05.12.2012 Views

Jaarverslag 2007 - Spoorwegpensioenfonds

Jaarverslag 2007 - Spoorwegpensioenfonds

Jaarverslag 2007 - Spoorwegpensioenfonds

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Profi el<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> is een niet verplicht gesteld<br />

bedrijfstakpensioenfonds. Het biedt de aangesloten ondernemingen,<br />

werknemers en voormalige werknemers in de bedrijfstak<br />

Spoorwegen een goede en moderne pensioenregeling.<br />

De pensioenregeling met een vaste premie geeft zicht op een<br />

solide pensioen gebaseerd op het gemiddeld genoten salaris.<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> behoort tot de grotere<br />

pensioenfondsen van Nederland. Het fonds heeft een belegd<br />

vermogen van € 12 miljard en telt circa 29.000 actieve deelnemers,<br />

24.000 gepensioneerden en meer dan 60 aangesloten<br />

ondernemingen.<br />

Het beleggingsbeleid is gericht op het behalen van een<br />

maximaal beleggingsresultaat op de lange termijn bij een<br />

vastgesteld risicoprofi el. In dit beleid zijn zaken als corporate<br />

governance en maatschappelijk verantwoord beleggen verankerd.<br />

Het fonds belegt wereldwijd in aandelen, opkomende<br />

economieën, private equity, staatsobligaties, bedrijfsobligaties<br />

en daarvan afgeleide producten en aandelen in vastgoedfondsen.<br />

In Nederland belegt het fonds ook in direct vastgoed en<br />

hypothecaire leningen. Een Asset Liability Management (ALM-)<br />

studie ondersteunt de keuze van de beleggingsmix.<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> heeft transparantie hoog in<br />

het vaandel staan. Ook besteedt het veel aandacht aan goede<br />

communicatie.<br />

De uitvoering van de pensioenregeling en het beheer van het<br />

hieraan gerelateerde vermogen wordt in opdracht van Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> uitgevoerd door SPF Beheer bv.<br />

Meer informatie over Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> vindt<br />

u op de website: www.spoorwegpensioenfonds.nl


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Inhoudsopgave<br />

Voorwoord van het bestuur<br />

Kerncijfers<br />

1. Algemene ontwikkelingen<br />

1.1 Economie en fi nanciële markten<br />

1.2 Wet- en regelgeving<br />

1.3 Europese ontwikkelingen<br />

1.4 Bedrijfstak Spoorwegen<br />

2. Bestuur en organisatorische ontwikkelingen<br />

2.1 Bestuurlijke aangelegenheden en organisatie<br />

2.2 Pension Fund Governance<br />

2.3 Risicomanagement<br />

2.4 Communicatie<br />

3. Pensioenontwikkelingen<br />

3.1 Pensioenregeling<br />

3.2 Premie- en indexatiebeleid<br />

3.3 Reïntegratie<br />

4. Vermogensbeheer<br />

4.1 Beleggingsbeleid<br />

4.2 Corporate Governance<br />

4.3 Maatschappelijk Verantwoord Beleggen<br />

4.4 Resultaat beleggingen<br />

4.5 Benchmarks en externe managers<br />

5. Financiële positie<br />

2<br />

4<br />

7<br />

9<br />

9<br />

10<br />

12<br />

12<br />

15<br />

15<br />

20<br />

22<br />

26<br />

31<br />

31<br />

34<br />

36<br />

39<br />

39<br />

41<br />

42<br />

44<br />

52<br />

57


6. Jaarrekening<br />

Balans per 31 december <strong>2007</strong><br />

Staat van baten en lasten over <strong>2007</strong><br />

Kasstroomoverzicht over <strong>2007</strong><br />

Algemene toelichting<br />

Toelichting op de balans per 31 december <strong>2007</strong><br />

Toelichting op de staat van baten en lasten over <strong>2007</strong><br />

Actuariële analyse<br />

7. Overige gegevens<br />

Actuariële verklaring<br />

Accountantsverklaring<br />

8. English summary<br />

Bijlagen<br />

Bijlage 1 – Overzicht pensioenbestand<br />

Bijlage 2 – Personalia Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> per 31 december <strong>2007</strong><br />

Bijlage 3 – Lijst met aangesloten ondernemingen per 31 december <strong>2007</strong><br />

Verklarende woordenlijst<br />

3<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

61<br />

61<br />

62<br />

63<br />

64<br />

76<br />

88<br />

92<br />

97<br />

97<br />

99<br />

103<br />

113<br />

113<br />

114<br />

118<br />

119


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Voorwoord van het bestuur<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> heeft de ambitie om te blijven behoren tot de top van de Nederlandse pensioenfondsen.<br />

Het fonds streeft ernaar via individuele keuzes voor de deelnemers te zorgen voor een optimaal pensioen, gegeven de<br />

afspraken die sociale partners in de bedrijfstak Spoorwegen hebben gemaakt. Het beleid van het bestuur staat voortdurend<br />

in het teken van verdere verbeteringen. Nieuwe ontwikkelingen worden op toegevoegde waarde beoordeeld en zo<br />

mogelijk in een vroeg stadium geadopteerd.<br />

Voor de realisatie van haar ambitie werkt Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> aan een solide en gezonde fi nanciële positie,<br />

heldere en toegankelijke communicatie en informatie ten behoeve van deelnemers en werkgevers, een optimaal en<br />

duurzaam rendement en inzicht in het gevoerde en te voeren beleid van het fonds. Dit combineert ze met goede afspraken<br />

met de uitvoerder SPF Beheer bv, die zijn vastgelegd in een Service Level Agreement, en met verantwoorde kosten<br />

voor uitvoering. Het bestuur stelt hierbij ook hoge eisen aan zichzelf. Bestuursleden en leden van de Deelnemersraad<br />

worden beoordeeld op hun functioneren. Permanente educatie van bestuursleden en de leden van de Deelnemersraad<br />

is een middel om het functioneren verder te optimaliseren.<br />

De afgelopen jaren stonden voor het bestuur van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> voor een belangrijk deel in het teken<br />

van enkele ingrijpende wijzigingen in de pensioenregeling en van de invoering van de Pensioenwet. In <strong>2007</strong> legde het<br />

fonds een laatste hand aan de afwikkeling van deze ontwikkelingen. Een begrip dat hierbij een centrale rol speelde, is<br />

‘verantwoordelijkheid’. Besturen is verantwoordelijkheid nemen, en dit geldt eens te meer voor het besturen van een<br />

pensioenfonds. De fi nanciële toekomst van grote groepen mensen is er immers direct mee verbonden. Daarom heeft het<br />

bestuur het begrip ‘verantwoordelijkheid’ in <strong>2007</strong> verder ingebed in de organisatie. Zo speelde het begrip in <strong>2007</strong> een<br />

centrale rol in het beleggingsbeleid en bij de verdere inkleding van de interne organisatie van het fonds.<br />

Om met de interne organisatie te beginnen: in <strong>2007</strong> heeft het bestuur verdere invulling gegeven aan ‘goed pensioenfondsbestuur’,<br />

ook wel aangeduid als Pension Fund Governance. De Pensioenwet schrijft voor dat pensioenfondsen<br />

per 1 januari 2008 moeten voldoen aan de eisen voor Pension Fund Governance. In <strong>2007</strong> heeft Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

daarom een pakket maatregelen ingevoerd om aan die wettelijke eisen te voldoen. De twee meest opvallende<br />

maatregelen in dat kader zijn de invoering van een verantwoordingsorgaan en een visitatiecommissie. Hiermee geeft<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> invulling aan de eis uit de Pensioenwet om aparte organen op te richten voor respectievelijk<br />

het afl eggen van verantwoording en het organiseren van intern toezicht.<br />

Verder heeft het bestuur van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> in <strong>2007</strong> een belangrijke stap gezet op het gebied van<br />

risicomanagement. Hoe een pensioenfonds omgaat met risico’s is een belangrijke keuze. Het bestuur van Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> heeft hiervoor aansluiting gezocht bij de aanpak van de toezichthouder, De Nederlandsche<br />

Bank. Deze integrale benadering van risicomanagement stelt het bestuur in staat om op effectieve en effi ciënte wijze om<br />

te gaan met de onvermijdelijke onzekerheden waarmee een pensioenfonds wordt geconfronteerd.<br />

Verantwoordelijkheid gaat hand in hand met transparantie en heldere communicatie. Goede communicatie met deelnemers,<br />

gepensioneerden en andere betrokkenen is dan ook al jaren een belangrijke pijler in het beleid van Stichting<br />

4


5<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>. In <strong>2007</strong> werden de communicatierichtlijnen uit de Pensioenwet – voor zover dit niet al eerder<br />

was gebeurd –volledig geïntegreerd in de administratieve processen en het communicatiebeleid. Het communicatiebeleid<br />

van het fonds is gestoeld op een doelgroepgerichte aanpak. Om de verschillende doelgroepen goed in het vizier te<br />

krijgen en te houden, wordt voor de communicatie gewerkt met verschillende onderzoeksmethoden, zoals klantenpanels,<br />

evaluaties en klanttevredenheidsonderzoeken. Op basis van die informatie kan het fonds zijn communicatiebeleid en<br />

-middelen in de toekomst nog beter afstemmen op de behoeften van deelnemers en gepensioneerden.<br />

In <strong>2007</strong> organiseerde het fonds informatiebijeenkomsten voor deelnemers die minder dan vijf jaar in dienst zijn. Verder<br />

werd de website van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> opnieuw opgezet, waarbij ook een doelgroepgerichte aanpak<br />

is toegepast. Deelnemers, gepensioneerden en werkgevers hebben op de nieuwe website nu ieder hun eigen ingang,<br />

zodat ze gemakkelijk de voor hen relevante informatie kunnen vinden. Behalve de website, werd ook de interactieve<br />

Pensioenplanner vernieuwd. De nieuwe Pensioenplanner biedt deelnemers de mogelijkheid om online, in een beveiligde<br />

omgeving, hun persoonlijke pensioensituatie in te zien.<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> heeft de afgelopen jaren veel aandacht besteed aan het onderwerp maatschappelijk<br />

verantwoord beleggen. Toen in <strong>2007</strong> de maatschappelijke discussie over dit onderwerp in een stroomversnelling<br />

kwam, onder meer door een uitzending van het televisieprogramma Zembla, heeft het fonds de ontwikkelingen dan<br />

ook nauwgezet gevolgd. In de uitzending werd het beleggingsbeleid van enkele grote Nederlandse pensioenfondsen<br />

– waaronder Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> – onder de loep genomen. De conclusie was dat het beleid op een<br />

aantal punten voor verbetering vatbaar was. Het bestuur heeft deze uitkomst aangegrepen om een nieuwe code Maatschappelijk<br />

Verantwoord Beleggen vast te stellen. Een belangrijke verandering ten opzichte van het eerdere beleid is het<br />

op voorhand uitsluiten van een aantal bedrijven van de beleggingsportefeuille. Verder zijn de tien principes van Global<br />

Compact (een initiatief van de Verenigde Naties) omarmd om zo het beleid verder kracht bij te zetten. De eerste prioriteit<br />

is hierbij gelegd op de principes mensenrechten, milieu en kinderarbeid. Bij beleggingen in beursgenoteerde bedrijven<br />

kijkt het fonds niet alleen naar de rendementsvooruitzichten, maar ook naar de vraag of bedrijven voldoen aan de code<br />

voor Maatschappelijk Verantwoord Beleggen. Bedrijven die niet aan de geformuleerde eisen voldoen, worden hier door<br />

het fonds op aangesproken. Als dit niet tot het gewenste resultaat leidt, kan het fonds het bedrijf uitsluiten.<br />

Verantwoordelijkheid nemen op maatschappelijk gebied betekent in de visie van het bestuur niet alleen bedrijven<br />

aanspreken of uitsluiten die zich niet maatschappelijk verantwoord gedragen. Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> wil<br />

juist ook duurzame initiatieven en projecten ondersteunen en zo een positieve bijdrage leveren aan de wereld om ons<br />

heen. Zo investeert het fonds onder meer in een bedrijf in Mali dat op duurzame wijze biodiesel produceert, waarbij<br />

geen beslag wordt gelegd op landbouwgrond, en is in <strong>2007</strong> verdere invulling gegeven aan KiDafo, een vastgoedfonds<br />

voor kinderdagverblijven en brede scholen. Verder spreekt het voor zich dat het fonds zijn visie op het gebied van<br />

maatschappelijk verantwoord beleggen uitdraagt. Het fonds doet dit bijvoorbeeld door actief gebruik te maken van zijn<br />

stemrecht op aandeelhoudersvergaderingen.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

In <strong>2007</strong> werden de fi nanciële markten gekenmerkt door de nodige turbulentie, vooral veroorzaakt door de problemen<br />

die aan het einde van de zomer in de Verenigde Staten ontstonden in verband met de subprime-hypotheken (hypotheken<br />

verstrekt aan mensen met een lage kredietwaardigheid. Overigens belegt Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> niet in<br />

subprime-hypotheken). De fi nanciële markten kwamen daardoor sterk onder druk te staan. Ondanks deze ontwikkelingen<br />

zag het fonds het vermogen dit verslagjaar opnieuw toenemen. Het belegd vermogen steeg van € 11,8 miljard eind<br />

2006 tot € 12,0 miljard eind <strong>2007</strong>. De stijging was grotendeels te danken aan het gerealiseerde rendement van 5 %. De<br />

dekkingsgraad van het fonds steeg in <strong>2007</strong> naar 189%. De hoogte van de verplichtingen is, overeenkomstig het Financieel<br />

Toetsingskader, berekend op basis van een marktrente die gemiddeld uitkomt op 4,8%. Volgens de regels van het<br />

Financieel Toetsingskader zou het pensioenfonds een dekkingsgraad van tenminste 126% moeten hebben. Met een dekkingsgraad<br />

van 189% beschikt Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> dus over een ruime marge. Dit geeft vertrouwen aan<br />

de deelnemers en gepensioneerden dat de verplichtingen kunnen worden nagekomen.<br />

Het afgelopen jaar was tevens het laatste jaar van het bestuur in de huidige samenstelling. In 2008 treden de heren Nikkels,<br />

Schouten, Schotanus en Szablewski terug. De heer Nikkels is sinds 1996 bestuurslid van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

en vervult vanaf 2001 de rol van voorzitter. De heer Schouten is sinds 1998 bestuurslid en de heren Schotanus en<br />

Szablewski hebben vanaf 2003 zitting in het bestuur van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>. Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

is de heren Schotanus, Schouten, Szablewski zeer erkentelijk voor hun betrokkenheid gedurende de lange periode dat<br />

zij deel uitmaakten van het bestuur. Een speciaal woord van dank wil Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> richten aan<br />

de heer Nikkels, die na zijn periode als bestuurslid het pensioenfonds zeven jaar op uitstekende wijze geleid heeft als<br />

voorzitter.<br />

We kunnen terugkijken op <strong>2007</strong> als het jaar waarin de ingrijpende wijzigingen van de afgelopen jaren zich hebben<br />

uitgekristalliseerd. Het fonds is hiermee klaar voor een nieuwe fase, waarin het zijn verantwoordelijkheid kan waarmaken<br />

richting de maatschappij in het algemeen en deelnemers, gepensioneerden en andere direct betrokkenen in het<br />

bijzonder.<br />

In 2008 zal het bestuur het eerder ingezette beleid verder uitontwikkelen. Zo wordt onder andere in het komende jaar<br />

in het kader van Pension Fund Governance de visitatiecommissie en het verantwoordingsorgaan geïmplementeerd en<br />

gaat het bestuur de discussie over de werkingssfeer afronden. Ten behoeve van het risicomanagement voert het bestuur<br />

een risicoanalyse uit en op het gebied van Maatschappelijk Verantwoord Beleggen gaat het fonds in 2008 nadrukkelijker<br />

invulling geven aan het insluiten van beleggingen die zich op maatschappelijk gebied positief onderscheiden. Verder<br />

blijft de communicatie met deelnemers en gepensioneerden uiteraard een belangrijk speerpunt. Op deze wijze werkt<br />

het bestuur van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> continu aan de verbetering van het beleid en geeft het fonds invulling<br />

aan de ambitie om te blijven behoren tot de top van de Nederlandse pensioenwereld.<br />

Het bestuur van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

6


Kerncijfers<br />

Kerncijfers<br />

Ultimo<br />

Aantal deelnemers<br />

Aantal gepensioneerden<br />

Aantal niet-actieve deelnemers<br />

Aangesloten ondernemingen<br />

Pensioenbijdragen<br />

(x € 1 miljoen)<br />

Pensioenbetalingen<br />

(x € 1 miljoen)<br />

Beleggingen<br />

(x € 1 miljoen)<br />

Beleggingsresultaat<br />

(x € 1 miljoen)<br />

Rendement op beleggingen<br />

Voorziening pensioenverplichtingen<br />

(x € 1 miljoen)<br />

Rekenrente<br />

Dekkingsgraad (FTK-grondslagen)<br />

Indexatie pensioenen<br />

Franchise middelloon<br />

(x € 1,-)<br />

Franchise eindloon<br />

(x € 1,-)<br />

<strong>2007</strong><br />

29.104<br />

24.340<br />

20.499<br />

66<br />

51<br />

343<br />

12.027<br />

548<br />

5,0%<br />

6.136<br />

4,8%<br />

189%<br />

1,33%<br />

11.872<br />

15.328<br />

2006<br />

28.662<br />

24.038<br />

19.634<br />

65<br />

37<br />

339<br />

11.798<br />

966<br />

9,2%<br />

6.553<br />

4,3%<br />

172%<br />

0,89%<br />

11.566<br />

15.126<br />

7<br />

2005<br />

31.743<br />

23.774<br />

18.127<br />

61<br />

90<br />

286<br />

11.159<br />

1.491<br />

15,2%<br />

6.676<br />

3,75%<br />

161%<br />

1,08%<br />

-<br />

14.993<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

2004<br />

33.214<br />

23.626<br />

18.178<br />

67<br />

66<br />

270<br />

9.979<br />

824<br />

9,1%<br />

6.046<br />

4%<br />

167%<br />

2,41%<br />

-<br />

14.982<br />

2003<br />

34.533<br />

23.165<br />

17.137<br />

72<br />

44<br />

253<br />

9.354<br />

1.009<br />

12,3%<br />

5.688<br />

4%<br />

167%<br />

3,32%<br />

-<br />

14.776


1. Algemene ontwikkelingen<br />

1.1 Economie en fi nanciële markten<br />

Het rendement op de beleggingen van pensioenfondsen<br />

is afhankelijk van de bewegingen op de fi nanciële markten.<br />

Voor de fi nanciële markten was <strong>2007</strong> een turbulent jaar.<br />

Verenigde Staten<br />

De afkoeling van de huizenmarkt was in <strong>2007</strong> het<br />

pijnpunt van de Amerikaanse economie. De consumptie,<br />

de katalysator van de Amerikaanse economie, bleef ondanks<br />

de gedaalde huizenprijzen op een aanvaardbaar<br />

niveau. Dat was vooral te danken aan de hoge werkgelegenheid.<br />

Ook de bedrijfswinsten ontwikkelden zich in<br />

<strong>2007</strong> goed. De economie bleef daardoor redelijk groeien.<br />

De Federal Reserve (FED), het stelsel van centrale banken<br />

in de VS, verlaagde in de tweede helft van <strong>2007</strong> de rente<br />

stapsgewijs van 5,25% naar 4,25%. Dit om de negatieve<br />

effecten van de ‘subprime’-crisis (zie verderop bij fi nanciële<br />

markten) en de afkoelende huizenmarkt op de economie<br />

te verzachten. Ook in 2008 blijft de afkoeling van<br />

de huizenmarkt naar verwachting negatief doorwerken<br />

op de Amerikaanse economie.<br />

Europa en Japan<br />

De economische groei in Europa zette zich in <strong>2007</strong> door.<br />

Naast de export was ook de consumptie een drijfveer.<br />

Bovengenoemde groei en de sterke stijging van de prijzen<br />

van grondstoffen wakkerden echter de infl atie aan.<br />

Om dit tegen te gaan verhoogde de Europese Centrale<br />

Bank de korte rente van 3,25 naar 4,00%.<br />

De Japanse economische cijfers waren wisselend, maar<br />

over het jaar gezien bleef de economie groeien. De infl atie<br />

bleef rond de 0% bewegen. Ondanks de lage infl atie verhoogde<br />

de centrale bank van Japan de korte rente toch<br />

van 0,25% naar 0,50%. Hiermee gaf de centrale bank een<br />

vertrouwenssignaal af, omdat zij een einde ziet van de<br />

defl atoire ontwikkelingen in het afgelopen decennium.<br />

9<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Situatie op fi nanciële markten<br />

In de eerste helft van <strong>2007</strong> presteerden de aandelenmarkten<br />

sterk. Hieraan kwam in de zomer een einde,<br />

omdat in de Verenigde Staten problemen naar boven<br />

kwamen met de subprime-hypotheken (hypotheken<br />

verstrekt aan mensen met een lage kredietwaardigheid).<br />

Door een gestegen rente (de meeste subprime-hypotheken<br />

hebben een variabele rente) namen de lasten van de<br />

subprime-hypotheken sterk toe. Steeds meer mensen<br />

konden niet meer voldoen aan hun rente- en/of afl ossingsverplichtingen.<br />

Hierdoor nam het aantal (gedwongen)<br />

woningverkopen toe en daalden de huizenprijzen.<br />

De subprime-hypotheekverschaffers hebben een groot<br />

deel van de hypotheken doorgeleend door uitgifte van<br />

complexe obligatieproducten aan diverse fi nanciële instellingen.<br />

Deze producten daalden in waarde, waardoor in<br />

augustus enkele fi nanciële instellingen in de problemen<br />

kwamen. Onduidelijk was bij wie deze risico’s lagen en<br />

wat de gevolgen zouden zijn voor de economie. Door<br />

deze onzekerheden daalden de aandelenbeurzen in de<br />

Verenigde Staten en Europa. De vergoeding van het kredietrisico<br />

van bedrijfsobligaties liep op. Banken leenden<br />

geen geld meer aan elkaar uit, omdat het onderlinge<br />

vertrouwen weg was. Hierdoor kon bijna niemand meer<br />

geld lenen, wat ook in 2008 naar verwachting gevolgen<br />

zal hebben voor de economie. Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

heeft deze producten overigens niet in<br />

de portefeuille en is dus niet direct geraakt door de<br />

hypothekencrisis.<br />

“De economische groei in Europa zette<br />

zich in <strong>2007</strong> door”


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

De FED, ECB en Bank of England voorzagen de markt<br />

op verschillende momenten van liquiditeit door aan<br />

banken goedkoper kort geld uit te lenen. De aandelenmarkten<br />

daalden aanvankelijk fors, maar herstelden<br />

zich eind september bijna volledig. Half oktober kwamen<br />

deze problemen echter opnieuw aan het licht en nam de<br />

onderzekerheid weer toe. De beurzen kwamen wederom<br />

in een val en bleven daarna onrustig. Per saldo sloten<br />

de aandelenbeurzen het jaar in de Verenigde Staten en<br />

Europa wel licht positief af ten opzichte van de stand<br />

aan het begin van het jaar. In Japan eindigden de beurzen<br />

zeer negatief ten opzichte van het begin van <strong>2007</strong>. De<br />

Emerging Markets trokken zich relatief weinig aan van<br />

de subprime-problemen en kenden per saldo weer een<br />

sterk aandelenjaar.<br />

Onder meer door een grote vraag vanuit de Emerging<br />

Markets stegen de prijzen van grondstoffen in <strong>2007</strong><br />

sterk. De prijs per vat ruwe olie bereikte in november<br />

een hoogtepunt van $ 96, dit is $ 45 hoger dan het laagste<br />

punt begin <strong>2007</strong>.<br />

Per saldo hadden bovenstaande ontwikkelingen in <strong>2007</strong><br />

geen directe gevolgen voor de fi nanciële positie van het<br />

fonds. Inmiddels hebben in 2008 de dalende beurskoersen<br />

wel invloed op de fi nanciële resultaten van het<br />

fonds. De dekkingsgraad van het fonds is echter sterk<br />

genoeg en de risicobeheersing voldoende alert om negatieve<br />

effecten te kunnen opvangen.<br />

“De Emerging Markets kenden per saldo<br />

weer een sterk aandelenjaar”<br />

10<br />

1.2 Wet- en regelgeving<br />

De Pensioenwet<br />

Sinds 1 januari <strong>2007</strong> is de Pensioenwet van kracht. Voor<br />

een aantal bepalingen geldt dat een pensioenfonds pas<br />

op 1 januari 2008 aan de nieuwe eisen hoeft te voldoen.<br />

Voor zover mogelijk is de pensioenregeling echter al per<br />

1 januari <strong>2007</strong> aangepast aan de nieuwe eisen, bijvoorbeeld<br />

op het gebied van informatieverstrekking. Eind<br />

<strong>2007</strong> is de regeling aangepast aan de overige Pensioenwetbepalingen.<br />

Ook de Statuten en de reglementen<br />

van de diverse bestuursorganen zijn aangepast aan de<br />

Pensioenwet. De taak en werkwijze van alle commissies<br />

en hun verhouding tot het bestuur zijn nauwkeurig<br />

vastgelegd. Op de genomen besluiten over Pension<br />

Fund Governance wordt elders in dit jaarverslag nog<br />

apart ingegaan. Tot slot is de werkingssfeer van Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> in de Statuten aangepast aan<br />

de Pensioenwet.<br />

Het indexatielabel dat de Pensioenwet voorschrijft, zou<br />

oorspronkelijk per 1 januari 2008 in gebruik moeten<br />

zijn. Het voorbereiden van de invoering kostte echter<br />

meer tijd dan de overheid had verwacht. Daarom is de<br />

invoering uitgesteld tot 1 januari 2009.<br />

Wet op het fi nancieel toezicht (Wft)<br />

Op 1 januari <strong>2007</strong> trad de Wet op het fi nancieel toezicht<br />

(Wft) in werking. De Wft is het resultaat van de hervorming<br />

van de fi nanciële toezichtwetgeving. Doelstellingen<br />

van de Wft zijn:<br />

• het inzichtelijk maken van de samenhang en<br />

de verschillen tussen de normen voor de fi nanciële<br />

sector;<br />

• het reguleren van het toezicht door DNB en<br />

AFM op de fi nanciële sector;<br />

• het bijdragen aan de concurrentiepositie van<br />

de Nederlandse fi nanciële sector.


De Wft is nagenoeg niet van toepassing op pensioenfondsen.<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> moet<br />

volgens de Wft zogenoemde ‘best-practice’-bepalingen<br />

van de Code Tabaksblat toepassen, of anders motiveren<br />

waarom het deze bepalingen níet volgt. Deze bepalingen<br />

zien toe op de verslaglegging door beleggers van het<br />

beoogde stembeleid tijdens algemene vergaderingen<br />

van aandeelhouders en op het daadwerkelijke stemgedrag.<br />

De Wft is wel van toepassing als het pensioenfonds<br />

optreedt op de hypotheekmarkt. Het fonds zal in 2008,<br />

na afl oop van de nu geldende overgangsperiode, een<br />

vergunning aanvragen. Een pensioenfonds moet volgens<br />

de Wft tevens regelingen hebben voor het voorkomen<br />

van belangenverstrengeling en voorwetenschap en voor<br />

het interne toezicht op de naleving van deze regelingen.<br />

Financiering Voortzetting Pensioenverzekering (FVP)<br />

Eind 2005 had het bestuur van de Stichting Financiering<br />

Voortzetting Pensioenverzekering (Stichting FVP) besloten<br />

dat werknemers die ná 1 januari 2008 worden ontslagen<br />

en ouder dan 40 jaar zijn, niet langer in aanmerking<br />

komen voor een bijdrage in de pensioenopbouw tijdens<br />

werkloosheid. Aanleiding voor dit besluit was het gebrek<br />

aan voldoende fi nanciële middelen.<br />

Vanwege goede beleggingsresultaten en de dalende<br />

werkloosheid heeft het FVP-bestuur de regeling half december<br />

<strong>2007</strong> wederom verlengd, nu tot 1 januari 2010.<br />

Hoewel dit geen harde toezegging is, wordt toch geprobeerd<br />

om voor de huidige gevallen én voor mensen<br />

die vóór 1 januari 2010 recht op WW krijgen, de FVP-bijdrage<br />

in stand te houden. Het onderzoek door Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> naar een nieuw product dat<br />

het wegvallen van de FVP-bijdrage kan compenseren, is<br />

daarom verplaatst naar 2008. Het onderzoek naar een<br />

FVP-vervangend product richt zich op 1 januari 2010 als<br />

ingangsdatum.<br />

11<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

AOW en AOW-hiaat<br />

Met het oog op de vergrijzing en het betaalbaar houden<br />

van de oudedagsvoorziening, zijn in de afgelopen jaren<br />

de nodige opties voor de AOW de revue gepasseerd,<br />

zoals het verhogen van de AOW-leeftijd van 65 naar 67<br />

jaar en het betalen van hogere belasting over de AOWuitkering<br />

boven een bepaalde grens. Voor 2011 heeft<br />

het kabinet aangekondigd dat iedereen die vóór zijn<br />

65ste jaar met pensioen gaat en een hoger pensioen heeft<br />

dan € 18.000, geleidelijk aan meer belasting moet gaan<br />

betalen. In <strong>2007</strong> is die ontwikkeling niet gewijzigd. Een<br />

datum van invoering is niet bekend.<br />

Mensen die geboren zijn vóór 1 januari 1950, ontvangen<br />

een inkomensafhankelijke AOW-toeslag. Vanaf 2015,<br />

wanneer de eerste in 1950 geborenen 65 jaar worden,<br />

verdwijnt de toeslag. Bij een leeftijdsverschil tussen<br />

partners wordt een deel van de totaal verwachte AOW<br />

pas uitgekeerd wanneer de jongste partner (ook) 65 jaar<br />

wordt. Welke invloed dit heeft op het aanvullend pensioen,<br />

hangt mede af van de hoogte van de gehanteerde<br />

franchise. Bij de nieuwe pensioenregeling in 2006 is de<br />

franchise gekoppeld aan de enkelvoudige AOW.<br />

Het pensioenfonds kent in grote meerderheid mannelijke<br />

deelnemers met jongere partners. Zij kunnen die nieuwe<br />

regeling als een probleem ervaren. Een deel van de oplossing<br />

kan worden gevonden in het verder fl exibiliseren<br />

van de hoog-laagvarianten die het pensioenfonds al kent.<br />

Het bestuur sluit niet uit dat de sociale partners op termijn<br />

gaan nadenken over andere faciliteiten, binnen of<br />

buiten het pensioenfonds, om het AOW-hiaat te kunnen<br />

compenseren. Hoewel het onderwerp niet op de korte<br />

termijn speelt (2015), moeten er wel rechten worden<br />

opgebouwd om zo’n tekort te dichten. In <strong>2007</strong> is bij de<br />

deelnemers aandacht gevraagd voor deze problematiek.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

1.3 Europese ontwikkelingen<br />

Met de Richtlijnen van het Europese Parlement en de<br />

uitspraken van het Europese Hof van Justitie wordt de<br />

invloed van de Europese Unie op pensioenregelingen<br />

en pensioenuitvoerders in Nederland steeds groter. Zo<br />

hebben onder meer Europese ontwikkelingen bij het<br />

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid<br />

(SZW) geleid tot de opvatting dat een nieuw uitvoeringsmodel<br />

nodig is om de kansen op de Europese<br />

markt beter te kunnen benutten. Het nieuwe uitvoeringsmodel,<br />

de algemene pensioeninstelling (API), hoeft<br />

volgens het kabinet slechts te voldoen aan de minimumeisen<br />

van de Europese Richtlijn voor pensioeninstellingen.<br />

Daarmee zouden ook ondernemingen buiten de<br />

bedrijfstak zich kunnen aansluiten bij een API. Bovendien<br />

zou de API meer producten kunnen aanbieden dan<br />

een pensioenfonds is toegestaan. Hoe het nieuwe uitvoeringsmodel<br />

er voor Nederland uit gaat zien, is nog<br />

onbekend. Of de API voor het fonds interessant is, kan<br />

pas worden beoordeeld zodra er meer duidelijkheid is.<br />

“De invloed van de Europese Unie op pen-<br />

sioenregelingen en pensioenuitvoerders<br />

in Nederland wordt steeds groter”<br />

12<br />

1.4 Bedrijfstak Spoorwegen<br />

De in <strong>2007</strong> gestarte discussie over de werkingssfeer<br />

van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> wordt in 2008<br />

voortgezet. Vooruitlopend op de uitkomsten van deze<br />

discussie is eind <strong>2007</strong> besloten de bestaande omschrijving<br />

van de bedrijfstak Spoorwegen tenminste aan te passen<br />

aan de eisen van de Pensioenwet. Concessieovergangen<br />

in het openbaar vervoer en de daaruit voortvloeiende<br />

pensioenproblematiek maken duidelijk dat een langetermijnvisie<br />

nodig is. In 2008 wordt de bestuurlijke visie<br />

op de werkingssfeer op de langere termijn verder uitgewerkt.<br />

Bij de ontwikkeling van deze visie betrekt het<br />

bestuur ook de ontwikkelingen in het openbaar vervoer.


