08.08.2023 Views

7941 NVHP Faktor 2 - 2023

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

ZELDZAAM<br />

52 e jaargang • zomer <strong>2023</strong><br />

Meld je aan voor de Zeer Zeldzame Dag<br />

Resultaten onderzoek zeldzaam<br />

Gentherapie bij hemofilie


Zeldzaam<br />

In de vereniging<br />

Van de voorzitter 03<br />

Column Nicky 04<br />

Save the date: Zeer Zeldzame Dag 16<br />

Save the date: Ladies Day 16<br />

Grand Prix Motorcross 19<br />

Verslag van de ALV 20<br />

Ervaringen delen<br />

Aan het woord: Olivia Kwee 08<br />

Interview met Eke Hullegie 12<br />

Mincke heeft drie stollingsafwijkingen 27<br />

Medische zaken<br />

Mijn kijk op gentherapie 14<br />

Genetisch onderzoek bij zeldzame stollingsstoornissen 22<br />

Hevig menstrueel bloedverlies bij zeldzame<br />

stollingsstoornissen 26<br />

Uit de HBC’s<br />

Erasmus MC: betere informatievoorziening voor kinderen 17<br />

AMC: seksualiteit en intimiteit bespreken 25<br />

Erasmus MC: patiëntendag jongvolwassenen 32<br />

Informatie<br />

Video over Von Willebrand 06<br />

Kijk terug: webinar gentherapie 06<br />

Nieuwe folder hemofilie 07<br />

Zeer zeldzame stollingsstoornissen: welke zijn er? 10<br />

Expertisecentra voor zeldzame stollingsstoornissen 18<br />

Kidspagina<br />

<strong>Faktor</strong> on tour 30<br />

Woordzoeker 31<br />

In memoriam<br />

Chris van den Brink 35<br />

Vakantie<br />

In de vereniging<br />

Kampeerweekend <strong>NVHP</strong> <strong>2023</strong> 03<br />

Kampeerweekend Back to Basic 06<br />

Ervaringen delen<br />

Op reis met hemofilie 10<br />

Uit de HBC’s<br />

UMCU: vakantiepoli 12<br />

AMC: hemofiliekamp 14<br />

Erasmus MC: ik ga op vakantie en neem mee 15<br />

Informatie<br />

Vakantietips van de Cyberpoli 04<br />

Wijs op reis 13<br />

>04<br />

>14<br />

>20<br />

<strong>Faktor</strong> 2


In de vereniging<br />

Beste leden,<br />

Voor je ligt de nieuwe <strong>Faktor</strong> met dit keer twee<br />

thema’s: de zeer zeldzame stollingsstoornissen<br />

staan centraal. In deze editie lees je<br />

meer over ontwikkelingen en onderzoek,<br />

voornamelijk voor mensen met een zeer<br />

zeldzame stollingsstoornis. Ook lees je<br />

ervaringsverhalen. Als je de <strong>Faktor</strong><br />

aan de ‘achterkant’ openslaat, lees je<br />

meer rondom het thema op vakantie<br />

gaan met een stollingsstoornis.<br />

Binnen de vereniging kennen we<br />

allemaal wel hemofilie A, B en de<br />

ziekte van Von Willebrand, maar er<br />

zijn ziektebeelden die zelfs binnen de<br />

<strong>NVHP</strong> zeldzamer zijn dan zeldzaam.<br />

Denk aan plaatjesstoornissen en andere<br />

factor deficiënties dan hemofilie A en<br />

B. In deze editie delen mensen met zo’n<br />

zeldzame stollingsstoornis hun verhaal. Het<br />

verhaal van Olivia Kwee (Storage Pool Disease)<br />

vind je op pagina 8. Mincke Frederix heeft een factor<br />

XI-deficiëntie - ook wel hemofilie C genoemd -.<br />

Lees verder op pagina 27.<br />

Deze<br />

stollingsstoornissen<br />

zijn zelfs binnen de<br />

vereniging zeldzamer<br />

dan zeldzaam.<br />

Nieuwe columnist<br />

Vanaf deze editie verwelkomen we Nicky van<br />

Ginneken als nieuwe columnist, zij neemt de column<br />

van Miranda Posthouwer over. Nicky heeft meerdere<br />

stollingsstoornissen en stelt zich op de volgende<br />

pagina aan jullie voor. We zijn erg enthousiast over<br />

haar eerste column en hopen dat ook leden met<br />

een zeer zeldzame stollingsstoornis herkenning<br />

en steun vinden in haar columns. Ook hebben we<br />

versterking binnen het bestuur van Ria Rood. Zij<br />

is op de ALV in april officieel benoemd en we zijn<br />

erg blij met het enthousiasme waarmee zij onder<br />

andere de werkgroepen Vrouwen en Von Willebrand<br />

ondersteunt.<br />

Van de<br />

voorzitter<br />

Komende activiteiten<br />

Het jaar <strong>2023</strong> zit bomvol activiteiten. De<br />

aankondiging van de Zeer Zeldzame Dag mag in<br />

deze <strong>Faktor</strong> natuurlijk niet ontbreken. Lees er alles<br />

over op pagina 16. Het voorlopige programma<br />

en aanmeldformulier vind je op onze website.<br />

Ook de aankondiging van de Ladies Day staat in<br />

deze <strong>Faktor</strong> op pagina 16, zet die datum vast in je<br />

agenda. Ook vindt er op 26 en 27 augustus een<br />

jongerenweekend plaats op de prachtige locatie<br />

buitenplaats Kameryck. En in deze editie lees je ook<br />

een verslag van het afgelopen Kampeerweekend<br />

in juni op 6. Na een aantal jaren afwezigheid heb<br />

ik dit keer ook deelgenomen met mijn dochter. Het<br />

Kampeerweekend blijft een mooie manier om op<br />

een ontspannen manier ervaringen te delen en<br />

tips uit te wisselen. De grote groep jongeren is niet<br />

onopgemerkt gebleven.<br />

Thema vakantie<br />

Als je de <strong>Faktor</strong> aan de andere kant openslaat, kom<br />

je artikelen tegen rondom het thema ‘vakantie’<br />

(tip: ook handig om te bewaren voor volgend jaar<br />

of als je op een later moment op vakantie gaat).<br />

Waar moet je allemaal rekening mee houden als<br />

je op vakantie gaat met een stollingsstoornis?<br />

Welke voorbereidingen kan je treffen en wat zijn de<br />

ervaringen van anderen? Sla de ‘achterkant’ van de<br />

<strong>Faktor</strong> open en je leest er alles over.<br />

Veel leesplezier! <<br />

3 <strong>Faktor</strong>


In de vereniging<br />

Column<br />

Nicky<br />

Door Nicky van Ginneken<br />

Nicky van Ginneken heeft meerdere<br />

stollingsstoornissen: PAI-1 deficiëntie,<br />

trombopathie en factor XII-deficiëntie. Deze<br />

combinatie is zeldzamer dan zeldzaam. Ze neemt<br />

na 8 jaar de column van Miranda Posthouwer over<br />

en zal vanaf nu in iedere <strong>Faktor</strong> haar verhaal delen.<br />

In deze editie stelt ze zich graag voor.<br />

Aan mij de eer om de column, die Miranda<br />

jarenlang met zoveel toewijding heeft geschreven,<br />

over te nemen. Maar wie ben ik? Ik ben Nicky,<br />

36 jaar, woonachtig in het mooie Brabant. Tot<br />

3 jaar geleden wist ik niet dat ik belast ben met<br />

een zeldzame stollingsafwijking. Na een aantal<br />

bloedingen en onderzoek, kreeg ik te horen dat ik<br />

zelfs meerdere stollingsstoornissen blijk te hebben:<br />

een PAI-1 deficiëntie, trombopathie en een factor<br />

XII-deficiëntie. Ik had op dat moment geen idee wat<br />

dit voor mij zou betekenen en hoe dit mijn dagelijks<br />

leven zou gaan beïnvloeden.<br />

Na een aantal<br />

bloedingen, kreeg ik te<br />

horen dat ik meerdere<br />

stollingsstoornissen<br />

blijk te hebben.<br />

PAI-1 deficiëntie (plasminogen activator-inhibitor<br />

1-deficiëntie) is een zeldzame stollingsstoornis. Er is een<br />

tekort aan het eiwit dat de fibrinolyse remt PAI-1 tekort. Bij<br />

een tekort aan fibrinolyse breekt het lichaam een gevormd<br />

bloedstolstel te snel af. Je hebt daardoor een grotere kans<br />

op slijmvliesbloedingen en nabloeden bij een ingreep.<br />

Trombopathie is een verzamelnaam voor zeer<br />

zeldzame stollingsstoornissen waarbij de bloedplaatjes<br />

minder goed aan elkaar kleven of zich aan de Von<br />

Willebrand-factor kunnen binden. Een voorbeeld van<br />

een bloedplaatjesstoornis is bijvoorbeeld de ziekte van<br />

Glanzmann. Symptomen en ernst kunnen verschillen<br />

per aandoening, maar bestaan vaak uit blauwe plekken,<br />

slijmvliesbloedingen en nabloeden na een ingreep of<br />

operatie.<br />

Factor XII-deficiëntie: deze deficiëntie is veelal niet<br />

bekend bij artsen. Factor XII-deficiëntie is als enige<br />

een factordeficiëntie die niet altijd met een verhoogde<br />

bloedingsneiging gepaard gaat. Dit komt vermoedelijk<br />

doordat het factor XII-eiwit geen belangrijke rol speelt bij<br />

het stollingsproces. Echter, is er nog weinig bekend over<br />

deze deficiëntie en de rol die het speelt.<br />

<strong>Faktor</strong> 4


Hoe het begon<br />

In 2018 werd mijn port-a-cath (PAC) vervangen<br />

vanwege een trombose en ging het voor de eerste<br />

keer echt mis. Ik kreeg een grote bloeding en werd<br />

nog diezelfde avond met spoed opnieuw geopereerd.<br />

Dit was de eerste keer dat ik merkte dat er iets mis<br />

was. Toen de chirurg de volgende ochtend aan mijn<br />

bed stond, vroeg ik hem hoe vaak er nabloedingen<br />

ontstonden na het plaatsen van een PAC. “Eigenlijk<br />

nooit, jij bent de eerste en de enige in mijn carrière”,<br />

was zijn antwoord. Nu ben ik qua gezondheid wel<br />

gewend om een uitzondering te zijn, maar dit<br />

antwoord was niet waar ik op hoopte. In het jaar dat<br />

volgde kreeg ik nog eens drie PAC-plaatsingen en<br />

had ik inmiddels het dubbele aantal nabloedingen.<br />

Vaak drie of vier dagen later, juist op het moment dat<br />

niemand het meer verwacht.<br />

In dat jaar groeide mijn vermoeden dat er meer<br />

aan de hand kon zijn dan simpelweg pech. Artsen<br />

bagatelliseerden het vaak en vonden dat ik het<br />

moest accepteren. Ik had op dat moment nog geen<br />

verstand van stollingsproblemen, maar ik wilde<br />

graag de mening van een specialist op dit gebied.<br />

Ik werd verwezen naar een hematoloog in het<br />

ziekenhuis in de buurt. Er volgde bloedonderzoek<br />

waarmee werd gezocht naar de meest voorkomende<br />

stollingsstoornissen.<br />

Aan mezelf twijfelen<br />

De uitslagen waren allemaal normaal. Ik begon meteen<br />

weer aan mezelf te twijfelen. Zouden de artsen dan<br />

toch gelijk hebben dat het pure pech was? Gelukkig<br />

besloot de hematoloog om verder te zoeken, en met<br />

succes. Mijn factor XII bleek afwijkend. Dit verklaarde<br />

de combinatie van bloedingen én de trombose die ik<br />

eerder had ontwikkeld. Bij het horen van deze uitslag<br />

voelde ik opluchting, want er was echt iets gevonden.<br />

De hematoloog sprak echter direct zijn twijfel uit of<br />

deze afwijking al mijn problemen verklaarde. Hij wilde<br />

me doorsturen naar een expertisecentrum voor nóg<br />

uitgebreider onderzoek.<br />

Een PAI-1 deficiëntie<br />

is zeer zeldzaam, zo<br />

zeldzaam dat niet<br />

eens bekend is hoeveel<br />

mensen het hebben.<br />

Ik ben altijd gespannen als ik weer bij een nieuwe arts<br />

kom. Zo ook bij de hematoloog in het Radboudumc,<br />

maar deze dokter stelde me snel op mijn gemak.<br />

Nauwkeurig schreef ze elke bloeding op. Van mijn hevige<br />

menstruaties als tiener tot de recente PAC-bloeding,<br />

waarna mijn bloedingsscore vrij hoog bleek. De arts<br />

pakte een blaadje en schreef een telefoonnummer op.<br />

Vanaf dat moment zouden de stollingsartsen 24/7 voor<br />

me klaar staan. Het beetje spanning dat ik nog had,<br />

maakte plaats voor vertrouwen. Ik voelde dat ik hier<br />

thuishoorde en dat deze mensen weten wat ze doen.<br />

Teleurstelling en opluchting<br />

Er volgden veel onderzoeken, maar ook veel<br />

teleurstelling. Steeds kwam er geen antwoord. Toch<br />

mocht ik van mijn arts de hoop niet opgeven, want<br />

de onderzoeken liepen nog. De resultaten van het<br />

laatste onderzoek lieten acht weken op zich wachten<br />

en stiekem begon ik de hoop wél te verliezen. De<br />

kans op een verklaring werd steeds kleiner en ik wilde<br />

mezelf beschermen voor weer een teleurstelling. Tot<br />

begin 2020, toen ik eindelijk de uitslag van het laatste<br />

onderzoek kreeg. De arts riep me binnen en nog voor ik<br />

op mijn stoel kon plaatsnemen vertelde ze mij dat er een<br />

oorzaak gevonden was. Vol ongeloof heb ik haar verhaal<br />

aangehoord. Ik bleek een PAI 1-deficiëntie te hebben en<br />

toch een trombopathie. De ontlading in de kamer was<br />

voelbaar, zowel bij de arts als bij mijzelf.<br />

Eindelijk was er een verklaring, maar tegelijk ging de<br />

medische molen nóg harder draaien. Er kwam een<br />

behandelplan, een SOS-kaartje, ik kreeg controles<br />

en bovenal héél veel instructies: wat te doen om<br />

bloedingen te voorkomen of hoe te handelen bij een<br />

(vermoedelijke) bloeding.<br />

Onderbuikgevoel<br />

Na maanden zoeken stond mijn leven ineens behoorlijk<br />

op zijn kop. De reden dat het allemaal zo lang moest<br />

duren, bleek eigenlijk simpel. Een PAI-1 deficiëntie<br />

is zeer zeldzaam, zo zeldzaam dat niet eens bekend<br />

is hoeveel mensen deze afwijking hebben. Gelukkig<br />

weet ik het inmiddels wel. Ik ben blij dat ik naar mijn<br />

onderbuikgevoel geluisterd heb en dat ik heb doorgezet,<br />

want daardoor krijg ik nu de zorg die ik nodig heb. <<br />

5 <strong>Faktor</strong>


Informatie<br />

Informatieve video<br />

over de ziekte van Von Willebrand<br />

Door de redactie<br />

De ziekte van Von Willebrand is, in tegenstelling tot genoemde stollingsstoornissen in deze zeldzame<br />

<strong>Faktor</strong>, juist de meest voorkomende stollingsstoornis. Toch is er vaak onduidelijkheid over de<br />

symptomen die bij deze ziekte horen en bij welke klachten je naar de huisarts moet. De werkgroep<br />

Von Willebrand had de wens om een video te ontwikkelen met uitleg over de specifieke problemen<br />

en aandachtspunten bij de ziekte van Von Willebrand. De voorlichtingsvideo wordt gebruikt op onze<br />

website en sociale mediakanalen.<br />

De video is opgesplitst in een<br />

aantal belangrijke thema’s zoals de<br />

bloedstolling, symptomen, diagnose,<br />

erfelijkheid en behandeling. De<br />

werkgroep is erg tevreden met het<br />

eindresultaat en hoopt dat de video kan<br />

bijdragen aan betere voorlichting onder<br />

mensen die mogelijk de ziekte van Von<br />

Willebrand hebben, maar dit nog niet<br />

weten. <<br />

Kijk terug: webinar gentherapie<br />

De <strong>NVHP</strong> organiseerde op dinsdag 13 juni een<br />

webinar over gentherapie voor hemofilie.<br />

De nadruk lag op wat je als patiënt kunt<br />

verwachten van gentherapie. Onder andere de<br />

effectiviteit, mogelijke bijwerkingen en fases<br />

van de behandeling werden besproken (vanaf de<br />

screening tot en met de follow-up).<br />

Sprekers waren Prof. dr. Frank Leebeek (internist<br />

hematoloog Erasmus MC) en dr. Michiel<br />

Coppens (internist vasculaire geneeskunde &<br />

hemofilie Amsterdam UMC - locatie AMC). Een<br />

ervaringsdeskundige vertelde wat gentherapie hem<br />

heeft opgeleverd en hoe hij erop terugkijkt. Na de<br />

presentaties was er ruimte om vragen te stellen.<br />

De webinar gentherapie is terug te kijken<br />

via de link in de Mediabank<br />

Let op: in verband met de privacy<br />

van onze leden en sprekers is<br />

enkel de presentatie van dr. Michiel<br />

Coppens terug te zien. <<br />

<strong>Faktor</strong> 6


Informatie<br />

Bekijk de nieuwe folders<br />

in de Mediabank<br />

Door de redactie<br />

Het foldermateriaal van de <strong>NVHP</strong> is verouderd. Onze website wordt enorm goed bezocht, maar toch<br />

merken we dat patiënten nog altijd behoefte hebben aan folders in digitale, of soms nog fysieke, vorm.<br />

Gaandeweg worden de folders daarom vernieuwd.<br />

Niet alleen de teksten worden geactualiseerd, maar de<br />

folders krijgen ook een mooi, nieuw jasje in onze huisstijl<br />

en helemaal in lijn met de vormgeving van <strong>Faktor</strong>. Vorig<br />

jaar is er al een folder over nalatenschap ontwikkeld.<br />

Dit jaar hebben we de folder ‘hemofilie’ vernieuwd.<br />

Later dit jaar zal ook de folder ‘Von Willebrand’ digitaal<br />

beschikbaar zijn.<br />

Scan de QR-code of ga naar de<br />

Mediabank op onze website om<br />

de digitale folder te bekijken.<br />

Wil je graag een gedrukt<br />

exemplaar? Neem dan contact<br />

op met nvhp@nvhp.nl. <<br />

7 <strong>Faktor</strong>


Aan het woord<br />

Aan het woord<br />

Olivia Kwee: ‘Mijn<br />

ouders hebben me<br />

nooit beperkt’<br />

Door de redactie<br />

In de rubriek ‘Aan het woord’ vragen we mensen met een stollingsstoornis naar hun ervaring.<br />

