Het smartvol lijden van Jezus Christus - visioenen van Anna ...

More documents

Recommendations

Info

1784. De bodem daalde zacht in de grot neer en van de overhangende rots er boven hing zoveel struikgewas vóór de ingang neer, dat men in de grot niet kon worden bemerkt van buiten uit. Toen Jezus van de apostelen scheidde, zag ik een wijde kring van schrikbeelden opdoemen en zich gedurig nauwer om Hem toesluiten en Hem van dichterbij omringen. Zijn droefheid en angst groeiden aan en gelijk iemand die door een vreselijk onweer achtervolgd wordt, een veilig onderkomen zoekt, trok Hij zich sidderend in de grot terug om te bidden. Maar ik zag al die dreigende beelden Hem in de spelonk achtervolgen en zich immer duidelijker aan Hem vertonen. Ach! het was als omvatte die enge grot de gruwelbeelden van alle ooit bedreven zonden, hun gewicht en hun straf vanaf de val der eerste mensen tot aan het einde van de wereld toe, want hier bij de Olijfberg belandden ook Adam en Eva na hun verbanning uit het paradijs; hier voelden zij voor het eerst de ellende van de onherbergzame aarde, waarop zij teruggejaagd waren en in deze grot begonnen de rouw, de vrees en de boete, die hun verder leven vervulden 17 . Ik voelde duidelijk hoe Jezus, terwijl Hij zich prijsgaf aan zijn aanstaande lijden en zich opofferde aan de goddelijke Rechtvaardigheid ter voldoening van de zonden der wereld, zijn Godheid als het ware dieper terugtrok in de H. Drie-eenheid, om zich uit 17 Hier belandden ook Adam en Eva. – Deze gedachte troffen wij reeds aan in fasc. 14, nr. 532. Aldaar werd het beeld nog verder uitgewerkt, ofschoon het hier beter van pas zou zijn gekomen. Wij zijn niet in staat daar commentaar op te geven, zegden wij in fasc. 14, maar beide feiten uit de passage in fasc. 14, nr. 532, kan men beschouwen als zinnebeeldige taferelen die zich in de historische visioenen, die K. nu beleeft, komen voegen. Fascikel 29 94
oneindige liefde in zijn allerreinste, diepgevoelige, in zijn waarachtige en onschuldige Mensheid, alleen met de liefde van zijn menselijk Hart gewapend, aan het geweld van alle angst en smart voor de zonden van de wereld over te leveren. Om voor de wortel, groei en voltrekking van elke zonde en boze lust te voldoen, nam de barmhartige Jezus uit liefde tot ons, zondaars, de wortel van alle zuiverende boete en van alle heilzame pijnen in zijn Hart op en liet dit oneindig lijden, ter voldoening van een oneindige schuld, als een duizendtakkige boom van smarten, al de ledematen en zintuigen van zijn heilig lichaam, al de vermogens van zijn ziel doordringen en dooraderen. Zich aldus volkomen overlatend aan zijn zwakke Mensheid, eindeloos beangstigd en bedroefd smeekte Hij tot God, viel op zijn aangezicht neer, terwijl Hij alle zonden van de wereld en hun afschuwelijke boosheid in ontelbare beelden zag. Hij nam ze alle op zich en bood zich aan God de hemelse Vader in zijn gebed aan om Hem door lijden voor die onmetelijke schuld voldoening te schenken. Doch satan, die zich te midden van al die gruwelen in een vreselijke gedaante dreigend en vol bittere hoon heen en weer bewoog, ontstak in altijd heviger gramschap tegen de Heer. Terwijl hij steeds schrikwekkender beelden, die de zonden van heel de wereld voorstelden, voor de ziel van Jezus toverde, riep hij herhaaldelijk de Mensheid van Jezus (in haar verlatenheid) toe: “Hoezo? Ook dit wilt Gij op U nemen? Ook hiervoor wilt Gij de straf ondergaan? En voor dit? Hoe kunt Gij hiervoor voldoening schenken?” Fascikel 29 95
Page 1 and 2:
Emmanuel - Het smartvol lijden van
Page 3 and 4:
Witte donderdag, 29 maart = 13 Nisa
Page 5 and 6:
en dicht bij het huis gekomen, stuu
Page 7 and 8:
Dit jaar nu had hij een eetzaal (he
Page 9 and 10:
1747. gebruikten zij het gehele geb
Page 11 and 12:
gebraden worden, want heden waren t
Page 13 and 14:
Commentaar op K.’s beschrijving v
Page 15 and 16:
plaats waar zij werkelijk een tijdl
Page 17 and 18:
de geschenken van de sultan van Kon
Page 19 and 20:
Korte uitweiding over het Cenakel i
Page 21 and 22:
eusachtige basiliek. Dit geschiedde
Page 23 and 24:
Nog steeds buiten vóór de ingang
Page 25 and 26:
uit de 4 e eeuw; ze hebben deel uit
Page 27 and 28:
en zo kwamen zij aan de noordzijde
Page 29 and 30:
Zij ontvingen hier ook de kelk waar
Page 31 and 32:
1753. of het op zijn beurt nog iets
Page 33 and 34:
Melchisedek bediende zich van hen e
Page 35 and 36:
1756. Toen de Heer aan de H. Maagd
Page 37 and 38:
echtstreeks met pakken ceremoniekle
Page 39 and 40:
1758. 21. Ik loof U, omdat Gij mij
Page 41 and 42:
1759. een nieuwe tempel in. Al deze
