kerndoelen rekenen.pdf
kerndoelen rekenen.pdf
kerndoelen rekenen.pdf
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Kerndoelen<br />
Rekenen<br />
© 2006, JAS, Echten<br />
Kerndoelen Rekenen<br />
november 2006
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
2
Inhoudsopgave<br />
Kerndoelen <strong>rekenen</strong> ........................................................................................................................................................................................................................................... 4<br />
Karakteristiek ................................................................................................................................................................................................................................................................ 4<br />
Kerndoelen ................................................................................................................................................................................................................................................................... 4<br />
Wiskundige ontwikkeling n.a.v. de Rekenavonturenkist (groep 1 en 2) ..................................................................................................................................................... 6<br />
Rekenlijsten n.a.v. alles telt (groep 3 t/m 8) ................................................................................................................................................................................................... 15<br />
Groep 3 ....................................................................................................................................................................................................................................................................... 15<br />
Groep 4 ....................................................................................................................................................................................................................................................................... 18<br />
Groep 5 ....................................................................................................................................................................................................................................................................... 21<br />
Groep 6 ....................................................................................................................................................................................................................................................................... 24<br />
Groep 7 ....................................................................................................................................................................................................................................................................... 27<br />
Groep 8 ....................................................................................................................................................................................................................................................................... 30<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
3
Kerndoelen <strong>rekenen</strong><br />
Karakteristiek<br />
In de loop van het primair onderwijs verwerven kinderen zich in de context van voor hen betekenisvolle situaties geleidelijk vertrouwdheid met getallen,<br />
maten, vormen, structuren en de daarbij passende relaties en bewerkingen. Ze leren ‘wiskundetaal’ gebruiken en worden ‘wiskundig geletterd’ en<br />
gecijferd. De wiskundetaal betreft onder andere reken-wiskundige en meetkundige zegswijzen, formele en informele notaties, schematische voorstellingen,<br />
tabellen, grafieken en opdrachten voor de rekenmachine. ‘Wiskundig geletterd’ en gecijferd betreft onder andere samenhangend inzicht in getallen,<br />