In deze <strong>Faktor</strong> stellen we je voor aan de 18-jarige Olivia Kwee. Olivia heeft een zeer zeldzame<br />

bloedplaatjesstoornis, Storage Pool Disease (SPD). Haar ouders zijn sinds haar vijfde jaar lid van de<br />

<strong>NVHP</strong>: “Mijn ouders hebben me nooit beperkt en dachten altijd in mogelijkheden.”<br />

Wat vind je ervan dat het zo zeldzaam is?<br />

“Vroeger vond ik het jammer, vooral toen ik voor het<br />

eerst naar het Kampeerweekend kwam. Veel kinderen<br />

daar hebben dezelfde stollingsstoornissen, maar ik ben<br />

de enige met SPD. Nu ben ik er eigenlijk wel blij mee,<br />

omdat de kans heel klein is dat ik het doorgeef aan<br />

mijn kinderen. Ook heb ik, ondanks dat er geen andere<br />

<strong>NVHP</strong>-leden met SPD zijn, vriendschappen gesloten<br />

met mensen die soortgelijke symptomen hebben<br />

waardoor ik er toch met anderen over kan praten.”’<br />

Ik heb een tijdje EMDR<br />

gehad voor prikangst<br />

en dat heeft goed<br />

geholpen.<br />

Wat is Storage Pool Disease?<br />

Storage Pool Disease is een zeer zeldzame<br />

stollingsafwijking die wordt veroorzaakt door<br />

afwijkingen in de bloedplaatjes. Het komt zowel voor<br />

bij mannen als vrouwen. Bij mensen met SPD zijn<br />

bepaalde onderdelen van de bloedplaatjes afwezig:<br />

de zogenaamde opslaggranules. Het is niet bekend<br />

hoe vaak de ziekte voorkomt. “Toevallig ken ik zelf een<br />

verpleegkundige van het Amsterdam AMC die ook SPD<br />

heeft. Zij heeft mij leren prikken, verder ken ik niemand.”<br />

Wat is je meest indrukwekkende medische ervaring?<br />

“Ik weet er zelf niets meer van maar toen ik 11 maanden<br />

oud was, zijn mijn neusamandelen verwijderd. Er was<br />

toen nog niet bekend dat ik SPD had en ik ben zo erg<br />

gaan nabloeden dat ik in shock ben geraakt. Ik ben<br />

toen op de IC opgenomen en heb een bloedtransfusie<br />

gekregen. Daarnaast is voor mijzelf het regelmatige<br />

bloedprikken op een gegeven moment best<br />

traumatisch geworden. Ik heb een tijdje EMDR* gehad<br />

voor prikangst en dat heeft goed geholpen.”<br />

*Eye Movement Desensitization and Reprocessing,<br />

een vorm van therapie voor mensen die last blijven<br />

houden van de gevolgen van een schokkende of<br />

traumatische ervaring.<br />

<strong>Faktor</strong> 8


Aan het woord<br />

Wat heeft je geholpen om te gaan met je<br />

stollingsstoornis?<br />

“De hematoloog die mij van het eerste levensjaar<br />

tot mijn vijftiende heeft begeleid. Zij dacht altijd<br />

mee over hoe ik risico’s kon verlagen zonder mij te<br />

beperken en moedigde mij aan om te doen waar ik<br />

mij goed bij voelde. Van paardrijles tot het nemen<br />

van een spiraaltje. De spiraal heeft mij van mijn<br />

overmatige menstruatie afgeholpen. Als ik langere<br />

bloedingen heb, slik ik tranexaminezuur of gebruik ik<br />

DDAVP-neusspray. Ook mijn ouders hebben mij altijd<br />

op een positieve, relativerende manier geïnformeerd<br />

over de aandoening. Ze hebben mij nooit beperkt of<br />

te veel beschermd en dachten in mogelijkheden. Dat<br />

heb ik denk ik wel overgenomen.”<br />

Welk advies zou je andere leden willen geven?<br />

“Ik heb zelf veel gehad aan speciale ontmoetingsdagen<br />

voor vrouwen, zoals de Ladies Day, aan de<br />

Kampeerweekenden en aan boekjes en folders van<br />

de <strong>NVHP</strong> zoals de menstruatiewijzer en het boek<br />

Bloedmooi. Ook vond ik het fijn om te praten met<br />

oudere meiden en vrouwen die al wat meer ervaring<br />

hadden. Nu ik op de leeftijd ben dat ik dat kan doen<br />

praat ik er ook graag over met jongere meiden.” <<br />

Voel jij je door je stollingsstoornis beperkt?<br />

Tot ik ging menstrueren, heb ik me eigenlijk niet echt<br />

beperkt gevoeld door mijn stollingsstoornis. Ik heb<br />

altijd al veel blauwe plekken gehad. Wondjes zo klein<br />

als een speldenprik blijven soms meerdere dagen<br />

bloeden, maar ik heb daar weinig last van. Ik ben niet<br />

anders gewend. Toen ik ging menstrueren veranderde<br />

dat. Ik ging steeds meer bloed verliezen en bleef<br />

vaak meer dan tien dagen ongesteld. Daar werd ik<br />

erg moe van. Ook kon ik niet zorgeloos deelnemen<br />

aan activiteiten omdat ik minstens elke twee uur<br />

naar de wc moest, ondanks dubbele bescherming en<br />

tranexaminezuur tegen de bloedingen. Sinds ik mijn<br />

spiraaltje heb laten zetten, heb ik daar gelukkig geen<br />

last meer van.”<br />

Sinds ik een spiraaltje<br />

heb laten zetten, heb ik<br />

gelukkig geen last meer<br />

van mijn menstruatie.<br />

Vind je het leuk om aan deze rubriek mee te<br />

doen? Of ken je iemand die dat zou willen?<br />

Stuur dan een e-mail naar de redactie via:<br />

redactie@nvhp.nl.<br />

9 <strong>Faktor</strong>


Informatie<br />

Zeer zeldzame<br />

stollingsstoornissen:<br />

welke zijn er?<br />

Door de redactie<br />

Hemofilie en ook de ziekte van Von Willebrand zijn inmiddels wel wat bekender, maar de zeer zeldzame<br />

stollingsstoornissen niet. Het gaat dan om erfelijke factor deficiënties en (bloed-)plaatjesstoornissen<br />

zoals de ziekte van Glanzmann, het Bernard-Soulier syndroom en Storage Pool Disease.<br />

Bernard-Soulier syndroom<br />

Het Bernard-Soulier syndroom is een zeer zeldzame<br />

plaatjesstoornis en komt bij zowel mannen als<br />

vrouwen voor. Mensen met Bernard-Soulier<br />

hebben net als bij hemofilie of VWF een verhoogde<br />

bloedingsneiging. Hoe vaak het syndroom voorkomt<br />

is niet duidelijk, het aantal wordt geschat op één op<br />

de één miljoen mensen.<br />

De ziekte van Glanzmann<br />

De ziekte van Glanzmann is een zeer zeldzame<br />

aangeboren plaatjesstoornis waardoor bloedingen<br />

langer duren dan normaal. Glanzmann is erfelijk en<br />

komt voor bij zowel mannen als vrouwen. Het komt<br />

voor bij één op de vijfhonderdduizend mensen.<br />

Storage Pool Disease<br />

Storage Pool Disease, of platelet storage pool<br />

deficiency, is een zeer zeldzame stollingsafwijking<br />

die wordt veroorzaakt door afwijkingen in de<br />

bloedplaatjes. Het komt zowel voor bij mannen als<br />

vrouwen. Bij mensen met storage pool ziekte zijn<br />

bepaalde onderdelen van de bloedplaatjes afwezig:<br />

de zogenaamde opslaggranules. Het is niet bekend<br />

hoe vaak de ziekte voorkomt.<br />

Factor deficiënties<br />

Een ‘deficiëntie’ betekent een tekort of het geheel<br />

ontbreken van een factor. De factor deficiënties<br />

factor 8 (VIII) en factor 9 (IX) zijn wel bekend: dat<br />

zijn namelijk hemofilie A en B. Ook bij de andere<br />

stollingsfactoren kan iets misgaan in de aanmaak.<br />

Het gaat dan om factor 1, 2, 5, 7, 10, 11, 12 en 13. De<br />

klachten bij deze stollingsfactoren zijn variëren van<br />

mild tot ernstig.<br />

Wat zijn de functies van de verschillende factors?<br />

Over stollingsstoornissen kan in algemene zin<br />

gezegd worden dat de ‘hemostase’ (het natuurlijke<br />

proces van bloedstolling) niet goed functioneert.<br />

Stolling ontstaat door een kettingreactie van een<br />

reeks stoffen: de stollingsfactoren. De laatste<br />

schakel in deze kettingreactie is de vorming van<br />

een net van fibrinemoleculen, dat de rode en witte<br />

bloedcellen en bloedplaatjes omgeeft. Zo ontstaat<br />

het bloedstolsel.<br />

<strong>Faktor</strong> 10


Informatie<br />

Factor I (1)<br />

Het stollingseiwit fibrinogeen wordt aangemaakt in je<br />

lever en staat ook wel bekend als stollingsfactor I. Het<br />

helpt de bloedplaatjes aan elkaar kleven en wordt zo<br />

de ‘hemostatische plug’ genoemd. Factor I-deficiëntie<br />

wordt ook wel fibrinogeen-deficiëntie genoemd.<br />

Factor II (2)<br />

Het eiwit prothrombine (of stollingsfactor 2) is nodig<br />

om fibrinogeen in fibrine om te zetten. Zo wordt<br />

de hemostatische plug gevormd. Bij een factor<br />

II-deficiëntie is het factor II-gehalte in het bloedplasma<br />

(het vloeibare gedeelte van het bloed) verlaagd.<br />

Factor V (5)<br />

Het factor V eiwit zorgt ervoor dat het fibrinogeen<br />

gemaakt kan worden om zo het netwerk voor het<br />

‘korstje’ te maken. Als factor V niet goed werkt, kan er<br />

geen mooi fibrinogeen-netwerk worden gemaakt en de<br />

bloeding kan niet goed tot stilstand worden gebracht.<br />

Factor VII (7)<br />

In de bloedstolling is factor VII klein, maar het is een<br />

belangrijk element. Het eiwit factor VII zet factor<br />

X ertoe aan om een wondje te dichten. Er wordt<br />

ook gesproken over factor VIIa, de ‘a’ staat voor<br />

‘activatie’. Wanneer factor VII niet goed werkt, wordt<br />

de kettingreactie verbroken en zal de stolling bij een<br />

wondje moeizamer verlopen.<br />

Factor X (10)<br />

Het factor X-eiwit (glycoproteïne) in het bloed speelt<br />

een sleutelrol bij de bloedstolling. In feite zet factor X<br />

het stollingsproces in werking bij een beschadiging<br />

van een bloedvat. Er is niet veel bekend over een<br />

factor X-deficiëntie.<br />

Factor XI (11)<br />

Het factor XI-eiwit in het bloed wordt, evenals de<br />

andere stollingsfactoren, geproduceerd in de lever.<br />

Factor XI is nodig om factor IX (9) te activeren.<br />

Factor XII (12)<br />

Deze deficiëntie is veelal niet bekend bij artsen. Factor<br />

XII-deficiëntie is de enige stollingsfactor die nooit met<br />

een verhoogde bloedingsneiging gepaard gaat. Dit<br />

komt vermoedelijk doordat het factor XII-eiwit geen<br />

belangrijke rol speelt bij het stollingsproces.<br />

Factor XIII (13)<br />

De rol van factor XIII in de bloedstolling is om de<br />

fibrine te stabiliseren in de hemostatische plug.<br />

Wanneer de factor XIII zijn werk niet goed doet,<br />

ontstaat er géén stabiele hemostatische plug en<br />

blijft een wondje lang (na-)bloeden. Een factor<br />

XIII-deficiëntie is een zeer zeldzame afwijking en<br />

komt naar schatting bij één à twee op de miljoen<br />

mensen voor. In Nederland zijn ongeveer twintig<br />

personen bekend met deze stollingsstoornis.<br />

Meer weten? Kijk op de website: www.nvhp.nl. <<br />

11 <strong>Faktor</strong>


Ervaringen delen<br />

Journalist Jasmijn van der Linde interviewde<br />

Eke Hullegie, <strong>NVHP</strong>-lid en kersverse voorzitter<br />

van de werkgroep Vrouwen, voor haar opleiding<br />

wetenschapsjournalistiek.<br />

‘Het begrip voor<br />

vrouwen met een<br />

bloedstollingsprobleem<br />

moet écht beter’<br />

Door Jasmijn van der Linde<br />

Eke Hullegie (53) heeft de erfelijke<br />

bloedstollingsziekte hemofilie. Daardoor heeft<br />

ze snel en vaak last van heftige bloedingen.<br />

Hemofilie treft vanwege de overerving<br />

vooral mannen, waardoor vrouwen met deze<br />

bloedstollingsstoornis op de achtergrond zijn<br />

beland. “Dat wij niet zo moeten zeuren en maar<br />

moeten accepteren dat we eenmaal meer bloeden<br />

dan een ander, dat klopt gewoon niet.”<br />

Je hebt hemofilie, wat houdt dat in?<br />

“Ik heb hemofilie A. Dat betekent dat ik te weinig<br />

stollingsfactor in mijn bloed heb. Ik was eerst<br />

‘gewoon’ draagster van hemofilie, met een<br />

bloedstolling van zo’n 20%. Maar toen ontwikkelde ik<br />

remmers. Daardoor heb ik nu een stollingspercentage<br />

onder de 0.5%. Ik spuit tegenwoordig elke week een<br />

speciaal medicijn daarvoor.”<br />

En wat is een normaal stollingspercentage?<br />

“Boven de 50%.”<br />

Je ontwikkelde remmers? Wat zijn dat?<br />

Eke lacht: “Ja, remmers. Zo heet dat. Je lichaam<br />

kan die remmers oftewel antistoffen aanmaken<br />

als je in korte tijd veel stollingsfactor krijgt. Je<br />

hebt stollingsfactor nodig bij een bloeding of<br />

operatie. Ik had het nodig na een operatie aan mijn<br />

baarmoeder. Ik heb ook borstkanker gehad, dus ook<br />

tijdens mijn borstoperatie kreeg ik stollingsfactor.<br />

Je hebt het gewoon nodig, maar daardoor<br />

ontwikkelde mijn lichaam dus wel die remmers.”<br />

<strong>Faktor</strong> 12


Ervaringen delen<br />

Eke werkt bij een doe-het-zelfzaak, waar ze<br />

leidinggeeft aan de kassamedewerkers. Ze is<br />

getrouwd en moeder van de tweeling Linde<br />

en Sterre (22). Sterre heeft ook hemofilie, ze is<br />

draagster met een te lage bloedstolling.<br />

Vrouwen kunnen draagster zijn van hemofilie en de<br />

ziekte doorgeven aan hun kinderen. Dat draagsters<br />

ook klachten kunnen hebben is vaak onbekend,<br />

zowel bij artsen als de vrouwen zelf. Daarom<br />

is Eke voorzitter va n de Werkgroep Vrouwen<br />

om aandacht te vragen voor vrouwen met een<br />

bloedstollingsprobleem.<br />

Draagsters met een te<br />

lage bloedstollingsfactor<br />

worden tegenwoordig<br />

ook ‘patiënt’ genoemd.<br />

Eerder was je ‘gewoon’ draagster van hemofilie.<br />

Wanneer ben je draagster en wanneer<br />

hemofiliepatiënt? *<br />

“Draagsters met een te lage bloedstollingsfactor<br />

worden tegenwoordig ook ‘patiënt’ genoemd.<br />

Gelukkig, want dat was eerder niet zo. Dat is echt<br />

een grote verbetering om serieus genomen te<br />

worden als vrouw met een bloedstollingsprobleem.<br />

En om een juiste behandeling te krijgen.”<br />

*Over het algemeen werd tot nu toe aangenomen<br />

dat dragers geen klachten hebben, of alleen milde<br />

bloedingsverschijnselen. Dit blijkt echter niet het<br />

geval, ze kunnen ook een verlaagde factor hebben<br />

en daardoor ernstige klachten ervaren.<br />

Want je wordt als vrouw met een<br />

stollingsprobleem niet altijd serieus genomen?<br />

“Ik denk dat artsen nog niet genoeg weten<br />

over vrouwen met een bloedstollingsprobleem.<br />

Huisartsen moeten sneller zoeken naar een oorzaak<br />

voor meisjes met een heftige menstruatie. Dat<br />

doen ze nu meestal niet. Als artsen naar meer<br />

onderdelen kijken in het bloed, dan kan dat sneller<br />

een stollingsprobleem aan het licht brengen. Dat<br />

voorkomt veel ellende.”<br />

Is er voldoende begrip bij artsen?<br />

Eke schudt haar hoofd: “Het begrip voor vrouwen<br />

met een bloedstollingsprobleem moet écht beter.<br />

Dat wij niet zo moeten zeuren en maar moeten<br />

accepteren dat we eenmaal meer bloeden dan een<br />

ander, dat klopt gewoon niet. Er komt gelukkig wel<br />

iets meer begrip, vooral bij vrouwelijke huisartsen.<br />

Het begin is er dus.”<br />

Hoe kwam je erachter dat je hemofilie hebt?<br />

“Mijn jongste broer kreeg twee keer een<br />

hartstilstand na het verwijderen van zijn<br />

amandelen. Hij was toen 4 jaar oud. Al snel kwamen<br />

we erachter dat hij iets met zijn bloed had. Artsen<br />

stelden de diagnose: ernstige hemofilie. Uit<br />

familieonderzoek kwam een tijdje later naar voren<br />

dat ik draagster ben.”<br />

Hoe ging je met je bloedstollingsstoornis<br />

om als puber?<br />

“Toen ik ongesteld werd vond ik dat heftig. Omgaan<br />

met doorlekken vond ik het moeilijkst. Op school<br />

was ik altijd bang dat mensen konden zien dat ik<br />

ongesteld was. Ik keek altijd aan het eind van de les<br />

op mijn stoel of er niets te zien was. Maar in mijn<br />

pubertijd was het nog niet bekend dat ik een te lage<br />

bloedstolling had. Ik merkte natuurlijk wel dat mijn<br />

menstruatie heftig was en erg lang duurde. Maar<br />

daar sprak je eigenlijk niet over.”<br />

Hoe voelde je jezelf toen?<br />

“Heel moe. In mijn pubertijd begon de<br />

vermoeidheid. Mijn ouders hebben van alles<br />

geprobeerd om me hiermee te helpen. Maar een<br />

oorzaak is nooit gevonden. Nu denk ik, dat had<br />

waarschijnlijk met mijn hemofilie te maken.”<br />

Je hebt twee dochters. Was de hemofilie een<br />

drempel voor je om aan kinderen te beginnen?<br />

“Toen mijn man en ik aan kinderen wilden beginnen<br />

zijn we naar een erfelijkheidsarts geweest om<br />

verschillende opties te bespreken. We kozen voor<br />

embryoselectie, omdat ik het mijn kinderen niet<br />

gunde om - net zoals mijn broer - op te groeien<br />

met ernstige hemofilie.’ Eke lacht alweer: ‘Nou, het<br />

resultaat: onze meiden.”<br />

Jullie kozen voor embryoselectie om een kindje<br />

met hemofilie uit te sluiten. Toch is een van<br />

je dochters ook draagster van hemofilie. Hoe<br />

ervaart ze dit?<br />

Eke knikt: “Ja, Sterre heeft ook hemofilie. Ze<br />

heeft hier ook echt last van. Ze heeft een heftige<br />

menstruatie en veel blauwe plekken. Ook denkt ze<br />

na over het krijgen van kinderen in de toekomst.<br />

Kiest ze dan – net als wij – voor embryoselectie?<br />

Gelukkig is de behandeling voor mensen met<br />

hemofilie een stuk beter dan 25 jaar geleden. Maar<br />

er is genoeg om over na te denken.” <<br />

13 <strong>Faktor</strong>


Medische zaken<br />

Mijn kijk op gentherapie:<br />

A is geen B, maar wat<br />

moeten we er verder mee?<br />

Door Ilmar Kruis, lid werkgroep Zorg & Onderzoek<br />

Het is ruim zeven jaar geleden dat ik in de <strong>Faktor</strong> schreef dat gentherapie de mogelijkheid geeft op<br />

