Input Werkgroep Beleidsmedewerkers - Gemeenteraad van ...

Corsa: 2009028267
Bijlage
Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
Inhoud:
1. Groen 2
2. Cultuurhistorie / Monumenten 7
3. Wonen 9
4. Onderwijs, , Peuterspeelzale, Kinderopvang,
Jeugd, Sport, Welzijn, Cultuur en EZ 13
5. Water 17
6. Verkeer 22
7. Milieu 23
8 (Boven-) regionaal beleid 25
Structuurvisie Randstad 2040
Metropoolregio Amsterdam
Omliggende gemeenten
Werkgroep beleidsmedewerkers:
1. Ingrid Storm
2. Paul Schaapman
3. Klaas Troost
4. Mario van der Lans
5. Elro Hagens
6. Nico den Hertog
7. Hein Kranendonk
8. Anja Brandenburg
1. GROEN
1- Groenbeleidsplan (raad 1997) (alleen Bloemendaal-oud, dus zonder Bennebroek)

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
Het groenbeleidsplan geeft richtingen voor het behouden en het ontwikkelen van de essentiële
groenvoorzieningen. Achterin het groenbeleidsplan worden ze opgesomd. De belangrijkste
richtingen voor de structuurvisie zijn (hieronder ingekort, alleen degene met ruimtelijke effecten
eruit gehaald en samengevat):
a. Het streven naar het versterken van de landschappelijke kenmerken op basis van de
landschappelijke dragers. Landschappelijke dragers zijn:
- het patroon van strandwallen en strandvlakten;
- de hoofdontsluiting
- de woongebieden en
- de groengebieden.
De groenstructuur wordt gebaseerd op de landschappelijke dragers.
b. Het is van belang dat de landschappelijke nivellering zo gering mogelijk is. Juist de afwisseling
van de open en besloten ruimtes moet worden gehandhaafd en verbeterd.
c. Binnen de strandwal is er sprake van drie trajecten. Deze kunnen de identiteit van de
dorpskernen versterken. Het zuidelijke traject heeft een agrarische uitstraling, het middendeel een
monumentaal karakter en het meest noordelijk gelegen traject is, voor Bloemendaalse begrippen,
het meest verstedelijkt. Deze drie karakters vormen een uitgangspunt voor de nadere uitwerking.
d. Het openbaar groen en het particulier groen moeten zoveel mogelijk met elkaar verweven zijn.
Daarbij is het van belang dat de groenstructuren van buiten de bebouwde kom zoveel mogelijk in
de woonwijken worden opgenomen.
e. De natuurwaarden van de duingebieden en de landgoederen (het kerngebied van de
ecologische hoofdstructuur) dienen behouden en versterkt te worden. De gemeente kan hier zo
mogelijk een actieve rol in spelen. Nieuwe ontwikkelingen in deze gebieden vragen extra
aandacht en moeten met zorg worden begeleid. De continuïteit van de grote groengebieden zoals
alle landgoederen en de duingebieden is van zeer groot belang voor het behouden van de
karakteristieke ruimtelijke opbouw van de Gemeente Bloemendaal. Het behouden en zo mogelijk
versterken van deze gebieden is gewenst.
Het is van belang dat naast de lineaire ecologische structuur noord-zuid ook enkele natte en
droge dwarsverbindingen in oost-west richting worden versterkt. De natuurwaarden van de beken,
sloten en vijvers zijn ernstig verminderd en dienen zo optimaal mogelijk te zijn / hersteld te
worden. Het is gewenst op de strandvlakten met potentiële natuurwaarde een kruidenrijke
vegetatie te ontwikkelen. (intensieve landbouw / bollen omvormen naar extensief begraasd
grasland).
i. Het behouden en verder ontwikkelen van de groenstructuur die gekoppeld is aan de lineaire
hoofdontsluiting. Deze groenstructuur is de volgende:
– agrarisch gebied: bosrand – bosberm – houtwal
- monumentaal deel: monumentale lanen
- verstedelijkt deel: (monumentale) lanen afgewisseld met bos en struwelen
j. Het behouden en ontwikkelen van de groenstructuur die gekoppeld is aan de oostwestverbinding.
Dit betekent dat ingespeeld moet worden op de verschillende landschappelijke
overgangen van de zee, via de binnenduinrand, naar het meer stedelijke gebied.
2

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
k. De aanwezige zichtlijnen in de open ruimten (met name van de strandvlakten), vormen het
uitgangspunt bij het beleid van de lineaire beplantingen.
voorgrond: transparant
achtergrond: aandacht voor inrichting en aankleding
l. De herkenbaarheid van verschillende waterlopen dient te worden vergroot. Hierbij wordt met
name gedacht aan het visualiseren van de duinbeken.
m. Uitgaan van het behouden en verder ontwikkelen van de kenmerken van het groen per
bebouwingstype (zie na n. voor nadere uitleg).
n. Het is gewenst dat in het wegen- en stratenpatroon een hiërarchie in profiel en karakter van het
openbaar groen aanwezig is.
In de woongebieden zijn vier verschillende bebouwingstypen te vinden, waarvan de bijbehorende
karakteristieken behouden en versterkt dienen te worden:
Dorpskernen
- De kernen staan op zichzelf
- Het karakter is vrij stenig
- Het is veelal zichtbaar dat grote ruimtelijke veranderingen (wegen, spoorlijnen, nieuwbouw) van
invloed zijn geweest op het oorspronkelijke karakter van de kernen
- De kernen bevatten voorzieningen voor de omliggende woonbebouwing
- Aerdenhout richt zich meer op Heemstede en Zandvoort
- Het centrumgebied van Bloemendaal heeft het hoogste voorzieningenniveau.
Bebouwingstype 1 – Buitenhuizen
- Dit type bevindt zich meestal op de hoger gelegen gronden
- De gebouwen zijn vrij en royaal op de kavel gesitueerd
- De gebouwen zijn overwegend door bos aan het zicht onttrokken
- Het beeld wordt bepaald door een bosachtig, privé-karakter
- Het wegenpatroon heeft meestal een kronkelig verloop. Hoofdontsluitingswegen zijn regelmatig
voorzien van bosbermen, de straten hebben geen laanbeplantingen.
Bebouwingstype 2 – Villa’s
- Dit type komt vooral voor op de halfhoge gronden
- Er is sprake van een losse, meer regelmatige situering van de gebouwen
- De gebouwen zijn half of meer aan het zicht ontrokken
- Het privégroen vertoont een duidelijk aangelegd en gecultiveerd karakter
- Het wegenpatroon vertoont een meer planmatig karakter. De hoofdontsluitingswegen zijn
voorzien van een tweerijige laanbeplanting (1 e grootte bomen). In de straten komt soms 1 en
soms 2 rijen laanbomen voor.
Bebouwingstype 3 – Herenhuizen en rijtjeshuizen
- Dit type bebouwing komt voor op de lage gronden (strandvlakte)
- De planmatigheid van de verkaveling overheerst de natuurlijke omgeving
- De bebouwing bestaat uit bouwblokken met twee-onder-een-kap of eengezinsrijtjeshuizen,
veelal voorzien van voortuinen
- Het straatbeeld wordt qua groen bepaald door straatbomen (ruime plantafstand, 2 e /3 e grootte
3

