7941 NVHP Faktor 2 - 2023
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Ervaringen Medische zaken delen<br />
Genetisch onderzoek<br />
bij zeldzame<br />
stollingsstoornissen<br />
in Nederland<br />
Door arts-onderzoeker Sterre Willems en hoofdonderzoeker RBiN-studie<br />
en internist-hematoloog Saskia Schols in het Radboudumc<br />
De Rare Bleeding Disorders in the Netherlands (RBiN) studie is een landelijke studie, waarin patiënten<br />
met een zeldzame bloedingsstoornis en uit alle Nederlandse hemofiliebehandelcentra aan mee kunnen<br />
doen. Het doel van de studie, die liep van 2017 tot 2019, is het in kaart brengen van de bloedingsneiging<br />
van patiënten met een zeldzame stollingsstoornis.<br />
Met de resultaten willen we beter begrijpen<br />
wanneer deze patiënten het grootste risico lopen<br />
op bloedingen om zo bij te dragen aan een betere<br />
behandeling. Een groot deel van de patiënten uit de<br />
RBiN-studie heeft ook toestemming gegeven voor<br />
het doen van genetisch onderzoek.<br />
Zeldzame stollingsstoornissen en erfelijkheid<br />
Een zeldzame stollingsstoornis in onze studie<br />
houdt in dat er sprake is van een te snelle<br />
afbraak van fibrine (hyperfibrinolyse), of dat er<br />
een tekort is aan een (of meerdere) functionele<br />
stollingseiwitten. Deze stollingseiwitten zijn:<br />
fibrinogeen, stollingsfactor (F) II, FV & FVIII, FVII,<br />
FX, FXI, FXIII, plasminogeenactivator inhibitor<br />
type 1 (PAI-1) of α2-antiplasmine (A2AP).<br />
Meestal wordt gedacht dat deze erfelijke<br />
zeldzame stollingsstoornissen op een recessieve<br />
manier overerven. Dat betekent dat iemand<br />
twee genetische afwijkingen in het gen moet<br />
hebben. Je hebt dan van zowel je biologische<br />
moeder als vader een gen gekregen. Dit noemen<br />
we homozygoot (tweemaal precies dezelfde<br />
genetische variant) of compound heterozygoot<br />
(twee verschillende genetische varianten).<br />
Als een patiënt maar één genetische afwijking in<br />
een gen heeft (heterozygoot), dan wordt hij/zij<br />
gezien als drager. Soms erft een stollingsstoornis<br />
dominant over, dan is een enkele genetische<br />
variant voldoende om een ziekte te veroorzaken.<br />
Over het algemeen werd tot nu toe aangenomen<br />
dat dragers geen klachten hebben, of alleen milde<br />
bloedingsverschijnselen. Recent is er echter<br />
steeds meer aandacht voor het optreden van<br />
bloedingen bij dragers.<br />
Genetisch onderzoek<br />
Bij 202 patiënten die deelnamen aan de<br />
RBiN-studie werden stollingseiwitten gemeten.<br />
Een onderzoeker stelde tijdens het studiebezoek<br />
de ernst van de stollingsstoornis vast aan de hand<br />
van gestandaardiseerde vragen en patiënten werd<br />
gevraagd om een uitgebreide vragenlijst in te vullen.<br />
Bij 156 deelnemers werd genetisch onderzoek verricht.<br />
Bij bijna een kwart van<br />
de deelnemers vonden<br />
we ook een afwijking in<br />
nog een ander gen dat<br />
mogelijk een andere rol<br />
speelt in de stolling.<br />
Bij 85% van de patiënten werd een genetische<br />
afwijking in een gen gevonden die precies paste<br />
bij de stollingsstoornis van de betreffende patiënt.<br />
Opvallend genoeg vonden wij in bijna een kwart (24%)<br />
van de gevallen, naast de eerdergenoemde afwijking,<br />
ook nog een afwijking in een ander gen dat een<br />
mogelijke andere rol speelt in de stolling. Omdat deze<br />
afwijkingen zich bevonden in verschillende soorten<br />
genen, weten we niet of, en zo ja, welke rol dit speelt<br />
in het optreden van bloedingen.<br />
<strong>Faktor</strong> 22