2. Bestuur en organisatorische<br />

ontwikkelingen<br />

2.1 Bestuurlijke aangelegenheden en organisatie<br />

Samenstelling bestuur<br />

Het bestuur bestond per 31 december <strong>2007</strong> uit mevrouw<br />

drs. J.C.H.G. Arts en de heren drs. C. Blokland, C. Blankestijn,<br />

D. Ketting (plaatsvervangend voorzitter/secretaris),<br />

mr. W. Kusters, mr. E.M. Nikkels (voorzitter), drs.<br />

M.J. Noy, ir. A. Schoots, N.G. Schotanus, ir. J. Schouten,<br />

F.H.W. Szablewski en F. van Wanrooij.<br />

De samenstelling van het bestuur is in <strong>2007</strong> op twee<br />

plaatsen gewijzigd. De heer F.W. Beeftink en de heer<br />

A.E.C. Pothuizen werden op 1 april <strong>2007</strong> opgevolgd<br />

door respectievelijk de heer C. Blankestijn en drs. C.<br />

Blokland. De heer F.H.W. Szablewski is als secretaris<br />

per 5 december <strong>2007</strong> opgevolgd door de heer D. Ketting.<br />

De heer Blokland volgt de heer Pothuizen ook op als<br />

plaatsvervangend secretaris. Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

is de heren Pothuizen en Beeftink zeer<br />

erkentelijk voor hun betrokkenheid gedurende de lange<br />

periode dat zij deel uit maakten van het bestuur.<br />

In <strong>2007</strong> vonden zeven reguliere vergaderingen van het<br />

bestuur plaats. Daarnaast kwam het bestuur eenmaal<br />

bijeen buiten het reguliere vergaderschema om. Deze<br />

bijeenkomst stond in het teken van het persbeleid en<br />

Maatschappelijk Verantwoord Beleggen.<br />

Het bestuur heeft het dagelijks beleid, de bestuursadvisering,<br />

het vermogensbeheer en de uitvoering van<br />

de pensioenregeling uitbesteed aan uitvoeringsorganisatie<br />

SPF Beheer bv. In een Service Level Agreement<br />

(SLA) zijn afspraken over het niveau van de service en<br />

dienstverlening vastgelegd. Deze afspraken worden<br />

per kwartaal getoetst. Bij het opstellen van de SLA is<br />

uitdrukkelijk rekening gehouden met de beleidsregel<br />

‘Uitbesteding’ van De Nederlandsche Bank (DNB).<br />

Vertegenwoordigers van SPF Beheer bv zijn voor advies<br />

15<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

en ondersteuning aanwezig bij bestuursvergaderingen,<br />

commissievergaderingen en bijeenkomsten van de<br />

deelnemersraad.<br />

Scholing<br />

In de sterk veranderende wereld van pensioen- en<br />

vermogensbeheer is permanente scholing noodzakelijk.<br />

De bestuurders zorgen zelf voor deze permanente scholing,<br />

die wordt uitgevoerd door specifi eke instituten<br />

of door SPF Beheer bv. Daarnaast bezoeken de bestuurders<br />

specifi eke themabijeenkomsten van de Vereniging<br />

van Bedrijfstakpensioenfondsen of andere belangrijke<br />

organisaties. Het bezoeken van de bijeenkomsten zorgt<br />

niet alleen voor het scherp houden van de kennis, maar<br />

geeft ook een uitstekende mogelijkheid om met andere<br />

bestuurders van gedachten te wisselen over belangrijke<br />

ontwikkelingen in de pensioenwereld.<br />

Toezicht van De Nederlandsche Bank en Autoriteit<br />

Financiële Markten<br />

In het kader van de Pensioenwet houdt, naast De Nederlandsche<br />

Bank, sinds 1 januari <strong>2007</strong> ook de Autoriteit<br />

Financiële Markten toezicht op Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>.<br />

Het bestuur van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> en<br />

SPF Beheer bv overleggen één maal per jaar met vertegenwoordigers<br />

van De Nederlandsche Bank. In <strong>2007</strong><br />

vond dit overleg plaats op 6 december. Gesproken werd<br />

onder andere over Pension Fund Governance, het beleggingsbeleid<br />

en risicomanagement. Het overleg leverde<br />

geen bijzonderheden op.<br />

De Autoriteit Financiële Markten houdt toezicht op<br />

de informatie die Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

verstrekt. De nadruk wordt daarbij vooral gelegd op het<br />

duidelijk communiceren naar de (gewezen) deelnemers,<br />

(gewezen) partners of pensioengerechtigden.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Bestuurscommissies<br />

Het bestuur heeft een aantal vakcommissies ingesteld.<br />

Deze commissies bereiden de besluitvorming voor en<br />

stellen inhoudelijke adviezen op. Het bestuur neemt<br />

besluiten nadat kennis is genomen van het advies. Deze<br />

effi ciënte werkwijze bevordert een optimale inzet van<br />

de kennis en expertise van individuele bestuursleden.<br />

Hieronder volgt een overzicht van de diverse commissies.<br />

Agendacommissie<br />

De agendacommissie kwam in <strong>2007</strong> vijf keer bijeen.<br />

Commissieleden zijn de heer mr. E.M. Nikkels (voorzitter<br />

van het bestuur) en de heer F.H.W. Szablewski.<br />

Per 5 december <strong>2007</strong> vervangt de heer Ketting de heer<br />

Szablewski in de agendacommissie. De commissie bereidt<br />

de bestuursvergaderingen voor. De leden nemen<br />

vergaderstukken door en bespreken aanvullingen en<br />

verduidelijkingen die de kwaliteit en samenhang van<br />

de besluitvorming verhogen. Het bestuur besloot begin<br />

<strong>2007</strong> dat de leden van de agendacommissie zich verder<br />

specifi ek gaan bezighouden met kwaliteit en samenhang<br />

van het communicatiebeleid van het fonds. Communicatie<br />

was voor Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> al van<br />

groot belang, hetgeen nu ook wordt benadrukt in de<br />

Pensioenwet. De agendacommissie zorgt verder voor<br />

een gestructureerd overlegmoment tussen de voorzitter<br />

en secretaris van het bestuur en de uitvoeringsorganisatie<br />

SPF Beheer bv, en periodiek overleg met het Dagelijks<br />

Bestuur van de Deelnemersraad.<br />

Auditcommissie<br />

De auditcommissie kwam in <strong>2007</strong> vijf keer bijeen. De<br />

commissie bestaat uit de heren drs. M.J. Noy (commissievoorzitter),<br />

drs. F.W. Beeftink RA (tot en met 31<br />

maart <strong>2007</strong>), de heer C. Blankestijn (vanaf 1 april <strong>2007</strong>),<br />

mr. W. Kusters en F.H.W. Szablewski. De heer Ketting<br />

16<br />

vervangt per 5 december <strong>2007</strong> de heer Szablewski in de<br />

auditcommissie. Eén van de taken van de commissie<br />

is het verduidelijken van verbanden in de planning- en<br />

controlecyclus. Ook volgde en beoordeelde de commissie<br />

de ontwikkelingen op het gebied van interne risicobeheersing-<br />

en controlesystemen. SPF Beheer bv beschikt<br />

over een SAS-70 verklaring. Ten slotte werd er advies<br />

uitgebracht over het beleidsplan en de begroting voor<br />

2008.<br />

Beleggingsadviescommissie<br />

De beleggingsadviescommissie kwam in <strong>2007</strong> vijf keer<br />

bijeen. Daarnaast vond er een gezamenlijke vergadering<br />

met het bestuur plaats. De commissie bestaat uit<br />

bestuurders en externe commissieleden. Namens het bestuur<br />

maken de heren drs. M.J. Noy en N.G. Schotanus<br />

deel uit van de commissie. De externe adviseurs zijn<br />

de heren drs. A.A. Anbeek van der Meijden (commissievoorzitter),<br />

drs. A.J.J. Barens, drs. C. Brandsma en drs.<br />

D.A. Regenboog. De adviseurs beschikken over specifi eke<br />

en actuele kennis die nodig is om het verantwoorde<br />

beleggingsbeleid verder vorm en inhoud te geven.<br />

De beleggingsadviescommissie hield zich in <strong>2007</strong> vooral<br />

bezig met de ALM-studie en het beleggingsbeleid 2008.<br />

Ook was ze nauw betrokken bij Maatschappelijk Verantwoord<br />

Beleggen en projecten die het maatschappelijk<br />

engagement van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> nog<br />

meer tot uitdrukking brengen.<br />

Pensioencommissie<br />

De pensioencommissie legt zich toe op onderwerpen<br />

die te maken hebben met de pensioenregeling en de<br />

bredere pensioenuitvoering. De pensioencommissie<br />

bestaat uit mevrouw drs. J.C.H.G. Arts en de heren<br />

drs. C. Blokland (commissievoorzitter), D. Ketting en


F. van Wanrooij en kwam in <strong>2007</strong> vijf keer bijeen. De<br />

commissie bracht onder meer advies uit over diverse<br />

wijzigingen van de regeling en toetredingsverzoeken<br />

van ondernemingen.<br />

Geschillencommissie<br />

Het doel van de geschillencommissie is het doen van<br />

uitspraken in zaken waarbij de deelnemer het oneens is<br />

met de beslissing van het fonds over de toepassing van<br />

de pensioenregeling. De geschillencommissie bestaat uit<br />

mevrouw drs. J.C.H.G. Arts en de heren D. Ketting, mr.<br />

A.E.C. Pothuizen en ir. J. Schouten (commissievoorzitter).<br />

De geschillencommissie kwam in <strong>2007</strong> vier keer bijeen.<br />

Ook is er bij SPF Beheer bv een klachtencommissie die<br />

klachten behandelt over de wijze waarop SPF Beheer bv<br />

de pensioenregeling uitvoert. De commissie rapporteert<br />

hierover elk kwartaal aan het bestuur.<br />

Bezwaarschriften<br />

Het aantal bezwaarschriften bleef in vergelijking met<br />

2006 vrijwel gelijk. Een aantal ging over de verlaging<br />

van het invaliditeitspensioen per 1 januari <strong>2007</strong>. De<br />

oorzaak van deze verlaging was, kort samengevat, het<br />

verschil in indexatie tussen het WAO-dagloon en het<br />

pensioengevend inkomen. Het bestuur kwam met een<br />

aanvullend besluit dat ervoor zorgt dat zo’n verschil<br />

niet meer kan leiden tot verlaging van het invaliditeitspensioen.<br />

Door dit besluit kon alsnog aan deze bezwaarschriften<br />

tegemoet worden gekomen.<br />

Ook waren er bezwaren tegen correcties die over 2006<br />

plaatsvonden. Na de invoering van het nieuwe automatiseringssysteem<br />

bleek uit controles dat in een aantal<br />

gevallen ten onrechte extra eenmalige pensioenbedragen<br />

waren uitgekeerd. De correctie van deze betalingen<br />

leidde tot diverse terugvorderingen.<br />

17<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Ook de correctie van garanties die bij de overgang van<br />

de pensioenregeling in 1997 waren vastgesteld, was<br />

aanleiding voor een aantal bezwaarschriften.<br />

In <strong>2007</strong> werden 25 bezwaarschriften afgehandeld<br />

zonder tussenkomst van de Geschillencommissie.<br />

Het geven van meer informatie over de berekening of<br />

regeling leidde tot intrekking van de bezwaarschriften.<br />

Uit 2006 en <strong>2007</strong> staan in totaal nog 9 bezwaarschriften<br />

open. Daarvan is nog onbekend of ze worden ingetrokken<br />

of voortgezet.<br />

Status bezwaarschriften per 31 december <strong>2007</strong>:<br />

• Aantal openstaande bezwaarschriften per 31<br />

december 2006: 13.<br />

• Aantal bezwaarschriften ingediend in <strong>2007</strong>: 33.<br />

• Aantal ingetrokken bezwaarschriften: 25.<br />

• Aantal door de Geschillencommissie behandelde<br />

bezwaarschriften is 12: 11 ongegrond, 1 niet<br />

ontvankelijk.<br />

• Aantal nog openstaande bezwaarschriften uit<br />

2006: 2. Deze bezwaarschriften uit 2006 zijn<br />

nog niet afgerond vanwege nog lopend overleg<br />

over mogelijke schikkingsvoorstellen.<br />

• Aantal nog openstaande bezwaarschriften uit<br />

<strong>2007</strong>: 7.<br />

“Met andere bestuurders van gedachten<br />

wisselen over belangrijke ontwikkelingen<br />

in de pensioenwereld”


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Deelnemersraad<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> was het eerste<br />

pensioenfonds in Nederland met een deelnemersraad.<br />

Deze raad is al ingesteld voordat de wettelijke regeling<br />

op dit gebied van kracht werd. In <strong>2007</strong> bestond de raad<br />

uit vijftien leden: de heren A.A.M. Aarts, J. Altena, J.<br />

Baas, W. Calsijn, F.A. de Groot, A. Heidema, J.J. Koenders,<br />

J.H. Korenblek, H. van Liempd, E. Poptie, H. Rens<br />

(voorzitter), P.A. van Roosendaal, H.H.J. Scheeper en<br />

J.T. Wolzak. Mevrouw Y.Ch. Lentz is lid en secretaris.<br />

Er zijn zeven plaatsvervangers, namelijk de heren drs.<br />

J.T. Bergstra, P.H.M. Fleuren, C.G. Heeren, T. Oomen, B.<br />

Oude Wesselink, A. Rovers en N. Roelink. De deelnemersraad<br />

adviseert het bestuur gevraagd en ongevraagd<br />

over het te voeren beleid.<br />

De leden van de deelnemersraad worden voorgedragen<br />

door FNV Bondgenoten, FNV Bouw, CNV Bedrijvenbond,<br />

de Vereniging van Hoger Spoorwegpersoneel<br />

(VHS), de Vakvereniging voor Machinisten en Conducteurs<br />

(VVMC) en de Bond voor Gepensioneerd Spoor-,<br />

Tram-, en ander Vervoerspersoneel (BGV). De verdeling<br />

van zetels hangt af van het ledenaantal van de verschillende<br />

organisaties. Het bestuur benoemt de leden na<br />

voordracht.<br />

De deelnemersraad vergaderde in <strong>2007</strong> vijf keer, waarvan<br />

twee keer samen met het bestuur. Net als de uitvoeringsorganisatie<br />

draagt de deelnemersraad regelmatig<br />

onderwerpen aan voor scholingsdagen voor de eigen<br />

leden. In <strong>2007</strong> kwamen bij die scholingsdagen onder<br />

andere Maatschappelijk Verantwoord Beleggen en de<br />

werkingssfeer aan bod.<br />

18<br />

Toetredingen in <strong>2007</strong><br />

In 2006 stemde het bestuur in met toetreding van de<br />

volgende ondernemingen per 1 januari <strong>2007</strong>:<br />

• Arriva Multimodaal B.V. (als opvolger van de<br />

reeds toegetreden NoordNed Personenvervoer<br />

B.V./Arriva Openbaar Vervoer N.V.);<br />

• Betuweroute Exploitatiemaatschappij B.V.;<br />

• ERS B.V.;<br />

• Veolia Cargo Nederland B.V.<br />

In <strong>2007</strong> heeft het bestuur ingestemd met de toetreding<br />

van Heijmans Rail v.o.f, met ingang van 1 augustus <strong>2007</strong>.<br />

Heijmans Rail houdt zich met name bezig met het<br />

onderhoud, de mechanische vernieuwing en de nieuwbouw<br />

van de spoorbovenbouw. Ten aanzien van de toetreding<br />

van Connexxion Openbaar Vervoer N.V. voor<br />

de door haar overgenomen werknemers van NoordNed<br />

(aangegaan voor de duur van één jaar) heeft het bestuur<br />

besloten tot verlenging met nog een jaar. Aanleiding<br />

voor dit besluit waren de nog lopende discussie over de<br />

werkingssfeer (op lange termijn) van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

en de mogelijke samenvoeging van<br />

de CAO’s Openbaar Vervoer en Multimodaal.<br />

Beëindigde toetredingen in <strong>2007</strong><br />

Per 1 januari <strong>2007</strong> is de toetreding van NS Vastgoed<br />

B.V., NS Spooraansluitingen B.V., en Reef Infra Spoorbouw<br />

B.V. beëindigd. De medewerkers van NS Vastgoed<br />

B.V. zijn op genoemde datum overgegaan naar<br />

NS Stations B.V. NS Spooraansluitingen B.V. en Reef<br />

Infra Spoorbouw B.V. hebben geen werknemers meer in<br />

dienst en zullen naar verwachting ook in de toekomst<br />

geen spoorgerelateerde activiteiten meer verrichten.<br />

Ook de medewerkers van Vasloc Beheer B.V. zijn overgegaan<br />

naar NS Stations B.V. De toetreding van Vasloc<br />

Beheer B.V. is met ingang van 1 januari 2008 beëindigd.


Op verzoek van ERS Holding B.V. heeft het bestuur het<br />

besluit tot toetreding per 1 januari <strong>2007</strong> ingetrokken.<br />

Omdat de organisatorische samenvoeging van de drie<br />

ondernemingen ERS B.V., ERS Railways B.V. en ERS<br />

Holding B.V. eerder heeft plaatsgevonden dan voorzien, is<br />

ERS Holding al per 1 januari <strong>2007</strong> een lege B.V. geworden.<br />

Naamswijzigingen<br />

De volgende naamswijzigingen deden zich voor:<br />

• Safe Express B.V. is vanaf 6 juni 2006 Group 4<br />

Securicor Safe Express B.V.;<br />

• Schuilenburg & Van Opijnen v.o.f. is met ingang<br />

van 26 april <strong>2007</strong> SVO-rail v.o.f.;<br />

• de naamgeving van Volker Stevin Systems<br />

B.V. is eerder ten onrechte gewijzigd in Vialis<br />

Verkeer & Mobiliteit B.V.;<br />

• Volker Stevin Rail & Traffi c B.V. is met ingang<br />

van 23 december 2005 gewijzigd in VolkerRail<br />

Nederland B.V. in plaats van VolkerRail B.V.<br />

Aangesloten ondernemingen<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> telde per 31 december<br />

<strong>2007</strong> in totaal 66 ondernemingen. De complete lijst met<br />

aangesloten ondernemingen is opgenomen in bijlage 3.<br />

19<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

“Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> telde<br />

per 31 december <strong>2007</strong> in totaal 66 onder-<br />

nemingen”


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

2.2 Pension Fund Governance<br />

In de Pensioenwet is vastgelegd dat pensioenfondsen<br />

per 1 januari 2008 moeten voldoen aan de eisen van<br />

‘goed bestuur’, ook wel Pension Fund Governance<br />

genoemd. Deze eisen zijn onder meer gebaseerd op<br />

afspraken in de Stichting van de Arbeid (STAR).<br />

Op het gebied van ‘goed pensioenfondsbestuur’ heeft<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> een reputatie hoog<br />

te houden. Zo was het fonds één van de eerste fondsen<br />

met een deelnemersraad. Ook is de scheiding tussen<br />

beleid en uitvoering al per 1 januari 1996 gerealiseerd,<br />

wat voor governance en transparantie als een uitgangspunt<br />

wordt gezien.<br />

Naar aanleiding van de principes van de STAR heeft<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> bekeken waar de<br />

bestuursinrichting voor verbetering vatbaar was.<br />

Eén van de principes betreft het hanteren van een<br />

procedure voor het beoordelen van het functioneren<br />

van het bestuur als collectief en het functioneren van de<br />

individuele bestuurders. De beoordeling van het collectief<br />

functioneren en de deskundigheid van het bestuur<br />

vindt jaarlijks plaats. Voor de individuele beoordeling<br />

is een termijn van twee jaar na aantreden geformuleerd.<br />

Deze beoordeling wordt gedaan door de betreffende<br />

delegatieleider (binnen de werkgevers- en werknemersdelegatie).<br />

De bestuursvoorzitter voert vervolgens een<br />

individueel gesprek met de delegatieleiders.<br />

Eisen aan bestuursinrichting<br />

Een ander principe gaat over de bestuursinrichting.<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> heeft duidelijk<br />

vastgelegd van welke bestuursinrichting gebruik wordt<br />

gemaakt, welke commissies vanuit het bestuur werken<br />

en hoe de relatie is geregeld tot de uitvoerder van het<br />

20<br />

pensioenbeheer, vermogensbeheer en de beleidsadvisering.<br />

Die helderheid is nodig, omdat het bestuur immers<br />

binnen die relaties zijn verantwoordelijkheid voor het<br />

beleid en het borgen van de uitvoering vormgeeft.<br />

Ook heeft het fonds een geschillencommissie. Deze<br />

commissie behandelt de geschillen die ontstaan tussen<br />

actieve deelnemers, gewezen deelnemers, pensioengerechtigden<br />

en Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>. Het<br />

gaat hierbij vaak over de interpretatie van de uitvoering<br />

van de regeling en de communicatie over die uitvoering.<br />

Voor klachten over de uitvoering door SPF Beheer bv<br />

kunnen actieve deelnemers, gewezen deelnemers en<br />

pensioengerechtigden bij de klachtencommissie van<br />

SPF Beheer bv terecht.<br />

Toetsen aan wet- en regelgeving<br />

Ook is het bestuur eindverantwoordelijk voor beleid,<br />

uitvoering en controle. Dat moet dan ook aansluiten bij<br />

de relevante wet- en regelgeving en tevens zorgen voor<br />

een adequaat systeem van risicobeheersing. Het bestuur<br />

evalueert daarom één keer per jaar de belangrijkste<br />

fondsdocumenten, waaronder statuten en reglementen.<br />

Op deze wijze wordt het voldoen aan de wet- en regelgeving<br />

getoetst.<br />

Organen voor verantwoording en intern toezicht<br />

Naast bovenstaande gedragsprincipes moeten er volgens<br />

de Pensioenwet aparte organen worden opgericht voor<br />

het afl eggen van verantwoording en intern toezicht.<br />

Voor het afl eggen van verantwoording gaf het bestuur<br />

de voorkeur aan een afzonderlijk orgaan, te weten het<br />

verantwoordingsorgaan.<br />

Het verantwoordingsorgaan bestaat uit vier actieve<br />

deelnemers, vier pensioengerechtigden en vier vertegenwoordigers<br />

van werkgevers. Het bestuur legt ten


minste één keer per jaar verantwoording af aan het<br />

verantwoordingsorgaan over het beleid en de uitvoering<br />

daarvan. Het verantwoordingsorgaan kan zich, als het<br />

van oordeel is dat het bestuur niet naar behoren functioneert,<br />

wenden tot de Ondernemingskamer van het<br />

gerechtshof te Amsterdam met het verzoek:<br />

• een onderzoek door één of meer onafhankelijke<br />

onderzoekers te bevelen naar het beleid en de<br />

gang van zaken bij het pensioenfonds;<br />

• het functioneren van het bestuur als zodanig<br />

te toetsen.<br />

Een besluit van het verantwoordingsorgaan tot het<br />

indienen van een onderzoek bij de Ondernemingskamer<br />

vereist een gekwalifi ceerde meerderheid. Over de invulling<br />

van deze gekwalifi ceerde meerderheid is nog een<br />

discussie gaande tussen bestuur en deelnemersraad.<br />

Bij het vormgeven van het interne toezicht had het bestuur<br />

de keuze uit een ‘one tier board’ (een bestuur met<br />

uitvoerende en toezichthoudende leden), een uitgebreide<br />

auditcommissie of een visitatiecommissie. Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> heeft voor een visitatiecommissie<br />

gekozen, aangezien hierbij de onafhankelijkheid tot het<br />

bestuur het best gewaarborgd is.<br />

De visitatiecommissie beoordeelt het bestuur eens in de<br />

drie jaar en volgt het bestuur tussentijds. Bij een visitatie<br />

beoordelen onafhankelijke deskundigen het beleid en de<br />

processen binnen het pensioenfonds, de wijze waarop het<br />

pensioenfonds wordt aangestuurd en hoe wordt omgegaan<br />

met de risico’s op langere termijn.<br />

21<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Inmiddels zijn de statuten van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

aangepast. Ook de reglementen voor het<br />

verantwoordingsorgaan en de visitatiecommissie zijn<br />

vastgesteld. Het punt van de gekwalifi ceerde meerderheid<br />

die bij het verantwoordingsorgaan nodig is om<br />

een beroep bij de Ondernemingskamer te kunnen doen<br />

is vooralsnog niet geregeld. Hiermee voldoet het fonds<br />

aan de eis dat Pension Fund Governance per 1 januari<br />

2008 is ingevoerd.<br />

“Op het gebied van ‘goed pensioenfondsbe-<br />

stuur’ heeft Stichting Spoorwegpensioen-<br />

fonds een reputatie hoog te houden”


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

2.3 Risicomanagement<br />

Organisatie<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> wordt bij het streven<br />

om haar doelstellingen te bereiken op vele gebieden<br />

met aanzienlijke onzekerheden geconfronteerd. Voor<br />

het bestuur is het daarom van belang om vast te stellen<br />

hoeveel onzekerheid acceptabel is. Onzekerheid biedt<br />

zowel risico’s als kansen. Integraal risicomanagement<br />

stelt het bestuur in staat om op een effectieve en effi ciënte<br />

wijze met deze onzekerheid en de hieraan verbonden<br />

risico’s en kansen om te gaan. Ook het FTK, de principes<br />

van Pension Fund Governance en de Pensioenwet<br />

schrijven een systematische risicobeheersing voor.<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> zal daartoe jaarlijks<br />

een risicoanalyse uitvoeren.<br />

Risicomanagement heeft betrekking op alle onderdelen<br />

van de organisatie. Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

heeft er daarom voor gekozen om de auditcommissie<br />

met betrekking tot risicomanagement een belangrijke<br />

rol te geven. Deze commissie vormt de verbinding tussen<br />

het bestuur en de verantwoordelijke functionarissen bij<br />

de uitvoeringsorganisatie. Hierdoor wordt het doeltreffender<br />

om risicomanagement in te bedden in de Planning<br />

& Control cyclus.<br />

Beleid<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> heeft in haar risicobeleid<br />

aansluiting gezocht bij de aanpak die DNB als<br />

toezichthouder daarvoor heeft ontwikkeld.<br />

Dat betekent dat het categoriseren van de risico’s, en<br />

daarmee het risico control framework, aansluit bij FIRM,<br />

de Financiële Instellingen Risicoanalyse Methode. Deze<br />

op het COSO (Committee of Sponsoring Organisations<br />

of the Treadway Commission) gebaseerde risicobeoordeling<br />

is richtinggevend voor het risicobeleid van<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>.<br />

22<br />

Voor het beheersen van de fi nanciële risico’s beschikt<br />

het bestuur over beleidsinstrumenten voor het beleggingsbeleid,<br />

het premiebeleid en het indexatiebeleid.<br />

Voor de inzet van deze beleidsinstrumenten zijn uitgebreide<br />

analyses nodig van de ontwikkelingen van de<br />

verplichtingen en de fi nanciële markten.<br />

Belangrijke instrumenten bij beleidsbepaling zijn de<br />

actuariële bedrijfstechnische nota (ABTN) en het asset<br />

liabiltiy management (ALM). ALM houdt in dat bezittingen<br />

(assets) en verplichtingen (liabilities) in onderlinge<br />

samenhang worden bestudeerd en gestuurd (management).<br />

Het ALM-model wordt ook gebruikt om de toereikendheid<br />

van de reserves te bepalen, de beleggingsmix te<br />

verkennen en gevoeligheidsanalyses uit te voeren.<br />

Daarbij wordt gezocht naar een combinatie van premie-,<br />

indexatie- en beleggingsbeleid, passend bij de aangegane<br />

verplichtingen en rekening houdend met de - voorwaardelijke<br />

maar geambieerde – toekomstige indexatie en<br />

met de betaalbaarheid van de regeling. Vooral het hieruit<br />

voortvloeiende beleggingsbeleid, dat tot uiting komt<br />

in de beleggingsmix, is van invloed op de risico’s en de<br />

mate waarin een goede pensioenregeling gehandhaafd<br />

kan worden en betaalbaar kan blijven. Een ALM-studie<br />

is een analyse van de structuur van de pensioenverplichtingen,<br />

de verschillende beleggingstrategieën en de<br />

ontwikkeling daarvan in verschillende economische<br />

scenario’s. De uitkomsten vinden vervolgens hun<br />

weerslag in het jaarbeleid. Het jaarbeleid wordt vertaald<br />

naar op risicogebieden gebaseerde beheersing van de<br />

processen door de pensioenuitvoerder.


Bij de aanpak van de risicobeoordeling geeft Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> de inherente risico’s en het<br />

residurisico voor alle risicocategorieën volledig transparant<br />

weer. Beleidsbeslissingen en de invloed daarvan<br />

worden hierdoor zichtbaar. Dit geeft het bestuur ook<br />

de mogelijkheid om bestaande risico’s afhankelijk van<br />

(gewijzigde) omgevingsfactoren door (nieuwe) beheersmaatregelen<br />

verder te mitigeren.<br />

Risicogebieden<br />

De doelstellingen voor het gehele fonds zijn gerelateerd<br />

aan de fi nanciële en niet-fi nanciële risico’s van Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>. Een aantal van deze risicocategorieën<br />

is direct te relateren aan balans- en resultaatposten<br />

in de jaarrekening. Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

heeft er voor gekozen de kwantitatieve en<br />

kwalitatieve toelichtingen op te nemen in een risicoparagraaf<br />

in de jaarrekening. Hieronder wordt ingegaan<br />

op een aantal van de te onderscheiden risicogebieden.<br />

Solvabiliteitsrisico<br />

Het solvabiliteitsrisico is het belangrijkste risico voor<br />

het fonds. Dat wil zeggen: het risico dat het fonds niet<br />

beschikt over voldoende vermogen om de pensioenverplichtingen<br />

na te komen. De solvabiliteit wordt bepaald<br />

aan de hand van de normen die de Pensioenwet en het<br />

Financieel Toetsingskader voorschrijven en die door de<br />

toezichthouder worden gehanteerd.<br />

Als de solvabiliteit van het fonds zich negatief ontwikkelt,<br />

bestaat de kans dat de indexatie van opgebouwde<br />

pensioenaanspraken in het gedrang komt of de pensioenregeling<br />

moet worden versoberd. In het uiterste<br />

geval kan het noodzakelijk zijn dat het fonds de pensioenaanspraken<br />

moet verminderen. Omdat sprake is<br />

van een CDC-regeling ligt het risico bij het fonds en zijn<br />

deelnemers.<br />

23<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Verhoging van de premies behoort niet tot de mogelijkheden.<br />

Het solvabiliteitsbeheer kent de volgende<br />

beheersingsitems: beleid, risicomodellering en vermogensanalyse.<br />

Deze beheersingsaspecten maken deel uit<br />

van de beheersing van alle fi nanciële risico’s. Het fonds<br />

hanteert de methode van De Nederlandsche Bank om<br />

te toetsen of er voldoende vermogen aanwezig is om de<br />

risico’s van het fonds te kunnen opvangen.<br />

Rente- en matchingrisico<br />

Het renterisico is het risico dat de waarde van het<br />

belegde vermogen en van de pensioenverplichtingen<br />

veranderen door wijzigingen in de marktrente.<br />

De ‘duration mismatch’ ontstaat doordat op balansdatum<br />

de duration van de beleggingen korter is dan de<br />

duration van de pensioenverplichtingen. Dit betekent<br />

dat bij een rentestijging de waarde van beleggingen<br />

minder snel daalt dan de waarde van de pensioenverplichtingen.<br />

De dekkingsgraad zal in dit geval stijgen.<br />

Bij een rentedaling zal de waarde van de beleggingen<br />

minder snel stijgen dan de waarde van de verplichtingen,<br />

waardoor de dekkingsgraad daalt. Deze effecten<br />

van rentebewegingen op de dekkingsgraad worden<br />

in de ALM-studie zichtbaar gemaakt. Het beleid van<br />

het fonds is gericht op het beperken van de duration<br />

mismatch. Dit gebeurt door het kopen van meer langer<br />

lopende obligaties en door middel van derivaten<br />

(renteswaps/interest rate swaps). Door middel van een<br />

renteswap wordt een korte rente vervangen door een<br />

lange rente.<br />

“Van belang is om vast te stellen hoeveel<br />

onzekerheid acceptabel is”


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Marktrisico<br />

Onder marktrisico wordt in dit verband verstaan<br />

het prijsrisico, het concentratierisico, het valutarisico<br />

en kredietrisico. Het prijsrisico is een gevolg van de<br />

waardering tegen reële waarde. Doordat alle waardewijzigingen<br />

worden opgenomen in de staat van baten<br />

en lasten, zijn alle wijzigingen in marktomstandigheden<br />

direct zichtbaar in de waarde van de beleggingen en in<br />

het beleggingsresultaat.<br />

Het concentratierisico is een gevolg van ontoereikende<br />

diversifi catie binnen de portefeuille. Dit risico wordt<br />

onderzocht in de ALM-studie. In een ALM-studie worden<br />

beleggingscategorieën met elkaar gecombineerd<br />

waardoor totale portefeuille karakteristieken zichtbaar<br />

worden. De beleggingsportefeuille van het fonds is in<br />

hoge mate gediversifi eerd.<br />

Het valutarisico dat ontstaat door het beleggen in<br />

vreemde valuta wordt – op enkele uitzonderingen na<br />

– conform het beleggingsbeleid afgedekt. In beperkte<br />

mate is actief beheer toegestaan.<br />

Het kredietrisico is het risico dat een tegenpartij contractuele<br />

of andere overeengekomen verplichtingen<br />

(waaronder verstrekte kredieten, leningen, vorderingen,<br />

ontvangen garanties) niet nakomt. Ten aanzien van<br />

bedrijfsobligaties zijn er beleidsmatige afspraken<br />

gemaakt over de vereiste kredietwaardigheid om zo<br />

een aanvaardbaar risiconiveau te garanderen. Voor<br />

het verstrekken van kredieten worden conservatieve<br />

uitgangspunten gehanteerd. Het aantal tegenpartijen<br />

is zeer gediversifi ceerd en tegoeden afkomstig vanuit<br />

derivatentransacties zijn afgedekt door een collateral<br />

(onderpand).<br />

Uitbestedingsrisico<br />

Eén van de belangrijke niet fi nanciële risico’s is het<br />

uitbestedingsrisico. Uitbestedingsrisico’s hangen samen<br />

24<br />

met het feit dat Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> alle<br />

werkzaamheden wat betreft pensioenen en vermogensbeheer<br />

heeft uitbesteed. De risico’s betreffen continuïteit,<br />

integriteit en kwaliteit van de dienstverlening. Deze<br />

risico’s zijn onder controle gebracht door de afspraken<br />

in de uitvoeringsovereenkomst en de daaraan verbonden<br />

service level agreement en de periodieke beoordeling<br />

en evaluatie van de geleverde prestaties in relatie tot de<br />

normen die zijn afgesproken in de service level agreement.<br />

In verband met deze uitbesteding aan SPF Beheer bv<br />

van het vermogensbeheer en de pensioenuitvoering zijn<br />

vervolgens afspraken gemaakt over de scope van de<br />

door de SPF Beheer bv te behalen SAS 70- verklaringen.<br />

SPF Beheer bv heeft een SAS type II verklaring voor<br />

vermogensbeheer en pensioenuitvoering. De verklaring<br />

voor vermogensbeheer is afgegeven over geheel <strong>2007</strong>.<br />

De verklaring voor pensioenen heeft betrekking op de<br />

periode 1 juni tot en met 30 november <strong>2007</strong>. De betreffende<br />

SAS 70-rapportages geven inzicht in de wijze van<br />

beheersing van de operationele risico’s.<br />

Voor SPF Beheer bv als pensioenuitvoerder zijn deze<br />

verklaringen bij uitstek het middel om aan te tonen dat<br />

zij voor de procesuitvoering volledig ‘in control’ is.<br />

Verzekeringstechnisch risico (actuariële risico’s)<br />

Dit betreft het risico dat de realisatie ten aanzien van de<br />

demografi sche ontwikkelingen afwijkt van de aannames<br />

en grondslagen die bij de premiestelling en reservering<br />

van het product zijn gebruikt. De belangrijkste actuariële<br />

risico’s zijn de risico’s van langleven, overlijden en arbeidsongeschiktheid.<br />

Het langlevenrisico is het belangrijkste<br />

verzekeringstechnische risico. Langlevenrisico<br />

is het risico dat deelnemers langer blijven leven dan<br />

gemiddeld verondersteld wordt bij de bepaling van de<br />

pensioenverplichtingen.