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
bomen)
- Het wegenpatroon is fijnmazig en sterk planmatig
- In de wijk komen regelmatig park- of plantsoenachtige groenobjecten voor die meestal vrij royaal
van maat zijn (voornamelijk kijkfunctie).
Het groenbeleidsplan bevat verschillende kaartjes waarop onder andere de ruimte/massa
verdeling, bebouwingstypen, (gewenste) dwarsverbindingen en alle landgoederen terug te vinden
zijn. Tenslotte bevat het een verkenning van bebuwingsmogelijkheden.
De belangrijkste kansen om natuur en landschap te behouden en ontwikkelen zijn in de
bovenstaande ontwikkelingsrichtingen beschreven. De belangrijkste bedreigingen voor natuur- en
landschapswaarden zijn de voortdurende behoefte aan nieuwe bouwlocaties, de uitbreiding van
infrastructuur door de toename van het verkeer, de intensieve vormen van landbouw, de
nivellering (langzaam maar zeker verloren gaan van de groene identiteit van Bloemendaal door
b.v. volgebouwde strandwallen en –vlakten, overal verkeer, op elkaar lijkende landgoederen
(’groene brij’) en nieuwbouw zoals overal in Nederland).
2- Herstelplannen bos- en duinparken (Bosparkenplan) (raad 2007)
Het bosparkenplan omvat het wegwerken van achterstallig onderhoud en het duurzaam
ontwikkelen op de lange termijn van de 7 bosparken van de Gemeente Bloemendaal over een
periode van 10 jaar (2007-2017). De maatregelen per bospark zijn gegroepeerd rond een thema:
1 Bloemendaalse bos (Bloemendaal)
Thema: Landgoed en historie
Maatregelen gericht op herstel van de sfeer van een historisch landgoed.
2 Caprera (Bloemendaal)
Thema: Bijzondere cultuur in bijzondere natuur
Maatregelen gericht op herstel van natuur en mogelijkheid scheppen om kunst (beelden) te
plaatsen. Uitzicht (op 2 plekken) vastleggen in bestemmingsplan?
3 Wilhelminapark met het Kopje (Bloemendaal)
Thema: Uitzicht
Het herstel van het Kopje is inmiddels zo goed als gereed. Mogelijkheid scheppen om een ingang
naar de Kennemerduinen te maken. Uitzicht vastleggen in bestemmingsplan?
4 Brouwerskolkpark e.o. (Overveen)
Thema: Avontuur door variatie
Mogelijkheid scheppen om natuurlijk ogende speeltoestellen / trimtoestellen te plaatsen /
speelbos (hutten bouwen, loopbruggen) aan te leggen. Mogelijkheid scheppen om een ingang
naar Middenduin te maken. Uitzicht vanaf het kopje vastleggen in bestemmingsplan? De
mogelijkheid onderzoeken om over te dragen aan Staatsbosbeheer. Voorzieningen plaatsen t.b.v.
paddentrek. Bij verplaatsen afvaleiland; herstel van de relatie tussen de watertoren en de overige
voormalige bedrijfsgebouwen.
5 Weth. Van Gelukpark (Overveen)
Thema: Duin (lucht, licht) en water.
Maatregelen gericht op verbeteren van de natuurwaarde. De mogelijkheid onderzoeken om het
park (samen met de Zeeweggronden) over te dragen aan PWN. Uitzicht vastleggen in
bestemmingsplan?
6 Enschedepark (Aerdenhout)
Thema: Groene buffer
Handhaven van het bos als groene buffer is belangrijk. Mogelijkheid scheppen om een
4

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
uitzichttoren op het Kopje van Aerdenhout te plaatsen. Uitzicht vanaf het kopje vastleggen in
bestemmingsplan?
7 Van Haemstedebos (Aerdenhout)
Thema: Speel- en buurtbos
Handhaven van het bos als groene buffer is belangrijk, maar er worden verder geen maatregelen
voorgesteld met relevantie voor de structuurvisie.
3- Het Bomen beheerplan gemeente Bennebroek (raad 2004)
Het bomenbeheerplan legt de basis voor behoud en ontwikkeling van een duurzame, vitale en
herkenbare boombeplanting in de dorpskern Bennebroek. Verder wordt het belang aangegeven
van het verankeren en beschermen van belangrijke groenvoorzieningen in het bestemmingsplan.
Beeldbepalende en bijzondere bomen, ook in particulier eigendom, worden beschermd op grond
van de Bomenverordening; in de directe nabijheid van deze, op kaart vastgelegde en beschreven
bomen, mag bijvoorbeeld niet worden gebouwd.
Beeldbepalende elementen voor de hoofdgroenstructuur van Bennebroek zijn bijvoorbeeld brede
groene bermen langs doorgaande wegen, afwisseling van open weidegebied en gesloten
bosgebied en watergangen en vijvers omzoomd door groen.
4- Natura 2000 / Flora- en Faunawet
Bloemendaal bevat voor Europa unieke groengebieden en soorten. Het natura 2000 gebied nr. 88
beslaat een groot deel van de gemeente. Een gemeentebrede inventarisatie van soorten en
natuurwaarden om hier bij toekomstige ontwikkelingen en beheer rekening mee te kunnen
houden staat hoog op het verlanglijstje bij Groenvoorziening. Deze gegevens zijn noodzakelijk
voor aanleg- en beheerwerk en tevens voor het beoordelen van diverse aanvragen
(bouwprojecten etc.). We hebben tot nu toe wegens hoge werkdruk nog geen stappen kunnen
zetten in de richting van bestuurlijke voorstellen.
Op grond van de Natuurbeschermingswet / Natura 2000 zal binnen enkele jaren de provincie een
beheerplan maken voor de gebieden die zijn aangewezen als Natura 2000 gebied. Alle
activiteiten binnen de grenzen van het gebied en aan de randen van het gebied die significante
negatieve effecten kunnen hebben op het gebied, en die niet in het beheerplan staan beschreven,
worden na vaststelling van het beheerplan ontheffingsplichtig.
5

