Download Code van goede praktijk - Emis - Vito
Download Code van goede praktijk - Emis - Vito
Download Code van goede praktijk - Emis - Vito
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Niet hechtgebonden asbest (losgebonden asbest)<br />
De asbestvezels zijn in deze producten niet of slecht ingesloten in de matrix.<br />
Voorbeelden:<br />
― isolatie <strong>van</strong> leidingen, ketels, tanks, brandkastdeuren e.d.;<br />
― isolatie <strong>van</strong> oudere elektrische apparaten als ovens, broodroosters, strijkijzers e.d.;<br />
― gespoten asbesthoudende materialen (spuitasbest e.d.);<br />
― vinylvloerbedekking met asbesthoudende onderlaag;<br />
― brandwerend board;<br />
― zwaar verweerde asbestcementproducten.<br />
Niet hechtgebonden asbest kent verschillende gradaties, <strong>van</strong> ongebonden asbest,<br />
zondermatrixmateriaal, tot slecht- en matig-gebonden asbest.<br />
Vrije asbestvezels < 100 μm<br />
Vrije asbestvezels < 100 μm zijn potentieel inadembare vezels, ook wel (ten onrechte)<br />
respirabele vezels genoemd. De vrije asbestvezels < 100 μm bepalen het actuele<br />
blootstellingsrisico aangezien alleen deze vezels ingeademd kunnen worden.<br />
Vezelequivalent (veq)<br />
Vanwege de verschillende veronderstelde effecten <strong>van</strong> de diverse vezeltypes zijn ten behoeve<br />
<strong>van</strong> de asbestconcentratienormen in het milieu equivalentiefactoren geformuleerd. Voor de<br />
vezels met een lengte > 5 μm wordt voor amfibolen een equivalentiefactor <strong>van</strong> 10 gehanteerd<br />
terwijl voor de serpentijnen (chrysotiel) een equivalentiefactor <strong>van</strong> 1 geldt. In Vlaanderen wordt<br />
deze indeling niet gevolgd. Het milieubeleid in Nederland is gericht op vermindering <strong>van</strong> de<br />
risico's <strong>van</strong> blootstelling aan asbest via de lucht tot in elk geval het maximaal toelaatbaar<br />
risiconiveau (MTR) <strong>van</strong> 100000 veq/m³ en, zo mogelijk tot het verwaarloosbaar risiconiveau<br />
(VR) <strong>van</strong> 1000 veq/m³.<br />
Grenswaarde<br />
Een normwaarde waaraan een berekende concentratie in een (deel)partij kan worden getoetst<br />
(bijvoorbeeld streefwaarde, interventiewaarde).<br />
Onderlaag<br />
De onderlaag is die bodemlaag die zich bevindt onder de bovenlaag en die normaal gesproken<br />
niet geroerd wordt door bewerkingen, zoals ploegen, omspitten of harken.<br />
Bovenlaag<br />
De bovenlaag is die bodemlaag die normaal gesproken geroerd wordt door bewerkingen, zoals<br />
ploegen, omspitten of harken; de laag kan in dikte variëren <strong>van</strong> ca. 5 cm tot maximaal 50 cm,<br />
maar is over het algemeen 20 cm – 30 cm diep.<br />
Toplaag<br />
De bovenzijde <strong>van</strong> een bodemlaag/partij. De toplaag wordt in dit protocol gedefinieerd als de<br />
bovenste laag <strong>van</strong> een partij die nog visueel geïnspecteerd kan worden; over het algemeen is<br />
deze laag 1 cm - 3 cm dik.<br />
12/69 <strong>Code</strong> <strong>van</strong> <strong>goede</strong> <strong>praktijk</strong> voor oriënterend bodemonderzoek, beschrijvend bodemonderzoek en risicoanalyse voor<br />
asbestverontreiniging