

niet meer mogelijk zonder tussenpozen als<br />

gevolg van het buiten adem zijn.<br />

14 TRAININGSHANDBOEK<br />

Als het inspanningsniveau de anaërobe<br />

drempel overschrijdt, wordt de ademhaling<br />

zo snel dat het vrijwel onmogelijk is om te<br />

praten.<br />

SCHAALVERDELING VAN DE ADEMHA-<br />

LINGSFREQUENTIE TIJDENS DE TRAINING<br />

ademhaling/min<br />

< 15 rust<br />

< 20 lage trainingsintensiteit<br />

< 35 gemiddelde trainingsintensiteit<br />

< 50 zware trainingsintensiteit<br />

> 50 zeer zware trainingsintensiteit<br />

SCHAALVERDELING VAN ADEMHA-<br />

LINGSVOLUME TIJDENS DE TRAINING<br />

l/min<br />

< 10–15 rust<br />

< 30–50 lage trainingsintensiteit<br />

< 60–100 gemiddelde trainingsintensiteit<br />

< 80–150 zware trainingsintensiteit<br />

> 80–150 zeer zware trainingsintensiteit


ZUURSTOFVERBRUIK<br />

Het hart zorgt voor het vervoer van zuurstof<br />

naar de spieren via het bloed. Het<br />

zuurstofverbruik (VO 2) geeft aan hoeveel<br />

zuurstof de spieren gebruiken om arbeid te<br />

verrichten.<br />

Vergeleken met de ademhalingsvariabelen<br />

stijgt het zuurstofverbruik op een meer<br />

lineaire manier, wanneer de inspanning<br />

toeneemt. Daarom wordt zuurstofverbruik<br />

in de praktijk beschouwd als de meest<br />

betrouwbare variabele om de trainingsintensiteit<br />

te bepalen.<br />

Het meten van ademhalingsvariabelen<br />

geeft belangrijke informatie over het functioneren<br />

van uw lichaam tijdens de training.<br />

Samen met de hartslag en het zuurstofverbruik<br />

leveren ze een grondige analyse van<br />

de training op, waaruit informatie naar<br />

voren komt die niet op basis van de hartslag<br />

alleen zou kunnen worden afgeleid.<br />

ONDERVERDELING VAN HET<br />

ZUURSTOFVERBRUIK<br />

Het zuurstofverbruik (VO2) is direct afhankelijk<br />

van de hoeveelheid arbeid die uw<br />

lichaam verricht. De maximale zuurstofopname<br />

(VO2max), is echter ook een persoonlijke<br />

waarde die wordt beïnvloed door uw trainingshistorie<br />

en erfelijke eigenschappen.<br />

Toch is de maximale zuurstofopname geen<br />

directe indicator voor het prestatieniveau<br />

van een sporter. Dit komt omdat een duurprestatie<br />

voor een groot deel wordt bepaald<br />

door de mate waarin een sporter in<br />

staat is een inspanning zo dicht mogelijk bij<br />

zijn maximale zuurstofopname vol te houden).<br />

Daarnaast is de efficiëntie van de inspanning<br />

belangrijk. De efficiëntie van een<br />

inspanning is de mate waarin de hoeveel-<br />

heid zuurstof die door het lichaam van de<br />

sporter wordt verbruikt daadwerkelijk in<br />

de prestatie wordt omgezet.<br />

SCHAALVERDELING VAN ZUURSTOF-<br />

VERBRUIK TIJDENS DE TRAINING<br />

Zuurstofverbruik bij verschillende niveaus<br />

van duurtraining als percentage van de maximale<br />

zuurstofopname door de sporter:<br />

%VO 2max<br />

< 30% dagelijkse fysieke activiteiten, zeer<br />

lichte aërobe training<br />

< 50% matig tempo, basis duurtraining<br />

< 75% snel tempo, zware duurtraining<br />

> 75% zeer zware, VO 2max-training<br />

ADEMHALINGSPARAMETERS EN HART-<br />

SLAG VOORZIEN IN NAUWKEURIGE<br />

GEGEVENS OVER VERBETERING VAN DE<br />

CONDITIE<br />

De hartslag kan worden gebruikt voor een<br />

betrouwbare meting van uw conditie.<br />

Wanneer u een gewone standaardtraining<br />

doet en uw tijd verbetert terwijl uw hartslag<br />

hetzelfde blijft, is dat een teken dat<br />

uw conditie is verbeterd. Ook een lagere<br />

hartslag bij dezelfde tijd geeft een verbeterde<br />

conditie aan. Wanneer uw conditie<br />

verbetert, zullen ademhalingsvolume (ventilatie)<br />

en ademfrequentie tijdens een standaardtraining<br />

ook verminderen.<br />

Het zuurstofverbruik blijft bij een standaardtraining<br />

echter min of meer gelijk of<br />

neemt enigszins af, terwijl de maximale<br />

zuurstofopname tegelijk met de conditie<br />

zal toenemen.<br />

TRAININGSHANDBOEK 15


De volgende tabel geeft het niveau van uw conditie aan vergeleken met de bevolking als geheel,<br />

gebaseerd op uw VO 2max-niveau. De tabel kan ook worden gebruikt om uw prestatieniveau<br />