Het beleid van het fonds is goed afgestemd op de<br />

geïdentifi ceerde risico’s. Eind 2006 werd in één keer<br />

overgegaan op de prognosetafels van het Actuarieel<br />

Genootschap over de periode 2005 -2050. De gehanteerde<br />

actuariële grondslagen zijn prudent. Een voorbeeld<br />

daarvan zijn de gehanteerde kansen op overlijden.<br />

Compliancerisico<br />

Compliance gaat verder dan de naleving van wet- en<br />

regelgeving. De kern van compliance is de integriteit<br />

van mensen en hun handelen en de wijze waarop dit<br />

door de organisatie vorm wordt gegeven. In 2008 wordt<br />

het beleid op dit gebied verder uitgewerkt. Dit zal, voor<br />

zover nodig, onder andere leiden tot aanpassing van<br />

de relevante gedragscodes. Het bestuur heeft in <strong>2007</strong><br />

het beleid voor verantwoord maatschappelijk beleggen<br />

aangescherpt.<br />

De audit commissie van het bestuur van het fonds heeft<br />

met ondersteuning van de uitvoeringsorganisatie in<br />

<strong>2007</strong> een aanvang gemaakt met het doorlichten van het<br />

risicomanagement. Op punten waar dit nodig wordt<br />

geoordeeld, zal het beleid worden aangescherpt, geconcretiseerd<br />

en verder uitgewerkt. Deze doorlichting<br />

zal in 2008 worden afgerond en zal periodiek worden<br />

geactualiseerd.<br />

25<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

“Integraal risicomanagement:<br />

effectief en effi ciënt omgaan met deze<br />

onzekerheid en de hieraan verbonden<br />

risico’s en kansen”


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

2.4 Communicatie<br />

Het centrale uitgangspunt in het communicatiebeleid<br />

van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> is alle belanghebbenden<br />

optimaal te informeren over het pensioenfonds<br />

en de pensioenregeling. Hiervoor hanteert Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> een doelgroepgerichte<br />

benadering. Dit wil zeggen dat boodschappen optimaal<br />

worden afgestemd op de verschillende doelgroepen.<br />

Om dit te realiseren werkt het fonds onder andere met<br />

verschillende onderzoeksmethoden, zoals klantenpanels,<br />

evaluaties en klanttevredenheidsonderzoeken. De onderzoeken<br />

geven inzicht in de effectiviteit en het bereik<br />

van specifi eke communicatiemiddelen en van het communicatiebeleid<br />

in het algemeen.<br />

Voorts geeft de Pensioenwet uiteraard heldere en<br />

duidelijke richtlijnen op het gebied van communicatie.<br />

Deze richtlijnen zijn geïntegreerd in het communicatiebeleid<br />

van het fonds. Zo vereist de Pensioenwet<br />

onder meer dat pensioenfondsen op verplicht gestelde<br />

momenten verplicht gestelde boodschappen uitsturen.<br />

Het fonds heeft daarom in <strong>2007</strong> alle processen in de<br />

bedrijfsvoering nogmaals nauwkeurig nagelopen en<br />

de communicatie op deze wijze in overeenstemming<br />

met de Pensioenwet gebracht. In dit kader zijn onder<br />

meer de onderstaande aanpassingen en vernieuwingen<br />

doorgevoerd.<br />

Aanpassingen:<br />

1. Het Uniform Pensioen Overzicht is aangepast<br />

voor deelnemers en slapers op verplichte elementen. In<br />

<strong>2007</strong> hebben ook de ex-deelnemers een pensioenoverzicht<br />

ontvangen, volgens het UPO-model. Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> stuurt aan ex-deelnemers<br />

eens per drie jaar een pensioenoverzicht. De tekst over<br />

indexatie is nog afhankelijk van de invoering van het<br />

indexatielabel, en moet nog worden aangepast aan de<br />

verwachtingen ten aanzien van de toekomstige toeslag-<br />

26<br />

verlening. Hierbij moet gebruik worden gemaakt van<br />

de nog uit te voeren continuïteitsanalyse. Daarnaast<br />

moet het indexatielabel nog worden ingevoerd;<br />

2. De processen zijn gecheckt en aangepast op<br />

tijdigheid van termijnen. Alle processen voldoen aan de<br />

eisen van tijdigheid;<br />

3. De standaardbrieven, waaronder startbrief,<br />

uittreedbrief en brochures, zijn gecheckt op terminologie,<br />

verplichte elementen, leesbaarheid en duidelijkheid.<br />

Waar nodig zijn aanpassingen gepleegd (herziene versies<br />

van brochures verschijnen in 2008);<br />

Nieuwe processen/producten:<br />

4. Er is een nieuwe brochure ontwikkeld voor<br />

nieuwe medewerkers, uit te delen door werkgever in<br />

eerste werkmaand;<br />

5. Er is een periodiek pensioenoverzicht geïntroduceerd<br />

voor de gewezen partner na scheiding;<br />

6. Er is een jaarlijks pensioenoverzicht geïntroduceerd<br />

voor gepensioneerden. Gepensioneerden dienen<br />

ook een opgave te ontvangen van de opgebouwde aanspraken<br />

op nabestaandenpensioen. Gezien de keuzemogelijkheden<br />

om geheel of gedeeltelijk af te zien van<br />

het partnerpensioen is dit een nuttige aanvulling op de<br />

informatie die men voor pensionering krijgt.<br />

“De nieuwe website heeft aparte ingangen<br />

voor deelnemers, gepensioneerden en<br />

werkgevers”


Klantenpanels<br />

Klantenpanels zijn een belangrijk middel om de communicatieproducten<br />

af te stemmen op de behoefte van<br />

betrokkenen. De panels dragen zo bij aan het leesbaar<br />

en begrijpelijk maken en houden van schriftelijke communicatiemiddelen.<br />

Er zijn aparte panels voor deelnemers<br />

en gepensioneerden. In <strong>2007</strong> kwamen de klantenpanels<br />

vier keer bij elkaar voor het bespreken van de bestaande<br />

communicatie-uitingen. De evaluatie van de brochure<br />

Verantwoord Beleggen in het klantenpanel gaf aanleiding<br />

om nog eens verder te spreken over de risico’s die<br />

deelnemers en gepensioneerden lopen in het kader van<br />

het Collectief Defi ned Contribution-karakter van de regeling<br />

én over het beleid op het gebied van maatschappelijk<br />

verantwoord beleggen. Deelnemers en gepensioneerden<br />

geven met betrekking tot de website aan deze<br />

één à twee keer per jaar te willen bezoeken. De informatie<br />

moet heel makkelijk te vinden en toegankelijk zijn.<br />

Informatiebijeenkomsten<br />

In <strong>2007</strong> werd gestart met het organiseren van informatieve<br />

bijeenkomsten (roadshows) speciaal gericht<br />

op deelnemers die minder dan vijf jaar deelnemen<br />

aan de regeling van het pensioenfonds. Er waren in<br />

totaal ruim 250 deelnemers aanwezig op vijf verschillende<br />

locaties. In de evaluaties werden de roadshows<br />

hoog gewaardeerd. Verder werd er wederom een reeks<br />

informatiemiddagen georganiseerd voor deelnemers<br />

die vlak voor hun pensionering staan en hun partners.<br />

Deze bijeenkomsten zijn specifi ek gericht op het helpen<br />

bij de aanvraag van het pensioen en de gevolgen van de<br />

keuzes voor de pensioenuitkering.<br />

Deze informatiemiddagen kennen een opkomst van<br />

ongeveer 80% en worden zeer gewaardeerd.<br />

27<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Voorts werden er een introductiecursus en diverse<br />

specialisatiecursussen georganiseerd voor de contactpersonen<br />

van aangesloten ondernemingen en kaderleden<br />

van vakverenigingen. In <strong>2007</strong> werd vooral door de<br />

vakbonden veel gebruik gemaakt van deze cursussen.<br />

De betrokkenheid van de deelnemers is groot, omdat de<br />

cursussen specifi ek ingaan op de regeling van Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> en aansluit bij de communicatiemiddelen,<br />

zoals het jaarlijks pensioenoverzicht, het jaarverslag<br />

en de brochures. Uit evaluaties blijkt dat deze<br />

cursussen goed gewaardeerd worden en in een behoefte<br />

voorzien. Het bestuur heeft dan ook besloten vanaf 2008<br />

deze cursussen kosteloos aan te bieden.<br />

Brochure Verantwoord Beleggen<br />

In <strong>2007</strong> was er in de media veel aandacht voor het<br />

onderwerp maatschappelijk verantwoord beleggen.<br />

Dit werd in gang gezet door een uitzending van het<br />

televisieprogramma Zembla, waarin het beleggingsbeleid<br />

van een aantal Nederlandse pensioenfondsen<br />

kritisch werd onderzocht. Ook het beleggingsbeleid van<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> werd behandeld.<br />

Naar aanleiding van de uitzending ontving het fonds<br />

ongeveer 50 reacties. Al deze reacties werden persoonlijk<br />

beantwoord door de algemeen directeur van SPF<br />

Beheer bv. Gezien de media-aandacht voor dit onderwerp<br />

vond het bestuur het verstandig om het MVBbeleid<br />

extra onder de aandacht te brengen. Eind <strong>2007</strong><br />

ontvingen daarom alle deelnemers en gepensioneerden<br />

een brochure over het beleggingsbeleid van het fonds.<br />

De brochure wees deelnemers en gepensioneerden onder<br />

meer op de risico’s van beleggen, de wijze waarop het<br />

fonds met die risico’s omgaat en het gevoerde MVBbeleid.<br />

Het MVB-beleid (zie voor meer informatie over<br />

dit onderwerp paragraaf 4.3) staat overigens ook op de<br />

website van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>, aangevuld<br />

met actuele informatie.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Uniform Pensioenoverzicht<br />

In <strong>2007</strong> gaf het fonds het jaarlijkse persoonlijke pensioenoverzicht<br />

uit volgens het Uniform Pensioenoverzicht,<br />

vastgesteld door de koepels (Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen,<br />

Vereniging van Ondernemingspensioenfondsen<br />

en Verbond van Verzekeraars).<br />

Website en Pensioenplanner<br />

In <strong>2007</strong> werd de website van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

geheel vernieuwd. De nieuwe website is uitgerust<br />

met aparte ingangen voor deelnemers, gepensioneerden<br />

en werkgevers. De verschillende doelgroepen kunnen<br />

op deze wijze op eenvoudige wijze de informatie vinden<br />

die voor hen relevant is.<br />

Ook de pensioenplanner werd vernieuwd. De pensioenplanner<br />

sluit optimaal aan bij de wensen van de deelnemer.<br />

Met een eigen wachtwoord komen de deelnemers in<br />

een beveiligde omgeving, waarin hun persoonlijke pensioensituatie<br />

in bruto- en netto-bedragen zichtbaar is.<br />

28


3. Pensioenontwikkelingen<br />

3.1 Pensioenregeling<br />

De inwerkingstelling van de Pensioenwet per 1 januari<br />

<strong>2007</strong> heeft een aantal wijzigingen in de pensioenregeling<br />

tot gevolg gehad. Andere ingrijpende wettelijke ontwikkelingen<br />

worden niet voorzien. De turbulente ontwikkelingen<br />

op het gebied van (fi scale) wet- en regelgeving,<br />

waar de pensioenuitvoerders de afgelopen jaren mee<br />

werden geconfronteerd, lijken voorlopig enigszins tot<br />

rust te zijn gekomen.<br />

Pensioenregeling per 1 januari <strong>2007</strong><br />

De wijzigingen die nog uit de Pensioenwet voortvloeiden,<br />

hadden met name betrekking op de veranderingen<br />

in de wettelijke afkoopmogelijkheden. Afkoop van<br />

kleine pensioenen bij emigratie is niet meer mogelijk.<br />

Daar staat tegenover dat met afkoop niet meer hoeft<br />

te worden gewacht tot de pensioendatum. Deze oude<br />

afkoopmogelijkheden zijn vervangen door de algemene<br />

bepaling dat kleine pensioenen twee jaar na beëindiging<br />

van de deelneming worden afgekocht, tenzij op<br />

dat moment een procedure voor waardeoverdracht is<br />

ingezet. Ook wordt nu na scheiding het kleine bijzonder<br />

partnerpensioen voor de ex-partner afgekocht. Met<br />

kleine pensioenen wordt bedoeld: pensioenen lager dan<br />

€ 400 bruto per jaar (niveau <strong>2007</strong>).<br />

Een andere wijziging als gevolg van de Pensioenwet is<br />

de bepaling dat bij overlijden tijdens onbetaald verlof de<br />

partner een partnerpensioen ontvangt alsof de werknemer<br />

tijdens die periode had doorgewerkt. Dit is alleen zo<br />

bij overlijden binnen 18 maanden na het begin van het<br />

onbetaald verlof. Overige wijzigingen in de pensioenregeling<br />

per 1 januari <strong>2007</strong> zijn vooral gericht op het<br />

vervolmaken van de regeling. De Nederlandsche Bank<br />

heeft de pensioenregeling zoals deze in <strong>2007</strong> luidde,<br />

integraal beoordeeld. De toezichthouder zag geen aanleiding<br />

om opmerkingen te maken.<br />

31<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Discussiepunten Belastingdienst<br />

Ook de Belastingdienst heeft een oordeel gegeven. De<br />

pensioenregeling van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

is niet bovenmatig. Maar in <strong>2007</strong> is er wel een aantal<br />

discussies voortgezet of in gang gezet. Zo is er nog een<br />

principiële discussie met de Belastingdienst over de<br />

mogelijkheid om extra pensioen in te kopen tot eindloonniveau.<br />

Voor sociale partners is deze inkoopmogelijkheid<br />

van groot belang. Het bestuur is van oordeel<br />

dat de inkoopmogelijkheid binnen het fi scale kader valt.<br />

De Belastingdienst stelt dat inkoop tot eindloonniveau<br />

in een middelloonregeling bovenmatig is, omdat bij het<br />

fi scale kader van middelloon rekening is gehouden met<br />

carrièreontwikkeling.<br />

Een ander discussiepunt is de opvatting van de Belastingdienst<br />

dat bij individuele inkoop het opgebouwde<br />

vroegpensioen moet worden gekort op de inkoopruimte<br />

van het ouderdomspensioen op 65 jaar. Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

is van mening dat wat vóór 2006<br />

rechtsgeldig is opgebouwd niet gekort mag worden op<br />

de inkoopruimte. Inmiddels heeft ook de Stichting van<br />

de Arbeid zich gemengd in de discussie door hierover<br />

een brief te verzenden naar de minister van Financiën.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Ook onderwerp van een nog lopende discussie zijn de<br />

voorwaarden die de Belastingdienst stelt aan vervroegen<br />

en uitstellen van de pensioendatum. Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

is van mening dat de fi scale voorwaarden<br />

de fl exibiliteit in de pensioenregeling onnodig<br />

beperken, hetgeen in strijd is met de doelstelling van de<br />

fi scale wet- en regelgeving.<br />

Over de mogelijkheden voor voortzetting van de<br />

deelneming tijdens bijzonder verlof heeft de Belastingdienst<br />

eind <strong>2007</strong> een gedeeltelijke uitspraak gedaan.<br />

Tijdens ouderschapsverlof, verlof voor een sabbatical en<br />

studieverlof zoals omschreven in de fi scale regelgeving,<br />

kan volledig worden voortgezet, ongeacht het inkomen<br />

dat tijdens deze verlofvorm wordt genoten. Over<br />

andere verlofvormen blijft de onduidelijkheid bestaan.<br />

Wijziging van de pensioenregeling zal, met volledige<br />

terugwerkende kracht, plaatsvinden nadat de belastingdienst<br />

een standpunt over alle hiervoor genoemde<br />

punten heeft ingenomen. Het bestuur heeft wel besloten<br />

de ruimere standpunten van de Belastingdienst op<br />

onderdelen tussentijds uit te voeren.<br />

Afwikkeling vervangende maatregelen OVUT40<br />

Voor de deelnemers die op of na 1 januari 1950 zijn geboren,<br />

is de OVUT40-regeling per 1 januari 2006 vervallen.<br />

Om een uittreeddatum op het moment waarop 40<br />

dienstjaren zijn bereikt, zoveel mogelijk te kunnen benaderen,<br />

is het OVUT40-kapitaal voor deze groep deelnemers<br />

gebruikt voor extra pensioeninkoop en/of storting<br />

op de Levensloopplus-rekening. De afwikkeling van deze<br />

vervangende maatregelen liep door tot in <strong>2007</strong>.<br />

Besluitvorming in <strong>2007</strong><br />

In <strong>2007</strong> heeft het bestuur diverse besluiten genomen die<br />

hebben geleid tot aanpassing van de pensioenregeling<br />

per 1 januari 2008. Zo heeft de verhoging van de WAO-<br />

32<br />

uitkering voor volledig arbeidsongeschikten van 70%<br />

naar 75% van het dagloon niet geleid tot een evenredige<br />

verlaging van het invaliditeitspensioen. Dit pensioen is<br />

een aanvulling op de WAO-uitkering. Het bestuur heeft<br />

besloten om voor de berekening van het invaliditeitspensioen<br />

uit te gaan van de fi ctie dat volledig arbeidsongeschikten<br />

een WAO-uitkering ontvangen van 70%<br />

van het dagloon. Daardoor blijft het invaliditeitspensioen<br />

gelijk.<br />

Verder leidt een algemene verhoging van de WAO-uitkering<br />

niet meer tot verlaging van het invaliditeitspensioen<br />

op 1 januari van een jaar. De specifi eke voorwaarden<br />

zijn opgenomen in de pensioenregeling 2008.<br />

Enkele andere wijzigingen waartoe het bestuur in <strong>2007</strong><br />

heeft besloten, vloeien voort uit het deel van de Pensioenwet<br />

dat op 1 januari 2008 in werking treedt. Zo zal<br />

het karakter van de pensioenregeling, een collectieve<br />

beschikbare premieregeling, expliciet tot uitdrukking<br />

komen. Het risico ligt bij het fonds en de deelnemers.<br />

In <strong>2007</strong> heeft het bestuur beleid vastgesteld over de<br />

periodieke aanpassing van de actuariële factoren, die<br />

gebruikt worden bij de diverse keuzemogelijkheden,<br />

zoals vervroegen of uitstellen van de pensioendatum.<br />

Ook het uitruilen van partnerpensioen in een hoger<br />

ouderdomspensioen of de hoog/laag uitbetaling van<br />

het ouderdomspensioen zijn op actuariële factoren gebaseerd.<br />

Vanwege de nieuwe fi nanciële eisen moeten deze<br />

factoren periodiek worden aangepast. Het bestuur heeft<br />

besloten om deze factoren in beginsel voor een periode<br />

van drie jaar vast te stellen. Geruime tijd vóór aanvang<br />

van een nieuwe driejaarstermijn worden de factoren<br />

aangepast aan onder meer het voortschrijdende gemiddelde<br />

van de marktrente over de voorgaande drie jaar.


Een tussentijdse herziening van de factoren is mogelijk<br />

bij substantiële afwijking van de voortschrijdend gemiddeld<br />

rente met de laatst gebruikte rente.<br />

Elk jaar besluit het bestuur of en in hoeverre de premie<br />

voor een collectief afgesloten aanvullend ziektekostenpakket<br />

voor pensioengerechtigden wordt gecompenseerd.<br />

In <strong>2007</strong> heeft het bestuur besloten om voor 2008 de<br />

premie te compenseren. De pensioengerechtigde die<br />

zich heeft aangemeld bij een door het bestuur aangewezen<br />

verzekeraar, kan in 2008 in aanmerking komen voor de<br />

premiecompensatie. De betreffende verzekeraars zijn<br />

Agis, Avéro Achmea en Menzis. Vanaf 2008 is ook een<br />

samenwerkingsverband aangegaan met VGZ. Met deze<br />

verzekeraar heeft Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> een<br />

aanbieder beschikbaar met een sterke oriëntatie op de<br />

zuidelijke helft van Nederland. Uiteraard moet voor de<br />

premiecompensatie ook worden voldaan aan de overige<br />

in de pensioenregeling vastgelegde voorwaarden.<br />

In <strong>2007</strong> maakten ruim 16.000 mensen gebruik van de<br />

collectieve verzekering die is opgebouwd uit:<br />

• basisverzekering;<br />

• aanvullende verzekering;<br />

• extra aanvullende verzekering.<br />

De aanvullende verzekering heeft voor de deelnemende<br />

gepensioneerde in 2008 een waarde van € 145 per jaar<br />

(in <strong>2007</strong> was dit € 136) per pensioengerechtigde die zich<br />

heeft aangemeld bij één van de vier genoemde verzekeraars.<br />

Deze premie wordt gefi nancierd door het fonds.<br />

De pensioengerechtigde kan op vrijwillige basis en voor<br />

eigen rekening nog een extra aanvullende verzekering<br />

afsluiten.<br />

33<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

In 2008 staan verder geen ingrijpende wijzigingen van<br />

de pensioenregeling gepland. Wel zal op detailniveau<br />

verdere uitkristallisering van de overgang in 2006 van<br />

de eindloonregeling met pensioenleeftijd 61/62 jaar<br />

naar de middelloonregeling met pensioenleeftijd 65<br />

jaar plaatsvinden. Per 1 januari 2008 is daarvoor al een<br />

eerste aanpassing van de pensioenregeling opgenomen.<br />

Deze aanpassing houdt in dat het volgens de regeling<br />

tot 1 januari 2006 opgebouwde pensioen, gebaseerd op<br />

leeftijd 61/62 jaar, én het vanaf 1 januari 2006 opgebouwd<br />

pensioen gebaseerd op leeftijd 65 jaar in beginsel op<br />

hetzelfde moment moeten ingaan, tenzij fi scale wet- en<br />

regelgeving anders bepalen.<br />

Het fonds wenst het uitgangspunt te hanteren dat het<br />

pensioen (het pensioen met leeftijd 61/62 jaar plus<br />

het pensioen met leeftijd 65 jaar) standaard op 65 jaar<br />

ingaat. De (gewezen) deelnemer kan echter zelf kiezen<br />

voor een eerdere of latere pensioendatum. De nadere<br />

uitwerking van dit uitgangspunt en het overleg hierover<br />

met de Belastingdienst kunnen leiden tot verdere aanpassingen<br />

van de pensioenregeling.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

3.2 Premie- en indexatiebeleid<br />

Premie<br />

Vanaf 2006 geldt bij Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

een zogenoemde Collectief Defi ned Contributionpensioenregeling<br />

(CDC). Volgens deze regeling staat de<br />

premie vast en wordt deze niet verhoogd of verlaagd<br />

naar aanleiding van bijvoorbeeld beleggingsresultaten<br />

of infl atie. Een volledige pensioenopbouw is dus alleen<br />

mogelijk als die uit de vaste premie en het aanwezige<br />

vermogen kan worden gefi nancierd. Daarom is de vaste<br />

premie zodanig vastgesteld dat deze jaarlijks kostendekkend<br />

is voor het streefniveau van pensioenopbouw,<br />

de risicodekking, de uitvoeringskosten en deels het op<br />

peil houden van de reserves.<br />

Met de aangesloten ondernemingen is, op basis van de<br />

afspraken bij hun toetreding, een premiebetalingsregeling<br />

overeengekomen. Volgens deze regeling groeit de<br />

premie geleidelijk naar een uiteindelijk niveau van 20%<br />

van de pensioengrondslag.<br />

De pensioengrondslag voor de premie is voor alle deelnemers<br />

aan de regeling gelijk aan het salaris min een<br />

franchise van € 11.872 (<strong>2007</strong>) per jaar op fulltime-basis.<br />

Naast de pensioenpremie wordt een premie voor het<br />

Anw-hiaatverzekering gerekend van € 150 per deelnemer.<br />

Verder wordt een WIA-excedentpremie geheven die in<br />

het eerste half jaar van <strong>2007</strong> 2% van het inkomen boven<br />

het maximum dagloon bedroeg en in het tweede half<br />

jaar 1%. Deze verlaging is het gevolg van lagere kosten<br />

in verband met de afgenomen instroom in de WIA.<br />

Premie na demotie<br />

In <strong>2007</strong> werd de premie gewijzigd, die wordt geheven<br />

als een deelnemer in de laatste jaren van zijn loopbaan<br />

gaat werken in een lagere functie of voor minder uren<br />

(demotie). In zo’n situatie kan de pensioenopbouw<br />

worden voortgezet over het inkomen dat de deelnemer<br />

34<br />

had vóór deze demotie. Gaat de deelnemer werken in<br />

een lagere functie, dan wordt voor de voortzetting het<br />

actuele tarief of de doorsnee premie gehanteerd. Gaat<br />

de deelnemer minder uren werken, dan geldt voor de<br />

voortzetting in beginsel de premie van 20% van de<br />

pensioengrondslag. Op verzoek van de werkgever en<br />

de betrokken vakorganisaties kan in deze laatste situatie<br />

het bestuur worden verzocht om toepassing van de actuele,<br />

lagere premie als het minder werken onderdeel is van<br />

een collectieve arbeidsvoorwaardenregeling binnen de<br />

onderneming.<br />

Algemene beleidsregels indexatie<br />

Sinds 2006 is er voor de indexatie een beleidsregel die<br />

het pensioenfonds betrekt bij de jaarlijkse indexatie.<br />

Indexatie is mede afhankelijk van de dekkinggraad van<br />

het fonds. Aan deelnemers en gepensioneerden wordt<br />

het indexatiebeleid op zoveel mogelijk momenten<br />

nadrukkelijk gecommuniceerd. De Nederlandsche Bank<br />

schrijft voor dat pensioenfondsen de volgende tekst<br />

over indexatie nadrukkelijk communiceren richting<br />

deelnemers en gepensioneerden: ‘Er is geen recht op<br />

toekomstige indexaties. De indexatie van uw pensioenrecht/pensioenaanspraak<br />

is voorwaardelijk. Het pensioenfonds<br />

probeert uw pensioenrecht/pensioenaanspraak<br />

jaarlijks aan te passen aan de procentuele stijging van<br />

de index, zoals vastgesteld door het CBS. De indexatie<br />

in een jaar wordt vastgesteld door het bestuur van het<br />

fonds. Er is geen geld gereserveerd voor toekomstige<br />

indexaties.’<br />

“Aan deelnemers en gepensioneerden wordt<br />

het indexatiebeleid op zoveel mogelijk<br />

momenten nadrukkelijk gecommuniceerd”


Het beleid houdt in dat:<br />

• het bestuur jaarlijks bepaalt of er geïndexeerd<br />

kan worden en zo ja hoeveel;<br />

• er sprake is van voorwaardelijke indexatie;<br />

• de fi nanciële positie van het fonds van belang<br />

is;<br />

• de stijging van de CBS-loonindex het uitgangspunt<br />

is voor de indexatie.<br />

Als besloten wordt tot indexatie, dan wordt de volgende<br />

tabel als richtlijn genomen:<br />

Dekkingsgraad<br />

Meer dan 130%<br />

125% - 130%<br />

120% - 125%<br />

115% - 120%<br />

110% - 115%<br />

Minder dan 110%<br />

Mate van aanpassing in %<br />

van de CBS-loonindex<br />

100%<br />

80%<br />

60%<br />

40%<br />

20%<br />

0%<br />

Als in een jaar het pensioen niet volledig is geïndexeerd,<br />

dan kan in een later jaar worden besloten de gemiste<br />

indexatie in te halen. Hiertoe kan het bestuur besluiten<br />

als de dekkingsgraad gedurende drie aaneengesloten<br />

kalenderjaren (na een korting) minimaal 140% is geweest,<br />

en de dekkingsgraad in het vierde kalenderjaar minimaal<br />

130% bedraagt.<br />

35<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Indexatie <strong>2007</strong> en 2008<br />

Omdat de fi nanciële positie van het fonds dat volgens<br />

het bestuur toeliet, is per 1 januari <strong>2007</strong> een volledige<br />

indexatie toegekend van 1,33%, gebaseerd op CBS-loonindex.<br />

Per 1 januari 2008 is eveneens een volledige indexatie<br />

toegekend van 2,27%. Ook de volgende bedragen<br />

zijn aangepast in verband met de infl atie:<br />

Franchise middelloonregeling<br />

Franchise eindloonregeling<br />

Maximum TOP-bedrag<br />

Maximum Anw-compensatie<br />

2008<br />

12.203<br />

15.676<br />

17.524<br />

9.784<br />

<strong>2007</strong><br />

11.872<br />

15.328<br />

17.046<br />

9.563<br />

2006<br />

11.566<br />

15.126<br />

16.618<br />

9.360<br />

Financieel Toetsingkader (FTK)<br />

Sinds 31 december 2006 past de Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

in haar jaarcijfers de voorschriften van het<br />

FTK toe. Ook houdt het fonds al enkele jaren rekening<br />

met het FTK in de ALM-studies en in de communicatie<br />

over indexatie.<br />

In <strong>2007</strong> is de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota (abtn)<br />

grotendeels herschreven om volledig te voldoen aan de<br />

FTK-regels. In deze abtn is onder meer vastgelegd dat<br />

het niveau van de standaardpremie (20% van de pensioengrondslag)<br />

hoger is dan de kostendekkende premie. Het<br />

FTK heeft ook invloed op de tabellen voor de keuzemogelijkheden<br />

die in de pensioenregeling zijn opgenomen.<br />

Hierbij valt te denken aan pensioenvervroeging of<br />

-uitstel, of aan het uitruilen van partnerpensioen voor<br />

ouderdomspensioen. Deze tabellen hangen af van de<br />

marktrente en de overlevingstafels (levensverwachting)<br />

en moeten daarom periodiek worden aangepast. De eerste<br />

aanpassing wordt per 1 januari 2009 doorgevoerd.


3.3 Reïntegratie<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Het project Reïntegratie Ondersteuning ging op 1 april<br />

2004 als pilot van start. Het primaire doel was ervoor<br />

te zorgen dat minder werknemers van bedrijven die bij<br />

de Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> zijn aangesloten,<br />

in de WAO (vanaf 2006 de WIA) zouden instromen.<br />

Een ander doel was de schadelast, bijvoorbeeld door<br />

premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid, voor het<br />

pensioenfonds zo veel mogelijk te beperken. Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> streeft dan ook naar het zo<br />

laag mogelijk houden van de instroom in de WIA.<br />

Oprichting schadeverzekeraar eigen risico WIA/WGA<br />

Om de instroom in de WIA te beperken heeft NS er<br />

voor gekozen om per 1 januari <strong>2007</strong> eigenrisicodrager<br />

voor de regeling Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten<br />

(WGA) te zijn. Dit geldt ook voor de gevolgen<br />

van arbeidsongeschiktheid als het gaat om de WIA.<br />

Deze regelingen zijn opgenomen in de CAO NS Sociale<br />

Eenheid. NS heeft vervolgens Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

gevraagd een eigen schadeverzekeraar op te<br />

richten om daar de aanvullende producten WGA/WIA<br />

in onder te brengen. Tot 10 juli <strong>2007</strong> voerde SPF Beheer<br />

bv, via een volmacht, deze verzekering uit.<br />

VEHEREX SCHADE NV<br />

Op 10 juli <strong>2007</strong> is de schadeverzekeraar opgericht<br />

onder de naam VEHEREX SCHADE NV. VEHEREX<br />

SCHADE NV draagt in de eerste plaats zorg voor de<br />

afdekking van arbeidsongeschiktheidsrisico’s voor<br />

ondernemingen die zijn aangesloten bij Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>. Naast het verzekeren van arbeidsongeschiktheidsrisico’s<br />

richt VEHEREX SCHADE<br />

NV zich op schadelastbeheersing op het gebied van<br />

arbeidsongeschiktheid. Dit zorgt voor een verlaging van<br />

de schadelast voor zowel VEHEREX SCHADE NV als<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>. Ook is de Stichting<br />

36<br />

Bevordering Arbeidsparticipatie bij Arbeidsongeschiktheid<br />

in de bedrijfstak Spoorwegen opgericht (STIBA).<br />

STIBA is de aandeelhouder van VEHEREX SCHADE<br />

NV en heeft, in het kader van afspraken met NS, de<br />

verplichting van het fonds overgenomen om de arbeidsongeschiktheidsverzekeringen<br />

uit te voeren. Dit was<br />

noodzakelijk vanwege overheidsmaatregelen die het<br />

pensioenfondsen niet langer mogelijk maken arbeidsongeschiktheidsvoorzieningen<br />

in de bestaande vorm uit<br />

te voeren. VEHEREX SCHADE NV heeft inmiddels tien<br />

werkgevers als klant. Deze werkgevers zijn alle aangesloten<br />

bij Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>.<br />

Daling instroom<br />

Door de fl inke daling van de instroomcijfers van de<br />

WAO en de WIA in de afgelopen jaren is de schadelast<br />

afgenomen. Dit is enerzijds te danken aan onder meer<br />

de Wet Verbetering Poortwachter, strengere keuringseisen<br />

en de verplichte twee jaar loondoorbetaling bij<br />

ziekte.<br />

Anderzijds is de terugloop in het aantal aanvragen<br />

te verklaren door de daling van het aantal langdurig<br />

zieken bij de werkgevers. Daarnaast voert VEHEREX<br />

SCHADE NV sinds januari <strong>2007</strong> een schadelastbeheersingsbeleid<br />

uit voor werkgevers die bij VEHEREX<br />

SCHADE NV verzekerd zijn voor de WIA. Ook door<br />

werkgevers zelf wordt inmiddels na 6 weken ziekte<br />

vaker actie ondernomen.<br />

Het aantal aanvragen voor een reïntegratiebijdrage is<br />

dan ook ten opzichte van 2006 verder afgenomen. In<br />

2006 werden er 210 aanvragen ingediend. In <strong>2007</strong> waren<br />

dit er 54.


