Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
13b Po = 12<br />
Qo = 8 miljoen<br />
Pn = 12,60 ∆P = 0,60<br />
EPV = –0,8<br />
EPV > – 1. Volgens de regering is er sprake van een prijselastische vraag.<br />
13c De %∆P = 0,60 / 12 x 100% = 5%<br />
De %∆Qv = – 0,8 x 5% = 4%<br />
Qn = 0,96 x 8.000.000 = 7.680.000<br />
De belastingopbrengst in 2006 bedraagt volgens de regering € 62.208.000.<br />
Berekening: 7.680.000 x (7,50 + 0,60) = 62.208.000 (euro).<br />
13d In 2006 was de belastingopbrengst € 58.320.000 en de belasting per fles was € 8,10.<br />
De totale afzet was dus 58.320.000 / 8,10 = 7.200.000 flessen.<br />
13e ∆Q = – 800.000. Dat is een daling met 10%<br />
De werkelijke prijselasticiteit (EPV) was dus –10% / 5% = – 2<br />
13f De tegenvaller in de belastingopbrengst is in dit geval het verschil tussen de verwachte<br />
opbrengst (€ 62.208.000) en de werkelijke opbrengst (€ 58.320.000). De tegenvaller<br />
bedroeg € 3.888.000.<br />
14a De zakelijke reiziger is meer afhankelijk van het luchtvervoer dan de recreatieve<br />
reiziger. Die laatste kan een vakantiebestemming dichterbij zoeken en met trein of auto<br />
gaan.<br />
14b De procentuele verandering van de vraag naar reizigersverkeer bedraagt -8,5%.<br />
(-1,7 x 5% = -8,5%). De vraag naar het recreatieve reizigersverkeer daalt met 8,5%<br />
De procentuele verandering van de vraag naar zakelijk verkeer bedraagt -4%<br />
(-0,8 x 5% = -4%). De vraag naar zakelijke reizigerskilometers daalt met 4%.<br />
14c De omzet in het recreatieve reizigersverkeer is gedaald? Hoewel de prijzen met 5% zijn<br />
gestegen is de vraag sterker en wel met 8,5% gedaald.<br />
15a<br />
∆Q 1 P 2<br />
EKV = –––– x –––<br />
∆P 2 Q 1<br />
Invullen van Q 1 = –5P 1 + 3P 2 + 152 levert Q1 = -5 x 20 + 3 x 16 + 152 = 100<br />
∆Q1 / ∆P2 x P2 / Q1 = 3 x 16 / 100 = 0,48<br />
15b Als mensen gemakkelijk overstappen van het ene artikel naar een ander concurrerend<br />
artikel, dan zal de kruiselingse prijselasticiteit hoog zijn. Bij merkbinding zal deze<br />
overstap veel minder snel plaatsvinden.<br />
15c Let op! Een prijsverlaging met € 20 = € 2 (x € 10). Voor P1 vul je dan € 18 in en voor P2 €<br />
14.<br />
Q 1 = –5P 1 + 3P 2 + 152.<br />
Q1 = –5 x 18 + 3 x 14 + 152 = –90 + 42 + 152 = 104<br />
De afzet van aanbieder 1 zal stijgen van 100 (x 1.000) tot 104 (x 1.000) stuks.<br />
6