(Activity Level) in <strong>Suunto</strong> Training Manager in te voeren.<br />

VO2max -classificatie 1 2 3 4 5 6 7<br />

Leeftijd\conditie Zwak Gemiddeld Uitstekend<br />

20–24 62<br />

25–29 59<br />

30–34 56<br />

35–39 54<br />

40–44 51<br />

45–49 48<br />

50–54 46<br />

55–59 43<br />

60–65 40<br />

Tabel 1. Aërobe conditienormen voor mannen. (VO 2max in ml/kg/min)<br />

(Shvartz, Reibold 1990)<br />

VO2max-classificatie 1 2 3 4 5 6 7<br />

Leeftijd\conditie Zwak Gemiddeld Uitstekend<br />

20–24 51<br />

25–29 49<br />

30–34 46<br />

35–39 44<br />

40–44 41<br />

45–49 38<br />

50–54 36<br />

55–59 33<br />

60–65 30<br />

Tabel 2. Aërobe conditienormen voor vrouwen. (VO 2max in ml/kg/min)<br />

(Shvartz, Reibold 1990)<br />

16 TRAININGSHANDBOEK


ENERGIEVERBRUIK<br />

Spieren die arbeid verrichten, verbruiken<br />

energie. De belangrijkste energiebronnen<br />

voor de spieren zijn vetten en koolhydraten.<br />

De energie uit vetten en koolhydraten<br />

komt voor gebruik in de spieren vrij via verbranding,<br />

waarvoor de spieren ook zuurstof<br />

nodig hebben. Daardoor is het energieverbruik<br />

van uw lichaam gelijk evenredig<br />

aan het zuurstofverbruik.<br />

De computeranalyse van de <strong>Suunto</strong> t6 levert<br />

een tweetal gegevens over het energieverbruik<br />

van een bepaalde trainingsoefening<br />

op. Het directe (momentane) energieverbruik<br />

in kcal/min is een grafische weergave<br />

van de variaties in energieverbruik tijdens<br />

de training. Het totale energieverbruik<br />

geeft aan hoeveel energie er tijdens de training<br />

in totaal is verbruikt.<br />

Deze gegevens over het energiegebruik<br />

bieden een aantal mogelijkheden om uw<br />

prestaties te verbeteren. U kunt de hoeveelheid<br />

energie die u tijdens een duurtraining<br />

moet aanvullen bepalen. Als u gewicht<br />

wilt verliezen, kunt u ook berekenen of uw<br />

totale energieverbruik op het juiste niveau<br />

is om uw doel te bereiken.<br />

In tegenstelling tot eerdere methoden waarbij<br />

het energieverbruik werd gemeten op<br />

basis van de hartslag, meet de <strong>Suunto</strong> t6<br />

het energieverbruik in het hele hartslagbereik,<br />

van rust tot maximale inspanning. Hierdoor<br />

kan ook het energieverbruik van dagelijkse<br />

activiteiten en werkzaamheden worden<br />

gemeten en zelfs het totale verbruik<br />

over de hele dag.<br />

TRAININGSHANDBOEK 17


HOOGTE<br />

De <strong>Suunto</strong> t6 meet ook de actuele hoogte,<br />

de totale stijging en daling en slaat een<br />

hoogteprofiel van de gehele training op.<br />

Deze hoogtegegevens geeft sporters nieuwe<br />

mogelijkheden om de aanpassing van<br />

hun lichaam aan hoogte(training) te meten.<br />

De trainingsbelasting, hartslag en ademhalingsvariabelen<br />

zijn nu immers aan de<br />

hoogte te relateren.<br />

Omdat er op grote hoogtes minder zuurstof<br />

in de lucht zit (de lucht is ijler), probeert het<br />

lichaam het gebrek aan zuurstof te compenseren<br />

met een verhoogde ademhalings-<br />

18 TRAININGSHANDBOEK<br />

volume (ventilatie), ademfrequentie en<br />

hartslagfrequentie. Daarom liggen bij trainen<br />

op grote hoogte deze waarden hoger<br />

dan bij een even zware training op zeeniveau.<br />

Ook het maximale prestatieniveau<br />

ligt lager.<br />

De totale stijging is ook een nuttig hulpmiddel<br />

voor regelmatige loop- en fietstrainingen.<br />

Een trainingsparcours met veel<br />

hoogteverschillen belast uw lichaam en<br />

spieren zwaarder en op een andere manier<br />

dan een even lang vlak parcours.<br />

NAUWKEURIGHEID VAN DE FYSIOLOGISCHE VARIABELEN GEMETEN DOOR DE<br />

SUUNTO t6<br />

Gemeten Betreffen- Gemiddelde Nauwkeurig- Nauwkeurigvariabele<br />

Eenheid de waarde afwijking heid heid 8/10<br />

Ademhalingsfrequentie 1/min 20-30 ±1.3 93% 96%<br />

Zuurstofverbruik ml/kg/min 20-45 ±1.5 88% 91%<br />

Ademhalingsvolume l/min 30-75 ±6.8 86% 1 88% 1<br />

Energieverbruik kcal/min 8-17 ±0.5 89% 91%<br />

EPOCPEAK ml/kg 40-150 ±10.7 93% 2 93% 2<br />

1: Als ademhalingsvolume > 30 l/min. 2: Relatieve nauwkeurigheid voor individueel persoon.<br />

Nauwkeurigheid 8/10 = Nauwkeurigheid voor acht van de tien mensen.<br />

Voorbeeld: Een man met gemiddelde postuur traint 45 minuten. De <strong>Suunto</strong> Training Manager geeft een totaal<br />

energieverbruik van 540 kcal aan. Op basis hiervan is de foutmarge voor energieverbruik ± 0,5kcal/min x 45min =<br />

± 22,5 kcal = ± 4,1%.<br />

Tabel 3. De nauwkeurigheid van de gemeten lichaamsfuncties berekend op basis<br />

van nauwkeurige hartslagreeksen voor het hele bereik van rust tot maximale<br />

inspanning.


DE SUUNTO t6 ALS<br />

TRAININGSINSTRUMENT<br />

In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u met behulp van de <strong>Suunto</strong> t6 maximaal effect uit uw<br />

training kunt halen.<br />

ALGEMENE TRAININGSPRINCIPES<br />

EFFECT VAN DE TRAINING<br />

In rust bevindt het lichaam zich in een evenwichtsituatie<br />

(homeostase). Bij verstoring<br />

van dit evenwicht door een training met<br />

een goede intensiteit en duur wordt het<br />

lichaam geprikkeld, vandaar ook de term<br />

trainingsprikkel, om zich aan te passen.<br />

Deze aanpassing van ons lichaam aan<br />

steeds zwaardere trainingsprikkels wordt<br />

het trainingseffect genoemd.<br />

In de praktijk is het vaak erg moeilijk in te<br />

schatten hoe zwaar de (trainings) prikkel is<br />

en ook hoeveel rust en hersteltraining<br />

nodig is om ervan te herstellen. Tot nu toe<br />

waren deze schattingen voornamelijk gebaseerd<br />

op het meten van de hartslag en op<br />

het gevoel van de sporter op basis van zijn<br />

eigen ervaring en/of die van zijn trainer.<br />

Met de <strong>Suunto</strong> t6 kunt u aan de hand van de<br />

EPOC-waarde nauwkeurig de verstoring<br />

van het homeostatisch evenwicht en de trainingsprikkel<br />

meten. Daarnaast kunt u de<br />

<strong>Suunto</strong> t6 gebruiken om het niveau van uw<br />

persoonlijke trainingseffect vast te stellen.<br />

Uw lichaam kan zich tamelijk snel aanpassen<br />

aan de prikkel die door fysieke inspanning<br />

wordt veroorzaakt. Een volgende keer<br />

zal de prikkel bij precies dezelfde training<br />

minder intensief zijn, omdat uw lichaam<br />

zich op de belasting van de vorige keer<br />

heeft ingesteld. Daardoor neemt het trainingseffect<br />

langzaam af en zal het blijven<br />

herhalen van dezelfde training steeds minder<br />

effect op uw conditie hebben.<br />

TRAININGSHANDBOEK 19


VERSCHILLENDE TRAININGSVORMEN<br />

Om zeker te zijn van een effectieve training<br />

c.q. optimale ontwikkeling, dient u verschillende<br />

oefeningen op verschillende<br />

intensiteitniveaus in uw trainingsschema in<br />

te passen. Ook is het belangrijk om bij te<br />

houden of u het beoogde trainingseffect<br />

haalt om zo uw trainingsactiviteiten gericht<br />

aan te kunnen passen.<br />

De beste methode om uw fysieke conditie<br />

te verbeteren is door variatie aan te brengen<br />

in duur en intensiteit van uw wekelijkse<br />

training én in die van de afzonderlijke<br />

oefeningen. Uw trainingsprogramma moet<br />

verschillende soorten oefeningen bevat-<br />

20 TRAININGSHANDBOEK<br />

ten, zodat alle bij sport vereiste aspecten,<br />

zoals uithoudingsvermogen, spierkracht,<br />

lenigheid en snelheid zich gelijkmatig ontwikkelen.<br />

Een goed trainingsprogramma combineert<br />

het verbeteren van de training (trainingseffect<br />

3 tot 5) met voldoende herstel- en<br />

basisduurtraining die uw maximale prestatieniveau<br />

ondersteunen. Het uiteindelijke<br />

trainingsprogramma en de afwisseling tussen<br />

de verschillende trainingseffectniveaus<br />

(1 tot 5) hangen af van uw persoonlijke<br />

doelstellingen en uw huidige conditie.


