Bijlage 2 Archeologische onderzoeken - ruimtelijkeplannen ...
Bijlage 2 Archeologische onderzoeken - ruimtelijkeplannen ...
Bijlage 2 Archeologische onderzoeken - ruimtelijkeplannen ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
6<br />
▼<br />
ADC Rapport 128 - Enschede, Josink Es - AAO<br />
2 Vooronderzoek 1<br />
In 2001 heeft RAAP Archeologisch Adviesbureau een Aanvullende <strong>Archeologische</strong> Inventa-<br />
risatie (AAI) uitgevoerd. Dit onderzoek bestond uit een booronderzoek en heeft twee vind-<br />
plaatsen opgeleverd. De vindplaatsen liggen in het hooggelegen noordelijke deel van het<br />
plangebied op Pleistocene dekzandruggen die zijn ontstaan in de voorlaatste ijstijd (150.000<br />
tot 100.000 voor Chr.). Op dit deel bevinden zich juist de hoge zwarte enkeerdgronden, ont-<br />
staan door plaggenophoging. Het gebied ligt ten westen van de Usseler stroom. In het<br />
laaggelegen deel van het plangebied zijn geen archeologische vondsten gedaan. Dit deel<br />
kenmerkt zich bodemkundig gezien door het voorkomen van natte beekeerdgronden. Van<br />
oorsprong waren deze gronden minder geschikt voor bewoning.<br />
Vindplaats 1 ligt op de meest westelijke dekzandrug waarop in de Late Middeleeuwen de<br />
Josink Es is aangelegd. Verspreid over deze vindplaats zijn diverse archeologische vond-<br />
sten gedaan. Deze bestaan uit scherven van handgevormde en gedraaide aardewerken pot-<br />
ten, vuurstenen artefacten, brokken steen en een fragment verbrand bot. De vondsten wij-<br />
zen op de mogelijke aanwezigheid van bewoningssporen uit verschillende perioden: een<br />
vuursteenvindplaats uit het Mesolithicum of Neolithicum, nederzettingssporen uit de pe-<br />
riode Late Bronstijd tot en met de Vroege Middeleeuwen en mogelijk ook crematiegraven<br />
uit een onbekende periode. Op het hoogstgelegen deel van de dekzandrug, waar de sporen-<br />
dichtheid het grootst is, zou de kans op de aanwezigheid van archeologische sporen het<br />
grootst zijn.<br />
Vindplaats 2 ligt op een langgerekte en smalle dekzandrug, ook wel ‘t Laand genoemd, in<br />
het oosten van het plangebied. Op basis van het vondstmateriaal kunnen nederzettings-<br />
sporen uit de periode Late Bronstijd tot en met Late Middeleeuwen worden verwacht.<br />
De aard van de vindplaats is onbekend.<br />
1. De gegevens zijn overgenomen uit<br />
Scholte-Lubberink 2001.