‘genezing’ van hemofilie. Zo ver is het nog niet, maar de eerste producten zijn goedgekeurd. Daarmee<br />

is het nog niet meteen beschikbaar, vergoeding is een issue. Maar het is wel tijd om ons af te vragen<br />

hoe we ervoor staan. Wat kan de huidige gentherapie werkelijk betekenen?<br />

Hoewel we steeds meer begrijpen van de werking<br />

van gentherapie, weten we ook een hoop niet. De<br />

belangrijkste onderwerpen met onzekerheden zijn:<br />

- Grote variatie in opbrengst: het factor-niveau dat<br />

behaald wordt na behandeling<br />

- Onzekerheid over de duur en wanneer er weer<br />

profylaxe gegeven moet worden<br />

- Het effect en de juiste behandeling van verhoogde<br />

leverwaarden na gentherapie<br />

- Het risico op tumorvorming door het AAV-virus<br />

Deze onzekerheden maken dat elke beslissing om<br />

wel of niet gebruik te maken van gentherapie ook<br />

nu na de testperiode om uitgebreide voorlichting,<br />

toestemming en monitoring zal vragen. De<br />

behandeling is niet één dag in het ziekenhuis en<br />

klaar, maar een uitgebreide intake, één dag in het<br />

ziekenhuis gevolgd door drie tot zes maanden van<br />

frequente checks en bloedafnames, met minimaal<br />

vijftien jaar (half-)jaarlijkse controles.<br />

Hemofilie A en B<br />

Als fanatiek volger van de verschillende<br />

gentherapieën is één ding heel duidelijk: hoewel<br />

dezelfde techniek gebruikt wordt en er veel<br />

overeenkomsten zijn, is de overweging bij hemofilie<br />

A voor de patiënt toch heel anders dan die<br />

voor hemofilie B. Waarom? Als eerste omdat de<br />

onzekerheid over het eindresultaat minder groot is<br />

bij hemofilie B. Bij A is het factorniveau in de studie<br />

na één jaar tussen de 0 en 250% factor VIII (FVIII)<br />

– er zijn zelfs mensen preventief met antistolling<br />

behandeld. Bij B ligt dit tussen de 5 en 120% factor<br />

IX (FIX). Bovendien gaat dit niveau bij A in de eerste<br />

periode snel omhoog maar ook weer naar beneden, bij<br />

B lijkt dit veel geleidelijker te gaan en zou het zelfs vrij<br />

lang stabiel kunnen blijven.<br />

Ten tweede is het alternatief emicizumab (Hemlibra®)<br />

beschikbaar bij hemofilie A: dit levert een constant<br />

FVIII-niveau van tussen de 8 à 15% met een beperkt<br />

aantal injecties. Bij gentherapie voor A had na 2 jaar<br />

slechts de helft van de patiënten nog een FVIIIniveau<br />

boven 15%. Dit is van belang omdat die 15%<br />

ongeveer de grens is waarboven gewrichtsbloedingen<br />

eigenlijk niet meer voorkomen. Kortom: het is<br />

kop-of-munt of de gentherapie bij A een betere<br />

bescherming geeft dan met emicizumab bereikt<br />

wordt. Bij hemofilie B is dit alternatief er uiteraard<br />

niet, waardoor een constant FIX-niveau zonder<br />

injecties sneller een aantrekkelijke optie kan zijn.<br />

Verhoogde leverwaarden<br />

Ook de levertoxiciteit (-beschadiging) is anders bij A<br />

en B. In beide gevallen is er stijging van leverwaarden<br />

gezien na gentherapie, maar bij A gebeurt dit<br />

frequenter. Dát het gebeurt is niet verrassend: we<br />

gebruiken een virus om de levercellen te infecteren<br />

zodat ze factor FVIII of FIX gaan maken. Ons<br />

immuunsysteem kan dit herkennen en gaat deze<br />

virus-geïnfecteerde levercellen netjes opruimen. Dat<br />

hoeft ook geen probleem te zijn, een avondje stappen<br />

met genoeg alcohol doodt ook een groot aantal<br />

levercellen en die groeien weer aan, maar dit zijn nu<br />

juist de cellen die de FVIII of FIX moeten gaan maken.<br />

Dus proberen we de afweerreactie stop te zetten met<br />

een (soms best heftige) corticosteroïden behandeling.<br />

Maar waarom dit voor A en B anders is, en wat de<br />

beste manier is om dit te behandelen weten we<br />

eigenlijk niet.<br />

Risico op tumorvorming<br />

De laatste onzekerheid lijkt tot nu toe wel vergelijkbaar<br />

tussen A en B. Het risico op ‘integratie’ van het virus<br />

in het DNA van een aantal van onze cellen. Als dit op<br />

de verkeerde plek gebeurt, kan dit bijdragen aan de<br />

<strong>Faktor</strong> 14


Ervaringen Medische zaken delen<br />

groei van een tumor. De huidige AAV-virussen zijn<br />

(als zogenaamd transportmiddel) gekozen omdat ze<br />

normaal gesproken netjes van ons eigen DNA afblijven,<br />

maar heel af en toe komt er toch een stukje virus-DNA<br />

in het cel-DNA. En bij gentherapie praten we over grote<br />

getallen: miljarden cellen en virussen komen bij elkaar,<br />

dus iets wat maar heel af en toe gebeurt, wordt gezien<br />

bij vrijwel elke patiënt.<br />

Dat hoeft geen probleem te zijn, als lezer heb je<br />

tijdens en voor jouw leven al allerlei stukjes virus in<br />

je DNA gekregen (bijvoorbeeld van een verkoudheid<br />

of griep). Bovendien is 30% van ons al eens met<br />

hetzelfde AAV-virus geïnfecteerd zonder dat we<br />

iets merkten. Er zijn wat eerste kleine onderzoeken<br />

die aanwijzen dat de integratie bij gentherapie niet<br />

anders is dan bij zo’n natuurlijke AAV-infectie. Dat<br />

moeten we wel in de gaten houden, maar het zal over<br />

tien tot twintig jaar pas echt duidelijk worden of er<br />

helemaal geen verhoogd risico op tumorvorming is.<br />

Wat biedt gentherapie?<br />

Kortom, wat biedt gentherapie nu? Voor hemofilie A<br />

een goede kans op een aantal jaar zonder profylaxe.<br />

Waarbij het beschermingsniveau de eerste twee<br />

jaar meestal prima zal zijn, maar daarna kan<br />

afnemen tot onder het niveau dat met de huidige<br />

profylaxe mogelijk is. Een soort profylaxe-pauze,<br />

of een heel-erg-lang-werkend product. Wel vergt<br />

het een intensief behandeltraject van een aantal<br />

maanden en het accepteren van een aantal forse<br />

onzekerheden. Bovendien zal iemand die nu met<br />

gentherapie behandeld wordt voor de voorzienbare<br />

toekomst niet in aanmerking komen voor eventuele<br />

toekomstige, verbeterde gentherapieën. Of, en<br />

wanneer, dat een aantrekkelijke behandeloptie is zal<br />

heel persoonlijk zijn.<br />

Voor hemofilie B lijkt het dat met redelijke zekerheid<br />

er meerdere jaren een basisniveau minimaal<br />

vergelijkbaar met de huidige profylaxe behaald<br />

kan worden, maar hoe lang of hoe hoog precíes is<br />

volstrekt onzeker. In beide gevallen kán je ook geluk<br />

hebben en zo hoog uitkomen dat je meerdere jaren<br />

hemofilie-vrij zal zijn. <<br />

Figuur: globaal verloop van de mediane<br />

(middelste waarde) FVIII en FIX-activiteit<br />

zoals gerapporteerd in de fase 3<br />

studies. De waarden van FVIII en FIX<br />

zijn uiteraard niet direct vergelijkbaar,<br />

maar de gekleurde regio’s geven de<br />

zogenaamde interkwartielafstand aan:<br />

50% van alle patiënten vallen binnen<br />

dit bereik. Die geven dus duidelijk de<br />

grotere onzekerheid bij FVIII aan, vooral<br />

in het eerste jaar na behandeling, en de<br />

langzaam-maar-zekere afname over tijd,<br />

die minder bij FIX lijkt op te treden.<br />

15 <strong>Faktor</strong>


In de vereniging<br />

Save the date:<br />

Zeer Zeldzame Dag<br />

op 30 september<br />

Door de werkgroep<br />

Zeer Zeldzaam<br />

Pak je agenda erbij en zet 30 september in je agenda. Dan organiseren wij een dag voor mensen met een<br />

zeer zeldzame stollingsstoornis (zeldzame factor deficiënties en bloedplaatjesafwijkingen) Heb jij zelf<br />

één van deze stollingsstoornissen? Of ben je ouder, verzorger, partner, broer of zus van iemand met een<br />

zeldzame stollingsstoornis? Dan ben je van harte welkom.<br />

Tijdens de Zeer Zeldzame Dag (ZZ Dag) is er ook<br />

ruimschoots de tijd om onderling met elkaar in gesprek<br />

te gaan en ervaringen te delen. Daarnaast wordt er<br />

meer informatie gegeven over ontwikkelingen op het<br />

gebied van zeldzame stollingsstoornissen. Ook op<br />

het gebied van zeldzamere stollingsstoornissen is er<br />

namelijk steeds meer gaande.<br />

RBiN onderzoek<br />

Al een aantal jaren wordt bij alle behandelcentra<br />

onderzoek gedaan naar het leven van patiënten met<br />

een zeldzame factor deficiëntie. Tijdens deze dag<br />

staan we stil bij het RBiN onderzoek, een onderzoek<br />

naar alle factordeficiënties (Rare Bleeding Disorders<br />

in the Netherlands). De uitkomsten van het onderzoek<br />

worden tijdens de Zeer Zeldzame Dag gedeeld.<br />

TiN onderzoek<br />

Daarnaast worden de uitkomsten van het TiN<br />

onderzoek gepresenteerd (Thrombocytopathy in the<br />

Netherlands). Dit onderzoek lijkt op de RBiN, maar gaat<br />

over bloedplaatjes. Ook geven we meer informatie over<br />

andere ontwikkelingen op het gebied van zeldzame<br />

stollingsstoornissen.<br />

Meer aandacht<br />

Ook de <strong>NVHP</strong> vindt het belangrijk aandacht te<br />

besteden aan (zeer) zeldzame stollingsstoornissen.<br />

We zijn op zoek naar vrijwilligers die hier graag bij<br />

betrokken willen zijn. Mocht je interesse hebben, laat<br />

het dan gerust weten. Of denk erover na, dan kunnen<br />

we op 30 september met elkaar hierover in gesprek<br />

gaan. Meer weten? Neem dan contact op Minette van<br />

der Ven via m.vanderven@nvhp.nl.<br />

Definitieve programma<br />

Inschrijven kan alvast via de<br />

website. Het definitieve programma<br />

is in augustus bekend. We hopen<br />

jullie met velen te verwelkomen op<br />

30 september. Tot dan! <<br />

Save the date: Ladies Day<br />

Door de<br />

werkgroep Vrouwen<br />

Speciaal voor alle dames met een stollingsstoornis en alle draagsters is er op zaterdag 4 november van<br />

10.00 tot 16.30 uur een Ladies Day. Op deze dag is er veel tijd om samen te zijn, bij te kletsen, nieuwe<br />

mensen te ontmoeten, ervaringen te delen en nieuws uit de medische wereld te horen.<br />

De Ladies Day wordt om het jaar georganiseerd<br />

door de <strong>NVHP</strong> werkgroep Vrouwen. Een dag<br />

waarop vrouwen en jonge meiden met een<br />

stollingsstoornis en draagsters van harte welkom<br />

zijn. We gaan er een geweldige dag van maken,<br />

op een fijne en goed bereikbare locatie, met een<br />

interessant programma waar je wordt bijgepraat<br />

over allerlei ontwikkelingen.<br />

Vrouwen met een stollingsstoornis lopen tegen<br />

andere problemen aan dan mannen. Wil jij:<br />

• Meer informatie over menstruatie en zwangerschap?<br />

• Andere vrouwen ontmoeten?<br />

• Ervaringen uitwisselen met andere vrouwen die in<br />

dezelfde levensfase zitten als jij?<br />

Save the Date<br />

Zet de Ladies Day dan alvast in je agenda! Aanmelden is<br />

verplicht en kan via de website: www.nvhp.nl. <<br />

<strong>Faktor</strong> 16


Uit de HBC’s<br />

Een waardevolle missie:<br />

het verbeteren van<br />

informatievoorziening<br />

voor kinderen met<br />

hemofilie<br />

Door masterstudent Tjaisha Eekelaar<br />

Mijn naam is Tjaisha Eekelaar en op dit moment rond ik mijn masteropleiding Strategic<br />

Product Design aan de Technische Universiteit van Delft af. Tijdens mijn studie heb ik<br />

deelgenomen aan een bijzonder project voor Partitura, een onderzoeksprogramma<br />

van het SYMPHONY-consortium. Het project draait om het verzamelen van ervaringen<br />

rondom het leven van kinderen tussen de nul en acht jaar met hemofilie.<br />

Ik vond dit project erg interessant en daarom ben<br />

ik in februari gestart met mijn afstudeerproject<br />

in het Erasmus MC om de ervaringen rondom de<br />

informatievoorziening aan kinderen tussen de nul<br />

en acht jaar en hun ouders/verzorgers in kaart te<br />

brengen, en een ontwerp te maken dat positief kan<br />

bijdragen hieraan.<br />

Zoals al eerder in de <strong>Faktor</strong> voorbij is gekomen, is<br />

het doel van het SYMPHONY-consortium om een<br />

behandeling op maat te maken voor iedereen met<br />

een bloedstollingsstoornis. Binnen SYMPHONY heeft<br />

Partitura zich specifiek gericht op het verbeteren van<br />

de zorg voor mensen met hemofilie door het in kaart<br />

brengen van zorgpaden en patiëntervaringen.<br />

Behoeften en wensen<br />

Voor mijn afstudeerproject heb ik de ervaringen<br />

rondom de informatievoorziening voor<br />

hemofiliepatiënten opgehaald in het Erasmus MC.<br />

Mijn doel is om een strategie te ontwikkelen die de<br />

informatievoorziening beter laat aansluiten bij de<br />

wensen en behoeften patiënten, ouders/verzorgers<br />

en zorgverleners. Om deze wensen en behoeften in<br />

kaart te brengen, heb ik interviews afgenomen met<br />

zorgverleners en een aantal ouders van kinderen met<br />

hemofilie.<br />

Vervolgens kan ik kijken naar verbeterpunten en<br />

een nieuwe tool ontwerpen die bijdraagt aan de<br />

informatiebehoefte. De wens is om niet alleen iets te<br />

ontwikkelen binnen het Erasmus MC. Het is natuurlijk<br />

Op deze afbeelding is het concept te zien waar ik nu<br />

samen met de <strong>NVHP</strong> aan werk. Dit is een gesprekskaart<br />

dat als hulpmiddel dient tijdens de poli gesprekken. Het<br />

geeft een overzicht van alle te bespreken onderwerpen<br />

tijdens het polibezoek. Dit zorgt ervoor dat er een<br />

betere gespreksstructuur is en het dient als visuele<br />

ondersteuning hiervan. Daarnaast is het een educatieve<br />

tool om de informatie beter over te dragen aan ouders<br />

en kinderen met hemofilie, waarbij het een goede<br />

geheugensteun is. Voor sommige onderwerpen is er meer<br />

uitleg nodig. Hiervoor zijn aparte praatkaarten die dieper<br />

ingaan op één onderwerp, ook met visuele ondersteuning.<br />

17 <strong>Faktor</strong>


mooier om iets te ontwikkelen wat toegankelijk is<br />

voor alle behandelcentra. Daarom ben ik samen<br />

met de <strong>NVHP</strong> aan het kijken naar mogelijkheden<br />

om de informatievoorziening op nationaal niveau te<br />

verbeteren, zodat elk persoon met hemofilie toegang<br />

heeft tot dezelfde informatie, ongeacht in welk<br />

hemofiliebehandelcentrum men behandeld wordt.<br />

Meer bekendheid over hemofilie<br />

Het creëren van betrouwbare, begrijpelijke en<br />

bovenal toegankelijke informatie kan leiden tot een<br />

grotere bekendheid over hemofilie. Ik hoop dat het<br />

verbeteren van de informatievoorziening niet alleen<br />

zal zorgen voor meer bewustzijn bij degenen die<br />

met deze aandoening te maken hebben, maar dat<br />

het ook helpt om dit goed over te dragen aan hun<br />

directe omgeving. Met mijn afstudeerproject wil ik<br />

hieraan bijdragen, in de hoop dat anderen kunnen<br />

voortbouwen op de ontwikkelde strategie!<br />

Mochten jullie nog vragen hebben over dit<br />

afstudeerproject, dan kun je altijd een e-mail sturen<br />

naar t.eekelaar@erasmusmc.nl. <<br />

Dit project is onder begeleiding van Caroline Mussert<br />

en Shannon van Hoorn vanuit het Erasmus MC en<br />

Armaĝan Albayrak en Silje Dehli vanuit de TU Delft.<br />

Informatie<br />

Hemofiliebehandelcentra<br />

worden expertisecentra<br />

voor zeldzame<br />

stollingsstoornissen<br />

Door Mariëtte Driessens, voorzitter werkgroep Zorg & Onderzoek<br />

De Nederlandse hemofiliebehandelcentra (HBC’s) worden expertisecentra voor zeldzame<br />

stollingsstoornissen. Veel patiënten met een zeldzame stollingsstoornis, hebben geen toegang tot een<br />

goede diagnose en behandeling. De juiste diagnose wordt vaak over het hoofd gezien of laat lang op zich<br />

wachten. De Europese Unie en de Nederlandse overheid willen dit traject voor mensen met een zeldzame<br />

aandoening in het algemeen verbeteren. Dit doen zij door samen te werken op Europees niveau.<br />