RUST EN HERSTEL<br />

Op het juiste moment rust nemen, is een<br />

van de belangrijkste aspecten van trainingen<br />

gericht op het verbeteren van de conditie.<br />

Hoe intensief uw trainingssessies ook<br />

mogen zijn, het effect ervan op uw conditie<br />

kan verwaarloosbaar of zelfs schadelijk zijn<br />

als u in uw schema onvoldoende rust op het<br />

juiste moment inbouwt.<br />

Uw lichaam heeft tijd nodig om te herstellen,<br />

zowel na een zeer intensieve sessie als<br />

na een zware trainingsperiode van een<br />

aantal dagen. Zonder rustperiode zal de<br />

aanpassing aan de prikkel veroorzaakt<br />

door de training (conditieopbouw) niet<br />

plaatsvinden. In het ergste geval zal de training<br />

leiden tot uitputting en zult u overtraind<br />

raken.<br />

Wanneer u uw training met de <strong>Suunto</strong> Training<br />

Manager opbouwt, is de functie<br />

Training Effect in de kalenderweergave een<br />

INSPANNING, HERSTEL EN TRAININGSEFFECT<br />

Inspanning<br />

Startniveau<br />

Inspanning<br />

Trainingssessie<br />

1–4 dagen<br />

1–2 dagen<br />

0,5–1 dag<br />

3 uur–1 dag<br />

1<br />

2<br />

Exertion<br />

3<br />

4<br />

5<br />

belangrijk hulpmiddel. Daar kunt u namelijk<br />

in één oogopslag zien of uw training<br />

afwisselend genoeg is en of op een zware<br />

training voldoende hersteltijd volgt. De<br />

functie Training Effect geeft ook het algemene<br />

inspanningsniveau van de training<br />

aan: als uw EPOC-waarde zich vaak op het<br />

niveau ‘sterke vooruitgang’ of ‘overtraining’<br />

bevindt, dan neemt na verloop van<br />

tijd het risico van overbelasting toe.<br />

Figuur 4 verduidelijkt het trainingseffect<br />

van vijf trainingssessies met verschillende<br />

intensiteitniveaus. De trainingssessies komen<br />

overeen met de trainingseffectniveaus<br />

1 tot 5. Tijdens de training neemt het<br />

prestatieniveau tijdelijk af, maar tijdens<br />

het herstel begint het weer te stijgen.<br />

Na enige tijd overstijgt de prestatie het<br />

niveau van vóór de training omdat het<br />

lichaam beter dan voorheen op de volgende<br />

prikkel is ingesteld.<br />

2–7 dagen<br />

Herstel<br />

Trainingseffect<br />

(1–5, zie blz. 11)<br />

Figuur 4. De tijd die uw lichaam nodig heeft om van een trainingssessie te herstellen,<br />

is afhankelijk van het inspanningsniveau (de trainingsintensiteit) en uw trainingshistorie.<br />

Voor een maximale vooruitgang in de prestaties is de optimale tijd tot<br />

de volgende gelijkwaardige training uiterst variabel, maar altijd langer naarmate<br />

het inspanningsniveau van de training toeneemt.<br />

Tijd<br />

TRAININGSHANDBOEK 21


U bereikt een optimale progressie wanneer<br />

de volgende, even intensieve training plaatsvindt<br />

op het moment dat het effect van de<br />

vorige training maximaal is. Als uw lichaam<br />

niet binnen een bepaalde tijd de volgende<br />

trainingsprikkel krijgt, zal het bereikte trainingseffect<br />

langzaam afnemen. Als daarentegen<br />

een bijzonder intensieve trainingssessie<br />

plaatsvindt alvorens uw lichaam zich van<br />

de vorige sessie heeft hersteld, dan zal het<br />

trainingseffect lager zijn dan het geweest<br />

zou zijn na een volledig herstel.<br />

Inspanning<br />

Startniveau<br />

Normale<br />

prestatie<br />

Trainingssessie Herstel en<br />

trainingseffect<br />

Extra zware training Overtraining<br />

Figuur 5. De ontwikkeling van een bepaald trainingseffect op basis van losse sessies<br />

en een periode van extra zware training, en het ontstaan van overtraind zijn.<br />