maatinzicht en ruimtelijk inzicht, een repertoire van parate kennis, belangrijke referentie-getallen en -maten, karakteristieke voorbeelden en toepassingen<br />
en routine in <strong>rekenen</strong>, meten en meetkunde. Meetkunde betreft ruimtelijke oriëntatie, het beschrijven van verschijnselen in de werkelijkheid en het<br />
redeneren op basis van ruimtelijk voorstellingsvermogen in twee en drie dimensies.<br />
De onderwerpen waaraan kinderen hun ‘wiskundige geletterdheid’ ontwikkelen zijn van verschillende herkomst: het leven van alledag, andere<br />
vormingsgebieden en de wiskunde zelf. Bij de selectie en aanbieding van de onderwerpen wordt rekening gehouden met wat kinderen al weten en<br />
kunnen, met hun verdere vorming, hun belangstelling en de actualiteit, zodat kinderen zich uitgedaagd voelen tot wiskundige activiteit en zodat ze op<br />
eigen niveau, met plezier en voldoening, zelfstandig en in de groep uit eigen vermogen wiskunde doen: wiskundige vragen stellen en problemen<br />
formuleren en oplossen.<br />
In de reken-wiskundeles leren kinderen een probleem wiskundig op te lossen en een oplossing in wiskundetaal aan anderen uit te leggen. Ze leren met<br />
respect voor ieders denkwijze wiskundige kritiek te geven en te krijgen. Het uitleggen, formuleren en noteren en het elkaar kritiseren leren kinderen als<br />
specifiek wiskundige werkwijze te gebruiken om alleen en samen met anderen het denken te ordenen, te onderbouwen en fouten te voorkomen.<br />
Kerndoelen<br />
Wiskundig inzicht en handelen<br />
1. De leerlingen leren wiskundetaal gebruiken.<br />
2. De leerlingen leren praktische en formele reken-wiskundige problemen op te lossen en redeneringen helder weer te geven.<br />
3. De leerlingen leren aanpakken bij het oplossen van reken-wiskundeproblemen te onderbouwen en leren oplossingen te beoordelen.<br />
Getallen en bewerkingen<br />
4. De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op<br />
hoofdlijnen te doorzien en er in praktische situaties mee te <strong>rekenen</strong>.<br />
5. De leerlingen leren de basisbewerkingen met gehele getallen in elk geval tot 100 snel uit het hoofd uitvoeren, waarbij optellen en aftrekken tot<br />
20 en de tafels van buiten gekend zijn.<br />
6. De leerlingen leren schattend tellen en <strong>rekenen</strong>.<br />
7. De leerlingen leren handig optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen.<br />
8. De leerlingen leren schriftelijk optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen volgens meer of minder verkorte standaardprocedures.<br />
9. De leerlingen leren de rekenmachine met inzicht te gebruiken.<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
4
Meten en meetkunde<br />
10. De leerlingen leren eenvoudige meetkundige problemen op te lossen.<br />
11. De leerlingen leren meten en leren te <strong>rekenen</strong> met eenheden en maten, zoals bij tijd, geld, lengte, omtrek, oppervlakte, inhoud, gewicht,<br />
snelheid en temperatuur.<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
5
Wiskundige ontwikkeling n.a.v. de Rekenavonturenkist (groep 1 en 2)<br />
WISKUNDIGE ONTWIKKELING - AANTELLEN EN AFTELLEN<br />
CLASSIFISEREN<br />
Sorteren op bepaalde eigenschappen datum datum datum datum datum datum datum<br />
Sorteert voorwerpen<br />
Ziet overeenkomsten en verschillen<br />
Herkent eigenschappen van objecten, zoals vorm, kleur, afmetingen…<br />
Sorteert voorwerpen volgens een eigenschap<br />
Verwoordt manier van sorteren<br />
Noemt correct kenmerk waarop het gesorteerd heeft<br />
Kan aangeven waarom bepaalde voorwerpen bij elkaar horen<br />
Noemt correct kenmerk waarop gesorteerd is<br />
Werken met verzamelingen<br />
Vergelijkt op grootte / aantal (precieze verschil niet belangrijk)<br />
Vergelijkt via 1-1 correspondentie<br />
Vergelijkt via patroonherkenning (geen dubbelen, niets overslaan)<br />
Ordent op grootte / aantal (precieze verschil niet belangrijk)<br />
Ordent door concreet naast elkaar te leggen<br />
Ordent door te redeneren vanuit kennis van de grootte van aantallen<br />
Kerndoelen Rekenen<br />
november 2006