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
2. Cultuurhistorie / Monumenten
Ontstaansgeschiedenis
De gemeente Bloemendaal is in de12e-14e eeuw ontstaan uit de ambachtsheerlijkheden
Tetterode (Overveen), Aelbertsberg (Bloemendaal) en Vogelenzang. Bennebroek is waarschijnlijk
in de 13e eeuw door werkzaamheden voor de turfwinning ontstaan.
Uit opgravingen meent men dat in de brons- of ijzertijd (2000 jaar vóór Christus) tussen Overveen
en Aerdenhout mensen hebben gewoond. In de Romeinse tijd woonden hier de Kaninefaten.
Daarna Saksen en Friezen.
Ook zijn er Noormannen in deze streek geweest. Omstreeks 870 na Christus regeerden twee
Noormannen als vorsten over de duinstreek. Eén heette Rorik. Het Rockaertsduin (tegenwoordig
de Blinkert) zou naar hem zijn genoemd. Bij deze duintop zou ook de eerste nederzetting in de
gemeente Bloemendaal ontstaan zijn, genaamd Rockaes.
Vanaf eind 16e eeuw was de blekerij in deze omgeving een belangrijke tak van nijverheid.
In de omgeving van Overveen vestigden zich bollenkwekers. In het Rechthuis (nu Van Ouds het
Raadhuis) vonden bloembollenverkopingen plaats. Overveen was het belangrijkste centrum voor
teelt en handel.
De gemeente Bloemendaal is bekend om haar vele buitenplaatsen en landgoederen, zoals
Vogelenzang, Woestduin, Vinkenduin, Leyduin, Boekenrode, Elswout, Saxenburg, Hartenlust,
Zomerzorg, Duin en Daal, Wildhoef, Veen en Duin, Sparrenheuvel, De Rijp, De Beek, Buytentwist,
Duinzigt, Vaart en Duin, Elswoutshoek.
Veel van deze gronden zijn verkaveld (Boekenrode, Hartenlust, Saxenburg, Zomerzorg, Wildhoef,
Veen en Duin). Andere zijn min of meer in hun oorspronkelijke staat gebleven. Het huis kreeg
veelal een andere bestemming. De gronden zijn als landschapspark te bezoeken (Huis te
Vogelenzang, Leyduin, Vinkenduin, Woestduin, Elswout).
De grote villa's werden in de 20e eeuw gebouwd. Bloemendaal ontwikkelde zich vanaf ca. 1880
tot een forensenplaats, o.a. door de verbetering van de verkeersmiddelen (trein, tram). Er werden
nieuwe villawijken gebouwd: Bloemendaalse Park, Aerdenhout, Duinlustpark, Duin en Daal,
Kweekduin, omgeving Julianalaan. Bloemendaal ging zijn typisch landelijke karakter verliezen.
Getracht werd wel zoveel mogelijk natuurschoon te sparen. Villabouw bedreigde het
natuurschoon. Zo werden buitenplaatsen verkaveld en bebouwd: Groot Bentveld, Naaldenveld,
Hartenlust, Wildhoef. Er was veel open bebouwing. Winkels en werkplaatsen werden geweerd.
Pas in 1917 werden kleine woningen gebouwd voor arbeiders en minder welgestelden:
Ramplaankwartier (nu gemeente Haarlem), Veldlaan (Aerdenhout), Bloemendaal-Noord
(noordhoek Schapenduinen), Sterrebosch, Kinheimpark (Bloemendaal), Oranjekwartier
(Overveen).
Het Zijlweggebied, Rolland, Ramplaankwartier, Duinvliet, grondgebied van de gemeente
Bloemendaal, werden in 1927 door Haarlem geannexeerd.
Bennebroek is het meest zuidelijke dorp van in de provincie Noord-Holland. Het dorp is gesitueerd
op de oude binnenduinen van Kennemerland, de voormalige geestgronden en een strook
veengrond tussen de Haarlemmermeer en de Noordzee.
Huidige situatie
In de decennia na de oorlog hebben er steeds uitbreidingen van de dorpskernen plaatsgevonden
en lijken de dorpen, op een enkele uitzondering na, de maximale grootte te hebben bereikt.
6

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
De gemeente kent 295 panden, die een monumentenstatus hebben: 151 rijksmonumenten, 110
gemeentelijk monumenten, 34 provinciale monumenten. Ook heeft het villapark Duin en Daal
heeft de status gekregen van Beschermd Dorpsgezicht. Monumenten dateren vooral van voor de
Tweede Wereldoorlog.
Toekomstbeeld
De historische structuren en kenmerken en de individuele monumentale objecten worden als een
zeer belangrijke factor beschouwd van de identiteit van Bloemendaal. Juist in het geval van de
vele aanwezige familiebanden, wordt deze herkenbaarheid gewenst. Maar ook nieuwe inwoners
zijn in toenemende mate op zoek naar historische kenmerken.
In de nabije toekomst zullen ook losse objecten en complexen de status krijgen van gemeentelijk
monument. Niet uitgesloten wordt dat ook naoorlogse objecten kunnen worden aangewezen als
monument.
Het streven is om alle historische boven- en ondergrondse elementen in kaart te brengen, te
benoemen, te beschrijven en te beschermen. De archeologische waarden moeten worden
beschermd door bepalingen in bestemmingsplannen op te nemen.
Voor het beschermen van streekgebonden historische waarden, kan een regionale
samenwerking een meerwaarde betekenen.
Bij de behandeling van verzoeken om wijzigen van het gebruik van een monument, zal
uitgangspunt zijn, dat in eerste instantie zo veel mogelijk aansluiting moet worden gezocht bij het
oorspronkelijk gebruik. Andere aanvragen om wijziging van een monument zullen in
overeenstemming met het rijksbeleid worden behandeld.
Ook stellen wij ons ten doel om de informatievoorziening over monumenten te optimaliseren met
de meest adequate middelen en technieken die voorhanden zijn. We denken hierbij aan gedrukte
beschrijvingen, informatie via de website en tableaus in het veld. Maar ook
voorlichtingsprogramma’s op scholen en belangengroepen behoren tot de mogelijkheden.
3. WONEN
Trends
Op het gebied van Wonen is vergrijzing een belangrijk item. Door een toename van het aandeel
ouderen is er meer behoefte aan voor ouderen geschikte woningen. Tevens neemt de behoefte
toe om per persoon meer woonruimte in te nemen (van een kamerbewoning naar een volledig
appartement).
7

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
De verwachting is dat de grootste tekorten op de woningmarkt zich voordoen bij
seniorenhuisvesting, eengezinswoningen in het middensegment en starterswoningen (1 en 2-
persoonshuishoudens).
Beleid regio
Voor de periode 2000 – 2020 is de regionale bouwopgave voor Zuid-Kennemerland volgens de
provincie 10.000 woningen, waarbij 2.000 woningen in de Bollenstreek worden gerealiseerd. De
regio geeft aan te kunnen voorzien in een opgave van 7.000 woningen.
De regionale bouwopgave voor de periode 2000 – 2010 bedraagt 4300 woningen. Hierbij is
rekening gehouden met 420-525 in Bloemendaal (vooral gebaseerd op de projecten Park
Brederode en Park Tetrode. Aangezien de bouw van het project Park Brederode net is gestart en
dit voor Park Tetrode nog van start moet gaan loopt Bloemendaal achter in het invullen van deze
bouwopgave.
De regio Zuid Kennemerland wil een complete woningmarktgebied vormen waarin alle
doelgroepen van het volkshuisvestingsbeleid aan bod komen. Het behoud van de kernvoorraad is
een belangrijk beleidsuitgangspunt waarbij de voorraad over de regio verspreid moet blijven. Er
wordt gestreefd naar een evenwichtige woningvoorraad en afstemming van wonen, zorg- en
dienstverlening.
Beleid basis
Het behoud van voldoende voorraad betaalbare huurwoningen voor de doelgroep.
De verkoop van sociale huurwoningen is onder voorwaarden mogelijk.
Het bevorderen van een rechtvaardige en doelmatige, regionaal gecoördineerde
woonruimteverdeling.
Aandachtsgroep, jongeren en starters op de woningmarkt
Bij herstructurering streven dat de sociale voorraad niet in omvang afneemt
Prioriteit
Ouderenhuisvesting
Extra inzet op het aanpassen van de bestaande woningvoorraad (sloop/nieuwbouw) en
nieuwbouw van seniorenwoningen door corporaties en oudereninstellingen
Uitwerking mist nog
De taken en uitvoering van het beleid vastleggen in prestatieafspraken met de corporaties.
Ouderenhuisvesting, Extra inzet op het aanpassen van de bestaande woningvoorraad voor de
particuliere markt (verbouwen, sloop/nieuwbouw)
Visie
- Strategische invulling van nieuwbouwlocaties, zodanig dat ingespeeld kan worden op de
woningbehoefte van verschillende doelgroepen:
- een derde sociale woningbouw bij de invulling van nieuwbouwlocaties
- per locatie zijn afwijkingen hiervan in beperkte mate mogelijk als aandeel over het geheel
maar wordt gehaald
- verdeling tussen de categorieën vrije sector en middensegment en vrije sector per locatie
bezien
- ouderenhuisvesting bouwen op locaties die gunstig liggen ten opzichte van voorzieningen
- bevorderen van woonfuncties voor vrijkomende niet-woongebouwen
- levensloopbestendig bouwen / duurzaam bouwen
8