22 TRAININGSHANDBOEK<br />

Topsporters voegen aan hun programma<br />

soms zeer zware trainingen toe waarvoor<br />

voldoende hersteltijd nodig is om een<br />

bepaald trainingseffect te bereiken. Voortdurend<br />

zware training met onvoldoende<br />

hersteltijd zal na verloop van tijd leiden tot<br />

mindere prestaties en een langdurige staat<br />

van overtraindheid. Wanneer u overtraind<br />

bent, zal zelfs een lange periode van hersteltrainingen<br />

niet genoeg zijn om op het<br />

oorspronkelijke prestatieniveau terug te<br />

keren (figuur 5).<br />

Tijd


SUUNTO t6 – TIPS VOOR BEGINNERS<br />

Het is nooit te laat om met trainen te beginnen.<br />

In beginsel doet u er echter goed<br />

aan om niet te hard van stapel te lopen en<br />

de belasting niet al te snel op te voeren. Als<br />

u ouder bent dan 40 jaar en nog nooit aan<br />

lichaamsbeweging heeft gedaan of als u<br />

RUSTIG BEGINNEN<br />

Aangezien uw lichaam aanvankelijk nog<br />

niet aan de oefeningen gewend is, zal het<br />

sterk op de trainingsprikkel reageren. Wees<br />

geduldig en doe het in het begin rustig aan,<br />

met regelmatige oefeningen die u niet al te<br />

zeer belasten. Zo heeft uw lichaam alle tijd<br />

om tussen de trainingssessies te herstellen.<br />

Als u uw lichaam al te zeer belast, kan het<br />

overtraind raken, waardoor zelfs de lichtste<br />

inspanning nog zwaar aanvoelt en u snel<br />

uitgeput raakt. Voor wie zich fitter wil gaan<br />

voelen, is geduld een must!<br />

Ons advies is om in eerste instantie te trainen<br />

op het verbeteren van het uithoudingsvermogen,<br />

via lichte, niet al te ingewikkelde<br />

en niet al te zware oefeningen. Hierdoor<br />

leidt aan een ongeneeslijke aandoening,<br />

dient u hoe dan ook uw dokter te raadplegen<br />

alvorens met een trainingsprogramma<br />

te beginnen. Tevens zouden we u willen<br />

aanraden om bij een algeheel lichamelijk<br />

onderzoek een conditietest te doen.<br />

kan uw lichaam wennen aan een nieuw<br />

soort activiteit: het belasten van uw cardiovasculair<br />

systeem. Dit is een basisvoorwaarde<br />

voor het verbeteren van uw conditie.<br />

Goede vormen van bewegen om uw training<br />

mee te beginnen zijn wandelen, een<br />

trektocht maken, fietsen, langlaufen, zwemmen<br />

en fitnesstraining voor de specifieke<br />

houdingsspieren.<br />

TRAININGSHANDBOEK 23


UW STARTPUNT BEPALEN<br />

Om ervoor te zorgen dat uw training exact<br />

aansluit bij uw mate van fitheid, is het van<br />

belang dat u weet wat uw uitgangsniveau<br />

is. Om een schatting van uw uitgangsniveau<br />

te maken, dient de <strong>Suunto</strong> t6 software over<br />

de volgende basisgegevens te beschikken:<br />

uw lengte, gewicht, leeftijd, geslacht, of u<br />

al dan niet rookt en de frequentie waarmee<br />

u traint op een schaal van 0 tot 7.<br />

De frequentie waarmee u traint verwijst<br />

naar de mate van voorafgaande trainingsarbeid<br />

op een schaal van 0 tot 7. Niveau<br />

0 hoort bij iemand die nooit traint, terwijl<br />

7 duidt op iemand die vaak actief is. Deze<br />

niveaus worden nauwkeuriger omschreven<br />

in de software. Vanaf versie 2.0 bevat de<br />

software tevens intensiteitniveaus voor<br />

wedstrijdsporters.<br />

Indien u uw maximale hartslag, uw maximale<br />

prestatieniveau en uw longcapaciteit<br />

kent, kunt u die gegevens invoeren in<br />

de software om tot een nauwkeurigere<br />

berekening te komen. Anders worden<br />

deze waarden berekend op basis van wiskundige<br />

formules. Op basis van de door u<br />

24 TRAININGSHANDBOEK<br />

verstrekte persoonlijke basisgegevens kent<br />

de software u een persoonlijke EPOC-schaal<br />

toe, waarmee de verschillende trainingssessies<br />

kunnen worden gerangschikt op basis<br />

van het effect dat ze sorteren. Dit zorgt<br />

voor de juiste trainingsbelasting en maakt<br />

het makkelijker om die te meten. Voor<br />

meer informatie hierover, zie de hoofdstukken<br />

EPOC en Trainingseffect.<br />

Het zuurstofverbruik van een trainingssessie<br />

kan ook worden uitgedrukt in een<br />

metabolische equivalent: MET. Eén MET<br />

correspondeert met de zuurstof die iemand<br />

verbruikt bij een normale stofwisseling<br />

in rust (rustmetabolisme). De maximale<br />

waarde in MET geeft de verhouding aan<br />

van het zuurstofverbruik bij een maximaal<br />

prestatievermogen vergeleken met het verbruik<br />

in rust. Eén MET, het zuurstofverbruik<br />

in rust, is 3,5 ml zuurstof/kg/min.<br />

Op basis van uw MET-waarde, kunt u tevens<br />

uw maximale zuurstofopnamecapaciteit<br />

(VO 2max ml/kg/min) meten door uw<br />

maximale MET-waarde met 3,5 te vermenigvuldigen.


PROGRESSIE BOEKEN<br />

BIJ HET TRAINEN<br />

In het begin kunt u de voorbeeldtrainingsschema’s<br />

van de <strong>Suunto</strong> Training Manager<br />

volgen. Dit zijn specifieke weekschema’s<br />

voor beginners voor de eerste paar maanden.<br />

Met deze voorbeeldschema’s weet u<br />

zeker dat u tijdens de training én genoeg<br />

progressie boekt én op tijd uw rust neemt.<br />

Een geschikte trainingsbelasting om mee<br />

te beginnen is drie à vier trainingssessies<br />

van 20 tot 60 minuten elk per week. Eén<br />

daarvan moet minstens het verbeteringsniveau<br />

halen (niveau 3 op de EPOC-schaal van<br />

vijf niveaus). Daarnaast dient het trainingsprogramma<br />

minstens twee onderhoudstraininingen<br />

plus één hersteltraining<br />

te bevatten.<br />

Als u met regelmatig trainen begint, zal uw<br />

conditie aanvankelijk vrij snel toenemen.<br />

Daarom verdient het aanbeveling om na<br />

een paar weken op de pagina Personal in<br />

<strong>Suunto</strong> Training Manager uw persoonlijke<br />

basisgegevens te controleren en deze zo<br />

nodig bij te werken. Hierdoor kan de software<br />

zich aan uw training aanpassen en<br />

kunt u het effect van de training afstemmen<br />

op uw actuele conditie. Zo traint u altijd<br />

met optimaal effect en verbetert uw conditie<br />

op de voor u meest geschikte manier.<br />

Het verbeteren van uw conditie en bijwerken<br />

van uw persoonlijke basisgegevens,<br />

zal leiden tot een toename van de EPOCniveaus.<br />

Deze vormen een indicatie voor<br />

het trainingseffect. Om uw conditie te blijven<br />

verbeteren, zult u elke trainingssessie<br />

iets zwaarder moeten maken dan de vorige.<br />

Tegelijkertijd kunt u de trainingshoeveelheid<br />

langzaam opvoeren.<br />

Door het invoeren van de gegevens van de<br />

controletraining kunt u nog nauwkeuriger<br />

trainen en het effect van uw trainingen<br />

nog beter meten.<br />

TRAININGSHANDBOEK 25


DE SUUNTO t6 BIJ GERICHTE<br />

DUURTRAINING<br />

De <strong>Suunto</strong> t6 is bij uitstek geschikt voor het<br />

volgen, evalueren en aanpassen van duurtrainingen.<br />

Trainen op topniveau is het zoeken<br />

naar een balans tussen overtraind zijn<br />

en het maken van zoveel mogelijk progressie.<br />

Met de <strong>Suunto</strong> t6 kunt u de trainingsbelasting<br />

op de voet volgen en beschikt u over<br />

een nieuw hulpmiddel om te bepalen waar<br />

het ‘evenwichtspunt’ precies ligt.<br />

Regelmatige sporters en topsporters die<br />

zonder begeleiding trainen, komen vaak op<br />

De <strong>Suunto</strong> t6 verschaft u een heleboel nieuwe<br />

gegevens over uw training die voorheen<br />

alleen in het laboratorium gemeten konden<br />

worden. Als u gaat trainen met de <strong>Suunto</strong><br />

t6, begin dan met het bepalen van uw<br />

EPOC-waarde en andere meetwaarden<br />

tijdens uw normale trainingssessies. Zo leert<br />

u geleidelijk hoe het trainingsgevoel zich<br />

verhoudt tot de gemeten waarden en hoe<br />

u kunt inschatten welke training u moet<br />

doen om het beoogde effect te bereiken.<br />

Naarmate u daar meer ervaring mee krijgt,<br />

zult u ontdekken dat uw gevoel niet altijd<br />

overeenstemt met de waarden die u op<br />

basis van de training meet. Hierdoor kunt u<br />

beter gaan bepalen wanneer u uw trainingen<br />

moet gaan aanpassen.<br />

De mate van nauwkeurigheid van de prestatiemeting<br />

door middel van de <strong>Suunto</strong> Training<br />

Manager hangt in hoge mate af van de<br />

juistheid van de ingevoerde persoonlijke<br />

basisgegevens. Als u uw maximale prestatievermogen<br />

in een laboratorium heeft<br />

laten meten (de zgn. maximaaltest), kunt u<br />

waarschijnlijk alle gevraagde persoonlijke<br />

basisgegevens uit die testresultaten halen.<br />

26 TRAININGSHANDBOEK<br />

een punt waar de ontwikkeling lijkt te stagneren<br />

en hun prestaties door de trainingen<br />

niet merkbaar meer verbeteren. Met de<br />

<strong>Suunto</strong> t6 kunt u ervoor zorgen dat uw trainingsprogramma<br />

precies het juiste aantal<br />

sessies bevat om de homeostase in uw<br />

lichaam zodanig te verstoren dat u progressie<br />

blijft boeken.<br />

UW TRAININGSNIVEAU KENNEN<br />

Door het invoeren van de gegevens in de<br />

velden op de pagina Personal, worden uw<br />

persoonlijke trainingseffectniveaus overeenkomstig<br />

uw testresultaten bijgewerkt.<br />

Mocht u in de gelegenheid zijn zich in een<br />

laboratorium te laten testen terwijl u de<br />

<strong>Suunto</strong> t6 draagt, dan kunt u op basis van<br />

de laboratoriumresultaten richtwaarden<br />

vaststellen voor alle waarden die de <strong>Suunto</strong><br />

t6 meet. U kunt deze gegevens later bij uw<br />

normale training gebruiken.<br />

De EPOC houdt direct verband met de melkzuurconcentratie<br />

in uw lichaam. Als tijdens<br />

het laboratoriumonderzoek ook de melkzuurconcentratie<br />

wordt gemeten, kunt u de<br />

uitkomst daarvan gebruiken als referentiewaarde<br />

voor een andere training die<br />

binnen dezelfde EPOC-range valt als in de<br />

laboratoriumsituatie. Bij duurtrainingen is<br />

dit verband minder sterk.