In de afgelopen vijf jaar is de zorg voor diverse<br />

andere zeldzame aandoeningen geconcentreerd in<br />

zogenaamde expertisecentra zeldzame aandoeningen<br />

(ECZA). Een Europese richtlijn maakt de oprichting van<br />

Europese referentienetwerken (ERN) mogelijk. In zo’n<br />

netwerk zitten nationaal, erkende expertisecentra die<br />

tot doel hebben complexe of zeldzame aandoeningen<br />

aan te pakken die om zeer gespecialiseerde<br />

behandeling, kennis en middelen vragen.<br />

Zeldzaam<br />

Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en<br />

Sport heeft een beleidsvisie opgesteld op basis<br />

van de Europese richtlijn. In deze visie staat meer<br />

informatie over expertisecentra rondom zeldzame<br />

aandoeningen en de rechten van patiënten bij<br />

grensoverschrijdende zorg. Een van de Europese<br />

referentienetwerken die is opgericht, is de<br />

ERN-EuroBloodNet voor zeldzame bloedziekten.<br />

Hieronder vallen ook erfelijke stollingsstoornissen<br />

zoals we die binnen onze vereniging kennen.<br />

Hemofilie A en B zijn redelijk zeldzaam, maar<br />

bloedplaatjesaandoeningen en ook de zeer<br />

zeldzame factor deficiënties komen soms voor bij<br />

bijvoorbeeld een op de miljoen personen. Soms<br />

is het zo zeldzaam dat we niet eens weten hoe<br />

vaak het voorkomt. Daarom is het belangrijk om<br />

gegevens over aandoeningen in Europees verband<br />

bij elkaar te brengen.<br />

<strong>Faktor</strong> 18


Ervaringen Informatie delen<br />

EuroBloodNet – Een Europees Referentie Netwerk<br />

voor zeldzame bloedaandoeningen<br />

In de eerste vijf jaar heeft het ERN-EuroBlootNet<br />

meerdere acties uitgevoerd om de toegang tot<br />

zorg voor patiënten met een zeldzame bloedziekte<br />

te verbeteren. Het netwerk wil toegang tot de<br />

gezondheidszorg voor patiënten met zeldzame<br />

bloedziekten verbeteren door:<br />

- Opstellen van richtlijnen<br />

- Bevorderen van goede praktijksituaties<br />

- Zorgen voor betere opleidingen<br />

- Het delen van kennis<br />

- Het bieden van klinisch advies<br />

- Het uitbreiden van klinische studies<br />

Het netwerk is opgericht door de European<br />

Hematology Association (EHA), het European Network<br />

on Rare and Congenital Anaemias (ENERCA) en de<br />

Europese hematologiepatiëntenorganisaties die<br />

vertegenwoordigd zijn in zowel de Europese EURORDIS<br />

European Patient Advocacy Groups - ePAG’s als de<br />

EHA Patient Organisations Working Group.<br />

Onder hematologische ziekten vallen bloed- en<br />

beenmergafwijkingen, afwijkingen aan lymfoïde<br />

organen en bloedstollingsfactoren. Om zeldzame<br />

bloedziekten te diagnosticeren, is klinische<br />

deskundigheid nodig en toegang tot een heel<br />

scala aan laboratoriumtesten en beeldvormende<br />

technologieën. Deze voorwaarden en het feit dat<br />

sommige zeldzame bloedziekten heel erg zeldzaam<br />

zijn, maken dat de juiste diagnose vaak over het<br />

hoofd wordt gezien of uitgesteld, vooral bij oudere<br />

patiënten. Behandeling is vaak moeilijk, omdat er<br />

gespecialiseerde infrastructuren en teams nodig zijn<br />

en bepaalde behandelingen, zoals stollingsfactoren,<br />

moeilijk toegankelijk zijn.<br />

Vele landen in de Europese Unie zijn aangesloten<br />

Het netwerk van zorgaanbieders bestaat uit 98<br />

expertisecentra zeldzame aandoeningen uit 18<br />

lidstaten, allemaal nationaal erkende expertisecentra.<br />

Meer informatie over dit netwerk is te vinden op de<br />

website van EuroBlootNet: www.eurobloodnet.eu.<br />

Patiëntenvertegenwoordiging<br />

Patiënten zijn belangrijke spelers in de ERN’s. De<br />

betrokkenheid van patiëntenorganisaties bij het<br />

ERN-EuroBloodNet is vanaf het begin bepaald om hun<br />

centrale rol binnen het netwerk te waarborgen en de<br />

patiëntgerichte aanpak te benadrukken.<br />

Acht ePAG’s zorgen momenteel voor een volledige<br />

patiëntenvertegenwoordiging in de ERN EuroBloodNet.<br />

Naarmate het netwerk groeit, zullen nog meer<br />

ePAG-vertegenwoordigers worden toegevoegd.<br />

Baiba Ziemele uit Letland is de afgevaardigde voor de<br />

stollingsstoornissen vanuit de Europese organisatie<br />

voor stollingsstoornissen.<br />

Meer weten?<br />

De VSOP – patiëntenkoepel voor zeldzame en<br />

genetische aandoeningen – heeft een website waar<br />

veel informatie over het Europees en Nederlands<br />

beleid voor zeldzame aandoeningen te vinden is:<br />

zeldzameaandoening.nl <<br />

Grand Prix Motorcross<br />

met een stollingsstoornis…?<br />

In de vereniging<br />

William Kleeman (18) doet het! De <strong>NVHP</strong><br />

stelt 15 kaarten beschikbaar voor<br />

<strong>NVHP</strong>-jongeren. De kaarten zijn het hele<br />

weekend geldig, inclusief meet & greet<br />

met William Kleemann op zondag 20<br />

augustus om 17.00 uur. Aanmelden kan<br />

via g.cooymans@nvhp.nl. Kijk voor meer<br />

informatie op: mxgparnhem.nl<br />

Met dank aan Novo Nordisk B.V. <<br />

19 <strong>Faktor</strong>


In de vereniging<br />

Pijnmanagement<br />

centraal tijdens<br />

middagprogramma<br />

van de ALV<br />

Door <strong>NVHP</strong>-leden Cathy Verbraeken en Eke Hullegie<br />

De halfjaarlijkse Algemene Ledenvergadering en ledenmiddag vond op zaterdag 15 april plaats. In<br />

de ochtend presenteerde het bestuur het formele deel met aansluitend een lunch. In de middag<br />

presenteerden internist-hematoloog Lize van Vulpen en fysiotherapeut Merel Timmer het<br />

middagprogramma over pijnmanagement. <strong>NVHP</strong>-leden Cathy Verbraeken (voorzitter werkgroep Von<br />

Willebrand) en Eke Hullegie (voorzitter werkgroep Vrouwen) delen graag een verslag van de dag met je.<br />

Zaterdag 15 april werden we ‘s ochtends hartelijk<br />

ontvangen in Van der Valk Breukelen. Het was even<br />

zoeken naar de juiste zaal, want er bleken die dag<br />

meerdere patiëntenverenigingen te zijn die ook een<br />

bijeenkomst hadden gepland. Vanwege het eerste<br />

lustrum van VastePrik had stichting HemoNED<br />

gezorgd voor een heerlijk gebakje, dus met een goed<br />

gevoel en volle maag startte de ALV.<br />

Werkgroepen aan het woord<br />

De meeste werkgroepen lieten weten waar ze mee<br />

bezig zijn. We lichten er twee uit, omdat deze een<br />

nieuwe voorzitter hebben, namelijk de auteurs<br />

van dit stuk: Cathy Verbraeken als voorzitter van<br />

Von Willebrand en Eke Hullegie als voorzitter van<br />

de Vrouwenwerkgroep. De werkgroepen gaan veel<br />

samenwerken en krijgen allebei de hulp van het<br />

<strong>Faktor</strong> 20


In de vereniging<br />

<strong>NVHP</strong>-lid Fred Buitenhuis deelde zijn ervaring. Een<br />

les die hieruit geleerd kon worden is dat je, met je<br />

stollingsziekte, beter een bloeding kunt krijgen nadat<br />

je iets leuks hebt gedaan, dan dat je een bloeding<br />

krijgt ondanks dat je in huis blijft zitten. Leef en<br />

beweeg, dat was de positieve boodschap!<br />

nieuwe bestuurslid Ria Rood. Zij is tijdens de ALV<br />

benoemd tot nieuw bestuurslid Lotgenotencontact en<br />

gaat zich voornamelijk bezighouden met deze twee<br />

werkgroepen.<br />

Ook de werkgroep Jongeren was aanwezig en heeft<br />

dringend nieuwe leden nodig. Jongeren zijn de<br />

toekomstige leden van de <strong>NVHP</strong> en er kunnen veel<br />

leuke activiteiten voor ze georganiseerd worden.<br />

Lijkt het je leuk om hieraan mee te werken? Mail naar<br />

nvhp@nvhp.nl voor meer informatie.<br />

Afsluiting<br />

Rond drie uur werd de dag afgesloten en werd er nog<br />

wat gedronken en gekletst. De ALV is een fijn moment<br />

om samen te komen met leden en hun families.<br />

Buiten het formele gedeelte is er genoeg ruimte om<br />

ervaringen uit te wisselen en leuke presentaties te<br />

volgen. Wij willen dan ook alle leden vragen om bij de<br />

volgende ALV óók aan te sluiten. Naast het formele<br />

deel is het ook een heel fijn moment in contact te<br />

komen met anderen. Het lijkt ons dan ook superleuk<br />

jullie allemaal te leren kennen. En voor de kinderen die<br />

meekomen is er opvang aanwezig!<br />

Vrijwilligers voor de <strong>NVHP</strong><br />

Tot slot nog een oproep vanuit de werkgroepen. Lijkt<br />

het je leuk om mee te werken aan de toekomst van de<br />

<strong>NVHP</strong>, dan kun je informatie opvragen bij de <strong>NVHP</strong>. Er<br />

zijn altijd enthousiaste mensen nodig en vele handen<br />

maken lichter en gezelliger werk! Mail naar<br />

nvhp@nvhp.nl voor meer informatie of kijk op de<br />

website: www.nvhp.nl. <<br />

Leef en beweeg,<br />

dat was de positieve<br />

boodschap!<br />

Ervaringen delen<br />

Het belangrijkste moment van de dag was zoals<br />

altijd de lunch. Niet alleen omdat er heerlijk gegeten<br />

kon worden, maar vooral door de gesprekken die<br />

plaatsvonden. De lunch is altijd een moment waarop<br />

iedereen ervaringen deelt en weer nieuwe ideeën<br />

opdoet. Het is mooi en soms ook fijn om te horen hoe<br />

het er in andere behandelcentra aan toe gaat. Het kan<br />

een bevestiging zijn van het gevoel dat je hebt bij je<br />

eigen HBC.<br />

Het middagprogramma stond in het teken van<br />

pijnmanagement. Pijn is voor iedereen met een<br />

stollingsziekte een bekend verschijnsel, dus een<br />

belangrijk onderwerp. Naast verhalen vanuit het<br />

perspectief van een arts en een fysiotherapeut, was<br />

er ook een verhaal van een ervaringsdeskundige.<br />

21 <strong>Faktor</strong>


Ervaringen Medische zaken delen<br />

Genetisch onderzoek<br />

bij zeldzame<br />

stollingsstoornissen<br />

in Nederland<br />

Door arts-onderzoeker Sterre Willems en hoofdonderzoeker RBiN-studie<br />

en internist-hematoloog Saskia Schols in het Radboudumc<br />

De Rare Bleeding Disorders in the Netherlands (RBiN) studie is een landelijke studie, waarin patiënten<br />

met een zeldzame bloedingsstoornis en uit alle Nederlandse hemofiliebehandelcentra aan mee kunnen<br />

doen. Het doel van de studie, die liep van 2017 tot 2019, is het in kaart brengen van de bloedingsneiging<br />

van patiënten met een zeldzame stollingsstoornis.<br />

Met de resultaten willen we beter begrijpen<br />

wanneer deze patiënten het grootste risico lopen<br />

op bloedingen om zo bij te dragen aan een betere<br />

behandeling. Een groot deel van de patiënten uit de<br />

RBiN-studie heeft ook toestemming gegeven voor<br />

het doen van genetisch onderzoek.<br />

Zeldzame stollingsstoornissen en erfelijkheid<br />

Een zeldzame stollingsstoornis in onze studie<br />

houdt in dat er sprake is van een te snelle<br />

afbraak van fibrine (hyperfibrinolyse), of dat er<br />

een tekort is aan een (of meerdere) functionele<br />

stollingseiwitten. Deze stollingseiwitten zijn:<br />

fibrinogeen, stollingsfactor (F) II, FV & FVIII, FVII,<br />

FX, FXI, FXIII, plasminogeenactivator inhibitor<br />

type 1 (PAI-1) of α2-antiplasmine (A2AP).<br />

Meestal wordt gedacht dat deze erfelijke<br />

zeldzame stollingsstoornissen op een recessieve<br />

manier overerven. Dat betekent dat iemand<br />

twee genetische afwijkingen in het gen moet<br />

hebben. Je hebt dan van zowel je biologische<br />

moeder als vader een gen gekregen. Dit noemen<br />

we homozygoot (tweemaal precies dezelfde<br />

genetische variant) of compound heterozygoot<br />

(twee verschillende genetische varianten).<br />

Als een patiënt maar één genetische afwijking in<br />

een gen heeft (heterozygoot), dan wordt hij/zij<br />

gezien als drager. Soms erft een stollingsstoornis<br />

dominant over, dan is een enkele genetische<br />

variant voldoende om een ziekte te veroorzaken.<br />

Over het algemeen werd tot nu toe aangenomen<br />

dat dragers geen klachten hebben, of alleen milde<br />

bloedingsverschijnselen. Recent is er echter<br />

steeds meer aandacht voor het optreden van<br />

bloedingen bij dragers.<br />

Genetisch onderzoek<br />

Bij 202 patiënten die deelnamen aan de<br />

RBiN-studie werden stollingseiwitten gemeten.<br />

Een onderzoeker stelde tijdens het studiebezoek<br />

de ernst van de stollingsstoornis vast aan de hand<br />

van gestandaardiseerde vragen en patiënten werd<br />

gevraagd om een uitgebreide vragenlijst in te vullen.<br />

Bij 156 deelnemers werd genetisch onderzoek verricht.<br />

Bij bijna een kwart van<br />

de deelnemers vonden<br />

we ook een afwijking in<br />

nog een ander gen dat<br />

mogelijk een andere rol<br />

speelt in de stolling.<br />

Bij 85% van de patiënten werd een genetische<br />

afwijking in een gen gevonden die precies paste<br />

bij de stollingsstoornis van de betreffende patiënt.<br />

Opvallend genoeg vonden wij in bijna een kwart (24%)<br />

van de gevallen, naast de eerdergenoemde afwijking,<br />

ook nog een afwijking in een ander gen dat een<br />

mogelijke andere rol speelt in de stolling. Omdat deze<br />

afwijkingen zich bevonden in verschillende soorten<br />

genen, weten we niet of, en zo ja, welke rol dit speelt<br />

in het optreden van bloedingen.<br />

<strong>Faktor</strong> 22


Ervaringen Medische zaken delen<br />

Alle genetische afwijkingen die zijn gevonden, hebben<br />

een score gekregen van nul tot zeven op basis van het<br />

ingeschatte ziekte veroorzakend vermogen. Categorie<br />

0 betekent geen afwijkingen, categorie 7 is het hoogst<br />

ingeschatte ziekte veroorzakend vermogen. We<br />

zagen dat er over het algemeen een matig tot sterk<br />

verband is tussen deze score en de hoogte van het<br />

stollingseiwit dat we in het bloed kunnen meten. Een<br />

voorbeeld hiervan zie je in figuur 1.<br />

Bij patiënten met hyperfibrinolyse of een PAI-1<br />

deficiëntie zijn geen genetische oorzaken gevonden<br />

voor de ziekte. In toekomstige onderzoeken kunnen we<br />

mogelijk nieuwe genetische veranderingen vinden die<br />

deze problemen veroorzaken door het analyseren van<br />

het complete genetische materiaal van grotere groepen<br />

patiënten met hyperfibrinolyse of PAI-1 deficiëntie.<br />

Figuur 2: Deelnemers uit groep één hadden<br />

vaker graad III bloedingen doorgemaakt en<br />

dragers (groep twee) hadden in driekwart van<br />

de gevallen last van spontane bloedingen.<br />

Patiënten die drager zijn<br />

van een stollingsstoornis<br />

gerelateerde genetische<br />

variant hebben vaak<br />

spontane bloedingen.<br />

Figuur 1: Er is een sterk verband (r=-.653, p


Ervaringen Medische zaken delen<br />

Bloeden na ingrepen<br />

We hebben ook gekeken naar het bloeden na<br />

ingrepen. In totaal was er data beschikbaar van 233<br />

ingrepen die hebben plaatsgevonden bij 96 patiënten.<br />

We vonden dat patiënten uit groep één ongeveer net<br />

zo vaak een nabloeding hadden na chirurgie (31%) als<br />

groep 2 (37%). Wel is het zo dat patiënten uit groep<br />

één vaker een behandeling hadden gekregen met<br />

stolling bevorderende medicatie om een bloeding te<br />

voorkomen, namelijk in 59% van de gevallen tegen<br />

29% in groep twee. Dit is weergegeven in figuur 3.<br />

Waarschijnlijk is dit omdat patiënten uit groep één<br />

doorgaans een ernstige stollingsstoornis hebben.<br />

Patiënten die drager zijn<br />

van een stollingsstoornis<br />

gerelateerde genetische<br />

variant hebben vaak<br />

spontane bloedingen.<br />

Patiënt met een milde factordeficiëntie<br />

Patiënten die drager zijn van een stollingsstoornis<br />

gerelateerde genetische variant hebben dus vaak<br />

spontane bloedingen. Daarnaast treedt er relatief<br />

vaak een bloeding op na een ingreep in deze groep.<br />

Eerdere resultaten uit de RBiN-studie hebben<br />

laten zien dat bij zeldzame stollingsstoornissen<br />

de hoogte van het stollingseiwit in het bloed niet<br />

betrouwbaar kan voorspellen of er een bloeding<br />

optreedt. Op basis van deze resultaten willen wij<br />

ervoor pleiten om patiënten die een (waarschijnlijk)<br />

ziekte veroorzakende genetische variant dragen<br />

in een gen van een<br />

zeldzame stollingsstoornis,<br />

te beschouwen als<br />

patiënten met een milde<br />

stollingsfactor deficiëntie en<br />

hier rekening mee te houden<br />

in de behandeling. <<br />

Figuur 3: Patiënten uit groep één kregen vaker stolling bevorderende medicatie voor de ingreep dan<br />

patiënten uit groep 2. Patiënten uit groep één en twee hadden ongeveer even vaak een bloeding na<br />

een ingreep, de kans hierop is kleiner als er vooraf stolling bevorderende medicatie werd gegeven.<br />

