15.12.2012 Views

IN 1, februari 2008 - Internationale Vereniging voor Neerlandistiek

IN 1, februari 2008 - Internationale Vereniging voor Neerlandistiek

IN 1, februari 2008 - Internationale Vereniging voor Neerlandistiek

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

oman dus ook door de samenstellers van De korte baan gehandhaafd, al willen<br />

ze dat genre dan anders ingevuld zien dan te doen gebruikelijk. Die visie sluit<br />

ook aan bij hun Europese perspectief: het stellen van ‘de vraag of de nederlandsche<br />

literatuur uitmunt door de roman’ laat onverlet dat buitenlandse<br />

literaturen daarin wel kunnen excelleren.<br />

Aan het slot van de inleiding plaatsen Marsman en Du Perron expliciet een<br />

kanttekening bij het programmatische karakter van hun bloemlezing:<br />

De bedoeling van deze bundel is de aandacht te vestigen op het korte<br />

verhaal, in het bizonder dus zooals dat onder de nieuwere nederlandsche<br />

schrijvers beoefend wordt. Dat wij bij onze keuze werden<br />

geleid door de overtuigingen hierboven geformuleerd spreekt vanzelf.<br />

Natuurlijk vindt de lezer ook hier verschil in waarde en rang; enkele<br />

verhalen werden <strong>voor</strong>al opgenomen omdat zij ons representatief leken<br />

<strong>voor</strong> bepaalde richtingen en ter wille van een grootere overzichtelijkheid<br />

van het geheel (Marsman & Du Perron, 7).<br />

De ‘nieuwe’ schrijvers zijn hier herleid tot de ‘nieuwere’, wat een uitbreiding<br />

van het corpus lijkt te impliceren. Hetzelfde geldt <strong>voor</strong> de toevoeging dat deze<br />

groep ‘in het bizonder’ aan de orde komt: niet uitsluitend dus. Daarenboven<br />

tekenen de samenstellers aan dat sommige teksten ‘<strong>voor</strong>al’ <strong>voor</strong>komen omdat<br />

ze ‘bepaalde richtingen’ vertegenwoordigen of bijdragen tot het panoramische<br />

karakter van de bundel, en dus expliciet niet omdat ze naadloos zouden<br />

aansluiten bij het poëticale programma zoals de inleiding dat <strong>voor</strong>opstelt. Van<br />

bij het begin nemen Marsman en Du Perron op deze manier enige afstand van<br />

hun eigen selectie.<br />

Achtergronden<br />

Met dat al lijkt het nogal problematisch geworden om De korte baan te<br />

beschouwen als een verdediging van het korte verhaal met het oog op de<br />

verspreiding van een bepaalde (Forumiaanse?) poëtica. Wat uit de brieven van<br />

Du Perron aan Marsman bekend is over het tot stand komen van de bloemlezing,<br />

bevestigt die indruk. 3 Relevant is wellicht dat het idee <strong>voor</strong> het boek van<br />

Marsman kwam, en dat Du Perron al in een vroeg stadium meldt dat hij hoofdzakelijk<br />

meewerkt om zijn vriend een plezier te doen. De onbestemdheid van<br />

de inleiding op sommige punten lijkt daaruit te zijn <strong>voor</strong>tgekomen dat het duo<br />

op twee gedachten hinkte bij het schrijven. Du Perron (1979, 229), die zich al<br />

<strong>voor</strong> de definitieve verhalenselectie gemaakt is, bezorgd toont over de lengte<br />

van de inleiding, schrijft: ‘Ik zou de inleiding niet langer maken dan 4 blzn., in<br />

een sobere stijl, en het “europeesche peil” niet dan zijdelings aanroeren. Je idee<br />

“kort verhaal beter dan roman” is véél beter’. De noodzaak van een beknopte<br />

inleiding benadrukt hij ook elders (Du Perron 1979, 254) en zijn advies op dat<br />

vlak is beslist gevolgd.<br />

De verhouding tussen de kwestie van het Europese peil en die van de genre-<br />

25

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!