CONTROLETRAINING<br />

U kunt de ontwikkeling van uw conditie<br />

controleren met behulp van controletrainingen.<br />

Een controletraining vindt altijd op<br />

dezelfde manier en op dezelfde locatie<br />

plaats, onder omstandigheden die zoveel<br />

mogelijk identiek zijn. Een controletraining<br />

bevat onderdelen die nogal wat inspanning<br />

vergen, dus kunt u er beter pas mee beginnen<br />

als u al minstens twee maanden regelmatig<br />

aan het trainen bent. Wanneer u<br />

geen of weinig ervaring met deze vorm van<br />

trainen heeft, raadpleeg dan eerst een arts<br />

om er zeker van te zijn dat u dit aankunt.<br />

Een controletraining kan op twee manieren<br />

plaatsvinden. Met een ‘submaximale’ controletraining<br />

kunt u veranderingen in uw<br />

prestatieniveau meten zonder dat u tot het<br />

uiterste gaat. Een maximale controletraining<br />

daarentegen levert nauwkeuriger informatie<br />

op over de ontwikkeling van uw<br />

prestatieniveau en stelt u in staat uw maximale<br />

hartslag te bepalen.<br />

SUBMAXIMALE<br />

CONTROLETRAINING<br />

Een submaximale controletraining<br />

vastleggen met de <strong>Suunto</strong> t6<br />

Druk op Start<br />

Doe een warming-up van 5 tot 10 minuten<br />

– Druk op Lap<br />

Loop gedurende 7 tot 15 minuten hard<br />

met de beoogde hartslag voor een<br />

submaximale controletraining (zie tabel 4)<br />

– Druk op Lap<br />

Doe een cooling-down van 5 tot 10<br />

minuten – Druk op stop<br />

Een submaximale controletraining bevat<br />

geen bijzonder inspannende onderdelen,<br />

dus kunt u deze het beste volgens een vast<br />

schema om de een à twee weken doen. Als<br />

uw training uit hardlopen bestaat, loop dan<br />

tijdens de controletraining steeds dezelfde<br />

standaardroute van zo’n 7 à 15 minuten in<br />

een tempo dat iets boven uw normale trai-<br />

ningssnelheid ligt. Kies een zo vlak mogelijk<br />

parcours. Een atletiekbaan is een ideale<br />

plek voor een controletraining, omdat u<br />

daar de afstand nauwkeurig kunt bepalen.<br />

Bestaat uw training niet uit hardlopen, probeer<br />

dan uw training zo in te richten dat<br />

externe factoren zoals het weer uw prestaties<br />

zo min mogelijk beïnvloeden. U kunt<br />

de controletraining bijvoorbeeld op een<br />

hometrainer of roeimachine doen.<br />

Ga als volgt te werk:<br />

1. Start het <strong>Suunto</strong> t6 trainingslogboek.<br />

2. Doe een warming-up van 5 tot 10 minuten.<br />

De warming-up moet bij iedere controletraining<br />

telkens even lang duren, zodat de<br />

resultaten vergelijkbaar zijn. Sla na de warming-up<br />

een tussentijd op en blijf zonder<br />

pauze doorlopen.<br />

3. Probeer tijdens het lopen van de route<br />

uw hartslag zo gelijkmatig mogelijk te houden<br />

en houd een tempo aan dat iets boven<br />

dat van uw normale basistempo voor duurtraining<br />

ligt. Dit onderdeel dient zo’n 7 tot<br />

15 minuten in beslag te nemen. Sla aan het<br />

eind van deze fase opnieuw een tussentijd<br />

op, zodat u de gemiddelde hartslag van deze<br />

fase opslaat.<br />

4. Doe tenslotte een cooling-down van 5 tot<br />

10 minuten in een laag tempo en stop het<br />

vastleggen van de trainingsgegevens.<br />

5. Sla de trainingsgegevens op in uw pc en<br />

vergelijk het resultaat met eerdere controletrainingssessies.<br />

Raadpleeg tabel 4 hieronder voor de<br />

beoogde hartslag voor submaximaal lopen.<br />

Het is belangrijk dat de hartslag bij iedere<br />

trainingssessie zoveel mogelijk op hetzelfde<br />

niveau ligt. Met alarmfunctie voor hartslaglimieten<br />

van de <strong>Suunto</strong> t6 kunt u uw<br />

hartslag in de gaten houden. De EPOCwaarde<br />

van een op de goede manier uitgevoerde<br />

submaximale controletraining ligt<br />

op niveau 2.<br />

TRAININGSHANDBOEK 27


Leeftijd HRmax Beginner Regelmatige sporter – Topsporter<br />

(210 – Leeftijd x 0,65) 73–80% HRmax 76–88% HRmax<br />

20 197 144-158 150-173<br />

25 194 141-155 147-171<br />

30 191 139-152 145-168<br />

35 187 137-150 142-165<br />

40 184 134-147 140-162<br />

45 181 132-145 137-159<br />

50 178 130-142 135-156<br />

55 174 127-139 132-153<br />

60 171 125-137 130-150<br />

65 168 122-134 127-148<br />

70 165 120-132 125-145<br />

Tabel 4. Beoogde hartslag (HR) tijdens submaximale controletraining.<br />

Als u de controletrainingssessies telkens in<br />

dezelfde map in uw pc opslaat, kunt u de<br />

ontwikkeling van uw conditie op de voet<br />

volgen. U gaat daarbij als volgt te werk. Klik<br />

met de muis op de map en klik vervolgens<br />

op de knop Graph. Er verschijnen nu grafieken<br />

van alle controletrainingssessies onder<br />

elkaar. Op basis van de tussentijden kunt u<br />

zien hoe uw tijd zich ontwikkeld heeft en<br />

aan de hand van de hartslaggrafieken kunt<br />

u zien of uw hartslag tijdens de afzonderlijke<br />

trainingssessies gelijk is gebleven.<br />

Als uw tijd lager is dan die van de voorgaande<br />

controletrainingssessie en uw hartslag<br />

is gelijk gebleven, dan is uw conditie<br />

verbeterd.<br />

28 TRAININGSHANDBOEK<br />

MAXIMALE<br />

CONTROLETRAINING<br />

Een maximale controletraining<br />

vastleggen met de <strong>Suunto</strong> t6<br />

Druk op Start<br />

Doe een warming-up van 5 tot 10 minuten<br />

– Druk op Lap<br />

Lever een submaximale inspanning van<br />

7 tot 15 minuten – Druk op Lap<br />

Neem een korte pauze van 0 tot 2 minuten<br />

– Druk op Lap<br />

Lever een maximale inspanning van 5 tot<br />

12 minuten – Druk op Lap<br />

Doe een cooling-down van 5 tot 10<br />

minuten – Druk op stop<br />

De meest geschikte activiteit voor een<br />

maximale controletraining is hardlopen,<br />

omdat daarbij de externe omstandigheden<br />

van minimale invloed op de resultaten zijn.<br />

Bij deze training loopt u dezelfde route<br />

tweemaal: de eerste keer op submaximaal


niveau, waarbij u de instructies hierboven<br />

volgt, en vervolgens één keer zo snel mogelijk.<br />

De pauze tussen beide runs mag hooguit<br />

twee minuten zijn. Om de resultaten<br />

met elkaar te kunnen vergelijken, dient de<br />

pauze bij iedere controletraining even lang<br />

te duren. Wat de keuze van het parcours betreft,<br />

gelden dezelfde instructies als voor<br />

een submaximale training.<br />

COOPERTEST<br />

De Coopertest, waarbij 12 minuten wordt<br />

hardgelopen, is een uitermate geschikte<br />

methode om uw conditie te bepalen. U kunt<br />

de Coopertest doen na enkele warming-<br />

upoefeningen of na een submaximale fase.<br />

Bij de Coopertest is het de bedoeling dat<br />

u op een vlak parcours of atletiekbaan in<br />

12 minuten een zo groot mogelijke afstand<br />

aflegt. Een gelijkmatig tempo leidt meestal<br />

tot het beste resultaat. Zoek een locatie uit<br />

waar u de afstand tot op tien meter nauwkeurig<br />

kunt meten.<br />

Start de <strong>Suunto</strong> Training Manager en voer<br />

het testresultaat (de afstand die u heeft<br />

afgelegd) in het betreffende veld in. U kunt<br />

nu uw trainingsprogressie in één oogopslag<br />

overzien.<br />

Leeftijd<br />

Regelmatige sporter<br />

Zwak Redelijk Gemiddeld Goed Uitstekend<br />

Man 20 tot 29 2800m<br />

Man 30 tot 39 2700m<br />

Man 40 tot 49 2500m<br />

Man boven de 50 2400m<br />

Vrouw 20 tot 29 2700m<br />

Vrouw 30 tot 39 2500m<br />

Vrouw 40 tot 49 2300m<br />

Vrouw boven de 50 2200m<br />

Man 3700m<br />

Vrouw 3000m<br />

Tabel 5. Overzicht conditie op basis van behaalde resultaten op de Cooper-looptest<br />

