24.09.2013 Views

EEN DUBBEL GEVOEL - Rutgers WPF

EEN DUBBEL GEVOEL - Rutgers WPF

EEN DUBBEL GEVOEL - Rutgers WPF

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Een dubbel gevoel <strong>Rutgers</strong> <strong>WPF</strong>, 2012<br />

3 Literatuur<br />

3.1 Inleiding<br />

Dit hoofdstuk biedt een overzicht van het onderzoek naar de seksualiteitsbeleving van<br />

transgenderpersonen. Met seksualiteit wordt daarbij in brede zin het geheel van gedachten,<br />

gevoelens, gedragingen en identiteiten rondom seks bedoeld. Beleving van seksualiteit verwijst<br />

naar het subjectieve niveau: naar de manier waarop transgenderpersonen zelf hun seksualiteit<br />

ervaren en onder woorden brengen. Waar onderzoek naar de seksualiteit van transgenders is<br />

verricht, wordt seksualiteit echter zelden zo breed opgevat, en wordt het niveau van<br />

subjectieve beleving vaak maar oppervlakkig gemeten. Dit komt waarschijnlijk doordat het<br />

vergaren van informatie over de seksualiteitsbeleving van transgenders zelden het primaire<br />

doel is van het onderzoek: meestal speelt seksualiteit slechts secundair een rol om informatie<br />

te verkrijgen over een ander onderwerp.<br />

Zo is er veel onderzoek gedaan naar de seksuele oriëntatie en de seksuele fantasieën van<br />

transvrouwen. Meestal beperkt dit onderzoek zich echter tot het testen van de specifieke<br />

theorie van autogynefilie, waarin wordt verondersteld dat de vrouwelijke genderidentiteit van<br />

transvrouwen die zich seksueel aangetrokken voelen tot vrouwen veroorzaakt wordt door een<br />

seksuele pathologie (Blanchard, 1985, 1988, 1989; Nuttbrock et al., 2011; Smith, Goozen,<br />

Kuiper, & Cohen-Kettenis, 2005; Veale, Clarke, & Lomax, 2008). Volgens deze theorie hebben<br />

transvrouwen die zich seksueel aangetrokken voelen tot vrouwen niet een<br />

genderidentiteitsprobleem, maar worden zij seksueel opgewonden van de voorstelling van<br />

zichzelf als vrouw. Ook de seksuele identiteitsontwikkeling van homo- en biseksuele<br />

transmannen is voornamelijk onderzocht om de reden dat transitie voor deze groep<br />

aanvankelijk als ‘risicovol’ werd beschouwd, vanuit de eerder heersende opvatting dat<br />

transmannen vrijwel altijd heteroseksueel zouden zijn na transitie (Bockting, Benner, &<br />

Coleman, 2009; Coleman, Bockting, & Gooren, 1993). Seksuele identiteit wordt in dit soort<br />

theorieën beschouwd als informatieverstrekker over de authenticiteit van het verlangen in<br />

transitie te gaan.<br />

In de Verenigde Staten en in verschillende ontwikkelingslanden is veel onderzoek gedaan om de<br />

risicofactoren voor HIV-besmetting onder transgenderpersonen te meten, omdat de prevalentie<br />

onder deze groep bijzonder hoog zou zijn (b.v. Bockting, Miner, & Rosser, 2007, Herbst et al.,<br />

2008, Wilson et al., 2009. Dit geldt echter vooral voor sociaal-economisch marginale groepen<br />

transvrouwen, zoals sekswerkers. Het gros van dit onderzoek is kwantitatief van aard en richt<br />

zich slechts op het achterhalen van seksueel risicovol gedrag, bijvoorbeeld seks zonder<br />

condooms. Dit soort onderzoek is dan ook niet meegenomen in het huidige overzicht. De<br />

subjectieve beleving van seksualiteit komt echter een enkele keer naar boven in bijvoorbeeld<br />

studies naar de dilemma’s van transpersonen in het nastreven van seksuele veiligheid (Kosenko,<br />

2010; Sevelius, 2009). Deze studies zijn wel meegenomen in dit literatuuroverzicht.<br />

Vanuit genderstudies en sociologie is onderzoek gedaan naar de sociaal-culturele werking van<br />

normen rondom gender en seksualiteit, waarbij de situatie van transgenderpersonen als<br />

informatief wordt gezien voor de manier waarop normen rondom sekse, gender en seksualiteit<br />

in de algemene bevolking werkzaam zijn (Devor, 1993; Iantaffi & Bockting, 2011; Schleifer,<br />

2006; Schrock & Reid, 2006). Deze studies zijn in sommige gevallen heel informatief over de<br />

seksualiteitsbeleving van transgenderpersonen. Omdat het vergaren van deze informatie echter<br />

niet het doel van dit soort onderzoek is, beperkt de informatie zich vaak tot een klein deel van<br />

seksualiteitsbeleving, bijvoorbeeld tot de vraag of transpersonen zich minder dan cisgender<br />

personen laten leiden door heteronormativiteit in de relaties die zij aangaan (Iantaffi &<br />

Bockting, 2011).<br />

7

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!