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
- het bevorderen van doorstroming is van belang voor het realiseren van passende huisvesting
voor woningzoekenden
9

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
Situatie Bouwplannen Gemeente Bloemendaal 23-01-2009
locatie
Park Brederode
(Bloemendaal)
Wietze Noormanlaan
(Bloemendaal)
Park Tetrode
(Overveen)
Gronden Van Wijk
garage
(Overveen)
De Haringbuys
(Aerdenhout)
Brouwerskolkgebied
(Overveen)
Vogelenzang
Noordoost
(Vogelenzang)
Klooster Alverna
(Aerdenhout)
Seniorenwoningen
Deken Zondaglaan
(Vogelenzang)
Aantal
woningen
275 – 350 1/3 sociaal (90 wo
gereserveerd)
Sociaal Planning Status
24 24 wo. bijdrage
gereserveerd
85 27 wo (Dolfijn telt
als 1 wo.)
Bijdrage
gereserveerd?
2007-2011 Bouw gestart /
vigerend bpl. / deels
nog uit te werken
2009-2010 Bouw gestart /
vigerend bpl.
2009-2011 Art.19 WRO proc./
beroep bij rechtbank
13 4 (starterslening) ?? Conform vigerend
bpl. / wacht op
procedure
wijzigingsplan
20 – 50 ?? ?? Geen vigerend bpl. /
geen schetsplan
10 - 150 ?? ?? Geen vigerend bpl. /
past in Streekplan /
schetsontwerpfase
150 - 350 ?? ?? Geen vigerend bpl./
schetsplanfase / in
strijd met Streekplan
100 ?? ?? Vigerend bpl. (extra
woningen na sloop)
37 Deel sociaal
(verzoek te
verwachten) deel
koop
2009-2010 Herziening bpl. / VO
gereed
(extra woningen na
sloop)
Totaal 670 - 1115 145
Situatie Bouwplannen Gemeente Bennebroek 12/2008
locatie
Aantal
Sociaal
Status
woningen
Kloostercomplex 51 nee Bouwvergunning 1 e fase
verleend
De Ruyterlaan/Witte de
Withlaan
20 ?? Geen vigerend bpl. / geen
schetsplan
10

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
Totaal 71
Situatie Bouwplannen Gemeente Bloemendaal per 1-1-2009
locatie
Aantal
woningen
Gemeente
670 - 1115 145
Bloemendaal
Gemeente Benenbroek 71
Sociaal 2009 - 2015
Totaal 741 - 1186 145
Bronnen:
2009022982 Wonen in Bennebroek, juli 2004, actualisatie maart 2007
2007019445 Concept Woonvisie Bloemendaal
Bloemendaal Volkshuisvestingsplan 1999
Regionale woonvisie, januari 2004
www.plancapaciteit.nl – woningbouwplanning in Provincie Noord-Holland, waaronder
Bloemendaal
4. Welzijn, Onderwijs en Sport
Kern Bloemendaal
Rekening houden met:
Onderwijs + voorzieningen
in kader – brede school
Bos en Duinschool: tijdelijke huisvesting (noodlokalen)
Theresiaschool:
- permanente dan wel tijdelijke uitbreiding
- eventueel vervangende nieuwbouw
Hartenlustschool:
- eventueel vervangende nieuwbouw
- realisatie gymnastieklokaal (ondergronds is uitgangspunt)
Peuterspeelzalen en
Kinderopvang
11

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
- Verplaatsing kinderopvangvoorziening + peuterspeelzaal van locatie nabij vijver Bispinckpark
naar Landje van Van Riessen
Jeugd
- uitbreiding aantal speeltuintjes
- mogelijkheden (uitbreiding aantal) trapveldjes bezien
- Centrum voor Jeugd en Gezin op locatie nabij vijver Bispinckpark
Welzijn, sport en cultuur
HBS:
- omvorming natuurgrasveld tot kunstgrasveld
- verlichting 3e veld
- uitbreiding parkeerfaciliteiten
BVC Bloemendaal:
- aanleg kunstgrasveld
- uitbreiding parkeerfaciliteiten
LTC Bloemendaal: verlichting banen
Uitbreiding huisvesting stichting Welzijn Bloemendaal
Uitbreiding faciliteiten Theater Caprera
Recreatie
Thijsse’s Hof: instructielokaal
Economische zaken
Winkelgebied Bloemendaal-Dorp:
- herontwikkeling diverse snipperlocaties
- uitbreiding aantal ‘supermarktmeters’
- autoluw of –vrij maken in combinatie met goede parkeervoorzieningen in de nabijheid
- winkels in winkelconcentratiegebied uitsluitend als zodanig bestemmen
- in winkelconcentratiegebied in beperkte mate ruimte voor ondersteunende horeca en daghoreca
(lunchrooms)
Kern Overveen
Rekening houden met:
Onderwijs + voorzieningen Julianaschool:
in kader – brede school
- uitbreiding met 6 permanente lokalen
- tijdelijke huisvesting (noodlokalen): 3 zijn er al geplaatst; aantal uitbreiden met 1 of 2
Koningin Wilhelminaschool:
- wellicht vervangende nieuwbouw
- noodlokaal (in principe t.b.v. buitenschoolse opvang)
Aloysiusschool:
- vermoedelijk tijdelijke huisvesting (noodlokalen)
Peuterspeelzalen en
Kinderopvang
- Opening kindercentrum in september dat zowel dagopvang als bso gaat aanbieden
- Capaciteit desondanks nog onvoldoende: uitbreiding gewenst, mede ten behoeve van de
Julianaschool, bijv. op stuk terrein gelegen tussen de
Westelijke Randweg en woningen Blekersveld.
Jeugd
- mogelijkheden (uitbreiding aantal) trapveldjes bezien
- Speelvoorzieningen t.b.v. Blekersveld uitbreiden, bijv. door gedeeltelijke benutting stukje terrein
gelegen tussen deze wijk en de Westelijke Randweg.
Welzijn, sport en cultuur
Tennisvereniging WOC:
- uitbreiding met twee banen
- verlichting vier banen
- bouw woning t.b.v. beheerder
Tennisvereniging LTC ABC: verlichting
Sportcomplex Tetterode: aanpassing (toegang) achterzijde
12