van 12 minuten (Oja et al, 1979)<br />

Op basis van uw score op de Coopertest kunt u uw maximale prestaties uitrekenen voor uw persoonlijke<br />

basisgegevens voor de <strong>Suunto</strong> Training Manager. Deze formule om de maximale prestaties<br />

te schatten kunt u alleen gebruiken als uw resultaat op de Coopertest minstens 1600 meter is.<br />

Man: MET = 0,005 x resultaat (in meter)<br />

VO 2max = 0,0175 x resultaat (in meter)<br />

Vrouw: MET = 0,00514 x resultaat (in meter)<br />

VO 2max = 0,018 x resultaat (in meter)<br />

(Leger, Mercier 1984)<br />

TRAININGSHANDBOEK 29


DE SUUNTO t6<br />

EN UW GEWICHT<br />

Het basisprincipe van gewichtsverlies of -<br />

toename is eenvoudig: als uw lichaam<br />

evenveel energie verbruikt als u eet, blijft<br />

uw gewicht gelijk. Als u meer energie verbruikt<br />

dan u energie inneemt, zult u gewicht<br />

verliezen.<br />

Overgewicht en gebrek aan lichaamsbeweging<br />

gaan vaak samen. Een lager gewicht<br />

en slanker figuur bereikt u door meer te<br />

bewegen en minder te eten.<br />

De <strong>Suunto</strong> t6 kunt u op twee manieren<br />

gebruiken om op gewicht te blijven. Ten<br />

eerste kunt u de hoeveelheid energie<br />

meten die u verbruikt tijdens het sporten<br />

én tijdens uw dagelijkse bezigheden. De<br />

geheugencapaciteit is voldoende om de<br />

gegevens van een hele dag op te slaan.<br />

EEN GESCHIKTE<br />

TRAININGSINTENSITEIT<br />

Veel boeken over lijnen adviseren zoveel<br />

mogelijk te bewegen met een intensiteit<br />

waarbij de vetverbranding centraal staat.<br />

De hoeveelheid vetverbranding is echter<br />

niet doorslaggevend voor het uiteindelijk<br />

resultaat. Waar het om gaat, is dat uw<br />

dagelijkse energieverbruik groter is dan de<br />

energie die u uit uw voedsel haalt.<br />

Uw lichaam verbrandt relatief het meeste<br />

vet tijdens rust, namelijk zo’n 80 procent.<br />

In absolute waarde is het vetverbruik het<br />

hoogst tijdens lichaamsbeweging waarbij<br />

30 TRAININGSHANDBOEK<br />

In tegenstelling tot conventionele hartslagmeters,<br />

meet de <strong>Suunto</strong> t6 nauwkeurig<br />

het totale dagelijkse energieverbruik,<br />

zowel tijdens rust en lichte fysieke inspanning<br />

als bij maximale trainingsarbeid. Hierdoor<br />

kunt u uw dagelijkse energieverbruik<br />

relateren aan wat u dagelijks eet en wat<br />

u aan energie nodig heeft. Ten tweede<br />

geeft de <strong>Suunto</strong> t6 richtlijnen voor het<br />

inspanningsniveau dat het beste bij u past.<br />

Zo verbetert uw conditie en kunt u een trainingsschema<br />

volgen waarbij u genoeg<br />

energie verbruikt.<br />

uw hartslag 60 tot 80% van het maximum<br />

bedraagt. Per tijdseenheid wordt de meeste<br />

energie verbruikt tijdens zeer intensieve<br />

training, omdat het energieverbruik rechtstreeks<br />

is gerelateerd aan de intensiteit<br />

van de lichaamsbeweging.


ENERGIEVERBRUIK BIJ VERSCHILLENDE BELASTINGSNIVEAUS<br />

Energieverbruik<br />

Relatief aandeel vetverbranding<br />

van het totale energieverbruik<br />

80 %<br />

Rust<br />

Inspanningsniveau<br />

Totale energieverbruik<br />

in kcal/min<br />

Vetverbranding<br />

in kcal/min<br />

10 %<br />

Maximale inspanning<br />

Figuur 6. Schematische weergave van het totale energieverbruik, het vetverbruik<br />

en het aandeel van het vetverbruik in het totale energieverbruik bij oplopende<br />