4. Vermogensbeheer<br />

4.1 Beleggingsbeleid<br />

Het beleggingsbeleid van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

is gericht op het behalen van een optimaal beleggingsresultaat<br />

op de lange termijn bij een vastgesteld risicoprofi<br />

el, rekening houdende met de uitgangspunten<br />

inzake maatschappelijk verantwoord beleggen. Tevens<br />

wordt ernaar gestreefd om in de tactische portefeuilles<br />

extra rendement te genereren op de korte termijn.<br />

De belangrijkste input voor het beleggingsbeleid is<br />

afkomstig uit de Asset Liability Management-studie<br />

(ALM). Dit is een jaarlijkse studie waarin de beleggingen<br />

(assets) en verplichtingen (liabilities) zo goed<br />

mogelijk op elkaar worden afgestemd. Hieruit volgt een<br />

verdeling over de verschillende beleggingscategorieën<br />

in de portefeuille. Dit wordt ook wel de asset-allocatie<br />

of beleggingsmix genoemd.<br />

In <strong>2007</strong> is naar aanleiding van het beleggingsbeleid<br />

van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> het volgende<br />

besloten:<br />

• De strategische vastrentendewaarden portefeuille<br />

is volgens plan uitgebreid tot ongeveer<br />

10% van de totale portefeuillewaarde aan het<br />

einde van het jaar.<br />

Hiermee is het langetermijndoelpercentage<br />

van deze portefeuille volledig ingevuld. Deze<br />

portefeuille heeft als doel het renterisico deels<br />

af te dekken.<br />

• Gedurende <strong>2007</strong> is Emerging Market Debt verder<br />

opgebouwd naar ongeveer 2% van de<br />

totale portefeuille. Doel is dat deze<br />

beleggingscategorie doorgroeit tot 5% van de<br />

totale portefeuille.<br />

39<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

• De opportunityportefeuille is in <strong>2007</strong> verder<br />

opgebouwd. Naast de (al eerdere) investeringen<br />

in infrastructuur is er in <strong>2007</strong> belegd in<br />

Global Tactical Asset Allocation, een climate<br />

awareness bond, microfi nancieringsfondsen en<br />

het biodieselproject in Mali.<br />

• Conform het jaarbeleid is in <strong>2007</strong> 100% van de<br />

posities in vreemde valuta afgedekt, met<br />

uitzondering van emerging markets aandelen.<br />

Voorheen werd 80% gehanteerd. Onder andere<br />

door de sterk gedaalde dollar heeft dit het<br />

fonds het afgelopen jaar € 267 miljoen opgeleverd.<br />

• Omdat de aandelenkoersen van vastgoed<br />

bedrijven te hoog gewaardeerd zijn, is de<br />

portefeuille van indirect beursgenoteerd<br />

vastgoed in voorgaande jaren voor een groot<br />

deel afgebouwd. Gezien de sterk negatieve<br />

rendementen in het afgelopen jaar pakte deze<br />

beslissing positief uit voor het fonds.<br />

• In 2006 is er niet belegd in grondstoffen vanwege<br />

de trendmatige termijnstructuur van de belangrijkste<br />

grondstofprijzen. Die strategie heeft<br />

dat jaar, gezien de negatieve rendementen,<br />

positief uitgepakt. Ook in <strong>2007</strong> is niet belegd in<br />

grondstoffen. In de eerste helft van <strong>2007</strong> bleef<br />

de termijncurve ongunstig. In de tweede helft<br />

van <strong>2007</strong> was de termijncurve wel gunstig,<br />

maar waren de grondstofprijzen zo sterk<br />

gestegen dat er nog geen investering werd<br />

gedaan in grondstoffen. Achteraf was dat,<br />

gezien de rendementen, wel aantrekkelijk<br />

geweest.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

• Om in de Europese aandelenportefeuille tussen<br />

de verschillende beheerders een meer evenwichtige<br />

verdeling in beleggingsstijlen te verkrijgen,<br />

is er gedurende het jaar vermogen overgeplaatst<br />

van de door SPF Beheer bv beheerde<br />

portefeuille naar externe managers.<br />

Het is een beleidskeuze van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

om niet te beleggen in hedge funds. Dat heeft<br />

diverse redenen. Zo kan het mogelijke voordeel van<br />

positieve stabiele rendementen niet opwegen tegen de<br />

hoge kosten. Verder kan er onduidelijkheid bestaan<br />

over de producten waarin werkelijk wordt belegd.<br />

Andere belangrijke overwegingen zijn de beperkte mogelijkheid<br />

tot monitoring van de risico’s en de beperkte<br />

toegang tot de echt goede managers.<br />

Ontwikkeling portefeuille 2003-<strong>2007</strong> in miljoenen euro’s<br />

Tactische portefeuilles<br />

Aandelen<br />

Staatsobligaties<br />

Bedrijfsobligaties<br />

Strategische portefeuilles<br />

Strategische aandelen portefeuille<br />

Strategische vastrentende waarden portefeuille<br />

Emerging Market Debt<br />

Hypotheken<br />

Direct vastgoed<br />

Indirect vastgoed<br />

Private Equity<br />

Opportunity portefeuille<br />

Liquiditeiten*<br />

Totaal<br />

<strong>2007</strong><br />

4.824<br />

1.358<br />

1.156<br />

568<br />

1.227<br />

242<br />

591<br />

1.228<br />

134<br />

521<br />

144<br />

34<br />

12.027<br />

2006<br />

5.943<br />

1.678<br />

731<br />

463<br />

663<br />

84<br />

586<br />

1.074<br />

100<br />

327<br />

28<br />

121<br />

11.798<br />

40<br />

“De belangrijkste input voor het beleg-<br />

gingsbeleid is afkomstig uit de Asset<br />

Liability Management-studie”<br />

2005<br />

5.978<br />

2.183<br />

568<br />

98<br />

220<br />

85<br />

590<br />

1.028<br />

200<br />

184<br />

-<br />

25<br />

11.159<br />

* Ingaande 2006 zijn de te betalen en te ontvangen posten inzake beleggingen opgenomen onder de beleggingen.<br />

Voorheen werden deze posten gerubriceerd onder vorderingen en schulden.<br />

2004<br />

4.955<br />

1.942<br />

609<br />

-<br />

53<br />

66<br />

594<br />

1.122<br />

196<br />

78<br />

-<br />

364<br />

9.979<br />

2003<br />

4.475<br />

1.945<br />

754<br />

-<br />

-<br />

-<br />

594<br />

1.118<br />

230<br />

32<br />

-<br />

206<br />

9.354


4.2 Corporate Governance<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> houdt in haar beleggingsbeleid<br />

terdege rekening met Corporate Governance.<br />

Onder Corporate Governance wordt verstaan<br />

in hoeverre een onderneming voldoet aan goed en verantwoord<br />

ondernemingsbestuur. Het fonds kan onder<br />

andere invloed uitoefenen op het ondernemingsbestuur<br />

door vragen te stellen op de algemene vergadering van<br />

aandeelhouders en te stemmen op de aandeelhoudersvergaderingen<br />

van de bedrijven waarin wordt geïnvesteerd.<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> laat zich in dit<br />

stemgedrag leiden door een code die is gebaseerd op de<br />

volgende acht principes:<br />

• Ondernemingsdoelstellingen;<br />

• Rechten van aandeelhouders;<br />

• Gelijke behandeling van aandeelhouders;<br />

• Openbaarmaking en transparantie;<br />

• Bestuursstructuur;<br />

• Bezoldigingsbeleid van de onderneming;<br />

• Rechten van stakeholders;<br />

• De onderneming in de maatschappij.<br />

Deze Corporate Governance-principes zijn in lijn met<br />

de code Tabaksblat en de ICGN Global Corporate<br />

Governance Principles. De gehanteerde code is tot stand<br />

gekomen in samenwerking met de Stichting Eumedion.<br />

Deze belangenorganisatie van institutionele beleggers<br />

op het terrein van Corporate Governance werd mede<br />

opgericht door Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>.<br />

Stemmen op aandeelhoudersvergaderingen<br />

In <strong>2007</strong> stemde Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> 5258<br />

keer op aandeelhoudersvergaderingen. Bij een goede<br />

gang van zaken stemt het fonds doorgaans ‘voor’. Toch<br />

werd er in <strong>2007</strong> op circa 10 procent van de agendapunten<br />

‘tegen’ gestemd.<br />

41<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Het fonds stemde vooral tegen bonussen van bestuurders<br />

wanneer die niet waren gebaseerd op goede<br />

prestatie-indicatoren. Ook werd tegen gestemd als er<br />

toestemming werd gevraagd voor het uitgeven van te<br />

grote aandelenpakketten die zonder tussenkomst van<br />

een aandeelhoudersvergadering de aard van de onderneming<br />

wezenlijk kunnen veranderen. Verder speelde<br />

de onafhankelijkheid van commissarissen – of juist het<br />

gebrek daaraan vaak een rol. Het stemgedrag van het<br />

fonds is openbaar en staat op de website www.spoorwegpensioenfonds.nl.<br />

De externe managers voor de Verenigde Staten, Europa,<br />

Japan en de Opkomende Markten hebben namens het<br />

fonds gestemd. Het stemgedrag van de externe managers<br />

is gebaseerd op de door het fonds opgestelde<br />

richtlijnen of op eigen richtlijnen die sterk lijken op die<br />

van het fonds.<br />

SPF Beheer bv sprak in <strong>2007</strong> namens Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

op aandeelhoudersvergaderingen<br />

van Fortis, Wessanen en ABN Amro. Op deze aandeelhoudersvergaderingen<br />

trad SPF Beheer bv ook op<br />

namens andere pensioenfondsen en institutionele beleggers.<br />

Op hun beurt vertegenwoordigden zij met woord<br />

en stem Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> bij andere<br />

aandeelhoudersvergaderingen in Nederland.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

4.3 Maatschappelijk Verantwoord Beleggen<br />

Het bestuur van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

neemt ook zijn verantwoordelijkheid op maatschappelijk<br />

gebied. Dit komt onder meer tot uitdrukking<br />

in Maatschappelijk Verantwoord Beleggen (MVB).<br />

Maatschappelijk verantwoord beleggen richt zich op de<br />

maatschappelijke functie die een onderneming dient te<br />

vervullen. Dit in tegenstelling tot corporate governance<br />

waarbij de nadruk vooral ligt op de wijze waarop de<br />

onderneming wordt bestuurd.<br />

Maatschappelijk Verantwoord Beleggen maakt al enige<br />

jaren deel uit van het beleggingsbeleid van het fonds.<br />

Het beleid van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> op dit<br />

terrein is gebaseerd op engagement. De engagementstrategie<br />

is gestoeld op het feit dat een pensioenfonds<br />

als aandeelhouder druk kan uitoefenen op bedrijven om<br />

maatschappelijk verantwoorder te ondernemen.<br />

In <strong>2007</strong> was er in de pensioenwereld bijzonder veel<br />

aandacht voor het onderwerp Maatschappelijk Verantwoord<br />

Beleggen. De discussie op dit gebied werd<br />

aangezwengeld door een uitzending van het televisieprogramma<br />

Zembla, waarin het beleggingsbeleid van<br />

een aantal grote Nederlandse pensioenfondsen kritisch<br />

onder de loep werd genomen. Ook het beleggingsbeleid<br />

van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> werd kritisch<br />

onderzocht. Eén van de conclusies hierbij was dat het<br />

beleid op een aantal punten voor verbetering vatbaar<br />

was. Voor het fonds was dit aanleiding om het bestaande<br />

beleid verder aan te scherpen.<br />

In dit kader is besloten om op voorhand bedrijven uit te<br />

sluiten die controversiële wapens produceren. Het gaat<br />

hierbij om wapens die onevenredig veel burgerslachtoffers<br />

maken, zoals clusterbommen, anti-persoons landmijnen,<br />

nucleaire, biologische en chemische wapens,<br />

42<br />

en wapens met verarmd uranium.<br />

De tien principes van Global Compact<br />

Voor het verder aanscherpen van het engagementbeleid<br />

heeft Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> de onderstaande<br />

tien principes van Global Compact (www.globalcompact.org)<br />

omarmd. Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

heeft besloten hierbij in eerste instantie de focus te leggen<br />

op de deelgebieden milieu, mensenrechten en kinderarbeid.<br />

De tien principes van Global Compact zijn:<br />

1. Bedrijven dienen binnen de grenzen van hun<br />

invloedssfeer de door de Verenigde Naties<br />

internationaal uitgevaardigde mensenrechten<br />

te eerbiedigen; en<br />

2. zich er steeds van te vergewissen dat zij niet<br />

medeplichtig worden aan schending van de<br />

mensenrechten.<br />

De volgende vier principes zijn afgeleid van de Verklaring<br />

van de International Labour Organisation over de<br />

fundamentele arbeidsrechten:<br />

3. Bedrijven dienen de vrijheid van vakvereniging<br />

en de effectieve erkenning van het recht<br />

op collec tieve onderhandelingen te<br />

handhaven;<br />

4. Iedere vorm van verplichte en gedwongen<br />

arbeid uit te bannen;<br />

5. Kinderarbeid effectief af te schaffen; en<br />

6. discriminatie in arbeid en beroep te bestrijden.


De volgende drie principes zijn afgeleid van de Verklaring<br />

van Rio inzake Milieu en Ontwikkeling:<br />

7. Bedrijven dienen voorzorg te betrachten bij<br />

hun benadering van milieu-uitdagingen;<br />

8. initiatieven te ondernemen om een groter<br />

milieubesef te bevorderen; en<br />

9. de ontwikkeling en de verspreiding van milieuvriendelijke<br />

technologieën te stimuleren.<br />

Het laatste principe is afgeleid van de Anti-Corruptie<br />

Conventie van de Verenigde Naties:<br />

10. Bedrijven moeten elke vorm van corruptie<br />

tegengaan, inclusief afpersing en omkoping.<br />

Daarnaast heeft het fonds in <strong>2007</strong> de ‘Principles for<br />

Responsible Investment’ van de Verenigde Naties<br />

ondertekend.<br />

Tot dusver is het MVB-beleid alleen toegepast op de<br />

door SPF Beheer bv beheerde aandelenportefeuille in<br />

Europa en de Verenigde Staten. Uitgangspunt is echter<br />

dat de geformuleerde normen voor alle beleggingscategorieën<br />

gelijk moeten zijn, hetgeen in 2008 gefaseerd<br />

wordt ingevoerd. Inmiddels is hiervoor MVB-informatie<br />

ingekocht.<br />

Engagementprocedures<br />

In <strong>2007</strong> is Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> de dialoog<br />

aangegaan met onder andere Freeport-McMoRan,<br />

Wal-Mart, Rio Tinto, Vedanta en Weatherford. Milieuvervuiling,<br />

schendingen van mensenrechten en slechte<br />

arbeidsomstandigheden waren hierbij de belangrijkste<br />

onderwerpen. Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

stelt prioriteit bij deze onderwerpen en verlangt van<br />

43<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

bedrijven dat zij zich conformeren aan de principes van<br />

Global Compact.<br />

Duurzame projecten<br />

Engagement en uitsluiting gaan uit van een negatief<br />

scenario. Bedrijven die zich niet ‘goed gedragen’, worden<br />

daarop aangesproken of zelfs uitgesloten. Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> vindt het echter ook belangrijk<br />

om juist gewenst gedrag te bevorderen. Het fonds geeft<br />

hier invulling aan door actief te beleggen in maatschappelijke<br />

en duurzame projecten. Zo is er in <strong>2007</strong> bijvoorbeeld<br />

belegd in twee microfi nancieringsfondsen en een<br />

‘climate awareness’-obligatie. Met de opbrengsten van<br />

deze obligatie wordt door de Europese Investeringsbank<br />

in duurzame energieprojecten geïnvesteerd.<br />

Daarnaast is het fonds bij de zoektocht naar duurzame<br />

projecten terechtgekomen bij het Koninklijk Instituut<br />

voor de Tropen (KIT). Het KIT heeft al jaren ervaring<br />

met het opzetten van projecten in ontwikkelingslanden<br />

waar naast armoedebestrijding ook een goed verwacht<br />

rendement een eis is. Deze doelstelling sluit goed aan<br />

bij de uitgangspunten van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>.<br />

Zodoende investeerde het fonds in <strong>2007</strong> in het<br />

bedrijf Mali Biocarburant SA. Dit Malinese bedrijf legt<br />

zich toe op het verwerken van de noten van de zogeheten<br />

Jatropha-plant tot biodiesel die vervolgens wordt<br />

afgezet in Mali. De Jatropha is een plant die weinig<br />

voedingsstoffen en water nodig heeft en primair als<br />

afscheiding wordt gebruikt. De plant werd tot voor kort<br />

vooral gebruikt om erosie tegen te gaan. Deze investering<br />

levert het fonds drie resultaten op: de arme boeren<br />

worden geholpen, er wordt bijgedragen aan een beter<br />

milieu door de productie van milieuneutrale brandstof<br />

en het verwachte rendement op deze investering is goed.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

4.4 Resultaat beleggingen<br />

De waarde van de beleggingsportefeuille van Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> steeg van € 11,8 miljard eind<br />

2006 naar € 12,0 miljard eind <strong>2007</strong>.<br />

• Het totale rendement op de portefeuille kwam<br />

in <strong>2007</strong> uit op 5% (na valuta-afdekking).<br />

Dit rendement werd op een breed vlak behaald.<br />

Het rendement is gelijk aan het<br />

benchmarkrendement van 5%. Voor afronding<br />

echter is er een kleine underperformance van<br />

0,07%.<br />

Er hebben diverse onderdelen positief bijgedragen aan<br />

het relatieve rendement:<br />

• tactische allocatie: goede timing om aandelen<br />

te overwegen en bedrijfsobligaties gedurende<br />

een groot deel van het jaar te onderwegen;<br />

• actieve beheerstijl bij direct vastgoed;<br />

• aandelenselectie in de door SPF Beheer bv<br />

beheerde aandelenportefeuille Verenigde Staten;<br />

• goede selectie Emerging Markets-aandelenmanagers.<br />

Daarnaast heeft private equity zeer positief bijgedragen<br />

aan het totale absolute rendement. Deze portefeuille behaalde<br />

in <strong>2007</strong> een rendement van maar liefst 27,7%. Dit<br />

is niet terug te zien in het relatieve rendement, omdat<br />

deze portefeuille in <strong>2007</strong> nog niet werd afgezet tegen de<br />

lange-termijnbenchmark. Het portefeuillerendement is<br />

gelijkgesteld aan het benchmarkrendement. De behaalde<br />

rendementen worden hierna nader toegelicht.<br />

44<br />

Bijdragen aan het relatieve beleggingsresultaat<br />

van de belangrijkste beleggingsbeslissingen<br />

Benchmarkrendement<br />

Tactische weging beleggingscategorieën<br />

Aandelen<br />

Vastrentende waarden<br />

Vastgoed<br />

Valuta-allocatie<br />

Portefeuillerendement<br />

5,0<br />

0,1<br />

-0,6<br />

-0,1<br />

0,6<br />

0,0<br />

5,0<br />

“De waarde van de beleggingsportefeuille<br />

van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> steeg<br />

van €11,8 miljard eind 2006 naar<br />

€12,0 miljard eind <strong>2007</strong>”


Ontwikkeling rendement in % na valuta-afdekking afgezet tegen de benchmark<br />

2003<br />

2004<br />

2005<br />

2006<br />

<strong>2007</strong><br />

2003-<strong>2007</strong> (cumulatief)<br />

2003-<strong>2007</strong> (gemiddeld per jaar)<br />

Belegd vermogen<br />

(x € miljoen)<br />

9.354<br />

9.979<br />

11.159<br />

11.798<br />

12.027<br />

Overzicht rendementen in % per beleggingscategorie na valuta-afdekking<br />

Aandelen<br />

• Tactische portefeuille<br />

• Strategische portefeuille<br />

Obligaties en overige vastrentende waarden<br />

Emerging market debt<br />

Hypotheken<br />

Direct vastgoed<br />

Indirect vastgoed<br />

Private equity<br />

Opportunityportefeuille<br />

Werkelijk<br />

rendement<br />

12,3%<br />

9,1%<br />

15,2%<br />

9,2%<br />

5,0%<br />

Werkelijk rendement<br />

5,2%<br />

5,5%<br />

1,5%<br />

0,2%<br />

3,2%<br />

-0,1%<br />

13,2%<br />

-16,8%<br />

27,7%<br />

-12,9%<br />

Aandelen<br />

In <strong>2007</strong> behaalden de beleggingen in aandelen een<br />

rendement van 5,2% (na valuta-afdekking). De aandelenportefeuille<br />

is onderverdeeld in een strategische en<br />

tactische portefeuille. De strategische portefeuille wordt<br />

beheerd zonder een reguliere benchmark als uitgangspunt.<br />

Doel is het behalen van een positief rendement<br />

over een langere periode dat hoger is dan de 10-jaars<br />

swaprente plus een opslag van 3%. Het is echter niet uit<br />

61,9%<br />

10,1%<br />

45<br />

Benchmarkrendement<br />

11,7%<br />

8,7%<br />

13,8%<br />

8,4%<br />

5,0%<br />

57,3%<br />

9,5%<br />

Benchmark rendement<br />

7,1%<br />

7,0%<br />

7,8%<br />

0,6%<br />

4,9%<br />

-0,5%<br />

5,9%<br />

-16,8%<br />

27,7%<br />

-12,9%<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

te sluiten dat in een bepaald jaar een negatief resultaat<br />

wordt behaald. De strategische aandelenportefeuille<br />

behaalde een rendement van 1,5% (na valuta-afdekking)<br />

en bleef hiermee achter bij de lange termijn doelstelling.<br />

Sinds de start (maart 2005) behaalde deze portefeuille<br />

een rendement van 47,4% tegenover het benchmarkrendement<br />

van 21,8%. Het streven blijft om deze portefeuille,<br />

die meer op de lange termijn gericht is, verder uit te<br />

bouwen met relatief ondergewaardeerde aandelen.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

De tactische portefeuille behaalde in <strong>2007</strong> een absoluut<br />

rendement van 5,5%. Dit was lager dan de benchmark.<br />

Dit resultaat werd grotendeels veroorzaakt door de<br />

externe managers die beslissingen namen op basis van<br />

kwantitatieve modellen. Goede resultaten werden vooral<br />

behaald in de portefeuille Emerging Markets. Ook de<br />

door SPF Beheer bv beheerde Amerikaanse portefeuille<br />

presteerde goed in vergelijking met de benchmark.<br />

De regionale aandelenallocatie pakte per saldo helaas<br />

negatief uit. Vooral een overweging van Japan en een<br />

onderweging van Emerging Markets in de tweede helft<br />

van <strong>2007</strong> droegen bij aan dit negatieve saldo.<br />

‘Class actions’<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> nam deel aan ‘class<br />

actions’ in het buitenland. Dit zijn collectief aangespannen<br />

rechtszaken waarbij bedrijven die mogelijk regels<br />

hebben overtreden, door de aandeelhouders aansprakelijk<br />

worden gesteld voor de geleden fi nanciële schade.<br />

Als een schadeclaim wordt toegewezen, krijgen de<br />

eisende partijen een vergoeding naar rato van het aantal<br />

aandelen en de periode dat deze in hun bezit waren.<br />

Het fonds ontving in <strong>2007</strong> € 1.359.249 vergoeding uit<br />

class actions die werden gevoerd in <strong>2007</strong> en de jaren<br />

daarvoor.<br />

Regionale onderverdeling aandelenportefeuille in %<br />

Europa<br />

VS<br />

Japan<br />

Emerging Markets<br />

(per 31-12-<strong>2007</strong>)<br />

44%<br />

30%<br />

10%<br />

16%<br />

46<br />

10 grootste posities Europese aandelen<br />

Naam<br />

Royal Dutch<br />

ENI<br />

Sanofi-Aventis<br />

ING Groep<br />

BMW<br />

Muenchener Rueckversicherung<br />

Aegon<br />

Vedior<br />

Vodafone<br />

Alcatel-Lucent<br />

(per 31-12-<strong>2007</strong>)<br />

Naam<br />

Exxon Mobil<br />

Citigroup<br />

General Electric<br />

Dell<br />

Microsoft<br />

Procter & Gamble<br />

Ford<br />

Johnson & Johnson<br />

Bank of America<br />

Chevron<br />

Marktwaarde eind<br />

<strong>2007</strong> (x € miljoen)<br />

78<br />

66<br />

55<br />

53<br />

49<br />

45<br />

43<br />

40<br />

40<br />

33<br />

10 grootste posities Amerikaanse aandelen<br />

(per 31-12-<strong>2007</strong>)<br />

Marktwaarde eind<br />

<strong>2007</strong> (x € miljoen)<br />

46<br />

45<br />

39<br />

36<br />

30<br />

25<br />

24<br />

22<br />

19<br />

18<br />

Vastrentende waarden<br />

Door rentestijgingen in de markt die koersdalingen<br />

tot gevolg hadden, behaalde de vastrentendewaarden<br />

portefeuille een rendement van slechts 0,2%.<br />

De vastrentendewaardenportefeuille bestaat uit een<br />

strategische en een tactische portefeuille. Doel van de<br />

strategische vastrentendewaardenportefeuille is het<br />

compenseren van renteveranderingen die de waarde


van de verplichtingen beïnvloeden. In <strong>2007</strong> behaalde<br />

de strategische vastrentendewaarden-portefeuille een<br />

rendement van -3,8%. Dit werd vooral veroorzaakt<br />

door de gestegen rente in <strong>2007</strong>. Vanwege de zeer lange<br />

looptijd reageert de strategische vastrentendewaardenportefeuille<br />

negatiever op een rentestijging dan andere<br />

vastrentende waarden. Door de rentestijging daalden<br />

ook de verplichtingen, en wel met 6,5%.<br />

De tactische vastrentendewaardenportefeuille is onderverdeeld<br />

in staats- en bedrijfsobligaties. De staatsobligatiesportefeuille<br />

behaalde na valuta-afdekking<br />

een rendement van 3,0%. Dit rendement was lager dan<br />

het benchmarkrendement. Deze underperformance<br />

werd met name veroorzaakt door ingenomen posities<br />

op renteverwachtingen die achteraf niet uitkwamen.<br />

Het rendement op de bedrijfsobligatiesportefeuille was<br />

-0,5%. Ook deze portefeuille presteerde slechter dan de<br />

benchmark, deels door een overweging van de fi nanciële<br />

sector. In deze sector daalden de waarden van de<br />

obligaties door de ‘sub-prime’-crisis.<br />

Naast bovengenoemde portefeuilles maakt ook Emerging<br />

Market Debt deel uit van vastrentende waarden.<br />

Deze portefeuille leverde een rendement op van 3,2%.<br />

Vastrentende portefeuille<br />

Vastrentendewaardenportefeuille<br />

Europese staatsobligaties<br />

Amerikaanse staatsobligaties<br />

Gedekte obligaties<br />

Euro bedrijfsobligaties<br />

Emerging Market Debt<br />

26%<br />

12%<br />

11%<br />

42%<br />

9%<br />

47<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

“Ook de door SPF Beheer bv beheerde<br />

Amerikaanse portefeuille presteerde<br />

goed in vergelijking met de benchmark”


Debiteur<br />

Duitsland<br />

Verenigde Staten<br />

Verenigde Staten<br />

Frankrijk<br />

Duitsland<br />

België<br />

Italië<br />

Italië<br />

Verenigde Staten<br />

Verenigde Staten<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

10 grootste posities in de staatsobligatieportefeuille<br />

Debiteur<br />

Rabobank<br />

General Electric<br />

France Telecom<br />

Daimler AG<br />

Telecom Italia<br />

HBOS PLC<br />

BNP Paribas<br />

Citigroup<br />

E.ON<br />

Deutsche Bank<br />

Rentevergoeding<br />

4,96%<br />

7,50%<br />

5,75%<br />

4,00%<br />

5,00%<br />

4,96%<br />

5,00%<br />

4,50%<br />

2,00%<br />

4,50%<br />

% Portefeuille<br />

4%<br />

4%<br />

3%<br />

3%<br />

3%<br />

3%<br />

2%<br />

2%<br />

2%<br />

2%<br />

Jaar van aflossing<br />

2017<br />

2016<br />

2010<br />

2014<br />

2012<br />

2017<br />

2012<br />

2020<br />

2016<br />

2009<br />

10 grootste posities in de bedrijfsobligatieportefeuille<br />

Marktwaarde (x miljoen)<br />

49<br />

44<br />

34<br />

31<br />

30<br />

30<br />

25<br />

24<br />

19<br />

18<br />

Hypotheken<br />

Hypotheken maakten eind <strong>2007</strong>, in overeenstemming<br />

met het beleidsplan, ongeveer 5% uit van het totale<br />

fondsvermogen. In <strong>2007</strong> werd hierop een rendement<br />

behaald van -0,1%. Door de gestegen rente daalde de<br />

waarde van deze portefeuille.<br />

48<br />

% Portefeuille<br />

4%<br />

3%<br />

3%<br />

3%<br />

3%<br />

3%<br />

3%<br />

3%<br />

3%<br />

2%<br />

Marktwaarde (x miljoen)<br />

45<br />

37<br />

36<br />

35<br />

32<br />

30<br />

29<br />

29<br />

28<br />

27<br />

Nederlands (direct en indirect) vastgoed<br />

Het totaalrendement op de portefeuille direct vastgoed<br />

bedroeg in <strong>2007</strong> 13,2%, een outperformance van 7,3%<br />

in vergelijking met de intern gehanteerde benchmark<br />

voor <strong>2007</strong>. Deze outperformance was te danken aan een<br />

minder grote stijging van de leegstand dan was verwacht.<br />

Daarnaast steeg de waarde van - met name - de<br />

winkelportefeuille meer dan was geraamd. Het directe<br />

rendement (netto huuropbrengsten) bedroeg 5,4%. Het<br />

indirecte resultaat (waardestijging) kwam op 7,8%.<br />

Kantoren<br />

De Nederlandse verhuurmarkt van kantoren toonde<br />

in <strong>2007</strong> een lichte verbetering. Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

ziet dit terug bij onder andere de verhuurresultaten<br />

van het gerenoveerde kantoorgebouw<br />

Offi cia I in Amsterdam. Gedateerde kantoorgebouwen<br />

op mindere locaties hebben het daarentegen zwaar te<br />

verduren. De concurrentie van nieuwbouw is groot en<br />

huurkandidaten worden met aantrekkelijke aanbiedingen<br />

‘binnengeloodst’. De stijging van de leegstand in<br />

de kantorenportefeuille is voornamelijk toe te schrijven


aan het vertrek van huurder AKZO uit het kantoorgebouw<br />

Plan I te Amersfoort. Dit is een voorbeeld van een<br />

kantoorgebouw dat weliswaar op een goede locatie ligt<br />

(nabij een station), maar gedateerd is.<br />

Winkels<br />

De winkelportefeuille blijft profi teren van de grote<br />

vraag naar winkelbeleggingen. Tot voor kort leidde dit<br />

vooral op de toplocaties tot forse waardestijgingen van<br />

deze beleggingen. Nu manifi steert deze trend zich ook<br />

in de wijkwinkelcentra, waar het belegde vermogen van<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> sterk vertegenwoordigd<br />

is. Oorzaak hiervan is de aanhoudende grote vraag<br />

naar winkelvastgoed en het steeds kleiner wordende<br />

aanbod ervan. De leegstand in de winkelportefeuille is<br />

dientengevolge zeer laag gebleven.<br />

Woningen<br />

Op de huurmarkt voor woningen bleef de mutatieleegstand<br />

in <strong>2007</strong> toenemen. Desondanks blijft er evenveel<br />

vraag naar woningbeleggingen, waardoor de woningen<br />

in de portefeuille in waarde zijn gestegen. De aanhoudend<br />

hoge woningprijzen maken het nog steeds erg<br />

moeilijk goede woningen tegen een aantrekkelijk rendement<br />

te verwerven.<br />

49<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

In <strong>2007</strong> steeg de portefeuille met € 145 miljoen in waarde.<br />

Dit is het saldo van nieuwe aankopen en waardestijging.<br />

De belangrijkste toevoegingen aan de portefeuille<br />

zijn een appartementencomplex in Landgraaf en een<br />

woningcomplex in Leeuwarden. Beide complexen<br />

werden in <strong>2007</strong> opgeleverd. Ook een participatie in een<br />

winkelcentrum in Vlissingen en investeringen in de Nederlandse<br />

woningfondsen Het Stedenfonds en Vesteda<br />

droegen bij aan de waardestijging van de portefeuille.<br />

Verder werden er aankopen gedaan voor het kinderdagverblijvenvastgoedfonds<br />

KiDafo, waarin Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> participeert en werden er 39<br />

woningen verkocht.<br />

“Er werden aankopen gedaan voor het<br />

kinderdagverblijvenvastgoedfonds KiDafo,<br />

waarin Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

participeert”


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Verdeling vastgoed op transactiebasis<br />

Kantoren<br />

Winkels<br />

Bedrijfsruimten<br />

Woningen<br />

Totaal<br />

Naaldwijk<br />

Emmen<br />

Amsterdam Sloterdijk<br />

Vesteda Woningfonds<br />

Amsterdam<br />

Rotterdam<br />

Amsterdam<br />

Almere stad<br />

Alphen aan den Rijn<br />

Pijnacker<br />

2003<br />

34%<br />

31%<br />

8%<br />

27%<br />

100%<br />

Internationaal (indirect) vastgoed<br />

Tot indirect vastgoed behoren aandelen van beursgenoteerde<br />

en niet-beursgenoteerde ondernemingen die in<br />

vastgoed beleggen. De waardering van vastgoedbedrijven<br />

op de beurs is historisch hoog ten opzichte van de<br />

waarde van het vastgoed in hun portefeuille. Daarom<br />

is de portefeuille van beursgenoteerd indirect vastgoed<br />

in voorgaande jaren voor een groot deel afgebouwd. De<br />

portefeuille bevat nog maar een beperkt aantal namen.<br />

De beslissing van het fonds om deze beperking door te<br />

2004<br />

33%<br />

33%<br />

8%<br />

26%<br />

100%<br />

10 grootste posities in direct vastgoed per 31 december <strong>2007</strong><br />

50<br />

2005<br />

27%<br />

34%<br />

7%<br />

32%<br />

100%<br />

Soort project<br />

Winkelcentrum<br />

Winkelcentrum<br />

Kantoor (betreft deelneming van 25%)<br />

Woningen (betreft deelneming op basis participatie van 1,23%)<br />

Kantoor<br />

Kantoor (betreft deelneming van 30%)<br />

Appartementen<br />

Winkelcentrum<br />

Winkelcentrum<br />

Winkelcentrum<br />

1 Het verhuurbare oppervlak betreft het totale gebouw/complex/deelneming in m2 of het aantal units.<br />

2006<br />

26%<br />

36%<br />

6%<br />

32%<br />

100%<br />

Verhuurbaar oppervlak 1<br />

16.017<br />

13.043<br />

61.163<br />

28.064 (units)<br />

11.429<br />

35.005<br />

180 (units)<br />

7.903<br />

8.382<br />

8.404<br />

<strong>2007</strong><br />

23%<br />

38%<br />

7%<br />

32%<br />

100%<br />

Jaar van aankoop<br />

1998<br />

1977<br />

2002<br />

<strong>2007</strong><br />

1976<br />

2001<br />

1975<br />

1992<br />

1988<br />

2001<br />

voeren heeft zeer positief uitgepakt. De rendementen<br />

waren in het afgelopen jaar namelijk zeer negatief.<br />

In <strong>2007</strong> is de opbouw van de privaatvastgoedportefeuille<br />

voortgezet. Uiteindelijk moet deze portefeuille 2,5% van<br />

de totale portefeuille gaan uitmaken. De waarde van de<br />

portefeuille voor privaat indirect vastgoed bedroeg eind<br />

<strong>2007</strong> € 85 miljoen. Het rendement op indirect vastgoed<br />

bedroeg na valuta-afdekking -16,8%.


