27.09.2013 Views

Poppels Oorlogsboek - Nicolaus Poppelius

Poppels Oorlogsboek - Nicolaus Poppelius

Poppels Oorlogsboek - Nicolaus Poppelius

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

33. De onderduikers (Adriaan Daamen)<br />

Onderduiken is geen feest! Onderduiker spelen doet men niet voor zijn plezier of uit sport! Laten we<br />

hier een klein beeld ophangen over de levenswijze der jongelingen, die, onvrijwillig, bij de zoo<br />

genaamde onderduikers behoorden. In de eerste helft der bezettingsperiode was er van verplichte<br />

tewerkstelling weinig spraak door het feit dat Duitschland zijn tekort aan arbeidskrachten door<br />

vrijwilligers wist aan te vullen. Nadien werden alle werklieden voor de inmiddels opgerichte<br />

Arbeidsambten opgeroepen om te verklaren waar zij werkzaam waren. Indien hun werk niet<br />

noodzakelijk geacht werd, werden zij verplicht naar Duitschland te gaan arbeiden. Doch dat bleek niet<br />

voldoende te zijn: nadien werden alle jongelingen, geboren tusschen 1920-24, voor de zoo genaamde<br />

Werbestelle geroepen. Op enkele uitzonderingen na, werden allen verplicht naar Duitschland of naar<br />

een ander door Duitschland bezet gebied te gaan arbeiden. Onze Vaderlandsche plicht bracht ons tot<br />

besluit geen tekort aan oorlogsmateriaal te helpen voorkomen om den oorlog te helpen verlengen<br />

tegen eigen volk en land, maar deed ons weigeren te vertrekken, ondanks dreigbrieven, opsporing<br />

door Feldgendarmen en achterhouding van rantsoeneeringszegels. Maar daar kwam de moeilijkheid:<br />

Pas enkele dagen na den vertreksdatum kwam de Feldgendarmerie op nachtbezoek. Om niet<br />

opgepikt te worden, waren wij van zelfs verplicht een geheim nachtverblijf te zoeken, meestal bij<br />

familie of beste vrienden. Wanneer de nachtbezoeken niet genoeg opleverden, dacht de bezetter<br />

meer succes te boeken door de hulp van verraderlijke Belgen in te roepen. Deze zoo gevaarlijke<br />

Gestapo, deed zijn werk niet gelijk de Feldgendarmen, maar ging over dag langs de wegen en hield<br />

ieder man aan om naar werkkaart of vrijstelling van arbeids-Dienstplicht in Duitschland, welke<br />

inmiddels ook uitgereikt waren, te vragen. Diegene die de kaart of vrijstelling niet kon toonen, werd<br />

aangehouden. Ondertusschen was het niet voldoende een veilig nachtverblijf te zoeken, maar het was<br />

niet meer geraadzaam zich nog op de openbare wegen te begeven. Dan kwam de tijd dat wij ons<br />

verplicht gevoelden, ver van wegen en huizen, in de velden ons verblijf, vooral over dag, te zoeken.<br />

Zoo leefden wij bijna, gelijk wij vroeger in de Geschiedenis geleerd hebben, gelijk de Oud-Belgen.<br />

Onze woning bestond uit schuilkelders, niet voor afweergeschut maar voor Gestapo-gevaar. Deze<br />

plaatsen waren gemaakt in strooi- of houtschelven, in verafgelegen schuren en stallen, 's Zomers in<br />

open velden of bosschen.<br />

Vooral wanneer er gevaar bestond dat de Gestapo op komst was, liepen allen, verwittigd door<br />

geburen of andere medelijdende medeburgers, gelijk wild dat door de jagers achtervolgd werd, de<br />

velden in den tijd afwachtend tot er verwittigd werd dat het gevaar voorbij was. Wanneer de plaats wat<br />

lang onveilig bleef, kwamen goedwillige menschen met spijzen die dan goed van pas kwamen. Alzoo<br />

gingen dagen, weken, zelfs maanden voorbij: onze meeste verblijfplaats in de velden zoekend, bijna<br />

afgezonderd van de menschen, zeer zelden nog de H.Mis bijwonend, zonder onze vergaderingen en<br />

gezellig samenzijn voort te kunnen zetten. Soms konden wij ons huis bezoeken, 's middags of 's<br />

avonds om het eetmaal gezamenlijk met de familie te deelen. Doch zeer dikwijls wist men tehuis niet<br />

waar wij ons bevonden of van welke goedhartige personen wij ons voedsel ontvingen. Wanneer wij<br />

dan onzen stoutsten moed bijeenraapten om toch 's avonds eens gezellig bij een vriend door te<br />

brengen en wij ons met gesloten deuren veilig achtten, plots het geronk hoorend van auto of moto,<br />

soms ook wanneer een vreemdeling kwam aankloppen om den weg te vragen, liepen wij allen, zoo<br />

mogelijk, naar buiten, of was dit niet mogelijk, dan maar binnen zich verschuilend in schuur of stal<br />

onder strooi of hooi.<br />

Bij de verplaatsing van de eene verblijfplaats naar de andere, wat meestal 's avonds gebeurde, werd<br />

vaak voor de gedaante van andere onderduikers of van burgers, op de vlucht geslagen door de<br />

velden heen op gevaar van hier of ginder in de gracht te stuiken of op weideafsluiting te loopen.<br />

Terwijl wij alzoo allerlei onrusten doormaakten, lieten de moeders vele H.Missen opdragen en baden<br />

zij vele rozenkransen om hunne jongens te mogen behouden. Wat ook veel is gebeurd want Goddank<br />

zijn wij van dien gruwel goed gespaard gebleven. Leve onze Vrijheid!

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!