trainingsintensiteit.<br />

Bij lichaamsbeweging met afvallen als doel,<br />

is een relatief hoge vetverbranding dan<br />

ook niet van doorslaggevende betekenis.<br />

Ook een tijdelijk hoog energieverbruik<br />

is niet alleenzaligmakend. Het gaat erom<br />

zo te trainen dat het totale energieverbruik<br />

maximaal is.<br />

Meestal kan dit doel worden bereikt met<br />

een duurtraining met een lage intensiteit.<br />

Wanneer u echter te weinig tijd hebt om<br />

langdurig te trainen, kunt u het beste kiezen<br />

voor bijzonder intensieve training voor<br />

een maximaal resultaat voor zowel uw conditie<br />

als uw gewicht. Mensen met overgewicht<br />

moeten echter voorzichtig zijn: hoe<br />

groter het lichaamsgewicht, hoe groter het<br />

risico op stressletsel en overbelasting.<br />

Uw lichaam haalt de benodigde energie<br />

niet alleen uit vet, maar ook uit koolhydraten.<br />

Bij duurtraining raakt de voorraad<br />

koolhydraten in uw lichaam uitgeput en<br />

moet deze al tijdens de training worden<br />

aangevuld. Calorie-inname (eten) tijdens<br />

de training kan daarom gunstig zijn voor<br />

gewichtsafname als dit ervoor zorgt dat u<br />

langer kunt blijven trainen. Zorg er bij trainingen<br />

van langer dan een uur ook voor<br />

dat u voldoende drinkt om de training<br />

effectief te kunnen voortzetten.<br />

TRAININGSHANDBOEK 31


TIPS VOOR HET GEBRUIK VAN SUUNTO<br />

TRAINING MANAGER<br />

<strong>Suunto</strong> Training Manager is een programma<br />

met veel praktische functies voor het opstellen<br />

van een trainingsschema en bijhouden<br />

van uw resultaten. Het gebruik van deze<br />

functies wordt nader beschreven in de Helpfunctie<br />

van de software. In dit hoofdstuk<br />

geven we u een paar beknopte voorbeelden<br />

van het gebruik van deze functies.<br />

MAP- EN KALENDERWEERGAVE<br />

In het venster My Training/Calendar kunt u<br />

trainingssessies en -schema’s in mappen of<br />

aan de hand van een kalenderoverzicht<br />

Afbeelding 7. <strong>Suunto</strong> Training Manager, kalenderweergave.<br />

32 TRAININGSHANDBOEK<br />

bekijken. Door op de knoppen boven in het<br />

venster te klikken, kunt u overschakelen<br />

tussen de verschillende weergaven.<br />

Als de mappen zichtbaar zijn in het venster<br />

My Training, kunt u de trainingsgegevens<br />

uit de <strong>Suunto</strong> t6 naar uw PC downloaden.<br />

In de mapweergave kunt u eenvoudig opgeslagen<br />

trainingssessies groeperen, trainingsschema’s<br />

opstellen en afzonderlijke<br />

trainingssessies plannen. De kalenderweergave<br />

is daarentegen beter geschikt voor<br />

het bijhouden van de vorderingen die u in


de loop van de tijd met uw training maakt.<br />

De kalenderweergave bevat tevens de<br />

belangrijke functie Training Effect, waarmee<br />

u de trainingsbelasting en/of -variatie<br />

kunt analyseren.<br />

U kunt ook zelf gegevens aan afzonderlijke<br />

trainingssessies toevoegen, zoals opmerkingen<br />

over de sessie, de afgelegde<br />

afstand, uw gevoel tijdens de training en<br />

uw gewicht en hartslag per dag. De velden<br />

waar u deze gegevens kunt invoeren,<br />

vindt u op de pagina's Details 1 en Details 2.<br />

Daarnaast kunt u op de pagina Personal<br />

een overzicht maken van de sporten die u<br />

beoefent en de aard van uw training invoeren<br />

(bij Activity). Bij toekomstige versies<br />

van <strong>Suunto</strong> Training Manager zal het<br />

mogelijk zijn deze gegevens grafisch weer<br />

te geven.<br />

UW PERSOONLIJKE BASISGEGEVENS<br />

De nauwkeurigheid van de analyse hangt<br />

af van de door u verstrekte persoonlijke<br />

basisgegevens. Als zich hierin wijzigingen<br />

voordoen, bijvoorbeeld omdat uw gewicht<br />

afneemt of omdat u inmiddels uw exacte<br />

maximale hartslag kent, dient u de ingevoerde<br />

gegevens bij te werken. Eventueel<br />

kunt u eerder opgeslagen trainingssessies<br />

aan de hand van de gewijzigde gegevens<br />

opnieuw analyseren met behulp van de<br />

functie Reanalyze in het menu Actions.<br />

CONTROLETRAININGEN<br />

Om uw conditie te peilen, is het belangrijk<br />

regelmatig controletrainingen te doen.<br />

Voer de controletrainingen uit volgens de<br />

instructies in dit handboek of gebruik uw<br />

eigen methode. Sla de resultaten van de<br />

diverse controletrainingen altijd in dezelfde<br />

map op, zodat u ze gemakkelijk met<br />

elkaar kunt vergelijken.<br />

HET TRAININGSEFFECT VOORAF<br />

INSCHATTEN<br />

Met de functie Training Effect Calculator in<br />

het menu Actions kunt u zien hoe de duur,<br />

intensiteit en EPOC-waarde van een trainingssessie<br />

met elkaar samenhangen.<br />

U kunt de duur, gemiddelde hartslag en<br />

EPOC-waarde elk afzonderlijk op een gewenste<br />

waarde vastzetten. Door de andere<br />

twee waarden aan te passen, kunt u vervolgens<br />

een trainingssessie plannen die optimaal<br />

aan uw doelstelling beantwoordt.<br />

Door in de calculator een bepaalde EPOCwaarde<br />

voor het beoogde trainingseffect<br />

in te voeren, kunt u de bijbehorende optimale<br />

gemiddelde hartslag en trainingsduur<br />

uitrekenen. De trainingsduur en gemiddelde<br />

hartslag kunt u tijdens de training van<br />

de <strong>Suunto</strong> t6 aflezen. Zo weet u zeker dat<br />

u met optimaal effect traint.<br />

Bij de Training Effect Calculator is het intensiteitsniveau<br />

van de fictieve trainingssessie<br />

altijd gelijk, wat bij een echte training<br />

nooit het geval is. Daarom kan de EPOC die<br />

de calculator aangeeft enigszins afwijken<br />

van de EPOC die na de daadwerkelijke training<br />

wordt berekend. Omdat de EPOC bij<br />

een hoge hartslagfrequentie naar verhouding<br />

sneller toeneemt dan bij een lage<br />

harstslagfrequentie, is de gemeten EPOCwaarde<br />

meestal iets hoger dan de waarde<br />

die de calculator aangeeft.<br />

TRAININGSHANDBOEK 33


WERKEN MET TRAININGSSCHEMA'S<br />

De map Training Plans bevat een aantal<br />

standaard trainingsschema's op weekbasis.<br />

Deze trainingsschema’s zijn samengesteld<br />

op basis van aanbevelingen van het ACSM<br />

(American College of Sports Medicine) voor<br />

gewone conditietrainingen en zijn uiterst<br />

geschikt voor beginners. Raadpleeg voordat<br />

u volgens een schema gaat trainen,<br />

eerst uw huisarts. Tenzij u volledig zeker<br />

bent van uw eigen belastbaarheid, is een<br />

volledig medisch onderzoek altijd aan<br />

te bevelen. U kunt een trainingsschema<br />

vanuit de map naar uw kalender verplaatsen<br />

door het met de rechtermuis knop te<br />

selecteren en vervolgens de functie Send to<br />

Calendar te kiezen.<br />

U kunt ook uw eigen trainingsschema’s opstellen.<br />

Selecteer daarvoor met de rechter<br />

muisknop een map en kies vervolgens de<br />

functie Add new training program. Met<br />

de functie Add new plan kunt u trainingssessies<br />

aan het nieuwe schema toevoegen.<br />

Per trainingssessie kunt u de hartslag,<br />

EPOC, duur en andere gegevens definiëren.<br />

Ook kunt u bepalen op welke dag vanaf de<br />

start van het schema de sessie moet plaatsvinden.<br />

Als het schema klaar is, verplaatst<br />

u het naar de kalender om het op een<br />

geschikte dag te laten beginnen.<br />

34 TRAININGSHANDBOEK<br />

TRAININGSGEGEVENS EN TRAININGS-<br />

SCHEMA’S VERSTUREN<br />

Als u een opgeslagen trainingssessie of<br />

zelfgemaakt schema naar iemand anders<br />

wilt versturen, opent u een map en selecteert<br />

u de sessie dan wel het schema met<br />

de rechter muisknop. Kies vervolgens de<br />

functie Export to file om de gegevens in<br />

een afzonderlijk bestand op te slaan. Dit<br />

bestand kunt u per e-mail naar bijvoorbeeld<br />

uw trainer of trainingsmaten versturen.<br />

Op dezelfde manier kunt u, door met<br />

de rechterknop op een map te klikken en<br />

Import from file te selecteren, een trainingsbestand<br />

importeren dat u van iemand<br />

anders heeft ontvangen.<br />

SUUNTOSPORTS.COM<br />

www.suuntosports.com is een website speciaal<br />

voor de gebruikers van <strong>Suunto</strong> Sportinstrumenten.<br />

Op deze site kunt u uw sportieve<br />

prestaties vergelijken met die van<br />

anderen, ervaringen met andere gebruikers<br />

uitwisselen en nuttige informatie voor<br />

uw eigen training vinden. Op termijn kunt<br />

u op suuntosports.com trainingsschema’s<br />

voor diverse doeleinden vinden die u vanaf<br />

de site kunt downloaden en in uw eigen<br />

kalender kunt opnemen. Gebruikers kunnen<br />

ook gratis updates van de <strong>Suunto</strong> Training<br />

Manager downloaden.