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
Recreatie
Economische zaken
Winkelgebied Overveen:
- vast blijven houden aan de winkelfunctie
- beperkte uitbreiding daghoreca (niet meer dan twee vestigingen van max. 150 m2)
- belangrijkste ‘trekker’(AH) koesteren
- voor commerciële bestemmingen buiten het winkelconcentratiegebied de bestemming zo breed
mogelijk houden
Boulevard Bloemendaal aan Zee: verbeteren uitstraling boulevard en parkeergelegenheid
Kern Aerdenhout
Rekening houden met:
Onderwijs + voorzieningen
in kader – brede school
mogelijk gevolgen voor Bloemendaalse scholen als gevolg van oplevering woningen in ‘Het
Vogelpark’
Antoniusschool:
- uitbreiding hoofdgebouw > lokalen onderbouw, peuterspeelzaal, buitenschoolse opvang
- dislocatie afstoten dan wel andere bestemming geven (wellicht ook vergroten)
- noodlokaal afstoten
Van Eeghenschool:
- uitbreiding hoofdgebouw
- realisatie gymnastieklokaal (eventueel ondergronds)
- eventueel voorziening buitenschoolse opvang bij school
Vondelschool: noodlokaal (al geplaatst)
Peuterspeelzalen en
Kinderopvang
Uitbreiding dagopvang/buitenschoolse opvang (initiatief Les Petits a/d Van Lennepweg)
Jeugd
- mogelijkheden (uitbreiding aantal) trapveldjes bezien
Welzijn, sport en cultuur
- Hockeyclub Rood-Wit: verlichting rond de velden
Recreatie
Economische zaken
Kern Vogelenzang
Rekening houden met:
Onderwijs + voorzieningen
in kader – brede school
Peuterspeelzalen en
Kinderopvang
Jeugd
- mogelijkheden (uitbreiding aantal) trapveldjes bezien
Welzijn, sport en cultuur
- Aanleg ecologische golfbaan nabij Woestduin
Recreatie
Economische zaken
Locatie tuincentrum Vogelenzangseweg: ook in de toekomst niet meer dan 1 perifere
detailhandelsvestiging in niet-dagelijkse goederen
Kern Bennebroek
Rekening houden met:
Onderwijs + voorzieningen
13

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
in kader – brede school
- Franciscusschool: vervangende nieuwbouw
- Willinkschool: mogelijk vervangende nieuwbouw
- Sparrenbosschool:
*mogelijk vervangende nieuwbouw
* noodlokalen (al geplaatst)
Peuterspeelzalen en
Kinderopvang
(klein) centrum voor dagopvang (gaat in augustus open)
Jeugd
- mogelijkheden (uitbreiding aantal) trapveldjes bezien
Welzijn, sport en cultuur
B.S.M:
- aanleg kunstgrasveld
- uitbreiding kleedkamers en opslagruimte
Mixed Hockeyclub Bennebroek:
- omvorming natuurgrasveld tot kunstgrasveld
- verlengen en omvormen van verharde handbalveld tot parkeerterrein
- opnieuw aanleggen verhard handbalveld
Tennisvereniging Bennebroek:
- Uitbreiding verlichting
- Veranderen ondergrond
Onder voorbehoud: herbestemming oude gebouw Franciscusschool (indien deze vrijkomt als
nieuwe Franciscusschool is gerealiseerd)
Recreatie
Economische zaken
Winkelaanbod: uitgaan van scenario ‘schaalvergroting’ en verplaatsing van het AH-cluster, bijv.
naar de locatie vm. gemeentehuis Bennebroek
14

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
5. Water
Waterplan Bloemendaal:
Het Waterplan Bloemendaal [ 2007019162 ] is opgesteld door de gemeente Bloemendaal en het
Hoogheemraadschap van Rijnland. Het plan is gericht op het realiseren van een duurzaam
watersysteem, waarin maatregelen voor het grondwater, het oppervlaktewater en de waterketen
integraal zijn opgenomen. De visie is gericht op de lange termijn (2050). Streefbeelden en
doelstellingen zijn tot 2020 gedefinieerd.
Visie 2050
Visie water en ruimtelijke planvorming
Water is in Bloemendaal een medeordenend element in de ruimtelijke planvorming.
Visie grondwater
in het grondwatersysteem wordt regenwater geborgen en de invloed van
gebiedsvreemd water is geminimaliseerd. Het grondwatersysteem van Bloemendaal
vormt kortom een samenhangend geheel met de oppervlaktewaterstructuur van het
gebied. Het oppervlaktewatersysteem is toegerust om de toevoer van extra
grondwater van het gewijzigde grondwatersysteem op te vangen. Grondwater is
mede ordenend en mede sturend op het gebied van stedelijke uitbreiding en
landschappelijke ontwikkeling.
- Bij nieuwbouw worden duurzame bouwtechnische maatregelen toegepast;
- Voor het vasthouden van het duinwater is een functiewijziging gerealiseerd in
de polders Vogelenzang en Mariënduin. De functies een door grondwater
gevoed duinwatersysteem toe. De polders Vogelenzang en Mariënduin zijn
ingericht op het vasthouden van opkwellend duinwater en hebben flexibele
peilen. Gebiedsvreemd water wordt slechts plaatselijk ingelaten.
15

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
Visie oppervlaktewater
- De (duin)waterstructuur van Bloemendaal vormt een samenhangend geheel dat
zorgt voor een goed ontwatering, afwatering en berging van het eigen
regenwater;
- Het (duin)watersysteem van 2050 is op veranderingen zoals stedelijke
uitbreiding en klimaatverandering berekend. Dit betekent dat het relatief schone
gebiedseigen duin- en regenwater zoveel mogelijk ter plekke wordt
vastgehouden/geïnfiltreerd en anders geborgen wordt in een netwerk van
oppervlaktewater en benedenstrooms gelegen vernatte graslanden.
- De ecologische verbindingszones van Bloemendaal vergen een combinatie van
water- en natuurontwikkeling. Duinrellen, waterpartijen en natte graslanden
verhogen de belevingswaarde van de woonomgeving in Bloemendaal.
Visie waterkwaliteit
- De inrichting van het boezem- en duinwater is gericht op het sparen van schoon
regenwater en het minimaliseren van de invloed van gebiedsvreemd
(boezem)water;
- Ten minste 50% van alle oevers is natuurvriendelijk ingericht.
Visie waterketen
- Openbaar terrein wordt bij nieuwbouwontwikkelingen maximaal afgekoppeld;
- Bestaand openbaar terrein (wegen) wordt waar mogelijk afgekoppeld, de
vervanging van de riolering is leidend;
- Afkoppelen particulier terrein wordt gestimuleerd.
Duinwatersysteem:
Het duinwatersysteem is te onderscheiden in de volgende deelsystemen:
1. Duinrel Scheapmanlaan en Johan Verhulstweg;
2. Meer en Berg (Park Brederode);
3. Duinrelsysteem Caprera en Bloemendaal;
4. Overveen (vijvers plus De Beek en Buytentwist);
5. Het duinmeer in het Wethouder van Gelukpark bij “De Bokkedoorns”;
6. De Zanderij (Zanderijvaart, Marcelisvaart);
7. Aerdenhout;
8. Duinrel Aerdenhout;
9. Polder Mariënduin;
10. Polder Vogelenzang;
11. Vogelenzang
16

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
17

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
Streefbeeld duinwatersysteem
18

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
In de structuurvisie zijn de volgende projecten uit het waterplan van belang:
11g smalle gedeelte Houtvaart tussen Rijnegomlaan en Zandvoorterweg op
leggerbreedte brengen;
21a-d aanleg natuurvriendelijke oevers:
- waterpartijen Park Brederode;
- uitloper Meertje van Caprera;
- Halve Maantje inclusief ontijzeringssloot;
- Meertje van Duin en Daal;
- Kom van Walter en sloot Veen en Duinpad (weiland Veen en Duin);
- Van Wickevoort Crommelinlaan;
- Acaciavijver (noordelijke oever);
- Bispinckpark (grote vijver);
- vijver Ernst Casimirlaan;
- vijver(s) Park Tetrode (Marine hospitaalterrein);
- Brouwersvaart (gedeelte weiland langs Houtmanpad);
- Zanderijvaart;
- Elswout;
- Marcelisvaart;
- Duinvlietspad / Elswoutslaan (weilandzijde);
- Houtvaart;
- Nachtegalenlaan;
- hoofdwatergang polder Vogelenzang;
- weilanden tussen spoor en Leijduin;
- Vogelenzang-oost;
- Relle van Aerdenhout
- Leidsevaart O-zijde t.h.v. Ixialaan + verlengde in zuidelijke richting;
- Bennebroekervaart NO-zijde t.h.v. Van Lieroppark;
- Bennebroekervaart N-zijde grenzend aan Reigersbosch.
41f vergroten wateroppervlak Halve Maantje (waterberging);
42a vasthouden duinwater in weilanden Veen en Duin (voorheen Witkop);
42b vasthouden duinwater polders Mariënduin en Vogelenzang;
42c vasthouden duinwater landgoederen Leyduin en Woestduin;
42d vasthouden duinwater De Beek en Buytentwist;
42e vasthouden duinwater De Zanderijvaart;
42f maatregelen ten behoeve van het inrichtingsplan “duinwatersysteem westelijk
tuinbouwgebied”;
42g vasthouden duinwater gebied van Waternet ten zuiden van klooster Alverna;
51c aanleg duinrel Haringbuijsterrein (verbinding tussen Teding van Berkhoutlaan
en Houtvaart);
52b herstel duinrel Aerdenhout (Relle van Bentveld).
19