Bepaalt precieze verschil in grootte / aantal<br />
Binnen 1 verzameling: telt hoeveel elementen over zijn<br />
Tussen verzamelingen: ziet en telt hoeveel elementen “ verschieten ” na vergelijking<br />
Kent enkele getal patronen (welke?)<br />
Herkent kleine aantallen (1,2,3,4,5) in één keer zonder tellen<br />
Kent dobbelsteenpatronen<br />
Herkent vingerpatronen<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
7
DE TELRIJ<br />
telt tot 10 datum datum datum datum datum datum datum<br />
Kent de juiste woorden<br />
Kent de vaste volgorde van de telwoorden<br />
Weet dat een getal dat verder in de telrij komt groter is<br />
Slaat geen telwoorden over<br />
Begint bij “1 “<br />
Telt terug vanaf 10<br />
Kan vlot terug, zonder steeds vooruit te tellen<br />
Slaat geen telwoorden over<br />
Telt verder vanaf bepaald getal<br />
Bepaalt voorafgaande getal door het opzeggen van de telrij<br />
Kent voorafgaande getal uit het hoofd<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
8
TELLEN<br />
Telt aantal voorwerpen<br />
Kan synchroon tellen (matchen telwoorden en objecten)<br />
datum datum datum datum datum datum datum<br />
Koppelt aan elk ding uit de verzameling precies één telwoord<br />
Past de telrij precies toe: begint bij 1, gebruikt de juiste volgorde van telwoorden, slaat<br />
geen telwoord over<br />
Vergemakkelijkt synchroon tellen door b.v. een rij te maken, voorwerpen verschuiven,<br />
afstrepen, groepjes<br />
Kan resultatief tellen bij het bepalen van de omvang van een verzameling<br />
Weet dat laatst genoemde telwoord de hoeveelheid aanduidt<br />
TELSTRATEGIEËN<br />
Telt onverkort<br />
Telt de voorwerpen op de rij af<br />
Telt groepjes<br />
Telt verkort<br />
Herkent direct patronen (zonder tellen)<br />
Herkent in een gedeelte van een hoeveelheid een patroon en telt de rest verder<br />
Ziet dat iets bijna een mooi aantal is en telt van daaruit verder of terug<br />
Rekent<br />
Kan <strong>rekenen</strong> met onzichtbare hoeveelheden (zichtbare hoeveelheid samenvoegen<br />
met onzichtbare hoeveelheid )<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
9
WISKUNDIGE ONTWIKKELING - MEETKUNDE<br />
Benoemt / tekent waar zich iets bevindt datum datum datum datum datum datum datum<br />
Geeft ruimtelijke relaties aan d.m.v. aanwijzen<br />
Geeft ruimtelijke relaties aan d.m.v. tekenen of zeggen<br />
Omschrijft waar iets zich bevindt (voor, achter, in het midden)<br />
Omschrijft “beweging” van voorwerpen in de ruimte als gevolg van schuiven, draaien,<br />
spiegelen<br />
Omschrijft richtingen vanuit de eigen positie<br />
Bepaalt posities en richtingen van voorwerpen/personen ten opzichte van elkaar (naar<br />
links, er omheen, er achteraan)<br />
Kent de betekenis van richtingswijzers ( pijlen, richtingborden, paaltjes bij<br />
wandelroute…)<br />
Begrijpt ruimtelijke beschrijvingen<br />
Kan via verbale uitleg iets vinden<br />
Kan opdracht om iets te verschuiven, draaien of spiegelen correct uitvoeren<br />
Kan via verbale uitleg route volgen<br />
Begrijpt afbeeldingen<br />
Vergroten / verkleinen<br />
Ziet relaties tussen afbeelding (foto, tekening ) en werkelijkheid<br />
Experimenteert met vergroten en verkleinen, kan ervaringen verwoorden<br />
Perspectief<br />
Weet gevoelsmatig hoe perspectief werkt: als iets verder weg is, wordt het kleiner<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
10
Weet dat je vanuit een ander gezichtspunt andere kanten van een voorwerp/situatie<br />
ziet<br />
Projecteren<br />
Kan een eenvoudige plattegrond “lezen”<br />
Experimenteert met schaduw, verwoordt wat er gebeurt<br />
VORMEN<br />
Beschrijft hoe iets er uitziet (analyseren) datum datum datum datum datum datum datum<br />
Herkent basisvormen zoals cirkel, vierkant, bol, kubus<br />
Benoemt basisvormen<br />
Herkent elementaire vormen, kan kenmerken herkennen van lijnen, oppervlakken en<br />
inhouden<br />
Benoemt elementaire vormen<br />
Gebruikt kennis van basisvormen en elementaire vormen bij de beschrijving van dingen<br />
Deelt voorwerpen in op basis van vorm<br />
