Anticiperend landschapsbeleid - Wageningen UR E-depot
Anticiperend landschapsbeleid - Wageningen UR E-depot
Anticiperend landschapsbeleid - Wageningen UR E-depot
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
3 Drijvende krachten in relatie tot landschap<br />
3.1 Over oorzaak en gevolg<br />
Er wordt uitgegaan van een vrij simpele maar algemeen hanteerbare effectenketen,<br />
zoals verwoord in het DPSIR-concept (Driver-Pressure-State-Impact-Response).<br />
Achtereenvolgens worden hiermee aangeduid de drijvende<br />
kracht (Driver) zelf, de invloed of druk (Pressure) ervan op het systeem<br />
dan wel de variabele in kwestie in de actuele situatie (State), de teweeggebrachte<br />
verandering (Impact) en ten slotte de beleidsreactie die een en<br />
ander bewust afremt, stuurt, corrigeert of stimuleert (Response). Je kunt<br />
het al naar gelang de accentlegging nog eenvoudiger voorstellen, bijvoorbeeld<br />
alleen DPI, maar naar wens kan men ook juist extra differentiatie<br />
aanbrengen, bijvoorbeeld eerste of directe en tweede orde of indirecte<br />
drijvende krachten onderscheiden (voor herkomst en definities zie Klijn,<br />
2004). Voor de gedachtegang maakt het in wezen niet veel uit.<br />
Belangrijk is<br />
a dat invloeden van drijvende krachten getrapt via oorzaak-gevolg-ketens<br />
op het landschap inwerken;<br />
b dat de werkelijke wereld altijd onderhevig is aan meerdere drijvende<br />
krachten tegelijk, die elkaar soms versterken, dan weer afremmen;<br />
c dat het niet alleen maar eenrichtingsverkeer is van onafhankelijk/dominant<br />
naar afhankelijk/ondergeschikt, maar dat ook het omgekeerde kan<br />
spelen, dus landschap sturend ten aanzien van bijvoorbeeld ruimtegebruik.<br />
Het is goed zowel die complexiteit als die wederkerigheid in de<br />
gaten te houden.<br />
d Ten slotte is het belangrijk dat op alle onderdelen een rol voor het beleid<br />
en de besluitvormende organen aanwijsbaar is.<br />
Dan het onderscheid in soorten drijvende krachten. Er zijn verschillende<br />
typen drijvende krachten. Zo zijn er zg. autonome krachten: amper of niet<br />
door de Nederlandse overheden beïnvloedbare externe, vaak indirect werk-<br />
zame invloeden, zoals technologieontwikkelingen, mondialisering van de<br />
economie of veranderingen in het wereldklimaat. Het nationale ruimtegebruik<br />
reageert op deze autonome trends. In de omvang van ruimteclaims<br />
maar ook in de vereiste geografische ligging, de inrichting en de gebruiksintensiteit.<br />
Deze meer concrete processen grijpen als het ware direct aan op<br />
het landschap. Vandaar dat zij als ‘aangrijpingspunten’ zijn aangeduid. In<br />
de Nederlandse situatie is het goed om vast te stellen dat veranderingen<br />
in ruimtegebruik en tot op zekere hoogte in de intensiteit ervan in verregaande<br />
mate afhangen van een formele besluitvorming, waarin de overheden<br />
een toetsende of initiërende rol hebben. Vrijwel alle beslissingen<br />
van grondeigenaren of -gebruikers zijn onderhevig aan toetsing. Anderzijds<br />
zijn veel ingrepen in het landschap direct gevolg van een bewuste keuze<br />
van één of meer overheidsinstanties.<br />
Deze effectenketen wordt samengevat in bijgaand schillendiagram (ontleend aan Klijn,<br />
2000).<br />
SCHAAL<br />
CuLTuuR<br />
DELfStOf rECrEatiE Natuur & BOS WatEr<br />
BEHEEr iNriCHt<br />
eCOLOGIe BeLeVING<br />
LaNDBOuW VErkEEr OVEriG<br />
AARDkuNDe<br />
BEStEMMiNG<br />
SOCiO-CuLturEEL MaCrO-ECONOMiE tECHNOLOGiE<br />
DEMOGrafiE OVEriG<br />
iNG<br />
NatuurkraCHtEN<br />
Van buiten naar binnen: autonoom.<br />
Van binnen naar buiten: natuuren<br />
<strong>landschapsbeleid</strong><br />
DrijVENDE kraCHtEN<br />
BEStEMMiNG, iNriCHtiNG, BEHEEr<br />
LaNDGEBruik<br />
aSPECtEN EN WaarDEN VaN HEt LaNDSCHaP<br />
OVErHEErSENDE iNVLOEDEN OP HEt LaNDSCHaP<br />
LaNDSCHaPSWaarDEN SturEND<br />
<strong>Anticiperend</strong> <strong>landschapsbeleid</strong> 1 29