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
6. Verkeer
Bestaande beleidsnota’s
* Het verkeerscirculatieplan 1999.
De uitvoering wordt in 2009 afgerond met de inrichting van het laatste 30-km gebied in Aerdenhout. Andere
programmatische beleidsplannen hebben we momenteel niet. In Bennebroek ligt een VCP waarin de
verkeersknelpunten zijn doorgelicht en dat uitmondt in enkele aanbevelingen (divers karakter). Alle nieuwe
projecten in de nieuwe gemeente zijn meegenomen in de wensenlijst van het nieuwe collegeprogramma. Dit
betreft het aanpassen van kruispunten, rotondes, fietspaden, parkeervoorzieningen, winkelstraten, stallingen bij
NS etc. Het lijstje is enigszins ad hoc. Het collegeprogramma bevat wel een beleidslijn maar een echte
aansluiting tussen beleid en projecten is er nog niet (vind ik).
Welke trends zijn te verwachten
* Omvang.
Verkeer is sterk afhankelijk van externe factoren: ruimtelijke ordening, de verhouding werk en vrije tijd, de
economie en de leeftijdsopbouw van de bevolking. Ik denk dat de hoeveelheid eigen verkeer binnen de gemeente
redelijk stabiel zal blijven. Van buitenaf is wel groei te verwachten door de woningbouw in de Haarlemmermeer.
Vooral Bennebroek kan dat merken (verbinding Ringvaart) maar ook Overveen en Aerdenhout (richting kust).
Belangrijk zijn goede recreatieve fietsverbindingen (wordt al aan gewerkt) en een visie op een regionale
hoofdstructuur voor de auto (wordt ook aan gewerkt i.h.k.v. gebiedsontwikkeling Haarlemmermeer/Bollenstreek).
De beide provincies trekken dit. Het aanleggen van nieuwe wegen maakt hiervan deel uit (waarschijnlijk niet
binnen de gemeente Bloemendaal, misschien net rakend aan de zuidrand).
* Verkeerssoorten
Een trend is dat er meer ouderen komen die langer mobiel blijven, voor een groot deel met de eigen auto. Ook
het autobezit in het algemeen zal toenemen (algemene trend + extra effect door afschaffen
motorrijtuigenbelasting waardoor bezit 2 e auto goedkoper wordt). Het voornaamste effect is dat de parkeerdruk
nog zal toenemen (ten koste van ….?). Dit kan wel weer een gunstig effect hebben op ontwikkeling van openbaar
vervoer.
Welk beleid mist er?
* Het is moeilijk (en misschien ook niet wenselijk) om duidelijke keuzes te maken (bijv. voor openbaar vervoer of
parkeertarieven). In grote steden waar de verkeersdruk veel groter is, is het beleid geprononceerder en sturender.
Dit betekent voor Bloemendaal dat verkeersbeleid meestal volgend/faciliterend is. Ook de grote rol van
inspraak/participatie in Bloemendaal speelt daarin mee.
Ontwikkelingen in buurgemeentes
* Ontwikkeling Haarlemmermeer al genoemd
* Haarlem wil toe naar een sluitende randwegenstructuur zodat doorgaand verkeer buiten de stad om geleid
wordt. Hierdoor kan de verkeersdruk op de Westelijke Randweg groter worden en dat kan ongunstig zijn voor de
parallelle gemeentelijke wegen (Bloemendaal/Overveen).
* Zandvoort zal inzetten op meer jaarrond toerisme.
* Velsen en Heemstede zie ik geen belangrijke ontwikkelingen. Geldt denk ik ook voor Hillegom en
Noordwijkerhout al heb ik daar geen volledig beeld van (is Z-H). Woningbouw Haarlemmermeer-Bollenstreek
komt voor de Bollenstreek vnl. in Lisse dacht ik.
(Boven-) regionaal beleid
Bloemendaal in de omgeving
Algemeen
Het leven van veel inwoners van de gemeente Bloemendaal speelt zich niet alleen af binnen de
gemeentegrenzen. Veel inwoners maken gebruik van voorzieningen buiten de gemeente. En om te werken
20

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
vinden er dagelijks vele verkeersbewegingen plaats naar omliggende plaatsen. Daarom is het goed te kijken naar
de positie van de gemeente Bloemendaal in de omgeving. Speelt Bloemendaal wel een rol in de ogen van grotere
steden, zoals Haarlem en Amsterdam?
Ligging
In het noorden grenst Bloemendaal aan Velsen, in het oosten aan Haarlem, Heemstede en Haarlemmermeer, in
het zuiden aan Zandvoort en Hillegom. Dat betreft de directe omgeving van de gemeente. Op grotere schaal
maakt Bloemendaal echter ook onderdeel uit van een netwerkstad. De schaal van een netwerkstad beslaat een
groot stadsgewest met een policentrisch karakter. Dat betekent dat meerdere stadscentra en het gebied er
omheen samen een stedelijke eenheid vormen. De Noordvleugel van de Randstad of de Metropoolregio
Amsterdam is zo’n netwerkstad.
Op een nog grotere schaal ligt Bloemendaal in de Randstad, de Noordwest-Europese delta van Rijn, Schelde en
Maas. Gezocht is naar beleid op een hoger schaalniveau dan het gemeentelijk beleid dat van belang is voor het
Bloemendaals grondgebied.
Structuurvisie Randstad 2040
In deze structuurvisie maakt het kabinet een aantal keuzes voor de ruimtelijke ontwikkeling van de Randstad tot
2040.
Het kabinet wil blijven investeren in een veilige delta. Het economisch, sociaal en ecologisch kapitaal in de
Randstad is van zo’n omvang dat terugtrekken uit laag Nederland geen optie is. Nederland beschikt over
voldoende kennis en welvaart om de delta veilig en leefbaar te houden. Bovendien kan Nederland laten zien
welke kennis en ervaring is opgedaan om in een druk bevolkt kust- en deltagebied voor te sorteren op de effecten
van klimaatverandering.
Hierdoor ligt er een opgave voor het waterbeheer in relatie met ruimtelijk-economische ontwikkeling. Het rijk zet in
op onderhoud en versterking van de kust, onder meer door zandsuppleties. Kansen voor versterking van natuur
en recreatie worden daarbij benut. Op langere termijn zullen investeringen nodig blijven, onder meer vanwege de
zeespiegelstijging.
Het kabinet wil grotere eenheden van water, natuur en landschap in een grotere samenhang bezien en beter met
elkaar verbinden. Zo wordt voor het Groene Hart een schaalsprong gemaakt naar een ‘Groenblauwe Delta’. Het
kabinet wil komen tot een beter beschermde en beter onderling verbonden groenblauwe structuur, waar de
kustzone ook deel van uitmaakt. Deze structuur kan onder meer een basis bieden voor het realiseren van
kleinere groenblauwe verbindingen en het realiseren van meer groen bij steden. Dat biedt ook recreatieve en
toeristische mogelijkheden.
Bij deze keuze voor een veilige en robuuste groenblauwe delta hoort een offensieve strategie om zoveel mogelijk
kansen te benutten door water, natuur, landschap en cultuurhistorie sterker sturend te laten zijn in de ontwikkeling
van de Randstad en de wisselwerking tussen rood, groen en blauw te optimaliseren. Hierbij past een
gedifferentieerde aanpak van bescherming (landschap, natuur) en ontwikkeling (combinaties van groen, rood en
blauw).
Genoemd worden transitie van de landbouw daar waar het nodig is vanwege bodemdaling en veranderend
waterpeil, de ontwikkeling van metropolitane parken nabij de steden en het creëren van groene woonwerkmilieu’s.
Om de internationale concurrentiepositie te versterken kiest het kabinet er voor om ‘sterker te maken wat sterk is’.
Dat betekent inzetten op sterke steden en regio’s, kenniscentra, mainports en greenports. Tevens wil het kabinet
inzetten op (inter)nationale verbindingen tussen de functies in de noordelijke en zuidelijke randstad, andere
regio’s en grotere stedelijke gebieden in België, noord-Frankrijk, Engeland en Duitsland. Dat betekent dat ook
geïnvesteerd wordt in de ontwikkelingsmogelijkheden van Schiphol. Het behouden van de hubfunctie van
Schiphol is een centrale opgave. Het kabinet gaat daarbij uit van handhaving op de huidige locatie.
Met betrekking tot het verstedelijkingsbeleid kiest het kabinet voor een kwaliteitsstrategie. Bundeling en
verdichting zijn nodig voor een concurrerend voorzieningenniveau, een extra impuls aan de bereikbaarheid per
OV en de bescherming van natuur- en landschapswaarden. De noordelijke en zuidelijke Randstad vormen de
dragers van dit beleid. Hiermee vindt een opschaling plaats van stadsgewesten naar stedelijke regio’s wat betreft
21

