Achttiende-eeuws kolonialisme in brieven - Koninklijk Nederlands ...
Achttiende-eeuws kolonialisme in brieven - Koninklijk Nederlands ...
Achttiende-eeuws kolonialisme in brieven - Koninklijk Nederlands ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
ACHTTIENDE-EEUWS KOLONIALISME IN BRIEVEN<br />
En ook <strong>in</strong> 1798 68 antwoordt hij op het voorstel van zijn vader maar liever te zullen<br />
wachten tot zijn terugkeer <strong>in</strong> Europa:<br />
En bij deese geleegendheyd kan of wil ik ook niet voor UwHoogwelgeb. verbergen, dat<br />
ik een natuurlijk zoontje hebbe, dat een zeer lief k<strong>in</strong>d is, dat ik zo vrij geweest ben na<br />
UwHoogwelgeb. Frederik Godert te noemen en hetwelk ik meede zal brengen. Ik<br />
heb er meer gehad, doch die zijn alle overleeden.<br />
Een aanteken<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de marge vermeldt nog: 'Zeedert heb ik er nog twee gekregen.'<br />
In het beg<strong>in</strong> van 1800 had men <strong>in</strong> Indië bericht ontvangen, dat de van 1797<br />
daterende benoem<strong>in</strong>g van Van Reede tot Raad extra-ord<strong>in</strong>air door het Uitvoerend<br />
Bew<strong>in</strong>d was goedgekeurd. In dat jaar besloot hij, daar zijn gezondheid slechter<br />
werd, tegen het volgende jaar ontslag te vragen. Hij zou dan, zo lang repatriër<strong>in</strong>g<br />
door de oorlogsomstandigheden niet mogelijk was, als Raad een rustiger bestaan<br />
<strong>in</strong> Batavia hebben. Inderdaad werd hem het gevraagde ontslag verleend op 6 maart<br />
1801. Er waren voor deze post twee sollicitanten geweest, de Raad extra-ord<strong>in</strong>air<br />
Van IJsseldijk en de Raad extra-ord<strong>in</strong>air Engelhard. Volgens Van Reede had de<br />
laatste de beste kansen<br />
wijl hij door een meenigte van roekeloose onderneem<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> Rhederijen, etc. met zijne<br />
f<strong>in</strong>antiën zeer <strong>in</strong> de war geraakt is en uyt dien hoofde <strong>in</strong> zijne sollicitatien zeer sterk<br />
ondersteunt word door den Heer Directeur-generaal Siberg, die veel geld van hem hebben<br />
moet en vreest het anders te sullen verliesen. 69<br />
Inderdaad werd Nicolaus Engelhard, die met een stiefdochter van de Gouverneurgeneraal<br />
Alt<strong>in</strong>g getrouwd was en dus een zwager was van Siberg, benoemd. Hij<br />
was liever gerepatrieerd, maar moest <strong>in</strong> deze w<strong>in</strong>stgevende post zijn enorme schuld<br />
van meer dan drie ton trachten <strong>in</strong> te halen. Na de overdracht was Van Reede op<br />
13 oktober 1801 van Semarang op een van zijn eigen schepen naar Batavia <strong>in</strong>gescheept,<br />
maar bedreigd door een Engels oorlogsschip was hij <strong>in</strong> Cheribon b<strong>in</strong>nengevallen<br />
en over land verder gereisd. In Batavia werd hij nog Raad ord<strong>in</strong>air en<br />
Directeur van de amphioendirectie, <strong>in</strong>middels wachtende op de resolutie waarbij<br />
hem verlof tot repatriëren gegeven zou worden.<br />
Hij had zijn <strong>in</strong>trek genomen op het landgoed Weltevreden, dat hij nog van vroeger<br />
kende, toen hij er de gast van Van der Beke was. Het was door de Commissarissengeneraal<br />
tot vast verblijf voor de Gouverneur-generaal bestemd, maar Siberg<br />
wenste er niet te wonen en had Van Reede bewogen er zijn tenten op te slaan. Van<br />
daaruit schrijft hij op 20 mei 1802 zijn vader de resolutie ontvangen te hebben.<br />
Voortdurend is hij bezig zijn geldzaken af te wikkelen en verheugt zich op zijn<br />
terugkeer. Voordat er echter uitvoer<strong>in</strong>g aan het repatriër<strong>in</strong>gsplan kon worden<br />
68. Brief van 26 december 1798.<br />
69. Brief van J. F. van Reede aan zijn vader, 6 februari 1801.<br />
201