<strong>Faktor</strong> 24


Ervaringen Uit de HBC’s delen<br />

Oproep voor mannen met hemofilie<br />

Wil je helpen bij het beter<br />

bespreekbaar maken van seksualiteit<br />

en intimiteit in de zorg? Praat mee!<br />

Door Tessa van Gastel, promovendus Afdeling Kinder- en Jeugdpsychiatrie & Psychosociale Zorg Amsterdam UMC - locatie AMC<br />

Hemofilie kan invloed hebben op verschillende thema’s in het dagelijks leven, waaronder seksualiteit<br />

en intimiteit. Iemand kan zich bijvoorbeeld tijdens de seks beperkt voelen door pijn in spieren of<br />

gewrichten of angst voor bloedingen. Ondanks het effect dat hemofilie kan hebben op seksualiteit en<br />

intimiteit, wordt hierover weinig gesproken tijdens afspraken met zorgverleners. Dit komt doordat er<br />

weinig bekend is over de ervaringen en behoeften van mannen. Daarom gaan we hier graag dieper op in<br />

tijdens bijeenkomsten met mannen met hemofilie.<br />

In een eerder stadium van het onderzoek is gesproken<br />

met vrouwen met een stollingsstoornis en draagsters<br />

in de leeftijd van 18 tot en met 40 jaar. Nu willen<br />

we rondom dit onderwerp ook informatie ophalen<br />

bij mannen met hemofilie. Met informatie uit deze<br />

bijeenkomsten willen we de bespreekbaarheid van deze<br />

thema’s in de zorg verbeteren. We nodigen mannen<br />

met hemofilie, van achttien jaar en ouder, graag uit<br />

om deel te nemen aan een bijeenkomst hierover. De<br />

bijeenkomst is alleen met mannen en de gespreksleider<br />

zal ook een man zijn. Per bijeenkomst zijn we met<br />

ongeveer vijf personen. Je kan zelf aangeven of je<br />

online of op locatie (in Amsterdam) wilt deelnemen.<br />

Meer over het onderzoek kan je ook lezen in de <strong>Faktor</strong><br />

editie lente 2022, op pagina 31 of kijk op de website<br />

van de <strong>NVHP</strong> voor de digitale versie.<br />

De data van groepsbijeenkomsten zijn:<br />

Maandag 11 september van 13.00 tot 14.30 uur op locatie<br />

Woensdag 6 september van 10.00 tot 11.30 uur digitaal<br />

Voor vragen of deelname kan je mailen naar<br />

onderzoekhemofilie@amsterdamumc.nl. <<br />

De informatie die wordt opgehaald, wordt anoniem<br />

verwerkt. We zullen deze informatie gebruiken om:<br />

- Meer inzicht te krijgen in de ervaringen van<br />

mannen met hemofilie, zodat we de zorg beter af<br />

kunnen stemmen op de behoeften van mannen.<br />

- Passende vragenlijsten te vinden die deze mannen<br />

kunnen invullen voorafgaand aan een spreekuur,<br />

zodat er meer aandacht is voor deze onderwerpen<br />

tijdens het gesprek met de behandelaar.<br />

- Een training voor professionals te ontwikkelen,<br />

die kan helpen bij het bespreekbaar maken van<br />

verschillende onderwerpen.<br />

Wat levert het mij op?<br />

Jouw ervaring kan bijdragen aan ontwikkelingen in de<br />

zorg. Mannen met hemofilie kunnen daar profijt van<br />

hebben. Verder heb je de mogelijkheid andere mannen<br />

met hemofilie te ontmoeten tijdens de bijeenkomsten.<br />

Wanneer je deelneemt aan een bijeenkomst ontvang<br />

je een Bol.com bon t.w.v. €10,- en je reiskosten<br />

worden vergoed.<br />

25 <strong>Faktor</strong>


Ervaringen Medische zaken delen<br />

Hevig menstrueel<br />

bloedverlies komt<br />

vaak voor bij vrouwen<br />

met zeldzame<br />

stollingsstoornissen<br />

Door arts-onderzoekers Monique Maas, Sterre Willems<br />

en hoofdonderzoeker RBiN-studie en internisthematoloog<br />

Saskia Schols in het Radboudumc<br />

Hevig menstrueel bloedverlies (HMB) kan zorgen<br />

voor beperkingen in het sociale en fysieke<br />

functioneren en voor een verminderde kwaliteit<br />

van leven bij vrouwen. Er is slechts beperkt<br />

data beschikbaar over HMB bij vrouwen met een<br />

zeldzame stollingsstoornis. De Rare Bleeding<br />

Disorders in the Netherlands (RBiN)-studie<br />

onderzocht onder meer de prevalentie, ernst<br />

en behandeling van HMB bij vrouwen met een<br />

zeldzame stollingsstoornis.<br />

De RBiN-studie liep van 1 oktober 2017 tot<br />

30 november 2019 en alle Nederlandse<br />

hemofiliebehandelcentra zijn erin betrokken. In totaal<br />

werd aan 111 vrouwen boven de leeftijd van zestien<br />

jaar gevraagd naar de ernst van hun menstruatie met<br />

behulp van een bleeding assessment tool (BAT): de<br />

ISTH-BAT score. Via deze score werden symptomen<br />

van HMB geclassificeerd van nul (onbeduidend/<br />

afwezig) tot en met vier (ernstige symptomen<br />

waarvoor medische interventie noodzakelijk).<br />

Een score van één of hoger duidt op de aanwezigheid<br />

van HMB.<br />

Vrouwen met fibrinolysestoornis<br />

In totaal had 80% (89/111) van de vrouwen last van<br />

HMB. Vrouwen met een fibrinolysestoornis hadden het<br />

vaakst last van HMB met 94% (33/35) in vergelijking<br />

tot bijna driekwart (56/76; 74%) van de vrouwen met<br />

een stollingsfactor deficiëntie. Van de 89 vrouwen<br />

met HMB hebben 73 (82%) hier ooit een behandeling<br />

voor gekregen. Vaak waren er zelfs meerdere soorten<br />

behandelingen nodig, zowel bij vrouwen met een milde,<br />

als met een ernstige stollingsstoornis.<br />

Behandeling bij HMB<br />

Hormonale behandeling, ‘de pil’, werd het vaakst<br />

voorgeschreven (88%). Tranexaminezuur werd<br />

slechts in een kwart van de gevallen voorgeschreven<br />

bij in totaal achttien vrouwen. Een kwart (25%)<br />

van de zeventien vrouwen die een chirurgische<br />

interventie heeft ondergaan wegens HMB, is vooraf<br />

niet behandeld met tranexaminezuur. Hoewel bij<br />

61 vrouwen (69%) HMB al aanwezig was sinds de<br />

allereerste menstruatie, zagen we toch dat de<br />

diagnose van een zeldzame stollingsstoornis pas<br />

gesteld werd op de leeftijd van 28 jaar.<br />

Bij HMB zien we een<br />

opvallende vertraging<br />

in de diagnose van een<br />

onderliggende zeldzame<br />

stollingsstoornis.<br />

Conclusies<br />

We kunnen op basis van dit onderzoek concluderen<br />

dat vrouwen met zowel een milde als een ernstige<br />

zeldzame stollingsstoornis frequent last hebben<br />

van HMB. In slechts een minderheid van de gevallen<br />

wordt dit behandeld met tranexaminezuur. Ten slotte<br />

zien we een opvallende vertraging in de diagnose<br />

van een zeldzame stollingsstoornis. Het is belangrijk<br />

voor artsen om alert te zijn op de mogelijkheid van<br />

een onderliggende (zeldzame) stollingsstoornis als zij<br />

patiënten behandelen met HMB. <<br />

<strong>Faktor</strong> 26


Ervaringen delen<br />

Mincke heeft drie<br />

stollingsafwijkingen:<br />

‘Ik durfde niet meer<br />

zwanger te worden’<br />

Door de redactie<br />

Mincke Frederix (39) is moeder van twee dochters (7 en 8), werkt inmiddels 23 jaar in de gezondheidszorg<br />

en heeft maar liefst drie stollingsstoornissen: de ziekte van Von Willebrand type 1, factor deficiëntie XI en<br />

trombocytopathie. Deze combinatie is ontzettend zeldzaam en hematologen hebben er weinig tot geen<br />

ervaring mee. ‘Als je meerdere stollingsstoornissen hebt, kan dit leiden tot een ernstig probleem. De ene<br />

factor is namelijk afhankelijk van de andere factor.’<br />

Wanneer heb je voor het eerst problemen ervaren?<br />

“In 2009 onderging ik een gynaecologische routine<br />

ingreep. Het verliep heel soepel en de wond werd dicht<br />

gebrand. Veertien dagen na de ingreep begon de wond<br />

flink te bloeden en moest ik direct naar het ziekenhuis.<br />

De gynaecologen probeerden de bloeding te stoppen,<br />

maar niets hielp. Uiteindelijk besloten ze de wond<br />

opnieuw dicht te branden en mocht ik naar huis.<br />

Exact veertien dagen later gebeurde het opnieuw:<br />

een enorme bloeding die niet te stoppen was. Ik werd<br />

opnieuw opgenomen ter observatie. Midden in de<br />

nacht voelde ik het bloed over mijn lichaam stromen.<br />

Uiteindelijk heeft de gynaecoloog een stukje van de<br />

wond gehecht. Eenmaal thuis merkte ik dat ik bleef<br />

bloeden en dat het steeds heviger werd. Ik durfde<br />

niets anders dan in bed te blijven liggen.”<br />

Dat moet ontzettend beangstigend zijn geweest.<br />

Ging de wond uiteindelijk dicht?<br />

“Klopt, met die twee ziekenhuisopnamen was het<br />

namelijk nog niet voorbij. Ik moest nog eens twee<br />

keer terug naar het ziekenhuis vanwege hevige<br />

bloedingen. De derde keer kwamen er uit oppervlakkig<br />

stollingsonderzoek geen afwijkingen naar voren en<br />

werd de wond onder narcose dicht gebrand.<br />

Tijdens de vierde opname was ik echt in paniek,<br />

weer werden dezelfde methoden toegepast. Ik<br />

wilde niet opnieuw onder narcose en was in de<br />

veronderstelling dat het toch niet meer zou helpen.<br />

Gelukkig accepteerde de gynaecoloog in kwestie<br />

mijn wens en kon het onder lokale verdoving. Na<br />

de ingreep zag ik voor het eerst een hematoloog,<br />

maar volgens bloedonderzoek lagen mijn waarden<br />

nog net binnen de grenzen. Ik kreeg wat vragen<br />

over stollingsstoornissen in de familie en of ik<br />

symptomen ervoer. Alleen op de blauwe plekken<br />

kon ik bevestigend reageren. Ik was enorm bang en<br />

gestrest toen ik na twee dagen werd ontslagen uit het<br />

ziekenhuis.”<br />

Het klinkt alsof de behandelaars het ook niet goed<br />

wisten. Wat deed dat met je?<br />

“Ik was echt bang en voelde zelfs een soort wanhoop.<br />

Ik had nergens meer vertrouwen in: niet in mijn<br />

eigen lichaam, maar eigenlijk ook niet meer in de<br />

gynaecologen. Dit, omdat er telkens dezelfde handeling<br />

werd verricht en zij ook geen verklaring hadden.<br />

27 <strong>Faktor</strong>


Ervaringen delen<br />

geen enkel stollingsprobleem. Alleen trombocytopathie<br />

komt ook bij mijn moeder en bij mijn kinderen voor.’’<br />

Je hebt twee dochters. Hoe verliep de eerste<br />

bevalling?<br />

“De hematologen hebben geen ervaring met deze<br />

combinatie van stollingsstoornissen. De gebruikelijke<br />

methoden worden toegepast, maar dit is in mijn geval<br />

niet altijd toereikend. Ondanks alle middelen (DDAVP,<br />

Haemate P, tranexaminezuur en FFP) lukte het niet om<br />

bloedingen te stoppen na mijn bevalling. Ik reageer ook<br />

nog eens allergisch op DDAVP en FFP. Die allergische<br />

reacties moeten dus eerst onderdrukt worden vóór<br />

het middel wordt toegediend. Voor de bevalling zijn er<br />

goede behandelplannen gemaakt en is er medicatie<br />

toegediend, maar toch kreeg ik bloedingen.<br />

Veertien (!) dagen na de bevalling kreeg ik in de avond<br />

opnieuw een bloeding, het voelde als een horrorfilm. Ik<br />

raakte in paniek en rende de trap af, mijn pyjamabroek<br />

was tot aan mijn enkels doorweekt met bloed. Ik heb<br />

zelf 112 gebeld en de gynaecologen wisten het bloeden<br />

uiteindelijk te stoppen. Volgens de gynaceoloog lag<br />

het niet aan mijn stolling en was het gewoon pech. De<br />

volgende dag kreeg ik opnieuw een bloeding en had<br />

ik een bloedtransfusie nodig. Diezelfde dag volgde<br />

Eenmaal thuis kreeg ik opnieuw een bloeding na<br />

veertien dagen, opnieuw in de avonduren. Ook nu<br />

moest een specialist worden opgeroepen. Weer<br />

volgestopt met gazen die de wond dichtdrukten, lag ik<br />

te wachten in de behandelkamer. Toen de gynaecoloog<br />

binnenkwam moest ik huilen. In overleg met mij<br />

besloot ze de wond te hechten. Na de operatie zag ik<br />

maar kleine druppels bloed op het verband, dat stelde<br />

me gerust. De gynaecoloog zei dat ze de wond had<br />

gehecht alsof haar leven er vanaf hing, mede om er<br />

zeker van te zijn dat ik dit keer wél de veertien dagen<br />

door zou komen. Ik voelde dat ze er alles aan had<br />

gedaan. Dat stelde me gerust. Eenmaal thuis bleef<br />

het bloeden bij wat druppels, ook veertien dagen<br />

na de ingreep. Ik kreeg wat meer vertrouwen: deze<br />

gynaecoloog was goud waard. Na een week of zes was<br />

ik genezen.”<br />

Hoe kwamen jouw stollingsstoornissen vervolgens<br />

aan het licht?<br />

‘’Door de terugkerende bloedingen na de ingreep, werd<br />

mijn stolling bepaald. Dit was een vrij oppervlakkige<br />

bepaling en de waarden bleken net voldoende. Pas<br />

nadat de gynaecoloog alles blijvend dicht had gehecht,<br />

is er een uitgebreid stollingsonderzoek gedaan.<br />

Daaruit bleek dat ik Von Willebrand type 1 had. Na<br />

verder onderzoek bleek ik ook trombocytopathie en<br />

een factor XI deficiëntie te hebben. Dat laatste als<br />

gevolg van een (spontaan) defect in mijn DNA. We zijn<br />

met vier kinderen in ons gezin. Een van mijn zusjes<br />

heeft ook Von Willebrand, maar niet de andere twee<br />

stollingsdefecten. De andere twee kinderen hebben<br />

<strong>Faktor</strong> 28


Ervaringen delen<br />

baarmoeder direct dichtgemaakt konden worden.<br />

Deze behandeling heeft ervoor gezorgd dat ik geen<br />

grote bloedingen meer heb gekregen. Wel heb ik na<br />

deze behandeling nog drie maanden lang bloedverlies<br />

gehad, maar het waren acceptabele hoeveelheden.”<br />

De bloedingen zijn traumatisch voor je geweest.<br />

Hoe ga je daarmee om?<br />

“Ik heb heel lang nachtmerries gehad over bloedingen<br />

die niet gestopt konden worden en ik kon ook niet<br />

meer goed omgaan met normale bloedingen zoals<br />

menstruaties. Ik had geen vertrouwen meer in mijn<br />

eigen lichaam. Daarnaast weet ik nu dat de correctie<br />

van mijn stolling onvoldoende werkt. Dit geeft mij wel<br />

wat angst. Stel dat ik bijvoorbeeld ooit een ongeluk zou<br />

krijgen. Red ik het dan wel? Of als ik geopereerd zou<br />

moeten worden en er kunnen geen slagaders worden<br />

dichtgemaakt? Die gedachten vind ik beangstigend. Ik<br />

probeer mijn leven normaal te leiden en merk ik dat mijn<br />

trauma steeds meer op de achtergrond komt te staan.”<br />

Hoe denk je over de toekomst van de behandeling<br />

van jouw stollingsstoornissen?<br />

“Ik hoop op meer aandacht voor stollingsstoornissen,<br />

nieuwe wetenschappelijke inzichten en meer<br />

behandelmogelijkheden. Ik vind het lastig dat<br />

hematologen geen ervaring hebben met deze<br />

combinatie en dat ik afhankelijk van ze ben. In de<br />

toekomst wil ik mijn stollingsproblematiek ook eens<br />

onder de aandacht brengen bij andere artsen, in de<br />

hoop dat een andere hematoloog wellicht nog met<br />

nieuwe inzichten komt. Ik zou ook willen weten of mijn<br />

combinatie van problemen bijvoorbeeld kan wijzen<br />

op een syndroom. Dit zijn voor mij belangrijke, nog<br />

onbeantwoorde, vragen.” <<br />

opnieuw een grote bloeding. In een paar minuten<br />

tijd hingen de verpleegkundigen zakken met bloed<br />

bloedzakken op aan mijn bed en knepen het met<br />

beide handen uit alle macht in mijn infusen.<br />

Ik voelde doodsangst op dat moment. Ik herinner<br />

me nog dat ik naar mijn man keek, die met onze<br />

pasgeboren dochter naast het bed stond, en ik was<br />

bang dat ik ze nooit meer zou zien. Uiteindelijk zijn<br />

mijn slagaders tijdelijk dichtgemaakt en mocht ik naar<br />

huis. Gelukkig gingen de dagen daarna voorbij zonder<br />

bloedingen en ben ik hersteld.”<br />

Ondanks deze traumatische gebeurtenis wilden<br />

jullie toch een tweede kind. Verliep dat beter?<br />

“Ik durfde eigenlijk niet meer in verwachting te raken,<br />

maar we hebben er uiteindelijk toch voor gekozen.<br />

Ondanks alle stollingsmiddelen vooraf, verliep de<br />

keizersnede niet goed. In korte tijd verloor ik 1,7 liter<br />

bloed. De gynaecoloog had gelukkig al rekening<br />

gehouden met dit scenario en had mij daarom al op<br />

een bed geplaatst waardoor mijn slagaders naar de<br />

29 <strong>Faktor</strong>


Ervaringen Kidspagina delen<br />

Kidspagina<br />

Deze <strong>Faktor</strong> staat in het teken van ‘zeldzaam’, hemofilie is namelijk<br />

zeldzaam, maar je hebt ook stollingsstoornissen die nog zeldzamer zijn<br />

dan zeldzaam! Als je de <strong>Faktor</strong> aan de andere kant openslaat, zie je het<br />

thema ‘vakantie’. Een bijzondere editie dus, met twee thema’s in plaats<br />

van één. Op deze kidspagina vind je allerlei leuke weetjes over zeldzame<br />

stollingsstoornissen en leuke puzzels en spellen voor tijdens je vakantie.<br />

<strong>Faktor</strong> on tour<br />

Op vakantie met de auto? Dan hoef jij je zeker niet te vervelen. Dit reisspel kan je met het hele<br />

gezin spelen. Tel het aantal auto’s in de kleur rood, zwart, geel of blauw. Kies een kleur en<br />

spreek van tevoren af hoeveel minuten jullie tellen. Houd je van een uitdaging? Maak het dan<br />

iets moeilijker: de bijrijder, degene die naast de chauffeur zit, wijst een auto aan op de weg.<br />