MEETKUNDIGE RELATIES<br />
Vergelijkt vormen (analyseren) datum datum datum datum datum datum datum<br />
Kan overeenkomsten en verschillen tussen vormen bepalen (analyseren)<br />
Vergelijkt voorwerpen op (inwendige) structuur, vorm en afmeting<br />
Weet, afhankelijk van de situatie, of een voorwerp (puzzelstukje, kledingstuk, blok) past<br />
Maakt vormen passend (construeren)<br />
Kan eenzelfde vorm maken<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
11
Kan iets passend maken<br />
WISKUNDIGE ONTWIKKELING - METEN<br />
Onderscheid eigenschap (gewicht, snelheid, tijdsduur…) /classificeert<br />
Geeft aan om welke eigenschap het gaat<br />
datum datum datum datum datum datum datum<br />
Verbindt eigenschappen met elkaar die niets met elkaar te maken hebben<br />
Misverstanden: als iets groot is, is het ook zwaar; een motor die veel herrie maakt, is heel<br />
snel<br />
Vergelijkt grootten met een bepaalde eigenschap (ordenen)<br />
Past twee grootten op elkaar af<br />
Gebruikt standaard bij vergelijking van grootten<br />
Maakt gebruik van natuurlijke maten zoals lichaamsdelen, stroken, vellen, glazen,<br />
kaarsen<br />
Maakt gebruik van officiële maten zoals meter, kilogram, maand, dag<br />
Gebruikt meeteenheid<br />
Bepaalt van tevoren met welke eenheid het iets wil meten<br />
Past meeteenheid nauwkeurig toe<br />
Kan vastleggen/onthouden hoe groot/zwaar/…iets is, bijv. met een kerfje of door het<br />
aangeven van het aantal keren gebruiken van een gewichtje<br />
Laat zich misleiden door eigenschappen: een stuiver is minder waard dan een<br />
dubbeltje, maar is wel groter<br />
Gebruikt een meetinstrument<br />
Kiest een geschikt meetinstrument zoals een kopje, meetlint<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
12
WISKUNDIGE ONTWIKKELING - TIJD<br />
VOLGORDE IN TIJD<br />
Ziet ritme/regelmaat in de tijd (cyclische tijd) datum datum datum datum datum datum datum<br />
Kent het dagritme<br />
Kent het jaarritme<br />
Ziet voortgang in de tijd (lineaire tijd)<br />
Ziet “eigen leventje” als voortgaande tijdlijn<br />
Beseft dat tijd verstrijkt: eerst kijk je uit naar je verjaardag, dan kijk je op je verjaardag terug<br />
Beseft dat bepaalde gebeurtenissen tegelijkertijd plaatsvinden<br />
Kan volgorde in tijd aangeven<br />
Onthoudt de volgorde in gebeurtenissen<br />
Vertelt verhaaltjes na<br />
Legt plaatjes in logische volgorde<br />
Gebruikt bijbehorende taal, bijv. eerst, later, toen, net,vanmorgen, gisteren<br />
Legt een relatie tussen oorzaak en gevolg<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
13
TIJDSDUUR<br />
Denkt na over hoe lang iets duurt, de objectieve tijd datum datum datum datum datum datum datum<br />
Begrijpt verschillende methoden om tijdsduur te meten bijv. opbranden van kaars, duur<br />
van een liedje, een zandloper<br />
Begrijpt de relatie tussen klok en tijd<br />
Kan aangeven hoe lang iets naar zijn/haar gevoel duurt (subjectieve tijd)<br />
Maakt onderscheid tussen lang en kort duren van gebeurtenissen<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
14
Rekenlijsten n.a.v. alles telt (groep 3 t/m 8)<br />
Groep 3<br />
Getalbegrip<br />
datum datum datum datum datum datum datum<br />
De telrij tot 20<br />
Kennismaking met de telrij tot 100<br />
Getalbeelden: eerst tot 10 dan tot 20<br />
Tellen van niet zichtbare hoeveelheden<br />
Analyseren en structureren van getallen tot en met 20,met name via vijf- en tien<br />
structuur<br />
Plaats van getallen op de getallengalerij<br />
Splitsen, verdubbelen en halveren, aanvullen en samenvoegen van getallen tot 20<br />
Getalbekentenis duiden, begrijpen en verwoorden<br />
Herkennen en schrijven van de cijfers van 0 tot en met 10<br />
Basisvaardigheden optellen en aftrekken<br />
Splitsen van getallen tot 10<br />
Aanvullen en samenvoegen van getallen: eerst tot 10, dan tot 20<br />
Getalbeelden op het rekenrek<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
15
Optellen en aftrekken met behulp van het rekenrek, o.a. door verdubbelen en halveren<br />