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
dagelijkse verplaatsingen en interacties. Om invulling te geven aan de verdichtingsstrategie wil het kabinet
inzetten op een nieuwe reeks stedelijke transformaties en herstructureringen, met name gericht op de vier grote
steden en de voormalige groeikernen. Uitsluitend aansluitend op de voornaamste verstedelijkte gebieden zijn
locaties voor uitleg nodig. In het totale woningbouwprogramma moet de nadruk liggen op hoogstedelijke
woon/werkmilieus enerzijds en groene woon/werkmilieus met lagere dichtheden anderzijds.
Het kabinet vindt een goede bereikbaarheid van de Randstad een cruciale voorwaarde voor economische groei
en sociale ontwikkeling. Het schaalniveau van de stedelijke regio’s en noordelijke en zuidelijke Randstad is
belangrijk. Door te investeren op dit schaalniveau wordt ook het lange afstandverkeer beter gefaciliteerd.
Daarnaast kiest het kabinet voor een sterkere verknoping van het autosysteem en het openbaar vervoersysteem
in combinatie met verdichting en centrumvorming.
Zeewaartse verstedelijking sluit niet goed aan op de bestaande infrastructuur en het vergt een grote inspanning
om deze boven zeeniveau aan te leggen en de veiligheid te garanderen. Het kabinet vindt dit dan ook niet
wenselijk. Kustverbreding is voor de verstedelijkingsopgave niet nodig.
Voor het Bloemendaals grondgebied zijn vooral de volgende punten van belang:
- Kustbescherming;
- Schaalsprong Groenblauwe delta: beschermen, ontwikkelen en klimaatbestendig inrichten;
- Verstedelijkingsopgave;
- Noordelijke randstad: verbinden van arbeidsmarkt en woningmarkt op een hoger schaalniveau;
- Ontwikkeling van groene woonmilieu’s gekoppeld aan groenblauwe opgave.
Metropoolregio Amsterdam
De Metropoolregio Amsterdam (MRA) is een samenwerkingsverband van overheden in de noordelijke randstad,
nl. de gemeenten Almere, Amstelveen, Amsterdam, Haarlemmermeer, Haarlem, Hilversum, Pumerend, Velsen
en Zaanstad, de provincies Noord-Holland en Flevoland en de voorzitter van de Kamer van Koophandel.
Bloemendaal maakt geen onderdeel uit van dit samenwerkingsverband, maar ligt wel in de Metropoolregio.
De MRA onderschrijft het beleid uit de Randstadvisie. “Internationaal sterker maken wat al sterk is” sluit naadloos
aan op de ambities van de MRA. De MRA wil hiervoor regionale schaalvoordelen beter benutten en de
(potentieel) aanwezige woonmilieus, bedrijvenclusters, landschappen en voorzieningen onderling op elkaar
afgestemmen. De kern van de MRA-strategie is het ontwikkelen van wervende grootstedelijke vestigingsmilieus,
die internationaal kunnen wedijveren met concurrerende metropolen, om de MRA goed te kunnen positioneren in
het internationale netwerk.
De MRA heeft daartoe vijf impulsen benoemd:
1. stedelijke intensivering, transformatie en verstedelijking;
2. economische versterking;
3. Metropolitane bereikbaarheid;
4. Metropolitaan landschap;
5. Duurzaamheid en klimaatbestendigheid.
Met behulp van een werkagenda zijn de impulsen verder uitgewerkt tot concrete projecten. Het zwaartepunt ligt
hierbij op de verstedelijksas Haarlemmermeer – Amsterdam – Almere, de natte as IJmond – Noordzeekanaal –
Lelystad – Lemmer/Amsterdam – Utrecht en de economische as Schiphol - Amsterdam – Almere/’t Gooi. Geen
van de projecten vindt plaats op Bloemendaals grondgebied. Met betrekking tot het landschap wordt melding
gemaakt van het project Binnenduinrand. Hierover later meer. Verder komt in de beschrijving van het beleid het
Bloemendaals grondgebied nauwelijks aan de orde. Hieruit wordt geconcludeerd dat Bloemendaal binnen de
Metropoolregio Amsterdam niet of nauwelijks van belang wordt geacht.
Regio Zuid-Kennemerland
De regio Zuid-Kennemerland is een samenwerkingsverband tussen de gemeenten Haarlem, Heemstede,
Haarlemmerliede/Spaarnwoude, Haarlemmermeer, Velsen, Zandvoort en Bloemendaal. Door middel van dit
samenwerkingsverband vindt regionale afstemming plaats en aanpak van bovenlokale problemen. Op het gebied
van ruimtelijke ordening worden ontwikkelingen gevolgd die voor de regio van belang zijn. Waar mogelijk wordt
een gezamenlijke reactie opgesteld.
In het collegeprogramma van Bloemendaal 2009-2014 is hierover het volgende opgenomen: ‘Wij werken samen
met regiogemeenten om de kwaliteit, effectiviteit en efficiëntie van de voorbereiding en uitvoering van ons beleid
te vergroten. Dit doen wij bij voorkeur in vaste verbanden.’
22