Wie het snelst het automerk weet te raden, krijgt een punt! Weet je ook welk type auto het is?<br />

Dan krijg je een bonuspunt. Spreek van tevoren met elkaar af hoeveel auto’s jullie in totaal<br />

willen raden. Degene met de meeste punten heeft gewonnen! <<br />

Verder zijn we heel benieuwd naar jouw<br />

vakantiefoto’s! Heb je een prikfoto op de<br />

camping? Of een ander vakantiemoment<br />

in relatie met je stollingsstoornis dat je wil<br />

delen? Een stoere actiefoto is ook leuk!<br />

Stuur je foto naar redactie@nvhp.nl en wie<br />

weet delen we jouw foto in de volgende editie.<br />

<strong>Faktor</strong> 30


Ervaringen Kidspagina delen<br />

Wist je dat…<br />

Sommige zeer zeldzame stollingsstoornissen bij slechts 1 op de miljoen<br />

mensen voorkomen? Er zijn dan gemiddeld maar zeventien mensen in<br />

Nederland met de aandoening.<br />

9<br />

Er steeds meer aandacht is voor zeer zeldzame stollingsstoornissen?<br />

5#9"'5+3/3+#-88)(# #!#.)$5/671%8!!+8' !"#$%&'(%)*+#,"$' (#-..#/0!/12-&3)<br />

#--"(89!))"2"'$)1( !267#!$5.5.2(0)-92 6!3,9"--*.83..5.7 3(3383"3'"+,8*/*/%<br />

&-(%$",5!6,/()9(7) +%2(/2"$/"(%()8)- 3+01+*+)-+56':*5/.<br />

#8"#366/!0%&.-0#<br />

*&.$"(/79&77:$3!- -9$.5..3.(0#+8:.!9 -%8&#8&2&+)80+5, -37-63,&(7$,-93,2: '-("5"6!2+#-/1:.)' )7$)*1.3,)&3,05#1"<br />

Er in totaal tien verschillende faktor deficiënties zijn?<br />

De <strong>NVHP</strong> in het najaar een dag voor mensen met een zeer zeldzame<br />

stollingsstoornis organiseert?<br />

Een factor XI-deficiëntie (11) ook wel hemofilie C wordt genoemd?<br />

Woordzoeker<br />

Kun jij alle verborgen woorden vinden in deze woordzoeker?<br />

Vakantie<br />

Zwemmen<br />

Zonnen<br />

Spelen<br />

Zeldzaam<br />

Reizen<br />

Sporten<br />

Zon<br />

Strand<br />

Vrijetijd<br />

Zwembad<br />

31 <strong>Faktor</strong>


Uit de HBC’s<br />

Patiëntendag<br />

jongvolwassenen:<br />

‘Eerst spuiten dan kicken’<br />

Transitiedag voor patiënten<br />

met hemofilie en aanverwante<br />

bloedstollingsstoornissen<br />

Door verpleegkundig specialist Greta Mulders<br />

Een aantal dagen na Wereldhemofiliedag<br />

organiseerde het Erasmus MC, op zaterdag 22<br />

april, voor de tiende keer een patiëntendag<br />

voor jongvolwassenen van 15 tot 25 jaar. De<br />

dag vond plaats in de Ridderzaal van het oudste<br />

voetbalstadion van Nederland: Sparta.<br />

Onder het motto ‘Eerst spuiten dan kicken’ wordt<br />

voor elk evenement een nieuwe uitdaging gezocht.<br />

Het wordt steeds moeilijker om de succesvolle<br />

voorgaande edities te overtreffen. Zo is er al eens<br />

geskied, geracet, geskydived en zelfs gebokst. Dit<br />

keer kregen de jongeren een masterclass schermen,<br />

maar er was ook ruimte voor informatie over<br />

stollingsstoornissen en om kennis te maken met het<br />

nieuwe behandelteam.<br />

Masterclass schermen<br />

Voor de editie van <strong>2023</strong> kwam Maître d’Escrime<br />

(schermleraar), Ruud Makarawung, een masterclass<br />

Schermen geven en vertelde hij wat over de<br />

geschiedenis van de schermsport. Hierna volgde<br />

er een kennismaking met verschillende wapens:<br />

de floret, degen en sabel. Na het aandoen van<br />

de beschermende kleding, begon de activiteit<br />

met het leren van de uitgangshouding en de<br />

basisbewegingen. Na een aantal verschillende<br />

gevechtsvormen gingen wij met elkaar duelleren.<br />

Naast deze uitdagende activiteit was er ruimte<br />

voor informatie-uitwisseling in korte presentaties.<br />

Jaron Altena en Julian Wigny (leden van de<br />

jongerenwerkgroep <strong>NVHP</strong>) kwamen vertellen over de<br />

<strong>Faktor</strong> 32


Uit de HBC’s<br />

rol van de <strong>NVHP</strong> en met name de jongerenwerkgroep<br />

voor jongeren met een bloedstollingsziekte, hoe<br />

jongeren in contact kunnen komen met de werkgroep<br />

en welke ondersteuning de <strong>NVHP</strong> kan bieden.<br />

Ontwikkeling in behandeling<br />

Professor Frank Leebeek gaf een overzicht van<br />

de behandeling, toen en nu waarin alle nieuwe<br />

ontwikkelingen ter sprake kwamen. Dr. Marjon<br />

Cnossen gaf een inspirerende voorlichtingssessie<br />

over het belang van wetenschappelijk onderzoek.<br />

Schermen vanuit<br />

wederzijds respect, op<br />

uithouding, lenigheid<br />

en coördinatie heeft<br />

overeenkomsten met<br />

het hebben van een<br />

stollingsstoornis.<br />

Wij sloten de dag af met een interactief gedeelte<br />

onder leiding van PhD student Caroline Mussert,<br />

met stellingen en vragen met als onderwerp: hoe de<br />

jongvolwassenen zelf hun zorg in de toekomst zien.<br />

Hoe zij de zorg willen ontvangen, wat zij belangrijk<br />

vinden in een spreekuur, wat wij als zorgverleners<br />

kunnen verbeteren, wat zijn de verwachtingen ten<br />

aanzien van de behandelaren, verpleegkundigen,<br />

fysiotherapeuten. Daaruit bleek dat wij het als<br />

zorgverleners niet slecht doen en dat persoonlijk<br />

contact nog steeds de voorkeur heeft boven digitale<br />

ontmoetingen.<br />

33 <strong>Faktor</strong>


Uit de HBC’s<br />

Schermen is een (Olympische) sport waarbij<br />

uithouding belangrijk is, maar ook een sport waar<br />

techniek, tactiek en reactiesnelheid bij komen kijken.<br />

Schermen vanuit wederzijds respect, op uithouding,<br />

lenigheid en coördinatie, lijkt overeenkomsten<br />

te hebben met het hebben van een chronische<br />

aandoening als een bloedstollingsstoornis in het<br />

dagelijks leven. Met deze reflecties werd de tiende<br />

editie waardevol afgesloten. <<br />

Transitie in zorg<br />

Extra aandacht en ondersteuning -ook van<br />

zorgverleners- bij jongeren met een stollingsstoornis<br />

is belangrijk. Onderzoeken in Nederland en daarbuiten<br />

bevestigen het beeld dat opgroeien met een<br />

chronische aandoening jongeren kwetsbaar kan<br />

maken op tal van levensdomeinen.<br />

In 2022 is er een transitie kwaliteitsstandaard<br />

ontwikkeld om aanbevelingen te doen om de zorg<br />

en ondersteuning aan jongeren met een chronische<br />

aandoening in de volle breedte te verbeteren, waarbij<br />

niet alleen de zorg, behandeling en controle van<br />

de aandoening centraal staan, maar ook optimale<br />

kwaliteit van leven en meedoen in de samenleving.<br />

Uit studies blijkt ook dat ten tijde van de<br />

adolescentenleeftijd er grote behoefte is aan<br />

‘peers’. Ervaringsverhalen van leeftijdsgenoten zijn<br />

vaak herkenbaar en kunnen steun geven, daarom<br />

bieden wij graag gelegenheid aan ‘peers’ om elkaar<br />

te ontmoeten tijdens een ‘transitiedag’. Deze dag<br />

is er ook om kennis te maken met het nieuwe<br />

behandelteam in de volwassenenzorg.<br />

<strong>Faktor</strong> 34


In memoriam<br />

In memoriam:<br />

Chris van den Brink<br />

1959 - <strong>2023</strong><br />

Door voormalig <strong>NVHP</strong>-voorzitter Jos Hulst<br />

Op 14 mei is Chris van den Brink op 63-jarige<br />

leeftijd overleden als gevolg van levertumoren<br />

en uitzaaiingen, die niet meer behandelbaar<br />

waren. Op 22 mei hebben wij afscheid van<br />

hem genomen tijdens een zeer drukbezochte<br />

crematieplechtigheid in Nijmegen.<br />

Chris had hemofilie en was al zeer lang lid<br />

van de <strong>NVHP</strong>. Een trouw bezoeker van de<br />

ledenvergaderingen met een interessante inbreng,<br />

vooral waar het ging om de behandeling en de<br />

producten daarbij. Hij werkte immers op het<br />

stollingslaboratorium van het Radboud ziekenhuis.<br />

En, zoals dat dikwijls gaat, werd hij in verband met<br />

die expertise, gevraagd voor een bestuursfunctie.<br />

In die functie heeft hij veel kunnen bijdragen<br />

aan de vereniging. Niet alleen tijdens de<br />

bestuursvergaderingen, maar vooral in contacten<br />

met Sanquin, farmaceuten, het ministerie van<br />

Volksgezondheid en andere belangengroepen.<br />

Hij was, zoals op de rouwkaart zo treffend<br />

omschreven, altijd goedgehumeurd en praatgraag.<br />

Altijd geïnteresseerd in zijn gesprekspartners en<br />

hij kon goed inschatten wat al de mensen die hij<br />

ontmoette voor de <strong>NVHP</strong> konden betekenen. Zijn<br />

netwerk was groot en onderhield hij. Tijdens de vele<br />

congressen en symposia, in binnen- en buitenland,<br />

was hij zeer contactgericht. Hij kende veel mensen en<br />

zij kenden hem.<br />

Na zijn aftreden als bestuurslid is hij altijd actief<br />

gebleven voor de <strong>NVHP</strong>. Hij bleef meedenken<br />

over productontwikkeling, gebruiksgemak voor<br />

de patiënten en was betrokken bij evenementen<br />

voor de vereniging en de leden. Was chauffeur van<br />

de bezem- en materiaalwagen voor de fietsgroep<br />

naar het EHC-congres in Noorwegen. Zette zich<br />

in voor de Nederlandse Leverpatiënten Vereniging<br />

(NLV) en besteedde de laatste jaren veel tijd aan<br />

de ontwikkeling van en fondsenwerving voor een<br />

stollingsmeter voor thuisgebruik bij de firma Enzyre<br />

in Nijmegen.<br />

Met het heengaan van Chris lijden niet alleen zijn<br />

gezin, Manon en de kinderen Rein en Rosalie, familie<br />

en vrienden een groot verlies, maar ook de <strong>NVHP</strong> en<br />

andere patiëntenorganisaties. Wij wensen zijn gezin<br />

en allen die hem na stonden heel veel sterkte bij de<br />

verwerking ervan.<br />

Op een van de linten bij de vele bloemstukken<br />

stond “Ik zal je missen maatje”. Mooier kon het niet<br />

verwoord worden. <<br />

35 <strong>Faktor</strong>


Sla de bladzijde om<br />

en start met het thema<br />

vakantie!


Extra bijlage<br />

VAKANTIE<br />

52 e jaargang • zomer <strong>2023</strong><br />

Wijs op reis met onze tips<br />

Succesvol <strong>NVHP</strong>-Kampeerweekend<br />

Vakantiepoli en andere HBC-activiteiten


Uit de HBC’s<br />

Amsterdam UMC -<br />

locatie AMC: hemofiliekamp<br />

Door verpleegkundig specialist Marlène Beijlevelt Amsterdam UMC – locatie AMC<br />

Na drie jaar was het eindelijk weer zover: het gezamenlijke hemofiliekamp van de drie behandelcentra<br />

in Amsterdam, Rotterdam en Groningen. Het was nog lang onduidelijk omdat het lastig was om de<br />

financiering rond te krijgen, maar van 31 mei tot en met 2 juni konden we eindelijk weer met ‘onze<br />

jongens’ op kamp. Een traditie die we al meer dan 25 jaar samen met de behandelcentra uit Rotterdam<br />

en Groningen uitvoeren.<br />

Marshmallows roosteren in het kampvuur<br />

De eerste avond heerlijke macaroni (ja, met groenten<br />

en saus!), de tweede avond de gebruikelijke BBQ, en<br />

tjonge jonge, wat kunnen die jongens goed eten. De<br />

tweede avond werden de ‘grote jongens’ gedropt<br />

en mochten met gps naar het huis teruglopen (met<br />

begeleiding hoor) en de kleinere jongens konden<br />

lekker marshmallows roosteren in het kampvuur. Na<br />

terugkomst van de dropping werden door de overige<br />

jongens ook nog marshmallows geroosterd.<br />

Wij hadden dit keer twaalf jongens in de leeftijd van<br />

zes tot twaalf jaar mee, waarvan negen jongens voor<br />

het eerst meegingen. Best spannend voor iedereen!<br />

In de bus was er meteen al plezier en na een rit van<br />

ongeveer vijftig minuten kwamen wij als eersten aan<br />

op de locatie in Uddel. Daar was het huis nog niet<br />

open, maar het was prachtig weer, dus meteen lekker<br />

buiten spelen…<br />

Na het opmaken van alle bedden kon het echt<br />

beginnen en wat hebben we leuke dingen gedaan.<br />

Vuur maken, boogschieten, met de gps een parcours<br />

lopen en opdrachten maken, klimmen op spanbanden<br />

(soms tussen allerlei autobanden door), een katapult<br />

maken en allerlei andere sportieve activiteiten. En<br />

wat was het een leuke groep. Alle kinderen deden<br />

enthousiast mee en de onderlinge competitie was<br />

vriendelijk en leuk.<br />

Tussen al deze activiteiten door werd natuurlijk veel<br />

over hemofilie gesproken en geoefend met prikken.<br />

Een regelmatig gehoorde opmerking was:<br />

Hebben al deze<br />

jongens hemofilie?<br />

Het is altijd weer bijzonder om te zien hoe kinderen<br />

van elkaar leren en hoe ze door elkaar worden<br />

‘aangestoken’ om ook zichzelf te prikken. Er zijn weer<br />

een aantal prikdiploma’s behaald, zo gaaf om te zien<br />

hoe die jongens zichzelf durven te prikken en grappig<br />

welke adviezen er van de andere jongens komen.<br />

Julianatoren<br />

Vrijdagochtend alles opruimen<br />

en de ‘eigenaren’ zoeken van<br />

verdwaalde sokken, truien,<br />

onderbroeken en op weg naar…<br />

Julianatoren. Op de terugweg in<br />

de bus vielen er een paar oogjes<br />

dicht, maar weer open zodra<br />

ze de papa’s en mama’s zagen<br />

die vol verlangen hun kinderen<br />

weer stonden op te wachten.<br />

Wat een feest om al die blije<br />

bekkies te zien. De eerste<br />

verzoeken voor volgend jaar zijn<br />

alweer binnen!<br />

“Hoeveel nachtjes slapen nog<br />

tot we weer op kamp gaan?” <<br />

<strong>Faktor</strong> 14


Uit de HBC’s<br />

Ik ga op reis en ik neem mee<br />

Door arts-onderzoekers Monique Maas, Sterre Willems en hoofdonderzoeker RBiN-studie en internisthematoloog<br />