Private equity<br />

Doelstelling is om het belang in private equity op te<br />

bouwen tot 5% van het belegde vermogen. Tot en met<br />

<strong>2007</strong> is € 1.023 miljoen toegezegd. Daarvan is € 521 miljoen<br />

opgevraagd. Private equity maakte eind <strong>2007</strong> ongeveer<br />

4,3% van het belegde vermogen uit (2006: 2,8%).<br />

Via directe fondsen wordt met strenge selectiecriteria<br />

een gespreide portefeuille opgebouwd. Enkele van deze<br />

criteria zijn de spreiding over soorten private equity, de<br />

kwaliteit van private equity-managers en de potentie<br />

van de bedrijven.<br />

Het beleggen in private equity gebeurt deels door een<br />

commanditaire vennootschap, SPF Private Equity CV,<br />

waarin ook een ander pensioenfonds participeert. Het<br />

belang van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> in deze<br />

vennootschap bedraagt 65%. SPF Beheer bv is de beherend<br />

vennoot.<br />

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de tien<br />

grootste participaties van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>.<br />

De private equity-managers worden actief<br />

gevolgd om op die manier ook verantwoordelijkheid te<br />

nemen voor een niet-beursgenoteerde beleggingscategorie.<br />

Grootste posities in private equity-fondsen<br />

Private equity-huis<br />

Advent International<br />

Barclays Capital<br />

Candover<br />

CCMP Capital Advisors<br />

Cinven<br />

CVC Capital Partners<br />

CVC Capital Partners<br />

KKR<br />

PAI Partners<br />

PAI Partners<br />

Bijhorende fonds<br />

Global Private Equity V<br />

Barclays Private Equity European Fund III<br />

Candover 2005 Fund<br />

CCMP Capital II<br />

The Fourth Cinven Fund<br />

CVC European Equity Fund IV<br />

CVC European Equity Tandem Fund<br />

KKR European Fund II<br />

PAI Europe IV<br />

PAI Europe V<br />

Private equity rendeerde als beleggingscategorie in <strong>2007</strong> goed: 27,7%.<br />

51<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Opportunityportefeuille<br />

In 2006 is de opportunityportefeuille aan de beleggingsmix<br />

toegevoegd. Beleggingen komen voor deze<br />

portefeuille in aanmerking als ze door afwijkende kenmerken<br />

niet zijn onder te brengen in andere portefeuilles.<br />

Ook moet er een aantrekkelijk rendement worden<br />

verwacht. Doel is om op termijn 5% van het vermogen<br />

in de opportunityportefeuille te beleggen. In <strong>2007</strong> is de<br />

portefeuille verder opgebouwd en maakte deze 1,2%<br />

uit van de totale portefeuille. Met de opportunityportefeuille<br />

werd in <strong>2007</strong> belegd in infrastructuurfondsen<br />

en een Global Tactical Asset Allocation-mandaat. Ook<br />

is er geïnvesteerd in beleggingen die te maken hebben<br />

met maatschappelijke verantwoordelijkheid en in een<br />

‘climate awareness’-obligatie. Het behaalde rendement<br />

op de opportunityportefeuille bedroeg – 12,9% in <strong>2007</strong>.<br />

Dit negatieve rendement werd veroorzaakt door een<br />

slecht resultaat van het Global Tactical Asset Allocationmandaat.<br />

De overige beleggingen in deze portefeuille<br />

rendeerden wel positief.<br />

In de paragraaf ‘Maatschappelijk verantwoord beleggen’<br />

worden de maatschappelijke beleggingen verder<br />

toegelicht.<br />

Valutamarkt<br />

Vóór <strong>2007</strong> werd 80% van het belegde vermogen in<br />

vreemde valuta afgedekt. In <strong>2007</strong> koos het fonds ervoor<br />

het belegde vermogen in vreemde valuta voor 100% af<br />

te dekken om de invloed van forse valuta bewegingen<br />

op het resultaat te minimaliseren. Uitzondering hierop<br />

zijn emerging markets aandelen. Deze worden niet<br />

afgedekt voor het valutarisico. De beslissing om 100% af<br />

te dekken leverde het fonds in <strong>2007</strong> € 309 miljoen op.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

4.5 Benchmarks en externe managers<br />

De resultaten van de beleggingen worden veelal per<br />

portefeuille afgezet tegen een benchmark. Per beleggingscategorie<br />

wordt de onderverdeling in portefeuilles<br />

gegeven, evenals de indices die in de benchmarks<br />

worden gebruikt. Het behaalde rendement wordt aan<br />

deze indices getoetst.<br />

Aandelen<br />

Het doel van de strategische aandelenportefeuille is het<br />

behalen van een positief rendement over een langere<br />

periode. Daarom wordt de portefeuille niet afgezet<br />

tegen een gangbare benchmark. De benchmark voor de<br />

langere termijn is de 10-jaars euro swaprente plus 3%<br />

per jaar.<br />

De benchmark van de tactische aandelenportefeuille<br />

ziet er als volgt uit:<br />

Aandelen<br />

Europa<br />

Verenigde Staten<br />

Japan<br />

Emerging markets<br />

Gewicht<br />

39%<br />

20%<br />

11%<br />

20%<br />

Benchmark<br />

MSCI pan Europa<br />

S&P 500<br />

Topix, MSCI Japan<br />

IFCI EM, MSCI EM<br />

Vastrentende waarden<br />

De strategische vastrentendewaarden benchmark voor<br />

de lange termijn is de EMU Direct Government AAA<br />

15+.<br />

52


De tactische vastrentendewaarden benchmark is in <strong>2007</strong><br />

onderverdeeld in staatsobligaties, bedrijfsobligaties en<br />

Emerging Market Debt. De benchmarks zijn:<br />

Vastrentende waarden<br />

Staatobligaties<br />

EMU-staten<br />

Verenigde Staten<br />

Covered Bonds euro<br />

Bedrijfsobligaties<br />

Bedrijfsobligaties<br />

High Yield<br />

Emerging Market Debt<br />

Gewicht<br />

100%<br />

60%<br />

25%<br />

15%<br />

100%<br />

90%<br />

10%<br />

100%<br />

Benchmark<br />

Hypotheken<br />

De benchmark voor hypotheken is de Merrill Lynch AA<br />

Financials.<br />

Nederlands (direct en indirect) vastgoed<br />

Direct vastgoed gebruikt het voor dat jaar begrote<br />

rendement als benchmark. Voor <strong>2007</strong> was dat 5,9%. Het<br />

rendement van indirect vastgoed is niet afgezet tegen<br />

een benchmark, omdat de portefeuille vrijwel geheel is<br />

afgebouwd.<br />

Private equity<br />

De benchmark voor private equity op lange termijn<br />

heeft een rendement dat 3% hoger is dan het rendement<br />

op aandelen.<br />

Opportunityportefeuille<br />

De opportunityportefeuille wordt niet tegen een benchmark<br />

afgezet, omdat deze portefeuille nog in opbouw<br />

is. Als benchmarkrendement wordt het werkelijk rendement<br />

vermeld.<br />

Merril Lynch Emu Direct Government<br />

Merrill Lynch Treasury Master<br />

Merrrill Lynch Collateralized/Securitized, Large Cap<br />

Merrill Lynch Euro Corporates, Large Cap<br />

Merrill Lynch Global high yield<br />

JP Morgan Emerging Markets Bonds<br />

53<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Externe beheerders<br />

Alle bovenstaande portefeuilles worden door SPF<br />

Beheer bv beheerd. Daarnaast staan er ook portefeuilles<br />

onder het beheer van externe managers. Dit zijn:<br />

Aandelen<br />

Europa<br />

Verenigde Staten<br />

Japan<br />

Emerging markets<br />

Obligaties<br />

Emerging Market Debt<br />

Opportunity portefeuille<br />

GTAA<br />

Microfinanciering<br />

Manager<br />

BGI<br />

Pictet<br />

BGI<br />

Nomura<br />

BGI<br />

Robeco<br />

Aberdeen<br />

Dimensional<br />

Pimco<br />

Pramerica<br />

Mellon<br />

SNS<br />

Blue Orchard<br />

Benchmark<br />

MSCI Europe<br />

MSCI Europe<br />

S&P 500<br />

Topix<br />

MSCI Japan<br />

IFCI Emerging Markets Free<br />

MSCI Emerging Markets<br />

MSCI Emerging Markets<br />

JP Morgan emerging Market Bonds<br />

JP Morgan emerging Market Bonds<br />

10 jaars swaprente plus 2%<br />

10 jaars swaprente plus 2%<br />

10 jaars swaprente plus 2%<br />

54


5. Financiële positie<br />

De fi nanciële positie van het fonds is in <strong>2007</strong> verder<br />

verbeterd. Het totale eigen vermogen nam met € 715<br />

miljoen toe van € 4,7 miljard eind 2006 naar € 5,4 miljard<br />

eind <strong>2007</strong>. De omvang van de pensioenverplichtingen<br />

nam met € 417 miljoen af van € 6,5 miljard eind 2006<br />

naar € 6,1 miljard eind <strong>2007</strong>.<br />

De waarde van de beleggingen bedroeg eind <strong>2007</strong><br />

€ 12,0 miljard, een toename van € 229 miljoen ten opzichte<br />

van de positie eind 2006 (€ 11,8 miljard).<br />

Het saldo van baten en lasten kwam over <strong>2007</strong> uit op<br />

€ 715 miljoen, een daling van € 50 miljoen ten opzichte<br />

van 2006 (€ 765 miljoen). Het totale aantal deelnemers<br />

(gepensioneerden, actieve en gewezen deelnemers)<br />

nam met 1.609 toe van 72.334 eind 2006 naar 73.943 eind<br />

<strong>2007</strong>. Het aantal aangesloten ondernemingen bedraagt 66.<br />

Dekkingsgraad<br />

De ontwikkeling van de fi nanciële positie weerspiegelt<br />

zich bij uitstek in de dekkingsgraad. Deze geldt als<br />

maatstaf voor de mate waarin de pensioenverplichtingen<br />

zijn gedekt door het aanwezige vermogen. De<br />

dekkingsgraad op basis van FTK-grondslagen nam toe<br />

van 172% naar 189%. Deze ligt daarmee ruim boven het<br />

minimaal vereiste vermogen van 105% van de verplichtingen.<br />

Op basis van het gevoerde beleggingsbeleid en<br />

de richtlijnen die De Nederlandsche Bank hanteert, zou<br />

de norm voor de dekkingsgraad van het fonds 126%<br />

zijn. Er zijn dus ruim voldoende buffers aanwezig om<br />

koersdalingen van beleggingen en andere risico’s te<br />

kunnen opvangen.<br />

De vermogenspositie geeft ook voldoende ruimte voor<br />

het toepassen van de indexatie van de pensioenen per<br />

1 januari 2008. Een besluit daartoe heeft het bestuur in<br />

december <strong>2007</strong> genomen.<br />

57<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

De ontwikkeling van de dekkingsgraad kan als volgt<br />

worden weergegeven:<br />

Dekkingsgraad per 1 januari<br />

Stelselwijziging als gevolg van gewijzigde<br />

richtlijn 610<br />

Toename door beleggingsresultaat<br />

Toename door wijziging marktrente<br />

Afname door indexatie<br />

Toename door verzekeringstechnische waardeveranderingen<br />

van de verplichtingen<br />

Overige mutaties<br />

Dekkingsgraad per 31 december<br />

Vereiste dekkingsgraad<br />

Overschot<br />

195<br />

190<br />

185<br />

180<br />

175<br />

170<br />

165<br />

160<br />

155<br />

150<br />

145<br />

<strong>2007</strong><br />

172%<br />

-<br />

4%<br />

9%<br />

- 4%<br />

9%<br />

-1%<br />

189%<br />

126%<br />

63%<br />

2006<br />

161%<br />

-3%<br />

12%<br />

9%<br />

-4%<br />

-3%<br />

0%<br />

172%<br />

128%<br />

44%<br />

2003 2004 2005 2006 <strong>2007</strong><br />

dekkingsgraad


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Resultaten <strong>2007</strong><br />

De resultaten geven samengevat het volgende beeld:<br />

Premies<br />

Beleggingsopbrengsten<br />

Pensioenuitkeringen<br />

Mutatie pensioenverplichtingen<br />

Mutatie overige voorzieningen<br />

Overige mutaties<br />

Saldo van baten en lasten<br />

<strong>2007</strong><br />

51<br />

548<br />

-343<br />

417<br />

51<br />

-9<br />

715<br />

2006<br />

37<br />

966<br />

-339<br />

123<br />

40<br />

-62<br />

765<br />

Premies<br />

De premieopbrengsten stegen met 35%, voornamelijk<br />

door de ingroei van de te betalen premies voor een<br />

aantal ondernemingen in de richting van de kostendekkende<br />

premie.<br />

Beleggingsopbrengsten<br />

De beleggingsopbrengsten kwamen in <strong>2007</strong> uit op<br />

€ 548 miljoen, ofwel 5,0% van het gemiddeld belegde<br />

vermogen. Over 2006 waren de beleggingsopbrengsten<br />

€ 966 miljoen, ofwel 9,2% van het gemiddeld belegde<br />

vermogen.<br />

Pensioenuitkeringen<br />

De pensioenuitkeringen bedroegen in <strong>2007</strong> € 343 miljoen<br />

en geven een normale ontwikkeling aan in vergelijking<br />

met 2006.<br />

Mutatie pensioenverplichtingen<br />

De pensioenverplichtingen daalden met € 417 miljoen<br />

(in 2006 was er een daling met € 123 miljoen). Dit kwam<br />

vooral door de verhoging van de marktrente die leidde<br />

tot vermindering van de verplichtingen met € 411<br />

miljoen (in 2006 een vermindering van € 504 miljoen).<br />

58<br />

Daartegenover leidde het saldo van pensioenopbouw,<br />

indexering, oprenting en uitkeringen tot een verhoging<br />

van de verplichtingen met € 212 miljoen (in 2006 een<br />

verhoging van € 247 miljoen). De overige mutaties leidden<br />

tot een daling van € 218 miljoen, vooral door een<br />

correctie van de (te) voorzichtige schatting eind 2006<br />

van het effect van de overgang op andere sterftegrondslagen.<br />

In 2006 leidden wijzigingen van de actuariële<br />

uitgangspunten en overdrachten van pensioenaanspraken<br />

per saldo tot een verhoging van de verplichtingen<br />

met € 134 miljoen.<br />

Mutatie overige voorzieningen<br />

De overige voorzieningen, bestaande uit extra opbouw<br />

van pensioenaanspraken en stamrechtuitkeringen, zijn<br />

afgenomen met € 179 miljoen. Voor € 52 miljoen wordt<br />

deze vermindering veroorzaakt door premieaanvulling en<br />

uitkeringen. Een bedrag van € 127 miljoen is geherrubriceerd<br />

naar langlopende schulden, doordat de reservering<br />

voor uitvoering van het eigen risico van WIA/<br />

WGA is overgedragen aan de Stichting ter bevordering<br />

van arbeidsparticipatie in de bedrijfstak spoorwegen.<br />

Overige mutaties<br />

De overige mutaties omvatten onder meer de pensioenuitvoeringskosten<br />

en het saldo van overdrachten van<br />

pensioenaanspraken aan andere fondsen. De overdrachten<br />

waren in <strong>2007</strong> per saldo nul, in 2006 is per saldo € 53<br />

miljoen meer door Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

aan derden overgedragen dan van derden is overgenomen.<br />

Een nadere analyse van het resultaat is opgenomen in<br />

de toelichting op de staat van baten en lasten in de jaarrekening.


6. Jaarrekening<br />

Balans per 31 december <strong>2007</strong><br />

(bedragen in miljoenen euro’s)<br />

ACTIVA<br />

Beleggingen<br />

Vastgoed<br />

Aandelen<br />

Vastrentende waarden<br />

Derivaten<br />

Overige beleggingen<br />

Deelnemingen<br />

Vorderingen en overlopende activa<br />

Totaal activa<br />

PASSIVA<br />

Stichtingskapitaal en reserves<br />

Stichtingskapitaal en statutaire reserves<br />

Bestemmingsreserves<br />

Overige reserves<br />

Technische voorzieningen<br />

Voorziening pensioenverplichtingen<br />

Overige voorzieningen<br />

Langlopende schulden<br />

Kortlopende schulden en overlopende passiva<br />

Totaal passiva<br />

*) De nummering verwijst naar de toelichting<br />

61<br />

*)<br />

(1)<br />

(2)<br />

(3)<br />

(4)<br />

(5)<br />

(6)<br />

(7)<br />

(8)<br />

(9)<br />

(10)<br />

(11)<br />

(12)<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

1.362<br />

5.392<br />

4.623<br />

-23<br />

673<br />

12.027<br />

15<br />

11<br />

12.053<br />

0<br />

1.606<br />

3.830<br />

5.436<br />

6.136<br />

338<br />

104<br />

39<br />

12.053<br />

31-12-2006<br />

1.174<br />

6.406<br />

3.771<br />

52<br />

395<br />

11.798<br />

14<br />

10<br />

11.822<br />

0<br />

1.821<br />

2.900<br />

4.721<br />

6.553<br />

517<br />

0<br />

31<br />

11.822


BATEN<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Staat van baten en lasten over <strong>2007</strong><br />

(bedragen in miljoenen euro’s)<br />

Premiebijdragen<br />

Beleggingsresultaten<br />

Mutatie voorziening pensioenverplichtingen<br />

Mutatie overige voorzieningen<br />

Overige baten<br />

Totaal baten<br />

LASTEN<br />

Pensioenuitkeringen<br />

Pensioenuitvoeringskosten<br />

Saldo overdrachten van pensioenaanspraken<br />

Overige lasten<br />

Totaal lasten<br />

Saldo van baten en lasten<br />

Bestemming van het saldo van baten en lasten<br />

Bestemmingsreserves<br />

Overige reserves<br />

Totaal saldo van baten en lasten<br />

(13)<br />

(14)<br />

(15)<br />

(16)<br />

(17)<br />

(18)<br />

(19)<br />

*) In verband met de overgang op de gewijzigde Richtlijn 610 voor de jaarverslaggeving is de verdeling van de bestemming van het resultaat 2006 niet<br />

beschikbaar.<br />

62<br />

<strong>2007</strong><br />

51<br />

548<br />

417<br />

51<br />

4<br />

1.071<br />

343<br />

8<br />

0<br />

5<br />

356<br />

715<br />

-215<br />

930<br />

715<br />

2006<br />

37<br />

966<br />

123<br />

40<br />

3<br />

1.169<br />

339<br />

12<br />

53<br />

0<br />

404<br />

765<br />

*)<br />

765


Kasstroomoverzicht over <strong>2007</strong><br />

(bedragen in miljoenen euro’s)<br />

Kasstroom uit pensioenuitvoeringsactiviteiten<br />

Ontvangen premies<br />

Ontvangen wegens overdracht van pensioenaanspraken (per saldo)<br />

Betaalde pensioenuitkeringen<br />

Pensioenuitvoeringskosten<br />

Kasstroom uit beleggingsactiviteiten<br />

Verkopen en aflossingen van beleggingen<br />

Ontvangen directe beleggingsopbrengsten<br />

Aankopen beleggingen<br />

Betaalde kosten van vermogensbeheer<br />

Andere mutaties<br />

Aflossing langlopende schulden<br />

Dividend deelneming<br />

Mutatie vorderingen en kortlopende schulden<br />

Overige lasten<br />

Toe-/afname liquide middelen<br />

Liquide middelen aan het begin van het jaar<br />

Liquide middelen aan het eind van het jaar<br />

63<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Valutakoers- en omrekeningsverschillen van liquide middelen zijn verwerkt in de kasstroom uit beleggingsopbrengsten.<br />

<strong>2007</strong><br />

51<br />

0<br />

-343<br />

-8<br />

-300<br />

5.774<br />

359<br />

-5.785<br />

-33<br />

315<br />

-24<br />

3<br />

7<br />

-5<br />

-19<br />

-4<br />

28<br />

24<br />

2006<br />

37<br />

-53<br />

-339<br />

-12<br />

-367<br />

3.846<br />

356<br />

-3.804<br />

-26<br />

372<br />

0<br />

2<br />

13<br />

0<br />

15<br />

20<br />

8<br />

28


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Algemene toelichting<br />

Algemeen<br />

Het doel van de Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> is<br />

het uitvoeren van de pensioenregeling voor de aangesloten<br />

ondernemingen, werknemers en voormalige<br />

werknemers binnen de bedrijfstak Spoorwegen.<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> is een niet verplicht<br />

gesteld bedrijfstakpensioenfonds.<br />

De pensioenregeling is gebaseerd op het principe van<br />

Collectief Defi ned Contribution (CDC-regeling), waarbij<br />

gestreefd wordt naar een pensioen gebaseerd op middelloonniveau.<br />

De Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> is<br />

statutair gevestigd te Utrecht.<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> omvat uitsluitend<br />

pensioenvoorzieningen voor risico van het fonds en dus<br />

indirect, vanwege het CDC-karakter van de regeling,<br />

voor de groep deelnemers en gewezen deelnemers als<br />

geheel. Er zijn geen pensioenvoorzieningen voor risico<br />

van individuele deelnemers. In samenhang hiermee<br />

betreffen de beleggingen voor 99,1% beleggingen voor<br />

risico van het fonds en is geen sprake van beleggingen<br />

voor risico van individuele deelnemers. De resterende<br />

0,9% van de beleggingen betreft een in beheer gegeven<br />

bedrag van € 104 miljoen, dat integraal deel uitmaakt<br />

van de totale beleggingsportefeuille en waarvan het risico<br />

ligt bij de derde die het geld in beheer heeft gegeven.<br />

Overeenstemmingsverklaring; stelselwijziging<br />

De jaarrekening van de Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke<br />

bepalingen zoals deze zijn vermeld in Titel 9 Boek 2<br />

van het Burgerlijk Wetboek en met inachtneming van de<br />

Richtlijnen voor de <strong>Jaarverslag</strong>geving, in het bijzonder<br />

Richtlijn 610 Pensioenfondsen.<br />

Mede naar aanleiding van het in werking treden van<br />

de Pensioenwet met ingang van 1 januari <strong>2007</strong> zijn de<br />

64<br />

richtlijnen voor de fi nanciële verslaggeving geactualiseerd.<br />

Toepassing van deze geactualiseerde richtlijn is<br />

van kracht voor verslagjaren die aanvangen op of na<br />

1 januari 2008. In lijn met de aanbeveling voor eerdere<br />

toepassing, wordt de geactualiseerde richtlijn reeds<br />

toegepast voor de jaarrekening <strong>2007</strong>.<br />

De belangrijkste wijzigingen in de regelgeving betreffen:<br />

• waardering van beleggingen en pensioenverplichtingen<br />

tegen marktwaarde;<br />

• specifi eke eisen aan de solvabiliteitsbuffer die<br />

pensioenfondsen aanhouden als eigen vermogen;<br />

• presentatiewijzigingen.<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> hanteert al sinds<br />

een aantal jaren voor beleggingen en pensioenverplichtingen<br />

als gedragslijn waardering op basis van marktrente<br />

en voldoet al jaren aan de eisen ten aanzien van<br />

solvabiliteit. Toepassing van de gewijzigde Richtlijn<br />

610 betekent een stelselwijziging in de presentatie. De<br />

cijfers van 2006 zijn ter wille van de vergelijkbaarheid<br />

aangepast.


De pensioenvermogensmethode, die Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

tot nu toe volgde, is komen te<br />

vervallen, omdat deze niet in lijn is met de Pensioenwet<br />

en de gewijzigde Richtlijn 610. Als gevolg hiervan is de<br />

Staat van baten en lasten opgenomen en is de specifi catie<br />

van het vermogen en van de voorziening pensioenverplichtingen<br />

aangepast. De overige voorzieningen<br />

worden niet als technische voorziening beschouwd en<br />

blijven daardoor buiten de bepaling van de dekkingsgraad.<br />

De vergelijkende cijfers voor 2006 zijn met het<br />

oog op de vergelijkbaarheid aangepast. De dekkingsgraad<br />

2006 komt daardoor op 172%.<br />

Met de vorig jaar gehanteerde methode kwam de dekkingsgraad<br />

2006 uit op 178%.<br />

De jaarrekening is vastgesteld door het bestuur op 13<br />

maart 2008.<br />

“De Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

voldoet al jaren aan de eisen ten aanzien<br />

van solvabiliteit”<br />

65<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Hoofdlijnen van de pensioenregeling<br />

Per 31 december 2005 is de pensioenregeling gewijzigd<br />

in een collectieve beschikbare-premieregeling.<br />

Met de aangesloten werkgevers is een vaste premie<br />

afgesproken, die 20% van de pensioengrondslagsom<br />

bedraagt. Met een aantal werkgevers is een ingroeiperiode<br />

afgesproken. Voor de deelnemers is de jaarlijkse<br />

pensioenopbouw voorwaardelijk, dat wil zeggen dat de<br />

nagestreefde opbouw slechts wordt toegekend als deze<br />

naar het oordeel van het bestuur kan worden gefi -<br />

nancierd uit de premie en het vermogen van Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>. Voor alle categorieën kunnen<br />

de aanspraken worden gekort als de fi nanciële positie<br />

van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> dat noodzakelijk<br />

maakt.<br />

Voor deelnemers die in 1950 of later zijn geboren wordt<br />

gestreefd naar pensioenopbouw volgens een geïndexeerde<br />

middelloonregeling. Deze heeft de volgende<br />

hoofdkenmerken:<br />

• de pensioenrichtleeftijd is 65;<br />

• de franchise wordt jaarlijks door het bestuur<br />

vastgesteld en bedraagt in <strong>2007</strong> € 11.872;<br />

• de jaarlijkse opbouw van het ouderdomspensioen<br />

bedraagt 2,25% van de voor dat jaar geldende<br />

pensioengrondslag;<br />

• aan het te bereiken ouderdomspensioen is een<br />

partnerpensioen van 70% gekoppeld;<br />

• er zijn diverse mogelijkheden voor vervroeging<br />

of uitstel van de pensioendatum, uitruil tussen<br />

pensioensoorten, en variatie in de uitkeringshoogte.<br />

De aanspraken die tot en met 2005 waren opgebouwd<br />

zijn ongewijzigd gehandhaafd (afgezien van indexatie)<br />

en zijn eventueel aangevuld met aanspraken op grond<br />

van een overgangsregeling.<br />

66<br />

Voor deelnemers geboren vóór 1950 geldt een pensioenleeftijd<br />

van 61 of 62, en de franchise bedraagt in <strong>2007</strong><br />

€ 15.328. De regeling voorziet ook in de opbouw van<br />

een AOW-overbrugging.<br />

Indexatiebeleid<br />

Het fonds kent een voorwaardelijke indexatie, zowel<br />

voor de aanspraken van pensioentrekkenden en premievrijen,<br />

als voor de opgebouwde aanspraken van de<br />

actieven. Daarbij geldt als maatstaf de loonindex van<br />

het CBS. Of en met welk percentage van de loonindex<br />

er wordt geïndexeerd wordt bepaald door het bestuur<br />

waarbij vooral gekeken wordt naar de fi nanciële positie<br />

van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>. Als richtlijn is er<br />

een staffel die inhoudt dat:<br />

• er bij een dekkingsgraad van meer dan 130%<br />

volledig wordt geïndexeerd;<br />

• er bij een dekkingsgraad onder de 110% niet<br />

geïndexeerd wordt;<br />

• er gedeeltelijk wordt geïndexeerd als de dekkingsgraad<br />

tussen deze grenzen ligt.


Grondslagen voor de waardering en de resultaatbepaling<br />

Algemeen<br />

Alle bedragen zijn vermeld in euro’s.<br />

Beleggingen en pensioenverplichtingen worden gewaardeerd<br />

op reële waarde. Overige activa en passiva<br />

worden gewaardeerd tegen nominale waarde, tenzij<br />

anders wordt vermeld.<br />

Bij onderstaande posten zijn nummers vermeld die<br />

corresponderen met de nummers van de posten van de<br />

balans en de staat van baten en lasten.<br />

Schattingen en veronderstellingen<br />

Bij de opstelling van de jaarrekening worden door het<br />

bestuur schattingen en veronderstellingen gemaakt en<br />

oordelen gevormd die van invloed zijn op de toepassing<br />

van grondslagen en op de waardebepaling van<br />

activa en passiva, en van baten en lasten. Het betreft de<br />

boekwaarde van activa en passiva waarvan de waarden<br />

niet op eenvoudige wijze uit andere bronnen blijkt. De<br />

schattingen en de hiermee verbonden veronderstellingen<br />

zijn gebaseerd op ervaringen uit het verleden en<br />

verschillende andere factoren die gezien de omstandigheden<br />

als redelijk worden beschouwd. De daadwerkelijke<br />

uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen.<br />

De schattingen en veronderstellingen worden voortdurend<br />

beoordeeld. Herziening van schattingen worden<br />

opgenomen in de periode waarin de herziening zijn<br />

gevolgen uitstrekt.<br />

Vreemde valuta<br />

Bedragen in vreemde valuta worden omgerekend naar<br />

euro’s tegen de koersen per balansdatum. De daarbij<br />

optredende koersverschillen worden opgenomen in het<br />

resultaat.<br />

67<br />

Beleggingen<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Vastgoed (1)<br />

Vastgoed in exploitatie wordt gewaardeerd op reele<br />

waarde. Voor objecten die gedurende het jaar<br />

in exploitatie zijn genomen, wordt de reële waarde<br />

gesteld op de vervaardigings- of verkrijgingsprijs. Voor<br />

woningobjecten wordt de reële waarde bepaald als de<br />

contante waarde van de toekomstige kasstromen van<br />

een exploitatieperiode van 15 jaar en van de geschatte<br />

waarde bij willige verkoop na afl oop van deze periode.<br />

Bij de inschatting van de kasstromen wordt rekening<br />

gehouden met de voor de grootte van de kasstromen<br />

relevante factoren als leegstand, infl atie, huurindexering,<br />

uitponding e.d. De voor de berekening gebruikte<br />

disconteringsvoet wordt afgeleid uit de vastgestelde<br />

marktgegevens. Voor commercieel vastgoed wordt de<br />

reële waarde bepaald door middel van de BAR-methode<br />

(Bruto AanvangsRendement). Er wordt rekening<br />

gehouden met correctiefactoren leegstand, verschil<br />

tussen markthuur en contracthuur, afkoop erfpacht en<br />

kapitaalinvesteringen.<br />

Jaarlijks wordt conform de richtlijnen van de Raad voor<br />

Onroerende Zaken (ROZ) tenminste een deel van het<br />

vastgoed in exploitatie door externe taxateurs gewaardeerd.<br />

Het gaat hier elk jaar om een representatief deel<br />

van de portefeuille. De interne taxaties worden overeenkomstig<br />

de uitgangspunten van de externe taxaties<br />

uitgevoerd.<br />

Beleggingen in vastgoed door middel van commanditaire<br />

vennootschappen worden gewaardeerd op het<br />

aandeel van de stichting in de panden van deze vennootschappen.<br />

De overige activa en passiva worden opgenomen<br />

onder de vorderingen respectievelijk schulden<br />

inzake vastgoedbeleggingen.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Vastgoed in ontwikkeling wordt gewaardeerd op de<br />

daaraan bestede kosten eventueel onder aftrek van<br />

noodzakelijk geachte voorzieningen.<br />

Participaties in ter beurze genoteerde vastgoedmaatschappijen<br />

worden gewaardeerd op beurswaarde.<br />

Aandelen (2)<br />

De in deze post begrepen aandelen en converteerbare<br />

obligaties worden gewaardeerd op reële waarde, zijnde<br />

de beurswaarde per balansdatum, onder toevoeging<br />

van de opgelopen rente van converteerbare obligaties.<br />

Vastrentende waarden (3)<br />

Vastrentende waarden omvatten obligaties, hypothecaire<br />

leningen, leningen op schuldbekentenis, deposito’s en<br />

callgelden.<br />

Obligaties<br />

De obligaties worden gewaardeerd op reële waarde,<br />

zijnde de beurswaarde per balansdatum, onder toevoeging<br />

van opgelopen rente.<br />

Hypothecaire leningen en leningen op schuldbekentenis<br />

De hypothecaire leningen en leningen op schuldbekentenissen<br />

worden gewaardeerd op reële waarde. Deze<br />

waarde wordt bepaald als contante waarde van de<br />

toekomstige rente- en afl ossingstermijnen, alsmede verwachte<br />

boeterente bij vervroegde afl ossingen. Hierbij<br />

wordt een schatting gemaakt van mogelijke vervroegde<br />

afl ossingen. De contante waarde wordt bepaald op<br />

basis van een rekenrente die gelijk is aan de geldende<br />

swaprentes voor de betreffende gemiddelde looptijd.<br />

Op deze waarde wordt een opslag voor de risicokenmerken<br />

van hypotheken respectievelijk onderhandse<br />

leningen aangebracht.<br />

68<br />

Deposito’s en callgelden<br />

De deposito’s en callgelden worden gewaardeerd op<br />

nominale waarde.<br />

Derivaten (4)<br />

Derivaten worden gewaardeerd op reële waarde. Voor<br />

beursgenoteerde contracten is dit gebaseerd op de<br />

beurskoers per balansdatum. Voor niet beursgenoteerde<br />

contracten is de waardering gebaseerd op beschikbare<br />

marktinformatie.<br />

Overige beleggingen (5)<br />

De overige beleggingen omvatten private equity, opportunities,<br />

vorderingen en schulden inzake beleggingen<br />

en liquide middelen.<br />

Private equity<br />

Private equity beleggingen worden gewaardeerd op reële<br />

waarde, zijnde de intrinsieke waarde. Deze waarde<br />

wordt ontleend aan de meest recente rapportages van<br />

de fund- en fund of fundmanagers, gecorrigeerd voor<br />

kasstromen in de periode tot balansdatum. De managers<br />

bepalen de intrinsieke waarde op basis van lokale weten<br />

regelgeving.<br />

Opportunities<br />

Opportunities worden gewaardeerd op reële waarde.<br />

Voor beursgenoteerde beleggingen is dit gebaseerd op<br />

de beurskoers per balansdatum. Voor niet beursgenoteerde<br />

beleggingen is de waardering gebaseerd op<br />

beschikbare marktinformatie of op de rapportage van<br />

de externe manager, gecorrigeerd voor kasstromen in de<br />

periode tot balansdatum.


Vorderingen en schulden en liquide middelen inzake<br />

beleggingen<br />

Deze posten worden gewaardeerd op de nominale<br />

waarde.<br />

Deelnemingen (6)<br />

Deelnemingen waarin invloed van betekenis wordt<br />

uitgeoefend, worden gewaardeerd op het aandeel van<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> in het eigen vermogen<br />

van de deelnemingen. Deelnemingen waarin<br />

geen invloed van betekenis wordt uitgeoefend, worden<br />

gewaardeerd op verkrijgingprijs.<br />

Vorderingen en overlopende activa (7)<br />

De vorderingen en overlopende activa worden gewaardeerd<br />

op de nominale waarde, zo nodig onder aftrek<br />

van een voorziening voor het risico van oninbaarheid.<br />

Stichtingskapitaal en reserves (8)<br />

Het stichtingskapitaal en reserves worden bepaald door<br />

het bedrag dat resteert nadat alle actiefposten, posten<br />

van vreemd vermogen en verplichtingen inclusief alle<br />

technische voorzieningen in de balans zijn opgenomen.<br />

In de toelichting wordt opgenomen het krachtens de<br />

Pensioenwet minimaal vereiste eigen vermogen volgens<br />

de in het Besluit Financieel ToetsingsKader (FTK) voorgeschreven<br />

berekeningsmethodiek alsmede het surplus<br />

vermogen.<br />

Voorziening pensioenverplichtingen (9)<br />

De voorziening pensioenverplichtingen omvat alle uit<br />

de pensioenregeling of andere overeenkomsten voortvloeiende<br />

pensioenverplichtingen.<br />

De pensioenverplichtingen omvatten de opgebouwde<br />

nominale pensioenaanspraken en indexatietoezeggingen.<br />

69<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

De voorziening voor pensioenverplichtingen wordt<br />

bepaald op basis van de contante waarde van de beste<br />

inschatting van toekomstige kasstromen die samenhangen<br />

met de op balansdatum bestaande pensioenverplichtingen.<br />

Bij de berekening worden de volgende<br />

grondslagen en veronderstellingen gehanteerd:<br />

• Rekenrente:<br />

De verplichtingen zijn contant gemaakt op basis van de<br />

door De Nederlandsche Bank vastgestelde rentetermijnstructuur<br />

op de balansdatum. Deze rentetermijnstructuur<br />

komt ultimo <strong>2007</strong> voor Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

overeen met een uniforme rekenrente van 4,8%<br />

(4,3% ultimo 2006).<br />

• Overlevingsgrondslagen:<br />

Voor levensverwachtingen wordt uitgegaan van de<br />

prognosetafels zoals die in <strong>2007</strong> zijn gepubliceerd door<br />

het Actuarieel Genootschap, waarbij als prognoseperiode<br />

2008-2050 is gebruikt. De sterftekansen volgens deze<br />

tafels zijn vermenigvuldigd met 95%.<br />

• Hoogte en wijze van indexering van ingegane<br />

en premievrije pensioenen:<br />

De ingegane en premievrije pensioenen worden, evenals<br />

de opgebouwde aanspraken in de middelloonregeling,<br />

verhoogd op basis van de ontwikkeling van de<br />

contractlonen zoals die door het CBS wordt vastgesteld,<br />

indien en voorzover de middelen van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

dit toelaten. De verhoging van de<br />

pensioenen bedroeg per 1 januari <strong>2007</strong> 1,33% en per 1<br />

januari 2008 2,27%. De indexatie per 1 januari volgend op<br />

het verslagjaar wordt meegenomen in de VPV ultimo<br />

verslagjaar, mits het besluit omtrent indexatie is genomen<br />

voor 1 januari van het komende jaar.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

• De mate waarin rekening is gehouden met een<br />

verzekerde partner:<br />

Voor de partnerfrequentie wordt uitgegaan van de partnerfrequenties<br />

zoals die begin <strong>2007</strong> in het bestand van<br />

het fonds zijn waargenomen. In verband met de uitruil<br />

van partnerpensioen in extra ouderdomspensioen is de<br />

partnerfrequentie op de pensioenrichtleeftijd gesteld op<br />

100%. Vanaf de pensioenrichtleeftijd loopt de partnerfrequentie<br />

af met de sterftekans van de partner. Voor het<br />

leeftijdsverschil tussen de deelnemer en de meeverzekerde<br />

partner wordt verondersteld dat mannen drie jaar<br />

ouder zijn dan vrouwen.<br />

• Voor arbeidsongeschikte deelnemers wordt<br />

mede rekening gehouden met het premievrijgestelde<br />

deel van de toekomstige pensioenopbouw.<br />

• Opslagpercentage voor toekomstige kosten:<br />

Voor kosten is rekening gehouden met een opslagpercentage<br />

van 2% op de netto voorziening.<br />

• Toekomstige ontwikkelingen in het salarisniveau:<br />

Bij de vaststelling van de voorziening is geen<br />

rekening gehouden met toekomstige salarisontwikkelingen<br />

en indexaties, met uitzondering van de indexatie<br />

per 1 januari van het komende boekjaar, indien het<br />

bestuur het besluit tot indexatie heeft genomen in het<br />

verslagjaar.<br />

Overige voorzieningen (10)<br />

De overige voorzieningen betreffen voorzieningen voor<br />

met de pensioenverplichtingen samenhangende risico’s<br />

en omvatten extra opbouw van pensioenaanspraken,<br />

stamrechtuitkeringen en dergelijke regelingen.<br />

70<br />

Langlopende schulden (11)<br />

De langlopende schulden betreffen in beheer gegeven<br />

gelden en worden op nominale waarde gewaardeerd.<br />

Kortlopende schulden en overlopende passiva (12)<br />

Deze posten worden gewaardeerd op nominale waarde.<br />

Premiebijdragen (13)<br />

Hieronder zijn opgenomen de aan het boekjaar toe te<br />

rekenen werkgeversbijdragen en werknemersbijdragen,<br />

alsmede premies van de Stichting Financiering Voortzetting<br />

Pensioenverzekering (FVP). De premiebijdragen<br />

bestaan uit de contractueel overeengekomen premies.<br />

Beleggingsresultaten (14)<br />

De beleggingsopbrengsten betreffen de aan het verslagjaar<br />

toe te rekenen opbrengsten van de beleggingen<br />

(directe opbrengsten), alsmede de gerealiseerde en<br />

ongerealiseerde waarderings- en koersverschillen (indirecte<br />

opbrengsten), verminderd met de kosten van het<br />

beheer van de beleggingen.<br />

Ten aanzien van dividend wordt uitsluitend het in het<br />

verslagjaar ter beschikking gestelde dividend als opbrengst<br />

verantwoord.<br />

Mutaties in technische voorzieningen (15) en mutaties<br />

in overige voorzieningen (16)<br />

In beginsel worden alle mutaties in de voorzieningen in<br />

de staat van baten en lasten opgenomen.<br />

Pensioenuitkeringen (17)<br />

Hieronder worden opgenomen de ten laste van het verslagjaar<br />

komende uitkeringen inzake ouderdoms-,<br />

nabestaanden-, en invaliditeitspensioen, alsmede<br />

eenmalige uitkeringen en afkopen overeenkomstig de<br />

pensioenregeling.