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
Project Binnenduinrand
Het project Binnenduinrand is een samenwerkingsverband van de gemeenten die in het binnenduinrandgebied
liggen, te weten Velsen, Bloemendaal, Zandvoort, Haarlem en Heemstede.
De Binnenduinrand is een divers gebied met natuur, landbouw, wonen, cultuurhistorie en recreatie. Door allerlei
oorzaken, waaronder versnipperd bezit, het stallen van caravans en toename van recreatieve ontwikkelingen
dreigt verrommeling van het gebied. Verder geldt dat oost-westverbindingen relatief schaars zijn, met als gevolg
dat de huidige wegen zwaar belast worden. Daarom dient er aandacht te zijn voor goede verbindingen tussen het
veenweidegebied, de stad, de duinen en de kust. Te meer daar het recreatief vermogen van het westen van de
metropoolregio sterk wordt vergroot als het veenweidegebied (Haarlemmermeer groen/Spaarnwoude) verbonden
is met de duinen en kust. Om verdere verrommeling te voorkomen wordt een integraal landschapsplan opgesteld.
Tevens is het doel om op deze wijze de binnenduinrand een positieve impuls te geven.
Naar verwachting is het integraal landschapsplan eind 2009 gereed.
Het gebied Binnenduinrand ligt voor het grootste deel op het Bloemendaals grondgebied. Om die reden is het
belang voor Bloemendaal in dit project groot en wordt Bloemendaal ook door de overige deelnemers belangrijk
geacht in dit project.
Omliggende gemeenten
Haarlem
De gemeente Haarlem heeft het ruimtelijk beleid neergelegd in het Structuurplan Haarlem 2020 (opgesteld 2005).
Vertrekpunt voor Haarlem is het stedelijk netwerk in de Noordvleugel. Geconstateerd wordt dat Haarlem een
compacte stad is met nauwelijks ruimte voor uitbreiding. Gewenste of benodigde nieuwe ontwikkelingen zullen zo
veel mogelijk binnen bestaand stedelijk gebied gerealiseerd worden. Nabij de gemeentegrens Haarlem –
Bloemendaal ligt onder meer het westelijk Tuinbouwgebied rondom de Brouwersvaart. Voor dit gebied wordt
ecologische ontwikkeling voorzien.
Daarnaast vindt Haarlem het verbeteren van de bereikbaarheid van en naar de kust per fiets (intergemeentelijke
samenwerking) en per openbaar vervoer van groot belang.
Uit het Structuurplan komt naar voren dat Haarlem graag de blik werpt op de metropoolregio Amsterdam.
Heemstede
Heemstede heeft nog geen structuurvisie. Een ander beleidsdocument met ruimtelijk beleid is niet gevonden.
Velsen
Velsen heeft in 2005 de Structuurvisie 2015 vastgesteld. In deze structuurvisie wordt aangegeven dat er
intergemeentelijke samenwerkingsverbanden plaatsvinden. Genoemd worden de noordvleugel van de Randstad
en de IJmond. Verder worden vooral Haarlem en Beverwijk genoemd als grensgemeenten. Gezien de
bedrijvigheid in Velsen en het meer stedelijke karakter ligt dit misschien ook wel voor de hand. Enkel het
grensgebied bij Velserend en het PZ-terrein wordt genoemd.
Velsen heeft in juli 2009 een Manifest opgesteld, waarin wordt aangegeven hoe Velsen zich wil ontwikkelen op
een aantal thema’s.
Zandvoort
Zandvoort is momenteel bezig met het opstellen van een structuurvisie. Zij kiezen daarbij voor een toekomstbeeld
‘Parel aan Zee +’. Dit toekomstbeeld gaat uit van de kernkwaliteiten van Zandvoort, nl landschappelijke ligging,
authenticiteit en kleinschaligheid, circuit en station. Daarnaast wordt gekozen voor een extra impuls voor het
toerisme. Zandvoort ziet zichzelf als dé badplaats voor de metropoolregio Amsterdam. Nabij het circuit wordt een
groot sportcomplex voorzien met restaurant, binnensport, hotel, museum en parkeren. Naar verwachting zal de
ontwerp-structuurvisie in september 2009 ter inzage liggen.
Haarlemmermeer
De gemeente Haarlemmermeer werkt momenteel aan het opstellen van een structuurvisie.
De gemeente Haarlemmermeer wil aan de Westflank, waaronder Zwaanshoek, in totaal 10.000 woningen
realiseren. Zwaanshoek grenst aan Bennebroek. Momenteel wordt gewerkt aan een Masterplan voor het gebied.
Naar verwachting is dit eind 2009 gereed.
Hillegom
Hillegom heeft in december 2008 een structuurvisie opgesteld. In de structuurvisie wordt aangegeven dat de druk
van buitenaf gevoeld wordt. Wellicht om die reden zijn er diverse regionale verbanden waar Hillegom deel van uit
maakt. Hillegom, Lisse en Noordwijkerhout hebben ervoor gekozen een samenwerking aan te gaan. Daarnaast is
Hillegom onderdeel van de door het rijk aangewezen Greenport Duin- en Bollenstreek. De 6 bollengemeenten
Hillegom, Lisse, Noordwijkerhout, Teylingen, Katwijk en Noordwijk hebben gezamenlijk gewerkt aan nieuw beleid:
23

Input Werkgroep Beleidsmedewerkers
de Intergemeentelijke Structuurvisie Greenport (ISG). Het beleid in deze structuurvisie richt zich vooral op
duurzame en innovatieve ontwikkeling van de greenport.
Hillegom maakt ook deel uit van Holland Rijnland, een samenwerkingsverband van twaalf gemeenten.
De samenwerkingsverbanden zijn vooral gericht op de Zuid-Hollandse gemeenten. Enkele jaren geleden is een
gebiedsuitwerking voor de Haarlemmermeer – Bollenstreek opgericht. Hierin is wel over de provinciegrenzen
heen gekeken.
In de structuurvisie wordt geen visie gegeven op het gebied ten noorden van Hillegom, waar Hillegom grenst aan
Bennebroek en Vogelenzang.
Uit de bovenstaande nota’s komt niet heel duidelijk naar voren hoe de omliggende gemeenten tegen
Bloemendaal aankijken. De structuurvisies zijn vooral gericht op ontwikkelingen binnen de eigen
gemeentegrenzen, met uitzondering van Hillegom die actief samenwerkt met de Zuid-Hollandse gemeenten in de
Bollenstreek. De aangrenzende gemeenten hebben een duidelijk verschillend karakter, dat ook weer afwijkt van
het karakter van Bloemendaal. Om die reden wordt misschien op het gebied van ruimtelijk beleid door die
gemeenten weinig op aansluiting gezocht met Bloemendaal en andersom. Desondanks zijn er ook duidelijke
overeenkomsten tussen verschillende gemeenten, zoals bijvoorbeeld de badplaatsen, de binnenduinrandzone,
villabebouwing. Inhoudelijke samenwerking op deze thema’s zou overwogen kunnen worden. Een dergelijke
samenwerking zou ook over de provinciegrenzen heen kunnen gaan. In de visievorming zou hierover verder
nagedacht kunnen worden.
Bronnen:
Structuurvisie Randstad 2040
Metropoolregio Amsterdam, Ontwikkelingsbeeld Noordvleugel 2040
Metropoolregio Amsterdam op koers
Structuurplan Haarlem 2020
Structuurvisie Velsen 2015
Velsen, Manifest Metropoolregio Amsterdam, juli 2009
Structuurvisie Zandvoort, Stand van Zaken
Structuurvisie Hillegom, december 2008
24