Saskia Schols in het Radboudumc<br />

De meeste vrouwen zijn elke 21 tot 35 dagen tussen de twee tot acht dagen ongesteld. Grote<br />

kans dat je hiermee rekening houdt op vakantie en misschien zelfs meer als je last hebt van<br />

hevig menstrueel bloedverlies (zoals het doorslikken van de pil). Wat kun je nog meer doen en/of<br />

meenemen om goed voorbereid op vakantie te gaan? <<br />

Klap dit magazine dicht en<br />

draai hem om, zo start je<br />

opnieuw bij thema zeldzaam!<br />

15 <strong>Faktor</strong>


Uit de HBC’s<br />

Vakantiepoli bij de<br />

Van Creveldkliniek<br />

Door hemofilieverpleegkundigen Gea van Bergen,<br />

Karen Menninga, Willie van Greevenbroek, Yvonne Kops-Metz<br />

en Veerle Brands van de Van Creveldkliniek.<br />

De vakantieperiode is weer aangebroken. Voor veel<br />

mensen is deze periode er een van de laatste loodjes op<br />

school of werk en verheugen we ons op de vakantie. Als<br />

je een stollingsstoornis hebt, is er meer voorbereiding<br />

nodig als je naar het buitenland gaat dan wanneer je in<br />

Nederland blijft. Het is verstandig om even stil te staan<br />

bij het meenemen van medicijnen en waar je terecht<br />

zou kunnen als je een dokter nodig hebt.<br />

De Van Creveldkliniek heeft hiervoor de Vakantiepoli<br />

ingericht. Dit is een contactmoment met één<br />

van de verpleegkundigen om vragen rondom de<br />

vakantieplannen te beantwoorden en praktische<br />

tips te geven. Dit zijn consulten die we vaak hebben<br />

voorafgaand aan de zomervakantie, maar zeker ook<br />

voorafgaand aan de wintersport. Wintersport is vaak<br />

een ander soort vakantie waar weer hele andere<br />

aandachtspunten op van toepassing kunnen zijn.<br />

De consulten zijn vaak telefonisch, maar het gebeurt<br />

ook regelmatig dat de vakantieplannen ter sprake<br />

komen tijdens reguliere consulten op de poli. Wij<br />

beantwoorden alle vragen en geven advies op maat:<br />

- Wat is de bestemming?<br />

- Een actieve vakantie of bijkomen aan het strand?<br />

- Is het in Nederland of in het buitenland?<br />

Dichtstbijzijnde hemofiliebehandelcentrum<br />

Wij kunnen vervolgens meekijken waar het<br />

dichtstbijzijnde hemofiliebehandelcentrum is en wat<br />

de reisafstand tot het vakantieadres is. Mocht de<br />

reisafstand te groot zijn en medicatie onderweg nodig<br />

zijn, dan kunnen wij helpen met de aanvraag voor een<br />

douanebrief om medicijnen en naalden mee te mogen<br />

nemen over de grens.<br />

Stollingsmedicatie op reis<br />

Daarnaast geven we advies over het vervoeren en<br />

bewaren van stollingsmedicatie tijdens de reis en op<br />

het vakantieadres. Een aantal adviezen:<br />

- Het kan handig zijn om stollingsfactoren mee<br />

te nemen bij bepaalde activiteiten tijdens de<br />

vakantie, zodat er bij een calamiteit zo snel<br />

mogelijk gehandeld kan worden.<br />

- Zorg dat de medicijnen onderweg altijd bij de hand<br />

zijn, dus in de handbagage in het geval van een<br />

vliegreis. Een koffer in het ruim kan kwijtraken en<br />

bovendien kan de temperatuur in het laadruim te<br />

laag worden waardoor de stolling onwerkzaam kan<br />

worden.<br />

- Sommige medicijnen moeten gekoeld bewaard<br />

worden. Hiervoor kan een klein koeltasje gebruikt<br />

worden. Sommige stollingsfactoren kunnen bij<br />

kamertemperatuur bewaard worden als ze daarna<br />

binnen drie tot zes maanden toegediend worden<br />

(zie verpakking). Als ze langer bewaard moeten<br />

worden, houd ze dan gekoeld.<br />

Communiceren in een andere taal<br />

Communiceren in een andere taal kan een uitdaging<br />

zijn, zeker als het over medische zaken gaat. Wij<br />

adviseren daarom om voorafgaand aan de vakantie<br />

een goede vertaalapp te installeren op de mobiele<br />

telefoon. Bij voorkeur een app waarbij ook tekst<br />

ingesproken kan worden om te laten vertalen. Ook<br />

is het fijn als de app een functie heeft om de tekst<br />

hardop uit te laten spreken door de telefoon. Dit<br />

laatste is bijvoorbeeld heel praktisch als er telefonisch<br />

contact opgenomen moet worden met een ziekenhuis<br />

in de buurt in een land waarvan je de taal niet spreekt<br />

of waar men de Engelse taal niet machtig is.<br />

Een ongeluk zit in een klein hoekje maar een goede<br />

voorbereiding is het halve werk! Zorg ervoor dat je niet<br />

voor verrassingen komt te staan als er onverhoopt<br />

iets gebeurt tijdens jouw vakantie. Neem vooral<br />

contact op met je eigen hemofiliebehandelcentrum bij<br />

vragen rondom de voorbereiding.<br />

Fijne vakantie! <<br />

<strong>Faktor</strong> 12


Informatie<br />

Wijs op reis met een<br />

stollingsstoornis<br />

Door de redactie<br />

Ga je deze zomer op vakantie? Op reis samen met je gezin, vrienden of familie? Natuurlijk wil<br />

je onbezorgd genieten van je welverdiende zomervakantie. Dat gaat het beste met de juiste<br />

voorbereiding. Begin ruim op tijd, dan voorkom je onverwachte verrassingen. We hebben een aantal tips<br />

voor je op een rijtje gezet.<br />

Bestemming<br />

- Er zijn verschillende websites en een app die je<br />

op weg kunnen helpen waar het dichtstbijzijnde<br />

behandelcentrum op je vakantiebestemming is,<br />

maar de informatie is niet altijd up-to-date. Hier<br />

vind je de Centre Locator: https://www.euhanet.<br />

org/centrelocator/<br />

Via je telefoon kan je ook de Travelguide app van<br />

Takeda downloaden.<br />

- De <strong>NVHP</strong> adviseert om altijd vóór vertrek<br />

zélf telefonisch contact op te nemen met<br />

het behandelcentrum dat het dichtste bij je<br />

vakantiebestemming lijkt te zijn, om na te gaan<br />

of zij echt de juiste behandeling kunnen bieden in<br />

geval van nood.<br />

Administratie<br />

- Zorg voor een douanebrief en een Engelstalige<br />

behandelbrief. Je hemofiliebehandelcentrum<br />

kan dit verzorgen. Zet daarnaast belangrijke<br />

telefoonnummers en de nummers van je<br />

behandelcentrum in je telefoon. Het is goed om dit<br />

ook te delen met je medereizigers. Vergeet ook niet<br />

je S.O.S. I.D. Dit kan een ketting, armbandje, of een<br />

pasje zijn dat je van het behandelcentrum hebt<br />

ontvangen.<br />

We wensen je een fijne zomer! <<br />

Medicatie<br />

- Neem ruim van tevoren contact op met je<br />

hemofiliebehandelcentrum of behandelend arts<br />

voor medicatie tijdens je vakantie.<br />

- Mensen met profylaxe (voornamelijk ernstige<br />

stollingsstoornissen) krijgen meestal voldoende<br />

voorraad mee. Wie niet op profylaxe zit, krijgt dat<br />

niet altijd (met name de milde vormen). Overleg dit<br />

altijd even met je HBC.<br />

- Overleg bij een vast prikschema met<br />

je HBC hoe je dit schema het beste<br />

kan indelen tijdens de vakantie. Neem<br />

medicatie altijd mee in je handbagage.<br />

Indien je koffer niet aankomt heb<br />

je in ieder geval wel je medicatie.<br />

Gebruik (indien nodig) een koeltas met<br />

koelelementen.<br />

13 <strong>Faktor</strong>


Ervaringen delen<br />

Op reis met hemofilie:<br />

‘Goede voorbereiding<br />

is het halve werk’<br />

Door de redactie<br />

Judith Aben en Werner Hofman zijn de ouders van Thijmen (13) en Finn (10). De jongens hebben<br />

allebei hemofilie en worden profylactisch behandeld. Judith prikt zelf. Thijmen zit sinds dit jaar<br />

op de middelbare school en Finn zit in groep 6 van de basisschool. De familie Aben-Hofman is een<br />

ondernemend gezin en gaat er graag op uit. In de zomer vertrekt het gezin voor het eerst naar<br />

Griekenland. De redactie van <strong>Faktor</strong> vroeg aan Judith, zelf draagster van hemofilie, hoe zij een tripje of<br />

reis aanpakt met twee zonen met een stollingsstoornis.<br />

Wisten jullie vanaf de geboorte dat<br />

Thijmen en Finn hemofilie hebben?<br />

“Nee, zeven maanden na zijn geboorte werd Thijmen<br />

flink ziek en ontdekten ze in het ziekenhuis dat hij<br />

een hersenbloeding had. Hij werd direct met de<br />

ambulance naar het Radboudumc in Nijmegen<br />

overgebracht. Dan zakt de grond ineens onder je<br />

voeten vandaan. Al snel werd de diagnose hemofilie<br />

A gesteld. Hoe gek het ook klinkt: op dat moment<br />

was het voor ons een geruststelling. We wisten niets<br />

van de ziekte, maar de artsen vertelden dat hij er<br />

gewoon honderd mee kan worden.<br />

Tegelijkertijd maakten we ons flinke zorgen: hoe<br />

gaat hij zich herstellen van die hersenbloeding?<br />

Hij was nog maar een baby van zeven maanden,<br />

dus niemand kon er iets over zeggen. Hij lag<br />

ruim zes weken in het ziekenhuis en is de eerste<br />

weken verlamd geweest. Gelukkig liet hij steeds<br />

verbetering zien, een sterk mannetje, een vechter.<br />

Thijmen is nu twaalf jaar en heeft niets aan de<br />

hersenbloeding overgehouden. Hij ontwikkelt zich<br />

als een normaal kind en dat maakt ons natuurlijk<br />

heel trots als ouders.”<br />

Dat is schrikken, maar gelukkig is het goed<br />

afgelopen. Hoe verliep de diagnose bij jullie<br />

tweede zoon?<br />

“Bij Finn wisten we tijdens de zwangerschap al dat<br />

hij ook hemofilie heeft. We stonden goed onder<br />

controle in het Radboudumc en er konden allerlei<br />

voorbereidingen getroffen worden. Voor, tijdens en na<br />

de bevalling was er extra zorg en werd alles goed in<br />

de gaten gehouden. Finn kreeg zijn eerste bloeding<br />

toen hij zes maanden oud was, in zijn elleboog. Al<br />

snel werd duidelijk dat ook hij, net als Thijmen, een<br />

remmer had ontwikkeld. Finn moest net als Thijmen<br />

een port-a-cath. Rond zijn vierde levensjaar ging het<br />

intraveneus prikken gelukkig goed.”<br />

<strong>Faktor</strong> 10


Ervaringen delen<br />

Voelen jullie je door de hemofilie beperkt<br />

in jullie vakantiekeuzes?<br />

“Dat hebben wij wel zo ervaren toen beide jongens<br />

nog klein waren. Dat kwam vooral doordat we steeds<br />

de pech hadden dat de port-a-cath of cvc (centraal<br />

veneuze katheter) ging infecteren. We hadden toen<br />

eigenlijk geen andere keus dan in Nederland op<br />

vakantie te gaan en een keertje naar België. Sinds een<br />

jaar of zes hebben we daar geen last meer van.”<br />

Waar gaat de reis dit jaar naartoe?<br />

“Deze zomer gaan we naar Griekenland. In de<br />

zomervakantie gaan we altijd graag naar het<br />

buitenland. Italië, Oostenrijk, België, Frankrijk,<br />

Duitsland, Spanje zijn de bestemmingen waar we<br />

al geweest zijn. En Nederland niet te vergeten.<br />

Tussendoor gaan we ook graag weekendjes weg naar<br />

de Ardennen, Duitsland of in Nederland.”<br />

Hoe zorg je voor de juiste voorbereiding<br />

als je op reis gaat?<br />

“Een goede voorbereiding is het halve werk, zeg ik<br />

altijd! Ik houd sowieso van een goede voorbereiding.<br />

Wij vinden het fijn om via een reisbureau een vliegreis<br />

te boeken, vanwege het aanmelden van de medicatie<br />

en benodigdheden. Tijdens het boeken, bekijken we<br />

of er ergens een behandelcentrum in de buurt zit.<br />

Verder zorg ik dat ik de benodigde papieren krijg van<br />

de behandelaar. Zoals een brief in de taal van het land<br />

en in het Engels, mocht het nodig zijn als we naar een<br />

ziekenhuis moeten. Verder nemen we altijd voldoende<br />

en extra medicijnen mee en de benodigdheden<br />

daarvoor. Nu ik sinds een aantal jaar zelf de jongens prik,<br />

is het wel gemakkelijker als je verder van huis bent.”<br />

Heb je weleens een lastige situatie<br />

meegemaakt voor of tijdens de vakantie?<br />

“We hebben weleens gehad dat we op het<br />

punt stonden om de volgende dag naar een<br />

vakantiehuisje in Nederland te gaan, en die avond<br />

naar de spoedeisende hulp moesten omdat er iets<br />

met de port-a-cath was van een van de jongens.<br />

En dat een van hen toen opgenomen moest<br />

worden. Tijdens een vakantie zijn er nooit echt<br />

‘grote’ dingen gebeurd gelukkig. We zijn eigenlijk<br />

pas echt naar het buitenland gegaan toen we meer<br />

vrijheid hadden wat het prikken betreft. Verder<br />

zijn er op vakantie wat kleine dingen voorgevallen,<br />

zoals een flinke val. Een bezoek aan het ziekenhuis<br />

was nooit nodig, telefonisch contact met het<br />

hemofiliebehandelcentrum was gelukkig voldoende.”<br />

Heb je nog een tip voor mensen met een<br />

stollingsstoornis die op vakantie gaan?<br />

“Een goede voorbereiding is heel belangrijk. Zorg dat<br />

je de juiste papieren van je behandelaar in Nederland<br />

krijgt, zoek van tevoren op of er een behandelcentrum<br />

in de buurt van de vakantiebestemming zit en neem<br />

voldoende medicatie mee.” <<br />

11 <strong>Faktor</strong>


In de vereniging<br />

De barbecues werden inmiddels opgewarmd om,<br />

eerst de kinderen, te voorzien. Het eten wordt, via<br />

sponsoring van <strong>NVHP</strong> verzorgd maar je draagt jezelf<br />

aan als vrijwilliger om te helpen met het klaarmaken.<br />

Dit jaar hebben zo’n tien mannen samen gezorgd dat<br />

alle monden gevuld konden worden. Er was ruimte om<br />

samen te eten en na afloop heb ik samen met twee<br />

van mijn kinderen rustig uitgebuikt op de schommel en<br />

met een schuimvliegtuigje overgegooid. De kinderen<br />

mochten na afloop bij de campingsnackbar een ijsje<br />

halen met een voucher van de vereniging.<br />

Spelletjesavond<br />

Om negen uur waren de banken klaargezet en<br />

hebben Timon, Mirna en Jaron (die ook in de<br />

werkgroep Jongeren zitten) ons super begeleid<br />

met de spelletjesavond. Van ‘levend boter kaas en<br />

eieren combi met bottleflip’ en ‘mummificeer je ouder<br />

met een wc-rol’ tot ‘voer zo snel mogelijk een bakje<br />

yoghurt aan iemand die op de grond ligt’. Na afloop<br />

werd er gekletst, werden er in kleinere settings nog<br />

meer gezelschapspellen gespeeld en werd er op het<br />

voetbalveld gestreden tussen twee teams vaders<br />

en kinderen tot de zon onderging. Deze herinnering<br />

hebben wij weer binnen en het zijn soms maar de<br />

kleine dingen die het doen, zoals voetballen tot het<br />

donker wordt.<br />

Onder het genot van tenten die afgebroken worden,<br />

laatste afwassen die nog gedaan worden en relaxers<br />

die nog een dag blijven, hebben wij ontbeten in de<br />

grote tent en werd het weekend officieel afgesloten<br />

met de jaarlijkse uitreiking van de door eenieder<br />

felbegeerde wisselbeker. Andere jaren was deze<br />

te winnen op bijvoorbeeld de bonte avond of met<br />

themaoptredens, maar dit jaar is hij uitgereikt aan de<br />

hand van meerdere factoren die bij de werkgroep in<br />

het oog zijn gesprongen. De familie Vink met kinderen<br />

Femke, Jordy en Tygo, heeft de beker terecht in de<br />

wacht gesleept door hun deelname als nieuw gezin en<br />

zichtbaarheid bij de activiteiten, zoals het prikken in de<br />

grote tent.<br />

Editie 2024<br />

Vooral mijn man heeft erg zijn best gedaan om<br />

erachter te komen wat de activiteiten voor volgend<br />

jaar gaan inhouden, maar binnen de werkgroep heerst<br />

geen lekcultuur en ze houden hun monden stijfdicht.<br />

Wat we wel weten is dat het thema ‘adventure’ is, dat<br />

het weer op camping Ackersate gaat plaatsvinden<br />

en wel op 7, 8, 9 juni 2024. Wij gaan het zeker niet<br />

missen, de familie Vink komt uiteraard weer om de<br />

wisselbeker door te kunnen geven, misschien zien we<br />

jou dan ook! Werkgroep, bedankt voor weer een heerlijk<br />

kampeerweekend! <<br />

<strong>Faktor</strong> 8


In de vereniging<br />

9 <strong>Faktor</strong>


In de vereniging<br />

Kampeerweekend<br />

Back to Basic<br />

Door <strong>NVHP</strong>-lid Chelsea van Buuren<br />

In 2016 zijn wij als gezin voor het eerst aangesloten bij het jaarlijkse kampeerweekend van de <strong>NVHP</strong> en<br />

nu is het jaarlijks ‘vaste prik’. Wij zijn Edwin en Chelsea van Buuren en hebben drie kinderen waarvan de<br />

oudste, inmiddels twaalf jaar, de ziekte van Von Willebrand heeft. Hieronder lees je ons verslag van het<br />