Concrete situaties vertalen naar rekentaal en andersom<br />
Automatiseren en memoriseren van alle optellingen en aftrekkingen tot 20 (onder<br />
andere met optelbord)<br />
Kennismaking met verdelen in groepjes<br />
Meten<br />
Meethandelingen met niet-standaardmaten<br />
Ervaren en de noodzaak tot het gebruiken van een standaardmaat<br />
Lengte en omvang meten<br />
Meetkunde<br />
Ruimtelijke begrippen herhalen<br />
Bouwen met blokken<br />
Patronen voortzetten<br />
Meetkundige vormen<br />
Spiegelen en symmetrie<br />
Plaats,route en afstand op een plattegrond bepalen<br />
Geld<br />
Introductie van de euromunten<br />
Aandacht voor de 1-,5,- en 10-structuur<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
16
Betalen, geld overhouden en terugkrijgen<br />
Waarde van het geld en prijzen van artikelen<br />
Optellen en aftrekken, onder andere via doortellen<br />
Tijd<br />
Tijdsbeleving<br />
Klokkijken: hele en halve uren<br />
Dag en nacht, kennismaking met 24-uurstijd en digitale tijd<br />
De kalender<br />
Tabellen en grafieken<br />
Eenvoudige verhoudingstabel<br />
Structurering van gegevens in rijen en kolommen<br />
Het optelbord<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
17
Groep 4<br />
Getalbegrip<br />
datum datum datum datum datum datum datum<br />
Introductie van de getallen tot 100<br />
Analyseren en structureren van getallen tot 100<br />
Plaatsen en afbeelden van getallen op de kralenketting, deels gestructureerde<br />
getallenlijn en lege getallenlijn<br />
Getallen springen<br />
Plaatswaarde van cijfers in getal, onder andere met geld in positieschema<br />
Splitsen, verdubbelen en halveren, aanvullen en samenvoegen van getallen tot 100<br />
Getalbetekenis duiden, begrijpen en verwoorden<br />
Basisvaardigheden; optellen en aftrekken<br />
Herhalen en memoriseren optellen en aftrekken tot 20<br />
Naar analogie van optellen en aftrekken tot 20, optellen en aftrekken tot 100<br />
Met de rijgmethode alle optellingen en aftrekkingen tot 100 leren maken<br />
Handig <strong>rekenen</strong><br />
Concrete situaties vertalen naar rekentaal en omgekeerd<br />
Gevarieerd oefenen met beperkt aantal oefenvormen<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
18
Basisvaardigheden; vermenigvuldigen en delen<br />
Introductie van de tafelsommen vanuit verschillende modellen<br />
Reconstructie van tafelsommen vanuit anker- en steunpunten, verdubbelen, halveren,<br />
eentje meer, eentje minder e.d.<br />
Inprenten van de tafelrijen van 1,2,3,4,5 en 10<br />
Toepassen van tafelsommen in rekensituaties<br />
Informeel delen (opdelen en verdelen)<br />
Meten<br />
Introductie standaardmaten meter, kilometer, centimeter, kilogram<br />
Toepassen door meten en tekenen<br />
Meetkunde<br />
Plattegrond, windrichtingen<br />
Vormen, in de werkelijkheid en getekend in het platte vlak<br />
Blokkenbouwsels en plattegronden<br />
Tangram; tegelpatronen leggen, spiegelen,mandala<br />
Een kubusdoosje maken aan de hand van een bouwplaatje; met blokken in<br />
baksteenvorm complexe bouwsels maken<br />
Geld<br />
Toepassen van optellen en aftrekken tot 100 met geld<br />
Tellen van bedragen<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
19
Op verschillende manieren betalen en geld terugkrijgen<br />
Tijd<br />
Herhaling van hele en halve uren (analoog en digitaal)<br />
Introductie kwartieren,10 en 5 minuten voor/over het hele/halve uur en minuut<br />
Herhaling kalender<br />
Leeftijden<br />
Tabellen en grafieken<br />
Gegevens verzamelen in een tabel<br />
Verhoudingstabel<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
20
Groep 5<br />
Getalbegrip<br />
datum datum datum datum datum datum datum<br />
Introductie van de getallen tot 1000<br />
Analyseren en structureren van getallen tot 1000<br />
Oriëntatie op getallen tot 2000<br />
Plaatsen en afbeelden van getallen op de gestructureerde getallenlijn<br />
Relatie grote getallen en meetgetallen<br />
Plaatswaarde van cijfers in getal, o.a. met geld en in positieschema<br />
Aanvullen en samenvoegen van getallen tot 1000<br />