VERKLARENDE WOORDENLIJST<br />

ACSM American College of Sports Medicine; een sportgeneeskundige<br />

organisatie in de Verenigde Staten.<br />

Ademhalingsvolume Het per minuut in- of uitgeademende volume lucht.<br />

Aërobe drempel Hoogste inspanningsniveau waarop het lichaam het gegenereerde<br />

melkzuur nog zodanig kan elimineren dat de concentratie<br />

ervan niet boven dat van het rustniveau stijgt.<br />

Aëroob In aanwezigheid van (vrije) zuurstof plaatsvindend of kunnende<br />

leven.<br />

Anaërobe drempel Hoogste inspanningsniveau waarop het lichaam het gegenereerde<br />

melkzuur zodanig kan elimineren dat de concentratie<br />

ervan tijdens de training niet toeneemt.<br />

Anaëroob Zonder tussenkomst van zuurstof.<br />

Basisuithoudingsvermogen Gedeelte van het uithoudingsvermogen dat de prestaties onder<br />

de aërobe drempel aangeeft.<br />

EPOC Excess Post-exercise Oxygen Consumption – Zuurstofverbruik dat,<br />

na inspanning, boven rustniveau nodig is (zuurstofoverschot).<br />

%HR max<br />

Hartslagfrequentie in verhouding tot de maximale hartslag.<br />

%HRR Niveau van de hartslagreserve (HRR). Berekening: verschil tussen<br />

maximale hartslagfrequentie en hartslagfrequentie in rust.<br />

Intensiteit Het niveau van een trainingssessie in verhouding tot het maximale<br />

prestatieniveau. Kan onder meer worden afgeleid uit<br />

hartslag, VO 2 of de ademhalingsvariabelen.<br />

kcal Kilocalorie, eenheid van energie. 1 kcal = 4,19 kilojoule (kJ), een<br />

gram vet bevat 9,0 kcal = 37,7 kJ aan energie.<br />

Lactaat Stofwisselingsproduct dat tijdens fysieke inspanning door het<br />

lichaam wordt geproduceerd (melkzuur).<br />

Maximaal prestatieniveau Het maximale vermogen dat iemand kan produceren.<br />

Maximale hartslag De hoogste frequentie waarmee het hart klopt, in slagen per<br />

minuut. Wordt meestal berekend op basis van leeftijd via de<br />

door de ACSM aanbevolen formule 210 – 0,65 x leeftijd. De werkelijk<br />

waarde kan sterk per persoon verschillen en soms tientallen<br />

slagen per minuut van de berekende waarde afwijken.<br />

Melkzuur Zie lactaat.<br />

MET Metabolic equivalent – Het zuurstofverbruik als gevolg van de<br />

normale basisstofwisseling (3,5 ml/kg).<br />

TRAININGSHANDBOEK 35


ml/kg Milliliter per kilogram gewicht. Een eenheid die bijvoorbeeld<br />

wordt gebruikt om de EPOC (Excess Post-exercise Oxygen<br />

Consumption) mee aan te geven.<br />

ml/kg/min Milliliter per kilogram gewicht per minuut. Een eenheid die<br />

bijvoorbeeld wordt gebruikt om het actuele zuurstofverbruik<br />

van het lichaam mee aan te geven.<br />

Prestatieniveau De gemiddelde intensiteit waarmee iemand traint.<br />

Ruststofwisseling Het energieverbruik in rust.<br />

Trainingseffect Het effect dat een afzonderlijke trainingssessie heeft op de<br />

conditie; wordt bepaald door de tijdens de training gemeten<br />

EPOC te vergelijken met het prestatieniveau.<br />

Vitale capaciteit Functioneel volume van de longen. De grootste hoeveelheid lucht<br />

die iemand uit de longen kan blazen na maximale inademing.<br />

VO 2<br />

VO 2max<br />

%VO 2max<br />

36 TRAININGSHANDBOEK<br />

Zuurstofverbruik. De hoeveelheid zuurstof die het lichaam verbruikt,<br />

gemeten als absolute hoeveelheid (l/min) of gerelateerd<br />

aan iemands gewicht (ml/kg/min).<br />

Maximale zuurstofopnamecapaciteit. Hoeveelheid zuurstof die<br />

iemands lichaam voor gebruik kan opnemen uit de ingeademde<br />

lucht op maximaal prestatieniveau. Uitgedrukt in ml/kg/min of<br />

MET.<br />

De mate van zuurstofverbruik tijdens inspanning vergeleken<br />

met de maximale zuurstofopnamecapaciteit.


LITERATUUR<br />

Pulkkinen, A., Kettunen, J., Martinmäki, K., Saalasti, S., & Rusko, H. K. (2004). On- and off dynamics<br />

and respiration rate enhance the accuracy of heart rate based VO2 estimation. ACSM<br />

Congress, Indianapolis, June 2-5, 2004. Onderwerp: Geneeskunde en wetenschap in sport en<br />

training 36(5).<br />

Rusko, H.K. (Eds.) 2003. Cross Country Skiing. Handbook of Sports Medicine and Science. Massachusetts:<br />

Blackwell.<br />

Rusko, H.K., Pulkkinen, A., Saalasti, S., Hynynen, E. & Kettunen, J. 2003. Pre-prediction of EPOC:<br />

A tool for monitoring fatigue accumulation during exercise? ACSM Congress, San Francisco, May<br />

28-31, 2003. Onderwerp: Geneeskunde en wetenschap in sport en training 35(5). Suppl: S183.<br />

Rusko, H.K., Pulkkinen, A., Martinmäki, K., Saalasti, S., & Kettunen, J. (2004). Influence of increased<br />

duration or intensity on training load as evaluated by EPOC and TRIPMS. ACSM Congress,<br />

Indianapolis, June 2-5, 2004. Onderwerp: Geneeskunde en wetenschap in sport en training<br />

36(5).<br />

Saalasti, S., Kettunen, J., Pulkkinen, A. & Rusko, H. (2002). Monitoring respiratory activity in field:<br />

Applications for exercise training. Science for Success conference. Jyväskylä, October 2-4, 2002.<br />

ACSM – American College of Sports Medicine. (2001). ACSM’s Guidelines for Exercise Testing and<br />

Prescription. Philadelphia: Lippincot Williams & Wilkins Leger, L., Mercier, D. 1984. Cross Energy<br />

Cost of Horizontal Treadmill and Track Running. Sport Medicine 1: 270 – 277<br />

Shvartz, E, Reibold, RC. 1990. Aerobic fitness norms for males and females aged 6 to 75 years:<br />

a review. Aviat Space Environ Med 1990; 61:3-11.<br />

Oja, P., Elovainio, R., Vuori, I., Raivio, M. 1979. Kuntotestisuositus. Vammalan Kirjapaino Oy.<br />

MEER INFORMATIE<br />

<strong>Suunto</strong> t6:<br />

www.suuntot6.com<br />

www.suunto.com<br />

www.suuntosports.com<br />

Hartslaganalyse en wetenschappelijke bronnen:<br />

www.firstbeattechnologies.com<br />

TRAININGSHANDBOEK 37


COPYRIGHT<br />

Deze publicatie en de inhoud ervan zijn eigendom van <strong>Suunto</strong> Oy. 10/2004.<br />

<strong>Suunto</strong>, Wristop Computer, <strong>Suunto</strong> t6, Replacing Luck en de bijbehorende<br />

logo's zijn geregistreerde of niet-geregistreerde handelsmerken van <strong>Suunto</strong> Oy.<br />

Alle rechten voorbehouden. Ondanks de grote zorgvuldigheid die is betracht bij<br />

de samenstelling van deze handleiding, kunnen aan de inhoud ervan geen rechten<br />

worden ontleend. De inhoud kan te allen tijde zonder voorafgaand<br />

kennisgeving worden gewijzigd.<br />

De technologie voor hartslaganalyse voor het bepalen van de waarden voor<br />

zuurstofverbruik, ademfrequentie, ventilatie, energieverbruik, EPOC en trainingseffect<br />

wordt verschaft en ondersteund door Firstbeat Technologies.


www.suunto.com<br />

<strong>Suunto</strong> behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving om welke reden dan ook wijzigingen aan zijn producten aan te brengen. 1e oplage.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!