Kampeerweekend <strong>2023</strong> met thema ‘Back to Basic’.<br />

Wij kwamen net na sluitingstijd van de receptie aan.<br />

In de postvakjes vonden we de incheckpapieren,<br />

met duidelijke aanwijzingen, slagboompasje en<br />

toegangsbandjes voor het zwembad. Een groot<br />

groepsveld vlak bij de kinderboerderij, speeltuin<br />

en het voetbalveld was dit jaar het decor van het<br />

gezellige samenzijn. Camping Ackersate is een mooi<br />

verzorgde camping in Voorthuizen en heeft alle<br />

voorzieningen die je wilt zoals een campingwinkel,<br />

snackbar, huurhuisjes en zwembad.<br />

De zon was besteld en liet ons niet in de steek. Het<br />

is altijd leuk om weer met een zwaai hier en daar, na<br />

een jaar elkaar niet te hebben gezien, het veldje op te<br />

rijden. Onze huurcaravan stond al snel en de kinderen<br />

waren zich al in de speeltuin met de andere kinderen<br />

aan het vermaken. Tijdens het opzetten werden we<br />

ook even officieel welkom geheten door Miranda en<br />

haar dochter Daniëlle met een leuke kaars op een<br />

houder die we allemaal als het donker werd aan<br />

konden steken.<br />

Leuke spelletjes<br />

De grote tent in het midden van het veld had<br />

tafels en banken en koffie/thee/ranja steeds al<br />

klaar staan dus we konden gelijk aanschuiven, het<br />

programma ging van start. Na het doornemen van<br />

het programma en wat huishoudelijke mededelingen<br />

namen de aanwezige jongeren de jongere kinderen<br />

mee naar een deel van het veld voor leuke spelletjes<br />

zoals omgekeerd verstoppertje en slinger tikkertje.<br />

Daardoor krijgen ook de kids onderling gelijk een idee<br />

welke andere kinderen er allemaal bij de groep horen.<br />

Elk jaar zijn er weer nieuwe gezichten en is het ook<br />

fijn om van de minder nieuwe gezichten toch weer<br />

even ‘op te frissen’ wat hun situatie intussen is. De<br />

ouders deden een voorstelronde met elkaar, dit jaar<br />

aan de hand van ‘kletspot vragen en dilemma’s’<br />

om niet alleen te vertellen wie je bent en wat je<br />

relatie is tot een stollingsstoornis, maar ook al een<br />

indruk van elkaar te krijgen en een lach te delen. Het<br />

opvallende was dat bij het voorstellen meer dan eens,<br />

bij gezinnen met drie kinderen, er vergeten werd om<br />

een kind op te noemen. De partner moest dan even<br />

bijspringen waardoor de kletspot vragen eigenlijk al<br />

niet meer nodig waren om het ijs te breken. Ik noem<br />

geen namen en nee, mijn man was het niet.<br />

Het prikken gaat soms<br />

met een lach en soms<br />

met een traan, maar<br />

ook dat mag er zijn.<br />

Niets moet, alles mag<br />

In het kader ‘niets moet alles mag’ ging ieder zijn<br />

eigen weg daarna. Sommige kinderen moeten<br />

naar bed gebracht worden, sommige afwasjes<br />

moeten gedaan worden, sommigen bleven in de<br />

grote tent om tijd met elkaar door te brengen. Onze<br />

oudste zette samen met haar <strong>NVHP</strong>-vriendin, die<br />

ook een stollingsstoornis heeft, de tent op bij de<br />

jongerententen en ze installeerden samen alles<br />

voor de nacht die nog flink koud was ondanks het<br />

mooie weer.<br />

<strong>Faktor</strong> 6


In de vereniging<br />

De volgende ochtend startte iedereen rustig<br />

en maakten we van de mogelijkheid gebruik om<br />

gezamenlijk te ontbijten bij de grote tent op basis van<br />

‘Bring your own’. Vanaf half tien was de inloop van<br />

daggasten voor degenen die wel gezellig komen maar<br />

bijvoorbeeld niet het hele weekend kunnen blijven, of<br />

genoeg hebben aan een dag. Op het veldje stonden<br />

vijftien gezinnen te kamperen en ruim twintig<br />

gezinnen zijn op de zaterdag aanwezig geweest.<br />

Sasja Andeweg van het Erasmus MC nam de<br />

geïnteresseerden tienermeiden apart over uitdagingen,<br />

ervaringen en mogelijkheden rondom menstruatie<br />

en gynaecologisch onderzoek. Verpleegkundige<br />

Caroline van de Velden van Erasmus MC besprak<br />

prikangst met een grote groep (voornamelijk) ouders<br />

en verpleegkundige Nanda Uitslager van de Van<br />

Creveldkliniek sprak met de jongens over school, sport,<br />

reizen en meer.<br />

Het zijn soms de kleine<br />

dingen die het doen.<br />

Deze herinnering<br />

hebben wij weer binnen.<br />

Om 10 uur startte het programma met alle stoere<br />

durfallen die in de grote tent hun eigen prikkunsten<br />

konden vertonen of laten zien hoe zij dit met een ouder<br />

doen. Ik vind het altijd een moment van besef, respect,<br />

en voor velen van herkenning. Ook hier is weer het<br />

motto, niets moet en alles mag. Wie niet in de tent wil<br />

prikken doet dit natuurlijk niet en wie liever niet wil<br />

komen kijken hoeft natuurlijk ook niet. Toch is het delen<br />

van dit moment niet iets wat je elke dag meemaakt en<br />

het kan zowel de toeschouwer als de persoon die prikt<br />

verrijken. Dit gaat soms met een lach en soms, ook in<br />

de tent, met een traan maar ook dat mag er zijn. Dit<br />

jaar namen zelfs jonge kampeerders die voor het eerst<br />

aan het weekend deelnamen al plaats in de tent!<br />

Sessies met sprekers<br />

Hierna was er gelegenheid om deel te nemen aan één<br />

van de drie sessies met sprekers. Verpleegkundige<br />

Wij namen als ouders die met minder regelmaat<br />

geconfronteerd worden met het moeten prikken, een<br />

moment voor onszelf in het zonnetje. Ik heb wel gezien<br />

dat de bijeenkomst voor prikangst drukbezocht werd<br />

en hoorde dat velen er ook iets uitgehaald hebben<br />

van praktische tips tot een fijn gevoel om samen de<br />

uitdagingen met elkaar te kunnen delen. Na de lunch<br />

was er geen programma en werden door onze en<br />

andere kinderen samen waterballonnen gevuld en<br />

gegooid, er werd gezwommen, samen kaartspelletjes<br />

gespeeld en uiteindelijk belandden we als toeschouwer<br />

(ik) en deelnemers (mijn man en jongste) in een groot<br />

gezamenlijk potje bierflesjesvoetbal.<br />

Groepsfoto<br />

Iets na vijven verzamelden we ons voor de groepsfoto,<br />

werden de laatste glitter tattoos gezet en werd de<br />

winnaar van de ‘snoeppot’ bekendgemaakt. Per kind<br />

kon een briefje worden ingeleverd. Wie raadde hoeveel<br />

snoepjes er in de pot zaten, kon de pot winnen. Het<br />

is haast ondenkbaar maar twee kinderen hadden<br />

beiden 347 gegokt en zaten beiden dus in gelijkspel<br />

het dichtste bij. Aaron heeft de pot mee naar huis<br />

en Jasper zal na afloop van het weekend door de<br />

werkgroep ruim worden voorzien in een vergelijkbare.<br />

7 <strong>Faktor</strong>


In de Informatie vereniging<br />

Vakantie:<br />

tijd voor ontspanning,<br />

maar ook voor extra<br />

voorbereiding<br />

Door Coördinator Cyberpoli Roesja Meijboom van Doorn<br />

“Wij hebben een app waar alle hemofiliebehandelcentra (HBC’s) in Europa in staan. We kiezen iets uit en<br />

als er een HBC in de buurt zit dan is er een ‘Go’. We zetten het adres van het centrum in de navigatie bij de<br />

favorieten. Als er wat is, rijden we er dan zo naartoe.”<br />

Deze tip van een moeder in een interview op<br />

de Cyberpoli, is misschien wel een hele nuttige<br />

want… het is weer zomer! Of je nou thuisblijft of<br />

naar het buitenland gaat, vakantie betekent veel<br />

vrije tijd en leuke dingen doen. Maar wanneer je<br />

een stollingsstoornis hebt, moet je toch wat extra<br />

voorbereidingen treffen. Waar moet je bijvoorbeeld als<br />

hemofiliepatiënt op letten als je op vakantie gaat? Dit<br />

is een van de veel gestelde vragen die beantwoord<br />

wordt op de Cyberpoli.<br />

Zorg dat je altijd goed<br />

voorbereid op vakantie<br />

gaat als je hemofilie<br />

hebt.<br />

Goede voorbereiding<br />

Zorg dat je altijd goed voorbereid op vakantie gaat<br />

als je hemofilie hebt. Zoek van tevoren op of er<br />

ziekenhuizen in de omgeving zijn die bekend zijn<br />

met de ziekte, en neem alvast contact op met zo’n<br />

ziekenhuis. Als je naar het buitenland gaat, neem<br />

dan een brief mee in het Engels met je belangrijkste<br />

medische gegevens en je medicatie. Zo krijg je ook<br />

geen gedoe bij de douane over je medicijnen.<br />

Daarnaast is het, juist in het buitenland, wel zo<br />

verstandig om een SOS-ketting te dragen of iets<br />

anders waarop staat dat je hemofilie (of een andere<br />

stollingsstoornis) hebt. Je ouders zijn misschien niet<br />

altijd in de buurt als er iets gebeurt. Soms kun je na<br />

een val of ongeluk niet zelf vertellen dat je hemofilie<br />

hebt en extra stollingsfactoren nodig hebt.<br />

Door een SOS-ketting te dragen, weet degene die<br />

hulp biedt dat je speciale zorg nodig hebt. En draag<br />

slippers op het strand, zodat je niet in een scherpe<br />

schelp of glas stapt!<br />

Medisch ID op je telefoon<br />

Ook kun je op je telefoon een medisch ID aanmaken.<br />

In het ID kun je bijvoorbeeld zetten dat je een<br />

bloedstollingsziekte hebt, welke bloedgroep je hebt<br />

en noodnummers delen die gebeld kunnen worden.<br />

Kijk maar eens op je telefoon, bij je gezondheidsapp,<br />

hoe je dat doet.<br />

Ben je lekker actief tijdens je vakantie? Zorg er dan<br />

ook voor dat je voldoende bescherming gebruikt,<br />

bijvoorbeeld knie-, elleboogbeschermers en een helm.<br />

Gebruik ook een zaklamp als je in het donker over de<br />

camping naar de wc loopt, voor je het weet struikel je<br />

over scheerlijnen.<br />

<strong>Faktor</strong> 4


Informatie<br />

Alcohol en drugs<br />

Misschien ga je juist in de zomer graag naar festivals,<br />

lekker dansen en chillen! Waar je dan ook rekening<br />

mee moet houden, is het gebruik van alcohol en<br />

drugs. Als je deze middelen gebruikt, verandert je<br />

reactievermogen. Ook word je wat losser en durf je<br />

misschien meer dan anders. Op zich geen probleem,<br />

maar wel als je valt of een verwonding oploopt.<br />

Alcohol heeft daarnaast ook een bloedverdunnend<br />

effect, waardoor een bloeding nog moeilijker stopt.<br />

Gebruik het dus met mate, en zorg dat de mensen<br />

om je heen weten wat ze moeten doen als je je toch<br />

bezeert. Maar... onder de achttien jaar? Gebruik dan<br />

zeker geen alcohol en drugs!<br />

Op www.cyberpoli.nl/hemofilie lees je nog<br />

veel meer informatie over hemofilie en andere<br />

stollingsaandoeningen zoals de ziekte van Von<br />

Willebrand. Ook de interviews bevatten tips over op<br />

vakantie gaan. Heb je vragen? Stel deze dan gerust<br />

aan een van de deskundigen van de Cyberpoli,<br />

ze denken graag met je mee, met vragen over je<br />

vakantie, maar ook over andere zaken.<br />

Het Cyberpoli team wenst je een fijne zomer! <<br />

5 <strong>Faktor</strong>


In de vereniging<br />

In gesprek met<br />

jongeren tijdens<br />

<strong>NVHP</strong>-Kampeerweekend<br />

Door verpleegkundig specialist Nanda Uitslager Van Creveldkliniek<br />

Verpleegkundig specialist Nanda Uitslager (Van Creveldkliniek) ging op zaterdag, tijdens het <strong>NVHP</strong><br />

Kampeerweekend, in gesprek met een aantal aanwezige jongens over onderwerpen zoals school, reizen<br />

en de minder positieve kanten van een stollingsstoornis. Haar verslag van dat gesprek lees je hier.<br />

Van de aanwezige jongens zitten er al een aantal op<br />

de middelbare school, terwijl sommigen na de vakantie<br />

starten. Van de jongens heeft het merendeel ernstige<br />

hemofilie A en zij gebruiken emicizumab (Hemlibra®)<br />

als profylaxe. De anderen gebruiken stollingsfactoren of<br />

behandelen on demand (‘wanneer nodig’).<br />

School<br />

Als eerste is er gesproken over: aan wie vertel je dat<br />

je een stollingsstoornis hebt en wat dat inhoudt? De<br />

mentor werd genoemd, maar ook de gymdocent.<br />

Tijdens een schoolreis is het belangrijk dat er minstens<br />

twee begeleiders weten waar de stollingsfactoren<br />

liggen, vertelde een jongen. Ook zullen ze moeten<br />

begrijpen hoe de verantwoordelijkheid geregeld is,<br />

wie bepaalt wanneer er behandeld of gebeld moet<br />

worden. Op een school zijn koelende lockers, waar de<br />

traumadosis (medicatie bij nood of noodvoorraad) in<br />

wordt bewaard.<br />

Ook de klas- of schoolgenoten waar je mee naar school<br />

fietst, zijn van belang. Zij moeten weten wat er moet<br />

gebeuren als je dat zelf niet meer kunt. Reacties zijn<br />

verschillend: van “o, wat zielig voor je” en “moet je nu<br />

een prikje” tot meedenken en bij een mogelijke blessure<br />

alvast een koelement halen.<br />

Sommigen gaven aan dat er meer klas- of<br />

schoolgenoten zijn met een chronische aandoening,<br />

dus zijn ze niet de enige, variërend van een spierziekte,<br />

diabetes en een superzeldzame aandoening tot een<br />

(andere) stollingsstoornis.<br />

Reizen<br />

Van de aanwezigen heeft de helft een zichtbare<br />

SOS-polsband/ketting om en zij geven aan dat ze het<br />

niet vervelend of lastig vinden. Wel vertelt iemand,<br />

de armband af te moeten doen tijdens het sporten.<br />

Sommigen hebben in hun telefoon hun ouders onder<br />

ICE (in case of emergency/ bellen in geval van nood)<br />

staan, maar dan moet de telefoon wel eerst ontgrendeld<br />

worden. Daar zijn wel oplossingen voor, verschillend per<br />

telefoon, maar je kunt bijvoorbeeld ook een foto van de<br />

gegevens op het beginscherm zetten.<br />

Op de vraag wat neem je mee op een vliegvakantie<br />

kwamen de volgende voorwerpen naar voren:<br />

- Kleding<br />

- Voetbal<br />

- Koffer<br />

- Medicijnen<br />

- Toiletspullen<br />

- Extra (wandel)schoenen<br />

- Volleybal<br />

- Fotocamera<br />

- Spelletjes<br />

- Telefoon en oplader<br />

- SOS-kaartje/armband/ketting, soms met<br />

behandelplan erop<br />

Er is even stil gestaan bij mogelijkheden om<br />

hemofiliebehandelcentra in het buitenland op te<br />

zoeken, zoals via de Haemophilia Centre Locator van<br />

Euhanet (EAHAD & EHC Project) of de website van de<br />

Internationale vereniging (WFH). De jongens vinden dat<br />

dit makkelijker gaat via de computer dan via de telefoon.<br />

Hier vind je de Centre Locator: https://www.euhanet.<br />

org/centrelocator/. Hier vind je Europese HBC’s. Via je<br />

telefoon kan je ook de EHCucate app downloaden. Op<br />

zoek naar een HBC buiten Europa? Kijk dan op: https://<br />

wfh.org/find-local-support/<br />

Minder positieve kanten van een stollingsstoornis<br />

Wat vaak genoemd werd bij de verschillende<br />

onderwerpen was dat volwassenen, zoals docenten,<br />

trainers en begeleiders moeite hebben met het feit dat<br />

de jongere zelf weet wat er moet gebeuren. Af en toe<br />

zien zij gevaar of blessures als die er niet zijn, terwijl ze<br />

een andere keer iets bagatelliseren.<br />

Verder stoort het soms bij leuk spelen, want je moet dat<br />

onderbreken om te behandelen. Niet alles wat je zou<br />

willen mag van het hemofiliebehandelcentrum (HBC).<br />

Als minder positief wordt ook genoemd dat je na overleg<br />

met het HBC moet langskomen, voor sommigen is dat<br />

een langere reis dan voor anderen.<br />

Bedankt jongeren, voor jullie openheid en actief<br />

meepraten! <<br />

3 <strong>Faktor</strong>


In de vereniging<br />

Wie, wat, waar<br />

in de vereniging<br />

<strong>NVHP</strong><br />

Postbus 1188,<br />

3860 BD Nijkerk<br />

033-2471049<br />

nvhp@nvhp.nl<br />

www.nvhp.nl<br />

Bankrekeningen<br />

Ledenadministratie:<br />

NL53 INGB 0006 2295 70<br />

Overige financiën:<br />

Rabobank Randmeren<br />

NL08 RABO 0162 6004 29<br />

Met dank aan<br />

De <strong>NVHP</strong> ontvangt contributies,<br />

donaties, legaten,<br />

overheidssubsidie, gelden van de<br />

Stichting Haemophilia en (project)<br />

bijdragen van de volgende<br />

bedrijven: Bayer, CAF-DCF,<br />

CSL Behring, Novo Nordisk,<br />

Octapharma, Pfizer, Sobi, Roche<br />

en Takeda. Zonder deze steun kan<br />

de vereniging haar werk niet doen.<br />

Contributies<br />

€ 37,50 per kalenderjaar. Betaling<br />

uitsluitend per automatische<br />

incasso (SEPA-machtiging) tot<br />

schriftelijke opzegging. Opzeggen<br />

uiterlijk 1 december, schriftelijk<br />

per mail of post.<br />

Donateurs die minimaal € 30<br />

overmaken, krijgen <strong>Faktor</strong><br />

toegestuurd.<br />

Kijk voor meer informatie<br />

op onze website.<br />

De <strong>NVHP</strong> heeft de ANBI-status.<br />

Bestuur<br />

Arnoud Plat<br />

Voorzitter<br />

a.plat@nvhp.nl<br />

Eugène Baijings<br />

Penningmeester<br />

e.baijings@nvhp.nl<br />

Kees Gravendeel<br />

Secretaris<br />

k.gravendeel@nvhp.nl<br />

Robert Jan Voogt<br />

Lotgenotencontact<br />

r.j.voogt@nvhp.nl<br />

Stephan Meijer<br />

Zorg & Onderzoek<br />

s.meijer@nvhp.nl<br />

Adinda Diekstra<br />

Informatievoorziening<br />

a.diekstra@nvhp.nl<br />

Ria Rood<br />

Lotgenotencontact<br />

r.rood@nvhp.nl<br />

Voorzitters<br />

van de werkgroepen<br />

Werkgroep Ouders<br />

Joyce van Steenbergen<br />

ouders@nvhp.nl<br />

Werkgroep Jongeren<br />

Mirna van Steenbergen<br />

jongeren@nvhp.nl<br />

Werkgroep Von Willebrand<br />

Cathy Verbraeken<br />

Vonwillebrand@nvhp.nl<br />

Werkgroep Zeer Zeldzame<br />

Stollingsstoornissen<br />

Minette van der Ven<br />

zeerzeldzaam@nvhp.nl<br />

Werkgroep Vrouwen<br />

Eke Hullegie<br />

vrouwen@nvhp.nl<br />

Werkgroep Bekostiging<br />

Dik Kruis<br />

Bekostiging@nvhp.nl<br />

Werkgroep Zorg & Onderzoek<br />

Mariëtte Driessens<br />

Zorg-onderzoek@nvhp.nl<br />

Ereleden<br />

Wim Hoedemakers †, Cees<br />

Smit en Jos Hulst zijn van<br />

uitzonderlijke betekenis voor de<br />

vereniging (geweest).<br />

Raad van Advies<br />

Mr. drs. W.J. (Wim) de Boer<br />

Prof. dr. C. (Cees) Breederveld<br />

Mr. ing. W.G.J.M. (Wim) van de Camp<br />

Mw. dr. E.P. (Evelien) Mauser<br />

Medewerkers<br />

Annebelle Nooteboom,<br />

communicatiemedewerker:<br />

a.nooteboom@nvhp.nl<br />

Gemma Cooymans,<br />

bureaumedewerker:<br />

g.cooymans@nvhp.nl<br />

Bertilly Ruypers<br />

Beleidsmedewerker:<br />

b.ruypers@nvhp.nl<br />

Vormgeving en druk<br />

MEO<br />

www.meodruk.nl<br />

Save the Date <strong>2023</strong><br />

20 augustus: MXGP en meet & greet<br />

motorcrosser William Kleemann<br />

26 en 27 augustus: Jongvolwassenen<br />

weekend<br />

30 september: Zeer Zeldzame Dag<br />

4 november: Ladies Day<br />

25 november: ALV/Ledenmiddag<br />

Save the Date 2024<br />

7, 8 en 9 juni: Kampeerweekend<br />

<strong>Faktor</strong> 2

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!