Getalbetekenis duiden, begrijpen en verwoorden<br />
Kommagetallen bij geldbedragen en bij maten<br />
Basisvaardigheden; optellen en aftrekken<br />
Alle optel- en aftreksommen tot 20 memoriseren<br />
Optellen en aftrekken tot 100; hoofd<strong>rekenen</strong> via rijgen en/of handig <strong>rekenen</strong><br />
Concrete optel- en aftreksituaties opzetten naar rekentaal en omgekeerd<br />
Schattend <strong>rekenen</strong><br />
Basisvaardigheden; vermenigvuldigen en delen<br />
Alle tafelsommen tot 10 memoriseren<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
21
Concrete keer- en deelsituaties omzetten naar rekentaal en omgekeerd<br />
Introductie keersommen boven de 10 (bv 3x15, 10x52, en 6x28)<br />
Introductie keersommen met tientallen<br />
Deelsommen met en zonder rest als omgekeerde tafelsommen<br />
Schattend <strong>rekenen</strong><br />
Cijferen<br />
Introductie van optellen en aftrekken met getallen tot 1000 via kolomsgewijs <strong>rekenen</strong><br />
Meten<br />
Gebruikmaken van standaardmaten kilometer, meter,<br />
decimeter,centimeter,millimeter,liter,kilogram en gram<br />
In concrete situaties verkennen van omtrek en oppervlakte<br />
Maten uit het metriek stelsel als onderbouwing van de getallen tot 1000<br />
Meetkunde<br />
Spiegelen en symmetrie<br />
Plaats bepalen en routes op een plattegrond<br />
Standpunt bepalen<br />
Blokjes bouwen<br />
Patronen van veelhoeken<br />
Plattegronden en aanzichten van blokkenbouwsels<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
22
Bouwplaten<br />
Windrichtingen<br />
Mandala,s<br />
Geld<br />
Kennen en gebruiken van alle munten en biljetten<br />
Betalen en terugkrijgen<br />
Gepast betalen<br />
Munten en biljetten als onderbouwing van structuur van getallen tot 1000<br />
Tijd<br />
Klokkijken (analoog en digitaal)<br />
Tijdmeten<br />
Herhaling kalender<br />
Tabellen en grafieken<br />
Verhoudingstabel<br />
Gegevens verzamelen in een tabel<br />
Temperatuur in staafgrafieken<br />
Het tafelbord<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
23
Groep 6 datum datum datum datum datum datum datum<br />
Getalbegrip<br />
Gefaseerde uitbreiding van de getallen: eerst tot 10.000, dan naar 100.000, dan naar 1<br />
miljoen<br />
Analyseren en structureren van getallen tot 1.000.000<br />
Plaatsen en afbeelden van getallen op de gestructureerde getallenlijn<br />
Relatie grote getallen en meetgetallen<br />
Plaatswaarde van cijfers in getal, o.a. met geld in positieschema<br />
Getalbetekenis duiden, begrijpen en verwoorden<br />
Herhaling kommagetallen bij geldbedragen<br />
Basisvaardigheden; optellen en aftrekken<br />
Uit het hoofd optellen en aftrekken met getallen met veel nullen<br />
Handig <strong>rekenen</strong> en toepassen van rekenstrategieën<br />
Schattend <strong>rekenen</strong><br />
Basisvaardigheden; vermenigvuldigen en delen<br />
Overstap van vermenigvuldigen via splitsen naar kolomsgewijs vermenigvuldigen<br />
Breuken<br />
Breuken benoemen als deel van een geheel<br />
Breuknotatie gebruiken<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
24
Breuken aanvullen tot het geheel<br />
Breuk als operator op een waarde (geld) en op een hoeveelheid<br />
Ontstaan van breuken vanuit het meten<br />
Breuken plaatsen op de getallenlijn<br />
Vergelijken van veel voorkomende breuken in contextsituaties<br />
Meten<br />
Meten in meter, decimeter, centimeter, en millimeter<br />
Meten en vergelijken in liter, centiliter, en milliliter<br />
Wegen met kilogram en gram<br />
Eenvoudige herleidingen<br />
Metriek stelsel als onderbouwing van getalbegrip<br />
Be<strong>rekenen</strong> van omtrek en oppervlakte<br />
Gebruikmaken van notitie m2 en m3<br />
Temperatuur<br />
Meetkunde<br />
Plaats en richting bepalen op een plattegrond<br />
Spiegelen<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
25
Standpunt bepalen<br />
Aanzichten en plattegronden<br />
Geld<br />
Munten en biljetten gebruiken om getalbegrip te onderbouwen<br />
Toepassingssituaties met geld<br />