Page 43 and 44: 1760. de Heer, de God van Israël
Page 45 and 46: 1761. 1762. Zeer haastig (Ex. 12,11
Page 47 and 48: vertrouwelijkheid en nauwste verbon
Page 49 and 50: 1764. toespraak. Ik heb evenwel ree
Page 51 and 52: 1765. Jezus waste achtereenvolgens
Page 53 and 54: zacht en heimelijk zich toch te bez
Page 55 and 56: 1767. Het breken en ronddelen van h
Page 57 and 58: 1769. vooraf ingekerfde groeven en
Page 59 and 60: 1770. Daar Jezus hem een wenk had g
Page 61 and 62: Wijdingen en geheime onderrichtinge
Page 63 and 64: Van zijn plaats in het midden van d
Page 65 and 66: 1774. Wanneer deze plechtigheden ge
Page 67 and 68: 1775. mededeling aan Joannes alleen
Page 69 and 70: schreed tussen hen door, haastig na
Page 71 and 72: 1777. Boven Melchisedek, Abraham en
Page 73 and 74: Heer: zit neer aan mijn rechterhand
Page 75 and 76: NOTA. In deze beschouwing ontbreekt
Page 77 and 78: De ingang in het binnenplein van he
Page 79 and 80: Hier begint eigenlijk met een korte
Page 81 and 82: 1780. Hierna wendde zij zich opnieu
Page 83 and 84: Jezus in de Olijfhof. 1781. Toen Je
Page 85 and 86: Fascikel 29 85
Page 87 and 88: Buiten de stad bevinden zij zich aa
Page 89 and 90: 1783. feestmaal. In die tuin staan
Page 91 and 92: Binnen is de hoogte tot tegen het g
Page 93: De grot van Getsemani staat niet in
Page 97 and 98: 1786. Satan ging te werk als de slu
Page 101 and 102: 1788. is alles mogelijk, neem dus d
Page 103 and 104: 1789. Doch Ik vermaan u, waakt en b
Page 105 and 106: 1791. niet zo dreigend was. Zo kort
Page 107 and 108: verlangden Hem troost aan te bieden
Page 109 and 110: Jesaja 49 (4-26) Tweede profetie aa
Page 111 and 112: 1794. De menselijke natuur aannemen
Page 113 and 114: vrijbuiters gevallen was, ofschoon
Page 115 and 116: waren het dezelfde beelden die smar
Page 117 and 118: 1796. O Vader, indien de kelk mij n
Page 119 and 120: Ik zag al die mishandelingen met on
Page 121 and 122: overmoed deden, werd helaas! bij ge
Page 123 and 124: meenamen en in een helse duivelsdie
Page 125 and 126: vruchten, die zich steeds verder ve
Page 127 and 128: dat zij zijn Moeder en ook Magdalen
Page 129 and 130: 1800. handen vóór zich uitsteken
Page 131 and 132: aanmoedigend wijzen met de vinger d
Page 133 and 134: Spoedig echter verdwenen die gezich
Page 135 and 136: Nadat Jezus zich van de grond had v
Page 139 and 140: - Een grote indruk van het lichaam
Page 141 and 142: vertwijfeling aangegrepen, dat een
Page 143 and 144: Ook in de laatste dagen, die hij me
Page 145 and 146:
1806. verraad werden hem dertig zil
Page 147 and 148:
vaags of onjuist zijn, zoals in ‘
Page 149 and 150:
Judas kwam terug en zei dat Jezus r
Page 151 and 152:
1807. onzichtbaar geworden was. Daa
Page 153 and 154:
eambten, met wie Judas sedert enige
Page 155 and 156:
Fascikel 29 155
Page 157 and 158:
De gevangenneming van Jezus (Mt. 26
Page 159 and 160:
u beter nooit geboren te zijn!” T
Page 161 and 162:
1812. Zo was de situatie, toen Petr
Page 163 and 164:
linkervoorarm beneden de elleboog e
Page 165 and 166:
Joannes volgde dichter achter de la
Page 167 and 168:
Fascikel 29 167
Page 169 and 170:
de Kedronbeek; zij slingerden Hem d
Page 171 and 172:
Zijn lang wollen kleed dat zwaar en
Page 173 and 174:
eraamden om Jezus uit hun handen te
Page 175 and 176:
Lazarus, Joannes Markus, de zoon va
Page 177 and 178:
1818. Het merendeel van die arme me
Page 179 and 180:
1819. schimpwoorden op de hals van
Page 181 and 182:
1820. Toen de stoet door Ofel getro
Page 183 and 184:
en vrienden uit het Kedrondal door
Page 185 and 186:
Aanstalten van de vijanden van Jezu
Page 187 and 188:
door zijn bemoeiingen bestemd werde
Page 189 and 190:
Fascikel 29 189
Page 191 and 192:
1823. meer in hen; zij zijn het met
Page 193 and 194:
1824. Dikwijls vernamen zij gesprek
Page 195 and 196:
Het Lam voelt de last gedurig verzw
Page 197 and 198:
Jezus voor Annas (Joa. 18, 19-23).
Page 199 and 200:
1826. schenden van de sabbat. Wie z
Page 201 and 202:
Ook Annas en de raadsleden voegden
Page 203 and 204:
Deze niet grote kalebas sloot Annas
Page 205 and 206:
Jezus wordt naar Kaïfas geleid. To
Page 207 and 208:
die zich door hun verguizingen en b
Page 209 and 210:
1829. Daar bevinden zich de zitplaa
Page 211 and 212:
Wanneer men uit de rechtszaal in de
Page 213 and 214:
1830. In het gebouw en in de omgevi
Page 215 and 216:
atrium rechts (van de hoofd- of zij
Page 217:
woedend dat, zijn waardigheid verge
show all

Het smartvol lijden van Jezus Christus - visioenen van Anna ...

Create successful ePaper yourself

Delete template?

Save as template?