Pensioenuitvoeringskosten (18)<br />

Deze betreffen de aan het verslagjaar toe te rekenen<br />

uitvoerings- en administratiekosten. De kosten bestaan<br />

uit de aan SPF Beheer bv betaalde fee voor de uitvoering<br />

alsmede overige kosten van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>.<br />

Het deel van de fee en de kosten dat<br />

betrekking heeft op het beheer van de beleggingen is in<br />

mindering gebracht op de post Beleggingsopbrengsten.<br />

Saldo overdrachten van pensioenaanspraken (19)<br />

Deze post omvat het saldo van ontvangen en betaalde<br />

bedragen verband houdend met overdracht van pensioenaanspraken.<br />

Overige baten en lasten<br />

De overige baten en lasten worden opgenomen voor de<br />

aan het verslagjaar toe te rekenen bedragen.<br />

Grondslagen voor het kasstroomoverzicht<br />

Dit overzicht wordt opgesteld volgens de indirecte methode.<br />

Deze methode bouwt de kasstromen op vanuit<br />

de posten van de staat van baten en lasten en de mutaties<br />

in de balansposten. Onderscheid wordt gemaakt<br />

naar kasstromen uit pensioenactiviteiten, beleggingsactiviteiten<br />

en overige.<br />

Valutakoersverschillen van de liquide middelen zijn<br />

verwerkt in de kasstroom uit beleggingsopbrengsten.<br />

Omdat de liquide middelen in beginsel beschikbaar zijn<br />

voor beleggingsdoeleinden, zijn ze gerubriceerd onder<br />

de overige beleggingen.<br />

71<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —


Risicobeheersing<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

In het bestuursverslag is uiteengezet welke risico’s<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> loopt en welk beleid<br />

wordt gevoerd ter beheersing van die risico’s. In deze<br />

paragraaf wordt nader ingegaan op de kwantitatieve en<br />

kwalitatieve aspecten van de beheersingsmaatregelen.<br />

Vermogenspositie<br />

Het belangrijkste risico van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

betreft het solvabiliteitsrisico, d.w.z. het risico<br />

dat Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> niet beschikt<br />

over voldoende vermogen ter dekking van de pensioenverplichtingen.<br />

Indien de solvabiliteit zich negatief<br />

ontwikkelt bestaat het risico dat er geen ruimte is voor<br />

indexatie van opgebouwde pensioenaanspraken en in<br />

het uiterste geval zou het noodzakelijk kunnen zijn de<br />

pensioenaanspraken van de deelnemers te beperken.<br />

De mate waarin en de wijze waarop risico’s worden<br />

beperkt hangt voor een deel samen met de fi nanciële<br />

positie van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>. Naarmate<br />

het beschikbare vermogen en de verplichtingen<br />

van een pensioenfonds dichter bij elkaar liggen, worden<br />

de eisen van de toezichthouder stringenter. Hoe groter<br />

het vermogen is ten opzichte van de verplichtingen, hoe<br />

meer beleidsvrijheid er is om een passend risicoprofi el<br />

aan te houden in relatie tot de rendementsdoelstellingen.<br />

Op basis van de Pensioenwet en het Financieel Toetsingskader<br />

hanteert de toezichthouder De Nederlandsche<br />

Bank een gestandaardiseerde methode om te<br />

toetsen of er voldoende vermogen aanwezig is om de<br />

risico’s van het pensioenfonds te kunnen opvangen.<br />

72<br />

Bij deze toets wordt voor een aantal scenario’s het effect<br />

van de diverse risico’s op het vermogen bepaald. De<br />

uitkomsten worden mede bepaald door marktomstandigheden<br />

en het risicoprofi el van de beleggingen. Er is<br />

sprake van voldoende eigen vermogen als de reserves<br />

groter zijn dan het zogenoemde vereist eigen vermogen.<br />

De uitkomsten van de standaardtoets zijn als volgt:<br />

(bedragen in miljoenen euro’s)<br />

S1<br />

S2<br />

S3<br />

S4<br />

S5<br />

S6<br />

Risicocategorie<br />

Renterisico<br />

Zakelijke waardenrisico<br />

Valutarisico<br />

Grondstoffenrisico<br />

Kredietrisico<br />

Verzekeringstechnisch risico<br />

Totaal van de risico’s<br />

Af: diversificatie-effect<br />

Vereist eigen vermogen<br />

Aanwezig eigen vermogen<br />

Vrije reserve<br />

Dekkingsgraad<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

661<br />

1.151<br />

-<br />

-<br />

9<br />

228<br />

2.049<br />

443-<br />

1.606<br />

Effect op het<br />

eigen vermogen<br />

5.436<br />

3.830<br />

189%<br />

31-12-2006<br />

680<br />

1.342<br />

-<br />

-<br />

5<br />

323<br />

2.350<br />

529-<br />

1.821<br />

4.721<br />

2.900<br />

172%<br />

Het vereist eigen vermogen omvat het vermogen<br />

dat toereikend is om het totale effect van de risico’s<br />

te kunnen opvangen. De dekkingsgraad die bij deze<br />

evenwichtssituatie behoort is 126%. Hiervoor is een<br />

vermogen nodig van € 7.742 miljoen. Dit bedrag bestaat<br />

uit de voorziening pensioenverplichting (€ 6.136) en het<br />

vereist eigen vermogen (€ 1.606).


Renterisico<br />

Het renterisico heeft betrekking op de kans dat de<br />

waarde van het belegde vermogen en van de pensioenverplichtingen<br />

veranderen als gevolg van wijzigingen<br />

in de marktrente. Een belangrijke rol hierbij speelt de<br />

zogenaamde matching, dit wil zeggen de mate waarin<br />

er een discrepantie ontstaat tussen de waardeontwikkeling<br />

van de pensioenverplichtingen en het belegde vermogen.<br />

Het betreft met name beleggingen in vastrentende<br />

waarden, omdat de waarde daarvan meebeweegt met<br />

de ontwikkeling van de marktrente.<br />

De rentegevoeligheid wordt uitgedrukt in de duration:<br />

de gewogen gemiddelde resterende looptijd in jaren<br />

van de toekomstige kasstromen van verplichtingen en<br />

beleggingen. De duration van de pensioenverplichtingen<br />

en die van vastrentende waarden is weergegeven in<br />

onderstaande tabel.<br />

De discrepantie tussen de beide durations is verkleind<br />

door aankoop van:<br />

• langlopende staatobligaties;<br />

• langlopende infl atie gerelateerde obligaties;<br />

• langlopende renteswaps.<br />

De duration van de vastrentende waarden inclusief derivaten<br />

is daardoor verlengd. Dit is eveneens in onderstaande<br />

tabel opgenomen. Door het gebruik van deze<br />

derivaten wordt het effect van een daling van de dekkingsgraad<br />

als gevolg van een rentedaling verkleind.<br />

Duration van de vastrentende waarden (voor derivaten)<br />

Duration van de vastrentende waarden (na derivaten)<br />

Duration van de (nominale) pensioenverplichtingen<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

7,0<br />

8,0<br />

13,0<br />

73<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Koersrisico<br />

Het koersrisico omvat de kans dat de waarde van het<br />

belegde vermogen verandert door de ontwikkeling<br />

van marktprijzen. Het betreft met name beleggingen in<br />

zakelijke waarden, die naast rentegevoelig ook koersgevoelig<br />

zijn. Deze wijzigingen kunnen worden veroorzaakt<br />

door factoren die specifi ek gerelateerd zijn aan<br />

een individuele belegging, de uitgevende instelling of<br />

aan algemene factoren. Het koersrisico kan worden beperkt<br />

door diversifi catie. In aanvulling daarop kan het<br />

koersrisico worden beheerst door gebruik van futures.<br />

In de toelichting op de balanspost beleggingen is<br />

weergegeven welke diversifi catie in de beleggingen is<br />

aangebracht door spreiding naar categorieën, sectoren<br />

en regio’s.<br />

Valutarisico<br />

In het kader van spreiding van risico’s is een aanzienlijk<br />

deel van de beleggingen gedaan in landen buiten het<br />

eurogebied, waardoor deze beleggingen in vreemde valuta<br />

luiden. De pensioenverplichtingen luiden in euro’s.<br />

Ook rapporteert het fonds in euro’s. In verband hiermee<br />

loopt het fonds valutarisico’s. Als uitvloeisel van het<br />

beleid om valutarisico’s volledig af te dekken worden<br />

valutatermijncontracten ingezet.<br />

“Als uitvloeisel van het beleid om valuta-<br />

risico’s volledig af te dekken worden<br />

valutatermijncontracten ingezet”


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

In onderstaande tabel is weergegeven de valutaposities<br />

van het fonds voor en na afdekking door valutaderivaten.<br />

Valuta<br />

Euro<br />

Overige valuta Europa<br />

US Dollar<br />

Japanse Yen<br />

Overige valuta buiten Europa<br />

voor<br />

68%<br />

7%<br />

21%<br />

4%<br />

0%<br />

100%<br />

Kredietrisico<br />

Het kredietrisico omvat de kans dat het fonds verlies<br />

lijdt als gevolg van faillissement of betalingsonmacht<br />

van tegenpartijen op wie het fonds vorderingen heeft of<br />

dat partijen waarmee het fonds transacties is aangegaan<br />

niet meer in staat zijn hun tegenprestatie te verrichten.<br />

Hierbij gaat het onder meer om partijen die obligaties<br />

uitgeven, partijen die hypotheekleningen hebben<br />

afgesloten bij het fonds, banken waar deposito’s zijn<br />

geplaatst, en dergelijke.<br />

Om dit risico te beperken worden eisen gesteld aan de<br />

kredietwaardigheid van tegenpartijen, wordt gezorgd<br />

voor voldoende spreiding of worden extra zekerheden<br />

verlangd.<br />

31-12-<strong>2007</strong> 31-12-2006<br />

na<br />

100%<br />

0%<br />

0%<br />

0%<br />

0%<br />

100%<br />

74<br />

voor<br />

64%<br />

12%<br />

20%<br />

4%<br />

0%<br />

100%<br />

na<br />

102%<br />

1%<br />

-2%<br />

-1%<br />

0%<br />

100%<br />

In onderstaande tabel is de verdeling naar creditrating<br />

weergegeven.<br />

AAA<br />

AA<br />

A<br />

BBB<br />

BB<br />

B<br />

Geen rating<br />

Totaal<br />

Balanswaarde 31-12-<strong>2007</strong><br />

49%<br />

20%<br />

14%<br />

7%<br />

0%<br />

0%<br />

10%<br />

100%<br />

Beleggingen waarvoor geen rating is aangegeven betreffen:<br />

• beleggingen in vastrentende waarde in emerging<br />

markets. De gemiddelde rating van deze<br />

beleggingen komt overeen met BBB;<br />

• beleggingen in staatsleningen met een rating<br />

die gesteld kan worden op ten minste AA.


Concentratierisico<br />

Het concentratierisico omvat de verhoging van rente-,<br />

prijs-, en kredietrisico’s indien beleggingen niet adequaat<br />

worden gespreid. Van concentratie kan worden<br />

gesproken indien er geen sprake is van een evenwichtige<br />

spreiding over beleggingscategorieën, sectoren, regio’s<br />

en tegenpartijen. De spreiding is weergegeven in de toelichting<br />

op de balanspost beleggingen. Het fonds heeft<br />

geen beleggingen in of met individuele partijen groter<br />

dan 5% van de desbetreffende beleggingscategorie.<br />

Liquiditeitsrisico<br />

Het liquiditeits- of kasstroomrisico omvat de kans dat<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> onvoldoende liquide<br />

middelen ter beschikking heeft om aan de lopende verplichtingen<br />

te kunnen voldoen. Het gevolg daarvan is<br />

dat het fonds geforceerd zou worden om beleggingen te<br />

verkopen, ook als de marktomstandigheden ongunstig<br />

zouden zijn voor het te gelde maken van beleggingen.<br />

Het totaal van premieontvangsten, directe beleggingsopbrengsten<br />

en afl ossingen van beleggingen in vastrentende<br />

waarden zijn hoger dan het totaal van uitkeringen<br />

en kosten. Dit patroon blijkt ook uit de prognoses voor<br />

de komende jaren, zodat het liquiditeitsrisico minimaal is.<br />

Verzekeringstechnisch risico<br />

De belangrijkste verzekeringstechnische risico’s of actuariële<br />

risico’s betreffen de levensverwachting van de<br />

deelnemers en de mogelijkheid van arbeidsongeschiktheid<br />

van actieve deelnemers.<br />

Bij de bepaling van de pensioenverplichtingen is rekening<br />

gehouden met de levensverwachtingen, zoals die<br />

door het Actuarieel Genootschap zijn geprognotiseerd<br />

voor de jaren tot 2050. Indien de levensverwachtingen<br />

zich ontwikkelen conform deze prognoses dan is de<br />

verwachte gemiddelde levenverwachting in 2050 voor<br />

75<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

een 65-jarge man 19,6 jaar (nu 17,0 jaar) en voor een 65jarige<br />

vrouw 21,3 jaar (nu 20,1 jaar).<br />

Ter afdekking van het arbeidsongeschiktheidsrisico is<br />

een opslag in de pensioenpremie opgenomen.<br />

Afgeleide fi nanciële instrumenten (derivaten)<br />

Derivaten worden uitsluitend gebruikt voor zover dit<br />

past binnen het algemene beleggingsbeleid. Hoofdzakelijk<br />

worden derivaten ingezet om de hiervoor vermelde<br />

risico’s af te dekken. Voorts worden ook derivaten<br />

gebruikt om het gewenste rendementsprofi el en de<br />

gewenste spreiding over de verschillende beleggingscategorieën<br />

te bewerkstelligen.<br />

Zoals bovenstaand reeds bij de verschillende risicocategorieën<br />

is aangegeven, worden de volgende instrumenten<br />

gebruikt:<br />

• Valutatermijncontacten, deze worden ingezet<br />

met het doel posities in andere valuta dan euro<br />

af te dekken;<br />

• Renteswaps, deze worden ingezet met het doel<br />

renterisico’s te beperken;<br />

• Futures, deze worden ingezet met het doel<br />

renterisico’s te beperken en om aanpassing van<br />

de asset-allocatie te bewerkstelligen;<br />

• Credit Default Swaps, deze worden ingezet<br />

met het doel rente- en kredietrisico’s te<br />

beperken.<br />

In de toelichting op de balanspost derivaten is<br />

de specifi catie van de derivatenposities weergegeven.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Toelichting op de balans per 31 december <strong>2007</strong><br />

(bedragen in miljoenen euro’s)<br />

Beleggingen<br />

De beleggingen worden per categorie toegelicht. Er wordt niet belegd in ondernemingen die bij het pensioenfonds zijn<br />

aangesloten.<br />

Mutatieoverzicht<br />

Het verloop van de beleggingen gedurende <strong>2007</strong> is als volgt:<br />

Waarde per 1 januari<br />

Aankopen/verstrekkingen<br />

Verkopen/aflossingen<br />

Waardeontwikkeling<br />

Waarde per 31 december<br />

Vastgoed<br />

1.174<br />

174<br />

-49<br />

63<br />

1.362<br />

Aandelen<br />

6.406<br />

2.161<br />

-3.136<br />

-39<br />

5.392<br />

Het verloop van de beleggingen gedurende 2006 is als volgt:<br />

Waarde per 1 januari<br />

Aankopen/verstrekkingen<br />

Verkopen/aflossingen<br />

Waardeontwikkeling<br />

Waarde per 31 december<br />

Vastgoed<br />

1.228<br />

48<br />

-208<br />

106<br />

1.174<br />

Aandelen<br />

6.081<br />

1.356<br />

-1.556<br />

525<br />

6.406<br />

Onder waardeontwikkeling zijn tevens valutakoersmutaties begrepen.<br />

76<br />

Vastrentende<br />

waarden<br />

3.771<br />

3.080<br />

-2.069<br />

-159<br />

4.623<br />

Vastrentende<br />

waarden<br />

3.671<br />

2.201<br />

-1.895<br />

-206<br />

3.771<br />

Derivaten<br />

52<br />

-<br />

-348<br />

273<br />

-23<br />

Derivaten<br />

-13<br />

-<br />

-112<br />

177<br />

52<br />

Overige<br />

beleggingen<br />

395<br />

370<br />

-176<br />

84<br />

673<br />

Overige<br />

beleggingen<br />

217<br />

219<br />

-75<br />

34<br />

395<br />

Totaal<br />

11.798<br />

5.785<br />

-5.778<br />

222<br />

12.027<br />

Totaal<br />

11.184<br />

3.824<br />

-3.846<br />

636<br />

11.798


(1) Vastgoed<br />

De samenstelling van de vastgoedbeleggingen is als volgt:<br />

Directe vastgoedbeleggingen:<br />

Vastgoed in exploitatie<br />

Vastgoed in ontwikkeling<br />

Indirecte vastgoedbeleggingen:<br />

Vastgoed belegd via participaties in<br />

vastgoedbeleggingsinstellingen<br />

Privaat onroerend goed:<br />

Vastgoed belegd via niet beursgenoteerde<br />

instellingen<br />

Het vastgoed in exploitatie en ontwikkeling is als volgt te splitsen naar soort:<br />

Kantoorruimten<br />

Winkelruimten<br />

Bedrijfsruimten<br />

Woningen<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

1.206<br />

22<br />

1.228<br />

49<br />

85<br />

1.362<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

314<br />

441<br />

95<br />

378<br />

1.228<br />

31-12-2006<br />

1.066<br />

8<br />

1.074<br />

100<br />

0<br />

1.174<br />

%<br />

26%<br />

35%<br />

8%<br />

31%<br />

100%<br />

77<br />

31-12-2006<br />

314<br />

379<br />

77<br />

304<br />

1.074<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Alle vastgoed in exploitatie is per 31 december <strong>2007</strong> getaxeerd. Hiervan is circa 61% uitgevoerd door externe taxateurs<br />

(in 2006: 35%). De directe vastgoedbeleggingen vinden uitsluitend in Nederland plaats.<br />

%<br />

29%<br />

35%<br />

7%<br />

29%<br />

100%


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

De indirecte vastgoedbeleggingen en privaat onroerend goed is als volgt naar regio te splitsen:<br />

Euro eurolanden<br />

Euro niet-eurolanden<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

130<br />

4<br />

134<br />

%<br />

97%<br />

3%<br />

100%<br />

(2) Aandelen<br />

De samenstelling van de aandelenbeleggingen naar beheerders en naar sectoren is als volgt:<br />

Energie<br />

Andere beheerders<br />

270<br />

Materialen<br />

306<br />

Industrie<br />

304<br />

Consumentengoederen cyclisch<br />

357<br />

Consumentengoederen niet-cyclisch 160<br />

Farmacie<br />

138<br />

Financiële instellingen<br />

618<br />

Informatie technologie<br />

264<br />

Telecom<br />

163<br />

Utilities<br />

111<br />

Overige<br />

Beheerd door SPF Beheer<br />

Beheerd door andere<br />

19<br />

vermogensbeheerders<br />

2.710<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

SPF Beheer<br />

349<br />

128<br />

210<br />

326<br />

188<br />

269<br />

650<br />

326<br />

132<br />

103<br />

1<br />

2.682<br />

5.392<br />

78<br />

31-12-2006<br />

89<br />

11<br />

100<br />

31-12-2006<br />

SPF Beheer<br />

555<br />

262<br />

461<br />

486<br />

278<br />

461<br />

1.232<br />

383<br />

267<br />

4.385<br />

2.021<br />

6.406<br />

%<br />

89%<br />

11%<br />

100%


De portefeuille onderverdeeld naar regio’s is als volgt:<br />

Europa eurolanden<br />

Europa niet-eurolanden<br />

Noord-Amerika<br />

Japan<br />

Emerging Markets<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

Per balansdatum is voor € 651 miljoen (eind 2006: € 638 miljoen) aan aandelen uitgeleend.<br />

(3) Vastrentende waarden<br />

De vastrentende waarde omvatten:<br />

Obligaties<br />

Hypothecaire leningen<br />

Leningen op schuldbekentenis<br />

Deposito’s en callgelden<br />

1.746<br />

623<br />

1.638<br />

509<br />

876<br />

5.392<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

3.296<br />

591<br />

3<br />

733<br />

4.623<br />

31-12-2006<br />

79<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Obligaties<br />

Per balansdatum is voor € 874 miljoen (eind 2006 € 1.208 miljoen) aan obligaties uitgeleend.<br />

De obligatieportefeuille is als volgt verdeeld naar categorieën:<br />

Staatsobligaties<br />

Bedrijfsobligaties<br />

Emerging markets<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

1.663<br />

1.391<br />

242<br />

3.296<br />

%<br />

32%<br />

12%<br />

30%<br />

10%<br />

16%<br />

100%<br />

2.757<br />

586<br />

4<br />

424<br />

3.771<br />

%<br />

51%<br />

42%<br />

7%<br />

100%<br />

31-12-2006<br />

1.688<br />

1.391<br />

1.855<br />

502<br />

970<br />

6.406<br />

31-12-2006<br />

1.775<br />

898<br />

84<br />

2.757<br />

%<br />

26%<br />

22%<br />

29%<br />

8%<br />

15%<br />

100%<br />

%<br />

64%<br />

33%<br />

3%<br />

100%


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

De obligatieportefeuille is als volgt naar regio’s in te delen:<br />

Europa eurolanden<br />

Europa niet-eurolanden<br />

Noord-Amerika<br />

Japan<br />

Emerging Markets<br />

Totaal<br />

(4) Derivaten<br />

De derivaten bestaan uit:<br />

Positieve posities van derivatencontracten:<br />

Valutatermijncontracten<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

Negatieve posities van derivatencontracten:<br />

Interest Rate Swaps<br />

Futures<br />

Credit Default Swap<br />

Waarde van de portefeuille per 31 december<br />

2.195<br />

252<br />

538<br />

24<br />

287<br />

3.296<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

Derivaten zijn fi nanciële instrumenten in de vorm van<br />

contracten, waarvan de waarde mede afhankelijk is van<br />

een of meer onderliggende primaire fi nanciële instrumenten,<br />

zoals aandelen en obligaties. Derivaten worden<br />

in het algemeen gebruikt om bepaalde risico’s te beperken<br />

volgens de uitgangspunten in het beleggingsbeleid,<br />

dan wel om op een effi ciënte wijze de beleggingsmix<br />

tijdelijk aan te passen. Valutatermijncontracten worden<br />

afgesloten om het valutakoersrisico te beperken.<br />

Futures worden met name gebruikt om renterisico’s af<br />

te dekken en om, veelal tijdelijke, aanpassing van de asset-allocatie<br />

te bewerkstelligen. Interest Rate Swaps<br />

23<br />

23<br />

-42<br />

-4<br />

0<br />

-46<br />

-23<br />

%<br />

67%<br />

8%<br />

16%<br />

0%<br />

9%<br />

100%<br />

31-12-2006<br />

66<br />

66<br />

-2<br />

-12<br />

0<br />

-14<br />

52<br />

80<br />

31-12-2006<br />

1.901<br />

134<br />

522<br />

96<br />

104<br />

2.757<br />

worden gebruikt ter beheersing van het renterisico dat<br />

voortkomt uit de waardering van de verplichtingen op<br />

marktwaarde. Credit Default Swaps worden gebruikt<br />

om rente- en kredietrisico’s te beperken. Verdere toelichting<br />

is gegeven in de paragraaf Risicobeheersing.<br />

(5) Overige beleggingen<br />

De overige beleggingen bestaan uit:<br />

%<br />

69%<br />

5%<br />

19%<br />

3%<br />

4%<br />

100%<br />

Private equity<br />

Opportunities<br />

Vorderingen inzake beleggingen<br />

Schulden inzake beleggingen<br />

Liquide middelen<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

521<br />

144<br />

19<br />

-35<br />

24<br />

673<br />

31-12-2006<br />

327<br />

28<br />

21<br />

-9<br />

28<br />

395


De vorderingen inzake beleggingen hebben voornamelijk<br />

betrekking op af te wikkelen geld- en kapitaalmarkttransacties<br />

en vorderingen verband houdend met<br />

vastgoed. De schulden inzake beleggingen betreffen<br />

hoofdzakelijk vastrentende waarden en vastgoed. De<br />

liquide middelen worden voornamelijk aangehouden in<br />

verband met derivatenposities.<br />

(6) Deelnemingen<br />

Het verloop is als volgt:<br />

Stand per 1 januari<br />

Uitgekeerd dividend<br />

Resultaat boekjaar<br />

Stand per 31 december<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

De stichting houdt alle aandelen van de deelneming<br />

SPF Beheer bv te Utrecht. De activiteiten van SPF<br />

Beheer bv bestaan uit het verlenen van diensten op het<br />

gebied van pensioenuitvoering en vermogensbeheer.<br />

SPF Beheer bv is geen groepsmaatschappij en is daarom<br />

niet geconsolideerd in de jaarrekening van de stichting.<br />

SPF Beheer bv brengt zelfstandig een jaarrekening uit.<br />

Onder deelnemingen is voorts een minderheidsbelang<br />

(12,5%) opgenomen in LevensloopPlus B.V. te Utrecht.<br />

LevensloopPlus B.V. is de juridische entiteit voor een<br />

gezamenlijk levensloopproduct van acht participerende<br />

pensioenfondsen.<br />

Het resultaat boekjaar is verantwoord onder de overige<br />

baten.<br />

14<br />

-3<br />

4<br />

15<br />

31-12-2006<br />

13<br />

-2<br />

3<br />

14<br />

81<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

(7) Vorderingen en overlopende activa<br />

Te vorderen werkgevers<br />

Vorderingen op deelnemingen<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

1<br />

10<br />

11<br />

31-12-2006<br />

2<br />

8<br />

10<br />

De vorderingen op deelnemingen hebben een looptijd<br />

van langer dan een jaar. De overige vorderingen hebben<br />

een looptijd van korter dan een jaar.<br />

(8) Stichtingskapitaal en reserves<br />

Stichtingskapitaal en statutaire reserves<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> kent geen stichtingskapitaal<br />

en statutaire reserves.<br />

Bestemmingsreserves<br />

Deze reserves worden aangehouden op grond van de<br />

Pensioenwet en het daaruit voortvloeiende Financiële<br />

Toetsingskader (FTK), zoals dat door de toezichthouder De<br />

Nederlandsche Bank wordt gehanteerd. Het minimaal<br />

vereiste vermogen is 5% van de pensioenverplichtingen<br />

overeenkomend met een bedrag van € 307 miljoen.<br />

Op grond van het FTK is een zodanig eigen vermogen<br />

vereist dat met een zekerheid van 97,5% wordt voorkomen<br />

dat het pensioenfonds binnen een periode van<br />

een jaar over minder waarden beschikt dan de hoogte<br />

van de technische voorzieningen. Afhankelijk van de<br />

samenstelling van de beleggingen moeten buffers worden<br />

aangehouden voor renterisico, risico ten aanzien<br />

van zakelijke waarden, valutarisico, grondstoffenrisico,<br />

kredietrisico en verzekeringstechnisch risico.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Het totaal vereist vermogen, inclusief het minimaal<br />

vereist eigen vermogen bedraagt € 1.606 miljoen (2006:<br />

€ 1.821), hetgeen overeenkomt met een vereiste dekkingsgraad<br />

van 126% (2006: 128%).<br />

Deze bestemmingsreserve moet worden beschouwd als<br />

wettelijke reserve. Deze omvat ook de reserve herwaardering<br />

voor beleggingen waarvoor geen frequente<br />

marktnotering beschikbaar is. De herwaardering in <strong>2007</strong><br />

van deze categorie beleggingen bedraagt circa € 117<br />

miljoen. De cumulatieve gegevens vanuit voorgaande<br />

jaren zijn niet beschikbaar.<br />

Overige reserve<br />

De overige reserve is te beschouwen als vrije reserve en<br />

is onder meer bedoeld voor overige risico’s en voor de<br />

nakoming van voorwaardelijke delen van de pensioen-<br />

Totaal vermogen<br />

Voorziening pensioenverplichtingen<br />

Dekkingspositie<br />

Minimaal vereist vermogen<br />

Aanvullende vereist vermogen<br />

Vrije reserve<br />

82<br />

regeling, zoals toekomstige indexatie.<br />

Het verloop van de reserves is als volgt:<br />

Bestemmingsreserve<br />

Stand per 1 januari<br />

1.821<br />

Bestemming van het saldo van baten<br />

en lasten<br />

-215<br />

Stand per 31 december<br />

1.606<br />

Dekkingsgraad<br />

De dekkingsgraad is gestegen van 172% eind 2006 naar<br />

189% eind <strong>2007</strong>. Dit blijkt uit onderstaand overzicht,<br />

waarin het vermogen, de voorziening voor pensioenverplichtingen,<br />

de dekkingspositie, het vereist vermogen<br />

en de vrije reserve zijn weergegeven.<br />

11.572<br />

6.136<br />

5.436<br />

307<br />

1.299<br />

3.830<br />

<strong>2007</strong> 2006<br />

189%<br />

100%<br />

89%<br />

5%<br />

21%<br />

63%<br />

11.274<br />

6.553<br />

4.721<br />

328<br />

1.493<br />

2.900<br />

Overige reserve<br />

2.900<br />

930<br />

3.830<br />

172%<br />

100%<br />

72%<br />

5%<br />

23%<br />

44%


Technische voorzieningen<br />

(9) Voorziening pensioenverplichtingen<br />

De mutaties in de voorziening pensioenverplichtingen zijn:<br />

Stand per 1 januari<br />

Mutaties<br />

. Pensioenopbouw<br />

. Indexering en overige toeslagen<br />

. Rentetoevoeging<br />

. Onttrekking voor pensioenuitkeringen<br />

. Wijziging marktrente<br />

. Wijziging wegens overdracht pensioenaanspraken<br />

. Wijziging overige actuariële uitgangspunten<br />

. Overige mutaties voorziening pensioenverplichtingen<br />

Saldo mutaties pensioenverplichtingen<br />

Stand per 31 december<br />

<strong>2007</strong><br />

6.553<br />

129<br />

133<br />

254<br />

-304<br />

-411<br />

2<br />

-180<br />

-40<br />

-417<br />

6.136<br />

Pensioenopbouw<br />

Onder pensioenopbouw is opgenomen de actuarieel<br />

berekende waarde van de pensioenopbouw. Dit is het<br />

effect op de voorziening pensioenverplichtingen van de<br />

in het verslagjaar opgebouwde nominale aanspraken<br />

op ouderdomspensioen en partnerpensioen. Tevens<br />

is hierin opgenomen de premie voor de dekking van<br />

de risico’s ten aanzien van overlijden en arbeidsongeschiktheid.<br />

Indexering en overige toeslagen<br />

Het bestuur van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

heeft in december <strong>2007</strong> het besluit genomen om tot<br />

indexatie over te gaan van de pensioenen en de opgebouwde<br />

aanspraken per 1 januari 2008. De verhoging<br />

van de pensioenen bedroeg per 1 januari <strong>2007</strong> 1,33%<br />

en per 1 januari 2008 2,27%.<br />

2006<br />

6.676<br />

139<br />

140<br />

254<br />

-286<br />

-504<br />

-54<br />

204<br />

-16<br />

-123<br />

6.553<br />

83<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

De indexatie per 1 januari volgend op het verslagjaar<br />

wordt meegenomen in de voorziening pensioenverplichting<br />

ultimo verslagjaar, mits het besluit omtrent<br />

indexatie is genomen voor 1 januari van het komende<br />

jaar. Omdat deze methode in 2006 voor het eerst is<br />

toegepast, omvat de indexatielast voor 2006 zowel de<br />

indexatie per 1 januari 2006 (0,89%) als die per 1 januari<br />

<strong>2007</strong>.<br />

Indexatie wordt toegepast indien en voor zover de middelen<br />

van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> dit naar<br />

het oordeel van het bestuur toelaten. Jaarlijks neemt het<br />

bestuur hierover een besluit. De indexatie voor 2008<br />

wordt bepaald door de ontwikkelingen van de CAOlonen<br />

volgens cijfers van het Centraal Bureau voor de<br />

Statistiek en is verwerkt in de voorziening pensioenverplichtingen<br />

ultimo <strong>2007</strong>.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Rentetoevoeging<br />

De rentetoevoeging is toegepast met een percentage<br />

van 4,066% (in 2006 met 4,0%). Deze rente is afgeleid<br />

uit de rentetermijnstructuur per 31 december 2006, die<br />

op grond van het FTK moest worden gebruikt voor de<br />

bepaling van de voorziening pensioenverplichtingen<br />

ultimo 2006.<br />

Onttrekking uit de voorziening pensioenverplichtingen<br />

voor pensioenuitkeringen<br />

Verwachte toekomstige pensioenuitkeringen worden<br />

vooraf actuarieel berekend en opgenomen in de voorziening<br />

pensioenverplichtingen. De op deze regel opgenomen<br />

afname van de voorziening betreft het bedrag<br />

dat vrijkomt ten behoeve van de pensioenuitkeringen<br />

in de verslagperiode.<br />

Wijziging marktrente<br />

Jaarlijks wordt per 31 december de marktwaarde van<br />

de technische voorzieningen herrekend door toepassing<br />

van de actuele rentetermijnstructuur.<br />

De gehanteerde marktrente is 4,8% zijnde de marktrente<br />

ultimo boekjaar bij de gemiddelde looptijd van de verplichtingen<br />

(4,3% in 2006).<br />

Wijziging wegens overdracht pensioenaanspraken<br />

De actuariële waarde van de aanspraken die zijn verkregen<br />

door ontvangen waardeoverdrachten was in het<br />

boekjaar hoger dan de waarde van de door het fonds<br />

overgedragen aanspraken.<br />

Wijziging overige actuariële uitgangspunten<br />

In het boekjaar betreft dit voornamelijk een vrijval als<br />

gevolg van een herwaardering van de voorziening<br />

pensioenverplichting ultimo 2006. Eind 2006 is het<br />

fonds overgegaan op prognosetafels als grondslag voor<br />

84<br />

de overlevingskansen, maar omdat een exacte berekening<br />

niet mogelijk was, is voor het jaarverslag 2006<br />

een prudente schatting gemaakt van het effect van de<br />

overgang. Deze schatting blijkt circa 180 miljoen te hoog<br />

te zijn geweest.<br />

Overige mutaties in de voorziening<br />

pensioenverplichtingen<br />

Het belangrijkste element hierin is een verlaging van de<br />

voorziening voor arbeidsongeschiktheid. Deze voorziening<br />

wordt aangehouden voor deelnemers die korter dan<br />

2 jaar ziek zijn. Als gevolg van de gedaalde WIA-instroom<br />

is deze voorziening in het boekjaar verlaagd.<br />

Naast dit element zijn ook de wijzigingen wegens overlijden<br />

en de vrijval voor kosten in deze regel meegenomen.<br />

De splitsing van de voorziening pensioenverplichtingen<br />

naar categorieën van deelnemers is als volgt:<br />

Actieve deelnemers<br />

Niet-actieve deelnemers<br />

Gepensioneerden<br />

Aantal deelnemers<br />

29.104<br />

20.499<br />

24.340<br />

73.943<br />

Bedrag<br />

2.725<br />

695<br />

2.716<br />

6.136


(10) Overige voorzieningen<br />

De overige voorzieningen worden als volgt gespecifi ceerd:<br />

Extra opbouw van pensioenaanspraken<br />

Stamrechtuitkeringen IPIO-regeling en overige<br />

Eigen-risicodragerschap WIA<br />

Totaal<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

277<br />

61<br />

0<br />

338<br />

De mutaties in de overige voorzieningen zijn:<br />

Stand per 1 januari<br />

Mutaties<br />

. Extra opbouw van pensioenaanspraken<br />

. aanvulling premie<br />

. rente<br />

. overige<br />

. Stamrechtuitkeringen IPIO-regeling en overige<br />

. uitkeringen<br />

. overige<br />

. Eigen-risicodragerschap WIA / WGA<br />

. reservering<br />

. uitkeringen<br />

. overheveling naar langlopende schulden<br />

Saldo mutaties overige voorzieningen<br />

Stand per 31 december<br />

<strong>2007</strong><br />

517<br />

-63<br />

11<br />

37<br />

-37<br />

1<br />

0<br />

-1<br />

-127<br />

-179<br />

338<br />

31-12-2006<br />

292<br />

97<br />

128<br />

517<br />

2006<br />

557<br />

-83<br />

14<br />

-59<br />

-42<br />

2<br />

128<br />

0<br />

0<br />

-40<br />

517<br />

85<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Overige voorzieningen worden aangehouden in het kader<br />

van de fi nanciering van extra opbouw van pensioenaanspraken.<br />

Deze voorziening bedraagt ultimo <strong>2007</strong><br />

€ 277 miljoen (€292 miljoen ultimo 2006). Daarnaast<br />

zijn er in 2005 enkele aanvullende afspraken gemaakt<br />

inzake stamrechtuitkeringen die zijn verwerkt in de<br />

overige voorzieningen. Deze voorzieningen bedragen<br />

ultimo <strong>2007</strong> € 61 miljoen (eind 2006 € 97 miljoen).<br />

Voorts is in 2006 door de NV Nederlandse Spoorwegen<br />

(NS) onderzoek gedaan naar het eigen risicodragerschap<br />

voor uitvoering van de WIA / WGA. In een overeenkomst<br />

met NS is vastgelegd om in 2006 een reservering<br />

van € 127 miljoen te treffen. Deze post is in <strong>2007</strong> onttrokken<br />

aan de voorziening en ter beschikking gesteld<br />

aan de Stichting ter bevordering van arbeidsparticipatie<br />

bij arbeidsongeschiktheid in de bedrijfstak Spoorwegen.<br />

Dit bedrag is deels aangewend voor uitkeringen en<br />

het restant heeft deze Stichting in beheer gegeven bij<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> en is verantwoord als<br />

langlopende schuld op de Stichting ter bevordering van<br />

arbeidsparticipatie.


