Doarpskompas april 2021
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Naar een oude legende.<br />
Een bijzonder klokje [winterverhaal]<br />
It foarwurd fan Hans Dijkstra fan novimber 2012.<br />
Dit ferhaal is yn dizze rare tiid wer hielendal fan tapassing.<br />
Johanna van Friesland was een hertogin. Ze leefde lang, heel lang geleden. Zij was een rijke vrouw die veel land<br />
bezat. Ook in Friesland, hier in de Wâlden, waren vele grote akkers haar eigendom. Op een keer was zij op reis. In<br />
haar koets, getrokken door twee paarden, was zij in de buurt van Feanwâlden. Ze was onderweg naar<br />
Sumarreheide. Het was midden in de winter, het had dagenlang gesneeuwd en nu was de sneeuw gedooid. Er<br />
waren maar weinig verharde wegen. Rond ons dorp waren toen alleen maar smalle zandwegen, die door de<br />
gedooide sneeuw modderpaden waren geworden. De paarden hadden grote moeite om de koets vooruit<br />
getrokken te krijgen. De paarden dampten van het zweet. Ze trokken al wat ze konden tot de wielen zo diep in de<br />
modder zakten dat de koets niet meer verder kon. De paarden deden hun best maar het lukte niet.<br />
Daar zat Johanna in haar koets, gevangen in de kou en alles donker om haar heen. Ze was daarom ook best een<br />
beetje bang. De koets kon niet meer voor of achteruit. Maar een van de twee knechten die met Johanna waren<br />
meegereisd zag in de verte een paar kleine lichtjes branden. Het waren de lichtjes van de boerderijen. Daar ging<br />
hij heen en na een uur kwam hij terug met wel tien grote kerels, de sterkste mannen en hun zonen, die daar<br />
woonden waar de lichtjes brandden. Ze hadden ook twee paarden meegebracht. En terwijl ze die inspanden<br />
hoorden ze in de verte de torenklok negen keren slaan. Het was negen uur toen de vier paarden aan de voorkant<br />
trokken terwijl de mannen aan de achterkant met alle kracht de wielen van de scheefgezakte koets uit de modder<br />
trokken. Toen kon Johanna weer verder. Ze was heel blij en dankbaar. Toen wezen de helpers hoe de koets moest<br />
rijden om niet meer in de modder te zakken en een half uur later kwam Johanna aan bij een herberg. Die nacht<br />
verbleven de prinses en haar knechten in de herberg. Ze was moe en bibberde nog van de kou toen ze in slaap<br />
viel. Toen het de volgende morgen weer licht was en Johanna wakker werd zag ze pas de grote mooie kerktoren.<br />
Ze was blij dat ze die nacht geholpen was door lieve mensen en door hen weer op de goede weg was gezet. En<br />
om hen te bedanken schonk ze een stuk land aan de helpers en een nieuwe klok aan de toren. Ze sprak af om die<br />
klok iedere avond te laten luiden om negen uur. Het was de tijd dat zij uit de<br />
modder werd gehaald en weer verder kon. Dankzij vier sterke paarden en de helpende handen van lieve mensen..<br />
En sinds die donkere koude nacht in december klinkt nu al vele jaren elke avond dat klokje...<br />
Het vertelt ons dat we mensen, die het koud hebben, bang zijn, en niet meer verder kunnen, de helpende hand<br />
moeten toesteken. We moeten mensen uit de ellende trekken en ze een duwtje in de rug geven, een<br />
schouderklopje...En dan kunnen ze weer verder...<br />
Dus als je ‘s avond het klokje van Johanna hoort, denk dan eens aan de mensen voor wie jij een lichtje kunt zijn in<br />
het donker!<br />
7