Betalen en terugkrijgen<br />
Prijsverschil<br />
Gepast betalen<br />
Tijd<br />
Klokkijken (analoog en digitaal)<br />
Tijdmeten<br />
Tabellen en grafieken<br />
Verhoudingstabel<br />
Lijn- en staafgrafieken interpreteren en construeren<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
26
Groep 7<br />
Getalbegrip<br />
datum datum datum datum datum datum datum<br />
Analyseren en structureren van getallen tot 1.000.000<br />
Plaatsen en afbeelden van getallen op de gestructureerde getallenlijn<br />
Relatie grote getallen en meetgetallen<br />
Plaatswaarde van cijfers in getal, o.a. met geld en in positieschema<br />
Getalbetekenis duiden, begrijpen en verwoorden, met de nadruk op kommagetallen<br />
(met name schatten en afronden)<br />
Basisvaardigheden; optellen en aftrekken<br />
Toepassen van handige strategieën bij hoofd<strong>rekenen</strong><br />
Schattend <strong>rekenen</strong> en gebruik zakrekenmachine<br />
Basisvaardigheden; vermenigvuldigen en delen<br />
Kolomsgewijs vermenigvuldigen en delen tot 1000<br />
Omgaan met de rest bij delen<br />
Schattend <strong>rekenen</strong> en gebruik zakrekenmachine<br />
Breuken en kommagetallen<br />
Breuken vergelijken en ordenen<br />
Gelijkwaardigheid van breuken<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
27
Plaatsen van breuken op de getallenlijn<br />
Optellen en aftrekken van eenvoudige ongelijknamige breuken in contexten en als kale<br />
sommen<br />
Relatie tussen breuken en kommagetallen<br />
Kommagetallen gerelateerd aan geld en metriek stelsel<br />
Plaatsen van kommagetallen op de getallenlijn<br />
Bewerking van kommagetallen, met name in meetsituaties<br />
Procenten en verhoudingen<br />
Rekenen met verhoudingsschema’s<br />
Relatie breuken en procenten<br />
Verkennen en toepassen van begrip van procenten<br />
Eenvoudige berekeningen met procenten<br />
Meten<br />
Meten met lengte-, omtrek-, oppervlakte- en kubieke maten<br />
Inhoud en gewicht<br />
Maatstelsel en herleidingen<br />
Meetkunde<br />
Plattegronden en schaal<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
28
Spiegelen en symmetrie<br />
Bouwplaten<br />
Vergroten en verkleinen<br />
Geld<br />
Toepassingssituaties met geld<br />
Betalen en terugkrijgen<br />
Prijsverschil<br />
Gepast betalen<br />
Tijd<br />
Tijdsinterval be<strong>rekenen</strong><br />
Tijdbalk<br />
Tijden in de sport<br />
Tabellen en grafieken<br />
Staaf- en lijngrafieken interpreteren en construeren<br />
Sectordiagram<br />
Tabellen aflezen en maken<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
29
Groep 8<br />
Getalbegrip<br />
datum datum datum datum datum datum datum<br />
Betekenis,plaats,structuur en waarde van hele getallen en kommagetallen<br />
Afronden<br />
Basisvaardigheden<br />
Herhalen en verder inoefenen van alle basisvaardigheden<br />
Kiezen tussen hoofd<strong>rekenen</strong>,schatten <strong>rekenen</strong> of cijferen<br />
Cijferen<br />
Herhalen en inoefenen van cijferen <strong>rekenen</strong> in toepassingen en met kale sommen<br />
Schattend <strong>rekenen</strong> en gebruik zakrekenmachine<br />
Breuken en kommagetallen<br />
Optellen en aftrekken van eenvoudige ongelijknamige breuken in contexten en als kale<br />
sommen<br />
Aanzet tot vermenigvuldigen en delen met breuken, alleen in contexten<br />
Relatie tussen breuken en kommagetallen, procenten en verhoudingen<br />
Plaatsen van kommagetallen op de getallenlijn<br />
Rekenen kubieke maten en litermaat<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
30
Meetkunde<br />
Uitbreiden plattegronden en schaalbegrip<br />
Spiegelen<br />
Bouwen en bouwplaten<br />
Standpunt bepalen en ruimtelijk redeneren<br />
Geld<br />
Verder oefenen en toepassen met geld<strong>rekenen</strong><br />
Tijd<br />
Verder oefenen en toepassen met tijdmeting en tijdsberekeningen<br />
Tabellen en grafieken<br />
Staaf- en lijngrafieken interpreteren en construeren<br />
Sectordiagram<br />
Tabellen aflezen en maken<br />
<strong>kerndoelen</strong> <strong>rekenen</strong><br />
november 2006<br />
31