(11) Langlopende schulden<br />

Stand per 1 januari<br />

Verstrekkingen<br />

Aflossingen<br />

Stand per 31 december<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

<strong>2007</strong><br />

0<br />

127<br />

-23<br />

104<br />

2006<br />

De schuld betreft een bedrag dat de Stichting ter bevordering<br />

van arbeidsparticipatie bij arbeidsongeschiktheid<br />

in de bedrijfstak Spoorwegen (STIBA) aan Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> heeft verstrekt met de opdracht<br />

dit bedrag te beheren. De rente wordt bepaald op basis<br />

van het jaarlijkse rendementspercentage van Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> verminderd met de door SPF<br />

Beheer bv in rekening gebrachte uitvoeringskosten<br />

(<strong>2007</strong>: 4,28%). De verschuldigde rente is opgenomen<br />

onder de kortlopende schulden en overlopende passiva.<br />

De rentelast is opgenomen onder de overige lasten in de<br />

Staat van baten en lasten.<br />

0<br />

0<br />

0<br />

0<br />

86<br />

(12) Kortlopende schulden en overlopende passiva<br />

31-12-<strong>2007</strong><br />

Ziektekosten<br />

10<br />

Loonheffing<br />

6<br />

Rente langlopende schuld<br />

5<br />

Pensioenuitkeringen<br />

3<br />

Nog te verwerken waardeovernames/FVP-bijdragen 1<br />

Omzetbelasting<br />

1<br />

Nog te betalen waardeoverdrachten<br />

0<br />

Overige<br />

13<br />

39<br />

31-12-2006<br />

5<br />

7<br />

0<br />

1<br />

1<br />

0<br />

4<br />

13<br />

31<br />

Niet uit de balans blijkende verplichtingen<br />

De stichting heeft zich met ingang van 1 april 1995 jegens<br />

Nationale Nederlanden Levensverzekeringsmaatschappij<br />

N.V. garant gesteld voor rente- en afl ossingsbedragen<br />

van Exploitatiemaatschappij Wijkertunnel C.V. tot maximaal<br />

€ 9,6 miljoen. Deze garantstelling eindigt in 2016.<br />

Voor deze garantstelling wordt jaarlijks een vergoeding<br />

ontvangen die wordt verantwoord onder het resultaat<br />

op leningen op schuldbekentenis.<br />

Per 31 december <strong>2007</strong> zijn verplichtingen tot aankoop<br />

van vastgoed aangegaan voor een bedrag van € 120<br />

miljoen (eind 2006 € 118 miljoen).<br />

Inzake private equity bedragen de verplichtingen<br />

ultimo <strong>2007</strong> € 481 miljoen (eind 2006 € 491 miljoen).<br />

Voor de beleggingsportefeuille opportunities zijn de<br />

verplichtingen ultimo <strong>2007</strong> € 98 miljoen (eind 2006 € 46<br />

miljoen). Het betreft de nog niet opgevraagde bedragen<br />

van de zogenaamde commitments.


Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> heeft een groot deel<br />

van zijn activiteiten uitbesteed aan SPF Beheer bv. Het<br />

betreft de activiteiten op het gebied van uitvoeren van<br />

de pensioenregeling (daarin begrepen de pensioenadministratie),<br />

het vermogensbeheer, de fi nanciële<br />

administratie alsmede de advisering op het gebied van<br />

beleidsontwikkeling, het verlenen van ondersteuning<br />

aan het bestuur en het verzorgen van voorlichting aan<br />

de belanghebbenden over de pensioenregeling. Op het<br />

gebied van vermogensbeheer is een aantal activiteiten<br />

uitbesteed aan andere externe vermogensbeheerders.<br />

De komende jaren bedraagt de verplichting uit hoofde<br />

van de contracten met SPF Beheer bv (resterende looptijd<br />

4 jaar) en andere externe vermogensbeheerders naar<br />

verwachting circa € 40 miljoen per jaar.<br />

Op grond van een overeenkomst tussen Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> en NV Nederlandse Spoorwegen<br />

heeft het fonds de verplichting op zich genomen<br />

te zorgen voor beheersing van de schadelast ten<br />

gevolge van arbeidsongeschiktheid en ter bevordering<br />

van maatregelen ter verbetering van arbeidsgeschiktheid.<br />

Hiervoor was een bedrag gereserveerd van € 127<br />

miljoen. Dit bedrag en de genoemde verplichting heeft<br />

het fonds overgedragen aan de stichting ter bevordering<br />

van arbeidsparticipatie bij arbeidsongeschiktheid in de<br />

bedrijfstak Spoorwegen. Hierbij geldt de voorwaarde<br />

dat, indien laatstgenoemde stichting niet meer in staat<br />

is de genoemde verplichting terzake van beheersing<br />

van arbeidsongeschiktheid tot uitvoering te brengen, de<br />

verplichting en het resterende geldbedrag weer terugvloeien<br />

naar Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>.<br />

87<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Toelichting op de staat van baten en lasten over <strong>2007</strong><br />

(13) Premiebijdragen<br />

De bijdragen van werkgevers en werknemers zijn als<br />

volgt samengesteld:<br />

Pensioenpremie<br />

Premie WIA-excedentregeling<br />

Premie ANW-compensatie<br />

St. Financiering Voortzetting Pensioenverzekering<br />

Bijdragen van werkgevers en werknemers<br />

<strong>2007</strong><br />

De standaardpremie voor de basisregeling bedraagt<br />

20% van de pensioengrondslag en ligt hoger dan de<br />

kostendekkende premie van de streefregeling. Met deze<br />

marge wordt de kans vergroot dat de ambitie om de<br />

pensioenen te kunnen blijven indexeren, wordt gerealiseerd.<br />

Voor een deel van de aangesloten ondernemingen is<br />

een vast premie-ingroeipad afgesproken, waardoor de<br />

feitelijke premie lager ligt.<br />

Voor ondernemingen die toetreden tot het fonds geldt<br />

gedurende de eerste jaren een hogere premie.<br />

Van het totaal aantal ondernemingen van 66 geldt voor<br />

14 ondernemingen een lagere feitelijke premie en voor<br />

14 ondernemingen een hogere feitelijke premie.<br />

46<br />

2<br />

1<br />

2<br />

51<br />

Omdat de pensioenregeling van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

het karakter heeft van een Collectieve<br />

Defi ned Contribution regeling zijn gegevens over de<br />

kostendekkende premie minder relevant.<br />

2006<br />

33<br />

2<br />

1<br />

1<br />

37<br />

88


(14) Beleggingsresultaten<br />

<strong>2007</strong><br />

Vastgoed<br />

Aandelen<br />

Vastrentende waarden<br />

. Obligaties<br />

. Hypothecaire leningen<br />

. Leningen op schuldbekentenis<br />

. Deposito’s en callgelden<br />

Totaal vastrentende waarden<br />

Derivaten<br />

Overige beleggingen<br />

. Private Equity<br />

. Opportunities<br />

. Liquide middelen<br />

Totaal overige beleggingen<br />

2006<br />

Vastgoed<br />

Aandelen<br />

Vastrentende waarden<br />

. Obligaties<br />

. Hypothecaire leningen<br />

. Leningen op schuldbekentenis<br />

. Deposito’s en callgelden<br />

Totaal vastrentende waarden<br />

Derivaten<br />

Overige beleggingen<br />

. Private Equity<br />

. Opportunities<br />

. Liquide middelen<br />

Totaal overige beleggingen<br />

Directe<br />

opbrengsten<br />

65<br />

116<br />

114<br />

30<br />

0<br />

32<br />

176<br />

2<br />

0<br />

0<br />

0<br />

0<br />

359<br />

Directe<br />

opbrengsten<br />

66<br />

139<br />

113<br />

32<br />

0<br />

16<br />

161<br />

0<br />

0<br />

0<br />

-10<br />

-10<br />

356<br />

Indirecte<br />

opbrengsten<br />

63<br />

-39<br />

-129<br />

-30<br />

0<br />

0<br />

-159<br />

273<br />

100<br />

-16<br />

0<br />

84<br />

222<br />

Indirecte<br />

opbrengsten<br />

106<br />

525<br />

-172<br />

-34<br />

0<br />

0<br />

-206<br />

177<br />

34<br />

0<br />

0<br />

34<br />

636<br />

89<br />

Totaal<br />

opbrengsten<br />

128<br />

77<br />

-15<br />

0<br />

0<br />

32<br />

17<br />

275<br />

100<br />

-16<br />

0<br />

84<br />

581<br />

Totaal<br />

opbrengsten<br />

172<br />

664<br />

-59<br />

-2<br />

0<br />

16<br />

-45<br />

177<br />

34<br />

0<br />

-10<br />

24<br />

992<br />

Kosten van<br />

beheer van<br />

beleggingen<br />

-5<br />

-10<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

-3<br />

-1<br />

-14<br />

-33<br />

Kosten van<br />

beheer van<br />

beleggingen<br />

-5<br />

-9<br />

-3<br />

0<br />

-9<br />

-26<br />

Saldo<br />

resultaat<br />

123<br />

67<br />

14<br />

274<br />

70<br />

548<br />

Saldo<br />

resultaat<br />

167<br />

655<br />

-48<br />

177<br />

15<br />

966


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

(15) Mutatie voorziening pensioenverplichtingen<br />

Voor het verloop van de voorziening pensioenverplichtingen<br />

en een toelichting op de afzonderlijke mutaties<br />

wordt verwezen naar de toelichting (9) op de balanspost<br />

Voorziening pensioenverplichtingen en naar de actuariële<br />

analyse van het resultaat verderop in dit jaarverslag.<br />

(16) Mutatie overige voorzieningen<br />

Voor het verloop van de overige voorzieningen en een<br />

toelichting op de afzonderlijke mutaties wordt verwezen<br />

naar de toelichting (10) op de balanspost overige voorzieningen.<br />

(17) Pensioenuitkeringen<br />

De pensioenuitkeringen bestaan uit:<br />

Ouderdomspensioen<br />

Nabestaandenpensioen<br />

Invaliditeitspensioen<br />

Stamrechtuitkeringen IPIO-regeling<br />

Overige uitkeringen<br />

<strong>2007</strong><br />

216<br />

78<br />

6<br />

32<br />

11<br />

343<br />

2006<br />

205<br />

77<br />

8<br />

37<br />

12<br />

339<br />

De stamrechtuitkeringen IPIO-regeling betreffen uitkeringen<br />

in het kader van het Individueel Plan Inkomensvoorzieningen<br />

Ouderen zoals in 2005 overeengekomen<br />

met een aantal aangesloten werkgevers.<br />

90<br />

(18) Pensioenuitvoeringskosten<br />

Kosten van uitbesteed beheer<br />

Overige kosten<br />

Totaal kosten<br />

Kosten van vermogensbeheer ten laste van het<br />

rendement<br />

Pensioenuitvoeringskosten<br />

<strong>2007</strong><br />

Beloning bestuur en deelnemersraad<br />

Voor de beloning van de 12 bestuursleden is over <strong>2007</strong><br />

een bedrag opgenomen van € 95.000,- (over 2006 bedroeg<br />

de beloning € 82.000,-). Het vacatiegeld bedroeg<br />

per keer € 370,- in <strong>2007</strong> (€ 360,- in 2006). De beloning<br />

voor de leden van de deelnemersraad bedroeg over<br />

<strong>2007</strong> € 26.000,- (over 2006 € 21.500,-). Het vacatiegeld<br />

bedroeg per keer in <strong>2007</strong> € 185,- (€ 180,- in 2006)<br />

(19) Saldo overdracht van pensioenaanspraken<br />

Het saldo van de overdrachten van de pensioenaanspraken<br />

bestaat uit:<br />

Ontvangen bedragen<br />

Betaalde bedragen<br />

Totaal<br />

Mutatie in pensioenverplichtingen<br />

wegens waardeoverdrachten<br />

In 2006 betreft de belangrijkste waardeoverdracht de<br />

collectieve waardeoverdracht in verband met de uittreding<br />

van Achmea Arbo BV (€ 60,9 miljoen).<br />

40<br />

1<br />

41<br />

-33<br />

8<br />

<strong>2007</strong><br />

12<br />

-12<br />

0<br />

2<br />

2006<br />

36<br />

2<br />

38<br />

-26<br />

12<br />

2006<br />

16<br />

-69<br />

-53<br />

-54


Belastingen<br />

De activiteiten van het fonds zijn vrijgesteld van belastingheffi<br />

ng in het kader van de vennootschapsbelasting.<br />

91<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Actuariële analyse<br />

Bij de vaststelling van de voorziening pensioenverplichtingen<br />

worden veronderstellingen gehanteerd over<br />

bijvoorbeeld intrest, sterfte en kosten. Gedurende het<br />

boekjaar wijken de werkelijke ontwikkelingen onvermijdelijk<br />

af van de veronderstellingen, waardoor er ten<br />

opzichte van de veronderstellingen een winst of verlies<br />

wordt gerealiseerd.<br />

Het totale saldo van baten en lasten bestaat uit de som<br />

van de resultaten per veronderstelling. In onderstaand<br />

overzicht in de actuariële analyse wordt het saldo van<br />

baten en lasten uitgesplitst naar de diverse bronnen<br />

door de verschillende wijzigingen van de voorziening<br />

pensioenverplichtingen af te zetten tegen de overeenkomstige<br />

cijfers uit de fi nanciële administratie.<br />

92


Premieresultaat<br />

Ontvangen premies<br />

Benodigd voor pensioenopbouw<br />

Benodigd voor kosten<br />

Vrijval uit overige voorzieningen<br />

Resultaat op rente, rendement en indexatie<br />

Behaalde beleggingsopbrengst<br />

Benodigd voor rekenrente<br />

Wijziging rekenrente<br />

Mutatie andere voorzieningen door rente<br />

Indexatie<br />

Resultaat op uitkeringen<br />

Werkelijke uitkeringen<br />

Vrijgevallen uitkeringen uit de voorziening<br />

Resultaat op overnames en overdrachten<br />

Vrijgevallen verplichtingen<br />

Per saldo overgedragen gelden<br />

Resultaat op kosten<br />

Gemaakte kosten<br />

Beschikbaar voor kosten uit de voorziening<br />

Wijziging actuariële uitgangspunten<br />

Overige resultaten<br />

Resultaat op arbeidsongeschiktheid<br />

Resultaat op overlevingskansen<br />

Bijzondere toe- en afnames VPV<br />

Correctie voorziening eind vorig jaar<br />

Resultaat overige voorzieningen<br />

Overige<br />

Saldo van baten en lasten<br />

51<br />

-129<br />

-6<br />

63<br />

548<br />

-254<br />

411<br />

-14<br />

-133<br />

-306<br />

304<br />

-2<br />

0<br />

-8<br />

12<br />

6<br />

-4<br />

30<br />

0<br />

-37<br />

3<br />

93<br />

-21<br />

558<br />

-2<br />

-2<br />

4<br />

180<br />

-2<br />

715<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

<strong>2007</strong> 2006<br />

37<br />

-139<br />

-7<br />

0<br />

966<br />

-254<br />

504<br />

0<br />

-140<br />

-297<br />

286<br />

54<br />

-53<br />

-12<br />

13<br />

7<br />

4<br />

10<br />

-13<br />

-2<br />

5<br />

-109<br />

1.076<br />

-11<br />

1<br />

1<br />

-204<br />

11<br />

765


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Toelichting op de resultaatcomponenten van de actuariële analyse:<br />

Premieresultaat<br />

De pensioenpremie ligt aanmerkelijk onder het actuarieel<br />

benodigde niveau als gevolg van de afgesproken<br />

premiegroeipaden.<br />

Resultaat op rendement en indexatie<br />

Het rendement dat op de beleggingen wordt gemaakt<br />

dient ter compensatie van de benodigde interesttoevoeging<br />

aan de voorziening pensioenverplichtingen.<br />

Daarnaast was er een winst als gevolg van de stijging<br />

van de marktrente van 4,3% naar 4,8%. Omdat de<br />

voorziening pensioenverplichtingen wordt berekend<br />

op basis van de marktrente had deze stijging een verlagend<br />

effect op de voorziening pensioenverplichtingen.<br />

Het rendement dient tevens ter fi nanciering van de<br />

indexatie van de pensioenaanspraken van de gewezen<br />

deelnemers en gepensioneerden, en de indexatie van<br />

de opgebouwde aanspraken van de deelnemers. Het<br />

rendement in <strong>2007</strong> lag - evenals in 2006 - ruimschoots<br />

boven het benodigde rendement.<br />

Resultaat op uitkeringen<br />

Uit de voorziening pensioenverplichtingen valt jaarlijks<br />

een bedrag vrij om de pensioenuitkeringen te kunnen<br />

doen. Deze vrijval wordt afgezet tegen de daadwerkelijke<br />

uitkeringen. Idealiter zijn deze bedragen in evenwicht.<br />

In <strong>2007</strong> is een negatief resultaat geboekt, omdat er uitkeringen<br />

zijn gedaan waarvoor niet was gereserveerd.<br />

Resultaat op overnames en overdrachten<br />

De specifi catie van dit resultaat is weergegeven in de<br />

toelichting op post (19).<br />

Resultaat op kosten<br />

In de voorziening pensioenverplichtingen is een opslag<br />

opgenomen van 2% ter dekking van de administratie-<br />

94<br />

kosten. Ook in de premie is een opslag opgenomen ter<br />

dekking van de kosten. In <strong>2007</strong> waren deze opslagen<br />

tezamen iets hoger dan de werkelijk gemaakte kosten.<br />

Resultaat als gevolg van wijziging actuariële uitgangspunten<br />

In 2006 is een aanzienlijk resultaat opgenomen door de<br />

overgang naar nieuwe overlevingstafels (prognosetafels).<br />

Het effect op de voorziening pensioenverplichtingen van<br />

deze overgang was geschat. De in <strong>2007</strong> uitgevoerde<br />

berekening resulteert in een lagere voorziening pensioenverplichtingen<br />

dan vorig jaar was geschat.<br />

Overige resultaten<br />

Het resultaat op arbeidsongeschiktheid vloeit voort uit<br />

het feit dat de schade als gevolg van arbeidsongeschiktheid<br />

aanzienlijk lager was dan de gemiddeld verwachte<br />

schade. Het resultaat op overlevingskansen bestaat uit<br />

het saldo van<br />

• het resultaat op lang leven (ouderdomspensioen,<br />

ingegaan nabestaandenpensioen)<br />

van 6. Bij overlijden wordt een vrijval uit<br />

de voorziening pensioenverplichtingen<br />

verwacht. In <strong>2007</strong> was de werkelijke vrijval<br />

door overlijden lager dan de verwachte;<br />

• het resultaat op kort leven (latent nabestaandenpensioen)<br />

van -10. Verwacht wordt<br />

dat door overlijden een bedrag vrijvalt uit de<br />

voorziening pensioenverplichtingen voor<br />

ouderdomspensioen en dat er een toevoeging<br />

aan de voorziening moet plaatsvinden voor<br />

het ingaande nabestaandenpensioen.<br />

In <strong>2007</strong> behoefde per saldo minder aan de<br />

voorziening te worden toegevoegd dan<br />

vooraf werd verwacht.<br />

Utrecht, 13 maart 2008<br />

Het bestuur, Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>


7. Overige gegevens<br />

Actuariële verklaring<br />

Opdracht<br />

Door Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> te Utrecht is<br />

aan Watson Wyatt B.V. de opdracht verleend tot het<br />

afgeven van een actuariële verklaring als bedoeld in de<br />

Pensioenwet over het boekjaar <strong>2007</strong>.<br />

Gegevens<br />

De gegevens waarop mijn onderzoek is gebaseerd, zijn<br />

verstrekt door en tot stand gekomen onder de verantwoordelijkheid<br />

van het bestuur van het pensioenfonds.<br />

Voor de toetsing van de fondsmiddelen en voor de<br />

beoordeling van de fi nanciële positie heb ik mij gebaseerd<br />

op de fi nanciële gegevens die ten grondslag<br />

liggen aan de jaarrekening. In overeenstemming met de<br />

richtlijn “Samenwerking tussen accountant en actuaris<br />

ter zake van de controle van verantwoordingen van<br />

verzekeringsinstellingen” heeft de accountant van het<br />

pensioenfonds mij geïnformeerd over de betrouwbaarheid<br />

en de volledigheid van de basisgegevens en de<br />

overige uitgangspunten die voor mijn oordeelsvorming<br />

van belang zijn.<br />

Werkzaamheden<br />

Ter uitvoering van de opdracht heb ik onderzocht of<br />

is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de<br />

Pensioenwet. Als onderdeel daarvan:<br />

• heb ik ondermeer onderzocht of de technische<br />

voorzieningen, het minimaal vereist eigen<br />

vermogen en het vereist eigen vermogen toereikend<br />

zijn vastgesteld en;<br />

• heb ik mij een oordeel gevormd over de vermogenspositie<br />

van het pensioenfonds.<br />

Mijn onderzoek heb ik zodanig uitgevoerd, dat met een<br />

redelijke mate van zekerheid kan worden gesteld dat<br />

de resultaten geen onjuistheden van materieel belang<br />

bevatten.<br />

97<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Ik heb mij een oordeel gevormd over de waarschijnlijkheid<br />

waarmee het pensioenfonds de tot balansdatum<br />

aangegane verplichtingen zal kunnen nakomen.<br />

De beschreven werkzaamheden en de uitvoering daarvan<br />

zijn in overeenstemming met binnen het Actuarieel<br />

Genootschap geldende normen en gebruiken, en vormen<br />

naar mijn mening een deugdelijke grondslag voor<br />

mijn oordeel.<br />

Oordeel<br />

De bevindingen van de accountant ten aanzien van de<br />

door het fonds verstrekte administratieve basisgegevens<br />

zijn zodanig dat ik die gegevens als uitgangspunt heb<br />

aanvaard.<br />

Met inachtneming van het navolgende ben ik van oordeel<br />

dat is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140<br />

van de Pensioenwet. Uit de in het jaarverslag vermelde<br />

niet uit de balans blijkende verplichtingen is af te leiden<br />

dat er tijdelijke garantstellingen zijn die met een kleine<br />

kans kunnen leiden tot relatief lage lasten voor het<br />

fonds.<br />

De technische voorzieningen zijn, overeenkomstig<br />

de beschreven berekeningregels en uitgangspunten,<br />

toereikend vastgesteld. Het eigen vermogen van het<br />

pensioenfonds is op de balansdatum ten minste gelijk<br />

aan het wettelijk minimaal vereist eigen vermogen.<br />

Het eigen vermogen van het pensioenfonds is op de<br />

balansdatum ten minste gelijk aan het wettelijk vereist<br />

eigen vermogen.<br />

Gemeten naar de wettelijke maatstaf is ten aanzien van<br />

de verplichtingen, aangegaan tot balansdatum, sprake<br />

van een toereikende solvabiliteit.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

De vermogenspositie van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

is naar mijn mening goed, mede gelet op de<br />

ruime mogelijkheden tot het realiseren van de beoogde<br />

toeslagen. Daarbij is bepalend de mate van waarschijnlijkheid<br />

dat het pensioenfonds zal kunnen voldoen<br />

aan de verplichtingen, aangegaan tot balansdatum, in<br />

aanmerking nemend het streven inzake toeslagen, zoals<br />

aan verzekerden meegedeeld en de in wet- en regelgeving<br />

opgenomen criteria.<br />

Purmerend, 13 maart 2008<br />

E.W.J.M. Schokker AAG<br />

verbonden aan<br />

Watson Wyatt B.V.<br />

98


Accountantsverklaring<br />

Verklaring betreffende de jaarrekening<br />

Wij hebben de jaarrekening <strong>2007</strong> van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

te Utrecht bestaande uit de balans<br />

per 31 december <strong>2007</strong> en de staat van baten en lasten<br />

over <strong>2007</strong> met de toelichting gecontroleerd.<br />

Verantwoordelijkheid van het bestuur<br />

Het bestuur van het pensioenfonds is verantwoordelijk<br />

voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen<br />

en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede<br />

voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming<br />

met Titel 9 Boek 2 BW. Deze verantwoordelijkheid<br />

omvat onder meer: het ontwerpen, invoeren<br />

en in stand houden van een intern beheersingssysteem<br />

relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven<br />

in de jaarrekening van vermogen en resultaat, zodanig<br />

dat deze geen afwijkingen van materieel belang als<br />

gevolg van fraude of fouten bevat, het kiezen en toepassen<br />

van aanvaardbare grondslagen voor fi nanciële<br />

verslaggeving en het maken van schattingen die onder<br />

de gegeven omstandigheden redelijk zijn.<br />

Verantwoordelijkheid van de accountant<br />

Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel<br />

over de jaarrekening op basis van onze controle.<br />

Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming<br />

met Nederlands recht. Dienovereenkomstig zijn wij<br />

verplicht te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen<br />

en zijn wij gehouden onze controle zodanig<br />

te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van<br />

zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen<br />

afwijkingen van materieel belang bevat.<br />

Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden<br />

ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen<br />

en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van<br />

de uit te voeren werkzaamheden is afhankelijk van<br />

99<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

de professionele oordeelsvorming van de accountant,<br />

waaronder begrepen zijn beoordeling van de risico’s<br />

van afwijkingen van materieel belang als gevolg van<br />

fraude of fouten. In die beoordeling neemt de accountant<br />

in aanmerking het voor het opmaken van en getrouw<br />

weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat<br />

relevante interne beheersingssysteem, teneinde een<br />

verantwoorde keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamheden<br />

die onder de gegeven omstandigheden<br />

adequaat zijn maar die niet tot doel hebben een oordeel<br />

te geven over de effectiviteit van het interne beheersingssysteem<br />

van het pensioenfonds. Tevens omvat een<br />

controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid<br />

van de toegepaste grondslagen voor fi nanciële<br />

verslaggeving en van de redelijkheid van schattingen<br />

die het bestuur van het pensioenfonds heeft gemaakt,<br />

alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de<br />

jaarrekening.<br />

Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controleinformatie<br />

voldoende en geschikt is als basis voor ons<br />

oordeel.<br />

Oordeel<br />

Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw<br />

beeld van de grootte en de samenstelling van het<br />

vermogen van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> per<br />

31 december <strong>2007</strong> en van het resultaat over <strong>2007</strong> in<br />

overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Verklaring betreffende andere wettelijke voorschriften<br />

en/of voorschriften van regelgevende instanties<br />

Op grond van de wettelijke verplichting ingevolge artikel<br />

2:393 lid 5 onder e BW melden wij dat het jaarverslag,<br />

voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is<br />

met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW.<br />

Utrecht, 13 maart 2008<br />

Ernst & Young Accountants<br />

namens deze<br />

w.g. N.M. Pul RA<br />

100


8. English summary<br />

Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> (the Railways Pension<br />

Fund) is a non-compulsory industry wide pension<br />

fund. It offers the affi liated companies, employees and<br />

former employees in the Railway Transport sector a<br />

good and modern pension plan. The defi ned contribution<br />

plan promises a solid pension based on average pay.<br />

The Railways Pension Fund is one of the larger pension<br />

funds in the Netherlands. It has assets under management<br />

(AUM) amounting to € 12 billion, 29,000 active<br />

members and more than sixty affi liated companies.<br />

Investment policy is aimed at achieving maximum<br />

investment returns in the long term, based on a set risk<br />

profi le. Embedded in this policy are matters such as corporate<br />

governance and socially responsible investment<br />

(SRI). The fund invests worldwide in equities, private<br />

equity, government and corporate bonds, emerging<br />

market debt, and in real estate funds. In the Netherlands,<br />

the fund also invests directly in real estate and<br />

mortgage loans. An Asset Liability Management (ALM)<br />

study underpins the choice of the investment mix.<br />

The Railways Pension Fund sets great store by transparency.<br />

It also pays considerable attention to good<br />

communications. The Railways Pension Fund has entrusted<br />

the implementation of the pension plan and the<br />

management of its assets to SPF Beheer bv.<br />

103<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Investment policy<br />

The investment policy of the Railways Pension Fund<br />

is aimed at achieving an optimum investment result in<br />

the long term based on a set risk profi le. It is also aimed<br />

at generating extra yields in tactical asset allocations<br />

in the short term. The main investment policy input<br />

originates from the Asset Liability Management (ALM)<br />

study, which gave rise to allocation across the different<br />

investment categories in the portfolio. Further to the<br />

investment policy of the Railways Pension Fund, the<br />

following was decided in <strong>2007</strong>.<br />

According to plan, the strategic fi xed income securities<br />

portfolio has been expanded to about 10% of the total<br />

portfolio value at year-end. It means that the long-term<br />

target percentage of this portfolio has been fully addressed.<br />

The objective of this portfolio is to make a<br />

contribution to hedging the interest rate risk. During<br />

<strong>2007</strong>, the Emerging Market Debt was further enlarged<br />

to about 2% of the total portfolio. The goal is for this<br />

investment category to grow to 5% of the total portfolio.<br />

The opportunity portfolio was further expanded in<br />

<strong>2007</strong>. To the existing investments in infrastructure, in<br />

<strong>2007</strong> we added investments in Global Tactical Asset<br />

Allocation, a climate awareness bond, micro-fi nancing<br />

funds and a bio-diesel project in Mali in cooperation<br />

with the Royal Tropical Institute. As planned, the foreign<br />

currency positions were fully hedged in <strong>2007</strong>, with the<br />

exception of emerging market equities.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Currency hedging was formerly 80% in <strong>2007</strong>. The policy<br />

has chanced to a 100% hedge. Due in part to the strong<br />

decline in the US dollar, this produced € 309 million<br />

in the year under review. Because the share prices of<br />

real estate companies are overvalued, the portfolio of<br />

indirectly listed real estate was largely scaled down in<br />

previous years. In view of the strongly negative yields<br />

in the year under review, this decision had a positive<br />

effect on the fund. No investments were made in commodities<br />

in 2006 owing to the forward structure trend in<br />

the prices of the main commodities.<br />

Key fi gures<br />

Year-end<br />

Number of members<br />

Number of pensioners<br />

Number of non-active members<br />

Affiliated companies<br />

Pension contributions<br />

(in € millions)<br />

Pension payments<br />

(in € millions)<br />

Investments<br />

(in € millions)<br />

Investment result<br />

(in € millions)<br />

Investment return<br />

Provision for pension liabilities<br />

(in € millions)<br />

Notional interest<br />

Funding ratio<br />

(FTK principles)<br />

Pension indexing<br />

Deductible (average pay)<br />

(in €)<br />

Deductible (final pay)<br />

(in €)<br />

<strong>2007</strong><br />

29,104<br />

24,340<br />

20,499<br />

66<br />

51<br />

343<br />

12,027<br />

548<br />

5.0%<br />

6,136<br />

4.8%<br />

189%<br />

1.33%<br />

11,872<br />

15,328<br />

2006<br />

28,662<br />

24,038<br />

19,634<br />

65<br />

37<br />

339<br />

11,798<br />

966<br />

9.2%<br />

6,553<br />

4.3%<br />

172%<br />

0.89%<br />

11,566<br />

15,126<br />

104<br />

Given the negative yields in that year, this strategy<br />

paid off. Nor have any investments in commodities<br />

been made in <strong>2007</strong>. The forward curve continued to be<br />

unfavourable in the fi rst half of <strong>2007</strong>. While the forward<br />

curve was positive in the second half of that year, commodities<br />

prices rose so strongly that still no investments<br />

were made in them. In retrospect, considering the<br />

yields it would have been attractive to do so. In order<br />

to achieve a more balanced mix between the various<br />

managers in the European equity portfolio, assets were<br />

transferred during the year from the portfolio managed<br />

by SPF Beheer bv to external managers.<br />

2005<br />

31,743<br />

23,774<br />

18,127<br />

61<br />

90<br />

286<br />

11,159<br />

1,491<br />

15.2%<br />

6,676<br />

3.75%<br />

161%<br />

1.08%<br />

-<br />

14,993<br />

2004<br />

33,214<br />

23,626<br />

18,178<br />

67<br />

66<br />

270<br />

9,979<br />

824<br />

9.1%<br />

6,046<br />

4%<br />

167%<br />

2.41%<br />

-<br />

14,982<br />

2003<br />

34,533<br />

23,165<br />

17,137<br />

72<br />

44<br />

253<br />

9,354<br />

1,009<br />

12.3%<br />

5,688<br />

4%<br />

167%<br />

3.32%<br />

-<br />

14,776


Portfolio movements 2003-<strong>2007</strong> in EUR (millions)<br />

Tactical portfolios<br />

Equities<br />

Governement bonds<br />

Corporate bonds<br />

Strategic portfolios<br />

Strategic equities<br />

Strategic fixed income securities<br />

Emerging Market Debt<br />

Mortgages<br />

Direct real estate<br />

Indirect real estate<br />

Private Equity<br />

Opportunity portfolio<br />

Cash*<br />

Total<br />

<strong>2007</strong><br />

4,824<br />

1,358<br />

1,156<br />

568<br />

1,227<br />

242<br />

591<br />

1,228<br />

134<br />

521<br />

144<br />

34<br />

12,027<br />

2006<br />

5,943<br />

1,678<br />

731<br />

463<br />

663<br />

84<br />

586<br />

1,074<br />

100<br />

327<br />

28<br />

121<br />

11,798<br />

105<br />

2005<br />

5,978<br />

2,183<br />

568<br />

98<br />

220<br />

85<br />

590<br />

1,028<br />

200<br />

184<br />

-<br />

25<br />

11,159<br />

* Effective 2006, accruals and payables regarding investments have been included under investments.<br />

These items were previously classifi ed as debtors and creditors.<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

2004<br />

4,955<br />

1,942<br />

609<br />

-<br />

53<br />

66<br />

594<br />

1,122<br />

196<br />

78<br />

-<br />

364<br />

9,979<br />

2003<br />

4,475<br />

1,945<br />

754<br />

-<br />

-<br />

-<br />

594<br />

1,118<br />

230<br />

32<br />

-<br />

206<br />

9,354


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Corporate Governance<br />

The Railways Pension Fund’s investment policy takes<br />

account of corporate governance. The pension fund’s<br />

voting behaviour follows a code based on the following<br />

eight principles:<br />

• Corporate objectives;<br />

• Shareholder rights;<br />

• Equal treatment of shareholders;<br />

• Publication and transparency;<br />

• Management structure;<br />

• Remuneration policy of the company;<br />

• Stakeholder rights;<br />

• The company in society.<br />

In <strong>2007</strong>, the Railways Pension Fund voted 5,258 times at<br />

shareholder meetings. When a company is well run, the<br />

fund usually votes ‘in favour’. Yet, in <strong>2007</strong>, on some 10<br />

per cent of agenda items we voted ‘against’. The fund<br />

voted against particularly in the case of bonuses for<br />

executives when these were not based on good performance<br />

indicators. Votes against were also cast when<br />

permission was sought to issue excessively large share<br />

packages capable of signifi cantly changing the nature<br />

of a company without any shareholder intervention.<br />

Moreover, the independence of supervisory directors, or<br />

indeed the lack thereof, often played a role. The fund’s<br />

voting behaviour is published on the website www.<br />

spoorwegpensioenfonds.nl.<br />

The external managers for the United States, Europe,<br />

Japan and the Emerging Markets voted on behalf of the<br />

fund. The voting behaviour of the external managers is<br />

based on the guidelines drawn by the fund or on their<br />

own guidelines, which are very similar to those of the<br />

fund.<br />

106<br />

Investment results<br />

The value of the Railways Pension Fund’s investment<br />

portfolio rose from € 11.8 billion at 2006 year-end, to<br />

€ 12.0 billion at <strong>2007</strong> year-end.<br />

• For <strong>2007</strong>, the total return on the portfolio<br />

amounted to 5% (after hedging foreign exchange).<br />

This return was achieved across a<br />

wide front and is equal to the benchmark return<br />

of 5%. There is a slight underperformance<br />

of 0.07% before rounding.<br />

Various components made a positive contribution to the<br />

relative return:<br />

• Tactical allocation: good timing in overweigh -<br />

ting shares, and in underweighting corporate<br />

bonds for a good part of the year;<br />

• Direct real estate active management style;<br />

• Equities selection in the US equities portfolio<br />

managed by SPF Beheer bv;<br />

• Good equities selection by Emerging Market<br />

equities managers.<br />

Contributions to the relative investment result of the<br />

main investment decisions<br />

Benchmark return<br />

Tactical weighting of investment categories<br />

Equities<br />

Fixed-income securities<br />

Real estate<br />

Foreign currency allocation<br />

Portfolio return<br />

5.0<br />

0.1<br />

(0.6)<br />

(0.1)<br />

0.6<br />

0.0<br />

5.0


Percentage movements in return after hedging foreign<br />

currency set off against the benchmark<br />

2003<br />

2004<br />

2005<br />

2006<br />

<strong>2007</strong><br />

Assets under management<br />

(in € millions)<br />

9,354<br />

9,979<br />

11,159<br />

11,798<br />

12,027<br />

2003-<strong>2007</strong> (cumulative)<br />

2003-<strong>2007</strong> (average per year)<br />

Actual<br />

return<br />

12.3%<br />

9.1%<br />

15.2%<br />

9.2%<br />

5.0%<br />

61.9%<br />

10.1%<br />

Benchmark<br />

return<br />

11.7%<br />

8.7%<br />

13.8%<br />

8.4%<br />

5.0%<br />

Return overview in % per investment category after<br />

hedging foreign currency<br />

Equities<br />

actual return in %<br />

5.20<br />

. Tactical portfolio<br />

5.50<br />

. Strategic portfolio<br />

1.50<br />

Bonds and other fixed-income securities<br />

0.20<br />

Emerging market debt<br />

3.20<br />

Mortgages<br />

(0.10)<br />

Direct real estate<br />

13.20<br />

Indirect real estate<br />

(16.80)<br />

Private equity<br />

27.70<br />

(12.90)<br />

57.3%<br />

9.5%<br />

benchmark<br />

return in %<br />

7.10<br />

7.00<br />

7.80<br />

0.60<br />

4.90<br />

(0.50)<br />

5.90<br />

(16.80)<br />

27.70<br />

(12.90)<br />

107<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Economy and fi nancial developments<br />

The return on investments of pension funds depends on<br />

the movements in fi nancial markets. The year <strong>2007</strong> was<br />

a turbulent one for fi nancial markets.<br />

United States<br />

The decline in the housing market damaged the US<br />

economy in <strong>2007</strong>. Consumption, the catalyst of the US<br />

economy, stayed at an acceptable level, despite the drop<br />

in house prices. High employment was the main contributory<br />

factor. Corporate earnings were also of good<br />

quality in <strong>2007</strong>. This ensured that the economy continued<br />

to grow at a reasonable pace. The Federal Reserve<br />

(FED), the system of central banks in the US, gradually<br />

cut interest rates in the latter half of <strong>2007</strong> from 5.25% to<br />

4.25% to mitigate the adverse effects on the economy<br />

of the subprime mortgage crisis (see also ‘Situation in<br />

the fi nancial markets’ below) and the slowdown in the<br />

housing market. The adverse effect on the US economy<br />

of the downturn in the housing market is expected to<br />

continue in 2008.<br />

Europe and Japan<br />

The economy in Europe continued to grow in <strong>2007</strong>.<br />

Exports as well as consumption were buoyant. This<br />

growth and the strong rise in commodities prices<br />

fuelled infl ation fare, however. This prompted the European<br />

Central Bank to increase the short term interest<br />

rate from 3.25% to 4.00%.<br />

Economic data from Japan were mixed, but over <strong>2007</strong> as<br />

a whole, the economy continued to grow. The rate of infl<br />

ation was steady at around 0%. The low infl ation rate<br />

notwithstanding, the Central Bank of Japan increased<br />

the short term interest rate from 0.25% to 0.50%. It was a<br />

sign of confi dence from the central bank which believes<br />

that the defl ationary conditions of the past decade are<br />

108<br />

coming to an end.<br />

Situation in the fi nancial markets<br />

Equity markets performed strongly in the fi rst half of<br />

<strong>2007</strong>. This boom ended in the summer as a result of<br />

the subprime mortgage problems surfacing in the US<br />

(mortgages lent to people with low creditworthiness).<br />

Due to higher interest rates (most subprime mortgages<br />

have variable rates) subprime mortgage repayments<br />

rose sharply. Steadily growing numbers of people were<br />

unable to meet their interest and/or repayment obligations.<br />

This boosted the number of house sales, including<br />

foreclosure sales, resulting in falling house prices.<br />

The subprime mortgage lenders sold large chunks of<br />

their mortgage loans by issuing complex bond products<br />

to various fi nancial institutions. These products<br />

dropped in value, causing a number of fi nancial institutions<br />

to run into diffi culty in August. It was not clear<br />

who was bearing the risks and what the consequences<br />

would be for the economy. These uncertainties led to<br />

lower equity markets in the US and Europe. The cost of<br />

the credit risk for corporate bonds rose. Banks stopped<br />

lending to other banks because they no longer trusted<br />

one another. It became almost impossible for anyone to<br />

borrow money, which is also expected to impact on the<br />

economy in 2008. SPF does not have these products in<br />

its portfolio so that it has not been directly affected by<br />

the mortgage crisis.<br />

On a number of occasions, the FED, ECB and Bank<br />

of England injected cash into the markets by lending<br />

short-term funds to banks. Equity markets initially fell<br />

signifi cantly but recovered almost fully in September.<br />

In mid-October, however, these problems came to light<br />

again and uncertainty increased once more. Equity mar-


kets again plummeted and remained edgy after that. On<br />

balance, however, equity markets in the US and Europe<br />

closed the year slightly higher than at the start. In Japan,<br />

equity markets closed much lower than at the start<br />

of <strong>2007</strong>. The Emerging Markets were relatively immune<br />

to the subprime problems and, on balance, had another<br />

strong year for equities.<br />

Partly as a result of strong Emerging Market demand,<br />

commodities prices rose substantially in <strong>2007</strong>. The price<br />

of a barrel of crude oil reached a record high of US$ 96<br />

in November, which was US$ 45 higher than at its lowest<br />

point in early <strong>2007</strong>.<br />

On balance, these developments did not have any direct<br />

consequences for the fi nancial position of the fund in<br />

<strong>2007</strong>. However, in 2008 the falling equity market prices<br />

have affected the fi nancial results of the fund. The cover<br />

ratio of the fund is solid enough and risk management<br />

suffi ciently alert, however, to be able to absorb adverse<br />

effects.<br />

109<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —


Bijlage 1<br />

Overzicht pensioenbestand<br />

Deelnemerspensioenen<br />

- Ouderdomspensioen tot 65 jaar<br />

(vroegpensioen)<br />

- Ouderdomspensioen vanaf 65 jaar<br />

Nabestaandenpensioenen<br />

- Weduwepensioen<br />

- Weduwnaarspensioen<br />

- Wezenpensioen<br />

Totaal aantal gepensioneerden<br />

Aantal Deelnemers<br />

- Mannen<br />

- Vrouwen<br />

Aantal ex-Deelnemers<br />

Totaal Generaal<br />

<strong>2007</strong><br />

14.648<br />

2.114<br />

12.534<br />

9.692<br />

9.199<br />

188<br />

305<br />

24.340<br />

29.104<br />

23.117<br />

5.987<br />

20.499<br />

73.943<br />

2006<br />

14.320<br />

1.774<br />

12.546<br />

9.718<br />

9.243<br />

179<br />

296<br />

24.038<br />

28.662<br />

22.924<br />

5.738<br />

19.634<br />

72.334<br />

113<br />

2005<br />

14.063<br />

1.442<br />

12.621<br />

9.711<br />

9.254<br />

161<br />

296<br />

23.774<br />

31.743<br />

25.256<br />

6.487<br />

18.127<br />

73.644<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

2004<br />

13.954<br />

1.159<br />

12.795<br />

9.672<br />

9.201<br />

158<br />

313<br />

23.626<br />

33.214<br />

26.539<br />

6.675<br />

18.178<br />

75.018<br />

2003<br />

13.621<br />

738<br />

12.883<br />

9.544<br />

9.097<br />

128<br />

319<br />

23.165<br />

34.533<br />

27.310<br />

7.223<br />

17.137<br />

74.835


Bijlage 2<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Personalia Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> per 31 december <strong>2007</strong><br />

Bestuur<br />

mr. E.M. Nikkels (voorzitter)<br />

mw. drs. J.C.H.G. Arts<br />

C. Blankestijn<br />

drs. C. Blokland<br />

D. Ketting (plv. voorzitter/secretaris)<br />

mr. W. Kusters<br />

drs. M.J. Noy<br />

ir. A. Schoots<br />

N.G. Schotanus<br />

ir. J. Schouten<br />

F.H.W. Szablewski<br />

F. van Wanrooij<br />

Executief Secretaris Bestuur<br />

drs. T. Somers<br />

Deelnemersraad<br />

H. Rens (voorzitter)<br />

A.A.M. Aarts<br />

J. Altena<br />

J. Baas<br />

W. Calsijn<br />

F.A. de Groot<br />

A. Heidema<br />

J.J. Koenders<br />

J.H. Korenblek<br />

Mw.Y.Ch. Lentz (secretaris)<br />

H. van Liempd<br />

E. Poptie<br />

P.A. van Roosendaal<br />

H.H.J. Scheeper<br />

J.T. Wolzak (plv. voorzitter)<br />

114<br />

Plaatsvervangende leden deelnemersraad<br />

drs. J.T. Bergstra<br />

P.H.M. Fleuren<br />

C.G. Heeren<br />

A.L. Oomen<br />

B. Oude Wesselink<br />

N. Roelink<br />

A. Rovers<br />

BESTUURSCOMMISSIES<br />

Agendacommissie<br />

mr. E.M. Nikkels (voorzitter)<br />

D. Ketting<br />

Auditcommissie<br />

drs. M.J. Noy (voorzitter)<br />

C. Blankestijn (vanaf 01-04-<strong>2007</strong>)<br />

mr. W. Kusters<br />

F.H.W. Szablewski<br />

Geschillencommissie<br />

ir. J. Schouten (voorzitter)<br />

Mw. drs. J.C.H.G. Arts<br />

D. Ketting<br />

mr. A.E.C. Pothuizen<br />

Beleggingsadviescommissie<br />

Bestuursleden<br />

drs. M.J. Noy<br />

N.G. Schotanus<br />

Externe leden<br />

drs. A.A. Anbeek van der Meijden (voorzitter)<br />

drs. A.J.J. Barens<br />

drs. Chr. Brandsma<br />

drs. D.A. Regenboog


Pensioencommissie<br />

drs. C. Blokland (voorzitter) (vanaf 01-04-<strong>2007</strong>)<br />

Mw. drs. J.C.H.G. Arts<br />

D. Ketting<br />

F. van Wanrooij<br />

ADVISEURS BESTUUR<br />

Accountant<br />

Ernst & Young Accountants<br />

Actuaris<br />

Watson Wyatt BV<br />

UITVOERINGSORGANISATIE<br />

SPF Beheer bv<br />

Managementteam<br />

A.J. Akkerman MBA<br />

algemeen directeur, voorzitter managementteam,<br />

a.i. directeur Vermogensbeheer<br />

drs. F.W. Beeftink RA<br />

a.i. directeur Financiën & Risicobeheer<br />

P.J. Krul MBA MIM<br />

directeur Klantencentrum & Hoofd Informatisering<br />

mr. E.E.W. Nooij<br />

directeur Advies & Relatiebeheer<br />

Raad van Commissarissen<br />

mr. H.J. Rutten (voorzitter)<br />

ir. J.W. Jol<br />

P. van Meurs RA<br />

115<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Vermelding relevante functies bestuur Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

mr. E.M. Nikkels, voorzitter<br />

voormalig directeur NS Business Development & Participaties;<br />

voorzitter bestuur Stichting Administratiekantoor Movares<br />

Nederland BV.<br />

Mw. drs. J.C.H.G. Arts<br />

lid Raad van Bestuur ProRail;<br />

lid Raad van Toezicht ziekenhuis De Gelderse Vallei.<br />

C. Blankestijn<br />

fi nancieel directeur NS Poort;<br />

lid Raad van commissarissen Woonstichting De Key.<br />

drs. C. Blokland<br />

directeur Personeel & Organisatie NS;<br />

lid raad van toezicht Spaarneziekenhuis;<br />

lid raad van commissarissen Mennorode;<br />

voorzitter CVAB van het VNO;<br />

lid raad van advies Oudstanding;<br />

lid raad van advies NVP.<br />

D. Ketting, secretaris en plv voorzitter<br />

plv. voorzitter bestuur Stichting Pensioenfonds<br />

Openbaar Vervoer;<br />

plv. voorzitter Stichting Vervroegd Uittreden Openbaar Vervoer.<br />

116<br />

mr. W. Kusters<br />

landelijk onderhandelaar CNV BedrijvenBond;<br />

bestuurslid Stichting ter Bevordering van<br />

Arbeidsparticipatie bij Arbeidsongeschiktheid in de Bedrijfstak<br />

Spoorwegen (STIBA);<br />

bestuurslid Stichting Prepensioenfonds voor het Personenver-<br />

voer over de Weg;<br />

bestuurslid Stichting Pensioenfonds Openbaar Vervoer (SPOV);<br />

bestuurslid Stichting Vervroegd Uittreden Openbaar Vervoer<br />

(SVUOV).<br />

drs. M.J. Noy<br />

directeur NS Poort;<br />

voorzitter Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum;<br />

lid Raad van Toezicht Stichting Nederlands Spoorwegmuseum;<br />

voorzitter Stichting ter Bevordering van Arbeidsparticipatie bij<br />

Arbeidsongeschiktheid in de Bedrijfstak Spoorwegen (STIBA);<br />

lid Raad van Commissarissen High Speed Alliance Beheer NV.<br />

ir. A. Schoots<br />

algemeen directeur Strukton Railinfra BV;<br />

lid Raad van Commissarissen voestalpine Railpro bv te Hilver-<br />

sum;<br />

lid Raad van Commissarissen ZKA advies te Breda;<br />

voorzitter Vakgroep Railinfrastructuur Bouwend Nederland;<br />

bestuurslid Stichting Rail Infra Opleidingen te Amersfoort.


N.G. Schotanus<br />

voormalig algemeen secretaris bondsbestuur<br />

FNV Bouw;<br />

bestuurslid Bouwradius T en A;<br />

penningmeester Stichting Child Learn Nederland;<br />

voorzitter Schotanus Stichting.<br />

ir. J. Schouten<br />

lid pensioencommissie van de Vereniging van<br />

Hoger Spoorwegpersoneel;<br />

voormalig directeur NS Infraservices BV;<br />

voorzitter Raad van Commissarissen Woningstichting Eendracht.<br />

F.H.W. Szablewski<br />

sectorbestuurder FNV Bondgenoten Rail Infra<br />

Structuur/Vervoer;<br />

voorzitter Raad van Overleg Railinfra (ROR);<br />

bestuurslid Stichting Functioneel Leeftijdsontslag Rail Infra-<br />

structuur Bedrijven (FLO);<br />

eerste onderhandelaar CAO RIS;<br />

gemeenteraadslid in Breda voor de PvdA;<br />

namens FNV Bondgenoten vertegenwoordiger bij Strukton<br />

Railinfra;<br />

namens FNV Bondgenoten vertegenwoordiger bij BAM Rail;<br />

namens FNV Bondgenoten vertegenwoordiger bij Volker Rail.<br />

117<br />

F.L.J. van Wanrooij<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

vice-voorzitter VVMC vakbond voor rijdend<br />

personeel;<br />

secretaris Stichting Ondersteuning Vakbonden Vervoer;<br />

mede onderhandelaar NS CAO.


Bijlage 3<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Lijst met aangesloten ondernemingen per 31 december <strong>2007</strong><br />

De onderstaande 66 ondernemingen waren per<br />

31 december <strong>2007</strong> aangesloten bij Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong>.<br />

ACTS Nederland BV<br />

Arcadis Nederland BV<br />

Arc Amsterdam BV<br />

Arriva Multimodaal BV<br />

Aython BV<br />

BAM Rail BV<br />

Betuweroute Exploitatiemaatschappij BV<br />

BT Nederland NV<br />

CGEA Transport Nederland BV<br />

Connexxion Openbaar Vervoer NV<br />

DeltaRail BV<br />

Dutch Rail Control BV<br />

ERS BV<br />

ERS Railways BV<br />

Eurail Group GIE<br />

Eurailscout Inspection & Analysis BV<br />

Fahrleitungsbau GmbH<br />

Grondbank Nederland BV<br />

Group 4 Securicor Safe Express BV<br />

Heijmans Rail v.o.f.<br />

HSA Beheer NV<br />

Human Company BV<br />

Intergo BV<br />

Landelijke Spoorweg Reisvereniging<br />

Lloyds Register Rail Europe B.V<br />

Logitech BV<br />

Mobiliteitscontactcenter BV<br />

Movares Nederland BV<br />

Mowlem Railways Nederland BV<br />

NedRailways BV<br />

NedTrain BV<br />

NedTrain Ematech BV<br />

118<br />

NS Groep NV<br />

NS Internationaal BV<br />

NS Opleidingen BV<br />

NS Personeeladministratie BV<br />

NS Reizigers BV<br />

NS Stations BV<br />

NS Travel Group BV<br />

NS Werk BV<br />

NV Nederlandse Spoorwegen<br />

ProRail BV<br />

Railion Nederland NV<br />

Rail Service Center Rotterdam BV<br />

Reisinformatiegroep BV<br />

Rotterdam Rail Feeding BV<br />

Servex Administratie BV<br />

SPF Beheer bv<br />

Spoorfl ex Safety First BV<br />

Stichting Bodemsanering NS<br />

Stichting Nederlands Spoorwegmuseum<br />

Stichting Railinfra Opleidingen<br />

Stichting Railsport Nederland<br />

Strukton Railinfra BV<br />

Strukton Systems BV<br />

SVO-rail v.o.f.<br />

Syntus BV<br />

Thalys Nederland NV<br />

Tribase Datasystems & Network Services v.o.f.<br />

Vasloc Beheer B.V.<br />

Vereniging van Hoger Spoorwegpersoneel<br />

Veolia Cargo Nederland BV<br />

voestalpine Railpro BV<br />

Volker Stevin Systems BV<br />

VolkerRail Nederland BV<br />

Wisselbouw Nederland BV


Verklarende woordenlijst<br />

Anw<br />

In de Algemene nabestaandenwet is de uitkering geregeld<br />

die een achterblijvende partner kan ontvangen bij<br />

overlijden van de andere partner. Of recht bestaat op<br />

een Anw-uitkering is afhankelijk van voorwaarden (die<br />

te maken hebben met leeftijd, arbeidsongeschiktheid<br />

en het wel of niet verzorgen van kinderen). De Anw is<br />

inkomensafhankelijk.<br />

APP<br />

Actuariële Principes Pensioenfondsen. Dit is een toetsingskader<br />

dat pensioenfondsen tot en met 2006 konden<br />

gebruiken. Dit toetsingkader bevat regels over de minimale<br />

en vereiste hoeveelheid beleggingen ten opzichte<br />

van de verplichtingen van een pensioenfonds. Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> gebruikt een nieuw toetsingskader<br />

dat ook vanaf 1 januari <strong>2007</strong> verplicht is voor alle<br />

pensioenfondsen: het FTK (zie aldaar).<br />

AOW<br />

De Algemene Ouderdomswet is een inkomensonafhankelijke<br />

uitkering vanaf 65 jaar. De hoogte van de AOW<br />

is afhankelijk van de samenstelling van een huishouden,<br />

de leeftijd van een eventuele partner en of een<br />

alleenstaande ouder kinderen verzorgt. De AOW wordt<br />

uitgevoerd door de Sociale Verzekeringsbank.<br />

Asset Liability Management (ALM)<br />

Het op elkaar afstemmen van de beleggingsmix, de<br />

verplichtingen en het premiebeleid. Het uitvoeren van<br />

een ALM-studie helpt bij de keuze tot het maken van de<br />

juiste beleggingsmix en dient als basis voor het beleid.<br />

Een ALM-studie bestaat uit het in kaart brengen van<br />

de fi nanciële stromen, de simulatie van toekomstige<br />

fi nanciële posities, de samenhang met de economische<br />

omgeving en de vergelijking van beleidsvarianten.<br />

119<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Asset allocatie<br />

De verdeling van beleggingen over verschillende beleggingscategorieën,<br />

zoals aandelen, vastgoed en vastrentende<br />

waarden.<br />

Benchmark<br />

Een objectieve maatstaf voor samenstelling en rendement<br />

van het belegde vermogen. Dit kan een bestaande<br />

index zijn (bijv. voor aandelen de S&P500) of deze kan<br />

zelf worden bepaald.<br />

CDC<br />

Een Collectief Defi ned Contribution-regeling is een pensioenregeling<br />

waarin sprake is van een vaste premie. In<br />

veel CDC-regelingen wordt gestreefd naar een uitkering<br />

die gebaseerd is op een middelloonregeling. Over de<br />

hoogte van de uitkering bestaat geen zekerheid. Binnen<br />

een CDC-regeling is sprake van een collectiviteit<br />

en solidariteit: alle deelnemers, gewezen deelnemers,<br />

gepensioneerden en nagelaten betrekkingen delen de<br />

risico’s binnen de pensioenregeling.<br />

Corporate governance<br />

Goed ondernemingsbestuur, in het bijzonder volgens de<br />

aanbevelingen van de Commissie Tabaksblat.<br />

Dekkingsgraad<br />

De verhouding tussen pensioenvermogen en pensioenverplichtingen,<br />

uitgedrukt in een percentage.<br />

DNB<br />

De Nederlandsche Bank is de toezichthouder op (onder<br />

andere) pensioenfondsen. Daarnaast heeft DNB een<br />

aantal andere taken: het bewaken van de fi nanciële<br />

stabiliteit is de belangrijkste taak.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Duratie<br />

Hiermee wordt de koersgevoeligheid van een bepaalde<br />

vastrentende waarde voor veranderingen in de rentestand<br />

aangegeven. Een duratie van 6 jaar voor vastrentende<br />

waarden geeft aan dat bij een stijging (of<br />

daling) van de rentestand met 1%-punt de koers van de<br />

vastrentende waarden met 6%-punten daalt (of stijgt).<br />

De duratie kan technisch worden omgeschreven als<br />

de gemiddelde resterende contant gemaakte looptijd<br />

van de vastrentende waarde. Hoe langer deze looptijd,<br />

des te gevoeliger de vastrentende waarde is voor een<br />

renteverandering.<br />

ECB<br />

Europese Centrale Bank.<br />

Emerging Markets<br />

Opkomende economieën in landen als China en India.<br />

FED<br />

Federal Reserve, het Amerikaanse stelsel van Centrale<br />

Banken.<br />

Franchise<br />

Bij de opbouw van pensioen wordt rekening gehouden<br />

met het feit dat een deel van het salaris op 65-jarige<br />

leeftijd al wordt vervangen door de AOW-uitkering:<br />

dit heet de franchise. Het bestuur bepaalt jaarlijks het<br />

niveau van die franchise. Over dit bedrag bouwt men<br />

geen pensioen op via Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

en er wordt ook geen vaste premie betaald over dat<br />

bedrag.<br />

FTK<br />

Voorschriften voor de premiehoogte en de omvang van<br />

de reserves, als onderdeel van de nieuwe Pensioenwet<br />

120<br />

die op 1 januari <strong>2007</strong> van kracht is geworden. Stichting<br />

<strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> past het Financieel Toetsingskader<br />

(FTK) sinds 31 december 2006 toe.<br />

FVP<br />

De regeling Financiering Voortzetting Pensioenverzekering,<br />

voorziet in bepaalde omstandigheden in een<br />

vergoeding waarmee pensioenaanspraken kunnen<br />

worden ingekocht na een periode van werkloosheid.<br />

De stichting FVP is verantwoordelijk voor de FVP-regeling.<br />

De regeling zelf wordt uitgevoerd door de Sociale<br />

Verzekeringsbank.<br />

Indexatie<br />

Verhoging van de ingegane pensioenen (na pensioeningang)<br />

en/of (premievrije) pensioenaanspraken (voor<br />

pensioeningang) met een percentage dat is gekoppeld<br />

aan een indexcijfer. Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

hanteert indexcijfers van CAO-lonen. Het Centraal<br />

Bureau voor de Statistiek (CBS) stelt deze indexcijfers<br />

samen.<br />

Indirect Vastgoed<br />

Aandelen van ondernemingen die beleggen in vastgoed.<br />

IPIO<br />

Het Individueel Plan Inkomensvoorziening Ouderen is<br />

een regeling binnen de NS Sociale Eenheid voor oudere<br />

werknemers om te kunnen stoppen met werken vóór de<br />

leeftijd van 61 jaar.<br />

IVA<br />

De Inkomenvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten<br />

is een uitkering in het kader van arbeidsongeschiktheid<br />

voor personen die meer dan 80% en duurzaam arbeids-


ongeschikt zijn verklaard. De IVA-uitkering is (vanaf 1<br />

januari 2006) gebaseerd op 75% van het (gemaximeerde)<br />

loon.<br />

Outperformance<br />

Verschil tussen het behaalde rendement en de benchmark.<br />

Private equity fonds<br />

Beleggingen in aandelen van niet aan de beursgenoteerde<br />

ondernemingen.<br />

Prudentietoeslag<br />

Een prudentietoeslag wordt gebruikt om meer voorzichtige<br />

berekeningen te maken in (bijvoorbeeld) een<br />

jaarrekening. Voorzichtigheid in berekenen leidt ertoe<br />

dat een pensioenfonds minder snel voor onaangename<br />

verrassingen komt te staan. Een voorbeeld van een<br />

prudentietoeslag is het uitgaan van algemeen geaccepteerde<br />

overlevingstafels en vervolgens een verhoging te<br />

gebruiken bovenop die tafels waarmee tot uitdrukking<br />

wordt gebracht dat mensen nog iets langer – dan mag<br />

worden verwacht – in leven kunnen blijven. Wanneer<br />

personen langer dan verwacht blijven leven, heeft het<br />

pensioenfonds daar op voorhand rekening mee gehouden.<br />

Rekenrente<br />

Fictief rendementspercentage dat het belegde pensioenvermogen<br />

wordt geacht in de toekomst op te brengen.<br />

Tot voor kort was het gebruikelijk om bij de berekening<br />

van de huidige waarde van toekomstige betalingen<br />

uit te aan van dit rendementspercentage van meestal<br />

4%. Vanwege het van kracht worden van de nieuwe<br />

Pensioenwet en het Financieel Toetsingskader op 1<br />

januari <strong>2007</strong> gaat Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

121<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

sinds 31 december 2006 bij deze berekeningen uit van<br />

de marktrente.<br />

Renterisico<br />

Het risico dat de rente daalt zodat de pensioenverplichtingen<br />

stijgen en daardoor de dekkingsgraad daalt.<br />

SER<br />

De Sociaal-Economische Raad is een adviesorgaan op<br />

het gebied van sociaal-economisch beleid. In de raad<br />

hebben elf vertegenwoordigers van werkgevers en elf<br />

vertegenwoordigers van werknemers zitting. Daarnaast<br />

is sprake van elf leden die door de overheid zijn<br />

benoemd (zogeheten Kroonleden). De SER heeft tot<br />

doel om adviezen uit te brengen op het gebied van<br />

evenwichtige economische groei, arbeidsparticipatie en<br />

inkomensverdelingsvraagstukken.<br />

SLA<br />

SLA staat voor service level agreement. Letterlijk<br />

vertaald: afspraken over het niveau van service/ of<br />

dienstverlening. Dit is een set van afspraken die het bestuur<br />

van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong> maakt met<br />

de uitvoeringsorganisatie SPF Beheer bv. Het gaat om<br />

het gehele pakket van dienstverlening: richting deelnemers,<br />

gepensioneerden, aangesloten ondernemingen,<br />

et cetera. De SLA is een onderdeel van het contract<br />

waarin het bestuur aan SPF Beheer bv de opdracht geeft<br />

de pensioenuitvoering, het vermogensbeheer en de<br />

beleidsadvisering uit te voeren.<br />

Strategische portefeuille<br />

De strategische portefeuille heeft een lange-termijnhorizon<br />

en wordt over het algemeen niet op de korte<br />

termijn bijgestuurd.


JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —<br />

Tactische portefeuille<br />

De tactische allocatie kan bijgestuurd worden op de<br />

korte termijn. De allocatie kan afwijken van de benchmark,<br />

omdat verwacht wordt dat de gekozen allocatie<br />

door ontwikkelingen op de markt beter presteert dan de<br />

benchmark.<br />

Uitponding<br />

De verkoop van huurwoningen.<br />

UWV<br />

Het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen<br />

verzorgt de uitvoering van de zogeheten sociale werknemersverzekeringen.<br />

Daaronder vallen de WW en de<br />

WIA.<br />

Valutarisico<br />

Het risico dat de wisselkoers van de vreemde valuta<br />

verandert, zodat een vordering of schuld luidende in de<br />

vreemde valuta, nadelig is gewijzigd.<br />

Wet VPL<br />

De Wet fi scale aanpassing VUT/prepensioen en<br />

introductie levensloopregeling is per 1 januari 2005<br />

in werking getreden. Vanaf 1 januari 2006 moesten<br />

(pre)pensioen- en VUT-regelingen voldoen aan de<br />

nieuwe wetgeving. De strekking van de wet was dat<br />

de voortzetting van regelingen die een pensioenleeftijd<br />

vóór 65 jaar kenden, fi scaal bijzonder onaantrekkelijk<br />

werd gemaakt. Onderdeel van het overgangsrecht rond<br />

de wet VPL is de mogelijkheid om de bestaande regelingen<br />

voort te zetten voor personen die geboren zijn vóór<br />

1 januari 1950.<br />

122<br />

WGA<br />

De regeling Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten<br />

voorziet in een uitkering in het kader van<br />

arbeidsongeschiktheid voor personen die meer dan 35%<br />

en minder dan 80% arbeidsongeschikt zijn verklaard.<br />

Ook voor personen die wel meer dan 80% maar niet<br />

duurzaam arbeidsongeschikt zijn, geldt deze regeling.<br />

Duurzaam wil zeggen dat er nagenoeg geen kans op<br />

revalidatie bestaat. In het geval van de WGA wordt die<br />

kans voldoende aanwezig geacht. De WGA bestaat uit<br />

een uitkering die voor een bepaalde periode loongerelateerd<br />

(met een maximum) is en een periode waarbij de<br />

hoogte van de uitkering afhankelijk is van de vraag of<br />

een persoon – binnen gedefi nieerde normen –<br />

voldoende werkt.<br />

WIA<br />

De Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen is de<br />

wet waarin de uitkeringen als gevolg van arbeidsongeschiktheid<br />

zijn geregeld. De WIA vervangt de eerdere<br />

WAO voor personen die na 1 januari 2004 arbeidsongeschikt<br />

zijn geworden. De WIA kent drie soorten van<br />

arbeidsongeschiktheid:<br />

• minder dan 35% arbeidsongeschikt;<br />

• tussen 35% en 80% arbeidsongeschikt (of meer<br />

dan 80% maar niet duurzaam arbeidsongeschikt);<br />

• de zogeheten WGA (zie aldaar) en;<br />

• meer dan 80% en duurzaam arbeidsongeschikt:<br />

de zogeheten IVA (zie aldaar).


Colofon<br />

Uitgave: SPF Beheer bv, Utrecht<br />

In opdracht van Stichting <strong>Spoorwegpensioenfonds</strong><br />

Bezoekadres:<br />

Arthur van Schendelstraat 850<br />

3511 ML Utrecht<br />

Postadres:<br />

Postbus 2030<br />

3500 GA Utrecht<br />

Telefoon: (030)-23 29 111<br />

Fax: (030)-23 29 112<br />

E-mail: info@spfbeheer.nl<br />

Internet:<br />

www.spoorwegpensioenfonds.nl<br />

www.spfbeheer.nl<br />

Vormgeving: Bridgevest<br />

Fotografi e: Jan Lankveld<br />

Druk: De Groot Drukkerij<br />

123<br />

JAARVERSLAG<br />

— <strong>2007</strong> —

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!